II. FINANCIËLE BEGROTING 187

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "II. FINANCIËLE BEGROTING 187"

Transcriptie

1

2 INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 Programmaplan 7 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding Openbare orde en veiligheid Volkshuisvesting Verkeer en vervoer Milieu 29 2 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 2.1 Cultuur Onderwijs Volksgezondheid en maatschappelijke ondersteuning Sociale zaken en werk Welzijn Sport 73 3 Dorps- en plattelandeconomie 3.1 Economie Toerisme en recreatie 81 4 Ruimtelijke structuur 4.1 Grondbeleid Natuur- en groenbeheer Ruimtelijke ordening 93 5 Kwaliteit van bestuur en organisatie 5.1 Communicatie Publieke dienstverlening Openbaar bestuur Financiële kaderstelling 6.1 Belastingen Financiën 115 Algemene Dekkingsmiddelen 119 Mutaties reserves 127 Resultaat na bestemming 131 Paragrafen 133 A Lokale heffingen 135 B Weerstandvermogen 141 C Onderhoud kapitaalgoederen 147 D Financiering 155 E Bedrijfsvoering 159 F Verbonden partijen 165 G Grondbeleid 169 H Maatschappelijke ondersteuning 175 I Interbestuurlijk toezicht 177 II. FINANCIËLE BEGROTING 187 Recapitulatie begroting 2014 lasten en baten per deelprogramma 188 Meerjarenbegroting per deelbegroting 190 Investeringen

3 Overzicht van reserves en voorzieningen 198 Meerjarenoverzicht reserves en voorzieningen 200 Algemene Uitkering Gemeentefonds 208 III. Vaststellingsbesluit 211 IV. Bijlagen 215 I. Uitgangspunten begroting II. Begrotingsgegevens EMU 219 III. Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen 220 IV. Investerings- en financieringsstaat 221 V. Incidentele lasten en baten

4 LEESWIJZER Voor u ligt de programmabegroting voor het jaar Deze gemeentebegroting is opgebouwd uit vier delen: Programmaplan; Paragrafen; Financiële begroting; Bijlagen. Programmaplan Het programmaplan vormt het inhoudelijke deel van de begroting. In dit deel staat wat we willen bereiken en welke activiteiten we daarvoor in 2014 willen gaan uitvoeren. In dit programmaplan is per deelprogramma een overzicht gegeven van de lasten en baten. Daarnaast is een specificatie van de lasten en baten gegeven op een bepaald kostensoortniveau. Afwijkingen op dit geclusterde kostensoortniveau van meer dan tussen de jaren 2013 en 2014 zijn per deelprogramma toegelicht. Paragrafen In de begroting moeten zeven paragrafen worden opgenomen, waarin de beleidslijnen zijn vastgelegd met betrekking tot beheersmatige aspecten. Het doel van de paragrafen is om hier onderwerpen (zoals onderhoud kapitaalgoederen, lokale heffingen en bedrijfsvoering) die verspreid in de begroting staan, gebundeld weer te geven. Naast de zeven verplichte paragrafen hebben we ook de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) in een paragraaf ondergebracht. Nieuw in de begroting is de paragraaf Interbestuurlijk toezicht (IBT) waarin op diverse domeinen wordt teruggekeken op 2013 en op welke wijze de verantwoording financiële gevolgen heeft voor de begroting Financiële begroting In de financiële begroting vindt u samenvattende overzichten van onze financiële situatie. Daarnaast vindt u hier onze meerjarenbegroting, een overzicht van het in de begroting opgenomen investeringsplan, een overzicht van onze reserves en voorzieningen en een specificatie van onze uitkering uit het Gemeentefonds. Bijlagen In de bijlagen treft u een aantal, volgens het Besluit Begroting en Verantwoording, verplichte bijlagen aan

5 - 4 -

6 I. BELEIDSBEGROTING - 5 -

7 - 6 -

8 PROGRAMMAPLAN - 7 -

9 - 8 -

10 DEELPROGRAMMA 1.1 BRANDWEERZORG EN RAMPENBESTRIJDING Omschrijving van het deelprogramma De gemeentelijke overheid heeft een wettelijke taak om de openbare orde en veiligheid binnen de gemeentegrenzen te garanderen. Dit programma omvat de beleidsuitgangspunten op het gebied van brandweerzorg en rampenbestrijding. Aan het (mede) zorgen voor een verantwoord niveau van (brand)veiligheid van gebouwen, inrichtingen, evenementen en infrastructuur wordt invulling gegeven door te adviseren op (te verlenen) vergunningen, toezicht te houden, te handhaven en voorlichting te geven. Daarnaast richt het deelprogramma zich op het inrichten van een nieuwe brandweerorganisatie in het kader van de regionalisering van de brandweer, het onderhouden van een paraat brandweerkorps en het verder invulling geven aan de intergemeentelijke samenwerking op het gebied van de rampenbestrijding. Tot slot richt het deelprogramma zich op de voorbereiding op en de uitvoering en de bestrijding van rampen en zware ongevallen. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Brandweerzorg en rampenbestrijding Beleidskader Collegeprogramma Het realiseren van een nieuwe brandweerkazerne aan de Meeden te Winsum; - De vorming van de Veiligheidsregio Groningen. De Wet Veiligheidsregio s is per 1 oktober 2010 in werking getreden en de volledige regionalisering van de brandweer zal op grond van de huidige stand van zaken op 1 januari 2014 gerealiseerd moeten zijn. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende wetten en nota s: Wet Veiligheidsregio s; Wet Algemene bepalingen Omgevingsrecht (Wabo); Arbowet; Gemeentewet; Besluit kwaliteit brandweerpersoneel; Besluit kwaliteit Veiligheidsregio s; Besluit Rampen en Zware ongevallen (BRZO); Besluit Externe Veiligheid; Regionaal Risicoprofiel; Verordening brandweerzorg en rampenbestrijding; Brandbeveiligingsverordening; Algemene Plaatselijke Verordening (APV); Convenant crisisbeheersing Groningen; Rechtspositieregeling vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer; De Beleidsnotitie Brandweerzorg en Rampenbestrijding in de gemeente Winsum; De Gemeenschappelijke regeling H&OG (hulpverlening en openbare gezondheidszorg); Het regionaal repressief dekkingsplan (herijking 2005); Het Raamplan Crisismanagement Groningen i.c. het gemeentelijk rampenplan; Brancherichtlijnen (diverse)

11 Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Volledige regionalisering brandweer en rampenbestrijding Op 1 januari 2014 zal de gemeentelijke brandweer Winsum, inclusief haar dagdienst en vrijwillig personeel, volledig worden geregionaliseerd en zal deze, samen met de multidisciplinaire taken op het gebied van Crisisbeheersing, geheel opgaan in een nieuwe organisatie, de Veiligheidsregio Groningen. Voor de Veiligheidsregio verandert er door de regionalisering zodanig veel dat een eigen bestuur en bedrijfsvoering gerechtvaardigd is. Hiervoor zal de huidige gemeenschappelijke regeling Hulpverlening en Openbare Gezondheidszorg (GR H&OG), mede gezien de noodzakelijke ontvlechting uit de gemeentelijke organisatie van de gemeente Groningen, worden ontbonden en twee nieuwe gemeenschappelijke regelingen worden vastgesteld, te weten een GR Veiligheidsregio en een GR Publieke Gezondheid en Zorg Groningen. De gemeenteraad zal worden gevraagd haar eventuele zienswijze kenbaar te maken over de nieuwe gemeenschappelijke regelingen. Daarnaast zal ook de rampenbestrijding in de gemeente Winsum op 1 januari 2014 worden geregionaliseerd en een positie gaan innemen binnen de Veiligheidsregio Groningen. Afspraken borgen voor de bedrijfsvoering Voor de begroting van de gemeente Winsum betekent de regionalisering van de brandweer, dat zij jaarlijks een financiële bijdrage aan de Veiligheidsregio levert. Deze bijdrage is reeds opgenomen in de huidige begroting, is gebaseerd op de kosten voor de te leveren brandweerzorg en crisisbeheersing en is exclusief de kosten van de huisvesting van de huidige twee brandweerkazernes in Baflo en Winsum. In het najaar 2013 wordt besloten of de huisvesting van de brandweer wordt overgedragen aan de Veiligheidsregio Groningen. Uitgangspunt daarbij zal een voor de gemeente Winsum budgettair neutrale overdracht zijn. Voor de begroting van de gemeente Winsum betekent de regionalisering van de rampenbestrijding dat zij jaarlijks een bijdrage aan de regionale rampenbestrijdingsorganisatie levert. Ook deze bijdrage is reeds opgenomen in de huidige begroting. Gestalte geven aan de gewijzigde rol van de gemeenteraad Op grond van het gestelde in de Wet Veiligheidsregio s is de rol van de gemeenteraad ten aanzien van brandweerzorg en multidisciplinaire crisisbeheersing veranderd. - Minimaal eens in de vier jaar wordt de raad geconsulteerd door het Veiligheidsbestuur over het Regionaal Risicoprofiel en het Beleidsplan Veiligheidsregio Groningen. In 2012 is het Regionaal Risicoprofiel vastgesteld en naar verwachting zal in 2014 het Beleidsplan Veiligheidsregio Groningen worden vastgesteld; - de raad maakt jaarlijks haar gevoelens kenbaar over de begroting en de jaarrekening van de gemeenschappelijke regelingen op het gebied van Veiligheid en Gezondheid; - Het thema brandweerzorg en crisisbeheersing komt jaarlijks aan de orde in de gemeenteraad. Gestalte geven aan de gewijzigde rol van het College van B&W Naast de veranderde rol van de raad is de rol van het college van B&W ook veranderd: Het college is verantwoordelijk voor het treffen van een gemeenschappelijke regeling en openbaar lichaam met aanduiding Veiligheidsregio; Het college is belast met de organisatie van de brandweerzorg en crisisbeheersing en heeft deze taak overgedragen aan de Veiligheidsregio; De burgemeester blijft aan het stuur. Als lid van het Algemeen bestuur van de Veiligheidsregio stuurt hij op de strategische hoofdlijnen, blijft hij verantwoordelijk voor de crisisbeheersing en brandweerzorg in de gemeente, overlegt hij periodiek met de clustercommandant over brandweerzorg en crisisbeheersing in de gemeente, blijft hij lokaal verbonden met de blus- en hulpverleningsgroepen (korpsavond brandweer, jubilea en bestuurlijk gezicht bij inzetten van de brandweer), heeft hij het gezag bij branden en ongevallen tijdens incidenten binnen de gemeentegrenzen, heeft hij het opperbevel bij crisis en dreigende rampen en is hij vanuit die rol het gezicht van het bestuur en communiceert hij met de media

12 Vervullen ambassadeursrol door brandweerpersoneel De brandweermedewerkers zelf, het dagdienstpersoneel en de vrijwilligers c.q. parttime professionals, zijn de ambassadeurs van de brandweer. Zij staan midden in de samenleving en zijn een belangrijke speler in het veld. Oog voor de belastbaarheid van de brandweermensen en zorg voor vakbekwame medewerkers staan daarbij hoog in het vaandel. Er zal daarom nadrukkelijk worden geïnvesteerd in een goede relatie tussen het bestuur, burgers en ondernemers, waarbij de clustercommandant het aanspreekpunt zal zijn, als gezicht van de organisatie richting gemeenteraad en gemeenschap in de meest brede zin. De cluster waar Winsum deel van uit maakt omvat ook de gemeenten De Marne, Bedum en Ten Boer. Gesignaleerde knelpunten 1. De regionalisering van de brandweer en de rampenbestrijding is nagenoeg een feit. De in 2012 geformuleerde visie is vertaald naar contouren, hetgeen vervolgens heeft geresulteerd in een organisatieplan. Op 1 januari 2014 zullen alle brandweermedewerkers op grond van het vastgesteld formatieplan een aanstelling krijgen bij de Veiligheidsregio Groningen. In 2014 zal het beleidsplan Veiligheidsregio Groningen worden vastgesteld en zullen tussen gemeenten en Veiligheidsregio onder andere nadere afspraken gemaakt moeten worden over de huur/verhuur van brandweerkazernes die niet overgedragen zijn aan de Veiligheidsregio. Maatschappelijke effecten In de jaarlijkse rapportages van de Veiligheidsregio met betrekking tot de begroting en de jaarrekening zullen de prestaties van de Veiligheidsregio en de maatschappelijke effecten daarvan worden verantwoord. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Actieve rol van de gemeenteraad ten aanzien van de brandweerzorg en crisisbeheersing. Jaarlijks komt het onderwerp brandweerzorg en crisisbeheersing aan de orde in de gemeenteraad

13 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Loonbetalingen en sociale premies Personeel van derden Energie Overige aankopen/uitbesteding duurzame goederen Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdrachten aan overheid (niet Rijk) Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Vergoeding voor personeel Huren Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten

14 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Met ingang van 1 januari 2014 gaat de gemeentelijke brandweer op in een nieuwe organisatie, de Veiligheidsregio (VR) Groningen. De gemeentelijke bijdrage van Winsum aan de VR bedraagt voor de brandweerzorg. Dit bedrag is inclusief personeelskosten, materieel etc. maar exclusief de huisvestingskosten van de twee huidige kazernes. Naast een bijdrage voor de brandweer betalen we, evenals voorgaande jaren, een bedrag voor de rampenbestrijding aan de gemeenschappelijke regeling. Alle afwijkingen in deze tabel zijn het gevolg van de overgang van de brandweer naar de VR. Hierdoor vervallen de eigen ramingen (excl. huisvesting en de uitgaven m.b.t. de rampenbestrijding) en zijn deze vervangen door één bijdrage aan de VR. De interne verrekeningen van kostenplaatsen betreft alleen de doorbelasting van uren met betrekking tot de rampenbestrijding. Afwijking in V=vrdl N=nadl Loonbetalingen en sociale premies V Personeel van derden V Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Inkomensoverdr.aan overheid (niet-rijk) N Kapitaallasten V Overige verrekeningen van kostenplaatsen V Vergoeding voor personeel N Overige kleine afwijkingen N Totaal V

15 - 14 -

16 DEELPROGRAMMA 1.2 OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID Omschrijving van het deelprogramma De voorkoming van strafbare feiten die invloed hebben op de orde en rust in de gemeentelijke samenleving. De preventieve zorg voor de handhaving van de openbare orde (OO) ligt primair bij de gemeente, terwijl het repressief optreden met name door de politie zal gebeuren. Daarnaast kunnen ook Bijzondere Opsporings Ambtenaren (BOA s) worden ingezet. Wettelijk is de gemeente verantwoordelijk voor onder meer: de openbare orde (Gemeentewet); de gezagvoering over de politie voor wat betreft handhaving van de OO (Politiewet); regelmatige afstemming over politiezaken met het Openbaar Ministerie (Politiewet) in het zogeheten driehoeksoverleg. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Openbare orde en veiligheid Beleidskader Collegeprogramma Veiligheid is een onderwerp dat ons allen raakt. Wij, burgers en gemeente, zijn daar zelf verantwoordelijk voor. Het begint bij het besef dat burgers zelf kunnen bijdragen aan onze veiligheid. In ons beleid willen we dat benadrukken. In onze gemeente wordt regelmatig te hard gereden. In de voorlichting en communicatie met onze bewoners zullen we daar aandacht aan besteden. Wij zullen een beroep doen op de weggebruikers om zich aan de snelheidsmaatregelen te houden. Waar nodig zal in overleg met de politie controle en handhaving plaatsvinden. Het gevoel van onveiligheid in Winsum is laag in vergelijking met soortgelijke gemeenten. In het proces om overlast te voorkomen zoeken wij de dialoog met onze jongeren en hun ouders. In de aanpak zoeken wij de samenwerking met betrokken partijen (bijv. Pro-Rail). Een belangrijke rol is daarbij weggelegd voor het jeugd- en jongerenwerk. Het accent ligt daarbij op preventie. Verder onderzoeken wij de mogelijkheid om meer gebruik te maken van buitengewone opsporingsambtenaren (BOA s). Bestaande beleidskaders Convenant Station Schoon Heel en Veilig; Beleidsregels evenementen; Gebiedsscan van de politie; Horecaconvenant kern Winsum 2012; Nota Bestuurlijke Strafbeschikking en Boa s 2012; Nota Integraal Veiligheidsbeleid ; Regionaal Beleidsplan Veiligheid Noord-Nederland. Ontwikkelingen Gesignaleerde ontwikkelingen Het Regionaal Beleidsplan Veiligheid Noord-Nederland geeft de gezamenlijke prioriteiten voor de aanpak van onveiligheid van de 62 gemeenten in de regio Noord-Nederland, de politie en het Openbaar Ministerie weer. De Raad heeft op 23 april 2013 kennis kunnen nemen van de beoogde sterkteverdeling Politie eenheid Noord-Nederland en zijn reactie kunnen geven op de sterkteverdeling over de robuuste basisteams

17 Per 1 augustus 2013 beschikt gemeente Winsum over een BOA. Aandachtspunten voor de BOA zijn de stations, parkeren bij VIBOA en in Garnwerd en Diftar. Het Uitvoeringsplan Integrale Veiligheid 2014 gemeente Winsum geeft uitvoering aan de in het Integrale Veiligheidsbeleid gemeente Winsum gestelde ambities en doelen. Het uitvoeringsplan beschrijft per prioriteit of thema de uit te voeren activiteiten met daaraan gekoppeld de voor de uitvoering verantwoordelijke partner. Eind 2013 zijn de convenanten voor de horeca en het station geëvalueerd. De uitkomsten worden meegenomen in het Uitvoeringsplan Integrale Veiligheid De nieuwe drank- en horecawet is op 1 januari 2013 in werking getreden. De uitvoering en handhaving hiervan ligt bij de gemeente. De gemeente moet voor 1 januari 2014 een verordening para commerciële instellingen vastgesteld hebben. Voor een gezamenlijke ontwikkeling van de verordening en de inzet is een regionale werkgroep ingesteld. Gesignaleerde knelpunten Voor 2014 zijn geen knelpunten gesignaleerd. Maatschappelijke effecten Uit het benchmarkonderzoek Waar staat je gemeente? van 2012 blijkt dat de inwoners van gemeente Winsum de veiligheid in de buurt beoordelen met een 7,1. Het streven is om in 2014 het veiligheidsgevoel van inwoners met 5% te verhogen naar een beoordeling van een 7,5. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Het gevoel van veiligheid vergroten en overlast verminderen. Opstellen van een uitvoeringsplan Integrale Veiligheid Dialoog zoeken met jongeren en hun ouders. Overleg met jeugd- en jongerenwerk voor preventiemaatregelen. Aanscherpen toezicht op uitgaanspubliek. Inspelen op actualiteiten via: 1. Regulier overleg met de politie; 2. Periodiek driehoeksoverleg; 3. Inzet Boa. Speerpunten hierbij zijn vermindering vernielingen en mishandelingen/ vechtpartijen

18 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Personeel van derden Ov. aankopen/uitbesteding duurzame goederen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdrachten aan overheid (niet Rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Totaal baten 0 0 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering. Overige kleine afwijkingen V Totaal N

19 - 18 -

20 DEELPROGRAMMA 1.3 VOLKSHUISVESTING Omschrijving van het deelprogramma Bij de volkshuisvesting gaat het om het realiseren van kwalitatief goede en kwantitatief voldoende woningen die aansluiten bij de behoefte en groei van de gemeente, in de koop- en de huursector. Bouw- en woningtoezicht en het welstandstoezicht bewaken de bouwkundige en esthetische kwaliteit van de te bouwen woningen. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Woningexploitatie/woningbouw Stads- en dorpsvernieuwing Overige volkshuisvesting Bouwvergunningen Beleidskader Collegeprogramma Op 1 januari van 2013 wordt de herziening van de Woningwet van kracht. De wet regelt onder meer het maken van zogenaamde prestatieafspraken tussen de gemeente en (in ons geval) Wierden & Borgen. Dat betekent afspraken over het inzetten van de woningvoorraad voor sociale huur én voor commerciële huur voor middeninkomens, verkoop van woningen en de inzet van de corporaties op leefbaarheid en maatschappelijk vastgoed. De gemeente dient daarvoor een Woonvisie vast te stellen. Bij het opstellen van de woonvisie wordt onder meer gebruik gemaakt van de resultaten van het onderzoek naar de woonwensen van de burgers. Dit onderzoek is gehouden in opdracht van de Regiovisie Groningen-Assen. Gezien de demografische ontwikkelingen (ontgroening en dubbele vergrijzing) zal het noodzakelijk zijn een meer gevarieerd aanbod in woningen te realiseren. In samenwerking met de Regio wordt bekeken welke nieuwe vormen van financiering ten gunste van het eigen huisbezit kunnen worden ontwikkeld. De huizenmarkt is van aanbodgestuurd gewijzigd in vraaggestuurd. Dat vraagt om meer ruimte voor het particuliere opdrachtgeverschap. Eventueel in collectief verband (CPO) Met name in Winsum-Oost bestaat daarvoor de ruimte. In samenspraak met het Innovatieteam van de Regio Groningen-Assen zullen de plannen ontwikkeld worden. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid vindt plaats op basis van de volgende nota s: Provinciaal Omgevingsplan (POP) en provinciale omgevingsverordening (POV); Regiovisie Groningen Assen 2030 notitie regionale woningbouwprogrammering; Structuurvisie Winsum; Woonvisie Winsum heeft het ; Overige dorpsvisies; Welstandsnota; Opgavenotitie Wonen van Companen ( ); Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Huishoudensprognoses van het CBS geven aan dat het aantal huishoudens landelijk nog met één miljoen gaat groeien tot ongeveer 8,5 miljoen rond De toename zit vooral in eenpersoonshuishoudens van voornamelijk ouderen. Wijziging ten opzichte van eerdere

21 prognoses zijn er bijna niet. De aantallen van de huidige prognose liggen alleen wat hoger omdat de verwachting voor migratie en de levensverwachting in de bevolkingsprognoses hoger liggen. Het aantal gereed gemelde koopwoningen in Winsum was in 2012 wederom erg laag. Hoewel er landelijk gezien (september 2013) sprake is van een lichte opleving in de verkoop van bestaande woningen, verwachten we dat de productie van koopwoningen in 2014 niet erg zal toenemen. Voor Winsum is het totaal aantal gereed gemelde (huur)woningen in 2013 wel hoog, omdat het project Obergum-Noord is afgerond. In navolging op de notitie regionale woningbouwprogrammering is de planning en ontwikkeling van ons woningbouwprogramma eind 2012 aangepast. Voor Winsum wordt uitgegaan van een 1000 woningen scenario (2008 nog 2900 woningen). Uitgaande van dit scenario betekent dit een gemiddeld aantal van 21 woningen per jaar. Eind 2013 wordt de woonvisie Winsum heeft het! ter vaststelling aan de raad aangeboden. De inhoud van deze visie leidt tot diverse hierna vermelde activiteiten en maatregelen en vormen de leidraad voor het volkshuisvestingbeleid van de gemeente Winsum in de komende jaren. Gesignaleerde knelpunten Gezien de voortdurende recessie op de woningmarkt is de verwachting dat het aantal nieuw te bouwen koopwoningen gering zal blijven. Door onder meer de lage productie van woningen, maar ook de beperkende maatregelen in de hypotheekverstrekking, is de doorstroming op de woningmarkt gering. In de door ons opgestelde woonvisie Winsum heeft het worden voorstellen gedaan voor een starterslening en een zogenaamd aanjaagpakket om de doorstroming weer op gang te krijgen. Door de in regio Groningen-Assen afgesproken woningbouwprogrammering moeten nieuwe dan wel uit te werken plannen worden afgestemd met de regio. Ook zal, zolang er geen marktherstel is, heel terughoudend worden omgegaan met nieuwe bouwcapaciteit. De financiële mogelijkheden van corporaties is door diverse overheidsmaatregelen beperkt. Prestatie indicatoren Regionale afspraken 1. Regiogemeenten stemmen woningbouwprogrammering kwantitatief en kwalitatief regionaal af. 2. Zolang er geen marktherstel is, worden geen stappen ondernomen om de regionale bouwcapaciteit te vergroten (Alleen via de SER-ladder systematiek). 3. Innovatieteam wordt ingesteld. Doel: realiseren van vernieuwde woonconcepten 4. Bestaande middelen uit het Regiofonds worden gebruikt voor het optimaliseren van locaties. 5. Mogelijkheden onderzoeken naar fondsen ter stimulering van de woningmarkt. 6. Gemeenten zetten zich in om zoveel mogelijk concrete afspraken te maken met corporaties over de lokale woningbouwproductie. Verwachting 2014 voor Winsum 1. Winsum heeft afgestemd woningbouwprogramma met gemiddeld 21 nieuwe woningen per jaar. 2. Er worden in principe geen nieuwe plannen aan het woningbouwprogramma toegevoegd, tenzij er plannen komen te vervallen. 3. Bobenco is als project in 2013 beoordeeld door het innovatieteam. In 2014 zal het project een vervolg krijgen. 4. Locatie Bobenco is in 2013 aangedragen. Tot op heden nog geen uitsluitsel gehad over tegemoetkoming gehad. 5. Winsum gaat gebruik maken van een in de regio Groningen-Assen opgestelde regeling ten behoeve van collectief particulier opdrachtgeverschap. 6. Met Wierden en Borgen worden prestatie afspraken gemaakt op basis van de Woonvisie

22 7. Op regionaal niveau wordt overleg met marktpartijen opgezet om tot een optimale afstemming van de woningmarkt te komen. 7. Er worden structureel met diverse marktpartijen gesprekken gevoerd. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Realiseren van de woningbouwtaakstelling. Begeleiden van planvorming voor bestaande inbreidingslocaties en waar mogelijk voor nieuwe locaties. Herstructurering. Proactieve opstelling bij herstructureringsplannen van derden. Afronden van de realisatie van projecten Wilhelminalaan in Baflo en Schoolstraat in Ezinge. De samenwerking met Wierden & Borgen voortzetten door het maken van prestatieafspraken op basis van de woonvisie Winsum heeft het!.* Waarborgen van de kwaliteit van de gebouwde omgeving. Toepassen van monumenten- en welstandsbeleid. Aan bestemmingsplannen een beeldkwaliteitsplan koppelen. Waar nodig de expertise van de erfgoedcommissie inschakelen. Randvoorwaarden ontwikkelen waarbinnen ontwikkelingen binnen de zone Centrum- Winsum Oost plaats kunnen vinden.* Op nieuwbouwlocaties in Baflo en Sauwerd voor acceptabel groenbeheer bij onbebouwde kavels zorgen.* Adequate afstemming bereiken tussen vraag en aanbod op de woningmarkt en doorstroming bevorderen. De bouw van nultrede woningen dan wel levensloopbestendige woningen waar mogelijk stimuleren, via o.a. Woonkeur.* Het daar waar mogelijk inzetten van het instrument Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO)* Regionaal aankaarten dat extramuralisering leidt tot aanvullende vraag naar zelfstandige woningen.* Voorstel voor een starterslening verder uitwerken en uitvoeren.* Instellen van een woningmarktmonitor om de marktontwikkelingen te volgen en af te stemmen met stakeholders.* Door middel van een zogenaamd aanjaagpakket de doorstroming bevorderen.* *) Deze maatregelen zijn genoemd in de woonvisie Winsum heeft het! die eind 2013 ter vaststelling aan de raad wordt aangeboden

23 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Aankopen niet duurzame goederen & diensten Sociale verstrekkingen in natura Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Werkelijk ontvangen rente en winstuitk Ov. opbrengsten goederen en diensten Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Kapitaallasten V In 2014 bestaan de kapitaallasten uitsluitend nog uit rente van doorverstrekte woningbouwleningen. Alle overige activa zijn volledig afgeschreven. Door aflossingen wordt de omvang hiervan wel steeds lager Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie hiervoor de paragraaf Bedrijfsvoering Werkelijk Ontvangen rente en winstuitkering N Ook de terugontvangst van de rente de woningbouwcorporaties loopt langzaam terug. Overige kleine afwijkingen N Totaal N

24 DEELPROGRAMMA 1.4 VERKEER EN VERVOER Omschrijving van het deelprogramma Verkeer en vervoer is in onze gemeente gericht op zowel het aanleggen, beheren en onderhouden van de fysieke leefomgeving op verkeersgebied als ook het in stand houden en waar mogelijk creëren van een goed functionerend en samenhangend verkeers- en vervoerssysteem in en rond Winsum. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Wegen, straten en pleinen Verkeersmaatregelen te land Binnenhavens en waterwegen Beleidskader Collegeprogramma Goede verbindingen met en tussen onze dorpen zijn essentieel. Wij willen het milieu daarbij zo min mogelijk belasten en zetten in op een goed openbaar vervoer (bus, trein en tram) en goede fietspaden. Wij ondersteunen daarom de uitgangspunten van de Regiovisie Groningen-Assen waarin Winsum als OV-Knooppunt is gepositioneerd. De z.g. regiotram zal bijdragen aan een uitstekende verbinding met de stad Groningen. Daarbij pleiten wij ook voor een halte in Adorp. Wij zullen dit op de agenda van de Regiovisie Groningen Assen plaatsen Bij het opwaarderen van het station Winsum tot het OV-Knooppunt past een snellere verbinding voor de bussen richting het Noorden. Onderzocht wordt of een verbinding tussen de Trekweg naar Onderdendam en de Onderdendamsterweg daarvoor kan dienen. Het onderhoud en de verzorging van het stationsgebied Winsum en de bereikbaarheid van de perrons moet worden verbeterd, met vooral aandacht voor ouderen en gehandicapten. Bij de reconstructie van wegen zal de toegankelijkheid voor voetgangers in de dorpskom van Winsum worden verbeterd. Burgers kunnen meepraten over inrichting van het Boogplein. Het realiseren van een snelle fietsverbinding (fietspad +) tussen Winsum en Groningen door de provincie. In de loop van 2012 zal meer duidelijkheid komen over de haalbaarheid van een Noordelijk/Oostelijk tracé voor de N361. Er wordt een Gemeentelijk Verkeer- en Vervoersplan opgesteld in verband met de ontwikkelingen rond parkeren, auto-, fiets- en het Openbaar Vervoer en de toegankelijkheid van de verschillende kernen. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Wegenbeheerplan ; Gladheidbestrijding, winterdienst 2011/2012; Kwaliteitsvisie groen Winsum 2010; Plan van aanpak Duurzaam Veilig gemeente Winsum (1998); Duurzaam Veilig Winsum, artikel 15 plan 30 km/h gebieden (1999); Evaluatie Duurzaam Veilig Winsum (2006); Uitvoeringsdocument wegencategorisering (2011); GVVP (Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan) na vaststelling begin

