Verkennende proef. Stevia rebaudiana Bertoni. Regio: Rumbeke-Beitem. Auteur: Anke De Dobbelaere. Co-auteur: Emilie Snauwaert
|
|
- Jelle Koster
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 1 Inagro vzw Maatschappij en leefomgeving Anke De Dobbelaere Emilie Snauwaert Ieperseweg Rumbeke België Tel: +32 (0) (0) Fax: +32 (0) Verkennende proef Stevia rebaudiana Bertoni Regio: Rumbeke-Beitem 2012 Auteur: Anke De Dobbelaere Co-auteur: Emilie Snauwaert Dit initiatief kadert binnen het Interreg project Groene Grondstoffen.
2 inagro vzw 2013 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd en/of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van inagro vzw. De tabellen en figuren uit deze uitgave kunnen worden gebruikt voor publicaties op voorwaarde dat de bron duidelijk vermeld wordt. Inagro vzw stelt zich niet aansprakelijk voor eventuele negatieve gevolgen voortvloeiend uit het gebruik van de voorgestelde resultaten van dit onderzoek. 2
3 3 Inhoud 1 Situering Proefopzet Bodemkarakteristieken Teeltverloop Waarnemingen en beoordeling Resultaten en bespreking Besluit... 21
4 4 1 Situering Stevia rebaudiana Bertoni is een kruid- tot struikachtig plantje waarin nagenoeg calorieloze zoetstoffen zitten verscholen. De soort is lid van de familie van de composieten en werd in de 19 de eeuw voor het bredere wereldwijde publiek ontdekt in Paraguay. Omdat het menselijk lichaam de zoetstoffen (steviolglycosiden) niet kan metaboliseren, zijn deze aanwendbaar voor het zoet maken van caloriearmere voeding. Bij wetenschappers gaan er zelfs stemmen op dat het plantje gezondheid bevorderende effecten kan teweeg brengen. In tegenstelling tot de conventioneel aangewende scheikundige zoetstoffen zoals bv. aspartaam, acesulfaam K, hebben zoetstoffen uit stevia een meer natuurlijke oorsprong. Dit onderscheid biedt stevia als zoetmaker potentieel op de markt. Figuur 1: Stevia rebaudiana Bertoni. Tot voor kort stond de wetgeving de consumptie van steviolglycosiden in Europa niet toe. Eind 2011 werden steviolglycosiden echter erkend als additief (onder de naam E960) in een aantal levensmiddelen. Het gebruik van de blaadjes in voedingsmiddelen is tot op heden nog steeds niet toegestaan, omdat steviablaadjes als een Novel Food worden aanzien. Dit wil zeggen dat men stevia als plantje aanziet als een nieuw (alles na 1997) product, waardoor alle componenten in het plantje moeten getest worden op veiligheid voor consumptie. Gezien de vele componenten, gaat dit om een tijdrovende procedure. Toch kan er ook in de consumptie van de blaadjes in de toekomst nog heel wat potentieel weggelegd zijn. Ook het gebruik van de steviolglycosiden wordt tot op heden nog enigszins beperkt, daar het enkel toegestaan is in producten met een gereduceerde energiewaarde of zonder toegevoegde suikers. De volledige lijst met producten waarin steviolglycosiden toegelaten zijn en onder welke condities, kan men terugvinden in de betreffende verordening van de Europese Commissie 1. Gezien men het plantje voor consumptie in Vlaanderen enkel kan gebruiken indien men de zoetstoffen extraheert met een vastgelegde minimale zuiverheid, moet men dus beschikken over een installatie voor de extractie of beroep doen op een extractiebedrijf. Tot op heden is het aanbod aan extractiebedrijven in Vlaanderen nagenoeg nog beperkt (in ontwikkeling) of onbestaande. Teelt van stevia in Vlaanderen gebeurt tot op heden dan ook enkel als sierplantje dat dan in potjes in o.m. supermarkten wordt verhandeld. Mocht een erkenning van het plantje voor consumptie er ooit komen, dan zouden steviablaadjes ook als keukenkruid heel wat potentieel kunnen bieden. Ook sommige producenten van voedingsmiddelen zien in het rechtstreeks gebruik van de blaadjes meer heil weggelegd dan in het gebruik van de zoetstoffen voor het zoet maken van hun producten. De ervaringen met de teelttechniek van stevia zijn in Vlaanderen tot op vandaag nog zeer beperkt. Om na te gaan hoe stevia als tropisch plantje teelttechnisch zijn ingang in Vlaanderen zou kunnen vinden, richtte Inagro verschillende proeven in. In 2011 startte Inagro een verkennende proef met steviateelt: enerzijds onder plastic afdekking en anderzijds in open lucht. Daar de resultaten toen aantoonden dat stevia o.m. vrij gevoelig is voor windschade, droogte en temperatuurschommelingen, werd er in 2012 opnieuw een proef aangelegd bij Inagro, dit keer enkel onder afdekking. Zo werd er in de dubbele plasticserre een proef aangelegd met stevia van vier verschillende herkomsten. DLV Plant voerde met dezelfde vier herkomsten ook een proef uit in Nederland en deed dit op verschillende bodemtypes in open lucht. Ook werden er bij Inagro een aantal steviaplanten uitgetest (naast de teelt van sla) op NFT (Nutrient film technique) en (naast de teelt van tomaten) op steenwolsubstraat. De resultaten van deze proef kan u verder in dit proefverslag terug vinden. 1 Verord. Commissie nr. 1131/2011, 11 november 2011 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft steviolglycosiden., Pb.L. 12 november 2011, afl
5 5 Deze proef werd aangelegd in kader van het Interreg-project Groene grondstoffen, innovatief gebruik van landbouwgewassen, met projectpartners in Vlaanderen en Nederland. Dit project werd gesteund door de het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en de Provincie West-Vlaanderen. 2 Proefopzet Deze tweede verkennende proef had als doel een beter zicht te krijgen op via welke teeltsystemen stevia kan groeien. De teeltsystemen die hierbij werden uitgetest waren: aanplant in volle grond onder de dubbele plasticserre, de inzet van een aantal planten bij teeltsysteem van sla op NFT (Nutrient Film Technique) en de inzet van een aantal planten bij het teeltsysteem van tomaat op steenwolsubstraat, beide onder glazen serre. 2.1 Teelt in volle grond onder dubbele plasticserre Een blokkenproef werd aangelegd in 3 parallellen (proefschema) met plantmateriaal van 4 verschillende herkomsten: Israël, Duitsland, Brazilië en Azië. Elke parallel bestond uit 2 rijen stevia-planten met een tussenrijafstand van 38 cm. Elk veldje omvatte 2x4 planten. Binnen de rij stonden de planten op een afstand 25 cm van elkaar. De planten hadden naargelang de herkomst volgende karakteristieken: Herkomst 1: Israël Stekken/gestekt plantgoed Herkomst 2: Duitsland Figuur 2: Proef met stevia in volle grond onder dubbele plasticserre. Dit plantmateriaal zou ook gestekt zijn. Gezien de houterigheid van de stengel en de beperkte scheutvorming ging het hier wellicht om oudere planten. Geen verdere gegevens over de herkomst Herkomst 3: Brazilië In vitro weefselplanten op agar Overgeplant in trays Groei in stekkamer bij C en 100% RV Herkomst 4: Azië Takii, zaadselectie vanuit Azië, met een duidelijke heterogeniteit tussen de planten onderling (vooral dan wat bladmorfologie betreft).
6 6 Figuur 3: Plantmateriaal met vier verschillende herkomsten. Er werd voor aanplant geen bodemontsmetting uitgevoerd. De aanplant vond plaats in mei. Stevia is een kortedagplant die bloeit bij daglengten korter dan 13 uren. Uit eerder onderzoek door o.m. KULeuven werd aangetoond dat een korte dosis LED-belichting s nachts ervoor kan zorgen dat de bloei wordt uitgesteld en dat het gehalte en de opbrengst aan steviolglycosiden hoger is. Ook dit mogelijk effect wordt in deze aanplant nagegaan door voor 2 herkomsten op telkens 2 veldjes 10 minuten LED-belichting toe te passen halfweg de nacht. Figuur 4: LED-belichting en PARsensoren.
