Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 1 van 26

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand (09-06-2010) Pagina 1 van 26"

Transcriptie

1 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 Opgaven 6. De wet van Ohm Geruik U = I of U U I = of = I a U I 0,06 = = = = k U 0,6 = = = 0 = 0 I 0 0 U 0 6 = = = 50 I M d U = I = = 5 = 4 0 V 4 0 V e 6 6 U = I = = 40= 40 V 4 0 V f U 40 I = = = 0,0 = 0 A 0 0 A a =,5 0 A,5 0 8 A U = = = 0 =,00 I U = = =,0 0 I 0 0,0 G,0 M a Het kleinste shaaldeel op de gevoeligste stand staat voor 0,0 = 0,00 A = ma 0 Je kunt in het gunstigste geval nog nét éénvijfde shaaldeel shatten, dus 0, ma U I = = = 0, 0 0, ma 45 k > 45 k, want dan kun je de stroomsterkte niet meer aflezen. > 45 k d Op het gevoeligste ereik kun je maximaal 0,05 A = 50 ma meten. De wijzer staat iets voorij 0,05 A. Beste shatting is 0,05 A e U 9 55,..,6 0 = = = = I 5, 0 4 a Van de pluspool van de atterij (lange streep) naar de minpool (korte streep). Met de wijzers van de klok mee. 50 µa, zoveel als de stroommeter aanwijst. De stroomsterkte is overal in de kring even groot. 6 d 5, ma,6 0 ehtsom 50 µa Umeter = Ikring meter = = 0,05 = 0,0500 V = 50,0 0 V 50,0 mv In deze shakeling heeft de meter nauwelijks invloed op de spanning over de weerstand. Die is maar 0,050 V minder dan V, een vershil van minder dan 0,5%. De meter is hier dus wel als ideaal te eshouwen. 5 a De elektronen gaan van de minpool naar de pluspool. Tegen de wijzers van de klok in. linksom 9 Zie BINAS tael 7: elementair ladingskwantum: e =, C, C 9, = 6,4.. 0 elektronen. 6, d 6 Q = I t = = 0,005 C Er passeren 0,005 6,4.. 0 =, =,56 0 elektronen,56 0 6

2 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 6 [] is de voltmeter. Hij staat naast de kring. Hij meet de spanning over de linkerweerstand. [] is de ampèremeter. Hij staat in de kring, in serie met het lampje. Hij meet de stroomsterkte door het lampje. 7 a Drie extra snoertjes. Eén om de ampèremeter in de kring op te nemen. En nog twee voor de voltmeter, aan weerszijden van het lampje 8 a Spanningstoten van 80 V Stroomstoten van 80 A 9 Die koelkast staat onder spanning. Hoeveel ampère gaat er door dat lampje? Hoeveel volt staat er over dat lampje? d De spanning is uitgevallen. Uhulpweerstand = I = 0,0 5 =,5 V U = U + U =,5+,5 = 4 = 4,0 V 4,0 V ron hulpweerstand lampje 0 a In koude toestand is de weerstand van de gloeidraad lager en laat hij een grotere stroomsterkte door. Dan kan hij eerder doorranden. U = I De toename van de spanning gaat sneller dan de toename van de stroomsterkte. U I U (V) I (A) = ( ) 0,0 0,08 5, 0,50 0,076 6,6 0,70 0,097 7,,0 0,49 8,7,00 0,97 0,,00 0,56,7 4,00 0,08,0 5,00 0,58 4,0 6,00 0,400 5,0

3 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 d a a BINAS tael 8 ρ(zilver) =6 0 9 m (ij 7 K = 0 C) BINAS tael 9 ρ(messing) = 0, m (ij 7 K = 0 C) BINAS tael 0 ρ(diamant) = 0 m

4 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 4 van 6 9 ρkoper = 7 0 m 5 A = πr = π ( 0,0 0 ) =,8.. 0 m 9, 0 0 = ρ = 7 0 = 0,78.. = 0,78 A 5, ,78 a ( ) 5 5,0 0,5.. 0, 0 m A =π r =π = =, 0 5 m 5 A 6, 4, = ρ ρ = = =, =,7 0 m A, m Aluminium (BINAS tael 8) Al d 6 ρonstantaan = 0,45 0 m 8 A = πr = π ( 0,0 0 ) =,4.. 0 m 7,0 m A 00,4.. 0 = ρ = = = 6,98.. = 7,0 m A ρ 6 0, a 6 6, A =πr,6 0 =πr r = = 7,.. 0 m π 4 D = r = 7,.. 0 =,4.. 0 =,4 0 m,4 mm 6 A, = ρ ρ = = =, 0 =, 0 m A 0,00, 0 6 m Nihroom (BINAS tael 9) nihroom 5 a ρ grafiet = 0 5 m (BINAS tael 0) 5 0,0 0 = ρ = 0 = A 6 0,50 0 G = = = 0,5 S 0,5 S ρ glas = 0 m (BINAS tael 0) 0,0 5 = ρ = 0 = 0 A S 0 5 G = = 0 S 6 a 5 7 = 0,04(m),0 0 ( /m) = U = I =, = 0,004.. = 0,00 V ρ koper = m (BINAS tael 8) Voor m draad geldt: = ρ,00 = 70 = A A A A = = 8,5 0 m 5, ,5 0 A =πr 8,5 0 =πr r = = 0,064.. m π D = r = 0,064.. = 0,08.. = 0,0 m mv, m

5 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 5 van 6 7 Naar rehts Dan wordt de weerstand van het ingeshakelde deel van de shuifweerstand kleiner de totale weerstand in de kring wordt kleiner de stroomsterkte in de kring, ook door het lampje, wordt groter.

6 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 6 van 6 Opgaven 6. - Serie en parallel 8... groter dan de grootste. Want =Σ, dus groter dan elk van de afzonderlijke weerstanden. v 9 De ronspanning verdeelt zih over de drie weerstanden in serie: 60 = U = U + 0 U = 60 0 = 0 V De stroomsterkte door de weerstand van 40 U40 0 I 40 0,75 A 40 Dit is ook de stroomsterkte door de andere twee weerstanden: U 8 U = = = 4 en = = = 6 I 0,75 I 0,75 0 a Contat S staat helemaal naar rehts. v =Σ = 0 + shuif + 0 is maximaal als shuif Vooreelderekening voor middenstand van S: = = 45 v v maximaal is. U 60 I = = =,.. =, A U0 = I =,.. 0 =,.. = V 45 stand S v () I (A) U (V) links 0,0 0 midden 45, rehts 60,0 0 Berekening U : U = 4, + U5 U = 4, +,0 = 6, = 6, V U5 = I = 0, 40 5,0 =,0 V Berekening : U U = = 0, I 0, 40 = = 0,5 0, 40 U = 6, 6,0 = 0, V Berekening : U U = = 4,0 I 0, 40 = = 0 0, 40 U = 6,0 U 5 = 6,0,0 = 4,0 V 0 V 0,75 A 4 6 6, V 0,5 0 a [] is de voltmeter, parallel geshakeld aan de weerstand van. [] is de ampèremeter, in serie geshakeld met de weerstanden. v = 5+ + = 8 U I = = =, 5 A v 8 U = I =, 5 =, 5 V d Eerst de totale weerstand in de kring erekenen: U v = = = 40 I 0, =Σ 40 = = 4 v,5 V,5 A 4 U = I = 0, = 0, V 0, V

7 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 7 van 6 e De stroomkring is verroken. Er loopt geen stroom meer. I = 0 A U = I = 0, want I = 0 A Er is geen spanningsvershil meer over de weerstanden. Alle spanning staat over het gat, de open shakelaar. a De kring is gesloten. v =Σ = = 50 U = I 0 = 0, 4 0 = 4,0 V U 0 I = = = 0, 4 = 0, 40 A 50 U = I 40 = 0, 4 40 = 6 V v De stroomkring is verroken. Er loopt geen stroom meer. I = 0 A U = U = I = 0, want I = 0 A Er is geen spanningsvershil meer over de weerstanden. Alle spanning staat over het gat, de open shakelaar: U = 0 V Eerst de stroomsterkte in de kring erekenen: U U I = = 40 I = = 0, A 40 U = 0 U = 0 8 = V U 8 = = = 6,6.. = 7 I 0, 4... kleiner dan de kleinste = v De uitdrukking links is groter dan elk van de afzonderlijke termen rehts. Dan is V kleiner dan elk van de afzonderlijke weerstanden. Je kunt ook zeggen: hoe meer parallelle wegen de stroom ter eshikking staan, des te gemakkelijker zal de doorgang zijn, dus des te kleiner is de vervangingsweerstand. (Hoe meer deuren er open staan, des te gemakkelijker kan de klas het lokaal verlaten.) 5 Vervanging links: v = 9 =, want het zijn drie gelijke weerstanden. Vervanging rehts: v = 0 = 5, want het twee gelijke weerstanden. Dit geeft als vervangende serieshakeling: 0 A 0 V 0,40 A 4,0 V 6 V 0 A 0 V 0 V 7 8 Dan v = v+ v = + 5 = 8 = 8 6. v = + = = = 60 0 De tweede weerstand is veel groter dan de eerste. De stroomsterkte wordt vooral epaald door deze tweede weerstand.. = + = + = 0,050.. v = = 9,9.. = 40 v ,050.. De onderste weerstand is veel groter dan de ovenste. Bijna alle stroom gaat door de ovenste weerstand.. = + + = + + = 0,08.. v = = 54,54.. = 54,5 v , = + + = + + = 0, v = = 9,95.. = 0 v ,005.. Deze uitkomst kun je ook egrijpen als je ziet dat de twee onderste weerstanden erg veel groter zijn dan de ovenste. Bijna alle stroom zal door de ovenste weerstand gaan. 60 k 40 54,5 0.

