De raad stemt in met dit voorstel en de agenda wordt dienovereenkomstig vastgesteld.

Transcriptie

1 Raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli 2014 Voorzitter: Raadsleden: Wethouders: Ambtelijk: Afwezig m.k.: de heer W.C. Luijendijk de heer J.C.G.M. Brekelmans mevrouw H.M.I.A. Broeders-Habraken (afwezig op 8 juli) mevrouw P.J.C. Coolegem-Jacobs de heer G.J.T.J. van den Dries de heer P.J.M. Flohr de heer J.F.A. van Gorkum de heer A.P.M. Groenendaal mevrouw L.E.J. Heijs-Schouten de heer E.J. Kemmeren (afwezig op 8 juli) de heer R.A.J. de Kort de heer H.J. van Komen de heer M. Krikken (afwezig op 8 juli) de heer A.J.M. van Laarhoven mevrouw S.A.C. Mandemakers mevrouw J.A.M. Smit-van Gijsel (afwezig op 8 juli) de heer J.H. Verboven mevrouw M.P.L. Verschure de heer A.W.J. van Wel (afwezig op 8 juli) de heer G. Bruijniks de heer C.C.J.M. Grootswagers de heer W.J.J. Ligtenberg mevrouw P.A.M. van Bavel de heer B.G.M. van Drunen (wel aanwezig op 8 juli) 1. Opening De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. Hij spreekt het vertrouwen uit dat de raad zal komen tot een zorgvuldige besluitvorming en dat de aan de raad toevertrouwde belangen eervol en zonder aanzien des persoons worden behartigd. Hij meldt vervolgens het bericht van verhindering van de heer Van Drunen. 2. Vaststellen agenda Mevrouw Verschure (Pro3) verzoekt om gelijktijdige behandeling van agendapunt 6c Raadsinformatiebrief Leerlingenvervoer en agendapunt 11 Voorstel tot vaststelling van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Loon op Zand De raad stemt in met dit voorstel en de agenda wordt dienovereenkomstig vastgesteld. 3. Spreekrecht burgers ex art. 14 van het Reglement van Orde Hiervoor heeft niemand zich aangemeld. 4. Mededelingen Er zijn geen mededelingen. 5. Verslag vorige vergadering 5.1. vaststelling van de notulen inclusief bijlage van de raadsvergadering van 5 juni 2014 De heer Van den Dries (CDA) heeft een wijzigingsvoorstel ingediend. De notulen worden met inachtneming van dit wijzigingsvoorstel vastgesteld. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

2 6. Raadsinformatiebrieven 6.1. raadsinformatiebrief jaarverslag Toezicht en Handhaving in de fysieke leefomgeving 2013 De heer Van den Dries (CDA) verwijst naar zijn schriftelijke vraag en is tevreden over het antwoord dat in de toekomst de koppeling beter gelegd zal worden met de beleidsdoelstellingen. Daardoor kan de raad het beter monitoren. Mevrouw Coolegem ( VOOR LOON ) vraagt om verplaatsing van dit agendapunt naar de eerstvolgende raadsvergadering in september. Zij zal nog een nadere specificatie van de vraagstelling aanleveren. De voorzitter zegt dit toe. De heer Flohr (Pro3) maakt zich zorgen over het feit dat het bij handhaving ook om inwoners gaat. Hoe weten inwoners hoe zij met het handhavingsbeleid moeten omgaan, hoe communiceert de gemeente dat met de inwoners? Dat moet duidelijk gebeuren, want communicatie is erg belangrijk. De voorzitter zegt dat de raad hierop in september kan terugkomen raadsinformatiebrief overleg en procesbelang buitensportverenigingen De heer Flohr (Pro3) merkt op dat het college met de verenigingen in gesprek blijft. Hij neemt aan dat de uitvoering van de motie van 31 oktober 2013 onderwerp van gesprek zal zijn. Een gezamenlijk overlegorgaan met een onafhankelijk voorzitter die de opdracht krijgt met een verdeelmodel te komen van de maximale subsidie voor de buitensportverenigingen. De voorzitter zegt dat de buitensportverenigingen een onafhankelijk voorzitter op dat moment niet opportuun achten. De heer Flohr (Pro3) begrijpt dit en gaat er van uit dat het onderwerp op de agenda blijft. De voorzitter zegt dat alles betrokken zal worden bij de besprekingen. Voor kennisgeving aangenomen raadsinformatiebrief Leerlingenvervoer Voor kennisgeving aangenomen. 7. Voorstel inzake jaarrekening 2013 Regio Hart van Brabant De heer Van Komen (GemeenteBelangen) zegt blij te zijn dat de gemeenschappelijke regeling is aangepast en dat er tweemaal per jaar een radendag plaatsvindt, maar dat is nog onvoldoende. Het gaat meer over bijpraten en niet over verantwoording. Hij vraagt of het mogelijk is dat de raad vaker inzicht krijgt in de stand van zaken. Ook vraagt hij het college over te brengen aan het Algemeen Bestuur dat de raad tussentijds via een Bestuursrapportage geïnformeerd wil worden. Men kan wel instemmen met de jaarrekening, maar hij maakt zich wel zorgen over de tijdige aanbieding van de begroting 2015 voor het zomerreces. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) meent dat de raad ervoor gewaakt moet worden dat het geen ondoordringbare extra bestuurslaag wordt. De raden worden wel vaker betrokken, maar dat houdt niet veel meer in. Hoe kan Hart van Brabant dichter bij de inwoners gebracht worden? Het moet meer aansluiten bij de ambities van de gemeente. De meeste onderwerpen gaan over de andere gemeenten, afgezien van leisure en transities. Hij meent dat de raad nog te veel op afstand staat. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

3 Het moet meer een instrument worden van de raden van de betrokken gemeenten. De raden moeten samen aangeven wat zij willen bereiken en wat het mag kosten. Het is nu erg groot, op afstand en ondoordringbaar. De regio moet vóór de gemeente werken en niet tegen de gemeente. De heer Flohr (Pro3) zegt dat zijn vragen hierbij aansluiten. Hoe kan meer inhoud gegeven worden aan de betrokkenheid van de raden? Radendagen en themadagen kunnen wel een bijdrage leveren, ook een goede website. Er gaat nu veel aan de raden voorbij. Hij wil de betrokkenheid versterken door vooraf over informatie te beschikken inzake het portefeuillehoudersoverleg. Hij heeft een motie opgesteld. Voorkomen moet ook worden dat misverstanden ontstaan, zoals recent over de jeugdzorg en de in te stellen bestuurscommissie. De fracties weten niet wat er op de agenda staat en dan kan het de verkeerde kant op gaan. Hij dient de volgende motie in: Constaterende dat: het jaarverslag naast de tweemaal per jaar georganiseerde radendag slechts een van de weinige instrumenten is die het college van B&W tot haar beschikking heeft om de gemeenteraad van Loon op Zand actief te betrekken bij de besluitvorming binnen Hart van Brabant; de samenwerking tussen de 9 gemeenten binnen Hart van Brabant in 2013 meer gestalte heeft gekregen; met de implementatie van de drie decentralisaties in het