Brugge 24 augustus 2006 verslag 55

Transcriptie

1 P R O C O R O West-Vlaanderen Provinciale Commissie voor Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen Provinciehuis Boeverbos Koning Leopold III-laan 41 B-8200 Sint-Andries Tel Brugge 24 augustus 2006 verslag 55 AGENDAPUNTEN 1. Goedkeuring ontwerp-verslag nr 53 (15 juni 2006)... p Goedkeuring ontwerp-verslag nr 54 (6 juli 2006)... p Toelichting ontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Waregem... p Advisering planologisch attest Dujardin (De 6 bochten) te Knokke-Heist.... p Advisering planologisch attest Kopal te Kortemark... p Varia... p.09 AANWEZIG Effectieve leden: - Dhr. Charles VERMEERSCH Voorzitter PROCORO - Dhr. Koen DEWULF Ondervoorzitter PROCORO - Dienst Vergunningen - Dhr. Frank DE BAERE Dienst Vergunningen sectie ruimtelijke ordening - Dhr. Fabiaan VAN DE SANDE Dienst ruimtelijke planning en mobiliteit - Dhr. Evert DE PAUW Dienst ruimtelijke planning en mobiliteit - Dhr. Eric VANDORPE Bond Beter Leefmilieu vzw - Dhr. Guido VANDENBROUCKE Natuurpunt vzw - Dhr. Bernard MAENHOUDT VOKA-Kamer van Koophandel West-Vlaanderen - Dhr. André SONNEVILLE UNIZO - Dhr. Franky ROELS ABVV - Dhr. Eric VAN POUCKE ACV - Dhr. Piet GELLYNCK VRP - Dhr. Bart DOCHY Boerenbond - Dhr. Lode VANDEN BUSSCHE Dienst EEG economie - Dhr. Stefaan LOMBAERT Provinciale Dienst Welzijn - Dhr. Lieven LOUWAGIE Dienst Landbouw - Dhr. Marc RYCKAERT Provinciale Dienst Cultuur Plaatsvervangende leden: - Dhr. Dirk VERTE VRP - Mevr. Brenda BUSSCHE Vlaamse Hoge Bosraad - Dhr. Tim PROVOOST Westtoer vertegenwoordigers politieke fractie: - Dhr. Marc VANPAEMEL GROEN! - Dhr. Jean-Marie BOGAERT NVA - Dhr. Eric CARDON Sp.a - vaste secretaris - Dhr. Stephaan BARBERY Secretaris PROCORO VERONTSCHULDIGD effectieve leden: - Mevr. Charlotte GELDOF VRP - Dhr. Eric BOUSSERY Algemeen Boerensyndicaat - Dhr. Theo VITSE Vlaamse Hoge Bosraad - Mevr. Magda MONBALLYU Westtoer - Dhr. Martin DEMAN Provinciale Technische Dienst Wegen Plaatsvervangende leden: - Mevr. Ria VELGHE COOP vertegenwoordigers politieke fractie: - Dhr. Kurt RAVYTS Vlaams Belang AFWEZIG Effectieve leden: Plaatsvervangende leden: vertegenwoordigers politieke fractie: - Dhr. Luc VANDE CAVEYE CD&V - Mevr. Myriam VERVAETS-SMETS VLD 1

2 VERSLAG De voorzitter Charles Vermeersch opent de vergadering. 1. Goedkeuring ontwerp-verslag nr 53 (15 juni 2006) Het verslag wordt goedgekeurd. 2. Goedkeuring ontwerp-verslag nr 54 (6 juli 2006) Volgende opmerkingen worden geformuleerd: - De heer Franky Roels meldt dat hij de vergadering vroeger heeft verlaten met name voor de advisering van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Kortrijk. - De heer Lode Vanden Bussche merkt op dat bij de conclusie van het advies van het planologisch attest van Sioen dat: bij het 2 e streepje de nodige maatregelen dienen genomen te worden moet aangevuld worden met welke maatregelen dit kunnen zijn. Het 3 e streepje inhoudelijk weinig van terug te vinden is in het advies zelf en beter wordt aangevuld De heer Bernard Maenhoudt meent dat de PROCORO niet heeft beslist, in het kader van het planologisch attest van Sioen, dat het gebied voor de langere termijnuitbreiding, als reservegebied dient te worden bestemd. De voorzitter zegt dat de PROCORO dit wel op deze wijze heeft goedgekeurd. Het verslag wordt goedgekeurd, mits aanpassing van de opmerkingen van de heren Roels en Vanden Bussche. 