Men schakelt nu twee identieke van deze elementen in serie (zie Figuur 3).
|
|
- Rebecca Pauwels
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 jaar: 1989 nummer: 09 Men heeft een elektrisch schakelelement waarvan we het symbool weergeven in figuur 1. De (I,U) karakteristiek van dit element is weergegeven in de nevenstaande grafiek van figuur 2. Men schakelt nu twee identieke van deze elementen in serie (zie Figuur 3). Welke van de onderstaande schema's is dan de (I,U) karakteristiek van deze serieschakeling? (m.a.w. wat is op het schema van figuur 3 het verband tussen de stroom I en het potentiaalverschil tussen de punten A en B{ (UAB = UA - UB). De schaalverdelingen op de diverse I en U assen zijn gelijk.
2
3 jaar: 1989 nummer: 11 Men wil het schema van figuur 1 vervangen door dit van figuur 2. De potentiaalverschillen AB en A'B', AC en A'C', BC en B'C' zijn dan telkens gelijk. Tevens zijn de stromen I 1 en I 1 ', I 2 en I 2 ', I 3 en I 3 ' twee aan twee gelijk. Alle weerstanden van schema 1 zijn identiek en gelijk aan R evenals de weerstanden van schema 2 die gelijk zijn aan R'. Het verband tussen R en R' is dan te schrijven als o a. R' = R/3 o b. R'=2R/3 o c. R' =R o d. R' = 3R/2
4 jaar: 1989 nummer: 13 Men schakelt een batterij in een kring met een vaste weerstand Ro en een veranderlijke weerstand R. Over de veranderlijke weerstand R plaatst men een voltmeter, die men als een ideale voltmeter mag beschouwen. Men doet een aantal metingen waarbij men bij geleidelijk stijgende waarden van R de overeenkomstige aflezing U van de voltrneter noteert. Welke van de onderstaande figuren is dan de beste weergave van de meetresultaten?
5 jaar: 1989 nummer: 14 Een gloeilamp van 25 W (220 V) wordt in serie geschakeld met een gloeilamp van 75 W (220 V). De schakeling wordt aangesloten op een stopcontact (220 V) Dan is de lamp die het sterkst brandt (gloeit) deze van o a. 25W o b. 75W o c. 25W en 75W want ze gloeien even sterk o d. dat is met deze gegevens niet uit te maken; dat hangt namelijk van de constructie (fabrikant) af.
6 jaar: 1989 nummer: 15 In elke schakeling is dezelfde spanningsbron gebruikt. De weerstanden in de schakelingen zijn alle identiek. Bij iedere schakeling is hetzelfde lampje gebruikt. Dan is het lampje dat het sterkst brandt dit van de schakeling:
7 jaar: 1990 nummer: 20 Met drie identieke weerstanden van 30 wenst men een schakeling te maken waarvan de totale weerstand slechts 20 bedraagt. Welke van de volgende schakelingen heeft de gevraagde weerstandswaarde?
8 jaar: 1990 nummer: 22 Een spanningsbron van 12 volt, die aangesloten is zoals weergegeven in het onderstaande schema, levert een stroom I die kan afgelezen worden op de ampèremeter A. Met de schakelaar S open leest men op de voltmeter V een potentiaalverschil U van 6 volt af. Wanneer de schakelaar S gesloten wordt, dan o a. stijgt U. o b. daalt 1. o c. stijgt de weerstand tussen de punten P en Q. o d. daalt U.
9 jaar: 1990 nummer: 23 Een gevoelige ampèremeter A die uitwijkt over de totaliteit van zijn meetschaal voor een stroom van 10 ma, wenst men om te vormen tot een ampèremeter met twee meetbereiken: 1,5 A tussen K en M en 15 A tussen K en L (zie onderstaande schakeling). Indien de inwendige weerstand van de ampèremeter zelf 5 is, welke weerstandswaarde moet men dan gebruiken voor R,? o a. 10,5 m o b. 20,7 m o c. 30,2 m o d. 40,0 m
10 jaar: 1990 nummer: 24 Men wenst een ampèremeter te gebruiken om de weerstandwaarde te bepalen van een weerstand R. Men verwezenlijkt daartoe de hieronder afgebeelde schakeling. (De spanningsbron levert een constant potentiaalverschil. De weerstandswaarde van R 1 blijft eveneens constant.) Ten einde het meetinstrument te ijken bepaalt men het verband tussen de waarde van R en de aflezing op de ampèremeter. Dit verband tussen de aflezing I op de ampèremeteren de weerstandwaarde R tussen de klemmen P en Q wordt dan best weergegeven door grafiek
11 jaar: 1991 nummer: 27 Twee homogene weerstandsdraden Zl en Z2 met dezelfde lengte maar met een verschillende weerstand, worden geplooid en daarna met elkaar verbonden zodat ze een rechthoek vormen met MN als symmetrieas, zoals op de figuur 1 is afgebeeld. De respectievelijke punten A en B enerzijds en C en D anderzijds zijn symmetrisch gelegen en worden met elkaar verbonden door middel van geleidende draden (zie figuur 2). Aan de eindpunten M en N wordt een spanningsbron aangesloten. Dan kan men zeggen dat 0 a. door AB een stroom gaat, maar niet door CD. 0 b. door CD een stroom gaat, maar niet door AB. 0 c. zowel door AB als CD een stroom gaan. 0 d. geen stroom gaat door AB en CD.
12 jaar: 1991 nummer: 28 Het onderstaande schema toont een brugschakeling van Wheatstone in evenwicht. De waarden van de weerstanden R l, R 2, R 3 en R x zijn dan zodanig gekozen dat de stroom door de ampèremeter A nul is. We nemen aan dat de weerstand van de toevoerdraden kan verwaarloosd worden. De ampèremeter mag verder als een ideaal meetinstrument beschouwd worden. Welke van de volgende elementen kunnen verwisseld worden, zonder dat daarbij de aflezing van de ampèremeter wordt beinvloed? 0 a. R 3 en R 2 0 b. R x en de spanningsbron. 0 c. A en de spanningsbron. 0 d. R 3 en R x.