sociale domein deze samenwerking in de komende jaren geïntensiveerd gaat worden. binnen de governance rond de jeugdzorg al ontwikkelingen gaande zijn rond de oprichting van een aparte bestuurscommissie met een eigen begroting. Overwegende dat: de gemeenteraad van Loon op Zand bij belangrijke ontwikkelingen die zowel regionaal als lokaal spelen invloed moet kujnnen uitoefenen op het te voeren beleid; de gemeenteraad alle vertrouwen heeft in de vertegenwoordigende wethouders van Loon op Zand binnen Hart van Brabant. de overdracht van verantwoordelijkheden van het Rijk naar lokale overheden gepaard gaat met grote financiële consequenties en risico s voor de gemeentelijke begroting. Draagt het college op: om de raad vooraf te informeren en actief te betrekken bij de beleidsinzet binnen de deeloverleggen van Hart van Brabant en achteraf te informeren over de uitkomsten en de besluiten daarvan. Mevrouw Smit (VVD) heeft weinig toe te voegen. Volgend jaar zal de jaarrekening samengaan met Midpoint Brabant en dat zal nog een flinke klus worden. Zij maakt zich zorgen omdat de begroting nog niet klaar is. In de gemeenschappelijke regeling is geborgd dat er twee radendagen worden gehouden. Dat is goed ontvangen door de VVD, net als de extra informatieavonden over de transities. Het is wel jammer dat er niet raadsbreed een goede afvaardiging is vanuit Loon op Zand. Dat zou veel helderder zijn. Met betrekking tot de regiodagen zegt zij dat er door raadsleden zaken genoemd worden. Het Dagelijks Bestuur van Hart van Brabant gaat daar dan iets mee doen. Zij vraagt naar de terugkoppeling naar het Algemeen Bestuur; wat gaat daar dan mee gebeuren? Zij kan dit niet terugvinden op de website. Deze vragen leven blijkbaar ook bij andere fracties. Zij verwijst naar de motie van Pro3. Wellicht kan iets verteld worden naar aanleiding van de regiodag en kan er meer duidelijkheid gegeven worden. Zij is ook benieuwd naar de reactie van het college op de motie. De heer Van den Dries (CDA) verwijst naar zijn schriftelijke vraag. In 2013 heeft de raad ingestemd met de extra middelen voor beleidsintensivering. De beraadslaging in de commissie Bestuur en Middelen leverde op dat de vraag was hoe de opbrengsten zich verhouden tot de extra middelen van ,00. Het college is toen ook gevraagd inzicht te geven in de resultaten van de beleidsintensivering. Ook wordt het college gevraagd hoe zich dit verhoudt tot de extra middelen. Hij heeft een uitgebreid antwoord gekregen, maar wat daarin is gesteld, gebeurde al voor de beleidsintensivering. Op het gebied van afval waren al afspraken gemaakt, zo ook voor volkshuisvesting, jeugd, gezondheidszorg en maatschappelijke ontwikkeling. Waar het mogelijk te maken had met de beleidsintensivering is het antwoord vaag. De vraag is eigenlijk niet beantwoord. Hij vraagt om een toelichting. Hij is ook benieuwd naar de reactie op de motie van Pro3. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

4 De voorzitter reageert op de inbreng in eerste termijn. Met de strekking van de opmerkingen is het college het eens. Vandaag vond de eerste Hart van Brabant dag plaats na de vorming van de nieuwe colleges. De resultaten van de samenwerking zijn gerecapituleerd en ook is het toekomstperspectief besproken. Onderwerpen als leisure en economische zaken zijn gepresenteerd en de vertegenwoordigers van de gemeenten werd gevraagd naar hun wensen voor de toekomst. Breed werd gepleit voor versterking van de betrokkenheid van de raden en de inwoners. De voorzitter, de heer Noordanus, heeft aangegeven dat dit een extra aandachtspunt zal zijn. Over de vorm is nog niet gesproken. De radendagen worden zeer gewaardeerd. De voorzitter waardeert de inbreng van de raad van Loon op Zand. In de governance is vastgelegd dat de raden een sterkere positie krijgen. De raden kunnen ook een aparte algemene vergadering bijeenroepen. De regio kan als parlement bijeenkomen. Het Algemeen Bestuur wil liever de contacten frequent houden en dicht op de thema s. In de motie van Pro3 wordt gevraagd om vooraf de raad te betrekken bij stappen die de portefeuillehouders zetten. De voorzitter is benieuwd of de fracties het op die manier willen doen. Dat zou betekenen dat bij elk portefeuillehoudersoverleg de raad tussentijds geconsulteerd moet worden. Het idee is in het kader van het jaarprogramma van Hart van Brabant op diverse terreinen te bepalen wat de gemeente zelf doet en wat in Hart van Brabant gerealiseerd moet worden. Daarover wil het college terugkoppelen. Naar aanleiding van de vraag van de heer Van Komen zegt de voorzitter dat het een goede gedachte is om dit in de Bestuursrapportage mee te nemen. De hoofdlijnen van de begroting betreffen de opdracht aan het college. Als het college die opdracht niet kan waarmaken, dan komt het college vanzelfsprekend bij de raad terug. Het college wil regelmatig rapporteren en in het jaarverslag verantwoording afleggen. Als het bij elk portefeuillehoudersoverleg moet gebeuren, dan wordt dat wel ingewikkeld. Hij zou liever kiezen voor terugrapportage op het moment dat dit nodig is en daarvoor de Bestuursrapportage gebruiken. Met betrekking tot de transities wordt gedacht aan een aparte werkgroep uit de raad; dat is wellicht een goede werkwijze en zou kunnen leiden tot een andere manier van rapporteren. De jaarbegroting 2015 is nog niet gereed. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) zegt dat de transities belangrijk zijn, maar er zijn meer onderwerpen die van belang zijn om vooraf te bespreken. De voorzitter geeft aan dat de begroting voor Hart van Brabant door de raad wordt vastgesteld. De begroting is wat verlaat om rekening te kunnen houden met de wensen vanuit de negen raden. Er is een inventarisatie geweest van de wensen vanuit de raden. Daardoor komt de begroting pas na de zomervakantie. Overigens zal het gaan om een continuering van eerder afgesproken speerpunten. Economische zaken en leisure krijgen extra aandacht vanuit Loon op Zand. Specifiek zal een extra inzet op leisure het resultaat zijn voor Loon op Zand en iets beperkter op economische zaken, het kernwinkelgebied. Verder participeert Loon op Zand in allerlei zaken waar de gemeente profijt van heeft. