Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen II

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen II"

Transcriptie

1

2

3 Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen II

4

5 Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen DEEL II Getranscribeerd en van aantekeningen voorzien door Jan van den Broek RHC Groninger Archieven 008

6 008, RHC Groninger Archieven, Postbus 30040, 9700 RM Groningen ISBN (digitaal) ISBN (gedrukt)

7 Inhoudsopgave Ten geleide Tekst Synopsis 33 Glossarium 40 Index 4 Gebruikte afkortingen 435

8

9 Ten geleide Voor enkele opmerkingen over Wilhelmus Hammonius en zijn ambtelijke dagboek ( verbaal ) verwijs ik naar het Ten geleide bij deel I. Hammonius tweede protocol begint op 3 februari 589, de dag na Petri ad Cathedram (het kerkelijke feest van Sint Petrus Stoel), de dag waarop in Groningen traditioneel het bestuurlijke jaar begon. De syndicus sloot zijn aantekeningen af op Petri ad Cathedram 59. Net zoals het eerste deel van Hammonius ambtelijke dagboek vertoont ook dit protocol hiaten. Het eerste beslaat een half jaar: van 3 mei tot 3 december 589. Gedurende deze periode bevond de syndicus zich in opdracht van de heren van Stad en Lande in Spa, waar de hertog van Parma aan het kuren was, en later te Brussel, om overleg te voeren met de regeringsinstanties daar. Van zijn handelingen tijdens deze missie heeft Hammonius zorgvuldig aantekening gehouden. Ook van dit reisverbaal is een transcriptie beschikbaar. Het tweede hiaat is veel kleiner (3 juli 0 augustus 59), maar heeft ook te maken met een dienstreis die Hammonius moest ondernemen. Ook dit keer ging hij op bezoek bij de hertog van Parma, die zich toen met een leger aan de Nederrijn bevond. Samen met burgemeester Joachim Ubbena moest de syndicus aandringen op effectieve hulp voor de stad Groningen, die door het succesvolle optreden van Willem Lodewijk van Nassau, de Staatse stadhouder van Friesland, steeds verder in het nauw kwam. Ook de transcriptie van dit tweede verbaal is aangevuld met een synopsis, waarin een beknopt overzicht gegeven wordt van de inhoud van het verbaal, een glossarium en een index. Jan van den Broek Groningen, januari 008 Jan van den Broek, ed., Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen, I, (Groningen 008). Jan van den Broek, ed., Aantekeningen van dr. Wilhelmus Hammonius over zijn handelingen als gezant van Stad en Lande van Groningen naar de hertog van Parma (mei-november 589) (Groningen 008).

10

11 Tekst

12 Eerste bladzijde van het prothocollum ofte verbal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen (Groninger Archieven, T00 inv. nr.., fol. )

13 [] Auspice + Deo Prothocollum ofte verbal van alle propositiën ende handlingen up gemeene lantsdaegen ofte andere versamblingen van den verordenten dusser Stat ende Omlanden van Groeningen, oick mede van andere besoignen, bij den heer statholder der Stat ende Omlanden vorsz. gescheet, gehandlet ofte gesproecken, duer mij dr Wilhelmum Hammonium der vorsz. Stat sijndicum, ofte in mijne jegenwoerdicheit, anvangende up Petri ad Cathedram anno 589 ende endigende in anno 59 in ipso die Sancti Petri ad Cathedram. [] + Specificatio der naemen van de oevericheit dusser lofflijcken Stat Groeningen, regerende in dit tegenwoerdige jaer 589. Borgermeisteren Joachim Ubbena, Ritter Johan van Ballen dese sint int verleden jaer oick borgermeisteren gewest Johan Thedema Wolter Schatter sint newes gekoeren. Raedtshern Claes Heldt Baerolt Janssen Jasper Willema Rijcke Rijckens Habbe Aldringa Derck Draeper dese sint int verleden jaer oick in de eedt gewest Garbrant Heijnens Frederich Moeijsteen Gijsbert Arents Claes Gerrijts Thomas van Bembelen Roeleff Roeberts dese sint newes gekoeren Taelmans Harmen Menssens Derck Cloet Joachim Canter 3

14 [3] [3 februari 589] + Anno 589 Des ernfeste Edelen Borgermesters Johan van Ballens pandt Jovis Up huijden den XXIII februarij postridie Petri ad Cathedram is up den raedthuijse bij einem erb. Raedt mit den verordenten der Stat ende Omlanden van Groeningen eendrachtelijck geresolviert derwijlen voer etlijcke daegen an Con. Matts lieutenant ende hoevetmannen in naeme van den vorsz. verordenten soe wel bij monde als bij geschrifte geremonstriert dat die dieneren van Zijne vorsz. Matts Gerichtcaemer upt versueck van den rentmeisters geene executiën van achterstallige schattingen wolden doen, sonder voereerst t ontvangen den thijnden penninck, gelijck in anderen private saecken, ende daerop seeckere antwoert bij de vorsz. dienern oevergegeven ende aldaer oepentlijck verlesen dat men daeromme gedachte heren leutenant ende hoevetmannen solde inseggen, dat die heren van Stat ende Lande vorsz. neet in meininge weren, hielden t oick onbehoirlijck te zijn, tegens die vorsz. dieneren enich proces te intentiren, dan dat men simpliciter solde anmaehninge doen upt vorsz. schriftlijck versueck t ordineren, gelijck daerinne begeert. Dese vorsz. resolutie hebbe ick neffens den heere official Johan Krithe, als daertoe van den vorsz. heren gecommitirt, up Con. Matts Gerichtcaemer mehrgemelten heren leutenant ende hoevetmannen ingesecht. Deselve sich alsbald verclaert hierinne te willen ordineren nae behoeren. [4 februari 589] Veneris Up huijden den XXIIII februarij, des morgens omtrent acht uhren, bin ick bij unsen genaedigen heere statholder Verdugo in derselven slaepcaemer noch opt bedde liggende gecoemen ende, nae overantwoerdinge van enige particulere requesten, op dewelcke eins erb. Raedts advis gevordert, mit Zijn Gen. in communicatie gevallen, dat die heren van Stat ende Lande wel van meininge waeren durch een huijsman ofte twe bij den vijant grave Wilhelm van Nassou te laten tenteren, oft neet toe erwarven dat men den vervallen dijck bij Oeterdum mit consent des vijants solde moegen slaen, versueckende tot dien eijnde passebort voer denjenigen, die men hieromme nae Lewarden zolde [3v] moegen senden. Daerup van Zijn Gen. geantwoerdet dat derselven solliche meininge wol gelieffde, mochte oick wol lijden, dat men sollichs konde erwarven, weere oick weinich daeran gelegen, in wat fuege der vijant tselve toeliete, wente altijt konde men den vijant beter krencken als jetzundt, daer alle dijcken geheel wechgedreven. Belangent het passebort, were neet geraeden wente, indien der vijant soedaenich passebort bij hemluijden mochte vinden, mochte hij gedencken dat sollich versueck mit consent Zijner Gen. geschede. Niettemin wolden Zijne Gen. tot haerder beijden In de marge: Februarius. 4

15 verseeckeringe een versloetene missive an den bevelhebber desselven oirts, daerduer sie in Vrieslant trecken, wel mededeelen ende bevelen, dat sij onbeschaedicht konden passeren ende repasseren. [7 februari 589] Lunae den XXVII februarij Maendach den XXVII februarij hebbe ick neffens anderen hern hijrtoe gecommittirt up den raethuijse vor einem erb. Raedt mit den verordenten der Omlanden rapport gedaen van die reeckeninge, soe der amptman Aijsso toe Wartum und Waelcke Luijtiens voer wenich daegen gedaen hadden vanwegen haere bedeninge in maeckinge des halven maens voer Oeterdum, mitzgaeders van de reparatie etlicher schantzen, ende ist bij gemeene resolutie geaccordirt, dat men hemluijden ordonnantie passeren solle van tgene hun bij slut van der vorsz. reeckeninge resteret. Belangent haer recompens, solle staen bisz sie dessenwegen wijders bij Stat ende Landen möchten anholden. Eodem die ist den erntfesten Harmen Sickinga up zijn gedaene versueck ingesacht dat men zijn erntf. l. vanwegen die anderhalff jaer renthen, soe Johan Frantzen van den brieff van Geert van Heessepe noch ten achteren, een ordonantie passeren soll up den secretario Popco Everardi. Ten selven tijde heft der official Krite anmeldung gedaen dat der heere leutenant Gouda twe jaeren verschenene gagie nemblich van den dach dat hij toe Bruessel zijn eedt gedaen was begerende, mitzgaeders twee jaeren huijszhuijre, daerbij seggend dat, indien geen betaelinge geschede, Sijn Gestr. dieselve vant Omlant bij executie wolle [4] inforderen laeten mit executiën. Waerup geresolvirt dat dises muste up een gemeinen Lantstach gehandlet und bewilligt worden. Hoc die heft der erntf. Egbert Alberda aevermaels angesocht umb betaelinge van huijszhuijre, van den tijden dat die statholders in zijner behuijsing gelegen, ofte dat men commissarios wölle ordineren die dusse saecke in vruntschap henlechten. Daerup ime Alberda ingesecht, indien hij een redelijcke eijssche dede, sollen die hern sich wijders in billicheit erclaeren; woeferne aber niet, liet men t alsnoch verblijven bij tgene unsen genaedigen heere statholder vorlangst dusser saecken halven neffens oeverleveringe van zijn, Alberda, eijgene schrifften vanwegen Stat ende Lande was ingesecht. Letstlich ist bij den samtlijcken hern verlesen een ordonantie van den gemelten heere statholder, gedepescheert upt Oldampt, wesende van dien inholt dat d inwoenders der carspelen aldaer alle gardende knechten ende diegeene, soe hemluijden enige schaede deden, stracks hantvest maecken sollen ende Zijner Gen. daervan adverteren, omme gestraft te worden nae behoiren. Ende ist deselve geapprobirt, mits bevehlende mij ende dem official Krite an den heren leutenant ende hoevetmannen dieselve oick te communiceren, dieselven voirts biddende tot meerder verseeckeringe 3 in den Omlanden oick mandaten uuijth te schicken, neffens Zijnder Genaden vorsz. ordonantie, dwelcke oick allenthalven in den dorperen aen 3 Als luitenant-stadhouder in Stad en Lande. Ms: dat Sijn. Dit tweede dat in de zin is overbodig. Ms: verseerckinge. 5

16 die kerckdoeren solden angeslaegen worden. Sollichs hebben wij alsbald an den vorsz. hern leutnant ende hoevetmannen versocht, diewelcke daerin bewilliget ende unsz beloeft tselve te willen effectueren. Nae den middach desselven daeges bin ick van einem erb. Rath an den heeren statholder Verdugo geschickt ende hebben Zijn Gen. angedient dat enige vrijbuijteren, daerunder eene gewest die sich captein Doetie genoemt, eenen schipper van Enckhuysen, hebbende passeboort Zijnder Gen., opt Reijdeep weren angevallen, tschip ingenoemen, dem schipper handen ende voeten gebunden, legen noch tusschen Winssumer ende Aewerderzijll, ende weren voerhebbens mit tselve schip in zee te vaeren om een buyt te becoemen; dat daeromme Zijn Gen. hijrinne wolden remedieren, teneijnde die anvaert neet belettet moege worden. Daerup [4v] Sijn Gen. geantwoert dat daerinne all geremediert ende soll sollichs henvorder neet meer gescheen. [8 februari 589] Martis den XXVIII te februarij Dinxdach den XXVIIJten nach den middach hebbe ick uuijth bevel eins erb. Raedts dem hern statholder voergedraegen, dat tselve schip, daervan ick Sijn Gen. gisteren geadvertiert bij enigen vrijbuytern angeholden te worden, nu allene ter cause dusses beletsels neffens Aewerdersijl up een pael in twe gestot ende alle sijne inhebbende waeren int waeter gewest weren, hadde alsoe groete schaede geleden; item dat die vrijbuiteren sick toe Winssum up den huijsman gelecht ende deden oick aldaer groete schaede. Daerup Sijn Gen. mij bevoelen dat men den captein derselven vrijbuiter, Date oder Doetie genant weiln men sede dat hij noch in der Stat sij uuijth bevel des Raedts solle apprehenderen. Heft oick in eodem momento dem hopman Otto van Sanden een ordonantie toegeschickt, dat hij die vorsz. vrijbuytern, alwaer die int lant an toe treffen, hantvast solle maecken. [4 maart 589] Sabbathi den IIIIden martij Saeterdach den 4 ten martij, als in gemeiner versamblung van Stat ende Landen der erbare Johan van Deest, dusser Stat rentmeister, sick beclaegt dat hij in achtervolch des hern statholders ordonantie in alle schantzen den torff gelevert (den hij doch nu verstunde alreede geconsumirt toe zijne) ende um solcke provisie te doene wel 000 daelers up interesse upgenoemen, ende noch voirdere provisie solde moeten doen om alle verwuestinge voer te coemen, daer hij dan wel wijder uutschrijvinge bedurftich, is geresolviert dat ick mit dem rentmeister vorsz. dusse unordnung der soldaten dem heere statholder voereerst solden remonstreren. Tselve wy nae den middach gedaen, ende geen andere vertroistinge gecregen, dan dat Zijn Gen. den hopluijden wolden verschrijven omme van hoerluijden toe weten waer der mangel ofte unordnung schuilde. In de marge: Martius. 6

