Thema/lessenreeks: Psycho-Motorisch - respect hebben voor de materialen waarmee ze aan de slag gaan(pm1)

Transcriptie

1 Naam student: Datum: School: Uur: Klas: Thema/lessenreeks: Activiteit: Samen Spelen De leerlingen weten hoe ze zich voelen en gedragen als ze samenspelen. De leerkracht werkt voor de eerste keer met een spelconsole om dit onderwerp aan te brengen. Het is voor de eerste keer dat de leerlingen een spelconsole gaan gebruiken in de klas. Concreet doel Van de leerlingen wordt verwacht dat ze Cognitief - kunnen benoemen welke gevoelens ze hebben bij het samen spelen; (C1) - kunnen benoemen welke gedragingen er gepaard kunnen gaan met samen spelen; (C2) - kunnen de gevoelens en gedragingen met elkaar verbinden die horen bij samen spelen: (C3) Dynamisch-Affectief - Kunnen verwoorden dat mensen van elkaar kunnen verschillen;(da1) - Kunnen verwoorden dat mensen soms wel en soms niet met elkaar kunnen samen spelen; (DA2) Psycho-Motorisch - respect hebben voor de materialen waarmee ze aan de slag gaan(pm1) 1

2 Algemeen doel Naar welke doelen in het leerplan, ontwikkelingsplan of eindtermen verwijst mijn concreet doel? Eindtermen Sociale Vaardigheden 1. Sociale vaardigheden - domein relatiewijzen De leerlingen kunnen in omgang met anderen respect en waardering opbrengen De leerlingen kunnen zorg opbrengen voor iets of iemand anders De leerlingen kunnen hulp vragen en zich laten helpen De leerlingen kunnen zich weerbaar opstellen naar leeftijdgenoten en volwassenen toe door signalen te geven die voor anderen begrijpelijk en aanvaardbaar zijn De leerlingen kunnen ongelijk of onmacht toegeven, kritiek beluisteren en eruit leren. 2. Sociale vaardigheden - domein gespreksconventies De leerlingen kunnen in functionele situaties een aantal verbale en nietverbale gespreksconventies naleven. 3. Sociale vaardigheden - domein samenwerking De leerlingen kunnen samenwerken met anderen, zonder onderscheid van sociale achtergrond, geslacht of etnische origine. 2

3 Inhoud en Werkvormen/Onderwijsleeractiviteiten Tijd Aandachtspunten / /Onderwijsleeractiviteiten Waar wil je op letten met deze activiteit in deze klas? 1) SPEL 10 De leerkracht verwoordt dat de les van vandaag gaat over de gevoelens en gedragingen bij winnen en verliezen en noteert de titel aan het bord: Samen Spelen De leerkracht vertelt dat ze hier gaan aan werken aan de hand van een computergame. De leerkracht kiest 2 of 4 leerlingen die samen een kort spelletje gaan spelen op de Wii. De onderstaande games duren meestal maar 5. Er wordt gekozen voor: a) een actief spel (Wii Sports: tennis, ) b) een niet-actie spel (Wii Party: Dit is afhankelijk van de 2 of 4 spelers die de leerkracht aanduidt. De leerkracht de andere leerlingen voor de spelende leerlingen supporteren en te helpen. Iedereen zal tegen het einde van de les met de Wii een spel gespeeld hebben. De leerkracht start het spel op. Indien hij weet heeft van leerlingen die dit ook kunnen kan hij dit ook overlaten aan die leerlingen. De leerlingen spelen het korte gekozen spel en de andere leerlingen moedigen aan. De leerkracht filmt de spelende leerlingen en de supporters om later in de les dit filmpje te gaan bekijken naar de gedragingen van de leerlingen. 3