25 Ontwikkelingen Gesignaleerde ontwikkelingen Het wegenbeheerplan is voor de periode vastgesteld. Op basis van dit plan is het beleid met betrekking tot het onderhoud van de wegen vastgesteld. Dit beleid houdt in dat voor de planperiode alle wegcategorieën minimaal worden onderhouden op het C- niveau volgens de CROW-systematiek. Onlosmakelijk verbonden met het wegenbeheerplan is het uitvoeringsdocument wegencategorisering. Dit document is in 2011 vastgesteld. In dit document zijn per wegcategorie vastgelegd, het snelheidsregiem en de inrichting van de weg. Behoudens het Aduarderdiep is buitende bebouwde kom een snelheidsregiem van 60 km/uur ingevoerd en is de weg als zodanig ingericht. Landbouwverkeer en aan agrarische activiteiten gerelateerd verkeer wordt als gevolg van bedrijfsintensiveringen en uitbreiding van activiteiten steeds groter, zwaarder en intensiever. Veelal zijn de gebruikte wegen te smal waardoor de verkeersveiligheid in het geding komt. Daarnaast wordt de constructie steeds zwaarder belast. Tijdens de uitvoering van het wegenonderhoud wordt daar waar wenselijk de berm met graskeien verstevigd of passeerstroken aangelegd en de wegconstructie versterkt door de toepassing van wapening. De gemeente beschikt over eigen apparatuur voor snelheidsmetingen, verkeerstellingen en snelheidsaanduiding. De apparatuur wordt op basis van prioriteitstelling ingezet. Een ontwikkeling op het gebied van het openbaar vervoer is dat de reizigers steeds sneller van informatie worden voorzien. Zo zijn op de stations in de gemeente reizigersinformatiepanelen voor de treinen geplaatst. Bij de herinrichting van het stationsplein in Winsum wordt voor de bussen een zogenaamde DRIS (Digitaal Reizigers Informatie Systeem) geplaatst. In het kader van de Regiovisie Groningen-Assen wordt Winsum als een belangrijk transferium voor de regio gezien. De trein is sneller dan de auto in de stad. Om de bereikbaarheid van het station te verbeteren worden plannen uitgewerkt om een verbindingsweg met brug aan te leggen tussen de Onderdendamsterweg en de Trekweg. Het nog vast te stellen GVVP (Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan) vormt de basis voor het toekomstig uit te voeren verkeers- en (openbaar)vervoersbeleid. Speerpunten daarbij zijn bereikbaarheid, verkeersveiligheid, toegankelijkheid, leefbaarheid en duurzaamheid. Het GVVP voorziet in een top 10 prioriteitenlijst, waar de komende jaren op zal worden ingezet. Daarnaast kunnen verkeers- en (openbaar)vervoersaspecten uit het GVVP vragen om beleid aan te passen dan wel nieuw beleid te formuleren. Gesignaleerde knelpunten Het toegenomen autobezit en gebruik per huishouden legt een steeds zwaardere claim op de beschikbare (parkeer)ruimte in met name de oude dorpskernen. Diverse projecten zijn in ontwikkeling (Boogplein, Winkelcentrum Obergon, bereikbaarheid station Winsum, en Winsum West). Dit vraagt om een goede verkeerstechnische afstemming. Het GVVP vormt de basis voor deze afstemming. Omdat een goed duidelijk overzicht ontbreekt van de verkeersborden die langs de gemeentelijke wegen staan is het onduidelijk wat de omvang van het aantal borden is en welke borden eventueel overbodig zijn. De huidige lift bij het station in Winsum is storingsgevoelig en is voor wat betreft uitstraling en gebruik niet aantrekkelijk. In het kader van de algehele upgrading van het stationsgebied zal Prorail gestimuleerd worden om in het kader van landelijk ingezet beleid, een nieuwe lift te plaatsen

26 Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 De gemeente Winsum wil een schakel- en forensengemeente te zijn. Daarom moet de mobiliteit van de inwoners vergroot worden. De gemeente dient een veilig en goed toegankelijke gemeente per fiets, per auto en per openbaar vervoer zijn. Aantal schadegevallen als gevolg van slecht/matig onderhoud goed hoog <5 <5 4 Aantal meldingen bij het telefonisch meldpunt met betrekking tot: - verkeersaspecten - wegen - openbare verlichting - waterwegen - straatmeubilair - gladheidsbestrijding goed goed goed goed goed goed hoog hoog matig matig hoog matig Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Verbetering toegankelijkheid van het perron station Winsum. Prorail stimuleren om de huidige lift te vervangen. Reconstructie van de Onderdendamsterweg t.b.v. de verkeersveiligheid. Uitvoering fase 2 en 3 (Hoofdstraat Obergum tot N361, en omgeving winkelcentrum Obergon). Verbeteren van de verkeersveiligheid bij scholen. Is onderdeel van het GVVP. Zorgdragen voor een dusdanig beheer van het wegenareaal dat de veiligheid blijft gewaarborgd. Onderhoudsmaatregelen worden afgestemd op het onderhoudsniveau C volgens de CROW-systematiek. Inrichting van de wegen alsmede het instellen van het bijbehorende snelheidsregiem volgens het uitvoerend document wegencategorisering. Inrichten van de wegen tijdens het regulier onderhoud. Instellen snelheidsregiem volgens uitvoerend document wegencategorisering. Het terugdringen van schade aan bermen en wegen buiten de bebouwde kom. Het aanbrengen van passeerstroken of bermverharding in de vorm van graskeien en verbetering verhardingsconstructie. De inrichting van De Meeden wordt afgestemd op het gebruik. Is afhankelijk van toekomstige ontwikkelingen in relatie tot het GVVP en Brede School. Het verbeteren van het inzicht in de verkeersbordenstructuur. Inventariseren van de verkeersborden. Daar waar mogelijk verkeersborden saneren, waarbij gestart wordt in de dorpskernen

27 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Loonbetalingen en sociale premies Energie Overige aankopen/uitbesteding duurzame goederen Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Pachten Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Overige aankopen/uitbesteding duurzame goederen V Het voordeel betreft een doorgeschoven bedrag van vanuit het jaar 2012 naar Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Het zogenaamde voordeel heeft vooral betrekking op een hoog doorgeschoven bedrag ( ) van de oeverbeschoeiing vanuit 2012 naar 2013, een incidenteel budget in 2013 voor het kentekenonderzoek en een paar kleine incidentele verhogingen in 2013 op basis van de bestuursrapportage. Kapitaallasten V

28 Het voordeel is ontstaan na de versnelde afschrijving in 2012 en Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf bedrijfsvoering Overige kleine afwijkingen N Totaal V

29 - 28 -

30 DEELPROGRAMMA 1.5 MILIEU Omschrijving van het deelprogramma Een kwalitatief goede woon- en leefomgeving wordt mede bepaald door een duurzame inrichting van de woon- en leefomgeving. Inwoners van de gemeente Winsum merken dat met name als het gaat om de preventie bij het ontstaan en de afvoer van afvalwater en het huishoudelijk afval. Bedrijven hebben met name te maken met milieuvergunningen en meldingen en de controle en handhaving daarvan. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Afvalverwijdering en verwerking Riolering (gecombineerd) Milieubeheer Baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing Baten rioolheffing (gecombineerd) Beleidskader Collegeprogramma In het milieubeleid staat duurzaamheid voorop. Daarnaast wordt gekeken naar optimalisatie van processen en efficiëntievoordelen. In het afvalbeleid komt de vermindering van de milieubelasting centraal te staan, waarbij burgers er financieel niet op achteruit mogen gaan. Doelen zijn minder afval, beter gescheiden en efficiënter ingezameld. De burger zal hiertoe gefaciliteerd en gestimuleerd worden, o.a. via een gedifferentieerd tarief op basis van gewicht/frequentie. De financiële voordelen komen bij de burger terecht via de afvalstoffenheffing. Het streven is om Winsum één van de duurzaamste gemeenten van de provincie te laten zijn. We willen burgers en organisaties ondersteunen bij hun streven, bijvoorbeeld door het inrichten van een Milieu Informatiepunt, c.q. faciliteren bij het realiseren van milieuvriendelijke maatregelen. Het platform Samen Duurzaam wordt door de gemeente ondersteund. De duurzaam-bouwen fondsen voor de drie wijken (De Brake, Oosterhuisen, Groenlanden) worden opnieuw opengesteld voor de bewoners van deze wijken. Bewoners zullen actief ondersteund worden bij het ontwikkelen en realiseren van energiebesparende c.q. opwekkende maatregelen. De gemeente onderzoekt mogelijkheden om voor enkele gemeentelijke gebouwen energie op te wekken d.m.v. zonnepanelen. Voor te vervangen auto s van de buitendienst wordt gezocht naar milieuvriendelijke mogelijkheden. De huidige modellen elektrische auto s komen onvoldoende tegemoet aan onze specificaties. Er wordt nu gekoerst op groen-gas, c.q. aardgas. Met andere partners wordt gestreefd naar het realiseren van een commercieel aard/groen-gasvulpunt. In 2012 worden twee oplaadpunten voor elektrische auto s gerealiseerd. In BMW-verband wordt gewerkt aan een gezamenlijke inkoopagenda, met aandacht voor duurzaamheid en social return. Winsum streeft naar de Fair Trade status, waarbij het proces in zekere zin belangrijker is dan het eindresultaat. Gezocht wordt naar participatie van burgers, bedrijfsleven en andere organisaties bij dit streven

31 Bij vervanging of nieuwe aanleg van de openbare verlichting wordt op energiebesparende verlichting overgaan. Het VGRP wordt geactualiseerd. De huidige versie gaat uit van een forse tariefstijging, gebaseerd op de theoretische levensduur van de investeringen, en met een investeringshorizon van 60 jaar. De switch wordt gemaakt van theoretische naar feitelijke levensduur, waarbij tevens de lengte van de investeringshorizon teruggebracht zou kunnen worden. Het college streeft ernaar dat de voorziene tariefstijging grotendeels achterwege kan blijven. Bestaande beleidskaders Riolering en waterbeheer - Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (VGRP) 2010 tot en met 2014; - Visie waterplan 2006 en plan van aanpak 2007; - Stedelijke Wateropgave 2013; - Grondwaterbeheerplan Beleidsplan Openbare Verlichting Afvalverwijdering en verwerking - Landelijk Afvalbeheerplan II (LAP II); - Afvalstoffenverordening van de gemeente Winsum. Milieubeheer - Handhavingsuitvoeringsprogramma (jaarlijks); - Beleidskaders integrale handhaving (2003); - Handhavingsbeleid omgevingsrecht ; - Bodemfunctiekaart (geldig tot 2016); - Bodembeleidsplan (geldig tot en met 2013); - Plan van aanpak Klimaatbeleid (2004). Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Riolering en waterbeheer Klimaatveranderingen, zeespiegelstijging, bodemdaling en verstedelijking hebben een nieuwe aanpak in het waterbeleid noodzakelijk gemaakt. Omdat water zich weinig aantrekt van grenzen zijn en worden op Europees, landelijk en regionaal niveau hierover afspraken gemaakt om de waterhuishouding kwantitatief en kwalitatief te verbeteren en toekomstbestendig te maken. Dit heeft voor de waterkwaliteit al geresulteerd in de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) en de nota Waterbeleid 21 e eeuw (WB21) waar het gaat om waterkwantiteit. Om de hierin geformuleerde doelstellingen in een noodzakelijke gemeenschappelijke aanpak vorm te geven is op nationaal niveau het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) gesloten. Op regionaal en stroomgebied niveau heeft dit geleid tot het Regionaal Bestuursakkoord Water (RBW) voor Groningen en Noorden Oost-Drenthe dat ook door de gemeente Winsum is ondertekend. In dit RBW is vastgelegd met welke acties, maatregelen, taken en verantwoordelijkheden in 2015 een betaalbaar en robuust waterbeheer voor de toekomst bereikt wordt. Voor de gemeente betekent dit o.a. dat geïnvesteerd moet worden in extra af te koppelen verhard oppervlak, optimalisatie van het rioolstelsel, uitvoering van het waterplan, bepaling van de stedelijke wateropgave en het verlenen van planologische medewerking aan watermaatregelen. Op 1 juli 2011 is het waterketenakkoord voor Groningen en Noord-Drenthe getekend. Dit is een akkoord tussen 30 gemeenten (waaronder Winsum), de twee waterschappen en twee waterbedrijven met als doel het centraal stellen van de burger in één waterketen. Op basis van het gehouden regionale feitenonderzoek en het onderzoek doelmatig investeren is aangetoond dat

32 er een forse reductie op de kostenstijging mogelijk is, en dat de kwetsbaarheid van individuele organisaties kan worden verminderd en de kwaliteit van dienstverlening kan worden verbeterd De resultaten van het onderzoek zijn de aanleiding om een uitvoeringsprogramma op te stellen. Met het uitvoeringsprogramma wordt ingezet op het concretiseren van de samenwerking tussen gemeenten, waterschappen en waterbedrijven. De Wet Verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken is op 1 januari 2008 in werking getreden. Deze wet regelt onder meer de nieuwe rioolheffing, de zorgplicht voor afvloeiend hemelwater, de zorgplicht voor het grondwater en de voorkeursvolgorde voor het omgaan met afvalwater bij de milieuvergunningverlening. Op 22 december 2009 is de Waterwet in werking getreden. Een achttal wetten is daarin samengevoegd tot één wet. De Waterwet regelt het beheer van oppervlaktewater en grondwater, en verbetert ook de samenhang tussen waterbeleid en ruimtelijke ordening. Daarnaast levert de Waterwet een flinke bijdrage aan kabinetsdoelstellingen zoals vermindering van regels, vergunningstelsels en administratieve lasten. Voor de gemeente betekent dit dat alle indirecte lozingen onder gemeentelijk gezag komen te vallen. Daarnaast vervult de gemeente de één-loketfunctie voor het aanvragen van een watervergunning. Voor het overige is er niet veel veranderd, en blijven de waterschappen bevoegd gezag. In 2013 is er een nieuwe benchmark riolering opgestart door de stichting Rioned en alle Nederlandse Gemeenten. In 2014 zullen de resultaten hiervan gepubliceerd worden. In 2013 is duidelijk geworden wat de feitelijke kwaliteit van de riolering is. Dit betekent ook dat er meer gezegd kan worden over de te verwachten levensduur van de riolering. Met behulp van deze gegevens is het Afvalwaterbeleidsplan BMWE/NZV opgesteld, wat in de plaats zal komen van het huidige VGRP. Als vervolg hierop zal er een meerjarig maatregelplan op gesteld worden voor het rioolbeheer. Na afronding van de stedelijke wateropgave wordt in 2014 een vervolg gemaakt met een nieuw BRP en een baggerplan. Afvalinzameling en verwerking Afval wordt steeds meer gezien als grondstof. Diverse deelstromen zijn geld waard, in plaats van dat er betaald moet worden voor de afvoer ervan. Voorbeelden daarvan zijn glas en papier. De gemeente probeert deze deelstromen zoveel mogelijk gescheiden in te zamelen, en haar burgers te stimuleren deze stromen gescheiden aan te leveren. In juli 2012 is door de raad de Afvalnota Winsum- Minder Afval- Beter Gescheiden- Efficiënter Ingezameld vastgesteld. Eén van de maatregelen die in deze nota genoemd worden is de invoering van diftar in Het doel is een afvalscheidingspercentage te halen van minimaal 60%. Daarbij gaan de totale inzamel- en verwerkingskosten omlaag. Voortdurend wordt bekeken hoe deelstromen beter gescheiden kunnen worden aangeboden. Op basis van de evaluatie van diftar in het najaar van 2013 worden in 2014 mogelijk aanpassingen doorgevoerd. Sinds 1 januari 2010 worden de activiteiten van het Vuilverwerkingsbedrijf Noord-Groningen uitgevoerd door Afvalbeheer Noord Groningen BV. Hierin neemt het Vuilverwerkingsbedrijf deel samen met Omrin. Daardoor is het mogelijk sneller en flexibeler te reageren op marktontwikkelingen. De eindafwerking van de stortplaats in Usquert moet in 2017 zijn afgerond. Waarschijnlijk zal dat betekenen dat er dan in de loop van 2014 met afzetcontainers gewerkt gaat worden. Vooruitlopend hierop wordt de hele afvalinzamelstructuur onder de loep genomen. Er wordt onder andere onderzocht of het mogelijk is gezamenlijk in te zamelen via een soortgelijke constructie als de BV Afvalbeheer Noord Groningen. Het streven is om deze inzamel-bv begin 2014 op te richten. Door het Verpakkingenconvenant dat is afgesloten tussen de verpakkingsindustrie en de overheid komen steeds meer vergoedingen voor gescheiden stromen beschikbaar. In 2010 is daar de inzameling van kunststoffen bij gekomen. Inmiddels is hiervoor een nieuw akkoord afgesloten. Er

33 kunnen gevolgen zijn voor de inzameling van kunststoffen, ook zal er in 2014 duidelijkheid komen over de afschaffing van statiegeld. De resultaten van de pilot drankenkartons, waaraan door de gemeente in 2013 is deelgenomen, zullen bekend zijn en er zal worden bekeken hoe Winsum om zal gaan met deze deelstroom. Op de gemeentewerkplaats is het ook steeds beter mogelijk om gescheiden stromen aan te bieden. Frituurvet en wit- en bruingoed kunnen daar inmiddels naast KGA worden aangeboden. Milieuwetgeving Er is een tendens om steeds meer via meldingen af te doen. Door de komst van het Besluit Bodemkwaliteit kunnen grondtransporten via de computer gemeld worden. Steeds meer bedrijven vallen onder het Aciviteitenbesluit, sinds 2013 ook de landbouwbedrijven. De Wabo (wet algemene bepalingen omgevingsrecht) integreert een aantal vergunningstelsels, waardoor de gemeente het eerste aanspreekpunt voor burgers en bedrijven wordt. De dienstverlening zal hieraan worden aangepast. Per 1 juli 2013 is de Omgevingsdienst Groningen opgericht. Vanaf 1 november zijn taken op het gebied van milieu hieraan overgedragen. Duurzaamheid Burgers zijn steeds meer gemotiveerd om energiebesparende maatregelen te nemen door de stijgende energieprijzen en bewustwording van het broeikaseffect. In de loop van 2013 is een aanzet gegeven tot de ontwikkeling van klimaatbeleid. Op basis hiervan worden verschillende projecten uitgevoerd, en op een aantal vlakken heeft dit zijn weerslag op duurzaamheid in de uitvoering van projecten. Het gaat hier onder andere om: - Duurzaam Bouwen: het stimuleren van burgers om duurzame maatregelen te nemen, en het hernieuwd openstellen van de bestaande fondsen. De bestaande fondsen zijn in 2013 opnieuw opengesteld. Een in 2013 gestart project Winsum warm wonen om de bedrijven in de bouwkolom in Winsum te stimuleren om duurzame maatregelen aan te bieden aan de burgers zal in 2014 en 2015 verder uitgevoerd worden; - Zonnepanelen op de eigen gebouwen; - Duurzaam rijden voor de buitendienst, en de mogelijke ontwikkeling van een aardgasvulpunt; - Duurzaamheid als belangrijk onderdeel van Openbare Verlichting, de uitvoering hiervan zal in 2014 starten; - Winsum zal Fairtrade gemeente worden. Gesignaleerde knelpunten Riolering en waterbeheer Het Verbreed GRP 2010 t/m 2014 beschrijft de voorgenomen maatregelen en het beleid op het gebied van afvalwater, hemelwater en grondwater alsmede het beheer en onderhoud van de riolering. Veel maatregelen uit het VGRP zijn gebaseerd op de theoretische levensduur. Door nader onderzoek, inventarisatie en inspectie wordt gekanteld naar de werkelijkheid. Dit betekent dat onderhouds- en de vervangingsmaatregelen zullen verschuiven ten opzicht van het theoretische model. Het huidige VGRP zal daarom geactualiseerd moeten worden. Afvalinzameling en verwerking Het nieuwe verpakkingenconvenant zal gevolgen hebben voor de inzameling van kunststoffen en drankenkartons. In de loop van 2014 zal ingezameld worden met afzetcontainers. Gezamenlijke inzameling kan plaatsvinden via een Inzamel-BV, de concrete invulling hiervan moet in 2014 plaatsvinden. Milieuwetgeving De Omgevingsdienst Groningen (RUD) is in 2013 opgericht. Vanaf 1 november 2013 zijn taken aan deze dienst overgedragen

34 Duurzaamheid Het is nog onzeker welk beleid rijksoverheid en provincie op het gebied van klimaatbeleid zal gaan voeren, het aantal subsidies zal afnemen. Wel is sprake van een Koepeldeal, waarin gemeenten en provincie kunnen samenwerken. Duurzaamheidsbeleid in Winsum is ook afhankelijk van externe partijen, bijvoorbeeld de bereidwilligheid van woningcorporaties om te investeren in duurzame woningbouw. Het college ziet in duurzaamheid een kans om in deze tijd van bezuinigingen financiële voordelen op de langere termijn te behalen. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloed baarheid Streven 2014 Doelstel ling 2013 Realisatie 2012 Herstel en behoud van een gezond milieu, waarbij een duurzame ontwikkeling nagestreefd wordt. Burgers en bedrijven moeten hun verantwoordelijkheid nemen in de zorg voor het milieu. Ingezamelde hoeveelheden 1 Aantal kg/inw restafval goed hoog Aantal kg/inw gft-afval goed hoog Scheidingsresultaten (deze worden bepaald op basis van sorteerproeven Eigen doelstelling en zijn indicatief) gerelateerd aan landelijke doelstelling 2 Glas matig hoog 90% 90% 77% Textiel matig hoog 57% 57% 28% Oud papier en karton matig hoog 90% 90% 87% Kunststoffen goed hoog 30 kg/aansl 30 kg/aans l 26 kg/aansl Riolering Calamiteiten rioolstelsel goed hoog In de afvalnota is gerekend met 20% afname restafval, en 25% afname gft. Dit was een voorzichtige schatting en deze cijfers worden over de eerste helft van 2013 ruim gehaald. Daarom rekenen we hier met 30% afname restafval en 35% afname gft. 2 De percentages worden berekend aan de hand van sorteerproeven

35 Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Riolering, waterzuivering en waterbeheer Een betaalbaar en duurzaam water- en rioleringsbeheer. Opstellen BRP (Basis Rioleringsplan). Opstellen meerjarig maatregelenplan Uitvoering grondwaterbeheerplan BMWE. Opstellen baggerplan. Uitvoering geven aan het afvalwaterbeleidsplan. Hergebruik van regenwater en de mogelijkheden voor het scheiden van afvalwater. Afkoppelen schoon verhard oppervlak. Mogelijkheden onderzoeken binnen Duurzaam Bouwen (Winsum-Oost). Het voldoen aan de basisinspanning: In de 3 e nota op de waterhuishouding (NW3) is vastgelegd dat als onderdeel van een pakket maatregelen om de algemene waterkwaliteit te verbeteren de vuilemissie vanuit rioolstelsels naar het oppervlaktewater met 50% moet worden teruggedrongen. Ook de NW4 gaat hier op in. In 2014 zullen verdere detailaanpassingen aan verschillende stelsels worden uitgevoerd waarmee voldaan wordt aan de wettelijk vereiste basisinspanning en het waterkwaliteitsspoor. Dit betreft met name het afkoppelen van verharde oppervlakten van het rioolstelsel maar ook het verhogen van de waterkwaliteit door baggeren en het verbeteren van de doorspoeling van watergangen. Een rioleringsstelsel waarbij calamiteiten voorkomen worden en de onderhoudstoestand van de stelsels op een acceptabel niveau gehouden wordt. Uitvoering verbreed gemeentelijk rioleringsplan (VGRP). Verdere afkoppeling Obergum-Noord Vervanging riolering op basis van actueel maatregelenplan aan de hand van het afvalwaterbeleidsplan BMWE/WNZV. Het voldoen aan de algemene regels van de Waterwet waarmee de directe lozingen van huishoudelijk afvalwater op oppervlaktewater wordt gereguleerd. Afronding van het IBA-project in het niet kwetsbare gebied. Afvalverwijdering en verwerking Minder Afval- Beter Gescheiden- Efficiënter Ingezameld. Samen met de milieudienst de gewogen inzameling uit blijven voeren. In 2013 en 2014 wordt het tarief gemaximeerd. De mogelijkheden voor het aanbieden van gescheiden afvalstromen worden geoptimaliseerd, zodat burgers zelf goed in de hand hebben hoeveel restafval ze nog aanleveren. Er zal worden gecommuniceerd over de inzameling van diverse deelstromen, en de gevolgen van de invoering van diftar. Extra handhaving zal ook in 2014 worden ingezet, onder andere om afvaldumping te voorkomen

36 Wat willen we bereiken? Het voeren van een actief klimaatbeleid, gericht op het toepassen en opwekken van duurzame energie. Energiebesparing in openbare verlichting. Wat gaan we daarvoor doen? Tot 2012 heeft de gemeente een rijkssubsidie ontvangen voor de uitvoering van op het klimaat gerichte projecten. In 2013 is een aanzet gegeven voor de ontwikkeling van klimaatbeleid. In de loop van 2012 is een beleidsplan openbare verlichting vastgesteld, waarin aandacht voor duurzaamheid en energiezuinigheid. De uitvoering hiervan zal beginnen in Bewoners en bedrijven ondersteunen en adviseren bij subsidieaanvragen. Van 2013 tot en met 2015 wordt een project gericht op duurzame maatregelen in de bestaande bouw uitgevoerd. Ondersteuning van het platform Samen Duurzaam en andere relevante initiatieven. Dit platform wordt zowel financieel als ambtelijk ondersteund. In BMW-verband deelnemen aan het landelijke project Duurzaam Inkopen. Het concretiseren van de samenwerking op inkoopgebied binnen BMW-verband. Naast kostenvoordelen en logistieke voordelen is daarbij ook nadrukkelijk aandacht voor duurzaamheid. Er naar streven een gemeente met Fair- Trade status te worden. De benodigde maatregelen worden in kaart gebracht en gekeken wordt naar de uitvoerbaarheid op korte en langere termijn. Eind 2013 is hiervoor een werkgroep in het leven geroepen. Voor auto s die de gemeente aanschaft de milieuaspecten mee laten tellen. Waar mogelijk zullen de auto s van de gemeente verduurzaamd worden. De mogelijkheid van een commercieel aardgas vulpunt wordt onderzocht. Onderzoeken of het mogelijk is om oplaadpunten voor elektrische auto s en boten te realiseren. Er zijn 2 oplaadpunten voor elektrische auto s gerealiseerd

37 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Personeel van derden Energie Ov. aankopen/uitbesteding duurzame goederen Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Toegerekende rente Overige opbrengsten goederen en diensten Belasting op producenten Belasting op inkomen van gezinnen Inkomensoverdr. van overheid (niet-rijk) Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Deze afwijking wordt veroorzaakt door doorgeschoven bedragen vanuit 2012 naar 2013 (klimaatbeleid en riolering). Inkomensoverdrachten aan overheid (niet-rijk) V De raming van de bijdrage aan het Vuilverwerkingsbedrijf is op basis van de (aangepaste) begroting verlaagd

38 Kapitaallasten N Op het gebied van de riolering hebben er in 2013 bijna geen investeringen plaats gevonden. Er zijn bijna uitsluitend inspecties geweest. In de begroting 2014 zijn we er vanuit gegaan dat er in 2014 gestart wordt met het oplossen van de grootste knelpunten. Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf bedrijfsvoering Overige opbrengsten goederen en diensten N Doordat de kosten op het gebied van met name het afval zijn gedaald, hebben we ook de opbrengstraming verlaagd. Belasting op inkomen van gezinnen N De opbrengst rioolheffing is op ramingsbasis aangepast aan het werkelijke aantal aansluitingen. Het tarief is ongewijzigd. Overige kleine afwijkingen V Totaal N

39 - 38 -

40 DEELPROGRAMMA 2.1 CULTUUR Omschrijving van het deelprogramma Naast de subsidiëring van de openbare bibliotheek vallen het kunst en cultuurbeleid, oudheidkunde en musea en cultureel erfgoed onder dit programma evenals het vormings- en ontwikkelingswerk. Kunst en cultuur behelst voornamelijk de amateurkunst (muziek, theater, dans, cultuurhistorie e.d.). Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Openbaar bibliotheekwerk Vormings- en ontwikkelingswerk Kunst en cultuur Oudheidkunde / musea Beleidskader Collegeprogramma Cultuur heeft waarde in zichzelf, draagt bij aan het imago van de gemeente en maakt de gemeente aantrekkelijk voor oude en nieuwe bewoners waaronder jonge startende kunstenaars. De gemeente Winsum heeft een rijk en gevarieerd cultuurbezit en cultureel leven. Dat moet zo blijven en worden gestimuleerd. Het subsidiebeleid is daar op gericht. Bij besteding van het budget voor culturele activiteiten ligt de prioriteit bij de aanvragen van musea en verenigingen en voor manifestaties en monumenten. Gelet op de moeilijke gemeentelijke financiële positie zal vooral op cofinanciering ingezet worden. Er moet een oplossing komen voor de huisvesting van de VVV en de Stichting Kinderboek Cultuurbezit. De voorziening bibliotheek maakt door onder andere de komst van internet een verandering / vernieuwing door. De bibliotheekvoorziening vervult een belangrijke culturele en educatieve rol en blijft zoveel mogelijk behouden. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Schatkamer van het Noorden, Toekomstvisie Winsum; Provinciale cultuur nota , Het verhaal van Groningen; Schetsen kunst- en cultuurbeleid Gemeente Winsum; Visie op het bibliotheekwerk Winsum; Uitvoeringsprogramma restauratiesubsidies; Dorpsvisies (Winsum, Ezinge); Erfgoednota; Bestuursopdracht cultuur. Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen De bibliotheekbepalingen in de Wet op het specifieke cultuurbeleid (Wsc) houden geen rekening met digitale ontwikkelingen en gaan vervangen worden door de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen (Wsob). Beoogde invoeringsdatum van de wetgeving is Het Rijk wordt door de invoering van de Wsob verantwoordelijk voor de digitale bibliotheek, de gemeenten blijven verantwoordelijk voor de lokale fysieke bibliotheek en de provincies voor ondersteuning daarvan. In de Wsob wordt vastgelegd aan welke functies en verplichtingen de bibliotheek moet voldoen. Met name de verplichting om ondersteuning te bieden aan het onderwijs vormt een nieuw accent in de inzet van de bibliotheek

41 Biblionet Groningen bezint zich op haar rol en heeft samen met de VGG een toekomstvisie opgesteld, deze zal nog naar de gemeenten worden gezonden. De visie zal in de ontwikkeling van het nieuwe bibliotheekbeleid van de gemeente Winsum worden meegenomen. Cultuur: Museum Wierdenland heeft het jaar 2012 afgesloten met een positief resultaat. Bezoekersaantallen stijgen licht. Het museum wil zich ontwikkelen van een lokaal naar een regionaal museum en tot de poort van het noordelijke waddenkunst gebied. Daarvoor is een aanvraag bij het Waddenfonds in behandeling, de nodige cofinanciering is reeds toegezegd door verschillende fondsen. Stichting Kinderboek Cultuurbezit onderzoekt de mogelijkheden van toekomstbestendige huisvesting in het pand Kerkpad 2 te Winsum (de voormalige aula) Provinciaal cultuurbeleid gaat, mede ingegeven door bezuinigingen, sterker inzetten op samenwerking instellingen, burgerparticipatie (culturele biografie) en verbinding met andere belangrijke provinciale beleidsterreinen zoals toerisme, economie, landschap, wonen en leefbaarheid. Gesignaleerde knelpunten Bibliotheek: Bij aanname van de Wsob komt de ontwikkeling en uitvoering van de digitale bibliotheek bij het Rijk te liggen. Daarmee wordt het Rijk verantwoordelijk voor de inkoop van e-content. Vanaf 2015 zal daarvoor een nader te bepalen bedrag volgens een groeipad worden onttrokken aan het gemeentefonds. Bezuinigingen bij Biblionet nopen ons om kritisch naar de bibliotheekvoorziening en een efficiënte inzet van middelen in de gemeente Winsum te kijken. Cultuur: Museum Wierdenland heeft aangekondigd een tekort op de exploitatiebegroting op te lopen voor het jaar Voor het jaar 2014 wordt er ook een tekort verwacht. De stijging van het aantal leerlingen in de amateurkunst (muzieklessen) zet door, hierdoor is het beschikbare budget voor 2015 voor cultuur niet meer toereikend. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Het stimuleren van de deelname van kinderen en jongeren aan diverse uitingsvormen van kunst en cultuur, zoals theater, amateurkunst, literatuur, cultuurhistorie, muziek, beeldende kunst. Aantal lidmaatschappen bibliotheek goed middel volwassen Aantal lidmaatschappen bibliotheek goed middel jeugd tot 18 Aantal bezoekers website bibliotheek goed middel Fysieke bezoekers vestigingen goed middel Winsum en Baflo Aantal leerlingen< 18 jaar goed middel gesubsidieerde muziekkorpsen Aantal leerlingen muziekschool Noord goed middel Akkoord < 18 jaar Aantal leerlingen < 18 jaar goed middel gesubsidieerde toneelverenigingen Aantal bezoekers museum Wierdenland Volwassenen +kinderen tot 18 jaar goed middel *