17 Ten selven tijde heft Sijn Gen. mij bevoelen ein erb. Raedt an toe melden derwijlen hopman Herema veendrich Suijwindt uuyth bevel Zijnder Gen. in verhaftinge gesettet [5] vanwegen des schantelijcken doedtslachs, soe hij alhijr binnen der Stat muijren begangen, ende Sijn Gen. neet wolden gedulden dat sollichs tot vilipendentie zijnder persoen ende der justitie solde ungestraft blijven dat daeromme eijn erb. Rath wölle geleven van die informatie oft clufttuijchnisse oever t vorsz. feijt genoemen copie Sijn Gen. te ve[r]gunnen, ofte doch toe te laeten van neuwes te moegen informeren. Sollichs van mij bij eim erb. Raedt ingebracht, was reede die copie geschreven ende voer den middaege al geresolvirt dieselve Sijn Gen. inhandich te willen maecken; und hebbe derowegen uuijth bevel des Raedes vorsz. deselve copie Sijn Gen. oeverantwoert. Oever eijn halve stundt hijrnae bin ich weder im Raedt gevordert ende is mij bevoelen wolgedachten statholder an te denen dat die swaegeren ende bluetsvrunden des gemelten Suijwints sich voer einem erb. Raedt gepresentirt ende borge geworden, t bloet des entlijffden te willen besetten mitsgaeders den heren dusser Stat nae den Statbuecke voer buete ende bruecke te willen staen. Twelck ick in achtervolch des Raedes bevel alsbald Sijn Gen. ingesacht; deselve mij geantwoert, idt were crijges saecke, jedoch möchte ick den heren weder andenen, dat Sijn Gen. bij ime, Suywindt, wolden doen als ofte hij Sijnder Gen. soene were. Wat recht Sijn Gen. derselven soene in sollichen feijt gunnede, datselve soll ime Suywint oick widerfahren. Nach disem, als ick mit Sijn Gen. in rede gecoemen vant uuijtloepen ende garden der soldaten, heft deselve mij noch wederomme uuijtdrucklijck gesecht dat, alsbald enige soldaten etwaer in een carspel enige teringe ofte schaede gedaen, dat men alsdan up vrischer voet sulx bij geschrifte Sijn Gen. duer mij solle doen oeverantwoerden. Wolden alsdan daetlijck daerup ordonantie teeckenen, dat idt dem hopman under deme sie legen weder solde afftrecken. Daerup ick gevraecht, wat dan in affwesent Sijner Gen. geschehen soll, bij wel die teeckeninge alsdan solle gescheen. Is daerup mij geantwoert: tselve solden die heren selvest doen, ende wolde Sijn Gen. hemluyden daertoe expresse ordonantie toestellen. Ick hebbe oick up desen dach beide Sijnder Gen. secretarissen, dem Van der Sandt ende Sucquet, in naeme van Stat ende Lande een schriftlijcke ordonantie elck van vijftich car.g. tot een verehringe wegen haerer moije ende arbeit die sie tijtlyckx doen gepresentirt. [5v] [5 maart 589] Solis den 5 en martij Sondach den 5 en martij omtrent elff uhren nae den gotsdienst ist bij Stat ende Landen besloeten, dat men een halff jaertaxt solde moeten uutschrijven, omme in handen des rentmeesters Johan van Deest up te brengen tot continuatie der servicen van torff ende anders, ende mij bevoelen an leutenant ende hoevetmannen die uuytschrijvinge te versuecken. Tselve hebbe ick volgenden daechs verricht. Suywint komt in het Diarium van Egbert Alting voor als vaandrig onder hopman Wijbrant van Goutum (3 februari 58, DA 507). 7

18 [6 maart 589] Lunae den VI en martij Maendach den VI en martij bin ich von einem erb. Raedt aen den heere statholder geschickt ende dero Gen. ingesecht dat die heren an deselve gelangen lieten, dat Ire Gen. wolle geleven t ordineren darmit Sijn Gen. eijgen veendel alle vijftijn daege die weecklehninge uuijth des rentmeisters handen entfangen möchten und neet alle weecken etc. Sollichs heft Iren Gen. beleeft ende mij beloeft, dem schrijver desselven veendels in toe seggen ende t ordineren, dat hij sich hijrnae solle reguleren. [7 maart 589] Martis den VII ten martij Dinxtach den VII ten martij nae dem middaege hebbe ick wolgedachten hern statholder uuijth bevel eins erbaren Raedts angesecht dat bij dem vorsz. Raedt mit den samtlijcken geswoernen geresolvirt sij dat geene vrembden luijden, noch oick geene soldaten up der Stat vesten ofte bolwarcken solden moegen gaen, ende dat dselve ordonantie mit der trommen solde uuijtgeroepen ende gepubliciert worden. Teneijnde dan bij den soldaten geen ignorantie mochte vorgewendet worden, heft men Irer Gen. solches willen adverteren. Daerup mij von Zijn Gen. geantwoert dat die ordonantie guet sij ende sollen die hern neet underlaeten deselve t effectueren. [6] [0 maart 589] Veneris den X en martij Vrijdach den X en martij is een gemene Lantsdach up den raethuijse nae older gewoente geholden ende aldaer eerstlijck, nae verlesung des mandaets van den edelen gestrengen und hochgelerten hern Johan de Gouda, Con. Mats lieutenant alhijr, geproponirt wat gestalt den samtlycken heren und vrunden wel bewust were, dat men in den verleden soemer veel uncosten hedde angewendet tot maeckinge van verscheidene dijcken waervan men den eene den halven maene voer Oeterdum, den ander die kaedijck genoemt ende alsoe dieselve duer tempeesten ende hoege waetern weder wechgedreven, sulx dat het geheele lant mit soldt waeter bedeckt ende wel te vermueden stunde, indien hijrinne neet geremediert wurde, dat te besorgen dat men een nijen Dullert alhyr binnenlants solde krijgen; demnae hedde idt den anwesenden verordenten guet geducht een gemeinen Lantsdach te versuecken, omme mit malckanderen te beraetslaegen mit wat fuege ofte middel die olde caedijck weder te slaen ende tlant gepreservirt mochte worden. Als nun nae gedaener proposition verscheidene beswaernissen voirgecoemen ende een jeder sich beclaecht, dat hij mit sijne dijcken genuech te doen hadde ende dat diegeenen soe bij dusse waetern geïnteressirt, als naemtlyck die int leege lant an de suydersijdt des Dampsterdeeps mit die van Duyrtswolt etc., dussen caedijck behoerden te slaen, is van gedachten leutenant wijder voergewent dat dieselven die macht neet hedden, were derowegen Zijner Gestrengheiden ende der hern Con. Matts hoevetluyden guede meininge, dat men voereerst mit gemeener macht die In de marge: Lantsdach. 8

19 vorsz. kaijnge schrenckelen solle, teneijnde neet mit alle getijden die waetern in ende uuyth leepen. Sulx gescheet, mocht men wyders delibereren, waer men een starckeren seedijck solde leggen. Seede daerbeneffens, indien die underdaenen hijrtoe neet wolden verstaen, sonder sick lange mijt malckander in disput stellen, soe gedachten syluyden daerinne t ordineren gelijck sij bevunden solden tot dienste Zijnder Matt. ende conservatie van den landen te behoiren. Nae lange communicatie, weiln geen entlycker affscheidt gevolcht, ist pro conclusione guet gevonden, daermit der gemeene huysman mit costen neet worde upgeholden, dat men dusse saecke den aldaer anwesenden prelaten, junckeren ende hoevelingen in die handen solle stellen, omme des anderen daechs mit einem erbaren Raedt te resolveren wat am besten nut ende orbaer hierin gevunden muchte worden. [6v] Sulx gedaen zijnde, hebbe ick in dusse Lantsdach oick voergedraegen, nachdeme tot verscheiden tijden bij den ingesetenen der Omlanden groete clachten voerquemen van excursien, foullen, theringen ende schaeden der soldaten, niet tegenstaende d ordonantie unsers genaedigen heeren statholders int verleden jaere gepassiert, soe hadden Sijn Gen. nu noch weder van newen geordineert dat die redgers in alle dorpern (ofte in haer affwesent: die wedluijden mit de gemeinen underdaenen), soe vaecke aldaer enige soldaeten schaede ofte theringen deden, daetlyck bij den kop nehmen ende bewaeren sollen omme, sulx Synder Gen. geadvertiert zijnde, deselve te straffen nae behoiren. Welcke ordonantie mit Zijnder Gen. hant onderteeckent ende mit den signete bevestiget an alle kerckdoeren solde geaffigiert werden. Oick is up dusse lantsdag bewilliget, dat dem here leutenant Gouda vorsz. twe jaer gaige ende huyshuyre, neet tegenstaende Sijn Gestr. een gans jaer lanck nae gedaene eedt voir vertoeninge ende acceptatie synder commissie te Bruessel gebleven unde alhyr neet ontfangen, sollen gevolcht werden. [ maart 589] Sabbathi den XI en martij Saeterdach den XI en martij sindt die prelaten ende hoevelingen in groeter antall weder up den raedthuijse bij den hern borgermeisteren ende raedt versamblet ende nae lange communicatie upt stuck van de schrenckelinge des kaedijcks lestlyck entsloeten, dat die van der suijtzijdt des Damsterdeeps eerst voer uuijth van ieder gras landes I gronninger stuver geven soll ende tselve upbrengen in handen des erbaren Johan van Deest, Stat rentmeisters, omme mit hetselve den anvanck des schrenckelens te maecken. Des gedaen zynde, wölle man sich wijder erclären, wie wijt die van den Hoege Landen hyrtoe soelen te hulpe koemen. Ende om sulx t effectueren is mede besloeten dat, alwaer geene meijers woenen, d eijgenaers der landen tselve gelt soelen upbrengen. Ingevalle oick die eijgeners neet inlandisch, sal men die Landen daervoer anseen, ende daerup verschoeten hebbende, tselve dubbelt weder t entfangen. Van een staketsel of traliewerk voorzien. Hier wordt wellicht een snel uitvoerbare versterking van een zeewering bedoeld, bestaande uit kruislings bevestigde palen en takken die de zoden van een dijklichaam moeten vasthouden. Met neet inlandisch etc. wordt wellicht bedoeld, dat deze eigenaren uitgeweken zijn. Die landen betekent dan: de Ommelanden. De heren van de Ommelanden moeten het bedrag voor de reparatie van de zeewering voorschieten. Wanneer men later de eigenaars van de gronden toch kan aanspreken, zullen dezen de voorgeschoten som dubbel moeten terugbetalen aan de Ommelanders. 9

