Conceptverslag van de Raadsvergadering van 30 augustus 2012.

Transcriptie

1 425 Conceptverslag van de Raadsvergadering van 30 augustus Tijd: uur. Plaats: Stadhuis, Stadserf, Breda. CONCEPT-AGENDA I. Opening. II. III. IV. Mededelingen. Vaststellen van de agenda. Actualiteitenuur. Elke reguliere vergadering van de raad vangt aan met het actualiteitenuur. Het raadslid dat vragen wil stellen, dient onder aanduiding van het onderwerp de daarover te stellen vragen ten minste 24 uur voor aanvang van de vergadering in bij de voorzitter. Hierbij geeft de vragensteller ook aan of de vragen gericht zijn aan het college of aan de overige raadsfracties. Per onderwerp wordt aan de vragensteller het woord verleend om één of meer vragen aan de overige fracties of het college c.q. de burgemeester te stellen en een toelichting daarop te geven. Nadat de vragen zijn gesteld en beantwoord door het college of de fracties, zijn interrupties toegestaan. V. Vaststellen van de notulen van de vergaderingen van de Raad van de gemeente Breda d.d. 21 juni en 28 juni VI. Voorstellen ter besluitvorming. 1. Deelname van Breda aan Culturele Hoofdstad van Europa in (W) (10)* De BrabantStadpartners willen met Eindhoven als trekker de titel Europese Culturele Hoofdstad 2018 binnen halen. Om dit te kunnen realiseren, dient te worden ingestemd met een bestuursovereenkomst tussen betrokkenen en dient een financiële bijdrage van 10 miljoen euro beschikbaar te worden gesteld. VII. Rondvraag. Raadsleden kunnen hier vragen van procedurele of huishoudelijke aard stellen. VIII. Sluiting. *) Dit raadsvoorstel moet nog in de functionele commissie worden behandeld. (..) Spreektijd in minuten per fractie in eerste termijn.

2 426 AANWEZIGEN A.A. AARTSEN (VVD), B.E.A. ADANK (VVD), S. AKINCI (GROENLINKS), L.A.M.C. VAN BEEK (CDA), P.J.L.M. DE BEER (D66), B.P. VAN DEN BERG (B 97), S. BIJLSMA (PVDA), M.A.E. DE BIE (D66), R. BLANKENSTEIN (PVDA), P.L.A.L. BOS (D66), S. VAN MOURIK-VAN DER BRUGGEN (PVDA), K.H.D.M. DIJKHOFF (VVD), P.J. ELBERTSE (CDA), P.J.L. ERNST (VVD), R.A.C. GIEBELS (PVDA), E. GROENEWEG (CDA), M. HAAGH-REIJNE (PVDA), A. HARDORFF (PVDA), E.P.M.M. VAN HASSELT-BLANKERS (VVD, PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER), M.C. VAN HEMEL (D66), F.M. HENDRICKX (CDA), C.A. VAN DER HORST (VVD), A.E.G. DE JONG (TON), R.J.F.M. KLUIJTMANS (D66), A. KOGER (GROENLINKS), A.J.J.M. LIPS (CDA), P.J. VAN LUNTEREN (SP), H. VAN MAANEN (VVD), J.NOUHI (PVDA), S.E. VAN OOSTERHOUT (VVD), D.J. QUAARS (VVD), J.H. VAN DER SANDEN (SP), P.H. SCHELTENS (GROENLINKS), S. SCHOKKER (GROENLINKS), M. SPAPENS (SP), J. STUBENITSKY (LEEFBAAR BREDA), F.H.W. SZABLEWSKI (PVDA), E. ÜÇERLER (CDA), WETHOUDERS: A. ARBOUW (VVD), S. BOELEMA (D66), C. MEEUWIS (VVD), W. WILLEMS (GROENLINKS). BURGEMEESTER: P.A.C.M. VAN DER VELDEN (VOORZITTER). RAADSGRIFFIER: P. PIKET. AFWEZIGEN D.M.L. VUIJK (B 97).

3 427 I. OPENING. Dames en heren, ik open de vergadering en heet u allen hartelijk welkom, zeker ook de internetkijkers thuis, alsmede de belangstellenden hier boven en beneden voor het tv scherm in de trouwzaal. Ik richt een speciaal woord van welkom aan de heer Frank Toeset die vanavond als commissielid wordt geïnstalleerd. II. MEDEDELINGEN. Bericht van verhindering is ontvangen van het lid de heer Vuijk. Mevrouw Van Beek is later. Een aantal wethouders heeft elders nog verplichtingen, en heeft ook straks nog verplichtingen. Dat wil ik u dus wel even melden. III. VASTSTELLEN VAN DE AGENDA. Voor het actualiteitenuur zijn geen aanmeldingen ontvangen. Agendapunt IV komt daarmee te vervallen. U kunt zich vinden in deze agenda? V. VASTSTELLEN VAN DE NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE BREDA D.D. 21 JUNI EN 28 JUNI Dan is aan de orde het vaststellen van de notulen van de vergadering van de raad van de gemeente Breda van 21 juni. Daarover zijn geen opmerkingen ontvangen. En daarmee zijn deze notulen vastgesteld. Over de notulen van 28 juni 2012 zijn ook geen opmerkingen ontvangen en deze zijn daarmee ook vastgesteld. VI. VOORSTELLEN TER BESLUITVORMING. 1. WIJZIGING SAMENSTELLING RAADSCOMMISSIES/BENOEMING F. TOESET. Wie van u wenst een stemverklaring af te leggen? Niemand? Dan is aldus besloten. Dan kom ik nu aan bij de beëdiging van de heer Frank Toeset als raadscommissielid voor de fractie D66. Ik wil hem uitnodigen om naar voren te komen. Mag ik u vragen om te gaan staan? Geachte heer Toeset. U heeft bij de uitoefening van uw functie met dezelfde belangen maar ook dilemma s te maken als de raadsleden. Naar analogie van de raadsleden dienen ook commissieleden - niet raadsleden, alvorens hun functie uit te kunnen oefenen eveneens een eed of een verklaring en belofte af te leggen. U heeft er voor gekozen om de verklaring en belofte af te leggen. Ik zal eerst de tekst voorlezen waarna u antwoordt met: dat verklaar en beloof ik. Ik verklaar dat ik, om tot lid van de raadscommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of wel voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik verklaar en beloof dat ik, om iets in deze functie te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk, enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik beloof dat ik getrouw zal zijn aan de grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik al mijn plichten als lid van de raadscommissie naar eer en geweten zal vervullen, en ten aanzien van mij bij het vervullen van het lidmaatschap ter kennis gekomen stukken en informatie, nauwgezet dezelfde geheimhoudingsplicht, indien en voor zover deze geldt voor leden van de raad, in acht zal nemen en dezelfde zorgvuldigheid zal betrachten als te verwachten is van de leden van de raad. DE HEER TOESET: Dat verklaar en beloof ik.

