Ida Thoenes (wijkbureau), Liesbeth Maats (wijkbureau), Gerry Quist (Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling), Dibi (Gemeenteraad)

Transcriptie

1 Conceptverslag Wijkraad Overvecht Huis aan de Vecht, dinsdag 16 oktober 2007 Aanwezig: Merijn van Elsäcker, Job Haug, Jan de Jong, Alie Räkers, Jessy Riesthuis (secretaris), Toine van Roessel (penningmeester), Dick de Soeten, Joop Stek, Els Wegdam (voorzitter), El Hassan Ouhammou, Mohammed Joeman, Gerda de Water, Gülseren Urker Overige aanwezigen: Afwezig met kennisgeving: zonder kennisgeving: Notulen: Ida Thoenes (wijkbureau), Liesbeth Maats (wijkbureau), Gerry Quist (Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling), Dibi (Gemeenteraad) Sironie Sitaram Rob Vlugt, Rudhira Jagessar Patti Broeder (Rosenbaum Select, notulisten & verslaggevers) Vergaderingen in 2007: 15 november 18 december 1. Opening Els Wegdam heet allen welkom, in het bijzonder twee studentes. Zij doen onderzoek naar overlast gevende kinderen en horen vanavond toe. Raadslid Bouchra Dibi wordt om uur verwacht om over dit onderwerp mede het woord te voeren. Mededelingen a. Er ligt een uitnodiging van de Hogeschool Utrecht, om op 8 november a.s. te komen kijken op de open dag van het Kenniscentrum Innovatie. b. Er is een uitnodiging van wethouder Giesbers om op 12 december gezellig te gaan eten. c. Wethouder Rinda den Besten heeft een dochter gekregen. 2. Vaststellen agenda en notulen De vergaderagenda voor vanavond wordt vastgesteld zoals gepland. De notulen van 13 september 2007 worden ongewijzigd vastgesteld. Actiepuntenlijst en lange termijnlijst Lokaal Maatwerk: de brainstormgroep is gevormd, dit punt kan dus van de lijst. Veiligheid op de Ringbaan: er is afgesproken dit op de volgende vergadering te behandelen, dit in verband met de vakantie van Annet. Het punt schuift dus door naar 15 november. Besluiten wie de introductie van de nieuwe Wijkraadsleden verzorgt: de voorzitter stelt vast dat het handig is als de nieuwe kandidaat zelf een begeleider uitzoekt. Dit wordt opgenomen in de nieuwe sollicitatieprocedure. Joop merkt op dat bijwerken website nog steeds als actiepunt staat vermeld op de lange termijnlijst. Hij vindt dit slordig: het blijft maar staan en er gebeurt niets mee. De voorzitter laat weten dat de website een punt is dat zorgen baart, aangezien er niemand is die het technische gedeelte ervan kan beheren. Jan had contact met iemand die het beheer op zich zou nemen, maar die is langdurig ziek. Toine stelt voor om te melden dat de website niet wordt bijgehouden, bij gebrek aan een webmaster. Dan is het de lezer tenminste duidelijk waarom de site wordt verwaarloosd. Job oppert het idee om in Dreefnieuws een oproepje te plaatsen voor een nieuwe webmaster. De voorzitter spoort de 1

2 aanwezigen aan eens goed rond te kijken binnen het eigen netwerk naar een geschikte kandidaat. Toine fungeert hierin als contactpersoon. Toine herhaalt dat op de site moet worden aangegeven dat er nu niemand aan werkt. Dat fungeert wellicht meteen als oproep. El Hassan vraagt zich af of aan het beheer misschien een kleine vergoeding verbonden is. De voorzitter antwoordt daarop dat het ook om vrijwilligerswerk gaat, maar dat als het nodig is daar iets passends voor bedacht moet worden. 