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) wijst op het gevoel te veel op afstand te staan. Hij zou het liefst willen dat de raad zelf bepaalt hoe hij betrokken wil worden bij Hart van Brabant en hoe hij geïnformeerd wil worden vooraf en achteraf. De heer Flohr (Pro3) merkt op dat de voorzitter reageert als AB-lid en/of als voorzitter van de raad, collegelid. De motie is vooral gericht op die laatste functie. De raad ervaart een gebrek aan betrokkenheid. Het hoeft niet voor elk portefeuillehoudersoverleg te betekenen dat er vooraf gediscussieerd moet worden. Wel wil hij vooraf weten wat er op de agenda staat en wat vervolgens de resultaten zijn. Er is een grote informatiebehoefte bij de raad. De Bestuursrapportage is een optie. De voorzitter zegt dat hij antwoordt als lid van het college, maar ook als lid van het Algemeen Bestuur van Hart van Brabant, waar het gaat om de jaarrekening. In de marge heeft hij aangegeven dat in de collegedag van Hart van Brabant nadrukkelijk is gesproken over versterking van de betrokkenheid van de raden. Alleen is nog niet gesproken over de manier waarop dat moet gebeuren. Ideeën zijn van harte welkom bij het bestuur van Hart van Brabant. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) zegt dat deze motie dan ook als een opening gezien kan worden; de motie zou aan de andere raden toegezonden kunnen worden. Er zijn belangrijke nieuwe dossiers die opgestart moeten worden voor de gemeente waar de raad bij betrokken wil worden. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

5 De voorzitter doet de suggestie het woord deeloverleggen in de motie te schrappen. Hij stelt de tekst voor: om de raad vooraf te informeren en actief te betrekken bij de beleidsinzet binnen van Hart van Brabant en achteraf te informeren over de uitkomsten en de besluiten daarvan. Hij denkt dat dit goed zal vallen bij Hart van Brabant en dat dit ook goed te verdedigen is voor hem. De heer Flohr (Pro3) meent dat hiermee de kern van de motie gehandhaafd blijft. Hij kan hiermee instemmen. De voorzitter schorst de vergadering voor een korte pauze. De voorzitter heropent de vergadering. Het college heeft de motie besproken en adviseert aan de motie een tweede punt toe te voegen: het AB van Hart van Brabant te verzoeken om bovengenoemde intentie in te passen in de werkwijze van Hart van Brabant. Op die manier maakt de governance het mogelijk de raden tijdig te betrekken bij de beleidsinzet. De heer Flohr (Pro3) meent dat de motie hier rijker mee wordt. De voorzitter zegt dat de suggestie inzake de Bestuursrapportage ook gedeeld wordt door het college. De rapportage via de Bestuursrapportage zal door de organisatie van Hart van Brabant verzorgd moeten worden, bijvoorbeeld in de vorm van een afwijkingenrapportage. Hij geeft vervolgens gelegenheid voor een tweede termijn. De heer Van den Dries (CDA) sluit aan bij de inbreng van VOOR LOON. Het gaat er niet om dat er lang gesproken moet worden over de dingen die moeten gebeuren, maar de raad moet kaders kunnen stellen over de onderwerpen waarmee de gemeente zich wil profileren, bijvoorbeeld leisure en economische zaken. Op grond van de kaders die dan gesteld worden, kan via de Bestuursrapportage gemonitord worden. Het gaat niet om alle beleidsterreinen. Het is niet de bedoeling de portefeuillehouder aan te geven wat hij in zijn overleg mag zeggen. Als extra middelen ingezet worden, dient er ook smart een terugkoppeling gegeven te worden van de resultaten. De voorzitter neemt kennis van deze inbreng en stelt de besluitvorming aan de orde. burgemeester en wethouders. De aangepaste motie wordt unaniem aanvaard. 8. Voorstel inzake diverse aangelegenheden met betrekking tot ICT De heer De Kort (VVD) vraagt naar de consequenties en mogelijke frictie-effecten van de samenwerking tussen gemeenten met een langjarig contract. Mogelijk is de gemeente dan niet voldoende flexibel vanwege bepaalde contractvoorwaarden. Het gaat niet om een nieuw contract, maar om een verlenging. Wellicht kan de opzegtermijn gesteld worden op twee jaar in plaats van vier. Er wordt gesproken over het aanstellen van een I-strateeg met Hilvarenbeek en Oisterwijk. Het is hem niet duidelijk of dit ook onder het contract met Equalit valt; dat wordt aangegaan met Oosterhout. Hij verwijst naar de aanbevelingen van Telengy, waarin gesteld wordt dat pas schaalvoordelen ontstaan als meerdere gemeenten met de neuzen in dezelfde richting staan. Als Hilvarenbeek en Oisterwijk niet onder dit contract vallen, lijkt het zinvoller dat die I-strateeg in samenwerking met Oosterhout wordt aangesteld. De heer Van den Dries (CDA) verwijst naar de motie van 7 november 2013 en de aanbevelingen van Telengy. Samenwerkingen moeten niet op korte termijn opengebroken worden, omdat die pas voordelen bieden als de samenwerking langdurig is. In de samenwerking met Oosterhout komen nu de voordelen aan de orde. In de commissie Bestuur en Middelen in november 2012 is aangegeven dat in het nieuwe Informatiebeleidsplan een voordeel te behalen is van ,00. Is nu in de uitvoering van de motie van 7 november 2013 dit voordeel terug te vinden? Het college heeft wellicht informatie paraat op dit punt. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

6 De heer Van Laarhoven (GemeenteBelangen) sluit aan bij het betoog van de VVD. Er wordt nog steeds gekeken naar samenwerkingsverbanden. Het gaat nu om een verlenging van het contract met vier jaar. Om flexibel te zijn, zouden afspraken gemaakt moeten worden om op deelniveau uit te stappen als zich daartoe een moment aandient. Het college heeft goed gekeken naar alle opties uit de motie. Hij kan instemmen met het voorstel. De heer Flohr (Pro3) merkt op dat drie jaar geleden gesproken werd over een Informatiebeleidsplan en nu over een beheersplan. Uiteindelijk gaat het erom dat de gemeente klaar is voor de uitdagingen van de komende jaren. Niet alleen voor hardware en software, maar ook gaat het over wat de gemeente ermee gaat doen. In het kader van de transities moet het duidelijk zijn dat de juiste gegevens verstrekt kunnen worden. Er worden veel gegevens verzameld en die moeten ook geanalyseerd kunnen worden. Rapportages moeten de raad ook inzicht geven in de doelmatigheid en doeltreffendheid van de ingezette beleidsplannen. Wordt deze extra inzet herkend en wie is daarvoor verantwoordelijk? Heeft dat ook te maken met de functie van de I-strateeg? De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) merkt op dat de systemen goed moeten aansluiten op de systemen van de gemeenten waarmee Loon op Zand samenwerkt. VOOR LOON ziet uit naar een plan dat de richting aangeeft voor