4 428 Proficiat. Hiermede bent u volwaardig lid van de commissie. Ik wens u een hele goede periode toe en onderstreep mijn gelukwensen graag met een bloemetje. 2. DEELNAME VAN BREDA AAN CULTURELE HOOFDSTAD VAN EUROPA IN e termijn. Dames en heren, in de agenda staat voor dit onderwerp een maximale spreektijd van 10 minuten per fractie in de 1 e termijn. Het lijkt mij dat, zeker na de uitvoerige behandeling, - wat goed is -, in de commissie Maatschappij van afgelopen maandag, u zeker binnen die tijd zou mogen blijven. Wie van u wenst het woord? Ik kijk even rond. Het woord is aan mijnheer Stubenitsky. DE HEER STUBENITSKY: Ja voorzitter, inderdaad hebben we er maandag vrij uitgebreid over gesproken. Maar ik heb geprobeerd om wat dingen achter te houden zodat ik vandaag nog wat te zeggen had. Voorzitter, er zijn belangrijkere zaken op deze wereld dan geld. En er is bij BCH bijna alleen nog maar gesproken over geld, over hoeveel geld we moeten investeren en hoeveel geld het op kan brengen. Er was door de organisatie zelfs een hoogleraar met een Ronnie Tober accent, ene Glenn, ingehuurd om ons te vertellen dat de inleg wel 3 keer dubbel terug kan komen in de deelnemende steden. Maar er zijn belangrijkere zaken dan geld op onze wereld. Ik ben tijdens mijn vakantie in Polen niet aan Krakau, wat 12 jaar geleden Culturele Hoofdstad, was, toegekomen. Maar ik had in Stettin en een aantal andere steden in Polen al antwoord op mijn vele vragen gekregen door gesprekken met de Polen, soms met handen en voeten. De levensomstandigheden in Polen maken je niet vrolijk. Het minimumloon in Polen is 250,-- per maand. In zloty s is dat 1000 zloty. Dat klinkt veel meer. Toch zijn de Polen een trots en tevreden volk en zijn zij trots op wat ze hebben. Ik heb in Stettin, 750 kilometer van Krakau, mensen gesproken die nog steeds trots waren dat Krakau in 2000 Culturele Hoofdstad van Europa was. En wij maar zeuren over de centjes waar wethouder Boelema ons afgelopen maandag precies voorgerekend heeft hoe het gefinancierd kan gaan worden. Waar waren jullie 24 december 2008? Ik weet het nog. Ik was op de Grote Markt bij de slotmanifestatie van Serious Request. En onze burgemeester was er ook. En toen bekend gemaakt werd dat we ruim 5,6 miljoen euro, ,-- meer dan in Den Haag in 2007, hadden opgehaald, kwam er een tsunami over de Grote Markt, een tsunami van vreugde en trots en ondanks de kou een intens warm gevoel. Trots op ons eigen Breda dat toch maar weer beter gepresteerd had dan Den Haag. Noem mij maar een sentimentele oude dwaas maar op zulke momenten moet ik altijd druk mijn neus snuiten. Die trots en vreugde van dat moment zijn niet in geld uit te drukken. Onvergetelijk. En nu staan we voor de keuze. Hebben we ambities en willen we in 2018 het stralende culturele middelpunt van Europa worden, het trotse toppunt van de Europese beschaving, zodat iedere Bredanaar al lang niet meer aan die 10 miljoen denkt maar intens trots is op zijn of haar Breda? Of zijn jullie zo weinig trots op deze fantastische stad dat je in de anonieme schaduw wil blijven zitten en eenmaal een kans op een roemvolle vermelding in de geschiedenis van Europa laat schieten? Daar wil ik het bij laten, voorzitter. Ik dank u zeer. Het woord is aan mijnheer De Jong. DE HEER DE JONG: Dank u, voorzitter. Ik zal kortheidshalve even blijven zitten. We hebben maandag een bijeenkomst gehad en daar hebben we het ook uitgebreid over Brabant Culturele Hoofdstad gehad en ook over de notitie Kansen voor Breda. Ik geloof in die kansen. Het is altijd moeilijk om vooruit te kijken. De Commissaris van de Koningin maakte ook de opmerking dat de effecten van bijvoorbeeld het Bevrijdingsfestival in Breda, dat die jaren weg kunnen blijven voordat dat zijn beslag krijgt. En ik denk dat dit met 2018 Eindhoven Brabant ook het geval is. We moeten nou beslissen. Ik geloof nou in die kansen en ik ben positief daarin.

5 429 Ik dank u zeer. Het woord is aan mijnheer Akinci, GroenLinks. DE HEER AKINCI: Je durft het eigenlijk niet meer na die mooie woorden van de heer Stubenitsky, om hier toch nog heel even te staan. Maar ik kan het niet laten om toch nog even wat woorden aan de Culturele Hoofdstad en de ambitie die wij als Brabant hebben op dat punt, - althans ik hoop dat dat na vanavond gaat blijken -, om daar toch nog even wat woorden aan te wijden. Die Culturele Hoofdstad, moeten we dat eigenlijk wel doen? Kost het niet veel geld en gaan we die race straks überhaupt wel winnen? Er zijn heel veel vragen de afgelopen weken en maanden over gesteld en ik denk dat die 3 vragen allemaal met ja te beantwoorden zijn. Moeten we dat wel doen eigenlijk? Ja, omdat het bijdraagt aan de aantrekkingskracht van Brabant als vestigingsregio, toeristisch, maar ook voor bedrijven, voor mensen die hier willen wonen, omdat het bijdraagt aan de manier waarop wij in Brabant vorm geven aan de samenleving. Dat is ook het thema van de Culturele Hoofdstad: Brabant de kunst van het samen leven. Ja, omdat het een impuls is voor de culturele sector, maar echt niet alleen voor de culturele sector, ook voor de economie daar omheen, als het gaat om evenementen, als het gaat om sportieve prestaties, als het gaat om de trots van Brabanders, van Bredanaars, van Eindhovenaren, van Helmonders, van Tilburgers en van Bosschenaren. Daarom moeten we dat volgens mij allemaal doen. We hadden afgelopen maandag discussie over: is deze hele ambitie niet een ambitie die straks weer moet gaan bijdragen aan de winstgevendheid van projecten die op dit moment niet goed van de grond komen. Dat zou inderdaad best wel eens een positief neveneffect kunnen zijn. Net zoals het vestigingsklimaat wat ik net al noemde als aantrekkelijke factor van deze provincie ook inderdaad zo n economische spin off is waarvan ik denk dat dit project daartoe gaat leiden. Maar dat zijn, wat ons betreft, niet de belangrijkste zaken. Wat GroenLinks betreft, gaat het om weer eens een keer kijken naar die eigen identiteit van Breda, van Brabant. Wie zijn we, wat is onze geschiedenis, wat is onze culturele ambitie en ook onze culturele potentie. Wat mij betreft, gaan we met heel veel enthousiasme en met heel veel positivisme dat traject in. Dat begint eigenlijk niet vanavond, dat begin al enkele jaren geleden en dat houdt ook niet op in Als het goed is, gaat dat nog jaren door. Wat ons betreft: ja, ja, ja voor de Culturele Hoofdstad. Dank u zeer. Mijnheer Van der Horst. Voorzitter, mag ik nog een vraag stellen aan mijnheer Akinci? Hij doet net alsof het al een gelopen koers is dat Breda dé Culturele Hoofdstad wordt. Maar bent u het met me eens dat we gewoon met een ongedekte cheque van 6 miljoen meedoen aan een loterij of dat we überhaupt Culturele Hoofdstad worden? DE HEER AKINCI: Dat zijn uw woorden. Zoals ik in het begin al zei: wij zijn een van de kandidaten. We moeten de komende tijd gaan bewijzen dat Brabant het ook waard is om die titel te krijgen. Dat is een. Op het moment dat die titel niet binnenkomt, moeten we nog eens gaan kijken wat we dan doen met de ambitie die we toch hebben om ons als 5 steden als de regio daar omheen en als provincie samen te profileren naar die toekomst toe. Ik denk ook dat dat ook een van de waardevolle aspecten is dat je probeert met een aantal steden, die heel vaak hun eigen agenda hebben gehad, nu eindelijk eens een keer gezamenlijk probeert vorm te geven aan die toekomst. De ongedekte cheque, - ja, u noemt het de ongedekte cheque -, het lijkt mij heel redelijk om een project wat over meer dan 10 jaar wordt uitgesmeerd, om daar niet nu al alle bedragen voor op tafel te zetten, sterker nog, dat zou een beetje raar zijn. Dat zou betekenen dat er nu een heleboel geld stil op een plank ligt. De investeringen die voor 2018, en daarna ook nog, gedaan moeten worden, die kunnen ook in een volgende bestuursperiode dus nog ingevuld worden. Dat lijkt me heel redelijk. Dank u zeer. Het woord is aan mijnheer Van der Horst, VVD. DE HEER VAN DER HORST: Dank u wel, voorzitter. Deelname Breda Culturele Hoofdstad. Wat de VVD betreft, hoeft het vanavond geen avondvullend programma te worden. Het wordt nu tijd om gezamenlijk de schouders onder dit project, Brabant Culturele Hoofdstad, te zetten. Ik zal het daarom kort houden.

