*Z00AD07B441* documentnr.: INT/C/14/12557 zaaknr.: Z/C/14/15083

Transcriptie

1 *Z00AD07B441* documentnr.: INT/C/14/12557 zaaknr.: Z/C/14/15083 Raadsinformatiebrief Onderwerp : Nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 2015 Aard : Actieve informatie Portefeuillehouder : W.A.G. Hillenaar Datum college : 23 december 2014 Openbaar : Ja Afdeling : Ontwikkeling Contactpersoon : Peer Sluiters Telefoon : peer.sluiters@cgm.nl In te vullen door de griffie Nummer brief : Datum verzending : 27 december 2014 (Weekbericht 8 januari 2015) Nummer weekbericht : 1 Aanleiding Per 1 januari 2015 treedt er een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg in werking. Met deze raadsinformatiebrief informeren wij u hierover. Inhoud Jeugdgezondheidszorg - een gemeentelijke taak Iedere gemeente heeft, op basis van de Wet publieke gezondheid (Wpg), taken op het gebied van de publieke gezondheid. Een van die taken is de jeugdgezondheidszorg. Ons college laat die taken uitvoeren door de GGD Hart voor Brabant. Een gemeentelijke dienst van de 28 gemeenten in Midden-Brabant, de Meierij en Brabant-Noordoost. Een nieuw basispakket De GGD voert de jeugdgezondheidszorg uit op basis van de richtlijnen van de minister uit Na een evaluatie van dit pakket door de Commissie De Winter, heeft de staatssecretaris nieuwe richtlijnen vastgesteld in het Besluit publieke gezondheid dat op 1 januari 2015 in werking treedt. De Commissie De Winter adviseerde om meer rekening te houden met de gemeentelijke transities en om uit te gaan van de mogelijkheden en de specifieke (gezondheids-)risico s van individuele kinderen. De GGD sluit daarbij aan met een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg (JGZ). Het overgrote deel van de jeugdgezondheidszorg blijft onder de werking van de Wpg. De intensievere ondersteuning gaat deel uitmaken van de activiteiten vanuit de nieuwe Jeugdwet. 1

2 Het nieuwe pakket stelde het algemeen bestuur van de GGD op 10 juli 2014 vast, na een uitgebreide voorbereiding samen met gemeenten, vertegenwoordigers vanuit de (voor)school en de Inspectie voor de Gezondheidszorg. De GGD testte het nieuwe pakket in enkele pilots. De ervaringen waren positief en de Inspectie stemde in met het pakket. In de afgelopen maanden is de GGD gestart met de invoering van het pakket. Het sluit goed aan bij de transities, onder andere van de jeugdzorg. De ambitie van het nieuwe pakket Elk kind heeft het recht om gezond en veilig op te groeien tot een burger die optimaal kan meedoen in de samenleving. Hieraan draagt de GGD door preventie bij met het nieuwe basispakket jeugdgezondheidszorg. De JGZ bewaakt de ontwikkeling van kinderen en ondersteunt ouders bij het opgroeien en opvoeden van hun kind. Als er risico s zijn voor de gezonde en veilige ontwikkeling van het kind, kijkt zij samen met de ouders hoe die te voorkomen zijn en/of biedt zij lichte ondersteuning. Als dat niet voldoende is, leidt de JGZ toe naar zorg. Zo draagt de jeugdgezondheidszorg bij aan het voorkomen van inzet van zwaardere zorg en de ambities van de transitie jeugdzorg. De JGZ werkt hierbij samen met haar partners in het sociale domein, de (voor)school en de gezondheidszorg. Minder én meer Het belangrijkste onderdeel van het nieuwe pakket blijven de contactmomenten : de contacten tussen de ouder en het kind met de jeugdverpleegkundige en de jeugdarts. De belangrijkste veranderingen: - er zijn minder vaste contactmomenten en meer inzet mogelijk voor begeleiding op maat; - een deel van het pakket verschuift naar de plustaken. Hierdoor daalt de gemeentelijke bijdrage. De gemeente blijft deze taken in 2015 echter vanuit de GGD inzetten in het kader van de Jeugdwet (meer hierover in de paragraaf financiën ). JGZ-teams voor de 0- tot 12-jarigen voeren het nieuwe pakket uit en borgen zo de doorgaande lijn. Daarnaast zijn er teams voor de 12- tot 19-jarigen. Het nieuwe pakket geeft de jeugdarts en jeugdverpleegkundige ook ruimte om te overleggen met partners, zoals kindercentra, scholen en de huisarts. En er is ook tijd voor inzet in de sociale wijknetwerken die de gemeente gaat instellen vanwege de grote decentralisaties. De gemeente kan kiezen voor invulling op maat en voor meer of minder plustaken. Het nieuwe basispakket JGZ bestaat uit de volgende drie onderdelen: 1. Basiscontactschema: voor elke gemeente hetzelfde; 2. Begeleiding op maat: in afstemming met de gemeente; 3. Samenwerking: in afstemming met de gemeente. Bij de begeleiding op maat en samenwerking verbindt de JGZ haar activiteiten met de (voor)school, het sociale wijkteam/basisteam jeugd en gezin en de gezondheidszorg. Nieuw: aandacht voor pubers Een nieuw contactmoment is dat voor jongeren van 14 jaar en ouder: met activiteiten gericht op hun leefstijl. Vanaf 2015 zit dit in het wettelijk basispakket. Het rijk betaalt daar ook extra geld voor. Het is een contactmoment voor de jongeren die die zorg echt nodig hebben. De jeugdarts en jeugdverpleegkundige van de GGD richten zich daarbij op de sociaal-medische aspecten van het (school)ziekteverzuim. Dit blijkt namelijk een belangrijk signaal voor psychosociale en andere problemen. Ze doen dat in nauw overleg met 2