de komende jaren, waarin de afstemming gerealiseerd wordt. Equalit gaat werken met Gemma 2.0., dat ondersteuning biedt bij het bepalen van de bedrijfsstrategie. De gemeenten moeten dan wel dezelfde systemen gebruiken. Een contract voor onbepaalde tijd met een opzegtermijn van vier jaar is niet meer van deze tijd. Hij stelt voor een contract voor bepaalde tijd van twee jaar aan te gaan. In die periode kunnen de juiste keuzes gemaakt worden om de gemeente ICT-bestendig te houden in de relatie met de gemeenten waarmee samengewerkt wordt. Wethouder Ligtenberg reageert op de inbreng in eerste termijn. Flexibiliteit en goed communiceren met de andere gemeenten zijn belangrijk. In de wereld van de gemeenten is de kwestie verdeeld in twee kampen, Centric en PinkRoccade. Die systemen communiceren moeilijk met elkaar. Het ideaalbeeld van samenwerking met gemeenten op inhoud en een dienende rol van ICT bestaat nog niet. Om die reden is in het voorstel gesproken over de Gemma architectuur. Die is bedoeld om het gemis op termijn uit de wereld te helpen. Als het goed is, gaan alle gemeenten over op Gemma en dan gaat het beter. Om die reden is een bepaalde tijd nodig, want Equalit moet investeren in het anders inrichten van systemen en het aankopen van programmatuur die opnieuw is ontworpen op basis van Gemma. Daar is draagvlak voor nodig. Om die reden is het gebruikelijk om ten minste te werken met een periode van vier jaar. Er is ook geen uittreden-regeling. Er worden dus afspraken gemaakt voor de komende vier jaar. Het gaat dan alleen over de programmatuur en de apparatuur. Dat hoeft niet in de weg te staan om met andere gemeenten samen te werken. Het is een groeitraject. In eigen huis moet ook het informatiemanagement beter op orde gebracht worden, vandaar de I-strateeg en dat heeft niets te maken met Equalit. Hij moet wel meedenken. Waar het gaat om de drie transities komt het probleem boven tafel, want in de Regio Hart van Brabant wordt met tenminste twee platforms gewerkt en Tilburg heeft een eigen systeem. Het college meent dat het voorstel dat nu voorligt, goed voldoet. Met betrekking tot het voordeel van ,00 licht de wethouder toe dat dit te behalen is als op een aantal terreinen echt samengewerkt wordt. Dan moet al wel gekozen zijn voor dezelfde applicaties. Het zit niet in de hardware en software. De heer Van den Dries (CDA) had begrepen dat het om hardware en software ging. Een deel van de aanloopkosten zou dan gedekt zijn. Wethouder Ligtenberg zegt dat het wel in software zit, maar dan wel met de keuze voor dezelfde software en inrichting van de software en daar wordt nu nog niet voor gekozen. De heer De Kort (VVD) begrijpt dat in de ICT-wereld een termijn van vier jaar wel erg lang geacht wordt. Hij vraagt of twee jaar niet haalbaar is. Misschien kunnen de contractvoorwaarden wat handiger ingestoken worden. De heer Van den Dries (CDA) merkt op dat het CDA in 2012 wilde inbrengen dat er ieder jaar meer geld nodig was voor ICT en dat het budget onder controle moest zijn. Dat is nog steeds de intentie. De heer Van Laarhoven (GemeenteBelangen) noemt de opzegtermijn van vier jaar en vraagt of dan jaarlijks gekeken wordt naar een mogelijke opzegging. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

7 De heer Flohr (Pro3) zegt niet ongerust te zijn over de termijn van vier jaar, als er maar genoeg mogelijkheden zijn om indringende adviezen te geven in hetgeen Equalit brengt. Met de automatisering van de gemeente hebben veel gebruikers te maken. Hij heeft overigens niet veel gehoord over de output voor de gemeenteraad. Wethouder Ligtenberg zegt in antwoord op de laatste vraag dat de I-strateeg daarvoor wordt ingezet. In het voorstel wordt ook gesproken over een I-visie en een uitwerking ervan die met de raad besproken zal worden. Nu wordt alleen zeker gesteld dat de hard- en software afgenomen kan blijven worden. Het stadium van ontwikkeling is in Hilvarenbeek en Oisterwijk hetzelfde als in Loon op Zand. Wat betreft de opzegtermijn kent hij ook voorbeelden van termijnen van acht jaar, want elke verandering levert veel implementatie op en veel onzekerheid in de stabiliteit van het systeem. De voorzitter sluit de beraadslagingen af en stelt de besluitvorming aan de orde. burgemeester en wethouders. 9. Voorstel inzake Preventie- en Handhavingsplan alcohol Loon op Zand De heer Flohr (Pro3) merkt op dat het over alcoholpreventie bij jongeren gaat, maar hij ziet die groepen niet terug in het rapport. Hij zou zich kunnen voorstellen dat de jeugd- en jongerenraad hierbij betrokken wordt. Mevrouw Smit (VVD) heeft nog een vraag over het extra budget. Op 28 november 2013 gaf het college aan dat er mogelijk kosten mee gemoeid zouden zijn; men hoopte dit binnen de bestaande budgetten te kunnen opvangen. Dit blijkt nu niet het geval te zijn. Het kost ,00 per jaar extra. Wat is het budget waar het college eerder rekening mee hield en is dat er nu ook in verwerkt? De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) merkt op dat de gezondheid van de jeugd voorop staat. Primair zijn de ouders de eerst verantwoordelijke. Voor de handhaving wordt een uitbreiding gevraagd. Is dat ingegeven vanuit de begroting of vanuit wat het college echt wil bereiken voor de jeugd? Alle partijen zouden de handen ineen moeten slaan. De heer Van Komen (GemeenteBelangen) verwijst naar de toezegging inzake samenwerking in de regio en het mede verantwoordelijk maken van de horecaondernemers. Op grond hiervan gaat zijn fractie akkoord met het voorstel. Portefeuillehouder Luijendijk merkt op dat het college een en ander wilde inpassen in het huidige takenpakket van de afdeling toezicht en handhaving. Er was geen apart budget voor. Het moest uit de bestaande middelen komen. De afdeling heeft dat geprobeerd, maar dit is niet gelukt. Vandaar dat er ,00 extra nodig is. De gezondheid van de jeugd staat voorop en ouders en verenigingen hebben ook een verantwoordelijkheid. Er wordt ook gesproken met ContourdeTwern en de GGD om de bewustwording te vergroten bij de jeugd. De extra formatie is bedoeld voor controle bij supermarkten en horeca-inrichtingen. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) wijst op de beperkte naleving van de wettelijke regels door winkels en verenigingen. Hij vraagt zich af of dat met 0,2 fte opgelost kan worden. Portefeuillehouder Luijendijk zegt dat mede gezien de beperkte middelen hiervoor is gekozen. Overigens is het zo dat geleidelijk aan het bewustzijn zal groeien. Een beperkte controle heeft een bredere werking. Het zal vooralsnog niet afdoende zijn, maar het zal goed geëvalueerd worden. De Koninklijke Horeca Nederland juicht het beleid overigens toe. Hij verwacht ook medewerking van de horecaondernemers en de verenigingen. Er zal steekproefsgewijs gecontroleerd worden. De heer Van Komen (GemeenteBelangen) vraagt aandacht voor de preventie die zeker ook belangrijk is; daar zou de extra inzet ook op gepleegd moeten worden. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

