Raadsvoorstel Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie

Transcriptie

1 Onderwerp Raadsvoorstel Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie Portefeuillehouder drs. Th.L.N. Weterings / dr. T.C.M. Horn Steiler mr. Martin van Wensen (SBD, ) I M. Frowijn (SBD, ) Collegevergadering 20 november 2007 Raadsvergadering 1. Samenvatting Wat willen we bereiken? Per 1 januari 2008 dient de gemeente Haarlemmermeer ten aanzien van de brandweertaken, GHOR-taken en de GGD-taken territoriaal congruent te zijn en dus aangesloten te zijn bij de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. (vlh HulpverleningsDienst Kennemerland). Aangezien niet gelijktudig kan worden deelgenomen aan andere soortgelijke gemeenschappelijke regelingen dient deze deelname beëindigd te worden. IMet dit raadsvoorstel wordt instemming gevraagd ten aanzien van de opheffing van drie gemeenschappelijke regelingen, te weten: gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken 1999; gemeenschappelijke regeling GHOR Agglomeratie Amsterdam; gemeenschappelijke regeling GGD Amstelland-de Meerlanden. Wat gaan we daarvoor doen? In de raadsvergadering van 22 november 2007 is een voorstel aan u voorgelegd tot toetreding tot de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. (vlh HulpverleningsDienst Kennemerland). Thans moet een besluit genomen worden tot opheffing van de hierboven genoemde gemeenschappelijke regelingen. Waf mag het kosten? De kosten die gemoeid zijn met de opheffing van de gemeenschappelijke regelingen Regionale brandweer Amsterdam en omstreken 1999 en de GHOR Agglomeratie Amsterdam en de kosten die gepaard gaan met de toetreding tot de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. (vlh HulpverleningsDienst Kennemerland) voor zover het betreft Brandweer en GHOR zijn een uitvloeisel van de kabinetskeuze tot territoriale congruentie voor de gemeente Haarlemmermeer. Haarlemmermeer heeft als uitgangspunt gesteld dat genoemde opheffing van gemeenschappelijke regelingen en toetreding tot de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. budgettair neutraal moet verlopen. De kosten van de opheffing van de GGD Amstelland-de Meerlanden en het toetreden tot de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. voor de GGD zijn eveneens in rekening gebracht bij het Rijk.

2 Onderwerp Volgvei 2 Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie Wie is daarvoor verantwoordelijk? Overeenkomstig artikel 9 van de Wet gemeenschappelijke regelingen worden in de regeling bepalingen opgenomen met betrekking tot onder andere de opheffing. Daarnaast geeft artikel 9 in het 3e lid expliciet aan dat het ingestelde openbaar lichaam blijft voortbestaan voor zover dit tot vereffening van zijn vermogen nodig is. De raad heeft het budgetrecht. Daarnaast is de raad de gemeenschappelijke regelingen aangegaan. Vanuit deze achtergrond is instemming met opheffing door de raad nodig. Daarnaast dient het college en de burgemeester in te stemmen met opheffing aangezien deze organen voor de uitvoeringstaken de gemeenschappelijke regelingen zijn aangegaan. Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? De raad zal over het liquidatieproces van de drie op te heffen gemeenschappelijke regelingen worden geïnformeerd. De eindrekening van iedere gemeenschappelijke regeling zal opgemaakt worden en in een (bijzondere) vergadering van het algemeen bestuur van de betreffende gemeenschappelijke regeling worden vastgesteld. Dit zal medio 2008 plaatsvinden waarbij deze rekening aan de raad zal worden aangeboden. 2. Voorstel Op grond van het voorgaande besluit het college de raad voor te stellen om: a. in te stemmen met opheffing van de gemeenschappelijke regeling Regionale brandweer Amsterdam en omstreken 1999, te weten - de gemeenschappelijke regeling Regionale brandweer Amsterdam en omstreken 1999 op te heffen per 1 januari de gemeenschappelijke regeling voort te laten bestaan voor zover dit voor de vereffening van het vermogen van de gemeenschappelijke regeling noodzakelijk is. b. in te stemmen met opheffing van de gemeenschappelijke regeling GHOR Agglomeratie Amsterdam, te weten: - de gemeenschappelijke regeling GHOR Agglomeratie Amsterdam per 1 januari 2008 op te heffen en te liquideren. - Overeenkomstig de wet gemeenschappelijke regeling (artikel 9 lid 3) en de bepaling van de gemeenschappelijke regeling (artikel 30 lid 3) de regeling voort te laten bestaan voor zover dit voor de vereffening van het vermogen van de gemeenschappelijke regeling noodzakelijk is. c. in te stemmen met opheffing van de gemeenschappelijke regeling GGD Amstelland-de Meerlanden, te weten: - de gemeenschappelijke regeling GGD Amstelland-de Meerlanden per 1 januari 2008 op te heffen en te liquideren. - Overeenkomstig de wet gemeenschappelijke regeling (artikel 9 lid 3) en de bepaling van de gemeenschappelijke regeling (artikel 35 lid 3) de regeling voort te laten bestaan voor zover dit voor de vereffening van het vermogen van de gemeenschappelijke regeling noodzakelijk is. 3. Uitwerking Wat willen we bereiken? Het thans voorliggende voorstel is een uitvloeisel van het kabinetsbesluit tot territoriale congruentie voor brandweer en GHOR. Voor zover het de GGD betreft wordt geanticipeerd op de eis dat deze ook congruent dienen te zijn met de veiligheidsregio. Dit raadsvoorstel richt zich op opheffing van de verschillende gemeenschappelijke regelingen (gemeenschappelijke regeling Regionale brandweer Amsterdam en omstreken 1999,