3 de school en de leerplichtambtenaar. Dit past goed in de ontwikkelingen van passend onderwijs en jeugdzorg, die meer samenhang beogen. Financiën De financiering van het huidige basispakket JGZ kent een gefixeerde bijdrage per gemeente voor de 0- tot 4-jarigen, een inwonersbijdrage voor de 4- tot 19-jarigen, en een inwonersbijdrage voor het lokaal accent voor gezondheidsbevordering en jeugd. Door het besluit om de lokaal accentgelden van de JGZ per 2015 te verschuiven naar de plustaken, neemt de gemeentelijke bijdrage voor het basispakket in 2015 af met en komt dan uit op (voor heel GGD Hart voor Brabant). Deze verschuiving leidt per saldo tot: - een lagere gefixeerde bijdrage voor de 0- tot 4-jarigen van ; - een lagere bijdrage per inwoner van (afgerond) 0,25. De omslag naar een nieuw basispakket JGZ is echter een groot project met enkele financiële risico s voor de GGD. Daarom werd door het AB ook besloten om deze verlaging van de gemeentelijke bijdrage in 2015 te koppelen aan een tijdelijke inkoopverplichting voor het aandeel waarin een verschuiving plaatsvindt naar de plustaken. De GGD kan 2015 dan benutten om te overleggen met de gemeenten over deze omzetting. Met andere woorden, de gemeentelijke bijdrage aan de GGD blijft in 2015 nog ongewijzigd, maar is per 2016 lager indien de gemeente besluit geen plustaken in te kopen. De lagere, vastgestelde bijdrage per 2016 aan de GGD voor de jeugdgezondheidszorg, is daarmee onderdeel van de bezuinigingstaak die per 2016 aan de GGD Hart voor Brabant zal worden opgelegd. Procedurele informatie Het algemeen bestuur van de GGD Hart voor Brabant heeft op 10 juli 2014 ingestemd met de inhoudelijke kaders van het nieuwe takenpakket JGZ. Op het AB van 13 november 2014 heeft het AB vervolgens ingestemd met de financiële kaders van dit nieuwe JGZ pakket. Tot slot, we hebben de takendiscussie die wordt gevoerd in het kader van de aan de GGD op te leggen bezuiniging per 2016 waar het nieuwe JGZ pakket onderdeel van is aangedragen voor de themabijeenkomst raden Land van Cuijk van februari. In januari beslist het regieteam of dit onderwerp geagendeerd zal worden. 3

4 Bijlagen Een nieuw basispakket Jeugdgezondheidszorg: Jeugdgezondheidszorg in het lokale sociale domein. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Cuijk, drs. R.H.M.A. Rongen secretaris Mr. W.A.G. Hillenaar burgemeester 4

5 AB Een nieuw basispakket Jeugdgezondheidszorg Jeugdgezondheidszorg in het lokale sociale domein

6 Inhoudsopgave 1. De ambitie van het nieuwe basispakket Aanleiding voor een nieuw pakket De veranderingen Het basispakket JGZ Lokale invulling Pubercontactmoment Financiën Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 2

7 1. De ambitie van het nieuwe basispakket Elk kind heeft het recht om gezond en veilig op te groeien tot een burger die optimaal kan participeren in de samenleving. Hieraan wil de GGD door preventie bijdragen met het nieuwe basispakket jeugdgezondheidszorg (JGZ). De JGZ bewaakt de ontwikkeling van kinderen en ondersteunt ouders bij het opgroeien en opvoeden van hun kind. Als er risico s zijn voor de gezonde en veilige ontwikkeling van het kind, kijkt de JGZ samen met de ouders hoe die te voorkomen zijn en/of biedt zij lichte ondersteuning. Als dat onvoldoende is, leidt de JGZ toe naar zorg. Zo draagt de jeugdgezondheidszorg bij aan het voorkomen van inzet van zwaardere zorg. Zij werkt hierbij samen met haar partners in het sociale domein, de (voor)school en de gezondheidszorg. 2. Aanleiding voor een nieuw pakket Er zijn meerdere aanleidingen om het basispakket JGZ aan te passen: Het wettelijk kader Het rijk ziet de jeugdgezondheidszorg als publieke zorg, een basisvoorziening voor alle kinderen. Ze krijgen hierdoor op gelijke wijze gezondheidsbeschermende, -bewakende en -bevorderende activiteiten aangeboden. De Commissie De Winter heeft, op verzoek van de staatssecretaris, geadviseerd over de samenstelling van het basispakket JGZ. Rekening houdend met de gemeentelijke transities en vanuit de overtuiging dat het van belang is om meer uit te gaan van de mogelijkheden van en de specifieke (gezondheids)risico s van individuele kinderen. De staatssecretaris nam dit advies over en legt nu het basispakket, als een uitwerking van de Wet publieke gezondheid, vast per 1 januari Het overgrote deel van de jeugdgezondheidszorg blijft onder de werking van deze wet. De intensievere ondersteuning gaat deel uitmaken van de activiteiten vanuit de nieuwe Jeugdwet. Het worden daardoor plustaken waaruit gemeenten kunnen kiezen, zie hierover hoofdstuk 4. De transities en passend onderwijs De gemeenten zijn volop bezig met de transities in het sociale domein (jeugd, Wmo en werk en inkomen) en passend onderwijs. Dit betekent vooral ook een transformatie van de wijze waarop de overheid en instellingen ondersteuning geven aan burgers. Zij moeten eerst hun eigen mogelijkheden en die van hun netwerk inzetten en minder afhankelijk zijn van de overheid. Deze omslag in denken: van ziekte, zorg en afhankelijkheid naar gezondheid, preventie en eigen kracht vraagt een andere houding van organisaties. Voorkomen wanneer het kan en zorgen wanneer het moet, normaliseren, meer uitgaan van de eigen kracht van de burger, helpen bij het inzetten van het sociale netwerk en integraal kijken naar alle leefdomeinen. Maar ook: tijdig signaleren van risico s om snel te kunnen ondersteunen als dat nodig is. En dan zo dat de noodzaak van inzet van specialistische, zwaardere zorg wordt beperkt. Daarvoor moeten organisaties dichtbij de burger staan en samenwerken onder één regie in de gezinnen, de scholen en in de wijken. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 3

