Tuin van Heden 2 Werken met kunst in de kerstperiode

Transcriptie

1 Tuin van Heden 2 Werken met kunst in de kerstperiode Opmerking vooraf: Voor de uitwerking van deze lessen hebben we doelen gehaald uit verschillende thema s van de betreffende graad. Na elk doel verwijzen we naar het thema en de betreffende bladzijde in het leerplan. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij? Kern De kinderen: - verkennen en verwoorden eigen gevoelens en gevoelens van anderen: blij, bang, boos, verdrietig, jaloers, opgelucht, schuldig, teleurgesteld ; deze gevoelens kunnen herkend worden in verhalen, in strips, op foto s, in filmbeelden, via lichaamstaal (uit het thema Ik voel mij vandaag zo, p. 105) - ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens (uit het thema Ik voel mij vandaag zo, p. 106) Leermiddelen Op de website: - visietekst werken met kunst - handleiding voor de lessen - de link naar de kunstwerken - achtergrondinformatie bij de kunstwerken - gebruikerservaringen Door de leerkracht te voorzien: - een cd-speler - rustige achtergrondmuziek; ook te vinden op de cd s bij Tuin van Heden 5 e en 6 e leerjaar - per kind 2 kaartjes met zijn/haar naam op (bv. post-it) - per kind de voelkaartjes (blij-bang-boos-verdrietig) uit Tuin van Heden 2, p de kunstwerken Vooraf Deze les kan je best laten doorgaan in een grote ruimte zoals een speelzaal. Lees de visietekst over werken met kunst en de achtergrondinformatie bij de kunstwerken. Download de kunstwerken voor deze les van de website, vergroot ze en plastificeer ze zodat je ze vaker kan gebruiken. Maak voor elk kind 2 kaartjes met zijn/haar naam op. Voorzie voor elk kind de voelkaartjes (blij-bang-boos-verdrietig) uit Tuin van Heden 2, p Aangezien we slechts 2 kunstwerken voor deze les geselecteerd hebben, is het handig om per kunstwerk meerdere kleurenkopieën te voorzien zodat alle kinderen ze goed kunnen bekijken. 2 Het is ook perfect haalbaar om in deze les met 4 of 5 kunstwerken aan de slag te gaan. Op de website waar we naar verwijzen, vind je nog heel wat voorbeelden. Voorzie dan per kind ook meerdere naamkaartjes: zoveel als je kunstwerken gebruikt.

2 Kijken naar de kunstwerken: wat voel ik? Leg de kunstwerken verspreid in de klas of zaal. Laat de kinderen in stilte rondstappen en de prenten rustig bekijken. Verzamel daarna de kinderen rond 1 prent. Geef elk kind de 4 voelkaartjes. Kinderen nemen het voelkaartje dat voor hen het beste past bij deze prent en leggen het erbij. Vraag voor deze opdracht weer volledige stilte. Laat de kinderen vertellen waarom ze dat voelkaartje gekozen hebben. Herhaal deze werkwijze voor de andere prent(en). Gesprek: wat zie ik op de kunstwerken? Stap met de kinderen langs elke prent en laat hen telkens vertellen wat ze precies zien. Stimuleer de kinderen om goed te kijken. Mogelijke vragen: - Welke voorwerpen, mensen, vormen, herken je? - Welke kleur valt je het meeste op? -. Je kan de kinderen ook gewoon laten zitten en zelf rondgaan om elke prent aan de grote groep te tonen. Ik zoek een plaatsje op mijn kunstwerk. Geef daarna elk kind de kaartjes met zijn/haar naam op. Vraag de kinderen om het kaartje met hun naam te leggen op een plaats op de prent waar ze het liefst zouden willen zijn. Als sommige kinderen niet op de prent maar naast de prent hun kaartje leggen, dan is dat geen enkel probleem. Vraag voor deze activiteit ook volledige stilte. Stap met alle kinderen van prent tot prent en laat ieder om beurt vertellen waarom ze daar hun naam leggen. Als het niet duidelijk is, mogen de andere kinderen vragen stellen ter verduidelijking. Afsluiting Laat alle kinderen nog even gaan zitten bij de prenten en de kaartjes. Zet de cd met rustige muziek op en vraag hen om nog even goed te kijken naar de prenten en de vele kaartjes.

3 Kernles 2: Ik vertel mijn verhaal. Kern De kinderen: - verkennen en verwoorden eigen gevoelens en gevoelens van anderen: blij, bang, boos, verdrietig, jaloers, opgelucht, schuldig, teleurgesteld ; deze gevoelens kunnen herkend worden in verhalen, in strips, op foto s, in filmbeelden, via lichaamstaal (uit het thema Ik voel mij vandaag zo, p. 105) - ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens (uit het thema Ik voel mij vandaag zo, p. 106) - werken rond het geboorteverhaal van Lucas (Lc 2) (uit het thema Liturgisch en pastoraal jaar, p. 132) Leermiddelen Op de website: - visietekst werken met kunst - handleiding voor de lessen - de link naar de kunstwerken - achtergrondinformatie bij de kunstwerken - gebruikerservaringen Door de leerkracht te voorzien: - per kind de 4 voelkaartjes (blij-bang-boos-verdrietig) uit Tuin van Heden 2, p de afbeelding van de Herders uit Tuin van Heden 5-jarige kleuters (prent 27) - de kunstwerken - per groepje een schrijfblad Vooraf Maak voor elk kind kopieën van de voelkaartjes (blij, bang, boos, verdrietig) uit Tuin van Heden 2, p Je kan ook een afbeelding uit het geboorteverhaal van Jezus uit een klasbijbel, bijvoorbeeld de kijkbijbel, gebruiken voor deze les. Kijken naar de afbeelding: Wat voel ik? Ga met de kinderen in de kring zitten (eventueel in de zithoek). Geef elk kind de 4 voelkaartjes en bespreek heel kort welke gevoelens hierop staan afgebeeld. Blij, bang, boos en verdrietig. Neem nu de prent waar de herders op staan maar benoem ze niet. Toon de prent aan elk kind en leg ze vervolgens in het midden van de kring. Vraag de kinderen om het voelkaartje te nemen dat volgens hen het beste past bij deze prent en laat hen dit in stilte doen. Vraag de kinderen te vertellen waarom ze dat voelkaartje gekozen hebben. Bespreek nu met de kinderen de gevoelens van de mensen op de prent: Mogelijke vragen: - Hoe voelen de mensen op de prent zich? - Waarom denk je dat de mensen zich zo voelen? - Gesprek: Wat zie ik op de afbeelding?