8 Portefeuillehouder Luijendijk zegt dat preventie breder gepromoot kan worden, maar daar moet wel capaciteit voor beschikbaar zijn. Gekozen is voor de bestaande inzet. Ook ContourdeTwern en de GGD hebben hun handen vol. Het is woekeren met de beperkte middelen. Mevrouw Smit (VVD) zegt dat het haar wel verbaast dat begin 2013 al bekend was dat deze nieuwe wetgeving eraan zou komen en dat aan het eind van het jaar nog niet uitgezocht was dat het niet zou lukken. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) merkt op dat het onderdeel kan worden van het hele handhavingsteam waar speerpunten geformuleerd kunnen worden. Portefeuillehouder Luijendijk zegt dat het college met Heusden en Waalwijk spreekt over het controleteam. Het is niet altijd te integreren in de bestaande capaciteit. Hij begrijpt evenwel de insteek; een brede inzet van mensen is altijd goed. Hij stelt vervolgens de besluitvorming aan de orde. burgemeester en wethouders. 10. Voorstel inzake Fietsnotitie gemeente Loon op Zand Mevrouw Coolegem ( VOOR LOON ) is blij dat tijdens de informatieavond bleek dat het fietspad langs de Kloosterstraat hoog scoort. Op de lijst van het college stond die op de 11 e plaats en nu staat het op de 4 e. Er wordt vaak erg hard gereden op die weg. Zij verwijst ook naar de toeristen die te voet dezelfde weg gebruiken naar het dorp. Zij vraagt of de prioritering niet parallel loopt met de financiering. Kan wellicht met posten geschoven worden, zodat de Kloosterstraat ook in daad eerder wordt aangepakt? De heer Van Wel (VVD) merkt op dat de voorbereiding heeft plaatsgevonden op de informatieavond. Er is een prioritering geformuleerd; hoe hard is deze en wat is leidend, de financiën of de situatie? Er worden nagenoeg alleen nieuwe projecten genoemd. Hij vraagt aandacht voor de huidige situatie in de gemeente. Hij mist een visie op fietsen en parkeren. Op pagina 12 en 13 worden kwaliteitseisen benoemd; zijn die verwerkt in de beheerplannen? Het project Bergstraat wordt ook genoemd en dat valt onder de verkeersstructuur van de gemeente. Voorgesteld wordt een mandatering aan het college, maar hij mist een uitvoeringsprogramma. Er wordt 2,7 miljoen geïnvesteerd; in welk tijdsbestek gebeurt dit? De heer Van Gorkum (Pro3) sluit zich in grote lijnen aan bij mevrouw Coolegem. Hij heeft zich ook verbaasd over de Kloosterstraat; waarom staat die niet hoger op de lijst? Hij noemt de fietsverbinding Dreef - Loon op Zand naar Dongen; die voldoet prima. Er zitten wel knelpunten in en daar worden dure oplossingen voor gevonden, terwijl die verbinding vrij nieuw is. Waren die problemen niet eerder bekend? Bij de Kloosterstraat is de situatie onveilig voor de fietser en voetganger. Daar moeten maatregelen getroffen worden. Mensen aan de Kloosterstraat zijn ook bereid gronden ter beschikking te stellen. Mevrouw Heijs (GemeenteBelangen) vraagt aandacht voor de Eftelingsestraat die in een oudere visie nog gedeeltelijk verhard zou worden; zij vindt dat nu niet terug. De fietser moet dat gebied kunnen doorkruisen. Mevrouw Broeders (CDA) merkt op dat het fietsenplan belangrijk is voor een toeristische gemeente. De eigen inwoners hebben hier ook profijt van. Inwoners van Kaatsheuvel moeten de Loonse en Drunense Duinen per fiets kunnen bereiken. Er moet een fietsverbinding blijven en uitbreiding van de Efteling mag hier geen afbreuk aan doen. Met betrekking tot de prioritering vraagt zij of deze wel daadwerkelijk is aangebracht met het plakken van stickers op de informatieavond. Zijn er ook andere inwoners bij betrokken geweest? Wethouder Bruijniks reageert op de inbreng in eerste termijn. Bij de voorbereiding van het fietsplan is ook gesproken met Veilig Verkeer Nederland en de Wielerbond. Vorig jaar is er ook een knelpuntenoverzicht opgesteld in de regio. Daarmee is aangegeven waar het al dan niet veilig is in de gemeente. Een en ander is betrokken bij de prioritering. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

9 Er is ook gesproken met de Efteling en de wensen van inwoners zijn erbij betrokken. Wat betreft het stijgen van plaats 11 naar 4 van de Kloosterstraat en de prioritering zegt hij dat dit te maken heeft met de notities die in januari en februari aan de orde zijn geweest. De prioritering op de eerste bladzijde is leidend. Het fietsenplan moet ook gezien worden als beleidskader voor het plan dat in Hart van Brabant gemaakt wordt. Alleen de eerste twee onderdelen zijn nu hard en worden uitgevoerd. In 2015 komt het college terug met het fietsplan en zullen de lobbyprojecten en de gedefinieerde projecten aan de orde gesteld worden. Dan wordt de financiering bekeken. De ambitie kan alleen uitgevoerd worden met subsidies. Desgevraagd zegt de wethouder dat bij het Verkeersplan 2015 een concreet voorstel zal worden voorgelegd. Het gaat nu om de beleidsvoorbereiding, beeldvormend, zodat de wethouder in Hart van Brabant de discussie kan voeren. De gemeente heeft geen 2,7 mijloen in het eigen budget. Als het uitgevoerd wordt, moet dat met cofinanciering. Misschien moet er extra geld beschikbaar komen of moet er nog eens geprioriteerd worden. De verwachting moet niet gewekt worden dat alle projecten gerealiseerd worden. Zij komen nog een keer terug. Met betrekking tot de noord-zuid verbinding en de verbindingen rond de Efteling zegt hij dat het plan van aanpak Efteling 2025 besproken is in het college. Daarbij is meegegeven dat de noord-zuidverbindingen moeten blijven bestaan en dat de omringende bewegingen ook moeten worden behouden. Het is niet alleen voor de toeristen, maar ook voor de eigen inwoners. De voorzitter geeft gelegenheid voor een tweede termijn. Mevrouw Coolegem ( VOOR LOON ) merkt op dat aangesloten moet worden op de buurgemeenten; het is overigens in de andere gemeenten beter dan in Loon op Zand. Als suggestie voor subsidies