8 De kerntaak van de GGD is: het behalen van gezondheidswinst door preventie. Gezondheid draagt direct bij aan persoonlijk en sociaal welbevinden, leefbaarheid en prestaties. Zonder gezondheid geen participatie en wie meedoet, voelt zich gezonder. Het bevorderen van gezondheid is daarmee een belangrijke voorwaarde voor het doen slagen van de ambities in het sociale domein. Het is daarom van groot belang om de publieke gezondheidstaken sterk te verbinden met de uitgangspunten van de transities en met de wijze waarop het lokale sociale domein vorm krijgt. Met de ontwikkeling van het passend onderwijs gaan er meer kinderen deelnemen aan het reguliere onderwijs. Dit vraagt een sterkere interne zorgstructuur in de school. De JGZ maakt deel uit van die structuur. Verder is de verbinding tussen school, het sociale domein, maar ook de gezondheidszorg van belang. Binnen het huidige basistakenpakket JGZ is te weinig ruimte om aan te sluiten bij de lokale structuur en de deelname aan de interne zorgstructuur te versterken. Ook de verbinding met de gezondheidszorg en vooral ook de huisartsen is hier van belang. In het nieuwe basispakket reserveert de GGD ruimte om aan te kunnen sluiten en deel te nemen aan deze ontwikkelingen. 3. De veranderingen Dit voorstel kwam tot stand samen met beleidsambtenaren gemeenten, partners, onderwijs en voorschoolse voorzieningen, ouders, jeugdigen en professionals en met de Inspectie voor de Gezondheidszorg, die ingestemd met de inhoud van het nieuwe pakket. Wat blijft In het nieuwe basispakket JGZ blijven de volgende kenmerken centraal staan (zie ook bijlage 1): - alle kinderen in beeld vanaf de geboorte en soms zelfs al in de zwangerschap; - laagdrempelig aanbod en groot bereik; - normaliseren en stimuleren eigen kracht; - integraal beeld van het kind in zijn context en vroegsignaleren; - ingebed in netwerken en samenwerken; - flexibel en effectief. Wat is nieuw De veranderingen in het nieuwe basispakket richten zich op de volgende punten: - een kleiner aantal vaste contactmomenten voor alle kinderen; - begeleiding op maat voor kinderen en gezinnen die iets meer aandacht nodig hebben bij het normaliseren, versterken van hun eigen kracht of het voorkomen van het groter worden van problemen; dus meer investeren in preventie bij de groep met grotere risico s; - een sterkere inbedding in en meer ruimte voor samenwerking in het lokale sociale domein, gezondheidszorg, en (voor)school; - JGZ-teams 0-12 (waar lokaal mogelijk tot 19 jaar) zien alle kinderen tot 12 jaar op het consultatiebureau; - het uniform pakket wordt kleiner en het lokaal accent JGZ vervalt; - een deel van de JGZ-activiteiten gaat onderdeel uitmaken van de Jeugdwet Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 4

9 4. Het basispakket JGZ Het basispakket JGZ sluit aan bij het Besluit publieke gezondheid dat op 1 januari 2015 van kracht wordt. Hierin vervalt het onderscheid tussen uniform pakket en maatwerk/lokaal accent: de staatssecretaris ziet het hele basispakket als uniforme basiszorg, die voor alle burgers op gelijke wijze toegankelijk moet zijn. Maar de uitwerking is wel flexibeler dan in het pakket uit Het basispakket JGZ van de GGD Hart voor Brabant bestaat uit de volgende onderdelen: 1. basiscontactschema; 2. begeleiding op maat; 3. samenwerking. 1. Basiscontactschema Door het basiscontactschema houdt de JGZ alle kinderen in beeld: zij volgt hun lichamelijke en psychosociale gezondheid, screent op eventuele afwijkingen en zorgt voor de vaccinaties. Verder ondersteunt de JGZ de ouders bij het laten opgroeien en opvoeden van hun kind. De contactmomenten zijn zo gekozen dat ze de uitvoering van landelijke richtlijnen borgen op het gebied van vaccineren, screeningen en onderzoeken (bijv. afwijkingen van groei, het zien, het gehoor, het hart) en dat ouders op belangrijke momenten de juiste informatie krijgen over belangrijke ontwikkelingen bij hun kind. Op maat helpt de JGZ ouders en jongeren bij het versterken van hun eigen kracht, normaliseert waar mogelijk en leidt zo nodig toe naar geschikte zorg of hulp. De JGZ gebruikt daarbij het opvoedingsprogramma Triple P. Met het nieuwe basispakket biedt de GGD ouders en kinderen minder standaard contactmomenten en standaardzorg. Hierdoor ontstaat er (meer) ruimte voor ondersteuning op maat om zo te voorkomen dat zwaardere zorg nodig is. Ook ontstaat (meer) ruimte voor samenwerking in en met de wijk-/basisteams 1, met de (voor)schoolse voorzieningen en (de partners in) de gezondheidszorg. De GGD zorgt voor flexibele, zelfstandige JGZ-teams 0-12 jaar (of tot 19 jaar) en borgt daarmee een doorlopende lijn. Het JGZ-team stemt zijn zorg in de wijk en de (voor-)scholen af met de partners in de wijk. Ouders en kinderen tot 12 jaar krijgen zorg vanuit een vertrouwde omgeving en door een vertrouwd team. De JGZ is op het laagdrempelig bereikbaar voor ouders, kinderen en partners. In de nieuwe werkwijze kan de JGZ al met de school samenwerken vóór een kind naar school gaat. Passend onderwijs en eventuele zorg in en rond school is hierdoor eerder en beter mogelijk. 1 Gemeenten gebruiken verschillende namen voor de nieuwe wijkteam: sociale wijkteams of basisteams jeugd en gezin. In deze notitie gebruiken we daarvoor één term: wijk-/basisteams. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 5

10 Het basiscontactschema bestaat uit de volgende contactmomenten: Basiscontactschema 0-1 jaar 3-7 dagen na de geboorte Hielprik/gehoorsceening via huisbezoek 2 weken Intake huisbezoek 4 weken Groei en ontwikkeling, opsporen aangeboren afwijkingen, indicatiestelling vaccineren 8 weken Gedrag en opvoeding, ontwikkeling, uitvoeren rijksvaccinatieprogramma (RVP). 3 maanden Groei en ontwikkeling, opsporen aangeboren afwijkingen, uitvoeren RVP 4 maanden Gedrag en opvoeding, uitvoeren RVP 6 maanden Groei en ontwikkeling, opsporen aangeboren afwijkingen, visusonderzoek 8 maanden Gedrag en opvoeding, ontwikkeling 11 maanden Groei en ontwikkeling, uitvoeren RVP Basiscontactschema 1-12 jaar 15 maanden Gedrag en opvoeding, ontwikkeling o.a. spraak taal, uitvoeren RVP. 2 jaar -2 jaar 3 maanden Groei en ontwikkeling, spraaktaal, gedrag en opvoeding, visusonderzoek 3 jaar en 4/6 maanden Groei en ontwikkeling, spraaktaal, gedrag en opvoeding, visusonderzoek 5-6 jaar Groei en ontwikkeling, gedrag en opvoeding, visusonderzoek, gehooronderzoek 10 jaar Groei en ontwikkeling, gedrag en opvoeding, vaccinatie DTP/BMR 12 jaar vaccinaties (alleen Vaccinatie HPV (baarmoederhalskanker) meisjes) Basiscontactschema jaar jaar (klas 2) Groei en ontwikkeling, gedrag 14+ Leefstijl (zie hoofdstuk 6) In bijlage 2 staat een vergelijking met het huidige pakket. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 6