7 7 Figuur 5: Proefschema stevia-aanplant in volle grond onder dubbele plasticserre. 2.2 Teelt op NFT (Nutrient Film Technique, cf. slateelt) TEST 1 - perspot De planten van Israëlische afkomst aangekocht bij een lokale teler. Dit is hetzelfde plantmateriaal als deze van herkomst 1 (Israël) vermeld bij 2.1. De aanplant op NFT vond plaats halfweg mei. In tegenstelling tot sla dat los via perspotaarde op NFT wordt geplaatst, werd stevia in de potjes waarin ze van stek tot jong plantje uitgegroeid waren op NFT geplaatst. TEST 2 - substraat Daar stevia het bij een eerste poging wegens slechte beworteling niet goed deed op NFT, werd nog een tweede poging aangevat met verschillende substraten. Begin augustus werden er stekjes genomen en beworteld in: steenwol (S), perspotaarde (P) en kokos (K). Deze plantjes werden eind augustus nog ingezet op één NFT goot (schema) om een indicatie te krijgen of dit met een ander substraat voor betere resultaten kan zorgen. Zes planten werden in een blokje steenwol op NFT gezet, een gelijk aantal ook in perspotaarde en Figuur 6: Stevia in perspot op NFT. Figuur 7: Stevia in verschillende substraten op NFT. in
8 8 kokos. Van deze planten werd de helft telkens ook nog op een vloeimatje op NFT geplaatst (lichtgrijs). Figuur 8: Proefschema stevia in verschillende substraten op NFT. 2.3 Teelt op steenwolsubstraat (cf. tomaten) Deze planten van Israëlische herkomst (idem als bij 2.1 en 2.2) werden na een extra periode van opkweek bij een lokale teler terug aangekocht. De aanplant vond plaats begin mei. 3 Bodemkarakteristieken 3.1 Teelt in volle grond onder dubbele plasticserre Figuur 9: Stevia op steenwolsubstraat. Bouwvoor (23/04/2012) Voorvrucht zandleem sla Scheikundige analyse labo Inagro ph (KCl) 7,6 koolstof (%) 1,7 stikstof (*) 90 fosfaat (**) 1018 kali (**) 524 magnesia (*) 453 kalk (**) 6445 natrium (**) 74 (*) kg/ha op de bovenste 30 cm (**) In mg per liter grond. zeer hoog tamelijk laag normaal normaal normaal normaal hoog normaal Opm.: Er is een zekere heterogeniteit waar te nemen in het proefveld inzake het vochtgehalte van de bodem: zo is het achterste deel (onderaan proefschema) van het proefveld merkelijk natter dan vooraan. 4 Teeltverloop 4.1 Bemesting Teelt in volle grond onder dubbele plasticserre Voor de bemesting werd een zelfde bemesting als bij sla gehanteerd, deze gebeurde in die mate dat aan de stikstofbehoefte (140 eenheden per ha) werd voldaan. Er werd niet bijbemest Teelt op NFT (Nutrient Film Technique, cf. slateelt) TEST 1 Nutriëntengift (mmol/l)
9 9 Na: 2.02; NH 4 : 0.73; K: 8.94; Ca: 7.08; Mg: 1.99; NO 3 : 21.95; H 2 PO 4 : 1.69; SO 4 : 2.66; Cl: 0.65 EC = 2.98 ms/cm. Van plantdatum tot 27/6 is EC geleidelijk verhoogd van 2.6 tot 3.3 ms/cm. Vanaf 27/6 werd een EC van 2.2 ms/cm bereikt. TEST 2 EC ph Ca K NO3 P Mg Sulfaten Bicarbonaten Fe Mn Zn Cu B mmol mmol mmol mmol mmol mmol mmol μmol μmol μmol μmol μmol 2,21 6,11 5,76 4,54 14,50 1,04 1,74 2,66 0,43 36,38 8,34 11,36 8,38 34,46 Opm.: Achteraf is gebleken dat de ijzergift tijdens test 1 ook lager lag dan bij test Teelt op steenwolsubstraat (cf. tomaten) Nutriëntengift (mmol/l, sporenelementen µmol/l). EC 2,6, maar mogelijk iets hoger. 4.2 Irrigatie Teelt in volle grond onder dubbele plasticserre De waterbehoefte van de steviaplanten werd visueel opgevolgd door de medewerkers van de serre, de gemiddelde watergift bedroeg 159 liter per dag of 361 ml per plant. De watergift gebeurde via T-tape. Net na aanplant werd de voorste helft nog eens extra geïrrigeerd met de gieter, daar het bodemvochtgehalte visueel duidelijk lager was dan in de achterste helft van het proefperceel Teelt op NFT (Nutrient Film Technique, cf. slateelt) TEST 1 De irrigatie gebeurde licht-gestuurd Gemiddelde watergift: 9,5 beurten van 1,5 liter per dag verdeeld over 23 planten of 414 ml/(dag plant). TEST 2 Gemiddelde watergift: gemiddelde van 2,7 beurten van 1,5 liter per goot per dag of 178 ml/(dag plant) Teelt op steenwolsubstraat (cf. tomaten) Elke plant werd geïrrigeerd m.b.v. een druppelaar (gemiddeld 846 ml per druppelaar).
10 Klimaat Teelt in volle grond onder dubbele plasticserre T: gem. 19,6 C, min. 6,5 C, max. 43,1 C RV: gem. 77,7%, min. 19,1%, max. 100% Teelt op NFT (Nutrient Film Technique, cf. slateelt) TEST 1 T: gem. 18,7 C, min. 7,8 C, max. 36,7 C RV: gem. 69,6%, min. 19,1%, max. 100% TEST 2 T: gem. 11,1 C, min. 4,1 C, max. 31,7 C RV: gem. 85,0%, min. 28,1%, max. 100% Teelt op steenwolsubstraat (cf. tomaten) T: gem. 21,0 C, min. 15,0 C, max. 38,0 C RV: gem. 76,8%, min. 37,1%, max. 100% 4.4 Gewasbescherming Teelt in volle grond onder dubbele plasticserre Gezien er op stevia geen gewasbeschermingsmiddelen erkend zijn voor gebruik, diende elk product dat werd gebruikt onder algemene machtiging gemeld te worden bij de federale overheid. Na de oogst vond er een oogstvernietiging plaats (dit gebeurde na drogen en verzenden voor analyse van alle stalen begin november). Tabel 1 geeft een overzicht van alle uitgevoerde behandelingen. Tabel 1: Gewasbescherming (werkzame stof + handelsproduct) Datum Functie Werkzame stof Handelsproduct & dosis 30/05/2012 insecticide (witte vliegen) pymetrozin Plenum (4g/are) 6/06/2012 insecticide (witte vliegen) thiacloprid Calypso 480 SC (2,5 ml/are) 7/06/2012 insecticide/groeiregulator (witte vliegen) pyriproxyfen Admiral (1,5 ml/are) 15/06/2012 insecticide (witte vliegen) pymetrozin Plenum (4g/are) 15/06/2012 insecticide/groeiregulator (witte vliegen) pyriproxyfen Admiral (1,5 ml/are) 5/07/2012 fungicide boscalid, pyraclostrobin Signum (15 g/are) 30/07/2012 insecticide (bladluizen) pirimicarb Pirimor (4g/are) 30/07/2012 insecticide (rupsen) Bacillus Thuringiensis Xentari WG (10g/are) 13/08/2012 fungicide boscalid, pyraclostrobin Signum (15 g/are) 21/08/2012 fungicide thiofanaat-methyl Topsin M 500 SC (16 ml/are) 21/08/2012 fungicide boscalid, pyraclostrobin Signum (15 g/are) Naast de uitgevoerde symptomatische behandelingen werd er buiten proef ook geëxperimenteerd met de biologische bestrijder: Amblyseius swirskii. Figuur 10: Experiment met roofmijten op steviaplanten buiten proef.
11 Teelt op NFT (Nutrient Film Technique, cf. slateelt) De planten kregen zelf geen specifieke behandeling, maar konden wel invloed ondervinden van de bestrijdingstechnieken die bij ernaast bij de sla gehanteerd werden Teelt op steenwolsubstraat (cf. tomaten) De planten kregen zelf geen specifieke chemische behandeling, maar konden mogelijks wel effect ondervinden van de bestrijdingstechnieken die bij tomaat gehanteerd werden: de inzet van biologische bestrijders (Macrolophus) en zwavelpotten die s nachts enkele uren zwavel verdampen. 4.5 Oogst Alle planten werden telkens geoogst met de snoeischaar tot op 2 à 3 knopen om voldoende hergroei te garanderen Teelt in volle grond onder dubbele plasticserre De eerste oogst vond plaats eind juni, de tweede oogst op begin augustus en de derde oogst begin oktober Teelt op NFT (Nutrient Film Technique, cf. slateelt) Figuur 11: Eerste oogst van de steviaplanten in volle grond. TEST 1 Gedurende het groeiseizoen vertoonden de planten duidelijke symptomen (geelverkleuring van het blad) van een nutriëntendeficit. Uitplating van het blad gaf geen ziekten weer. Daaraan gekoppeld was ook de wortelgroei gelimiteerd met mogelijk een (secundaire) aantasting van Pythium. Wellicht is de beperkte wortelgroei te wijten aan een belemmering van de wortels en/of een te hoge watergift, waardoor de wortels van de planten altijd nat stonden. Wegens gebrekkige groei werden deze planten eind juli verwijderd van de NFT. Een opbrengstbepaling bleek gezien de slechte groei en kwaliteit van de bladeren niet relevant en wordt hierna bij de resultaten niet verder besproken. Figuur 12: Slechte groei van stevia op NFT. Figuur 13: Experiment met verschillende substraten op NFT. TEST 2 Gezien de late duur en steeds korter wordende daglengte waardoor de planten al snel gingen bloeien was het niet mogelijk om nog een proef te doen om totale mogelijke opbrengsten na te gaan. De bedoeling van deze tweede test was nagaan of telen van stevia op NFT zo onmogelijk was door het eerdere gebruik van de perspotjes. In deze tweede test was duidelijk te zien dat de plantjes in het begin nog goed groeiden en na een maand al snel ook gingen bloeien, waardoor de vegetatieve groei beperkt was. Een opbrengstbepaling leek omwille van de lage biomassaaanwas niet relevant, wel werd gekeken naar de overleving en de gezondheidsstatus van de planten. Algemeen kan gezegd worden dat de planten in test 2 beter stonden dan in de eerste test. Grote verschillen tussen de substraten onderling waren er niet echt waarneembaar. Wel waren de blaadjes van de plantjes die op een vloeimat geplaatst waren (althans voor de winter) meer donkergroen van kleur.
