1a Estafette Doelgroep voortgezet onderwijs Versie

Transcriptie

1 1a Estafette (Teamonderdeel) Hindernis Estafette Sprint Duurloop in estafettevorm als team zo snel mogelijk 10 rondes lopen. Maak met jouw team een nette rij achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Na startsignaal vertrekt 1 e loper vanachter de pylon met stokje in de hand Loop om de buitenste pylonen en geef het stokje over voor de pylon (in het wisselvak) Elke leerling loopt minimaal één keer en maximaal 2 keer. Taak jury - start (1x) Controleer of eerste lopers klaarstaan achter de pylon klaar? geef startsignaal Zie er op toe dat leerlingen in een nette rij achter de pylon blijven staan Kijk of de leerlingen OM de pylonen heen lopen. Taak jury - tijd (4x) Spreek af wie welke leerlingen de tijd opneemt. Zie er op toe dat de leerling de juiste afstand/rondjes lo Stop de tijd wanneer de leerling de afgesproken afstan 1 startklapper 4 estafettestokjes 8 pylonen 4 hoedjes (1 rode, 1 groene, 1 gele, 1 blauwe) Maak gebruik van de atletiekbaan en de bijbehorende wisselvakken. In plaats van het gehele team te laten lopen, ervoor kiezen om 4 personen te laten lopen (jongens en meisjes team). Starten vanuit startblokken. Stel de kinderen op achter het hoedje (met teamkleur) Help de leerlingen met het maken van een opstelling: wie loopt wanneer? Maak de top 4 van teams middels het scoreformulier inzichtelijk.

2 (Teamonderdeel) 1b Hindernis-estafette Hindernis Estafette Sprint Duurloop Haal in estafettevorm zo snel mogelijk alle steentjes op. maak met jouw team een nette rij achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur na startsignaal vertrekt 1ste loper vanachter de pylon loop over de hindernissen, pak één steentje en loop terug over de hindernissen tik de voorste van het rijtje met de hand aan, deze loper staat klaar met zijn hand achter het paaltje na het aantikken het scrabblesteentje in emmer leggen en achteraanlsuiten welk team komt als eerst met het laatste steentje uit de hoepel over de finish? Taak jury (1x) Controleer of eerste lopers klaarstaan achter de pylon klaar? geef startsignaal Zie er op toe dat leerlingen in een nette rij achter de pylon blijven staan Kijk of de leerlingen een fishe per keer mee nemen. Taak jury - tijd (4x) Spreek af wie welke leerlingen de tijd opneemt. Zie er op toe dat de leerling de juiste afstand/rondjes lo Stop de tijd wanneer de leerling de afgesproken afstan 1 startklapper 4 paaltjes 4 hoedjes (1 rode, 1 groene, 1 gele, 1 blauwe) 4 hoepels en 4 emmers ± 60 fiches (15 per team) 12 bananendozen (hindernissen) Stopwatch Varieer in de afstand en hoogte voor de hindernisse. Tip: leg de bananendoos anders neer om de gewenste hoogte te creëren Variatie: gebruik scrabblesteentjes. Welk team maakt langste woord van verzamelde letters (bijv. 3 minuten de tijd steentjes te verzamelen)? stel de kinderen op achter het hoedje (met teamkleur) zie er op toe dat elk kind steeds één steen per keer pakt steek uw hand op wanneer het laatste steentje uit een hoepel is gepakt, zodat de hulpouder weet dat hij de volgorde van aankomst moet bekijken maak de top 4 van teams middels de teamtouwen inzichtelijk