3. Werkgroep Veiligheid Mondelinge toelichting door Mohammed. Het thema veiligheid is veelomvattend, en de werkgroep veiligheid heeft dan ook eerst een verkenning gemaakt. Vragen die men zich stelde waren: Wat gebeurt er in de wijk? Wie doet wat? Wat is er met Overvecht aan de hand? Wat zijn toekomstplannen beleid perspectieven? Om antwoorden te krijgen op deze vragen werden er gesprekken gevoerd met verschillende maatschappelijke actoren. Na het zomerreces zijn er afspraken gemaakt met nog een aantal partijen die de werkgroep belangrijk acht in dit proces. De antwoorden moeten worden omgezet in concrete actieplannen voor de Wijkraad. Daartoe moet men een beeld hebben van hoe de Wijkraad mogelijk zou kunnen bijdragen aan de veiligheid in de wijk. De werkgroep concludeert dat de samenwerking tussen de verschillende partijen die het convenant hebben gesloten, niet optimaal is. Doel zou dus moeten zijn om die partijen beter te laten samenwerken. Mohammed vertelt dat de rol die de woningcorporaties gaan innemen, groot is. Om te kunnen overgaan tot actie is het dus van belang om te weten wat voor standpunten die corporaties gaan innemen. Van het wijkbureau heeft de werkgroep veel medewerking gekregen en dat is als prettig ervaren. Joop weet te vertellen dat de communicatie van de politie naar de OB-scholen niet goed is en ook niet lijkt te verbeteren. Daarop vraagt Toine zich af of de gebrekkige communicatie alleen speelt tussen politie en basisscholen. Volgens Joop wil Cumulus Welzijn ook een betere samenwerking. Mohammed geeft aan dat de werkgroep nu bekijkt hoe de Wijkraad aan die behoefte kan voldoen. Toine is het daar niet mee eens, hij vindt dat dit niet behoort tot de taken van de Wijkraad. Mohammed brengt daar tegenin dat de leden van de werkgroep wellicht een andere insteek hebben. Zijn kunnen objectief kijken waar de knelpunten zitten en vanuit deze bevindingen signalen afgeven naar alle betrokken partijen. Jan vindt dat de Wijkraad er is om adviezen te formuleren aan het college van B&W en dat de leden vooral niet zelf tussen de verschillende partijen moeten gaan zitten. Volgens Mohammed is dat precies de werkwijze die de werkgroep nastreeft. De voorzitter wil graag weten hoe een en ander bewerkstelligd gaat worden. Mohammed vindt dat er meer uitspraken van maatschappelijke actoren verzameld moeten zijn, alvorens over te kunnen gaan tot concrete actie. Dick wil graag weten wat de overlap is tussen de werkgroep en de (externe) werkgroep IPV. Hij vraagt zich af of de werkgroep beschikking heeft over alle ter zake doende gegevens. Volgens Mohammed is dat zeer zeker het geval. Toine komt terug op het punt van slechte samenwerking. Hij vindt dat als zoiets wordt gesignaleerd door alle betrokken partijen, er dan een advies moet uitgaan richting College. Volgens Mohammed is men bij de politie van mening dat de onderlinge communicatie prima verloopt. De voorzitter vindt dat verschillende elementen in het advies moeten worden geconcretiseerd. De leden van de werkgroep Joop, Mohammed en Rob moeten vooralsnog het voorwerk gaan doen. Joop meldt dat het traject hinder ondervindt doordat Rob overdag nooit beschikbaar is. Mohammed valt hem bij en legt uit dat dit nu precies de reden is van deze oproep. De voorzitter hecht aan een concrete vraag vanuit de werkgroep, waarmee de Wijkraad verder kan. Jan pleit ervoor om eerst de geplande gesprekken af te ronden en te verwerken voordat die vraag wordt geformuleerd. De voorzitter beaamt dit. 4. Doe Mee Gerry Quist geeft een korte toelichting bij het rapport. Dit is de tweede rapportage van Doe Mee, in april jl. verscheen de eerste. Het project duurt in totaal veertien maanden, dit is het verslag van de eerste tien daarvan. Eind november/begin december a.s. volgt de eindrapportage die dan weer door Gerry zal worden toegelicht. 2