12 Teelt op steenwolsubstraat (cf. tomaten) Om het effect na te gaan van een meervoudige oogst t.o.v. één oogst aan het einde van het groeiseizoen, werd ervoor gekozen om 2 van de 6 planten enkel bij de laatste oogst mee te oogsten. De andere 4 planten werden drie maal geoogst. De eerste oogst vond plaats halfweg juni, de tweede oogst begin augustus. Alle planten (incl. de nog niet geoogste planten) werden (voor sommigen een derde keer) volledig geoogst begin oktober. De planten waren op dat ogenblik aan het bloeien, waardoor de vegetatieve groei reeds werd gelimiteerd. 4.6 Drogen Het drogen van de blaadjes na oogst gebeurde in plastic bakken in de stookruimte van de serre. De blaadjes werden na 1 à 2 dagen gekeerd Figuur 14: Stevia op steenwolsubstraat net voor de laatste oogst. om schimmelvorming te voorkomen en snelle droging te bewerkstelligen. Begin november werden de stalen verzameld en verstuurd naar KHBO voor verdere analyse op het gehalte aan steviolglycosiden. 5 Waarnemingen en beoordeling 5.1 Zaaien of stekken Stevia is een lichtkiemer. Uit literatuur is echter geweten dat het zaad doorgaans een lage kiemkracht heeft. Een eerdere poging tot zaai bij een plantenkwekerij bij een temperatuur van C mislukte. Bij Inagro werd een tweede poging gedaan om stevia te zaaien: dit gebeurde in een zaaibak op zaaiaarde waar de zaadjes werden uitgestrooid en overdekt met een dun laagje fijn zand. De zaaibak werd vervolgens onder wit plastic in de serre gezet zodat de luchtvochtigheid voldoende bewaard bleef. Uit 25 zaadjes groeide uiteindelijk slechts 1 plantje. Het is aldus niet altijd zo evident om stevia via zaad te vermeerderen. Figuur 15: Zaai van stevia. Naar aanleiding van de tweede test op NFT werden er stekjes gemaakt die afgedekt onder wit plastic wortelden in 3 verschillende substraten (steenwol, perspot, kokos). Dit stekken lukte voor 100%. In de praktijk wordt ook meristeemcultuur uitgevoerd. De methode voor vermeerdering waarvoor men uiteindelijk kiest, zal in grote mate bepaald worden door de kostprijs en de beschikbare arbeid. 5.2 Schadebeelden Figuur 16: Stekjes van stevia gemaakt voor NFT. Algemene bevindingen bij de teelt in binnen- en buitenland geven weer dat stevia gevoelig is aan schimmels. Ziekten die in het buitenland (India, Argentinië, ) vermeld worden zijn: Sclerotinia stengelbasisrot, Septoria bladrot, Alternaria, Fusarium stengelrot, Rhizopus, Phytophthora
13 13 stengelrot, Rhizoctonia en echte meeldauw 2. Bij Inagro werd in de proef onder dubbele plasticserre (na uitplatingen van het blad) na 1 ste oogst aantasting door Botrytis, Phytophthora en Pythium waargenomen. Na 2 de oogst kwam daar ook nog Fusarium bij. De graad van ziekteaantasting verschilde echter volgens de herkomst van het plantmateriaal. Er werd voor geopteerd de graad van aantasting na 1 ste en 2 de oogst te scoren aan de hand van een schaal (figuur 17). Figuur 17: Score volgens ziekteaantasting. Na 1 ste oogst bedroeg de overleving (incl. planten buiten proef) nog 95,4%, na 2 de oogst werd dit getal gereduceerd naar 65%. Aanvankelijk bleek vooral de stevia van Israëlische en Aziatische afkomst aangetast. Na tweede oogst was de stevia van Israëlische en Duitse afkomst nagenoeg volledig afgestorven. Vooral de Braziliaanse herkomst bleek zelfs bij derde oogst nog enige weerstand te bieden, wat ook resulteerde in hogere biomassaopbrengsten (zie verder). 2 - Maiti C. K., Sen, S., Acharya, R. & Acharya K. (2007). First report of Alternaria alternata causing leaf spot on Stevia rebaudiana. Plant Pathology 56: Campos, R. (2012). Stevia in the field Challenges. In: Eustas (2012). Stevia: 6 months beyond authorization. Proceedings of the 6 th Stevia Symposium 2012 organised by EUSTAS. Leuven, 3-4 July 2012.
14 Score mate van ziekteaantasting (0-5) Score mate van ziekteaantasting (0-5) 14 Ziektescore na 1ste oogst Ziektescore na 2de oogst Herkomst Herkomst Op dit ogenblik zijn er in Vlaanderen geen chemische bestrijdingsmiddelen erkend op stevia. Er werd voor gekozen de planten o.b.v. de schade symptomatisch te gaan behandelen met de producten vermeld onder 4.4 (3x met Signum en 1x met Topsin). Met een voldoende warm en droog klimaat en zo steriel mogelijke condities kan de aantasting beperkt worden, stoken gaat echter met hogere kosten gepaard. In de dubbele plastic serre werd er ook niet aan bodemontsmetting gedaan, wat een aanleiding kan zijn voor de hogere mate van aantastingen t.o.v. bv. deze in de tomatenserre. Daar ook nog onvoldoende geweten is wat de optimale watergift is voor stevia en er in de dubbele plasticserre enigszins sprake was van verslemping van de bodem door een mogelijk te abrupte watergift, kunnen te vochtige en warme condities ook schimmelvorming in de hand gewerkt hebben. Eenzelfde probleem werd eerder ook vastgesteld met de teelt van aardbei in deze serre. Ook heel wat plagen weten stevia te smaken. Bij de teelt in volle grond onder dubbele plastic werd zo aantasting waargenomen door witte vliegen, bladluizen, tripsen en rupsen. Ook hier werd ervoor geopteerd om deze aantasting symptomatisch chemisch te gaan bestrijden (onder machtiging, zie ook 4.4). De bladluizen werden door Kurt De Rodder van de firma Koppert gedetermineerd als Brachycaudus helichrysi of groene kortstaartluis. Als parasieten konden hierop eventueel Aphidius ervi en Aphidius matricarae ingezet worden, evenals een aantal predatoren. Er werd echter voorafgaand aan deze determinatie reeds chemische bestrijding ingezet. Het experiment buiten proef met inzet van een aantal zakjes Amblyseius swirskii, gaf als voorlopig resultaat dat de biologische bestrijder na een tijdje wel nog enigszins terug te vinden is en dus wel kan overleven op stevia zonder merkelijke schade aan te brengen, maar ook niet in talrijke aanwezigheid. Bestrijdende resultaten werden hier nog niet nagegaan.
15 Opbrengst vers (kg/plant) 15 6 Resultaten en bespreking 6.1 Overzicht biomassa-opbrengsten & opbrengst aan steviolglycosiden Eerste oogst Gemiddeld vers gewicht (kg/plant) Stdev % DS % Totaal steviolglycosiden %RebA %Stev %RebF %RebC %DulcA %RebG %Rub %RebB %SB %DulcB Israël 0,0901 0,0052 a 0,1553 0,1258 0,0286 0,0826 0,0014 0,0073 0,0023 0,0021 0,0007 0,0001 0,0003 0,0005 Duitsland 0,0269 0,0026 d 0,1542 0,1071 0,0203 0,0741 0,001 0,0056 0,0021 0,0027 0,0006 0,0002 0,0002 0,0003 Brazilië 0,0363 0,0050 c 0,179 0,0674 0,0213 0,0369 0,0007 0,0048 0,0012 0, ,0001 0,0003 Azië 0,0467 0,0043 b 0,1971 0,0862 0,018 0,056 0,001 0,004 0,0024 0,0035 0,0004 0,0003 0,0001 0,0003 V.C. 9,00% Steenwol verdeeld 0,1735 0,0205 0,1507 0,0899 0,0207 0,0586 0,0011 0,0048 0,0014 0,0018 0,0005 0,0002 0,0003 0,0006 LED Israël 0,0741 0,0071 0,1443 0,1071 0,0225 0,0724 0,0012 0,0055 0,0021 0,0021 0,0006 0,0002 0,0005 LED Brazilië 0,0387 0,0040 0,1587 0,057 0,0172 0,0317 0,0009 0,0039 0,001 0,0017 0,0001 0,0001 0,0003 0,12 0,1 0,08 0,06 0,04 0,02 0 1ste oogst - dubbele plasticserre Israël Duitsland Brazilië Azië LED Israël LED Brazilië Figuur 18: Opbrengstgegevens (kg/plant) vers plantmateriaal na eerste oogst. De eerste oogst toonde opbrengsten tussen 0,027 en 0,09 kg verse massa per plant. De drogestofgehaltes lagen daarbij tussen 15,4 en 19,7%. De Israëlische herkomst vertoonde de grootste opbrengst. De Aziatische, Braziliaanse en Duitse herkomst gaven aanzienlijk lagere opbrengsten bij eerste oogst, met een verschil van ruim 50% vergeleken met de Israëlische herkomst Tweede oogst Gemiddeld vers gewicht (kg/plant) Stdev % DS %Totaal steviolglycosiden %RebA %Stev %RebF %RebC %DulcA %RebG %Rub %RebB %SB %DulcB Israël 0,0821 0,0094 c 0,2025 0,1496 0,0355 0,0925 0,002 0,0096 0,0022 0,0056 0,0006 0,0005 0,0003 0,0006 Duitsland 0,0935 0,0126 b 0,1965 0,1661 0,0381 0,105 0,003 0,0103 0,0026 0,0054 0,0006 0,0007 0,0003 0,0007 Brazilië 0,1141 0,0015 a 0,2185 0,1263 0,0454 0,0634 0,002 0,0097 0,0018 0,0028 0,0005 0,0004 0,0002 0,0003 Azië 0,0782 0,0015 d 0,2018 0,1162 0,0348 0,0654 0,002 0,0061 0,0028 0,0041 0,0004 0,0002 0,0002 0,0004 V.C. 6,89% Steenwol verdeeld 0,0978 0,0368 0,139 0,1033 0,0244 0,0672 0,002 0,0063 0,0063 0,0015 0,0004 0,0004 LED Israël 0,0586 0,0094 0,2118 0,1626 0,0397 0,1026 0,002 0,009 0,0021 0,005 0,0005 0,0006 0,0003 0,0006 LED Brazilië 0,1053 0,0015 0,2053 0,1258 0,0479 0,0599 0,002 0,0097 0,0019 0,003 0,0005 0,0004 0,0002 0,0004
16 Opbrengst vers (kg/plant) 16 0,14 0,12 0,1 0,08 0,06 0,04 0,02 0 2de oogst - dubbele plasticserre Israël Duitsland Brazilië Azië LED Israël LED Brazilië Figuur 19: Opbrengstgegevens (kg/plant) vers plantmateriaal bij tweede oogst. Bij de tweede oogst gaf de Braziliaanse herkomst de grootste opbrengst, gevolgd door respectievelijk de Duitse, de Israëlische en de Aziatische herkomsten. De opbrengsten lagen tussen 0,08 en 0,11 kg verse massa per plant. De DS-gehaltes werden hoger gemeten dan bij eerste oogst en liggen rond de 20%.
