Nieuwsbrief Centrum Industriële Veiligheid Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Transcriptie

1 Nieuwsbrief Centrum Industriële Veiligheid Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Jaargang 4, nummer 1 December 2010 Nieuwe aanwinst Centrum Industriële Veiligheid Naast mijn functies bij de VRR, ben ik voorzitter van de tafeltennisvereniging van Rozenburg en ben ik tevens actief als penningmeester en burgercommissielid van een politieke partij in mijn (deel)gemeente. Het is een klein beetje stil geweest rond het CIV, maar met deze nieuwsbrief geef ik het startschot voor weer vele publicaties, safety alerts en zelfs tweets van het Centrum Industriële Veiligheid. Houdt u ook onze website in de gaten en voor vragen en ondersteuning op het gebied van industriële (brand) veiligheid nodig ik u uit om contact met ons op te nemen. Ik heb er heel veel zin in en kijk uit naar samenwerking met velen van u. Walter Reurink Mijn naam is Walter Reurink, ik ben 37 jaar, woonachtig in Rozenburg, getrouwd en ik heb twee zoon(tje)s en een dochter(tje). Met ingang van 1 november ben ik begonnen als afdelingshoofd bij het Centrum Industriële Veiligheid (CIV) en programmamanager van het Landelijk Expertisecentrum Brandweer- BRZO (LEC). Ik vind het een grote uitdaging om samen met mijn collega s mede vorm en inhoud te geven aan de taken van het CIV en het LEC. Het werkveld industriële veiligheid is mij niet vreemd. Mijn werkzame leven is begonnen in de procesindustrie, waar ik ongeveer 10 jaar werkzaam ben geweest als procesoperator. In die periode ben ik, na het volgen van de VaPro opleidingen B en C, afgestudeerd aan de Hogeschool Rotterdam, opleiding HTS Chemische Technologie. Met deze opleiding werd het voor mij mogelijk om op 1 juli 2006, de overstap te maken naar de Veiligheidsregio Rotterdam- Rijnmond, die toevalligerwijs op dezelfde dag officieel van start is gegaan. In dat opzicht ben ik dus medewerker van het eerste uur. Ik kwam in dienst als medewerker industriële veiligheid bij de afdeling Toezicht, Controle en Handhaving Industrie (TCH) en vanuit die functie hield ik toezicht op de Bouwverordening. Niet veel later werd ik tevens toezichthouder op het gebied van het Brzo. In 2009 werd ik gepromoveerd naar de functie van senior medewerker industriële veiligheid waarbij ik tevens de coördinatie van het Brzo- namens de Brandweer Rotterdam-Rijnmond- ben gaan doen. In 2008 ben ik gestart met de opleiding Bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam; ik verwacht dit (college)jaar af te studeren. Naast mijn functie als hoofd CIV, draai ik ook mee in het informatiemanagement piket. In deze rol heb ik elke 6 weken, een week dienst en kan daarbij opgeroepen worden om bij een CoPI dan wel bij een ROT mijn taken als informatiemanager te vervullen. In dit nummer: Nieuwe aanwinst Centrum Industriële Veiligheid Resultaten werkgroep PGS 15 Doorontwikkeling Keizerskroon Cursus aanwijzen bedrijfsbrandweer Vertrek Olav Strotmann Eerste cursus NFPA codes succes Explosiegevaarmetingen bij zware koolwaterstoffen Michael de Gunst versterkt CIV Nieuwsbrief CIV jaargang 4 nr. 1 1