6 430 De opmerking, gemaakt in de commissie Maatschappij op 18 juni 2012 en op 21 juni, zijn in het nieuwe voorstel verwerkt. De hoofdpunten om Breda beter te profileren in Brabant Culturele Hoofdstad, te weten de ontwikkeling van de Spoorzone, de cultuurparticipatie en het erfgoed en de beeldcultuur. Met deze lijn kan de VVD helemaal instemmen. In het overleg met de regio, 21 augustus is daar ook de wens uitgesproken om mee te mogen doen, Zundert met Van Gogh en zijn bloemencorso kunnen van grote betekenis zijn voor Brabant Culturele Hoofdstad. Het totale investeringsbedrag is groot: meer dan 100 miljoen. Daar komen de bijdragen nog bij van Europa en de landelijke overheid. Ook het bedrijfsleven zal zeker een bijdrage gaan leveren. De regio gaat naar alle waarschijnlijkheid ook in deze grote pot bijdragen waar wij, en eigenlijk heel Brabant, positieve effecten van gaan ondervinden, zowel economisch als cultureel. De VVD kan instemmen met het voorstel. Dank u. Dank u zeer. Mijnheer Van den Berg, Breda 97. DE HEER VAN DEN BERG: Dank u wel, voorzitter. Vanavond zetten we een majeure stap. We zeggen onomkeerbaar ja of nee tegen dit raadsvoorstel en dan is het spel Eindhoven/Brabant Culturele Hoofdstad 2018 definitief op de wagen. Een investering van 10 miljoen uit de stad met opplus bonus van nog eens 10 miljoen uit de provincie. En naast deze provinciale postcode miljoenen verdubbelaar ook nog eens kans om 5 miljoen extra binnen te halen. Voorzitter, zal de miljoenenprijs na 2012 dan ook in 2018 nog een keer binnen Noord Brabant vallen? En in welke postcode? Is dit de serie 4800 en de rest of blijft het merendeel van deze prijs hangen in de regio 56 en een hoop nummers en een paar letters. Dat is, wat Breda 97 betreft, nog altijd een zeer valide vraag. Voorzitter, het lijkt een loterij zonder nieten. De loten worden vakkundig gepassioneerd, ja zelfs enigszins agressief, aan de man gebracht. Niet meedoen zal invloed hebben op de toekomstige contacten met de provincie. Normaal moet je dit soort politieke druk tussen de regels door lezen. Nu probeert men het niet eens meer te verhullen en staat het er gewoon letterlijk. Ergo: niet meedoen is eigenlijk geen optie. Voorzitter, op dit moment ligt half Breda op de culturele intensive care. Chassé Theater, Bredaas Museum, MOTI, noem het maar op. Na 2013 kan daar best nog eens een flink aantal patiënten bij komen. De impuls echter die kan uitgaan van Brabant Culturele Hoofdstad 2018 zou dus ook wel eens de voorlopige redding kunnen zijn van een aantal culturele instanties. Voorlopig, omdat natuurlijk de vraag blijft hoe het een en ander zich bestendigt na het jaar Breda 97 doet zijn best om in deze positieve denktrant mee te gaan maar vraagt zich wel het volgende af. Als onderdeel van de Bredase 10 miljoen gaat de komende jaren binnen het cultuurbudget een ombuiging plaats vinden van zo n 3 miljoen. Op dit moment hebben we echter nog geen enkele concrete aanwijzing of indicatie welke culturele patiënt nou kans op overleven wordt toegedicht of wie op de transplantatie wacht als cultuurdonor. Moet straks MOTI gaan afzien van de internationale aspiraties en zeg maar een soort Grafisch Designmuseum worden of gaan we werk maken van de Parade en het Bredase Museum de helpende hand reiken? Onderwerpen die leven en spelen maar waarvan we op dit moment geen idee hebben welke kant de wethouder op wil. En heeft de raad daar straks nog iets in te zeggen of te sturen? Misschien kan de wethouder hierin nog wat verduidelijking scheppen. Voorzitter, over het tot op heden bestuurlijk gelopen traject wil Breda 97 nog een keer het volgende kwijt. Gezien de tijd en wat al gezegd is, wil ik het kernachtig samenvatten. We hebben begrip voor het feit dat qua overheidsprojecten het wel haast een wetmatigheid lijkt dat hoe kostbaarder het project is, hoe vager de sturing is. Maar we hebben geen enkel begrip voor het feit hoe de pr in dit traject gelopen is. En we hebben al helemaal geen enkele compassie met een wethouder die met een unaniem ondertekende brief van de raad, lees eenduidige opdracht die aan alle smart doelstellingen voldoet, naar de provincie wordt gezonden, maar vervolgens met niets terug komt, althans niet nieuws terug komt en na aanschouwen van totale en complete verbazing in de commissie riposteert met: zo heb ik de brief niet begrepen. Ik vroeg mij afgelopen maandag inderdaad af of deze wethouder, of dit dossier bij deze wethouder wel in goede handen is, voorzitter. En eigenlijk doe ik dat nog steeds. Misschien zou het beter geweest zijn om in de aanloopfase van dit dossier een bestuurlijke stijl te hanteren met wat minder passie voor cultuur en wat meer gevoel voor pr en cijfers. Mocht mevrouw Boelema nog een uurtje over hebben, het is maar een ideetje. Samengevat: Brabant Culturele Hoofdstad Een heleboel geld, zeker in de huidige financiële tijden. En nog een heleboel haken en ogen maar toch ook een unieke kans. Breda 97 kiest, alles

