A Gap in the Bridge. Een onderzoek naar de status van Europese en Internationale Oriëntatie binnen de onderbouw van het VMBO.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "A Gap in the Bridge. Een onderzoek naar de status van Europese en Internationale Oriëntatie binnen de onderbouw van het VMBO."

Transcriptie

1 A Gap in the Bridge Een onderzoek naar de status van Europese en Internationale Oriëntatie binnen de onderbouw van het VMBO. Naam: M.F. Blaas Opleiding: Communicatie- en Informatiewetenschappen Major: Interculturele Communicatie ANR: Thesisbegeleider: A.M.L. Aarts Tweede lezer: A.M. Backus Instituut: Universiteit van Tilburg Datum:

2 Dankwoord Vele mensen hebben meegeholpen aan de totstandkoming van deze thesis. Ik wil graag van de gelegenheid gebruik maken om hen te bedanken voor hun steun en inzet. Graag zou ik mijn begeleider Rian Aarts willen bedanken voor haar begeleiding tijdens het opstellen van dit werk. Daarnaast zou ik Kim van der Steen en Ruud Freund willen bedanken voor het aanreiken van dit onderwerp en de prettige samenwerking. Tenslotte wil ik mijn ouders, Rimke Griffioen en Ron Blaas, en mijn zusjes, Fenna Blaas en Floortje Blaas, bedanken voor de steun en het nalezen van mijn tekst. Marlou Blaas 2

3 Inhoud Dankwoord p2 1 Inleiding p4 2 Theoretisch Kader p5 2.1 Wat is Europese en Internationale Oriëntatie (EIO)? P5 2.2 De algemene competenties p6 2.2 Wat zijn de kerndoelen van de onderbouw van het VMBO? P7 2.3 Het CFEC p8 2.4 Op welke manier wordt EIO in het bestaande curriculum toegepast? P Leerlingen Docenten Conclusie 3 Methode p Onderzoeksvraag p Informanten p Procedure p Instrumenten p Documentanalyse & Observaties Enquête leerlingen Enquête docenten Interview coördinatoren 3.5 Analyse p16 4 Resultaten p Observaties p Kennis over de EU p Attitudes van leerlingen omtrent Europa in de klas p Docenten en coördinatoren p23 5 Conclusie p Europese en Internationale Oriëntatie en het curriculum van de onderbouw p Kerndoelen van de onderbouw van het VMBO p Overeenkomsten en verschillen met eerder uitgevoerde onderzoeken p Discussie p Tekortkomingen van het onderzoek p Aanbevelingsrapport p28 Referenties Bijlagen p30 p31 3

4 Inleiding Nederland is sinds de jaren 60 veranderd van een homogeen land naar een heterogeen land. De diversiteit van de samenleving is zichtbaar en de invloed van Europa wordt merkbaar. Sinds februari 2006 zijn scholen verplicht om actief burgerschap en sociale integratie van leerlingen te bevorderen. De manier waarop er aandacht geschonken moet worden door scholen aan het thema actief burgerschap en sociale integratie is niet vastgelegd, dit mogen scholen zelf bepalen. Eén van de manieren waarop aandacht geschonken kan worden aan het thema is door Europese en Internationale Oriëntatie (EIO). EIO zou in verschillende vormen terug kunnen komen: binnen het curriculum, in de vorm van buitenschoolse activiteiten en projecten en tijdens internationale projecten. Leerlingen moeten worden voorbereid op werk, vrije tijd en contacten in grotere ruimtelijke eenheden ( Stuurgroep VMBO, 2007). EIO heeft wat dat betreft haar plek al verworven in het hoger onderwijs. Een voorbeeld hiervan is dat het voor steeds meer studenten mogelijk is om stages of zelfs hele opleidingen te volgen in het buitenland. In het basisonderwijs krijgt dit vorm door ontwikkelingen als tweetalig onderwijs (tto) en vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto). In het voortgezet onderwijs (havo en vwo) en wetenschappelijk onderwijs krijgt deze internationale trend ook steeds meer vorm, maar de ontwikkelingen van internationalisering blijven achter in het VMBO; a gap in the bridge? Hoewel de ontwikkeling langzaam op gang komt in het VMBO, zijn er risico s. Omdat er nog geen standaard is waaraan moet worden voldaan, gaan scholen onafhankelijk van elkaar aan de slag. Zo is geschikt materiaal moeilijk te vinden, lastig te herleiden naar het juiste niveau en in te passen in het huidige onderwijs. Dit motiveert docenten niet om aandacht te besteden aan Europa in hun lessen (Van der Voorn, A. & Van Hoof, H., 2007). Volgens Van der Voorn en Van Hoof (2007) zijn leerlingen wel degelijk geïnteresseerd in Europa. Daarom is het belangrijk lesmateriaal te vinden dat aansluit bij de belevingswereld van jongeren. In deze scriptie wil ik inventariseren of er materiaal met betrekking tot internationalisering op de deelnemende VMBO-scholen aanwezig is, wat voor materiaal het is en op welke wijze dit een plek krijgt in het curriculum van de onderbouw (klas 1 en 2) van deze scholen. Daarnaast wil ik de meningen peilen van docenten en leerlingen over de manier waarop Europese en Internationale Oriëntatie binnen het VMBO gestalte krijgt en de kennis van leerlingen over Europa meten. 4

5 2. Theoretisch kader In dit hoofdstuk wordt op basis van literatuurstudie ingegaan op Europese en Internationale Oriëntatie. In paragraaf 2.1 wordt ingegaan op de term Europese en Internationale Oriëntatie en hoe dit gestalte krijgt binnen de scholen van het voortgezet onderwijs. In paragraaf 2.2 worden de algemene competenties binnen het voortgezet onderwijs besproken, gevolgd door de kerndoelen in paragraaf 2.3. In paragraaf 2.4 wordt nader ingegaan op het Common Framework for Europe Competence. Dit raamwerk wordt gebruikt ter structurering en begeleiding van EIO. Het hoofdstuk wordt besloten met de beschrijving van twee eerder uitgevoerde onderzoeken omtrent internationalisering in het voortgezet onderwijs. 2.1 Wat is Europese en Internationale Oriëntatie ( EIO)? Europese en Internationale Oriëntatie is geïntroduceerd in ELOS-scholen in het schooljaar door middel van het ELOS-project. Veertien scholen namen deel aan een ELOS-netwerk waar EIO ( de EIO-basis) vorm gegeven werd (Maslowski et al., 2009). Aandacht voor EIO binnen de gewone lessen en het ontwikkelen van activiteiten buiten de lessen vormen de belangrijkste componenten van de EIO-basis. Het doel van het project was een meer bewuste Europese oriëntatie te ontwikkelen bij leerlingen in het voorgezet onderwijs, waarbij rekening gehouden wordt met de ontwikkelingen in de Europese Unie. Door middel van EIO op VMBO scholen wordt een bijdrage geleverd aan de internationalisering van het VMBO. Oonk (in Maslowski et al. 2009, p.6) beschrijft het begrip internationalisering als: het proces dat ertoe leidt dat op Europees, nationaal en school- of opleidingsniveau beleid wordt onderbouwd en vastgelegd en waarin inhoud en vorm wordt gegeven aan de Europese en internationale oriëntatie. Deckers en Mateusen ( in Maslowski et al., 2009, p.6) koppelen het begrip internationalisering aan het onderwijs. Alle activiteiten die erop gericht zijn om, indien mogelijk, in samenwerking met partnerscholen, leerlingen en docenten met andere opvattingen, culturen en onderwijsstelsels in contact te brengen om tot beter begrijpen van en waardering voor elkaar en tot verrijking van de eigen cultuur te komen. Een van de doelen van internationalisering binnen het onderwijs is de economische noodzaak. Internationale kennis en vaardigheden zijn nodig voor deelname aan de internationale markt. Naast een economische noodzaak, is er een sociaal-cultureel doel. Dit doel wijst erop dat er kennis en vaardigheden op het gebied van cultuur nodig zijn om het samenleven van verschillende bevolkingsgroepen mogelijk te maken. De inbedding van EIO in het curriculum kan gezien worden als vorm van internationalisering. Oonk ( 2004, p.85) omschrijft EIO als volgt: het geheel aan onderwijsactiviteiten dat ten doel heeft specifieke kennis, inzicht en vaardigheden bij te brengen met betrekking tot Europese en internationale ontwikkelingen. De doelen van EIO zijn het begrip bevorderen tussen de volkeren van de Europese Unie en de wereld, Europees en wereldburgerschap ontwikkelen en de kwaliteit van het onderwijs verbeteren. EIO kan via lesmateriaal, internationaliseringprogramma s en activiteiten zoals uitwisselingen opgenomen worden binnen het bestaande curriculum. Voor verschillende vakken is beschreven wat in het curriculum behandeld wordt, welke EIO-kennis aan bod komt en van welke activiteiten en materialen gebruikt wordt gemaakt (Maslowski et al, 2009). Uitwisselingen vallen onder de 5

6 activiteiten. Met uitwisselingen worden uitwisselingsprojecten met buitenlandse scholen bedoeld, waar leerlingen gedurende korte tijd verblijven in gastgezinnen en kennis opdoen van gebruiken en gewoonten uit de betreffende cultuur. Uit onderzoek van Oonk (2004, 2006) blijkt dat uitwisselingen uiteindelijk tot meer kennis over het land leiden. Leerlingen die betrokken zijn geweest bij uitwisselingen behalen meer leerwinst, voornamelijk op het gebied van taalvaardigheid, kennis over het land en houding tegenover het land en de inwoners. 2.2 De algemene competenties Het voortgezet onderwijs heeft drie hoofdkenmerken. Deze hoofdkenmerken zijn het bieden van een brede persoonlijke en maatschappelijke vorming aan elke leerling, het centraal stellen van een actieve, zo zelfstandig mogelijk lerende leerling en het recht doen aan en benutten van verschillen tussen leerlingen. Het onderwijsprogramma van het VMBO heeft zes onderwijsdoelen 1 die aansluiten op de hoofdkenmerken van het voortgezet onderwijs: 1. Werken aan vakoverstijgende thema s 2. Leren uitvoeren 3. Leren leren 4. Leren communiceren 5. Leren reflecteren op het leer- en werkproces 6. Leren reflecteren op toekomstmogelijkheden en interesses Ondanks dat de bovenstaande competentiegerichte doelen uitgewerkt zijn in eindtermen en kerndoelen blijkt het niet gemakkelijk om ze een plek te geven binnen het huidige curriculum (Hoekstra et al., 2005). Kennis, vaardigheden, houdingen en persoonlijke ontwikkeling vormen samen een competentie. Wie een bepaalde competentie beheerst, past de bijbehorende kennis, vaardigheden en houdingen adequaat toe en ontwikkelt zijn persoonlijkheid ( Hoekstra et al., 2005, p.10). Binnen het VMBO onderscheidt men vier typen competenties: algemeen maatschappelijke en sociale competenties, loopbaangerichte competenties, sectorspecifieke competenties en beroepsspecifieke competenties. In figuur 1 is weergegeven wanneer er in het curriculum aandacht wordt besteed aan de verschillende competenties. In dit model begint de leerling met het leren van vaardigheden en niet direct met het leren van competenties. Hoekstra et al. (2005) geeft twee redenen voor het centraal stellen van vaardigheden. Ten eerste is het voor de betreffende leerlingen te hoog gegrepen om direct aan de slag te gaan met competenties, verder is het zo dat VMBO-leerlingen leren door te doen en te ervaren, waardoor een nadruk op kennis minder relevant is. In het tweede jaar beginnen leerlingen met het ontwikkelen van sectorspecifieke vaardigheden; dit houdt in dat leerlingen zich gaan oriënteren op een sector waar ze interesse voor hebben. Het ontwikkelen van competenties is ingebed in het derde en vierde leerjaar. Door te werken aan vakoverstijgende thema s ( ook wel vakintegratie genoemd) zorgt de school voor een context waarin de leerlingen zich kennis, vaardigheden en houdingen eigen kunnen maken. De leerstof en activiteiten zijn ondergebracht in clusters van kennis, vaardigheden en houdingen. Door te werken in clusters, staat niet een vakinhoud, maar een thema centraal. Zo staat de ene keer de praktijk centraal, terwijl op een ander moment aandacht wordt geschonken aan het coachen en begeleiden van de leerlingen ( Hoekstra et al., 2005). 1 Zie bijlage 1 6