11 2. Begeleiding op maat Naast het basiscontactschema biedt de JGZ begeleiding op maat. Dat gebeurt alleen als er risico s zijn in het gewone opgroeien en opvoeden en in nauwe afstemming met ouders, jongeren en partners. Het doel is: normaliseren en het versterken van de eigen kracht van ouders en jongeren, maar zo nodig leidt de JGZ toe naar zorg en hulp door andere instellingen. Jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen bieden ondersteuning aan ouders in de gewone opvoeding en bij opvoedingsspanning en zorgen dat er hulp komt bij opvoedingsnood of een -crisis. Ondersteuning op maat is er via het aanbieden van voorlichtingsmateriaal, extra onderzoeken, gesprekken of een huisbezoek. Op verzoek van partners bezoekt de JGZ risicogezinnen zo nodig al voor de geboorte van het kind. Als kinderen niet of onvoldoende in beeld zijn, neemt zij actief contact op. Een onderdeel is ook het overleg met partners in de gezondheidszorg (bijvoorbeeld huisartsen) om te komen tot een diagnose. 3. Samenwerking Samenwerking is van belang om informatie over kinderen en gezinnen te verzamelen en te delen zodat er een integraal beeld ontstaat van de opgroei- en opvoedsituatie van een kind. Hert is ook van belang om in afstemming met partners onder één regie het gezin te versterken en/of te ondersteunen. Samenwerking is dus een basisfunctie van de JGZ. Dit vraagt tijd, aandacht en onderhoud 2. Door het beperken van de contactmomenten is er vanaf 2015 binnen het basispakket JGZ tijd en ruimte om bij te dragen aan het in stand houden (daar waar het al goed loopt) en uitbouwen (waar dat nodig is) van de samenwerking. De focus ligt daarbij ook op samenwerking in de wijk, in de school en met de partners in de gezondheidszorg onder regie van de gemeenten De samenwerking tussen de JGZ en haar partners betreft drie domeinen: - Het sociale domein en/of het jeugdzorgdomein: door de gemeentelijke transities ontstaan er wijk-/basisteams die als doel hebben de eigen kracht te versterken en het sociale netwerk in te zetten bij het problemen en -als het niet anders kan- zo licht mogelijk te ondersteunen. De JGZ is een belangrijke partner in deze teams. - Gezondheidszorg: de JGZ werkt samen met gezondheidszorg bij de geboorte en later. Deze samenwerking is gericht op vroegsignalering, onderlinge consultatie en afstemming van zorg. De JGZ er kijkt welke samenwerking met huisartsen, verloskundigen, etc. nodig is. - Onderwijs en voorschool: de JGZ werkt samen met de kindercentra en de scholen en is een onderdeel van de interne zorgstructuur. Vragen worden hier zoveel mogelijk opgelost en als problemen hier niet meer op te lossen zijn, zorgt de JGZ mede voor de verbinding naar de wijk- /basisteams. Voor een uitgebreide beschrijving van deze drie domeinen: zie bijlage 3. 2 Door de taakstellende bezuinigingen 2012/2013 had de GGD oorspronkelijk onvoldoende tijd voor samenwerking. Het Algemeen Bestuur stelde daarom in 2014 eenmalig extra geld ( ) beschikbaar. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 7

12 5. Lokale invulling Het basispakket JGZ bestaat uit drie delen: basiscontactschema, begeleiding op maat en samenwerking. Per deel verschilt de invloed die de gemeente kan hebben, zie bijlage 4. In de voorjaars- en najaarsoverleggen bespreekt de GGD de invulling met de gemeente. De nieuwe (wettelijke) kaders leiden tot verschuivingen binnen de (huidige) GGD-taken: - het uniforme pakket wordt kleiner en het lokale accent JGZ vervalt; - de GGD biedt een deel van het huidige (verplichte) JGZ-pakket aan als plustaken. De gemeente heeft de keuze om deze als preventieve activiteiten in te blijven zetten vanuit de Jeugdwet. - het lokale accent gezondheidsbevordering blijft bestaan. Schematisch ziet dit er zo uit: plustaken plustaken Plustaken Jeugdwet Lokaal accent gezondheidsbevordering Lokaal accent gezondheidsbevordering lokaal accent JGZ Basistakenpakket JGZ 2002 gemeentelijke bijdrage oud Basispakket JGZ 2015 gemeentelijke bijdrage nieuw Doordat gemeenten binnen het lokaal accent binnen het (oude) basispakket eigen keuzen konden maken en een deel van het lokaal accent nu naar het basispakket JGZ verschuift, zullen de inhoudelijke gevolgen van de invoering van het basispakket per gemeente verschillen. Van lokaal accent naar plustaken Een aantal taken die nu nog in het basistakenpakket JGZ zitten, verschuift van het lokaal accent/ maatwerk naar de plustaken. Het zijn de taken die vanaf 2015 vallen onder de Jeugdwet: preventieve, lichte ondersteuningstaken, waarvan de gemeente bepaalt of en hoeveel ze wil inkopen. De volgende activiteiten zijn vanaf 2015 geen onderdeel meer van het basispakket en de GGD biedt ze als plustaak aan: - videohometraining; - ondersteuning door voorlichters in eigen taal en cultuur; - de CJG-activiteiten: cursussen (meer dan één bijeenkomst), CJG-spreekuur, inhoudelijke begeleiding, meer dan een huisbezoek, programma s zoals KIES en SOVA, ketencoördinatie, activiteiten psycholoog; Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 8