13 jaar: 1991 nummer: 29 Twee spanningsbronnen met elektromotorische spanningen E l en E 2 en inwendige weerstanden R l en R 2 worden in serie geschakeld en dan verbonden met een weerstand R zoals op de figuur is aangegeven. De stroom die door de weerstand R gaat is dan gelijk aan Io. De tweede spanningsbron wordt vervolgens omgepoold en de stroom door R wordt dan gelijk aan Io / 2. De verhouding van de elektromotorische spanningen E 1 / E 2 is dan gelijk aan 0 a. 1 0 b. 3 / 4 0 c. 2 0 d. 3
14 jaar: 1991 nummer: 30 Het onderstaande schema toont een kring die gebruikt wordt in een experiment om de elektromotorische spanning en de inwendige weerstand van de spanningsbron S te bepalen. Een grafische voorstelling werd gemaakt van de aflezing U van de voltmeter als funktie van de stroom I die afgelezen wordt op de ampèremeter. Deze stroom kan door het verschuiven van de regelbare weerstand R veranderd worden. Xo en Yo stellen respectievelijk de stroom- en de spanningswaarde voor van de snijpunten van de rechte met de assen. Zowel de voltmeter als de ampèremeter mag als ideaal meetinstrument beschouwd worden. De waarde van de inwendige weerstand van de spanningsbron is dan gelijk aan 0 a. Yo 0 b. Yo / Xo 0 c. Xo / Yo 0 d. Xo
15 jaar: 1992 nummer: 27 De vier lampjes in de onderstaande schakeling zijn identiek. De bron levert een zodanig potentiaalverschil dat de lampjes zichtbaar branden. Als men lampje L 3 uit de fitting losdraait, dan O a. O b. O c. O d. zullen L 4 en L 1 sterker gaan branden. zullen L 1 en L 2 op dezelfde sterkte blijven branden en L 4 zwakker gaan branden. zullen L 1 en L 2 sterker gaan branden en L 4 op dezelfde sterkte blijven branden. zal L 4 zwakker gaan branden en L 1 sterker gaan branden.
16 jaar: 1992 nummer: 28 In het onderstaande schema zijn alle weerstanden R gelijk aan 10. De inwendige weerstanden van de ampèremeter en de spanningsbron mogen als verwaarloosbaar klein verondersteld worden. De elektromotorische spanning E van de bron is gelijk aan 10 V. De stroomsterkte die op deze ampèremeter afgelezen wordt is dan O a. gelijk aan 0,25 A. O b. gelijk aan 1,0 A. O c. gelijk aan 4,0 A. O d. met deze gegevens niet te berekenen.
17 jaar: 1992 nummer: 29 Op het lampje van het achterlicht van een fiets staat 6 V ; 0,05 A Op het lampje van het voorlicht van die fiets staat 6 V ; 0,50 A. Iemand knutselt met deze lampjes de verlichting van zijn fiets zodanig in elkaar dat beide lampjes in serie in een kring staan met een spanningsbron (dynamo) van 6 volt. Bij valavond begeeft deze persoon zich met deze fiets op weg. Een rijkswachtpatrouille doet een routinecontrole. Wat kan men dan zeggen dat deze rijkswachters zullen opmerken omtrent de verlichting van deze fiets? O a. Dat beide lampjes even sterk zullen branden. O b. Dat het lampje van het achterlicht niet brandt. O c. Dat het lampje van het voorlicht niet brandt. O d. Dat beide lampjes niet branden.
18 jaar: 1992 nummer: 30 Een spanningsbron, een onbekende weerstand R, een ampèremeter en een voltmeter worden geschakeld zoals weergegeven op het onderstaande schema. Omtrent de inwendige weerstand van zowel de spanningsbron, de voltmeter als de ampèremeter is vooraf niets geweten. Uit de waarden die afgelezen worden op de voltmeter en de ampèremeter kan men dan de waarde bepalen van O a. de inwendige weerstand van de bron. O b. de inwendige weerstand van de voltmeter. O c. de inwendige weerstand van de ampèremeter. O d. geen der voorgaande.
19 jaar: 1993 nummer: 01 In het onderstaande schema is R 2 een vaste weerstand en R 1 een regelbare weerstand. De aangegeven meettoestellen zijn als ideaal te beschouwen. De spanningsbron is niet als een ideale bron te beschouwen. Als men de weerstandswaarde R 1 laat toenemen, dan zal O a. O b. O c. O d. de ems van de bron toenemen. de aflezing op de voltmeter afnemen. de aflezing op de voltmeter toenemen. de aflezing op de ampèremeter toenemen.
20 jaar: 1993 nummer: 02 Gegeven is een schakeling zoals weergegeven door het onderstaande schema. Door de weerstand van 5,0 vloeit een stroom van 2,0 A. De stroomsterkte in de weerstand van 2,0 is dan gelijk aan O a. 2,0A O b. 2,5 A O c. 3,6 A 0 d. 4,5 A
21 jaar: 1993 nummer: 04 Een lamp (L) en een verwarmingselement (V) dragen respectievelijk de volgende aanduidingen ( 220 V, 100 W ) en ( 220 V, 2 kw). L en V worden in serie aangesloten op het 220 V elektrisch net. Dan geldt O a. L gloeit sterk terwijl V beduidend minder warmte dan normaal afgeeft. O b. L gloeit niet en V brandt vrijwel normaal. O c. L gloeit niet en V geeft beduidend minder warmte dan normaal. 0 d. de gloeidraad van L zal onmiddellijk doorbranden.
22 jaar: 1994 nummer: 28 Een ampèremeter heeft een inwendige weerstand r. Men wil het meetbereik van deze meter met een factor 5 vergroten. Welk van de hieronder getekende schema's is hiervoor geschikt?
23 jaar: 1994 nummer: 30 Men heeft een schema met twee spanningsbronnen en een aantal weerstanden. Dit schema is op de onderstaande figuur weergegeven. Het potentiaalverschil VA - Vg is dan gelijk aan: O a. 9,4 V O b. 10,4 V O c. 11,4V O d. 0 V
24 jaar: 1995 nummer: 24 A(le weerstanden in het onderstaande schema zijn gelijk aan R. De totale weerstand tussen de punten. A en B is dan gelijk aan O a. 5 R. O b. 2 R. O c. 7/2 R O d. 7/3 R
25 jaar: 1995 nummer: 25 Men schakelt de volgende drie weerstanden in serie met elkaar. R 1 = 16 ( 1 W) R 2 = 8 ( 0,4 W) R 3 = 4 ( 0,25W) De waarde tussen de haakjes geeft het maximale vermogen aan dat in deze weerstand mag omgezet worden opdat de weerstand niet zou beschadigd worden. Deze serieschakeling wordt aangesloten op een regelbare voeding waarvan de spanning onbeperkt kan verhoogd worden. Als men de spanning geleidelijk opvoert, dan is de eerste weerstand die beschadigd wordt O a. deze met een waarde van 16. O b. deze met een waarde van 8. O c. deze met een waarde van 4. O d. niet te voorspellen met deze gegevens.
26 jaar: 1995 nummer: 26 Drie identieke lampjes en een schakelaar zijn verdonden met een constan spanningsbron zoals aangegeven op de onderstaande figuur. Als men de schakelaar S sluit dan zal 0 a. L 3 sterker en L 1 minder sterk branden. 0 b. L 3 zwakker branden en L 1 op gelijke sterkte blijven branden. 0 c. L 3 en L 1 sterker branden. 0 d. L 3 zwakker en L 1 sterker branden.