7 431 overwegende, overtuigd van de dynamiek voor de stad die dit dossier zeker in zich heeft. We zijn ons er van bewust dat we nog veel werk moeten verzetten en dat we geen soepele start hebben gemaakt. Maar het project is ons inziens überhaupt kansloos als we er na akkoord niet vol voor gaan. Ik weet niet of de heer Stubenitsky nog een t-shirtje over heeft, maar anders graag een maal XL. Tot zover. Ik dank u zeer. Het woord is aan mijnheer Van Lunteren, SP. Dank u wel, voorzitter. Ik gun uiteraard de heer Stubenitsky, en ik begrijp zojuist ook de heer Van den Berg, uiteraard hun fifty minutes of fame. Maar de SP is daar toch wat kritischer over. Want wethouder Willems heeft het blijkbaar toch weer voor elkaar. Weer een ongedekte cheque. Iedere keer weer. Nu weer voor de Culturele Hoofdstad. Hoe gaat hij dat toch verkopen in de stad? We snoeien elk stukje groen tot op de wortel af om de euro s te besparen en mijnheer Willems vraagt nu weer een ongedekte cheque. Denkt u nu zelf dat we daar weer mee in kunnen stemmen? Het Grondbedrijf echoot als een bodemloze put, de stresstest zet Breda op scherp. De raad gaf niet voor niets een aantal randvoorwaarden mee richting de provincie. Helaas zag de wethouder die vooral als een inspanningsverplichting in plaats van als een resultaatsverplichting, zoals we dat eigenlijk als raad hadden bedoeld, nietwaar. Voorzitter, dat vertaalde zich hier laatst als een presentatie van de heer Sanders en de Commissaris van der Donk, een beetje een bloedeloos verhaal. We zijn er als SP niet warm van geworden. Integendeel als we naar aanleiding daarvan zo n beslissing moeten nemen over 10 miljoen euro, voor de komende 2 perioden 6 miljoen, dus we gaan ook nog eens over ons graf heen beslissen. Dat dachten wij als SP dus niet. Want wat krijgt Breda nou precies voor die 10 miljoen? En waar komt die nou precies vandaan? Het is ons nog steeds niet helemaal duidelijk. Mijnheer De Beer had ergens 2,5 miljoen bedacht, gelden uit de Spoorzone. Maar ja, dat lijkt ons een farce. Want dat wordt asfalt en stoeptegels, als je het ons vraagt. En het gaat echt om de cultuursector, 6 miljoen op de toekomst. En dan nog, en dat is wel iets voor de wethouder om even op te letten, want je kunt er doorheen praten maar het is wel even een vraag aan de wethouder. 2 Miljoen extra uit het veld. U gaf het volgende aan in de commissievergadering. Ik zei: de dekking is niet zo sterk onderbouwd. En de wethouder zei: ja, maar dat moet uit de efficiency komen en minder bureaucratie in de sector. Maar even voor het perspectief: MOTI is al opgegeven door het rijk en zal de ambities moeten bijstellen en krijgt al minder geld. Bredaas Museum is door de meerderheid in deze raad al bijna om zeep geholpen met een enorme bezuinigingstaakstelling. Bloos en Electron zitten aan de rand; die gaan het misschien net redden. En dan wil de wethouder daar nog eens 2 miljoen, de kaasschaaf, overheen halen. Dat lijkt ons de doodsteek voor al dat soort sectoren. Ik wil graag van de wethouder een toelichting waar nou precies die 2 miljoen vandaan komen en hoe zij dat dan in dat perspectief ziet. Dan moeten er dus keuzes vallen. Mijnheer Van den Berg zei het al terecht. Dan moeten er dus dingen sluiten. Ik hoor graag wat er dan gaat sluiten. Want dit kan niet allemaal voor nog minder geld overeind blijven met dezelfde ambitie. Voorzitter, de SP heeft dus erg veel behoefte aan een soort herijking van het cultuurbeleid van dit college. Want ja, ooit hadden we de Factor C afgesproken met z n allen en daar komt nou weer een hele ambitie overheen. Wij kunnen het allemaal niet meer plaatsen. Graag horen we van de wethouder welke rol dat hele Factor C verhaal nog speelt in het gemeentelijk beleid en op welke manier een structurele verbetering van de kunst- en cultuursector in de breedte en in de basis wordt vorm gegeven. Wat zijn dus de ambities voor het Bredaas Museum, Chassé, de Vlaszak, MOTI, Bloos, Electron en vooral, wat ons betreft, de buurthuizen. Graag een toezegging dat die toelichting uitgebreid zal komen bij de volgende begrotingsbehandeling, zodat we daar wel een gevoel bij gaan krijgen want, zoals ik al zei, heeft mijnheer Sanders ons dat absoluut niet kunnen brengen. U hoort het voorzitter: de SP staat zeer negatief tegenover Brabant Culturele Hoofdstad, of is het Eindhoven Culturele Hoofdstad of hoe je het ook mag noemen. De organisatie onder leiding van Sanders rammelt, in Breda piept en kraakt het. Inhoudelijk schiet West Brabant en ook Breda er ook dik bij in ten opzichte van Oost Brabant is ons uit de woorden van mijnheer Sanders, ja, duidelijk geworden. En als je dan ook nog kijkt naar de tegenstanders in dit hele verhaal, dan zie je steden als Utrecht en Maastricht met een veel beter verhaal en veel betere organisatie, een veel logischere keuze ook, met name Maastricht natuurlijk, ook als je kijkt naar de economische situatie. Als ik Europa was, dan wist ik het wel. En dan doet Breda dus met 10 miljoen ongedekte cheque een enorme gok, zoals mijnheer Van den Berg zei, een soort loterij. Ik vind het zeer onverstandig. De SP zal elk voorstel steunen. Ik heb begrepen dat het CDA er nog met een aantal komt, voor structurele investeringen in kunst, cultuur en erfgoed in Breda, die ook zonder de