noemt zij de Essent-gelden van de provincie. De heer Van Wel (VVD) vraagt aandacht voor zijn vragen inzake de visie en kwaliteitseisen, het project Bergstraat en de mandatering die nog niet beantwoord zijn. De heer Van Gorkum (Pro3) sluit zich aan bij de woorden van mevrouw Coolegem over de Essent-gelden. Bij de provincie zijn veel middelen beschikbaar. Dat zou een goede investering zijn. Hij noemt ook de voetgangers en gehandicapten op de Suikerberg als aandachtspunten. De verbindingen moeten ook goed aansluiten op de buurgemeenten. Wethouder Bruijniks noemt het fietsparkeren in het dorp; de eisen en voorwaarden zijn goed omschreven. Hij noemt ook de Horst en de bushalte waar extra voorzieningen zijn aangebracht. Over de Hoofdpoort in Kaatsheuvel wordt ook overleg gevoerd met betrekking tot normen en voorzieningen. De normen en waarden in het document zijn ook bedoeld voor de beheerplannen die recent zijn vastgesteld. Visie is veilige fietspaden, korte routes en aansluiten op toeristische routes. De Bergstraat wordt meegenomen bij de nieuwe ontsluiting van Loon op Zand. Mocht het zo zijn dat de financiering al is meegenomen, dan zal dit een meevaller zijn. De wethouder zal dit nagaan. De wethouder gaat graag kijken naar de Essent-gelden en gelden van het Ministerie van Infra. Wellicht kan er geëxperimenteerd worden. Er zal zeker een verbeteringsslag moeten plaatsvinden. De voorzitter stelt de besluitvorming aan de orde. burgemeester en wethouders. 11. Voorstel tot vaststelling van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Loon op Zand 2014 De heer Groenendaal (GemeenteBelangen) begrijpt dat de technische invulling van de verordening niet duidelijk is voor inwoners. Er bereiken hem veel vragen over de verordening. Hij stelt voor in het voorstel bij de communicatie aan te geven dat de gemeente blijft communiceren met de mensen die het betreft en de overgangsregeling benut kan worden. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) verwijst naar de wetswijziging. De vanzelfsprekendheid van het taxibusje dat alle leerlingen ophaalt, is er niet meer. Er wordt een groter beroep gedaan op de omgeving. Hij onderschrijft de nieuwe werkwijze. Leerlingen kunnen alleen aanspraak maken op een voorziening als zij vanwege een handicap op ander vervoer dan openbaar vervoer zijn aangewezen. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

10 Door deze wijziging zullen er veranderingen zijn voor ouders waar het gaat om een tegemoetkoming in de kosten van het leerlingenvervoer. Hij heeft diverse reacties van het Zilverlicht ontvangen, waarin ouders zorgen uitspreken over de toegankelijkheid van het speciaal onderwijs voor hun kind. De werkwijze met Wmo huisbezoeken wordt zeer gewaardeerd. Hij heeft er vertrouwen in dat hetzelfde kwaliteitsniveau geleverd wordt in dit kader. Als na een gesprek blijkt dat ouders niet in staat zijn om zelf vervoer te regelen, wordt maatwerk gezocht. Maatwerk betekent ook dat er verschillen zullen ontstaan. Dit kan in het begin voor scheve ogen zorgen, maar het zijn uitzonderingen die de regel bevestigen. Er zijn signalen dat de gemeente opnieuw met mensen in gesprek wil gaan. Dat is een goede zaak. Persoonlijk contact en transparantie zijn in deze belangrijk. Het gaat om een groep kwetsbare leerlingen. Hij vraagt de mensen wegwijs te maken in deze verordening en goed met hen te communiceren. Tot slot vraagt hij wat de wethouder precies meeneemt in zijn afwegingen, zoals in zijn raadsinformatiebrief gesteld. Hij noemt in dit kader de overgangsregeling. Mevrouw Verschure (Pro3) bedankt voor de beantwoording van de technische vragen. Zij vindt eigenlijk dat ouders met kinderen op school in Kaatsheuvel met een nieuwe situatie te maken krijgen waar zij zelf niets aan kunnen doen. Voor deze groep zou zij een uitzondering willen maken en hen in aanmerking laten komen voor een reiskostenvergoeding, ook als zij niet aan de normale criteria voldoen. Kan de wethouder aangeven om hoeveel kinderen het gaat en wat de kosten zijn? Als die mensen hun vergoeding kunnen behouden, dan zal dat veel onrust voorkomen. Begrijpt zij goed dat in het overgangsjaar voor alle kinderen een vergoeding gegeven kan worden? Zij benadrukt dat het om een kwetsbare groep gaat. Mevrouw Mandemakers (VVD) is blij met de reactie op de schriftelijke vragen. Zij heeft een vraag met betrekking tot de tabel op pagina 9 van het preadvies. Zij begrijpt dat een modaal gezin met twee werkende ouders automatisch in de hoogte categorie zit. Is dat juist? Waarop is de tabel gebaseerd? De VVD vindt het erg belangrijk dat degenen die niet kunnen, ondersteund worden en dat er voldoende ruimte is voor maatwerk. Dat moet gewaarborgd blijven nu en in de toekomst. De heer Van den Dries (CDA) sluit zich in grote lijnen aan bij de voorgaande sprekers. Deze regeling past in de veranderende tijd; de overheid vraagt eerst wat mensen zelf kunnen. Als ondersteuning geboden wordt, is het belangrijk maatwerk te leveren. Daar zit ook een plus in ten opzichte van de huidige regeling. Er is altijd een groep mensen in een overgangssituatie, vooral de mensen van Zilverlicht. Zij veronderstelden dat hun kinderen in de gemeente naar school konden gaan en zij moeten nu naar een andere school. In zijn algemeenheid kan maatwerk geboden worden. Er is veel onrust over ontstaan. Hij vraagt de wethouder om aan te geven wat er specifiek voor deze mensen wordt gedaan. Wethouder Ligtenberg reageert op de inbreng in eerste termijn. Vanwege deze aanpassing ontstaat niet zoveel ophef. Die is alleen gebaseerd op de Wet passend onderwijs. De kinderen van Zilverlicht worden beoordeeld op basis van de oude regeling; daarin wordt uitgegaan van wat mensen zelf kunnen. De bijdrage van ouders kan financieel zijn of begeleiding in openbaar vervoer of zelf brengen met de auto. De wijze waarop het servicepunt hiermee omgaat, dezelfde mensen als die voor de Wmo werken, functioneert goed. De ouders verwachtten kennelijk dat het vervoer taxivervoer zou moeten zijn. Er kan op individuele dossiers nog nadere informatie gegeven worden met toestemming van betrokkenen. De stappen van het servicepunt zijn steeds gericht op wat het gezin zelf kan en welke aanvulling de gemeente moet geven. Maatwerk is niet per definitie taxi. Eerst wordt gekeken wat men zelf kan. De grens is steeds de 6 kilometer. Onder de 6 kilometer heeft in principe niemand recht op