20 Welcke resolutie ich neffens dem official den hern leutenant ende hoevetmannen ingesecht, omme daervan mandaten uuyth te schicken. [7] Eodem nae den middach hebbe ick uuijth bevelch der samtlijcken hern van Stat unde Landen dem hern stathalter Verdugo angedeent, dat men entsloeten den amptman Aijsso toe Wartum nae Nijenhuijs te senden, omme aldaer die schants te besichtigen ende, indien moegelijck tselve aldaer noch te maecken, den soldaten aen te besteeden, mits daertoe leverende alle materialen van holt ende plancken; ende begeerde tot dien eijnde dat Sijn Gen. een brieff an den hopman aldaer wölle laten schrijven den vorschreven amptman hierin alle addres te willen doen. Daerop Sijn Gen. alsbald zijnem secretario Sucquet sulx bevoelen an den hopman Rijszwijck te schrijven. [3 maart 589] Lunae den XIII en martij Maendach den XIII en martij bin ick van onsen genedigen heere statholder Verdugo int hof gevoerdert, aldaer omtrent X uhren voer den middach gecoemen; heft Sijn Gen. mij angesecht derwijlen deselve te bevoir mij toegesacht opt stuck des doetslachs duer Luitijen Suijwindt alhijr geperpretirt, neet te willen concluderen sonder voereerst gecommunicirt te hebben mit dem magistrat dusser Stat, ende dan nu d advisen van alle capiteins etc. Sijn Gen. schriftlijck toegesunden dat daerumme ein erb. Raedt geleven wolle enige tot Sijn Gen. te schicken omme van der saecke te spreecken. Des ich alsbald im Rath angebrocht ende ist up den naemiddage besloeten, dat die vier borgermeisteren des anderen daechs up acht uhren tot Sijn Gen. solden gaen. [4 maart 589] Martis den XIIII ten martij Dinxdach den XIIII ten martij sindt die vier hern borgermesteren neffens mij sijndico an den heere statholder gegaen, alwaer Sijn Gen. mij overantwoert die clufttuijchnisse mit d advisen der samtlycken hopluijden int stuck des vorsz. doetslachs, daerbij seggende dat men deselve wölle lesen ende dan volgents als mede superintendenten der beider veendels adviseren, wat toe doene zij. [7v] Nae verlesung van dewelcke Sijn Gen. wijders den hern borgermeisteren gevraecht, wat haerluyden meinunge ende advis seij, daerbij seggende dat derwijlen alle capiteinen eendrachtlijck adviserden dat hij dat hoeft verbuert ende daeromme wal neet noedich die hern desvals te vraegen nochtans ten respecte der superintendentie, soe die hern over d vorsz. veendels neffens Iren Gen. als general hadden ende gebuerde, soe vraechde Sijn Gen. wat der hern meininge zij. Als aeverst niemants van allen etwesz gesecht, sagte Sijn Gen.: da die hern dusse saecke wolden communiceren mit dem gantzen Raedt, mochte wal gescheen. Darup die hern borgermeisteren affgangen ende tgene vorsz. alsbald im vollen Raedt gerapportirt, alwaer oick d advisen vorsz. gelesen und lestlijck nae lange communicatie geresolvirt dat men Sijn Gen. up een uhren nae den middach soll 0

21 inseggen, dat d vorsz. Suywindt duer zijne vruntschap alhijr nae dem Statbuecke dat bluet hadde besettet ende voer buete ende bruecke gecavirt, sulx dat daermede dem Statbuecke een benuegen gescheet ende derowegen op zijn persoen neet hadden te letten, ten were hij alhijr weder möchte betreden worden, ende dat daer te boeven die vruntschap sich voer eenen erb. Rath gepresentirt ende umb genaede oetmoedelijck gebeden ende mede begeert bij Sijn Gen. te willen intercederen. Welliche resolution an bestemder uhren Sijn Genade in presentie der 4 hern borgermeisteren ingebracht. Deselve daerup geantwoert wal geneicht te wesen ime Suijwindt gracie te bewijsen daer het immer scheen konde, dan dit factum were te groet, were oick neet dat eerste etc. Bevonden sich daerumme in der conscientie beswaert hem te relaxeren, sorgeden oick dat sie die wraecke Goedes oever sich solden laeden ende seden concludendo, ingevalle hem je dat levent solde geschenckt worden, soe were doch geenssins betaemlijck hem bij tregiment te laeten ofte in dusse Stat ende Landen te gedulden, dan mochte etwa nae Ungerien geschickt worden wie im Duijtslant gebruicklijck. [8] [7 maart 589] Veneris den XVII martij Vrijdach den XVII en martij nae den middach is bij den verordenten van Stat ende Landen, oick in presentie Con. Mats lieutenant ende hoevetmannen hijrtoe mede geroepen, geconcludirt derwijlen der heer statholder Verdugo dinxdach vorleden in puncto sijnes vertrecks bevel gedaen, dat men up den Nijenoert een starckeren schantz solde doen maecken ende dat voererst die dardendeel desselven bij desen Omlanden, een dardendeel bij die van der Drente ende dan een dardendeel duer die Westvresen solde gemaeckt worden ende dan nun uuth brieven Con. Mats dieners Albert Henrici verstaen wort dat dieselve schantz seer groet begint ende tot merckelijcke undraechlycke costen wolde anloepen dat men derowegen enige vanwegen Stat ende Landen nae den Nijenoert solde schicken omme alles te versichtigen ende aff te teeckenen, in wat fuege die vorsz. schantz solde willen gemaeckt worden teneijnde sulx geseen ende bij Stat ende Landen gerapportirt alsdan wijder solde moegen geresolvirt worden wat men befinden sall te behoiren. Ende sint hijrtoe neffens mij gecommittirt die erweerdige edele unde erenfeste Johannes Greven, abt to Adwert, Johan Thedema, borgermeister, Aepco van Ewssum ende Frederich Moeysteen, raedtsheer. Welcke heeren saementlichen am volgenden daege (excepto den raetsheer vorsz.) sich nae den Nijenoert verfuecht ende alles besichtiget hebbende sint den selven dach weder in die Stat gecoemen. [9 maart 589] Solis den XIX martij Sondach den negentijnden martij nae den goedesdienst sint die verordenten van Stat unde [Lande] mede in presentie Con. Mats lieutenant ende hoevetmannen up den raethuyse versamblet ende aldaer van mij angehoirt hebbende het rapport vanwegen der schantz up den Nijenoert in wat gestalt deselve begunt wort, item wie groet ende toe wat costen deselve arbeit ungeveerlich anloepen wölle, is eendrachtelijcken besloeten, dat men dem heere statholder hijrvan solle toeschrijven ende entelijcken Zijn gezamenlijke vrienden.

22 verclaeren, dat Stat ende Landen solcks in haer vermoegen neet en hadden, dat men oick tot denselven fine solle schrijven an den grave Frederich van den Berge wesende up den Nijenoert, omme te willen supersederen mit het graven bis tot wijder ordonantie. [8v] [0 maart 589] Lunae den XX ten martij Maendach den XX ten hebbe ick in achtervolch der vorsz. resolutie een missive geconcipiert an den grave van den Berge vorsz. Derwijlen ick aeverst aldoe mit der poerten upganck met dem hern borgermeister Thedema nae Suijtlaeren verreiset vanwegen een saecke die lantschap Drente betreffende, kan neet weten ofte dusse brieff oick voertgesonden. [ maart 589] Martis den XXI en martij Dinxdach den XXI is der wolgeborne grave Fridrich van den Berge up den raethuyse gecoemen mit den overste luijtenant Das und begeert van den samtlycke hern Con. Mats lieutenant ende hoevetmannen, borgermeisteren ende raedt mit den verordenten dusser Stat ende Omlanden, dat men een seecker antal schepen wölle gereedt holden teneijnde Sijn Gen. mit een hoepen volcks nae Eemetill mochte vaeren, omme te proberen ofte der vijant vandaer weder konde verjaecht worden. Upt welcke die hern vorsz. allen addresz und vlyt Sijn Gen. beloeft. [ maart 589] Mercurij den XXII en martij Wonsdach den XXII en martij is thydinge gecoemen dat der vijant sich an den Delffzijll begieven ende aldaer in den morgenstundt die schantz angesprenget hadde, jedoch weder affgeslaegen. Weszhalven gedachter grave niet nae Emetil, sonder nae den Delffzijl vertoegen, aber up den wech verstaende, dat den vijant geweecken, is Sijn Gen. mit het volck weder an de Stat gecoemen. Nae den middach heft gemelter grave mit den hern Con. Matts leutenant ende hoevetmannen sambt den vier hern borgermeisteren up des Coenincks Caemer geconsultiert ofte hij mit sijn bijhebbende crijchsvolck nae Aedwert solde vertrecken, dan ofte het beter were alhijr onder die Stat te blijven, ter tijt man sehe wat der vijant im sin hadde. Ende is concludendo besloten alhijr te vertoeven. [3 maart 589] Jovis den XXIII en martij Donderdach den XXIII is gemelter grave mit drehundert man nae Winszum vertoegen in consideratie dat men tijdinge gehatt, dat der vijant sich mit 0 schepen voer den Soltcamp gelecht. Deses alles is dem heere statholder hoc die toegeschreven, den man toevoer oick duer twe missiven all hadde geadvertiert dat die schantz up Emetil ingenoemen was. 3 3 In de marge: Hoc die is die schantz up Eemetil van den vijant ingenoemen. Een dergelijke minuut ontbreekt in Hammonius missivenprotocol. Ook van deze brieven ontbreken minuten. In het missivenprotocol tekende Hammonius aan dat hij na

23 [9] [4 maart 589] Veneris den XXIIII en martij Vrijdach den XXIIII ten is up den raethuyse bij eim erb. Raedt mit den verordenten der Stat ende Omlanden besloeten, derwijlen Christoffer Jurgens, hopman up den Delffzijll, die hern verstendigt, dat der vijant noch weder een anslach up deselve schantz hadde ende tot verseeckeringe derselven begeert zijn gantzer veendel bijsaemen te hebben, oick mede dat men die schantz toe Waetum wolde slechten, soe is besloeten, dat men dem vorsz. hopman alle zijne knechten soe alhijr voer der Stat laegen mit oick dengenen soe toe Finserwolde weren solde toeschicken, aeverst die schantz toe Waetum toe slechten is neet raetsaem bevonden. Twelcke alles dem hopman toegeschreven ende daerbij bevel gedaen, dat hij alle proviandt, soe nu reede in der schantz, bij sich solde beholden. Hoc die is oick bij Stat ende Landen eendrachtelijck bewilligt dat der leutenant Gerrijt van Munster boeven die knechte die hij reede heft noch vijftich soldaten tot dienst van Stat ende Landen solde annehmen omme deselve in allen occurrentiën alhijr voer der Stat te leggen ofte sonst te gebruycken tot convoijeren ende anders in manere solcks de gelegentheit sall eijschen. [5 maart 589] Sabbathi den XXV ten martij Saeterdach den XXV ten is nae lange communicatie mit dem wolgebornen hern graven Fredrich toe den Berge up des Conings Caemer bij den heeren leutenant ende hoevetmannen ende den vier hern borgermeisteren besloeten, dat gemelter grave noch voereerst mit zijn bijhantz hebbende crijchsvolck toe Winssum solde verblijven omme in allen occurrentiën die schantz up Aewerderzijl [ende] Aewerder Steentil t assisteren indien t noedich, ende dat Sijn Gen. middelertijt wöllen versorgen, darmit dvorn. schantzen mit noedtwendige ammunitie voer sesz weecken ter weinichste wol versehen zijn. Hoc die ist oick bij einen erb. Rath besloeten, dat men van alle dese anslaegen des vijants den hertoch toe Parme solle verstendigen. In achtervolch van twelcke hebbe ick soedaene brieven stracks gedepeschiert ende bij einen eijgenen boede affgesonden. Insgelijcke sint brieven affgeveerdigt an den heere statholder ende Zijn Gen. daerin van alles geadvertiert. 3 [9v] [8 maart 589] Martis den XXVIII ten martij 4 Dinxdach den XXVIII ten is in gemeiner versamlung van Stat ende Landen, oick in tegenwoerdicheit van Con. Mats leutenant ende hoevetmannen, gecommuniciert derwijlen die gelandeden an de suijdtzijde van Damsterdeep nu dese gantze weecke 3 4 de val van Enumatil enkele brieven aan Verdugo heeft geschreven, maar daarvan geen minuten heeft kunnen houden (MH I 8). Een minuut van deze brief ontbreekt in Hammonius brievenprotocol. In Hammonius brievenprotocol bevindt zich de minuut van een brief aan Parma, gedateerd op 4 maart 589 (MH I 8v). Brief van 5 maart 589 (MH I 8v). In de marge: Hoc die rediit gubernator Verdugius (Latijn: Op deze dag is gouverneur Verdugo teruggekomen ). 3