42 *Aanpassing van het aantal bezoekers Wierdenland museum De bezoekersaantallen zijn opnieuw geteld. Het bleek dat er de afgelopen jaren een dubbeling van tellingen is geweest. De toegang naar de kerk in Ezinge is ook meegeteld. Het museum moet registeren wie er naar de kerk gaat. Dit is per ongeluk meegeteld met de bezoekersaantallen van het museum. De kerk is nu dicht, daardoor is men erachter gekomen. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Stimulering van een rijk en gevarieerd cultuurbezit en cultureel leven, waarbij we wel meer en meer uitgaan van de zelfredzaamheid en initiatiefrijkheid van instellingen en burgers. De subsidie voor culturele organisaties richten op stimulering deelname kinderen en jongeren een kunst en cultuur. De gemeente heeft daarbij een stimulerende en faciliterende rol. Een structurele ombuiging van het bibliotheekwerk. Het vaststellen van nieuw bibliotheekbeleid en het uitwerken hiervan. De middelen voor de bibliotheek komen ten goede aan de doelstellingen, doelgroepen en functies die de gemeente in haar beleid vaststelt. Door middel van afspraken meer sturing geven aan de invulling van de functies van de bibliotheek. Stichting Kinderboek Cultuurbezit verhuist naar een toekomstbestendige huisvesting. Faciliteren van Stichting Kinderboek Cultuurbezit. Cofinanciering van Overdragen van het pand Kerkpad 2 te Winsum (de voormalige aula). Bewaken van de cultuurhistorische waarden in de gemeente. Het uitvoeren van een inventarisatie van beeldbepalende/karakteristieke panden in het buitengebied van onze gemeente. Het opstellen van een planologisch beschermende regeling voor deze cultuurhistorische panden

43 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Energie Ov. aankopen/uitbesteding duurzame goederen Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Toegerekende rente Huren Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V In het kader van de bezuinigingen is uitgegaan van verkoop van de muziektempel in 2013 waardoor in 2014 een bedrag van aan onderhoudskosten wegvalt. Daarnaast is vanuit 2012 een bedrag van voor welstand en erfgoed doorgeschoven naar Deze bedragen vinden we in de ramingen van 2014 niet terug. Overige inkomensoverdrachten V

44 In 2013 is de raming voor de toren in Baflo eenmalig verhoogd met als gevolg van de verkoop van de toren. Ook het budget voor de incidentele subsidies is in 2013 verhoogd als gevolg van de subsidie voor de kroningsdag en overheveling van het restantbudget van de subsidies voor ouderen. Kapitaallasten V De kapitaallasten ( 3.000) voor het carillon en de toren van Baflo zijn niet meer opgenomen in de begroting 2014 als gevolg van het (voorgenomen) afstoten hiervan in De lagere rentelasten voor het museumwierdenland worden geëgaliseerd met de reserve Wierdenland. Overige kleine afwijkingen N Totaal V

45 - 44 -

46 DEELPROGRAMMA 2.2 ONDERWIJS Omschrijving van het deelprogramma Goed onderwijs is één van de sleutels tot maatschappelijk succes. Dit programma geeft aan hoe wij deze zorg inhoudelijk gestalte geven op grond van de wettelijke taken en de geformuleerde beleidsuitgangspunten en hoe de randvoorwaarden (huisvesting) zo goed mogelijk kunnen worden gecreëerd. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Openbaar basisonderwijs, excl. huisvesting Openbaar basisonderwijs, huisvesting Bijzonder basisonderwijs, excl. huisvesting Bijzonder basisonderwijs, huisvesting Bijz. voortgezet onderwijs, huisvesting Gemeenschappelijke baten en lasten onderwijs Beleidskader Collegeprogramma Goed onderwijs voor iedereen wordt steeds belangrijker om volwaardig mee te kunnen draaien in de samenleving. De startsituatie en het verloop van de schoolcarrière kan per leerling sterk verschillen. Schooluitval voorkomen en een diploma behalen, behoren tot de belangrijkste speerpunten. Het Waddenmodel voorziet hierin en wordt gecontinueerd Discriminatie en intimidatie, drugs- en alcoholgebruik zijn onderwerpen die op de scholen aan de orde moeten komen. De samenwerking tussen peuterspeelzalen, kinderopvang en basisscholen wordt gestimuleerd om een integrale aanpak te bewerkstelligen voor de kinderen die een taalachterstand hebben en/of sociaal niet vaardig zijn. Wij zijn voorstander van brede scholen waarin zoveel mogelijk voorzieningen onder één dak worden gehuisvest. In de zgn. brede scholen zijn voorzieningen zoals overblijfmogelijkheden, voor- en naschoolse opvang maar ook culturele- en sportieve activiteiten makkelijker op te zetten. Ook vinden wij dat het bijzonder en het openbaar onderwijs, met behoud van eigen identiteit, daarbij meer dienen samen te werken. De gemeente gaat daarover afspraken maken met de besturen van de overkoepelende organisaties voor primair en voortgezet onderwijs in Noord Groningen. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Huisvesting Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs (2010); Nota Medegebruik en verhuur van onderwijsgebouwen (2012); Bestuursopdracht IHP en verkenning geïntegreerde kindvoorziening / brede school (2012). Leerlingvervoer Verordening leerlingenvervoer gemeente Winsum. Leerlingzorg Subsidiekader schoolbegeleiding (juli 2008); Subsidiekader Taalonderwijs aan allochtone leerlingen (juli 2008); Convenant CJG (2012), (gemeenten BMW-E, basis-en voortgezet onderwijs, kernpartners CJG); Beleidsnotitie Wet OKE, BMW-gemeenten (2010); Beleidsnotitie Doelgroepenbepaling en toeleiding VVE BMW-gemeenten (2011)

47 Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Krimp Krimpende bevolking is een blijvende ontwikkeling. Dat heeft gevolgen voor het onderwijs. Het aantal leerlingen in het primair onderwijs in de gemeente Winsum zal naar verwachting de komende 15 jaar dalen met ruim 18 %. Passend Onderwijs De Wet Passend Onderwijs is in 2012 aangenomen. De wet pakt twee knelpunten aan; - het terugdringen van het aantal kinderen dat gebruik maakt van dure extra ondersteuning en zorg in het onderwijs. - het gebrek aan een integrale aanpak van het kind en zijn leer-en opvoedingsondersteuning. De wet gaat in op 1 augustus 2014 en wordt gefaseerd ingevoerd. Scholen krijgen dan een zorgplicht; ze zijn ervoor verantwoordelijk om elk kind een goede onderwijsplek te bieden. Dat kan op de eigen school zijn, op een andere reguliere school in de regio of in het (voortgezet) speciaal onderwijs. Reguliere en speciale scholen vormen samen regionale samenwerkingsverbanden die, in afstemming met de gemeente, een ondersteuningsplan maken; afspraken over de ondersteuning aan leerlingen en de bekostiging daarvan. Onderwijshuisvesting Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het buitenonderhoud van scholen. Er is een wetswijziging in voorbereiding voor overheveling van middelen voor het buitenonderhoud naar het primair onderwijs. In het regeerakkoord is opgenomen dat een uitname uit het Gemeentefonds plaatsvindt van 256 miljoen uit de middelen die in de verdeling toegerekend worden aan onderwijshuisvesting. De middelen worden vanaf 2015 geheel toegevoegd aan de lumpsum voor het funderend onderwijs. Gemeenten blijven verantwoordelijk voor nieuwbouw. Uitbreiding gymnastiekuren Het kabinet heeft de intentie het aantal gymnastiekuren uit te breiden van 1,5 tot 3 uur per week. Peuterspeelzalen Het kabinet wil de onderlinge afstemming van onderwijs, peuterspeelzaalwerk en kinderopvang optimaliseren. De financiering wordt onder de Wet Kinderopvang gebracht. Daarbij zal bestaande gemeentelijke financiering worden betrokken. Gesignaleerde knelpunten Krimp Een verder dalend aantal basisschoolleerlingenleerlingen zorgt ervoor dat lokalen in het basisonderwijs leeg komen te staan. Dit zet de kosten voor onderhoud en exploitatie onder druk, mogelijk ten nadele van onderwijsinhoudelijke kwaliteitsdoeleinden. De gemeente Winsum en de schoolbesturen zijn hierop ingehaakt door te onderzoeken of een brede school in Winsum en Baflo mogelijk is. Passend Onderwijs Passend Onderwijs zal vermoedelijk gevolgen hebben voor uitvoering van de gemeentelijke taken op gebied van huisvesting en leerlingenvervoer. De komende tijd zal hierover meer bekend worden

48 Onderwijshuisvesting De verwachting is dat door de verantwoordelijkheid voor buitenonderhoud over te hevelen naar het primair onderwijs de gemeenten hun zorgplicht voor goede huisvesting niet goed meer kunnen waarmaken. Wel blijven de gemeenten verantwoordelijk voor de nieuwbouw. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2013/ 2014 streven 2012/ 2013 VVE- BEREIK kinderen/peuters met een taal- en ontwikkelingsachterstand in de voorschoolse periode realisatie 2012/ 2013 Bereikt aantal VVE peuters in Winsum goed middel Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Samenwerking tussen peuterspeelzalen, kinderopvang en basisscholen stimuleren en faciliteren. Samenwerking tussen bijzonder en openbaar onderwijs stimuleren. De BMWE-DAL-gemeenten en de Provincie Groningen hebben een Kennisplatform Kindvoorzieningen Noord-Groningen ingericht. Het platform verzamelt actuele werkbare vormen van samenwerking en informeert gemeenten, scholen, kinderopvang- en peuterspeelzaalorganisaties. De gebouwenkwaliteit in het primair onderwijs voor de lange termijn op een verantwoord niveau handhaven. In samenwerking en overleg met schoolbesturen wordt een nieuw Integraal Huisvestingsprogramma opgesteld. Een brede school ontwikkelen in Winsum of in Baflo. Samen met de schoolbesturen onderzoeken of een geïntegreerde kindvoorziening/ een brede school in de dorpen Winsum en Baflo haalbaar is. Een goede lokale en provinciale samenwerking tussen onderwijs en (jeugd)zorg. De BMWE-gemeenten stemmen met de Lokale schoolbesturen af over Passend Onderwijs en Jeugdzorg. Ook op Provinciaal niveau wordt afstemming gezocht met de samenwerkingsverbanden VO en PO

49 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Sociale uitkeringen personeel Personeel van derden Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Sociale verstrekkingen in natura Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Inkomensoverdrachten van het Rijk Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Op het gebied van schoolbegeleiding wordt in bezuinigd (raadsbesluit juni 2013). Daarnaast is in 2013 een eenmalig bedrag van beschikbaar gesteld voor actualisatie van het integraal huisvestingsplan en verkenning voor een brede school. Kapitaallasten V De lagere kapitaallasten worden geëgaliseerd met reserve onderwijshuisvesting. Overige kleine afwijkingen N Totaal V

50 DEELPROGRAMMA 2.3 VOLKSGEZONDHEID & MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Omschrijving van het deelprogramma Tot het deelprogramma volksgezondheid en maatschappelijke ondersteuning behoren die onderdelen van de gezondheidszorg en het openbaar bestuur die zich richten op ziektepreventie, de bescherming en bevordering van de gezondheid van de gehele bevolking of van groepen binnen de bevolking. Onder het deelprogramma vallen verder de individuele Wmo-voorzieningen die het Wmo-loket gemeente verstrekt, het Algemeen Maatschappelijke Werk, het Centrum voor Jeugd en Gezin en het beleid ten aanzien van begraven en begraafplaatsen. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Maatschappelijke begeleiding en advies Huishoudelijke verzorging Individuele voorzieningen Openbare gezondheidszorg Centra Jeugd en Gezin (jeugdgezondheid) Centra Jeugd en Gezin (onderdeel WMO) Lijkbezorging Baten begraafplaatsrechten Beleidskader Collegeprogramma De overheid heeft de afgelopen jaren een toenemend beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van hulpbehoevende groepen inwoners zoals ouderen en gehandicapten. Het persoonsgebonden budget is bedoeld om mensen zelf de benodigde zorg te laten inkopen en zelf keuzes te maken. Maar de organisatie van de zorg is voor burgers ondoorzichtig. Waar mogelijk dient de gemeente de mensen die ten onrechte geen ondersteuning krijgen op te zoeken en te adviseren. Ook de mensen die de AWBZ gefinancierde zorg kwijtraken dienen op de hoogte gebracht te worden van de gemeentelijke en andere voorzieningen. Mensen die hulp nodig hebben, mogen niet de weg kwijt raken in een warboel van procedures. Er moet gewaakt worden voor misbruik van het persoonsgebonden budget. Hulpbehoevende mensen zijn, behalve van professionele zorgorganisaties, vaak ook afhankelijk van mantelzorg van familie en anderen. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Nota Lokaal Gezondheidsbeleid, 2013; Convenant Alcohol & Jongeren ; Verordening Wmo Winsum 2012; Besluit Individuele Voorzieningen gemeente Winsum; Beleidsregels Wmo Winsum 2012; Nota begraven en begraafplaatsen in Winsum, 2011; Wmo-beleidsplan ; Notitie Centrum voor Jeugd en Gezin in BMWE-gemeenten, 2010; Convenant en inrichtingsplan Centrum voor Jeugd en Gezin Noord Groningen, 2012; Routekaart Transitieplan Zorg voor de jeugd (2012)

51 Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen - Demografische ontwikkelingen zoals bevolkingsdaling, vergrijzing en ontgroening hebben gevolgen voor het voorzieningenniveau, woonsituaties van mensen, maatschappelijke participatie en zorg en welzijn. Ook in het Wmo-beleid moeten we hiermee rekening houden. - De Kanteling: De Wmo gaat uit van de eigen kracht en verantwoordelijkheid van de burger. Kantelen wil zeggen de omslag maken van claim- en aanbodgericht werken (voorzieningen en hulpmiddelen leveren) naar vraag- en resultaatgericht werken (gericht op participatie en zelfredzaamheid). De sociale omgeving, het netwerk van de hulpvrager, krijgt een grotere rol. De nadruk komt meer te liggen op eigen kracht en zelfredzaamheid. - Door de decentralisatie van de jeugdzorg krijgt de gemeente er met ingang van belangrijke taken en verantwoordelijkheden bij. Het gaat hier om de geestelijke gezondheidszorg voor jeugdigen (de jeugd-ggz), de provinciale jeugdzorg, de gesloten jeugdzorg, de jeugdreclassering, de jeugdbescherming en de zorg voor kinderen en jongeren met een licht verstandelijke handicap (de jeugd LVG). De Centra voor Jeugd en Gezin krijgen een belangrijke rol als toegangspoort voor alle vormen van jeugdzorg. - Per 2015 kan geen aanspraak meer worden gemaakt op de extramurale functies begeleiding, kortdurend verblijf en bijbehorend vervoer in de AWBZ. Circa 75% van het budget wordt overgeheveld naar gemeenten voor de ondersteuning van mensen. - Per 2015 kan geen aanspraak meer worden gemaakt op de extramurale functie persoonlijke verzorging in de AWBZ. Gemeenten worden verantwoordelijk voor ondersteuning en ontvangen circa 85% van het budget. - De voorziening hulp bij het huishouden in de Wmo wordt vanaf 2015 beperkt tot mensen die deze echt nodig hebben en die er zelf (financieel) niet in kunnen voorzien. Gemeenten houden 60% van het budget om breed in te zetten voor ondersteuning van burgers. - Gemeenten kunnen besparen op uitgaven aan hulpmiddelen in de Wmo. Het Gemeentefonds is hiervoor taakstellend verlaagd met structureel 50 mln. (hergebruik en pool) - Het kabinet investeert 50 mln. in het opzetten van sociale wijkteams binnen gemeenten, waarmee de ondersteuning uit het gemeentelijk sociale domein afgestemd kan worden op het medisch domein. - Het begeleid wonen dat gericht is op participatie is meer passend binnen het gemeentelijk domein. Gemeenten worden mogelijk in 2015 verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen met psychiatrische problemen, waarbij niet behandeling, maar op participatie gerichte ondersteuning vanuit een beschermende woonomgeving centraal staat. Ook het bieden van een beschermende woonomgeving aan deze doelgroep wordt een taak van gemeenten. De bijbehorende budgetten worden volledig overgeheveld naar gemeenten. Vooralsnog worden primair de centrumgemeenten verantwoordelijk voor de opvang van deze groep. Gemeenten worden tevens verantwoordelijk voor het creëren van laagdrempelige voorzieningen (inloopfunctie GGZ). Gesignaleerde knelpunten Door veranderingen in de AWBZ (o.a. scheiden wonen en zorg) en demografische ontwikkelingen wordt verwacht dat het beroep op de Wmo-voorzieningen groter wordt. De ontwikkelingen rond de kanteling, waarbij de nadruk meer komt te liggen op eigen kracht en zelfredzaamheid van burgers, vraagt een verandering in denken en doen van burgers. Deze mentaliteitsverandering komt niet zomaar tot stand, maar kost tijd en vergt de nodige inspanningen. De overheveling van taken van het Rijk naar de gemeente (AWBZ, Jeugdzorg) vraagt veel van de gemeente. Gemeenten hebben beperkt tijd om zich voor te bereiden op deze nieuwe taken. Voor de decentralisatie jeugdzorg komt een nieuwe jeugdwet. Voor de overheveling van taken uit de AWBZ wordt een nieuwe Wmo opgesteld. Begin juli 2013 heeft het kabinet het wetsvoorstel voor de nieuwe jeugdwet ingediend bij het parlement. De Tweede Kamer start in september met het behandelen van deze concept-jeugdwet, waarna de Eerste Kamer het wetsvoorstel in

52 december behandelt. Publicatie in het Staatsblad staat gepland voor 1 januari De nieuwe jeugdwet kan dan op 1 januari 2015 in werking treden. De verwachting is dat het wetsvoorstel voor de nieuwe Wmo na de zomer van 2013 aan de Tweede Kamer wordt aangeboden. De Tweede Kamer zal eind 2013 of begin 2014 hierover debatteren. Daarna volgt de parlementaire behandeling in de Eerste Kamer. Het streven is het wetsvoorstel uiterlijk juli 2014 in de Staatscourant te publiceren. Het is op dit moment nog niet duidelijk welke middelen de gemeente van het Rijk ontvangt voor de uitvoering. Voor jeugdzorg wordt dit pas duidelijk in de meicirculaire 2014, voor de AWBZveranderingen mogelijk in de septembercirculaire van Wel is duidelijk dat de overheveling gepaard gaat met kortingen op de budgetten. In 2014 ontvangen de gemeenten minder middelen van het Rijk voor huishoudelijke hulp (landelijke bezuiniging van 90 miljoen). Wat deze bezuiniging exact voor Winsum betekent, is gezien het tijdstip van bekendmaking (septembercirculaire 2013) niet in de begroting meegenomen. Aangezien nieuwe cliënten ook in 2014 een beroep kunnen doen op huishoudelijke hulp, wordt van gemeenten in 2014 een bijdrage gevraagd ter dekking van de kosten. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Het bieden van ondersteuning aan inwoners om de zelfredzaamheid en zelfstandigheid te herstellen, te behouden en te bevorderen.* Aantal behandelde aanvragen zonder goed middel externe indicering Aantal behandelde aanvragen met goed middel externe indicering Aantal verstrekkingen huishoudelijke goed laag verzorging Aantal verstrekte goed laag vervoersvoorziening Aantal verstrekte rolstoelen goed laag Aantal verstrekte woonvoorzieningen goed laag Aantal aanvragen afgehandeld binnen de daarvoor gestelde termijn goed hoog 98% 98% 98% Het bieden van een samenhangend pakket voor de zorg voor jongere kinderen en hun ouders. Opkomstpercentage bij consultatiebureau goed middel 95% 95% 95% Een vangnet vormen voor inwoners die zich niet zelf kunnen redden Aantal cliënten maatschappelijk werk goed middel Aantal meldingen in het OGGznetwerk goed laag * Deze prestatie-indicatoren zijn nog niet gekanteld weergegeven. Dit heeft te maken met de inrichting van het registratiesysteem voor het Wmo-loket. Bij inrichting van het registratiesysteem WIZ (Werk, Inkomen en Zorg) wordt opnieuw gekeken naar welke managementinformatie gewenst is

53 Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Versterken van de eigen kracht van inwoners. De zelfredzaamheid van inwoners vergroten. Oplossingen van vraagstukken eerder vinden in het voorliggende veld en het sociale netwerk van bewoners. Een vangnet vormen voor inwoners die zich niet zelf kunnen redden. Opstellen en uitvoeren werkplan 2014 voor De Kanteling. Manieren zoeken om het sociale netwerk van inwoners nog meer te betrekken in het zoeken naar oplossingen. Verbindingen leggen tussen het Wmo-loket, vrijwilligersorganisaties, andere professionele maatschappelijke organisaties en SoZaWe om de klant zo goed mogelijk van dienst te zijn bij het vinden van oplossingen voor hun situatie. Actief communiceren over de kanteling om een omslag in denken van de burger te bewerkstelligen. Uitvoering geven aan het communicatieplan hiertoe. Er op toezien (regie) dat de uitvoerende instanties in hun werkwijze de eigen kracht van cliënten centraal stellen en volgens de gedachte van de kanteling te werk gaan. Eigen bijdrage invoeren voor Wmovoorzieningen. Het bestaande aanbod van voorliggende voorzieningen goed in beeld brengen en het aanbod verder ontwikkelen/uitbreiden. Het ontwikkelen van een voorziening voor Hulp in het Huishouden. Inzetten op preventie en samenwerking onder professionals. Het algemeen maatschappelijk werk (AMW) meer inzetten op preventie. Anticiperen op de overheveling van functie begeleiding en persoonlijke verzorging uit de AWBZ en andere ontwikkelingen in de AWBZ. Meer verbinding leggen tussen Wmo (zorg en maatschappelijke ondersteuning) en Werk en inkomen (Sozawe) om inwoners die dat nodig hebben, goed te ondersteunen

54 Wat willen we bereiken? Vragen over opvoeden en opgroeien zo snel mogelijk beantwoorden en risicojongeren en hun gezinnen zo snel mogelijk adequate hulp en ondersteuning bieden. Wat gaan we daarvoor doen? Samenwerking in het CJG tussen kernpartners verder versterken. Voorbereid zijn op het uitvoeren van de nieuwe wettelijke taken met betrekking tot jeugdzorg. Op 1 januari 2015 willen we een nieuw stelsel voor jeugdzorg ingericht hebben. In samenwerking met andere gemeenten de decentralisatie van de jeugdzorg verder voorbereiden. Op provinciaal niveau de Routekaart transitieplan uitvoeren. In BMWE-verband het CJG verder doorontwikkelen. Zorgen dat alle kinderen en jongeren een zo passend mogelijke plek in het onderwijs krijgen. Afstemming met onderwijs over Passend Onderwijs. Met de lokale schoolbesturen afstemmen over de ondersteuning vanuit het CJG en de school. Provinciaal met de Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs afstemmen over de ondersteuningsplannen. Individuele Wmo-voorzieningen verstrekken binnen huidige financiële kader. Zorgdragen voor optimale voorwaarden voor het maken van gezondheidsbevorderende keuzes. Een samenhangend pakket voor zorg voor jongere kinderen en hun ouders. Invoeren eigen bijdrage voor Wmovoorzieningen. Lokaal gezondheidsbeleid uitwerken. Het CJG organiseert voorlichtingsbijeenkomsten om de gezondheid van jonge kinderen en hun ouders te bevorderen. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma

55 Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Energie Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Sociale verstrekkingen in natura Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Toegerekende rente Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Het voordeel ten opzichte van 2013 betreft eenmalige middelen in 2013 op het gebied van lijkbezorging (Berap : voor de gravenadministratie en voor uitbreiding begraafplaats Baflo). Het restant ( ) betreft mutaties in de middelen voor de decentralisaties AWBZ en Jeugdzorg. De raming voor invoeringskosten Jeugdzorg wordt ingevuld door tijdelijke uren uitbreiding en is niet hier opgenomen maar onder de kosten van de secretarie (dpr 6.2). Sociale verstrekkingen in natura V De geraamde uitgaven voor individuele verstrekkingen zijn in lager dan in De raming is gebaseerd op het aandeel WMO in het gemeentefonds. De werkelijke uitgaven worden aan het eind van het jaar verrekend met de reserve WMO. Kapitaallasten N De geraamde kapitaallasten zijn in hoger als gevolg van geraamde investeringen op het gebied van legionella preventie. Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering Overige opbrengsten goederen en diensten V

56 Het voordeel ten opzicht van 2013 heeft voor een bedrag van betrekking op de fasering van de bezuiniging op het gemeentelijke aandeel in de kosten van begraven (kadernota 2103). De inkomsten aan eigen bijdragen voor huishoudelijke verzorging blijken te laag geraamd in Voor 2014 is de raming voor inkomsten aan eigen bijdragen verhoogd met Deze raming maakt deel uit van de WMO en wordt aan het eind van het jaar geëgaliseerd met de reserve WMO. Overige kleine afwijkingen 0 Totaal V

57 - 56 -

58 DEELPROGRAMMA 2.4 SOCIALE ZAKEN EN WERK Omschrijving van het deelprogramma Dit programma betreft de ondersteuning van burgers die niet zelfstandig kunnen voorzien in de noodzakelijke kosten van levensonderhoud, de re-integratie van burgers richting de arbeidsmarkt en de inburgering van oud- en nieuwkomers. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Bijstandsverlening en inkomensvoorz Werkgelegenheid Gemeentelijk minimabeleid Vreemdelingen Participatiebudget Beleidskader Collegeprogramma Iedereen heeft tenminste recht op een zodanig niveau van bestaanszekerheid dat men volwaardig aan de samenleving kan deelnemen. Iedereen moet er op kunnen rekenen dat de overheid, haar instellingen en medewerkers, haar inwoners met respect bejegent; respect dat de overheid van de burgers mag terugverlangen. Werk is ontzettend belangrijk voor mensen. Het verschaft niet alleen inkomen, maar draagt ook bij aan eigenwaarde en sociale contacten. Wij zullen daarom in blijven zetten voor het scheppen en in stand houden van werkgelegenheid en het bestrijden van werkloosheid. Er moet actief ondersteuning plaatsvinden, bijvoorbeeld bij het aanvragen van extra vergoedingen en het geven van informatie over mogelijke instrumenten zoals loonkostensubsidies. Wij zullen van de werkzoekenden een zwaardere inzet vragen om dit beleid te laten slagen. Voor sommige individuele mensen en/of groepen mensen is het, ondanks alle eigen inspanningen, financieel niet mogelijk volwaardig deel te nemen aan de samenleving. Binnen vastgestelde kaders worden zij in de gelegenheid gesteld om gebruik te maken van het participatiefonds om maatschappelijke activiteiten te ontplooien. De gemeente stimuleert kinderopvang voor alleenstaande ouders zodat zij zich beschikbaar kunnen stellen voor de arbeidsmarkt. De gemeente zal, in samenwerking met opleidingen, lokale ondernemers, de Kamer van Koophandel en andere partners, zoveel mogelijk stage mogelijkheden voor jongeren realiseren. Dit geldt ook voor extra stages binnen de gemeentelijke organisatie. Om de afstand letterlijk en figuurlijk zo gering mogelijk te houden voor werkzoekenden en degenen die op ondersteuning van de gemeente zijn aangewezen, is een blijvende voorziening van het UWV in Winsum zeer gewenst. Het streven is om op termijn de loketten WMO en Sociale Zaken en Werkgelegenheid samen met andere vormen van publieke dienstverlening te integreren in één loket. In het gemeentelijk personeelsbeleid krijgen de mensen met een arbeidshandicap zo mogelijk speciale aandacht en vult de gemeente door het in dienst nemen van gehandicapten de gewenste voorbeeldfunctie in. Bestaande beleidskaders Wetten - Wet Werk en Bijstand (WWB); - Wet Sociale Werkvoorziening (WSW); - Wet Inburgering (WI); - Wet Stimulering arbeidsparticipatie (Wet STAP); - Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

59 - Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW); - Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz). Beleidsdocumenten - Werk aan de Winkel; - Ketenjaarplan 2013; - Handhavingsplan Sociale Zaken. Verordeningen - Afstemmingsverordening; - Verordening Cliëntenparticipatie; - Verordening Handhaving Wet werk en bijstand; - Verordening toeslagen en verlagingen; - Re-integratie verordening Sociale Zaken en Werk; - Verordening langdurigheidstoeslag; - Verordening Wet inburgering. Ontwikkelingen en knelpunten Trends en ontwikkelingen In 2012 leek het er op dat het werkgebied van Sociale Zaken en Werk voor de gemeenten Bedum, De Marne en Winsum werd ontzien als het ging om oplopende aantallen werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden. In de omliggende gemeenten liepen de aantallen al op ten gevolge van de voortdurende economische crisis. Helaas lopen de cijfers vanaf het vierde kwartaal 2012 ook in ons werkgebied hard op. Eerst vertaalt zich dat in een toename van de WW-uitkeringen en een toename van de NWW-doelgroep 3 en later wordt ook dat zichtbaar in de toename van de gemeentelijke uitkeringen en met name de bijstandspopulatie. Doordat de economische crisis het laatst zichtbaar wordt in de bijstandspopulatie betekent dit ook dat, wanneer het dieptepunt is geweest, de verbetering hierin ook het laatst zichtbaar wordt. Op dit moment (augustus 2013) is het einde van de stijging van het aantal gemeentelijke bijstandsgerechtigden nog niet in zicht. In minder dan een jaar is voor de drie gemeenten sprake van een stijging van bijna 15% ten opzichte van ultimo Dat is op zich wel verklaarbaar want het aantal niet-werkende werkzoekenden was voor de vier gemeenten van werkplein Noord-Groningen in april 2012 nog 6% (t.o.v. de beroepsbevolking) en dat was exact gelijk aan het landelijk cijfer, terwijl de rest van de arbeidsmarkt Groningen al op 7,7% zat. In april 2013 was de NWW-doelgroep voor Noord-Groningen al gestegen naar 8,2% en helaas voor het werkgebied van Noord-Groningen naar 8,9% (Bedum 7,3%, De Marne 9,1%, Eemsmond 11% en Winsum 7,6%). Het gehele gebied van de arbeidsmarktregio zat op dat moment al op 9,6%. De crisis is dus met name in 2013 ook echt zichtbaar geworden in de aantallen van de gemeentelijke doelgroep. De afgelopen twee jaar werd in de begrotingstekst aangekondigd, op basis van cijfers van het CPB, dat het einde van de crisis in zicht was. Soms was de inkt nog niet droog en de cijfers werden naar beneden bijgesteld. In juni 2011 verwachtte het CPB nog een groei van de Nederlandse economie over 2013 van 1,75% en een daling van de werkloosheid 4 naar gemiddeld 4%. Voor 2013 gaat het CPB nu uit van een krimp van 1%. Voor 2014 verwacht het CPB een licht 3 (niet-werkende werkzoekende = de doelgroep werkzoekenden ingeschreven bij de werkpleinen/uwv). 4 Het CPB hanteert een andere definitie van werkloosheid en telt de werkloosheidsgerelateerde uitkeringen bij elkaar op (ww- en bijstandsuitkeringen), waarbij geen rekening wordt gehouden met werkzoekenden zonder uitkering of werkzoekenden vanuit arbeidsongeschiktheid