17 Opbrengst vers (kg/plant) Derde oogst Gemiddeld vers gewicht (kg/plant) Stdev % DS % Totaal steviolglycosiden %RebA %Stev %RebF %RebC %DulcA %RebG %Rub %RebB %SB %DulcB Israël 0,0079 0,0007 c 0,2234 0,1111 0,0257 0,07 0,0019 0,006 0,0019 0,0042 4E-04 0,0004 2E-04 0,0003 Duitsland 0,0055 0,0031 d 0,2958 0,1288 0,033 0,0782 0,0021 0,0075 0,0022 0,0044 5E-04 0,0005 2E-04 0,0004 Brazilië 0,0728 0,0042 a 0,2059 0,1083 0,0377 0,055 0,0017 0,008 0,0016 0,003 4E-04 0,0003 3E-04 0,0003 Azië 0,0512 0,0022 b 0,226 0,1102 0,0235 0,0711 0,0016 0,0047 0,0038 0,0042 4E-04 0,0003 1E-04 0,0004 V.C. 7,49% Steenwol verdeeld 0,0745 0,0618 0,1535 0,0746 0,0193 0,0464 0,0011 0,0038 0,0012 0,002 3E-04 0,0002 1E-04 0,0003 Steenwol 1 oogst 1,1915 0,3755 0,1962 0,1166 0,038 0,0641 0,002 0,0076 0,001 0,0028 2E-04 0,0003 2E-04 0,0004 LED Israël 0,0008 0,0009 0,2074 0,0971 0,031 0,0512 0,0014 0,0061 0,0015 0,0041 5E-04 0,0004 3E-04 0,0007 LED Brazilië 0,0640 0,0175 0,1998 0,1105 0,0376 0,057 0,0019 0,0076 0,0019 0,0031 4E-04 0,0004 2E-04 0,0003 0,09 0,08 0,07 0,06 0,05 0,04 0,03 0,02 0,01 0 3de oogst - dubbele plasticserre Israël Duitsland Brazilië Azië LED Israël LED Brazilië Herkomst Figuur 20: Opbrengstgegevens (kg/plant) vers plantmateriaal na derde oogst. Bij de derde oogst bleef er van de Israëlische en Duitse herkomsten nog weinig over na ziekteaantastingen. De Braziliaanse herkomst deed het daartegenover nog goed qua opbrengst en werd daarin gevolgd door de Aziatische herkomst. De Braziliaanse herkomst was ook in mindere mate aangetast door schimmels Totale opbrengst per plant Totale opbrengst vers Totaal steviolglycosiden Totale DS RebA Stev RebF RebC DulcA RebG Rub RebB SB DulcB Israël 180, ,3846 4,4437 1,0358 2,8173 0,0595 0,2723 0,0721 0,1299 0,0205 0,0104 0,0095 0,0175 Duitsland 125, ,1467 3,7055 0,8380 2,3637 0,0535 0,2247 0,0601 0,1176 0,0143 0,0145 0,0067 0,0148 Brazilië 223, ,4241 5,2107 1,8356 2,6451 0,0749 0,3930 0,0767 0,1284 0,0185 0,0145 0,0101 0,0139 Azië 176, ,5392 3,9005 0,9863 2,3691 0,0545 0,1874 0,1102 0,1454 0,0146 0,0094 0,0052 0,0137 Steenwol verdeeld 345, ,1695 4,6072 1,0935 2,9759 0,0617 0,2546 0,1359 0,0903 0,0219 0,0075 0,0090 0,0246 Steenwol 1 oogst 1191, , ,2579 8, ,9848 0,4675 1,7767 0,2338 0,6546 0,0468 0,0701 0,0468 0,0935 LED DP Israël 133, ,2686 3,1796 0,7384 2,0563 0,0391 0,1715 0,0488 0,0852 0,0127 0,0075 0,0059 0,0129 LED DP Brazilië 207, ,5347 4,4812 1,6214 2,2178 0,0730 0,3307 0,0715 0,1149 0,0165 0,0138 0,0075 0,0143
18 Totale DS-opbrengst (kg/plant) Opbrengst vers (kg/plant) 18 1,4 Totale opbrengsten vers 1,2 1 0,8 0,6 0,4 0,2 0 DP Israël DP Duitsland DP Brazilië DP Azië STW Israël 3 oogsten STW Israël 1 oogst LED Israël LED Brazilië Figuur 21: Totale opbrengst (kg/plant) aan vers plantmateriaal na 3 oogsten (uitz.: 2 planten op steenwolsubstraat werden slechts 1 keer geoogst (= STW Israël 1 oogst ). Samenvoegen en vergelijken van de opbrengsten van alle oogsten geeft weer dat de planten op steenwolsubstraat die slechts één keer werden geoogst, namelijk aan het einde van het oogstseizoen, ruimschoots de hoogste opbrengsten gaven. De tweede hoogste opbrengst kwam van de planten op steenwolsubstraat die meermaals geoogst werden. In volle grond gaf de Braziliaanse herkomst de hoogste opbrengst, gevolgd door respectievelijk de Israëlische en Aziatische herkomst. De Duitse herkomst gaf de laagste totale verse opbrengst. LED-belichting zorgde niet voor hogere opbrengsten aan vers materiaal. 0,25 Totale DS-opbrengst per plant 0,20 0,15 0,10 0,05 0,00 Israël Duitsland Brazilië Azië Steenwol verdeeld Steenwol 1 oogst LED DP Israël LED DP Brazilië Figuur 22: Totale DS-opbrengst (kg/plant) na alle oogsten.
19 Totale glycosidenopbrengst (kg/plant) 19 Rekening houdend met de DS-gehaltes per herkomst werd een gelijkaardige vergelijking waargenomen, met deze verschillen dat de opbrengst van de planten op steenwol die meerdere keren geoogst waren slechts lichtjes meer hoger waren dan deze van de Braziliaanse herkomst in grond onder de dubbele plasticserre. De Aziatische herkomst gaf een licht hogere opbrengst wat DS betreft dan de Israëlische herkomt. LED belichting bleek ook qua DS-opbrengst geen verschil te geven. 0,030 Totaal steviolglycosiden (kg/plant) 0,025 0,020 0,015 Totaal steviolglycosiden (kg/plant) RebA (kg/plant) 0,010 Stev (kg/plant) 0,005 0,000 Figuur 23: Totale opbrengst aan steviolglycosiden en rebaudioside A en stevioside afzonderlijk. Op vlak van de totale opbrengst aan steviolglycosiden, rebaudioside A en stevioside gaf de eenmalige oogst op steenwolsubstraat aan het einde van het groeiseizoen de hoogste opbrengsten, met daarbij een ruim verschil vergeleken met de andere behandelingen. Naar herkomst toe gaf de Braziliaanse herkomst de hoogste totale opbrengst aan steviolglycosiden en de hoogste opbrengst aan reba. De Israëlische herkomst gaf de hoogste opbrengst aan stevioside. De planten die rechtstreeks onder LED-belichting waren geplaatst gedurende 10 min. s nachts gaven geen hogere maar zelfs iets lagere opbrengsten aan steviolglycosiden.