24 arbeijdeden an de kaedijck ende wel noedich dat men voerts nae Paeschen solle fortfahren, teneynde tgene rede gemaeckt neet daetlijck weder wechgenoemen worde wat gestalt die van den Hoege Landen hijrtoe hulp ofte adsistentie sollen doen, ende is nae lange communicatie besloeten dat men twe commissariën, als nemblich den probst van Schilwolda ende Hillebrant Baukens, verschrijven solle omme van hoer verstaen hebbende in wat fuege dat werck geavanciert worde alsdan wijders toe resolveren wat men befinden soll te behoiren. [9 maart 589] Mercurij den XXIX ten martij Wonsdach den XXIX ten martij is bij den verordenten van Stat ende Landen besloeten dat men van Zijne Matts penningen, dwelcke dussen dach gearriveert, entlehnen soll ses dusent car. gl. omme deselve t imploijeren tot coepinge van een guede quantiteit pulver, ende dat hiertoe een jaertaxt solle moeten uuytgeschreven worden, twelcke oick tot geen ander eijnde solle uuijtgegeven worden als tot affdoeninge van dese vorsz. penningen, in betrachting dat onser genediger heere statholder tselve neet anderergestalt geconsentiert van Zijne Mats penningen te moegen nehmen, seggende dat hij bij Zijne Hocheit neet wölle geculpirt zijn die gedestineerde summe tot andere saecken geimploijert te hebben. Omtrent vijff uhren an den avent heft Juan de Lopes, Zijne Matts pagador in dit quartier, boevengesz. seszdusent car.[gl.] dem rentmeister Johan van Deest in presentie des hern borgermeisters Johan van Ballen end de mijne in hele ende halve phlipsdaelers toegetelt. [30 maart 589] Jovis den XXX ten martij Donnerstag den XXX ten martij heft der her probst van Schilwolda mit Hillebrant Baukens toe Fermssum up den rathaus voer den erb. Rath mit den verordenten der Omlanden rapportiert dat die kaijnge nu huyden desen avent weder solde geheel toegeslaegen worden, sulx dat die pendinge drie voet hoech boeven dem waeter ende vierdehalff voet boeven dick zij, begerende darop wyder assistentie der Hogelanden. Waerup geresolviert dat men voereerst tegens toekumpstigen donnerstag een Lantsdach soll uuytschrijven, omme alsdan toe resolveren wat gestalt die vant Hoegelant hijrtoe solden helpen. Middelerwijlen is dem heere probst bevoelen omtrent twehundert mannen aen te nemen dwelcke stracks op Paeschmaendach dat werck an de kaijnge vervolgen ende sol daertoe dat gelt uuyth de gemeene buydel genoemen worden. [0] [3 maart 589] Veneris den XXXI en martij Vrijdach den XXXI en martij hebbe ick uuijth bevel des hern borgermeisters Johan van Ballen an den here statholder nae Aedwert geschreven, dat men Zijne Gen. dede toeschicken een jachte van Reijde mit noch een jachte van den Delffzijll, daerbij overseijnde[n]de een metalen instrument mit pulver noch geladen, soe der vijant In de marge: Hoc die dominus gubernator cum exercitu suo profectus in Awerdiam (Latijn: Op deze dag is de heer gouverneur met zijn leger naar Aduard vertrokken ). De minuut van deze brief ontbreekt in het missivenprotocol van Hammonius. 4

25 gebruijckt hadde an de Oesterpoerte up den Delffzijll, omme deselve daermede to sprengen. [ april 589] Sabbathi den I en aprilis Saeterdach den eerste aprilis hebbe ich in naeme eins erb. Raedts avermals an den hertoch van Parme geschreven, dat der vijant ons an allen oerten aensprengt und derowegen om hulp instanter angeholden. Dusse missive ist nae den middach affgehört ende den ordinari post (derwijlen der here statholder, van mij deszwegen gevraecht, sollichs voer guet angesehen) laeten affgaen. [4 april 589] Martis den 4 en aprilis Dinxtach den 4 en aprilis heft der heere borgermeister Ballen in versambling der verordenten van Stat ende Landen geproponirt dat der statholder weder van den Delfzijll gecoemen, nae ingenoemene oculare inspectie voer raetsaem befonden, dat die schantz aldaer up enige plaetzen muste verbetert worden, namblich an de oesterpoerte, dat men aldaer een tochbrugge solle maecken ende dan neffens dem wech nae Aijlke Wijnekens huys, vertoenende daerbij een seecker pourtraict dwelcke Zijn Gen. gedachtem borgermeister hadde medegegeven. Waerop geresolvirt, dat men tselve durch enige van Stat ende Landen solde laeten besichtigen ende sint hiertoe neffens mij gecommittirt de erntfeste Ernst van Iselmuyden und Fridrich Moijsteen, ratsheer. Sinnen oick omtrent elff uhren voertgetoegen, bij uns nemende der Stat boumeister ende alles mit vlijte up den wonsdach versichtiget hebbende, wie oick die schantz toe Waetum, sinnen desselven woensdaechs tegens den avent weder in Groeningen gecoemen. [6 april 589] Jovis den 6 ten aprilis Donnerstach den VI ten aprilis 3 is up den raedthuyse nae older gewoente een gemeine Lantsdach geholden ende nae verlesung des mandaets van dem hern lieutenant dr. Johan de Gouda mit drie woerden int corte voergedraegen, dat die samtlijcke vrunden der Ommelanden omme anders geen oirsaecke verschreven weren, dan derwijlen die caedijck neffens Oeterdum duer die van den leege landen [0v] ant suijden des Damsterdeeps in den verleden weecken geslaegen ende wel 3 voet boeven waeter gebrocht dat men daeromme alsnoch wille communiceren mit wat middelen hemluyden wijders te helpen. Nae gedaene propositie hebben die vant Hoegelant sich groetelijcken beswaert, derwijlen sie selvest een jeder mit zijn dijcken genuechsam te schaffen ende nu alle voerige jaeren soe mercklijcke summen tot maeckinge des vorsz. caedijcks geimploijert, soe kunden sie sollichs nu neet meer doen. 3 In de marge: Aprilis. Zie voor de minuut MH I 84. In de marge: Lantsdach. 5

26 Principalijcken hebben die Innerdijcxsters binnen den Damsterwal sich beclaecht, dat zij den vorsz. Damster[wal] selvest wolden ende musten maecken, konden derowegen hiertoe neet meer verstaen. Insgelijcken seeden die Marnsters dat hoer seedijcken oick heftich tobroecken ende wusten hiertoe nichts toe geven, dan begeerden dat leutenant ende hoevetmannen haer dijcken wolden versichtigen, sollen alsdan wal bevinden, wie jammerlijck deselve wechgeloepen, begerende daromme sieluyden mit dvorsz. caedijck neet te belasten. Nae lange communicatie ist laestelijcken besloeten dat die vrunden vant Hoegelant tot volmaeckinge des vorsz. caedijcks een halff jaertaxt bewilligeden tselve uut te schrijven gras gras gelijck, nae vermelt der olden schatregisteren, ende soll tselve uutgeschreven up alle carspelen int oesten des Reijdeeps gelegen, ende alwaer geen meijers vorhanden, sollen die eijgeners tselve opbrengen. Eodem die, nae den middach, sint veele prelaten ende hoevelingen weder upt raedthaus bij eim erb. Raedt gecoemen, alwaer tgene vorsz. weder opt nije verhaelt ende geconsentirt, ende sint volgents tot meerder bevorderinge des wercks seeckere commissariën gecommittirt, dwelck den vorsz. dijck sollen besichtigen ende (woe moegelijck) enige luyden aenbesteden bij roetallen. Ende sint hijrtoe genominiert die erweerdige erntfeste ende erb. der heren prelat van Rottum, Joachim Pantzer, Roeleff Roebertz ende Derck Draeper, raedtsheren dusser Stat. In dusse versambling hebbe ich gerapportirt van der besichtigung bij ons op den Delffzijl ende Waetum gedaen, mits vermeldende wat gestalt dselve schantz toe verbeteren. Twelck geconsentirt ende ons bevoelen deses mit Sijn Gen. te communiceren. [] Umtrent 5 uhren an den avent hebbe ick neffens den hern borgermeister Johan van Ballen ende den raedtsheer Fredrich Moeijsteen mit Sijn Gen. wegen der schantz up den Delffzijl gecommuniciert, derselven vertoenende een pourtraict bij ons gemaeckt. Dwelcke alles geapprobirt gelijck bij ons voergeslaegen; allein vonden Zijn Gen. neet raetsam die Oesterpoerte geheel wech te nehmen, sonder dat deselve mit een clapbrugge solle gemaeckt worden. Wij hebben gelijcksfals in hoc congressu bij Sijn Gen. angeholden dat Zijn Gen. beleven wölle den pagador t ordineren dat men boeven die sesdusent car.gl. soe man reedes van den pagador gelychtet, noch het surplus mochten entfangen, sich bedraegende tot twe weeckleningen, ende wolden man hierentegens alsulcke twe weeckleningen uut den Omlanden an allen hopluyden doen betaelen, mits nochtans dat die vorsz. hopluyden hunne acquiten dem vorsz. pagador sollen geven. Twelck bij Zijn Gen. geconsentirt. [7 april 589] Veneris den VII ten aprilis Vrijdach den VII aprilis is der her lieutenant dr. Johan de Gouda im Raedt erschenen ende aldaer voergebracht seeckere requeste tegens Sijn Gestr. toe Hoeve van den edelvesten Roelff d Mepsche oevergeven, daerbij geannectiert waeren twee recommandatiebrieven voer denselven Mepsche, eene in naeme eins erb. Raedts, die ander van den prelaten dusser Omlanden geschreven. Ende mitsgaeders versocht, dat 6

27 ein erb. Raedt Sijn Gestr. oick favorable breven an mijn heren van den Secrete Raedt des coeninx gunstichlijck wolden mitdeelen. Twelck geaccordirt ende alsoe ick neet bij dit versueck gegenwoerdich gewest, bin ick gevordert geworden omme alsulcke brieven te verfeerdigen. Nae den middach hebbe ick dem heere statholder ingesacht, dat ein erb. Raedt van meinunge zij derwijlen voele knechten in der Stat ende onder schijn van onse soldaten der vijant sich moegelijck in der Stat konde begeven mit der trommen te wollen publiceren, dat alle knechten sich weder uuth der Stat begeven sollen. Sollichs heft Zijn Gen. also bewilligt, mits nochtans dat die publicatie geschede uut naeme Zijnder Gen. teneijnde die soldaten geen wederwillen tegens den inwoenderen dusser Stat mochten vaeten. Oever een stunde hijrnae, als ick im Raedt sittende dises gerapportirt, ist Sijn Gen. secretarijs Sucquet gecoemen ende mij angesecht, dat Sijn Gen. wal gesinnende, man wolle die publicatie daetlijck laeten gescheen, mits oeck dat alle soldaten hoer naemen solden an de poerte doen upteeckenen ende onder wat hopman zij gelegen. Tselve ist alsbald int werck gestelt ende omgeslagen. [v] [0 april 589] Lunae den 0 aprilis Maendach den X en aprilis hebben die gecommitteerde als nemblich die prelaten van Rottum ende Schilwolda mit beijde raedtshern Roeleff Roebers ende Derck Draeper bij Stat ende Landen rapport gedaen dat zij nae genuechsaeme versichtiging des caedijcks ende affmetinge der gaeten soe daerinne weder geloepen bevonden hadden dat men deselve dijck in solcker forme, gelijck sij den voet genoemen, wel konde besteden, die ruede om achte ofte soeven daeler. Ende alles gecalculirt vermeenden zij, dat men mit den halven jaertaxt, so tot desen fine uutgeschreven, wel solde koenen uuythcoemen, ofte datter ten minsten weinich an solle feijlen. Ist derhalven geresolvirt dat gemelter her proevest mit dem hoevelinck Ufkens als superintendenten sich dises wercks solden undernehmen, ende dat zij telcken reijse het gelt uuyth des rentmeisters handen ontfangen sollen; mochten daromme den dijck besteeden sonder dien van den Hoegelanden daermede wijders te bemoijen. In dusse versamblunge sint oick verlesen breven des hertogen toe Parma, dwelcke der boede Dubbelt weder mit sich gebracht, wesende van geen ander inholdt, dan dat men in de guede getrouwicheit wölle persevereren ende dat Zijn Hoch. tot eerster gelegentheit soll willen assisteren. 3 Nae den middach bin ich mit den raedtsher Johan van Deest bij den statholder gewest ende Zijn Gen. aengegeven dat men biszhero vast alle daegen een schuijte torffs in Aedwert gelevert hadde, twelck te continueren onmoegelijck; begerende dat daerinne ordunung mochte gestelt worden. Darup Zijn Gen. geantwort, zij wolden an den grave schrijven dat zij sich met een schuyte twe daege lanck solden gedulden, des mocht men in d andere schantzen, uuyth den welcken het volck gelichtet, oick den darden deel toerugge holden. 3 Zie het missivenprotocol Hammonius (MH I 84v). Popco Ufkens was hoofdeling te Siddeburen (OBS 360). Zie voor de brief van Parma rvr In de marge: Bona verba (Latijn: Mooie woorden ). 7