4 Kinderen bekijken opnieuw aandachtig de prent en vertellen wat ze zien. Laat hen even spontaan vertellen en verdiep daarna met gerichte vragen. Mogelijke vragen: observatievragen - Welke figuren/voorwerpen/dieren zie je? - Hoe zien de gezichten eruit? - Welke gebaren maken de mensen? - Wat doen de mensen? - Welke kleuren zie je? - interpretatievragen - Wat gebeurt er op deze prent? - Gebeurt er iets blij of droevigs? - Waarom denk je dat? - Herken je iemand op de prent? - Wij vertellen ons verhaal! Verdeel de klas in groepen van 4 kinderen. Vraag de kinderen om in de groepen te bedenken wat er volgens hen gebeurd is net voor deze prent getekend werd en wat er op zal volgen m.a.w. Wat gebeurde er volgens jullie net voor deze afbeelding? en Wat is volgens jullie het vervolg? Laat alle groepen een 5-tal minuten vertellen. Geef elke groep daarna een schrijfblad. Vraag hen om als groep een samenhangend verhaal te vertellen bij de prent. Zeg erbij dat ze in hun verhaal zowel de scène moeten beschrijven die voorafgaat aan de prent als de scène die volgens hen volgt op de prent. Voorzie hier voldoende tijd voor. Ga rond en help waar nodig. In plaats van het verhaal te laten opschrijven, kun je het ook laten tekenen. Je kunt die opdracht individueel geven of aan de groep. Afsluiting Als de kinderen klaar zijn met hun opdracht, hang je de prenten van vorige les en de prent van deze les aan het bord. Laat de kinderen spontaan reageren op de afbeeldingen: wat zien de kinderen? Ontdekken ze gelijkenissen/verschillen? Vallen bepaalde kleuren op? Vertel dat ze het verhaal dat ze vandaag schreven goed moeten bijhouden omdat ze volgende les gebruikt gaan worden. Kernles 3: Verhaal uit de Bijbel: wat vertel je mij?

5 Kern De kinderen: - verkennen en verwoorden eigen gevoelens en gevoelens van anderen: blij, bang, boos, verdrietig, jaloers, opgelucht, schuldig, teleurgesteld ; deze gevoelens kunnen herkend worden in verhalen, in strips, op foto s, in filmbeelden, via lichaamstaal. (uit het thema Ik voel mij vandaag zo, p. 105) - werken rond het geboorteverhaal van Lucas (Lc 2) (uit het thema Liturgisch en pastoraal jaar, p. 132) - beleven het contrast tussen donker en licht (uit het thema Liturgisch en pastoraal jaar, p. 132) Leermiddelen Op de website: - visietekst werken met kunst - handleiding voor de lessen - de link naar de kunstwerken Maria Hafner Ster boven mijn huis (2000) Hella Santorassa Ontvangen en geven (2005) - achtergrondinformatie bij de kunstwerken Maria Hafner Ster boven mijn huis (2000) Hella Santorassa Ontvangen en geven (2005) - gebruikerservaringen Door de leerkracht te voorzien: - de kunstwerken uit de vorige lessen - de klasbijbel: Kolet Janssen, Het grote avontuur van God en mens. Bijbelverhalen uit Tuin van Heden, Van In, 2004, p (Herders) - de tekeningen van de kinderen van de vorige les Vooraf Hang de prent van de vorige les opnieuw aan het bord. Leg de klasbijbel van Kolet Janssen, Het grote avontuur van God en mens. Bijbelverhalen uit Tuin van Heden, Van In, 2004, p (Herders) klaar. Zorg dat de tekeningen van de vorige les klaarliggen. Wij vertellen ons verhaal aan mekaar. Hang de prent van de vorige les centraal op het bord. Laat de kinderen per groep naar voor komen en vraag hen om het verhaal dat ze schreven voor te lezen. Laat de kinderen reageren op de verschillende verhalen. Welke gelijkenissen en verschillen ontdekken ze? Welke verrassende wendingen zitten in het verhaal? Het Bijbelverhaal Vertel de kinderen dat er ook in de Bijbel een verhaal staat bij de prent. Doe het Bijbelritueel en vertel aansluitend het verhaal Herders uit de klasbijbel van Kolet Janssen, Het grote avontuur van God en mens. Bijbelverhalen uit Tuin van Heden, Van In, 2004, p Je kunt ook een verhaal uit een andere kinderbijbel nemen of uit je handleiding bij Tuin van Heden. Afsluiting Laat de kinderen nog even reageren op de verhalen en de prenten. Het kan zijn dat er gelijkenissen gevonden worden in je klas maar het kan ook zijn dat dat helemaal niet het geval is. Probeer de zaken dan open te laten. voor een extra les: Je kan aansluitend het Bijbelverhaal laten naspelen. Voorzie hiervoor voldoende attributen en voldoende tijd.

6