3 Dick wil graag weten of er bij de omschreven doelstellingen enig zicht is op onderdelen die mogelijk niet werken. Hij weet uit ervaring dat het belangrijk is om bottlenecks te onderkennen, vooral in verband met de eventuele voortzetting van het traject in de plannen van minister Vogelaar. Gerry erkent dat er uiteraard onderdelen zijn die minder goed lopen dan vooraf werd verwacht. Ze vindt dat er op verschillende manieren gekeken kan worden, namelijk ook naar hoe de programmaorganisatie is ingericht. Ze heeft voorts gemerkt dat alleen maar contact leggen niet voldoende is. Om echt een impuls aan sociale hervorming te kunnen geven, is een adem nodig die langer is dan de veertien maanden die voor dit project staan. Dan pas kan men aan de slag met de groepen die nu nog niet worden bereikt. Wat zondermeer vertragend heeft gewerkt was de zomervakantie, vrijwel meteen gevolgd door de Ramadan. Voor veel projecten betekende dit dat deelnemers niet kwamen opdagen. Gülseren vindt het logisch dat mensen niet komen tijdens de Ramadan en ze vindt dat hier dan ook niet goed over is nagedacht. Dick verdedigt het programma door uit te leggen dat er in korte tijd een project in elkaar moest worden gezet. Hij vraagt zich af of er op langere termijn betere resultaten geboekt kunnen worden. Gerry verwacht dat dit het geval zal zijn. Eén onderdeel is fout gelopen doordat er een huisbezoekproject was gepland in het HCA-complex, tegelijk met een huisbezoekproject van Mitros, zonder dat de organisaties van elkaars plannen op de hoogte waren. Ida geeft aan dat medewerkers van Mitros zelf tot kort voor de start niet wisten van hun eigen project zodat ze dit dus ook niet hadden kunnen communiceren. Ze benoemt dit als één van de risico s van dingen die voor de eerste keer worden uitgevoerd. De voorzitter beziet dit als een leerpunt. Jan vindt het prima dat er zo n pakket is voor veertien maanden, maar vraagt zich af hoe de continuïteit wordt gegarandeerd, aangezien de Vogelaaraanpak mogelijk heel ingewikkeld zal zijn. Samen met de gebiedsaanpak, zoals de Spoorzone en de Gagel, komt er een complexe hoeveelheid aan factoren bij. Hij vindt het programma een compliment waard, maar vindt het wel tijd om nu te gaan bedenken hoe een en ander in de toekomst zal worden gecoördineerd. Daarbij vreest hij dat het wijkbureau de capaciteit mist om dit aan te kunnen. Ida geeft aan dat het wijkbureau die zorg deelt. En niet alleen bij het wijkbureau, maar op alle niveaus in de gemeente en in alle Vogelaarbuurten wordt hier flink over nagedacht. Het wijkbureau voert goede gesprekken met de woningcorporaties. Over de Spoorzone is niet voldoende gecommuniceerd. Het wijkbureau heeft daar wat van gezegd, de woningcorporatie heeft beterschap beloofd. Gerry laat weten dat in november a.s. bekend zal zijn hoeveel middelen er volgend jaar beschikbaar zullen zijn. Daar zal de organisatie vervolgens op worden afgestemd. Ze uit haar zorg over de projecten die al lopen en die continuïteit behoeven. Op dit moment is nog niet zeker of die projecten doorgaan of dat ze moeten worden afgerond. Ze vindt dat het publiek een verkeerd signaal krijgt als iets dat goed loopt, zomaar gestopt wordt. Dick rekent dat er voor een vervolg op Doe Mee zo n 3,5 miljoen gereserveerd zou moeten worden. Hij vindt het een pijnlijke zaak dat niemand weet of dat geld ook werkelijk beschikbaar is. Toine stelt voor om