Uitwerkingen Hoofdstuk 2 - deel 2
|
|
- Martha Dijkstra
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Uitwerkingen Hoofdstuk 2 - deel 2 4 VWO 2.6 Serie en parallel 51. Vervanging 52. Bij de winkelstraat zijn de lampen parallel geschakeld en bij de kandelaar in serie. 53. Voorbeeld: Serie De stroom moet door alle componenten I bron = I 1 = I 2 = U bron = U 1 + U 2 + R v = R 1 + R 2 + Als een component uit is, doen de andere het ook niet Parallel De stroom kan kiezen door welke component hij gaat I bron = I 1 + I 2 + U bron = U 1 = U 2 = 1/R v = 1/R 1 + 1/R 2 + Als een component uit is, doen de andere het wel. 54. a) R v = R 1 + R 2 = = 940 b) R v = R 1 + R 2 + R 3 = 4,7 + 5,6 + 8,2 = 18,5 c) R v = R 1 + R 2 + R 3 + R 4 = = a) 1/R v = 1/R 1 + 1/R 2 = 1/ /470 dus R v = 235 b) 1/R v = 1/R 1 + 1/R 2 + 1/R 3 = 1/4,7 + 1/5,6 + 1/8,2 dus R v = 1,9 c) 1/R v = 1/R 1 + 1/R 2 + 1/R 3 + 1/R 4 = 1/30+1/30+1/30+1/30 dus R v = 7,5 56. a) P = UI maar we weten I niet, dus die eerst uitrekenen: I = U/R = 230 / 1, = 0,153 A. Dus P = UI = ,153 = 35 W b) Niets, want in 'hun' stroomkring verandert er niets: de spanning blijft 230 V en de weerstand blijft 1,5 k. c) Dan ontstaat er een kortsluiting (plus en min direct verbonden zonder noemenswaardige weerstand) en dan springen waarschijnlijk de stoppen. 57. a) R = U/I = 12,0 / 4,2 = 2,9. b) parallel: de stroom kan immers kiezen door wélke draad hij terugloopt. c) Het zijn 9 identieke draden, dus elk krijgt 1/9 van de totale stroomsterkte, dus I = 4,2 / 9 = 0,467 A en daarmee volgt: R = U/I = 12,0 / 0,467 = 26. d) P = UI = 12,0. 0,467 = 5,6 W dus 5,6 Joule per seconde. e) Nee, voor de andere draden verandert er niets (U en R blijven gelijk). f) a) Van de parallelschakeling: 1/R v = 1/R 1 + 1/R 2 + 1/R 3 + 1/R 4 = 1/1,0 + 1/2,0 + 1/3,0 + 1/4,0 = 2,083 dus R v = 1/2,083 = 0,48. b) R tot = R par + R 5 + R 6 = 0,48 + 1,5 + 2,5 = 4,48. Dus I = U/R = 4,5/4,48 = 1,0 A. c) U = IR en de 1,5 weerstand krijgt de hoofdstroom, dus I = 1,0 A. Daaruit volgt: U = IR = 1,0. 1,5 = 1,5 V. Uitwerkingen vwo 4 - hoofdstuk 2 deel 2 Bes 1/6
2 d) U par = I. R par. De spanning over de parallelschakeling is dus 1,0. 0,48 = 0,48 V. Dus voor de weerstand van 3,0 geldt: I = U/R = 0,48 / 3,0 = 0,16 A. 59. a) Die is verwaarloosbaar klein. b) P = UI dus I = P/U = 6,0 / 12 = 0,50 A c) De meter zelf heeft een weerstand van 1,0 dus de totale weerstand in de bovenste tak is: = Dus I = U/R = 12,0 / 9996 = 1,2 ma. d) De spanning wordt 2 keer zo groot en de weerstand blijft gelijk, dus I ook twee keer zo groot, ofwel 2,4 ma e) Die zijn recht evenredig met elkaar. f) De maximale stroom is 5 ma dus dan is de spanning: U = IR = = 50 V. 60. Zie site. 2.7 Halfgeleidercomponenten 61. PTC = Positieve Temperatuur Coëfficiënt 62. a) rechtsboven is doorlaat, linksonder is sper. b) De stroom is dan (-)5 na dus R = U/I = 2,0 / = 4, (dus heel groot) c) Schat I op 1000 A dus R = U/I = 0,8 / 1000 = 8, (dus heel klein) d) Die is zeer groot (we nemen altijd oneindig) e) Die is zeer klein (we nemen altijd 0) 63. Doordat er minder stroom door de NTC gaat, zal die minder warm worden, dus heeft de NTC een hogere weerstand dan die bij 3,2 V. De stroom zal dus kleiner zijn dan de verwachte 40 ma. 64. In schakeling b zal de weerstand niet veranderen (het is een ohmse weerstand) en zal de stroomsterkte dus ook niet veranderen en daarmee ook de lichtsterkte niet. In schakeling a zal de weerstand van de NTC steeds kleiner worden door oplopende temperatuur, daarmee zal de stroom steeds groter worden en het lampje dus feller gaan branden. 65. a) Ja, de diode staat in doorlaatrichting. b) Hele kleine weerstand c) Bv. d) De diode en batterij omdraaien of de led omdraaien. e) Omdat anders er sprake is van kortsluiting (zowel led als diode hebben een verwaarloosbare weerstand in doorlaatrichting). Uitwerkingen vwo 4 - hoofdstuk 2 deel 2 Bes 2/6