8 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 8 van 6 7 a Eerst de spanning tussen P en Q erekenen: UPQ = I = 0,60 00 = 60 V UPQ 60 I = = = 0, = 0,0 A 00 I = I + I = 0,60 + 0,0 = 0,90 A Of: In de onderste tak is weerstand x zo groot als in de ovenste tak. De spanning U PQ over eide takken is gelijk. Dus de stroomsterkte onder is x zo klein. Enzovoorts. e manier (vervangingsweerstand) = + = + = 0,05.. v 0 50 I v = = 8,75 0,05.. I UPQ = I v = 0,5 8,75 =,8.. V UPQ,8.. = = = 0,097.. = 0,094 A 0 UPQ,8.. = = = 0,056.. = 0,056 A 50 e manier (verhoudingen) De hoofdstroom verdeelt zih in twee takstromen. De kleinste weerstand laat de meeste stroom door. De verhouding van de stromen is 5 (oven) : (onder). In de ovenste tak I 5 = 0,5 0, ,094 A 8 = = In de ovenste tak I = 0,5 = 0,056.. = 0,056 A 8 0,0 A 0,90 A 0,094 A 0,056 A 8 a = + v 4 = = = 0,05.. v = = 9,.. k = 4 0 4, 4,7 0,05.. v k 9 k = + = + = 0,84.. = = 4,945.. = 4, k v 4,7 9 0,84.. Het vershil is minder dan 0,% van de gewenste waarde. 9 Eerst de totale (vervangings)weerstand van de kring erekenen: De hoofdstroom is I =, A en de ronspanning U = V De totale vervangingsweerstand van de kring is Hoofdstroom I =, A U v,kring = = = 0 Bronspanning U = V I, De vervanging van de paralleltakken ereken je met = + = 0,5 v,takken = 4 v,takken,0 +, = = 0 4 = 6 v,kring v,takken 4, k 6 0 a I < 0 ma want de paralleltak met de grootste weerstand laat de minste stroom door. < 0 ma

9 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 9 van 6 Berekening takstroom I : De spanning U = I over eide paralleltakken is gelijk. 0,0 0 I 60 = 0,0 0 I = = 0,04 = 0,040 A 60 Berekening hoofdstroom I : I = I+ I = 0, ,0 = 0,60 A Berekening ronspanning U : Eerst de vervangingsweerstand van de paralleltakken erekenen: = + = 0, v,takken = = 5 v,takken , en de vervangingsweerstand van de kring: v = v,takken + = = 5 Dan U = I v = 0,60 5 = 5,6 V a De ampèremeters A en A : A geeft een takstroom aan. Beide takken zijn identiek. Dus A geeft,0 A aan. A geeft de hoofdstroom aan, de som van de twee takstromen. A geeft 4,0 A aan. De voltmeters V en V : In eide takken zijn de lampjes identiek, dus in elke tak wordt de spanning U gelijk verdeeld over eide lampjes: U = U = 0 = 5 = 5,0 V 40 ma 60 ma 5,6 V 4,0 A,0 A 5,0 V 5,0 V Die verandert niet. De spanning over en de weerstand in die tak veranderen niet. De ovenste paralleltak is onderroken. Daar loopt geen stroom: I = 0 A. Er is daar dus ook geen spanning over de lampjes: U = 0 V In de onderste paralleltak is niets veranderd. Nog steeds U = 0 = 5 = 5,0 V De hoofdstroom is gelijk aan de stroom in de onderste paralleltak. I = I =,0 A,0 A 0 A 0 V 5,0 V Voltmeter [] meet de spanning over het gat, dus de totale ronspanning. U = 0 V. De andere meters wijzen hetzelfde als in de vorige vraag. I =,0 A; I = 0 A; U = 0 V ; U = 5,0 V,0 A 0 A 0 V 5,0 V

10 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 0 van 6 Opgaven 6. De huisinstallatie a De weerstand in de kring is oneindig groot. Er loopt dan geen stroom d d De stroomsterkte is te klein. U 0 6 I = = = 7, A = 7,7 µ A De aardlekshakelaar reageert pas als de stroomsterkte van de weggelekte stroom groter is dan 0 ma. Neen. Een aansluiting van de sheidingstransformator vormt met aarde geen gesloten kring. In de stroomkring staan drie weerstanden: - de eveiligingsweerstand van (door voht) nu 50 k. - de overgangsweerstand van de natte huid: 5 k per m (= 00 mm ), dus op 0 mm ontatoppervlak is die weerstand 0 x 5 = 50 k - de weerstand van de twee voeten naast elkaar: = 50 = 75 k v = = 75 k U 0 I = = =,4.. 0 =, 0 A v 75 0 over Zeer lang. In geied alleen krieeling of misshien onaangename kramp, maar geen levensgevaar, ma P = U I = = 800 =,8 0 W,8 kw 4 a e manier P 40 P = U I I = = = 0,7.. A U 0 U 0 = = =,.. =, 0 I 0,7.. e manier U U P = U I = U =, k U 0 = = =,.. =, 0 P 40 U P = U I = U 0 = U = 0 = 0 U = 0 = 4,8.. = 5 V 5 V 5 a 6 6 E = P t = U I t = (V) 45(A) 60 60(s) =, =,9 0 J,9 MJ e manier E,94.. 0, t = = =, s = h = 54 h P e manier P 0 Ilampje = = = 0,8.. A U 45 (Ah) t = = 54 h 0,8.. (A) 54 uur

11 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 6 a Geruik hier P( = U I) = I In een serieshakeling is I door alle weerstanden gelijk, dus P ~ P 7 0 : P0 : P 70 = 0:0:70= ::7= : : :,5 :,5 Geruik hier P( U I) U = = In een parallelshakeling is de spanning over alle weerstanden gelijk, dus P : P : P = : : = : : = : : P,5 :, : 7 a Door eide lampen is de stroomsterkte even groot. P Als de lamp links normaal randt: P = U I I = = = 0,5 A 0,5 A U 6 P = U I = 0 0,5 = 5 W 00 W ligt daar het dihtst ij. 00 W 8 a U 0 P( = U I) = = = 59 = 59 W 59 W Q = E = P t = 59 (W) (s) = 4, = 4,6 0 J of Q = E = P t = 0,59 (kw) 4 (h) =,6.. = kwh 4,6 0 7 J kwh 9 a 5 5 P = U I = 500 = 4, = 4,70 0 W 4, W a E = P t = 4, (W) 0, (s) = 8, = 8,5 0 J of E = P t = 4, (kw) 0,5 (h) =,4.. 0 =, 0 kwh 8,5 0 8 J, 0 kwh, ,0 =,4.. = Het elektrishe vermogen is tijdens de terugrit P = U I = =,00..0 W De terugrit duurt op halve snelheid twee keer zo lang, dus uur. Energiegeruik E = P t =, (kw) (h) =, (kwh) Dat kost nu, ,0 = 0,0.. = Bij kortsluiting is de stroomsterkte zeer veel groter dan ij overelasting. Het gevaar van oververhitting van de draden en daardoor rand is daarij zeer veel groter. - Door hetzelfde effet dat kortsluiting veroorzaakt, komt soms ook de uitenzijde van een apparaat onder spanning te staan. Dat is ij aanraking levensgevaarlijk.

12 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 Opgaven hoofdstuk 6 4 a U 60 De gemeten weerstand is = = = 7,.. I 0,5 Dit komt overeen met een kaellengte 7,..,.. km =.,.. Dat is voor heen én terug. Dus AP = = 6,59.. = 6,6 km 4 a Eerst de weerstand van de kael erekenen: l = 0,70 m ( ) 0,5 0, m A = πr = π = 9 ρkoper = 7 0 m (Binas tael 8) l 9 0,70 4 kael = ρ = 7 0 = 6, A 5, U = I 4 = 75 6, = 0, = 0,045 V d kael U 6,0 = = = 0 I 0,60 A = πr = π ( 0,075 0 ) =, m = ρ 0 = 7 0 A 9 ρkoper = 7 0 m 8 0, = = 0,9.. = 0 m Klopt totaal, ,6 km 45 mv ldeel 0,50 U = Utotaal = 6,0 = 0,88.. = 0,9 V 0,9 V l 0,9.. Als de stroomkring verroken wordt, staat de volledige spanning over het gat. 0 V of 6,0 V Als de voltmeter over het gat aangesloten was, wijst hij 6,0 V aan. Was hij aangesloten naast het gat, dan wijst hij 0 V aan.