13 - extra activiteiten voor toegeleiden vroeg- en voorschoolse educatie (extra consulten op het consultatiebureau, huisbezoeken, invullen formulieren, etc.); - zorgcoördinatie; in het basispakket zit: het kind volgen en niet loslaten tot er zorg geregeld is. - extra gezinsbegeleiding: intensieve ondersteuning zoals extra huisbezoeken of gezinsbegeleiding. In het basispakket is er bij 5% van de kinderen van 0 tot 12 jaar ruimte voor één huisbezoek op indicatie en 1 tot 2 vervolgcontacten op het consultatiebureau. - netwerken/samenwerken en aanwezigheid in de (voor)school boven de normen in het basispakket 3 ; - netwerken/samenwerken /ketenpartners in het sociale domein en de gezondheidszorg. Risico Het invoeren van het nieuwe basispakket is een grote operatie: - het formeren van nieuwe JGZ-teams; - het scholen en inwerken van de medewerkers 0-4 en 4-12 naar de werkzaamheden 0-12; - het invoeren van decentrale planning voor de leeftijdsgroep 4-12; - het aanpassen van faciliteiten: inrichten digitaal kinddossier, inrichten consultatiebureaus (waar nodig), informeren ouders en partners, etc. Daarnaast schoolt de GGD alle medewerkers in oplossingsgericht werken en worden veel medewerkers betrokken bij de ontwikkelingen in het sociale domein. De GGD voert het nieuwe pakket in tussen 1 januari en 1 april 2015 en wil de in hoofdstuk 1 genoemde doelen al in 2015 bereiken. Het risico bestaat dat niet alle ambities tijdig haalbaar zijn. 6. Pubercontactmoment Het rijk stelde vanaf 2013 middelen beschikbaar voor een (nieuw) contactmoment voor jongeren vanaf 14 jaar. De regionale Commissies jeugdgezondheidszorg bepaalden hoe zij deze middelen inzetten, onder andere omdat dit nieuwe contactmoment nog niet wettelijk was vastgelegd. Het contactmoment 14+ is in 2015 onderdeel van het wettelijk basispakket. Het gaat dan om activiteiten gericht op gezond gewicht, roken, veilig vrijen, gebruik van alcohol en drugs, weerbaarheid, depressie en schoolziekteverzuim. De invulling is afhankelijk van de lokale omstandigheden. Het gaat dus niet om het op een gestandaardiseerde wijze zien van alle individuele pubers. We stellen een werkwijze voor die ingrijpt op een van de belangrijkste indicatoren voor risico s bij pubers: het ziekteverzuim: dit verzuimt blijkt een belangrijk signaal voor psychosociale problemen. Uit onderzoek en ervaring is bekend dat schoolverzuim en dalende leerprestaties duidelijke zorgsignalen zijn. Achter iedere melding van langdurig of frequent ziekteverzuim zit een probleem. In 2012 inventariseerde de GGD bij alle scholen hoe de JGZ het beste kan aansluiten bij de problemen die zij ervaren bij de gezondheid van hun leerlingen. Als belangrijkste onderwerp 3 De GGD heeft de inzet per gemeente voor de activiteiten begeleiding op maat en samenwerking in algemene termen genormeerd. Deze normen zijn van belang om met gemeenten goede afspraken te kunnen maken over de inzet van uren. In de komende tijd verfijnt de GGD deze normen nog om recht te doen aan verschillen per gemeente, bijvoorbeeld door de aanwezigheid van speciaal onderwijs en voorgezet onderwijs. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 9

14 noemden ze het schoolverzuim. Dit contactmoment is dus gericht op jongeren die die zorg echt nodig hebben. De GGD kan zich door zijn sociaal medische expertise richten op het ziekteverzuim, in nauw overleg met partners en de leerplichtambtenaar. Dit past goed in de ontwikkelingen van passend onderwijs en jeugdzorg, die meer samenhang beogen in de zorg voor jeugd. De GGD kijkt bij de vorm van dit nieuwe contactmoment ook naar de bewezen effectieve werkwijze van de GGD West-Brabant: daar daalde het (ziekte)verzuim en werd de ouderbetrokkenheid groter. De personele capaciteit voor het nieuwe contactmoment 14+ zit nog niet in het nieuwe workloadmodel JGZ; dit vindt pas plaats na een besluit van het Algemeen Bestuur hierover. Het budget zit al wel in de ontwerpbegroting Financiën Nieuw workloadmodel JGZ Op basis van de drie onderdelen van het basispakket JGZ (basiscontactschema, begeleiding op maat en samenwerking) en rekening houdend met de hierin opgenomen verschuivingen stelde de GGD hiervoor een nieuw workloadmodel JGZ op. Dit nieuwe model past binnen de budgettaire kaders van de ontwerpbegroting Maar er kunnen voor de GGD wel formatieve gevolgen optreden als de verschuiving van de bijdrage voor het oude lokaal accent JGZ naar de plustaken niet leidt tot opdrachten van gemeenten aan de GGD. Dit nieuwe workloadmodel geeft het volgende beeld voor de direct productieve tijdsinzet: Basiscontactschema 63% Begeleiding op maat 24% Samenwerken 13% Gemeentelijke bijdragen De financiering van het huidige basistakenpakket JGZ kent twee stromen: een gefixeerde bijdrage per gemeente voor de 0- tot 4-jarigen en een bijdrage per inwoner voor de 4- tot 19 jarigen. We handhaven dit systeem om herverdeeleffecten tussen gemeenten te voorkomen. Het deel voor het lokaal accent voor gezondheidsbevordering blijft bestaan (afgerond 0,93 per inwoner). Door de verschuiving van voormalig lokaal accentgelden (JGZ) naar de plustaken neemt de gemeentelijke bijdrage in 2015 af met en komt dan uit op De verschuiving van het voormalig lokaal accent basispakket JGZ leidt per saldo tot: - een lagere gemeentelijke bijdrage per inwoner van (afgerond) 0,25 (totaal bij inwoners); - een lagere gefixeerde bijdrage 0- tot 4-jarigen van Voor de bij de berekeningen gehanteerde uitgangspunten en herziene gemeentelijke bijdragen 2015: zie bijlage 5. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 10