3 66. a) 4,5 V (die is gegeven). b) Ook 4,5 V (nog steeds gewoon aangesloten op een spanningsbron). c) De weerstand kun je uitrekenen met R = U/I dus je moet U en I weten. * U: In een serieschakeling geldt U b = U 1 + U 2 dus U 2 = U b - U 1 = 4,5-4,1 = 0,4 V * I: De stroom is hetzelfde als door de serieweerstand, dus I = U/R = 4,1 / = 4, A. Dus R LDR = U/I = 0,4 / 4, = 975,6 = 1 k. d) De spanning verdeeld zich. Hoe hoger de weerstand, hoe meer spanning (U = IR en I beide gelijk). Dus als de weerstand van de LDR 10 M is en de weerstand van de serieweerstand 10 k, dan zal ook de spanning over de LDR 1000 keer zo groot zijn als die over de serieweerstand. Dus bijna alle spanning staat dan over de LDR, dus ongeveer 4,5 V. (Als je hem berekent komt er uit: 4,4955 V) Dus de spanning over de serieweerstand is ongeveer 0 V. 67. a) De draadjes omdraaien. b) Hij laat stroom in één richting door. c) van Q naar P (volg de stroom door de diodes heen). d) Ongeveer gelijk aan de bronspanning dus 6,0 V (Met de zgn. drempelspanning van de diode houdt het boek geen rekening, en wij zullen die ook verwaarlozen). e) Ook van Q naar P. f) Ook 6,0 V g) Niets. 2.8 Spanningsdeling overslaan 70. a) In het ideale geval tussen 0 en 30. b) Je kan door de schuif bij A te zetten kortsluiting veroorzaken. c) Dan is de spanning over het lampje gelijk aan de bronspanning. d) Dan staat een deel van de spanning over de weerstand tussen A en C en zal de spanning over het lampje dus afnemen. e) Dimmer. Uitwerkingen vwo 4 - hoofdstuk 2 deel 2 Bes 3/6
4 71. a) b) Vervangingsweerstand van het paralleldeel: 1/R v = 1/R 2 + 1/R 3 = 1/12 + 1/18 dus R v = 7,2. Dus de totale weerstand in de kring is 7,2 + R 1 = 7,2 + 6,0 = 13,2. De stroom door de kring wordt dus I = U/R = 12 / 13,2 = 0,91 A. Dat is ook de stroom door R 1 (hier gaat alle stroom door). De spanning over het parallelle deel is U = IR = 0,91. 7,2 = 6,54 V dus I 12 = U/R = 6,54 / 12 = 0,55 A en I 18 = 6,54 / 18 = 0,36 A (Let op: I 12 + I 18 = 0,91 A!, dus klopt). 72 Teken eerst de schakeling: Dan over de weerstand R staat een spanning van = 6,0 V. Door het lampje moet een stroom lopen van I = P/U = 6,0/12 = 0,50 A. Door de weerstand van 30 loopt een stroom van I = U/R = 6,0 / 30 = 0,20 A Dus door R moet een stroom lopen van 0,50-0,20 = 0,30 A. De weerstand van R moet dus zijn: R = U/I = 6,0 / 0,30 = a) Teken eerst weer de schakeling: Dan: - de spanning over de 6,6 moet zijn: = 10 V. - de stroom door de 6,6 is dan I = U/R = 10 / 6,6 = 1,515 A. - de stroom door het lampje is I = P/U = 4,0 / 14 = 0,2857 A. - de stroom door Rs moet dus zijn: 1,515-0,2857 = 1,229 A Dus Rs = U/I = 14 / 1,229 = 11,39 = 11. b) De schuifweerstand wordt kleiner en om normaal te kunnen branden moet hij 11 zijn. Je moet dus een extra weerstand erbij zetten (in serie). c) 11,4-4,8 = 6,6. Uitwerkingen vwo 4 - hoofdstuk 2 deel 2 Bes 4/6
5 a) Alleen A en B doen mee, dus R = U/I = 12,0 / 0,32 = 37,5 is de weerstand van 2 lampjes. Dus elk lampje heeft dan 37,5 / 2 = 18,75 = 19. b) Als je S sluit, zal lampje C parallel worden aangesloten. Daardoor wordt de totale weerstand kleiner en de totale hoofdstroom dus groter. Die hoofdstroom gaat door A, dus zal A feller branden. c) Als de spanning van A 8,0 V is, dan is zijn stroom 0,38 A (zie grafiek). De beide lampjes B en C krijgen dan elk de helft van die stroom, dus 0,38 / 2 = 0,19 A. Hun spanning is dan 3,1 V. De totale spanning is dan 3,1 + 8,0 = 11,1 V. Dus P = UI = 11,1. 0,38 = 4,2 W. 2.9 Veiligheid 76. Overslaan 77. Het gaat hier om wisselspanning, dus de + en - pool verwisselen elke keer. 78. Alleen bewering 3 is juist. 79. a) Je kunt niet onder stroom staan, de stroom gaat door een apparaat als het aanstaat. b) Je moet zeggen: het apparaat staat onder spanning. 80. Overslaan 81. De koperdraden zijn voorzien van gekleurde isolatie. En om de drie koperdraden heen is er nog een isolatielaag aangebracht. 82. a) I = U/R = 230 / = 5,1 ma b) Een pijnlijk prikkelend gevoel (zie tabel 2.60 in het boek). 83. De soortelijke weerstand van Aluminium is groter, daarmee ook de weerstand van het stukje folie. Er kan dus een hogere stroom optreden voor het aluminium doorsmelt. Bij die hogere stroomsterkte bestaat er meer brandgevaar (draden worden warmer). 84. Omdat de buitenkant van een tv niet van geleidend materiaal is en van een broodrooster wel. 85. a) Goed is C aan de aardedraad en de andere twee aan de fase- en nuldraad. b) Als je C aansluit op de fase- of op de nuldraad is dat verkeerd. c) Als je C aansluit op de nuldraad. Uitwerkingen vwo 4 - hoofdstuk 2 deel 2 Bes 5/6