2 Resultaten werkgroep PGS 15 Naar aanleiding van de grote brand bij het bedrijf ATF in Drachten, heeft de toenmalige minister van VROM de bevoegde gezagen Wet milieubeheer begin 2010 geadviseerd de verleende vergunningen voor opslagplaatsen voor gevaarlijke stoffen te beoordelen en indien nodig te actualiseren. Uit onderzoeken van de VROM-Inspectie in 2007 en 2009 was namelijk gebleken dat er nog steeds een aantal zaken niet goed zijn geregeld met betrekking tot de brandbeveiligingsinstallaties. De VROM-Inspectie is in nauw overleg samen met onder andere vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, brandweer en provincie een traject gestart voor verbetering van deze situatie. Uit dit overleg zijn begin 2010 meerdere acties gestart, waaronder een werkgroep met als doel een handreiking te op te stellen voor Brzo-inspecteurs zodat de beoordeling van risico s en beheersing bij de PGS 15 opslagen op een landelijk uniforme wijze kan worden uitgevoerd. De brandweer heeft samen met afgevaardigden van provincie, milieudienst en arbeidsinspectie deelgenomen aan 2 subwerkgroepen. een PGS 15 voorziening een afkeurend inspectierapport ( NEE conclusie) aantreft. De afwijkingen die hebben geleid tot een Nee-conclusie kunnen onder andere betrekking hebben op de directe werking van de installatie, de betrouwbaarheid van de compartimentering en brandwerendheid, effectiviteit van de repressieve inzet en beschikbaarheid van bluswater- en productopvang. Inspecteurs moeten zo uniform mogelijk een oordeel kunnen vormen over de ernst van de geconstateerde afwijkingen. Uit de subwerkgroep Aandachtspuntenlijst is een product ontstaan, wat ondersteuning kan bieden aan Brzo-inspecteurs. De aandachtspuntenlijst is toegespitst op de bijzonderheden van PGS 15 bedrijven en geeft op een aantal specifieke punten een aanvulling op de huidige NIM controlelijsten. Aan de hand van voorbeelden kan worden bepaald of, en in welke mate handhaving noodzakelijk is. In de aandachtspuntenlijst is bij relevante managementthema s een koppeling gemaakt naar voorbeelden uit de handreiking risicobeoordeling. Beide conceptdocumenten worden door Brzo inspecteurs uit het gehele land in het 4 e kwartaal getest in de praktijk tijdens Brzo inspecties. De resultaten worden begin januari geëvalueerd, waarna beide documenten al dan niet na een kleine aanpassing beschikbaar worden gesteld op de website van het LatBrzo. i.vaane@veiligheidsregio-rr.nl De inspanningen van de subwerkgroep Risicobeoordeling hebben geleid tot de Handreiking risicobeoordeling voor bestaande, niet-gecertificeerde, brandbeveiligingsinstallaties - PGS 15 beschermingsniveau 1. Dit document kan een ondersteuning bieden, indien een (Brzo)inspecteur tijdens een inspectie of milieucontrole bij Nieuwsbrief CIV jaargang 4 nr. 1 2

3 Doorontwikkeling Keizerskroon Op de Keizerskroon IV conferentie op 8 april is gesproken over de wijze waarop de doorontwikkeling van het toezicht bij majeure risicobedrijven na 2010 moet worden vormgegeven. Het eindbeeld dat tijdens de Keizerskroon is voorgelegd werd door alle partijen op hoofdlijnen onderschreven. Daarmee is de aftrap gegeven voor de integratie van het BRZO en het VT Chemie spoor. In het bestuurlijk overleg van 1 september is het eindbeeld ook besproken en onderschreven en daarbij is tevens aangegeven dat er meer duidelijkheid moet komen om de voorliggende keuzes te kunnen maken en onderbouwen. Hierover is meer informatie terug te vinden in de nieuwsflitsen die met regelmatige tussenpozen worden verspreid. Het betreft de fasering van het proces, de deelname aan en de financiering van het nieuwe programma en de ondersteuning van het programma door een sofware applicatie. Momenteel wordt er door de werkgroep Doorontwikkeling toezicht bij majeure risicobedrijven gewerkt aan het opstellen van een business case waarmee de bestuurders geïnformeerd worden over de financiering van het programma. Hierbij zijn de uitgangspunten zoals neergelegd in het eindbeeld leidend. Dit betekent concreet: vier landsdelige regio