28 Insgelycken hebbe ick bij Sijn Gen. anmaeninge gedaen, dat deselve geleven wolle dem pagador t ordineren dat hij dat surplus op die 6000 fl., soe wij reede tot pulver ontfangen, den hern van Stat unde Landen wolle toetellen, bisz tot der summa van twe weeckleningen, dwelcke die soldaten uuth den Ommelanden noch sollen ontfangen ende daervan die recepissen in des pagadoers handen overantwoerden, gelijck ofte hij deselve uutgetelt hedde. Darop van Zijn Gen. geantwoert, alsbald die recepissen van den hopluyden gegeven waeren, solde pagador tgene ick versocht geordineert worden. [] [ april 589] Martis den en aprilis Dinxdach den ten aprilis is in gemeiner bijkumpst van Stat und Landen besloeten derwijlen der Stat rentmeister Johan van Deest sich beclaecht dat hij tot ankoepinge van torff ende servicen noch etlich duysent gl. meer aengelecht als van den uutgeschrevene jaertaxten ontfangen, dwelcke hij van guede luijden entlehnet ende doch weder betaelt musten worden dat men voereerst een vorndel jaertaxt solle uutschrijven om in des vorn. rentmeisters handen op te brengen. [3 april 589] Jovis den 3 en aprilis Donnerstach den 3 en aprilis sint die drie hern borgermeisteren, overmitz Ubbena neet in der Stat was, bij Con. Matts lieutenant ende hoevetmannen gewest. Hebben aldaer aengehoirt dat der heer leutenant seede dat der heer statholder Verdugo int uuytgaen uuth der kercken bevoelen hadde, dat men in der ijl guede provisie van pulver solde veerdich hebben, omme tgene Sijn Gen. voerhants hadde t effectueren, wente sonder dat kunde hij nichts doen. Darup nichts geresolvirt, dan (sulx bij einen erb. Rath gerapportirt) is gesloeten dat men solden verwachten bisz Sijn Gen. die hern selbste leet anspreecken. [5 april 589] Sabbathi den 5 en aprilis Saeterdach den 5 en aprilis is bij den verordenten van Stat ende Landen geaccordirt nachdeme der erb. Johan van Deest, Stat rentmeister, vermaenen laeten, ofte hij dat bewilligde vorndel jaertaxt in conformiteit van de lehninge oder gras gras gelijck solde laeten uutschrijven dat nae alle consideratie dusses tijdes gelegentheit beter were, tvorsz. vorndel jaers uuijt toe schrijven nae maenere van de lehninge ende oever een viertijn daegen ofte dree weecken weder eijn ander. Nae genoemene resolutie bin ick an leutenant ende hoevetmannen gegaen ende die uuytschrijvinge in naeme van Stat ende Landen versocht. In dusse bijcompst sint oick breven verlesen van den hertoch toe Parme herwarts gesonden, daerinne den samtlijcken heren terminus peremptorius van maenden aengestempt wort omme haer bewijs in te brengen waerdoer man pretendirt geen jurisdictie des admirals alhijr te willen gestaeden. Zie voor het schriftelijke antwoord van Stad en Lande d.d. april 589 het missivenprotocol van Hammonius (MH I 85). 8

29 [v] Insgelycken hebben up dese versamblung enige soldaten van hopman Christoffer Jurgens requeste gepresentirt omme enige betaelinge t erlangen. Darop geapostillirt dat die hern borgermeisteren ende raedt mit den verordenten der Stat ende Omlanden van Groeningen der supplianten getrouwe dienst tot sonderm danck aengenoemen hadden, sich entelijck vertrouwende, die supplicanten solden in deselve stedes continueren, des wolden dvorn. hern niet naelaeten bij de Hoch. des hertogen toe Parma mit oick bij dem here statholder allen vlyt voer te wenden, teneijnde sij betaelinge, gelijck andere, becoemen mochten. Deselve apostille ist op den 7 huius den soldaten onder hopman Tijaert Herema oick gegeven. [7 april 589] Lunae den 7 ten aprilis Maendach den 7 en aprilis is bij dem erb. Raedt olt ende nije, taelmans, geswoerne meente ende boumeisters van den gilden voer guet ende raetsaem ingeseen, dat men neffens der hern wijnhuys an de oestzijde een affdack solle maecken, omme daermede vromde ijsercremeren ende andere vrembde coopluyden up alle jaermarckten te gerijven, ten respecte dat der smeden gilde diewelcke wol toestaet dat dvorn. ijsercremers haer guederen op de vorsz. marckten wal mochten vercoepen, aeverst neet te moegen craemen sick een tyt lanck tegens den vremden man in proces gelecht hadden. Insgelycken ist bij de samtlijcke heeren bewilliget dat der Stat muntmeister seeckere stucken geldes van 0 st. bb solde moegen munten in solchen halt, gelijck die vijff stuijvers penningen nu ter tijt ganckbar zijn. 3 Nae den middach omtrent 4 uhren sint Con. Mats lieutenant ende hoevetmannen bij einem erb. Raedt up den raedthuyse erschenen und mit malckanderen geraetslaeget, ofte het neet nut ende oerbaer zijn solde dat men jemant te Hoeve schickede an Zijn Hocheit omme aldaer aen te holden dat men mit gelt ende ammunitie ofte mit meerder secours geassistiert mochte worden. Ende alhoewel hijrvan wytleuffich gediscurrirt bij dem here leutenant, neet schijnende te willen raeden dat men jemant zoude seijnden, soe is nochtans die meininge van de meeste hern wol gewest, dat men mij allene nae Bruessel solde schicken. Jedoch geen entelijcke resolutie ofte neet veraccordiert in wat gestalt d instructie gemaeckt solde worden. [3] [ april 589] Sabbathi den XXII aprilis Saterdach den XXII aprilis is bij den verordenten van Stat ende Landen op den raethuyse besloeten, dat men noch weder opt nije mandaten solle uutschicken an die van der suydtzijde des Damsterdeeps, omme weder man bij man mit haer schepen op den kaydijcke sick toe verfuegen mit solchen beschaide, dat diejenige soe lant gebruijcken haer arbeit solden moegen corten an dat uuytgeschreven halff jaertaxt; die averst geen lant gebruycken, solden hoer behoirlijcke dachloen entfangen. Dese resolutie hebbe ick neffens dem here official Krite den hern Con. Mats leutenant ende hoevetmannen ingebracht ende die uuytschrijving der mandaten versocht. 3 Deze notitie staat in de marge. De lezing is niet zeker. Er kan ook helt staan. Is gehalte bedoeld? Zie de commissie voor muntmeester Hans ten Bosch (RF ). 9

Aantekeningen van dr. Wilhelmus Hammonius over zijn handelingen als gezant van Stad en Lande van Groningen naar de hertog van Parma

Aantekeningen van dr. Wilhelmus Hammonius over zijn handelingen als gezant van Stad en Lande van Groningen naar de hertog van Parma Aantekeningen van dr. Wilhelmus Hammonius over zijn handelingen als gezant van Stad en Lande van Groningen naar de hertog van Parma (mei-november 589) Aantekeningen van dr. Wilhelmus Hammonius over zijn

Nadere informatie

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66) NT00066_40-8 Nadere Toegang op inv. nr. 40-8 uit het archief van het Stadsgerecht Rhenen, 1461-1812 (66) J.P.J. Heijman en D. van Hillegondsberg 2006, 2010; versie oktober 2018 Inleiding In 2006 is dhr.

Nadere informatie

7.10 Aanbesteding herbouw van spits in 1714

7.10 Aanbesteding herbouw van spits in 1714 7.10 Aanbesteding herbouw van spits in 1714 Transcriptie van document: RHCE Schepenbank Heeze Leende en Zesgehuchten, A-0210, nr.1653, fol. 42 t/m 44 gedateerd 11 mei 1714: Regel nummer tekst interpretatie

Nadere informatie

Van verscheiden manieren van burgelicke procedueren

Van verscheiden manieren van burgelicke procedueren /281/ Het Vijfde Deil Eerste titul Van verscheiden manieren van burgelicke procedueren Nadem veelderley manieren van rechtsvoorderinge in desen Ruremundtschen Quartier des forstendombs Gelre sijn geweest,

Nadere informatie

Helling, oudt omtrent jaren, Lucas Harperszn. van soldaet onder hopman Teylingen, oudt omtrent jaren, deposeerden tuychden by die zyne gedaen hebben,

Helling, oudt omtrent jaren, Lucas Harperszn. van soldaet onder hopman Teylingen, oudt omtrent jaren, deposeerden tuychden by die zyne gedaen hebben, gloriosus. Uit het protocol van notaris Salomon Lenaertszn. Van der Wuert noteerde ik indertijd het aardig verhaal van een vechtpartij tusschen soldaten, van het snoevend gezwets van een bloeddorstig krijgsman,

Nadere informatie

Markeboek Appen, deel 1 (16311732)

Markeboek Appen, deel 1 (16311732) Markeboek Appen, deel 1 (16311732) Inleiding: Lang werd gedacht dat de markeboeken van Appen verloren waren gegaan. Er bevinden zich echter nog twee markeboeken in particulieer bezit. Deze betreffen de

Nadere informatie

Octroij verleent aen M(eeste)r Sijmon Douw op sijne inventie. gedurende den tijt van eenentwintich jaren.

Octroij verleent aen M(eeste)r Sijmon Douw op sijne inventie. gedurende den tijt van eenentwintich jaren. Octroij verleent aen M(eeste)r Sijmon Douw op sijne inventie van nieuw horologiewerck, gedurende den tijt van eenentwintich jaren. De Staten generael der Vereenichde Nederlanden, allen den geenen die desen

Nadere informatie

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66) NT00066_34-9 Nadere Toegang op inv. nr. 34-9 uit het archief van het Stadsgerecht Rhenen, 1461-1812 (66) J.P.J. Heijman en D. van Hillegondsberg 2006, 2010; versie oktober 2018 Inleiding In 2006 is dhr.

Nadere informatie

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66) NT00066_35-4 Nadere Toegang op inv. nr. 35-4 uit het archief van het Stadsgerecht Rhenen, 1461-1812 (66) J.P.J. Heijman en D. van Hillegondsberg 2006, 2010; versie oktober 2018 Inleiding In 2006 is dhr.

Nadere informatie

Marckenboeck der burschappen Tij unde Rade, Lynderthe unde Boetele regestriert anno 1615 den 25 May.

Marckenboeck der burschappen Tij unde Rade, Lynderthe unde Boetele regestriert anno 1615 den 25 May. Markeboek van Raalterwoold (Transcriptie: Geert Hannink, Raalte) Marckenboeck der burschappen Tij unde Rade, Lynderthe unde Boetele regestriert anno 1615 den 25 May. Anno Domini 1639 designati sunt pro

Nadere informatie

DE FAMILIE-AANTEKENINGEN VAN ADRIAEN CLAESZ. [VAN ADRICHEM] TE DELFT (1503-1560)

DE FAMILIE-AANTEKENINGEN VAN ADRIAEN CLAESZ. [VAN ADRICHEM] TE DELFT (1503-1560) DE FAMILIE-AANTEKENINGEN VAN ADRIAEN CLAESZ. [VAN ADRICHEM] TE DELFT (1503-1560) Nationaal Archief, archief van de familie Van Adrichem, nr. 1: Registerboeck van mijn onroerende goeden als van landen,

Nadere informatie

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1)

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1) NT00001_51O Nadere Toegang op inv.nr 51O uit het archief van het Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1) P. Heijmans en D. van Hillegondsberg z.j. Inleiding Het betreft een letterlijke transcriptie

Nadere informatie

Het oudste het oudste Hofje binnen Leiden.