6 d) Als je C met de fasedraad verbindt staat de buitenkant van de PC constant onder spanning. e) Nee, de stekker kan ook verkeerd aangesloten zijn. 86. Zie site 87. Zie site 88. Zie site Uitwerkingen voorbeeldtoets 1) a) De kern heeft ook 24 protonen, dus een lading van , = 3, C b) Het ion is +3e geladen, dus +3. 1, = 4, C c) 1,0 / 4, = 2, ionen 2) De keukenmachine heeft een vermogen van P = UI = ,5 = 575 W Aangeschakeld vermogen: = 2195 W Maximaal vermogen: P = UI = = 2300 W Dus mogelijk nog erbij: = 105 W 3) a) Bereken eerst de stroom: P = UI dus I = P/U = 1,50 / 6,0 = 0,25 A Dus dan volgt: R = U/I = 6,0 / 0,25 = 24. b) AC heeft een weerstand van 30/2 = 15 en die staat parallel met het lampje. Dus daarvan is de vervangingsweerstand: 1/R = 1/15 + 1/24 dus R = 9,23. De totale weerstand in de kring is dus 9, (=BC) dus dat is 24,23. De totale stroom is dan I = U/R = 12,0 / 24,23 = 0,495 A. Dus de spanning over het parallelle deel is U = IR = 0,495. 9,23 = 4,6 V. c) E el = P el. t = 1, kw. 148 h = 0,222 kwh. Daarvan is 6% omgezet in stralingsenergie dus dat is 0,06. 0,222 = 1, kwh. 4) a) R = l/a = 0, ,03 / (. (0, ) 2 ) = 0,275 = 0,28. b) I 2 = 8,0 2 = 64 A 2 dus aflezen levert t -1 = 1,95s -1 dus t = 1/1,95 = 0,5128 s Met U = IR volgt U = 8,0. 0,30 = 2,4 V dus P = UI = 2,4. 8,0 = 19,2 W Dus E el = P t = 19,2. 0,5128 = 9,8 J c) Niet doorsmelten betekent t wordt oneindig dus 1/t (t -1 ) is dan 0. Dat is bij het snijpunt van de horizontale as, dus I 2 = 13 A 2 dus I = 3,6 A. Let wel: in de tekst direct boven vraag b staat 30 als weerstand bij het smeltpunt, en dat moet zijn 0,30 zoals ook daarvoor gegeven is. Uitwerkingen vwo 4 - hoofdstuk 2 deel 2 Bes 6/6
Naam: Klas: Repetitie natuurkunde voor havo (versie A) Getoetste stof: elektriciteit 1 t/m 5
Naam: Klas: Repetitie natuurkunde voor havo (versie A) Getoetste stof: elektriciteit 1 t/m 5 OPGAVE 1 Teken hieronder het bijbehorende schakelschema. Geef ook de richting van de elektrische stroom aan.
Nadere informatieNatuur- en scheikunde 1, elektriciteit, uitwerkingen. Spanning, stroomsterkte, weerstand, vermogen, energie
4M versie 1 Natuur- en scheikunde 1, elektriciteit, uitwerkingen Werk netjes en nauwkeurig Geef altijd een duidelijke berekening of een verklaring Veel succes, Zan Spanning, stroomsterkte, weerstand, vermogen,
Nadere informatieGlas en barnsteen hebben een tegengestelde lading als ze opgewreven zijn, de lading van gewreven glas noem je positief.
Samenvatting door E. 2498 woorden 2 april 2015 7,2 23 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Hoofdstuk 3 Elektriciteit 3.1 Lading, Spanning en Stroom Elektrische lading Door wrijving kunnen voorwerpen
Nadere informatieGeleider: (metaal) hierin kunnen elektronen bewegen, omdat de buitenste elektronen maar zwak aangetrokken worden tot de kern (vrije elektronen)
Boekverslag door B. 1240 woorden 16 juni 2015 7.6 10 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Hoofdstuk 3, Elektriciteit 1 1 Lading en stroom Elektrische lading kan positief of negatief zijn. Gelijke
Nadere informatie4,1. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november keer beoordeeld. Natuurkunde. Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2.
Samenvatting door L. 836 woorden 21 november 2012 4,1 51 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2. Hoofdstuk 3 Stroom, spanning en weerstand. * Elektrische
Nadere informatieSERIE-schakeling U I. THEMA 5: elektrische schakelingen. Theoretische berekening voor vervangingsweerstand:
QUARK_5-Thema-05-elektrische schakelingen Blz. 1 THEMA 5: elektrische schakelingen Inleiding: PHET-opdracht ---> GEVAL-1 : SERIE-schakeling OPDRACHT: 1. bepaal de spanningspijlen en de stroomsterkten.