s, systeemtoezicht vormt het uitgangspunt, gezamenlijke (bestuurlijke) toezichtprogramma s en een gezamenlijke landelijke aansturingsmodel. Verder wordt inzichtelijk gemaakt op welke wijze invulling gegeven wordt aan de ondersteuning van de werkprocessen en werkzaamheden door een software applicatie. Omdat een groot deel van het budget gereserveerd wordt voor de ICT wordt hiervoor een aparte onderzoeksrapportage opgesteld zodat men meer inzicht heeft in de kostenopbouw en de mogelijke reductie hiervan. Op 26 januari 2011 volgt opnieuw een be- stuurlijk overleg waarbij de organisatiestructuur, de regionale toezichtsprogramma s en het Landelijk programma, de begroting en het financieringsvoorstel/kostenverdeling besproken worden en voor besluitvorming worden voorgelegd. Bestuurder voor de brandweer die aanschuift bij dit bestuurlijk overleg is de heer Lonink, burgemeester van Terneuzen. Hij vertegenwoordigt ons en wordt geïnformeerd door Walter Reurink en Silvio Dekkers. Naast de nieuwsbrieven wordt men via het coördinatorenoverleg nader geïnformeerd en bijgepraat over de stukken die worden voorgelegd aan de bestuurders. Cursus Aanwijzen bedrijfsbrandweer Vertrek Olav Strotmann Het Centrum Industriële Veiligheid (CIV) is hét expertisecentrum op het gebied van industriële veiligheid. Doel van het centrum is om de kennis en ervaring van de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond beschikbaar te stellen aan andere korpsen. Dit alles zonder winstoogmerk - dus van de brandweer voor de brandweer. De cursus aanwijzen bedrijfsbrandweer is hier een voorbeeld van. In de eendaagse cursus aanwijzen bedrijfsbrandweer komen in het ochtenddeel het wettelijk kader, de inhoud van een bedrijfsbrandweerrapport en de procedurele aspecten aan de orde. De middag zal gebruikt worden om aan de hand van voorbeelden de scenarioanalyse ten behoeve van het bedrijfsbrandweerrapport invulling te geven. De cursus is toegankelijk voor alle medewerkers van brandweerkorpsen. Ook bedrijfsbrandweerpersoneel en SHE-managers van bedrijven zijn van harte welkom om hun kennis op dit gebied te verruimen. Om een goede interactie mogelijk te maken is het aantal cursisten beperkt tot 12 deelnemers. Het minimum aantal deelnemers bedraagt 8. Data en cursuslocatie De cursus wordt gegeven op 14 april én 27 september 2011 van uur tot uur bij het Centrum Industriële Veiligheid, Langs de Baan 110, Rotterdam-Hoogvliet. In overleg kan de cursus ook op een andere locatie worden gegeven. De kosten per cursist zullen dan wel afhankelijk van de locatie wijzigen. Aanmelden Aanmelding vindt plaats via een aanvraagformulier. Dit formulier kunt u aanvragen door een te sturen aan de cursuscoordinator (zie informatie). Uiterste aanmelddatum 15 maart 2011 voor de cursus op 14 april september 2011 voor de cursus van 27 september 2011 Informatie Informatie over de cursus kan worden verkregen bij de cursuscoördinator: Michael de Gunst, tel of via zijn . Michael.de.Gunst@veiligheidsregio-rr.nl Met ingang van 1 januari 2011 is Olav Strotmann benoemd tot districtscommandant Waterweg bij de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond. Olav Strotmann fungeerde tot 1 november 2010 als hoofd Centrum Industriële Veiligheid en boegbeeld van het Landelijk Expertisecentrum en is in die functie opgevolgd door Walter Reurink Nieuwsbrief CIV jaargang 4 nr. 1 3

