Staatstoezicht op de Mijnen Ministerie van Economische Zaken

Transcriptie

1 Staatstoezicht op de Mijnen Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus AA Den Haag Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. t.a.v. de heer Postbus HH ASSEN staatstoezicht op de Mijnen Bezoekadres Henri Faasdreef JP Den Haag Postadres Postbus AA Den Haag T (algemeen) F (algemeen) sodm@minez.nl Behandeid door Datum 19 juni 2014 Betreft Inspectie op Delfzijl opsl/cond in het kader van het project 'BRZO- Gasopslag en atmosferische opslag van gevaarlijke stoffen' Geachte heer, Op woensdag en donderdag 23 en 24 april 2014 hebben de heren en, beide inspecteur bij Staatstoezicht op de Mijnen (SodM), een inspectie uitgevoerd op het mijnbouwwerk Delfzijl opsl/cond. Hierbij Is nagegaan of aan een aantal wettelijke bepalingen op het gebied van arbeidsomstandigheden, milieu en mijnbouw werd voldaan. Uw kenmerk Bijlage(n) 1 Tijdens deze inspectie heeft een visuele inspectie van de tanks en de daarbij behorende installaties plaatsgevonden. Tevens zijn verschillende documenten en systemen getoetst. Op 15 mei 2014 is er door de heren een bezoek gebracht aan de inspectiedienst in Sappemeer. Tijdens dit bezoek is inzicht gegeven in de door NAM gehanteerde inspectie methodieken en uitgevoerde inspecties aan bovengrondse tanks in Delfzijl. Door u zijn naar aanleiding van de inspectie verscheidene gegevens naar de veiligheidsregio Groningen (brandweer) verstuurd aangezien deze informatie met betrekking tot de repressieve voorzieningen in het kader van de PGS 29 de goedkeuring van de brandweer behoeven. Nadere informatie over inspectieprojecten en de rol van barrières daarbij, kunt u vinden in het SodM document 'Strategie & Programma ' op Tijdens de inspectie is het volgende geconstateerd: A. Bevindingen die onmiddellijke aandacht vereisen: Geen. B. Bevindingen waarvoor eerst een plan van aanpak vereist is: 1. Door het ontbreken van een plotkaart met de stralingscontouren van de locatie, kon niet aangegeven worden of de aansluit- en bedieningspunten van blussystemen of andere belangrijke Pagina 1 van 5

2 apparatuur bij een incident kunnen worden blootgesteld aan een stralingsbelasting van meer dan 3 k W / m ^ 2. Tijdens de inspectie kon de laatst uitgevoerde test van de niveaualarmen van de tanks niet worden getoond. Graag ontvang ik een bewijs dat deze tests zijn uitgevoerd. 3. In de GAP-analyse (EP ) staat beschreven dat de driejaarlijkse capaciteitstesten van de hydranten niet plaatsvindt. Graag deze driejaarlijkse capaciteitstest opnemen in uw inspectieen onderhoudsprogramma en dit programma overeenkomstig uitvoeren. C. Bevindingen met suggesties voor continue verbetering: 1. Tijdens de inspectie is geconstateerd dat het noodplan van Delfzijl de volgende scenario's bevat: Opslag area. Incident in kantoor/controlegebouw, Verlaadsteiger Delfzijl OSF. De beschreven scenario's zijn zeer globaal omschreven en zijn niet heel specifiek zoals bediening van de schuimblusinstallatie in geval van een tankbrand. Een dergelijk scenario is ook nooit aantoonbaar geoefend. Geadviseerd wordt om in het noodplan specifieke scenario's op te nemen die van toepassing zijn voor de locatie Delfzijl en deze specifieke scenario's te trainen. 2. Aanvullend op punt B3 ontvang ik graag de resultaten van de SIL studie waarop de testfrequentie van 1 keer per 6 jaar voor de niveau alarmeringen van de tanks is gebaseerd. 3. Tijdens de inspectie is geconstateerd dat de instelling van de P W van tank 7 op door de firma Kampen value care is aangepast in 14,3/-4,3 mbar. In verscheidene andere documenten (bijv PW settings_nam_ti en EP ) wordt nog beschreven dat de instellingen 20/-6,5 mbar zijn. Graag verneem ik wat de huidige PVV instellingen zijn en hoe het proces voor het wijzigen van de PVV instelling geborgd is. 4. Tijdens de beoordeling van het P&ID van het rioleringssysteem (AC water) werd duidelijk dat de 2" steker in de leiding naar het Nedaico of persriool niet op de tekening aanwezig was. Graag de P&ID bij de volgende revisie hierop aanpassen. 5. In uw toelichting van 10 mei 2014 op de GAP analyse geeft u aan dat een overschot aan bluswater in een van de scheidingstank gepompt wordt. U wordt geadviseerd om na te gaan of dit proces operationeel blijft bij een grote calamiteit zoals een tank/tankput brand. 6. Tijdens de inspectie werd duidelijk dat het veel tijd kostte om de informatie met betrekking tot de opslagtanks (conform voorschrift 259 van de PGS29) uit het digitale registratiesysteem te genereren. Geadviseerd wordt om het digitale registratiesysteem te optimaliseren voor de verschillende NAM locaties, zodat informatie sneller uit het systeem kan worden gegenereerd. Pagina 2 van 5