Nadere informatieSerie. Itotaal= I1 = I2. Utotaal=UR1 + UR2. Rtotaal = R1 + R2. Itotaal= Utotaal : Rtotaal 24 = 10 + UR2 UR2 = 24 10 = 14 V
Om te onthouden Serieschakeling Parallelschakeling Itotaal= I = I2 Utotaal=U + U2 totaal = + 2 Itotaal=I + I2 Utotaal= U = U2 tot 2 enz Voor elke schakeling I totaal U totaal totaal Itotaal= I = I2 Utotaal=U
Nadere informatieUitwerkingen opgaven hoofdstuk 6. 6.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron
itwerkingen opgaven hoofdstuk 6 6.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spannings Opgave 5 a De wielen die het contact vormen tussen het vliegtuig en de grond zijn gemaakt van rubber, en rubber is
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde H7 elektriciteit
Samenvatting Natuurkunde H7 elektriciteit Samenvatting door een scholier 1150 woorden 22 april 2016 8,3 8 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Samenvatting Natuurkunde H7 Elektriciteit/Elektrische schakelingen
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit)
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit) Samenvatting door een scholier 1671 woorden 2 december 2012 5,6 55 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Natuurkunde H2 elektriciteit
Nadere informatieUITWERKINGEN EXTRA OPGAVEN SCHAKELINGEN
UITWERKINGEN EXTRA OPGAVEN SCHAKELINGEN U. Gegevens invullen: 24 0 24-0 4 V 2a R v2 R R 2. invullen gegevens: R v2 3 4 7 28 b R tot R v. invullen gegevens: 7 dus 4 A U U c R R. invullen gegevens: 3 dus
Nadere informatie1 Elektriciteit Oriëntatie 1.1 Elektrische begrippen Elektrische stroomkring
1 Elektriciteit Oriëntatie Om met je auto of een tractor te kunnen rijden heb je elektriciteit nodig. Ook voor verlichting en je computer is veel elektriciteit nodig. Ook als je de mobiele telefoon aan
Nadere informatie2 Elektriciteit Elektriciteit. 1 A De aal heeft ca 4000 elektrische cellen van 0,15 volt, die in serie geschakeld zijn.
2 Elektriciteit 1 2.1 Elektriciteit 1 A De aal heeft ca 4000 elektrische cellen van 0,15 volt, die in serie geschakeld zijn. 2 mp3-speler dynamo fiets accu lamp op je kamer stopcontact auto batterij 3
Nadere informatieVWO 4 kernboek B hoofdstuk 8
SAMENVATTING ELEKTRICITEIT VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 HOEVEELHEID LADING Symbool Q (soms q) Eenheid C (Coulomb) Iedereen heeft wel eens gemerkt dat voorwerpen elektrische eigenschappen kunnen krijgen.
Nadere informatieBij een uitwendige weerstand van 10 is dat vermogen 10
Elektriciteitsleer Inwendige weerstand Een batterij heeft een bronspanning van 1,5 V en een inwendige weerstand van 3,0. a. Teken de grafiek van de klemspanning als functie van de stroomsterkte. Let er
Nadere informatieElektrische stroomnetwerken
ntroductieweek Faculteit Bewegings- en evalidatiewetenschappen 25 29 Augustus 2014 Elektrische stroomnetwerken Dr. Pieter Neyskens Monitoraat Wetenschappen pieter.neyskens@wet.kuleuven.be Assistent: Erik
Nadere informatie6,9. Samenvatting door een scholier 833 woorden 13 december keer beoordeeld. Natuurkunde 1.1
Samenvatting door een scholier 833 woorden 13 december 2014 6,9 35 keer beoordeeld Vak Natuurkunde 1.1 Sommige materialen kunnen stroom doorlaten > geleiders. Isolatoren laten geen stroom door. De grootte
Nadere informatieSamenvatting NaSk H5 Elektriciteit
Samenvatting NaSk H5 Elektriciteit Samenvatting door T. 865 woorden 6 november 2016 6,7 23 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Par. 1 Een stroomkring maken Om een lampje te laten branden moet je er een
Nadere informatieOm een lampje te laten branden moet je er een elektrische stroom door laten lopen. Dat lukt alleen, als je een gesloten stroomkring maakt.
Samenvatting door een scholier 983 woorden 8 april 2011 6,8 988 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Natuurkunde H5 par 1 t/m 5 samenvatting Par. 1 Een stroomkring maken Om een lampje te laten branden
Nadere informatie6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen
6. Afronding hoofdstuk 2 6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen Inleiding Bij de introductie van dit hoofdstuk heb je je georiënteerd op het onderwerp van dit hoofdstuk
Nadere informatieHfd 3 Stroomkringen. Isolator heeft geen vrije elektronen. Molecuul. Geleider heeft wel vrije elektronen. Molecuul.
Hfd 3 Stroomkringen Enkele begrippen: Richting van de stroom: Stroom loopt van de plus naar de min pool Richting van de elektronen: De elektronen stromen van de min naar de plus. Geleiders en isolatoren
Nadere informatieUitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5)
Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) 2.1 Inleiding 1. a) Warmte b) Magnetische Energie c) Bewegingsenergie en Warmte d) Licht (stralingsenergie) en warmte e) Stralingsenergie 2. a) Spanning (Volt),
Nadere informatie3.2 Instapprobleem met demonstratie Schakelingen van drie lampjes
3 Serie- en parallelschakeling 3.1 Introductie Inleiding In de vorige paragraaf heb je je beziggehouden met de elektrische huisinstallatie en de veiligheidsmaatregelen die daarvoor van belang zijn. Behalve
Nadere informatie3.4.3 Plaatsing van de meters in een stroomkring
1 De stroom- of ampèremeter De ampèremeter is een meetinstrument om elektrische stroom te meten. De sterkte van een elektrische stroom wordt uitgedrukt in ampère, vandaar de naam ampèremeter. Voorstelling
Nadere informatieb. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten.
