Centrum voor Jeugd en Gezin

Transcriptie

1 Centrum voor Jeugd en Gezin Delfzijl Appingedam Loppersum Visie Januari 2010/MZ/BE/CB 1

2 INHOUD 1. Inleiding 3 2. Waarom regionale samenwerking rondom het CJG? 4 3. Missie, visie en uitgangspunten 6 4. Proces 9 5. Organisatiemodel regionale uitwerking CJG Minimale eisen Centrum voor Jeugd en Gezin Projectorganisatie Inventarisatie actiepunten Tijdspad voor het gehele CJG proces Financieel overzicht gelden CJG DAL-gemeenten Communicatie 21 2

3 Inleiding Bij de DAL gemeenten bestaat al enige tijd de behoefte een regionale visie te ontwikkelen rond het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Een visie geeft richting aan het samenwerkingsproces en het verbindt: het zet de neuzen dezelfde kant op. Een visie werkt pas als ze echt wordt gedragen door de belanghebbenden: de gemeenten, de kernpartners van het CJG en alle andere organisaties die betrokken zijn bij het CJG. Een visie is effectief als ze nader is uitgewerkt in concrete uitgangspunten die piketpaaltjes vormen in het samenwerkingsproces. Gemeenten treden bij het CJG op als financier, opdrachtgever en regisseur. De uitvoering ligt bij organisaties als de GGD, het algemeen maatschappelijk werk, het schoolmaatschappelijk werk en andere dienst- en hulpverlenende organisaties. Wij zullen deze visienota daarom dan ook voorleggen aan de gemeenteraden, de WMO-raden, de kernpartners van het CJG en alle andere organisaties die betrokken zijn bij het CJG. De gemeenten Delfzijl, Appingedam en Loppersum hebben in hun startnotities de lokale visie op het CJG weergegeven. In dit visiedocument wordt de gezamenlijke visie beschreven die geldt als belangrijke bouwsteen en een routeplanning is voor het vervolg. In deze notitie beschrijven we de missie en uitgangspunten evenals de minimale eisen waaraan het CJG regionaal moet voldoen. Ook beschrijven wij welke concrete taken in de Back office en Front office worden belegd en binnen welke kaders het proces verloopt. 3

4 Hoofdstuk 2 Waarom regionale samenwerking rond het CJG? Bij de gemeenten Delfzijl, Appingedam en Loppersum leefde al enige tijd het idee dat regionale samenwerking een meerwaarde kan hebben voor de ontwikkeling van het CJG. In dit hoofdstuk wordt beschreven wat de verwachtingen zijn ten aanzien van regionale samenwerking en wat de meerwaarde kan zijn. Ook worden een aantal aandachtspunten benoemd. Verderop in dit visiedocument worden de regionale visie en samenwerking op inhoud verder uitgewerkt. Verwachtingen van regionale samenwerking Het is de bedoeling dat de DAL-gemeenten een regionale visie op het CJG ontwikkelen. De regionale visie biedt ondersteuning bij de lokale invulling van het CJG in de individuele gemeenten. Het doel van de regionale samenwerking is dat in iedere DAL-gemeente een CJG wordt gerealiseerd. Het vastleggen van duidelijke afspraken tussen de gemeenten onderling en met regionaal werkende instellingen leveren daaraan een bijdrage. De regionale visie en samenwerking in DAL-verband biedt ruimte voor de lokale situatie en lokale invulling van het CJG in iedere individuele gemeente. De doelstelling van regionale samenwerking is daarom als volgt te omschrijven: In elke DAL-gemeente is in 2011 een CJG. Dit wordt gerealiseerd door bindende en duidelijke afspraken te maken tussen de gemeenten onderling en met de betrokken instellingen. De regionale visie biedt hierbij richting en ondersteuning bij de lokale invulling van het CJG. Deze regionale visie wordt gedragen door alle gemeenten en betrokken instellingen. Meerwaarde van regionale samenwerking Als het gaat om de ontwikkeling van een CJG vult elke gemeente op lokaal niveau haar primaire verantwoordelijkheid en regierol in. Regionale samenwerking in de DAL-gemeenten kan daaraan ondersteunend zijn, omdat: de gemeenten werken met dezelfde regionale en provinciale partners zoals de SWenD, de GGD, Bureau Jeugdzorg etc.; de samenwerking de ontwikkeling van Centra voor Jeugd en Gezin in de regio kan versnellen. Dit ook gezien de beschikbare capaciteit en middelen; er eenduidigheid komt in de aanpak in de CJG-ontwikkeling zoals het doorlopen van verschillende fasen, het gezamenlijk beschrijven van werkprocessen, een gezamenlijke benadering van partners etc.; samenwerking bijdraagt aan communicatie binnen de regio tussen gemeenten en instellingen. Daarnaast biedt regionale samenwerking kansen als het gaat om de herkenbaarheid van het CJG. Afstemming van de communicatie en presentatie van het CJG in de regio maakt het centrum herkenbaar en laagdrempelig voor de burger. Ten tweede is het gezamenlijk ontwikkelen en uitvoeren een belangrijke meerwaarde van regionale samenwerking. Denk daarbij aan: het delen van kennis, informatie en ervaring; de inzet van de (beperkte) beleidscapaciteit; elkaar ondersteunen, maar ook scherpen in het denken over het CJG; het gezamenlijke delen van de kosten bij inkoop van diensten. 4