3 2a Sprinten (Individueel onderdeel) Hindernis Estafette Sprint Duurloop Sprint zo snel mogelijk naar de finish Maak met jouw team een nette rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur De loper gaat klaarstaan in de startblokken. Ga, op het commando op uw plaatsen van de starter, klaarstaand achter de startlijn en sprint op het startsignaal zo hard mogelijk rechtdoor naar de finish Loop buitenom terug en sluit achteraan in de rij en loop eventueel nogmaals Taak jury - start (1x) Zorg ervoor dat de tijdswaarnemers gereed zijn Roep de voorste kinderen vanachter het hoedje naar voren en controleer of deze achter de startlijn staan Klaar? geef startsignaal Valse start? 2x startsignaal geven en opnieuw starten Taak jury - tijdswaarneming (4x) Ga aan de zijkant bij de finish staan Klok met de stopwatch de tijd van de leerling: - druk op START/STOP op startsignaal - druk op START/STOP, als de loper met de borst over de finishlijn komt. noteer de tijd (bijv. 7,01 sec) en druk op RESET Materiaal (t.b.v. 4 teams per klas) Alternatieven en differentiatie Taak hoofdjury 1 startklapper (of ander materiaal om startsignaal te geven, bijv. fluitje, 2 blokjes tegen elkaar klappen) 4 hoedjes (1 rode, 1 groene, 1 gele, 1 blauwe) 4 stopwatches 4 startblokken 2 pylonen (indien geen belijning, gebruik markeringen om lanen aan te geven) Keuze wel of niet starten vanuit startblokken. Klas 1 en 2: zowel meisjes als jongens: 60 meter Klas 3 en 4: zowel meisjes als jongens: 80 meter Klas 5 en 6: meisjes 80 meter; jongens 100 meter Noteert gelopen tijden op het scoreformulier. Op eindsignaal beste prestaties noteren/optellen (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen gesprint hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij

4 (Individueel onderdeel) 2b Wereldrecord sprint (9,58 sec) Hindernis Estafette Sprint Duurloop Sprint zo ver mogelijk in 9,58 seconden Maak met jouw team een nette rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Ga, op het commando van de starter, klaarstaan achter de startlijn in de startblokken. Sprint op het startsignaal zo hard mogelijk rechtdoor Doorsprinten totdat je het fluitsignaal hoort, daarna enkele passen rustig rechtdoor uitlopen Loop buitenom terug en sluit achteraan in de rij Taak jury - start (1x) Roep de voorste leerlingen vanachter het hoedje naar voren en controleer of deze achter de startlijn staan Klaar? fluitsignaal (gelijktijdig met fluitsignaal de stopwatch indrukken) Tel laatste 3 seconden af: 3, (5s), 2 (6s), 1 (7s) en geef fluitsignaal als stopwatch 9,58 seconden aangeeft Valse start? 2x startsignaal geven en opnieuw starten Taak jury - afstand (4x) Kijk vanaf de zijkant van de baan hoeveel meter de leerling heeft afgelegd wanneer het fluitsignaal klinkt Lees het aantal gelopen meters af Noteer dit aantal meters op het scoreformulier 1 fluitje 4 hoedjes: 1 blauwe, 1 groene, 1 gele en 1 rode 14 pylonen Stoepkrijt en meetlint of meetwiel 4 startblokken Muziekfragment met 9,58 sec Maak een keuze starten met of zonder startblokken. Noteert gelopen afstand op het scoreformulier. Op eindsignaal beste x prestaties noteren/optellen (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen gesprint hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij

5 3 Hordenlopen (Individueel onderdeel) Hindernis Estafette Sprint Duurloop Sprint zo snel mogelijk naar de finish over de hindernissen/horden Maak met jouw team een nette rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur De loper gaat klaarstaan in de startblokken. Ga, op het commando op uw plaatsen van de starter, klaarstaand achter de startlijn en sprint op het startsignaal zo hard mogelijk rechtdoor naar de finish Loop buitenom terug en sluit achteraan in de rij en loop eventueel Taak jury start (1x) Zorg ervoor dat de tijdswaarnemers gereed zijn Roep de voorste leerlingen vanachter het hoedje naar voren en controleer of deze achter de startlijn staan klaar? geef startsignaal Valse start? 2x startsignaal geven en opnieuw starten Taak jury - tijdswaarneming (4x) Ga aan de zijkant bij de finish staan Klok met de stopwatch de tijd van de leerling: - druk op START/STOP op startsignaal - druk op START/STOP, als de loper met de borst over de finishlijn komt. Noteer de tijd (bijv. 7,01 sec) en druk op RESET 1 startklapper (of ander materiaal om startsignaal te geven, bijv. fluitje, 2 blokjes tegen elkaar klappen) 4 hoedjes (1 rode, 1 groene, 1 gele, 1 blauwe) 4 stopwatches 4 startblokken Minimaal 20 horden / hindernissen Klas 1 en 2: zowel meisjes als jongens: 60 meter Klas 3 en 4: zowel meisjes als jongens: 80 meter Klas 5 en 6: meisjes 80 meter; jongens 100 meter Hoogte kan je in varieren. Starten zonder startblokken. Wanneer je geen (voldoende) hordens beschikt, maak hindernissen van bananendozen. Noteert gelopen tijden op het scoreformulier. Op eindsignaal beste x prestaties noteren (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen gesprint hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij

6 4a Duurloop (Individueel onderdeel) Hindernis Estafette Sprint Duurloop Loop zo snel mogelijk op de 1000/1500/3000 Start op het startsignaal, achter de lijn op de baan Leg een zo snel mogelijke tijd af op de opgegeven afstand. Taak jury - start (1x) Zorg ervoor dat de tijdswaarnemers gereed zijn Roep alle leerlingen vanachter het hoedje naar voren en controleer of deze achter de startlijn staan klaar? geef startsignaal Valse start? 2x startsignaal geven en opnieuw starten Taak jury - tijd (4x) Spreek af wie welke leerlingen de tijd opneemt. Zie er op toe dat de leerling de juiste afstand/rondjes lopen. Stop de tijd wanneer de leerling de afgesproken afstand heeft afgelegd. Noteer deze. 1 startklapper /1 toeter 10 stopwatch / elektronische tijdwaarneming Klas 1 en 2: zowel meisjes als jongens: 2000 meter Klas 3 en 4: zowel meisjes als jongens: 2500 meter Klas 5 en 6: meisjes 2500 meter; jongens 3000 meter I.p.v. op de atletiekbaan hardlopen, aanpassen naar een cross wedstrijd. Noteert gelopen tijd op het scoreformulier. Scoreformulier naar de wedstrijdtafel brengen

7 4b Metersmaken (Individueel onderdeel) Hindernis Estafette Sprint Duurloop Loop zo ver mogelijk in 12 minuten tijd Start op het startsignaal, achter de lijn op de baan Als de tijd om is, volgt een toetersignaal (let op dit is een ander signaal dat het wissel moment): wandel door naar de eerstvolgende pylon en wacht daar Een jurylid schrijft de afstand op jouw startnummer, hierna loop je naar jouw teambegeleider Taak jury - start (1x) Roep de voorste leerlingen vanachter het hoedje naar voren en controleer of deze achter de startlijn staan klaar? fluitsignaal (gelijktijdig met fluitsignaal de stopwatch indrukken) Tel laatste 3 seconden af: 3, (5s), 2 (6s), 1 (7s) en geef fluitsignaal als stopwatch 8 seconden aangeeft Valse start? 2x startsignaal geven en opnieuw starten Taak jury tijd/afstand (8x) Turf het aantal gelopen ronden per leerling tot het eindsignaal klinkt. Zie er op toe dat de leerling na het signaal stopt. Tel de afstand, die de leerling het laatste rondje heeft gelopen, op bij het aantal gelopen rondes en bepaal de totaal gelopen afstand 16 pylonen (om de 25 meter) met waarden (25,50,75,100,125,150,175,200,225,250,275,300,325, 250,375,400) 1 meetwiel 1 startklapper /1 toeter 1 stopwatch 12 minuten voor iedere klas Noteert gelopen afstand op het scoreformulier. Zie er op toe dat wanneer leerlingen gesprint hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij

8 (Individueel onderdeel) 5 Bovenhands werpen Bovenhands Stoten Slingeren Werp de vortex zo ver mogelijk weg Maak met jouw team een rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Werp de (vortex)bal op commando van de hulpouder zo ver mogelijk weg Een aanloopje mag vanaf het hoedje Blijf bij het afwerpen achter het schuimblok/lijn Geworpen? sluit achteraan in de rij Wanneer de vortexballen op zijn, halen de leerlingen die als volgende aan de beurt zijn deze op en leggen deze in het krat Taak jury (4x) Ga op een veilige plaats naast de meetmat staan Geef aan welke leerling aan de beurt is en geef het commando klaar?!... werpen Stem dit af met het andere team dat bij deze situatie aan het werpen is (tegelijk wepen) Kijk waar de (vortex)bal de grond raakt Bepaal de geworpen punten en noteer deze op het scoreformulier, op voorwerp staan aantal punten. Op eindsignaal beste x prestaties noteren (zie 16 grote (32 cm) vortexballen 4 schuimblokken 2 meetmatten (40 meter lengte) + haringen 4 hoedjes (rood, geel, groen, blauw) Materiaal waar men op kan mikken. Keuze aanloop of vanuit stand werpen I.p.v. werpen met fortexballen kan je ook gebruik maken van ander materiaal zoals werpballen. Op eindsignaal beste x prestaties noteren (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen geworpen hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij

9 6 Stoten (medicienbal) (Individueel onderdeel) Stoten Bovenhands Slingeren Stoot de medicienbal zo ver mogelijk weg Maak met jouw team een rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Stoot de bal op commando van de hulpouder zo ver mogelijk weg Blijf bij het stoten van de bal achter het schuimblok Gestoten? sluit achteraan in de rij Taak jury (4x) Ga op een veilige plaats naast de meetmat staan Geef aan welke leerling aan de beurt is en geef het commando klaar?!... stoten Stem dit af met het andere team dat bij deze situatie aan het stoten is (tegelijk stoten) Kijk waar de bal de grond raakt Bepaal de gestoten afstand op 50 cm nauwkeurig en noteer deze op het scoreformulier Rol de bal terug richting de groep 4 medicienballen van ±3 kg (Ø ± 16 cm) 4 medicienballen ±4 kg (Ø ± 16 cm) 4 hoedjes (rood, geel, groen, blauw) 4 schuimblokken 2 meetmatten (10 meter lengte), 24 stalen haringen en 1 hamer (voor bevestiging meetmat) Meisjes stoten met medicienballen van 2 a 3kg. De jongens met 4of 5 kg. Afhankelijk van leeftijdscategorie. I.p.v. stoten met medicienballen stoten de leerlingen met kogels. Op eindsignaal beste x prestaties noteren (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen geworpen hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij Let op de veiligheid bij het stoten.

10 7 Slingeren (fietsband) (Individueel onderdeel) Bovenhands Stoten Slingeren A-pupillen Slinger de fietsband zo ver mogelijk weg Maak met jouw team een rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Slinger de band op commando van de hulpouder vanuit stand zo ver mogelijk weg Probeer rechtdoor te slingeren Blijf bij het afwerpen achter het schuimblok Geslingerd? sluit achteraan in de rij Wanneer de 4 fietsbanden op zijn, halen de leerlingen die als eerste weer aan de beurt zijn deze op en leggen deze naast het schuimbok Taak jury (4x) Ga op een veilige plaats naast de meetmat staan Geef aan welke leerling aan de beurt is en geef het commando klaar?!... stoten Stem dit af met het andere team dat bij deze situatie aan het stoten is (tegelijk wepen) Kijk waar de fietsband de grond raakt Bepaal de geworpen afstand op 1 meter nauwkeurig en noteer deze op het scoreformulier Materiaal (t.b.v. 4 teams per klas) Alternatieven en differentiatie Taak groepsdocent BMX banden 2 meetmatten van 40 meter en haringen (ter bevestiging) 4 schuimblokken 4 hoedjes (geel, groen, rood en blauw) 1 hamer (voor bevestiging meetmat) In plaats van BMX banden kan je ook voor kiezen voor ander werpmateriaal. Let erop dat het slingeren wordt en niet bovenhands werpen. Op eindsignaal beste x prestaties noteren (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen geworpen hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij Let op de veiligheid bij het werpen

11 (Individueel onderdeel) 8a Verspringen (in de zandbak) In de verte In de hoogte Met een stok Meervoudig Spring zo ver mogelijk in de zandbak Maak met jouw team een rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Loop aan op het commando van de jury Zet af vóór het schuimblok/afzetvlak Loop na de landing terug en sluit achter aan in de rij Taak jury (4x) Geef aan welke leerling aan de beurt is Geef aan of er geldig gesprongen is. Wanneer voet voor de afzetvlak heeft afgezet. Bepaal de meest dichtbij het schuimblok/afzetvlak gelegen afdruk in het zand Leg op deze hoogte de hark haaks op de meetlat Bepaal de afstand, op 5 cm nauwkeurig en noteer deze op het scoreformulier Hark na iedere sprong Materiaal (t.b.v. 4 teams per klas) Alternatieven en differentiatie Taak hoofdjury 4 meetlatten 4 schuimblokken / afzetbalk 4 hoedjes (1 gele, 1 groene, 1 blauwe, 1 rode) 4 harken 1 schop 2 bezems Meetlint (eventueel op lat gemaakt) om te meten Op eindsignaal beste x prestaties noteren (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen gesprongen hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij

12 (Individueel onderdeel) 8b Afstand springen In de verte In de hoogte Met een stok Meervoudig Spring vanuit stand in 5 stappen zo ver mogelijk maak met jouw team een nette rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur neem op het commando van de hulpouder een aanloopje (max. 3 meter) en zet af voor het hoedje maak nu 5 grote passen (loopsprongen) en probeer zo ver mogelijk te komen land op 2 voeten en loop sluit weer achter aan in de rij Taak jury (2x) geef, indien nodig, aanvullende instructie, zodat iedereen doet wat van hem of haar wordt verwacht leg de uit door (kinderen) een voorbeeld te (laten) geven van de uitvoering geef aan welke leerling aan de beurt is bepaal na 5 stappen de afdruk die het dichtst bij het startpunt gelegen is (de hakken, maar wanneer een kind op zijn billen naar achter valt wordt tot deze afdruk gemeten) bepaal de afstand, op 5 cm nauwkeurig en noteer deze op het scoreformulier op eindsignaal beste x prestaties optellen (zie Materiaal (t.b.v. 4 teams per klas) Alternatieven en differentiatie Taak groepsdocent 2 meetlinten (minimaal 10 meter) en haringen (ter bevestiging) 8 hoedjes (2 gele, 2 groene, 2 blauwe, 2 rode Evt. teams samenvoegen bij 1 situatie, dan hierbij wel 2 juryleden per situatie nodig (1 notulist en 1 jurylid meten) Op eindsignaal beste x prestaties noteren (zie Zie er op toe dat wanneer leerlingen gesprongen hebben, ze buitenom teruglopen en achteraansluiten in hun rij

13 9a Hoogspringen (Individueel onderdeel) In de verte In de hoogte Met een stok Meervoudig Spring vanuit een aanloop over de lat op de hoogspringmat Maak met jouw team een rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Geef per poging aan op welke hoogte jij wilt springen. Loop aan op het commando van de jury Zet af met 1 voet, spring over de lat ruglings met een flop of met de schaarsprong. Loop na de landing terug en sluit achter aan in de rij Taak jury (3x) Vraag per poging aan iedere leerling op welke hoogte hij/zij wil springen. Leg de lat op de gevraagde hoogte. Geef het teken dat de leerling mag springen. Noteer een rondje op het scoreformulier bij de leerlingen die de hoogte hebben behaald Wanneer een leerling de hoogte niet heeft behaald, kan de leerling de volgende poging opnieuw proberen. Leerlingen blijven dus gewoon op hun eigen niveau meespringen en kunnen niet af gaan Materiaal (t.b.v. 4 teams per klas) Alternatieven en differentiatie Taak groepsdocent Hoogspringmat 2 palen Lat of saubersnoer. 4 hoedjes (1 gele, 1 groene, 1 blauwe, 1 rode) Nu kiest leerling per poging op welke hoogte er gesprongen kan worden, de leerling kan niet afgaan. Er kan ook gekozen worden voor een afvalsysteem waarbij de lat steeds 5 cm hoger wordt gelegd. Controleert of er veilig en goed gesprongen wordt. Noteert de beste score, zie scoreformulier. Let erop dat de leerlingen via de zijkant terug naar de pylon lopen.

14 9b Minuut springen (Teamonderdeel) In de verte In de hoogte Met een stok Meervoudig Spring vanuit een aanloop over de latop de hoogspringmat Maak met jouw team een rij op volgorde achter het hoedje dat overeenkomt met jouw teamkleur Met je team heb je 1 minuut de tijd om zoveel mogelijk punten te springen. Bepaal hoogte waarop jullie gaan springen (en aantal punten). Zet af met 1 voet en spring met de schaarsprong of fllop over de lat. De volgende mag pas springen als de voorganger van de mat af is. Loop na de landing terug en sluit achter aan in de rij Taak jury (3x) Leg de lat op de aangegeven hoogte van de groep. Tel de aantal geldige sprongen (wanneer de lat blijft liggen). Houd de tijd in de gaten, 1 minuut per ronde. Noteer aantal punten op het scoreformulier. Doel is om zo vaak mogelijk te springen binnen 1 minuut. Materiaal (t.b.v. 4 teams per klas) Alternatieven en differentiatie Taak groepsdocent Hoogspringmat 2 palen Lat of saubersnoer. 4 hoedjes (1 gele, 1 groene, 1 blauwe, 1 rode) Hoogte mag varieren per leerling. Alle gesprongen hoogtes bij elkaar optellen, degene met de hoogste score wint. Controleert of er veilig en goed gesprongen wordt. Noteert de beste score, zie scoreformulier. Let erop dat de leerlingen via de zijkant terug naar de pylon lopen.