leerlingenvervoer, tenzij iemand gehandicapt is. Boven de 6 kilometer ontstaat de afweging inzake passend vervoer, van zelf gaan met de fiets tot aangepast vervoer met de taxi. Als het geen taxi is, krijgen mensen een vergoeding per kilometer. Geprobeerd is om met goede voorlichting bij Zilverlicht mensen voor te bereiden op wat hen te wachten staat. Er woonden ook mensen in kerkdorp Loon op Zand en zij zijn altijd op deze manier beoordeeld. Nu ging het om een grotere groep tegelijkertijd. Geprobeerd is om ouders zich te laten organiseren, zodat zij met een vergoeding het vervoer met eigen auto kunnen regelen. De wethouder heeft zich hier intensief mee bezig gehouden. Als ouders niet krijgen wat zij verwachten, vindt altijd een tweede gesprek plaats. Niet elke ouder kan tevreden gesteld worden. Met betrekking tot het overgangsjaar is het zo dat het gaat om het voortgezet onderwijs; op termijn wordt het speciaal voorgezet onderwijs gelijk geschakeld met het voortgezet onderwijs en vervalt het recht op vergoeding voor het leerlingenvervoer, behalve als het om gehandicapten gaat. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

11 Bij maatwerk hoort ook als een kind per fiets naar school kan, er gewenning georganiseerd kan worden. De definitie van gehandicapt zijn wordt overigens niet strikt gehanteerd. Redelijk breed is uitgelegd hoe de gemeente hiermee omgaat. De afwegingen van het servicepunt gebeuren volgens de afgesproken lijn. Het levert wel eens teleurstellingen op. Ouders hebben ook een collectief gevormd dat oplossingen zoekt voor het ontstane probleem. Waar het gaat om speciaal onderwijs wijst de wethouder ook op de verantwoordelijkheid van ouders. De wethouder heeft vertrouwen in de maatwerk aanpak van het servicepunt. De voorzitter geeft gelegenheid voor een tweede termijn. Mevrouw Verschure (Pro3) heeft geen probleem met de Wet passend onderwijs, maar het gaat om de kinderen die eerst in Kaatsheuvel op school zaten en nu naar Waalwijk moeten. Zij vraagt nogmaals om hoeveel kinderen het gaat en wat de kosten zijn. Wellicht is het mogelijk voor die groep een uitzondering te maken. Mevrouw Mandemakers (VVD) vraagt om een antwoord op haar vraag inzake de tabel op pagina 9. De heer Van den Dries (CDA) stelt vast dat de wethouder zeer betrokken is bij deze problematiek. Hij begrijpt dat de regeling goed wordt toegepast. Hij is benieuwd naar de antwoorden op de vraag van Pro3. Hij hoopt dat de wethouder in staat zal zijn oplossingen te zoeken voor mensen die problemen houden met de situatie. Wethouder Ligtenberg zegt dat de VNG-tabel is gebruikt. Het gaat om een landelijke regeling. Het is niet zo dat de mensen van Zilverlicht nu plotseling geconfronteerd worden met dit gegeven. Dat Zilverlicht zou gaan verhuizen, is al meer dan anderhalf jaar bekend. Om die reden zijn de ouders tijdig geïnformeerd over de uitwerking van de regeling; de gemeente heeft ook aangeboden samen met hen oplossingen te bedenken. Dat is niet gelukt omdat ouders er nu eerder voor kiezen om collectief tegen de regeling te zijn, dan om collectief te zoeken naar oplossingen. Om nu te kiezen voor maatwerk omdat mensen geconfronteerd worden met een verhuizing die zij zelf niet gewild hebben; vaak kunnen ouders zelf ook oplossingen vinden. Het is niet zo dat de overheid plotseling volledig verantwoordelijk is. Het servicepunt behandelt deze zaken op een consequente wijze. Op deze manier wordt de hele kanteling in het sociale domein vorm gegeven. De wethouder begrijpt dat er weerstand is; dat was ook zo bij de Wmo, maar de wijze waarop het servicepunt hiermee bezig is, voldoet goed. Ouders kunnen ook gezamenlijk oplossingen zoeken. De voorzitter stelt de besluitvorming aan de orde. burgemeester en wethouders. De voorzitter stelt voor de vergadering gezien het gevorderde tijdstip te schorsen en volgende week voort te zetten. Op verzoek van mevrouw Smit (VVD) wordt eerst nog agendapunt 16 behandeld. 16. Voorstel inzake benoeming fractie-ondersteuners Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van het college van burgemeester en wethouders. De voorzitter schorst de vergadering tot 8 juli 2014, uur. De voorzitter heropent de vergadering op 8 juli 2014 om uur. Hij meldt het bericht van verhindering van mevrouw Broeders, de heer Kemmeren, de heer Krikken, mevrouw Smit en de heer Van Wel. De heer Van den Dries, de heer Groenendaal en mevrouw Heijs komen iets later. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

12 12. Voorstel inzake jaarrekening 2013 en begroting 2015 Regionale Ambulance Voorziening (RAV) Mevrouw Mandemakers (VVD) constateert dat de RAV sinds jaren een tekort heeft dat wordt opgevuld uit de reserves. Het maakt deel uit van de Veiligheidsregio en daar is op bezuinigd. Komt het tekort van de RAV door de eerdere bezuiniging op de Veiligheidsregio? De heer Van Komen (GemeenteBelangen) stemt in met het voorstel, hoewel de accountantsverklaring nog ontbreekt. Hij vraagt of in het besluit niet moet worden opgenomen dat aangedrongen wordt op een accountantsverklaring. De voorzitter zegt dat de tekorten uit de reserves worden gehaald en niet worden verrekend met de begroting van de Veiligheidsregio. De RAV is er al op gewezen dat het van belang is om de accountantsverklaring te voegen bij de stukken die verzonden worden aan de provincie. Hij geeft gelegenheid voor een tweede termijn. Mevrouw Mandemakers (VVD) vraagt nogmaals of het tekort veroorzaakt wordt door de bezuiniging op de Veiligheidsregio. De voorzitter zegt dat dit niet het geval is; daar zit geen verband tussen. burgemeester en wethouders. 