Oefenopgaven vervangingsweerstand en transformator 1 Twee lampjes L1 en L2 staan in serie: R1 = 5,0 Ω en R2 = 9,0 Ω Bereken de vervangingsweerstand van de twee lampjes. gegeven: R1 = 5,0 Ω, R2 = 9,0 Ω
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Atheneum van Veurne (http://www.natuurdigitaal.be/geneeskunde/fysica/wiskunde/wiskunde.htm),
Nadere informatieIn deze proevenserie gaan we kijken wat elektriciteit is en wat je er mee kunt doen.
In deze proevenserie gaan we kijken wat elektriciteit is en wat je er mee kunt doen. Als je onderdelen van een stroomkring aan elkaar vastmaakt, noem je dit schakelen of aansluiten. Sommige onderdelen
Nadere informatieDenk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 35 punten.
NATUURKUNDE KLAS 4 PW HOOFDSTUK PW HOOFDSTUK 2 18/12/2008 Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 35 punten. Opgave 1 (3 + 2 + 4 pt) Een van de natuurkundeleraren
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 4
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 4 Samenvatting door Roy 1370 woorden 5 maart 2017 6,8 14 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Nova Samenvatting h4 NaSk1 4.1 Elke keer dat je een apparaat aanzet,
Nadere informatieElektrische energie en elektrisch vermogen
Elektrische energie en elektrisch vermogen Grootheid Symbool Eenheid Lading Q C: Coulomb Spanning U V: Volt Stroomsterkte I A: Ampère Energie E J: Joule Weerstand R Ω: Ohm Spanning: noodzakelijk om lading
Nadere informatieOpgave 5 V (geschreven als hoofdletter) Volt (voluit geschreven) hoeft niet met een hoofdletter te beginnen (volt is dus goed).
Uitwerkingen 1 Opgave 1 Twee Opgave 2 30 x 3 = 90 Opgave 3 Volt (afgekort V) Opgave 4 Voltmeter (ook wel spanningsmeter genoemd) Opgave 5 V (geschreven als hoofdletter) Volt (voluit geschreven) hoeft niet
Nadere informatieR Verklaar alle antwoorden zo goed mogelijk
PROEFWERK TECHNOLOGIE VWO MODULE 6 ELECTRICITEIT VRIJDAG 19 maart 2010 R Verklaar alle antwoorden zo goed mogelijk 2P 2P 2P Opgave 1 Tup en Joep willen allebei in bed lezen. Ze hebben allebei een fietslampje.
Nadere informatie8.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron
itwerkingen opgaven hoofdstuk 8 8.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron Opgave 1 Opgave 2 a Een atoom is een neutraal deeltje. De lading van een proton (+1 e) is gelijk aan de lading
Nadere informatief. Leg aan de hand van het schema van vraag 4 de eigenschappen van de serieschakeling uit.
Elektriciteitsleer 1 INTRO Teken de I,U-grafiek van een weerstand van 100, waarbij de spanning van 0 tot 10 V toeneemt. Een gloeilampje heeft bij 2,0 V eveneens een weerstand van 100 ohm. Schets in hetzelfde
Nadere informatieInleiding 3hv. Opdracht 1. Statische elektriciteit. Noem drie voorbeelden van hoe je statische elektriciteit kunt opwekken.
Inleiding hv Opdracht Statische elektriciteit Noem drie voorbeelden van hoe je statische elektriciteit kunt opwekken Opdracht Serie- en parallelschakeling Leg van elke schakeling uit ) of het een serie-
Nadere informatieOpgave 1 Er zijn twee soorten lading namelijk positieve en negatieve lading.
itwerkingen Opgave Er zijn twee soorten lading namelijk positieve en negatieve lading. Opgave 2 Een geleider kan de elektrische stroom goed geleiden. Metalen, zout water, grafiet. c. Een isolator kan de
Nadere informatieELEKTRISCHE SCHAKELINGEN HAVO
ELEKTRISCHE SCHAKELINGEN HAVO Foton is een opgavenverzameling voor het nieuwe eindexamenprogramma natuurkunde Foton is gratis te downloaden via natuurkundeuitgelegd.nl/foton Uitwerkingen van alle opgaven
Nadere informatieNaam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren
Naam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren Schakeling In de hiernaast afgebeelde schakeling kan de spanning
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 18 augustus Brenda Casteleyn, PhD
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 18 augustus 2019 Brenda Casteleyn, PhD Met dank aan: Atheneum van Veurne, Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) 1. Inleiding
Nadere informatieElektrische netwerken
Deel 1: de basis H1 - H4: basisbegrippen gelijkspanning Opgaven bij hoofdstuk 1... 1 Opgaven bij hoofdstuk 2... 2 Opgaven bij hoofdstuk 3... 4 Opgaven bij hoofdstuk 4... 7 H5 - H8: basisbegrippen wisselspanning
Nadere informatiePracticum Zuil van Volta
Practicum Zuil van Volta Benodigdheden Grondplaat, aluminiumfolie, stuivers (munten van vijf eurocent), filtreerpapier, zoutoplossing, voltmeter, verbindingssnoeren, schaar Voorbereidende werkzaamheden
Nadere informatie6 Schakelingen. Lading en spanning. Nova. Leerstof. Toepassing
6 Schakelingen 1 Lading en spanning Leerstof 1 a een negatieve lading b elektronen c De elektronen gaan van de doek naar de pvc-buis. d een positieve lading 2 a Het voorwerp trekt dan andere voorwerpen
Nadere informatieImpedantie V I V R R Z R
Impedantie Impedantie (Z) betekent: wisselstroom-weerstand. De eenheid is (met als gelijkstroom-weerstand) Ohm. De weerstand geeft aan hoe goed de stroom wordt tegengehouden. We kennen de formules I R
Nadere informatieOpgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l
Opgave 1 Een kompasnaald staat horizontaal opgesteld en geeft de richting aan van de horizontale r component Bh van de magnetische veldsterkte van het aardmagnetische veld. Een spoel wordt r evenwijdig
Nadere informatieNewton 4 vwo Natuur kunde
Newton 4 vwo Natuur kunde Hoofdstuk De elektrische huisinstallatie Hoofdstukvragen: Hoe wordt er voor gezorgd dat een elektrische schakeling goed en veilig werkt? Welke verschijnselen, eigenschappen en
Nadere informatieVWO 4 kernboek B hoofdstuk 8
SAMNVATTING LKTICITIT VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 HOVLHID LADING Symbool Q (soms q) enheid C (Coulomb) Iedereen heeft wel eens gemerkt dat voorwerpen elektrische eigenschappen kunnen krijgen. Als je over
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 4 november Brenda Casteleyn, PhD
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 4 november 2017 Brenda Casteleyn, PhD Met dank aan: Atheneum van Veurne, Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) 1. Inleiding
Nadere informatieNaam: Klas: Repetitie elektriciteit klas 2 1 t/m 6 HAVO (versie A)
Naam: Klas: Repetitie elektriciteit klas 2 1 t/m 6 HAVO (versie A) OPGAVE 1 Welke spanning leveren de combinaties van 1,5 volt-batterijen? Eerste combinatie: Tweede combinatie: OPGAVE 2 Stel dat alle lampjes
Nadere informatieb. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten.