15 Incidenteel De invoering van het nieuwe basispakket en de vorming van nieuwe JGZ-teams leidt tot incidentele implementatiekosten door: - het inwerken van medewerkers; - het in 2013/2014 onderzoeken van de 11-jarigen én de 10-jarigen volgens de nieuwe werkwijze, omdat de JGZ de kinderen die in jaar worden, niet ziet tussen hun 5 e en 14 e jaar; - een andere planning van de onderzoeken (voortaan vanuit het consultatiebureau in plaats van centraal); - de aanschaf van materialen en daar waar nodig het aanpassen van de consultatiebureaus. Berekening van deze eenmalige extra kosten moet nog plaatsvinden, maar de GGD zal deze kosten financieren binnen de budgettaire kaders van de begrotingen 2014 en 2015, o.a. door: - integrale inzet van bedrijfsvoeringsmiddelen; - een quick-win door het nieuwe basiscontactschema al op 1 juli 2014 qua planning in te voeren; - het basispakket JGZ gefaseerd in te voeren op de onderdelen begeleiding op maat en samenwerking. Tijdelijke inkoop bij de GGD De omslag naar een nieuw basispakket JGZ is een groot project met enkele risico s. Daarom stelt de GGD voor om verlaging van de gemeentelijke bijdrage in 2015 te koppelen aan een tijdelijke inkoopverplichting voor het aandeel waarin een verschuiving plaatsvindt naar de plustaken. De GGD kan 2015 dan benutten om te overleggen met de gemeenten over deze omzetting. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 11

16 bijlage 1 Kenmerken van de jeugdgezondheidszorg Alle kinderen in beeld Vanaf de geboorte zijn alle kinderen in beeld bij de jeugdgezondheidszorg (JGZ). Al in de eerste twee weken bezoekt de jeugdverpleegkundige elk gezin voor een hielprik en een intake. Ze krijgt hiermee direct een goed beeld van de omgeving waarin het kind opgroeit. In het eerste jaar is het contact met kind en ouders het meest intensief. Er is aandacht voor de lichamelijke en psychosociale ontwikkeling van het kind, opvoedvragen en vaccinaties. Door dit contact kent en begeleidt de jeugdgezondheidszorg alle kinderen en jeugdigen en hun ouders persoonlijk en draagt hierdoor bij aan het gezond en veilig opgroeien.de JGZ is daarmee de ogen en oren van de gemeente als het gaat om haar jeugd. Het inbrengen van deze kennis in het sociale domein is van groot belang. Lage drempel, groot bereik De JGZ bestaat al 100 jaar. De mensen kennen het consultatiebureau en een bezoek is vanzelfsprekend. Hierdoor heeft de JGZ een groot bereik, van 95% tot 98%.De JGZ volgt kinderen die niet verschijnen actief om risico s uit te sluiten. Normaliseren De JGZ brengt zorgen van ouders terug naar de bandbreedte van het normale opgroeien. Ook het versterkt zij de eigen kracht van de ouder om om te gaan met de normale vragen bij het opgroeien en opvoeden. Deze kerneigenschap past naadloos in de ontwikkeling van het sociale domein. Integraal beeld van kind en tijdig signaleren De JGZ kijkt naar het kind als geheel, met aandacht voor de biomedische en de sociale en psychische aspecten. Ook kijkt ze naar de leef- en opvoedingsomgeving van het kind en de mogelijkheden en bedreigingen die daar zijn. De JGZ spoort risicofactoren actief op waardoor er snel lichte ondersteuning komt voordat problemen groter worden. Van alle vragen en signalen die de JGZ krijgt, lost zij 90% op. Ingebed in netwerken en samenwerken Om haar taak goed te kunnen uitvoeren is samenwerking in de netwerken van het sociale domein, de gezondheidszorg en de (voor)school van groot belang. Flexibel en effectief De JGZ vertaalt veranderende bedreigingen voor de gezondheid en veiligheid van het kind in de ondersteuning. Aandacht verschoof in het verleden van armoede, (onder)voeding, slechte hygiëne en infectieziekten naar (over)voeding, opvoedingsonzekerheid, nieuwe infectieziekten en leefstijlproblemen. De JGZ is succesvol en kosten-effectief: uit onderzoek blijkt dat iedere euro voor preventie door de jeugdgezondheidszorg zich 3 tot 50 maal terugbetaalt. Zie ook het rapport Kosteneffectiviteit van de jeugdgezondheidszorg, waaruit bleek dat iedere euro die een gemeente jaarlijks investeert in de JGZ 11 euro oplevert en dat door de inzet van JGZ inwoners één jaar langer gezond leven. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 12

17 bijlage 2 Vergelijking huidige en nieuwe basispakket JGZ Huidige oproepschema 0-1 jaar Nieuw oproepschema 0-1 jaar Hielprik huisbezoek 3-7 dagen Hielprik huisbezoek 3-7 dagen 2 weken huisbezoek 2 weken huisbezoek 4 weken 4 weken 8 weken 8 weken 3 maanden 3 maanden 4 maanden 4 maanden 6 maanden 6 maanden 7,5 maanden 8 maanden 9 maanden; In MB op indicatie 11 maanden 11 maanden Huidige oproepschema 1-12 jaar Nieuw oproepschema 1-12 jaar 14 maanden 15 maanden 18 maanden; In MB op indicatie 2 jaar 2 jaar 3 jaar 3 jaar 6 maanden 3 jaar 9 maanden 5-6 jaar 5-6 jaar 9 jaar alleen (massa)vaccinatie 10 jaar 11 jaar Huidig oproepschema jaar Nieuw oproepschema jaar jaar (klas 2) jaar (klas 2) 14+ pubercontactmoment (per regio) 14+ contactmoment (zie hoofdstuk 6) Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 13