de pers in te schakelen; die blijkt aanwezig te zijn. Ida vindt echter dat hiermee het signaal wordt afgegeven dat er minder geld beschikbaar zou zijn dan het vorige jaar, terwijl dat beslist niet het geval is. Zij vindt dat er ook een deel door de organisatie zelf bepaald kan gaan worden. De voorzitter concludeert dat er een managementprobleem is. De wijkraad is benieuwd hoe het wijkbureau hieruit gaat komen. Afgesproken wordt dat het punt op de agenda wordt gehouden, zodat een volgende keer kan worden besproken hoe de wijkraad hierop mogelijk invloed kan uitoefenen. Dick stelt voor dat als er in november nog geen zekerheid is, de Wijkraad zelf maar moet aankloppen bij de geldverstrekkers. Een programma als dit moet niet in een vacuüm terecht komen, vindt hij. Toine vraagt zich af waarom er tot november gewacht gaat worden. Het signaal is duidelijk, nu is het ideale moment om in actie te komen. Jan vindt dat het probleem kan worden voorgelegd aan het college: wijkraad voorziet problemen en ziet graag een oplossing. Jan, Dick, Toine en Merijn zullen zich hier samen over buigen en komen er in de volgende vergadering op terug. Er wordt nog opgemerkt dat er vrij weinig bekendheid over het programma is bij de bewoners van Overvecht. Gerry geeft toe dat het communiceren over verschillende lagen een leerpunt is voor de volgende keer. Ida sluit het onderwerp af door te zeggen dat de honderden mensen die zijn bereikt door dit programma, het wel degelijk kennen. 3

4 5. Werkgroep Braderie El Hassan laat weten dat Jessy en hij overleg hebben gevoerd. Daar zijn twee vragen uit voortgekomen: a. Op 16 november is er een etentje. Het programma daarvan is een verrassing. Hij wil wel graag weten wie er meegaan. b. Op 24 november is de braderie in Buurtcentrum De Klop. Die duurt gelukkig maar één dag, in plaats van twee. Leden van de Wijkraad die op die dag kunnen, kunnen zich melden via de mail. Ook ideeën zijn welkom. De voorzitter stelt voor een hotline te openen naar El Hassan en dan wordt het vast een leuke dag. 6. Maatregelen overlast gevende kinderen in Overvecht De stukken over de PEN-dreven zijn nogmaals aan de wijkraad toegestuurd. Over het onderwerp maakt de wijkraad zich grote zorgen; daarom is Liesbeth Maats (gebiedsmanager veiligheid) uitgenodigd om een en ander toe te lichten. Raadslid Bouchra Dibi is aanwezig voor het geven van aanvullende toelichting. Liesbeth vertelt dat er vanuit scholen, wijken en kinderwerk, steeds meer signalen worden gegeven over probleemgedrag bij kinderen. Bekende signalen zijn: een grote mond, niet aanspreekbaar zijn, geen goed contact met elkaar hebben, enzovoort. Alle partijen, (opvoedbureau, jeugdhulpverlening, scholen, politie en kinderwerk) bundelen nu de krachten om samen vast te stellen wat er precies aan de hand is. De titel van het programma is: Kleine kinderen, grote zorgen. Het is een groot probleem, dat steeds groter wordt en waarop men steeds minder grip lijkt te krijgen. Men wil graag weten hoe het komt dat kinderen zoveel overlast veroorzaken. Er is een plan van aanpak opgesteld met daarin concrete plannen om het probleem te tackelen. De discussie is gestart in de gemeenteraad, die daarop het college opdracht heeft gegeven om er werk van te maken. Het opbouwwerk zal in dit verband intensiever contacten met moeders gaan onderhouden, om hen duidelijk te maken dat zij hulp kunnen krijgen. Daarnaast wordt ingezet op meer toezicht en betere contacten met bewoners. Het grootste probleem echter blijft het