PGS 15 - brandbeveiligingsinstallaties. Mei 2006 Ernst Rijkers

Transcriptie

1 PGS 15 - brandbeveiligingsinstallaties Ernst Rijkers

2 Type installaties Automatische sprinklerinstallatie Automatische deluge-installatie Automatische blusgasinstallatie (Semi-) automatische monitor installatie Automatische Hi-ex outside-air installatie Automatische Hi-ex inside-air installatie Bedrijfsbrandweer met handbediende deluge-installatie Bedrijfsbrandweer met ter plaatse blussen (binnenaanval) BPF-PGS PGS 15 2

3 Automatische sprinklerinstallatie Principe: Kenmerken: Temperatuurdetectie Maatwerk: Aanpak bij brand zelf Afhankelijkheid goederen en opslag Schuimbijmenging (AFFF - zwaar) indien door norm vereist Bouwkundig ongevoelig RWA frustreert Vanuit PGS15: Max m² Brandbare vloeistoffen (ADR 3!) zonder vakken: max. 800 m² BPF-PGS PGS 15 3

4 Automatische deluge-installatie Principe: open sproeisysteem Kenmerken: Alle detectiemethoden toepasbaar Open sproeisysteem: Aanpak totale risico Vaak: bescherming objecten tegen brand-van-buitenaf Schuimbijmenging (AFFF - zwaar) indien door norm vereist Bouwkundig ongevoelig RWA frustreert niet Vanuit PGS15: Max m² Brandbare vloeistoffen (ADR 3!) zonder vakken: max. 800 m² BPF-PGS PGS 15 4

5 Automatische blusgasinstallatie Principe: Zuurstofverdringing Inbreken op chemische reactie brand Koeling (soms) Kenmerken: Rookdetectie/vlamdetectie Geen maatwerk / overkill Bouwkundig gevoelig (eisen vanuit ontwerpnorm) Speciale eisen aan persoonlijke veiligheid op basis van O 2 Maatregelen overdruk Geen RWA Vanuit PGS 15: Max m² Bij kernbranden: 30 min standtijd (normaal 10 min) BPF-PGS PGS 15 5

6 (Semi-) Automatische monitor installatie Principe: Aansproeien buitenopslag met water- of schuimkanon Kenmerken: Vorstgevaar Wisseling in opgeslagen stoffen Vanuit PGS15: Max m² Brandbare vloeistoffen (ADR 3!) zonder vakken: max. 800 m² BPF-PGS PGS 15 6

7 Automatische Hi-Ex installatie Principe: Zuurstofverdringing Kenmerken: Rookdetectie/vlamdetectie Geen maatwerk / overkill Bouwkundig gevoelig (eisen vanuit ontwerpnorm) Speciale eisen aan persoonlijke veiligheid Maatregelen overdruk bij outside-air (luiken) Geen RWA bij inside air Inside air systeem gevoelig voor rook/verbranding (toetsing aan Memorandum 61) Vanuit PGS 15: Max m² BPF-PGS PGS 15 7

8 Bedrijfsbrandweer systemen Principe Brandweer bedient deluge systeem of pleegt binnenaanval Kenmerken: Afhankelijk van menselijke inzet (fouten/traagheid) Geschikt voor opslag brandbare vloeistoffen????? Vanuit PGS 15 bij deluge systeem: Categorie 1 of 2 WBDBO eis 30 min vanuit opslagvoorziening Max m² Brandbare vloeistoffen (ADR 3!) zonder vakken: max. 600 m² Vanuit PGS 15 bij binnenaanval: Categorie 1 WBDBO eis 60 min vanuit opslagvoorziening (bestaand 30) RWA moet Max m² met 300 m² vakken Brandbare vloeistoffen (ADR 3!) zonder vakken: max. 300 m² BPF-PGS PGS 15 8

9

10

11

12 Extra maatregelen vanuit PGS 15 Bouwkunde: WBDBO s, zwaarder dan op basis van ontwerpnorm Opvangcapaciteit Product: afhankelijk van vlampunt Bluswateropvang: Ontwerpnorm dicteert met PGS 15 de nominale opvang PGS 15 bepaalt percentage van nominale opvang op basis van ADR en beschermingsniveau Vakindeling speelt rol Sprinkler en deluge: ordegrootte m³ Blusgas: 48 m³ (nablussen brandweer) Hi-Ex: 3 x volume ruimte : 650. Stel 2500 m² bij 6 m => 23 m³ Binnenaanval: ordegrootte m³ BPF-PGS PGS 15 12