3 Onderwerp Volgvei 3 Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie gemeenschappelijke regeling GHOR Agglomeratie Amsterdam en gemeenschappelijke regeling GGD Amstelland-de Meerlanden). Historische achtergrond van het proces Het komen tot een veiligheidsregio en tot welke regio de Gemeente Haarlemmermeer zal gaan behoren kent al een lange voorgeschiedenis. Centraal daarbij staat het besluit van het kabinet van 30 maart 2006 om de Gemeente Haarlemmermeer onder te brengen bij de regio Kennemerland. Door de Gemeente Haarlemmermeer zijn regelmatig zorgen geuit over het gaan voldoen aan de eis dat er sprake is van een gelijkblijvend veiligheidsniveau met de huidige situatie in de regio Amsterdam-Amstelland. Bij brief van 13 juli 2007 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangegeven het kabinetsbesluit niet te heroverwegen. Zij acht het verantwoord het kabinetsbesluit uit te voeren. De minister geeft tevens aan bereid te zijn om, onder voorwaarden, zich te beraden op mogelijkheden van fusies in de gebieden Kennemerland, Amsterdam-Amstelland en Zaanstreek-Waterland. Deze mogelijkheden zullen door de lokaal en regionaal betrokken partijen, tezamen met het ministerie van BZK, in beeld worden gebracht. De minister van BZK heeft aangegeven dit gelijktijdig te willen bekijken met de politiewet en derhalve niet voor eind 2008 een besluit te zullen nemen. In het kabinetsbesluit territoriale congruentie Haarlemmermeer wordt uitgegaan van territoriale congruentie voor brandweer en GHOR. Dat het kabinet voornemens is om de eis van congruentie te stellen voor alle kolommen met betrekking tot de veiligheid en dus ook voor de GGD (uiterlijk 2010) blijkt uit het beleidsprogramma van het kabinet (punt 63) en Wet Veiligheidsregio's (memorie van toelichting paragraaf 5.2 en artikel 26). Dit impliceert dat GGD-taken binnen de veiligheidsregio worden uitgevoerd. De aan de huidige gemeenschappelijke regelingen deelnemende gemeenten hebben gezamenlijk besloten ook voor de GGD aan te sluiten bij hun veiligheidsregio. In de raadsessie van 15 november 2007 heeft voorgelegen het voorstel toe te treden tot de gemeenschappelijk regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. Door uw raad is meer informatie gevraagd over het voldoen aan de voorwaarde van gelijkblijvend veiligheidsniveau bij overgang van onze gemeente naar de veiligheidsregio Kennemerland. Binnen de regio Kennemerland is het afgelopen jaar fors geïnvesteerd om de regionale processen op een voor Haarlemmermeer gelijkwaardig niveau te brengen. Tevens is afgesproken dat de betrokken gemeenten in Kennemerland hun lokale brandweerzorg op eigen kosten kwalitatief verbeteren. Binnenkort zullen wij u in een afzonderlijke brief informeren over onze toetsing van de afspraken in Kennemerland, conform het toesingskader dat wij ook hebben gehanteerd ten behoeve van het bestuurlijk overleg met de minister van BZK op 27 juni jl. Daarbij wordt ook gevoegd een recent rapport van bureau Berenschot over de kwaliteit van de lokale brandweerzorg in de 11 Kennemerland-gemeenten. Als bijlage bij dit raadsvoorstel ontvangt u de bestuursopdracht voor het versterkingsplan Kennemerland/Amsterdam-Amstelland. De minister van BZK heeft bij brief van 7 november 2007 structureel f 7,5 miljoen toegezegd voor verdergaande samenwerking en versterking van de veiligheidsregio Kennemerland en Amsterdam- Amstelland.

4 Onderwerp Volgvei 4 Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie Met opheffing van de gemeenschappelijke regelingen wordt de formele besluitvorming gecompleteerd. Voor beschrijving van de formele opheffingsprocedure wordt verwezen naar de hieronder vermelde passages op dit punt. Wat gaan we daarvoor doen? Juridische aspecten Het deelnemen aan meerdere gemeenschappelijke regelingen voor eenzelfde onderwerp is niet mogelijk. Dit stuit op bevoegdheidsproblemen. Anderzijds dient voorkomen te worden dat op enig moment aan geen enkele regeling wordt deelgenomen. Derhalve is het noodzakelijk zowel de opheffing van de regelingen als de toetreding tot de nieuwe gemeenschappelijke regeling op het zelfde moment plaatsvinden. De territoriale congruentie moet op 1 januari 2008 gerealiseerd zijn, zodat deze datum het uitgangspunt is. a. gemeenschappelijke regeling Regionale brandweer Amsterdam en omstreken 1999 In artikel 47 van de gemeenschappelijk regeling is opgenomen op welke wijze opheffing kan plaatsvinden. In grote lijnen zijn drie aspecten te onderkennen, te weten: 1. De bestuursorganen van de deelnemende gemeenten dienen eensluidend te besluiten tot opheffing van de regeling. 2. het algemeen bestuur besluit tot liquidatie en stelt hiervoor, gehoord de deelnemende gemeenten, een liquidatieplan vast. In dit plan worden de financiële gevolgen van de opheffing geregeld. 3. De bestuursorganen blijven zo nodig in functie totdat de liquidatie is beëindigd. b. gemeenschappelijke regeling GHOR Agglomeratie Amsterdam In artikel 30 van de gemeenschappelijk regeling is opgenomen op welke wijze opheffing kan plaatsvinden. In grote lijnen zijn drie aspecten te onderkennen, te weten: 1. De meerderheid van de bestuursorganen van de deelnemende gemeenten dienen te besluiten tot opheffing van de regeling. 2. het algemeen bestuur besluit in principe tot liquidatie en stelt hiervoor een liquidatieplan vast. In dit plan worden de financiële gevolgen van de opheffing geregeld. 3. De bestuursorganen blijven zo nodig in functie totdat de liquidatie is beëindigd. c. gemeenschappelijke regeling GGD Amstelland-de Meerlanden. In artikel 35 van de gemeenschappelijk regeling is opgenomen op welke wijze opheffing kan plaatsvinden. In grote lijnen zijn drie aspecten te onderkennen, te weten: 1. Opheffing kan plaatsvinden wanneer tenminste drie gemeenten met een gezamenlijk aantal inwoners van meer dan de helft van het totaal aantal inwoners besluiten tot opheffing. 2. het algemeen bestuur besluit tot liquidatie en stelt hiervoor, gehoord de deelnemende gemeenten, een liquidatieplan vast. In dit plan worden de financiële gevolgen van de opheffing geregeld. 3. De bestuursorganen blijven zo nodig in functie totdat de liquidatie is beëindigd. In alle gemeenschappelijke regelingen is in het derde lid van de desbetreffende bepaling opgenomen dat de bestuursorganen zo nodig in functie blijven tot dat de liquidatie is beëindigd. Een dergelijke bepaling is niet nodig aangezien dit rechtstreeks uit de wet gemeenschappelijke regelingen voortvloeit (artikel 9 lid 3).