8 432 Culturele Hoofdstad in Breda doorgang zouden kunnen vinden, zoals de Kashba, de Vlaszak of elk ander voorstel waar het CDA zo nog mee komt. Of ieder ander. Dank u wel, voorzitter. Ik dank u zeer. Mijnheer Elbertse, CDA. Dank u wel, voorzitter. De CDA fractie heeft al meerdere keren aangeven te vinden dat het project Brabant Culturele Hoofdstad kansen biedt voor onze stad, regio en provincie. Niet alleen het culturele veld maar ook het bedrijfsleven, kunnen profiteren van de vele activiteiten. Ondanks deze moeilijke financiële tijden is het totale beschikbare budget onvoorstelbaar groot, namelijk 141 miljoen euro. Wat dat betreft, had het voor het CDA wel met wat minder gekund. Nee tegen Brabant Culturele Hoofdstad betekent niet alleen dat wij dan niet mee doen maar ook dat de onderlinge verhoudingen met de omliggende steden en provincie zullen bekoelen, misschien met grote gevolgen voor allerlei andere stedelijke en stadoverstijgende projecten. Dit gezegd hebbende, gaan we er gemakshalve wel van uit dat bij een ja de provincie bij de invulling van deze projecten ook eens meer onze kant uit kijkt. In Kansen voor Breda worden de kansen nog eens goed op een rijtje gezet. Maandag jongstleden hebben wij gezegd dat in dit document een etalage vol met kansen wordt geschetst. Culturele organisaties en instellingen worden genoemd in de uitvoering van programma s. Het is wrang om te moeten vaststellen dan sommige van deze organisaties en instellingen momenteel strijden voor hun voortbestaan. Juist voor hen zou Brabant Culturele Hoofdstad een stip op de horizon kunnen zijn. Volgens ons is het belangrijk dat snel duidelijk wordt welke kansen worden gegrepen. De CDA fractie is er van overtuigd dat geloven in mogelijkheden motiverend werkt. Motivatie helpt weer om deze moeilijke tijden door te komen. De CDA fractie is van mening dat een en ander alleen kan met een goede organisatie, een organisatie die verantwoording aflegt. Wij denken aan een organisatie zoals Breda 750 jaar. Organisaties en culturele instellingen vragen ook om zo n vergelijkbare organisatie. Natuurlijk snappen wij dat je nu nog niet zo n organisatie optuigt. Maar net als met het schetsen van kansen, kan er nu al wel worden nagedacht over het type organisatie wat wij zouden willen bij kandidatering. Deze organisaties kunnen wij ook kaders meegeven betreffende de kwaliteit van programma s die vanuit Breda aan het programmabureau worden aangeboden. Verder vinden wij dat er nu wel al een duidelijk aanspreek- en informatiepunt moet komen, een aanspreek- en informatiepunt waar culturele instellingen en organisaties maar ook het bedrijfsleven en onze inwoners terecht kunnen. Wij dienen dan ook, samen met Leefbaar Breda en Breda 97, een motie in waarin wij de wethouder verzoeken te komen met plannen en ideeën over de opzet van een organisatie. En tevens verzoeken wij een aanspreekpunt en informatiepunt op te richten. Verzoekt het college, vooruitlopend op de kandidatering een plan te schetsen over een toekomstige organisatie die niet een extra laag in de organisatie aanbrengt, maar juist Brabant Culturele Hoofdstad 2018 dichter bij de Bredanaars brengt. Een organisatie waarbij de organisatie van Breda 750 haar het voorbeeld kan zijn. In ieder geval een organisatie die rekening houdt met de huidige situatie en de infrastructuur van organisaties en instellingen. Vooruitlopend op deze definitieve organisatie een duidelijk aanspreekpunt in te richten waarbij culturele instellingen, bedrijfsleven en inwoners van onze stad terecht kunnen met hun vragen en ideeën aangaande Brabant Culturele Hoofdstad Is ondertekend door CDA, Leefbaar Breda, Breda 97. Gaat u verder, mijnheer Elbertse. Voorzitter, mag ik daar een vraag over stellen? Voorzitter, voorzitter, mag ik een vraag stellen aan de heer Elbertse, een verduidelijkende vraag ten aanzien van zijn motie? Want is de heer Elbertse dan ook van mening, aangezien dit zou kunnen vallen onder overhead, dat dit komt uit het provinciebrede budget voor overhead? Want in feite is het dan een soort lokale uitwerking van het algehele programmamanagement.

9 433 Nou, dat is ook wat wij merken in de gesprekken die wij hebben met culturele instellingen en met organisaties, maar ook met het bedrijfsleven, dat er behoefte is aan duidelijkheid. En ik denk dat we hierin als Breda gewoon een eigen verantwoordelijkheid hebben. Als dat natuurlijk in te passen was in dat geld of als dat onder die 10 miljoen zou kunnen vallen, ja dan is dat natuurlijk prima maar in onze beleving staat het toch los van hoe je daar verder mee om gaat. Want wat we nu volgens ons aan het doen zijn, is dat je iedereen aan het verantwoordelijk maken bent, of vindt dat ze verantwoordelijk zijn. Het gevolg daarvan is dat niemand zich verantwoordelijk voelt. Voorzitter, Mijnheer Van Lunteren. Ik snap dat u in het slikken of stikken verhaal kiest voor het slikken. En dan is mijn vraag: u stelt dat die geen extra laag wordt in de organisatie. Maar hoe verhoudt die zich dan tot de gemeente? Op welke plek komt die dan? Want als we iets creëren, doen we dat dan als gemeentelijke organisatie of komt het onder de gemeente en wordt het een extra laag en stapt dan de gemeente er uit? Of stapt dan de provincie er uit? Wat bedoelt u precies met die extra laag? Nou, juist geen extra laag. Wat we nu hebben, is in feite dat, We schrijven een stuk: Kansen voor Breda. En wat we daarin doen, is opsommen wat allemaal zou kunnen. Maar het lijkt er op dat we ons niet afvragen hoe en op welke manier je dat dan gaat organiseren. Er wordt gesproken over instellingen zonder dat die instellingen precies weten wat zij nou daarmee kunnen. En ja, ons lijkt het toch echt wel noodzakelijk dat je een organisatie hebt die er in elk geval voor gaat zorgen dat instellingen en organisaties en bedrijfsleven met elkaar verbonden worden en dat ze ook met elkaar in gesprek gaan. Voorzitter, maar dan is het mij nog niet helder. Hoe in de lijn komt die organisatie dan te zitten? Je hebt provincie, of Eindhoven, dan heb je Breda, en dan heb je de kunst- en cultuursector. Waar komt dan die extra organisatie tussen als dat geen laag wordt? Wat vervangt die dan? Nou ja, u zult ongetwijfeld weten hoe we dat gedaan hebben met Breda 750 jaar. Nee. Nou ja, daarvoor is toen een stichting in het leven geroepen en daar zaten dus mensen in die ervoor gezorgd hebben dat er met het veld, en dat was zowel het culturele veld alsook het bedrijfsleven, er dingen van de grond gekomen zijn die heden ten dage nog merkbaar zijn. Dus een extra laag? Ik ga eerst naar mijnheer Van der Horst. DE HEER VAN DER HORST: Dank u wel. Mijnheer Elbertse, heeft u een idee hoe duur die organisatie was van 750 jaar Breda? Geen idee. Maar ik kan de vraag ook omdraaien. Hebt u enig idee wat het gaat kosten als je niet gaat organiseren? DE HEER VAN DER HORST: Die organisatie kostte in ieder geval 4 ton.