5 Aandachtspunten Regionale samenwerking biedt kansen, maar vraagt ook om het benoemen van aandachtspunten, namelijk: De DAL-gemeenten werken deels met dezelfde en deels met verschillende partners/instellingen. Iedere instelling heeft een eigen identiteit en kent andere belangen. De lokale situatie van de DAL-gemeenten verschilt onderling en is op sommige punten dus niet vergelijkbaar. Regionale samenwerking maakt de ontwikkeling van het CJG grootschaliger en daardoor mogelijk complexer. De ontwikkeling van het CJG op lokaal en regionaal niveau kost meer overleg en daarmee meer tijd. De ontwikkeling van het CJG vraagt om deskundigheid. 5

6 Hoofdstuk Missie, visie en uitgangspunten 3.1. Missie Het CJG is een laagdrempelige, fysieke en herkenbare plek in iedere gemeente waar alle ouders & jeugd (van 9 mnd t/m 23 jaar) terecht kunnen met hun (hulp)vragen over opgroeien en opvoeden. Het CJG functioneert als knooppunt binnen het voorzieningenaanbod voor jeugd en gezin. Hierbij hanteert het CJG een professionele, transparante werkwijze & werkhouding gericht op preventie, waarbij de eigen mogelijkheden van het gezin en/of de jeugd worden ondersteund. Daar waar de hulpvraag de eigen mogelijkheden van het gezin te boven gaat of direct hulp aan kind en gezin gewenst is, onderneemt het CJG direct actie. 3.2.Visie Een CJG is niet alleen gefocust op zorg Het motto dient te zijn Helpen bij opvoeden en opgroeien: eerder, sneller en beter. Hoe eerder ouders en jeugdigen ondersteuning krijgen, hoe minder kans dat vragen uitgroeien tot problemen. Het vragen en bieden van ondersteuning bij opgroeien en opvoeden zou vanzelfsprekend moeten zijn en niet de associatie moeten hebben met problemen en ouderlijke onmacht. Uit onderzoek blijkt dat ca.80 % van de vragen met betrekking tot opvoeden en opgroeien van algemene aard zijn. Naar verwachting vereist ongeveer 20 % van de vragen maatwerk, een gedeelte daarvan betreft specifieke hulpvragen aan één of meer hulpverleningsinstellingen. Een CJG dient in de beeldvorming uit te stralen dat preventie en signalering centraal staan. De begrippen zorg en hulp horen dan ook niet op de gevel te staan maar de toegang hiertoe dient wel via het CJG te geschieden. Een CJG heeft meerwaarde door het optimaal benutten van de voordelen van samenwerking. De meerwaarde van een CJG voor de hulp en zorg voor jeugdigen en gezinnen moet vooral worden gezien in het benutten van de kansen die de samenwerking tussen de zorginstellingen en andere maatschappelijke organisaties biedt. Er moet snel hulp geboden kunnen worden en, indien nodig, zelfs bemoeizorg tot achter de voordeur worden geleverd. Binnen het CJG -als totaal concept- moet een integrale en effectieve aanpak van problemen van het hele gezin en coördinatie hiervan worden gewaarborgd. 3.3.Uitgangspunten De missie rond het CJG is door de DAL-gemeenten verder uitgewerkt. Dit heeft de volgende uitgangspunten opgeleverd die de gemeenten in de verdere lokale en regionale samenwerking gebruiken: 1. Laagdrempelig 2. Herkenbaar 3. Dichtbij 4. Voor alle jeugd en ouders 5. De klant centraal 6. Uitgaan van eigen mogelijkheden 7. Directe actie 8. Transparante werkwijze 9. Professionaliteit 6