5 Onderwerp Volgvei 5 Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie Voor de gemeenschappelijke regeling Regionale brandweer Amsterdam en omstreken is het noodzakelijk dat een eensluidend besluit wordt genomen. In het voorstel is de tekst overgenomen die vanuit het openbaar lichaam is voorgesteld. Hoewel het tweede onderdeel van de bepaling niet strikt noodzakelijk is dient deze tekst aangehouden te worden aangezien anders geen eensluidend besluit is genomen, waardoor de opheffing niet tot stand komt. Wie is daarvoor verantwoordelijk? Op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, artikel 1, gaat het college van burgemeester en wethouders niet over tot het treffen van een regeling dan na verkregen toestemming van de gemeenteraden. Ook de beëindiging van een gemeenschappelijke regeling behoeft de toestemming van de gemeenteraden. De Brandweerwet 1985, de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen en de Wet collectieve preventie volksgezondheid dragen het college van burgemeester en wethouders diverse taken op. Deze taken worden tot uitvoering gebracht door een openbaar lichaam. Nu opheffing plaats moet vinden, dient hiervoor toestemming van de gemeenteraad te worden verkregen. Voor de uitvoering door deze organen van de gemeenschappelijke regelingen zijn kosten verschuldigd. De gemeenteraad heeft het exclusieve budgetrecht van de gemeente en is daarnaast voor zover van toepassing de gemeenschappelijke regelingen aangegaan. Door verandering in regionale samenwerking zal waarschijnlijk ook een wijziging in de budgettering plaatsvinden. Het is daarom noodzakelijk dat de gemeenteraad besluit tot opheffing van de gemeenschappelijke regelingen. Liquidatieplannen Hiervoor is aangegeven welke procedure er gevolgd dient te worden ten einde de gemeenschappelijke regeling op te heffen. Door het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling zal een liquidatieplan worden opgesteld. Deze plannen zullen hoofdzakelijk betrekking hebben op de financiële en personele consequenties van de opheffing. Ten aanzien van de personele gevolgen zal in de plannen onder andere besproken worden op welke wijze het personeel, voor zover dat van toepassing is, over zal gaan naar de nieuwe gemeenschappelijke regeling. Gevolgen voor het personeel op grond van de in deze nota genoemde gemeenschappelijke regelingen betreffen alleen het personeel van de GGD Amstelland-De Meerlanden. Daar waar het Haarlemmermeer betreft zal worden voorzien in de benodigde sociale plannen en zijn afspraken gemaakt met de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. (vlh HulpverleningsDienst Kennemerland). Voor meer informatie verwijzen wij u naar het raadsvoorstel en de bijlagen (RV: ) dat onlangs in uw raadsessie van 15 november 2007 is behandeld. Met betrekking tot de personele gevolgen is een rol weggelegd voor medezeggenschapsorganen. Voor de gevolgen voor het personeel van de brandweer Haarlemmermeer ten gevolge van congruentie en regionalisering verwijzen wij u eveneens naar het raadsvoorstel (RV: ). Wat mag het kosten? De kosten die gemoeid zijn met de opheffing van de gemeenschappelijke regelingen Regionale brandweer Amsterdam en omstreken 1999 en de GHOR Agglomeratie Amsterdam en de kosten die gepaard gaan met de toetreding tot de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. (vlh HulpverleningsDienst Kennemerland) voor

6 Onderwerp Volgvei 6 Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie zover het betreft Brandweer en GHOR zijn een uitvloeisel van de kabinetskeuze tot territoriale congruentie voor de gemeente Haarlemmermeer. Als gevolg hiervan ontstaan frictiekosten waarvoor de rekening bij het ministerie BZK is gelegd. Voorts is ons uitgangspunt dat de toetreding van Haarlemmermeer tot de nieuw gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. niet mag leiden tot een hogere inwonerbijdrage voor Brandweer en GHOR voor de Gemeente Haarlemmermeer. Haarlemmermeer heeft als uitgangspunt gesteld dat genoemde opheffing van gemeenschappelijke regelingen en toetreding tot de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. budgettair neutraal moet verlopen. Voor wat betreft de gemeenschappelijke regeling GGD Amstellandde Meerlanden is door de betrokken gemeenten geanticipeerd op nieuwe uitgangspunten van het Kabinet dat ook de GGD-en (per ) congruent dienen te zijn met de veiligheidsregio. De kosten van de opheffing van de GGD Amstelland-de Meerlanden en het toetreden tot de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland i.o. voor de GGD zijn eveneens in rekening gebracht bij het Rijk. Met het ministerie van BZK heeft intensief overleg plaatsgevonden met betrekking tot compensatie voor de (frictie) kosten als gevolg van territoriale congruentie. In de brief van de minister van BZK van 7 november 2007 is de schriftelijke toezegging verkregen dat ten behoeve van onze gemeente, naast de projectkosten en de hiervoor reeds genoemde E 7,5 miljoen t.b.v. versterking, een bedrag van gekapitaliseerd E 4,2 miljoen ter compensatie wordt uitgekeerd (gekapitaliseerd E 2,5 miljoen compensatie inwonerbijdrage en E 1,7 miljoen GGD). In de raadssessie d.d. 15 november 2007 bent u over de financiële resultaten van de onderhandelingen met het ministerie van binnenlandse zaken geïnformeerd. (brief aan de raad 14 november 2007, kenmerk /178993). Een ander belangrijk aspect betreft de financiële afwikkeling van de liquidatie. De boeken worden opgemaakt en eventuele saldi (bv. weerstandsvermogen, waardering van goederen) worden vastgesteld. Vervolgens zullen afspraken gemaakt worden op welk wijze deze middelen al dan niet worden uitgekeerd aan de deelnemers. Aangezien Haarlemmermeer naar een andere regio over zal gaan, kan dat betekenen dat in ons geval wordt overgegaan tot uitk2ring van gelden wanneer de reservepositie van de geliquideerde gemeenschappelijke regeling dit toelaat. Uw raad, als budgethouder van de gemeentelijke financiën, zal in kennis worden gesteld over de liquidatie voortgang. 5. Ondertekening Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, de secretaris, drs. P.J. Buijtels - Bijiage(n) l. liquidatieplan gemeenschappelijke regeling Regionale brandweer Amsterdam en omstreken 1999; 2. liquidatieplan gemeenschappelijke regeliqg GHOR Agglomeratie Amsterdam;