27 jaar: 1995 nummer: 27 Men heeft twee spanningsbronnen met elektromotorische spanningen El = 4,0 V en E2 = 1,5 V met ieder een inwendige weerstand van 1,0. Deze spanningsbronnen zijn geschakeld zoals weergegeven in de onderstaande figuur. Doorheen de ampèremeter A gaat geen stroom. De waarde var de weerstand X is dan O a. met deze gegevens niet te bepalen omdat de inwendige weerstand van de ampèremeter niet gekend is. O b. 3 O c. 4 O d. 5
28 jaar: 1996 nummer: 23 Eenzelfde spanningsbron kan In verschillende schakelingen van identieke lampjes worden opgenomen. De bron levert de grootste stroom in: O a. schakeling a. O b. schakeling b. O c. schakeling c. O d. schakeling d.
29 jaar: 1996 nummer: 25 Door de volgende schakeling loopt een stroom I = 480 ma. Het potentiaalverschil tussen de punten a en b is gelijk aan: O a. 24 V. O b. 48 V. O c. 72 V. O d. 96 V.
30 jaar: 1996 nummer: 27 Een spanningsbron met een inwendige weerstand Ri en elektromotorische spanning B Is verbonden met een weerstand R. Een ideale voltmeter over deze bron geplaatst geeft een spanning U aan. De waarde van Ri is dan gelijk aan 0a. R.U E U 0b. R.(E U) U 0c. R.(E U) U 0d. niet te berekenen
31 jaar: 1997 nummer: 23 In welk van de onderstaande schema's is de stroom in R 1 verschillend van deze in R 2?
32 jaar: 1997 nummer: 24 Drie lampen zijn geschikt om te gebruiken op een spanning van 110 V. Op de lampen is het vermogen aangegeven zijnde 50 W, 50 W en 100 W. Welk van de onderstaande figuren geeft dan aan hoe men de lampen moet schakelen opdat ze op normale sterkte zouden branden bij een totale spanning van 220 V?
33 jaar: 1997 nummer: 25 Wat is het potentiaalverschil (V a - V b ) tussen de punten a en b in volgende schakeling? O a. -0,62 V. O b. 0,38 V. O c. -0,38V. O d. 1,38 V.
34 jaar: 1997 nummer: 27 De figuur geeft de schakeling weer van twee bronnen met volgende kenmerken ( elektromotorische spanning en inwendige weerstand) Bron 1 ems 6 V inw.weerst. 1 Bron 2 ems 4 V inw.weerst. 2 De stroomsterkte, aangegeven in ampère, die door de kring vloeit is dan O a. 10/3 O b. 2/3 O c. 5/6 O d. 6/7
35 jaar: 1998 nummer: 23 In de schakeling is een ideale spanningsbron opgenomen. De spanning tussen de punten b en a is dan gelijk aan: O a. 4 V. O b. 6,3 V. O c. 14,4 V. O d. 20 V,
36 jaar: 1998 nummer: 24 Drie identieke lampjes zijn in een schakeling opgenomen en branden op hun normale lichtsterkte. Op de lampjes staat aangegeven: 4 V; 0,4 W. De spanningsbron heeft een ems van 12 V en een inwendige weerstand van 10. De spanning over respectievelijk R 1 en R 2 is dan: O a. 6 V en 2V. O b. 8 V en 4V. O c. 10Ven6V. O d. niet te bepalen als R1 en R2 niet gekend zijn.
37 jaar: 1998 nummer: 26 Een niet ideale spanningsbron is in een kring geschakeld zoals aangegeven op de onderstaande figuur. Als de schakelaar St gesloten is en S2 open, geeft de ideale voltmeter 12 V aan. Als de schakelaar St open is en S2 gesloten, geeft de ideale voltmeter 16 V aan. Als beide schakelaars gesloten zijn, geeft de voltmeter aan: O a. 4,8 V. O b. 9,6 V. O c. 10,8 V. O d. 12 V.
38 jaar: 1999 nummer: 10 Men beschikt over twee gloeilampen genoemd 1 en 2. Gloeilamp 1 is een lamp voor de huisverlichting en bevat de vermeldingen 220 V en 15 W. Gloeilamp 2 is een lampje uit een zaklantaarn en bevat de vermeldingen 3V en 0,6 W. Men schakelt de twee lampen in serie in een kring die een open schakelaar (S) bevat en de netspanning van 220 V Als men de schakelaar S sluit, welke van de volgende uitspraken is dan juist? O a. Lamp 2 brandt onmiddellijk door. O b. De twee lampen branden een ietsje onder hun normale sterkte. O c. Lamp 1 brandt op normale sterkte en lamp 2 brandt niet. O d. Lamp 1 brandt beduidend zwakker dan zijn normale sterkte en lamp 2 brandt op normale sterkte.
39 jaar: 1999 nummer: 14 De stroomsterkte I in de schakeling (weergegeven door de figuur) is gelijk aan: O a. 1,00 A. O b. 0,25 A. O c. 0,20 A. O d. 0,11 A.
40 jaar: 1999 nummer: 15 Om tussen de punten A en B van de schakeling in de figuur een spanning te bekomen van 6,0 V moet de waarde van R2 gelijk zijn aan: O a. O b. O c. O d. 0,45 k. 0,80 k. 1,80 k. 2,00 k.
41 jaar: 2000 nummer: 12 In de volgende kring werd een schuifweerstand R, opgenomen. Zijn waarde verandert lineair met de positie x. Welke grafiek geeft het verloop weer van het potentiaalverschil V =V A - V B wanneer x gewijzigd wordt? O a. fig. A. O b. fig. B. O c. fig. C. O d. fig. D.
42 jaar: 2001 nummer: 08 Je beschikt over weerstanden van 10 S2 met een maximaal vermogen van 1,0 W. Dit betekent dat deze weerstanden doorbranden wanneer ze meer dan 1 W ontwikkelen. Je wenst uit een combinatie van de beschikbare weerstanden een nieuwe weerstand te maken. Deze weerstand moet een waarde van 10 W hebben en 15 W kunnen ontwikkelen. Het kleinste aantal weerstanden waarmee dit kan gebeuren is dan gelijk aan: O a. 9. O b. 15. O c. 16. O d. 25.