7 Deze punten zijn als volgt uitgewerkt: 1. Het CJG is laagdrempelig. Dat kan bereikt worden door: te zorgen dat klant zijn bij het CJG niet tot stigmatisering leidt; praktische openingstijden te hanteren; een multifunctioneel gebouw te maken waar verschillende diensten en voorzieningen gehuisvest zijn; een (op bepaalde tijden) vrije inloop te organiseren waar men zonder afspraak terecht kan of door een telefonisch spreekuur in te richten; gebruik te maken van digitale mogelijkheden zoals een website; hierdoor wordt het CJG op verschillende manieren toegankelijk. 2. Het CJG is herkenbaar. Dat kan gerealiseerd worden door: het centrum op een duidelijke plek in de gemeente te situeren; in de regio het landelijke logo te gebruiken; het centrum duidelijk te profileren; ruime bekendheid te geven aan het centrum door een goede PR (voorlichting, nieuwsbrieven en digitale mogelijkheden zoals een website). 3. Het CJG is, in relatie tot herkenbaar en laagdrempelig, dichtbij. Dat kan gerealiseerd worden door: het centrum in de eigen gemeente te situeren in één of meerdere dorpskern(en); huisbezoeken af te leggen op verzoek (van ouders). 4. Het CJG is voor alle jeugd en ouders. Dat kan gerealiseerd worden door: zich te richten op -9 mnd t/m 23 jaar; zowel jeugd (kinderen, tieners en jongeren!) als ouders en verzorgers te bedienen; aandacht te hebben voor diversiteit. 5. In het CJG wordt de klant centraal gesteld. Dat kan bereikt worden door: vraaggericht te werken; de vraag van de klant is leidend, niet het aanbod; dialoog gestuurd te werken; aan te sluiten bij wensen en behoeften van ouders, kinderen, jongeren en professionals (de klanten); goed uit- en door te vragen bij ouders, jeugd en professionals. De instellingen stellen zich daarbij terughoudend op; afspraken te maken over doorzettingsmacht als instellingen er samen niet uitkomen. 6. In het CJG wordt uitgegaan van de eigen mogelijkheden van ouders en jeugd. Dat kan gerealiseerd worden door: het eigen probleemoplossend vermogen van ouders en jeugd te stimuleren; te kijken waar zij zelf goed in zijn; hen positief te benaderen; mensen zaken zelf te laten doen; te kijken wat wel kan; waar dat relevant is hun sociale netwerk te betrekken; uit te gaan van niet leunen maar steunen ; professionele hulp inzetten als problemen en oplossingen de eigen kracht van ouders en jeugd te boven gaan; bij zorgwekkende zorgmijders outreachend op te treden. 7

8 7. In het CJG wordt direct actie ondernomen als dat nodig is. Dat kan bereikt worden door: het ontwerpen van korte werkprocedures; bij direct gevaar te handelen; goede zorgcoördinatie en duidelijke afspraken te maken; zaken als een casemanager, één gezin, één plan en doorzettingsmacht af te spreken en in te voeren; goede automatisering. 8. In het CJG wordt een transparante werkwijze gehanteerd. Dat kan gerealiseerd worden door: het afstemmen van werkprocessen tussen instellingen, intern en in de regio. eenduidige en heldere communicatie intern, naar burgers en achterliggende instellingen. 9. In het CJG staat professionaliteit centraal. Dat kan gerealiseerd worden door: te werken met professionele instellingen; uit te gaan van de kwaliteiten en competenties van CJG medewerkers 8

9 Hoofdstuk 4 Proces 4.1. Regierol van de gemeente De DAL-gemeenten hebben de regierol bij de ontwikkeling van Centra voor Jeugd en Gezin. Dat betekent dat zij: een sluitende ketenaanpak tussen jeugd-, jeugdhulpverlenings- en jeugdzorgvoorzieningen realiseren en garanderen; een coördinerende en regisserende rol hebben. De gemeenten kiezen de samenwerkingspartners uit en brengen hen bij elkaar; in de afstemming met samenwerkingspartners de kaders aangeven, onderhandelen, bemiddelen en sturen. De bedoeling is dat doelstellingen van de gemeente(n) en van de instellingen geïntegreerd worden; overeengekomen besluiten vaststellen en vastleggen in samenwerkingsafspraken; een toezichthoudende rol hebben. De uitvoering ligt in handen van de betreffende professionals die kundig zijn en expertise hebben. Bij de uitvoering zien de DALgemeenten toe op naleving van de overeengekomen werkwijze en samenwerking en controleren zij of de doelen behaald worden. De DAL-gemeenten kunnen de samenwerkingspartners aanspreken op en indien nodig verplichten tot - de samenwerkingsafspraken; hun sturende en toezichthoudende rol invullen door regelmatig overleg met alle partners en via subsidiëring Het CJG is een groeimodel Bij het vormgeven en realiseren van het CJG wordt uitgegaan van een groeimodel. Dit betekent dat: het realiseren van een CJG en de daarbij behorende sluitende keten op regionaal en lokaal niveau een ontwikkeling is. Om een start te maken zijn een goede visie, doelstellingen en uitgangspunten nodig. Daarna kan het CJG door middel van evaluaties, participatie en inspraak groeien tot een volledig model waarin steeds meer primaire en secundaire partners meedoen; naar aanleiding van evaluaties de doelen en het beleid ontwikkeld, bijgesteld en aangescherpt kunnen worden. De DAL-gemeenten hebben hierin de regie. 9