3. Toelichting ontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Waregem De voorzitter verwelkomt de heer Schepen voor ruimtelijke ordening de heer Kürt Vanryckeghem en de heer Johan Bal, hoofd van de technische dienst van de stad Waregem en de ontwerpers Wilfried Vandeghinste (Leiedal) en Sven De Bevere (WES). De heer Vandeghinste licht het ontwerp-gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Waregem toe. De PROCORO gaat over tot de vraagstelling. Een lid van de PROCORO wenst een verduidelijking van de behoefteberekening voor bedrijventerreinen. Hierbij vraagt het lid of de reservegebieden van bestaande bedrijven mee in het aanbod werden meegenomen. De heren Vandeghinste en De Bevere leggen uit dat de behoefteberekening is gebeurd op basis van de aangegeven methodiek in het PRS-WV. Hieruit blijkt dat gemiddeld 10ha per jaar wordt ingenomen. De planperiode is Dit betekent dat er een behoefte is van 80 ha. Een deel van deze behoefte is al gerealiseerd. Daartegenover staat het aanbod. Bij het aanbod werd ervan uit gegaan dat bestaande bedrijven een deel van hun reservegrond realiseren en een deel niet. Hierbij werd vanuit PROCORO het voorbeeld aangehaald van de ontwikkeling van reservegebieden van bedrijven zoals Bekaert en Concordia. Een ander lid van de PROCORO wijst erop dat er ook aanbod is geschrapt met name van leegstaande bedrijfspanden, die niet herbruikbaar zijn en waar woonprojecten worden vooropgesteld. De heer Vandeghinste antwoordt dat deze omschakelingen niet in rekeningen werden gebracht. Het is ook verschillend van geval tot geval of er nog bedrijvigheid kan toegelaten worden of niet. De heer Vandeghinste geeft een aantal voorbeelden. Het ontwerp-ruimtelijk structuurplan vermeldt een afwegingskader met 5. 2

3 In het ontwerp-gemeentelijk ruimtelijk structuurplan worden de deelstructuren wonen, bedrijvigheid en verkeer uitgewerkt. Daarnaast zijn er 5 deelgebieden waarvan 1 deelgebied de open ruimte. Een lid verwijst naar de knelpunten op het vlak van natuur. Het lid stelt vast dat natuur in de gewenste structuur nauwelijks aan te pas komt. Er is zelfs geen aparte deelstructuur uitgewerkt. In de bindende bepalingen wordt een lijst opgesomd met geselecteerde ecologische infrastructuren. Het lid vraagt dat de selecties ten minste op een kaart zouden kunnen aangegeven worden waar ze liggen. De heer Vandeghinste verwijst naar een aantal belangrijke projecten langs de Leievallei, een stadsrandbos, de ontwikkeling van Zavelput en de Gaverbeek. Het zijn beleidselementen die de open ruimte versterken De heer Vandeghinste verwijst ook naar het feit dat Waregem weinig belangrijke natuurgebieden heeft. De Spitaalbossen en oostelijke open ruimte met natuurwaarden van de Gaverbeek liggen niet op Waregems grondgebied maar respectievelijk in Anzegem en Zulte. De heer Vandeghinste meent dat er wel degelijk voldoende aandacht wordt besteed aan natuur. Deze projecten kunnen misschien beter tot uiting komen in het document. Het ontwerp gemeentelijk ruimtelijk structuurplan stelt een vertuining op het vlak van wonen voor in de open ruimte. Enkele leden wensen te weten of het de bedoeling is van de gemeente om dit te promoten. Gebeurt dit in afgebakende zones? Zullen deze zones afgenomen worden van de ruimtebalans voor de agrarische structuur? Een lid stelt dat het de ervaring is dat een vertuining, met als doel een groen karakter te geven aan het landschap, niet werkt. De heer Vandeghinste verduidelijkt dat het open ruimtegebied van Waregem sterk versnipperd is door bebouwing. Er is een enquête gebeurd bij de landbouwbedrijven. Hierbij werd vastgesteld dat er reeds een verjonging heeft plaats gevonden. De zones aangegeven om als open ruimte te fungeren komen overeen met de actieve landbouwbedrijven. In de andere zones, gearceerd aangegeven op kaart, wordt vertuining toegelaten, mogen bedrijven indien verantwoord uitbreiden, kan glastuinbouw, enz De heer De Bevere wijst op het feit dat dit een tendens is dat je niet tegenhoudt. Je kan dit wel sturen. Het concept is ten voordele