7 Leerjaar 1 Algemene vaardigheden Leerjaar 2 Algemene vaardigheden Sectorspecifieke vaardigheden Leerjaar 3 Leerjaar 4 Algemene competenties Loopbaan competenties Algemene competenties Loopbaan competenties Sectorspecifieke competenties Beroepsspecifieke competenties Figuur 1. Competentieleren in het VMBO 2.3 Wat zijn de kerndoelen van de onderbouw van het VMBO? Per 1 augustus 2006 zijn in de onderbouw van het voortgezet onderwijs 58 kerndoelen van kracht. De kerndoelen zijn ondergebracht in zeven domeinen: Nederlands, Engels, wiskunde, mens en natuur, mens en maatschappij, kunst en cultuur en bewegen en sport. Er is voor gekozen om de kerndoelen globaal te formuleren, zodat scholen eigen keuzes kunnen maken en hun leerlingen onderwijs op maat te bieden. Scholen zijn verplicht om in de eerste twee jaar van het voortgezet onderwijs aandacht te besteden aan twee derde deel van de kerndoelen. Een aantal kerndoelen kunnen binnen Europese en Internationale Oriëntatie geplaatst worden. De kerndoelen vallen binnen de domeinen Engels en Mens & Maatschappij. Domein Engels, Kerndoel 11: Luistervaardigheid De leerling leert verder vertrouwd te raken met de klank van het Engels door veel te luisteren naar gesproken en gezongen teksten. Domein Engels, Kerndoel 12: Woordverwerving De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Engelse woordenschat. Domein Engels, Kerndoel 13: Lezen en luisteren De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven Engelstalige teksten. Domein Engels, Kerndoel 14: Omgaan met informatiebronnen De leerling leert in Engelstalige schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen en te beoordelen op waarde voor hemzelf en anderen. Domein Engels, Kerndoel 15: Informele gesprekken De leerling leert in spreektaal anderen een beeld te geven van zijn dagelijks leven. Domein Engels, Kerndoel 16: Standaardgesprekken De leerling leert standaardgesprekken te voeren om iets te kopen, inlichtingen te vragen en om hulp te vragen Domein Engels, Kerndoel 17: Contact via internet De leerling leert informeel contact in het Engels te onderhouden via , brief en chatten. Domein Engels, Kerndoel 18: Engels als wereldtaal De leerling leert welke rol het Engels speelt in verschillende soorten internationale contacten. Domein Mens & Maatschappij, Kerndoel 38: Geografische basiskennis De leerling leert een eigentijds beeld van de eigen omgeving, Nederland, Europa en de wereld te gebruiken om verschijnselen en ontwikkelingen in hun eigen omgeving te plaatsen. Domein Mens & Maatschappij, Kerndoel 45: Europese samenwerking De leerling leert de betekenis van Europese samenwerking en de Europese Unie te begrijpen voor zichzelf, Nederland en de wereld. Domein Mens & Maatschappij, Kerndoel 47: Oorlog, vrede en mensenrechten De leerling leert actuele spanningen, conflicten en oorlogen in de wereld te plaatsen tegen hun achtergrond, en leert daarbij de doorwerking ervan op individuen en samenleving (nationaal, Europees en internationaal), de 7

8 grote onderlinge afhankelijkheid in de wereld, het belang van mensenrechten en de betekenis van internationale samenwerking te zien. Welke kerndoelen en de daaraan gekoppelde activiteiten geplaatst kunnen worden binnen EIO onderwijs kan bekeken worden aan de hand van het Common Framework for Europe Competence 2. Dit raamwerk wordt uitgediept in de volgende paragraaf. 2.4 Het CFEC Het Common Framework for Europe Competence (CFEC) is ontwikkeld om de inbedding van EIO in het curriculum gemakkelijker te maken. Men kan het zien als een soort brug tussen de kerndoelen en de alledaagse schoolpraktijken. Het wordt gebruikt ter structurering en begeleiding van EIO. Het CFEC bestaat uit vier domeinen: EIO 1, EIO 2, EIO 3 en EIO 4. Elk domein kent drie vertakkingen: kennis, vaardigheden en attitude. De eerste twee kolommen van elk domein spelen een grote rol binnen het VMBO. Binnen elk domein zijn andere sleutelbegrippen en activiteiten van toepassing. Domein EIO-1 betreft het doel: I am an informed European citizen who can access, process and evaluate knowledge relevant to Europe and the wider world, and act upon it (zie figuur 2). De sleutelbegrippen bij EIO zijn bijvoorbeeld landen van Europa, Europese hoofdsteden en de belangrijkste rivieren, bergketens en zeeën in Europa. Activiteiten/thema s die hieraan kunnen worden gekoppeld zijn bijvoorbeeld de uitbreiding van de EU, landen die samen de EU vormen en English breakfast. Activiteiten bij EIO zijn bijvoorbeeld het maken van een reisbrochure of presentatie van een land van de EU. Een actueel thema bij EIO is hoe werkt de EU? EIO kent andere sleutelbegrippen als het klimaat, de talen en landvlaggen. I can communicate effectively and cope in everyday life in a European/international setting is het doel van domein EIO-2. Ook in dit domein kunnen verschillende activiteiten onderscheden worden. Men kan denken aan een e- mailproject bij EIO-2.1.1, de talen van Europa bij EIO of een uitwisselingsproject bij EIO Het derde domein betreft: I can collaborate constructively with peers from other countries on a common thematic task or project. In dit domein bieden projecten over diversiteit en activiteiten als projecten een goede uitkomst. I can work and learn in an informal and work-related context and demonstrate entrepreneurship in a European/international setting is het doel van het laatste domein. Uit onderzoek van Maslowski et al. (2009) blijkt dat de bekendheid met het CFEC gering is, niet elke docent ziet de voordelen van het raamwerk en verder merken respondenten op dat een gehele dekking van het raamwerk binnen het curriculum niet kan. Het feit dat het raamwerk voldoende ruimte biedt voor eigen interpretatie wordt gewaardeerd, maar levert ook nadelen op. Zo zullen de onderlinge verschillen tussen scholen groot zijn. 2 Zie bijlage 2 8

9 Credit level 1 2 Domain EIO-1 I am an informed European citizen who can access, process and evaluate knowledge relevant to Europe and the wider world, and act upon it. I have basic knowledge of the geography in Europe and a general idea of European history I have an idea of the variation within Europe I can collect and organize general information on Europe and the wider world I am aware of the principles of democracy in European countries I can collect and organize information on current European and international affairs I can share knowledge with my classmates on my own country (politics, geography, economics, history, science and technology, culture / national heritage) in relation to Europe Domain EIO-2 I can communicate effectively and cope in everyday life in a European / international setting. I know how friends in other countries communicate with each other, about which topics, and can join in I know how daily life in a family in another country is structured I am aware of the diversity of languages in Europe and beyond and know basic aspects of at least two languages other than my mother tongue I can connect with persons from Europe and other parts of the world I try to learn the basics of a language other than my mother tongue (and other than the common language of communication) of a partner student I can show respect (verbally and nonverbally) for the opinion of persons from a different cultural background Domain EIO-3 I can collaborate constructively with peers from other countries on a common thematic task or project. I know sites and expressions of common (European or world) heritage in my country and the country of my peers I can find and compare with peers information from our countries on selected consumer affairs (such as price levels or protection of consumers rights) I can use to present myself and my interests and hobbies and request the same information from my peers in other countries I show interest and respect for others in Europe and the wider world I am internationally computer literate, and use the Internet for chats, forums, searches within a common project with peers abroad I am aware that how persons from other cultures act, might arise from different norms and values than my own Domain EIO-4 I can work and learn in an informal and work-related context and demonstrate entrepreneur-ship in a European / international setting. I recognize that I am learning constantly outside of the school environment I realize I can use informal learning experiences in my formal education I am aware of the value of work-related programs for my future I am willing to work as a part of a team on new ideas I actively participate in work-related programs virtually or face- to-face I am able to help solve basic problems, work individually or in teams, help make some decisions and exploit resources which are available to me Figuur 2. Common Framework for Europe Competence ( CFEC) 9