10 Hoofdstuk 5 Organisatiemodel regionale uitwerking CJG 5.1. Front office Binnen het CJG maken we onderscheid tussen de Front offices en de Back office. De Front offices worden gevormd door dat deel van waaruit de dienstverlening met de klant plaats vindt. Hier kunnen ouders, jongeren, sleutelfiguren uit de wijk en instellingen die met jeugdigen werken terecht met vragen over opgroeien en opvoeden. Ook worden hier spreekuren gehouden, kunnen signalen worden afgegeven en wordt opvoedingsondersteuning geboden. Op dit moment bestaat bij de DAL-gemeenten nog geen uitgekristalliseerd beeld over het uiteindelijk na te streven aantal Front offices CJG. Het programmaministerie Jeugd en Gezin heeft diverse duidingen gegeven (rond inwoners per CJG), minstens één per gemeente, maar verdere invulling staat vrij. Het uiteindelijke antwoord op de vraag naar het aantal centra komt voort uit het lokale proces. De gemeenten Delfzijl en Appingedam hebben al aangegeven het fysieke inlooppunt te willen verbinden met de Brede school. De gemeente Loppersum heeft aangegeven de verbinding te willen zoeken met het eigen gemeentehuis. Uitgangspunt voor de fysieke toegang tot de Front office in de DAL-gemeenten is dat de doelgroep weet waar zij terecht kan met al haar vragen op het gebied van opvoeden en opgroeien. Dit geldt tevens voor de sleutelfiguren in de wijk en de instellingen. Op dit moment is in de DAL-gemeenten niet duidelijk welke vragen en behoeften er leven onder ouders en jongeren en welke vragen er zijn bij sleutelfiguren en instellingen. Ook het aanbod van de instellingen is onvoldoende duidelijk Back office De Back office wordt op regionaal (DAL) niveau georganiseerd. De Back office is niet verbonden aan een fysieke locatie, maar is een organisatiestructuur. Een belangrijk deel van de inrichting van de Back office wordt bepaald door de wijze waarop de verwijsindex Zorg voor Jeugd Groningen (ZVJG) wordt ingericht. Het signaleringssysteem ZVJG is een instrument dat gerichte ondersteuning biedt om de coördinatie van zorg te versterken. ZVJG brengt risicomeldingen van hulpverleners en vindplaatsen bij elkaar en informeert hen over elkaars betrokkenheid bij de jongeren of het gezin. Bij meerdere meldingen wordt er op basis van vastgestelde beslisregels een zorgcoördinator toegewezen. De zorgcoördinator krijgt de opdracht om te kijken wat er aan de hand is, wat er al gedaan is en om samen met betrokken signaleerders een integraal hulpverleningsplan op te stellen. Vanuit het systeem wordt automatisch een instelling (GGD dan wel BJZ) aangewezen voor de zorgcoördinatie. Deze zorgcoördinatoren zijn speciaal daarvoor opgeleide medewerkers van Bureau Jeugdzorg en de Jeugdgezondheidszorg. Met de invoering van ZVJG gaan de doelstellingen van de diverse zorgoverleggen rondom jeugd naar alle waarschijnlijkheid veranderen omdat specifieke casussen in het casusoverleg Zorg voor Jeugd worden behandeld. Het CJG maar ook de invoering van het signaleringssysteem ZvJG leiden tot een heroriëntatie op de bestaande netwerken. In eerste instantie wachten we in DAL-verband deze ontwikkeling af voordat er ingrijpende wijzigingen plaats vinden in de bestaande netwerkstructuur. Wel is het streven naar een zo n klein mogelijk aantal netwerken per gemeente en een zo min mogelijk versnipperde structuur. 10