7 Onderwerp Volgvei 7 Opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie 3. liquidatieplan gemeenschappelijke regeling GGD Amstelland-de Meerlanden; 4. GGD inwonerbijdrage en pakketvergelijking; 5. bestuursopdracht voor het versterkingsplan KennemerlandlAmsterdam-Amstelland

8 Raadsvoorstel 2007: opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie Bijlage l: Opheffingsbesluit gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken

9 Opheffingsbesluit gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken Versie d.d De burgemeester, het College van Burgemeester en Wethouders en de gemeenteraad van..., elk voor zover zij bevoegd zijn, Overwegende dat: - de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn met ingang van 1 januari 2008 de Veiligheidsregio Amsterdam- Amstelland zullen vormen; - de gemeente Haarlemmermeer met ingang van 1 januari 2008 toetreedt tot de Veiligheidsregio Kennemerland; - met ingang van 1 januari 2008 de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland en de Veiligheidsregio Kennemerland op hun werkgebied verantwoordelijk worden voor de Brandweerzorg en de zorg ten aanzien van Rampen en Zware Ongevallen; - de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Haarlemmermeer, Ouder-Amstel en Uithoorn deel uitmaken van de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken. gelet op: - de bestaande wet- en regelgeving waaronder in ieder geval de Gemeentewet, de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Brandweerwet 1985 en de Wet rampen en zware ongevallen; - artikel 47, "opheffing", van de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken; besluit: - de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken op te heffen per 1 januari De gemeenschappelijke regeling blijft na opheffing voortbestaan voor zover dit voor de vereffening van het vermogen van de gemeenschappelijke regeling noodzakelijk is;

10 Toelichting Inleiding De gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Haarlemmermeer, Ouder-Amstel en Uithoorn hebben besloten tot de vorming van een Veiligheidsregio Amsterdam Amstelland met ingang van 1 januari De gemeente Haarlemmermeer zal met ingang van die datum deel uit gaan maken van de Veiligheidsregio Kennemerland. Dit is in overeenstemming met het Besluit territoriale indeling brandweer- en GHOR-regio's d.d. 18 mei 2004 en het kabinetsbesluit met betrekking tot de territoriale congruentie van de gemeente Haarlemmermeer van maart 2006, zoals bekendgemaakt bij brief van 30 maart 2006 van de Minister van Binnenlandse Zaken. De Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland en de Veiligheidsregio Kennemerland worden door de deelnemende gemeenten met ingang van 1 januari 2008 belast met taken en bevoegdheden die ten dele liggen bij de Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken. Dit maakt het noodzakelijk de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken op te heffen. Artikel 47, ophetfing In de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken, is in artikel 47 omschreven hoe de gemeenschappelijke regeling kan worden opgeheven. Kort samengevat komt het erop neer dat: - de betrokken gemeenteraden hiertoe dienen te besluiten; - het bestuursorganen (algemeen en dagelijks bestuur) zonodig aanblijven, totdat de liquidatie daadwerkelijk geregeld is; - het algemeen bestuur een liquidatieplan vaststelt, gehoord de bestuursorganen van de betrokken gemeenten; - provinciale staten wordt over het opheffmgsbesluit geïnformeerd. Een sociaal plan hoeft niet te worden vastgesteld, aangezien er geen personeel in dienst is bij de Regionale Brandweer. Liguidatieplan Aangezien de onderhandelingen met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) nog tot op moment van schrijven voortduren is er nog geen Liquidatieplan vastgesteld door het Dagelijks Bestuur. De onderhandelingen hebben betrekking op: 1. De gevolgen van de uittreding van de Gemeente Haarlemmenneer voor de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland. Met het Ministerie van BZK is overeenstemming bereikt over een eenmalige bijdrage voor de structurele,frictiekosten van zowel Brandweer als GHOR gebaseerd op een vijfjaarlijkse staffel. In 2008 bedraagt de bijdrage 100% aflopend tot 20% in Ten gevolge van het uittreden van de gemeente Haarlemmermeer wordt de BDUR uitkering verlaagd en vervalt de inwonerbijdrage van de gemeente Haarlemmermeer. Op een totaal budget van de Regionale Brandweer in 2008 van E 6.5 miljoen

11 betekent dit een afname van uiteindelijk E in Voor de GHOR regio betekent dit een afname van maximaal E per jaar vanaf Aan het bestuur van de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland zullen voorstellen worden gedaan om deze terugloop in inkomsten op te vangen. De brandweer zal trachten dit binnen de eigen begroting op te lossen en verwacht dat dit mogelijk is met in standhouding van het huidige veiligheidsniveau. Wellicht biedt de interregionale versterking (zie punt 3) ook mogelijke oplossingen. Indien dit niet het geval blijkt te zijn, zullen er voorstellen worden gedaan voor aanpassing van de taken. Vootwaarde van het Veiligheidsbestuur is dat de inwonerbijdrage van de gemeenten die deelnemen aan de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland niet omhoog gaat. De Haarlemmermeer maakt geen aanspraak op een aandeel in de reserves van de Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken. 2. De gevolgen van de uittreding en toetreding tot de regio Kennemerland voor de Gemeente Haarlemmermeer, de Veiligheidsregio Kennemerland en de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstellland.. In totaal wordt door het Ministerie van BZK een tegemoetkoming voor frictiekosten van E 4,2 miljoen toegezegd, in één keer uit te keren. Dit bedrag wordt toegekend aan de Veiligheidsregio Kennemerland. De Veiligheidsregio Kennemerland draagt zorg voor de onderling afgesproken verdeling van dit bedrag tussen de betrokken partijen (regio Kennemerland, regio Amsterdam-Amstelland en de gemeente Haarlemmermeer). Het bedrag is te splitsen in een deel ter compensatie van het verschil in inwonerbijdrage wat een lastenverzwaring voor Haarlemmermeer betekent, en een deel als tegemoetkoming in de frictiekosten als gevolg van het congruent maken van de GGD-en. 3. Een bijdrage voor de interregionale versterking tussen de regio's. Partijen leveren een gezamenlijk versterkingsplan aan voorzien van een gedegen financiële onderbouwing. Voor de versterking is maximaal 7,5 miljoen euro per jaar beschikbaar. De Veiligheidsregio Kennemerland vraagt in dit plan voor versterking niet meer dan 5 mln. Voor de interregionale versterking wordt maximaal 2,5 miljoen euro gevraagd. Het Ministerie van BZK behoudt zich het recht voor om op basis van een analyse van de onderbouwing van de plannen te besluiten tot een lagere vaststelling van de bijdrage aan de structurele versterking. De bestuurlijke uitgangspunten voor dit versterkingsplan zijn nog niet vastgesteld door de Minister. Op basis van bovenstaande afspraken zal het Liquidatieplan worden aangepast, alvorens het wordt aangeboden aan het Algemeen Bestuur van de Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken. Besluitvorming gemeenten In verband met de vorming van de Veiligheidsregio's Amsterdam-Amstelland en Kennemerland per 1 januari 2008 is het juridisch noodzakelijk om de bestaande