20 Totale glycosidenopbrengst (kg/plant) 20 0,0020 Totaal steviolglycosiden (kg/plant) 0,0018 0,0016 0,0014 0,0012 0,0010 0,0008 0,0006 0,0004 0,0002 RebF (kg/plant) RebC (kg/plant) DulcA (kg/plant) RebG (kg/plant) Rub (kg/plant) RebB (kg/plant) SB (kg/plant) DulcB (kg/plant) 0,0000 Figuur 24: Opbrengst aan andere steviolglycosiden na drie oogsten. Ook wat de andere steviolglycosiden betreft gaf de eenmalige oogst op steenwolsubstraat de hoogste opbrengsten. Opvallend waren daarnaast ook de hogere opbrengst van de Aziatische herkomst op vlak van dulca en rebg t.o.v. de Braziliaanse herkomst die eenzelfde behandeling onderging en de hoogste verse en DS-opbrengsten vertoonde Totale opbrengsten per ha De totale opbrengsten per plant werden omgerekend per ha uitgaande van planten/ha in volle grond (d.i. de dichtheid gehanteerd in de aanplant van DLV Plant in volle grond in open lucht) en planten/ha op steenwolsubstraat. Totale opbrengst vers (kg/ha) Totaal steviolglycosiden (kg/ha) Totale DS RebA Stev RebF RebC DulcA RebG Rub RebB SB DulcB (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) Israël ,18 51,79 140,86 2,98 13,62 3,61 6,50 1,02 0,52 0,48 0,88 Duitsland ,28 41,90 118,18 2,68 11,23 3,00 5,88 0,72 0,73 0,33 0,74 Brazilië ,54 91,78 132,26 3,75 19,65 3,83 6,42 0,92 0,72 0,51 0,70 Azië ,02 49,32 118,46 2,73 9,37 5,51 7,27 0,73 0,47 0,26 0,68 Steenwol verdeeld ,36 54,67 148,79 3,09 12,73 6,80 4,52 1,10 0,38 0,45 1,23 Steenwol 1 oogst ,89 444,17 749,24 23,38 88,83 11,69 32,73 2,34 3,51 2,34 4,68 LED DP Israël ,98 36,92 102,82 1,96 8,58 2,44 4,26 0,64 0,38 0,30 0,65 LED DP Brazilië ,06 81,07 110,89 3,65 16,54 3,57 5,75 0,83 0,69 0,37 0,72 Dit geeft opbrengsten van 1,2 tot 5,4 ton DS per ha. Met de hoogste opbrengst na 1 oogst op steenwolsusbtraat.
21 21 Daar de planten in de dubbele plasticserre op een afstand van 0,25 m op 0,38 m werden aangeplant, kunnen opbrengsten ook herberekend worden naar een dichtheid van planten per ha en planten per ha nog steeds op steenwolsubstraat. Totale opbrengst vers (kg/ha) Totaal steviolglycosiden (kg/ha) Totale DS RebA Stev RebF RebC DulcA RebG Rub RebB SB DulcB (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) (kg/ha) Israël ,59 108,76 295,81 6,25 28,60 7,57 13,64 2,15 1,09 1,00 1,84 Duitsland ,08 87,99 248,19 5,62 23,59 6,31 12,35 1,50 1,52 0,70 1,55 Brazilië ,13 192,74 277,74 7,87 41,26 8,05 13,49 1,94 1,52 1,06 1,46 Azië ,55 103,56 248,76 5,72 19,67 11,57 15,27 1,53 0,99 0,55 1,44 Steenwol verdeeld ,36 54,67 148,79 3,09 12,73 6,80 4,52 1,10 0,38 0,45 1,23 Steenwol 1 oogst ,89 444,17 749,24 23,38 88,83 11,69 32,73 2,34 3,51 2,34 4,68 LED DP Israël ,86 77,54 215,91 4,11 18,01 5,12 8,94 1,33 0,79 0,62 1,36 LED DP Brazilië ,53 170,25 232,87 7,67 34,73 7,51 12,06 1,74 1,44 0,79 1,50 Dit geeft opbrengsten van 2,4 tot 5,4 ton DS per ha, met de hoogste opbrengst bij 1 oogst op steenwolsubstraat. In volle grond werd de hoogste opbrengst berekend voor de Braziliaanse herkomst, namelijk 4,9 ton DS/ha. De oogsten bij DLV Plant waar dezelfde herkomsten tot 2 maal toe werden geoogst in open lucht gaven opbrengsten van de volledige plant van 1,3 tot 5,8 ton DS/ha of 4-18 ton/ha vers. Daar het aandeel stengel op de verse massa zo n 17 à 59% kan innemen, kan er geconcludeerd worden dat de opbrengsten in Nederland wel iets lager waren dan deze bij Inagro onder de dubbele plasticserre. Naargelang de locatie van aanplant bekwam DLV Plant enerzijds de hoogste opbrengsten met de Israëlische gevolgd door de Braziliaanse herkomst en anderzijds met de Aziatische herkomst op de tweede locatie. 7 Besluit Deze proef gaf aan dat er bij het onder afdekking telen van stevia een doordachte keuze moet gebeuren m.b.t. het teeltsysteem. Gezien de grote verschillen qua opbrengsten tussen de uitgeteste teeltsystemen onderling, kan men stellen dat stevia vooral warme omstandigheden vereist, met een minimale ziektedruk en een voldoende gelijkmatige water- en nutriëntengift. Daarbij kwam het teeltsysteem op steenwolsubstraat (cf. tomaat) naar voor als het teeltsysteem dat de hoogste opbrengsten gaf, met een voorkeur voor een eenmalige oogst. Toepassen van LEDbelichting binnen deze proef gaf niet meteen een verschil in opbrengsten, dit dient verder meer uitgebreid te worden onderzocht. Uit het vergelijken van deze proef met de verkennende proef die bij Inagro in 2011 werd uitgevoerd blijkt ook dat het telen van stevia in open lucht nog niet noodzakelijk moet uitgesloten worden. Verder onderzoek naar ziektepreventie- en bestrijding, water-, licht- en nutriëntengift zijn noodzakelijk om de teelttechniek te optimaliseren. Op dit ogenblik zijn er geen gewasbeschermingsmiddelen toegestaan op stevia, voor consumptie zou het vers blad in principe dus biologisch moeten geteeld worden. Ook wat veredeling betreft kan er nog heel wat werk verricht worden. Een element dat ook zal doorwegen in de uiteindelijke keuze qua teeltsysteem van de teler is hoe het finaal product er moet uitzien. Afhankelijk van de vraag naar eerder kruiden potjes of eerder geoogste blaadjes, zal ook het teeltsysteem er anders uitzien. Of het telen van stevia in Vlaanderen een rendabele uitkomst kan bieden, hangt in grote mate af van het vinden of evolueren van een lokale afzetmarkt voor de blaadjes, daar er tot op heden nagenoeg geen extractiebedrijven in de grensregio bekend zijn en het plantje vers nog niet mag
22 22 geconsumeerd worden. Als sierplantje wordt stevia wel reeds in Vlaanderen geteeld en vermarkt in kleinere potjes als waren het kruiden. Deze proef werd uitgevoerd binnen het Interreg-project Groene Grondstoffen, innovatief gebruik van landbouwgewassen met steun van de Europese Unie en provincie West-Vlaanderen.
BIO BASED ECONOMY WERKT!
Stevia plantaardige & calorieloze zoetstofbron BIO BASED ECONOMY WERKT! Zoetmaker van natuurlijke oorsprong GROeNe GRONDSTOFFEN Inhoudsstoffen inleiding het meerjarig plantje Stevia rebaudiana Bertoni
Nadere informatieDOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw
DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw Vergelijking van de efficiëntie van fungiciden tegen valse meeldauw in groene erwt - eigen onderzoek 1 Efficiëntie van middelen tegen valse
Nadere informatieDiepte (cm) Stikstofanalyse totaal Kort voor aanleg 16/06/ Bij aanleg proef 03/07/
STAMSLABOON 2014 Proef N-bemesting stamslaboon 1. Doel Nagaan of de huidige N-bemestingsadviezen van het labo van Inagro voor de teelt van stamslaboon optimaal zijn om een hoge opbrengst te combineren
Nadere informatieVELDSLA ONDER GLAS 2015
VELDSLA ONDER GLAS 2015 Zaaidichtheid 4 e gamma (winter 2015-2016 ) TOAGLA15VSL_TT01 Onderzoek financieel gesteund door GMO. Doel Nagaan wat de invloed is van de zaaidichtheid op opbrengst en geel blad.
Nadere informatieDOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw
DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw Vergelijking van de efficiëntie van fungiciden tegen valse meeldauw in groene erwt - eigen onderzoek 1 Efficiëntie van middelen tegen valse
Nadere informatieWINTERSAVOOIKOOL 2015
WINTERSAVOOIKOOL 2015 1 Cultivaronderzoek winterteelt - bestemming verse markt 1.1 Doel In deze rassenproef werd de gebruikswaarde nagegaan van de opgenomen cultivars voor aanvoer voor de verse markt.
Nadere informatieTOLALG14SPZ_BM08 (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt Tarwe.
TOLALG14SPZ_BM08 (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt Tarwe. Doel Rekening houdende met N-vrijstelling/immobilisatie uit oogstresten van de voorteelt gedeeltelijk
Nadere informatieWORTEL wortelvliegbestrijding 2015
WORTEL wortelvliegbestrijding 2015 1 Bestrijding van de wortelvlieg in wortel opstellen van drempels 1.1 Doel De economische schadedrempels voor de behandeling van wortelvlieg zijn gedurende enige tijd
Nadere informatieZaaibed of tray: ga uit van een kwalitatieve plant
Planttype en plantkwaliteit late herfstprei Zaaibed of tray: ga uit van een kwalitatieve plant Lieven Delanote, Karel Dewaele, Philippe France Een aantal biologische telers kweekt zelf zijn preiplanten
Nadere informatieTOLALG14SPZ_BM07: (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt erwt.