11 De inrichting en de uitvoering van de Front offices en de Back office en de activiteiten die nodig zijn om dit uit te voeren zullen wij uitwerken in een plan van aanpak en een implementatieplan. Een van de activiteiten die wij voornemens zijn uit te voeren is een onderzoek naar de lokale en regionale vragen en behoeften van ouders en jongeren. Daarnaast voorziet het plan van aanpak in een onderzoek naar het huidige regionale en lokale opvoed- en opgroei- aanbod. Deze zijn bepalend voor de in te zetten functies in de Front offices. Ook zal de organisatie- en beheersstructuur van de Back office en de verbinding met de Front offices en de gemeentelijke aansturing worden beschreven. In de implementatienota zullen wij ingaan op huisvestingslocaties voortvloeiend uit het lokale proces, de behoeften van ouders en jongeren en het aanwezige aanbod. Tenslotte zullen we in de implementatienota ingaan op de taken en verantwoordelijkheden van de kernpartners in de Back office en de wijze waarop afspraken en werkprocessen worden vastgelegd, alsmede de wijze waarop de Back office organisatorisch wordt ingericht. Ook dient te worden vastgelegd op welke wijze de verantwoording en rapportage naar de individuele gemeenten plaats vindt. 11

12 Hoofdstuk 6 Minimale eisen Centrum voor Jeugd en Gezin De gezamenlijke uitgangspunten die door de regiogemeenten worden onderschreven zijn ook vertaald naar een pakket van functionele eisen waaraan elk te vormen CJG zal voldoen. Zoals gezegd dienen deze te worden uitgewerkt in een implementatienota Uitvoering en inrichting Front offices en Back office in de DAL-gemeenten Minimale eisen Front office Informatie en advies In het CJG is op laagdrempelige wijze informatie te vinden over onderwerpen die de leeftijdsgroep min 9 maanden tot 23 jaar betreft, zoals kinderwens, zwangerschap, opvoeding en opgroeien. Alle ouders, jeugdigen en jongvolwassenen kunnen een beroep doen op informatie, ondersteuning en begeleiding. Tevens kunnen instellingen en sleutelfiguren uit de wijken hun vragen of signalen op het gebied van jeugd bij een CJG neerleggen. Als ouders of jeugdigen, instellingen of sleutelfiguren naar het CJG komen, wordt direct de actie ondernomen die nodig is zoals een antwoord, afspraak of doorverwijzing. In het CJG is een sociale kaart aanwezig die informatie bevat over diverse onderwerpen m.b.t. jeugd Signalering Diverse inwoners van de gemeenten en instanties in de breedste zin van het woord moeten de mogelijkheid hebben om signalen m.b.t. jeugdproblematiek af te geven. Hiervoor zal gebruik gemaakt worden van het signaleringsysteem Zorg voor Jeugd Groningen (ZVJG) Toeleiden naar hulp Bij toeleiding naar hulp op lokaal en regionaal niveau gaat het om het motiveren en verwijzen van jeugdigen en ouders naar een passende dienst- en hulpverlening. Het uitgangspunt hierbij is het realiseren van een dekkende zorgstructuur zodat dat jeugdigen en ouders zo snel, goed, licht, en nabij mogelijk hulp kunnen krijgen. Voor het verzorgen van een adequate toeleiding is kennis van de lokale en regionale sociale kaart onontbeerlijk Licht pedagogische hulp Het Centrum voor Jeugd en Gezin moet opvoedingsvragen kunnen beantwoorden m.b.t. de normale ontwikkeling. Opvoedingsspanning behoort binnen de grenzen van het normale. Daar waar sprake is van verhoogde opvoedingsspanning kan licht pedagogische hulp worden ingezet. Bij de uitwerking wordt zoveel mogelijk aangesloten bij reeds effectief gebleken of veelbelovende methodieken. Als de vragen opvoedingsnood en opvoedingscrisis betreffen vindt een aansluiting met de Back office plaats Minimale eisen Back office In deze notitie is gekozen voor een beschrijving in functionele termen. De keuzes die worden gemaakt ten aanzien van de functies van de Back office zijn van invloed op de functies die binnen de lokale Front offices regionaal moeten worden uitgevoerd en andersom. De feitelijke invulling van de regionale Back office zal zich organisch ontwikkelen omdat zij afhankelijk is van de kracht van de samenwerking tussen lokale en regionale partijen. 12