60 herstel. De arbeidsmarktsituatie is somber. De werkloosheid loopt momenteel snel op. In 2012 bedroeg de gemiddelde werkloosheid nog 5,3% van de beroepsbevolking. In 2013 komt deze gemiddeld uit op 6¾% en in 2014 op 7%. De werkgelegenheid in de marktsector daalt dit jaar met 1¼% en in 2014 met ½%. Als de voorspellingen van het CPB uitkomen dan verwachten wij voor 2013 een verdere stijging van de gemeentelijke uitkeringen in 2013 én 2014, omdat het herstel later zichtbaar wordt in de gemeentelijke uitkeringen. In 2015 zal dan voor het eerst weer sprake zijn van een mogelijke daling. Zoals echter hiervoor geschetst, is er met de stijging van het aantal gemeentelijke uitkeringsgerechtigden sprake van een vertraging en dat geldt ook voor het herstel. Dat heeft twee oorzaken: 1. Mensen die vanuit werk werkloos zijn geworden, doorlopen in de meeste gevallen eerst een periode de WW-uitkering en komen pas daarna in de bijstand. Als het economisch slechter gaat, vertaalt zich dat voor deze groep pas later door in de bijstand cijfers. 2. Jongeren blijven eerst langer op school, maar als ze van school komen, vinden ze niet direct werk en melden zich bij de gemeente voor een uitkering. De werkloosheid stijgt, waaronder ook de jeugdwerkloosheid en de werkgelegenheid daalt. Verder neemt het beroep op schuldhulpverlening, voedselbank en andere ondersteunende voorzieningen voor burgers neemt toe. We zien ook een duidelijke stijging van het beroep op de bijzondere bijstand voor de kosten van bewindvoering. En de budgetten om mensen te ondersteunen nemen af of, en daar krijgen we ook mee te maken, er is een groter aandeel vanuit de algemene middelen van de gemeenten nodig. Een andere trend is dat vanuit wet/regelgeving en rijksbeleid het beroep op zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van de burgers toeneemt. Gelet op het voorgaande is het ook noodzakelijk dat een groter beroep wordt gedaan op de zelfredzaamheid van mensen en de eigen kracht van de samenleving. Dat vraagt ook om een andere aanpak, niet alleen bij SoZaWe, maar in alle dienstverlenende sectoren zeker als de doelgroep die meer afhankelijk is van ondersteuning toeneemt en de daarvoor ter beschikking gestelde budgetten dalen. De kunst wordt om burgers te ondersteunen/faciliteren hun eigen problemen op te lossen en dat vergt een andere methodiek dan voor elk nieuw probleem een loket of voorziening te openen, zoals in het verleden vaak gebeurde en soms nog gebeurd. In deze omstandigheden kan van de afdeling Sociale Zaken en Werk voor de drie gemeenten Bedum, De Marne & Winsum niet meer verwacht worden dat de bijstandspopulatie stabiel blijft of wordt teruggebracht. Er moeten andere doelstellingen worden geformuleerd die passen bij de huidige omstandigheden. Die doelstellingen hebben dan meer betrekking op bijv. - jongeren zoveel mogelijk en zo lang mogelijk op school houden; - werkzoekenden gedurende de werkloosheid zo goed mogelijk kwalificeren op de huidige en toekomstige vraag; - werkzoekenden met behoud van uitkering de werknemersvaardigheden laten onderhouden; - iedereen die kansen heeft op werk direct bemiddelen; - mobiliteit van werkzoekenden ondersteunen; - de poort zodanig sluiten dat alleen echte rechthebbenden toegang hebben tot de voorzieningen; - ondersteunen om belemmeringen weg te nemen; - vrijwilligerswerk en participatie extra stimuleren; - Zeer actief deelnemen aan regionale projecten (versnellingsagenda en aanpak jeugdwerkloosheid)

61 In periode van crises wordt bezuinigd en staan budgetten onder druk met als gevolg dat de middelen voor re-integratie, educatie en inburgering (het Participatiebudget) in 2015 nog maar 1/3 e deel bedragen van het budget van Juist als er meer budget nodig is in tijden van economische recessie krijgen gemeenten minder budget voor deze taken en als het met minder kan, hebben gemeenten meer budget. De opgave nu is met minder geld meer bereiken. Met de stijging van de bijstand zal ook het aandeel uit de algemene middelen van de gemeente toenemen, terwijl ook de gemeente staat voor bezuinigingsopgaven. In het visiedocument Werk aan de Winkel dat in april 2012 unaniem door de raden van de vier gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en Eemsmond is vastgesteld, is de richting aangegeven op welke wijze de vier gemeenten hieraan vorm willen geven. Door samenwerking van de vier gemeenten op de terreinen van werk, inkomen en maatschappelijke ondersteuningen worden de voorwaarden gecreëerd om de dienstverlening aan burgers op peil te houden met minder budget. Samen met Ability en de vier gemeenten wordt, daar waar het kan, zoveel als mogelijk is samengewerkt en dat zal de komende jaren worden geïntensiveerd. Er wordt gewerkt aan voorstellen om te komen tot een gezamenlijke werkleeromgeving en tot één uitvoeringsorganisatie, waarvan in ieder geval het werkplein Noord-Groningen, SoZaWe en Ability deel uitmaken. Dat is ook hard nodig, omdat de verwachte invoering van de Participatiewet 1 januari 2015 is. Het jaar 2014 kan dan nog worden gebruikt als voorbereidingsjaar. Het UWV trekt zich de komende periode terug tot 35 werkpleinen. De definitieve arbeidsmarktregio s zijn bekend. De arbeidsmarktregio Groningen, met als centraal werkplein die van de stad Groningen, beslaat het gebied van de gehele provincie Groningen en Noord-Drenthe, inclusief Assen. Het Werkplein Noord-Groningen (BMWE-gemeenten) en het Werkplein Eemsdelta (DALgemeenten) werken zeer nauw samen op het gebied van werkgeversbenadering en in andere gezamenlijke projecten (versnellingsagenda en aanpak jeugdwerkloosheid). Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Vermindering van het aantal personen in de gemeente Winsum dat afhankelijk is van een uitkering in het kader van de Wet Werk en Bijstand, BBZ, IOAW en IOAZ. Uitkeringsbestand goed +10%* 0% Cliënten die bemiddelbaar zijn 33% 33% 60% Doorlooptijd aanvraag toekenning goed 2 weken 1 week 4 weken Doorlooptijd aanvraag traject goed 2 weken 1 week 2 weken Inzet werkleer en scholingsinstrumenten goed 33% 66,66% 75% Cliënten in de WWB goed middel * Pm: De streefwaarde van 10% is gebaseerd op de aantallen ultimo juni

62 Wat willen we bereiken? De volgende doelstellingen willen we bereiken: 1. het totale bestand gemeentelijke uitkeringsgerechtigden (WWB/IOAW/IOAZ/BZ) blijft 1% onder het niveau van de totale arbeidsmarkt regio Groningen; 2. 80% van de nieuwe uitkeringsgerechtigden hebben binnen 10 werkdagen een werk-intake en een uitkeringsintake en weten aan welke activiteiten zij deelnemen; 3. Uitkeringsgerechtigden met direct kans op werk worden bemiddeld op het werkplein, waarbij 75% binnen 6 maanden werk heeft; 4. Uitkeringsgerechtigden met op termijn kans op werk worden opgenomen in de werkleeromgeving, waarbij 50% binnen een jaar werk heeft; 5. Er wordt invulling gegeven aan maatschappelijke ondersteuning (Pact van Samenredzaamheid, Meedoen en Vrijwilligerswerk); 6. Alle burgers met een inkomen tot 110% van het sociaal minimum maken gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen. Wat gaan we daarvoor doen? Doelstelling 1: Het totale bestand blijft 1% onder het niveau van de arbeidsmarkt regio Groningen Hoe staan we ervoor? Het bestand van gemeentelijke uitkeringen stijgt. We streven ernaar voor de BMW-gemeenten 1% onder het niveau te blijven van de totale arbeidsmarktregio Groningen. Activiteiten: - Snelle en strenge dienstverlening aan de poort door snelle intakes; - Bij eerste melding direct voorstellen aan werkgevers indien sprake is van matching tussen werkzoekende en vacature via VacatureServicePunt; - Hoogwaardige handhaving en themacontroles; - Wachttijd van 4 weken voor jongeren strikt toepassen en daarmee zelfredzaamheid stimuleren; - Snelle en waar mogelijk directe plaatsing op werkleerplekken bij werkgevers of werkleeromgeving; - Extra gebruik maken van uitzendbureaus; - Gerichte inzet van jobhunting; - Jongeren beneden de 27 jaar terugleiden naar bekostigd onderwijs (studiefinanciering/bol). - Extra inzet op BBL (beroepsbegeleidende leerweg); - Deelname aan regionale projecten (aanpak jeugdwerkloosheid, versnellingsagenda en Eemshaven); - Effectieve en gerichte werkgeversbenadering in samenwerking met Werkplein Eemsdelta. In 2012 zijn we gestart met meer snelheid in het proces te brengen aan de poort. Het proces start direct bij de melding. Jongeren tot 27 jaar hebben eerst een wettelijke wachttijd van 4 weken waarin zij op zoek moeten gaan naar werk. Onnodig beroep op de uitkering wordt voorkomen door bij de aanvraag gebruik te maken van alle informatiebronnen die beschikbaar zijn. Daarnaast zullen we door uitvoering te geven aan het beleidsplan Hoogwaardige handhaving extra alert zijn op het misbruik maken van uitkeringen. Er wordt extra ingezet op bijzondere controle door eigen medewerkers om ervoor te zorgen dat alleen diegenen een uitkering ontvangen die er recht op hebben. De arbeidsmarkt is niet beperkt tot de eigen gemeentegrenzen en daarom nemen we ook actief deel aan regionale activiteiten en projecten. Vanuit het werkplein Winsum werken we nu ook op locatie in Nijlicht in de Eemshaven samen met het werkplein Eemsdelta. Daarnaast zullen we bijdrages in regionaal verband gaan leveren aan het vervolg op de aanpak Jeugdwerkloosheid, (genaamd WerkinZicht) en de versnellingsagenda (een project voor specifieke doelgroepen)

63 Doelstelling 2: 80% van de aanvragers heeft binnen 10 werkdagen duidelijkheid Hoe staan we ervoor? In 2012 zijn nieuwe aanvraagprocessen en procedures ontwikkeld. Op 3 april 2012 is hiermee gestart op het werkplein. Op één dag wordt alles voor een nieuwe aanvrager geregeld, zoals algemene voorlichting, matching vacatures, werkintake en uitkeringsintake. Het grootste deel van de nieuwe aanvragers wordt binnen 10 werkdagen geholpen. Vorig jaar wilden we de termijn verder terugbrengen, maar gelet op de grote toename van het aantal aanvragen waren we genoodzaakt een extra intake dag per week in te plannen. Uiteraard blijven we voor de resterende 20% ruim binnen de wettelijke termijn van 8 weken. De aanvrager heeft binnen 4 weken recht op een voorschot en het streven is erop gericht geen voorschotten te verstrekken, maar voor de termijn van vier weken de aanvraag te hebben afgerond. Activiteiten: - Verder optimaliseren van het proces door integreren UWV-applicaties (Erow); - Betere koppeling met gegevensbronnen (GBA, SUWI-net, Belastingdienst) zodat eenmalige uitvraag wordt geoptimaliseerd; - Verdere digitalisering van de aanvraagprocedure (koppeling uitkeringssysteem met Erow); - Verdere optimalisering van de werkprocessen in het uitkeringssysteem (lean). Doelstelling 3: Uitkeringsgerechtigden met direct kans op werk worden bemiddeld op het werkplein, waarbij 75% binnen 6 maanden werk heeft. Hoe staan we ervoor? Alle klanten waarvan de inschatting is gemaakt dat zij direct kans hebben op werk worden bemiddeld op het werkplein. Activiteiten: - Bij nieuwe aanvragen goed onderscheid maken tussen direct bemiddelbaar naar werk en op langere termijn bemiddelbaar (1/2 jaar - 2 jaar) en niet bemiddelbaar; - Activiteiten inzetten voor de doelgroep direct bemiddelbaar, zoals sollicitatietraining, werkervaringsplekken bij reguliere werkgevers, jobhunting; - Stimuleren van uitzendwerk en samenwerking met uitzendbureaus intensiveren; - Reuring in de tent; - Extra inzet op BBL; - Effectieve en gerichte werkgeversbenadering in samenwerking met Werkplein Eemsdelta. Doelstelling 4: Uitkeringsgerechtigden met op termijn kans op werk worden opgenomen in de werkleeromgeving, waarbij 50% binnen een jaar werk heeft. Samen met Ability zijn we in 2012 begonnen met de opzet van een Test- en Trainingscentrum. Alle nieuwe aanvragers die niet behoren tot de doelgroep direct-bemiddelbaar, doen gedurende maximaal 13 weken werkervaring op en krijgen trainingen. Binnen deze 13 weken wordt duidelijk of ze direct bemiddelbaar zijn of dat ze nog meer ondersteuning nodig hebben voor kansen op de arbeidsmarkt. Als ze tot de groep direct bemiddelbaar behoren dan maken ze in veel gevallen de 13 weken niet vol, maar wordt er direct gezocht naar werk bij een werkgever. Hebben ze meer ondersteuning nodig (training/opleiding en werkervaring) dan wordt gezocht naar een werkervaringsplek bij reguliere werkgevers of in de gezamenlijke werkleeromgeving (Ability en projecten). Het opdoen van werkervaring, het behalen van een startkwalificatie zal hun kansen op regulier werk doen toenemen. Activiteiten: - Goede diagnose bij aanvraag uitkering tijdens werkintake; - De niet-direct bemiddelbaren toeleiden naar Test- en Trainingscentrum; - Het acquireren en realiseren van voldoende werkervaringsplekken bij reguliere werkgevers, projecten en in de eigen werkleeromgeving;

64 o o Gezamenlijke werkleeromgeving met Ability: werkleeromgeving Uithuizen Test- en Trainingscentrum Wede den Hoorn Andere werkleeromgevingen: Stichting Historische Visserijmuseum Zoutkamp Supermarkt Sauwerd Museum Wierdenland Museum Hoogeland Horecaproject Zonnehuisgroep (Leens) - Deelname aan regionale projecten (aanpak jeugdwerkloosheid, versnellingsagenda en Eemshaven); - Extra inzet op BBL. Doelstelling 5: Er wordt invulling gegeven aan maatschappelijke ondersteuning (Pact van Samenredzaamheid, Meedoen en Vrijwilligerswerk) Hoe staan we ervoor? Het deelnemen aan de maatschappij kan door werken, maar ook door actief te zijn binnen je eigen buurt of dorp. Voor mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt gaan we samen met hen op zoek naar activiteiten in hun eigen omgeving. Belangrijk is om in de verschillende dorpen van de gemeente plekken te hebben waar mensen deel kunnen nemen aan activiteiten of vrijwilligerswerk kunnen doen. Geprobeerd wordt om ondanks de lagere budgetten toch plekken te hebben in het volledige werkgebied. Daarnaast kunnen mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt veel betekenen voor anderen in hun omgeving die afhankelijk of hulpbehoevend zijn, bijv.: ouderen bezoeken, boodschappen voor de buren doen, tuinonderhoud, werkzaamheden in buurt- en/of dorpshuis, enz. Dit willen we meer stimuleren. Wettelijk gezien wordt het dan de tegenprestatie voor de uitkering genoemd, maar maatschappelijk gezien valt hier voor verschillende partijen heel veel maatschappelijk voordeel te halen door het stimuleren van de noaberplicht. Binnen de organisatie zullen medewerkers speciaal actief zijn om mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt hierin te begeleiden. Daarbij zal zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van de al aanwezige voorzieningen. Deze mogelijkheden hebben we ook nodig, omdat van hieruit de kans bestaat voor mensen met een grotere afstand op de arbeidsmarkt om verder door te groeien naar een werkleertraject en uiteindelijk regulier werk. In het uitvoeringsplan Werk aan de Winkel wordt gesproken over Werk, Inkomen en Maatschappelijke Ondersteuning. Het invulling geven aan maatschappelijke ondersteuning, het bevorderen van de leefbaarheid van dorpen en buurten voor en met haar inwoners wordt wellicht de grootste uitdaging de komende jaren voor ons werkgebied. In 2013 is in samenwerking met de Cliëntenraad een armoedeconferentie georganiseerd. Om alle uitdagingen voor ons werkgebied het hoofd te bieden, is samenwerking tussen alle partijen hard nodig. Tijdens de armoedeconferentie is de term samenredzaamheid geïntroduceerd. Samen met alle ketenpartners rondom de ondersteuning van de burgers die alleen niet zelfredzaam zijn, willen we kijken of we een netwerk kunnen vormen om gezamenlijk wel zelfredzaam te kunnen zijn. Dat kan de gemeente alleen niet realiseren en de maatschappelijke organisaties ook niet. Met alle partijen willen we afspraken maken in een zogenaamd Pact van Samenredzaamheid om de maatschappij te versterken. In 2013 is het project Meedoen afgerond. In dit project zijn klanten begeleid die meer ondersteuning nodig hebben. Er moest vaak ook gericht worden gezocht naar een geschikte plek voor vrijwilligerswerk of werkervaringsplek. Hiermee is al voorwerk gedaan ter voorbereiding op de doelgroep die in 2015 naar de gemeenten komt, namelijk de Wajong-doelgroep. De ervaringen van het project Meedoen willen we in 2014 borgen door een koppeling te maken met het Steunpunt Vrijwilligers. Het steunpunt houdt haar reguliere taak van werven van vrijwilligersvacatures en bemiddelen naar die vacatures voor alle inwoners en het werven van

65 maatschappelijke stages. Daarnaast willen we voor doelgroepen die meer ondersteuning nodig hebben, begeleiding realiseren in samenwerking met werkcoaches en steunpunt. Activiteiten: - Samenwerking Steunpunt Vrijwilligers en werkcoaches; - maatschappelijke stages; - stimuleren van klanten voor ontwikkelen eigen activiteiten; - Opstellen Pact van Samenredzaamheid. Doelstelling 6: minima maken gebruik van voorzieningen Hoe staan we ervoor? De afgelopen jaren namen de individuele aanvragen voor bijzondere bijstand niet toe, terwijl het gebruik van aanpalende voorzieningen, zoals schuldhulpverlening, voedselbank, en thuisadministratie Humanitas wel toeneemt. Daarmee lijkt de behoefte ook in onze regio wel groter geworden. Daarom is het nodig om goed te kijken naar het minimabeleid en de inzet van de middelen. In plaats van het toepassen van een algemeen generieke regeling, is het beter om te bekijken wat nodig is. Dat geldt zowel voor het algemene beleid als de individuele aanvraag. In samenwerking met de vier BMWE-gemeenten wordt gewerkt aan voorstellen voor een nieuw minimabeleid. We blijven gebruik maken van de reguliere middelen om burgers te informeren over de mogelijkheden. Daarnaast is het belangrijk om bij alle persoonlijke contacten tussen medewerkers en burgers alert te zijn en te wijzen op de mogelijkheden. Verder willen we doorgaan en zo mogelijk uitbreiden van de mogelijkheid dat onze ketenpartners -zoals maatschappelijk werk, gemeentelijke kredietbank en vrijwilligersorganisaties - burgers ondersteunen bij de aanvraag van een voorziening. Activiteiten: - Komen met voorstellen voor nieuw minimabeleid met daarin ook ruimte voor de ondersteunende organisaties in ons werkgebied; - actief informeren van alle burgers die behoren tot de doelgroep voor de voorzieningen; - ketenpartners informeren en minima laten ondersteunen bij aanvraag. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma

66 Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Personeel van derden Aankopen niet duurzame goederen & diensten Sociale uitkeringen in geld Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Inkomensoverdrachten van het Rijk Baten vergoedingen & verhaal soc.uitk Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Sociale uitkeringen in geld N De bijstandslasten zijn geraamd op basis van de verwachte rijksvergoeding verhoogd met een maximaal gemeentelijk aandeel van Inkomensoverdrachten aan overheid (niet-rijk) V Het voordeel betreft voor een lagere doorbetaling van de ontvangen rijksbijdrage voor de wsw aan Ability. Het ontvangen bedrag wordt 1 op 1 doorbetaald aan Ability. De overige is het saldo van een hogere bijdrage in het verlies van Ability en lagere bijdrage aan de sociale werkvoorziening van Groningen. Inkomensoverdrachten van het Rijk N Het verschil betreft lagere rijksbijdragen voor de wsw ( minder), de bijstand ( minder) en het participatiebudget ( minder). Aan de uitgavenkant zijn de uitgaven afgestemd op deze lagere ontvangsten. Baten vergoedingen & verhaal sociale uitkeringen N In 2014 is een lager bedrag geraamd voor rente en aflossing krediethypotheek. Dit bedrag maakt deel uit van de totale raming aan bijstandslasten. Overige kleine afwijkingen N Totaal N

67 - 66 -

68 DEELPROGRAMMA 2.5 WELZIJN Omschrijving van het deelprogramma Bij het deelprogramma welzijn gaat het om voorzieningen voor burgers van de Gemeente Winsum die de sociale kwaliteit van leven en welzijn bevorderen. Er ligt een duidelijke relatie met deelprogramma volksgezondheid en maatschappelijke ondersteuning. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Sociaal-cultureel werk Jeugd- en jongerenwerk Ouderenwerk Kinderdagopvang Beleidskader Collegeprogramma De gemeente Winsum moet een vitaal landelijk gebied zijn waar jong en oud kunnen wonen, werken en van kwalitatief goede en bereikbare basisvoorzieningen gebruik kunnen maken. De gemeente stimuleert samenwerkingsverbanden, biedt experimenteerruimte, ondersteunt bestaande en nieuwe initiatieven die de leefbaarheid ten goede komen zoals sportverenigingen en dorpsverenigingen, transformatie van boerenbedrijven en het in stand houden van buurtsupers. Wij willen onze inwoners meer verantwoordelijkheid geven voor het instandhouden van hun leefomgeving. Wij nemen daarin de regie. Wij willen samen met onze inwoners de mogelijkheden verkennen om de inwoners te betrekken bij het beheer en de inrichting van speeltuinen, hangplekken, uitleenpunten voor sport en spel e.d. Bij de instandhouding van de leefomgeving zijn onze dorpshuizen, verenigingen en organisaties cruciaal. De functie van het dorpshuis dient gekoppeld te zijn aan de sociale, culturele, verenigings- en gemeentelijke activiteiten en is daarmee het centrale punt in het dorp. Het dorpshuis is dé ontmoetingsplaats van en voor onze inwoners die betrokken zijn bij hun leefomgeving en bereid zijn om initiatieven te ontplooien. Bij het voorkomen van problemen kan gedacht worden aan onder andere jeugd- en jongerenwerk, instellingen tegen overmatig alcohol en drugsgebruik, scholen, sozen, maar ook het Centrum voor Jeugd en Gezin. Wij gaan onderzoeken of het mogelijk is om een fysiek Centrum voor Jeugd en Gezin in onze gemeente te realiseren. De begeleiding van mantelzorgers vraagt extra inzet van de gemeente, want zijn vormen een steeds belangrijkere schakel in de steeds meer door bezuinigingen getroffen zorg. In meerdere kernen dienen steunpunten en/of bijeenkomsten voor mantelzorgers te komen. Dit geldt tevens voor de vrijwilligers. Om voldoende vrijwilligers te houden zal dit werk voldoende gestimuleerd en gefaciliteerd moeten worden. Wij zien daarbij een belangrijke rol en functie voor de dorpshuizen weggelegd. Verder zal naar de mogelijkheid gekeken moeten worden om werkloze inwoners vrijwilligerswerk te laten doen. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: De nota integraal jeugdbeleid (juni 2001); Jeugdsozennotitie Winsum ; De beleidsnota dorpshuizen Evaluatie 2006; Kadernota burgerparticipatie (i.o.) Notitie leefbaarheid (2009); Schatkamer van het Noorden Toekomstvisie 2020 Gemeente Winsum; Subsidiebeleid Welzijn Gemeente Winsum (2007) +Tussentijdse evaluatie (2009); WMO beleidsplan gemeente Winsum ; Beleidsnotitie vrijwilligerswerk ; Sportnota gemeente Winsum ( ); een gezonde en sportieve leefstijl;

69 Bestuursopdracht leefbaarheid; Bestuursopdracht accommodaties. Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Demografische ontwikkelingen De bevolkingssamenstelling verandert. Bevolkingsdaling, vergrijzing en ontgroening hebben gevolgen voor het voorzieningenniveau, woonsituaties van mensen, maatschappelijke participatie, zorg en welzijn. Hiermee moeten we rekening houden in ons beleid. Kantelen Kantelen staat voor een nieuwe manier van werken in de Wmo; van vraag en resultaatgericht werken, gericht op participatie en zelfredzaamheid. De gekantelde manier van werken vraagt een nieuwe benadering van gemeenten én burgers. Regie over het eigen leven en zelfredzaamheid staat voorop. - Van verzorgen naar ondersteunen De kanteling vraagt van de gemeente om vraag verhelderend in gesprek te gaan met de cliënt en minder beoordelend en aanbodgericht. Het vraagt van de cliënt minder claim denken maar vooral breder te kijken naar alternatieven om probleem op te lossen. Behoud van regie over het eigen leven, zelfredzaamheid en het zelf oplossend vermogen van de burger staat voorop, waarbij de sociale omgeving een belangrijke rol speelt. Naast oplossingen in de eigen omgeving wordt ook naar oplossingen gezocht in de algemene voorzieningen. De algemene voorzieningen zullen zodanig ontwikkeld moeten worden dat zij ook een oplossing kunnen zijn voor onze Wmocliënten. - Welzijn Nieuwe Stijl De Kanteling betekent dat welzijnsorganisaties op een andere manier moeten werken; resultaatgericht en op zoek naar de vraag achter de vraag en de eigen kracht en het zelfregelend vermogen van burgers. De gemeente is opdrachtgever en heeft vanuit die rol hierop de regie. - Sociale cohesie Om te kantelen is sociale cohesie; zorg voor elkaar nodig. Naast het vergroten van de betrokkenheid van de bewoners bij hun fysieke leefomgeving gaat het ook om vergroten van betrokkenheid van bewoners naar elkaar. Burgerparticipatie Het kabinet geeft aan dat het overbrengen van een groot aantal taken van het Rijk naar gemeenten meer maatwerk mogelijk maakt en de betrokkenheid van burgers vergroot. Het kabinet stelt dat gemeenten bewoners van wijken, buurten en dorpen dienen te betrekken bij de zaken die hen raken. Welzijn jongeren Decentralisatie jeugdzorg Naast de verandering van het stelsel, de regels, financiële stromen (de transitie), houdt de decentralisatie jeugdzorg ook een inhoudelijke verandering van cultuur, werkwijzen en verhoudingen in (de transformatie). De accenten komen meer te liggen op zaken als preventie, integrale hulp, gebruik maken van de eigen kracht, ouders en sociale omgeving. Meer inzet op het vermijden of vroegtijdig opsporen van risico s door het welzijn van jongeren in een vroeg stadium positief te stimuleren. Meer oog hebben en investeren in de kracht van de sociale omgeving en de pedagogische civil society

70 Gesignaleerde knelpunten Demografische ontwikkelingen Demografische ontwikkelingen (vergrijzing en ontgroening) en afnemende financiële middelen vragen een duidelijke visie op de voorzieningen in de dorpen en de bijbehorende accommodaties. Het gaat om het ontwikkelen van alternatieven en de zorg voor de leefbaarheid in de dorpen. Kanteling De kanteling van de Wmo zorgt voor meer druk op vrijwilligers en mantelzorgers. De vraag is: Hoe gaan we hen op een goede manier ondersteunen? De financiële ruimte voor uitvoering van de Wmo-breed is beperkt waardoor ook in het beleid en de uitvoering duidelijke keuzes gemaakt moeten worden. Alcoholleeftijd van 16 naar 18 jaar De leeftijdsgrens voor alcoholconsumptie gaat per 1 januari 2014 van 16 naar 18 jaar. Deze maatregel zal naar verwachting gevolgen hebben voor de bar-inkomsten van de jeugdsozen welke een pijler is onder de exploitatie ervan. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren Mantelzorgondersteuning Aantal bereikte mantelzorgers door het steunpunt mantelzorg Stimuleren van het vrijwilligerswerk Aantal ingeschreven vrijwilligers bij vacaturebank Aantal inschreven organisaties bij vacaturebank Aantal bemiddelingen naar vrijwilligerswerk meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 goed middel goed middel goed middel goed middel Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Inwoners meer verantwoordelijkheid geven voor het in standhouden van hun woon- en leefomgeving. De mogelijkheden/haalbaarheid verkennen van dorpsbudgetten waarbij de dorpsbewoners zelf beslissen over de besteding. (pilot Adorp) Inwoners faciliteren zodat zij zelf meer zorg dragen voor de eigen leefomgeving, zoals zelf groen onderhouden. Inwoners meer verantwoordelijkheid geven voor het versterken van sociale samenhang in hun wijk of dorp. Het probleemoplossend vermogen van de bewoners vergroten. Verstrekken van leefbaarheidssubsidie voor buurtinitiatieven. Gerichte inzet van het opbouwwerk. Inwoners faciliteren een dorps- of wijkplan te maken en uit te voeren

71 Wat willen we bereiken? Het stimuleren en ondersteunen van vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Wat gaan we daarvoor doen? Het Steunpunt vrijwilligerswerk voert haar opdracht uit. Daarbij wordt de verbinding gelegd tussen verschillende partijen. De samenwerking met Sociale zaken en de Wmo wordt versterkt. In het Beleidsplan Wmo wordt aandacht besteed aan vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Het vrijwilligersbeleid van de gemeente Winsum wordt herijkt. Duidelijkheid scheppen over de rol en verantwoordelijkheid van de gemeente ten aanzien van accommodaties ten behoeve van maatschappelijke functies. Het formuleren van een beleidskader voor het te voeren accommodatiebeleid conform de bestuursopdracht. Meer mantelzorgers bereiken met een ondersteuningsaanbod. Het Steunpunt Mantelzorg krijgt opdracht om meer zicht te krijgen op mantelzorgers in Winsum en hun behoeften aan ondersteuning. Ontwikkelen van een aanbod van voorzieningen / ondersteuning dat aansluit bij de behoeften van de mantelzorgers. Het welzijn van jongeren in een vroeg stadium positief stimuleren Samen met jongeren en het jongerenwerk de rol van de jeugdsoosvoorziening als onderdeel van de pedagogische civil society verkennen en waar nodig versterken. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma

72 Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Personeel van derden Energie Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Sociale verstrekkingen in natura Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Huren Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Het verschil heeft betrekking op een incidenteel budget in 2013 voor accommodatiebeleid. Overige inkomensoverdrachten V In 2013 is de raming incidenteel verhoogd met het restant van de incidentele budgetten voor de jeudgsozen in Ezinge en Baflo. Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering. Overige kleine afwijkingen N Totaal V

73 - 72 -

74 DEELPROGRAMMA 2.6 SPORT Omschrijving van het deelprogramma Dit deelprogramma omvat de beleidsuitgangspunten op het gebied van sport en bewegen. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Buitensportaccommodaties Binnensportaccommodaties Zwembad Sport - algemeen Groene sportvelden en terreinen Overige recreatieve voorzieningen Beleidskader Collegeprogramma Een jaar of tien geleden was sportbeleid voornamelijk accommodatiebeleid. Er is een trend waarneembaar van intensivering van sport- en beweegbeleid. Sport is op de gemeentelijke agenda gekomen en sportbeleid is vooral sportstimuleringsbeleid geworden. Dat stimuleringsbeleid is in gang gezet met het lokale project voor jongeren van 4-12 jaar, waarin een relatie is gelegd tussen onderwijs en sport. Vanwege het grote belang van sport en bewegen voor de gezondheid en het welbevinden van mensen en de maatschappelijke betekenis van sportverenigingen willen we het sport- en beweegbeleid verbreden naar andere doelgroepen en het structureel verankeren in het gemeentelijke sport- en beweegbeleid. In dat verband willen we op interactieve wijze het gemeentelijke sportbeleid herzien en het subsidie- en tarievenbeleid aanpassen. Verenigingen moeten worden uitgedaagd om jongeren en mensen uit specifieke doelgroepen een sportaanbod te bieden en/of als vrijwilliger bij hun vereniging te betrekken. Sportverenigingen hebben een belangrijke maatschappelijke betekenis en worden daarbij ondersteund. Indien samenwerking daartoe noodzakelijk is, zal dat actief gestimuleerd worden. Gestreefd wordt naar gezamenlijk gebruik van en verantwoordelijkheid voor sportaccommodaties. Er wordt bekendheid gegeven aan het participatiefonds en het jeugdsportfonds als mogelijkheid van financiële steun voor kinderen die lid willen worden van een sportvereniging. We willen ook dat het participatiefonds zodanig wordt gewijzigd dat kinderen uit gezinnen die voor het fonds in aanmerking komen in staat worden gesteld hun zwemdiploma te behalen. De gemeente moet sportclubs niet teveel belasten met regelgeving en procedures. De voor vrijwilligersorganisaties benodigde bewijzen over het gedrag (VOG) worden gratis of tegen een heel laag tarief verstrekt. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Sportnota gemeente Winsum ; Een sportieve en gezonde leefstijl; Adviesnotitie: sportnota gemeente Winsum; Nota Lokaal Gezondheidsbeleid ; Gezondheid, Welzijn en Welbevinden; Toekomstvisie Winsum 2020 Schatkamer van het Noorden. Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen De verbinding tussen sport bewegen en gezondheid wordt belangrijker. Sport en bewegen wordt meer en meer een middel om ook doelen binnen het gezondheidsbeleid, Wmo beleid te realiseren

75 De nieuwe Sportnota van de gemeente Winsum is klaar. Uitwerking en uitvoering van alle doelstellingen vraagt de komende jaren de aandacht. Gesignaleerde knelpunten De gemeentefinanciën staan onder druk. Aan de nieuwe Sportnota zit een bezuinigingstaakstelling vast. Daarnaast gaat de Sportnota uit van het ontwikkelen van sportstimuleringsbeleid. Het is zowel van de gemeentelijke organisatie als de sportorganisaties/verenigingen in de gemeente een uitdaging om de bezuiniging te realiseren en het sportstimuleringsbeleid verder te ontwikkelen. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Aantal deelnemende kinderen BO aan de sportpas Goed Middel * * In 2013 is geen nieuw project sportpas meer uitgevoerd. De financiële middelen hiervoor zijn vanaf dat jaar bezuinigd. Bij de nadere uitwerking van het sportstimuleringsbeleid voor de komende jaren zullen we nieuwe prestatie-indicatoren formuleren. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Sporten en bewegen wordt succesvol ingezet als middel om een gezonde leefstijl van de inwoners te bevorderen. Het uitwerken van het sportbeleid; gericht op de verbeterpunten uit de sportnota. Het aantrekken van een sportprofessional (buurtsportcoach) en deze met een gerichte opdracht verder uitvoering te laten geven aan de sportstimulering gericht op de verbeterpunten. Het vormen van een sportstimuleringsfonds met daarbij criteria zodat verenigingen en organisaties projecten kunnen starten ter bevordering van het sporten en bewegen. Het onderzoeken van het idee van een breed sportplatform met het doel sportverenigingen en andere uitvoerende partners te betrekken bij de uitwerking en uitvoering van het sportstimuleringsbeleid. Het realiseren van een bezuiniging op het beleidsveld sport van Het nader invulling geven aan de bezuinigingen die in het nieuwe sportbeleid ingebracht zijn. Meer uniformiteit in de regelingen, tarieven en overeenkomsten met de sportverenigingen. De harmonisatievoorstellen genoemd in de sportnota nader uitwerken in samenspraak met de sportverenigingen; Nieuwe tarievenverordening opstellen

76 Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? De basisvoorzieningen voor sport en bewegen in de complete dorpen en het dorp Winsum in stand houden wanneer voldoende draagvlak is. Het opstellen van een meer-jaren investeringsplan voor de sportaccommodaties. Het stimuleren van het gezamenlijk en efficiënt gebruik van de bestaande sportaccommodaties. Het afstoten van het sportpark in Adorp in goed overleg met de voetbalvereniging en de vereniging van dorpsbelangen. Het in stand houden van veilige sportattributen (basisuitrusting) in de sportaccommodaties. Ontwikkeling sport Winsum West. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Loonbetalingen en sociale premies Personeel van derden Energie Ov. aankopen/uitbesteding duurzamegoederen Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten

77 De baten bestaan uit: Niet in te delen baten Huren Pachten Overige opbrengsten goederen en diensten Inkomensoverdrachten van het Rijk Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Ook hier een voordelige afwijking welke eigenlijk geheel kan worden gelabeld aan incidentele invloeden in Zo is een bedrag van ruim doorgeschoven vanuit 2012 voor de combinatiefunctie sport; er is een bedrag van ruim doorgeschoven uit 2012 voor sportontwikkeling, er is een aanpassing geweest van de bezuinigingstaakstelling (invloed ) en daarnaast waren er een aantal kleine incidentele wijzigingen in 2013 op basis van de bestuursrapportages. Kapitaallasten V De lagere kapitaallasten zijn deels een gevolg van jaarlijkse afschrijving. Samen met de verlaging van het rentepercentage is dit de invloed. Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering Overige kleine afwijkingen N Totaal V

78 DEELPROGRAMMA 3.1 ECONOMIE Omschrijving van het deelprogramma Dit deelprogramma omvat de beleidsuitgangspunten op het gebied van economie. Er ligt een relatie met recreatie en toerisme, met detailhandel en overige bedrijven en met de werkgelegenheid die de verschillende bedrijven bieden. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Handel en ambacht Baten marktgelden Industrie Nutsbedrijven Overige agrarische zaken Beleidskader Collegeprogramma De gemeente kent geen grootschalige industrie. In het economisch beleid staat het stimuleren van de initiatieven van de lokale ondernemers voorop. Detailhandel en ondernemers moeten het aantrekkelijk vinden om hun activiteiten uit te breiden, of zich hier te willen vestigen. Daarbij wordt gestimuleerd dat kleine en startende ondernemers een winkel of bedrijfje kunnen vestigen. Naar (toekomstige) ondernemers is een leidende rol gewenst van de gemeente om een zo goed mogelijk advies te geven zodat de kans van slagen op voorhand groot is. Hierbij gaat de gemeente uit van één loket. Het (lange termijn)beleid van de gemeente Winsum moet er op gericht zijn om met de ondernemers een versterkende aantrekkingskracht binnen onze gemeente te bewerkstelligen. Bij een duidelijk beleid kunnen ondernemers in de verschillende kernen hun plannen daarop afstemmen of aanpassen. In deze langetermijnvisie spelen zaken zoals aanpak Boogplein, Onderdendamsterweg binnen de bebouwde kom, N361, woningbouw Obergum Noord, parkeergelegenheid, ontwikkeling bedrijventerreinen, recreatie e.d. een belangrijke rol. De gemeente neemt hierin de regie. Zij zal samen met de ondernemers moeten streven naar winkelvoorzieningen met bijbehorende parkeermogelijkheden (die voor een deel buiten het winkelgebied liggen), voor een optimaal koopklimaat. Bij de inrichting van het Boogplein draagt de gemeente de verantwoordelijkheid voor een goede verblijfskwaliteit in de kom van Winsum. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Geactualiseerde Detailhandelsvisie (2009); Dorpsvisies; Ambitie om te schakelen (schakelkernen regiovisie); Toekomstvisie Schatkamer van het Noorden (2003); Provinciaal Omgevingsplan; Onderscheiden bestemmingsplannen; Actualisatie begroting 2007 een stap voorwaarts. Startnotitie Economische Zaken Actieplan Economie Werken aan Winsum Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Hoewel er wel enige leegstand is in het winkelbestand, scoort Winsum provinciaal goed met een laag leegstandspercentage

79 De eerste fase van de herinrichting van de Onderdendamsterweg is opgeleverd. Tevredenheid overheerst over het resultaat. De economische component in de herinrichtingsplannen Onderdendamsterweg (het versterken van de relatie tussen winkelcentrum Obergon en de Hoofdstraat Obergum) zal naar verwachting in 2014 invulling krijgen. Voornaamste reden van deze vertraging is de overgang van C-1000 naar Ahold. Naar verwachting zal de overgang begin 2015 zijn voltooid. Het Actieplan Economie Werken aan Winsum is door de raad vastgesteld. De komende drie jaar zal worden gebruikt voor uitvoering van het plan. Begonnen is al met het onderzoek naar de ruimtebehoefte bij ZZP-ers en met het onderzoek naar de optimale ruimtebenutting in het kernwinkelgebied van Winsum. In plaats van de geïnstitutionaliseerde ondernemersorganisaties, is bij de totstandkoming van het Actieplan Economie gebruik gemaakt van een ondernemerspanel. Dat heeft goed gewerkt. Daarom zal bij de uitwerking van het Actieplan opnieuw een ondernemerspanel worden geformeerd. Gesignaleerde knelpunten De overlegstructuur met het bedrijfsleven is niet optimaal. In het Actieplan zijn daarom ook maatregelen opgenomen om dit te verbeteren. Om die reden wordt meer gebruik gemaakt van (ad-hoc) ondernemerspanels. Voor een goede branchering van het winkelbestand in het kernwinkelgebied van Winsum (de kom) is het nodig dat de beschikbare of beschikbaar te maken ruimte optimaler benut wordt De situatie van de detailhandel in het kernwinkelgebied maakt het dringend gewenst dat het Boogplein een invulling krijgt met één of meerdere trekkers. De samenwerking met en tussen ondernemers kan nog verbeterd worden. De bezoekende consument wordt niet lang genoeg vastgehouden. De ruimtelijke uitstraling van het centrum van Winsum kan beter. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Meer werkgelegenheid voor de inwoners van de gemeente Winsum. Plaatsen stijgen op de noordelijke ranglijst MKB-vriendelijkste gemeente goed matig Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Versterken en uitbouwen van de economische structuur in al haar facetten. In de periode in nauwe samenwerking met een ondernemerspanel - uitvoering geven aan het Actieplan Economie Werken aan Winsum

80 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Personeel van derden Energie Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Werkelijk ontvangen rente en winstuitk Huren Pachten Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten

81 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Deze voordelige afwijking heeft te maken met een eenmalig budget in 2013 voor het actieplan economisch beleid (kadernota 2012). Overige inkomensoverdrachten V Dit voordeel heeft te maken met de incidentele bijdrage in de 2 wielerevenementen in Overige kleine afwijkingen N Totaal V

82 DEELPROGRAMMA 3.2 TOERISME Omschrijving van het deelprogramma Het toeristisch recreatieve product van de gemeente Winsum kenmerkt zich vooral door rust, ruimte, kleinschaligheid en cultuur. Hét te vermarkten product is ons waardevolle landschap, waardoor wij Schatkamer in het noorden zijn. Dit deelprogramma geeft aan welke beleidsinstrumenten daartoe worden ingezet. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Openluchtrecreatie VVV(-kantoren) Beleidskader Collegeprogramma In de gemeente Winsum zijn landschap, natuur, recreatie en landbouw sterk met elkaar verbonden. Gebieden zijn veelal voor meerdere doeleinden bestemd. Dit betekent dat voor een goed gemeenschappelijk gebruik van deze gebieden samenwerking het sleutelwoord is. Samenwerking tussen agrariërs, natuurbescherming (weidevogelgebieden, ecologische zones etc.), Groninger Landschap, waterschap, NLTO, Stad en Ommeland, gemeente en anderen. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de bijzondere waarden van het Middag Humsterland en het Reitdiepdal. Binnen deze gebieden ligt één van de belangrijkste weidevogelgebieden van de provincie Groningen. Er dient rekening gehouden te worden met deze waarden in de verschillende ontwikkelingen. Recreanten bevorderen de leefbaarheid van kernen in onze gemeente. Wij willen nieuwe initiatieven stimuleren en faciliteren. Bij de verbetering, stimulering en promotie van toerisme en recreatie zoeken wij de samenwerking met andere gemeenten, VVV s e.d. Daarbij dient meer aandacht te zijn voor de onderlinge afstemming van zowel de promotieactiviteiten als de recreatiemogelijkheden. Winsum is ook vanaf het water aantrekkelijk voor recreanten en toeristen. We streven naar goede verbindingen van vaarroutes. Bij vernieuwing/renovatie van bruggen wordt rekening gehouden met de hoogte in verband met de vaarrecreatie. Wij willen de bestaande paden en wandelwegen verbeteren en opwaarderen. Overnachtingsfaciliteiten, arrangementen in ruim verband, zoals Lauwersmeergebied met o.a. Museum Wierdenland, Allersmaborg, cultuurhistorische bezienswaardigheden, recreatiemogelijkheden en -bedrijven, dienen bevorderd te worden. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Integrale visie Recreatie &Toerisme gemeente Winsum Koersen op Kansen (1997); Gebiedsuitwerking Noord-Groningen van het Provinciaal Omgevingsplan (POP); Toekomstvisie Winsum 2020 Schatkamer van het Noorden ; Bestemmingsplan buitengebied. Startdocument toeristische beleidsontwikkeling Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen In het afgelopen jaar hebben de 8 gemeenten die samen de VVV Lauwersland subsidiëren, besloten de samenwerking per te beëindigen. Daarmee houdt de VVV Lauwersland per die datum op te bestaan. De BMW gemeenten, nu nog deelnemer in de VVV Lauwersland, zijn op zoek naar alternatieven voor de toeristische informatievoorziening. In dat kader wordt o.a. gesproken met de VVV organisatie De Top van Groningen

83 Met de 7 of 8 gemeenten in Noord-Groningen worden de mogelijkheden onderzocht om gezamenlijk (meer) aan regiomarketing te doen, mogelijk in combinatie met een gezamenlijke organisatie voor de toeristische informatievoorziening. Gesignaleerde knelpunten Voor de doortrekkende en in het gebied verblijvende toerist is er te weinig verblijfsaccommodatie. Behoudens de diverse Bed- en Breakfast bedrijfjes, zijn dergelijke voorzieningen er niet. Ons toeristisch bedrijfsleven kent circa 50 ondernemers. Binnen deze groep is sprake van een kleine harde kern.de rest van de bedrijfjes worden doorgaans uitgeoefend als tweede bedrijfstaak, dan wel als hobbymatige activiteit. Dat brengt beperkingen met zich waar het gaat om de uitvoering van het startdocument en het daaruit voortvloeiend Actieplan toeristische beleidsontwikkeling. De totstandkoming van het Actieplan Recreatie en Toerisme als uitwerking van het Startdocument toeristische beleidsontwikkeling kost meer tijd dan gedacht. De verklaring hiervoor is boven al gegeven. Oplevering van dit plan wordt op zijn vroegst begin 2014 verwacht. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Het bieden van meer mogelijkheden voor recreatie en toerisme Aantal projecten recreatie en toerisme goed matig Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? De volgende doelstellingen concretiseren(zie ook startnotitie): - Meer route gebonden recreatie; - Een beter en groter aanbod van mogelijkheden voor dagrecreatie; - Een sterker aanbod van verblijfsaccommodaties; - Meer cultuurtoerisme en instandhouding van het cultureel erfgoed; - Meer vaartoerisme; - Verbeteren van promotie en organisatie van de R&T sector; - Versterking profilering en samenwerking kunst en cultuur. Uitwerking van de startnotitie in een Actieplan, in samenwerking met het Toeristisch platform. Vervolgens uitvoering van het Actieplan in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven en het platform

84 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Energie Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Huren Pachten Totaal baten

85 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Dit betreft het incidentele budget in 2013 betreffende het actieplan recreatie en toerisme. Overige inkomensoverdrachten V Dit betreft de uitvoeringsbudgetten voor cofinanciering. Deze waren in 2013 geraamd met als dekking een onttrekking aan de hieraan gekoppelde reserve cofinanciering. Overige kleine afwijkingen 0 Totaal V

86 DEELPROGRAMMA 4.1 GRONDBELEID Omschrijving van het deelprogramma Het exploiteren van bouwgrond in bestemmingsplannen zowel in eigen beheer als door derden. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Bouwgrondexploitatie Beleidskader Zie paragraaf G Grondbeleid. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in: de toekomstvisie en de dorpsvisies; distributie planologisch onderzoek; sportnota 2013 detailhandelsvisie; de exploitatieverordening. Structuurvisie, woonvisie en GVVP (vaststelling 2014) Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Door de economische ontwikkelingen blijft het nodig rekening te houden met een trage woningmarkt. Er wordt over de hele linie meer dan voorheen ingezet op verduurzaming en renovatie van de bestaande woningvoorraad en minder op nieuwbouw. Voor het overige wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid achterin deze begroting en naar het programma volkshuisvesting. Gesignaleerde knelpunten Economische ontwikkelingen geven temporisering van de woningproductie te zien. Dit noopt tot het bijstellen van de prognoses voor planontwikkeling. In de paragraaf grondbeleid achterin deze begroting zijn de financiële achtergronden hiervan voor gemeentelijke exploitaties in beeld gebracht. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Het op financieel verantwoorde wijze verwerven en exploiteren van gronden welke bijdragen aan de uitvoering van de toekomstvisie en dorpsvisies. Een reserve grondexploitatie welke de risico s afdekt. goed hoog Voldoende omvang Voldoende omvang voldoende omvang

87 Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Een bij het gemeentelijk beleid passende uitvoering van het grondbeleid. Doen van strategische aankopen voor de verdere ontwikkeling. Het op basis van nieuw beleid op onder andere het gebied van sport, verkeer, volkshuisvesting in kaart brengen van passend grondbeleid. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Kosten algemene plannen Ov. aankopen/uitbesteding duurzame goederen Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten

88 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Ov. aankopen/uitbesteding duurzame goederen V Per kostensoortgroep wel afwijkingen, maar per saldo een lichte stijging van de lasten. Dit heeft te maken met een iets hoger uurloon in 2014 (zie paragraaf bedrijfsvoering). Kapitaallasten N Zie boven Overige verrekeningen van kostenplaatsen V Zie boven Overige opbrengsten goederen en diensten N Zie boven Overige kleine afwijkingen 0 Totaal N

89 - 88 -

90 DEELPROGRAMMA 4.2 NATUUR- EN GROENBEHEER Omschrijving van het deelprogramma Het onderhouden en beheren van openbaar groen, vijvers en watergangen en het ondersteunen en stimuleren van activiteiten voor de bescherming en ontwikkeling van natuur en landschap. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Natuurbescherming Openbaar groen Beleidskader Collegeprogramma De gemeente Winsum is rijk aan bijzondere landschappen en cultuurhistorische gebieden, die zorgvuldig beschermd moeten worden. Het behoud van het cultuurhistorische karakter van de gebieden Middag-Humsterland, Reitdiepdal en Halve Ambt (ons erfgoed) is een zaak van hoge prioriteit. In de erfgoednota is een duidelijke koers uitgezet voor een samenhangend beleid waarin erfgoed centraal staat. De organisatie van de uitvoering van het beleid dient nader ingevuld worden. Uitgangspunt is dat de erfgoedcommissie een duidelijke rol vervult bij de uitvoering. Het Reitdiepgebied mag niet (verder) worden aangetast. Geen bouwplannen aan oude meanders. Middag-Humsterland heeft een belangrijke functie als trekker` in de gemeente. Wij vinden het van wezenlijk belang dat ons erfgoed (bijvoorbeeld de Wetsinger keersluis) behouden blijft. Wij staan een groene en duurzame gemeente voor. Groen maakt een buurt prettig om te wonen, geeft kinderen de gelegenheid om te spelen en is noodzakelijk voor het voortbestaan van vogels en andere dieren. Het groen wordt echter vaak bedreigd door nieuwbouw en renovatie van buurten, pleinen en straten. De gemeente houdt bij uitvoering van de renovaties rekening met het groen en de bomen. Bij de uitbreiding, inrichting en onderhoud van het groen behoren bewoners betrokken te worden. Het college betrekt burgers bij het opstellen van de lijst van waardevolle bomen en de langetermijn streefbeelden van de dorpen. In nieuwe bestemmingsplannen komt voldoende ruimte voor natuur. Indien mogelijk willen we méér groen, verbeterde wandelroutes, meer speelplekken. Verder willen wij bevorderen dat er een veilige route wordt gecreëerd voor de (Pieterpad)wandelaars tussen Winsum en Garnwerd (cofinanciering). Het college streeft naar een efficiënte en slagvaardige organisatie van de buitendienst, die in nauwe samenwerking met andere gemeenten en andere partijen, m.n. Ability de kwaliteitsvisie Groen kan realiseren. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s; SGB Gebiedsplan Wierden; Landschapsontwikkelingsplan Noord-Groningen; Landschapsvisie 1993; Gebiedsprogramma Groningen (EHS); Convenant Dier en Plant op t Hogeland ; Kwaliteitsvisie groen 2011; Nota begraven en begraafplaatsen 2011; Bomenbeleidsplan ; Overeenkomst Iepenbeheer

91 Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Het areaal groenvoorzieningen neemt toe door het gereedkomen van uitbreidingsplannnen. Er wordt gestart met het invulling gegeven aan het beheer en onderhoud van het groen zoals dat is vastgelegd in de kwaliteitsvisie groen. Circa 30% van alle kastanjebomen in de Gemeente Winsum is in meer of mindere mate aangetast door de Kastanje ziekte. Landelijk wordt dit gezien als een grote bedreiging. In 2010 is een monumentale beplanting van kastanjes rond de begraafplaats te Sauwerd geruimd als gevolg van deze ziekte. In 2010 is gestart met een pilot Kastanje ziekte, begeleid door de universiteit van Wageningen waar ook de Gemeente Winsum aan meedoet. Het doel is om te onderzoeken welke behandelmethodes een gunstig effect hebben op de conditie van zieke bomen. Watermerkziekte is een ziekte die schietwilgen aantast. De ziekte is niet te bestrijden. De enige manier om toename te voorkomen is om zieke bomen zo snel mogelijk te ruimen. Als de ziekte niet afneemt zal dat invloed hebben op met name landschappelijke beplantingen. De Eikenprocessierups (EPR) is vanuit het zuiden van Europa bezig aan een snelle opmars naar het noorden. De rupsen veroorzaken bij aanraking en inademen gezondheidsklachten. In 2010 is de EPR voor het eerst ook in onze provincie aangetroffen. Het betreft met name de gemeenten met een groot aantal eiken. In die gemeenten kost de bestrijding ervan jaarlijks veel geld. In de gemeente Winsum is de EPR nog niet aangetroffen. Echter, in Groningen is dit al wel het geval. Het aantal eiken binnen de gemeentegrenzen is gering. Grote overlast wordt hier daarom ook niet verwacht. De volkstuinen worden niet overal volledig verhuurd. Het gevolg is dat er kavels braak liggen. Een ander gevolg is dat het gebruik soms verandert. Volkstuinen worden niet altijd gebruikt / onderhouden zoals wenselijk is. Er is onvoldoende controle / handhaving. Bij alle uitvoeringswerkzaamheden moet rekening worden gehouden met de toepassing van de Flora- en Faunawet. Dit is niet ingebed in gemeentelijk beleid. Watergangen en vijvers groeien steeds vaker dicht met krabbescheer. Krabbescheer heeft positieve en negatieve elementen. Het positieve is dat zij een oase vormt voor kleine waterdiertjes. Het negatieve is dat bij een overvloed aan krabbescheer het water zuurstofarmer wordt. Daarnaast ondervinden gebruikers van het water hier overlast van. Het is daarom noodzakelijk dat voorkomen wordt dat vijvers en watergangen dichtgroeien. Op initiatief van (groepen)bewoners komt het voor dat er overeenkomsten gesloten worden met de gemeente over het onderhouden van openbaar groen door deze bewoners. Voorbeelden hiervan zijn bosjes in Tinallinge en Den Andel en openbaar groen in de Simon van Wattumstraat. De Essentaksterfte (schimmelaantasting) is een bomenziekte die sterk in opkomst is. Het is nog onduidelijk hoe deze ziekte zicht verder zal ontwikkelen en verspreiden. Het kan betekenen dat vaker snoeien van gevaarlijke takken of kappen van bomen nodig zal zijn. Gesignaleerde knelpunten Door gewijzigde regelgeving is het niet meer toegestaan chemische onkruidbestrijding toe te passen in openbaar plantsoen. Het effect is dat er een grotere fysieke inspanning nodig is om de gewenste kwaliteit te bereiken. Vooral in groeizame periodes is er een spanningsveld tussen beoogde kwaliteit en beschikbare manuren. Onkruid op bestrating wordt bestreden met het chemische onkruidbestrijdingsmiddel Round Up. Vanaf 2018 is dit middel niet langer toegestaan. Vanaf 2014 wordt onderzoek gedaan naar alternatieve onkruidbestrijdingsmethodes die het milieu minder belasten. De stoom-/hete luchtmethode is daar een voorbeeld van

92 Het is niet altijd duidelijk wat de kwaliteit van het onderhoud van groen moet zijn in uitbreidingsplannnen of bij in ontwikkeling zijnde projecten tot het moment van overdracht aan de gemeente. De verantwoordelijkheid ligt hiervoor bij de ontwikkelaar maar de klachten komen binnen bij de gemeente. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Bij het bermbeheer en landschapsontwikkeling streven we naar biodiversiteit. Dat betekent dat het groenbeheer zoveel mogelijk plaatsvindt op een natuurlijke en rationele manier. Aantal kapmeldingen goed laag Gebruik kg. chemische goed hoog 5 5 kg 2 kg onkruidbestrijdingsmiddelen Oppervlak heringericht plantsoen goed hoog m² Percentage zieke iepen goed laag 0,3 0,25% 0,4% Maximaal aantal meldingen groen: - boomonderhoud - gras maaien - onkruid - snoeien - vernielingen Hoog Hoog Hoog Hoog Hoog Hoog Goed Goed Goed Goed Goed Goed Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Groene gemeente. Uitvoeren van de groenkwaliteitsvisie. Invulling geven aan de uitvoering van het bomenbeleidsplan. Omvorming van beplanting. Invloed van burger op groen vergroten. Convenanten sluiten. (op initiatief van de burgers) Onderhoud groen in uitbreidingsplannen en in ontwikkeling zijnde projecten. Met ontwikkelaars afspreken dat groen wordt onderhouden volgens de groenkwaliteitsvisie van de gemeente. Voorkomen dat watergangen dichtgroeien met krabbescheer. Regelmatig watergangen uitmaaien

93 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Totaal baten 0 0 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V De afwijking heeft 2 oorzaken: een verhoging van het bezuinigingsbedrag op groen van en een extra budget in 2013 voor de bestrijding van de roekenoverlast ( ). Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering Overige kleine afwijkingen 0 Totaal N

94 DEELPROGRAMMA 4.3 RUIMTELIJKE ORDENING EN INRICHTING Omschrijving van het deelprogramma Door het treffen van planologische maatregelen en het stellen van voorwaarden, bevorderen van een evenwichtige indeling, inrichting, benutting en instandhouding van een optimaal woon-, werk en leefmilieu in de gemeente Winsum. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Ruimtelijke ordening Beleidskader Collegeprogramma Er kunnen zich in het Middag-Humsterland en het Reitdiepdal situaties voordoen waarin spanningen ontstaan tussen het behoud van het cultuurlandschap en de belangen van de agrariërs die land beheren. De gemeente speelt een belangrijke rol bij de afweging van verschillende belangen. De nietgrondgebonden landbouw (bijv. varkensflats) past niet in het huidige- en toekomstige erfgoedbeleid en het GGD-beleid over MRSA verspreiding. Het belemmert ook de mogelijkheid voor toeristen om in ons landschap te recreëren. Agrarische bedrijven dienen wel de nodige ruimte te krijgen. Ten aanzien van het vergroten van de bouwblokken zijn wij van mening dat dit in principe binnen de kaders dient plaats te vinden zoals neergelegd zijn in het Provinciaal Omgevings Plan (POP) en het nog nieuw vast te stellen bestemmingsplan Buitengebied Winsum. Leidraad hierbij vormt de nota agrarische bouwblokken en landschap. Bij het opstellen van de ruimtelijke plannen willen wij het debat zoeken met de samenleving; bewoners, maatschappelijke organisaties, bedrijfsleven, scholen etc. Zo willen wij dat wordt gewerkt aan betrokkenheid door de dialoog met burgers aan te gaan. Eén van de prioriteiten van de coalitie is het opstellen van een spreidingsplan voor UMTS-masten. Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Provinciaal Omgevingsplan (POP); Provinciale omgevingsverordening (POV); Gebieds- en dorpsvisies; Regiovisie Groningen-Assen; Wet ruimtelijke ordening; Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte; Bestemmingsplannen; WABO; Structuurvisie Winsum (besluitvorming 2014); Woonvisie (2014); Gemeentelijk Verkeers- en vervoersplan (2014). Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen - De actualiseringsslag van onze bestemmingsplannen is tijdig afgerond. In plaats van circa 100 bestemmingsplannen beschikt de gemeente Winsum nu over 20 geactualiseerde, digitale plannen. De komende 2 jaar komt daar nog een slag overheen wat betreft de doorwerking van de vastgestelde Provinciale Omgevings Verordening (POV) bijvoorbeeld wat betreft karakteristieke bebouwing. We plannen de volgende actualisering (binnen 10 jaar na vaststelling) in, en bekijken of er een verdergaande clustering kan plaatsvinden aan de hand van de gebieds- en/of dorpskenmerken