TOLALG14SPZ_BM07: (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt erwt. Doel Rekening houdende met N-vrijstelling/immobilisatie uit oogstresten van de voorteelt gedeeltelijk
Nadere informatie1 Courgette voor industriële verwerking cultivaronderzoek
1 Courgette voor industriële verwerking cultivaronderzoek 1.1 Doel Het vergelijken van verschillende cultivars in functie van vrucht- en gewaskenmerken, opbrengst en ziektegevoeligheid in de normale teelt
Nadere informatieProefresultaten zoete aardappel 2017
Proefresultaten zoete aardappel 2017 Zoete aardappel doet het goed in Vlaamse grond Proefcentrum Herent voerde in 2017 een rassenproef uit waarbij de opbrengst van verschillende rassen bataat nagegaan
Nadere informatieVerkennende proef. Stevia rebaudiana Bertoni. Regio: Rumbeke-Beitem. December Auteur: Emilie Snauwaert. Co-auteur: Greet Ghekiere
inagro vzw Maatschappij en leefomgeving Emilie Snauwaert Ieperseweg 87 8800 Rumbeke België Tel: +32 (0) 51 27 32 40 Fax: +32 (0) 51 24 00 20 E-mail: emilie.snauwaert@inagro.be www.inagro.be Verkennende
Nadere informatieProefresultaten zoete aardappel 2016
Proefresultaten zoete aardappel 2016 Zoete aardappel, een veelbelovend gewas In het najaar van 2016 werden in Proefcentrum Herent de eerste zoete aardappelen geoogst. Ondanks zijn naam is de zoete aardappel
Nadere informatieSNIJBOON ONDER GLAS 2015
SNIJBOON ONDER GLAS 215 1. Snijboon - vergelijking stengeldichtheid en bladplukfrequentie TOAGLA15SJB_TT1 Doel van de proef Bepalen wat de invloed is van de stengeldichtheid en de frequentie van bladplukken
Nadere informatieKropsla 2018 Rassenproef Vroege herfst
PROEFVERSLAG Kropsla 2018 Rassenproef Vroege herfst Proefnummer: TOAGLA18KSL_RA03 uitgevoerd door: Inagro VZW Ieperseweg 87 8800 Rumbeke-Beitem Afgevaardigd bestuurder: Diensthoofd: Teeltverantwoordelijke:
Nadere informatieDe waarde van diverse cultivars nagaan met als doel een zo ruim mogelijke oogstspreiding voor afzet op de verse markt te bekomen.
Proef cultivaronderzoek broccoli vroege teelt voor de verse markt 216 Doel De waarde van diverse cultivars nagaan met als doel een zo ruim mogelijke oogstspreiding voor afzet op de verse markt te bekomen
Nadere informatieNa de teelt 18/11/
HERFSTSAVOOIKOOL 2015 met bestemming industrie 1 Cultivaronderzoek late herfstteelt - bestemming industrie 1.1 Doel In deze proef werden verschillende rassen onderzocht op hun geschiktheid voor levering
Nadere informatiePROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS. Boriumopname bij paprika in steenwol (teelt 1984). C. Sonneveld
PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS Boriumopname bij paprika in steenwol (teelt 98). C. Sonneveld Naaldwijk, maart, 986. Intern Verslag 986, no. PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS Boriumopname bij
Nadere informatieSLA RASGEVOELIGHEID LUIS EN ZIEKTEN
SLA RASGEVOELIGHEID LUIS EN ZIEKTEN Proefcode : OL13 SLRSLU Uitgevoerd in opdracht van: Interreg IV project EMMA Door: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen vzw Karreweg 6 9770
Nadere informatie1. Doel In deze rassenproef wordt de gebruikswaarde nagegaan van herfstrassen van bloemkool voor aanvoer aan de verse markt.
BLOEMKOOL 2017 Proef cultivaronderzoek bloemkool herfstrassen voor de verse markt Late herfstteelt - bestemming verse markt 1. Doel In deze rassenproef wordt de gebruikswaarde nagegaan van herfstrassen
Nadere informatie1 Koolrabi voor industriële verwerking 2015
1 Koolrabi voor industriële verwerking 2015 1.1 Doel Vergelijken van diverse rassen koolrabi voor wat betreft plant- en gewaskenmerken alsook oogsten opbrengstgegevens bij koolrabi die werd uitgeplant.
Nadere informatieCCBT-project: Optimalisatie bemesting in de biologische kleinfruitteelt
CCBT-project: Optimalisatie bemesting in de biologische kleinfruitteelt Doelstelling: Inzicht in nutriëntenbehoefte en analyses (bodem, blad, plantsap, nitraatresidu) bij de biologische teelt van kleinfruit
Nadere informatieBESTRIJDING VAN VALSE MEELDAUW IN PETERSELIE
BESTRIJDING VAN VALSE MEELDAUW IN PETERSELIE In opdracht van Productschap Tuinbouw April 2004 Ing. C. Oostingh Proeftuin Zwaagdijk Tolweg 13 1681 ND Zwaagdijk-Oost Telefoon (0228) 56 31 64 Fax (0228) 56
Nadere informatieIs spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt?
Is spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt? J. Bonnast (BDB), W. Odeurs (BDB) Samenvatting Het optimaliseren van de teelttechniek is een uitdaging voor iedere
Nadere informatieKropsla onder glas Rassenproef Vroege lente 2017
PROEFVERSLAG Kropsla onder glas Rassenproef Vroege lente 2017 Proefnummer: TOAGLA17KSL_RA01 uitgevoerd door: Inagro VZW Ieperseweg 87 8800 Rumbeke-Beitem Afgevaardigd bestuurder: Diensthoofd: Teeltverantwoordelijke:
Nadere informatieca«. PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS 223 '2^2- hm/pap/csstikst Stikstofvormen bij intensieve bemestingssystemen voor kasteelten C.
Bibliotheek Proefstation Naaldwijk dciiuwijrv.. a hm/pap/csstikst 3 C ca«. 74 o^0 P GL^ t PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS Stikstofvormen bij intensieve bemestingssystemen voor kasteelten C. Sonneveld
Nadere informatieHUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN
HUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN OPBRENGST EN KWALITEIT VAN RAAIGRAS BIJ VERMINDERDE BEMESTING Greet Verlinden, Thomas Coussens en Geert Haesaert Hogeschool Gent, Departement Biowetenschappen
Nadere informatieSNIJBOON ONDER GLAS 2015
SNIJBOON ONDER GLAS 215 1. Snijboon - vergelijking stengelheid en frequentie TOAGLA15SJB_TT1 Doel van de proef Bepalen wat de invloed is van de stengelheid en de frequentie van ken op de arbeidsduur en
Nadere informatie1 Cultivaronderzoek zeer vroege zomerprei (trayplant en losse plant)
1 Cultivaronderzoek zeer vroege zomerprei (trayplant en losse plant) 1.1 Doel Prei wordt gekenmerkt door zijn quasi onbeperkte oogstspreiding. Toch dient de rassenkeuze afgestemd te worden op de teeltperiode
Nadere informatieRASSENPROEF KROPSLA WINTERTEELT
RASSENPROEF KROPSLA WINTERTEELT Proefcode: gg14 slrswi In opdracht van: PCG vzw Technisch comité Karreweg 6 B-9770 Kruishoutem Tel ++ 32 (0)9 381 86 86 Fax ++ 32 (0)9 381 86 99 pcg@pcgroenteteelt.be Door:
Nadere informatieRASSENPROEF CHINESE KOOL (BRASSICA RAPA VAR. PEKINENSIS) ONDER KOEPEL
RASSENPROEF CHINESE KOOL (BRASSICA RAPA VAR. PEKINENSIS) ONDER KOEPEL Proefcode: GB14 CKRS01 In opdracht van: PCG vzw Technisch comité Karreweg 6 B-9770 Kruishoutem Tel ++ 32 (0)9 381 86 86 Fax ++ 32 (0)9
Nadere informatieRASSENPROEF LOSSE TOMAAT
RASSENPROEF LOSSE TOMAAT Proefcode : gb13tors01 Uitgevoerd in opdracht van: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost- Vlaanderen vzw Technisch Comité Karreweg 6 9770 Kruishoutem Tel ++ 32 (0)9
Nadere informatiec\? Z o SZ PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS De boriumvoorziening van trosanjers in steenwol bij verschillende ph niveau's
c\? Bibliotheek Proefstation Naaldwijk Z 5 7* PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS De boriumvoorziening van trosanjers in steenwol bij verschillende ph niveau's C. Sonneveld D. Theune Intern verslag nr.
Nadere informatieINDUSTRIEWORTELEN 2014
INDUSTRIEWORTELEN 2014 Proef cultivaronderzoek Flakkeese voor de verwerkende industrie 1 Doel Geschiktheid van nieuwe cultivars nagaan onder de heersende groei- en klimaatsvoorwaarden in vergelijking met
Nadere informatieBruine bladpunten in Longiflorum White Heaven
Bruine bladpunten in Longiflorum White Heaven Inventarisatie bladproblemen in de praktijk Hans Kok Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Sector Bloembollen PPO nr. 32 360 560 00 Maart 2008 2008 Wageningen,
Nadere informatieKropsla onder glas Rassenproef Late lente 2018
PROEFVERSLAG Kropsla onder glas Rassenproef Late lente 2018 Proefnummer: TOAGLA18KSL_RA01 uitgevoerd door: Inagro VZW Ieperseweg 87 8800 Rumbeke-Beitem Afgevaardigd bestuurder: Diensthoofd: Teeltverantwoordelijke:
Nadere informatieSTICHTING PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS TE NAALDWIJK. Proef met verschillende ammoniumtrappen bij paprika op voedingsoplossing
STICHTING PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS TE NAALDWIJK èq Bibliotheek Proefstation Naaldwijk A 2 M 61 ^ 5 0 0. Proef met verschillende ammoniumtrappen bij paprika op voedingsoplossing M.Q. van der
Nadere informatieVeldsla Versmarkt Rassenproef winter
PROEFVERSLAG Veldsla Versmarkt Rassenproef winter 2018-2019 Proefnummer: TOAGLA18VSL_RA03 uitgevoerd door: Inagro VZW Ieperseweg 87 8800 Rumbeke-Beitem Afgevaardigd bestuurder: Diensthoofd: Teeltverantwoordelijke:
Nadere informatieRASSENPROEF TOMAAT VOOR VERWERKING IN TUNNEL
RASSENPROEF TOMAAT VOOR VERWERKING IN TUNNEL Proefcode: gb12tors02 Uitgevoerd in opdracht van: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen vzw Technisch Comité Karreweg 6 9770 Kruishoutem
Nadere informatieELKE AARDAPPEL VERDIENT DE BESTE BESCHERMING.