43 jaar: 2001 nummer: 09 In onderstaand diagram wordt tussen A en B een spanning aangelegd. Door de weerstand van 400 loopt een stroom van 1,0 ma. Men meet dan over de weerstand van 800 een spanning van: O a. 4,0 V O b. 0,8 V O c. 1,8 V O d. 0,4 V
44 jaar: 2001 nummer: 10 Men schakelt de volgende drie weerstanden in serie: R1 = 10 ; maximaal vermogen 2,5 W R2 = 4,7 ; maximaal vermogen 5 W R3 = 2,8 ; maximaal vermogen 1 W Deze serieschakeling wordt aangesloten op een regelbare voeding met vrijwel onbeperkt vermogen waarvan de spanning steeds kan worden opgedreven. Men verhoogt de spanning over de serieschakeling. De weerstand die het eerst doorbrandt is dan: O a. R1. O b. R2. O c. R3. O d. niet te voorspellen met deze gegevens.
45 jaar: 2001 nummer: 14 In de weerstanden R 1 en R 2 wordt in een gegeven tijd een even grote hoeveelheid warmte Q ontwikkeld. De bron levert een stroom I A. De warmte ontwikkeld in hetzelfde tijdsinterval is in de weerstand R 3 is het dubbel van de hoeveelheid warmte ontwikkeld in R 1 en R 2 samen. Als de weerstand R 3 verdubbelt, levert de bron een stroom I B. De verhouding van de stromen I A /I B is dan gegeven door: O a. 5/3. O b. 2/1. O c. 3/5. O d. 1/2..
46 jaar: 2001 nummer: 15 In onderstaand schema loopt door de weerstand R5 een stroom van 0,50 A. De spanning U van de aangelegde ideale spanningsbron bedraagt dan: O a. 25 V. O b. 10 V. O c. 5 V. O d. 20 V.
Naam: Klas: Repetitie natuurkunde voor havo (versie A) Getoetste stof: elektriciteit 1 t/m 5
Naam: Klas: Repetitie natuurkunde voor havo (versie A) Getoetste stof: elektriciteit 1 t/m 5 OPGAVE 1 Teken hieronder het bijbehorende schakelschema. Geef ook de richting van de elektrische stroom aan.
Nadere informatie3.4.3 Plaatsing van de meters in een stroomkring
1 De stroom- of ampèremeter De ampèremeter is een meetinstrument om elektrische stroom te meten. De sterkte van een elektrische stroom wordt uitgedrukt in ampère, vandaar de naam ampèremeter. Voorstelling
Nadere informatieb. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten.
Oefenopgaven vervangingsweerstand en transformator 1 Twee lampjes L1 en L2 staan in serie: R1 = 5,0 Ω en R2 = 9,0 Ω Bereken de vervangingsweerstand van de twee lampjes. 2 Twee apparaten, weerstand R1 =
Nadere informatieDEEL 6 Serieschakeling van componenten. 6.1 Doel van de oefening. 6.2 Benodigdheden
Naam: Nr.: Groep: Klas: Datum: DEEL 6 In de vorige oefeningen heb je reeds een A-meter, die een kleine inwendige weerstand bezit, in serie leren schakelen met een gebruiker. Door de schakelstand te veranderen
Nadere informatieb. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten.
Oefenopgaven vervangingsweerstand en transformator 1 Twee lampjes L1 en L2 staan in serie: R1 = 5,0 Ω en R2 = 9,0 Ω Bereken de vervangingsweerstand van de twee lampjes. gegeven: R1 = 5,0 Ω, R2 = 9,0 Ω
Nadere informatieR Verklaar alle antwoorden zo goed mogelijk
PROEFWERK TECHNOLOGIE VWO MODULE 6 ELECTRICITEIT VRIJDAG 19 maart 2010 R Verklaar alle antwoorden zo goed mogelijk 2P 2P 2P Opgave 1 Tup en Joep willen allebei in bed lezen. Ze hebben allebei een fietslampje.
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Atheneum van Veurne (http://www.natuurdigitaal.be/geneeskunde/fysica/wiskunde/wiskunde.htm),
Nadere informatiejaar: 1989 nummer: 10
jaar: 1989 nummer: 10 Gegeven een cylindervomtige geleider van 1 m lengte met een diameter van 5 mm. De weerstand van de geleider is R. De draad wordt uitgerekt tot een lengte van 1,2 m terwijl het volume
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 18 augustus Brenda Casteleyn, PhD
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 18 augustus 2019 Brenda Casteleyn, PhD Met dank aan: Atheneum van Veurne, Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) 1. Inleiding
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Elektrodynamica. 4 november Brenda Casteleyn, PhD
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Elektrodynamica 4 november 2017 Brenda Casteleyn, PhD Met dank aan: Atheneum van Veurne, Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) 1. Inleiding
Nadere informatieNETWERKEN EN DE WETTEN VAN KIRCHHOFF
NETWERKEN EN DE WETTEN VN KIRCHHOFF 1. Doelstelling van de proef Het doel van deze proef is het bepalen van de klemspanning van een spanningsbron, de waarden van de beveiligingsweerstanden en de inwendige
Nadere informatieBij een uitwendige weerstand van 10 is dat vermogen 10
Elektriciteitsleer Inwendige weerstand Een batterij heeft een bronspanning van 1,5 V en een inwendige weerstand van 3,0. a. Teken de grafiek van de klemspanning als functie van de stroomsterkte. Let er
Nadere informatie1 Elektriciteit Oriëntatie 1.1 Elektrische begrippen Elektrische stroomkring
1 Elektriciteit Oriëntatie Om met je auto of een tractor te kunnen rijden heb je elektriciteit nodig. Ook voor verlichting en je computer is veel elektriciteit nodig. Ook als je de mobiele telefoon aan
Nadere informatieOver Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4
1 Door een dunne draad loopt een elektrische stroom met een stroomsterkte van 2 A. De spanning over deze draad is 50 V. Bereken de weerstand van de dunne draad. U = 50 V I = 2 A R = 50V 2A R = 25Ω 2 Een
Nadere informatieElektrische stroomnetwerken
ntroductieweek Faculteit Bewegings- en evalidatiewetenschappen 25 29 Augustus 2014 Elektrische stroomnetwerken Dr. Pieter Neyskens Monitoraat Wetenschappen pieter.neyskens@wet.kuleuven.be Assistent: Erik
Nadere informatieSERIE-schakeling U I. THEMA 5: elektrische schakelingen. Theoretische berekening voor vervangingsweerstand:
QUARK_5-Thema-05-elektrische schakelingen Blz. 1 THEMA 5: elektrische schakelingen Inleiding: PHET-opdracht ---> GEVAL-1 : SERIE-schakeling OPDRACHT: 1. bepaal de spanningspijlen en de stroomsterkten.
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit)
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit) Samenvatting door een scholier 1671 woorden 2 december 2012 5,6 55 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Natuurkunde H2 elektriciteit
Nadere informatieOpgave 5 V (geschreven als hoofdletter) Volt (voluit geschreven) hoeft niet met een hoofdletter te beginnen (volt is dus goed).