Oefenopgaven vervangingsweerstand en transformator 1 Twee lampjes L1 en L2 staan in serie: R1 = 5,0 Ω en R2 = 9,0 Ω Bereken de vervangingsweerstand van de twee lampjes. 2 Twee apparaten, weerstand R1 =
Nadere informatieBasis Elektriciteit R = U/I. Gelijkstroom (Direct Current) Batterij of zonnecel; de elektronen stromen allemaal in 1 richting.
Basis Elektriciteit Gelijkstroom (Direct Current) Wisselstroom (Alternating Current) Gesloten stroomkring (Closed circuit) DC AC Batterij of zonnecel; de elektronen stromen allemaal in 1 richting. Lichtnet;
Nadere informatiewww.samengevat.nl voorbeeldhoofdstuk havo natuurkunde
www.samengevat.nl voorbeeldhoofdstuk havo natuurkunde www.samengevat.nl havo natuurkunde Ir..P.J. Thijssen Voorwoord Beste docent, Voor u ligt een deel van de nieuwe Samengevat havo natuurkunde. Dit katern
Nadere informatieJAN Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 34 punten.
NATUURKUNDE KLAS 4 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK 2 JAN.. 2009 Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 34 punten. Opgave 1 (3 + 4 pt) De batterij in de hiernaast
Nadere informatie9 PARALLELSCHAKELING VAN WEERSTANDEN
9 PARALLELSCHAKELING VAN WEERSTANDEN Een parallelschakeling komt in de praktijk vaker voor dan een serieschakeling van verbruikers. Denken we maar aan alle elektrische apparaten die aangesloten zijn op
Nadere informatieElektriciteit Inhoud. Elektriciteit demonstraties
Elektriciteit Inhoud Inleiding : Deze les Spanning: Wat is dat, hoe komt dat? Stroom(sterkte) : Wat is dat, hoe komt dat? Practicum: (I,)-diagram van een lampje en een weerstand Weerstand : Wet van Ohm
Nadere informatieStevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand (14-06-2012) Pagina 1 van 16
Stevin havo deel itwerkingen hoofdstuk 6 Stroom, spanning en weerstand (4-06-0) Pagina van 6 Opgaven 6. De wet van Ohm a Het aantal ml komt overeen met de lading, dus het aantal ml per seonde met de stroomsterkte.
Nadere informatieOver Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4
1 Door een dunne draad loopt een elektrische stroom met een stroomsterkte van 2 A. De spanning over deze draad is 50 V. Bereken de weerstand van de dunne draad. U = 50 V I = 2 A R = 50V 2A R = 25Ω 2 Een
Nadere informatieWerkblad 1 Serieschakeling gelijke lampjes
Werkblad 1 Serieschakeling gelijke lampjes In een serieschakeling gaat de stroom door alle onderdelen. In figuur 1 gaat de stroom eerst door lampje 1, dan door lampje 2, om terug te komen bij de spanningsbron.
Nadere informatieLessen in Elektriciteit
Lessen in Elektriciteit Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege Tegenwoordig kunnen we niet zonder elektriciteit. Het licht in de klas, de computers waar je op werkt en allerlei andere apparaten
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7 De wet
Nadere informatieNASK1 SAMENVATTING ELEKTRICITEIT. Wanneer loopt er stroom? Schakelingen
NASK1 SAMENVATTING ELEKTRICITEIT Wanneer loopt er stroom? Elektrische apparaten werken alleen als er een stroom door loopt. Om de stroom te laten lopen is er altijd een spanningsbron nodig. Dat kan een
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7 De wet
Nadere informatieHoofdstuk 7 Stroom, spanning, weerstand
Hoofdstuk 7 Stroom, spanning, weerstand 7.1 De wet van Ohm Je kent de begrippen spanning, stroomsterkte en weerstand. Aan de hand van een simpele schakeling halen we die kennis weer op. Elektrische spanning
Nadere informatieOpgave 2 Een spanningsbron wordt belast als er een apparaat op is aangesloten dat (in meer of mindere mate) stroom doorlaat.