van de landbouw: de actieve grondgebonden landbouw wordt beschermd. De heer Johan Bal vult aan dat in de gearceerde zones veel bebouwing aanwezig is. Daar zijn ook woongebieden met landelijk karakter, die reeds juridisch verankerd zijn. Een lid vraagt met welk instrument deze vertuining zal geconcentreerd worden. De heren Vandeghinste en Johan Bal zeggen dat dit kan via ruimtelijke uitvoeringsplannen: gemeentelijk of gewestelijk. Het voorgestelde concept roept binnen de PROCORO heel wat vragen op: - de gearceerde zones (met mogelijkheden van vertuining enz.) zijn nogal groot. Dit zal de druk op de open ruimte eerder doen toenemen. - het stedelijk gebied wordt afgebakend. Buiten deze afbakening zullen in de gearceerde zones extra mogelijkheden worden gegeven dan wat normaal in de open ruimte wordt toegelaten. Dit kan leiden tot het uitzwermen van het stedelijk gebied. - er zijn al BPA s zo opgemaakt. Het plan was in orde maar de toezicht van de gemeente later gebeurde niet. De heren Vandeghinste en De Bevere antwoorden dat het concept verder moet uitgewerkt worden in ruimtelijke uitvoeringsplannen. Het gaat enkel hier over een concept. De kwaliteitsbewaking in het RUP zal een belangrijke oefening zijn. Een lid vraagt zich af hoe sterk dit afdwingbaar zal gemaakt worden door de gemeente als nu reeds de vaststelling is dat de opmaak van het RUP niet eens bindend is gemaakt. De heer Vandeghinste verduidelijkt dat het concept heel wat mogelijkheden geeft maar dat de juridische vertaling niet veel mogelijkheden biedt indien het RUP niet in strijd wil zijn met de hogere beleidskaders. Het ontwerp-gemeentelijk ruimtelijk structuurplan geeft een ruimtelijk kader weer voor de ontwikkelingsmogelijkheden voor zonevreemde bedrijven. Een lid vraagt of dit kader werkbaar is. Wat wordt bijvoorbeeld bedoeld met enkel instandhouding? Volgens de heer Johan Bal zijn er reeds 65 bedrijven die de mogelijkheid krijgen om uit te breiden via het sectoraal BPA. Er zijn reeds drie fases. De visie is gewoon een overname van het sectoraal BPA, die reeds 15 jaar wordt gebruikt. In een sectoraal BPS kunnen geen zonevreemde landbouwbedrijven worden opgenomen. Een lid wil weten of de gemeente hierover initiatieven gaat nemen, in het bijzonder in de Leievallei. 3

4 De heer Vandeghinste meldt dat de bestaande landbouwbedrijven in de Leievallei kunnen behouden blijven. De heer Johan Bal vult aan dat het vermoedelijk via een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan dient geregeld te worden. De stad Waregem is bezig met de opmaak van een woonplan. Een lid vindt dit positief maar vraagt dat dit ook zijn plaats vindt in een woonoverleg. De heer schepen Vanryckeghem bevestigd dat er overleg is met de betrokken actoren. In de bindende bepalingen wordt een algemene kernbeslissing opgenomen voor een goed uitgebouwde stedenbouwkundige dienst. Een lid van de PROCORO doet de suggestie dat één van de taken van deze dienst ook een beleid dient uit te stippelen voor het cultuurhistorisch waardevol patrimonium. Het ontwerp-gemeentelijk ruimtelijk structuurplan stelt voor om een nieuw lokaal bedrijventerrein te voorzien langs de N382 met de ontsluiting op de N382. De N382 wordt beschouwd als een stedelijke ontsluitingsweg. Een lid merkt op dat deze visie niet strookt met de categorisering vanuit de hogere beleidsplannen; Het eerste deel van de N382, vanaf de E17 tot N43, werd geselecteerd als primaire weg II. Het tweede deel, vanaf N43 richting Wielsbeke - Oostrozebeke is een secundaire weg. Een streefbeeld in overeenstemming met de selectie is gemaakt. In het streefbeeld is vastgelegd dat het kruispunt met de lokale weg, waar de aansluiting voor het lokale bedrijventerrein voorgesteld wordt, wordt