10 2.5 EIO in het curriculum van het VMBO Er zijn twee onderzoeksrapporten bekend van onderzoeken naar Europa binnen het onderwijscurriculum in het VMBO. Van der Voorn en Van Hoof ( 2007) schreven een rapport voor het Bureau van het Europees Parlement in Nederland over hoe de relatie tussen Europa en VMBOleerlingen versterkt kan worden. Het onderzoek door Maslowski et al. ( 2009) is in navolging van eerder onderzoek van Oonk (2004) opgezet om na te gaan in hoeverre de ontwikkeling van kennis, waarden en houdingen ten opzichte van Europa onder leerlingen gestalte krijgt. Van der Voorn en Van Hoof (2007) zijn het onderzoek gestart met een literatuurstudie, gevolgd door interviews en enquêtes. De literatuurstudie is gebruikt om de uitkomsten van de interviews en enquêtes te kunnen bevestigen. In totaal namen vijf scholen 3 deel aan het onderzoek, de scholen zijn at random geselecteerd. Er zijn vier interviews gehouden met beleidsmakers gespecialiseerd in Nederlands voortgezet onderwijs en het VMBO; namelijk het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Onderwijsraad, VMBO-adviesgroep en Stichting Leerplan Ontwikkeling. Verder zijn tien interviews gehouden met docenten op school, een aardrijkskundedocent, twee geschiedenisdocenten, een economiedocent, drie locatiemanagers, een coördinator van uitwisselingsprojecten en twee docenten van sociale studies. In totaal namen 471 leerlingen deel aan de enquête, 222 (47%) meisjes, 249 (53%) jongens. In de enquête kwamen vijf thema s aan bod: socio-demografische feiten, kennis, interesse, activiteiten en lesmethoden. Aan het onderzoek van Maslowski et al. namen vijftien Elos-scholen 4 deel. Per school zijn twee onderbouw- en twee bovenbouwklassen geselecteerd. Van de totaal 1193 deelnemende leerlingen, 679 uit de onderbouw en 514 uit de bovenbouw, betrof het voor het merendeel leerlingen van het vwo (54% uit de onderbouw, 67% uit de bovenbouw). Er deden totaal 117 leerlingen uit de onderbouw en 93 uit de bovenbouw van het VMBO mee. Per klas zijn vier docenten geselecteerd: twee taaldocenten en twee docenten van andere vakken. Uiteindelijk hebben 22 docenten Engels, 22 docenten van een andere vreemde taal en 43 docenten van andere vakken uit de onderbouw en 30 docenten van andere vakken uit de bovenbouw meegewerkt. Ook zijn er interviews gehouden met veertien coördinatoren. Kennis van de leerlingen is getest met behulp van een leerlingentoets, de algemene vaardigheden, attitudes en gedragvoornemens via zelfrapportages. De leerlingentoets bestond uit 75 toetsitems Leerlingen Er zijn zeven instituties in de Europese Unie. De zeven instituties zijn: het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Europese Raad ( ook: Europese Top), Europese Hof van Justitie, de Europese centrale bank, de Europese rekenkamer en de Europese ombudsman. Volgens Van der Voorn en Van Hoof (2007) is de gemiddelde VMBO leerling bekend met vier van de zeven Europese instituties. Uit het onderzoek blijkt dat jongens meer kennis hebben over de EU dan meisjes. Over 3 De Grundel uit Hengelo, Bonavantura College uit Leiden, Jan van Egmond uit Purmerend, Dacapo College uit Sittard en Delta College uit Utrecht 4 Anna van Rijn College in Nieuwegein, Baken Park Lyceum in Almere, Eijkhagen College in Landgraaf, Porta Mosana College in Maastricht, Gymnasium Beekvliet in Sint-Michielsgestel, Maasland College in Oss, Maurick College in Vught, Mollerlyseum/ Roncalli in Bergen op Zoom, SG De Nassau in Breda, RSG Tromp Meesters in Steenwijk, SG Sophianum in Gulpen, Sintermeerten College in Heerlen, Koning Wilhelmina College in Culemborg, Udens College in Uden en Visser t Hooft Lyceum in Leiden 10

11 het algemeen zijn VMBO-leerlingen niet onbekend met de EU, maar wanneer hun kennis vergeleken wordt met het landelijk gemiddelde blijkt dat de leerlingen onder het gemiddelde scoren, waardoor onderwijs over de EU aanbevolen wordt. Uit het onderzoek van Maslowski et al. (2009) komt naar voren dat er geen significant verschil is tussen de kennis op het gebied van EIO van VMBO leerlingen in het tweede en vierde leerjaar. Meisjes behalen, net als in het onderzoek van Van der Voorn en van Hoof (2007), een lagere scoren op kennis dan jongens. What is the opinion of VMBO pupils about EU is een van de vragen die gesteld in het onderzoek van Van der Voorn en van Hoof (2007). Het merendeel van de leerlingen zegt de EU gecompliceerd te vinden, maar noodzakelijk en belangrijk. Sekseverschillen werden gevonden bij de opinie vraag of Europa saai is of niet. Meisjes vinden het minder saai dan jongens. Factoren die van invloed zijn op de mening van de leerlingen zijn vrienden en ouders. De conclusie op deze vraag luidde: Overall one can say that the respondents think that the EU ensures a better future, makes it possible to go where they want, increases the possibilities to find a job, improves the economic situation, takes better care of citizens rights and will not cause loss of cultural identities. In beide onderzoeken wordt ook gevraagd naar de activiteiten, vaardigheden en attitudes met betrekking tot Europa. Zowel jongens als meisjes geven aan dat er onvoldoende aandacht aan thema s rondom Europa wordt besteed, maar ze geven tegelijkertijd aan geen belangstelling te hebben om er meer over te leren. De thema s waar de meeste aandacht naar uit gaat zijn de euro, de oprichting van de EU en de uitbreiding van de EU. Internet is bij leerlingen de populairste bron. Zowel meisjes als oudere leerlingen geven aan eerst via de televisie geïnformeerd te worden over de EU om vervolgens zelf op internet verder te zoeken. De populairste methodes zijn achtereenvolgens digitaal materiaal, een project en de uitwisseling ( Van der Voorn & van Hoof, 2007). Uit het onderzoek van Maslowski et al. (2009) blijkt dat er qua attitudes geen verschil bestaat tussen onderbouw en bovenbouw leerlingen van het VMBO. Verder is naar voren gekomen dat leerlingen nauwelijks kennis over Europa opdoen wanneer ze deelnemen aan uitwisselingen en discussies. Dit leidt tot de veronderstelling dat de activiteiten niet rijk genoeg zijn, en dat ze met name gericht zijn op algemene vaardigheden en houdingen ( Maslowski et al., 2009) Docenten De resultaten omtrent vaardigheden, attitudes en activiteiten vallen anders uit wanneer we kijken naar docenten. Volgens Van der Voorn en van Hoof (2007) vinden docenten bewustzijn, kennis en een kritische houding tegenover de Europese Unie de belangrijkste aspecten. Volgens hen zijn de euro, het behouden van tradities ( zoals Europees kampioenschap voetbal) en milieuvraagstukken thema s die behandeld zouden kunnen worden. Verder zou er meer nadruk gelegd moeten worden op de sociale vaardigheden en de identiteit van leerlingen. Met betrekking tot de kerndoelen vinden docenten het aan de ene kant fijn dat ze meer vrijheid krijgen in het toepassen van Europa binnen de lessen, maar aan de andere kant vinden ze de oude kerndoelen beter omdat die tot in detail beschreven wat er gedaan moest worden. Doordat de nieuwe kerndoelen open zijn en dus vatbaar voor interpretatie geven docenten aan het moeilijk te vinden Europees burgerschap in hun lessen te integreren. Er moet een balans gevonden worden tussen het materiaal wat een beroep doet op studenten en wat werkbaar is voor docenten. Tot slot blijkt dat de meningen over een uitwisseling verdeeld zijn. Docenten geven aan dat uitwisselingen goed zijn voor leerlingen omdat ze het Europees burgerschap dan ook daadwerkelijk ervaren en dat uitwisselingen stimuleren op het gebied van tolerantie en respect voor andere culturen. Scholen, daarentegen, willen uitwisselingen niet 11

12 organiseren omdat het tijdrovend is en het veel papierwerk kost: de leerlingen zullen goed voorbereid moeten worden en er moet na de uitwisseling een evaluatie plaatsvinden. Scholen geven aan dat het op onderwijsniveau makkelijker is om een daguitstap te organiseren. Maslowski et al. (2009) concludeert dat docenten veelal de media en online websites gebruiken als bron voor activiteiten in de les. Verder maken ze gebruik van verschillende methoden, uiteenlopend van klassikaal onderwijs tot projecten buiten de school. Uit dit onderzoek komt naar voren dat er bijna geen aandacht wordt besteed aan het organiseren van uitwisselingen; een mogelijke verklaring wordt in dit onderzoek niet gegeven. Van der Voorn en Van Hoof (2007) stelden vooral praktische nadelen vast; het kost veel tijd en administratie Conclusie De belangrijkste conclusies uit beide onderzoeken zijn dat meisjes lager scoren op kennis over Europa dan jongens, dat er onvoldoende aandacht aan Europa wordt besteed en dat activiteiten niet rijk genoeg zijn, waardoor er te weinig kennis over Europa opgedaan kan worden. Leerlingen geven aan dat lessen over Europa belangrijk, maar saai zijn op enkele onderwerpen na. Verder geven docenten aan dat er een balans gevonden moet worden tussen het materiaal wat een beroep doet op studenten en wat werkbaar is voor docenten. Ook blijkt dat er weinig aandacht wordt besteed aan het organiseren van uitwisselingen. De positie van uitwisselingen binnen het VMBO is onduidelijk. Zo geeft Maslowski (2009) aan dat uitwisselingen nauwelijks bijdragen aan de vergroting van kennis van Europa, terwijl van der Voorn & van Hoof (2007) aangeven dat uitwisselingen wel nuttig zijn. In dit onderzoek staan deze thema s centraal. Door middel van dit onderzoek wil ik een vergelijking maken tussen verschillende scholen, leerlingen, docenten, methoden en materialen om uiteindelijk een conclusie te kunnen trekken over hoe er op dit moment over deze thema s gedacht wordt. 12

13 3. Methode Dit hoofdstuk beschrijft de methode van onderzoek. Aangegeven wordt op welke wijze de variabelen in het onderzoek gemeten zijn, en welke scholen, leerlingen, docenten en coördinatoren deelnemen aan het onderzoek. Daarnaast wordt kort ingegaan op de wijze waarop de gegevens geanalyseerd zijn. 3.1 Onderzoeksvraag Door middel van dit onderzoeksproject wil ik in kaart brengen welk materiaal met betrekking tot internationalisering op de deelnemende VMBO-scholen aanwezig is, op welke wijze de inhoud van EIO vorm krijgt in het curriculum van de onderbouw van deze scholen en de meningen van leerlingen en docenten over hoe internationalisering vorm wordt gegeven. De probleemstelling zal beantwoord worden met behulp van de volgende deelvragen: A. Europese en Internationale Oriëntatie ( Observatie/interview/ enquête) 1. Wat is de status van Europese en Internationale Oriëntatie in de onderbouw van het VMBO? 2. Welk beleid voeren de deelnemende VMBO scholen omtrent burgerschap en sociale integratie? 3. Wat zijn de meningen van leerkrachten en leerlingen over EIO binnen het VMBO? B. Het curriculum van de onderbouw ( Observatie/ documentanalyse/ interview) 1. Welk EIO-materiaal is aanwezig op scholen? 2. Op welke manier ( binnen welke vakken) wordt dit toegepast? C. Kerndoelen van de onderbouw van het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (Literatuurstudie/ documentanalyse) 1. Wat zijn de kerndoelen? 2. Hoe kan EIO in verband gebracht worden met de kerndoelen? 3.2 Informanten Aan het onderzoek namen leerlingen uit de onderbouw, docenten en coördinatoren internationalisering van scholen deel. In totaal hebben vier VMBO scholen aan het onderzoek deelgenomen. Er zijn zes klassen uit de onderbouw geselecteerd. Op één school bleek het niet haalbaar de geselecteerde klas aan het onderzoek te laten deelnemen. In overleg met de coördinator is besloten een derde klas deel te laten nemen aan het onderzoek. In totaal namen er 116 leerlingen deel aan dit onderzoek, 50 (43.1%) meisjes en 66 (56.9%) jongens ( zie tabel 3.1). Voor het onderzoek zijn docenten benaderd die lesgeven in de onderbouw. Per school zijn vier docenten gezocht: twee taaldocenten en twee niet taaldocenten. Niet iedere docent die benaderd is, heeft deelgenomen aan het onderzoek. Uiteindelijk zijn tien docenten betrokken geweest bij het onderzoek. Dit waren vier docenten Engels, twee docenten Nederlands, een docent lichamelijke opvoeding, een docent mens en maatschappij, een docent kunst en cultuur en een docent voor praktijkles. Per school is de coördinator internationalisering benaderd voor een interview. In totaal hebben drie coördinatoren aan het onderzoek deelgenomen. In één geval heeft het interview plaatsgevonden met twee docenten mens en maatschappij die dicht betrokken waren bij 13