Uitwerkingen 1 A Een spanningsbron wordt belast als er een apparaat op is aangesloten dat (in meer of mindere mate) stroom doorlaat. Een ideale spanningsbron levert bij elke stroomsterkte dezelfde spanning.
Nadere informatie-Zoek de eventuele benodigde gegevens op in het tabellenboek. -De moeilijkere opgaven hebben een rood opgavenummer.
Extra opgaven hoofdstuk 7 -Zoek de eventuele benodigde gegevens op in het tabellenboek. -De moeilijkere opgaven hebben een rood opgavenummer. Gebruik eventueel gegevens uit tabellenboek. Opgave 7.1 Door
Nadere informatie6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen
6. Afronding hoofdstuk 2 6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen Inleiding Bij de introductie van dit hoofdstuk heb je je georiënteerd op het onderwerp van dit hoofdstuk
Nadere informatieMen schakelt nu twee identieke van deze elementen in serie (zie Figuur 3).
jaar: 1989 nummer: 09 Men heeft een elektrisch schakelelement waarvan we het symbool weergeven in figuur 1. De (I,U) karakteristiek van dit element is weergegeven in de nevenstaande grafiek van figuur
Nadere informatie4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water
4 Elektrische energie 4.1 Introductie Inleiding Het hoofdstuk gaat over het goed en veilig functioneren van elektrische schakelingen en over wetmatigheden die gelden voor elektrische schakelingen. Je hebt
Nadere informatieEnergie : elektriciteit : stroomkringen
Energie : elektriciteit : stroomkringen De netspanning is uitgevallen! Pas dan merk je wat elektriciteit voor ons betekent. Geen licht, geen computer, geen playstation, het eten op het elektrisch fornuis
Nadere informatieQUARK_5-Thema-04-elektrische stroom Blz. 1. Grootheid Symbool Eenheid symbool Verband tussen eenheden Stroomsterkte I Ampère A 1 C
QUAK_5-Thema-04-elektrische stroom Blz. 1 THEMA 4: elektrische stroom Elektrische stroom Elektrische kring (L Verplaatsing van lading Spanningsbron -> elektrisch veld -> vrije ladingen bewegen volgens
Nadere informatieWe hangen drie metalen bollen aan een draad en we geven ze alledrie een positieve of negatieve lading. Bol 1 en 2 stoten elkaar af en bol 2 en 3 stoten elkaar af. Wat kun je nu zeggen? 1. 1 en 3 hebben
Nadere informatieVMBO-B DEEL A LEERWERKBOEK. nask 1
4 VMBO-B LEERWERKBOEK DEEL A nask 1 H8 Stoffen en hun eigenschappen Inhoudsopgave 1 Licht 1 Licht en schaduw 8 2 Het spectrum van wit licht 14 3 Lenzen 21 4 Een reëel beeld tekenen 31 5 Het oog 36 6 Straling
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud... 2 Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7
Nadere informatieTheorie: Energieomzettingen (Herhaling klas 2)
les omschrijving 12 Theorie: Halfgeleiders Opgaven: halfgeleiders 13 Theorie: Energiekosten Opgaven: Energiekosten 14 Bespreken opgaven huiswerk Opgaven afmaken Opgaven afmaken 15 Practicumtoets (telt
Nadere informatieGemengde schakelingen
Gemengde schakelingen We hebben in vorige lessen de serieschakeling en de parallelschakeling behandeld. Veel schakelingen zijn een combinatie van de serieschakeling en de parallelschakeling. Dat noemen
Nadere informatieSpanning en sensatie!!! Wat een weerstand!! Elektriciteit. 3HV H3 elektriciteit les.notebook February 13, Elektriciteit 3HV
3HH3elektriciteitles.notebook February 13, 2016 Spanning en sensatie!!! Elektriciteit Elektriciteit 3H Wat een weerstand!! Spanning en Lading + + + + 3HH3elektriciteitles.notebook February 13, 2016 + +
Nadere informatieElektriciteit. Hoofdstuk 2
Elektriciteit Hoofdstuk 2 (het blijft spannend) Om de lamp te laten branden moet er een gesloten stroomkring zijṇ Om de lamp te laten branden moet er een gesloten stroomkring zijṇ Om de lamp te laten branden
Nadere informatieElektriciteit. B 11 a I = Q / t of Q = I t Na 10 s is Q = = 0,65 C b 2 zo veel: 1,30 C c I = Q / t I = 1,2/30 = 0,040 A
01 Elektriciteit 1.1 Inleiding 1 a Spanning in volt; stroomsterkte in ampère; weerstand in ohm b Spanningsmeter en stroommeter c Generator (van noodcentrale), stopcontact (lichtnet), dynamo, batterij,
Nadere informatie6.2 Elektrische energie en vermogen; rendement
6.2 Elektrische energie en vermogen; rendement Opgave 9 Het rendement bereken je met E nuttig en E in. E nuttig is de hoeveelheid energie die nodig is het water op te warmen. E in is de hoeveelheid energie
Nadere informatieKeCo-opgaven elektricitietsleer VWO4
KeCo-opgaven eektricitietseer VWO4 1 KeCo-opgaven eektricitietseer VWO4 E.1. a. Wat is een eektrische stroom? b. Vu in: Een eektrische stroomkring moet atijd.. zijn. c. Een negatief geaden voorwerp heeft
Nadere informatieH2 les par2+4+3.notebook November 11, 2015. Elektriciteit in huis. Na de verbruiksmeter zit er een hoofdschakelaar en daarna
Hoofdstuk 2 Elektriciteit in Huis Elektriciteit in huis Na de verbruiksmeter zit er een hoofdschakelaar en daarna wordt de huisinstallatie verdeeld in groepen met zekeringen. voor de extra veiligheid zijn