13 Uit de missie en de daaruit volgende uitgangspunten zijn voor de DAL-gemeenten de volgende kernbegrippen te herleiden: dichtbij, snel, goed en gecoördineerd en advies en hulp op maat. Concreet betekent dit dat in de Back office minimaal moet worden voorzien in: 1. Monitoring en Risicotaxatie: De veiligheid van (sommige) kinderen is onvoldoende gewaarborgd. Het sluitende gebruik van een (elektronisch) kinddossier (EKD) en een signaleringssysteem Zorg voor Jeugd Groningen moeten voorzien in adequate signalering en alarmering; 2. Coördinatie van zorg: De samenwerking van hulpverleners is niet optimaal. Zorgcoördinatie moet waarborgen dat zorg aan (aanstaande) ouders, kinderen en jongeren wordt afgestemd. De coördinatie betreft zowel de aanbieders van zorg als het gezin (beoordeling en toeleiding). Eén gezin, één plan. Taken van de regionale Back office betreffen: 1. Consultatie en ondersteuning lokale Front offices; 2. Beheer van de Verwijsindex en het Elektronisch Kind Dossier; 3. Zorgcoördinatie en monitoren van het zorgtraject op individueel kind/gezin niveau (procesregie); 4. Het op regionaal niveau regisseren en verbeteren van de jeugdzorgketen (ketenregie); 5 Bewerkstelligen en versterken van synergie binnen de Centra voor Jeugd en Gezin door middel van samenwerking, kwaliteitsverbetering, kwaliteitsborging en efficiencyverbetering. De colleges van de DAL gemeenten hebben in februari 2009 ingestemd met de pilot Aansluiting Algemeen Maatschapelijk Werk, Bureau Jeugdzorg en de Jeugdgezondheidszorg. Deze pilot dient te leiden tot: 1. Het ontwikkelen van een gezamenlijke werkwijze binnen het CJG waarin duidelijkheid is over de rollen, taken en verantwoordelijkheden van het AMW, JGZ en BJZ binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin. Hierbij dient een relatie gelegd te worden met de resultaten van het project Zorg voor Jeugd. 2. Duidelijke afbakening van taken binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin met betrekking tot de zorgcoördinatie. Met andere woorden: wat doet de GGD en wat doet Bureau Jeugdzorg binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin en binnen de verwijsindex. De resultaten van de pilot alsmede de verwijsindex zijn behulpzaam bij het uitwerken van een aantal taken binnen de Back office van het CJG. Er moeten echter ook taken als beheer, en de (organisatorische) positionering van de Back office worden uitgewerkt. Bovendien moeten er afspraken gemaakt worden op welke wijze de Front offices worden verbonden met de regionale Back office en op welke wijze de ondersteuning plaats vindt. De CJG coördinator heeft hierin een belangrijke rol. Er zal een uitgewerkt profiel van de CJG coördinator geschreven worden. Tenslotte worden voor de realisatie van de regionale Back office convenanten opgesteld en samenwerkingsafspraken gemaakt: - Tussen de kernpartners binnen de Centra voor Jeugd en Gezin - Tussen gemeenten en regionale Back office t.a.v. rapportage en verantwoording vanuit regionaal Back office naar gemeenten. 13

14 Hoofdstuk 7 Projectorganisatie Op basis van de uitgangspunten, de beschreven doelstellingen en de beschrijving van de Front en Back office is duidelijk dat er nog een groot aantal zaken moet worden uitgewerkt in de vorm van een plan van aanpak. Hiervoor moet een projectorganisatie worden ingericht die binnen duidelijke kaders mag en kan werken en een duidelijk mandaat heeft. Ook dient een taakverdeling met een duidelijke tijdsfasering te worden gemaakt. Dit ook in het licht van de beschikbare (ambtelijke) capaciteit. Voorgesteld wordt de projectorganisatie als volgt in te richten: a. bestuurlijke stuurgroep CJG DAL. Deelnemers: de wethouders jeugd van de DAL gemeenten. Taken Besluitvorming over plannen, controleren, evalueren en bijsturen. Mandaat De stuurgroep CJG DAL draagt de bestuurlijke verantwoordelijkheid voor het project. Zij is de schakel tussen de gemeentebesturen en de projectorganisatie. De colleges behouden hun individuele verantwoordelijkheid en beslissen over de Mijlpaalproducten. b. de projectorganisatie Deelnemers: de beleidsmedewerkers DAL-jeugd aangevuld met de managers Jeugdgezondheidszorg / Maatschappelijk werk/ Bureau Jeugdzorg. Taken en mandaat De projectgroep is de opdrachtgever van de werkgroepen. De projectgroep heeft tactische regie; heeft als taak het inrichten van de Front en Back office van het CJG; draagt zorg voor vertaling van strategische keuzes, de resultaten en aansturing op de uitvoering. c. werkgroepen. Deelnemers Afhankelijk van de hierna geinventariseerde activiteiten worden de werkgroepen ingevuld met betrokken organisaties of personen. Voor het opstellen van werkprocessen worden ook de uitvoerders van de deelnemende organisaties betrokken. Taken De werkgroepen gaan aan de slag met specifieke opdrachten zoals in deze notitie omschreven. Mandaat Elke werkgroep kent een trekker. De werkgroepen werken onder de verantwoordelijkheid van de projectorganisatie. 14