12 Gemeenschappelijke Regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken op te heffen met ingang van 1 januari Alle gemeenteraden, burgemeester en wethouders en burgemeesters dienen een eensluidend besluit tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken te nemen. Deze besluitvorming dient overal voor 1 januari 2008 plaats te vinden. Vervolgprocedure Op basis van het nog op te steller] Liquidatieplan zal de daadwerkelijke liquidatie afgerond worden. Tot die tijd blijven het Dagelijks en het Algemeen bestuur van de regionale Brandweer aan, maar enkel voor wat betreft hun taken ten aanzien van de liquidatie. De verwachting is dat de liquidatie na de vaststelling van de jaarrekening 2007 (voorjaar 2008) kan worden afgerond. Een eindverslag van de liquidatie zal ter kennisneming aan de betrokken gemeentebesturen worden aangeboden.

13 CONCEPT LIQUIDATIEPLAN gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en Omstreken (RBAO) "3 l. Algemeen De gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Haarlemmermeer, Ouder- Amstel en Uithoorn hebben besloten tot de vorming van een Veiligheidsregio Amsterdam Amstelland met ingang van 1 januari De gemeente Haarlemmermeer zal met ingang van die datum deel uit gaan maken van de Veiligheidsregio Kennemerland. Dit is in overeenstemming met het Besluit territoriale indeling brandweer- en GHOR-regio's d.d. 18 mei 2004 en het kabinetsbesluit met betrekking tot de territoriale congruentie van de gemeente Haarlemmermeer van maart 2006, zoals bekendgemaakt bij brief van 30 maart 2006 van de Minister van Binnenlandse Zaken. De Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland en de Veiligheidsregio Kennemerland worden door de deelnemende gemeenten met ingang van 1 januari 2008 belast met taken en bevoegdheden die ten dele liggen bij de RBAO. Dit maakt het noodzakelijk de gemeenschappelijke regeling RBAO op te heffen. Deze opheffing is niet tegelijkertijd met het aangaan van de gemeenschappelijke regeling voor de Veiligheidsregio Amsterdam- Amstelland voorgesteld, omdat er nog geen zicht was op de bijdrage van het rijk in de ontvlechting van de Haarlemmermeer. Inmiddels is hierover meer duidelijkheid ontstaan. In de gemeenschappelijke regeling RBAO, is in artikel 47 omschreven hoe de gemeenschappelijke regeling kan worden opgeheven. Onderdeel van de opheffingsprocedure is voorliggend liquidatieplan dat door het algemeen bestuur wordt vastgesteld, gehoord de bestuursorganen van de betrokken gemeenten. Bij de liquidatie dient specifiek aandacht te worden besteed de ontvlechting Haarlemmermeer. De gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken wordt met.-., ingang van 1 januari 2008 opgeheven. De daadwerkelijke liquidatie krijgt gestalte bij het,..- vaststellen van de jaarrekening RBA Hiertoe zal een buitengewone algemene bestuursvergadering van de RBAO in juni 2008 plaatsvinden. Het dagelijks bestuur is belast met de afwikkeling van de liquidatie, zolang de gemeenschappelijke regeling in staat van liquidatie verkeert. 2. Financiële aspecten De jaarrekening 2007 zal het karakter dragen van een liquidatierekening. Alle activa, vorderingen en verplichtingen zullen in de jaarrekening worden gewaardeerd. Deze jaarrekening geeft aldus het financiële kader aan waarbinnen de liquidatie wordt afgewikkeld. De jaarrekening en de bijbehorende accountantsverklaring zullen door het Dagelijks Bestuur in liquidatie aan het Algemeen Bestuur in liquidatie worden verzonden. Het Algemeen Bestuur in liquidatie zal de jaarrekening in juni 2008 vaststellen. Ontvlechting Haarlemmermeer Het kabinet heeft op 30 maart 2006 besloten de gemeente Haarlemmermeer voor wat betreft de brandweer en GHOR over te hevelen van de regio Amsterdam-Amstelland i.o. naar de veiligheidsregio Kennemerland i.o. Deze beslissing heeft consequenties voor de totale crisisbeheersingsorganisatie in beide regio's en de gemeente Haarlemmermeer.