14 internationalisering. Aantal leerlingen (%) Aantal meisjes (%) Aantal jongens (%) Gem. Leeftijd School A 32.8 (N=38) 60.5 (N=23) 39.5 (N=15) (.655) School B 42.2(N=49) 57.1 (N=28) 42.9 (N=21) (.595) School C 16.4(N=19) 52.6 (N=10) 47.4 (N=9) (.745) School D 8.6 (N=10) 50.0 ( N=5) 50.0 (N=5) (.527) Tabel 3.1 Persoonlijke gegevens deelnemende leerlingen per school 3.3 Procedure Om een beeld te krijgen van wat Europese en Internationale Oriëntatie is, hoe het in het onderwijs geïmplementeerd is en wat de meningen van docenten en leerlingen zijn, is eerst gestart met een literatuuronderzoek 5. De informatie die verkregen is door de literatuurstudie kan als vergelijkingsmateriaal worden gebruikt voor de uitkomsten van de interviews en enquêtes. Na de literatuurstudie is op de vier betrokken VMBO scholen een documentanalyse gehouden, gevolgd door observaties, interviews en enquêtes. De betrokken scholen zijn zowel scholen waar weinig of geen aandacht aan EIO wordt geschonken, als scholen waarbij in beperkte mate aandacht aan EIO wordt gegeven en scholen die actief bezig zijn met actief burgerschap en sociale integratie in de vorm van EIO. 3.4 Instrumenten Documentanalyse en observaties Met de documentanalyse zijn (beleids-)documenten bekeken om te achterhalen wat voor materiaal of hulpmiddelen aanwezig zijn binnen de verschillende scholen. De observaties hebben op drie van de vier scholen plaatsgevonden: School A, School B en School D. School C gaf aan weinig te zien in de observaties. EIO bevindt zich op die school in een beginstadium, waardoor de observatie van onvoldoende waarde zou zijn. Tijdens de observatie is gelet op de bronnen, materialen en methoden, verder is er gekeken op welke wijze er inhoud aan EIO wordt gegeven en hoe docenten en leerlingen hier mee omgaan. Aan het eind van de observatieles is er aan de leerlingen een enquête uitgedeeld over kennis en attitudes over EIO. Per school zijn er vier docenten benaderd, twee taaldocenten en twee niet taaldocenten, voor een enquête over EIO binnen hun school. De interviews zijn gehouden met de coördinatoren EIO binnen de school. Het interview met de coördinatoren gaat vooral in op algemene vragen omtrent EIO. Uiteindelijk zal een vergelijking gemaakt worden tussen die vier scholen wat betreft de aandacht voor EIO en de meningen hierover. 5 Zie voor de uitwerking hoofdstuk 2 14

15 3.4.2 Enquête leerlingen De enquête voor de leerlingen 6 bestaat uit vier onderdelen: persoonlijke gegevens, kennis over Europa, Europa in de klas op dit moment en de wensen voor Europa in de klas. Deel één van de enquête betreft enkele persoonlijke gegevens van de leerling. Hierbij gaat het om leeftijd, geslacht, geboorteland leerling en geboorteland ouders. Het tweede deel, kennis over Europa, bestaat uit 19 stellingen. Deze stellingen waren juist of onjuist en kunnen beantwoord worden met goed, fout of geen idee. De leerlingen omcirkelen goed wanneer ze denken dat de stelling juist is, en fout wanneer ze denken dat de stelling onjuist is. De leerlingen is de mogelijkheid geboden geen idee te omcirkelen wanneer ze het antwoord van de stelling niet weten. Het onderdeel Europa in de klas op dit moment bevat twee vragen: welke onderwerpen zijn er behandeld in de les, bij welk vak en door middel van welke informatiebron. Het laatste deel van de enquête bestaat uit houdingen ten aanzien van Europa in de klas. Wat wil je als leerlingen leren en op welke manier? Enquête docenten De enquête voor de docenten 7 bestaat uit acht vragen omtrent EIO binnen hun school. Onderwerpen die aan bod komen zijn de aandacht voor EIO binnen de school, de vormgeving van EIO, het doel voor de leerlingen, methoden en materialen en het CFEC. De enquêtes voor de docenten zijn naar de coördinatoren gestuurd, met het verzoek deze aan docenten te geven die lesgeven aan de onderbouw. De coördinatoren hebben bepaald welke vier docenten, twee taaldocenten en twee niet taaldocenten, de vragenlijst hebben ontvangen Interview coördinatoren Op drie van de vier scholen is een interview 8 afgenomen met de coördinatoren, op school B is een gesprek gehouden met twee docenten Mens en Maatschappij. Het interview bestond uit semigestructureerde vragen die betrekking hadden de doelen van EIO binnen de school, de invulling van EIO, de ondersteuning vanuit de school en het CFEC. De volgende onderwerpen kwamen aan bod: 1. Kenmerken van EIO op school. Daarbij gaat het om de aandacht die er binnen de school aan EIO wordt besteed, de wijze waarop EIO in het curriculum geïmplementeerd is en hoe deze over vakken verspreid is. 2. Ondersteuning vanuit de school. Daarbij gaat het om de mate waarin betrokkenen bij EIO voldoende tijd en middelen hebben om invulling aan EIO te geven. 3. Het CFEC. Daarbij gaat het om de kennis van het CFEC, de houding ten opzichte van het CFEC en de link tussen het CFEC en het curriculum. 6 Zie bijlage 4 7 Zie bijlage 5 8 Zie bijlage 6 15

16 3.5 Analyse In dit onderzoek zijn twee verwerkingsmethoden gebruikt: kwalitatieve analyse en kwantitatieve analyse. De resultaten van de leerlingen enquête zijn kwantitatief verwerkt met behulp van SPSS. Eerst zijn de persoonlijke gegevens en de antwoorden die de leerlingen hebben gegeven ingevoerd in SPSS, vervolgens zijn er gemiddelden en frequenties berekend om antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvragen. Tenslotte is er door middel van de T-toets gekeken of er significante verschillen bestaan op de kennis over Europa tussen jongens en meisjes. De enquêtes van de docenten zijn kwalitatief geanalyseerd. De enquêtevragen zijn gerangschikt per thema, de verschillende antwoorden zijn opgeschreven, waarna geturfd is hoe vaak een antwoord voorkwam. De interviews van de coördinatoren zijn opgenomen met een spraakrecorder. De interviews zijn uitgeschreven, er zijn transcripten van gemaakt. De transcripten zijn uiteindelijk op eenzelfde manier als de docentenenquête verwerkt. 16

17 4. Resultaten In dit hoofdstuk staan vier onderzoeksvragen centraal: Wat is de status van Europese en Internationale Oriëntatie in de onderbouw van het VMBO en wat zijn de meningen van leerkrachten en leerlingen over EIO binnen het VMBO. Welke EIO-materiaal is aanwezig op scholen en op welke manier wordt dit binnen het curriculum toegepast. In paragraaf 4.1 worden de observaties besproken. Paragraaf 4.2 gaat in op de kennis van de leerlingen omtrent de EU aan de hand van de resultaten van het tweede deel van de enquête. De attitudes van de leerlingen omtrent EIO staan centraal in paragraaf 4.3. In paragraaf 4.4 ten slotte worden de meningen en houdingen van de docenten en coördinatoren besproken. 4.1 Observaties De observatie op school A vond plaats in twee eerste klassen gedurende tweemaal een blokuur. Bij de eerste klas vond de les plaats in drie blokken. Het eerste blok was brainstormen over Europa, hier viel op dat de meeste leerlingen enthousiast waren. De docent stelde veel naive questions om te controleren of de leerlingen wisten waar ze over spraken. Het tweede deel van de les bestond uit een PowerPoint over Europa. De PowerPoint was door de docent zelf in elkaar gezet en bevatte onderdelen als de uitbreiding van de EU, de bevolking van de EU, oppervlakte van de landen van EU en de euro. De les werd besloten met de enquête. Bij de tweede observatie was de les opgedeeld in vier blokken, achtereenvolgens brainstormen, PowerPoint, topografie Europa en de enquête. De observatie op school B vond plaats in twee tweede klassen gedurende één blokuur. De klassen bevonden zich gedurende de observatie in dezelfde ruimte. De les werd begonnen met een kleine introductie over Europa, gevolgd door de enquête. Na de enquête kregen de leerlingen de opdracht een poster te maken over een land in Europa. De leerlingen werkten in groepjes van vier en hadden beschikking over een atlas en internet. Wat opviel was dat het merendeel van de leerlingen de opdracht niet leuk vond, maar wel heeft volbracht. Bij school D liep de observatie net wat anders. De les is gestart met het invullen van de enquête. Het afnemen van de enquête verschilt van de andere scholen; de enquête is door de onderzoeker mondeling afgenomen. Na de enquête hebben de leerlingen verteld over de ervaringen met Europa en is een topografie opdracht voltooid. 4.2 Kennis over de EU De vraag wat leerlingen weten over de Europese Unie zal worden beantwoord door naar de resultaten van het tweede deel van de enquête, kennis, te kijken. Het tweede deel van de enquête bestond uit negentien stellingen over de EU. De leerlingen moesten beantwoorden of de stelling juist of onjuist was en hadden drie antwoord mogelijkheden: goed, fout of weet niet. De resultaten van de school D zijn wel meegenomen, maar zijn niet representatief doordat de enquête slechts is afgenomen bij tien respondenten. Veel stellingen zijn verkeerd beantwoord door de leerlingen. Slechts een klein percentage (28%) van de leerlingen wist dat Zwitserland geen EU-land is en dat er op de Europese vlag niet 25 maar slechts 12 sterren staan ( 36%). Het feit dat er elk half jaar een ander EU-land het EUvoorzitterschap krijgt is het meest onbekend bij de leerlingen. Er lijkt geen verschil te zijn in de kennis van jongens en meisjes. Van de negentien stellingen 17

18 werden er 9 beter beantwoord door de jongens en 8 door de meisjes, twee stellingen hadden afgerond hetzelfde percentage ( zie figuur 4.1). Bij stelling twee (Zwitserland in EU) is een significant verschil voor sekse, t(114) = 3.57, p <.001, jongens scoren hoger dan meisjes. Ook bij stelling 13 (Parlement in Den Haag) is een significant verschil voor sekse, t(114) = 2.33, p <.05, jongens scoren hoger dan meisjes. De jongens hadden meer kennis over het feit dat Zwitserland niet in de EU zit en dat het Europees Parlement zich niet in Den Haag bevindt. Figuur 4.1 Percentages goed beantwoorde EU-stellingen Verder lijkt er geen verschil in kennis van de leerlingen tussen de verschillende scholen ( zie figuur en 4.2.2). Elk van de drie scholen, de resultaten van school D zijn hier niet meegenomen, scoort op zes stellingen beter dan de andere twee scholen, stelling één wordt door zowel de leerlingen van school A als de leerlingen van school C met 68% juist beantwoord. De leerlingen van school A hadden meer kennis over de landen van de EU; ze beantwoorden de vragen over het EUlidmaatschap van Zwitserland, Malta en Turkije beter dan de leerlingen van de andere scholen. De leerlingen van school B scoorden beter op de vragen over instituties. Zij wisten te vertellen dat de Europese Commissie de wetten voorstelt en de burgers het Europees Parlement kiezen. De leerlingen van school C beantwoorden de vragen over het aantal sterren op de Europese vlag en de plaats van de instituties beter. 18