ELKE AARDAPPEL VERDIET DE BESTE BESCHERMIG. Werkingsmechanisme Canvas is een preventief contactfungicide voor de bestrijding van Phytophthora. Canvas werkt in op meerdere fasen in de levenscyclus van de
Nadere informatieInagro, Ieperseweg 87, 8800 Roeselare, /8
Proef cultivaronderzoek broccoli vroege teelt voor de verse markt 1 Doel De waarde van diverse cultivars nagaan met als doel een zo ruim mogelijke oogstspreiding voor afzet op de verse markt te bekomen
Nadere informatieVELDSLA ONDER GLAS Rassenonderzoek
VELDSLA ONDER GLAS 216 - senonderzoek Winterteelt 216-217 4 e gamma TOAGLA16VSL_RA3 Onderzoek financieel gesteund door de Vlaamse overheid, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling
Nadere informatieDeze proef verliep in samenspraak met de Vlaamse Overheid, Departement Landbouw en Visserij.
Cultivaronderzoek late herfstteelt - bestemming industrie 1. Doel In deze proef werden verschillende rassen onderzocht op hun geschiktheid voor levering aan de verwerkende industrie. Belangrijke parameters
Nadere informatieSLA ONDER AFDEKKING Rassenonderzoek
SLA ONDER AFDEKKING 216 - Rassenonderzoek Winterteelt 216-217 TOAGLA16KSL_RA5 Onderzoek financieel gesteund door de Vlaamse overheid, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling
Nadere informatie/~T 4r( Ol S O PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS. Onderzoek naar de optimale EC van de voedingsoplossing voor de teelt van komkommers in steenwol
/~T 4r( Ol S O PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS ' hxt Onderzoek naar de optimale EC van de voedingsoplossing voor de teelt van komkommers in steenwol W. Voogt Naaldwijk, augustus 1980 Intern verslag
Nadere informatie3. Rassenproef knolvenkel voorjaarsteelt
3. Rassenproef knolvenkel voorjaarsteelt 3.1 Doel In deze proef werden diverse rassen vergeleken in de vroege teelt voor wat betreft, plant- en gewaskenmerken, ziektegevoeligheid, alsook oogst- en opbrengstgegevens.
Nadere informatieInagro, Ieperseweg 87, 8800 Roeselare, /5
1 Zomerbroccoli 2015 Proef cultivaronderzoek broccoli zomerteelt voor de verse markt 11 Doel De waarde van diverse cultivars nagaan met als doel een zo ruim mogelijke oogstspreiding voor afzet op de verse
Nadere informatieBiologische bloemkool heeft voordeel bij kleine startbemesting: ook verse grasklaver volstaat
Biologische bloemkool heeft voordeel bij kleine startbemesting: ook verse grasklaver volstaat Annelies Beeckman, Lieven Delanote, Johan Rapol Bij vroege en stikstofbehoevende teelten zoals bloemkool is
Nadere informatie22a Grondbewerkingssystemen voor de teelt van wintertarwe EH 0623 Door: ing.h.w.g. Floot
22a Grondbewerkingssystemen voor de teelt van wintertarwe EH 0623 Door: ing.h.w.g. Floot Inleiding In de tarweteelt is de grondbewerking een belangrijke kostenpost. Vooral bij monocultuur wintertarwe komt
Nadere informatieInvloed plantversterkers op opbrengst en gezondheid gewas in de teelt van pootaardappelen
Invloed plantversterkers op opbrengst en gezondheid gewas in de teelt van pootaardappelen KW 0112 Door: ing. H.W.G. Floot Inleiding In de teelt van biologische aardappelen gelden specifieke regels van
Nadere informatieAanaarden in één of twee werkgangen
9.1 Aanaarden in één of twee werkgangen V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Bij een definitieve rugopbouw direct na het planten wordt de opkomst vertraagd. Dit vergroot de kans op aantasting van de kiemen
Nadere informatieVerslag onderzoek OENOSAN (Agraphyt) - proef 2 #
Verslag onderzoek OENOSAN (Agraphyt) - proef 2 # Proefopzet Om het effect van op de ontwikkeling van planten te evalueren, werd een proef met tomaat (Minibel) opgezet. Kiemplantjes van 14 dagen werden
Nadere informatieFOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT. verrijkt met borium organische meststof toepasbaar in derogatiebedrijf
GROEN FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT verrijkt met borium organische meststof toepasbaar in derogatiebedrijf FOSFAATMESTSTOF VOOR MAÏS Maïs telen zonder fosfaatkunstmest
Nadere informatieResultaten proeven 2017/2018. Sonsation bijeenkomst 29 augustus 2018
Resultaten proeven 2017/2018 Sonsation bijeenkomst 29 augustus 2018 Inhoud Monitoring: Trayplantopkweek 2017 Productie verse teelt 2018 Monitoring trayplantopkweek 2017 Monitoring Sonsation & Sonata Drie
Nadere informatieGrip op voeding Plantsapme*ngen vs wateranalyses
Grip op voeding Plantsapme*ngen vs wateranalyses Landelijke Glasgroente dag De toekomst van de tuinbouw Sjoerd Smits, HortiNova Joan Timmermans NovaCropControl Even voorstellen Sinds 003 bezig met plantsapmengen
Nadere informatieOnderzoek generieke middelen van Geyser tegen Septoria apiicola
PROEFVERSLAG Onderzoek generieke middelen van Geyser tegen Septoria apiicola Proefnummer: TOLALG17SEK_FU05 Identificatie opdrachtgever: Eigen beheer Protocol identificatie opdrachtgever: INAGRO CALLENS
Nadere informatieFOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT
GROEN FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT FOSFAATMESTSTOF VOOR MAIS Maïs telen zonder fosfaatkunstmest zorgt bij een laag fosfaatgehalte voor een lagere opbrengst en
Nadere informatie28Z.00452, te vergelijken met de vertrouwde industrierassen: Suprmeo en Precioza.
COURGETTE VOOR INDUSTRIËLE VERWERKING 2014 4. Courgette voor industriële verwerking cultivaronderzoek 4.1 Doel Het vergelijken van verschillende cultivars in functie van vrucht- en gewaskenmerken, opbrengst
Nadere informatieVELDSLA ONDER GLAS Rassenonderzoek
VELDSLA ONDER GLAS 215 - Rassenonderzoek Winterteelt 215-216 4 e gamma TOAGLA15VSL_RA4 Onderzoek financieel gesteund door de Vlaamse overheid, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling
Nadere informatieBloemkool januarizaai - bestemming verse markt
Bloemkool januarizaai - bestemming verse markt 1.1 Doel In deze rassenproef wordt de gebruikswaarde nagegaan van de opgenomen cultivars voor een vroege teelt van bloemkool, voor aanvoer op de verse markt.