18 bijlage 3 De domeinen van samenwerking De samenwerking tussen de JGZ en haar partners betreft drie domeinen: Het sociale domein en/of het jeugdzorgdomein Door de gemeentelijke transities ontstaan er wijk-/basisteams die als doel hebben de eigen kracht te versterken en het sociale netwerk in te zetten bij het problemen en -als het niet anders kan- zo licht mogelijk te ondersteunen. Een aantal van deze teams leiden ook toe tot specialistische zorg. De JGZ is een belangrijke partner in deze teams. Vanuit het JGZ-werk is een sterke verbinding met de partners in de wijk nodig om bij risico s te komen tot een integrale aanpak. De JGZ weet veel van de (jonge) gezinnen en kan deze kennis inbrengen. Ze zoekt de samenwerking op als er risico s zijn. De partnerinstellingen kunnen een beroep doen op de JGZ bij problemen in een gezin. De jeugdarts is daarnaast -samen met de huisarts en kinderarts- verwijzer in het zorgveld. De huisarts is een belangrijke partner in de (jeugd)zorg. Dit geldt ook voor de kinderarts. De jeugdarts is een belangrijke schakel tussen de huisarts en de medisch specialisten en de wijk-/basisteams. Deze schakel kan een belangrijke meerwaarde zijn in het functioneren van die teams. De invulling en taken van de wijk-/basisteams verschillen per gemeente. De intensiteit van de gevraagde inspanningen is nog niet bekend. Deelname van de JGZ aan de wijk-/basisteams is tot een bepaalde omvang mogelijk binnen het basispakket en in afstemming met de gemeente vindt de invulling hiervan plaats. Gezondheidszorg De JGZ werkt samen met de eerste- en tweedelijnsgezondheidszorg in belangrijke zorg-ketens zoals rondom de geboorte en de medische zorgketen voor kinderen en jongeren. Deze samenwerking is gericht op vroegsignalering, onderlinge consultatie en afstemming van zorg. De (GGD-)professional bepaalt op kindniveau welke inhoudelijke samenwerking met huisartsen, verloskundigen, etc. nodig is. De jeugdarts kan ouders en kinderen zo nodig verwijzen binnen de eerste en tweedelijns gezondheidszorg en naar de jeugdzorg. De huisarts en kinderarts zijn ook hier belangrijke partners. De jeugdverpleegkundige speelt een belangrijke rol in de zorgketen met verloskundige en kraamverzorgende rondom de geboorte. Naast het contact op maat over individuele kinderen vraagt de samenwerking ook om het onderhouden van ketenafspraken. Onderwijs en voorschool De JGZ werkt samen met de kindercentra, de basisscholen, de scholen voor voortgezet onderwijs en ook steeds meer met het beroepsonderwijs. Ook hier bepaalt de gemeente mede de invulling. De JGZ is onderdeel van de interne zorgstructuur (zorgteams/ zorgadviesteams) in de scholen. De zorgstructuren binnen de scholen zijn een belangrijk voorportaal van de wijk-/basisteams. Vragen worden hier zoveel mogelijk opgelost. De JGZ zorgt mede voor de verbinding naar de wijk- /basisteams als problemen niet meer in het zorgteam opgelost kunnen worden. De jeugdarts is verder een belangrijke verbinder tussen ouders, school en zorgpartners. De JGZ adviseert de scholen ook over de collectieve preventie en passend onderwijs. Denk hierbij aan de Gezonde School en voorlichtingsbijeenkomsten. Daarnaast is de JGZ partner in kind- en/of gezinsgerichte casusoverleggen die bij problemen bijeen geroepen worden. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 14

19 bijlage 4 Sturing op het basispakket JGZ Basiscontactschema Het basiscontactschema bestaat uit een aantal contacten die nodig zijn om elk kind te kunnen monitoren conform de landelijke richtlijnen: lichamelijk, psychosociaal en opvoedkundig. Daarnaast is er het uitvoeren van het rijksvaccinatieschema en het adviseren van ouders bij het veilig en gezond opvoeden en laten opgroeien van hun kind. Omdat dit basisschema voor elk kind gelijk is, is er hierbij geen sprake van sturing per gemeente. Begeleiding op maat Inhoud Huisbezoek op Bij gemiddeld 5 % van de gezinnen brengt de indicatie JGZ één huisbezoek op indicatie. Daardoor kan zij de situatie in het gezin beter inschatten. Ook kan ze in de thuissituatie op maat lichte ondersteuning bieden en de eigen kracht versterken. Eventuele vervolggesprekken vinden op de JGZ-locatie plaats. Inloopspreekuur De jeugdverpleegkundige versterkt de eigen kracht van ouders, tijdens een laagdrempelig inloopspreekuur waar zij met hun vragen en problemen terecht kunnen en waar zuigelingen zo nodig gewogen worden. Per consultatiebureau is er 1,5 tot 2 uur spreekuur per week. De doelgroep: de ouders van kinderen van 0-12 jaar. Consulten en Als ouders of jongeren of ketenpartners onderzoek op zorgen, vragen of problemen hebben waarvoor indicatie tijdig passende actie nodig is, kan de jeugdarts of jeugdverpleegkundige één advies-/begeleidingsgesprek voeren (met daarna eventueel één of twee extra consulten). Daarnaast geven zij telefonisch adviezen. Doel is het probleem te normaliseren, kind, jongere en ouders in eigen kracht te zetten, de kracht van de omgeving te versterken of te motiveren voor verdere hulpverlening. Deze kortdurende begeleiding en consultatie kan ook ingezet worden naar aanleiding van de uitkomst van Sturing gemeente Een huisbezoek vindt plaats op basis van de inschatting van de JGZ-professional of van signalen van ketenpartners. Deze werkwijze sluit aan bij/kan verbonden worden aan het wijk- /basisteam. De gemeente kan sturen door verbinding te leggen tussen de JGZ en dat team of de JGZ laten participeren in het team. Overleg met de gemeente is mogelijk over meer of minder spreekuren per locatie (risicowijken). Gemeente kan sturen door verbinding te leggen tussen JGZ en het sociale wijkteam of de JGZ te laten participeren in het sociale wijkteam. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 15

20 Prenataal huisbezoek een gezondheidsonderzoek. Op verzoek van partners (verloskundigen, gynaecologen) heeft de jeugdverpleegkundige al voor de geboorte van het kind contact met moeder. Het gaat hierbij om gezinnen waarvan vermoed wordt dat de situatie voor de baby onvoldoende veilig en gezond is. Het contact is gericht op het versterken van eigen kracht moeder/ normaliseren waar mogelijk, tijdig signaleren bij risico s en hulp inschakelen. Gericht op risicogezinnen/ -situaties. Zorgvraag ophalen, risicoreducerende voorlichting geven en dossiervorming. Gemeente kan sturen door verbinding te leggen tussen JGZ en het sociale wijkteam of de JGZ te laten participeren in het wijk- /basisteam. Samenwerking Collectieve preventie/ Gezonde school Samenwerking (voor)school en (speciaal) onderwijs Inhoud Jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen verzorgen groepsvoorlichtingen over door (voor)school en/of ouders aangegeven thema s (bijvoorbeeld over hoofdluis, kind en sociale media, (cyber)pesten), veiligheid bij kinderen, ontwikkeling van kinderen). Daarnaast ondersteunen verpleegkundigen de (voor)school met het formuleren van gezondheidsthema s en het uitvoeren van preventieprogramma s. Peuterspeelzalen en kindercentra: De JGZ heeft regelmatig (3-5 keer per jaar) contact met alle kindercentra. Naast contacten over individuele kinderen en gezinnen nemen JGZ ers deel aan voorschoolse zorgteams en worden ketenzorgafspraken gemaakt. De JGZ is beschikbaar voor consultatie en advies vanuit de kennis die zij heeft over de kinderen en de gezinnen. Ieder kinderdagverblijf? heeft een vaste contactpersoon bij de JGZ. Basisscholen: Het contact tussen de JGZ en scholen is intensief, gemiddeld zo n 8-10 keer per jaar. Er is contact over alle kinderen van 5/6 en 9/10 jaar die een onderzoek krijgen en over risicokinderen en gezinnen. JGZ ers nemen deel aan de zorg- en zorgadviesteams op scholen, zijn beschikbaar voor consultatie en advies van school en leerkrachten. Binnen deze Sturing gemeente Gemeenten kunnen vanuit hun lokaal gezondheidsbeleid mede richting geven aan de prioritaire gezondheidsthema s. Overleg met de gemeente is mogelijk over meer of minder contacten per (voor-)school (risicoscholen). Gemeente kan sturen door verbinding te leggen tussen de activiteiten van de JGZ in de (voor)school en het sociale wijkteam of de JGZ te laten participeren in het sociale wijkteam. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 16