19 Figuur Percentages goed beantwoorde EU-stellingen per school Figuur Percentages goed beantwoorde EU-stellingen per school Over het algemeen zijn de leerlingen van de onderbouw van het VMBO niet onbekend met de EU, maar er is zeker ruimte voor verbetering. De volgende vraag is wat de attitude van de leerlingen is omtrent Europa in de klas. Deze vraag zal beantwoord worden in de volgende paragraaf. 4.3 Attitudes van leerlingen omtrent Europa in de klas In deze paragraaf zullen de resultaten besproken worden omtrent de vraag: wat zijn de meningen van de leerlingen over EIO in de klas? In de enquête werd gevraagd welke onderwerpen er behandeld zijn in de les. De euro, het Europees Parlement, de Europese Grondwet, de oprichting en uitbreiding van de EU zijn allemaal behandeld in de klas. De euro is het meest besproken onderwerp, 79% van de leerlingen geeft aan dat dit onderwerp wel eens behandeld is. De Europese Grondwet is met 49% het minst besproken onderwerp ( zie figuur 4.3). De onderwerpen worden het meest besproken bij de les mens en 19

20 maatschappij, een enkele leerling geeft aan dat onderwerpen over Europa ook besproken zijn bij economie. Figuur 4.3 Onderwerpen met betrekking tot Europa behandeld in de les (%) Figuur 4.4 Onderwerpen met betrekking tot Europa behandeld in de les per school (%) Het merendeel van de leerlingen (67%) vindt dat ze op school genoeg over Europa leren. Er is een klein verschil in sekse: 70% van de jongens vindt dat ze genoeg leren, dit is 65% bij de meisjes. Voor de scholen liggen de percentages geheel anders. Op school A zegt 71% van de leerlingen voldoende te leren over Europa en op school B geldt dit zelfs voor 92%. De leerlingen van school C en de school D zijn niet tevreden, met 26% en 10% geven zij aan dat ze onvoldoende leren over Europa (zie figuur 4.5). 20

21 Figuur 4.5 Aantal tevreden leerlingen over tijdsbesteding aan Europa in de les (%) Wanneer leerlingen iets willen weten over Europa of de Europese Unie is internet de meest gebruikte informatiebron (91%). Wanneer internet als informatiebron gebruikt wordt, zijn vooral sites als google en wikipedia populair. De leerlingen van school A en school B gebruiken de krant het minst als informatiebron, de leerlingen van school C en de school D geven aan dat zij het lesboek het minst gebruiken voor informatie over Europa ( zie figuur 4.6). Er is geen verschil in sekse gevonden. Figuur 4.6 Gebruik informatiebron door leerlingen (%) Onderwerpen waarover leerlingen zouden willen leren zijn de talen in Europa en werken in Europa. Het minst populair zijn onderwerpen als de instituten van de EU (16%) en de Europese politiek (23%). Zowel jongens als meisjes geven aan te willen leren over de talen in Europa. Jongens zijn daarnaast meer geinteresseerd in werken in Europa (84%), terwijl de meisjes meer willen weten over studeren in Europa(62%) ( zie figuur 4.7.1). Op alle vier de scholen is geen duidelijk verschil in de voorkeur voor onderwerpen. De vier scholen scoren elk het hoogst op talen in Europa en werken in Europa (zie figuur 4.7.2). 21

22 Figuur Voorkeur onderwerpen Europa in de les (%) Figuur Voorkeur onderwerpen Europa in de klas per school (%) Op de vraag hoe zou je willen leren over Europa? antwoordt 76% van de leerlingen door middel van een studiereis. Het minst favoriet is leren over Europa door social media ( chatten, e- mailen met buitenlandse leerlingen). Jongens zouden het liefst willen leren via internet (74%), terwijl dit voor meisjes de minst favoriete manier is (49%)( zie figuur 4.8.1). Op drie van de vier scholen is social media de minst favoriete manier van leren, op school C is dit via internet. Op alle vier de scholen is de studiereis het populairst ( zie figuur 4.8.2). 22

23 Figuur Voorkeur manier van leren over Euorpa(%) Figuur Voorkeur manier van leren over Europa per school(%) 4.4 Docenten en coördinatoren Docenten In totaal hebben tien docenten de enquête ingevuld. Het betrof vier docenten Engels, twee docenten Nederlands, een docent lichamelijke opvoeding, een docent mens en maatschappij, een docent kunst en cultuur en een docent voor praktijkles. De docenten van de verschillende scholen geven aan dat er op dit moment weinig tot geen aandacht aan Europese en Internationale Oriëntatie besteed wordt. De docenten van school A zeggen dat ze buiten een uitwisselingsproject in klas twee geen weet hebben van andere activiteiten. Een docent zegt: Het zou kunnen dat er bij vakken afzonderlijk aandacht aan EIO besteed wordt, maar vakoverstijgend niet. Eén docent van het school C geeft aan dat er door de coördinator voldoende informatie over EIO verstrekt wordt, maar dat de directe toepassing er nog niet is. De manier waarop internationaliseringactiviteiten vormgegeven zou moeten worden loopt 23

24 uiteen van behandelen binnen de les tot uitwisselingen met andere scholen. Toch merken de meeste docenten op dat taalonderwijs de beste manier is voor de toepassing van EIO binnen de school. Twee docenten van school B vertellen EIO te willen invullen door middel van uitwisselingen. Een respondent van school C geeft aan dat het belangrijk is om samen te werken buiten de school, zodat gezocht kan worden naar één structuur om EIO binnen het VMBO vorm te geven. Het merendeel van de docenten zegt geen zicht te hebben op het feit of er voldoende methoden en middelen aanwezig zijn om vorm te kunnen geven aan EIO. Een enkeling verwacht dat het geen probleem zou moeten zijn en dat er binnen de overkoepelende onderwijsorganisatie voldoende middelen beschikbaar zijn. Een respondent van school A geeft aan dat er op dit moment geen methoden en middelen beschikbaar zijn, en gaat er vanuit dat dit komt door gebrek aan tijd en geld. Op de vraag of er voldoende tijd is om EIO binnen het curriculum toe te passen zegt het merendeel van de respondenten dat dit geen probleem zou moeten zijn. Eén respondent legt uit dat er dan eerst gekeken moet worden naar de benodigde tijd. Twee andere respondenten geven aan dat de implementatie van EIO binnen het curriculum voor deze groep leerlingen geen prioriteit heeft. Vakken als geschiedenis, aardrijkskunde, mens en maatschappij en de taalvakken worden bestempeld als de vakken waarin EIO het best geïmplementeerd zou kunnen worden. Wat de leerlingen volgens docenten moeten leren met EIO ( het doel) loopt uiteen van de houding dat leerlingen geen baat hebben bij EIO, waardoor er geen doel gesteld kan worden tot het onderhouden van internationale contacten. De vaakst genoemde doelen zijn de realisatie dat leerlingen deel uit maken van een groter geheel en de verbreding van kennis over Europa. Onder de verbreding van kennis verstaat men onderwerpen als de ontwikkelingen binnen de EU, de economie van Europa en de cultuur van Europa. Leerlingen moeten leren dat Europa meer is dan alleen taal. Tenslotte geeft het merendeel van de docenten aan dat invulling geven aan EIO op dit moment nog niet aansluit bij het vakkenpakket wat hij of zij heeft en is slechts één respondent bekend met het CFEC. Coördinatoren In deze paragraaf wordt ingegaan op de antwoorden van de coördinatoren tijdens het interview. Gedurende het interview stonden er drie thema s centraal: kenmerken van EIO op school, ondersteuning vanuit de school en het CFEC. De coördinatoren van de vier scholen geven elk aan dat internationalisering zich, op hun school, in een beginstadium bevindt. Ondanks dat Europese en Internationale Oriëntatie nog niet (volledig) ingebed is in het curriculum, zijn er toch verschillende internationaliseringactiviteiten aanwezig op de scholen. Op dit moment is EIO voornamelijk geïmplementeerd binnen het vak mens en maatschappij. De twee docenten van school B geven aan dat er in de tweede klas twee hoofdstukken in het reguliere lesboek WereldWijd aan Europa besteed worden: de wereld is een dorp en de eenwording van Europa. Binnen school A maakt men gebruik van een door een docent gemaakte PowerPoint over Europa en zijn er in de klas verschillende boekjes over Europa aanwezig. Op drie van de vier scholen is sprake van taalonderwijs, als internationaliseringactiviteit, in de vorm van angliaprojecten 9. Verder spreken coördinatoren over ICT projecten als etwinning met partnerscholen en projecten. Op geen van de scholen is een uitwisselingsproject al gerealiseerd, coördinatoren geven aan dat dit wel het plan is. De struikelblokken rondom deze 9 Angliaprojecten maken deel uit van het Anglia Network Nederland. Dit is een non-profit groep van 400 scholen die internationaal samenwerken om Engels te stimuleren en te structureren. 24

Opbouw Het CFEC is een overzicht dat is opgebouwd uit domeinen, onderdelen en niveaus.

Opbouw Het CFEC is een overzicht dat is opgebouwd uit domeinen, onderdelen en niveaus. Het CFEC Het Common Framework for Europe Competence (CFEC) is een overzicht dat wordt gebruikt bij de ontwikkeling en het in kaart brengen van de EIO-leerlijn. Het bevat een lijst van competenties (kennis,

Nadere informatie

Porta Mosana College Tweetalig onderwijs voorlichting

Porta Mosana College Tweetalig onderwijs voorlichting Porta Mosana College Tweetalig onderwijs voorlichting 20-02-2017 Welkomstwoord Ben Perry teamleider tto OB Casper Gardeniers tto-coördinator decaan tto docent geschiedenis en GPR 21-2-2017 2 20.00-20.45

Nadere informatie

Porta Mosana College Tweetalig onderwijs voorlichting

Porta Mosana College Tweetalig onderwijs voorlichting Porta Mosana College Tweetalig onderwijs voorlichting 26-02-2018 welkomstwoord Ben Perry teamleider tto OB Pauline Mol teamleider tto BB Casper Gardeniers tto-coördinator decaan tto docent European International

Nadere informatie

European and International Orientation (EIO) (Internationalisering)

European and International Orientation (EIO) (Internationalisering) European and International Orientation (EIO) (Internationalisering) Information booklet Athenaeum (TTO) year 1 + year 2 D.R.Giesbers Do you want to become a world citizen? Wil jij een wereldburger worden?