Uitwerkingen 1 Opgave 1 Twee Opgave 2 30 x 3 = 90 Opgave 3 Volt (afgekort V) Opgave 4 Voltmeter (ook wel spanningsmeter genoemd) Opgave 5 V (geschreven als hoofdletter) Volt (voluit geschreven) hoeft niet
Nadere informatieWerkblad 1 Serieschakeling gelijke lampjes
Werkblad 1 Serieschakeling gelijke lampjes In een serieschakeling gaat de stroom door alle onderdelen. In figuur 1 gaat de stroom eerst door lampje 1, dan door lampje 2, om terug te komen bij de spanningsbron.
Nadere informatieSamenvatting NaSk H5 Elektriciteit
Samenvatting NaSk H5 Elektriciteit Samenvatting door T. 865 woorden 6 november 2016 6,7 23 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Par. 1 Een stroomkring maken Om een lampje te laten branden moet je er een
Nadere informatieOm een lampje te laten branden moet je er een elektrische stroom door laten lopen. Dat lukt alleen, als je een gesloten stroomkring maakt.
Samenvatting door een scholier 983 woorden 8 april 2011 6,8 988 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Natuurkunde H5 par 1 t/m 5 samenvatting Par. 1 Een stroomkring maken Om een lampje te laten branden
Nadere informatieElektrische netwerken
Deel 1: de basis H1 - H4: basisbegrippen gelijkspanning Opgaven bij hoofdstuk 1... 1 Opgaven bij hoofdstuk 2... 2 Opgaven bij hoofdstuk 3... 4 Opgaven bij hoofdstuk 4... 7 H5 - H8: basisbegrippen wisselspanning
Nadere informatieDenk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 35 punten.
NATUURKUNDE KLAS 4 PW HOOFDSTUK PW HOOFDSTUK 2 18/12/2008 Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 35 punten. Opgave 1 (3 + 2 + 4 pt) Een van de natuurkundeleraren
Nadere informatieOver Betuwe College Oefeningen H3 Elektriciteit deel 4
1 Door een dunne draad loopt een elektrische stroom met een stroomsterkte van 2 µa. De spanning over deze draad is 50 V. Bereken de weerstand van de dunne draad. U = 50 V I = 2 µa R = 50V 2µA R = 2,5 10
Nadere informatieOpgave 5 Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van figuur 3.
Opgave 5 Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van figuur 3. figuur 3 De schuifweerstand is zo ingesteld dat de stroomsterkte 0,50 A is. a) Bereken het
Nadere informatie9 PARALLELSCHAKELING VAN WEERSTANDEN
9 PARALLELSCHAKELING VAN WEERSTANDEN Een parallelschakeling komt in de praktijk vaker voor dan een serieschakeling van verbruikers. Denken we maar aan alle elektrische apparaten die aangesloten zijn op
Nadere informatieLABO. Elektriciteit OPGAVE: De cos phi -meter Meten van vermogen in éénfase kringen. Totaal :.../20. .../.../ Datum van afgifte:
LABO Elektriciteit OPGAVE: De cos phi -meter Meten van vermogen in éénfase kringen Datum van opgave:.../.../ Datum van afgifte: Verslag nr. : 7 Leerling: Assistenten: Klas: 3.1 EIT.../.../ Evaluatie :.../10
Nadere informatieElektriciteit Inhoud. Elektriciteit demonstraties
Elektriciteit Inhoud Inleiding : Deze les Spanning: Wat is dat, hoe komt dat? Stroom(sterkte) : Wat is dat, hoe komt dat? Practicum: (I,)-diagram van een lampje en een weerstand Weerstand : Wet van Ohm
Nadere informatieUitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5)
Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) 2.1 Inleiding 1. a) Warmte b) Magnetische Energie c) Bewegingsenergie en Warmte d) Licht (stralingsenergie) en warmte e) Stralingsenergie 2. a) Spanning (Volt),
Nadere informatieSerie. Itotaal= I1 = I2. Utotaal=UR1 + UR2. Rtotaal = R1 + R2. Itotaal= Utotaal : Rtotaal 24 = 10 + UR2 UR2 = 24 10 = 14 V
Om te onthouden Serieschakeling Parallelschakeling Itotaal= I = I2 Utotaal=U + U2 totaal = + 2 Itotaal=I + I2 Utotaal= U = U2 tot 2 enz Voor elke schakeling I totaal U totaal totaal Itotaal= I = I2 Utotaal=U
Nadere informatieHoofdstuk 26 Gelijkstroomschakeling
Hoofdstuk 26 Gelijkstroomschakeling Inhoud hoofdstuk 26 Elektromotorische kracht (emk) en klemspanning. Weerstanden in serie en parallel De wetten van Kirchhoff Spanningbronnen in serie en parallel; batterijen
Nadere informatieUitwerkingen Hoofdstuk 2 - deel 2
Uitwerkingen Hoofdstuk 2 - deel 2 4 VWO 2.6 Serie en parallel 51. Vervanging 52. Bij de winkelstraat zijn de lampen parallel geschakeld en bij de kandelaar in serie. 53. Voorbeeld: Serie De stroom moet
Nadere informatie5,6. Samenvatting door R woorden 24 januari keer beoordeeld. 1 Een stoomkring maken.
Samenvatting door R. 1985 woorden 24 januari 2016 5,6 130 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova 1 Een stoomkring maken. Je komt in huis allerlei apparaten tegen die op elektriciteit werken. Apparaten die
Nadere informatieOver jezelf. Begripstest Elektriciteit BEGIN DE TEST [DOELGROEP: VMBO EN HAVO/VWO-ONDERBOUW]
Begripstest Elektriciteit [DOELGROEP: VMBO EN HAVO/VWO-ONDERBOUW] Deze begripstest gaat over het onderdeel elektriciteit. Als het goed is weet je al veel dingen over dit onderwerp. Met behulp van deze
Nadere informatiePracticum Zuil van Volta
Practicum Zuil van Volta Benodigdheden Grondplaat, aluminiumfolie, stuivers (munten van vijf eurocent), filtreerpapier, zoutoplossing, voltmeter, verbindingssnoeren, schaar Voorbereidende werkzaamheden
Nadere informatie4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water
4 Elektrische energie 4.1 Introductie Inleiding Het hoofdstuk gaat over het goed en veilig functioneren van elektrische schakelingen en over wetmatigheden die gelden voor elektrische schakelingen. Je hebt
Nadere informatieNaam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren
Naam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren Schakeling In de hiernaast afgebeelde schakeling kan de spanning
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7 De wet
Nadere informatieElektrische huisinstallatie
Elektrische huisinstallatie Titel: Vak: Domein: Sector: 3D aspecten: Elektrische apparaten - Ontwerp een huisinstallatie Natuurkunde Energie Havo - vwo Werkwijze: Modelontwikkeling en gebruik, Onderzoeken,
Nadere informatieVWO 4 kernboek B hoofdstuk 8
SAMNVATTING LKTICITIT VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 HOVLHID LADING Symbool Q (soms q) enheid C (Coulomb) Iedereen heeft wel eens gemerkt dat voorwerpen elektrische eigenschappen kunnen krijgen. Als je over
Nadere informatie4.2 Het instapprobleem Een roodgloeiende metaaldraad onderdompelen in water
4 Elektrische energie 4.1 Introductie Inleiding Het hoofdstuk gaat over het goed en veilig functioneren van elektrische schakelingen en over wetmatigheden die gelden voor elektrische schakelingen. Je hebt
Nadere informatieHfd 3 Stroomkringen. Isolator heeft geen vrije elektronen. Molecuul. Geleider heeft wel vrije elektronen. Molecuul.