4 Eerste cursus NFPA brandbeveiligingscodes succesvol van start Het Centrum Industriële Veiligheid (CIV) heeft in samenwerking met Marsh Nederland in november en december twee maal een vijfdaagse introductiecursus met de titel Fire Prevention Officer One verzorgd. De cursus werd gegeven op het NIFV en ging over NFPA codes 1, 101, 13, 20, 30 en 11: NFPA 1 - de code die specifiek geschreven is voor medewerkers van de brandweer; NFPA 101- de code die in gaat op alle aspecten van de in Nederland op dit moment zeer actuele life safety; NFPA 13 - de code die de relevantie, achtergrond en criteria beschrijft voor het beveiligen van objecten en gebouwen met sprinklers; NFPA 20 - De Standard for the Installation of Stationary Pumps for Fire Protection ; NFPA 11- De Standard for Medium and High Expansion Foam Systems ; NFPA 30 - De Flammable and Combustible Liquids Code ; Beide cursussen waren, nadat ze onder de aandacht waren gebracht, snel volgeboekt. De belangstelling ervoor is zeer groot en het is de bedoeling dat deze cursussen in 2011 nog viermaal gegeven zullen worden. De National Fire Protection Association (NFPA) is een wereldwijd erkende en aanvaarde autoriteit op het gebied van brandpreventie. NFPA codes worden regelmatig maar tenminste eens per 3 jaar geactualiseerd; dit gebeurt aan de hand van ervaringen maar ook omdat de wereld om ons heen steeds onderhevig is aan veranderingen. NFPA laat in verband hiermee ook regelmatig testen uitvoeren. Er komen immers steeds nieuwe stoffen en materialen op de markt en toepassingen van deze stoffen en materialen wijzigen ook steeds. Omdat de NFPA codes een integrale benadering van de brandveiligheid gedurende de hele levensfase van een object vormen sluiten deze perfect aan bij de opzet die in Nederland wordt gehanteerd. Om die reden zijn NFPA codes ook opgenomen in verschillende uitgaven van de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS). Voor veel voorkomende situaties, variërend van woonhuizen, medische instellingen, winkelcentra, woonmarkten tot industriële objecten, zijn de bouwkundige, organisatorische en technische voorzieningen die samen de brandbeveiliging voor dergelijke objecten vormen, uitgewerkt in de daarvoor geschikte NFPA code. Tijdens deze introductiecursus werd in detail ingegaan op de democratische wijze waarop de NFPA codes tot stand komen en de wijze waarop ze zijn opgebouwd. De cursist kreeg aan de hand van voorbeelden inzicht in de toepassingsmogelijkheden van de codes. De cursus werd door een Engelstalige docent gegeven die veel ervaring heeft met niet Engelssprekende cursisten waardoor met enige inspanning van beide partijen zinvolle discussies gevoerd konden worden over praktijksituaties. De docent ging door de soms kritische vragen en vergelijkingen met de Nederlandse wet- en regelgeving een enkele keer zelf anders naar de Amerikaanse regelgeving kijken. Hoewel niet ieder voorschrift uit de NFPA altijd letterlijk toegepast kan worden bij situaties die men in Nederland aantreft werd wel duidelijk dat er veel geleerd kan worden van de integrale benadering die in de NFPA wordt gehanteerd. Cursisten hebben op de evaluatieformulieren aangegeven dat ze ook interesse hebben in verdiepingscursussen voor een aantal specifieke codes. Het CIV en Marsh zullen de ervaringen die met beide cursussen zijn opgedaan op korte termijn evalueren en gebruiken om de cursussen die in 2011 zullen worden georganiseerd nog beter af te stemmen op de situatie in Nederland. Wij zullen de data waarop deze cursussen gepland staan in de volgende nieuwsbrief bekend maken. Voor informatie: Nieuwsbrief CIV jaargang 4 nr. 1 4