afgesloten. Dit gebeurt om redenen van veiligheid en van doorstroming. Het is een duidelijke keuze van de hogere overheid om de N382 ook als verbindingsweg te zien, ook voor het vele vrachtverkeer vanuit Wielsbeke en Oostrozebeke. De heer schepen antwoordt dat de visie in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan overeenkomt met het goedgekeurd mobiliteitsplan. De hogere overheid kan plannen smeden om kruispunten af te sluiten maar de lokale overheid mag dan wel de klachten voor sluipverkeer aanhoren en proberen een oplossing te zoeken. Een lid merkt op dat het voorzien van een lokaal bedrijventerrein als een lint langs de N382 niet getuigt van een compact en zuinig ruimtegebruik. Voorts het voorzien van het containerpark op die plek, betekent dat de verkeersbeweging vanuit stad; dwars over de N382, naar het bedrijventerrein zal toenemen en de verkeersveiligheid niet ten goede komen. En ander lid vult aan dat de lokale bedrijven een zichtlocatie krijgen waardoor het moeilijk zal zijn om dit lokaal te houden. De heer Vandeghinste zegt dat Waregem voorziet in locaties voor lokale bedrijven in reconversieprojecten. Op deze locatie kunnen lokale bedrijven die verkeer genereren geen plaats vinden, vandaar dat voor een site langs de N382 werd gekozen. Een lid wijst erop dat alternatieve locaties zoals de Spinnerijstraat of langs de Brabantstraat niet werden onderzocht. De DRUM heeft met AWV de site van de Spinnerijstraat onderzocht naar ontsluiting en dit kan. Een ander lid doet de suggestie om eventueel te komen tot een gemengd regionaal bedrijventerrein in het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied. De heer Vandeginste zegt dat de problematiek gekend is. De locatie aan de Spinnerijstraat kent twee problemen met name de ontsluiting op de N43 en het is gelegen nabij een woonwijk. Een lid repliceert dat de ontsluiting werd onderzocht en dat het wel degelijk mogelijk is om het gebied rechtstreeks te ontsluiten naar de N382. Dit zou bovendien de situatie ook sterk kunnen verlichten in de doortocht van St-Eloois-Vijve. In de bindende bepalingen zijn de maatregelen en acties gestructureerd. In het richtinggevend gedeelte is dit verweven doorheen de hoofdstukken. Een lid wenst dat het studiebureau naziet dat maatregelen in de bindende bepalingen ook terug te vinden is in het richtinggevend deel. Het lid doet de suggestie om in het richtinggevend deel ook de maatregelen te structureren zoals in het bindend gedeelte. Het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan regionaal stedelijk gebied Kortrijk behelst een klein stukje van Waregem. Een lid wenst dat in de planningscontext dit wordt opgenomen waarbij aangegeven wordt of dit al dan niet een gevolg geeft voor dit ruimtelijk structuurplan In het ontwerp-gemeentelijk ruimtelijk structuurplan wordt een fietsroutenetwerk vooropgesteld. Een lid meent dat de nadruk ligt op de verbinding van kernen en minder op de verbinding van het wonen met de bedrijven. De heer Johan Bal antwoordt dat er wel degelijk rekening is gehouden met de fietsverbindingen naar het bedrijventerrein. Zo wordt bijvoorbeeld een verbinding voorzien tussen het station en het bedrijventerrein aan de Brabantstraat 4