feit dat mensen de overlast niet willen melden. Daardoor kunnen er geen strafrechtelijke maatregelen genomen worden en kan benadering alleen maar via de zorgkant plaatsvinden. Op buurtavonden, via moskeeën en de organisatie El Amal wordt geprobeerd om duidelijk te maken dat aangifte doen nodig is en effect heeft. De in het rapport omschreven maatregelen worden opgenomen in het Wijkactieplan. De kinderen worden begeleid vanaf 0 jaar. Dit omdat toekomstige probleemjongeren er al op de voorscholen met gemak uitgepikt kunnen worden. Bouchra Dibi laat weten erg blij te zijn met dit plan. Ze vindt er concrete en strakke maatregelen in terug. Het gaat haar erg aan het hart, te zien hoe groot de problemen zijn. Niet alleen is ze raadslid, ze is ook inwoonster van Overvecht en zij houdt van haar wijk. Ze relativeert het probleem enigszins door aan te geven dat dit soort problemen ook elders in Utrecht en in andere grote steden speelt; de huidige ontwikkelingen boezemen haar angst in. Ze hoort verhalen van kinderen van zes jaar die niet buiten kunnen spelen omdat ze anders in elkaar geslagen worden en gepest. Zij kan zich vinden in de sociale maatregelen die worden genomen, maar zij zou ook graag zien dat de mogelijkheden van gedwongen hulpverlening of gedwongen opvoedingsondersteuning worden onderzocht. Als kinderen dreigen te ontsporen, moet er desnoods strafrechtelijk ingegrepen kunnen worden. Ook de ouders moeten worden benaderd; een kind van zes jaar hoort om uur niet meer buiten te zijn. In het belang van het kind, van andere kinderen en van het gezin moet dan worden ingegrepen. Bouchra verkeerde in de veronderstelling dat de politie makkelijker kon ingrijpen. De politie kan tenslotte met de ouders in gesprek gaan. In de praktijk blijkt dat echter niet te werken. Zonder aangifte kan de politie niets doen. En de mensen doen geen aangifte uit angst voor represailles. Wat dat betreft is zij blij met de initiatieven van de welzijnsorganisatie El Amal. Ze wijst er vervolgens op dat het van belang is dat de begeleiding vanuit voorschool en basisschool goed op elkaar aansluit. Joop onderstreept de angst voor represailles. Hem hebben soortgelijke berichten bereikt. Alie vraagt zich af of men geen gebruik kan maken van Meld Misdaad Anoniem. Nee, weet Liesbeth, want op basis van een anonieme melding kan geen strafrechtelijk onderzoek plaatsvinden. Daarnaast kan de 4

5 politie niet zomaar gesprekken gaan voeren. Wat eigenlijk bedoeld is als een informatief gesprek, wordt dan formeel een aanhoudingsgesprek. Dick vraagt zich af of kinderen van ouders die zich niets aantrekken van de opvoeding niet via Jeugdzorg uit huis geplaatst kunnen worden. Ja, zegt Liesbeth, maar ook daarvoor is veel bewijslast nodig en dat is nu precies waar het aan ontbreekt. Volgens El Hassan wijst erop dat veel ouders zich simpelweg schamen en daarom maar liever niets melden. Als die schaamtegevoelens niet kunnen worden weggenomen, zijn de betreffende bewoners vrijwel niet te bereiken. Bouchra vult aan dat er in het PEN-gebied veel Marokkaanse gezinnen wonen; juist in de Marokkaanse gemeenschap is het doorbreken van dit soort taboes heel ingewikkeld. Mogelijk, zegt Job, heeft het ook te maken met andere opvoedingstradities. Misschien is het in die andere cultuur wel een stuk minder gebruikelijk om opvoedingsvaardigheden uit te wisselen; dan is het bieden van opvoedingsondersteuning de aangewezen weg. Liesbeth vertelt dat Doe Mee begint bij de leeftijd van 0 jaar, juist om preventief