95 - Andere ontwikkelingen zijn de voorspelde bevolkingskrimp, de verdunning van de woningbezetting en de invloed van de economische recessie op de woningmarkt. - Gedateerd gemeentelijk beleid vroeg afgelopen jaar om evaluatie en actualisatie. Daarom zijn een nieuwe structuur-, woon-, sport- en verkeersvisie in procedure gebracht. Vanaf dit jaar nemen we de bijbehorende uitvoeringsplannen ter hand. - Het beleid van de nationale overheid is gericht op een verdergaande deregulering van het omgevingsrecht en decentralisatie van het ruimtelijk beleid naar de lagere overheden. In dat kader is er een nieuwe integrale Omgevingswet in voorbereiding. Verwacht wordt dat deze in 2017 in werking treedt. Hierbij willen wij de ervaringen met de nieuwe POV en de samenwerking met de provincie waar het gaat om ruimtelijke procedures betrekken. Gesignaleerde knelpunten - Als gevolg van stringente regelgeving zien we bij gewenste ontwikkelingen in het buitengebied vaker spanning optreden tussen economische en landbouwbelangen enerzijds en natuur- en landschapsbelangen anderzijds. Door middel van een maatwerkbenadering (keukentafelgesprekken) wordt getracht een optimale situatie te bereiken. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Op 1 juli 2013 actuele, eenduidige digitaal raadpleegbare, bestemmingsplannen. Goed Goed Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? POV (Provinciale Omgevingsverordening) door laten werken in bestemmingsplannen (o.a. karakteristieke bebouwing). Tweede actualiseringsslag, verdere clustering onderzoeken. Een gemeentelijke visie alsmede een uitvoeringsprogramma voor gewenste ruimtelijke ontwikkelingen die aansluiten bij actuele maatschappelijke ontwikkelingen. De structuur- woon- en verkeersvisie vaststellen en de uitvoering van deze visies voortvarend ter hand nemen. De uitvoeringskosten/middelen in beeld brengen en vertalen in de kadernota. Een zorgvuldige ruimtelijke belangen afweging in het bijzonder in het buitengebied. Inzetten op maatwerkbenadering met als kader het bestemmingsplan buitengebied, het Provinciaal Omgevings Plan (POP) en de bijbehorende verordening (POV)

96 Wat willen we bereiken? Via de daartoe bestaande platforms invulling geven aan gebiedsgericht werken (gebiedscommissies Reitdiep en Middag Humsterland, Leader Actie Groep (LAG) en regio Hoogeland, Regio Groningen Assen). Wat gaan we daarvoor doen? Inzet plegen om projecten/programma s verder te brengen en de benodigde cofinanciering voor de uitvoering van projecten zoveel als mogelijk beschikbaar stellen. Inzet plegen bij de vorming van een nieuwe gebiedsagenda Hoogeland teneinde aanspraak te kunnen maken op nieuw open te stellen Europese fondsen. Participeren in de uitvoering van hetgeen in de geactualiseerde regiovisie Groningen- Assen is verwoord. Een optimale ruimtelijke inpassing en vormgeving van het plan Winsum Oost. De ruimtelijke uitwerking zeer gefaseerd oppakken. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Aankopen niet duurzame goederen & diensten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten

97 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Aankopen niet duurzame goederen en diensten V Dit voordeel wordt tot een bedrag van veroorzaakt door een doorgeschoven bedrag vanuit het jaar 2012 naar 2013 (structuur visie) en een incidenteel budget van voor het opstellen van een bestemmingsplan in 2013 (Garnwerd). Kapitaallasten N Dit nadeel betreft de versnelde afschrijving van een tweetal budgetten die in de kadernota 2011 zijn opgenomen. Beide budgetten hebben te maken met de invoering van de basisregistratie grootschalige topografie (BGT). De BGT moet uiterlijk op 1 januari 2015 op orde zijn. Dit is nu gepland voor Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering Overige kleine afwijkingen 0 Totaal N

98 DEELPROGRAMMA 5.1 COMMUNICATIE Omschrijving van het deelprogramma Het deelprogramma Communicatie is onderverdeeld in drie werkgebieden: voorlichting, communicatie en Public Relations. Voorlichting Mondelinge en schriftelijke informatie die feitelijk/zakelijk van aard is (het openbaar maken van bijv. teksten van wetten en nota s) en het naar buiten toe presenteren van gemeentelijke opvattingen en standpunten. Communicatie Het inzetten van middelen om een goede in- en uitvoering van het gemeentelijke beleid te realiseren, met de mogelijkheid tot interactie. Public Relations Het inzetten van middelen om houding/beeld van verschillende doelgroepen - inwoners/bezoekers/bedrijven/andere gemeenten- positief te beïnvloeden, te laten zien waar wij als gemeente voor staan (identiteit/imagobepaling). Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Voorlichting Beleidskader Collegeprogramma De burger wordt goed geïnformeerd over de mogelijkheden om zijn stem te laten horen op raadsvergaderingen en informatieavonden. Communicatie met de burgers is essentieel, de website vervult daarin een rol. Er worden projecten ingezet om de inspraak en verantwoordelijkheid voor beslissingen over onderdelen van het gemeentelijk beleid meer bij de burgers te leggen. De gemeente zal burgers, ondernemers, verenigingen en overige belangengroepen proactief informeren om zo de verhoudingen te optimaliseren. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de moderne technologische mogelijkheden. Daarnaast zijn bezoeken van raad en college aan de dorpen en wijken van groot belang omdat het korte lijnen tussen de burger en het bestuur garandeert. Bestaande beleidskaders Geen. Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen In toenemende mate wordt gebruik gemaakt van sociale netwerken zoals Twitter en Facebook. Bezien wordt op welke wijze wij deze middelen (meer) in kunnen zetten bij onze communicatiestrategie. Gesignaleerde knelpunten Geen

99 Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 Oordeel inwoners gemeente over de wijze waarop de gemeente communiceert. realisatie 2012 Rapportcijfer (0 10): goed hoog 7,7 7,7 n.b. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? De burger wordt goed geïnformeerd en betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van gemeentelijk beleid. Inzetten van diverse communicatiemiddelen, onder meer; publicaties in de regionale dagbladen, de website, persberichten, het live uitzenden van raadsvergaderingen, tweewekelijkse persmomenten, burgers laten participeren bij diverse projecten. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Ov. aankopen/uitbesteding duurzame goederen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Overige inkomensoverdrachten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Totaal baten

100 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering. Overige kleine afwijkingen 0 Totaal N

101

102 DEELPROGRAMMA 5.2 PUBLIEKSZAKEN Omschrijving van het deelprogramma Dit deelprogramma omvat de publieke dienstverlening aan de centrale balie en de digitale dienstverlening, waaronder de verstrekking van rij- en reisdocumenten, uittreksels uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens en de Burgerlijke Stand en het bijhouden van de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens en de gravenadministratie. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Publiekszaken Baten secretarieleges Publiekszaken Beleidskader Collegeprogramma De kwaliteit van de dienstverlening dient de hoogste prioriteit te hebben. Van de gemeente mag een facilitaire houding worden verwacht. Meer begeleiden leidt tot minder afwijzen. De gemeente zal de doelstellingen en normen op het gebied van serviceniveau en snelheid te zijner tijd vastleggen in een kwaliteitshandvest. En als dan blijkt dat deze normen en doelstellingen niet gehaald worden, zal de gemeente de burger eventueel symbolisch tegemoetkomen. De gemeentelijke organisatie is goed toegankelijk voor burgers: ruime openingstijden en goed telefonisch bereikbaar, meer mogelijkheden via elektronische dienstverlening. De dienstverlening van de gemeente zal op basis van kennis en service naar buiten gericht moeten zijn. Voor de verschillende diensten en producten die binnen de gemeente voorkomen moet een actief dienstverlenende frontoffice functioneren. Er dient één loket te komen waar inwoners en ondernemers met hun vragen terecht kunnen. Samenwerking met andere gemeenten (Bedum en De Marne) is daarbij noodzakelijk. Hierbij valt te denken aan de opzet van een gezamenlijk shared service center(s). Bestaande beleidskaders Uitvoering van beleid is vastgelegd in de volgende nota s; Verordening gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens; Handboek Beveiliging Burgerzaken (GBA en Waardedocumenten); Verordening op de heffing en invordering van leges 2012; Beleidsnota Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo); Verordening Voorzieningen Wmo gemeente Winsum; Besluit Individuele Voorzieningen 2012; Verstrekkingenboek Voorzieningen Maatschappelijke Ondersteuning; Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de gemeente Winsum 2011; Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten; Nota begraven en begraafplaatsen in de gemeente Winsum; Uitvoeringsbesluit voor de grafbedekkingen. Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Modernisering GBA In maart 2009 hebben gemeenten en het ministerie van BZK een bestuurlijk akkoord afgesloten voor een nieuwe start van het programma Modernisering GBA (MGBA). Het vervolgtraject van dit programma draagt bij aan een verbetering van de kwaliteit van de gegevenshuishouding en betere dienstverlening aan burgers en bedrijven. Naast deze kwalitatieve opbrengsten levert de modernisering van de GBA ook structureel financiële baten op voor gemeenten. Voordat dit het

103 geval is wordt er eerst een forse investering gevraagd van alle gezamenlijke gemeenten, de investering bestaat uit twee onderdelen: de aanschaf van de Burgerzaken Modules en de implementatie daarvan. De planning is inmiddels een aantal keren opgeschoven omdat is gebleken dat het geplande model onvoldoende aansluiting bij andere onderdelen van de Basisregistratie Personen (BRP) biedt. In de periode gaan alle gemeenten aansluiten op de BRP. Eerst zullen de 10 koplopergemeenten aansluiten. Hier maakt de gemeente Winsum geen deel van uit. De implementatie van de BRP is een onderdeel van het BMW-traject. In het totaal budget van dit traject is rekening gehouden met deze investering. De gemeente Winsum staat gepland bij de vroege meerderheid gemeenten, met als voorlopige aansluitdatum 1 juni Voor een succesvolle overgang naar de BRP, is de eerste stap voor de gemeenten hun persoonslijsten te corrigeren. Dit zijn zogenaamde Baseline controles. De gemeente Winsum heeft inmiddels aan de Baseline 1 controle voldaan en naar verwachting zullen de Baseline 2 - controles in 2014 extra inspanningen van onze gemeente vragen, voordat naar een voorspoedige aansluiting kan worden toegewerkt. Gravenadministratie In juni 2011 is de nota Begraven en begraafplaatsen in de Gemeente Winsum vastgesteld. Onderdeel van de nota is de beheerverordening begraafplaatsen. In deze nota zijn o.a. richtlijnen vastgesteld ten aanzien van het onderhoud van graven en het ruimen van graven. In 2013 zijn alle graven ter plekke op de begraafplaatsen geïnventariseerd en is een begin gemaakt met het controleren, het actualiseren en completteren van de gegevens in de gravenadministratie. Rechthebbenden worden aangeschreven om verlopen grafrechten te verlengen. Indien men niet van deze mogelijkheid gebruik wil maken vervallen de graven aan de gemeente. De gemeente kan dan besluiten om tot ruiming over te gaan. In het verleden zijn de verordeningen en de graftermijnen in de voormalige gemeenten diverse keren aangepast. Dit betekent dat er zeer zorgvuldig moet worden nagegaan welke verordening bij de toenmalige uitgifte van graven geldig was. Niet alle rechthebbenden kunnen worden aangeschreven, dit omdat zij niet in alle gevallen meer zijn te achterhalen of omdat er geen gegevens bekend zijn. Dit komt deels doordat in het verleden niet altijd voldoende gegevens werden vastgelegd. Bij de begraafplaatsen worden daarom informatieborden geplaatst met daarin een oproep aan (mogelijke) rechthebbenden om zelf contact met ons op te nemen. Tijdens de inventarisatie van de grafgegevens is uit archiefstukken gebleken dat in het verleden het onderhoud van tientallen graven (o.a. in Baflo, Winsum en Adorp) door de toenmalige rechthebbenden voor bepaalde en onbepaalde tijd is afgekocht. Dit betekent dat de gemeente Winsum al vele jaren verantwoordelijk is voor het onderhoud van deze graven. Hieraan is echter in de afgelopen jaren onvoldoende aandacht besteed waardoor een deel van de betreffende graven achterstallig onderhoud heeft. Klant Contact Centrum (KCC) In februari 2013 is gestart met de inrichting van een Klant Contact Centrum. Dit heeft een aantal veranderingen met zich meegebracht. Zo zijn de functies receptie en telefoon losgekoppeld en er is een nieuw type balie ingevoerd, de snelbalie. Hier kunnen burgers de hele dag hun rijbewijs en/of reisdocumenten komen afhalen en korte vragen stellen. De openingstijden van het KCC zijn per 1 augustus 2013 gewijzigd nadat uit de klantvraaganalyse bleek dat deze niet meer goed aansloten bij de behoefte van onze klanten. Op woensdag wordt uitsluitend op afspraak gewerkt. Burgers kunnen op deze dag van uur tot uur op afspraak langskomen. Begin 2014 zal een eerste evaluatie plaatsvinden van deze nieuwe manier van werken. Omdat de inrichting van de publieksbalies al jaren niet meer voldeed aan de ARBO-eisen heeft de gemeenteraad in 2013 het licht op groen gezet om de bestaande balies te vervangen. Er is een nieuw ontwerp gemaakt dat goed recht doet aan de huidige manier van dienstverlening. De uitvoering wordt in het najaar van 2013 verwacht. Begin 2014 kan worden beschikt over een digitale kennisbank met informatie over 250 gemeentelijke producten en 2000 vragen en antwoordcombinaties. Hiermee kunnen nog meer vragen, eenduidig en direct, worden afgehandeld door het KCC. Het is de bedoeling dat de

104 informatie ook op onze website wordt geplaatst waardoor iedereen deze kan raadplegen. We verwachten dat hierdoor het aantal telefonische contacten zal verminderen. Gesignaleerde knelpunten Geen. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 Een goede fysieke en digitale dienstverlening aan de inwoners van de gemeente Winsum. Aantal gegronde klachten goed hoog Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? De gemeentelijke organisatie is goed toegankelijk voor burgers. Productenaanbod van de digitale gemeentewinkel stapsgewijs verder uitbreiden (voor zover de wet- en regelgeving dit toelaat). Dit is een continue proces. Goede, actuele informatievoorziening op de website ten aanzien van de producten en diensten. Modernisering van de GBA. Aanschaffen van Burgerzaken Modules en de noodzakelijke voorbereidingen voor de invoer van het nieuwe systeem treffen. De implementatie van de MGBA is een onderdeel van het ELO-BMW-traject. In het totaal budget van dit traject is rekening gehouden met deze investering. De implementatie in Winsum wordt halverwege 2015 verwacht. In 2014 zullen al diverse voorbereidende werkzaamheden moeten worden uitgevoerd. Optimaliseren begraafplaatsenadministratie. Ontbrekende gegevens van actuele rechthebbenden van grafrechten proberen te achterhalen. Controle van alle bestaande gegevens in de gravenadministratie op juistheid en volledigheid en waar nodig actualiseren en aanvullen. Aanschrijven van rechthebbenden waarvan de grafrechten inmiddels zijn verlopen. Hierdoor wordt duidelijk of de rechthebbenden bereidt zijn om de grafrechten voor een periode van 10 jaar te verlengen of dat zij de grafrechten overdragen aan de gemeente

105 Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Ontwikkeling KCC Aanbod van meest gevraagde producten en diensten verder uitbouwen en onderbrengen in de frontoffice van het KCC. Met behulp van de kennisbank op zoveel mogelijk vragen direct antwoord geven en de antwoorden ook beschikbaar stellen op de website. Verdere ontwikkeling van de digitale dienstverlening. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Loonbetalingen en sociale premies Personeel van derden Ov. aankopen/uitbesteding duurzamegoederen Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdrachten aan het Rijk Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten

106 Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering. Overige opbrengsten goederen en diensten V De ramingen voor legesopbrengsten zijn in 2014 hoger dan in 2013 en zijn opgenomen conform de nota lokale heffingen. Overige kleine afwijkingen V Totaal N

107

108 DEELPROGRAMMA 5.3 OPENBAAR BESTUUR Omschrijving van het deelprogramma Dit deelprogramma omvat de baten en lasten van het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad. Ook de kosten van de bestuurlijke samenwerking en de ambtelijke ondersteuning, inclusief de griffier, behoren tot dit deelprogramma. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Bestuursorganen Bestuursondersteuning college van B&W Bestuurlijke samenwerking Bestuursondersteuning raad en rekenkamer Beleidskader Collegeprogramma Belangrijk is dat de inwoner zich herkent in het gemeentelijk beleid en daaraan actief kan deelnemen. De burgers kunnen daarbij gebruik maken van de geboden mogelijkheden om mee te discussiëren tijdens informatiebijeenkomsten voorafgaand aan raadsvergaderingen of afzonderlijke bijeenkomsten en kernenbezoeken. Ook kunnen vragen rechtstreeks aan college- en raadsleden of via de partijen gesteld worden. Beslissingen worden op een zo laag mogelijk niveau genomen, opdat de burger zoveel mogelijk gehoor vindt. In de beleidsplannen komen waar mogelijk duidelijke doelstellingen, die toetsbaar en meetbaar zijn en waarvan de voortgang kan worden gecontroleerd door burgers en de gemeenteraad. Ook pleiten wij voor een actief inspraakrecht. In het kader van bestuurlijke vernieuwing zal de invloed van de burger op de besluitvorming nog verder moeten worden ingevuld (bijv. meer inspraakmomenten). Wij streven naar een vermindering van regels en administratieve lasten voor burgers en bedrijven. Wij zien mogelijkheden om de verantwoordelijkheid meer bij de burgers te leggen door samen met vertegenwoordigers van groepen burgers op interactieve wijze de voorliggende problemen aan te pakken. Niet alleen als inspreker, maar ook als partner in de besluitvorming met een eigen deskundigheid, eigen verantwoordelijkheid en beslissingsbevoegdheid binnen de door de raad en het college gestelde kaders. Dit vraagt veel van politici en gemeenteambtenaren. Met name kleinere gemeenten staan voor een dilemma. Enerzijds staan ze dicht bij de burger en willen dat zo houden. Anderzijds hebben ze te maken met een toenemend aantal taken, de kwetsbaarheid van het ambtenarenbestand en de financiële krapte, die wordt versterkt door de opgelegde bezuinigingen. Dit dilemma vraagt om een doordacht en zorgvuldig beleid, waarbij enerzijds intensieve vormen van samenwerking met andere gemeenten noodzakelijk zijn en anderzijds er voor moet worden gezorgd dat de toegankelijkheid van de gemeentelijke dienstverlening aan de burgers behouden blijft en versterkt wordt. De gemeente zet zich actief in voor versterking en uitbreiding van intergemeentelijke samenwerking, bij voorkeur met onze buurgemeenten Bedum en De Marne. Wij kiezen niet voor een gemeentelijke herindeling maar voor een projectmatige samenwerking door de al bestaande samenwerking uit te breiden naar andere beleidsterreinen en daar waar mogelijk en gewenst te kiezen voor de samenvoeging van gemeentelijke bedrijfsvoeringsonderdelen. Bestaande beleidskaders De uitvoering is vastgelegd in de volgende regelgeving; Algemene Wet Bestuursrecht Wet op de invoering van het dualistisch stelsel voor gemeenten Reglementen en verordeningen

109 Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen In 2014 zullen na de gemeenteraadsverkiezingen, de gemeenteraden in de provincie Groningen zich uitspreken over de bestuurlijke toekomst van de gemeente. Gesignaleerde knelpunten Een eventueel toekomstig herindelingsproces zal de nodige bestuurlijke en ambtelijke capaciteit gaan kosten. Dat vraagt om een goede afweging tussen de eigen (bestuurlijke) ambities en de inzet voor de herindeling. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Een goed en adequaat openbaar bestuur die de belangen van de inwoners van de gemeente Winsum vertegenwoordigt. Uitvoering van het collegeprogramma en de raadsagenda. (Bestuurlijke) vertegenwoordiging in de betrokken organen. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Loonbetalingen en sociale premies Sociale uitkeringen personeel Personeel van derden Aankopen niet duurzame goederen & diensten Inkomensoverdr. aan overheid (niet-rijk) Overige inkomensoverdrachten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten

110 De baten bestaan uit: Reserveringen Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Loonbetalingen en sociale premies V De afwijking is het saldo van lagere pensioenlasten (in 2013 eenmalig afkoop pensioen, kadernota 2013) en hogere salarislasten als gevolg van aanpassing van de salarisramingen Sociale uitkeringen personeel V De geraamde wachtgeld verplichtingen aan voormalige bestuurders bedragen ( lager dan in 2013). Dit bedrag wordt gedekt door een onttrekking aan de voorziening wachtgeld verplichtingen. Reserveringen N Zie Sociale uitkeringen personeel Overige kleine afwijkingen V Totaal V

111

112 DEELPROGRAMMA 6.1 BELASTINGEN Omschrijving van het deelprogramma Bij dit deelprogramma worden de baten en lasten van de uitvoering van de Wet WOZ verantwoord, alsmede de baten en lasten voor de heffing en de invordering van de gemeentelijke belastingen. Voor inzicht in: het beleid ten aanzien van de gemeentelijke heffingen; een overzicht van de diverse heffingen; de geraamde inkomsten voor 2014; een overzicht van de lokale lastendruk en het kwijtscheldingsbeleid wordt verwezen naar paragraaf A: lokale heffingen. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: 1930 Uitvoering wet WOZ 1940 Lasten heffing gemeentelijke belastingen Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Uitvoering wet WOZ Lasten heffing gem. belastingen Beleidskader Collegeprogramma De gemeentelijke heffingen dienen zoveel mogelijk kostendekkend te zijn, dat blijven of worden gemaakt. Er wordt vervolgonderzoek gedaan op het gebied van kostendekkendheid van leges en tarieven Gelden die beschikbaar zijn voor mensen die zijn aangewezen op de gemeentelijke sociale voorzieningen dienen daarvoor aangewend te worden en niet voor andere doeleinden. Van burgers, die gebruik maken van de gemeentelijke sociale voorzieningen, mag worden verwacht dat zij actief (blijven) deelnemen aan de samenleving, bijvoorbeeld in de vorm van scholing, werkervaring en/of vrijwilligerswerk. Afvalbeleid: In het afvalbeleid komt de vermindering van de milieubelasting centraal te staan, waarbij burgers er financieel niet op achteruit mogen gaan. Doelen zijn minder afval, beter gescheiden en efficiënter ingezameld. De burger zal hiertoe gefaciliteerd en gestimuleerd worden, o.a. via een gedifferentieerd tarief op basis van gewicht/frequentie. De financiële voordelen komen bij de burger terecht via de afvalstoffenheffing. Riolering: Het VGRP wordt geactualiseerd. De huidige versie gaat uit van een forse tariefstijging. Het college streeft ernaar dat de voorziene tariefstijging grotendeels achterwege kan blijven en onderzoekt de mogelijkheden van gedifferentieerde tarieven rioolheffing. Bestaande beleidskaders De Gemeentewet regelt welke belastingen gemeenten kunnen heffen en aan welke eisen die belastingen moeten voldoen. De gemeente Winsum heft de volgende belastingen en rechten: - onroerende zaakbelastingen; - roerende zaakbelastingen; - afvalstoffenheffing; - rioolheffing; - begraafrechten; - diverse leges. - reclamebelasting

113 Op grond van de Wet WOZ is de gemeente verantwoordelijk voor de taxatie van de onroerende zaken. De taxaties vinden plaats onder toezicht van een bij de Wet WOZ ingesteld orgaan, de Waarderingskamer. De verkregen waarden zijn de grondslag voor de heffing van de onroerende zaakbelastingen van de gemeente en de watersysteemheffing gebouwd en ongebouwd door het waterschap (waterschapsheffing). Daarnaast vormen de getaxeerde waarden de grondslag voor vaststelling van het huurwaardeforfait eigen woningen voor de inkomstenbelasting. Burgers kunnen de WOZ-waarde ook gebruiken als basis voor het aanvragen van een hypotheek of om een verzekering af te sluiten. Banken en verzekeraars gebruiken de WOZ-waarde als controlegegeven bij het verstrekken van hypotheken voor woningen. Ook overheidsinstanties en de notaris gebruiken de WOZ-waarde voor het bestrijden van vastgoedfraude. De voorwaarden, waarbinnen gemeenten kwijtschelding van belastingen en heffingen mogen verlenen, zijn vastgelegd in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet In Winsum komen de volgende belastingen en heffingen in aanmerking voor kwijtschelding: - onroerende zaakbelastingen - roerende zaakbelastingen - afvalstoffenheffing - rioolheffing Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen De limitering van de onroerende-zaakbelastingen (OZB) is vervallen per 1 januari Het vervallen van de limitering mag niet leiden tot een onevenredige stijging van de collectieve lastendruk. Als de ontwikkeling van de lokale lasten tot overschrijding van de norm leidt, kan het Rijk ingrijpen via correctie van het volume van het gemeentefonds. De macronorm voor het begrotingsjaar 2014 is vastgesteld op 3,50 %. Dat betekent dat in 2014 voor alle gemeenten samen de opbrengst van de onroerendezaakbelasting (OZB) 3,50 % meer mag zijn op basis van de gemeentelijke begrotingen Echter in 2012 is de macronorm overschreden met 7,7 miljoen en in 2013 met 31,1 miljoen. In het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen is afgesproken dat de overschrijding van in totaal 37,8 miljoen in mindering wordt gebracht op wat in 2014 aan maximale stijging gerealiseerd mag worden. De reële macronorm, rekening houdend met de correctie overschrijding komt daarmee uit op maximaal 2,45%. De systematiek van macronorm wordt geëvalueerd. Het streven is om in de septembercirculaire 2013 uitsluitsel te geven over de uitkomsten van de evaluatie macronorm als instrument om lokale lasten beheersbaar te houden. De onroerendezaakbelastingen (OZB) worden sinds 1 januari 2009 berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. De invoering van het stelsel van basisregistraties vordert gestaag. Als onderdeel hiervan moeten in toenemende mate gegevens uit diverse basisregistraties worden gebruikt bij de uitvoering van de Wet WOZ. Voor de gegevens uit de Basisregistratie Kadaster en de Basisregistratie personen (de GBA) en de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) geldt deze verplichting nu al. Inmiddels is de Landelijke Voorziening WOZ (LV WOZ) gereed. De LV WOZ wordt beheerd door het Kadaster. De LV WOZ is het centrale systeem waar WOZ-gegevens verkregen kunnen worden door geautoriseerde afnemers. De verwachting is dat in de periode tijdens en na de zomer de eerste koplopergemeenten daadwerkelijk aansluiten. De ambitie is om in 2013 zoveel mogelijk gemeenten gebruik te laten maken van de LV WOZ, doorlopend in de eerste helft van Dan sluiten ook grote afnemers zoals de Belastingdienst aan. Volgens planning sluit Winsum in het vierde kwartaal 2013 aan. Het aansluiten bestaat uit een aansluittoets en het operationeel maken van digikoppeling. De landelijke voorziening WOZ maakt het makkelijker voor Belastingdienst, waterschappen, notarissen, banken en verzekeraars om WOZ-gegevens op de te vragen bij het Kadaster

114 Het wetsvoorstel Verruiming openbaarheid Wet WOZ zal op 1 januari 2014 in werking treden. De verruiming van de openbaarheid van de WOZ-gegevens zorgt ervoor dat iedereen via een web applicatie de waarde gegevens van woningen kan inzien. Dat verhoogt de transparantie en daarmee de acceptatie van de WOZ-waarde. Het ministerie van Veiligheid en Justitie werkt aan een voorstel matiging proceskostenvergoeding WOZ. Het voorstel behelst een nadere invulling van de huidige proceskostenregeling en beperkt de vergoeding bij kleine waardeverschillen. De VNG heeft aangedrongen op het besluit vanwege de vele bezwaren van de no cure- no pay bureaus. De vele kleine waardeverschillen betekenen op dit moment een grote uitvoeringslast die hoge maatschappelijke kosten veroorzaakt. De inschakeling van de no cure- no pay bureaus leidt tot ongewenste formalisering van het contact met belanghebbende. Juist met de informele heroverweging in de bezwaarfase worden momenteel successen geboekt. Het besluit is noodzakelijk omdat de gratis bezwaren de goede invoering van de openbaarheid van de WOZ-waarde in de weg staan. De VNG vindt invoering van een adequaat besluit proceskosten WOZ-noodzakelijk, voordat sprake kan zijn van openbaarheid van de WOZ-waarde van woningen. Gesignaleerde knelpunten Geen. Maatschappelijke effecten Prestatie-indicatoren meetbaarheid beïnvloedbaarheid streven 2014 streven 2013 realisatie 2012 De inwoners van de gemeenten door middel van belastingheffing laten bijdragen aan de instandhouding van de bestaande en nieuwe voorzieningen. Aantal waardebeschikkingen goed laag Aantal belastingaanslagen goed laag Aantal kwijtscheldingen goed laag Aantal bezwaarschriften tegen waardevaststelling goed laag Door diftar verdubbeling van het aantal belastingaanslagen. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? De inwoners van de gemeente door middel van belastingheffing laten bijdragen aan de instandhouding van de bestaande en nieuwe voorzieningen. Jaarlijks aanslagoplegging en het toepassen van (dwang)invordering. Burgers die daarvoor in aanmerking komen kwijtschelding van gemeentelijke belastingen verlenen. Het op correcte wijze bepalen en vaststellen van de waarde van de in de gemeente gelegen onroerende zaken ten behoeve van de heffing van belastingen door het Rijk, de gemeente en het waterschap. Bezwaarschriften binnen 3 maanden afhandelen

115 Wat willen we bereiken? Streven naar kostendekkende tarieven op het gebied van heffingen en leges. Wat gaan we daarvoor doen? Op 11 juli 2011 is de nota lokale heffingen 2011 vastgesteld. De nota geeft inzicht in de mate van kostendekkendheid van de verschillende heffingen en met de te nemen uitvoeringsmaatregelen. Grondslag voor de berekening van de tarieven zijn de nieuw vastgestelde modellen kostenonderbouwing van de verschillende heffingen. Er wordt vervolgonderzoek gedaan op het gebied van kostendekkendheid van leges en tarieven. Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Personeel van derden Aankopen niet duurzame goederen & diensten Overige inkomensoverdrachten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Overige opbrengsten goederen en diensten Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Overige verrekeningen van kostenplaatsen N Zie paragraaf Bedrijfsvoering. Totaal N