5 Voorst wordt vanuit de PROCORO gevraagd: - de stand van zaken van de gemeentelijk ruimtelijke structuurplannen van de omliggende gemeenten te actualiseren - het fietsnetwerk Wargem/Leievallei toe te voegen in Informatief deel en richtinggevend deel - de cijfers van de woonbehoeftestudie te actualiseren. Voorts is het belangrijker om de plaatselijke behoefte aan sociale woningen op te vangen dan een richtcijfer van het Vlaams Gewest na te streven. De voorzitter dankt de heer Vanryckeghem, schepen voor ruimtelijke ordening en de heer Bal van de stad Waregem en de heren Vandeginste en De Bevere van het studiebureau voor het beantwoorden van de gestelde vragen over het ontwerp gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Waregem. De vertegenwoordigers van de politieke partijen verlaten de vergadering. De heer Evert de Pauw verlaat de vergadering. 4. Advisering planologisch attest Dujardin (De 6 bochten) te Knokke-Heist (openbaar onderzoek van 07/06/06 t.e.m. 07/07/06) De vaste secretaris Stephaan Barbery licht het dossier toe. Een voorstel van advies wordt uitgedeeld. Situering Dhr. Bernard Dujardin heeft een aanvraag ingediend om de horecazaak De zes bochten, Nieuwstraat 127 te 8300 Knokke-Heist te bestendigen en verder uit te breiden. Bij de horecazaak hoort eveneens een deels overdekte speeltuin en een kinderboerderij. Deze aanvraag betreft op korte termijn de regularisatie van de volledige huidige situatie. Op heden is namelijk heel wat stedenbouwkundig niet vergund (terras tussen woongedeelte en veranda, restaurantzaaltje, uitbouw met torentje in hoek tussen veranda en woongedeelte, verharding rondom hoofdstructuur, paardenstal tegen loods, aanbouw tegen loods voor koeling, aanbouw aan achterzijde loods, verharding achter loods, stal achteraan terrein, overdekte speelplaats, tuinhuis, waterzuivering). Tegelijk met de regularisatie is voorzien om een overdekt terras te bouwen en het open terras wat uit te breiden. Het geheel zou worden afgeschermd van de omgeving met een degelijke, deels winterharde groene bufferzone. Op lange termijn wordt de hoofdstructuur verbouwd en uitgebreid. Het restaurant en de sanitaire voorzieningen worden ruimer. Ook wordt de bovenverdieping doorgetrokken over de uitbreiding. De achterste stal wordt afgebroken en de vervangende stal komt op de plaats van de achterste aanbouw tegen de loods, zodat de gebouwenconfiguratie compacter wordt. De grindparking wordt uitgebreid tot aan de achtergrens van de rest van het goed, binnen de buffer die op korte termijn al is aangelegd. Adviezen en bezwaren: samenvatting 1. Departement Landbouw en Visserij Duurzame Landbouwontwikkeling, advies van 14/06/06, ontvangen op 21/06/06 Ongunstig advies om volgende redenen: - Het betreft een horecazaak in agrarisch gebied. In de wijde omgeving zijn er geen andere gebouwen aanwezig. De site is vergund als woonhuis met boerderij. Een horecazaak hoort niet thuis in agrarisch gebied. - In 1989 werd de aanvraag tot omvorming van woonhuis/landbouwbedrijf naar woonhuis/horecazaak geweigerd. Nadien zijn er onvergund een aantal werken uitgevoerd: bijbouwen van een grote veranda als uitbreiding van het restaurant, bouwen van een paardenstal, bouwen van een stal voor dieren, omvormen van een tuinhuisje tot duiventil en plaatsen van een overdekte speelplaats. 5

6 - De totale grootte van de horecazaak is 0,6 ha waarvan momenttel 0,2 ha verhard is en 0,07 ha bebouwd. Het bedrijf snijdt 65 meter diep in het agrarisch gebied. - Het restaurant met grote speelkoer betreft in feite een nieuwe onvergunde inplanting in agrarisch gebied, wat niet aanvaardbaar is vanuit landbouwkundig standpunt. Het advies besluit met te stellen dat de zaak is gesitueerd in een geïsoleerd stukje agrarisch gebied van 9,5 ha (tussen recreatiegebieden en woonuitbreidingsgebieden) dat vermoedelijk niet veel toekomst meer heeft voor de landbouwsector. In een eventuele nieuwe bestemming is een nieuwe horecazaak wel mogelijk. 