14 In gezamenlijkheid is en plan van aanpak opgesteld om te komen tot de operationele overdracht. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft inmiddels geld beschikbaar gesteld voor de incidentele frictiekosten. In het ontvlechtingsplan van de gemeenschappelijke regeling RBAO staat omschreven op welke manier de Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken op zal gaan in de per 1 januari 2008 te vormen Brandweer Amsterdam-Amstelland. De Brandweer Arnsterdam- Amstelland bestaat uit de Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken en de samenvoeging van de zes lokale korpsen van de deelnemende gemeenten. In het ontvlechtingsplan van de gemeenschappelijke regeling RBAO is in de risicoparagraaf aangegeven dat het structurele financiële risico E bedraagt. Dit risico bestaat enerzijds uit de gemeentelijke bijdrage van de gemeente Haarlemmermeer (E ) en anderzijds de korting op de BDUR bijdrage vanwege de onttrekking van de gemeente Haarlemmermeer. (E ). Op het moment van opstellen van het ontvlechtingsplan, was er nog geen duidelijkheid over een eventuele rijksbijdrage. Vandaar dat het ontvlechtingsplan is gebaseerd op de ongewijzigde begroting 2008, d.w.z. inclusief de Haarlemmermeer. Voor de GHOR regio (Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen) doet zich een vergelijkbaar probleem voor. Door het wegvallen van de BDUR- en de inwonerbijdrage voor de GHOR ontstaat een risico van maximaal f Voorstel Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Op dit moment ligt er een ambtelijk voorstel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor een eenmalige bijdrage voor de structurele frictiekosten. Het betreft een vijfjaarlijkse staffel. In 2008 bedraagt de bijdrage 100% aflopend tot 20% in Over het bovengenoemde voorstel - en met name de gevolgen op langere termijn van de uittreding van de Haarlemmermeer voor zowel de Brandweer als de GHOR - vinden op korte termijn nog gesprekken plaats met de burgemeesters van Amsterdam en Haarlemmermeer en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Desalniettemin biedt het voorstel van de Minister voldoende basis om tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Amsterdam en omstreken over te gaan. Wel is het Ministerie nog om een bestuurlijke bekrachtiging van de voorstellen gevraagd. 3. Positie personeel De RBAO is een samenwerkingsverband van nu zeven gemeenten. Zij heeft zelf geen personeel in dienst maar "koopt" voor de uitvoering van de regionale taken capaciteit in bij Brandweer Amsterdam. Hierover worden jaarlijks afspraken gemaakt in de vorm van een jaarcontract. De medewerkers van RBAO zijn feitelijk in dienst van Brandweer Amsterdam. Alle brandweermedewerkers gaan op 1 januari 2008 over naar de veiligheidsregio Amsterdam- Amstelland. Voor 2008 zal er wederom een jaarcontract worden opgesteld met de regionale taken voor Naar het zich nu laat aanzien, zijn er geen ingrijpende personele gevolgen te verwachten van het uittreden van de Haarlemmermeer. 4. Vervolgprocedure Zoals aangegeven zal de daadwerkelijke liquidatie plaatsvinden bij het vaststellen van de jaarrekenirrg Op dat moment zal ook duidelijk zijn wat de gevolgen zijn van de bestuurlijke besprekingen over de uittreding van de Haarlemmermeer; er zal een voorstel voor de overdracht van de activa worden gedaan en een voorstel voor de besteding, overdracht dan wel teruggave van eventuele reserves van de RBAO.

15 5. Slotbepaling In alle gevallen waarin dit liquidatieplan niet voorziet, beslist het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling RBAO, zoveel mogelijk in overeenstemming met terzake geldende bepalingen van de gemeentewet Liquidatieplan GR RBAO versie O 2-2.doc

16 Raadsvoorstel2007: opheffing gemeenschappelijke regelingen ivm territoriale congruentie Bijlage 2: - Opheffmgs- en liquidatievoorstel GR GHOR Amsterdam - Liquidatieplan GHOR Amsterdam

17 Regionaal Bureau GHOR Amsterdam en ûmstreken Aan het College van Burgemeester en Wethouders en aan de gemeenteraden van de 16 gemeenten, deeluitmakend van het openbaar lichaam GHOR agglomeratie Amsterdam Onze referentie 2007~00933-ak Onderwerp - opheffings- en liquidatievoorstel GR GHOR Amsterdam - liquidatieplan GR GHOR Amsterdam Postbus CE Amsterdam Telefoon Fax info@.nhorasd.nl Behandeld door Adri Kuijten Datum 19 september 2007 Aantal bijlagen 6 Geacht bestuur, In de vergadering van het dagelijks bestuur van 17 september 2007 van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam zijn het opheffirigs- en liquidatievoorstel voor de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam evenals het liquidatieplan aan de orde geweest. Het Dagelijks Bestuur doet u hierbij het opheffings- en liquidatievoorstel toekomen evenals een voorstel voor het liquidatieplan. Vriendelijk verzoekt het Dagelijks Bestuur u het opheffings- en liquidatievoorstel en het liquidatieplan in uw raad en binnen het college van Burgemeester en Wethouders te agenderen en overeenkomstig de voorstellen in meerderheid hierover besluiten te nemen vóór 10 december Op 10 december 2007 kan het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam in haar algemene bestuursvergadering dan uw besluiten overnemen, zodat voorkomen wordt dat per 1 januari 2008 er mogelijk twee bestuursorganen, t.w. het veiligheidsbestuur en het GHOR-bestuur dezelfde verantwoordelijkheden en bevoegdheden hebben met betrekking tot de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. Vertrouwend u hiermede voldoende te hebben geïnformeerd, hoogachtend, namens het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam GHOR, mr. M.J. Cohen, voorzitter bestuur GHOR J.R. Woldman, arts adjunct RGF 1 hoofd bureau GHOR 1 hoofd meldkamer Het Regionaal Bureau GHOR Amsterdam e.o. verzorgt de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen in de regio's Amsterdam, Arnstelland-de Meerlanden en Zaanstreek-Waterland. Het bureau is een onderdeel van de GGD Amsterdam.

18 OPHEFFINGS- EN LIQUIDATIEVOORS'TEL gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) in de agglomeratie Amsterdam Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) in de agglomeratie Amsterdam, overwegende, dat gelet op: overeenkomstig het Besluit territoriale indeling brandweer- en GHOR-regio's d.d. 18 mei 2004, in samenhang met het kabinetsbesluit met betrekking tot de territoriale congruentie van de gemeente Haarlemmermeer van maart 2006, zoals bekendgemaakt bij brief van 30 maart 2006 van de Minister van Binnenlandse Zaken, de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn één veiligheidsregio vormen, te weten de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland en de gemeente Haarlemmermeer toetreedt tot de veiligheidsregio Kennemerland; de Minister van Binnenlandse Zaken in haar brief d.d. 13 juli 2007 kenbaar maakt dat zij het kabinetsbesluit van maart 2006 met betrekking tot de territoriale congruentie van de gemeente Haarlemmermeer, gelet op de door de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid uitgevoerde onderzoek, niet heroveniveegt; overeenkomstig het Besluit territoriale indeling brandweer- en GHOR-regio's d.d. 18 mei 2004 de gemeenten Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland, Wormerland, Zaanstad en Zeevang de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland vormen; op grond van de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, artikel 3, de colleges van burgemeester en wethouders van deze veiligheidsregio's een gemeenschappelijke regeling inzake Geneeskundige hulpverlening en de voorbereiding daarop hebben getroffen; per 1 januari 2008 de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn toetreden tot de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland waardoor het veiligheidsbestuur Amsterdam-Amstelland verantwoordelijk wordt voor de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen en voor de Centrale Post Ambulancevoorziening (CPA); per 1 januari 2008 de gemeenten Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland, Wormerland, Zaanstad en Zeevang toetreden tot de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland waardoor het veiligheidsbestuur Zaanstreek-Waterland verantwoordelijk wordt voor de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en het veiligheidsbestuur Amsterdam- Amstelland, op grond van de wet ambulancevervoer, de verantwoordelijkheid heeft voor de Centrale Post Ambulancevoorziening (CPA); per 1 januari 2008 de gemeente Haarlemmermeer toetreedt tot de veiligheidsregio Kennemerland waar door het veiligheidsbestuur Kennemerland verantwoordelijk wordt voor de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen en voor de Centrale Post Ambulancevoorziening (CPA) in de gemeente Haarlemmermeer; de bestaande wet- en regelgeving waaronder in ieder geval de Gemeentewet, de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, de Wet ambulancevervoer en de Wet rampen en zware ongevallen; artikel 30, "wijziging of opheffing", van de gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) in de agglomeratie Amsterdam