13 Certificering Geen eis in PGS 15 Wel eis tot inspectie door NEN-EN-ISO/IEC geaccrediteerde inspectie-instelling Maximale onafhankelijkheid door type-a instelling te vereisen Type A instellingen inspecteren op basis van certificeringregeling Certificeren op basis van (huidige) certificeringregeling houdt in: Openbare borging van kwaliteitsniveau Eisen aan opleiding/ervaring van installateurs en inspecteurs Realisatie via standaard proces, ieders rol is bekend Certificeringinstelling erkend inspectie-instelling en installateur ( bovenop accreditatie) BPF-PGS PGS 15 13

14 Status certificering in Nederland nu private afspraken tussen partijen (brandweer, verzekeraars, installateurs, inspectie-instellingen, certificeringinstellingen), vastgelegd in openbare certificeringregelingen LPCB (Loss Prevention Certification Board) voert in Nederland de LPS 1233 (Loss Prevention Scheme) uit voor certificering van blussystemen (formeel sprinklerregeling). Er zijn afspraken voor overdracht beheer aan CCV (Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid) CCV beheert in Nederland de brandmeldregeling 2002, waarbinnen 5 certificeringinstellingen licenties hebben. Certificaten zonder regeling als onderlegger: Afgifte door andere CI s dan LPCB (LPS1233) en licentiehouders brandmeldregeling Afgifte door I-I Vergunningen geven hier doorgaans ruimte voor Verzekeraar te laat om bij te sturen Kwaliteitsniveau (mede door ervaring) onzeker BPF-PGS PGS 15 14

15 Status certificering in Nederland toekomst Toekomst: Alle regelingen onderbrengen bij CCV (Centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid), opgericht door BiZa, MinJust, VNO-NCW, VNG, VVV, Raad van Hoofdcommissarissen CCV ziet toe op juiste naleving van regelingen (beheerstaak) Regelingen worden door RvA geaccrediteerd in samenhang met accreditatie CI s Accreditatie eisen: Regelingen moeten gedragen worden door alle branche partijen Alle branchepartijen moeten in Commissie van Deskundigen vertegenwoordigd zijn om regeling te beheren en na te leven Geen wettelijke basis (vooralsnog) BPF-PGS PGS 15 15

16 Procedure tot certificaat (I) Opstellen Basisdocument Brandbeveiliging (BdB) door I-I, waarin opgenomen: Omschrijving object Toe te passen normen, voorschriften, richtlijnen e.d. Inspectie criteria voor de installaties, het gebruik van het object en bouwkundige en organisatorische randvoorwaarden Inspectie criteria voor beheer en onderhoud Aanvullende eisen van eisende partijen In bijlage: relevante teksten uit normen, voorschriften, richtlijnen e.d. en door principaal gemaakte keuzes zoals: Invulling aan opvangcapaciteit cf. PGS 15 Invulling aan bouwkunde cf. PGS 15 BdB is inspectiedocument, geen PvE noch bestek: I-I bepaalt geen enkele uitvoeringsvorm Beperking tot toetsingscriteria BPF-PGS PGS 15 16

17 Procedure tot certificaat (II) Input voor BdB: Masterplan brandbeveiliging / uitgangspuntendocument van adviseur/principaal Totale risico inventarisatie en evaluatie Relatie met externe veiligheid Bepaling beschermingsniveau Afwegen verschillende beveiligingsopties (technisch / economisch) Inventariseren gewenste/vereiste beveiligingsniveau op basis van wet/regelgeving én eisen bevoegd gezag én eisen verzekeraar Ondertekening document door alle betrokken partijen Voorbeeld: Resultaat van dit document over complex van 12 gebouwen kan zijn dat één gebouw moet worden gesprinklerd BdB zal dan gaan over die sprinklerinstallatie in dat ene gebouw Complicaties: Late betrokkenheid I-I (BdB is begin inspectie traject maar ook eind advies traject). Geen kennis inbreng van I-I Mogelijke niet certificeerbaarheid van gekozen oplossing (onvoldoende norm conform) BPF-PGS PGS 15 17

18 Procedure tot certificaat (III) Ook BdB moet door betrokken partijen worden geaccordeerd BdB is toetsingskader voor certificering gedurende totale levensduur installatie Installateur ontwerpt op basis van Masterplan en/of toetsingskader BdB I-I toetst ontwerp van installateur aan het BdB Installateur realiseert het goedgekeurde ontwerp I-I toetst de installatie ter plaatse aan het BdB I-I legt inspectierapporten en BdB voor aan de C-I C-I certificeert op basis van deze stukken Geldigheid certificaat doorgaans half jaar BPF-PGS PGS 15 18