13 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 4 a Spanning U ron omlaag Op t =,5 s wordt de stroomsterkte flink lager. Dan koelt de gloeidraad af, de weerstand van de gloeidraad wordt daardoor kleiner en de stroomsterkte neemt weer iets toe. Spanning U ron omhoog Op t = 6,0 s neemt de stroomsterkte door de wat afgekoelde gloeidraad flink toe. De gloeidraad stijgt daardoor in temperatuur, de weerstand ervan wordt hoger en de stroomsterkte neemt weer wat af. De stroomsterkte lijft afnemen totdat er een temperatuurevenwiht ontstaat. Vanaf dat moment zijn de weerstand en de stroomsterkte onstant. Voor dit antwoord is een nieuwe meting gedaan. De hulpweerstand en het lampje staan in serie. De hulpweerstand was. Je kunt nagaan dat Uron = Uhulpweerstand + Ulampje De gevraagde grafiek is de groene links onder.

14 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 4 van 6 Voor dit antwoord is niet gemeten. De grafieken van vraag zijn ewerkt, zodat ze ij een NTC-weerstand horen. d Spanning U ron omlaag Op t = s wordt de stroomsterkte flink lager. Dan koelt de gloeidraad af, de weerstand van de NTC-weerstand wordt daardoor groter en de stroomsterkte neemt verder af. Spanning U ron omhoog Op t = 4,4 s neemt de stroomsterkte door de wat afgekoelde NTC-weerstand flink toe. De NTC-weerstand stijgt daardoor in temperatuur, de weerstand ervan wordt kleiner en de stroomsterkte neemt verder toe. De stroomsterkte lijft toenemen totdat er een temperatuurevenwiht ontstaat. Vanaf dat moment zijn de weerstand en de stroomsterkte onstant. (V) hulp = I I = 0 A hulp = = 0,0 0 I 500 ma = hulp =,0 0,500 = N.B. Als je de hulpweerstanden kleiner kiest dan hier erekend, stuur je een kleinere spanning dan V naar de omputer. 44 a Na inshakelen zullen ze pas na een zwakke start fel gaan gloeien. Door de temperatuurstijging wordt de weerstand lager en de stroomsterkte groter. 0,0,0 45 a Het volume V = l A van de draad verandert niet. Als l zo lang wordt, wordt A zo klein. l In = ρ wordt de teller groot en de noemer zo klein. A De reuk, dus, wordt dan = 9 zo groot. 9 x zo groot De weerstand is 50 =, 5 zo groot geworden. 00 De lengte is dan, 5 =,.. zo groot geworden. (En het oppervlak van de doorsnede, 5 =,.. zo klein.), x

15 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 5 van 6 46 a Draad op kamertemperatuur ij I = 0 A. De weerstandswaarde is gelijk aan de steilheid van de raaklijn ij U = 0 V. U,0 Dan = = =, 5 =, I, 6 47 a In de stroomkring is steeds de hele weerstand van 80 opgenomen. U 8 I = = = 0, A 80 Via de (ideale) voltmeter wordt geen stroom afgetakt. De positie van het shuifontat speelt geen rol.,

16 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 6 van 6 a x x ( ) U = I = 0, 80 = x 4 De voltmeter is aan de linkerkant rehtstreeks veronden met de minpool van de atterij en aan de rehterkant via de ampèremeter met de pluspool van de atterij. Een (ideale) ampèremeter heeft geen weerstand, dus rehts is de voltmeter eigenlijk ook rehtstreeks veronden met de atterij. De positie van het shuifontat speelt geen rol. Als het shuifontat ver naar rehts diht ij de [4] staat, wordt maar een klein stukje van de weerstand geruikt. De stroomsterkte in het rehterdeel van de shuifweerstand kan erg groot worden. De shuifweerstand kan doorranden en/of de ampèremeter kan overelast worden en stuk gaan. U 8 0,4 I = = 4x 4x 80 = 4 4 x 48 a I + I + I + 0 = 00 ma I + I + I = 00 0 = 80 ma 80 ma = + + = + + = 0, v 0, = = 04,.. = 04 v 04

17 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 7 van 6 49 a U I v =,, = ,.. = 8,4.. = 8, V U 8,4.. I = = = 0,047.. = 0,04 A 00 I I U 8,4.. = = = 0,078.. = 0,08 A 00 4 U 8,4.. = = = 0,004.. = 0,00 A 800 U 8,4.. = = = 47,.. = 4, 0 I ma 8 ma 0 ma 8, V 4, 0 e mogelijkheid Door het eerste lampje loopt 0,5 A. Bij het tweede lampje moet hiervan 0, A omgeleid worden via een weerstand. Door de laatste weerstand loopt weer 0,5 A. Daarover staat nog 6 4 = V. 4 (V) (V) = = 0 en = = 4 0, (A) 0,5 (A) e mogelijkheid Door het eerste lampje loopt 0,5 A. Via een weerstand wordt 0, A rehtstreeks teruggeleid naar de ron. Over deze weerstand staat 6 = 6 V. Door de andere weerstand loopt, net als door het tweede lampje, 0, A. De spanning over die weerstand is 6 4 = V 6 (V) (V) = = 0 en = = 6,67.. = 6,7 0, (A) 0, (A) 50 a [], de meter die parallel staat aan de weerstand van 00. De stroom wordt dan om de weerstand van 500 heen geleid. S links De shuifweerstand doet geheel mee met 500. = + = 0,0 v,parallel = = 8,.. v,parallel ,0 v,totaal = 8, = 8,.. 0 I = = 0, = 0,07 A 8,.. U = I = 0, = 4,.. = 4 V S midden De shuifweerstand doet voor de helft mee, 50. De andere helft is kortgesloten. = + = 0,04 v,parallel = = 7,4.. v,parallel ,04 v,totaal = 7, = 7,4.. 0 I = = 0,076.. = 0,074 A 7,4.. U = I = 0, = 4,7.. = 5 V of 0 6,7 7 ma 4 V 74 ma 5 V

18 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 8 van 6 S rehts De shuifweerstand is in zijn geheel kortgesloten. Daardoor is ook de weerstand van 00 kortgesloten. In de kring lijft over = 00 U 0 I = = = 0, = 0,0 A 00 U = U = 0 V 00 5 a twee lampjes parallel Over elk lampje is de spanning 6 V. Uit het diagram lijkt dat dan I lampje = 0, 45 A Dan I = Ilampje = 0, 45 = 0,90 A lampje parallel aan weerstand Over elk is de spanning 6,0 V Uit het diagram lijkt dat I = 0,0 A Dan I = Ilampje + I = 0, ,0 = 0,75 A 0,0 A 0 V 0,90 A 0,75 A De stroomsterkte door lampje, weerstand en ampèremeter is dezelfde. Dat etekent een horizontale lijn in het diagram. De snijpunten met de grafieken moeten opleveren Ulampje + U = 4,0 V Uitproeren leidt tot I = 0,5 A Dan inderdaad Ulampje + U =, 0 +, 0 = 4, 0 V De spanning over het eerste lampje kun je aflezen in de grafiek: I = 400 ma U = 4,9 V Verder is I = I = I = 00 ma U =,5 V, U = U + U, = 4,9 +,5 = 6, 4 V 0,5 A,5 V,5 V 6,4 V d Door de lampjes zijn de stroomsterktes I en I = I = I. Dat zijn twee horizontale lijnen in de grafiek. Hun snijpunten met de lampgrafiek leveren twee spanningen waarvoor moet gelden U + U, = 6,0 V Uitproeren levert op I = 0,85 A Dan inderdaad U + U, = 4,6 +, 4 = 6,0 V 5 a [] is een voltmeter die parallel staat aan de weerstanden van k en k. Deze meet de ronspanning U = 6,0 V [] is een ampèremeter die de hoofdstroom meet. 6,0 Ik = = 60 A 0 I = = 90 A 6,0 Ik = = 0 A 0 of = + =, 5 v = 0, 66.. k v U 6,0 I = = = 90 A 0, v Over de ampèremeter staat een spanning van 6,0 4,8 =, V. Bij een ideale ampèremeter is dat 0 V. Deze ampèremeter is dus zeker niet ideaal. Als de voltmeter ideaal is, is nog steeds v,parallel = 0,66.. k U Controle: V 4,8 v = = = 0, Klopt. I 7, 0 UA, A 66,..,7 0 = = = = I 7, 0 0,9 A 6,0 V 9,0 ma,7 0

19 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 9 van 6 5 a Als U > 0, V is de diode geleidend. U =,5 0, =, V U, I = = = 0,0 A a 55 a U ma 9 0, Minimaal = = = 4,5 = I 0,00 P = U I = 6 I I = = 0,5 A = I 6 I = I + I = 0,5 + 0,5 = A 4 P U I 4 U U 4 V = = = = 4 V U = 6 4 = V U = = = I P 50 Ilamp = = = 0,65.. A U 0 Izekering 6 A laat maximaal 6 = 4,5.. = 4 lampen toe. 0,65.. N.B. naar eneden afronden! U 0 min = = = 4,.. = 5 Imax 6 N.B. naar oven afronden! 56 a U = V staat parallel aan lampje van V a I = 0,5 A Want het door het 6 V lampje kan,5 A, maar door het V lampje slehts A. Dus 0,5 A 0,5 A moet omgeleid worden via de weerstand a U = = = 4 4 I 0,5 e mogelijkheid A 4 5 V 8 (V) 6 6 (V) 6 = = =,4 en = = = 4 +,5 (A),5,5 (A),5