Nadere informatie

Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO

Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Onderdeel van de eindrapportage

Nadere informatie

BILINGUAL VMBO. The why, how and what! Lieke Boersma Medewerker projecten ep nuffic Tweetalig Onderwijs

BILINGUAL VMBO. The why, how and what! Lieke Boersma Medewerker projecten ep nuffic Tweetalig Onderwijs Lieke Boersma Medewerker projecten ep nuffic Tweetalig Onderwijs Emilie Struble-Eickmans Teamleider van o.a. tweetalig mavo Stedelijk College Eindhoven BILINGUAL VMBO The why, how and what! PROGRAMME Interactive

Nadere informatie

Project UK. Boris Berlijn ; ; CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Project UK. Boris Berlijn ; ; CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteurs Laatst gewijzigd Licentie Webadres Boris Berlijn ; ; 17 May 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74746 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

Standaard tweetalig onderwijs Engels havo/vwo

Standaard tweetalig onderwijs Engels havo/vwo Standaard tweetalig onderwijs Engels havo/vwo De standaard tweetalig onderwijs bewaakt de kwaliteit van het tweetalig onderwijs in Nederland en wordt onderschreven door alle scholen die lid zijn van het

Nadere informatie

Zelfgestuurd werken bevorderen door teamteachen

Zelfgestuurd werken bevorderen door teamteachen volgende Zelfgestuurd werken bevorderen door teamteachen Eindrapportage onderzoek Toekomstgericht Onderwijs Inhoud Onderzoek Toekomstgericht Onderwijs door Kohnstamm Instituut Schoolportret Herbert Vissers

Nadere informatie

Competenties en skills. Verbreding van de horizon of een doodlopende weg?

Competenties en skills. Verbreding van de horizon of een doodlopende weg? Competenties en skills Verbreding van de horizon of een doodlopende weg? Taxonomie van Benjamin Bloom (1956) Paradigmawisseling Onderwijs in een industriële samenleving Gericht op kennisoverdracht Leerkracht

Nadere informatie

CKV Festival 2012. CKV festival 2012

CKV Festival 2012. CKV festival 2012 C CKV Festival 2012 Het CKV Festival vindt in 2012 plaats op 23 en 30 oktober. Twee dagen gaan de Bredase leerlingen van het voortgezet onderwijs naar de culturele instellingen van Breda. De basis van

Nadere informatie

Susanne Smulders Saskia Heunks Silke Swart. FLOT & TRION Verdiepingsmodule:

Susanne Smulders Saskia Heunks Silke Swart. FLOT & TRION Verdiepingsmodule: Susanne Smulders Saskia Heunks Silke Swart FLOT & TRION Verdiepingsmodule: Internationalisation@Home Doelen van deze Good Practice Verbinding van behoeften van instituut en praktijk Delen wat wij hebben

Nadere informatie

Schets van het onderwijsprogramma Route 3, jaar havo/vwo

Schets van het onderwijsprogramma Route 3, jaar havo/vwo Schets van het onderwijsprogramma Route 3, 12-16 jaar havo/vwo De leerlingen in route 3 (12 16) uitstroomprofiel havo/vwo kunnen instromen in verschillende fasen van het reguliere onderwijs: in de onderbouw

Nadere informatie

Gap Year onderzoek. 1. Uitkomsten Jongeren

Gap Year onderzoek. 1. Uitkomsten Jongeren Samenvatting Gap Year onderzoek Mei 2012 Gap Year onderzoek In april 2012 hebben het Europees Platform en de Nuffic onderzoek gedaan naar de toekomstplannen van leerlingen na hun eindexamen. De focus van

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

TABASCO. Taak gestuurd leren bij Engels

TABASCO. Taak gestuurd leren bij Engels TABASCO Taak gestuurd leren bij Engels Tabasco - Wat is het: Een taalgestuurd lesprogramma, dat volgens een vaste opbouw gebeurt aan de hand van taken. Het is gebaseerd op het proces van op een natuurlijke

Nadere informatie

PTO Aardrijkskunde

PTO Aardrijkskunde PTO ardrijkskunde 2016-2017 Vereniging voor Protestants-Christelijk Onderwijs te Curaçao Sectie aardrijkskunde r. lbert Schweitzer havo/vwo [meesteradmiraal@gmail.com] Vak: ardrijkskunde Leerjaar: H1 Schooljaar:

Nadere informatie

Ik kom er soms tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet bij mij heb of niet compleet

Ik kom er soms tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet bij mij heb of niet compleet 1 2 3 4 MATERIAL PREPARING LESSON ATTITUDE TOWARD WORK Ik kom er vaak tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet bij mij heb Ik kom er soms tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet

Nadere informatie

Worldschool Young European Specialists. Programma voor deelnemende leerlingen. YES! in het kort. YES! Young European Specialists

Worldschool Young European Specialists. Programma voor deelnemende leerlingen. YES! in het kort. YES! Young European Specialists Worldschool Young European Specialists YES! Young European Specialists Programma voor deelnemende leerlingen YES! is een speciaal onderwijsprogramma voor leerlingen van het VWO, vijfde leerjaar. Honderd

Nadere informatie

Gebruik van Engels door leerlingen tijdens de Engelse les.

Gebruik van Engels door leerlingen tijdens de Engelse les. Gebruik van Engels door leerlingen tijdens de Engelse les. Een onderzoek op het Scala College 6-6-2011 Shera Gerber, Marit de Jong, Jacob de Ruiter, Sander Stolk en Femke Verdonk Inhoud Context... 2 Relevantie...

Nadere informatie

Schets onderwijsprogramma en lessentabel Route 3, jaar havo/vwo

Schets onderwijsprogramma en lessentabel Route 3, jaar havo/vwo Schets onderwijsprogramma en lessentabel Route 3, 12-16 jaar havo/vwo De leerlingen in route 3 (12 16) uitstroomprofiel havo/vwo kunnen instromen in verschillende fasen van het reguliere onderwijs: in

Nadere informatie

Opdracht 4.2 Profielwiel; hulpmiddel voor het schrijven van een profielschets internationalisering

Opdracht 4.2 Profielwiel; hulpmiddel voor het schrijven van een profielschets internationalisering Opdracht 4.2 Profielwiel; hulpmiddel voor het schrijven van een profielschets internationalisering Beantwoord de zes sleutelvragen en vul deze in onderstaand format in. Welk ideaalbeeld hebben we van een

Nadere informatie

Elde College. Elke dag een uitdaging

Elde College. Elke dag een uitdaging Elde College Elke dag een uitdaging Tweetalig vwo Iets voor jou? Onderwijsaanbod vwo Tweetalig vwo (atheneum) 6 jaar Regulier vwo (atheneum) 6 jaar Tweetalig vwo Elde College Het Elde College is al veertien

Nadere informatie

Uitslag enquête Verbetering digitale aanbod Nieuws in de klas

Uitslag enquête Verbetering digitale aanbod Nieuws in de klas Uitslag enquête Verbetering digitale aanbod Nieuws in de klas Auteur: Michelle Knijff, projectleider onderwijs, Nieuws in de klas Datum: juni 2015 Inhoud Uitslag enquête Verbetering digitale aanbod Nieuws

Nadere informatie

Methodeanalyse Talent

Methodeanalyse Talent Methodeanalyse Talent Wij hebben gekozen voor de methode Talent. Voornamelijk omdat Tessa en Wouter er veel mee hebben gewerkt. Wouter en Tessa hebben wel hele verschillende ervaringen met de methode.

Nadere informatie

Programmaoverzicht Bachelor Open dag

Programmaoverzicht Bachelor Open dag Programmaoverzicht Bachelor Open dag 11 2017 Ronde en tijd Openingsronde 09.00-09.30 uur Sessies en activiteiten Waarom Tilburg University? Informatiesessie met de rector magnificus en een student van

Nadere informatie

EP-Nuffic Jaarcongres 2015 Doorlopende leerlijn: Internationale Competenties in het hoger onderwijs. Jos Walenkamp Lector Internationale Samenwerking

EP-Nuffic Jaarcongres 2015 Doorlopende leerlijn: Internationale Competenties in het hoger onderwijs. Jos Walenkamp Lector Internationale Samenwerking EP-Nuffic Jaarcongres 2015 Doorlopende leerlijn: Internationale Competenties in het hoger onderwijs Jos Walenkamp Lector Internationale Samenwerking Samenvatting Wereldburgers, in de 21 ste eeuw, benodigde

Nadere informatie

Datum 14 juli 2016 Kamervragen Straus, Aukje de Vries en Moors (VVD) over vmboleerlingen die aangeven onvoldoende kennis van geldzaken te hebben

Datum 14 juli 2016 Kamervragen Straus, Aukje de Vries en Moors (VVD) over vmboleerlingen die aangeven onvoldoende kennis van geldzaken te hebben >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den

Nadere informatie

Mobiel woordjes verwerven en leren in en buiten de les. Verantwoording Profielproduct ontwikkelaar

Mobiel woordjes verwerven en leren in en buiten de les. Verantwoording Profielproduct ontwikkelaar Mobiel woordjes verwerven en leren in en buiten de les Verantwoording Profielproduct ontwikkelaar Student: Jaury de Jong Studentnummer: 10129634 School: Amstelveen College Opdrachtgever: Helen Vogelpoel

Nadere informatie

Onderstaand treft u de resultaten aan van de vragenlijst over ondernemend onderwijs.

Onderstaand treft u de resultaten aan van de vragenlijst over ondernemend onderwijs. De behoefte aan het delen van kennis en ervaring is groot! Samenwerking door kennis te delen en ervaringen uit te wisselen is essentieel om de verdere implementatie van ondernemend onderwijs efficiënt

Nadere informatie

1 van :30

1 van :30 Statistieken Naam formulier Titel formulier Aantal vragen 60 Totaal aantal ingevuld 277 mediatheek De mediatheek en informatievaardigheden in het voortgezet onderwijs 1. Welke onderwijsniveau's biedt de

Nadere informatie

Docentenhandleiding De Europese Unie en de Syrische vluchtelingencrisis

Docentenhandleiding De Europese Unie en de Syrische vluchtelingencrisis Docentenhandleiding De Europese Unie en de Syrische vluchtelingencrisis Inleiding Het simulatiespel De Europese Unie en de Syrische vluchtelingencrisis draait om een van de grote uitdagingen waar de Europese

Nadere informatie

Tweetalig (havo)/mavo

Tweetalig (havo)/mavo Tweetalig (havo)/mavo Becoming a world citizen 8 november 2016 Waarom kies je voor tweetalig mavo? Aanleren van zeer goede Engelse communicatievaardigheden Brede internationale vorming (vakken, reizen

Nadere informatie

Kerndoelen - ERK. Kerndoelen en Common European Framework of Reference (ERK) 2. Library en ERK 6

Kerndoelen - ERK. Kerndoelen en Common European Framework of Reference (ERK) 2. Library en ERK 6 Kerndoelen - ERK Kerndoelen en Common European Framework of Reference (ERK) 2 en ERK 6 1 2 Kerndoelen en Common European Framework of Reference (ook wel ERK) In de kerndoelen die door de overheid zijn

Nadere informatie

GYMNASIUM ~ ATHENEUM ~ HAVO ~ MAVO ~ VMBO ~ LWOO

GYMNASIUM ~ ATHENEUM ~ HAVO ~ MAVO ~ VMBO ~ LWOO GYMNASIUM ATHENEUM HAVO MAVO VMBO LWOO INFORMATIE OVER TWEETALIG ONDERWIJS 2012 1 What is TTO? TTO staat voor tweetalig onderwijs. Het is een onderwijsvorm die extra uitdaging biedt voor de gemotiveerde

Nadere informatie

KNAG dag Andreas Boonstra

KNAG dag Andreas Boonstra KNAG dag 2018 Andreas Boonstra 1 Beeldvorming Foto van Pixabay 2 Is er sprake van een kloof? Foto van Pixabay 3 Kennis en vaardigheden?? Is het en/of OF en/en? 4 Eerste jaar Aardrijkskunde op de Katholieke

Nadere informatie

De lessen. In de onderstaande tabel staan de vakken die worden gegeven in het Engels: Aantal lesuren

De lessen. In de onderstaande tabel staan de vakken die worden gegeven in het Engels: Aantal lesuren 2015-2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Wat houdt de pilot tweetalig onderwijs op het Dollard College in?... 3 De lessen... 3 Device... 4 Taalvaardigheid... 4 Internationalisering... 5 Kosten... 5 Bevorderingsnormen...