3 7. In het management systeem wordt voor de tankinspecties de EEMUA 159 voorgeschreven. Uit het jaarplan en de inspectierapportages wordt niet altijd duidelijk dat volgens deze norm is geïnspecteerd en getoetst. Geadviseerd wordt om dit duidelijker te beschrijven. 8. Geadviseerd wordt om de jaarlijkse visuele inspectie aan de tanks procedureel te borgen en de resultaten hiervan vast te leggen. Ik verwacht dat u binnen vier weken schriftelijk reageert op alle bevindingen, inclusief een plan van aanpak voor de bevindingen onder B. Tijdens een volgende inspectie kan worden gecontroleerd of de situatie is gecorrigeerd. Als dat niet het geval is kan dit leiden tot verdere bestuurlijke of strafrechtelijke handhaving. In bijlage 1 'achtergrondgegevens' wordt per bevinding verwezen naar de relevante wet- en regelgeving. Een afschrift van deze brief is verzonden aan de voorzitter van het medezeggenschapsorgaan van uw onderneming. Ik verzoek u bij uw schriftelijke reactie het kenmerk en de datum van deze briefte vermelden. U kunt zich voor verdere informatie telefonisch in verbinding stellen met de in de brief vermelde behandelaar. Pagina 3 van 5

4 Achtergrondgegevens Wet- en regelgeving i^iiieuvergunning E T / E M / d.d. 13 m a a r t Bijlage 1 Bevinding item Het voorschrift 230 van de PGS 29 schrijft voor: De aansluit- en bedieningspunten van bluswatersysteem, koelsystemen, blussystemen of andere voorde Incidentbestrijding belangrijke stationaire en mobiele apparatuur mogen bij incidenten niet (onbeschermd) kunnen worden blootgesteld aan een stralingsbelasting van meer dan 3 kw/m^. Deze punten mogen zijn voorzien van op afstand bedienbare apparatuur die bestand is tegen de ter plekke optredende maximale stralingsbelasting. Bescherming tegen de maximale stralingsbelasting op de bedlenpunten mag ook worden gerealiseerd door brandmuren met kijkglazen. B l Het voorschrift 231 van de PGS 29 schrijft voor: De exploitant moet dit desgevraagd aantonen door middel van een plotkaart met stralinqscontouren. Het voorschrift 248 onder 9 van de PGS 29 schrijft voor: Van de instrumentatie en beveiligingen, waaronder de niveausignalering(en) en de onafhankelijke overvulbeveiliging die ingrijpt op de toevoer, moeten alle componenten periodiek op goede werking worden gecontroleerd en onderhouden. B2 Pagina 4 van 5

5 Het voorschrift 253 van de PGS 29 schrijft voor: Eens per drie jaar wordt door een door het bevoegd gezag erkend bedrijf een capaciteitstest van de hydranten gehouden, waarbij wordt bepaald of wordt voldaan aan de in paragraaf gestelde capaciteitseis van 360 m^/h voor drie hydranten. De resultaten van deze Inspectie moeten worden vastgelegd in een register dat gedurende de levensduur van de betreffende apparatuur bewaard moet blijven. Pagina 5 van 5