19 stelt voor: na verkregen toestemming van de gemeenteraden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Beemster, Diemen, Edam- Volendam, Haarlemmermeer, Landsmeer, Oostzaan, Ouder-Amstel, Purmerend, Uithoom, Waterland, Wormeriand, Zaanstad en Zeevang, ieder voor zover zij voor hun gemeente bevoegd zijn, als volgt: de gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) in de agglomeratie Amsterdam per 1 januari 2008 op te heffen en te liquideren, de gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) in de agglomeratie Amsterdam voort te laten bestaan voor zover dit voor de vereffening van het vermogen van de gemeenschappelijke regeling noodzakelijk is, overeenkomstig artikel 30, lid 5 van de gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) agglomeratie Amsterdam het algemeen bestuur in functie blijft voor de afhandeling van de liquidatie. Toelichting D.d. 18 mei 2004 is het besluit territoriale indeling brandweer- en GHOR-regio's aenomen door BZK. In maart 2006 is met betrekking tot de territoriale-congruentie van de gemeente Haariemmermeer door het kabinet besloten de gemeente~aarlemmermeer bij de veiligheidsregik Kennemerland onder te brengen. Op 27 juni 2007 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken met de voorzitters van de veiiigheidsregio's i.o. van Amsterdam-Amstelland en Kennemerland en met de burgemeester van de gemeente Haarlemmermeer. De Minister van Binnenlandse Zaken heeft in haar brief d.d. 13 juli 2007 kenbaar gemaakt dat zij het kabinetsbesluit van maart 2006 met betrekking tot de territoriale congruentie van de gemeente Haarlemmermeer niet heroverweegt, een en ander naar aanleiding van een bestuurlijk overleg De 16 gemeenten die deel uit maken van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam gaan per 1 januari 2008 allen voor het uitvoeren van de taken van de GHOR over naar een andere gemeenschappelijke regeling. Dit geldt ook voor de Centrale Post Ambulancevoorziening (CPA). Een en ander houdt in dat het bestuursorgaan gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam geen bestaansrecht meer heeft en de 16 deelnemende gemeenten kunnen besluiten tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam. Aldus voorgesteld in de vergadering van 17 september 2007 van het Dagelijks Bestuur van de GHOR agglomeratie Amsterdam ter vaststelling in de vergadering van 10 december 2007 van het Algemeen Bestuur van de GHOR agglomeratie Amsterdam na verkregen toestemming van de gemeenteraden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Beemster, Diemen, Edam-Volendam, Haarlemmermeer, Landsmeer, Oostzaan, Ouder-Amstel, Purmerend, Uithoorn, Waterland, Wormerland, Zaanstad en Zeevang. Amsterdam, 17 september 2007

20 LIQUIDATIEPLAN gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) in de agglomeratie Amsterdam 1. Algemeen Op basis van het principe besluit van het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) d.d. 10 december 2007 tot opheffing en liquidatie van deze gemeenschappelijke regeling is dit liquidatieplan opgesteld. Bij de liquidatie dient aandacht te worden besteed aan zowel de MeldkamerICPA als aan het GHOR-bureau. Alvorens tot liquidatie per 1 januari 2008 van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam over te kunnen gaan zal de jaarrekening GHOR 2007 en de jaarrekening MeldkamerICPA 2007 dienen te worden vastgesteld in een buitengewone algemene bestuursvergadering van de GHOR agglomeratie Amsterdam in juni 2008 c.q december Centrale Post Ambulancevoorziening (CPA) Qua organisatie is de CPA onderdeel van de VZA en de GGD Amsterdam, ondergebracht in de RAVAA. De Centrale Post Ambulancevoorziening (CPA) wordt volledig gefinancierd vanuit een budget verstrekt door de Nederlandse Zorg Autoriteit (NZA). De deelnemende 16 gemeenten aan de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam leveren geen gemeentelijke bijdrage aan de CPA. Een en ander houdt in dat er geen reserves vrijkomen die eigendom zijn van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam. Liquidatie van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam heeft voor de CPA derhalve geen materiële gevolgen. Ook onder de nieuwe gemeenschappelijke regeling van de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland blijft de CPA dezelfde financiering houden, evenals de organisatorische ophanging. De veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland zal een dienstverleningsovereenkomst aangaan met de gemeente Amsterdam, tak van dienst GGD, inzake de dienstverlening van de CPA.. 3. Het GHOR-bureau Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam heeft de heer drs. C. de Cloe, in relatie tot het door hem geadviseerde bestuurlijk convenant d.d. 25 juni 2007 tussen het veiligheidsbestuur Amsterdam-Amstelland en het veiligheidsbestuur Zaanstreek-Waterland, gevraagd advies uit te brengen over de liquidatie van het GHOR-bureau agglomeratie Amsterdam. Hij heeft hiervoor Ernst & Young Advisory ingeschakeld, die advies hebben uitgebracht over de financiële en fiscale aspecten van de opheffing van de gemeenschappelijke regeling (liquidatie) GHOR agglomeratie Amsterdam. Het advies van de heer De Cloe en van Ernst & Young Advisory is bijgevoegd en is overgenomen door het dagelijks bestuur van de GHOR agglomeratie Amsterdam. Resumerend komt het advies neer op: 1. De gemeenten in de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland Voor de gemeenten in de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland verandert er weinig. De taken die momenteel worden uitgevoerd door de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam worden per 1 januari 2008 door de veiligheidsregio Amsterdam- Amstelland uitgevoerd. Daarom worden de gemeenten uit de veiligheidsregio Amsterdam- Amstelland gevraagd hun deel van de reserves beschikbaar te laten voor de uitvoering van GHOR-taken door de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland.