Nadere informatie

Je horizon verbreden

Je horizon verbreden Visser t Hooft Lyceum Leiden KANSRIJK EN UITDAGEND Je horizon verbreden i tweetalig gymnasium (tweetalig) atheneum (tweetalig) havo 1 1 mavo (vmbo-t) vhl.nl Kagerstraat 1 q Ik vind het Visser een gezellige

Nadere informatie

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Tijd 09.15 09.45 Je bent op de Open dag, wat nu? Personal welcome international visitors 10.00 10.45 Je bent op de

Nadere informatie

Beste groep 8 leerling,

Beste groep 8 leerling, Beste groep 8 leerling, Je hebt ongetwijfeld van tweetalig onderwijs gehoord; een vorm van onderwijs waarbij meer dan 50% van de lessen in het Engels zijn. Op dit moment zijn er 120 scholen in Nederland

Nadere informatie

Kerndoelen onderbouw voortgezet onderwijs (op basis van artikel 11b WVO)

Kerndoelen onderbouw voortgezet onderwijs (op basis van artikel 11b WVO) Kerndoelen onderbouw voortgezet onderwijs (op basis van artikel 11b WVO) Onderdeel A: Nederlands De eerste tien kerndoelen zijn vooral gericht op de communicatieve functie van de Nederlandse taal en kennen

Nadere informatie

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

UvA-DARE (Digital Academic Repository) UvA-DARE (Digital Academic Repository) De Europese integratie als bron van onderwijsinnovatie : een onderzoek naar de betekenis en de resultaten van de internationalisering in het voortgezet onderwijs

Nadere informatie

Uitgegeven: 3 februari 2010. 2010, no. 10 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN

Uitgegeven: 3 februari 2010. 2010, no. 10 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN Uitgegeven: 3 februari 2010 2010, no. 10 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN BELEIDSREGEL voor het verkrijgen van een partiële ontheffing voor het vak Fries in het primair en voortgezet onderwijs in de provincie

Nadere informatie

Engels in het basisonderwijs: wel of niet vroeg beginnen?

Engels in het basisonderwijs: wel of niet vroeg beginnen? Engels in het basisonderwijs: wel of niet vroeg beginnen? Introductie Deze whitepaper verschijnt in een serie whitepapers over Engels in het basisonderwijs. De serie bespreekt verschillende onderwerpen

Nadere informatie

Interactieve fictie voor talen

Interactieve fictie voor talen Interactieve fictie voor talen Ineke Verheul, Game Onderwijs Onderzoek Mienke Droop, RU Karly van Gorp, RU Conferentie Gamedidactiek Utrecht Interactieve fictie in het VO Aanleiding: vragen van de vo-scholen

Nadere informatie

Je hebt ongetwijfeld van tweetalig onderwijs (tto) gehoord!

Je hebt ongetwijfeld van tweetalig onderwijs (tto) gehoord! Beste groep 8 leerling, Je hebt ongetwijfeld van tweetalig onderwijs (tto) gehoord! De tto-opleiding is toegankelijk voor leerlingen met een vmbo-tl advies of hoger! Wij hebben aparte programma s voor

Nadere informatie

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Tijd 09.15 09.45 Je bent op de Open dag, wat nu? Personal welcome international visitors 10.00 10.45 Je bent op de

Nadere informatie

vanaf schooljaar daagt je uit!

vanaf schooljaar daagt je uit! mavo-tto vanaf schooljaar 2018-2019 daagt je uit! Kies voor mavo-tto! Onze school heeft al jaren een tweetalige opleiding (tto) voor havo en vwo. En met succes: alle eindexamenleerlingen zowel havo-tto

Nadere informatie

Praktijkkennis van leerkrachten als ontwerpers van een ICT-rijke leeromgeving Promovendus Paper presentatie ORD 2011

Praktijkkennis van leerkrachten als ontwerpers van een ICT-rijke leeromgeving Promovendus Paper presentatie ORD 2011 Praktijkkennis van leerkrachten als ontwerpers van een ICT-rijke leeromgeving Promovendus Paper presentatie ORD 2011 Ferry Boschman, Susan McKenney & Joke Voogt Universiteit Twente Vakgroep C & O Beginnende

Nadere informatie

O.G. Heldringschool Den Haag. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, november 2018

O.G. Heldringschool Den Haag. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, november 2018 O.G. Heldringschool Den Haag Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs 2018 Haarlem, november 2018 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel:

Nadere informatie

Bijlage behorend bij artikel 1 van het Besluit kerndoelen onderbouw VO 1. Kerndoelen onderbouw voortgezet onderwijs

Bijlage behorend bij artikel 1 van het Besluit kerndoelen onderbouw VO 1. Kerndoelen onderbouw voortgezet onderwijs Bijlage behorend bij artikel 1 van het Besluit kerndoelen onderbouw VO 1 Kerndoelen onderbouw voortgezet onderwijs I. Kerndoelen op basis van artikel 11b WVO Onderdeel A: Nederlands De eerste tien kerndoelen

Nadere informatie

Maatschappelijke vorming

Maatschappelijke vorming toelichting Hoe kan de school de leerling helpen om zich te ontwikkelen tot een actieve, verantwoordelijke en sociale burger? Een belangrijke taak van de school is om leerlingen voor te bereiden op hun

Nadere informatie

Organisatie van internationalisering op het Haarlemmermeer Lyceum. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Organisatie van internationalisering op het Haarlemmermeer Lyceum. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur Vakgebied Titel Onderwerp Profiel Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Groenigen, Maarten J. van Aardrijkskunde Organisatie van internationalisering op het Haarlemmermeer Lyceum Internationalisering

Nadere informatie

Lesopzet bij de film: Versie 3.0

Lesopzet bij de film: Versie 3.0 Lesopzet bij de film: Zwartboek Versie 3.0 HAVO/VWO (onderbouw) Onderwerp: verzet & verraad (of 'collaboratie en verzet') Beginsituatie De leerlingen kunnen de Tweede Wereldoorlog en de bezetting van Nederland

Nadere informatie

EEN WERELD AAN TALENTEN! VWO/HB ONDERWIJS

EEN WERELD AAN TALENTEN! VWO/HB ONDERWIJS EEN WERELD AAN TALENTEN! VWO/HB ONDERWIJS Onze school is een afspiegeling van de bevolking in een grootstedelijk gebied en daar zijn we trots op. Wij gaan ervan uit dat we goed zijn dankzij onze verschillen.

Nadere informatie

BIJLAGE 2: UITKOMST ONDERZOEK ESSENZO GOES BV TE GOES

BIJLAGE 2: UITKOMST ONDERZOEK ESSENZO GOES BV TE GOES BIJLAGE 2: UITKOMST ONDERZOEK ESSENZO GOES BV TE GOES INHOUD Uitkomst onderzoek Essenzo Goes BV te Goes 3 2 en oordelen per onderliggende onderzoeksvraag 5 3 Samenvattend oordeel 10 Bijlage 1A: Overzicht

Nadere informatie

Onderzoeksvraag Uitkomst

Onderzoeksvraag Uitkomst Hoe doe je onderzoek? Hoewel er veel leuke boeken zijn geschreven over het doen van onderzoek (zie voor een lijstje de pdf op deze site) leer je onderzoeken niet uit een boekje! Als je onderzoek wilt doen

Nadere informatie

UNIT 2 Begeleiding. Coaching proces, Instrumenten and vaardigheden voor Coacing en mobiliteit for Coaching and Mobility

UNIT 2 Begeleiding. Coaching proces, Instrumenten and vaardigheden voor Coacing en mobiliteit for Coaching and Mobility UNIT 2 Begeleiding Coaching proces, Instrumenten and vaardigheden voor Coacing en mobiliteit for Coaching and Mobility 1 2 Wat is coaching? Coaching is een methode voor het ontwikkelen van potentieel

Nadere informatie

Presentatie VTOI 8 april 2016. Paul Schnabel

Presentatie VTOI 8 april 2016. Paul Schnabel Presentatie VTOI 8 april 2016 Paul Schnabel Visie Ingrediënten voor het eindadvies Resultaten dialoog Wetenschappelijke inzichten Internationale vergelijkingen Huidige wet- en regelgeving en onderwijspraktijk

Nadere informatie

Voorpublicatie Vertrouwen in de wetenschap

Voorpublicatie Vertrouwen in de wetenschap Voorpublicatie Vertrouwen in de wetenschap Augustus 2015 Het meeste wetenschappelijk onderzoek wordt betaald door de overheid uit publieke middelen. De gevolgen van wetenschappelijke kennis voor de samenleving

Nadere informatie

Digitale geletterdheid en de lerarenopleidingen, een ontwikkelplan

Digitale geletterdheid en de lerarenopleidingen, een ontwikkelplan Digitale geletterdheid en de lerarenopleidingen, een ontwikkelplan SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling VELON conferentie Brussel, 4 februari 2016 Petra Fisser, Monique van der Hoeven, Sigrid

Nadere informatie

Opbouw Inclusief onderwijs; wat is het? Inclusief onderwijs; waarom? Inclusief onderwijs; waarom niet? De nationale context De internationale vergelij

Opbouw Inclusief onderwijs; wat is het? Inclusief onderwijs; waarom? Inclusief onderwijs; waarom niet? De nationale context De internationale vergelij Collectief Inclusief Opbouw Inclusief onderwijs; wat is het? Inclusief onderwijs; waarom? Inclusief onderwijs; waarom niet? De nationale context De internationale vergelijking De internationale context

Nadere informatie

CLIL in het basisonderwijs

CLIL in het basisonderwijs Marion Ooijevaar, 3 januari 2019 Introductie Deze whitepaper verschijnt in een serie whitepapers over Engels in het basisonderwijs. De serie bespreekt verschillende onderwerpen die relevant zijn voor leerkrachten

Nadere informatie

Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018)

Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018) Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018) In de VMBO stroom van het ACL wordt sinds het schooljaar 2016-2017 expliciet aandacht besteed aan de leergebied overstijgende (LGO)

Nadere informatie

Maatschappelijke vorming

Maatschappelijke vorming toelichting Hoe kan de school de leerling helpen om zich te ontwikkelen tot een actieve, verantwoordelijke en sociale burger? Een belangrijke taak van de school is om leerlingen voor te bereiden op hun

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

Mens en maatschappij (aardrijkskunde, economie, geschiedenis, godsdienst)

Mens en maatschappij (aardrijkskunde, economie, geschiedenis, godsdienst) Mens en maatschappij (aardrijkskunde, economie, geschiedenis, godsdienst) Kerndoelen 36. De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties en verschijnselen, daarover een

Nadere informatie

Still going strong? Uitkomsten van de vierde peiling EIBO in toekomstig perspectief. Symposium PPON 25 jaar, 7 november Prof. Dr.