2. Afdeling Europa Economie, advies van 26/06/06, ontvangen op 28/06/06 Gunstig advies om volgende redenen: - Hoewel een deel van de activiteiten onvergund zijn, kan gesteld worden dat er oorspronkelijk een vergunning werd afgeleverd voor restaurantactiviteiten (niet uitgevoerd om financiële redenen). - Het cliënteel is voor 60 % afkomstig uit de eigen regio, 40 % van de inkomsten kan worden toegewezen aan het kusttoerisme. De toeristische sector is vanzelfsprekend economisch belangrijk voor de kuststreek. - Het horecabedrijf ligt in het West-Vlaamse toeristisch-recreatieve netwerk van primair belang, waardoor verdere ontwikkelingen van toeristisch-recreatieve aard kunnen overwogen worden. - Door de kinderboerderij en de speeltuin richt de zaak zich tot jonge gezinnen en West-Vlaamse familiebijeenkomsten. Het concept is omwille van ondermeer de kinderboerderij en de speeltuin niet transfereerbaar naar de stedelijke kernen of dijken van de toeristische badplaatsen. Een zekere ruimtelijke spreiding van horecazaken leidt tot een meer gedifferentieerd en interessanter aanbod. - Een planologisch attest kan een oplossing bieden voor de rechtsonzekere situatie van het bedrijf. Dit is absoluut gewenst in het kader van de noodzakelijke renovatiewerken aan de bestaande infrastructuur. - De voorziene omzetstijging kan mogelijk mee ondersteund worden door de ontwikkeling van een recreatiegebied in de nabije omgeving van het bedrijf. 3. Gemeente Knokke-Heist, advies van 29/06/06, ontvangen op 30/06/06 Gunstig advies omdat de aanvraag kadert binnen de krijtlijnen van het GRS (visie voor de deelruimte randstedelijk stadslandschap west en ontwikkelingsperspectieven voor constructies in het buitengebied), mede gelet op: - Functionele verwevenheid met de omgeving: aansluiten aan de kern, ligging binnen een uit te werken toeristisch-recreatief stadslandschap. - Compacte ontwikkeling op de huidige locatie. - Goed bereikbaarheidsprofiel via de Nieuwstraat en het later te ontwikkelen project Duinenwater, voorzien van voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. - Uitstekende economische betekenis. - Toeristische meerwaarde. - Uitstekende reputatie. Wel worden volgende randvoorwaarden opgelegd: - Voldoende landschapsinkleding ter hoogte van het open westelijke en zuidelijke landschap, specifiek ter hoogte van de bestaande grindparking. - Voorzien van degelijke afvalwaterzuivering en goed werkende vetafscheider (in afwachting van de aansluiting op het openbare rioleringsstelsel op lange termijn. Advies De PROCORO adviseert de Bestendige Deputatie om de aanvraag van planologisch attest voor Bernard Dujardin ongunstig te adviseren. Het betreft een horecazaak in agrarisch gebied. In het PRS-WV is bindend opgenomen dat er een strategisch projectgebied in Knokke-Heist zal worden afgebakend en dat de ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven ervoor zullen worden bepaald. Dit strategisch projectgebied wordt bekeken in het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Knokke-Heist. Deze afbakening is momenteel bezig en het strategisch projectgebied ligt in de onmiddellijke omgeving van de horecazaak De zes bochten. De visievorming over het projectgebied loopt momenteel. Op heden is nog 6

7 onduidelijk wat in het projectgebied zal kunnen. Het eventuele bestendigen en uitbreiden van de horecazaak mag geen hypotheek leggen op de toekomstvisie van het projectgebied. Daarenboven blijken heel wat elementen van de horecazaak onvergund. Over het vergund zijn van de activiteit (horeca) kan gediscussieerd worden (zie advies Afdeling Europa Economie). Op 7 juni 1984 werd een vergunning verleend voor het verbouwen van een bestaande hoeve tot woonhuis met restaurant en garage. Wegens te hoge kosten kon toen echter niet de volledige verbouwing worden uitgevoerd. Op 27 februari 1989 werd de vergunning voor het omvormen van een woonhuis/landbouwbedrijf tot een woonhuis/restaurant dan weer geweigerd. Zelfs los van het al dan niet vergund zijn van