Hfd 3 Stroomkringen Enkele begrippen: Richting van de stroom: Stroom loopt van de plus naar de min pool Richting van de elektronen: De elektronen stromen van de min naar de plus. Geleiders en isolatoren
Nadere informatieWe willen dat de magnetische inductie in het punt K gelijk aan rul zou worden. Daartoe moet men door de draad AB een stroom sturen die gelijk is aan
jaar: 1995 nummer: 28 Twee zeer lange draden zijn evenwijdig opgesteld. De stroom door de linkse draad ( zie figuur) is in grootte gelijk aan 30 A en de zin ervan wordt aangegeven door de pijl. We willen
Nadere informatieInleiding 3hv. Opdracht 1. Statische elektriciteit. Noem drie voorbeelden van hoe je statische elektriciteit kunt opwekken.
Inleiding hv Opdracht Statische elektriciteit Noem drie voorbeelden van hoe je statische elektriciteit kunt opwekken Opdracht Serie- en parallelschakeling Leg van elke schakeling uit ) of het een serie-
Nadere informatieWerkstuk Natuurkunde Schakeling
Werkstuk Natuurkunde Schakeling Werkstuk door een scholier 677 woorden 23 december 2003 5,5 68 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Inleiding In dit verslag wordt bepaald welke regels er gelden voor stromen
Nadere informatieOpgave 1 Er zijn twee soorten lading namelijk positieve en negatieve lading.
itwerkingen Opgave Er zijn twee soorten lading namelijk positieve en negatieve lading. Opgave 2 Een geleider kan de elektrische stroom goed geleiden. Metalen, zout water, grafiet. c. Een isolator kan de
Nadere informatieUITWERKINGEN EXTRA OPGAVEN SCHAKELINGEN
UITWERKINGEN EXTRA OPGAVEN SCHAKELINGEN U. Gegevens invullen: 24 0 24-0 4 V 2a R v2 R R 2. invullen gegevens: R v2 3 4 7 28 b R tot R v. invullen gegevens: 7 dus 4 A U U c R R. invullen gegevens: 3 dus
Nadere informatieElektro-magnetisme Q B Q A
Elektro-magnetisme 1. Een lading QA =4Q bevindt zich in de buurt van een tweede lading QB = Q. In welk punt zal de resulterende kracht op een kleine positieve lading QC gelijk zijn aan nul? X O P Y
Nadere informatie2 Elektriciteit Elektriciteit. 1 A De aal heeft ca 4000 elektrische cellen van 0,15 volt, die in serie geschakeld zijn.
2 Elektriciteit 1 2.1 Elektriciteit 1 A De aal heeft ca 4000 elektrische cellen van 0,15 volt, die in serie geschakeld zijn. 2 mp3-speler dynamo fiets accu lamp op je kamer stopcontact auto batterij 3
Nadere informatieHoe kun je de weerstand van voorwerpen vergelijken en bepalen?
werkblad experiment 4.5 en 5.4 (aangepast) naam:. klas: samen met: Hoe kun je de weerstand van voorwerpen vergelijken en bepalen? De weerstand R van een voorwerp is te bepalen als men de stroomsterkte
Nadere informatie3.2 Instapprobleem met demonstratie Schakelingen van drie lampjes
3 Serie- en parallelschakeling 3.1 Introductie Inleiding In de vorige paragraaf heb je je beziggehouden met de elektrische huisinstallatie en de veiligheidsmaatregelen die daarvoor van belang zijn. Behalve
Nadere informatieNaam: Klas: Repetitie elektriciteit klas 2 1 t/m 6 HAVO (versie A)
Naam: Klas: Repetitie elektriciteit klas 2 1 t/m 6 HAVO (versie A) OPGAVE 1 Welke spanning leveren de combinaties van 1,5 volt-batterijen? Eerste combinatie: Tweede combinatie: OPGAVE 2 Stel dat alle lampjes
Nadere informatieUitwerkingen opgaven hoofdstuk 6. 6.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spanningsbron
itwerkingen opgaven hoofdstuk 6 6.1 Elektrische lading; stroom, spanning en spannings Opgave 5 a De wielen die het contact vormen tussen het vliegtuig en de grond zijn gemaakt van rubber, en rubber is
Nadere informatieNatuur- en scheikunde 1, elektriciteit, uitwerkingen. Spanning, stroomsterkte, weerstand, vermogen, energie
4M versie 1 Natuur- en scheikunde 1, elektriciteit, uitwerkingen Werk netjes en nauwkeurig Geef altijd een duidelijke berekening of een verklaring Veel succes, Zan Spanning, stroomsterkte, weerstand, vermogen,
Nadere informatieImpedantie V I V R R Z R
Impedantie Impedantie (Z) betekent: wisselstroom-weerstand. De eenheid is (met als gelijkstroom-weerstand) Ohm. De weerstand geeft aan hoe goed de stroom wordt tegengehouden. We kennen de formules I R
Nadere informatieSpanning versus potentiaal
Spanning versus potentiaal Opgave: Potentiaal II R1 = 1,00 Ω R2 = 2,00 Ω R3 = 3,00 Ω R4 = 4,00 Ω R5 = 5,00 Ω R6 = 6,00 Ω R7 = 7,00 Ω Het potentiaalverschil tussen twee punten is gelijk aan de spanning
Nadere informatieVan Dijk Educatie Parallelschakeling 2063NGQ0571. Kenteq Leermiddelen. copyright Kenteq
Parallelschakeling 2063NGQ0571 Kenteq Leermiddelen copyright Kenteq Inhoudsopgave 1 Parallelschakeling 5 1.1 Inleiding 5 1.2 Doelen 5 1.3 Parallelschakeling 6 1.4 Shuntweerstand 21 1.5 Samenvatting 24
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7 De wet
Nadere informatie6,9. Samenvatting door een scholier 833 woorden 13 december keer beoordeeld. Natuurkunde 1.1
Samenvatting door een scholier 833 woorden 13 december 2014 6,9 35 keer beoordeeld Vak Natuurkunde 1.1 Sommige materialen kunnen stroom doorlaten > geleiders. Isolatoren laten geen stroom door. De grootte
Nadere informatieVWO 4 kernboek B hoofdstuk 8
SAMENVATTING ELEKTRICITEIT VWO 4 kernboek B hoofdstuk 8 HOEVEELHEID LADING Symbool Q (soms q) Eenheid C (Coulomb) Iedereen heeft wel eens gemerkt dat voorwerpen elektrische eigenschappen kunnen krijgen.