Het oudste het oudste Hofje binnen Leiden. Het oudste het oudste Hofje binnen Leiden. Reglement voor de Conventualen van het Jeruzalem%Hof op de Cellebroersgracht (thans Kaiserstraat), gesticht door Wouter Comans in den 1467. Item dit syn die ordinacien

Nadere informatie

Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen I

Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen I Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen I 587-589 Het verbaal van dr. Wilhelmus Hammonius, syndicus van de stad Groningen DEEL I 587-589 Getranscribeerd en van aantekeningen

Nadere informatie

Gerechtsbestuur Darthuizen (56)

Gerechtsbestuur Darthuizen (56) NT00056_026 Nadere Toegang op inv. nr 26 uit het archief van het Gerechtsbestuur Darthuizen 1666-1811 (56) H.J. Postema 2011 Inleiding Het betreft een transcriptie van dit inventarisnummer. Namen zijn

Nadere informatie

Bouw 45a - Brandt van Delen 1571, Westerhuijs Gelders Archief toeg inv.nr. 164

Bouw 45a - Brandt van Delen 1571, Westerhuijs Gelders Archief toeg inv.nr. 164 Bouw 45a - Brandt van Delen 1571, Westerhuijs Gelders Archief toeg. 0583 inv.nr. 164 (1) Wij Brandt van Delen unnd Juuffer Everharda van Bingreven, echte huisfrow 1 Brant van Delens vurschreven, genoemden

Nadere informatie

Een belangrijke missive.

Een belangrijke missive. Een belangrijke missive. In t oudarchief der heerlijkheid Noortwijk bevindt zich een in letters geschreven brief (geen copie) van 11 1665, met origineele handteekeningen van Johan de Witt en Witsen. Laatst

Nadere informatie

De verovering van Delfzijl, 1591 (GrA )

De verovering van Delfzijl, 1591 (GrA ) Duivenpost In 1590 kreeg de hertog van Parma van konings Filips II het bevel om al zijn strijdkrachten in te zetten ter ondersteuning van de Franse katholieken tegen de protestantse koning Hendrik IV.

Nadere informatie

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1)

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1) NT00001_51P Nadere Toegang op inv.nr 51P uit het archief van het Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1) D. van Hillegondsberg z.j. Inleiding Het betreft een letterlijke transcriptie van een deel

Nadere informatie

BORGEMEESTERS-REKENINGEN SOMEREN. No 6 1622/23-1625 /26 XIX/10. Tweede deel

BORGEMEESTERS-REKENINGEN SOMEREN. No 6 1622/23-1625 /26 XIX/10. Tweede deel BORGEMEESTERS-REKENINGEN SOMEREN No 6 1622/23-1625 /26 XIX/10 Tweede deel blz.1 50. Item alsdoen Corn(elis) de Geus van dat Jiken Becx hum eens tot Somere sij den bode loonen souden soe de nieuwe borgem(eest)ers

Nadere informatie

L E S E R. [485] T O T D E N

L E S E R. [485] T O T D E N [485] T O T D E N L E S E R. NA dat ick besloten hadt een eynde van deze oeffeningen te maecken, soo heb ick bevonden, dat my, Beminde Leser, noch verscheyde andre dingen van vermaeckelijcke en treffelijcke

Nadere informatie

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1)

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1) NT00001_51N Nadere Toegang op inv.nr 51N uit het archief van het Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1) P. Heijmans z.j. Inleiding Het betreft een letterlijke transcriptie van een deel van de resoluties

Nadere informatie

DE EERSTE KALANDERMOLEN IN ROTTERDAM DOOR W. J. L. POELMANS.

DE EERSTE KALANDERMOLEN IN ROTTERDAM DOOR W. J. L. POELMANS. DE EERSTE KALANDERMOLEN IN ROTTERDAM DOOR W. J. L. POELMANS. In de Bronnen voor de Geschiedenis van Rotterdam, deel II, komt veel merkwaardigs voor over den historicus Jacob Lois. De inventaris van zijn

Nadere informatie

NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN

NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN TRANSCRIPTIE NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN 1650 t/m 1661 BOEK 2 TRANSCRIPTIE NOTULENVAN DE VERGADERINGENVAN DEVROEDSCHAP VAN DESTEDE BEVERWIJK VAN DE

Nadere informatie

Ordre ende reglement op de koorn-molenaers binnen de stadt Goude by Gouda

Ordre ende reglement op de koorn-molenaers binnen de stadt Goude by Gouda B. D. Poppen Transcriptie van de Ordre ende reglement op de koorn-molenaers binnen de stadt Goude by Gouda - 1664 Op de door Joh. Blaeu omstreeks 1650 vervaardigde kaart van de stad Gouda, met een plattegrond

Nadere informatie

Dijkwerken, slatten van grachten enz.

Dijkwerken, slatten van grachten enz. Dijkwerken, slatten van grachten enz. 14 2 1611. De magistraat besluit 12000 car. gulden te lenen om: Een nieuwe zeedijk te maken. Te beginnen achter het stadshuis tot aan het gedemolieerde blokhuis. Het

Nadere informatie

Verantwoording. Transcriptie 52

Verantwoording. Transcriptie 52 Verantwoording Bij de hiernavolgende transcriptie van het oprichtingsconcept van de Vlissingse Compagnie van Kaapvaart uit 1623 en de begeleidende brief voor Prins Maurits is voor de oorspronkelijke methode

Nadere informatie

RA Bredevoort Inv. Nr. 423 1662. Digitale fotografie: Yvette Hoitinck Transcriptie : Franciska Ruessink

RA Bredevoort Inv. Nr. 423 1662. Digitale fotografie: Yvette Hoitinck Transcriptie : Franciska Ruessink RA Bredevoort Inv. Nr. 423 1662 Digitale fotografie: Yvette Hoitinck Transcriptie : Franciska Ruessink Fol. 1 In Nomine Domini nostri Jesu Christi Amen Lunæ 6. Januarij 1662 - Drost und Richter Gooswijn

Nadere informatie

Hoe men eertijds placht te leven met de oude notarieele archieven,

Hoe men eertijds placht te leven met de oude notarieele archieven, Hoe men eertijds placht te leven met de oude notarieele archieven, dat blijkt ons uit onderstaande acte van openbare verkoop. Welke treurige uitwerking deze handelwijze medebracht, bespeurt men spoedig

Nadere informatie

350 jaar Joodse Begraafplaats Workum 1664-2014

350 jaar Joodse Begraafplaats Workum 1664-2014 350 jaar Joodse Begraafplaats Workum 1664-2014 Inleiding Op 29 augustus 1664 kreeg David Salomons, houder van de Bank van Lening, als eerste in Friesland, toestemming van Burgemeeser en Raad van Workum

Nadere informatie

RAZE 3520 WAARDE 1567-1572. schepenakten. (naar hoofdscherm Waarde)

RAZE 3520 WAARDE 1567-1572. schepenakten. (naar hoofdscherm Waarde) RAZE 3520 schepenakten WAARDE 1567-1572 (naar hoofdscherm Waarde) M.P. Smallegange Waddinxveen, november 2013 RAZE 3520, W111, eerste blad, 1567 Register bouijck gehouden bij mij Cornelis Jacob Boudewijns

Nadere informatie

Memoriael ende Resolutieboeck. der stede van Edam 1574-1595

Memoriael ende Resolutieboeck. der stede van Edam 1574-1595 Memoriael ende Resolutieboeck der stede van Edam 1574-1595 1994 Archief 'Oud Edam' 1357 t/m 1813, inventarisnr. 65 Streekarchief Waterland te Purmerend Getranscribeerd door de Werkgroep Paleografie: Dick

Nadere informatie

De Leidsche Schutterstukken.

De Leidsche Schutterstukken. De Leidsche Schutterstukken. Het was eene echt Hollandsche gewoonte om de vergaderzalen te sieren met de portretgroepen van regenten en hoofdlieden en haast elk Hollandsch museum bezit nog enkele regentenstukken

Nadere informatie

Bewoners van de hof van Walem

Bewoners van de hof van Walem Bewoners van de hof van Walem Tegenwoordig adres: Walem 26, 26a In het archief van het Norbertinessenklooster van St. Gerlach bevindt zich een akte, gedateerd 13 november 1455.1 In deze akte verwerft Johan

Nadere informatie

CURSUS OUD SCHRIFT VOOR BEGINNERS Transcriptie lesteksten les 4

CURSUS OUD SCHRIFT VOOR BEGINNERS Transcriptie lesteksten les 4 Lestekst 1. Archief 0826, Oud Archief Culemborg, inv.nr. 303. (bijlagen bij de verloren rekening van stadsburgemeester Meus Anthoeniszoon over het jaar 1612-1613) Specificatie van gemaakte reis- en verblijfkosten

Nadere informatie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie Bewerking van inv. nr. 197 van het Oud Archief (Apostillen 1664-1670) Door Jan van Hulzen Kamper genealogische en historische bronnen deel 26 G Uitgegeven

Nadere informatie

fo 1vo kinderen audt wesende seven jaeren, mitsgaeders van alle de peerden, ploegen, ende beesten, alles volgens het extract vuijt de instructie

fo 1vo kinderen audt wesende seven jaeren, mitsgaeders van alle de peerden, ploegen, ende beesten, alles volgens het extract vuijt de instructie Cohier van het oprecht getal, qualiteijt, conditie, ende auderdom van allen de ingesetenen van den dorpe van Caggevinne Kempens, daer inne oock begrepen de getrauwde vrauwen, ende kinderen audt wesende

Nadere informatie

Transcriptie Brummen, Mark van Voorstonden, Marckenboeck 1597-1856. RAZ, archiefnr.2008, inv.nr.34

Transcriptie Brummen, Mark van Voorstonden, Marckenboeck 1597-1856. RAZ, archiefnr.2008, inv.nr.34 Transcriptie Brummen, Mark van Voorstonden, Marckenboeck 1597-1856. RAZ, archiefnr.2008, inv.nr.34 Jeannette Bakker-Linkvis Regina Bennink Ron Elsinga Zutphen, juni 2012 1 Inhoud: Inleiding Verantwoording

Nadere informatie

Rechterlijk Archief Landgericht Oldenzaal Inventarisnummer 6. microfiche 1

Rechterlijk Archief Landgericht Oldenzaal Inventarisnummer 6. microfiche 1 Rechterlijk Archief Landgericht Oldenzaal Inventarisnummer 6 microfiche 1 Transcriptie: Clemens Fransen Bindwerk: Tonnie van het Bolscher Stichting Historisch Centrum Hof van Twente Twents Streekarchief

Nadere informatie

Rechterlijk Archief Landgericht Oldenzaal Inventarisnummer 6. microfiche 3

Rechterlijk Archief Landgericht Oldenzaal Inventarisnummer 6. microfiche 3 Rechterlijk Archief Landgericht Oldenzaal Inventarisnummer 6 microfiche 3 Transcriptie: Clemens Fransen Bindwerk: Tonnie van het Bolscher Stichting Historisch Centrum Hof van Twente Twents Streekarchief

Nadere informatie

1679 DIRCK SPRUIJTS Eerste Rekeninge, als penninckmeester van de Nieuwe Dijckagie der Buijte-landen aen de Dussen genaemd, den ZUIJDTHOLLANTSEN POLDER

1679 DIRCK SPRUIJTS Eerste Rekeninge, als penninckmeester van de Nieuwe Dijckagie der Buijte-landen aen de Dussen genaemd, den ZUIJDTHOLLANTSEN POLDER 1679 DIRCK SPRUIJTS Eerste Rekeninge, als penninckmeester van de Nieuwe Dijckagie der Buijte-landen aen de Dussen genaemd, den ZUIJDTHOLLANTSEN POLDER April 2007 Een transcriptie door Paul Seesink Eindhoven

Nadere informatie

VAN DER VOORT. Gepubliceerd in De Navorscher, jg. 98 (1959-1960), p. 85-91, 155 Vooralsnog daar te raadplegen; de toe te voegen bijlagen volgen hier

VAN DER VOORT. Gepubliceerd in De Navorscher, jg. 98 (1959-1960), p. 85-91, 155 Vooralsnog daar te raadplegen; de toe te voegen bijlagen volgen hier VAN DER VOORT Gepubliceerd in De Navorscher, jg. 98 (1959-1960), p. 85-91, 155 Vooralsnog daar te raadplegen; de toe te voegen bijlagen volgen hier Bijlage 1 16 februari 1532 GA 's-gravenhage, archief

Nadere informatie

Gilde-Brief Gilde Den Standboog. Gilde-Brief

Gilde-Brief Gilde Den Standboog. Gilde-Brief Gilde-Brief Wij Willem Carel Hendrik Friso, bij de gratie gods, Prince van Orange en de Nassau, Graaf van Catzelelnbogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Bueren, Leerdam,en Cuylenburg, Marquis van Veere en

Nadere informatie

NT00382_1. Nadere Toegang op de inv. nr. 1. uit het archief van de. Nederlands Hervormde Gemeente. Nederlangbroek, 1640-1967 (382) H.J.