15 Hoofdstuk 8. Inventarisatie actiepunten Zoals eerder beschreven dienen in korte tijd een aantal zaken te worden uitgewerkt. Op basis hiervan hebben wij een voorlopig aantal actiepunten geïnventariseerd die in werkgroepen zullen worden uitgewerkt. De projectgroep en de bestuurlijke stuurgroep behouden hun verantwoordelijkheid om nieuwe actiepunten toe te voegen. Actiepunt 1. Het bepalen en beschrijven van de functies in de Front office Het aanbod aan opvoed- en opgroei- ondersteuning dient in beeld te worden gebracht. Op dit moment is onduidelijk hoe dit aanbod georganiseerd, geregistreerd en gewaardeerd wordt. Hiervoor zullen indicatoren moeten worden opgesteld. Dit in overleg met de aanbieders van opvoed- en opgroei- ondersteuning. Daarnaast is het van belang te weten hoe het bestaande aanbod gewaardeerd wordt en welke behoeften ouders hebben ten opzichte van dit aanbod. Om deze reden dienen ook de behoeften van ouders en jongeren te worden onderzocht. Deze behoefte zullen wij ook meenemen bij het bepalen van de gewenste vorm van digitale dienstverlening voor ouders en jeugdigen. Actiepunt 2. Het bepalen en beschrijven van de functies in de Back office van het CJG De colleges van de DAL-gemeenten hebben in februari 2009 ingestemd met de pilot Aansluiting Algemeen Maatschappelijk Werk, Bureau Jeugdzorg en de Jeugdgezondheidszorg binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin in de DAL gemeenten. Een groot deel van de pilot is inmiddels droog geoefend in de pilot ZVJG. Wij zullen de uitkomsten van deze pilot verder uitwerken in samenwerkingsafspraken en werkprocessen voor de DAL-gemeenten Daarnaast dienen de volgende zaken te worden uitgewerkt - Beheer, en de (organisatorische) positionering van de Back office - Het beschrijven van de rol, taken en mandaat van de coördinator - De wijze de Front offices worden verbonden met de regionale Back office - Een op te stellen model voor de beheersorganisatie - Convenanten en samenwerkingsafspraken: a. Tussen de kernpartners binnen de Centra voor Jeugd en Gezin b. Tussen gemeenten en regionale Back office t.a.v. rapportage en verantwoording vanuit regionaal Back office naar gemeenten. Actiepunt 3. Het verbinden van het CJG met de netwerken waarin jeugdigen worden besproken In alle drie DAL gemeenten is een OGGZ netwerk, functioneert een meldpunt huiselijk geweld en bestaan er diverse netwerken waar jeugdigen en hun gezinnen worden besproken. Er dient een koppeling tot stand gebracht te worden met de diverse netwerken. Actiepunt 4. Communicatie De conceptvisie zal na vaststelling in de DAL-colleges verzonden worden naar direct betrokkenen met het verzoek om schriftelijk te reageren. Ook zullen de WMo adviesraden om advies gevraagd worden. De gemeenteraden zullen voorafgaand aan de definitieve besluitvorming worden uitgenodigd voor een voorlichting. 15

16 Hoofdstuk 9 Tijdpad van het gehele CJG-proces Wanneer Wat Resultaat/product December 2009 December 2009 December 2009 Vaststellen visiedocument door College Communicatie over visiedocument met direct betrokkenen en adviesraden WMo Uitgewerkt plan van aanpak met de uit te voeren activiteiten, taakverdeling en tijdsinvestering Visiedocument DAL gemeenten Schriftelijke reacties op concept visiedocument Vasttelling plan van aanpak door DAL-Colleges Januari 2010 Februari 2010 Augustus 2010 Eind 2010 Informatiebijeenkomst gemeenteraad. Visiedocument inclusief reacties direct betrokkenen en advies adviesraden WMo worden ter vaststelling voorgelegd aan de gemeenteraden van Delfzijl, Appingedam en Loppersum. Vaststellen implementatieplan Centrum voor Jeugd en Gezin DAL-gemeenten. Proefdraaien lokaal en regionaal Centrum Jeugd en Gezin De gemeenteraden van Delfzijl, Appingedam en Loppersum worden tegelijkertijd geïnformeerd over de visie op het CJG in DAL verband Vaststelling visiedocument door de gemeenteraden van Delfzijl, Appingedam en Loppersum Vastgesteld implementatieplan door DAL colleges Optimaal lokaal en regionaal Centrum Jeugd en Gezin 2011 Centra voor Jeugd en Gezin in DAL gemeenten gerealiseerd CJG maakt deel uit van het gemeentelijk en regionale jeugdbeleid 16