Nadere informatieBemestingsproef snijmaïs Beernem
Bemestingsproef snijmaïs Beernem 1. Context Het onderzoek richt zich op het bereiken van innovatieve strategieën om agro- en bio-industriële nutriëntenrijke stromen te recycleren. Het agronomische en ecologische
Nadere informatieBodemontsmetting met metam via druppelleidingen
PROEFVERSLAG Bodemontsmetting met metam via druppelleidingen Proefnummer: TOAGLA18KSL_FU02 Identificatie opdrachtgever: Protocol identificatie opdrachtgever: INAGRO VERSYCK Ronny Ieperseweg 87, Rumbeke
Nadere informatie1 Courgette voor industriële verwerking cultivaronderzoek
1 Courgette voor industriële verwerking cultivaronderzoek 1.1 Doel Het vergelijken van verschillende cultivars in functie van vrucht- en gewaskenmerken, opbrengst en ziektegevoeligheid in de normale teelt
Nadere informatie4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING - LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 2002 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI
4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 22 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI (in samenwerking met de Vlaamse Compostorganisatie, VLACO) DOEL In een lange termijnproef wordt de bodemverbeterende
Nadere informatieQUINOA (CHENOPODIUM QUINOA): DEMONSTRATIEVE RASSENPROEF
QUINOA (CHENOPODIUM QUINOA): DEMONSTRATIEVE RASSENPROEF Proefcode: OL14 QURS01 In opdracht van: QUINOBEL François GILBERT de CAUWER Door: PCG vzw Karreweg 6 B-9770 Kruishoutem Tel ++ 32 (0)9 381 86 86
Nadere informatieOPTIMALISATIE WAARSCHUWINGEN TEGEN TRIPS: MODEL VS. W&W
OPTIMALISATIE WAARSCHUWINGEN TEGEN TRIPS: MODEL VS. W&W Proefcode: OL12 PRTR01 Uitgevoerd in opdracht van: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen vzw Technisch Comité Karreweg 6
Nadere informatieTEELT IN POT ROZEMARIJN. Biologische Potgrondproef (inclusief organische bemesting)
1 TEELT IN POT Het onderzoek kruiden in pot, dat plaatsvindt op het PCG, is zowel biologisch als gangbaar. In het gangbare wordt voornamelijk gekeken naar de beschikbaarheid van verschillende rassen en
Nadere informatieGEKLEURDE RADIJSJES TELEN IN TUNNEL: DEMONSTRATIEVE RASSENPROEF VOORJAAR
GEKLEURDE RADIJSJES TELEN IN TUNNEL: DEMONSTRATIEVE RASSENPROEF VOORJAAR Proefcode: GB15 RARS01 In opdracht van: Leader-project In my backyard: delicatessegroenten op een dienblad Door: PCG vzw Karreweg
Nadere informatieBeperking vruchttaklengte Tulameen: invloed van bemesting en watergift en opkweekplaats
Beperking vruchttaklengte Tulameen: invloed van bemesting en watergift en opkweekplaats Doel : Mogelijkheid nagaan om de lengte van de vruchttakken bij Tulameen te beperken door maatregelen tijdens de
Nadere informatieTopopbrengsten in rassenproef zomertarwe biologische teelt
Interprovinciaal Proefcentrum voor de Biologische Teelt (P.C.B.T.) v.z.w. Ieperseweg 87 8800 RUMBEKE Tel. : 051/26 14 00, Fax. : 051/24 00 20 Verslag BT03ZTA_RAS01 Topopbrengsten in rassenproef zomertarwe
Nadere informatie1 Groene courgette vroege teelt in grote plastiekserre - bestemming verse markt
1 Groene courgette vroege teelt in grote plastiekserre - bestemming verse markt 1.1 Doel Het vergelijken van verschillende cultivars in functie van vrucht- en gewaskenmerken, opbrengst en ziektegevoeligheid
Nadere informatieInhoudsopgave: AGRITON
++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Inhoudsopgave: 1. Doel proef.... 2 2. Proefgegevens.... 2 3. Objecten.... 2 4. Resultaten.... 4 4.1 Algemeen.... 4 4.2 Resultaten
Nadere informatieAanaarden in één of twee werkgangen
9.1 Aanaarden in één of twee werkgangen V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Bij een definitieve rugopbouw direct na het planten wordt de opkomst vertraagd. Dit vergroot de kans op aantasting van de kiemen
Nadere informatieBASILICUM RASSENPROEF
BASILICUM RASSENPROEF Proefcode: OL12 HERS01 Uitgevoerd in opdracht van: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen vzw Technisch Comité Karreweg 6 9770 Kruishoutem Tel ++ 32 (0)9 381
Nadere informatieRASSENPROEF BASILICUM OP MGS
RASSENPROEF BASILICUM OP MGS Proefcode: gg12 krhy01 Uitgevoerd in opdracht van: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen vzw Technisch Comité Karreweg 6 9770 Kruishoutem Tel ++ 32
Nadere informatieRassenproef biologische quinoa 2018
Rassenproef biologische quinoa 2018 Karel Dewaele, Lieven Delanote, Brecht Vandenbroucke, Inagro Context Quinoa is door zijn unieke eigenschappen een gewas met een brede waaier aan toepassingsmogelijkheden,
Nadere informatieHerkauwers & Akkerbouw
Herkauwers & Akkerbouw -project Teelttechniek van kruiden in grasland Annelies Beeckman (Inagro), Luk Sobry (Wim Govaerts & co.) Project: Teelttechniek kruiden voor gezond vee Doelstelling: Teelttechniek
Nadere informatieVOORJAARSBEMESTING IN PREI: EFFECT VAN MAGNESIUM
VOORJAARSBEMESTING IN PREI: EFFECT VAN MAGNESIUM Proefcode: OL13 PRBMVJ Uitgevoerd in opdracht van: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen vzw Karreweg 6 9770 Kruishoutem Tel ++
Nadere informatieStikstofdynamiek, productie en luisontwikkeling
Beschutte teelt Stikstofdynamiek, productie en luisontwikkeling in paprika -project Justine Dewitte Project: Inzicht en beheersing van probleemplagen in biologische tuinbouw: bladluisbeheersing in paprika
Nadere informatieZIEKTEGEVOELIGHEID PREIRASSEN LATE HERFST EN WINTER
ZIEKTEGEVOELIGHEID PREIRASSEN LATE HERFST EN WINTER Proefcode: OL12 PRZILH Uitgevoerd in opdracht van: Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen vzw Technisch Comité Karreweg 6 9770
Nadere informatie/
Spinazie 3 Najaar 3.1 Doel Vergelijken van diverse rassen spinazie voor industriële verwerking voor wat betreft plant- en gewaskenmerken, ziektegevoeligheid alsook oogst- en opbrengstgegevens in het najaar.
Nadere informatieSoja telen in Vlaanderen?! Rassenkeuze en teelttechnisch onderzoek. Joke Pannecoucque Studiedag 23/11/2017 ILVO ILVO
Soja telen in Vlaanderen?! Rassenkeuze en teelttechnisch onderzoek Joke Pannecoucque Studiedag 23/11/2017 ILVO Soja telen in Vlaanderen Wat is soja? Eénjarige peulvrucht Glycine max Oorsprong: centraal
Nadere informatieInagro, Ieperseweg 87, 8800 Roeselare, /8
Proef cultivaronderzoek broccoli vroege teelt voor de verse markt 1 Doel De waarde van diverse cultivars nagaan met als doel een zo ruim mogelijke oogstspreiding voor afzet op de verse markt te bekomen.
Nadere informatieGroei, voederconversie en afvalreductie van BSF larven gekweekt op SWILL
Groei, voederconversie en afvalreductie van BSF larven gekweekt op SWILL Proef BSF swill November-December 217 Radius Thomas More Verslag: Lotte Frooninckx Uitvoering: Lotte Frooninckx, Ann Wuyts Contactpersoon:
Nadere informatiePraktijkproef Super FK in Paprika 2010 bij de start van de teelt.
Praktijkproef Super FK in Paprika 20 bij de start van de teelt. Inleiding: Het doseren van Super FK zorgt primair voor een actiever/vegetatiever gewas, een betere en vollere gewasstand, met een betere
Nadere informatieInvloed van een bloemenrand op trips en zijn natuurlijke vijanden in aardbei (doordragers)
Invloed van een bloemenrand op trips en zijn natuurlijke vijanden in aardbei (doordragers) Project: Waarnemen van tripsen op aardbeien voor de regio Oost-Vlaanderen, naar een duurzame beheersing d.m.v.
Nadere informatieDrijvende teelt van groenten, kruiden en zomerbloemen: onderzoek en praktijk Venray, 26 november 2014 Matthijs Blind, onderzoeker Proeftuin Zwaagdijk
Drijvende teelt van groenten, kruiden en zomerbloemen: onderzoek en praktijk Venray, 26 november 2014 Matthijs Blind, onderzoeker Proeftuin Zwaagdijk Inhoud Schets ontwikkelingen onderzoek teelt op water
Nadere informatielandbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt open teelten CSPE BB
landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 5 variant a Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen Omcirkel het goede antwoord (voorbeeld 1). Geef
Nadere informatieBemesting van tulp in de broeierij
Bemesting van tulp in de broeierij M.F.N. van Dam, A.J.M. van Haaster, H.P. Pasterkamp, S. Marinova, N.S. van Wees, e.a. Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Sector bloembollen december 2003 PPO 330
Nadere informatieDoel van het onderzoek
Doel van het onderzoek Compost is een veel gebruikte bodemverbeteraar in meerdere teelten. Diverse soorten zijn verkrijgbaar, waarbij aan sommige soorten middels extra doorgroeien met micro-organismen,
Nadere informatieOpzet veldproeven. Greet Ghekiere, Inagro Céline Vaneeckhaute, Ugent
Opzet veldproeven NutriCycle 2012 Greet Ghekiere, Inagro Céline Vaneeckhaute, Ugent doelstellingen Veldexperiment met diverse groene kunstmeststoffen als bijbemesting Taken: Productbemonstering en karakterisatie
Nadere informatiePROEFVELDONDERZOEK MISCANTHUS LEVERT VERRASSENDE INZICHTEN OP Inleiding
PROEFVELDONDERZOEK MISCANTHUS LEVERT VERRASSENDE INZICHTEN OP Inleiding De voorraad aan fossiele grondstoffen is eindig en het gebruik ervan als energiebron ligt aan de basis van de klimaatproblematiek.
Nadere informatieMogelijkheid tot ploegloos zaaien van groenten 2014
Mogelijkheid tot ploegloos zaaien van groenten 2014 1 Doel Mogelijkheid nagaan om een ploegloze teelt uit te voeren bij uitzaai van fijne zaden na inwerken van een groenbedekker. Nagaan wat de impact is
Nadere informatieDe waarde van diverse cultivars nagaan met als doel een zo ruim mogelijke oogstspreiding voor afzet op de verse markt te bekomen.
Zomerbroccoli 2014 Proef cultivaronderzoek broccoli zomerteelt voor de verse markt 1 Zomerteelt 1.1 Doel De waarde van diverse cultivars nagaan met als doel een zo ruim mogelijke oogstspreiding voor afzet
Nadere informatieTeelt van lelies in goten in de grond in Drenthe, 2012
Teelt van lelies in goten in de grond in Drenthe, 2012 Casper Slootweg Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, onderdeel van Wageningen UR Business Unit Bloembollen, Boomkwekerij en Fruit Februari 2013 Programma
Nadere informatieDeze proef verliep in samenspraak met de Vlaamse Overheid, Departement Landbouw en Visserij.
PREI 2017 Proef cultivaronderzoek late winterprei 2017 1 Late winterteelt - bestemming verse markt Prei wordt gekenmerkt door zijn quasi onbeperkte oogstspreiding. Toch dient de rassenkeuze afgestemd te
Nadere informatieZoetstof steviolglycosiden Etikettering en reclame
Zoetstof steviolglycosiden Etikettering en reclame Dit document is bedoeld voor alle actoren in de. Het beoogt de regels weer te geven die voor etikettering en reclame van toepassing zijn op voedingsmiddelen
Nadere informatie