NT00382_1. Nadere Toegang op de inv. nr. 1. uit het archief van de. Nederlands Hervormde Gemeente. Nederlangbroek, 1640-1967 (382) H.J. NT00382_1 Nadere Toegang op de inv. nr. 1 uit het archief van de Nederlands Hervormde Gemeente Nederlangbroek, 1640-1967 (382) H.J. Postema Juli 2013 Inleiding Van de hervormde gemeente te Nederlangbroek

Nadere informatie

Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst,

Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst, NT00072_263 Nadere Toegang op inv. nr 263 uit het archief van het Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst, 1591-1812 (72) H.J. Postema November 2014 Inleiding In dit document zijn twee brieven van ds.

Nadere informatie

Participeren inv. nr. 1

Participeren inv. nr. 1 Participeren 1.04.02 inv. nr. 1 Bron In het octrooi van 1602 waarmee de VOC werd opgericht, is ook de financiering van de VOC geregeld. Alle inwoners van de Republiek mochten een aandeel VOC kopen dat

Nadere informatie

Extract uit het register van resolutien van de Gedeputeerden van de Staten van Overijssel. Zwol den 1 juny 1746.

Extract uit het register van resolutien van de Gedeputeerden van de Staten van Overijssel. Zwol den 1 juny 1746. 1002 Zwol den 1 juny 1746. Extract uit het register van resolutien van de Gedeputeerden van de Staten van Overijssel Is goet gevonden ingevolge van onse resolutie van den 21 april deeses jaars, het montant*

Nadere informatie

Ds. Johannes Vreechum heeft een wat slordig handschrift. -86-

Ds. Johannes Vreechum heeft een wat slordig handschrift. -86- Ds. Johannes Vreechum heeft een wat slordig handschrift. -86- Acte der kerckenraet binnen Werckendam 11 julio 1643 Na het vertreck van Ds. Schevenhuijsen is Ds. Johannes Vrechunius in dienst bevesticht

Nadere informatie

Journaal. Deel 1, boek 2

Journaal. Deel 1, boek 2 Journaal. Deel 1, boek 2 Anthony Duyck Inleiding en aantekeningen van Lodewijk Mulder bron (ed. Lodewijk Mulder). Martinus Nijhoff, Den Haag 1862 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/duyc001jour03_01/colofon.php

Nadere informatie

De Gilde-Rolle der Molenaers Gilde in de stad Groningen van 1652

De Gilde-Rolle der Molenaers Gilde in de stad Groningen van 1652 B. D. Poppen De Gilde-Rolle der Molenaers Gilde in de stad Groningen van 1652 In 1436 werd door de Burgemeesteren en Raad in de stad Groningen, in overleg met de gezworen meente 1 een Algemene Gildebrief

Nadere informatie

Gerechtsbestuur Doorn, (163)

Gerechtsbestuur Doorn, (163) NT00163_67 Nadere Toegang op inv. nr 67 uit het archief van het Gerechtsbestuur Doorn, 1649-1810 (163) H.J. Postema Juli 2010 Inleiding In dit document zijn de voorwaarden van aanbesteding door het gerecht

Nadere informatie

Transcriptie Brummen, Mark van Empe, notulenboek, 1540-1708 RAZ, archiefnummer 2008, inv.nr. 1

Transcriptie Brummen, Mark van Empe, notulenboek, 1540-1708 RAZ, archiefnummer 2008, inv.nr. 1 Transcriptie Brummen, Mark van Empe, notulenboek, 1540-1708 RAZ, archiefnummer 2008, inv.nr. 1 Jeannette Bakker-Linkvis Regina Bennink Ron Elsinga Zutphen, juni 2012 1 Inhoud: Verantwoording Inleiding

Nadere informatie

NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN

NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN TRANSCRIPTIE NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN 1661 t/m 1672 BOEK 3 TRANSCRIPTIE NOTULENVAN DE VERGADERINGENVAN DEVROEDSCHAP VAN DESTEDE BEVERWIJK VAN DE

Nadere informatie

O.A.A.ASTEN RESOLUTIEBOEK III \ 2 INVR. NR. 13

O.A.A.ASTEN RESOLUTIEBOEK III \ 2 INVR. NR. 13 O.A.A.ASTEN RESOLUTIEBOEK III \ 2 INVR. NR. 13 HEEMKUNDEKRING DE VONDER ASTEN-SOMEREN WERKGROEP OUD SCHRIFT JAC. JÖRIS JAN VAN LAARHOVEN HARRY LEENEN PIET VAN DER LINDEN AD SMULDERS FIEN VAN TRIET blz.

Nadere informatie

NT00064_152. Nadere Toegang op inv. nr 152. uit het archief van de. Dorpsgerechten, 1515-1813 (64) H.J. Postema

NT00064_152. Nadere Toegang op inv. nr 152. uit het archief van de. Dorpsgerechten, 1515-1813 (64) H.J. Postema NT00064_152 Nadere Toegang op inv. nr 152 uit het archief van de Dorpsgerechten, 1515-1813 (64) H.J. Postema Juni 2013 Inleiding In dit document zijn regesten van het volgende inventarisnummer betreffende

Nadere informatie

Tot voogden over de kinderen werden benoemd: a. Gijsbert Jansen, z1jn zwager; b. Rijck Willemsen haefmeester,

Tot voogden over de kinderen werden benoemd: a. Gijsbert Jansen, z1jn zwager; b. Rijck Willemsen haefmeester, \ î ;.fo: ( AKTE VAN MOMBERSCHAP = VOOGDIJ BENOEMING 24 juli 1693 pag.1 In verband met het overlijden van Elisabeth Jans vindt deze akte van benoeming van voogden plaats door Hendrick Willemsen Poort over

Nadere informatie

Waerdye van lyf-rente naer proportie van los-renten

Waerdye van lyf-rente naer proportie van los-renten Waerdye van lyfrente naer proportie van losrenten Johan de Witt bron Johan de Witt, Waerdye van lyfrente naer proportie van losrenten in: Feestgave van het Wiskundig Genootschap te Amsterdam onder de zinspreuk:

Nadere informatie

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66) NT00066_42-12 Nadere Toegang op inv. nr. 42-12 uit het archief van het Stadsgerecht Rhenen, 1461-1812 (66) J.P.J. Heijman en D. van Hillegondsberg 2006, 2010; versie oktober 2018 Inleiding In 2006 is dhr.

Nadere informatie

Jambi. Reconstructie van het archief van de VOC-vestiging. Dagregisters en registers (inhoudsopgave) op dagregisters. Algemene dagregisters, serieel

Jambi. Reconstructie van het archief van de VOC-vestiging. Dagregisters en registers (inhoudsopgave) op dagregisters. Algemene dagregisters, serieel Reconstructie van het archief van de VOC-vestiging Jambi Dagregisters en registers (inhoudsopgave) op dagregisters Algemene dagregisters, serieel 1727 Dagregister gehouden door den assistent M.C. Hoesen

Nadere informatie

Cort verhael van die ghesciedenisse ende belegeringhe der stat Alcmaer anno 1573

Cort verhael van die ghesciedenisse ende belegeringhe der stat Alcmaer anno 1573 Cort verhael van die ghesciedenisse ende belegeringhe der stat Alcmaer anno 1573 Handschrift, ca. 1575. Dit 'Cort verhael' maakt deel uit van een handschrift (circa 1575) over het beleg van Haarlem van

Nadere informatie

Gerechtsbestuur Darthuizen (56)

Gerechtsbestuur Darthuizen (56) NT00056_014 Nadere Toegang op inv. nr 14 uit het archief van het Gerechtsbestuur Darthuizen 1666-1811 (56) H.J. Postema 2011 Inleiding Het betreft een transcriptie van dit inventarisnummer. Namen zijn

Nadere informatie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie Bewerking van inv. nr. 198 van het Oud Archief (Apostillen 1670-1680) Door Jan van Hulzen Kamper genealogische en historische bronnen deel 26 H Uitgegeven

Nadere informatie

Stadsrekening Alkmaar 1573-1574

Stadsrekening Alkmaar 1573-1574 Stadsrekening Alkmaar 1573-1574 Archief van de gemeente Alkmaar, 1325-1815, inventarisnummer 342 Rekening van de ordinaris thesauriers, 1573-1574. Transcriptie: transcriptiewerkgroep Regionaal Archief

Nadere informatie

Het daghement ghegheven teghen den Heere Prince van Orangen.

Het daghement ghegheven teghen den Heere Prince van Orangen. Het daghement ghegheven teghen den Heere Prince van Orangen. Bron: Verantwoordinge, verklaringhe ende waerschowinghe mitsgaders eene hertgrondighe begheerte des edelen, lancmoedighen ende hooghgeboren

Nadere informatie

Gerechtsbestuur Darthuizen (56)

Gerechtsbestuur Darthuizen (56) NT00056_028 Nadere Toegang op inv. nr 28 uit het archief van het Gerechtsbestuur Darthuizen 1666-1811 (56) H.J. Postema 2011 Inleiding Het betreft een transcriptie van dit inventarisnummer. Namen zijn

Nadere informatie

DE VEROVERING VAN GROENLO DOOR FREDERIK HENDRIK in 1627.

DE VEROVERING VAN GROENLO DOOR FREDERIK HENDRIK in 1627. DE VEROVERING VAN GROENLO DOOR FREDERIK HENDRIK in 1627. In de Tachtigjarige Oorlog was aan het einde van het Twaalfjarig Bestand (1621) nog steeds een deel van het kwartier van Zutphen en van Twente in

Nadere informatie

Werkblad Bestuur. Vrede van Utrecht VO Werkblad verdieping 1: Bestuur: Waarom kon de Republiek geen vuist maken?

Werkblad Bestuur. Vrede van Utrecht VO Werkblad verdieping 1: Bestuur: Waarom kon de Republiek geen vuist maken? Werkblad Bestuur 1a. HET BESTUUR VAN DE REPUBLIEK Lees de bijbehorende tekst over het bestuur van de Republiek (zie laatste blad). Vul daarna onderstaand schema in aan de hand van de informatie in de tekst.

Nadere informatie

Stichting Heemkunde Markelo

Stichting Heemkunde Markelo Stichting Heemkunde Markelo Transcriptie van het markeboek van Elsen lopende van 1549 tot 1856 door Anton H. Vedders najaar 2005 1 INHOUDSOPGAVE blz 157. Marke Elsen. De marke Elsen lag in het landgericht

Nadere informatie

Rombout Nijssen en Thomas Moens

Rombout Nijssen en Thomas Moens Tot een siraet en een ambellissement van haere goederen: een akkoord tussen de kasteelvrouw van Loye en de gemeente Schulen over de aanleg van een dreef, 1768 Rombout Nijssen en Thomas Moens Een deel van

Nadere informatie

Nieuwe gegevens over de 17de eeuwse zuid- Nederlandse schilder Theodorus van Loon

Nieuwe gegevens over de 17de eeuwse zuid- Nederlandse schilder Theodorus van Loon Verschenen in De Maasgouw 116 (1997), 137-144 Nieuwe gegevens over de 17de eeuwse zuid- Nederlandse schilder Theodorus van Loon Wim Hupperetz Inleiding De biografische gegevens betreffende de schilder

Nadere informatie

TRANSCRIPTIES van archiefstukken betreffende de familie CRAEN(EN) IN GRAVE e.o.