Nadere informatieMeetinstrumenten. PEKLY 33, Rue Boussingault _ Paris. Werkboekje behorende bij de software. Naam : Klas: 3, 15, 30, 150, 450 1,5 2
Meetinstrumenten. 3, 1, 3, 1, 4 1,.1 Hz 4 o +1...+ o C PEKLY 33, Rue Boussingault _ Paris Werkboekje behorende bij de software. Naam : Klas: Figuur 1 Figuur - H.O.Boorsma. http://www.edutechsoft.nl/ 1
Nadere informatief. Leg aan de hand van het schema van vraag 4 de eigenschappen van de serieschakeling uit.
Elektriciteitsleer 1 INTRO Teken de I,U-grafiek van een weerstand van 100, waarbij de spanning van 0 tot 10 V toeneemt. Een gloeilampje heeft bij 2,0 V eveneens een weerstand van 100 ohm. Schets in hetzelfde
Nadere informatieElektrische energie en elektrisch vermogen
Elektrische energie en elektrisch vermogen Grootheid Symbool Eenheid Lading Q C: Coulomb Spanning U V: Volt Stroomsterkte I A: Ampère Energie E J: Joule Weerstand R Ω: Ohm Spanning: noodzakelijk om lading
Nadere informatieMINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015
MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015 VAK : NATUURKUNDE DATUM : WOENSDAG 29 JUNI 2015 TIJD : 07.45 10.45 Aantal opgaven: 5 Aantal pagina s: 6 Controleer zorgvuldig
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 5
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 5 Samenvatting door Fleur 1005 woorden 10 oktober 2017 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Natuurkunde 5.1 Een schema van de elektrische installatie van
Nadere informatieLeereenheid 1. Diagnostische toets: Soorten spanningen. Let op!
Leereenheid 1 Diagnostische toets: Soorten spanningen Let op! Bij meerkeuzevragen: Duid met een kringetje rond de letter het juiste antwoord of de juiste antwoorden aan Vragen gemerkt met: J O Sommige
Nadere informatieExamentraining (KeCo) SET-B HAVO5-Na
KeCo-Examentraining SET-C HAVO5-Na 1 Examentraining (KeCo) SET-B HAVO5-Na EX.O.1. 1. Op een wateroppervlak vallen drie rode lichtstralen op de manier zoals weergegeven in onderstaande figuur. Teken het
Nadere informatieEen elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.
Inhoud... 2 Basisgrootheden... 2 Verwarmingsinstallatie... 3 Elektrische schakelingen... 4 Definities van basisgrootheden... 6 Fysische achtergrond bij deze grootheden... 6 Opgave: Geladen bollen... 7
Nadere informatieOpgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l
Opgave 1 Een kompasnaald staat horizontaal opgesteld en geeft de richting aan van de horizontale r component Bh van de magnetische veldsterkte van het aardmagnetische veld. Een spoel wordt r evenwijdig
Nadere informatieWat meet je met een voltmeter? Vul de ontbrekende woorden in. Met een voltmeter meet je de
Oefentoets Hieronder zie je leerdoelen en toetsopdrachten ink de leerdoelen aan als je denkt dat je ze beheerst Maak de toetsopdrachten om na te gaan of dit inderdaad zo is Na leren van paragraaf kun je
Nadere informatieStroom uit batterijen
00-Spanning WHO S3-HV 24-01-2005 12:01 Pagina 5 2 Stroom uit batterijen Je hebt gezien, dat je eigen gebouwde vruchtbatterij niet veel stroom levert. Zo n batterij past ook slecht in een diskman of MP3-speler...
Nadere informatieJAN Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 34 punten.
NATUURKUNDE KLAS 4 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK 2 JAN.. 2009 Denk aan ALLE letters van FIRES! Geef duidelijke berekeningen. Er zijn 4 opgaven. Totaal 34 punten. Opgave 1 (3 + 4 pt) De batterij in de hiernaast
Nadere informatie5 Weerstand. 5.1 Introductie
5 Weerstand 5.1 Introductie I n l e i d i n g In deze paragraaf ga je verschillende soorten weerstanden bestuderen waarvan je de weerstandswaarde kunt variëren. De weerstand van een metaaldraad blijkt
Nadere informatieUITWERKINGEN Examentraining (KeCo) SET-B HAVO5-Na
UITWERKINGEN KeCo-Examentraining SET-C HAVO5-Na UITWERKINGEN Examentraining (KeCo) SET-B HAVO5-Na EX.O... Lichtstraal A verplaatst zich van lucht naar water, dus naar een optisch dichtere stof toe. Er
Nadere informatie2. maximumscore 1 Het antwoord moet de notie bevatten dat het anders levensgevaarlijk is om de mast aan te raken.
1. maximumscore 1 voorbeelden van goede antwoorden zijn: aluminium is goedkoper dan koper. aluminium is lichter dan koper. 2. maximumscore 1 Het antwoord moet de notie bevatten dat het anders levensgevaarlijk
Nadere informatieVlaamse Fysica Olympiade 31ste editie Eerste ronde
Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 200F bus 2404 3001 Heverlee Tel.: 016-32 74 71 E-mail: info@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Fysica Olympiade 31ste editie
Nadere informatieSteven Werbrouck 04-02-2000 Practicum 2: Schakelen van weerstanden
Practicum 2: Schakelen van weerstanden 1. Situering Het komt vaak voor dat een bepaalde stroomkring meer dan één weerstand bevat. Men zegt dan dat de weerstanden op een bepaalde manier geschakeld werden.
Nadere informatie1. Weten wat elektrische stroom,spanning en vemogen is en het verband ertussen kennen 2. Elektrische netwerken kunnen oplossen
Hoofdstuk 3 Elektrodynamica Doelstellingen 1. Weten wat elektrische stroom,spanning en vemogen is en het verband ertussen kennen 2. Elektrische netwerken kunnen oplossen Elektrodynamica houdt de studie
Nadere informatieHoofdstuk 4 Het schakelen van weerstanden.