Nadere informatie5 Weerstand. 5.1 Introductie
5 Weerstand 5.1 Introductie I n l e i d i n g In deze paragraaf ga je verschillende soorten weerstanden bestuderen waarvan je de weerstandswaarde kunt variëren. De weerstand van een metaaldraad blijkt
Nadere informatieElektrische huisinstallatie
Elektrische huisinstallatie Titel: Vak: Domein: Sector: 3D aspecten: Elektrische apparaten - Ontwerp een huisinstallatie Natuurkunde Energie Havo - vwo Werkwijze: Modelontwikkeling en gebruik, Onderzoeken,
Nadere informatieOveral Natuurkunde 3 V Uitwerkingen Hoofdstuk 3 Elektriciteit
Overal Natuurkunde 3 V Uitwerkingen Hoofdstuk 3 Elektriciteit 3.1 Elektriciteit en lading Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. a In een atoom zitten elektronen, protonen en neutronen. b De elektronen zijn
Nadere informatieEen positief geladen stok wordt in de buurt gebracht van een metalen bol. Deze bol staat op een isolerende standaard, maar is via een koperdraad verbonden met de aarde. In de koperdraad loopt, 1. een stroom,
Nadere informatieDeel 1: Metingen Bouw achtereenvolgens de onderstaande schakelingen en meet de klemspanning en de stroomsterkte. VOORKOM STEEDS KORTSLUITING!!
Practicum elektronica: Spanningsbron Benodigdheden: Niet-gestabiliseerde voeding of batterij, 2 multimeters, 5 weerstanden van 56 Ω (5 W), 5 snoeren, krokodillenklemmen. Deel : Metingen Bouw achtereenvolgens
Nadere informatie4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water
4 Elektrische energie 4.1 Introductie Inleiding Het hoofdstuk gaat over het goed en veilig functioneren van elektrische schakelingen en over wetmatigheden die gelden voor elektrische schakelingen. Je hebt
Nadere informatieOver Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4
1 Door een dunne draad loopt een elektrische stroom met een stroomsterkte van 2 µa. De spanning over deze draad is 50 V. Bereken de weerstand van de dunne draad. U = 50 V I = 2 µa R = 50V 2µA R = 2,5 10
Nadere informatieAntwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 1
Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 1 Antwoorden door een scholier 3703 woorden 23 maart 2011 5,3 69 keer eoordeeld Vak Methode Natuurkunde Banas Tekstoek Gecursiveerde tekst is een toelichting op het antwoord.
Nadere informatie4.0 Elektriciteit 2 www.natuurkundecompact.nl
4.0 Elektriciteit 2 www.natuurkundecompact.nl 4. Statische elektriciteit 4.2 Stroom in schakelingen 4.3 Wet van Ohm 4.4 a Weerstand in schakelingen b Weerstand in schakelingen (Crocodile) 4.5 Kilowattuurmeter
Nadere informatieSignalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde
Technologie 1 Elektrische en elektronische begrippen Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde Opleiding Pop en Media Peet Ferwerda, januari 2002 Deze instructie wordt tijdens
Nadere informatieGroep 6 - Les 3 Kan deze stroomkring ook?
Leerkrachtinformatie Groep 6 - Les 3 Kan deze stroomkring ook? Lesduur: 30 minuten (zelfstandig) DOEL De leerlingen weten het verschil tussen parallel en serieschakeling. De leerlingen kunnen het geleidend
Nadere informatieElektrische techniek
AOC OOST Almelo Groot Obbink 01-09-2013 . Zowel in huis als bij voertuigen heb je met elektriciteit te maken. Hoe zit een meterkast in elkaar? Hoe werkt een elektrisch ontstekingssysteem van een motor?
Nadere informatieHoofdstuk 25 Elektrische stroom en weerstand
3--6 Hoofdstuk 5 Elektrische stroom en weerstand Inhoud hoofdstuk 5 De elektrische batterij Elektrische stroom De wet van Ohm: weerstand en Soortelijke weerstand Elektrisch vermogen Vermogen in huishoudelijke
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud... 2 Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud... 2 Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7
Nadere informatieOpgave 5 Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van figuur 3.
Opgave 5 Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van figuur 3. figuur 3 De schuifweerstand is zo ingesteld dat de stroomsterkte 0,50 A is. a) Bereken het
Nadere informatieElektriciteit thuis. Extra informatie Elektriciteit, Elektriciteit thuis, www.roelhendriks.eu
Elektriciteit thuis Nuldraad, fasedraad In de elektriciteitskabel die je huis binnenkomt, bevinden zich twee draden: de fasedraad en de nuldraad. Zie de onderstaande figuur. De spanning tussen deze draden
Nadere informatieWerking van een zekering
Naam: Klas: Datum: Werking van een zekering Doelstelling Leerlingen moeten inzien dat een zekering de elektrische stroom kan onderbreken bij oververhitting als gevolg van een kortsluiting. Inleidende proef
Nadere informatieHoe kun je de weerstand van voorwerpen vergelijken en bepalen?
werkblad experiment 4.5 en 5.4 (aangepast) naam:. klas: samen met: Hoe kun je de weerstand van voorwerpen vergelijken en bepalen? De weerstand R van een voorwerp is te bepalen als men de stroomsterkte
Nadere informatie