de activiteit, kunnen heel wat elementen als onvergund beschouwd worden: terras tussen woongedeelte en veranda, restaurantzaaltje, uitbouw met torentje in hoek tussen veranda en woongedeelte, verharding rondom hoofdstructuur, paardenstal tegen loods, aanbouw tegen loods voor koeling, aanbouw aan achterzijde loods, verharding achter loods, stal achteraan terrein, overdekte speelplaats, tuinhuis en waterzuivering. Vanuit deze vergunningstoestand zou het slechts over een laagdynamische activiteit gaan. Het kan niet de bedoeling zijn van een planologisch attest om bouwovertredingen te regulariseren. Hier wordt het advies van Duurzame Landbouwontwikkeling gevolgd. Verder stelt het PRS-WV volgend beleid met betrekking tot horecazaken in de open ruimte voorop: hoogstens bestendigen, waarbij enkel functionele uitbreidingen kunnen worden toegelaten. Dit betekent dat er geen capaciteitsuitbreiding kan zijn. Om te kunnen toetsen aan dit criterium, wordt uitgegaan van de bestaande vergunde toestand. Hierbij worden wederrechtelijk opgetrokken constructies als onbestaand beschouwd. Een loutere regularisatie van de feitelijk bestaande toestand zou reeds leiden tot een aanzienlijke capaciteitsuitbreiding en kan daarom niet worden aanvaard. Besluitend kan gesteld worden dat de aanvraag ongunstig wordt geadviseerd omwille van volgende redenen: - Het is aangewezen om de visie van het strategisch projectgebied af te wachten. - Heel wat elementen op de site zijn onvergund. Om deze redenen worden de gunstige adviezen van Afdeling Europa Economie en de gemeente Knokke-Heist niet gevolgd. Het advies wordt met meerderheid van stemmen goedgekeurd: Voor (16): Frank De Baere, Piet Gellynck, Fabiaan Van de Sande, Tim Provoost, Lode Vanden Bussche, Stefaan Lombaert, Marc Ryckaert, Bart Dochy, Guido Vandenbroucke, Eric Vandorpe, Franky Roels, Eric Vandorpe, Koen Dewulf, Charles Vermeersch. Tegen (o) Onthoudingen (3): André Sonneville, Bernard Maenhoudt, Dirk Verté Minderheidsstandpunt: 3 leden onthouden zich omdat de beslissing wordt uitgesteld waarbij de kans bestaat dat het wel zal kunnen binnen het kleinstedelijk gebied Knokke. 5. Advisering planologisch attest Kopal te Kortemark De vaste secretaris Stephaan Barbery licht het dossier toe. Een voorstel van advies wordt uitgedeeld. Situering van het bedrijf en voorwerp van de aanvraag Dhr. S. Talpe heeft een aanvraag ingediend om het bedrijf nv Kopal, Ieperstraat 75a te Kortemark, verder uit te breiden. Deze aanvraag betreft op korte termijn in hoofdzaak de regularisatie van de bestaande toestand (inclusief verharding en reliëfwijzigingen), zodat deze volledig zone-eigen wordt. Op langere termijn wenst men een industriële loods bij te bouwen aansluitend op de zuidwestelijke loods, een administratief gebouw met research en development en tentoonstellingsruimte en een verlegging van groenzone en watervang. 7

8 Overzicht adviezen en bezwaren Opmerking: de termijn van het openbaar onderzoek liep initieel van 29 mei 2006 tot en met 27 juni Het werd hernomen wegens het niet tijdig uithangen van de aankondigingformulieren door de aanvrager van 26 juni 2006 tot en met 25 juli Samenvatting van de ontvangen adviezen (geen bezwaren ontvangen): 1. Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, Milieuvergunningen, advies van 29/05/06, ontvangen op 01/06/06 Gunstig advies. Mits nemen van voldoende maatregelen kan de hinder en het risico beperkt worden tot het aanvaardbare en kan vermoedelijk ook voldaan worden aan de vigerende wetgeving van Vlarem. 2. Afdeling Europa Economie, advies van 8/06/06, ontvangen op 12/06/06 Gunstig advies om volgende redenen: - Past binnen de economische strategie van zowel de Vlaamse als de provinciale en subregionale overheden - Het bedrijf is bereid te investeren in ruimtelijke kwaliteit en een groene omkadering. 