Hoofdstuk 4 Het schakelen van weerstanden.. Doel. Het is de bedoeling een grote schakeling met weerstanden te vervangen door één equivalente weerstand. Een equivalente schakeling betekent dat een buitenstaander
Nadere informatieVWO Module E1 Elektrische schakelingen
VWO Module E1 Elektrische schakelingen Bouw de schakelingen voor een elektrische auto. Naam: V WO Module E1 P agina 1 38 Titel: Auteur: Eigenfrequentie, VWO module E1: Elektrische schakelingen Simon de
Nadere informatie4,1. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november keer beoordeeld. Natuurkunde. Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2.
Samenvatting door L. 836 woorden 21 november 2012 4,1 51 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2. Hoofdstuk 3 Stroom, spanning en weerstand. * Elektrische
Nadere informatieSteven Werbrouck 04-02-2000 Practicum 3: Niet-ideale gelijkspanningsbron
Practicum 3: Niet-ideale gelijkspanningsbron 1. Situering De eerste wet van Ohm (U =.R) beschrijft de grootte van de spanning U (klemspanning) over een uitwendige weerstand R als er een stroom doorvloeit
Nadere informatiedie Keure VASTESTOFFYSICA Oplossingen MODULE INTERACTIE - 3 e GRAAD
die Keure VASTESTOFFYSICA Oplossingen MODULE INTERACTIE - 3 e GRAAD 2 7 Oefeningen REEKS 1 1. Bij 27 C heeft Si een dichtheid aan vrije elektronen van 1,5 10 10 cm -3. Per hoeveel atomen Si is er een vrij
Nadere informatie6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen
6. Afronding hoofdstuk 2 6.1 Afrondingsopdracht Goed en veilig werken van elektrische schakelingen Inleiding Bij de introductie van dit hoofdstuk heb je je georiënteerd op het onderwerp van dit hoofdstuk
Nadere informatieWe hangen drie metalen bollen aan een draad en we geven ze alledrie een positieve of negatieve lading. Bol 1 en 2 stoten elkaar af en bol 2 en 3 stoten elkaar af. Wat kun je nu zeggen? 1. 1 en 3 hebben
Nadere informatieINLEIDING. Veel succes
INLEIDING In de eerste hoofdstukken van de cursus meettechnieken verklaren we de oorsprong van elektrische verschijnselen vanuit de bouw van de stof. Zo leer je o.a. wat elektrische stroom en spanning
Nadere informatieSignalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde
Technologie 1 Elektrische en elektronische begrippen Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde Opleiding Pop en Media Peet Ferwerda, januari 2002 Deze instructie wordt tijdens
Nadere informatie2 ELEKTRISCHE STROOMKRING
2 ELEKTRISCHE STROOMKRING Om elektrische stroom nuttig te gebruiken moet hij door een verbruiker vloeien. Verbruikers zijn bijvoorbeeld een gloeilampje, een motor, een deurbel. Om een gloeilampje te laten
Nadere informatie6.0 Elektriciteit 1 www.natuurkundecompact.nl
6.0 Elektriciteit 1 www.natuurkundecompact.nl 6.1 a Stroomkring b Geleiders en isolatoren 6.2 Chemische spanningsbron 6.3 a Schakelingen b Schakelingen (Crocodile) 6.4 a Stroom meten (Crocodile) b Schakelingen
Nadere informatie1ste ronde van de 19de Vlaamse Fysica Olympiade 1. = kx. = mgh. E k F A. l A. ρ water = 1,00.10 3 kg/m 3 ( θ = 4 C ) c water = 4,19.10 3 J/(kg.
ste ronde van de 9de Vlaamse Fysica Olympiade Formules ste onde Vlaamse Fysica Olympiade 7 9de Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde De eerste ronde van deze Vlaamse Fysica Olympiade bestaat uit 5 vragen
Nadere informatieEen positief geladen stok wordt in de buurt gebracht van een metalen bol. Deze bol staat op een isolerende standaard, maar is via een koperdraad verbonden met de aarde. In de koperdraad loopt, 1. een stroom,
Nadere informatieSpanning en sensatie!!! Wat een weerstand!! Elektriciteit. 3HV H3 elektriciteit les.notebook February 13, Elektriciteit 3HV
3HH3elektriciteitles.notebook February 13, 2016 Spanning en sensatie!!! Elektriciteit Elektriciteit 3H Wat een weerstand!! Spanning en Lading + + + + 3HH3elektriciteitles.notebook February 13, 2016 + +
Nadere informatieWerking van een zekering
Naam: Klas: Datum: Werking van een zekering Doelstelling Leerlingen moeten inzien dat een zekering de elektrische stroom kan onderbreken bij oververhitting als gevolg van een kortsluiting. Inleidende proef
Nadere informatieVraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5
Vraag 1 Een hoeveelheid ideaal gas is opgesloten in een vat van 1 liter bij 10 C en bij een druk van 3 bar. We vergroten het volume tot 10 liter bij 100 C. De einddruk van het gas is dan gelijk aan: a.
Nadere informatiehavo practicumboek natuurkunde
3 havo practicumboek natuurkunde natuurkunde 3 havo Auteurs L. Lenders F. Molin R. Tromp Met medewerking van Th. Smits Vierde editie Malmberg s-hertogenbosch www.nova-malmberg.nl Inhoudsopgave 1 Krachten
Nadere informatieVrij Technisch Instituut Grote Hulststraat Tielt tel fax
De elektrische installatie in een woning heeft heel wat elektrische circuits. Een elektrisch circuit of een elektrische stroomkring is opgebouwd uit een stroombron, een verbruiker, een schakelaar en geleiders.
Nadere informatieElektrische stroomkring. Student booklet
Elektrische stroomkring Student booklet Elektrische stroomkring - INDEX - 2006-04-06-17:02 Elektrische stroomkring In deze module wordt uitgelegd wat een elektrische stroomkring is en wat parallel- en
Nadere informatie2 H-ll EXAMEN HOGER ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1974 NATUURKUNDE. Woensdag 28 augustus, uur. Zie ommezijde
2 H-ll EXAMEN HOGER ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1974 Woensdag 28 augustus, 9.00-12.00 uur NATUURKUNDE Zie ommezijde Deze opgaven zijn vastgesteld door de commissie bedoeld in artikel 24 van het Besluit
Nadere informatieNASK1 SAMENVATTING ELEKTRICITEIT. Wanneer loopt er stroom? Schakelingen
NASK1 SAMENVATTING ELEKTRICITEIT Wanneer loopt er stroom? Elektrische apparaten werken alleen als er een stroom door loopt. Om de stroom te laten lopen is er altijd een spanningsbron nodig. Dat kan een
Nadere informatie