20 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 0 van 6 e mogelijkheid 8 (V) (V) = = = 6 en = = = 8 (A),5 (A),5 57 a U 0 0 P = U I = 60 = = = 88,.. = 8, U 0 I = = = 0,60.. = 0,6 A 88,.. of P 60 I = = = 0,60.. = 0,6 A U 0 U 0 = = = 88,.. = 8,8 0 I 0,60.. De weerstand van de onstantaandraad is onafhankelijk van de temperatuur U 5 P = = = 5 W 88,.. of Als de spanning x zo klein wordt, wordt ook de stroomsterkte x zo klein. Het vermogen P = U I wordt = 4 zo klein: 60 5 W 4 = 8,8 0 0,6 A P = U I = =,85 =,9 W,9 W d De weerstand van de gloeidraad is afhankelijk van de temperatuur. Zijn weerstand is ij 5 V kleiner dan ij 0 V, want ij 5 V is de gloeidraad koeler. Daardoor is de stroomsterkte ij 5 V niet x zo klein, maar wat groter. Het opgenomen vermogen is dan ook iets groter dan je zou verwahten ij onstante weerstand. 58 a Katoen kan op den duur verpulveren waardoor de isolatie steeds minder wordt. Er kunnen dan lekstromen optreden tussen de draden die steeds groter kunnen worden en het katoen doen ontranden, ook als is de stroomsterkte nog geen 6 A. 59 a In het snoer wordt warmte ontwikkeld. Het snoer moet die warmte goed kwijt kunnen. Als de temperatuur te hoog oploopt, smelt de isolatie en kan kortsluiting ontstaan. In de stekker maken de draden waarshijnlijk sleht ontat met de pootjes zodat er een extra weerstand is ontstaan. Die weerstand staat in serie met de motor van de stofzuiger. Je moet dus P = I voor de serieweerstanden toepassen. Bij een goede stekker is nul en wordt er geen warmte opgewekt. Na vastzetten van de shroefjes is het proleem waarshijnlijk opgelost U 0 Geruik P P U 6 = = P P L L 60 W 88 6 W 6 50 W 5 W 00 W

21 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 In een serieshakeling geldt U: U = : U = U U 0 Hier U U U 0 V ond ij de shatting ook de weerstandswaarden af. e shakeling 6 0 U 0 0 =,5 V Veel minder dan de enodigde 6 V. L zal niet (of nauwelijks zihtaar) randen. Voor L lijft ijna de nodige 0 V over. e shakeling 6 0 U 0 0 = 4 V Wat minder dan de enodigde 6 V. L zal zwak randen. Voor L lijft ijna de nodige 0 V over. e shakeling 6 0 U 0 0 = 5 V Iets minder dan de enodigde 6 V. L zal ijna goed randen. Voor L lijft ijna de nodige 0 V over. 4 e shakeling 0 U 0 0 = 7,5 V 0 60 Nogal wat meer dan de enodigde 6 V. L zal doorranden. De kring is verroken. Ook L randt niet. 60 a Geruik E (kwh) = P (kw) t (h) E = E kahel + E 50W + E 5 60W = 5 + 0, ,060 = 5, = 5 kwh Dat kost 5, 0,0 = 5, =,5,5 6 a Jaarnota inl. BTW 56,00 (,9 ) af 9% BTW 8,8.. Jaarnota exl. BTW 4,6.. af Vastreht 77,00 Kosten energie 56, 6.. ( 0,0 ) voor energiegeruik 566,.. kwh in een jaar. Dan was het gemiddeld vermogen (delen door het aantal uren in een jaar) E 566,.. (kwh) Pgem = = = 0, = 0,407 kw t 65 4 (h) D ( ) A r D =π =π, dus de oppervlakken verhouden zih als Voor eide is = ρ gelijk als voor eide gelijk is. A A Dat is zo als ook de lengtes zih verhouden als 5 : 407 W 5 : = 5: 5 : 5 :

22 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 d e uitenoppervlak = manteloppervlak + eindvlakken manteloppervlak = omtrek lengte = π D eindoppervlakken = π ( D ) = π D Er zijn twee extreme situaties: () Stel dat de lengtes zó groot zijn dat je de eindoppervlakken mag verwaarlozen, dan verhouden de manteloppervlakken zih als D l : D l = 5 5 : = 5 :. () Stel dat de lengtes zó klein zijn dat je de manteloppervlakken mag verwaarlozen, dan verhouden de eindoppervlakken zih als 5 :. Alleen voor de fijnproevers: Voor alle gevallen daartussen stellen we dat de lengte van de kleine weerstand gelijk is aan n maal zijn diameter, dus l = n D. Dan verhouden de uitenoppervlakken zih als: D + D ( 5 D) ( 5 ) + ( 5 D) ( 5 D) ( 5 n D) + ( 5 D) = = = D + D D + D D n D + D 5 ( 5n + ) 0n + = 5 n + n + Bij () gaat n naar en krijgen we 5 5 = 5. Bij () gaat n naar 0 en krijgen we 5. Bij de figuur in het oek lijkt n ongeveer 5 te zijn. Ga zelf na dat je dan 6 vindt. De weerstand met de kleinste afmetingen heeft de grootste kans op doorranden. Bij gelijke stroomsterkte is in eide de warmteontwikkeling even groot. Het koelende oppervlak van de kleine is veel kleiner. Het maximaal toelaatare vermogen. Je kunt daarmee de maximaal toegestane stroomsterkte erekenen via P = I max 6 a De weerstand van een draad is omgekeerd evenredig met de dwarsdoorsnede. Adik = 0 Adun dik = 0, dun Over de parallelle dikke en de dunne draad staat dezelfde spanning Idik = 0 Idun Voor de stroomdihtheden geldt dan Idik 0 Idun I = = dun A 0 A A dik dun dun max In de dikke draad (= undel van tien dunne draden) is warmteontwikkeling 0 x zo groot als in één dunne draad. Het koelende uitenoppervlak van de ene dikke draad is kleiner dan dat van tien dunne draden samen. De dikke draad kan zijn warmte dus verhoudingsgewijs slehter kwijt. (Berekening leert dat het uitenoppervlak van de ene dikke draad 0 =,6.. x kleiner is dan de uitenoppervlakken van de tien dunne draden samen.) 6 a De lengte van een (onstantaan)draad is reht evenredig met zijn weerstand. Als U meter = 0, is lijkaar UAS = UAP en USB = UPB. Je kunt nu shrijven UAS : USB = UAP : UPB UAS UAP I AS I NTC AS = = = NTC USB UPB I SB I SB AS : SB = : = : 0 AS SB NTC In antwoord a komt nergens de ronspanning U voor. 5,0 NTC = AS 0 = 0 =,.. = SB 75,0 (Je mag er van uit gaan dat in deze shakeling de weerstand van k een zeer kleine tolerantie heeft. De uitkomst in signifiante ijfers is dan toegestaan.)

23 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina van 6 d e AS NTC 00 = = = 0, AS = 0, SB SB 0 0 AS = 0, ( 00,0 AS) SB = 00 AS 0,0 AS = 0,0 0, AS, AS = 0,0 AS = =,07.. =, m,. De NTCweerstand samen met een aloholthermometer in akje met vloeistof.. De vloeistof verwarmen.. S vershuiven totdat de voltmeter 0 V aanwijst. 4. De temperatuur aflezen op de aloholthermometer. 5. Deze temperatuur noteren ij de positie van S. 6. Stappen tot en met 6 een aantal keer herhalen, m

24 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 4 van 6 Toets Stromen en spanningen a Eerst de shakeling vereenvoudigen. = + = = 0 v, = + = + = 0,05 v,4 = = 0 v,4 v, ,05,0 V 0,0 A De ronspanning wordt gelijk verdeeld over deze twee weerstanden. U = 6,0 V en U = U 4 = 6,0 V U 6,0 I = I = = = 0,0 A 0 v, U = I = 0, 0 =,0 V Eerst het vereenvoudigde shakelshema Teken in het diagram de rehte voor de weerstand van 0. 0,55 A De stroomsterkte in lampje en weerstand is even groot: horizontale lijn in diagram. Die lijn geeft op de snijpunten met de grafieken U L en U 0. Zoek de lijn waarvoor geldt U L + U 0 = V Na enig proeren vind je U L + U 0 = 4,9 + 7, = V ij I = 0,55 A.