4 2) OPDRACHT: Inventariseren van de GEVOELENS 7 Iedere leerling krijgt een opdrachtenblad met daarop aan één kant de gevoelens. In een klasgesprek gaan ze de gevoelens die op het blad staan benoemen en besproken: boos, angstig, blij, verdrietig, jaloers en boos. Opdracht: Welke gevoelens heb jij nu gehad tijdens het spelen van het spel. De leerkracht vraagt de leerlingen zijn gevoelens te kleuren op het blad. Alle aanwezige gevoelens moeten benoemd worden. Indien een gevoel niet aanwezig is op het blad dan kan dit er nog bij getekend worden. Indien de leerlingen klaar zijn vraagt de leerkracht 2 leerlingen hun gevoelens naar voor te brengen. In een onderwijsleergesprek worden: - de verschillen; - de overeenkomsten tussen de gevoelens besproken. 3) OPDRACHT: Inventariseren van de GEDRAGINGEN 7 Opdracht: Samen met alle leerlingen wordt het korte filmpje bekeken dat de leerkracht gemaakt heeft. De leerkracht vraagt de leerlingen om naar zichzelf te kijken en op het blad te noteren welk gedrag ze vertonen tijdens het spel. 4

5 4) OLG/KLASGESPREK: Verband tussen GEVOELENS en GEDRAG 7 Opdracht 1: Samen met de leerling worden nu de gevoelens verbonden met het gestelde gedrag (of omgekeerd). De leerkracht stelt de volgende vragen: a) Welk gedrag heb je nu het liefst? b) Welk gedrag zorgt ervoor dat je graag met iemand samen speelt? c) Welk gedrag zorgt ervoor dat je niet graag met iemand samen speelt? De leerkracht bespreekt in een onderwijsleergesprek het effect dat dit gedrag heeft de andere leerlingen. De leerkracht vraagt aan de leerlingen die verloren hebben of ze nog een vervelend gevoel hebben na hun verlies. Zo ja, kan hij hierop ingaan om in gesprek te gaan en te vragen hoe ze dit gevoel weg zouden kunnen krijgen. 5) SYNTHESE: Formuleren van de gedragsregels 5 Samen met de leerlingen maakt de leerkracht een pictogram(zie bijlage) waarin de gedragsregels om samen te spelen genoteerd zijn. De leerkracht kan kiezen uit de volgende regels: je gebruikt elkaars naam je kijkt elkaar aan tijdens het praten je reageert vriendelijk op elkaar je geeft elkaar de gelegenheid om mee te doen je durft inbreng te hebben je praat duidelijk, zodat andere je verstaan je werkt mee je luistert naar elkaar je laat elkaar uitpraten je accepteert de inbreng van een andere je blijft bij je groepje 5

6 je je je je praat en werkt rustig deelt materiaal met elkaar praat om de beurt werkt aan de taak door tot deze af is Dit pictogram wordt nadien zichtbaar in de klas opgehangen. 6) INOEFENING: Doorschuifsysteem 5 De leerkracht verdeelt de klas in meerdere groepjes zodanig dat alle leerlingen nu gaan spelen en zodanig ook allemaal met de spelconsole aan de slag is gegaan. Spel Spel Spel Spel 5 1: 2: 3: 4: Wii met bijhorend spel 7) REFLECTIE De leerkracht gaat samen met de leerlingen reflecteren over de eigen ervaringen en de gevoelens en gedragingen aan bord. a) Is het gelukt om samen te spelen zonder ruzie te maken? (OF) b) Geef jezelf eens punten op 10 hoe goed je samen hebt gespeeld. 6

7 Materiaal (inclusief gebruikte handboeken) Voor deze les zijn de volgende materialen noodzakelijk: Nintendo WII; 2 controllers (met eventueel de nunchuks) Spel Wii Sports/Wii Resorts/ Blad met aan één kant verschillende gevoelens(blij, trots, verdrietig, jaloers, bang en boos) en aan de andere kant leeg om daarop de gedragingen te noteren. Blad met de verbonden handen waarin de gedragregels kunnen genoteerd worden. Videocamera/tablet/Smartphone om de gedragingen van de spelers te filmen. Bordschema (eventueel transparanten of powerpoint) kan ook in bijlage Samen Spelen Organisatie (eventueel klasschikking) kan ook in bijlage 7

8 Gevoelens Gedragingen 8

9 9