10 434 Ja, ik, Geen idee. DE HEER VAN DER HORST: Dat is wel het getal. De heer Akinci. DE HEER AKINCI: Ik ben het dictum van de motie nog een beetje over mijn tong aan het laten rollen. Enerzijds houdt u een warm pleidooi voor Breda 750 als volbloed organisatie van zo moeten wij het hier op het lokale niveau inrichten. Anderzijds is er nog wat discussie, ook met de heer Van Lunteren, van moet er dan een extra laag komen en op welke wijze wil je nou die partners en het culturele veld met elkaar verbinden. Mag ik deze motie zo lezen dat u zegt: ga er op studeren, kom binnenkort met wat ideeën daarover maar het hoeft niet per se een stichting te zijn en het hoeft niet per se zoals 750 te zijn. Of wilt u echt, koste wat het kost, die richting op? Ik denk dat u het goed aangeeft. Wat wij zeggen, is net zo goed als dat je omschrijft welke kansen er allemaal zijn, denken wij dat het ook goed is om na te denken hoe en op welke manier je dat dan wil gaan organiseren. En inderdaad, kom dan met plannen daarin en daarvoor, en dan ook samen met het veld. Het hoeft niet per se zo n organisatie te zijn. Wij komen daar wel op omdat juist vanuit het veld, het culturele veld, daar om gevraagd wordt, is onze beleving. Dus vandaar het voorbeeld. De heer De Jong. DE HEER DE JONG: Dank u voorzitter. Ja mijnheer Elbertse, ik hoor al jaren dat ongeacht het feit we de organisatie krijgen van Brabant Culturele Hoofdstad, dat we toch de ambitie hebben om de plannen en de ideeën en de richtingen die daarin verwoord zijn, uit te gaan voeren. Als ik de motie lees, dan heeft u het over: vooruitlopend op de kandidatering van Brabant Culturele Hoofdstad. Maar moet het in principe niet onafhankelijk zijn van die kandidatering, de behoefte aan een dergelijke organisatie als we toch de plannen gaan uitvoeren, of we het worden ja dan nee? Ja kijk, het lijkt ons logisch dat je niet een organisatie gaat optuigen op het moment dat je nog niet weet of je wel of niet Culturele Hoofdstad wordt. Maar daar tegenover staat dat je er op zijn minst wel over kunt nadenken hoe je dat dan zou gaan doen op het moment dat je het wordt. DE HEER DE JONG: Nee, dat bedoel ik niet te vragen. Misschien was mijn vraag niet duidelijk. Of we het worden, ja dan nee, van heel veel plannen die nou in het bidbook zijn gepresenteerd, hebben we de ambitie dat we die toch gaan uitvoeren, ondanks het feit dat we het worden ja dan nee. Dat is voor mij nieuw in die zin. Op het moment dat we geen Brabant Culturele Hoofdstad worden, dan heb ik het niet zo begrepen dat we toch al die plannen gaan uitvoeren, dat er wel een intentie is om een aantal van de dingen die in gang gezet zijn, om daar mogelijk mee verder te gaan, maar volgens mij ontstaat er dan een hele nieuwe discussie. DE HEER DE JONG: Ja, dan ontstaat er een hele nieuwe discussie. Maar is dan de behoefte aan een dergelijke organisatie juist niet groter? Dat bedoel ik er eigenlijk mee te vragen. Nou ja goed, het is denk ik duidelijk hoe wij bedoelen hoe en waarom zo n organisatie noodzakelijk is. En volgens ons is die pas nodig op het moment dat je ook Brabant Culturele Hoofdstad bent.

11 435 Ik stel voor dat mijnheer Elbertse verder gaat. Ja voorzitter, we hebben in onze stad unieke leegstaande gebouwen of gebouwen die binnenkort leeg komen te staan. Uniek mag in dit geval ook gelezen worden als probleem. Ook voor deze gebouwen geldt dat Brabant Culturele Hoofdstad een kans kan zijn, een kans op herinrichting, een kans op een wel unieke invulling, een enclave van kunstenaars in combinatie met andere functies. Een houten Kashba kan in 2018 erg gedateerd zijn. Immers, het idee om van sloophout producten te maken, is al 15 jaar oud. De resultaten hiervan zien we nu bij de Gamma en dergelijke winkels. Wij vragen ons af of er geen betere alternatieven zijn. Het moet toch een uitdaging zijn om studenten van Sint Joost onder leiding van Piet Hein Eek een zoektocht te gunnen naar alternatieven, een zoektocht die zou kunnen beginnen in een van onze leegstaande gebouwen. Projecten aan en in deze gebouwen kunnen ook duurzaam zijn. Immers, deze projecten kunnen ook doorgang vinden na Al met al, denken wij een win win situatie. Wij dienen een motie in waarin wij de wethouder verzoeken of leegstaand gemeentelijk vastgoed kan worden betrokken bij verdere planontwikkeling betreffende Brabant Culturele Hoofdstad. Verzoekt het college een verdere planvorming en ontwikkeling van het programma van Brabant Culturele Hoofdstad te onderzoeken of uniek leegstand vastgoed binnen dit programma van waarde kan zijn. In het kader van duurzaamheid en veiligheid te onderzoeken of een culturele Kashba in een van de leegstaande gebouwen mogelijk is. In het verlengde daarvan te bevorderen dat er over een alternatief plan in de Spoorzone wordt nagedacht. Is ondertekend door de CDA fractie. DE HEER DE BEER: Voorzitter, mag ik daar iets over vragen? Mijnheer De Beer. DE HEER DE BEER: Ik heb het maandag al gezegd: wij zijn er niet zo gecharmeerd van om nu een van de eerste ideeën van een kunstenaar meteen weer in te kaderen. Ik heb dat maandag genoemd hetzelfde als aan Tiësto vragen om een pianoconcert te geven, aan Kluun om een kinderboek te schrijven en aan Marlies Dekkers om een HEMA onderbroek te laten ontwerpen. Het is op zich best, Misschien kunnen we dit nog toevoegen in het bidbook, maar, Uw eerste motie kan ik best plaatsen. Ik denk dat het CDA daar goed zit met het feit dat het nu tijd wordt om aan de organisatievorm te denken al is dat wat D66 betreft bottom up en niet top down. En dan mijn vraag: zo n organisatie komt dan straks ook met ideeën. En gaat u die dan ook per motie inkaderen? Want dat vind ik de tegenstrijdigheid in uw 2 moties. Ja, nou goed, dat denken wij dus niet. Wij hebben heel erg gekeken naar de Kashba, zeg maar. En dat is als een unique selling point, in alle plannen wordt dat meegenomen. Nou ja, je kunt je natuurlijk afvragen, en nogmaals het is natuurlijk ook, en dat hoor je ook terug wanneer je daar in het culturele veld over praat, in hoeverre dat allemaal nog uniek is in Dan krijg je de volgende vraag, en dat is van, nou goed, ik bedoel een groot video scherm op de Grote Markt, ja dat kan bijna niet. Maar een houten dorp waar dus gewoond en gewerkt gaat worden, dat kan dan blijkbaar zo maar in een keer wel. Daar hebben wij toch onze vraagtekens over. En om nu te voorkomen dat op het moment straks blijkt, wat zou kunnen, dat het niet kan, dan hebben we dus niks. En wat we nu eigenlijk alleen zeggen, want we zitten niet zo heel erg vast aan die Kashba, en we geloven ook heel erg in Piet Hein Eek. Alleen zeggen wij: is het nou niet mogelijk dat je samen met Piet Hein Eek met desnoods, of met desnoods, maar met studenten van Sint Joost, bijvoorbeeld, een uniek project bedenkt en dat je daar de leegstaande gebouwen die wij gewoon hebben hier in Breda, in betrekt. Dat lijkt ons gewoon duurzamer. Dus daarmee gaan wij niet op de plaats van de kunstenaar zitten, we gaan ook niet vertellen wat een kunstenaar wel of niet moet. Het enige wat wij hopen, is dat we in 2018 een project hebben waar inderdaad de hele regio en Europa en alles wat maar wil komen kijken, op af komt. De heer Akinci.