25 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 5 van 6 Een gloeilamp a U 0 = = = 88,4.. = I,6 ( ) ( ) D A =π r =π =π,5 0 = 4, = 4,9 0 m 4,9 0 0 m 0 A 88,4.. 4, = ρ = = = 0,789.. = 0,79 m A ρ m Als de weerstand evenredig met de temperatuur toeneemt, is dit de (T)grafiek:,9 0 Uit de figuur lijkt: 88, = , ,4.. = 66,5.. = 97,.. 80 = 97, , 4.. = 85,8.. =,9 0 Een gevaar in de keuken a Serieshakeling totaal = links + lihaam + rehts 4 links = = en 4 rehts = = (Hoe groter het ontatoppervlak, des te kleiner de overgangsweerstand) Dus totaal = = 400 =,4 0 U 0 I = = = 0,64.. = 0,6 A, 4 0 Na ongeveer 40 ms wordt het gevaarlijk. Dan kun je door verkrampte spieren niet meer los komen. Q = I t De meeste warmte ontstaat in de hand met de grootste overgangsweerstand, dus in de rehterhand.,4 k 40 ms rehts ( ) Q = 0, = 0,59.. = 0,54 J 0,54 J

26 Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand ( ) Pagina 6 van 6

Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand (14-06-2012) Pagina 1 van 16

Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand (14-06-2012) Pagina 1 van 16 Stevin havo deel itwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand (4-06-0) Pagina van 6 Opgaven 6. De wet van Ohm a Het aantal ml komt overeen met de lading, dus het aantal ml per seonde met de stroomsterkte.

Nadere informatie

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 4 Spanning en stroom ( ) Pagina 1 van 20

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 4 Spanning en stroom ( ) Pagina 1 van 20 Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 4 Spanning en stroom (06-05-) Pagina van 0 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout. Als je

Nadere informatie

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 5 Spanning en stroom ( ) Pagina 1 van 16

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 5 Spanning en stroom ( ) Pagina 1 van 16 Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 5 Spanning en stroom (06-05-4) Pagina van 6 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout. Als

Nadere informatie

Uitwerkingen Hoofdstuk 2 - deel 2

Uitwerkingen Hoofdstuk 2 - deel 2 Uitwerkingen Hoofdstuk 2 - deel 2 4 VWO 2.6 Serie en parallel 51. Vervanging 52. Bij de winkelstraat zijn de lampen parallel geschakeld en bij de kandelaar in serie. 53. Voorbeeld: Serie De stroom moet

Nadere informatie

Inleiding 3hv. Opdracht 1. Statische elektriciteit. Noem drie voorbeelden van hoe je statische elektriciteit kunt opwekken.

Inleiding 3hv. Opdracht 1. Statische elektriciteit. Noem drie voorbeelden van hoe je statische elektriciteit kunt opwekken. Inleiding hv Opdracht Statische elektriciteit Noem drie voorbeelden van hoe je statische elektriciteit kunt opwekken Opdracht Serie- en parallelschakeling Leg van elke schakeling uit ) of het een serie-

Nadere informatie

Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5)

Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) 2.1 Inleiding 1. a) Warmte b) Magnetische Energie c) Bewegingsenergie en Warmte d) Licht (stralingsenergie) en warmte e) Stralingsenergie 2. a) Spanning (Volt),

Nadere informatie

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 6 Inductie ( ) Pagina 1 van 10

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 6 Inductie ( ) Pagina 1 van 10 Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 6 ndutie (21-03-2010) Pagina 1 van 10 Opgaven 6.1 ndutiespanning 1 a De spanning wordt 2 zo hoog. Ook nu is de spanning 2 zo hoog en de pieken volgen elkaar 2

Nadere informatie

Na 0,25T volgt een tweede piek die andersom staat. De pieken vloeien in elkaar over.

Na 0,25T volgt een tweede piek die andersom staat. De pieken vloeien in elkaar over. Stevin vwo deel Uitwerkingen hoofdstuk 8 Indutie (0-03-011) Pagina 1 van 1 Ogaven 8.1 Indutiesanning 1 a De sanning wordt zo hoog. Ook nu is de sanning zo hoog en de ieken volgen elkaar zo snel o. Na 0,5T

Nadere informatie

Naam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren

Naam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren Naam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren Schakeling In de hiernaast afgebeelde schakeling kan de spanning

Nadere informatie

3.4.3 Plaatsing van de meters in een stroomkring

3.4.3 Plaatsing van de meters in een stroomkring 1 De stroom- of ampèremeter De ampèremeter is een meetinstrument om elektrische stroom te meten. De sterkte van een elektrische stroom wordt uitgedrukt in ampère, vandaar de naam ampèremeter. Voorstelling

Nadere informatie

Naam: Klas: Repetitie natuurkunde voor havo (versie A) Getoetste stof: elektriciteit 1 t/m 5

Naam: Klas: Repetitie natuurkunde voor havo (versie A) Getoetste stof: elektriciteit 1 t/m 5 Naam: Klas: Repetitie natuurkunde voor havo (versie A) Getoetste stof: elektriciteit 1 t/m 5 OPGAVE 1 Teken hieronder het bijbehorende schakelschema. Geef ook de richting van de elektrische stroom aan.

Nadere informatie

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 6. 6.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 6. 6.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron itwerkingen opgaven hoofdstuk 6 6.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spannings Opgave 5 a De wielen die het contact vormen tussen het vliegtuig en de grond zijn gemaakt van rubber, en rubber is

Nadere informatie

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 1 Energie en arbeid (18-09-2013) Pagina 1 van 11

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 1 Energie en arbeid (18-09-2013) Pagina 1 van 11 Stevin havo deel Uitwerkingen hoofdstuk 1 Energie en areid (18-09-013) Pagina 1 van 11 Opgaven 1.1 Areid en vermogen 1 a W = Fs, dus de korte gewihtheffer (kleinere s kleinere W) is in het voordeel. Met

Nadere informatie

Practicum Zuil van Volta

Practicum Zuil van Volta Practicum Zuil van Volta Benodigdheden Grondplaat, aluminiumfolie, stuivers (munten van vijf eurocent), filtreerpapier, zoutoplossing, voltmeter, verbindingssnoeren, schaar Voorbereidende werkzaamheden

Nadere informatie

Hoe kun je de weerstand van voorwerpen vergelijken en bepalen?

Hoe kun je de weerstand van voorwerpen vergelijken en bepalen? werkblad experiment 4.5 en 5.4 (aangepast) naam:. klas: samen met: Hoe kun je de weerstand van voorwerpen vergelijken en bepalen? De weerstand R van een voorwerp is te bepalen als men de stroomsterkte

Nadere informatie

Serie. Itotaal= I1 = I2. Utotaal=UR1 + UR2. Rtotaal = R1 + R2. Itotaal= Utotaal : Rtotaal 24 = 10 + UR2 UR2 = 24 10 = 14 V

Serie. Itotaal= I1 = I2. Utotaal=UR1 + UR2. Rtotaal = R1 + R2. Itotaal= Utotaal : Rtotaal 24 = 10 + UR2 UR2 = 24 10 = 14 V Om te onthouden Serieschakeling Parallelschakeling Itotaal= I = I2 Utotaal=U + U2 totaal = + 2 Itotaal=I + I2 Utotaal= U = U2 tot 2 enz Voor elke schakeling I totaal U totaal totaal Itotaal= I = I2 Utotaal=U

Nadere informatie

Opgave 1 Er zijn twee soorten lading namelijk positieve en negatieve lading.

Opgave 1 Er zijn twee soorten lading namelijk positieve en negatieve lading. itwerkingen Opgave Er zijn twee soorten lading namelijk positieve en negatieve lading. Opgave 2 Een geleider kan de elektrische stroom goed geleiden. Metalen, zout water, grafiet. c. Een isolator kan de

Nadere informatie

Elektriciteit Inhoud. Elektriciteit demonstraties

Elektriciteit Inhoud. Elektriciteit demonstraties Elektriciteit Inhoud Inleiding : Deze les Spanning: Wat is dat, hoe komt dat? Stroom(sterkte) : Wat is dat, hoe komt dat? Practicum: (I,)-diagram van een lampje en een weerstand Weerstand : Wet van Ohm

Nadere informatie

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12 Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12 Opgaven 7.1 Magneten en elektromagneten 1 a Ongelijke polen trekken elkaar aan. De noordpool van een kompas wordt

Nadere informatie

1 Elektriciteit Oriëntatie 1.1 Elektrische begrippen Elektrische stroomkring

1 Elektriciteit Oriëntatie 1.1 Elektrische begrippen Elektrische stroomkring 1 Elektriciteit Oriëntatie Om met je auto of een tractor te kunnen rijden heb je elektriciteit nodig. Ook voor verlichting en je computer is veel elektriciteit nodig. Ook als je de mobiele telefoon aan

Nadere informatie

Opgave 5 V (geschreven als hoofdletter) Volt (voluit geschreven) hoeft niet met een hoofdletter te beginnen (volt is dus goed).

Opgave 5 V (geschreven als hoofdletter) Volt (voluit geschreven) hoeft niet met een hoofdletter te beginnen (volt is dus goed). Uitwerkingen 1 Opgave 1 Twee Opgave 2 30 x 3 = 90 Opgave 3 Volt (afgekort V) Opgave 4 Voltmeter (ook wel spanningsmeter genoemd) Opgave 5 V (geschreven als hoofdletter) Volt (voluit geschreven) hoeft niet

Nadere informatie

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 11 Inductie ( ) Pagina 1 van 5

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 11 Inductie ( ) Pagina 1 van 5 Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 11 Indutie (2017-10-31) Pagina 1 van 5 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout. Als je er

Nadere informatie

Hfd 3 Stroomkringen. Isolator heeft geen vrije elektronen. Molecuul. Geleider heeft wel vrije elektronen. Molecuul.