te werken. De bijeenkomsten die worden georganiseerd, hebben een aanmoedigende en informatieve werking en zijn niet dwingend van karakter. El Hassan weet dat de overlast gevende kinderen vaak uit eenoudergezinnen komen. Daar kun je wel cursussen voor bedenken, maar die hebben geen effect, want de problematiek ligt veel dieper. Ida is een paar weken geleden naar een presentatie van Cumulus Welzijn geweest; zij plaatste toen dezelfde kanttekening. Wat ze hoorde op die presentatie is dat veel alleenstaande ouders veel moeite hebben om thuis de boel te runnen. Tijdens de bijeenkomsten leren ze van elkaar en ze krijgen tips. Bouchra vult aan dat voor die groep een cursus niet genoeg is. Er zijn veel alleenstaande moeders die het gewoon niet redden. Vaders zijn vaak niet in beeld, er is sprake van een letterlijk overspannen situatie. In die gevallen gaat het erom heel vaak aanwezig te zijn, de moeder bij te staan en haar kleine dingen mee te geven, zoals het feit dat een kind moet ontbijten voordat het naar school gaat. Merijn vindt dat de belangrijkste plek van signalering de school is. Liesbeth is dat niet met hem eens; volgens haar functioneren veel kinderen prima op school. Hun gedrag verandert juist zodra ze de straat op gaan. Er worden daarom nu meer gegevens uitgewisseld tussen het kinderwerk en de scholen. El Hassan ziet dit probleem als een Marokkaans probleem. Hij verwacht dat Marokkaanse ouders niet echt zitten te wachten op de expertise van een niet-marokkaanse hulpverlener. Joop ziet meer in de harde aanpak: als een kind s avonds laat buiten loopt, moet het naar huis gebracht worden. Gebeurt dat een tweede keer, dan moet proces-verbaal opgemaakt worden. Volgens Toine weet de nieuwe burgemeester wel raad met dit soort gevallen. Hij wil graag weten om hoeveel eenoudergezinnen het gaat. Nu wordt er gepraat over een wollige groep, die gerechtelijk niet kan worden aangepakt en die ook niets heeft aan een cursus. Hoe ziet men dat voor zich? Volgens Liesbeth kan er, op het moment dat er meervoudige zorgsignalering is, zorg op maat worden aangeboden. Loopt het dan nog de spuigaten uit, dan wordt Jeugdzorg ingeschakeld. In antwoord op de andere vraag van Toine meldt ze dat 25% van de kinderen in Overvecht tot de risicogroep behoort. Bouchra laat weten meer dwang te willen uitoefenen in gevallen waarin dringend hulp geboden is en als ouders medewerking weigeren. Alie vindt dat er te laat wordt ingegrepen. Er zou meer aan de preventieve kant gewerkt moeten worden, bij voorkeur al rond de geboorte. Daarbij krijgen mensen die al tot aan hun nek in de ellende zitten, door alle interventies het gevoel ik weer, ik doe het weer verkeerd. Ze wijst op de werkwijze in Zweden, waar alle ouders, van alle rangen en standen, opvoedingsondersteuning krijgen. Volgens Liesbeth biedt het Ouder Kind Centrum veel mogelijkheden op het gebied van opvoedingsondersteuning. Het is belangrijk om te blijven signaleren, met als doel ervoor te zorgen dat niet de kleine groep de grote domineert, maar dat de grote groep weer vertrouwen krijgt in de aanpak. 7. Deelname aan diverse evenementen Joop vertelt dat hij op 25 september bij Big!Move is geweest, met Cumulus Welzijn. Hij zou het prettig vinden als er ook een ander wijkraadslid meegaat naar dit soort evenementen. De voorzitter antwoordt dat zoiets alleen maar kan als de anderen ook enthousiast zijn en over voldoende vrije tijd beschikken. Joop realiseert zich dat hij door zijn pensionering meer vrij tijd heeft, maar doet desondanks een oproep. 5