Still going strong? Uitkomsten van de vierde peiling EIBO in toekomstig perspectief. Symposium PPON 25 jaar, 7 november Prof. Dr. Still going strong? Uitkomsten van de vierde peiling EIBO in toekomstig perspectief Symposium PPON 25 jaar, 7 november 2013 Prof. Dr. Ron Oostdam Hoogleraar-onderzoeksdirecteur Kenniscentrum Onderwijs

Nadere informatie

Opdrachtgever en begeleider: Dhr. J. Schilder, sectievoorzitter economie & M&O op het Baken Park Lyceum te Almere

Opdrachtgever en begeleider: Dhr. J. Schilder, sectievoorzitter economie & M&O op het Baken Park Lyceum te Almere Paper 1 Opdrachtgever en begeleider: Dhr. J. Schilder, sectievoorzitter economie & M&O op het Baken Park Lyceum te Almere Plan van aanpak profielproduct Inleiding Leerlingen die het vak M&O hebben gekozen

Nadere informatie

Onderzoek Maatschappelijke Stage

Onderzoek Maatschappelijke Stage Onderzoek Maatschappelijke Stage Onderzoek in opdracht van Welzijn Barneveld Uitgevoerd door Rianne Stuij en Rianne Heijkoop Studenten Christelijke Hogeschool Ede December 2015 mei 2016 Inhoud Aanleiding...

Nadere informatie

Da Costaschool - Hollanderstraat Den Haag. Resultaten Leerlingtevredenheidspeiling 2014

Da Costaschool - Hollanderstraat Den Haag. Resultaten Leerlingtevredenheidspeiling 2014 Den Haag Resultaten Leerlingtevredenheidspeiling 2014 S a m e n v a t t i n g Achtergrondgegevens Eerder dit jaar heeft deelgenomen aan de leerlingtevredenheidspeiling. De huidige referentiegroep bevat

Nadere informatie

13. De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven Engelstalige teksten.

13. De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven Engelstalige teksten. A. LEER EN TOETSPLAN Onderwerp: Leesvaardigheid 12, 13, 14, 17 geschreven Engelstalige teksten. 14. De leerling leert in Engelstalige schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen

Nadere informatie

AANDACHT VOOR JOUW TALENT! INFO VOOR HET VWO EN HOOGBEGAAFDE LEERLINGEN

AANDACHT VOOR JOUW TALENT! INFO VOOR HET VWO EN HOOGBEGAAFDE LEERLINGEN AANDACHT VOOR JOUW TALENT! INFO VOOR HET VWO EN HOOGBEGAAFDE LEERLINGEN ATHENEUM EN GYMNASIUM OP HET RIJSWIJKS LYCEUM MET AANDACHT VOOR HOOGBEGAAFDE LEERLINGEN Onze school is een afspiegeling van de bevolking

Nadere informatie

Profiel Product Verantwoording. LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding. Management & Organisatie

Profiel Product Verantwoording. LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding. Management & Organisatie Opdracht: Profiel Product Verantwoording LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding Management & Organisatie Naam auteur(s) Vakgebied Bart Deelen M&O Student nr 10761799 Titel Onderwerp

Nadere informatie

Vmbo. Wat je als professional moet weten over kunst en cultuur in het vmbo.

Vmbo. Wat je als professional moet weten over kunst en cultuur in het vmbo. Vmbo Wat je als professional moet weten over kunst en cultuur in het vmbo. Kunst en cultuur onderbouw De onderbouw in het vmbo omvat de eerste twee leerjaren. Kunst en cultuur komen aan de orde in het

Nadere informatie

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst Leraar Schoolleider Bestuurder Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst.

Nadere informatie

Beeld van het Europees Parlement in Nederland

Beeld van het Europees Parlement in Nederland Directoraat-generaal Voorlichting Afdeling Analyse van de publieke opinie Ter attentie van het DG Voorlichting van het Europees Parlement Afdeling Analyse van de publieke opinie Brussel, september 2013

Nadere informatie

Tweetalig Onderwijs: Er gaat een wereld voor je open!

Tweetalig Onderwijs: Er gaat een wereld voor je open! Tweetalig Onderwijs: Er gaat een wereld voor je open! Inhoud presentatie Algemene inleiding Leerlingen naar lokalen Specifieke info voor ouders Wat is TTO? CLIL (Content and Language Integrated Learning)

Nadere informatie

Tweetalig vwo op Eijkhagen. That s interesting!

Tweetalig vwo op Eijkhagen. That s interesting! Tweetalig vwo op Eijkhagen That s interesting! Meer dan 75% van de lessen in het Engels Find out if TTO is right for you! Wat is tweetalig onderwijs? Als je kiest voor het tweetalige vwo van Eijkhagen

Nadere informatie

Informatieboekje Voortgezet Onderwijs

Informatieboekje Voortgezet Onderwijs Informatieboekje Voortgezet Onderwijs 1 2 Voorwoord Dit informatieboekje geeft een overzicht van de belangrijkste gegevens over het VMBO, Havo en VWO. Hoe het VMBO is opgebouwd, welke vakken in de onderbouw

Nadere informatie

Bijlage 4. Resultaten docentenvragenlijst zomer Monitoring vernieuwde examenprogramma aardrijkskunde vmbo

Bijlage 4. Resultaten docentenvragenlijst zomer Monitoring vernieuwde examenprogramma aardrijkskunde vmbo Bijlage 4 Resultaten docentenvragenlijst zomer 2015 Monitoring vernieuwde examenprogramma aardrijkskunde vmbo Algemeen De digitale enquête heeft plaatsgevonden in juni-augustus 2015. In totaal hebben 105

Nadere informatie

Het havo/atheneum en atheneum op het Oostvaarders College. Hartelijk welkom

Het havo/atheneum en atheneum op het Oostvaarders College. Hartelijk welkom Het havo/atheneum en atheneum op het Oostvaarders College Hartelijk welkom Doelstelling presentatie Uitleg onderwijs in het havo/atheneum en atheneum op het Oostvaarders College Beantwoorden van vragen

Nadere informatie

Informatieboekje Voortgezet Onderwijs

Informatieboekje Voortgezet Onderwijs Informatieboekje Voortgezet Onderwijs 1 2 Voorwoord Dit informatieboekje geeft een overzicht van de belangrijkste gegevens over het VMBO, Havo en VWO. Hoe het VMBO is opgebouwd, welke vakken in de onderbouw

Nadere informatie

Bepalen van (docent)competenties in een meertalige opleiding A case study. Sylvia van der Weerden Radboud in to Languages 24 mei 2012

Bepalen van (docent)competenties in een meertalige opleiding A case study. Sylvia van der Weerden Radboud in to Languages 24 mei 2012 Bepalen van (docent)competenties in een meertalige opleiding A case study Sylvia van der Weerden Radboud in to Languages 24 mei 2012 Programma: Wie zijn wij? Taalbeleid Radboud Universiteit Nijmegen Nascholing

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting. Waardering en betrokkenheid

Samenvatting. Samenvatting. Waardering en betrokkenheid Achtergrondgegevens Eerder dit jaar heeft Vrije School De Regenboog deelgenomen aan de leerlingtevredenheidspeiling. Van onze school hebben 171 leerlingen de vragenlijst ingevuld, waarvan 94 uit groep

Nadere informatie

Land Focus: Nederland

Land Focus: Nederland - Een kort overzicht van intercultureel leren - in de initiële lerarenopleiding en de professionele ontwikkeling van leerkrachten in het middelbaar onderwijs - in curricula van het voortgezet onderwijs

Nadere informatie

RKBS Bocholtz Bocholtz. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, mei 2018

RKBS Bocholtz Bocholtz. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, mei 2018 RKBS Bocholtz Bocholtz Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs 2018 Haarlem, mei 2018 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel: 023 534 11

Nadere informatie

1. Preambule De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn

1. Preambule De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn Eamenprogramma lichamelijke opvoeding 2 Informatiewijzer 1. Preambule 2. Leeswijzer 3. Lichamelijke opvoeding 2 1. Preambule De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

4e Montessori Pinksterbloem Amsterdam. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, oktober 2018

4e Montessori Pinksterbloem Amsterdam. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, oktober 2018 4e Montessori Pinksterbloem Amsterdam Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs 2018 Haarlem, oktober 2018 Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel: 023 534 11

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

HGW en Oudercommunicatie

HGW en Oudercommunicatie HGW en Oudercommunicatie Hoe maken we ouders participant in het HGW proces om zo het onderwijs aan het kind zo optimaal mogelijk te laten verlopen? CNS Putten 2 C H R I S T E L I J K E H O G E S C H O

Nadere informatie

Nieuwe lesmethoden ontwikkelen voor Nederlands en Engels

Nieuwe lesmethoden ontwikkelen voor Nederlands en Engels Nieuwe lesmethoden ontwikkelen voor Nederlands en Engels 1931 tot 2020 en verder te oefenen met vaardigheden en kennis in generieke contexten en deze vervolgens Waar lag vroeger de nadruk op in een taalmethode?

Nadere informatie

The influence of team diversity inside and outside the team on the level of ambidexterity

The influence of team diversity inside and outside the team on the level of ambidexterity The influence of team diversity inside and outside the team on the level of ambidexterity Synopsis onderszoeksplan Afstudeerscriptie Strategisch Management, faculteit Bedrijfskunde, Wendy Poppelaars -

Nadere informatie

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts E-Health en de huisarts Digitaal Stadspanel Rotterdam Achtergrond Een taak van de gemeente is het bevorderen van de gezondheid van haar inwoners. In haar nota Publieke Gezondheid 2016-2020 Rotterdam Vitale

Nadere informatie

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn Chapter 4 Understanding Families In this chapter, you will learn Topic 4-1 What Is a Family? In this topic, you will learn about the factors that make the family such an important unit, as well as Roles

Nadere informatie

21 e eeuwse vaardigheden inzetten in het voortgezet onderwijs. Maaike Rodenboog, SLO

21 e eeuwse vaardigheden inzetten in het voortgezet onderwijs. Maaike Rodenboog, SLO 21 e eeuwse vaardigheden inzetten in het voortgezet onderwijs Maaike Rodenboog, SLO m.rodenboog@slo.nl SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Onafhankelijke, niet-commerciële positie als

Nadere informatie

Vreedzame school Groningen

Vreedzame school Groningen Vreedzame school Groningen Dorien Petri Annelies Kassenberg December 2013 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vergelijking scholen A, B, C, D en E... 4 3. Conclusie... 7 2 1. Inleiding De Vreedzame school

Nadere informatie