Hfd 3 Stroomkringen. Isolator heeft geen vrije elektronen. Molecuul. Geleider heeft wel vrije elektronen. Molecuul. Hfd 3 Stroomkringen Enkele begrippen: Richting van de stroom: Stroom loopt van de plus naar de min pool Richting van de elektronen: De elektronen stromen van de min naar de plus. Geleiders en isolatoren

Nadere informatie

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 11 Inductie ( ) Pagina 1 van 5

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 11 Inductie ( ) Pagina 1 van 5 Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 11 Indutie (2016-05-23) Pagina 1 van 5 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout. Als je er

Nadere informatie

Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 8 Signaalverwerking Pagina 1 van 12

Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 8 Signaalverwerking Pagina 1 van 12 Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 8 Signaalverwerking Pagina 1 van 12 Opgaven 8.1 - Shakelen met poorten 1 a Als je S 1 indrukt, wordt de uitgang van de invertor laag en geeft de EN-poort een laag

Nadere informatie

ρ ρ koper = 17 10 9 Ωm (tabel 8 van Binas)

ρ ρ koper = 17 10 9 Ωm (tabel 8 van Binas) Stevin vwo deel 3 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Los zand (16-09-2014) Pagina 1 van 13 Opgaven hoofdstuk 5 Los zand 1 a I = U G Er is niet veel aan af te leiden, het is de definitie van G. 1 = ρ A R G = σ met

Nadere informatie

6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen

6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen 6. Afronding hoofdstuk 2 6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen Inleiding Bij de introductie van dit hoofdstuk heb je je georiënteerd op het onderwerp van dit hoofdstuk

Nadere informatie

6,9. Samenvatting door een scholier 833 woorden 13 december keer beoordeeld. Natuurkunde 1.1

6,9. Samenvatting door een scholier 833 woorden 13 december keer beoordeeld. Natuurkunde 1.1 Samenvatting door een scholier 833 woorden 13 december 2014 6,9 35 keer beoordeeld Vak Natuurkunde 1.1 Sommige materialen kunnen stroom doorlaten > geleiders. Isolatoren laten geen stroom door. De grootte

Nadere informatie

UITWERKINGEN EXTRA OPGAVEN SCHAKELINGEN

UITWERKINGEN EXTRA OPGAVEN SCHAKELINGEN UITWERKINGEN EXTRA OPGAVEN SCHAKELINGEN U. Gegevens invullen: 24 0 24-0 4 V 2a R v2 R R 2. invullen gegevens: R v2 3 4 7 28 b R tot R v. invullen gegevens: 7 dus 4 A U U c R R. invullen gegevens: 3 dus

Nadere informatie

6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen

6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen 6. Afronding hoofdstuk 2 6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen Inleiding Bij de introductie van dit hoofdstuk heb je je georiënteerd op het onderwerp van dit hoofdstuk

Nadere informatie

Over Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4

Over Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4 1 Door een dunne draad loopt een elektrische stroom met een stroomsterkte van 2 µa. De spanning over deze draad is 50 V. Bereken de weerstand van de dunne draad. U = 50 V I = 2 µa R = 50V 2µA R = 2,5 10

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Atheneum van Veurne (http://www.natuurdigitaal.be/geneeskunde/fysica/wiskunde/wiskunde.htm),

Nadere informatie

b. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten.

b. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten. Oefenopgaven vervangingsweerstand en transformator 1 Twee lampjes L1 en L2 staan in serie: R1 = 5,0 Ω en R2 = 9,0 Ω Bereken de vervangingsweerstand van de twee lampjes. gegeven: R1 = 5,0 Ω, R2 = 9,0 Ω

Nadere informatie

Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 1 Bewegen (31-08-2012) Pagina 1 van 20. b 12 3 5 7 c

Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 1 Bewegen (31-08-2012) Pagina 1 van 20. b 12 3 5 7 c Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 1 Bewegen (31-08-01) Pagina 1 van 0 0 a Opgaven 1.1 Meten van tijden en afstanden x = 1,66.. = 1,7 45 7,5 y = = 73,3.. = 73 4,6 6,3 π z = = 0,515.. = 0,5 38,4 1,7

Nadere informatie

Eindexamen havo natuurkunde pilot II

Eindexamen havo natuurkunde pilot II Eindexamen havo natuurkunde pilot 0 - II Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag worden scorepunten toegekend. Opgave Parasaurolophus maximumscore antwoord: resonantie maximumscore Voor de grondtoon

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt scorepunt toegekend. Opgave SPECT-CT-scan B maximumscore 3 antwoord: 99 99 Mo Tc + 0 e + ( γ) of 99 99 Mo Tc + e + ( γ ) 4 43 het elektron

Nadere informatie

8.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron

8.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron itwerkingen opgaven hoofdstuk 8 8.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron Opgave 1 Opgave 2 a Een atoom is een neutraal deeltje. De lading van een proton (+1 e) is gelijk aan de lading

Nadere informatie

2 Elektriciteit Elektriciteit. 1 A De aal heeft ca 4000 elektrische cellen van 0,15 volt, die in serie geschakeld zijn.

2 Elektriciteit Elektriciteit. 1 A De aal heeft ca 4000 elektrische cellen van 0,15 volt, die in serie geschakeld zijn. 2 Elektriciteit 1 2.1 Elektriciteit 1 A De aal heeft ca 4000 elektrische cellen van 0,15 volt, die in serie geschakeld zijn. 2 mp3-speler dynamo fiets accu lamp op je kamer stopcontact auto batterij 3

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. 1 Lading en spanning. Elektriciteit. Leerstof. Toepassing

Hoofdstuk 3. 1 Lading en spanning. Elektriciteit. Leerstof. Toepassing Hoofdstuk 3 Elektriciteit 1 Lading en spanning Leerstof 1 a Je moet de pvc-uis met een wollen doek wrijven. een negatieve lading c elektronen d De elektronen gaan van de doek naar de pvc-uis. e een positieve

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 - Tabellen, grafieken, formules

Hoofdstuk 5 - Tabellen, grafieken, formules Hoofdstuk 5 - Taellen, grafieken, formules ladzijde 130 V-1a d De grafieken van de grond en de luht vertonen veel grotere temperatuurshommelingen dan de grafiek van het water. De grafiek van de grond omdat

Nadere informatie

Over Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4

Over Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4 1 Door een dunne draad loopt een elektrische stroom met een stroomsterkte van 2 A. De spanning over deze draad is 50 V. Bereken de weerstand van de dunne draad. U = 50 V I = 2 A R = 50V 2A R = 25Ω 2 Een

Nadere informatie

3.2 Instapprobleem met demonstratie Schakelingen van drie lampjes

3.2 Instapprobleem met demonstratie Schakelingen van drie lampjes 3 Serie- en parallelschakeling 3.1 Introductie Inleiding In de vorige paragraaf heb je je beziggehouden met de elektrische huisinstallatie en de veiligheidsmaatregelen die daarvoor van belang zijn. Behalve

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Functies en de GRM. Kern 1 Functies met de GRM. Netwerk Havo B uitwerkingen Hoofdstuk 2, Functies en de GRM 1. 1 a. b Na ongeveer 6 dagen.

Hoofdstuk 2 Functies en de GRM. Kern 1 Functies met de GRM. Netwerk Havo B uitwerkingen Hoofdstuk 2, Functies en de GRM 1. 1 a. b Na ongeveer 6 dagen. Netwerk Havo B uitwerkingen Hoofdstuk, Functies en de GRM Hoofdstuk Functies en de GRM Kern Functies met de GRM a H (dm) 5 Na ongeveer 6 dagen. 6 8 0 t a De functie heeft geen functiewaarde voor X < 0.

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit)

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit) Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit) Samenvatting door een scholier 1671 woorden 2 december 2012 5,6 55 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Natuurkunde H2 elektriciteit

Nadere informatie

Naam: Klas: Repetitie elektriciteit klas 2 1 t/m 6 HAVO (versie A)

Naam: Klas: Repetitie elektriciteit klas 2 1 t/m 6 HAVO (versie A) Naam: Klas: Repetitie elektriciteit klas 2 1 t/m 6 HAVO (versie A) OPGAVE 1 Welke spanning leveren de combinaties van 1,5 volt-batterijen? Eerste combinatie: Tweede combinatie: OPGAVE 2 Stel dat alle lampjes

Nadere informatie

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 6 Energie en arbeid ( ) Pagina 1 van 10

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 6 Energie en arbeid ( ) Pagina 1 van 10 Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 6 Energie en areid (016-06-07) Pagina 1 van 10 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout.