21 2. De gemeente Haarlemmermeer Het deel waarop de gemeente Haarlemmermeer aanspraak kan maken wordt vooralsnog onaangetast gelaten. In het advies wordt 9,9 % voor de gemeente Haarlemmermeer apart gehouden. Deze 9,9 % van de reserves die zijn opgebouwd maken onderdeel uit van de besprekingen over de frictiekosten tussen de gemeente Haarlemmermeer, de veiligheidsregio Amsterdam-Arnstelland en de veiligheidsregio Kennemerland als gevolg van de overgang per 1 januari 2008 van de gemeente Haarlemmermeer naar de veiligheidsregio Kennemerland. De gemeenten in de veiligheidsregio Zaanstreek- Waterland De reserves die worden toegekend aan de gemeenten uit de veiligheidsregio Zaanstreek- Waterland worden in een reserve gestort en zodanig beschikbaar gehouden voor het geval dat de samenwerking in niet wordt voortgezet. De "bevroren"reserves worden als een vergoeding beschouwd voor de kosten waar de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland in dat geval voor komt te staan. Wanneer de samenwerking wel wordt voortgezet blijven de reserves die benodigd zijn voor de voortzetting van de taakuitvoering volledig in stand. De reserves hebben een algemene functie in het afdekken van risico's. De algemene reserve en de financiële resultaten die in de algemene reserve terecht komen, worden dan toebedeeld overeenkomstig het advies. 4. Positie personeel De gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam heeft feitelijk geen medewerkers in dienst. 4. I De medewerkers van het GHOR-bureau De medewerkers van het GHOR-bureau zijn feitelijk in dienst van de GGD Amsterdam waarmee de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam een dienstverleningovereenkomst heeft afgesloten voor het verlenen van de diensten voor het GHOR-bureau. De veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland zal per 1 januari 2008 eenzelfde dienstverleningsovereenkomst sluiten met de gemeente Amsterdam, tak van dienst GGD Amsterdam, ter voortzetting van deze dienstverlening aan de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland en aan de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland. 4.2 De medewerkers van de meldkamer/cpa De medewerkers van de rneldkamer1cpa zijn feitelijk in dienst van de GGD Amsterdam waarmee de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam een dienstverleningovereenkomst heeft afgesloten voor het verlenen van de diensten voor de rneldkamer1cpa. De veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland zal per 1 januari 2008 eenzelfde dienstverlenir~gsovereenkomst sluiten met de gemeente Amsterdam, tak van dienst GGD Amsterdam, ter voortzetting van deze dienstverlening aan de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland en aan de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland. Aldus voorgesteld door het Dagelijks Bestuur van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam in haar vergadering van 17 september 2007 Bijlagen: advies extern adviseur drs. C.H. de Cloe aangaande het rapport Ernst 8 Young Advisory over liquidatie GHOR agglomeratie Amsterdam d.d. 26 juni 2007; eindrapport Ernst & Young Advisory d.d. 26 juni 2007; verslag stuurgroep vergadering d.d. 3 juli 2007

22 Aan de Stuurgroep GHOR - samenwerking veiligheidsregio Zaanstreek -Waterland en veiligheidsregio Amsterdam - Arnstelland postbus 2200 l000 ce amsterdam telefoon (020) telefax (020) Behandeld door A.C. Kuijten Onze referentie Datum 26 juni 2007 Onderwerp Bijlagen advies extern adviseur C.H. de Cloe aangaande het rapport Ernst & Young 1 over liquidatie GHOR agglomeratie Amsterdam Geachte leden van de Stuurgroep, In januari 2007 hebben de besturen van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam, de veiligheidsregio Zaanstreek - Waterland i.o. en de veiligheidsregio Amsterdam - Amstelland i.o. besloten tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling GHOR agglomeratie Amsterdam per 1 januari 2008 en het overdragen van de GHOR-verantwoordelijkheden aan de per die datum in werkirlgtredende gemeenschappelijke regelingen veiligheidsregio Zaanstreek - Waterland en Amsterdam - Amstelland. Verder is voorzien dat de gemeente Haarlemmermeer - eveneens per 1 januari deel zal uitmaken van de veiligheidsregio Kennemerland. Mede naar aanleiding van uitgebrachte adviezen is in onderling overleg besloten tot een samenwerkingsconstructie, inhoudende dat alle GHOR-taken van het bestuur van de veiligheidsregio Zaanstreek - Waterland, zoals genoemd in artikel 4, lid 1 van de wet GHOR, met uitzondering van de benoeming van een regionaal geneeskundig functionaris (RGF) en diens beleidsmatige en secretariële ondersteuning, zullen worden uitgevoerd door het GHOR-bureau van de veiligheidsregio Amsterdam - Amstelland. De beide veiligheidsbesturen hebben deze publieke samenwerking op het terrein van de geneeskundige hulpverlening bij rampen en ongevallen vastgelegd in een bestuurlijk convenant. Er is gekozen voor een looptijd van het convenant van drie jaren met de mogelijkheid van verlenging. Het dagelijks bestuur van de GHOR agglomeratie Amsterdam heeft aan Ernst & Young Advisory gevraagd advies uit te brerlgen over de financiële en fiscale aspecten van de opheffing van de gemeenschappelijke regeling (liquidatie), mede in het licht van de afspraken die in het bestuurlijk convenant van 25 juni 2007 zijn gemaakt. Het advies is 27 juni jl. uitgebracht en geeft mij aanleiding het volgende daarbij op te merken. Voor wat betreft de gemeente Haarlemmerneer sluit het advies van Ernst & Young aan bij de benadering van de werkgroep die op verzoek van het GHOR-bestuur rapporteerde over de opsplitsing van de GHOR agglomeratie Amsterdam (rapport 5 januari 2007). Dat rapport bepleitte om de verrekening van de financiële gevolgen van het vertrek van de gemeente Haarlemmerneer voor wat betreft de stmcturele meerkosten in onderling overleg tussen de veiligheidsregio's Amsterdam - Amstelland en Kennemerland te bespreken. De regio Zaanstreek - Waterland en het overleg tussen deze regio en de regio Amsterdam Amstelland over een verdere samenwerking zouden daarmee niet belast worden.