12 436 DE HEER AKINCI: Voorzitter, toch ook in het verlengde van de heer De Beer, als het mag. Ik heb zelf ook wel eens wat ideeën gelanceerd. Er zijn 500 jaar geleden allemaal beelden gesneuveld in de Grote Kerk en eigenlijk aan de buitenkant zijn allemaal van die lege nisjes. Daar zou je allemaal moderne kunst in kunnen zetten. En zoiets noem je dan Beeldenstorm. Dat lijkt me een fantastisch idee in het kader van Visual Arts in Maar ik vind het niet mijn plaats om dat hier te propageren. We kunnen dat als Bredanaar doen, bijvoorbeeld in die organisatie die er straks opgericht zou worden, we zouden misschien met z n tweeën een stichting kunnen gaan oprichten voor dat soort zaken maar ik denk niet dat dit het platform is om te gaan beoordelen of een Kashba van Piet Hein Eek zoals hij dat idee bedacht heeft, wel of niet inhoudelijk voldoende bijdraagt aan Culturele Hoofdstad. Ik ben het wel met u eens dat we op het leegstandsvlak nog eens een keer moeten gaan kijken hoe we die leegstand op allerlei manieren ook cultureel kunnen inzetten, zodat het betekenis krijgt voor de stad. Maar ik denk niet dat het verstandig is om die 2 zaken nu met elkaar te gaan verbinden en dat wij op de stoel van de kunstenaars en de ideeënbedenkers gaan zitten. Goed. Ik ga nu naar mijnheer De Jong want het is meer een kort statement van de heer Akinci. Tot slot de heer De Jong. DE HEER DE JONG: Dank u, voorzitter. Ik vind het een heel sympathiek en goed idee om leegstand gemeentelijk vastgoed proberen te betrekken bij Brabant Culturele Hoofdstad Ik vraag me alleen af of mijnheer Eek, gezien zijn auteursrechten op het idee, dat ook vindt. En ik denk dat we eerst eens met mijnheer Eek om de tafel moeten gaan zitten om te kijken of hij dat wel wil. Misschien vindt hij dat het ontzettend afbreuk doet aan zijn concept, dat dat echt in de buitenlucht thuis hoort, om maar wat te noemen. Dus daar heb ik dan toch wel een beetje moeite mee, een beetje veel eigenlijk. En ook de gevolgen van het wegtrekken van de culturele Kashba in de Spoorzone, wat zijn precies de gevolgen daarvan. Zijn er alternatieven? Komen die er? En als dat niet zo is, krijgen we dan minder investeringen vanuit de provincie en dergelijke? Ik denk dat we eerst eens de gevolgen hiervan heel goed op een rijtje moeten hebben, voordat we hier positief mee kunnen instemmen. Goed. Ik denk dat hierover al voldoende gewisseld is, over het wel of niet meegeven van huiswerk. Mijnheer Elbertse, gaat u verder. Ja nou, ik ben, wat dat betreft, eigenlijk klaar voorzitter, behalve dat ik nog wel even wil reageren. Want u geeft eigenlijk precies aan wat wij bedoelen. Wij zeggen niet: haal die Kashba weg. Maar wat wij zeggen is: onderzoek nou of er alternatieven zijn, en betrek daarbij de leegstaande gebouwen. Als je dat los wil koppelen van die Kashba, vind ik dat ook prima, als die leegstaande gebouwen maar gevuld gaan worden. Helder. Ik dank u zeer. Dan is het woord aan de heer De Beer, D66. DE HEER DE BEER: Dank u wel, voorzitter. D66, wij zijn maandag ook positief geweest en dat zal vandaag niet veel veranderen. Ik zal nog een paar accenten aangeven die voor ons belangrijk zijn en die motiveren waarom wij dat positieve gevoel op dit moment over het project hebben. Voor de zomer hebben we met de raad gevraagd aan het college om een extra inspanning te leveren om de goede voorwaarden voor Breda zeker te stellen. Wij zijn blij dat daar opvolging aan is gegeven, in de zin van dat een extra moment is ontstaan om met West Brabant in contact te treden. Dat kon bijna niet direct resulteren in euro s maar de welwillendheid is absoluut goed geïnventariseerd. We gaan er van uit dat daar ook opvolging aan kan worden gegeven. En dat heb ik maandag ook gezegd, dat dat ook als het ware een coproductie bij Breda kan worden en dat daar niet een veto vanuit Den Bosch komt over hoe en wat wij daar in financiële zin over afspreken. Het andere punt wat we belangrijk vinden, en wat in de zomer is gebeurd, is dat de Spoorzone als aandachtspunt ook in financiële zin is aangestipt. Het is nog wel een uitdaging om daar de goede concrete projecten aan te verbinden wat, ons betreft. Maar goed, uitdagingen blijven er ook genoeg in dit dossier want de wethouder Financiën is maandag ook helder geweest over het feit dat we die 6 miljoen gewoon nog over houden om in de volgende Voorjaarsnota s nog in te vullen.