6 Alie is naar haar cursus geweest. Ze wist niet dat ze voor een cursus was opgegeven, maar ze ontving een uitnodiging en is gegaan. Het gebodene viel haar erg mee: ze vindt de cursus leerzaam, informatief en praktisch. Na deze sessie volgen er nog drie. Ida weet te melden dat deze cursus speciaal bedoeld is voor nieuwe wijkraadsleden. 8. Rondvraag en sluiting Ida meldt dat zij van 11 november tot 15 december niet bereikbaar is. Ze zoekt nog naar een vervang(st)er voor de volgende wijkraadvergadering. Ida heeft van Spoorzone de vraag ontvangen of ze hier iets meer kunnen vertellen over het Gebiedsplan. Merijn zegt toe dit zullen oppakken. Ida meldt tot slot dat er gepraat wordt over de verbouwing van de Stefanuskerk omdat deze niet aan allerlei eisen voldoet. Stelt de wijkraad prijs op een presentatie daarover? De voorzitter laat weten dat de mensen van de Stefanuskerk van harte welkom zijn. Merijn en Jessy zijn contactpersonen. Joop meldt dat op 12 december de dag van de Wijkraad is. Tijd en locatie zijn nog niet bekend, zodra dat wel het geval is, laat Jessy dat weten. Wie mee wil, kan dat melden bij Joop. Joop vraagt zich af of het vergadertijdstip voortaan vervroegd kan worden naar uur, in plaats van uur. Een aantal mensen blijkt niet vroeger te kunnen, de tijd van uur blijft dus staan. Jan vertelt dat de gemeenteraad op 28 november Overvecht bezoekt. Zijn er suggesties voor onderwerpen waar de raadsleden zich in kunnen verdiepen? Het is de bedoeling dat zij in contact komen met burgers die ze normaal gesproken niet spreken. Gerda spreekt haar voorkeur uit voor ouderenorganisaties. Er blijkt veel eenzaamheid te zijn onder ouderen in Overvecht. Ida meldt dat zij daarover ook een vraag heeft uitgezet bij de buurtwerkers. Liesbeth vertelt dat het jongerenwerk in Overvecht goede resultaten boekt. Misschien is het leuk om die jongeren in debat te laten gaan met de raadsleden over het thema jeugdoverlast. Volgens Ida is de combinatie van het thema overlast en jongerenparticipatie een goede. Een jaar geleden is er een bijeenkomst over eenzaamheid bij ouderen geweest de noodzaak daarvoor ziet ze dus niet erg. De voorzitter besluit dat er moet worden nagedacht over de organisatie van de dag. Jan en Ida nemen dit op zich. Joop voegt nog toe dat er veel klachten zijn van de bewoners aan de Ringweg en de Gageldijk. Veel fijnstof, de ramen kunnen niet open. Hij vindt dat de raad dat ook best eens mag weten. Volgens Dick krijgt de raad hierover binnenkort een rapport; dat zou genoeg moeten zijn. Toine doet de suggestie om de raad te vragen, de betreffende bewoners eens te bezoeken. Liesbeth wijst erop dat het auto-inbraakseizoen weer is aangebroken. Daar wordt op ingespeeld door middel van voorlichting. Ten slotte is er niets meer aan de orde. De voorzitter bedankt de aanwezigen voor hun komst en inbreng en sluit de vergadering. 6

7 Actiepuntenlijst Wijkraad Overvecht bijlage bij notulen van 16 oktober 2007 Nummer Datum Actie Wie Wanneer Advies Veiligheid op de ringbaan Job, Joop 15 november Rondkijken voor kandidaat-webmasters Allen z.s.m Op website vermelden dat deze niet wordt Jan z.s.m. bijgewerkt Bestuderen managementprobleem Vogelaarplan Toine, Jan, Dick, Merijn 15 november Lange termijnlijst nummer zie notulen Onderwerp Wie Voortgang a Uitwerking programma Merijn z.s.m. werkgelegenheidsoffensief 2010 c Nieuws over voortgang rond winkelcentrum Overvecht d Ledenlijst op de website bijwerken Jessy Riesthuis 7