TRANSCRIPTIES van archiefstukken betreffende de familie CRAEN(EN) IN GRAVE e.o. TRANSCRIPTIES van archiefstukken betreffende de familie CRAEN(EN) IN GRAVE e.o. 1 Deze trancripties werden door mij gemaakt in de tijd tussen juli 1998 en januari 2003. Ik heb overigens nog meer transcripties

Nadere informatie

Bron: Regionaal Archief Leiden, SA I, inv.nr. 386. Vroedschapsboek 1564-1572.

Bron: Regionaal Archief Leiden, SA I, inv.nr. 386. Vroedschapsboek 1564-1572. Bron: Regionaal Archief Leiden, SA I, inv.nr. 386. Vroedschapsboek 1564-1572. Verantwoording transcriptie Voor deze transcripties uit het Vroedschapsboek geldt dat het gebruik van hoofdletters, u/v- en

Nadere informatie

AKTEN VAN DE WEESKAMER VAN BEVERWIJK

AKTEN VAN DE WEESKAMER VAN BEVERWIJK TRANSCRIPTIE AKTEN VAN DE WEESKAMER VAN BEVERWIJK VAN DE JAREN 1556 t/m 1617 DEEL II Index pagina: index 1 inleiding en toelichting 2 digitale foto van blad 1 3 transcripties van blad 1 t/m blad 124 verso

Nadere informatie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie Bewerking van inv. nr. 194 van het Oud Archief (Apostillen 1646-1650) Door Jan van Hulzen Kamper genealogische en historische bronnen deel 26 D Uitgegeven

Nadere informatie

Curacao Papers 1640 1665. Transcription

Curacao Papers 1640 1665. Transcription Curacao Papers 1640 1665 Transcription Curacao Papers 1640 1665 Transcription Translated by Charles T. Gehring and Jacob Schiltkamp Edited by Charles T. Gehring A Publication of the New Netherland Research

Nadere informatie

Het Markeboek van Gelselaar, 1674 1788 Transcriptie en bewerking: Bennie te Vaarwerk

Het Markeboek van Gelselaar, 1674 1788 Transcriptie en bewerking: Bennie te Vaarwerk Het Markeboek van Gelselaar, 1674 1788 Transcriptie en bewerking: Bennie te Vaarwerk Perkamenten voorzijde van het markeboek van Gelselaar. Het origineel berust in het Gelders Archief, bloknr. 0366 Marken

Nadere informatie

NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN

NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN TRANSCRIPTIE NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN VAN DE VROEDSCHAP VAN DE STEDE BEVERWIJK VAN DE JAREN 1688 t/m 1704 BOEK 5 INLEIDING In het Resolutieboeck der steede Beverwijck wordt vanaf het jaar 1642 tot

Nadere informatie

Eethen en Meeuwen (heerlijkheden), staat van beleningen 1505-1621 deel v

Eethen en Meeuwen (heerlijkheden), staat van beleningen 1505-1621 deel v Eethen en Meeuwen (heerlijkheden), staat van beleningen 1505-1621 deel v - gemaakt door René de Leuw - Oorspronkelijke bron Archiefinstelling: Brabants Historisch Informatie Centrum, 's-hertogenbosch (BHIC)

Nadere informatie

De Drie Goddelijke Deugden. Ravels Weelde Poppel

De Drie Goddelijke Deugden. Ravels Weelde Poppel De Drie Goddelijke Deugden Ravels Weelde Poppel TIJDSCHRIFT VAN DE HEEMKUNDEKRING NIGOLAUS POPPELIUS VZW Jaargang 14, nr. 54: december 2009 Heemkundekring Nicolaus Poppelius Ravels-Weelde-Poppel V.Z.W.

Nadere informatie

De gilden in Stavoren. Inleiding.

De gilden in Stavoren. Inleiding. 1 De gilden in Stavoren. Inleiding. Het eerste gedeelte bestaat uit algemene informatie over de gilden, het tweede deel gaat over de geraadpleegde bronnen en het laatste deel over de reglementen van de

Nadere informatie

[C5v] Hoe Floris metten korve vol bloemen opten toren ghedraghen wert. [6]

[C5v] Hoe Floris metten korve vol bloemen opten toren ghedraghen wert. [6] [C5v] Hoe Floris metten korve vol bloemen opten toren ghedraghen wert. [6] Nu is ghecomen den meydach, ende doen quam Floris in root purper gecleed[t], om dat hi den rooden roose gelijken soude, ende dat

Nadere informatie

Register van. protocolen en opdrachten, transporten, custingh ende. rentebrieven, te beginnen op. desen den tijt van. secretaris Boudewijn

Register van. protocolen en opdrachten, transporten, custingh ende. rentebrieven, te beginnen op. desen den tijt van. secretaris Boudewijn Register van protocolen en opdrachten, transporten, custingh ende rentebrieven, te beginnen op desen den tijt van secretaris Boudewijn Boenes den 15 e sept. ano 1689 ende eijndigende den 12 e april 1704

Nadere informatie

Transcriptie Civiele rechtspraak Oldebroek P. Zunderman, 2011

Transcriptie Civiele rechtspraak Oldebroek P. Zunderman, 2011 Transcriptie Civiele rechtspraak 1635-1644 Oldebroek P. Zunderman, 2011 Archief Richterambt Civiele rechtspraak 1635-1644 Inventarisnummer 119 [1] Beert Toenissen, sich willende wederom in den echten staet

Nadere informatie

Het Turfschip van Breda toegelicht uit plaatselijke archieven

Het Turfschip van Breda toegelicht uit plaatselijke archieven Het Turfschip van Breda toegelicht uit plaatselijke archieven door A. DELAHAYE Na de magistrale inleiding van Anton van Duinkerken in het jaarboek van het vorige jaar,1 waarin hij het Turfschip als poëtisch

Nadere informatie

Oud Rechterlijk Archief (ORA) Uitgeest ORA 185 1620, 4 augustus ORA 185 1620, 24 augustus ORA 185 1621, 8 juni ORA 185 1622, 4 maart ORA 185

Oud Rechterlijk Archief (ORA) Uitgeest ORA 185 1620, 4 augustus ORA 185 1620, 24 augustus ORA 185 1621, 8 juni ORA 185 1622, 4 maart ORA 185 Oud Rechterlijk Archief (ORA) Uitgeest Diverse uittreksels en transcripties Bronbewerking: Arthur Groen Versie 2, 2013 Bron: Ambachts en gemeentebestuur van Uitgeest en Markenbinnen 185-254 Archiefinstelling:

Nadere informatie

De Unie van Dordrecht, 4 juni 1575

De Unie van Dordrecht, 4 juni 1575 De Unie van Dordrecht, 4 juni 1575 Den 4 Junii 1575. Naer-noene. Praesenten: Uit de Edelen, Culemburgh Swieten Kenenburgh Noortwijck Ende van de Steden, Pauli Huych Jacobsz Koningh Vos t Hoen Helmduynen

Nadere informatie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie

De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie De Apostillen der Stad Campen en haar Jurisdictie Bewerking van inv. nr. 191 van het Oud Archief (Apostillen 1624-1631) Door Jan van Hulzen Kamper genealogische en historische bronnen deel 26 A Uitgegeven

Nadere informatie

BORGEMEESTERS REKENINGEN OUD ARCHIEF SOMEREN XXII/ 2 1585-1586

BORGEMEESTERS REKENINGEN OUD ARCHIEF SOMEREN XXII/ 2 1585-1586 1 1 BORGEMEESTERS REKENINGEN OUD ARCHIEF SOMEREN XXII/ 2 1585-1586 reeceninghe ende bewijs voir Philipsen Jans Philipsoen ende Marcelissen Joostensz. van den Camp, aengaende den ontfanck ende uutgheven

Nadere informatie

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsbestuur Rhenen, (152) NT00152_111A1 Nadere Toegang op inv. nr 111A1 uit het archief van het Stadsbestuur Rhenen, 1337-1851 (152) H.J. Postema Januari 2017 Inleiding In het oud archief van Rhenen is een fors aantal documenten

Nadere informatie

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66) NT00066_44-20 Nadere Toegang op inv. nr. 44-20 uit het archief van het Stadsgerecht Rhenen, 1461-1812 (66) J.P.J. Heijman en D. van Hillegondsberg 2006, 2010; versie oktober 2018 Inleiding In 2006 is dhr.

Nadere informatie

Jaarboekje van het Oudheidkundig Genootschap "Niftarlake" 1921 hosteden en huysluijden wooningen in brant te steecken enteenemael te ruineren, sulcks

Jaarboekje van het Oudheidkundig Genootschap Niftarlake 1921 hosteden en huysluijden wooningen in brant te steecken enteenemael te ruineren, sulcks Jaarboekje van het Oudheidkundig Genootschap "Niftarlake" 1921 hosteden en huysluijden wooningen in brant te steecken enteenemael te ruineren, sulcks dat henlui teenemael onmogelyckis ijts het minste te

Nadere informatie

Stadsarchief Rotterdam Toegang No 8 Inventarisnummer 158 transcriptie en digitalisering Michel G.A. Ball

Stadsarchief Rotterdam Toegang No 8 Inventarisnummer 158 transcriptie en digitalisering Michel G.A. Ball Stadsarchief Rotterdam Toegang No 8 Inventarisnummer 158 transcriptie en digitalisering Michel G.A. Ball 1603 register oft dingbouck voor schout ende heemraden vant oostambocht van iselmonde, beginnende

Nadere informatie

1. Desen brief sal man 2. bestellen tot Leider- 3. dorp aen Arijaentgen 4. Heinderick 5. Bremer 1

1. Desen brief sal man 2. bestellen tot Leider- 3. dorp aen Arijaentgen 4. Heinderick 5. Bremer 1 Zou het Nederlands een wereldtaal zijn geworden als de Engelsen Nieuw Nederland niet hadden ingenomen? Moeder ende broeder ende suster, Ick laet u l weten dat wij nu ensgels [Engels] salle leeren is de

Nadere informatie

VERPONDINGSKOHIER RICHTERAMBT NIJBROEK 1648

VERPONDINGSKOHIER RICHTERAMBT NIJBROEK 1648 VERPONDINGSKOHIER RICHTERAMBT NIJBROEK 1648 Het cohier vant Richterampt vant Nieuwebroeck Nijbroek 1650 Origineel Geen onderverdeling 1 r Quoijr tot de verpondinge des Ampts Niebroeck begonnen den 22 Marty

Nadere informatie

Philip Eichhorn Berent

Philip Eichhorn Berent 1319 No 1. Diepenheim den Declaratie van costen 19 meert 1762 van J.H.Muiderman de heer David Thado... Philip Eichhorn Berent Assessoren Berent Ziel Schrijver declarant ten en eene Gerrit Wolbers tegens

Nadere informatie

diestraete, daer men van Duersteden afcompt gaende nae die Vorder-

diestraete, daer men van Duersteden afcompt gaende nae die Vorder- Tussen Rijn en Lek 1988 3. - Dl.22 3-18- redenen van zinsbouw: met deze formulering kon men immers tegelijker-tijd de ligging van het huis en van de poort aangeven. Een voorwaarde, die Karel V bij de verkoop

Nadere informatie

Een huurcontract van de oude Vanenburg uit 1645.

Een huurcontract van de oude Vanenburg uit 1645. Een huurcontract van de oude Vanenburg uit 1645. Na het lange, en volgens sommigen ingewikkelde, verhaal vorige keer over de locatie van Oud Vanenburg, nu een korter stukje over een huurcontract uit 1645

Nadere informatie

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, (1)

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, (1) NT00001_51M Nadere Toegang op inv.nr 51M uit het archief van het Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, 1300-1810 (1) P. Heijmans z.j. Inleiding Het betreft een letterlijke transcriptie van een deel van de resoluties

Nadere informatie