116 DEELPROGRAMMA 6.2 FINANCIËN Omschrijving van het deelprogramma Dit deelprogramma geeft inzicht in de financiële positie. Conform het Besluit Begroting en Verantwoording moet afzonderlijk inzicht worden gegeven in de algemene dekkingsmiddelen en de mutaties op de reserves. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: 1913A - Aandelen, algemeen Geldleningen en uitzettingen korter 1 jaar 1960A - Saldi van kostenplaatsen - overig Beleidskader Collegeprogramma De komende periode staat in het teken van het opvangen van de gevolgen van de economische crisis, waaronder een toenemende werkloosheid, minder geld vanuit het rijk en uitbreiding van gemeentelijke taken. Dit betekent dat de druk op de financiën toeneemt. Naar verwachting zal onze gemeente tussen de 1,2 en 2,2 mln. Moeten bezuinigen. Dat is gelet op onze begrotingsomvang van 27 mln. Een zware opgave. Onze toezichthouder (de provincie) eist een sluitende meerjarenbegroting. Wij willen echter met beleid bezuinigen, zodat niet de basis van de sociale samenleving (cohesie) aangetast wordt. Hierbij is een langetermijnvisie noodzakelijk. De gevolgen voor de verschillende groepen van inwoners moeten duidelijk gecommuniceerd worden, waarbij tevens dient te worden aangegeven op welke wijze de financieel zwakkere inwoners worden ontzien c.q. gecompenseerd. Wij willen geen bezuinigingen op het reeds bestaande minima/armoedebeleid. Er zal gezocht moeten worden naar extra inkomensbronnen (subsidies, regelingen voor werkgelegenheid, fiscale regelingen, intensiever gebruik gemeentelijke accommodaties). Verder kan gedacht worden aan: efficiënt gebruik van voorzieningen onder de loep nemen; minder uitgaven in het kader van de WWB (Wet Werk en Bijstand) door nog meer in te haken op de regionaal fors toenemende werkgelegenheid (Eemshaven, Lauwersmeergebied); intensieve ambtelijke samenwerking met andere gemeenten (shared service center) hetgeen op termijn zal leiden tot minder inhuur van personeel en meer efficiency, gebouwen multifunctioneler maken en een nadere beoordeling van de noodzaak van (vervangings)investeringen en bijdragen door de gemeente; extra (incidentele) inkomsten (zoals de opbrengst van de verkoop van de aandelen Essent) zullen uitsluitend ingezet moeten worden voor zaken die tot structurele voordelen voor de inwoners van de gemeente Winsum leiden; Bestaande beleidskaders Uitvoering financieel beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Treasurystatuut; Financieringsparagraaf begroting; Paragraaf weerstandsvermogen begroting en nota weerstandsvermogen; Nota reserves en voorzieningen; Verordeningen ex art. 212, 213 en 213a van de Gemeentewet; Kadernota 2011 incl. bezuinigingsvoorstellen

117 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De lasten bestaan uit: Aankopen niet duurzame goederen & diensten Kapitaallasten Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal lasten De baten bestaan uit: Werkelijk ontvangen rente en winstuitk Toegerekende rente Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Afwijking in V=vrdl N=nadl Kapitaallasten V In 2013 hadden we boekwaarde van onze participaties. De participaties zijn verkocht, de boekwaarde nihil en daarom ook geen rentelasten meer in Overige verrekeningen van kostenplaatsen V Hier wordt het verschil (samen met de baten) tot uitdrukking gebracht tussen de geraamde lasten op de kostenverdeelstaten B&O en secretarie en de terugontvangst van de doorberekende uren. Doordat er in de loop van het jaar incidentele aanpassingen van ramingen zijn (o.a. doorschuiven diverse budgetten vanuit 2012) ontstaan hier afwijkingen

118 Werkelijke ontvangen rente en winstuitk N In 2013 hebben we de participaties verkocht. De nettoopbrengst hiervan bedroeg Dit vormt in de vergelijking nu een nadeel. Toegerekende rente N In de begroting 2014 is de rente verlaagd. Dit geldt ook voor de bespaarde rente. Overigens gaat het slechts om administratieve boekingen om een en ander inzichtelijk te maken. Overige verrekeningen van kostenplaatsen V Deze afwijking staat in directe relatie tot de afwijking bij de lasten. We brengen hier afwijkingen ten opzichte van 2013 in beeld. Overige kleine afwijkingen V Totaal N

119

120 ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN Omschrijving van het deelprogramma Dit deelprogramma geeft inzicht in de omvang en samenstelling van de algemene dekkingsmiddelen zoals deze zijn gedefinieerd in het Besluit Begroten en Verantwoorden (BBV). In dit hoofdstuk worden de baten en de daaraan gerelateerde lasten toegelicht, die niet direct aan een programma zijn toe te rekenen. Het voorzieningenniveau in de gemeente wordt onder meer bekostigd door de algemene dekkingsmiddelen. Het gaat hierbij om belastingen, de algemene uitkering uit het gemeentefonds en deelnemingen. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: 1921B Algemene uitkering 1913 Opbrengst Dividend 1931 Baten OZB gebruikers 1932 Baten OZB eigenaren 1933 Baten roerende woon- en bedrijfsruimten 1922 Onvoorziene uitgaven Saldo Financieringsfunctie Beleidskader Collegeprogramma We willen de reserves en voorzieningen verder, waar nodig en gewenst, op peil te brengen. Bestaande beleidskaders Uitvoering financieel beleid is vastgelegd in de volgende nota s: Treasurystatuut; Financieringsparagraaf begroting; Paragraaf weerstandsvermogen begroting en nota weerstandsvermogen; Nota reserves en voorzieningen; Verordeningen ex art. 212, 213 en 213a van de Gemeentewet. Ontwikkelingen en knelpunten Gesignaleerde ontwikkelingen Lokale heffingen De opbrengst OZB is gebaseerd op de werkelijke opbrengst van het jaar 2013, met een aanvulling voor wat betreft de ver- en nieuwbouw in Verder is rekening gehouden met de besluitvorming vanuit de kadernota Algemene uitkering De geraamde opbrengst is gebaseerd op de gegevens uit de Juni-circulaire Verderop wordt een financiële specificatie gegeven van de effecten van deze circulaire voor onze gemeentelijke begroting. Via het gemeentefonds krijgen de gemeenten een compensatie voor de gestegen lonen en prijzen. In onze personeelslastenstaat is rekening gehouden met een loonstijging van 1,0%. Verder is rekening gehouden met een stijging van de werkgeversafdracht ziektekostenverzekering. De hogere kosten als gevolg van inflatie zijn per deelprogramma nog niet aangepast, hiervoor is een stelpost opgenomen bij de post Onvoorziene uitgaven. In de loop van 2014 zal, na besluitvorming door de gemeenteraad, deze stelpost worden verdeeld over de hiervoor in aanmerking komende posten

121 Gesignaleerde knelpunten Zoals bekend is de omvang van het Gemeentefonds gekoppeld aan de rijksuitgaven. Bezuinigingen, maar ook bijv. onderuitputting, bij het Rijk worden direct gevolgd door een rijksbijdrage aan het Gemeentefonds en dus in een lagere gemeentefondsuitkering voor de gemeenten. Dit maakt de raming erg onzeker. Door deze grote onzekerheden wordt onze begroting opgesteld op basis van een constant prijsniveau. Jaarlijks wordt voor de actuele jaarschijf rekening gehouden met een inflatiecorrectie

122 ALGEMENE UITKERING Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Specificatie mutatie Algemene uitkering: Ontwikkeling Gemeentefonds (alle bedragen x Omschrijving Begroting 2013 (Sept-circ.2012) Nieuwe AU - mei-circulaire Mondriaan-akkoord (wel meenemen) Mutatie Gemeentefonds Invloed taakmutaties Ruimte stelpost loon/prijsstijging transitiekosten decentr. AWBZ Maatschappelijke stages Scootmobielen Korting onderwijshuisvesting Vermindering raadsleden WMO Invoering decentr. Jeugdzorg Feitelijk effect Alg. Uitkering

123 DIVIDEND Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Specificatie raming Dividend: Naam Aantal Nominale waarde Uitkering per aandeel Dividend Enexis Holding ,00 0, Attero Holding ,00 0, Publiek Belang Elektr.prod ,00 0, Verkoop Vennootschap ,00 0,00 0 Vordering op Enexis ,00 0,00 0 CBL Vennootschap ,00 0,00 0 Claim Staat Vennootschap ,00 0,00 0 BNG ,00 1, Oikocredit ,00 2, Omschrijving mutatie Oikocredit BNG Enexis Attero PBE CBL Vennootschap Totaal Dividend

124 SALDO FINANCIERINGSFUNCTIE Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De baten bestaan uit: Overige verrekeningen van kostenplaatsen Totaal baten Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Overige verrekeningen van kostenplaatsen Op dit onderdeel wordt het verschil afgeboekt tussen de in de begroting opgenomen rekenrente (percentage van 4%) en de werkelijk te betalen rente (gemiddeld 3,85%) op grond van opgenomen geldleningen en het berekende financieringstekort. Het hier genoemde bedrag is overigens een administratief voordeel. Feitelijk betekent het dat de, op de verschillende deelprogramma s drukkende, rentelasten in totaal voor dit bedrag te hoog zijn geraamd. Op deze wijze wordt de rente-invloed in de begroting wel duidelijk zichtbaar. Afwijking in V=vrdl N=nadl V Totaal V Doordat in de berekeningen van de Kapitaallasten gerekend wordt met een vast percentage van 4% (en de feitelijke omslagrente lager is) ontstaat er op de Kostenverdeelstaat een verschil. Dit verschil wordt ten gunste c.q. ten laste gebracht van Product 960 Saldi van kostenplaatsen (kostenplaats: ). In het kader van de algemene dekkingsmiddelen valt dit onder het Saldo financieringsfunctie

125 LOKALE HEFFINGEN Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Specificatie raming Lokale heffingen: Omschrijving mutatie Baten OZB Gebruikers Baten OZB Eigenaren Baten RZB Eigenaren Reclame belasting Totaal Lokale heffingen De opbrengst OZB Gebruikers betreft de opbrengst van gebruikers van niet-woningen. Zoals bekend is de gebruikersbelasting voor woningen enkele jaren geleden afgeschaft. Bij de ramingen is rekening gehouden met een tariefstijging van 2,75% en daarnaast is gerekend met een groei in verband met een groei van de economische waarden op grond van nieuw- en verbouw

126 ONVOORZIENE UITGAVEN Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Specificatie raming Onvoorziene uitgaven: Omschrijving mutatie Onvoorzien, incidenteel Stelpost Prijsstijgingen Stelpost Prijsstijgingen Stelpost Nieuw beleid Totaal Onvoorzien De post Onvoorzien, incidenteel is op een hoger bedrag geraamd dan afgesproken met de raad ( 2,- per inwoner). Dit is gedaan, omdat de gemeenteraad bij de behandeling van de Kadernota 2012 met amendement 8 het besluit heeft genomen om een aantal met name genoemde posten niet direct te accorderen, maar de besluitvorming hieromtrent pas te laten plaatsvinden bij de behandeling van het betreffende raadsvoorstel. Om de dekking van die voorstellen toch in de begroting mee te nemen hebben wij de dekking meegenomen bij de post voor Onvoorzien, incidenteel. Specificatie opbouw raming Onvoorzien, incidenteel Omschrijving mutatie Jaarlijks budget Amendement 8 Kadernota: - digitalisering post/archief Onvoorzien, incidenteel Voor een volledig beeld geven wij u onderstaand ook nog de opbouw van de beide ramingen Stelpost prijsstijgingen 2014, stelpost nieuw beleid, alsmede de opbouw van de restantraming aan de batenzijde van de stelpost bezuinigingen

127 Specificatie Stelpost prijsstijging 2014 Omschrijving mutatie Oorspronkelijk bedrag Opgenomen in Begroting 2014: - hogere salariskosten Stelpost prijsstijgingen Bij het opstellen van de begroting 2014 liepen wij aan tegen hogere salarislasten. Deze hebben gedekt door de opgenomen stelpost hiermee te verlagen. Specificatie stelpost Nieuw beleid Omschrijving mutatie Jaarlijks budget Amendement 7 Kadernota 2012: - uitzending raadsvergaderingen Stelpost Nieuw beleid Specificatie Baten bestaand beleid Omschrijving mutatie Bezuinigingstaakstelling Inkoop Werkelijk ingevuld: - wegenonderhoud inschrijving accountant Restant bezuinigingstaakstelling

128 MUTATIES OP DE RESERVES Omschrijving van het deelprogramma Dit onderdeel geeft inzicht in de financiële positie. Conform het Besluit Begroting en Verantwoording moet afzonderlijk inzicht worden gegeven in de algemene dekkingsmiddelen en de mutaties op de reserves. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Mutaties reserves hoofdfunctie 0 t/m 9 Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting afwijking 2014 ten opzichte van 2013: Omschrijving onderdeel Reserveringen (stortingen) Voor nadere toelichting zie specificatie hieronder Reserveringen (onttrekkingen) Voor nadere toelichting zie specificatie hieronder Afwijking in V=vrdl N=nadl V N Totaal N

129 Omschrijving mutatie Reservestortingen P1.3 Volkshuisvesting P1.4 Verkeer en vervoer P1.5 Milieu P2.1 Cultuur P2.2 Onderwijs P2.3 Volksgezondheid P2.4 Sociale voorzieningen P2.5 Welzijn P2.6 Sport P3.1 Economie P3.2 Toerisme P4.1 Grondbeleid P4.2 Natuur- en Groenbeheer P4.3 Ruimtelijke ordening P5.2 Publieke dienstverlening P5.3 Openbaar bestuur P6.2 Financiën Totaal stortingen Reserve-onttrekkingen P1.3 Volkshuisvesting P1.4 Verkeer en vervoer P1.5 Milieu P2.1 Cultuur P2.2 Onderwijs P2.3 Volksgezondheid P2.4 Sociale voorzieningen P2.5 Welzijn P2.6 Sport P3.1 Economie P3.2 Toerisme P4.1 Grondbeleid P4.2 Natuur- en Groenbeheer P4.3 Ruimtelijke ordening P5.2 Publieke dienstverlening P5.3 Openbaar bestuur P6.2 Financiën Totaal onttrekkingen Toelichting jaarschijf 2014 Stortingen zijn geraamd in de volgende reserves: (P1.4) Reserve onderhoud water de Brake jaarlijkse storting (P2.2) Reserve Huisvesting onderwijs egalisatie lasten/baten (P2.5) Reserve dorpshuizen jaarlijkse storting

130 Onttrekkingen zijn geraamd uit de reserves: (P1.4) Verkeer en vervoer versnelde afschrijving (P1.5) Egalisatiereserve Vuilverwerking egalisatie lasten/baten (P1.5) Egalisatiereserve Rioolheffing egalisatie lasten/baten (P2.1) Reserve museum Wierdenland egalisatie lasten/baten (P2.3) Reserve WMO egalisatie lasten/baten (P2.6) Reserve uitvoering sportnota egalisatie lasten/baten (P3.2) Reserve cofinancieringen egalisatie lasten/baten (P4.1) Reserve grondexploitatie egalisatie lasten/baten (P4.3) Ruimtelijke ordening versnelde afschrijving (P5.3) Reserve regiovisie egalisatie lasten/baten (P6.2) Financiën inhuur personeel

131

132 RESULTAAT NA BESTEMMING Omschrijving van het deelprogramma Op dit onderdeel wordt het uiteindelijke saldo van de begroting zichtbaar. Tot dit deelprogramma behoren de volgende producten: Saldo lasten en baten na bestemming Wat mag het kosten? Realisatie Begroting Begroting Meerjarenbegroting Lasten Lasten bestaand beleid Totaal lasten Baten Baten bestaand beleid Totaal baten Saldo deelprogramma Toelichting financiële begroting De begrotingsresultaten na Reservemutaties: Dit zijn geraamde saldi. Deze bedragen zijn het gevolg van de besluitvorming bij de kadernota De daarin genoemde bedragen zijn licht gewijzigd na het opstellen van de begroting Pas in de jaarrekening worden deze bedragen daadwerkelijk verrekend met de Algemene reserve. In de staat van reserves en voorzieningen zijn deze saldi dan ook nog niet meegenomen

133

134 PARAGRAFEN

135

136 PARAGRAAF A LOKALE HEFFINGEN Inleiding De paragraaf lokale heffingen bevat de volgende onderdelen: A. Het beleid ten aanzien van de gemeentelijke heffingen; B. Een overzicht van de diverse heffingen; C. De geraamde inkomsten voor 2014; D. Een overzicht van de lokale lastendruk; E. Het kwijtscheldingsbeleid. A. Beleid ten aanzien van de gemeentelijke heffingen Voor de hoogte van de gemeentelijke belastingen gelden de volgende uitgangspunten: - Collegeprogramma (geactualiseerd) : Uitgangspunt is dat de gemeentelijke heffingen zoveel mogelijk kostendekkend dienen te zijn, dat blijven of worden gemaakt. (Er wordt vervolgonderzoek gedaan op het gebied van kostendekkendheid van leges en tarieven); - bepalingen Gemeentewet en Wet Milieubeheer waarin wordt bepaald dat de hoogte van de tarieven en heffingen niet boven de kostprijs mogen worden geheven; - legesverordening, verordening onroerende zaak belastingen, verordening roerende zaken, verordening reinigingsheffingen, verordening rioolheffingen, verordening lijkbezorgingsrechten, verordening marktgelden, verordening brandweerrechten; verordening reclamebelasting; raadsbesluit gemeentelijk kwijtscheldingsbeleid. B. Overzicht van de diverse heffingen De gemeente Winsum kent de volgende heffingen: B1. Onroerende zaak belastingen (OZB) De OZB wordt geheven van eigenaren en gebruikers van alle in de gemeente gelegen nietwoningen en van eigenaren van alle in de gemeente gelegen woningen. Voor de OZB geldt nog een zogenaamde macronorm. Het Rijk wil dat de gemeenten gezamenlijk de OZB opbrengst niet meer dan 3,5% (2014) laten stijgen. Dat betekent dat in 2014 voor alle gemeenten samen de opbrengst van de onroerendezaakbelasting 3,5% meer mag zijn op basis van de gemeentelijke begrotingen In 2012 is de macronorm overschreden met 7,7 miljoen en in 2013 met 31,1 miljoen. Deze overschrijdingen worden verrekend met de macronorm van De reële macronorm, rekening houdend met de overschrijding bedraagt 2,45%. De OZB wordt vanaf 2009 berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. Tot en met 2008 toe werd gewerkt met eenheden van 2.500,00. De gemeentelijke tarieven 2014 worden gebaseerd op het nieuwe tijdvak / met waarde peildatum Voor het bepalen van de te hanteren percentages voor de berekening van de OZB is de waardeontwikkeling van belang. Zoals bekend vindt de waardebepaling thans jaarlijks plaats. De uitkomsten daarvan zijn ieder jaar vaak pas in oktober bekend. Gelet op dit gegeven en de uit te voeren rekenexercities om de nieuwe percentages te bepalen, vindt de behandeling c.q. besluitvorming bij de behandeling van de begroting plaats. In overeenstemming met de kadernota 2013 worden de onroerende zaakbelastingen voor de jaren 2014 tot en met 2015 jaarlijks met 2,75% verhoogd. OZB-tarieven percentage waarde onroerende zaak eigenaren woningen 0,1678% n.b. - eigenaren niet-woningen 0,2089% n.b. - gebruikers niet-woningen 0,1613% n.b

137 B2. Afvalstoffenheffing De gemeente heeft een wettelijke plicht tot de inzameling van huishoudelijk afval. De kosten die de gemeente daarvan heeft, kunnen door afvalstoffenheffing verhaald worden op de aanbieder van het afval. De begrote opbrengsten mogen de begrote kosten niet overschrijden. De afvalstoffenheffing wordt niet in de gemeentewet geregeld, maar in artikel Wet milieubeheer. De afvalstoffenheffing is een bestemmingsheffing met een belastingkarakter. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan als gevolg van de artikelen en van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt. Ook als nooit afval wordt aangeboden, kan dus toch afvalstoffenheffing worden geheven. De betreffende verordening kent uitsluitend vrijstelling voor afvalstoffenheffing van percelen voor de publieke dienst bestemd (gemeente genot hebbende) en kerken. In het (geactualiseerde) collegeprogramma staat in het afvalbeleid de vermindering van de milieubelasting centraal, waarbij burgers er financieel niet op achteruit mogen gaan. Doelen zijn minder afval, beter gescheiden en efficiënter ingezameld. De burger zal hiertoe gefaciliteerd en gestimuleerd worden, o.a. via een gedifferentieerd tarief op basis van gewicht/frequentie. De financiële voordelen komen bij de burger terecht via de afvalstoffenheffing. Op 5 juli 2012 is de Afvalnota Winsum: Minder Afval Beter gescheiden Efficiënter ingezameld vastgesteld. Met het vaststellen van deze nota is onder ander besloten tot invoering van diftar op basis van gewicht en frequentie. De invoering van diftar heeft in 2013 plaats gevonden. Het ingevoerd diftar systeem baseert zich op gewicht en frequentie, d.w.z. dat huishoudens betalen per kilo aangeleverd restafval c.q. gft-afval en voor het aantal keren dat een minicontainer wordt aangeboden. De tarieven voor de afvalstoffenheffing gaan op begrotingsbasis uit van 100% kostendekkendheid. Vanaf 2012 wordt het geraamde bedrag aan kwijtschelding doorberekend in de tarieven voor afvalstoffenheffing. Tarieven afvalstoffenheffing kilo gft 0,07 n.b. - kilo restafval 0,21 n.b. - per lediging 0,80 n.b. - vastrecht 120,00 n.b. Rioolheffing Naar aanleiding van het in werking treden van de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken is heffing van het rioolrecht vanaf 2010 niet meer mogelijk. In plaats van rioolrecht is de gemeente met ingang van 1 januari 2010 overgegaan tot invoering van de rioolheffing. Ook bij de nieuwe heffing (artikel 228a Gemeentewet) geldt dat de geraamde opbrengsten niet hoger mogen zijn dan de geraamde kosten. Belangrijk verschil is echter dat de nieuwe verbrede rioolheffing niet het karakter heeft van een individuele dienstverlening zoals dat bij het oude rioolrecht wel het geval was. De verbrede zorgplicht is gericht op collectieve maatregelen. Gemeenten hebben een sterkere regierol gekregen in het omgaan met regenwater in bebouwd gebied en het aanpakken van stedelijke grondwaterproblemen. Om de taakverbreding te kunnen financieren is het eerdere rioolrecht dus omgevormd tot een bredere rioolheffing

138 Alle kosten die gemaakt worden ter nakoming van de (nieuwe) zorgplichten kunnen worden verhaald op de burgers en bedrijven. Dit betekent dat gemeenten het individuele profijt van de nieuwe rioolheffing niet meer hoeven aan te tonen, zoals dat wel het geval was bij rioolrecht. Uitgangspunt is dat de rioolheffing kostendekkend is. Vanaf het jaar 2010 gebeurt dit volledig op basis van een contante waarde berekening van de toekomstige lasten en baten op dit onderdeel. De Contante Waarde hiervan moet gelijk zijn aan de stand van de Voorziening vervanging rioleringen. Het tarief wordt in overeenstemming met de in de nota lokale heffingen 2011 vastgesteld model kostenonderbouwing rioolheffing berekend. Het VGRP wordt geactualiseerd. De huidige versie gaat uit van een forse tariefstijging, gebaseerd op de theoretische levensduur van de investeringen en met een investeringshorizon van 60 jaar. De switch wordt gemaakt van theoretische naar feitelijke levensduur, waarbij tevens de lengte van de investeringshorizon teruggebracht zou kunnen worden. Het college streeft ernaar dat de voorziene tariefstijging grotendeels achterwegen kan blijven. In 2013 is besloten niet over te gaan naar gedifferentieerde tarieven rioolheffing. Wij stellen voor het tarief in 2014 vast te stellen op 210,-. Tarieven rioolheffing per aansluiting 210,20 210,00 B4. Leges Onder de naam leges worden een aantal verschillende rechten geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten (o.a. paspoorten, rijbewijzen, diverse uittreksels, huwelijken, bouwvergunningen en diverse overige vergunningen). Het streven is dat alle leges en tarieven zoveel mogelijk kostendekkend zijn, dat blijven of worden gemaakt. Voorwaarde daarbij is wel dat vooraf volstrekt helder is wat de reële kosten zijn. De burger mag niet betalen voor oneigenlijke kosten. In sommige gevallen leidt het kostendekkend maken van tarieven tot verhoging dan wel tot verlaging. De burger dient goed geïnformeerd te worden over de opbouw van de werkelijke kosten. Waarschijnlijk zal hij of zij eerder begrip hebben voor de aan hem of haar doorberekende bedragen. Vanuit de visie van het streven naar kostendekkende tarieven in 2015 is besloten de legesbedragen in 4 stappen vanaf het jaar 2012 te verhogen. Er wordt vervolgonderzoek gedaan op het gebied van kostendekkendheid van leges en tarieven. B5. Lijkbezorgingsrechten (begraafrechten) Op basis van de verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen. Uitgangspunt van de door uw raad vastgestelde nota begraven is om meer evenwicht aan te brengen tussen de kosten en inkomsten voor begraven. De beoogde kostendekkendheid is 90% tot 100%. B6. Brandweerrechten Reden van heffing: De brandweer wordt soms ingeschakeld voor dienstverlening welke niet direct behoort tot de wettelijke taken/werkzaamheden van de brandweer. Hiervan kunnen de kosten dan worden doorberekend aan degene die het verzoek om dienstverlening vraagt. Het streven is 100% kostendekkendheid. De gemeentelijke brandweerzorg en daarmee de dienstverlening waarvoor de brandweerrechten worden geheven, is voor alsnog een gemeentelijke taak/verantwoording. In het kader van regionalisering ( ) wordt onderzocht hoe om te gaan met de brandweerrechten in het kader van dienstverlening door de brandweer

139 B7. Roerende zaak belasting Deze belasting is in 2004 ingevoerd. Via de roerende zaakbelasting leveren eigenaren en gebruikers van roerende zaken zoals woonschepen en woonwagens een bijdrage aan de instandhouding van de collectieve voorzieningen van onze gemeente. De aanslag wordt berekend op basis van de economische waarde van de roerende zaak. De Wet WOZ waarin regels worden gegeven voor de waardebepaling van onroerende zaken, geldt niet voor roerende zaken. De regels voor de waardebepaling van roerende zaken zijn wel vergelijkbaar met de regels uit de Wet WOZ. Dat betekent dat de waarde voor de belastingaanslag in principe wordt vastgesteld op basis van de waarde in het economisch verkeer. Ook de roerende zaakbelastingen worden met ingang van 2009 berekend naar een percentage van de waarde van de roerende zaak. De belastingtarieven voor roerende zaken houden gelijke tred met de onroerendezaakbelastingen. In overeenstemming met de kadernota 2011 worden de roerende-zaakbelastingen vanaf het jaar 2012 tot en met 2015 jaarlijks met 3,5% verhoogd. B8. Marktgelden Onder de naam marktgelden worden rechten geheven over het ter beschikking stellen van een standplaats voor het uitoefenen van de markthandel en daarmee verband houdende handelingen en/of het gebruik van verstrekte hulpmiddelen. Op dit moment worden alleen nog marktgelden in rekening gebracht voor de weekmarkt in Winsum. De organisatie van de jaarmarkt (Baistemaart) in Winsum is overgedragen aan een stichting. Het huidig tekort op de weekmarkt wordt in een periode van 3 jaar gedekt door een geleidelijke verhoging van de marktgelden conform de nota Lokale heffingen. Uiterlijk in 2014 dient het markttarief 100% kostendekkend te zijn. De exacte tarieven worden bepaald op basis van een juiste kosten- en urentoerekening. B9. Privaatrechtelijke vergoedingen De gemeente Winsum heeft met diverse partijen huur- en pachtovereenkomsten gesloten. Bij af te sluiten contracten wordt een duidelijke koppeling gelegd tussen de kosten en opbrengsten. B10. Reclamebelasting Onder de naam reclamebelasting wordt, binnen het postcodegebied 9951, een directe belasting geheven voor een openbare aankondiging die zichtbaar is vanaf de openbare weg. C. Geraamde opbrengst 2014 Primaire Actuele begroting begroting Begroting Minder Opbrengsten lokale heffingen opbrengst Onroerende zaak belastingen Afvalstoffenheffing Rioolrechten Bouwvergunningen c.a Begrafenisrechten Secretarieleges Marktgelden Roerende zaak belastingen Gebruiksvergunningen brandveiligheid (inhaalslag) Reclamebelasting Totaal

140 D. Lokale lastendruk De belastingdruk in Winsum is bovengemiddeld ten opzichte van omliggende gemeenten. Ter informatie is onderstaand overzicht opgenomen waaruit blijkt hoeveel een gezin in de Groninger gemeenten moet betalen voor de zogenaamde pakketbelastingen. Dit overzicht is gebaseerd op de digitale atlas 2013 zoals gepubliceerd door het Coelo. Bij de berekening van de bedragen is bij de zowel de rioolheffing als de afvalstoffenheffing uitgegaan van een meerpersoons huishouden. Rangschikking: de rangschikking is gebaseerd op de door Coelo gepubliceerde ranglijst voor wat betreft de gemeentelijke woonlasten De gemeentelijke woonlasten 2013 voor meerpersoonshuishoudens Gemidd. OZB OZB Afval Riool Totale Rang- Gemeenten WOZ perc. heffing stoffen recht woon- orde waarde per heffing lasten landelijk Bellingwedde , Loppersum , De Marne , Oldambt , Ten Boer , Haren , Marum , Delfzijl , Appingedam , Menterwolde , Vlagtwedde , Winsum , Leek , Groningen , Pekela , Zuidhorn , Grootegast , Bedum , Slochteren , Veendam , Hoogezand-S , Stadskanaal , Eemsmond , In dit overzicht is Winsum, in vergelijking met het vorig jaar, behoorlijk gezakt op de ranglijst van dure gemeenten. Dit komt enerzijds doordat in Winsum in 2013 sprake was van een daling van de rioolheffing en anderzijds doordat de OZB-stijging minder hoog is geweest dan in veel andere gemeenten. Verder speelt een behoorlijke rol dat in bovenstaande Coelo-lijst voor Winsum bij de afvalstoffenheffing een tarief wordt genoemd van 245,-. Niet bekend is hoe dit bedrag is bepaald. Het jaar 2013 is het eerste jaar van Diftar. De komende jaren zal deze lijst nauwkeuriger worden. Op grond van de ervaringen van het eerste halfjaar 2013 is dit geen irreëel bedrag. Het is op het moment van samenstelling van deze begroting lastig om een beeld te schetsen van de belastingdruk voor De verwachting is dat het tarief voor de afvalstoffenheffing kan

141 worden verlaagd en dat geen of slechts een heel geringe stijging nodig is van het tarief voor de rioolheffing. Voor de OZB zijn we uitgegaan van de in de kadernota 2013 vastgestelde uitgangspunten. E. Kwijtscheldingsbeleid Kwijtschelding van belasting kan worden verleend indien men niet in staat is anders dan met buitengewoon bezwaar de belastingaanslag geheel of gedeeltelijk te betalen. Van buitengewoon bezwaar is in het algemeen sprake indien de middelen om een belastingaanslag te betalen ontbreken en ook niet binnen afzienbare tijd kunnen worden verwacht. Daarnaast kunnen zich ook andere omstandigheden voordoen die meebrengen dat betaling van de aanslag redelijkerwijs niet kan worden gevorderd. Om de rechtszekerheid en rechtsgelijkheid voor elke burger te waarborgen, is er een landelijk geldend kwijtscheldingsbeleid ontwikkeld en vastgelegd in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet Vroeger waren de normen tamelijk streng, maar sinds 1 januari 1995 zijn de normen verruimd. Deze verruiming bestond uit een verhoging van de kosten van bestaan van 90% naar maximaal 95% van de bijstandsuitkeringen. Met ingang van 1 januari 1997 is de kwijtscheldingsnorm uiteindelijk tot 100% opgetrokken. Verreweg de meeste gemeenten hanteren de maximale kwijtscheldingsnorm. In de praktijk betekent dit dat huishoudens met een minimumloon voor kwijtschelding in aanmerking komen, mits zij de vermogenstoets doorstaan. Met ingang van 1998 voert het waterschap Noorderzijlvest (thans Hefpunt voor belastingen van waterschappen en gemeenten) de kwijtscheldingsregeling uit voor onze gemeente. Jaarlijks doen veel mensen bij hun gemeente het verzoek om kwijtschelding van gemeentebelastingen. Als de kwijtschelding wordt toegewezen, kan dat burgers honderden euro s per jaar schelen. Zodoende is deze kwijtschelding een belangrijke manier om armoede terug te dringen. Werkelijk Begroting Begroting Volume kwijtscheldingen OZB Afvalstoffenheffing Rioolrecht Totaal Voor de OZB wordt geen raming voor kwijtscheldingen opgenomen, omdat, na de afschaffing van OZB voor gebruikers van woningen, er feitelijk geen aanvragen meer binnenkomen. Met ingang van 2012 wordt het geraamde bedrag aan kwijtschelding doorberekend in de tarieven voor afvalstoffenheffing