13. Voorstel tot vaststelling van het Meerjaren Perspectief Grondexploitaties 2013 (MPG 2013) De heer De Kort (VVD) noemt het weglaten van de grafiek van de investeringsreserve; hij is van mening dat het goed is om het verloop in een grafiek te schetsen omdat dit duidelijker is voor de komende jaren. Dit raakt de kaderstellende en controlerende rol van de raad. Op pagina 6 wordt verantwoord dat de opbrengstenstijging conservatief was ingeschat, 2% lager dan inflatie. Dit houdt eigenlijk in dat met een negatief resultaat gerekend wordt. Hij vindt dit een kromme redenering. Op pagina 11 staat dat de gemeente een rente van 4% hanteert, terwijl de kapitaalmarkt met 2,7% rekent. Hij vindt dit vreemd. Als een marktconforme rente gehanteerd wordt, zou het reële verlies in het MPG nog veel groter zijn dan ,00. Met betrekking tot Sweensstraat-West benadrukt hij dat aanvankelijk een grote winst verwacht werd en dat men nu hoopt quitte te spelen. Hij vraagt zich af of dit niet eerder voorzien kon worden. De crisis op de woningmarkt speelt al sinds Hij heeft er moeite mee dat naar een situatie toe geredeneerd wordt. Op pagina 16 en 17 wordt de patstelling beschreven tussen WSG en de opstart van De Els II. Hij vraagt zich af welke stappen de gemeente zelf neemt om tot realisatie van het plan te komen. Hij kan zich voorstellen dat WSG een andere partij is, maar men komt er zelf niet uit. De gemeente moet zelf ook op zoek gaan naar partijen aan wie WSG het contract kan overdragen, zodat het plan doorgang kan vinden. Bij pagina 31 noemt hij de tabel waarin een totaal berekend wordt van ,00, terwijl eerder gesproken werd over ,00 verliesvoorziening. Hij vraagt op dit punt een toelichting. De heer Van Laarhoven (GemeenteBelangen) merkt op dat hier in het verleden altijd kansen in zaten en nu is er sprake van een daling naar nul. Hij bedankt voor de beantwoording van de technische vragen. Bij het vaststellen van deel B van de structuurvisie komen de prioriteiten aan de orde; wanneer kan de raad dit tegemoet zien? De gemeente moet voorzichtig zijn met het ontwikkelen van te grote plannen. De interne kosten moeten in de grip gehouden worden. Met betrekking tot de risicoprofielen vraagt hij of er al genoeg buffer is om dit op te vangen. Wordt er een voorziening opgenomen in de begroting? Met betrekking tot de rentevergoedingen vraagt hij aandacht voor de voors en tegens van de rentebijtelling van 4%. Het beeld wordt steeds negatiever en de afboeking groter. Mevrouw Coolegem ( VOOR LOON ) vraagt wanneer bekend is wat de werkelijke kosten zijn van het kappen van de boom in Loon op Zand. De heilige eik blijft de gemoederen bezig houden. De heer Van den Dries (CDA) komt ter vergadering. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli

13 De heer Van Gorkum (Pro3) merkt op dat in het stuk termen worden gehanteerd die landelijk gehoord worden, zoals dat de woningmarkt aan het herstellen is. Dit is echter niet het geval. Er zijn schriftelijke vragen gesteld en beantwoord, in het voortraject kon het ook informeel besproken worden, maar dat is nauwelijks gebeurd. In het voorwoord staat in de huidige economische situatie zijn creatieve afstemmingen, samenwerking en doorzettingsvermogen nodig om projecten van de grond te krijgen. Dit stuk is een boekhoudkundig stuk; wat gaat de gemeente nu doen om de woningmarkt vlot te trekken? De raad bespreekt dit onderwerp nauwelijks, terwijl er veel zaken zijn die bekeken kunnen worden. In de bouwwereld zijn veel dingen mis gegaan bij ontwikkelaars, corporaties, investeerders; zij willen veel krijgen en weinig doen. De gebruiker betaalt uiteindelijk de rekening. Die groepen zouden er eens tussenuit geknipt moeten worden door te kiezen voor kleinschaligheid. Hij noemt de jongerenbouw in De Moer als voorbeeld van goedkoper bouwen. Hij zou hierover met de raad van gedachten willen wisselen. Hij ziet dat ontwikkelaars zaken tegenhouden. Daar zou eens over gesproken moeten worden in de gemeenteraad. Wethouder Grootswagers reageert op de inbreng in eerste termijn. De vragen met betrekking tot het woningbeleid zullen door wethouder Bruijniks beantwoord worden. De investeringsreserve, de grafiek, alles zit nu in een voorziening of in het weerstandsvermogen. Het zou een negatieve grafiek zijn; het is niet mogelijk een grafiek op te nemen. De heer Van Laarhoven (GemeenteBelangen) merkt op dat de grafiek in het verleden wel werd gebruikt om een doorkijk te geven. Hij kan zich de vraag van de heer De Kort wel voorstellen. Wethouder Grootswagers zegt dat het meerjarig perspectief niet rooskleuriger wordt. Hij wil hier nog wel naar kijken in de kerncommissie grondbeleid. Dat geldt ook voor de rekenrente. Het is goed om hier duidelijkheid over te krijgen. Die discussie kan wel eens gevoerd worden, bijvoorbeeld in het Audit Comité. De heer De Kort (VVD) sluit zich aan bij de woorden van de heer Van Laarhoven; in het verleden werd de grafiek altijd gebruikt. Het geeft nu een scheef beeld. Een doorkijk is relevant. Met betrekking tot de rekenrente, 2% onder inflatie, zegt hij dat het goed is dat nog eens te bespreken, maar hij vraagt wel aandacht voor het verschil tussen 4% en 2,7% marktrente, hetgeen een negatieve afwijking te zien geeft. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) zegt dat het de interne renteregels zijn die de raad aan het college heeft voorgesteld in de Verordening 213. Het is aan de raad om dit te herzien. De heer De Kort (VVD) zegt dat hij daarmee zou kunnen instemmen; dan realiseert men zich ook dat het verlies groter is dan nu wordt voorgesteld. De heer Brekelmans ( VOOR LOON ) zegt dat dit niet zo is, omdat de rente weer in de gemeentekas komt. Het is rente over eigen geïnvesteerd vermogen. Wethouder Grootswagers zegt dat hij dit in het Audit Comité wil bespreken, ook de gevolgen voor de begroting. Het moet in breder perspectief gezien worden. Met betrekking tot de verliesvoorziening van ,00 zegt hij dat dit inderdaad ,00 moet zijn. Het preadvies moet op dit punt aangepast worden. Met betrekking tot de voorziening, de vraag van GemeenteBelangen, wijst de wethouder op de jaarrekening, pagina 57, waar het risicoprofiel is opgenomen. Daar is te zien dat het weerstandsvermogen voldoende is. De heer Groenendaal (GemeenteBelangen) komt ter vergadering. Wethouder Bruijniks zegt met betrekking tot Sweensstraat-West dat er een aantal voorstellen aan de orde is geweest, waarbij geprognosticeerd is dat de aanvankelijke bedragen niet realistisch waren. Vervolgens is voorgesteld om het een realistisch plan te maken. Eind 2013 is door de raad besloten in ieder geval het bestemmingsplan te gaan maken. Als dat gereed is, moet bezien worden hoe het er financieel voor staat. Dat komt dan in een voorstel naar de raad. Met betrekking tot De Els zegt de wethouder dat in juni 2012 een afspraak is gemaakt over De Els II. De gronden van de gemeente zijn met oude bedragen in de verkoop gezet naar WSG. Daar is een vaststellingsovereenkomst voor gesloten en het is goed om die afspraak de komende periode vast te houden. Recent heeft het college een procedure gestart om de afspraken na te komen. Volgende week vindt hierover overleg plaats. Notulen raadsvergadering 3 juli 2014, voortgezet op 8 juli