17 Hoofdstuk 10 Financieel overzicht gelden CJG DAL-gemeenten Overzicht inkomsten en uitgaven BDO CJG-WMO 2008 Gemeente Onderdeel Budget Uitgaven JGZ en WMO Uitgaven ZVJG Uitgaven Zorgcoordinatie Over Appingedam JGZ WMO EKD Verrekening Kostenplaats Delfzijl JGZ WMO VIR Loppersum JGZ WMO VIR Verrekening Kostenplaats TOTAAL Verrekening Kostenplaats 1 1 De uitgaven kostenplaats zijn voorlopig geraamd. In het plan van aanpak zal per activiteit de daadwerkelijke tijdsinvestering beschreven worden. 17

18 Overzicht inkomsten en uitgaven BDO CJG-WMO 2009 Gemeente Onderdeel Budget Uitgaven JGZ en WMO Uitgaven ZVJG Uitgaven Zorgcoordinatie Over Appingedam JGZ WMO EKD Gem. budget Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR Delfzijl JGZ WMO VIR Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR Loppersum JGZ WMO VIR Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR TOTAAL Verrekening Kostenplaats 2 2 De uitgaven kostenplaats zijn voorlopig geraamd. In het plan van aanpak zal per activiteit de daadwerkelijke tijdsinvestering beschreven worden. 18

19 Overzicht inkomsten en uitgaven BDO CJG-WMO 2010 (voorlopige bedragen) Gemeente Onderdeel Budget Uitgaven JGZ en WMO Uitgaven ZVJG Uitgaven Zorgcoordinatie Over Appingedam JGZ WMO VIR EKD Gem. budget Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR Delfzijl JGZ WMO VIR Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR Loppersum JGZ WMO VIR Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR TOTAAL Verrekening Kostenplaats 3 3 De uitgaven kostenplaats zijn voorlopig geraamd. In het plan van aanpak zal per activiteit de daadwerkelijke tijdsinvestering beschreven worden. 19

20 Overzicht inkomsten en uitgaven BDO CJG-WMO 2011 (voorlopige bedragen) Gemeente Onderdeel Budget Uitgaven JGZ en WMO Uitgaven ZVJG Uitgaven Zorgcoordinatie Over Appingedam JGZ WMO VIR EKD Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR Delfzijl JGZ WMO VIR Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR Loppersum JGZ WMO VIR Verrekening Kostenplaats OVER VOORGAAND JAAR TOTAAL Verrekening Kostenplaats 4 4 De uitgaven kostenplaats zijn voorlopig geraamd. In het plan van aanpak zal per activiteit de daadwerkelijke tijdsinvestering beschreven worden. 20

21 Hoofdstuk 11 Communicatie Betrokken partijen Binnen het project onderscheiden we de volgende partijen: Intern opdrachtgever: DAL gemeenten; uitvoerder: projectgroep CJG; direct betrokkenen intern: medewerkers welzijn, onderwijs volksgezondheid WMo GBA, ICT; Overige betrokkenen intern: overige medewerkers en MT leden. Extern Gemeenteraden DAL gemeenten; Adviesraden WMo; direct betrokkenen extern: (aanstaande) ouders, kinderen, jongeren, (semi)professionals; overige betrokkenen extern: inwoners DAL gemeenten; belangenorganisaties/platforms, leveranciers en andere relevante zakelijke relaties. Doelstellingen De doelstellingen van de interne communicatie zijn: betrokkene medewerkers/partijen informeren over de visie; vergroten van de bewustwording van het belang van een CJG in DAL verband; vergroten van de betrokkenheid. Zo ontstaat draagvlak en is de kans groter dat de uitvoering en implementatie soepel verloopt en dat we geen essentiële dingen over het hoofd zien. Het doel van de externe communicatie is: Doelgroepen geregeld en zo goed mogelijk informeren over het inrichten en het bestaan van het CJG en over de diensten en zorg die het centrum aanbiedt. Interne communicatiemiddelen Externe communicatiemiddelen Overlegsituaties ; intern (beleids-) overleg bestuurlijk CJG DAL overleg, stuurgroep, projectgroep etc. Informatiebijeenkomsten Brieven B&W- en raadsvoorstellen Convenant Plan van aanpak Mail Overige Gemeentelijke informatiepagina Persberichten Informatiebijeenkomsten Redactionele artikelen in huis aan huisblad Brieven Via scholen kinderopvang/peuterspeelzalen Overige 21