13 437 En ja goed, dat is ook een uitdaging voor ons als raad om dat in de toekomst goed in te vullen en een uitdaging voor het college om daar ook bestaande projecten creatief in te financieren. Daarom zijn we blij dat we nu een beetje los lijken te raken van de kip en het ei cirkel waar we een beetje in zaten in dit dossier. Samen met de stad, met het culturele veld in een leidende positie samenwerken en zorgen dat dit een succes wordt. En daar hebben wij alle vertrouwen in. Voorzitter, mag ik een vraag stellen aan de heer De Beer? Want u begon over het trekken van de regio. Volgens mij zijn we het daar allemaal mee eens. Begreep ik uw vraag aan de wethouder goed dat u vraagt of het op een later moment alsnog mogelijk is om hun financiering deel te laten uitmaken van onze 10 miljoen? DE HEER DE BEER: Ja, dat is correct. Dat heb ik maandag ook gezegd en de wethouder, Ja, daar staat dus in de tekst iets anders, daar was ik niet zo blij mee en dat heb ik maandag ook uitvoerig gevraagd aan de wethouder. En in mijn beleving heeft die daar op geantwoord dat het wel mogelijk is om in de toekomst daar afspraken met de regio over te maken. En daar ga ik ook gewoon van uit. Tot slot mijnheer Hardorff, Partij van de Arbeid. Dank u wel, voorzitter. Ik had overigens het antwoord op de vraag van de heer De Beer anders begrepen, dus ik ben erg nieuwsgierig naar het antwoord van de wethouder. Dat gaan we dan zo meteen horen. Namens de Partij van de Arbeid kan ik zeggen dat we graag positief zouden adviseren. Want Brabantstad Culturele Hoofdstad is een project voor de lange termijn. En ook dat soort projecten zijn belangrijk, juist in een tijd van crisis en van recessie: het bieden van perspectief om er sterker uit te komen. En meer dan een cultureel project is het ook een sociaal project, een economisch project en zeker ook een ruimtelijk project, aangezien Via Breda daar een rol in speelt. Wat betreft de Partij van de Arbeid, zijn de 3 thema s die in Kansen voor Breda zijn beschreven, thema s die passen in de eigen agenda van de stad. Allereerst dus die Spoorzone, waarvan we het sowieso al belangrijk vonden om te investeren in de belevingswaarde om er echt een tweede centrum van de maken in plaats van de zoveelste Vinex wijk. Ten tweede wat we dan noemen de zogenaamde breedtesport van de cultuur. Uiteraard vinden we dat als Partij van de Arbeid ook belangrijk, cultuur dicht bij mensen, in wijken. Alhoewel, een beetje cynisch word je er wel van als je 14 buurthuizen sluit en dan goede sier maakt met een Buurthuis van de Toekomst. En ten derde het speerpunt Erfgoed en beeldcultuur waarvan we al hadden bepaald dat we daar mee verder wilden om het imago van de stad en de aantrekkingskracht van de stad te versterken. In dat opzicht dus goed gekozen thema s en daar hebben we ook vertrouwen in. Echter, wat ons betreft, is ook Culturele Hoofdstad niet een project waar je met een hele krappe coalitiemeerderheid een besluit in neemt. Want we nemen een besluit voor de langere termijn, niet alleen gezien het project wat in 2018 plaats vindt maar ook gezien de financiële consequenties die daar aan vast zitten. En als we dan het finale besluit moeten nemen of we wel of niet positief gaan adviseren, moeten we toch ook wel constateren dat er de afgelopen jaren toch al veel mis is gegaan. De heer Van den Berg heeft daar al het een en ander over gezegd en ook de heer Van Lunteren refereerde daar aan. Want zo was er heel lang, en is er denken wij nog steeds, een gebrek aan communicatie en draagvlak over dit project, zowel waar het de provinciale inspanningen betrof maar zeker ook daar waar het de eigen inspanningen als gemeente Breda betrof. We hebben met z n allen, niet alleen in Breda maar ver daar buiten, geconstateerd dat er sprake was van een uiterst zwak Bidbook 1.0 en we hebben in feite de nieuwe versie nog niet kunnen toetsen op meer kwaliteit. Er was een gebrek aan het activeren van organisatiekracht in de cultuursector. En dat is natuurlijk wel opmerkelijk als je eerst de cultuurmakelaar afschaft, vervolgens er een soort vacuüm ontstaat en vervolgens met voorstellen moet komen om die organisatiekracht als het ware weer op te peppen. In dat opzicht ondersteunen we wel het pleidooi. Maar ook daar hebben wij denken wij een verkeerde keuze in gemaakt door de cultuurmakelaar af te schaffen. En er is sprake geweest van een switch naar Eindhoven zonder dat dat heeft geleid tot politieke besluitvorming of het vertalen naar financiële consequenties. Het was ineens zo en dat was maar een feit waarmee we het moesten doen. En tenslotte, nou ja niet eens helemaal tenslotte, het niet oppikken van lokale politieke signalen. Die gingen over draagvlak, die gingen over het salaris van de heer Sanders, die gingen over de hoogte of de samenstelling van de financiële bijdragen. En niet voor niets hebben we als raad voor de zomer raadsbreed een brief

14 438 geschreven die de raad zag als onderhandelopdracht maar blijkbaar door de wethouder niet zo begrepen is, zoals ook de heer Van den Berg aanhaalde. Kortom, we moeten een besluit nemen in een tijd van zwaar weer. En de situatie van Breda is substantieel anders dan die van andere steden. Dat zijn niet mijn woorden maar de woorden van de wethouder Financiën die dat prima kon beargumenteren afgelopen maandag. De Partij van de Arbeid heeft dus zorgen over de financiële situatie en dat maakt ook dat we dit dossier net zo goed als een financieel dan als een cultureel project zien. En de vraag is dan ook aan het college: vindt u het ook niet verstandig dat we, zoals we ook op andere dossiers doen, gezien het belang er van, in het vervolg werken met 2 dossierhouders op dit onderwerp, namelijk de wethouder Cultuur, maar ook de wethouder Financiën, ook om aan de stad aan te geven als raad dat we zien welke stap we zetten maar dat er ook financiële risico s aan kleven en dat we die zo goed mogelijk in de teugels willen kunnen houden. Nog twee laatste vragen aan de wethouder van Financiën. We hebben begrepen dat in Breda er sprake is van 10 miljoen nieuw geld terwijl in Den Bosch al eerder was besloten tot een investering van 8 miljoen in het Jeroen Bosch jaar, dus men in feite nog maar 2 miljoen bij hoeft te vinden om aan de financiële verplichting te voldoen en dat Tilburg heeft kunnen afdwingen dat 2,5 miljoen die men toch al in de Spoorzone zou investeren, en dus ook financieel geregeld was, onderdeel mocht uitmaken van de 10 miljoen. Dus hoe komt het toch dat we dat als Breda op een of andere manier niet hebben kunnen regelen? En zou u nog een keer willen uitleggen, gezien het belang er van, hoe de investering die we nu gaan doen en het beslag op toekomstige investeringsmiddelen zich verhouden tot de risico s waar we wellicht in de komende weken nog meer over gaan horen. Dank u wel. Ik dank u zeer. Nog andere leden van uw raad? Ik stel voor dat we even de vergadering schorsen tot uur. Dus ik wil vragen of u even hier blijft voor een kort moment van schorsing. SCHORSING. Mag ik vragen de plaatsen in te nemen. De beraadslagingen worden heropend. Ik geef het woord aan eerst wethouder Boelema en dan wethouder Willems. Er zijn een aantal vragen rondom financiën gesteld: ombuiging, organisatie, gebruik leegstaande gebouwen, onderhandelingsresultaat, beslag financiële middelen en de bestuurlijke aanpak coördinatie. Eerst het woord aan de wethouder van Financiën. WETHOUDER BOELEMA: Dank u wel, voorzitter. Om dan even te beginnen met het onderhandelingsresultaat. Hier staat een blije wethouder Financiën want voor de zomer hadden wij 10 miljoen gereserveerd voor dit project waarvan we 10 miljoen in de stad terug zouden krijgen. Na deze zomer, nadat wethouder Willems daar nadrukkelijk zijn best voor heeft gedaan, is daar een multiplier van 5 miljoen bij gekomen. Ik heb u dat maandag ook al gezegd. Dat staat wat diplomatiek in de notulen maar dat is wel degelijk denk ik de opbrengst van uw brief in unanimiteit die ons als college heeft genoopt werk te maken van die onderhandelingen, wat ook resultaat heeft opgeleverd. Dus in die zin denk ik dat u dat ook als een gezamenlijke inspanning van ons allemaal kunt zien. En als ik het dan over die gezamenlijke inspanning heb voor dit project, is dit natuurlijk niet een project wat alleen gaat over Brabant Culturele Hoofdstad. En dat is niet alleen een cultuurproject. Dat is nadrukkelijk door een aantal van u ook benoemd, het gaat ook over economische spin off, het zijn ook dingen die weer in de portefeuille van de heer Meeuwis passen, het gaat over financieel de vinger aan de pols houden, wat weer bij mij ligt, het gaat over de Spoorzone Via Breda, wat bij de wethouder Ruimtelijke Ordening ligt. Dus zo zijn wij met z n allen als college betrokken bij Brabant Culturele Hoofdstad. Dat moet ook want als je er een succes van wilt maken, moet je er ook met z n allen voor gaan. En dat is in ieder geval wat het college nadrukkelijk wil doen. Waar het gaat over het, Voorzitter, mag ik een vraag stellen aan de wethouder?