3. Departement Landbouw en Visserij, Duurzame Landbouwontwikkeling, advies van 16/06/06, ontvangen op 21/06/06 Gunstig advies voor wat betreft: - de gevraagde uitbreiding, daar dit conform het principe van bundeling wordt gerealiseerd - de regularisatie van de verharding, daar deze behoort bij de uitbreiding van het bedrijf (Voorlopig) ongunstig advies voor de regularisatie van de reliëfwijziging, daar deze niet duidelijk wordt aangegeven op de plannen. Er wordt aandacht gevraagd voor de verrekening van de inname van agrarisch gebied in de ruimtebalans. Algemene conclusie: er kan pas gunstig advies worden gegeven op voorwaarde dat de bestaande toestand overeenstemt met de werkelijkheid en volledig regulier en administratief vergund is. 4. Gemeente Kortemark, advies van 30/03/05, ontvangen op 7/04/05 Gunstig advies mits volgende randvoorwaarden: - Treffen van de nodige voorzieningen betreffende infiltratie en buffering van regenwater (minimaal cf. gewestelijke stedenbouwkundige verordening ter zake); - Voldoende bluswater voorzien ten behoeve van de brandweer. Advies De bedrijfssite is gelegen in een bestaande bedrijvenzone ten zuiden van het ontginningsgebied van Kortemark. Kortemark werd in het RSV geselecteerd als specifiek economisch knooppunt. In het PRS worden zeker in de Middenruimte, waar Kortemark deel van uitmaakt bestaande regionale bedrijven ondersteund, op voorwaarde dat wordt rekening gehouden met de draagkracht van de omgeving en de ontsluiting. Verder is dit bedrijf grotendeels zone-eigen en betreft de gevraagde uitbreiding op lange termijn geen verdere aantasting van het agrarisch gebied (cf. advies duurzame landbouw). Het is bovendien ook geclusterd met een aantal andere bedrijven. Het bedrijf kent een goede ontsluiting via de Ieper- en Hoogledestraat naar de N35 (secundaire weg). 8

9 De opmerking van de afdeling duurzame landbouw over de onduidelijkheid over de aanduiding van de reliëfwijzigingen op plan wordt weerlegd. De PROCORO oordeelt dat deze voldoende duidelijk op het plan bestaande toestand worden aangeduid onder de vermelding groene buffer met geïntegreerde berm en bufferingsgracht voor regenwater. De verrekening van inname van 2ha agrarisch gebied in ruimtebalans zal gebeuren bij de opmaak van het provinciaal RUP, indien er een positief planologisch attest zal worden afgeleverd door de bestendige deputatie. Op basis van het advies van de brandweer kan besloten worden dat het aanwezige waterbekken voldoende is voor het noodzakelijk aanwezige bluswater, zoals gevraagd door het gemeentebestuur van Kortemark. Op basis van de verder overwegend gunstige adviezen stelt de PROCORO voor aan de bestendige deputatie om een gunstig planologisch attest af te leveren voor de bestendiging van het bedrijf, de korte en de lange termijn onder voorwaarde dat bij elke vergunningsaanvraag de nodige voorzieningen worden getroffen inzake infiltratie en buffering van regenwater (minimaal cf. gewestelijke stedenbouwkundige verordening ter zake). Het advies wordt met éénparigheid van stemmen goedgekeurd 6. Varia Overzicht vergadering najaar 2006 Donderdag 7 september 2006 om 9h in provinciehuis Boeverbos Donderdag 5 oktober 2006 om 9h in provinciehuis Boeverbos Donderdag 19 oktober 2006 om 9h in provinciehuis Boeverbos reserve datum Donderdag 9 november 2006 om 9h in provinciehuis Boeverbos Donderdag 16 november 2006 om 9h in provinciehuis Boeverbos reserve datum Donderdag 7 december 2006 om 9h in provinciehuis Boeverbos Doncerdag 21 december 2006 om 9h in provinciehuis Boeverbos reserve datum De vaste secretaris De voorzitter Stephaan Barbery Charles Vermeersch 9