5 Explosiegevaarmetingen bij zware koolwaterstoffen De toepassing van veel explosiegevaarmeters is gericht op het meten van apolaire gassen. Uit onderzoek van DCMR blijkt, dat explosiegevaarmeters niet altijd detecteren als bepaalde concentraties van andersoortig brandbaar gas of damp aanwezig zijn. Het strie gebruikt wordt dezelfde problemen vertonen. Kortom is de explosiegevaarmeetapparatuur die u in uw bedrijf beschikbaar hebt ook daadwerkelijk geschikt om de gassen en dampen van de aanwezige brandbare stoffen binnen uw bedrijf te detecteren? gaat dan met name om het detecteren van gassen en dampen van bijv. butanol, xyleen, e.d., kortom polaire, matige polaire en/of grotere apolaire moleculaire verbindingen. Niet alle gassensoren zijn evengoed in staat om dergelijk stoffen te detecteren. Dit onderzoek is uitgevoerd voor portable meetapparatuur. Het onderzoek is te downloaden Het Centrum Industriële Veiligheid van de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond adviseert bedrijven die over dergelijke apparatuur beschikken na te gaan of dit bij aanschaf is onderzocht en zo niet om te onderzoeken of detectieapparatuur daadwerkelijk reageert op concentraties gassen / dampen op van de aanwezige brandbare stoffen binnen Alhoewel dit onderzoek zich met name richt op de aanschaf van meetapparatuur voor de hun bedrijf en indien niet om daarop passende maatregelen te treffen. brandweer werpt de vraag zich toch op of ook de stationaire en portable explosiegevaarmeetapparatuur Voor informatie: die in de procesindu- Michael de Gunst versterkt CIV Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Centrum Industriële Veiligheid Langs de Baan 110, Rotterdam (Hoogvliet) Postbus AD Rotterdam Telefoon: (010) Fax: (010) civ@veiligheidsregio-rr.nl Internet: en Redactie: Mieke van Alphen Michael is 45 jaar oud, getrouwd, heeft een dochter van 4 jaar en woont in Vught. Na zijn opleiding HTS Werktuigbouwkunde heeft hij in België de opleiding hogere akoestiek met de specialisatie Industrielawaai gevolgd. Het studeren leek hem in het bloed te zitten want aan het begin van dit millennium volgden aan de TU-Delft ook nog de opleidingen Master of Safety, Health and Environment en de Master of Public Safety. In zijn werkzame leven is Michael begonnen als gemeentelijke vergunningverlener voor wat destijds nog de Hinderwet heette. Al snel was de overstap naar de provincie gemaakt om na 9 jaar vergunningverlening Wet milieubeheer en saneringsprojecten op het gebied van Industrielawaai door te groeien tot beleidsmedewerker Externe Veiligheid. Vanuit die rol werden de eerste Brzo- Veiligheidsrapporten door hem beoordeeld. Na 12 jaar Brabant volgde de Provincie Gelderland waar hij zich helemaal op de milieuproblematiek rondom de Electriciteitscentrale in Nijmegen stortte. Door een interne overstap naar de afdeling Handhaving werd Michael Brzo-coördinator. Na 4 jaar Gelderland werd de Wet milieubeheer omgeruild voor de Brandweerwet door zijn komst als sr. medewerker Proactie en Preventie bij de regionale brandweer Brabant- Noord. Naast een heleboel brandweer gerelateerde industriële veiligheid hield Michael zich, in de rol van inspecteur en coördinator Brzo, met de majeure risico-bedrijven in Brabant bezig. De speerpunten waar Michael zich door zijn eigen inhoudelijke drive bij het CIV wil gaan inzetten zijn kennisdelen en het versterken van de dialoog met de industrie. We zullen Michael dan ook zeker aantreffen bij de cursussen en de kennisdocumenten die door het CIV worden verzorgd. Michael.de.Gunst@veiligheidsregio-rr.nl Netwerkdagen in 2011: Informatie volgt op Binnenkort op de website : Nieuwsbrieven CIV Cursusprogramma 2011 In de volgende nieuwsbrief CIV in 2011; het jaarplan NFPA cursussen Nieuwsbrief CIV jaargang 4 nr. 1 5