Nadere informatie

4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water

4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water 4 Elektrische energie 4.1 Introductie Inleiding Het hoofdstuk gaat over het goed en veilig functioneren van elektrische schakelingen en over wetmatigheden die gelden voor elektrische schakelingen. Je hebt

Nadere informatie

Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde

Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde Technologie 1 Elektrische en elektronische begrippen Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde Opleiding Pop en Media Peet Ferwerda, januari 2002 Deze instructie wordt tijdens

Nadere informatie

1 Lading en spanning. Hoofdstuk 3. Elektriciteit. Plus. Elektriseermachines

1 Lading en spanning. Hoofdstuk 3. Elektriciteit. Plus. Elektriseermachines BASISSTOF Hoofdstuk 3 Elektriciteit Hoofdstuk 3 Elektriciteit Lading en spanning a Je moet de pvc-uis met een wollen doek wrijven. De uis krijgt een negatieve lading. Dit komt doordat elektronen 'overspringen'

Nadere informatie

Men schakelt nu twee identieke van deze elementen in serie (zie Figuur 3).

Men schakelt nu twee identieke van deze elementen in serie (zie Figuur 3). jaar: 1989 nummer: 09 Men heeft een elektrisch schakelelement waarvan we het symbool weergeven in figuur 1. De (I,U) karakteristiek van dit element is weergegeven in de nevenstaande grafiek van figuur

Nadere informatie

Werking van een zekering

Werking van een zekering Naam: Klas: Datum: Werking van een zekering Doelstelling Leerlingen moeten inzien dat een zekering de elektrische stroom kan onderbreken bij oververhitting als gevolg van een kortsluiting. Inleidende proef

Nadere informatie

Om een lampje te laten branden moet je er een elektrische stroom door laten lopen. Dat lukt alleen, als je een gesloten stroomkring maakt.

Om een lampje te laten branden moet je er een elektrische stroom door laten lopen. Dat lukt alleen, als je een gesloten stroomkring maakt. Samenvatting door een scholier 983 woorden 8 april 2011 6,8 988 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Natuurkunde H5 par 1 t/m 5 samenvatting Par. 1 Een stroomkring maken Om een lampje te laten branden

Nadere informatie

9 PARALLELSCHAKELING VAN WEERSTANDEN

9 PARALLELSCHAKELING VAN WEERSTANDEN 9 PARALLELSCHAKELING VAN WEERSTANDEN Een parallelschakeling komt in de praktijk vaker voor dan een serieschakeling van verbruikers. Denken we maar aan alle elektrische apparaten die aangesloten zijn op

Nadere informatie

Een elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.

Een elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie. Inhoud Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7 De wet

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 - Functies en de rekenmachine

Hoofdstuk 1 - Functies en de rekenmachine Hoofdstuk 1 - Funties en de rekenmahine ladzijde 1 V-1a Bij A hoort een kwadratish verand, want de toename van de toename is steeds. Bij B hoort een lineair verand, de toename is steeds 5. Bij C hoort

Nadere informatie

-Zoek de eventuele benodigde gegevens op in het tabellenboek. -De moeilijkere opgaven hebben een rood opgavenummer.

-Zoek de eventuele benodigde gegevens op in het tabellenboek. -De moeilijkere opgaven hebben een rood opgavenummer. Extra opgaven hoofdstuk 7 -Zoek de eventuele benodigde gegevens op in het tabellenboek. -De moeilijkere opgaven hebben een rood opgavenummer. Gebruik eventueel gegevens uit tabellenboek. Opgave 7.1 Door

Nadere informatie

Maak een schatting van de weerstand bij een afstand van 55 cm en laat zien hoe je aan je schatting bent gekomen.

Maak een schatting van de weerstand bij een afstand van 55 cm en laat zien hoe je aan je schatting bent gekomen. EXAMENTRAINING Hoofdstuk 9 Shakelingen 1 Een groepje leerlingen voert een praktishe opdraht uit met een LDR (zie figuur 1). a ij deze proef hoort een onderzoeksvraag. Noem een onderzoeksvraag over de LDR

Nadere informatie

Energie : elektriciteit : stroomkringen

Energie : elektriciteit : stroomkringen Energie : elektriciteit : stroomkringen De netspanning is uitgevallen! Pas dan merk je wat elektriciteit voor ons betekent. Geen licht, geen computer, geen playstation, het eten op het elektrisch fornuis

Nadere informatie

Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 2 Versnellen ( ) Pagina 1 van 20

Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 2 Versnellen ( ) Pagina 1 van 20 Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk Versnellen (0-10-014) Pagina 1 van 0 De uitwerkingen van dit hoofdstuk zijn aangevuld met de manier die NiNa prefereert: meer nadruk op grafieken en gemiddelde

Nadere informatie

Natuur- en scheikunde 1, elektriciteit, uitwerkingen. Spanning, stroomsterkte, weerstand, vermogen, energie

Natuur- en scheikunde 1, elektriciteit, uitwerkingen. Spanning, stroomsterkte, weerstand, vermogen, energie 4M versie 1 Natuur- en scheikunde 1, elektriciteit, uitwerkingen Werk netjes en nauwkeurig Geef altijd een duidelijke berekening of een verklaring Veel succes, Zan Spanning, stroomsterkte, weerstand, vermogen,

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Stroom, spanning, weerstand

Hoofdstuk 7 Stroom, spanning, weerstand Hoofdstuk 7 Stroom, spanning, weerstand 7.1 De wet van Ohm Je kent de begrippen spanning, stroomsterkte en weerstand. Aan de hand van een simpele schakeling halen we die kennis weer op. Elektrische spanning

Nadere informatie

R Verklaar alle antwoorden zo goed mogelijk

R Verklaar alle antwoorden zo goed mogelijk PROEFWERK TECHNOLOGIE VWO MODULE 6 ELECTRICITEIT VRIJDAG 19 maart 2010 R Verklaar alle antwoorden zo goed mogelijk 2P 2P 2P Opgave 1 Tup en Joep willen allebei in bed lezen. Ze hebben allebei een fietslampje.

Nadere informatie

jaar: 1989 nummer: 10

jaar: 1989 nummer: 10 jaar: 1989 nummer: 10 Gegeven een cylindervomtige geleider van 1 m lengte met een diameter van 5 mm. De weerstand van de geleider is R. De draad wordt uitgerekt tot een lengte van 1,2 m terwijl het volume

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 - Functies en de rekenmachine

Hoofdstuk 1 - Functies en de rekenmachine Hoofdstuk 1 - Funties en de rekenmahine ladzijde 1 V-1a Bij A hoort een kwadratish verand, want de toename van de toename is steeds 4. Bij B hoort een lineair verand, de toename is steeds 5. Bij C hoort

Nadere informatie

Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 2 Versnellen ( ) Pagina 1 van 25

Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 2 Versnellen ( ) Pagina 1 van 25 Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk Versnellen (17-10-014) Pagina 1 van 5 De uitwerkingen van dit hoofdstuk zijn aangevuld met de manier die NiNa prefereert: meer nadruk op grafieken en gemiddelde

Nadere informatie

5 Weerstand. 5.1 Introductie

5 Weerstand. 5.1 Introductie 5 Weerstand 5.1 Introductie I n l e i d i n g In deze paragraaf ga je verschillende soorten weerstanden bestuderen waarvan je de weerstandswaarde kunt variëren. De weerstand van een metaaldraad blijkt

Nadere informatie

4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water

4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water 4 Elektrische energie 4.1 Introductie Inleiding Het hoofdstuk gaat over het goed en veilig functioneren van elektrische schakelingen en over wetmatigheden die gelden voor elektrische schakelingen. Je hebt

Nadere informatie

Elektrische netwerken

Elektrische netwerken Deel 1: de basis H1 - H4: basisbegrippen gelijkspanning Opgaven bij hoofdstuk 1... 1 Opgaven bij hoofdstuk 2... 2 Opgaven bij hoofdstuk 3... 4 Opgaven bij hoofdstuk 4... 7 H5 - H8: basisbegrippen wisselspanning

Nadere informatie

Van Dijk Educatie Parallelschakeling 2063NGQ0571. Kenteq Leermiddelen. copyright Kenteq

Van Dijk Educatie Parallelschakeling 2063NGQ0571. Kenteq Leermiddelen. copyright Kenteq Parallelschakeling 2063NGQ0571 Kenteq Leermiddelen copyright Kenteq Inhoudsopgave 1 Parallelschakeling 5 1.1 Inleiding 5 1.2 Doelen 5 1.3 Parallelschakeling 6 1.4 Shuntweerstand 21 1.5 Samenvatting 24

Nadere informatie

Opgave 5 Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van figuur 3.

Opgave 5 Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van figuur 3. Opgave 5 Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van figuur 3. figuur 3 De schuifweerstand is zo ingesteld dat de stroomsterkte 0,50 A is. a) Bereken het

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 4

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 4 Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 4 Samenvatting door Roy 1370 woorden 5 maart 2017 6,8 14 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Nova Samenvatting h4 NaSk1 4.1 Elke keer dat je een apparaat aanzet,

Nadere informatie

Geleider: (metaal) hierin kunnen elektronen bewegen, omdat de buitenste elektronen maar zwak aangetrokken worden tot de kern (vrije elektronen)

Geleider: (metaal) hierin kunnen elektronen bewegen, omdat de buitenste elektronen maar zwak aangetrokken worden tot de kern (vrije elektronen) Boekverslag door B. 1240 woorden 16 juni 2015 7.6 10 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Hoofdstuk 3, Elektriciteit 1 1 Lading en stroom Elektrische lading kan positief of negatief zijn. Gelijke

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 18 augustus Brenda Casteleyn, PhD

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 18 augustus Brenda Casteleyn, PhD Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 18 augustus 2019 Brenda Casteleyn, PhD Met dank aan: Atheneum van Veurne, Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) 1. Inleiding

Nadere informatie

Een elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.