21 Netwerken/ samenwerken/ ketenpartners contactmomenten vindt ook het geven advies over de Gezonde school plaats en het zo nodig geven van voorlichtingsbijeenkomsten. Iedere school heeft een vaste contactpersoon. De contacten met het speciaal onderwijs zijn, gezien de doelgroep, intensiever: x jaar. Scholen voor voortgezet onderwijs en ROC s: Het contact met VO-scholen is intensief, gemiddeld zo n 8-10 keer per jaar. Er is contact over alle kinderen van 13/14 jaar die een onderzoek krijgen en over risicokinderen en -gezinnen. JGZ ers nemen deel aan de zorgen zorgadviesteams op scholen, zijn beschikbaar voor consultatie en advies van school en leerkrachten. Binnen deze contactmomenten vindt ook het geven advies over de Gezonde school plaats en geven zij nodig voorlichtingsbijeenkomsten. Iedere school heeft een vaste contactpersoon bij de JGZ. De contacten met het speciaal onderwijs zijn, gezien de doelgroep, intensiever: x jaar. Contacten met ROC s vindt plaats op verzoek en in het kader van het pubercontactmoment. Jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen moeten vanwege de transitie jeugd meer deelnemen aan overleggen met netwerk -en ketenpartners om de zorg voor ouders en kinderen volgens het één gezin, één plan-principe vorm te geven. Het gaat hier om o.a. het participeren in lokale overleggen (wijkteams), CJG-teams, pilots, ketenafstemming en contacten met huisartsen/specialisten. De wijze waarop en de mate waarin dit plaatsvindt is situationeel bepaald: de vragen vanuit het veld en de gemeenten zijn verschillend. Gemeente kan sturen door verbinding te leggen tussen de activiteiten van de JGZ in de (voor)school en het sociale wijkteam of de JGZ te laten participeren in het sociale wijkteam. Verder kan de gemeente sturen op de inzet van de JGZ in het verbinding leggen tussen de gezondheidszorg en het sociale wijkteam. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 17

22 bijlage 5 Financiën Berekeningsstappen om financiële herverdeeleffecten tussen gemeenten uit te sluiten: 1. Verdeling lokaal accent over JGZ 4-19 en gezondheidsbevordering Totaal volume lokaal accent 2015 ( ) gealloceerd naar JGZ ( ) en gezondheidsbevordering ( = afgerond 0,93) op basis van de werkelijke inzet (uren x tarief) conform de lokaal accent afspraken Verdeling lokaal accent JGZ over basispakket en plustaken Het (oude) lokaal accent JGZ (optelling van bedrag per inwoner en gefixeerde bijdrage) wordt op basis van onze inventarisatie als volgt verdeeld: - voor 62,5% naar het basiscontactschema; - voor 37,5% naar de plustaken. Dit resulteert bij een totaal volume lokaal accent JGZ 2015 ( ) in: - een verschuiving van het lokaal accent JGZ naar het basispakket JGZ van , en: - een verschuiving van het lokaal accent JGZ van naar het pluspakket. Op basis van afrondingsverschillen in het bedrag per inwoner (zowel in de ontwerpbegroting 2015 als in deze aanpassing) is de totale verschuiving (zie ook punt 5). 3. Verdeling bijdrage lokaal accent JGZ 0-4 over basispakket en plustaken Herallocatie van de gefixeerde bijdrage 0-4 jarigen lokaal accent (totaal ) naar basispakket JGZ en pluspakket conform verdeling 62,5%-37,5%. Dit resulteert in een verschuiving voor het basispakket JGZ van de gefixeerde bijdrage 0-4 jarigen lokaal accent naar de gefixeerde bijdrage 0-4 jarigen uniform ad Verwerking bijdrage lokaal accent 4-19 in gemeentelijke bijdrage JGZ en Gezondheidsbevordering De resterende verschuiving van het totaal volume lokaal accent naar het basispakket JGZ ad ( / ) is verwerkt in de gemeentelijke bijdrage JGZ en Gezondheidsbevordering ad afgerond 0,42 per inwoner ( / inwoners). 5. Afrondingsverschillen In de ontwerpbegroting is gerekend met een bedrag per inwoner van 12,193, terwijl dit 12,19 had moeten zijn (nadeel GGD: 0,003). Bij punt 4 staat dat de verschuiving van een deel van het lokaal accent wordt opgenomen in de inwonerbijdrage. Deze bedraagt 0,42, terwijl dit feitelijk 0,41875 is (voordeel GGD: 0,00125). Met dit voorstel trekt de GGD deze afrondingsverschillen recht. Per saldo een nadeel ten laste van de GGD van ( 0,003-0,00125) * = Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 18

23 6. Herziene gemeentelijke bijdrage 2015 De verschuiving van het lokaal accent basispakket JGZ leidt tot een stijging van de gemeentelijke bijdrage voor het basispakket met afgerond 0,42 (62,5% x ( 1,60-0,93)). Per saldo resteert een lagere gemeentelijke bijdrage van 0, Totaal gemeentelijke bijdragen Hierna staat in de eerste tabel de specificatie van de gemeentelijke bijdragen conform de ontwerpbegroting Met als basis de afgeronde gemeentelijke bijdrage staat in de tweede tabel de herziene gemeentelijke bijdragen 2015 op basis van het nieuwe basispakket JGZ. Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 19

24

25 Een nieuw basispakket jeugdgezondheidszorg 21