Een elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie. Inhoud Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7 De wet

Nadere informatie

KeCo-opgaven elektricitietsleer VWO4

KeCo-opgaven elektricitietsleer VWO4 KeCo-opgaven eektricitietseer VWO4 1 KeCo-opgaven eektricitietseer VWO4 E.1. a. Wat is een eektrische stroom? b. Vu in: Een eektrische stroomkring moet atijd.. zijn. c. Een negatief geaden voorwerp heeft

Nadere informatie

Zo n grafiek noem je een dalparabool.

Zo n grafiek noem je een dalparabool. V-a Hoofdstuk - Funties Hoofdstuk - Funties Voorkennis O A B De grafiek ij tael A is een rehte lijn, want telkens als in de tael met toeneemt neemt met toe. Het startgetal is en het hellingsgetal is. d

Nadere informatie

VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8

VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 SAMENVATTING ELEKTRICITEIT VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 HOEVEELHEID LADING Symbool Q (soms q) Eenheid C (Coulomb) Iedereen heeft wel eens gemerkt dat voorwerpen elektrische eigenschappen kunnen krijgen.

Nadere informatie

Werkstuk Natuurkunde Schakeling

Werkstuk Natuurkunde Schakeling Werkstuk Natuurkunde Schakeling Werkstuk door een scholier 677 woorden 23 december 2003 5,5 68 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Inleiding In dit verslag wordt bepaald welke regels er gelden voor stromen

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 - Functies en de rekenmachine

Hoofdstuk 1 - Functies en de rekenmachine Hoofdstuk - Funties en de rekenmahine Voorkennis: Funties ladzijde V-a De formule is T = + 00, d Je moet oplossen + 00, d = dus dan geldt 00, d = en dan is d = : 00, 77 m V-a f( ) = = 0en f( ) = ( ) (

Nadere informatie

Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en temperatuur

Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en temperatuur Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en tem Profielwerkstuk door een scholier 1083 woorden 10 maart 2016 6 7 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Weerstand en tem Hoe heeft de tem invloed op de weerstand van

Nadere informatie

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 10 Atomen ( ) Pagina 1 van 10

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 10 Atomen ( ) Pagina 1 van 10 Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 10 Atomen (26-08-2011) Pagina 1 van 10 Opgaven 10.1 Fotonen 1 a Tael 19B: 920 nm is infrarood en 12 m is SHF (super high frequeny) 8 3,00 10 λ 6 = = = 0,333 m f

Nadere informatie

Bij een uitwendige weerstand van 10 is dat vermogen 10

Bij een uitwendige weerstand van 10 is dat vermogen 10 Elektriciteitsleer Inwendige weerstand Een batterij heeft een bronspanning van 1,5 V en een inwendige weerstand van 3,0. a. Teken de grafiek van de klemspanning als functie van de stroomsterkte. Let er

Nadere informatie

Stevin havo Uitwerkingen hoofdstuk 9 Algemene technieken (augustus 2009) Pagina 1 van 9

Stevin havo Uitwerkingen hoofdstuk 9 Algemene technieken (augustus 2009) Pagina 1 van 9 Stevin havo Uitwerkingen hoofdstuk 9 Algemene tehnieken (augustus 009) Pagina van 9 Opgaven 9. Afronden en rekenen a 7,55 l < 7,65 m 0,5 V

Nadere informatie

VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8

VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 SAMNVATTING LKTICITIT VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 HOVLHID LADING Symbool Q (soms q) enheid C (Coulomb) Iedereen heeft wel eens gemerkt dat voorwerpen elektrische eigenschappen kunnen krijgen. Als je over

Nadere informatie

b. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten.

b. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten. Oefenopgaven vervangingsweerstand en transformator 1 Twee lampjes L1 en L2 staan in serie: R1 = 5,0 Ω en R2 = 9,0 Ω Bereken de vervangingsweerstand van de twee lampjes. 2 Twee apparaten, weerstand R1 =

Nadere informatie

JAN Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 34 punten.

JAN Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 34 punten. NATUURKUNDE KLAS 4 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK 2 JAN.. 2009 Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 34 punten. Opgave 1 (3 + 4 pt) De batterij in de hiernaast

Nadere informatie

Glas en barnsteen hebben een tegengestelde lading als ze opgewreven zijn, de lading van gewreven glas noem je positief.

Glas en barnsteen hebben een tegengestelde lading als ze opgewreven zijn, de lading van gewreven glas noem je positief. Samenvatting door E. 2498 woorden 2 april 2015 7,2 23 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Hoofdstuk 3 Elektriciteit 3.1 Lading, Spanning en Stroom Elektrische lading Door wrijving kunnen voorwerpen

Nadere informatie

Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.

Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden. 1 Formules gebruiken Verkennen www.math4all.nl MAThADORE-basic HAVO/VWO 4/5/6 VWO wi-b Werken met formules Formules gebruiken Inleiding Verkennen Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.

Nadere informatie

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012 DEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Dichtheid Soortelijke

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 4 november Brenda Casteleyn, PhD

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 4 november Brenda Casteleyn, PhD Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 4 november 2017 Brenda Casteleyn, PhD Met dank aan: Atheneum van Veurne, Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) 1. Inleiding

Nadere informatie

Wat meet je met een voltmeter? Vul de ontbrekende woorden in. Met een voltmeter meet je de

Wat meet je met een voltmeter? Vul de ontbrekende woorden in. Met een voltmeter meet je de Oefentoets Hieronder zie je leerdoelen en toetsopdrachten ink de leerdoelen aan als je denkt dat je ze beheerst Maak de toetsopdrachten om na te gaan of dit inderdaad zo is Na leren van paragraaf kun je

Nadere informatie

Elektrische stroomnetwerken

Elektrische stroomnetwerken ntroductieweek Faculteit Bewegings- en evalidatiewetenschappen 25 29 Augustus 2014 Elektrische stroomnetwerken Dr. Pieter Neyskens Monitoraat Wetenschappen pieter.neyskens@wet.kuleuven.be Assistent: Erik

Nadere informatie

4,1. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november keer beoordeeld. Natuurkunde. Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2.

4,1. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november keer beoordeeld. Natuurkunde. Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november 2012 4,1 51 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2. Hoofdstuk 3 Stroom, spanning en weerstand. * Elektrische

Nadere informatie

Opgave 2 Een spanningsbron wordt belast als er een apparaat op is aangesloten dat (in meer of mindere mate) stroom doorlaat.

Opgave 2 Een spanningsbron wordt belast als er een apparaat op is aangesloten dat (in meer of mindere mate) stroom doorlaat. Uitwerkingen 1 A Een spanningsbron wordt belast als er een apparaat op is aangesloten dat (in meer of mindere mate) stroom doorlaat. Een ideale spanningsbron levert bij elke stroomsterkte dezelfde spanning.

Nadere informatie

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 10 Elektromagnetisme ( ) Pagina 1 van 9

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 10 Elektromagnetisme ( ) Pagina 1 van 9 Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 10 Elektromagnetisme (2016-05-22) Pagina 1 van 9 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout.

Nadere informatie

SERIE-schakeling U I. THEMA 5: elektrische schakelingen. Theoretische berekening voor vervangingsweerstand:

SERIE-schakeling U I. THEMA 5: elektrische schakelingen. Theoretische berekening voor vervangingsweerstand: QUARK_5-Thema-05-elektrische schakelingen Blz. 1 THEMA 5: elektrische schakelingen Inleiding: PHET-opdracht ---> GEVAL-1 : SERIE-schakeling OPDRACHT: 1. bepaal de spanningspijlen en de stroomsterkten.

Nadere informatie

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag Practicum algemeen 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag 1 Diagrammen maken Onafhankelijke grootheid en afhankelijke grootheid In veel experimenten wordt

Nadere informatie

Welke wetmatigheden die gelden voor de elektrische schakeling kun je gebruiken om de werking van aarding, zekering en aardlekschakelaar te begrijpen?

Welke wetmatigheden die gelden voor de elektrische schakeling kun je gebruiken om de werking van aarding, zekering en aardlekschakelaar te begrijpen? 2 De elektrische schakeling 2.1 Introductie Inleiding In huis waar gewerkt wordt met een spanning van 230 volt, kunnen gevaarlijke situaties voorkomen, bijvoorbeeld kortsluiting, overbelasting, het aanraken

Nadere informatie

Opgave 2 Vuurtoren Natuurkunde N1 Havo 2001-II opgave 3

Opgave 2 Vuurtoren Natuurkunde N1 Havo 2001-II opgave 3 Deze 5 opgaven (21 vragen) met uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Et-stof: h4. Arbeid en energie, h5. Licht en h6. Elektriciteit Examentraining Havo 4 et2 Opgave 1 De waterkrachtcentrale van Itaipu

Nadere informatie