142 PARAGRAAF B WEERSTANDSVERMOGEN Inleiding Het weerstandsvermogen kan worden gedefinieerd als het vermogen van de gemeente Winsum om niet-structurele financiële risico s op te kunnen vangen ten einde haar taken te kunnen voortzetten. Het weerstandsvermogen bestaat uit de twee componenten: de weerstandscapaciteit (zijnde de middelen waarover de gemeente beschikt/kan beschikken om niet-begrote kosten te dekken) en de risico s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenramingen. Het weerstandsvermogen heeft enkele malen in de raad tot discussie geleid. De discussie gaat vooral over de hoogte van de algemene reserve. Alvorens in te gaan op de gewenste weerstandscapaciteit en het gewenste weerstandvermogen, wordt eerst ingegaan op de kader stellende en controlerende rol van de gemeenteraad op het gebied van het weerstandsvermogen. In dit kader wordt geput uit de handreiking Weerstandsvermogen voor Raadsleden zoals deze op 16 augustus 2007 door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan de gemeenteraden is verstuurd. Kade stellende en controlerende rol van de gemeenteraad op het gebied van het weerstandsvermogen. De gemeenteraad dient richting te geven aan het beleid. Dat kan aan de hand van de ratio weerstandscapaciteit. In de handreiking is aangegeven dat deze ratio berekend kan worden door de beschikbare weerstandscapaciteit af te zetten tegen de benodigde capaciteit. Bij de benodigde capaciteit gaat het om de niet afgedekte risico s. De begroting is hét moment voor de raad om kaders te stellen. In de bestuursrapportages wordt de raad geïnformeerd over de uitvoering van het beleid en in de jaarrekening vindt verantwoording van het uitgevoerde beleid plaats. Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit bestaat uit al die elementen waarmee tegenvallers eventueel bekostigd kunnen worden. Hiertoe behoren de algemene reserve, de vrij aanwendbare bestemmingsreserves, de omvang van de onbenutte belastingcapaciteit, en (op begrotingsbasis) de post onvoorzien. Hieruit volgt dat de totale weerstandscapaciteit op 16,0 miljoen komt. Hieraan ligt de volgende berekening ten grondslag

143 Weerstandscapaciteit exploitatie Onbenutte belastingcapaciteit: OZB -21 Rioolrechten 44 Afvalstoffenheffing 0 Leges en andere heffingen p.m. Totaal onbenutte belastingcapaciteit Onvoorzien 51 Totaal weerstandsvermogen exploitatie 74 Weerstandscapaciteit vermogen Vrij aanwendbare algemene reserve Vrij aanwendbare bestemmingsreserves (staat van reserves en voorzieningen ultimo ) Stille reserve 0 Totaal weerstandscapaciteit vermogen Totale weerstandscapaciteit Risico s Een gemeente loopt in de uitvoering van haar taken, net als elke organisatie en elk bedrijf, bepaalde risico s. Op basis van de in augustus 2013 bekende informatie zijn de risico s geïnventariseerd. Bij de inventarisatie van de risico s is een inschatting gemaakt (kwantificering) van de mogelijke financiële gevolgen welke kunnen optreden zodra een risico werkelijkheid wordt. Daarbij dient opgemerkt te worden dat deze bedragen globaal, indicatief en soms discutabel zijn. Risico s waarvan de oorzaak in het verleden of heden ligt en waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten dienen te worden voorzien. Een voorbeeld daarvan is de voorziening dubieuze debiteuren. De risico s waarvan de omvang niet redelijkerwijs is in te schatten en/of die zich nog (kunnen) gaan voordoen dienen te worden afgedekt door bestemmings- en/of de algemene reserves. De risico s worden onderverdeeld in: - risico s voortvloeiend uit eigen beleid - risico s voortvloeiend uit het beleid van hogere overheden - risico s voortvloeiend uit samenwerking met andere gemeenten of instanties - risico s voortvloeiend uit het doen en/of nalaten van anderen - risico s voortvloeiend uit voor de gemeente autonome ontwikkelingen - risico s op eigendommen (waarderingsrisico) - risico s die samenhangen met de interne bedrijfsvoering

144 Risico s voortvloeiend uit eigen beleid Bij de open einderegelingen zoals het leerlingenvervoer, individuele verstrekkingen en huishoudelijke verzorging zijn de begrote bijdragen gebaseerd op de gemiddelde bijdragen van een aantal jaren. Door fluctuatie in de aantallen aanvragen kan afwijking ten opzichte van de raming ontstaan. Leerlingenvervoer Bij leerlingenvervoer is sprake van een open-einde-regeling. Het is niet in te schatten hoeveel personen per jaar gebruik zullen maken van deze regeling. Hierdoor kunnen de kosten jaarlijks behoorlijk fluctueren. Begroot is een bedrag van Het gekwantificeerde risico wordt ongeveer tussen 10 en 20% van het budget geraamd (afgerond minimaal en maximaal ). Juridische procedures Medio september 2013 lopen de volgende juridische procedures: - Geen Grondexploitatie Het ambitieniveau van de gemeente kan gelet op de op stapel staande projecten en de in exploitatie te nemen gronden redelijk hoog genoemd worden. In de paragraaf Grondbeleid is aangegeven dat de risico s van de vastgestelde exploitatieplannen beperkt zijn. In het najaar van 2007 is een risico-inventarisatie gemaakt worden van de nog in exploitatie te nemen gronden. De risico s bij de in exploitatie genomen gronden zijn afhankelijk van de snelheid waarmee nieuwe woningen gebouwd en afgezet kunnen worden. Jaarlijks worden de exploitatieopzetten geactualiseerd. Voorziene verliezen worden ten laste gebracht van de reserve grondexploitatie. Als huidige beleidslijn geldt momenteel dat op basis van de geprognosticeerde omvang van de lasten en de baten een risiconorm wordt gehanteerd van 10%. In het kader van de bepaling van het weerstandsvermogen hoeven de risico s die gemeente loopt bij de grondexploitatie niet meegenomen te worden. Deze risico s dienen immers door middel van de reserve grondexploitatie afgedicht te zijn. Omdat deels nog geen exploitatieopzetten bekend zijn, maar de verwachting is dat het om omvangrijke bedragen zal gaan, wordt bij de bepaling van de omvang van de algemene reserve toch veiligheidshalve met een gekwantificeerd risico van een percentage van de omvang van de boekwaarde van de exploitatieplannen meegenomen. De omvang per 1 januari 2014 is ,- en hiervan nemen we minimaal 10% en maximaal 20% als risico mee. Risico s voortvloeiend uit het beleid van hogere overheden De gemeente Winsum voert een groot aantal medebewindstaken uit ten behoeve van de Rijksoverheid waarvoor specifieke uitkeringen en bijdragen uit het gemeentefonds worden ontvangen. Een wijziging in het beleid van de Rijksoverheid of de financiering van deze taken kan een risico voor de gemeenten betekenen. Voor zover deze risico s te kwantificeren zijn is daarmee bij de bepaling van de budgetten rekening gehouden. Voorbeelden daarvan zijn de uitvoering van de WWB en WMO. Zowel de WWB als de WMO hebben deels het karakter van een open-eind-regeling. Voor de WWB wordt daarom een gekwantificeerd risico van minimaal 10% en maximaal 20% van de geraamde uitgaven opgenomen. Voor de WMO ligt het risico met name in de dure woningaanpassingen. Het risico wordt gekwantificeerd op minimaal 10% en maximaal 20% van de geraamde uitgaven voor individuele verstrekkingen en huishoudelijke verzorging

145 Risico s voortvloeiend uit samenwerking Sociale werkvoorziening De kosten voor Ability zijn ook in 2013 als risico opgevoerd. In 2009 heeft het algemeen bestuur van Ability ingestemd met het rapport Aan de slag met het werkleerbedrijf Ability waarmee gekozen is voor de ontwikkeling van Ability tot een werkleerbedrijf. De deelnemende gemeenten betalen naast een vaste bijdrage ook een bijdrage in het exploitatietekort. Dit brengt, ondanks dat deze geraamde bijdragen in het exploitatietekort verhoogd zijn, een risico met zich mee. Naast Ability zijn een aantal wsw-geïndiceerden geplaatst bij DSW Stadspark. Het gekwantificeerde risico wordt geraamd tussen 10% en 20% van de bijdragen in het tekort 2013; afgerond minimaal en maximaal Daarnaast is bij Ability sprake van een geconstateerd tekort in het eigen weerstandsvermogen. Ons risico neemt hierdoor toe. In onze risicoparagraaf hebben we hiervoor een extra bedrag meegenomen van Risico s voortvloeiend uit het doen en/of nalaten van anderen Reguliere verzekerbare risico s zijn ondergebracht bij verzekeraars. Voor enkele dubieuze debiteuren is een voorziening getroffen. In de jaarrekening 2012 is aangegeven dat de risico s bij de afgegeven borgstellingen gering zijn: borgstelling rente en aflossing verenigingen (2011: ), woningbouwleningen (2011: ), en leningen particuliere woningen (2011: ). Het gekwantificeerde risico wordt p.m. geraamd. Risico s voortvloeiend uit voor de gemeente autonome ontwikkelingen De autonome ontwikkelingen zoals inwoneraantal en woningbouw, accres als gevolg van uitbreidingen e.d. zijn naar beste inschatting van de ontwikkelingen in de begroting meegenomen. Risico s op eigendommen Op dit moment zijn er geen risico s bekend. Reguliere verzekerbare risico s zijn ondergebracht bij verzekeraars. Risico s die samenhangen met de interne bedrijfsvoering De risico s welke voortvloeien uit de normale bedrijfsprocessen met de daaraan gekoppelde budgetbewaking en interne informatievoorziening behoren tot de normale risico s welke bij de uitvoering van de begroting behoren. De rechtmatigheidstoets zoals die door de accountant wordt uitgevoerd heeft tot gevolg dat diverse bedrijfsprocessen zijn doorgelicht. Voor een deel worden of zijn deze processen aangepast waardoor ook de risico s afnemen. Verder is de verbetering van de planning en control een continu proces waardoor de beheersing van de bedrijfsvoering verder zal toenemen. De werkorganisatie van de gemeente Winsum is relatief gezien van beperkte omvang. Indien op een bepaalde positie door wat van reden dan ook een personeelslid lange tijd zijn/haar functie niet kan uitoefenen en er intern geen adequate vervanging voorhanden is, kan het noodzakelijk zijn dat externe deskundigen ingeschakeld moeten worden. Indien nodig wordt bij de bestuursrapportage aanvullend budget gevraagd. Het gekwantificeerde risico wordt op 1% van het personeelsbudget van geraamd ( )

146 Conclusie In de onderstaande tabel zijn alle bovenstaande gekwantificeerde risico s opgenomen. Omschrijving risico Gekwantificeerde risico s Minimale omvang Maximale omvang Risico s voortvloeiend uit eigen beleid - Leerlingenvervoer Juridische procedures Grondexploitatie Risico s voortvloeiend uit het beleid van hogere overheden - WWB WMO Risico s voortvloeiend uit samenwerking - Sociale werkvoorziening Tekort weerstandsvermogen Ability Risico s voortvloeiend uit het doen en/of nalaten van anderen - Borgstellingen p.m. p.m. Risico s voortvloeiend uit voor de gemeente autonome p.m. p.m. ontwikkelingen Risico s op eigendommen p.m. p.m. Risico s die samenhangen met de interne bedrijfsvoering Totaal Bij deze conclusie is het waarschijnlijkheidsaspect dat alle risico s mogelijk gelijktijdig geëffectueerd kunnen worden, buiten beschouwing gelaten. Op basis van de geïnventariseerde risico s is een omvang van de algemene reserve noodzakelijk van 1,7 miljoen. Kijkend naar de ratio weerstandscapaciteit, dan kan deze berekend worden op: 9,4 (beschikbare capaciteit 16,0 / benodigde capaciteit 1,7). In 2013 bedroeg onze weerstandscapaciteit 17,7 miljoen en bedroeg de benodigde capaciteit op grond van de risico s 3,2 miljoen. De conclusie op grond van een vergelijking met 2013 kan zijn, dat ons weerstandsvermogen fors is. In de handreiking van het Ministerie is aangegeven dat een ratio beneden de 1,0 een indicatie is van mogelijke kwetsbaarheid en een ratio tussen de 1,0 en 2,0 als normaal beschouwd kan worden. Boven de 2 kan de vraag gesteld worden of niet te veel capaciteit achter de hand gehouden wordt. Gelet op de in de raad gevoerde discussies over het weerstandsvermogen stellen wij voor om voorlopig een minimum niveau van de algemene reserve van 2,5 mln. aan te houden

147

148 PARAGRAAF C ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN Openbaar groen In 2011 heeft de gemeenteraad de Kwaliteitsvisie groen Winsum 2010 vastgesteld. Op basis van deze visie heeft de raad gekozen om het groen te onderhouden op het kwaliteitsniveau Basis accent. Met deze keuze ontstaat weinig kapitaalsvernietiging, het onderhoud voor de burgers is acceptabel, klachten en meldingen nemen niet toe en er ontstaan geen onveilige situaties. Voor de uitvoering van de kwaliteitsvisie zijn uitwerkingsplannen (prestatieomschrijvingen) opgesteld op basis waarvan het openbaar groen zal worden onderhouden zodat de uitvoering aansluit bij de ambitie. Jaarlijks worden groenvakken gerenoveerd of omgevormd zodat deze in overeenstemming komen met het vastgestelde kwaliteitsniveau. Hiervoor worden jaarlijks groenobjecten geselecteerd die nu niet voldoen aan de gewenste kwaliteit. De uitvoering vindt plaats op basis van prioriteit. Groen heeft meestal ook niet het eeuwige leven en daarom zal renovatie van groen altijd aan de orde blijven. Bij omvorming of herinrichting zijn de te verwachten toekomstige onderhoudskosten steeds een belangrijk uitgangspunt. Vanaf 2009 worden er in het plantsoen geen chemische middelen meer toegepast, alleen in enkele probleemsituaties wordt dit curatief nog toegepast Dit betekent dat er een grotere fysieke inspanning nodig is om de gewenste kwaliteit te bereiken. Onkruid op bestrating wordt bestreden met het chemische onkruidbestrijdingsmiddel Round Up. Vanaf 2018 is dit middel niet langer toegestaan. Vanaf 2014 wordt onderzoek gedaan naar alternatieve onkruidbestrijdingsmethodes die het milieu minder belasten. De stoom-/hete luchtmethode is daar een voorbeeld van. In de kernen Winsum, Baflo en Rasquert wordt het reguliere plantsoenonderhoud grotendeels in eigen beheer uitgevoerd met uitzondering van begraafplaatsen en gazononderhoud. In de overige kernen is dit, uitgezonderd het bomenonderhoud, uitbesteed aan werkvoorzieningsschap Ability. Door de toename van het areaal en de afname van het aantal fte s, voert Ability nu deels ook in Winsum (De Brake) en Baflo (Oosterhuisen) het regulier onderhoud uit. Het maaibeheer van wegbermen en het schonen van sloten is via een raamcontract uitbesteed. Met de blik op de toekomst gericht, zal overwogen moeten worden of en hoe een nieuw (meerjarig) contract het beste kan worden afgesloten. Het lopende onderzoek naar de toekomst van Beheer en Onderhoud zal daarbij richtinggevend zijn. Overeenkomstig het convenant Dier en plant op het Hogeland worden een aantal bermen in de gemeente ecologisch beheerd (o.a. Kievesterweg). Vanaf 2003 is een eerste aanzet gegeven om structureel meer te doen aan bomenbeheer. In 2005 is de VTA veiligheidsinspectie (Visual Tree Assessment) afgerond van bomen binnen de bebouwde kommen. In 2009 is gestart met een nieuwe meer uitgebreide inspectieronde en zijn alle bomen binnen en buiten de bebouwde kommen aan een VTA-inspectie onderworpen. De inspecties komen voort uit de zorgplicht die de gemeente als eigenaar van de bomen heeft. Het bomenbeleidsplan is in 2012 door de raad vastgesteld. De kaders voor zowel het te voeren beleid als de uitvoering zijn hierin opgenomen. Vanaf 2012 worden bomen structureel geïnspecteerd. Alle bomen worden nu eens per 5 jaar gezien (jaarlijks 20%), waarbij bomen met een verhoogd risico eens per 2 jaar worden geïnspecteerd (jaarlijks 50%). Het bomenbeheer wordt gekoppeld aan het schema van inspecties waardoor de uitvoering van het beheer structureler verloopt. De gegevens van de VTA veiligheidsinspecties worden hiervoor onder andere als input gebruikt. Speelvoorzieningen Speeltoestellen en speelplekken moeten voldoen aan het Attractiebesluit Speeltoestellen. Dit betreft vooral veiligheidsaspecten. Om dit te waarborgen worden alle speeltoestellen en

149 speelplekken jaarlijks drie keer geïnspecteerd middels een veiligheidsinspectie en tweemaal een functionele inspectie. Deze werkzaamheden zijn voor de jaren 2012 en 2013 uitbesteed. Ook het bijkomende onderhoud wordt uitbesteed. In het beheerrapport Ruimte voor spelen is geconcludeerd dat de dan nog aanwezige toestellen relatief oud zijn maar ook weinig uitdagend. In de vervolgens vastgestelde Beleidsnotitie speelvoorzieningen staat dat gedurende de periode 2008 t/m 2013 jaarlijks beschikbaar is voor vervanging van toestellen. Er is een planning gemaakt waarbij de vervanging zoveel mogelijk per wijk of dorp verloopt. De uitvoering van dit project heeft enige achterstand opgelopen en zal naar verwachting medio 2014 worden afgerond. Vervanging van speeltoestellen zal ook na het lopende project aan de orde blijven omdat niet alle toestellen binnen de looptijd van het project zijn vervangen. In 2014 worden daarom, voor zowel vervanging als onderhoud, de te verwachten kosten in de periode in beeld gebracht. Wegen In 2011 is het wegenbeheerplan door de gemeenteraad vastgesteld. Hierin is vastgelegd dat alle gemeentelijke wegen op minimaal het C-niveau volgens de CROWsystematiek zullen worden onderhouden. Het was in 2013 organisatorisch (nog) niet mogelijk om gezamenlijk met buurgemeenten het wegonderhoud aan te besteden. De doelstelling blijft echter om dit in de toekomst wel te realiseren. Daarbij zullen ook de mogelijke nieuwe contractvormen een rol spelen. Het uitvoerend document wegencategorisering is definitief vastgesteld door de gemeenteraad. Dit document vormt de leidraad voor het te voeren snelheidsregiem op diverse type wegen binnen en buiten de bebouwde kom en de inrichting die daarbij hoort. De uitvoering van de maatregelen uit het uitvoerend document wegencategorisering worden afgestemd op het wegonderhoud. Inmiddels zijn de (kom)portalen 60 km/u geplaatst en is 60 km/u-belijning aangebracht. Daar waar nodig is markering weggehaald. Hiermee zijn de werkzaamheden voor de aanduiding van de 60 km/u zones buiten de bebouwde kom afgerond. De volgende stap zal zijn de invoering van de 30 km/u-zone in de kernen waar dit nog niet heeft plaatsgevonden. Daarbij vindt de nodige communicatie plaats richting de bewoners. Binnen niet al te lange termijn zal het GVVP (Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan) worden vastgesteld. Het GVVP bevat het verkeerskundig beleid van de gemeente voor de komende 10 jaar, periode De algemene doelstelling in dit plan is dat de gemeente Winsum goed bereikbaar wil zijn voor de automobilist, openbaar vervoer reiziger en fietser. Deze bereikbaarheid mag echter niet ten koste gaan van de verkeersveiligheid en leefbaarheid binnen de gemeente. Een leefbaarheid die daarbij toekomstig wordt verbeterd met stimulering van Duurzame mobiliteit. In het GVVP zijn maatregelen en aanbevelingen omschreven om de gestelde doelstelling met betrekking tot bereikbaarheid, verkeersveiligheid, leefbaarheid en duurzaamheid de komende 10 jaar te halen. Hieruit is een TOP 10 prioriteitenlijst van projecten opgesteld met een op basis van kentallen gegeven indicatie van de benodigde financiën. Openbare verlichting De exploitatie van de openbare verlichting is overeenkomstig de uit 1986 daterende Samenwerkingsovereenkomst EGD volledig in handen van Ziut. De jaarlijkse vergoeding die aan Ziut betaald wordt is inclusief energie, onderhoud en inspectie. In het kader van het project Ontbinding samenwerkingsovereenkomst EGD, waarin 25 noordelijke gemeenten en twee provincies de krachten hebben gebundeld, heeft er een aanbesteding plaatsgevonden voor het beheer en onderhoud van de openbare verlichting. Dit heeft er in geresulteerd dat vanaf 1 januari 2014 beheer van de openbare verlichting zal worden uitgevoerd door Tauw BV en het onderhoud door Ziut. Op basis van door de raad vastgestelde beleidsuitgangspunten is er in 2012 een nieuw beleidsplan openbare verlichting vastgesteld. Hoofdaspecten in dit plan zijn Duurzaamheid & Milieu en Veiligheid & Leefbaarheid. Dit beleidsplan vormt de basis voor het uitvoeringsplan voor de vervanging van de openbare verlichting. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan dit

150 uitvoeringsplan. In 2014 zal gestart worden met de uitvoering, waarbij optimaal geprofiteerd kan worden van de aanbesteding van het onderhoud dat in 2013 heeft plaats gevonden. Kunstwerken Begin 2012 is het beheerplan Kunstwerken vastgesteld voor de periode Het beheerplan is de leidraad voor het beheer en onderhoud van alle beschoeiingen, kades, steigers en bruggen die eigendom zijn van de gemeente of waarvan de gemeente onderhoudsplichtige is. Om het beheersplan actueel te houden wordt er iedere twee jaar een nieuwe inspectie uitgevoerd. Dit betekent dat in 2014 een nieuwe inspectieronde plaats vindt. Riolering en water De gemeenteraad heeft in het kader van de Wet Milieubeheer in december 2009 het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (VGRP) voor de periode vastgesteld. In dit plan is vastgelegd hoe de gemeente haar zorg voor de inzameling en transport van het stedelijk afvalwater, de afvoer van het hemelwater en de grondwaterproblematiek in deze planperiode wil vormgeven. Eén van de uitgangspunten bij het VGRP ( ) is dat de riolering na 60 jaar vervangen zou moeten worden. Voortschrijdend inzicht heeft er toe geleid dat dit uitgangspunt losgelaten wordt. Als basisuitgangspunt wordt nu gehanteerd de technische noodzaak van vervanging. Dit geldt zowel voor de riolering als ook voor de randvoorzieningen en de hoofd- en minigemalen. Om hier goed invulling aan te kunnen geven is belangrijk dat er actuele inspectie-, reinigings-, maatregel-, onderhouds-, vervangings-, uitvoerings-, en basisrioleringsplannen liggen die daarna periodiek worden geactualiseerd. Op basis van deze plannen kan vervolgens een nauwkeuriger berekening gemaakt worden van de benodigde hoogte van de rioolheffing voor het beheer, onderhoud en de vervanging van de riolering, het afkoppelen van hemelwater en het treffen van overige noodzakelijke maatregelen op het gebied van (afval)water. Voor een betrouwbaar VGRP is het belangrijk dat de gegevens over de riolering actueel zijn. Alle (geactualiseerde) gegevens zijn in 2012 ingevoerd in een geautomatiseerd beheersplan. Al deze gegevens vormen de basis voor een goed rioolbeheer. Om de actuele kwaliteit van de riolering te bepalen is er voor gekozen om de gehele riolering te gaan reinigen en te onderwerpen aan een inspectie. Hiervoor is een bestek opgesteld. Belangrijk uitgangspunt voor dit bestek was dat de data goed op orde moest zijn. Dit was het geval toen de data was ingevoerd in het geautomatiseerd beheersysteem. Op basis van dit bestek heeft er een openbare aanbesteding plaatsgevonden. Vanaf 1 oktober 2012 is men begonnen met de uitvoering van het bestek. De eerste prioriteit lag bij de riolering waarvan op basis van historie en klachten bekend is dat er mogelijk maatregelen nodig zijn. Daarna is de rest van de riolering geïnspecteerd. In juli 2013 is de inspectie afgerond. Van de geïnspecteerde riolering is een globale analyse gemaakt. Deze analyse is als input meegenomen in het Afvalwaterbeleidsplan BMWE/NZV voor het bepalen van de rioolheffing voor de komende planperiode. Voor de riolering waarvan op basis van historische gegevens werd aangenomen dat ingrijpende maatregelen op korte termijn nodig zijn, geldt in het algemeen, dat is gebleken dat er kan worden volstaan met plaatselijke reparaties of relining van rioolstrengen. Voor Den Andel is een rioolreparatie bestek gemaakt voor het herstellen van de geconstateerde schade beelden. Op basis van de globale analyse van de inspectie gegevens worden de geïnspecteerde resultaten gedetailleerd beoordeeld om een meerjarig maatregelplan op te stellen met daarin de prioritering voor het beheer en onderhoud van het gemeentelijk rioolstelsel. Het wegenonderhoud en de maatregelen aan de riolering voor 2014 en de jaren daarna kunnen hiermee goed op elkaar afgestemd worden. De inspectiegegevens van de gemalen en randvoorzieningen zijn opgenomen in een geautomatiseerd beheerprogramma. Hieraan is gekoppeld een op de praktijk gerichte meerjarig onderhouds-/vervangingsplan. In navolging van 2013 wordt ook in 2014 hieraan uitvoering gegeven. Ieder jaar worden inspecties uitgevoerd en de gegevens geactualiseerd. Voor Obergum Noord geldt dat in het VGRP een afkoppelopgave is opgenomen van 1,35 ha. Een eerste aanzet voor deze afkoppeling is al gegeven door de uitvoering van het plan waar Wierden

151 en Borgen nieuwbouw heeft gepleegd (Anjerstraat, Irislaan, Rozensingel, Buitensingel en Binnensingel). Alvorens verdere invulling te geven aan de uitvoering van de planvorming voor de afvoer van afval- en hemelwater uit het gebied Obergum Noord moeten er aan de hand van de eerste analyse van de inspectiegegevens een gering aantal kleine reparaties worden uitgevoerd om het huidige stelsel weer op een goed niveau te krijgen en zal de noodzaak van de verdere afkoppeling nader beschouwd worden in relatie tot de stedelijke wateropgave en in overleg met het waterschap Noorderzijlvest. In 2011 heeft het waterschap Noorderzijlvest een handhavingstraject ingezet met betrekking tot ongezuiverde lozingen in het buitengebied. Voor het kwetsbare gebied heeft de gemeente Winsum een aantal jaren geleden samen met het waterschap een IBA-project opgezet en ten uitvoer gebracht. In het VGRP is aangegeven dat de gemeente een gelijksoortig project zal aanbieden aan eigenaren van percelen in het niet kwetsbare gebied die niet worden aangesloten op de riolering. De afgelopen jaren is gebleken dat de regels met betrekking tot lozingen in het niet kwetsbare gebied minder zwaar zijn geworden dan in eerste instantie de bedoeling was. Dit betekent dat veel eigenaren van woningen in het niet kwetsbare gebied kunnen volstaan met aanpassingen die veel minder ingrijpend zijn. Dit betekent over het algemeen dat de kosten voor deze eigenaren ook veel lager zullen zijn. Veel eigenaren hebben dan ook al op aanwijs van het waterschap maatregelen getroffen. In 2012 zou met de uitvoering van de toezegging van de gemeente, om ook eigenaren in het niet kwetsbare de mogelijkheid te bieden om deel te nemen aan een IBA-project worden begonnen. Dit onder de zelfde voorwaarden als bij het IBA-project dat uitgevoerd is in het kwetsbare gebied. Naar aanleiding van de herberekening van de rioolheffing en het wel of niet invoeren van de gedifferentieerde rioolheffing was de uitvoering van het IBA- project vooruitgeschoven naar Het IBA-project richt zich op de perceeleigenaren die nog niet voldoen aan de lozingseisen van het waterschap. Het aantal deelnemers zal naar verwachting gering zijn. Het project is in 2013 opnieuw opgestart en verwacht wordt dan ook dat de uitvoering van het IBA-project in de eerste helft van 2014 zal zijn afgerond. Op 1 juli 2011 is het waterketenakkoord voor Groningen en Noord-Drenthe getekend. Dit is een akkoord tussen de 30 gemeenten, twee waterschappen en twee waterbedrijven met als doel de mogelijkheden te onderzoeken voor samenwerking in de afvalwaterketen, waarbij de burger centraal gesteld wordt. De eerste fase betrof onderzoek en is in 2012 afgerond Het onderzoek heeft aangetoond dat er een forse reductie op de kostenstijging mogelijk is, en dat de kwetsbaarheid van individuele organisaties kan worden verminderd en de kwaliteit van dienstverlening kan worden verbeterd. De resultaten van het onderzoek vormde de aanleiding om een uitvoeringsprogramma op te stellen. Met het uitvoeringsprogramma (fase 2 in het proces) wordt ingezet op het concretiseren van de samenwerking tussen gemeenten, waterschappen en waterbedrijven. De verwachting is dat het resultaat van de 2 e fase binnen een niet al te lange termijn bekend zal worden. Dit betekent dat in 2014 een vervolg zal worden gegeven aan de uitvoering van de samenwerking in de afvalwaterketen. Naast de uitvoering van het waterketenakkoord is het initiatief genomen om in BMW-verband samen met het waterschap Noorderzijlvest te onderzoeken of er een meerwaarde is om samen te werken. Het samenwerkings verband is inmiddels uitgebreid met de gemeente Eemsmond, zodat we nu over BMWE- verband kunnen praten. Uit de gehele rioleringszorg zijn een viertal meest voor de hand liggende onderwerpen gekozen. Het gaat hierbij om de onderwerpen: grondwaterbeleid, gemalen en telemetrie, databeheer en OAS (optimalisatie afvalwatersysteem). De eerste onderwerpen zijn inmiddels afgerond en de resultaten hiervan zijn inmiddels bekend. Zo is het grondwaterbeleid voor de vier gemeentes vastgesteld en wordt er een vervolg gegeven aan de gezamenlijke uitvoering voor het opstellen van een grondwatermeetnet. Daarnaast worden er voor het onderwerp, gemalen en telemetrie, vervolg stappen genomen aan de hand van de uit het eerste onderzoek gevonden conclusies. Voor het onderwerp OAS is een ander insteek gekozen, dit onderwerp is voorlopig uitgesteld i.v.m. met het naar voren halen van Afvalwaterbeleidsplan BMWE/NZV dat het VGRP vervangt. De stedelijke wateropgave is in 2013 opgesteld en maakt onderdeel uit van het Afvalwaterbeleidsplan. Gewerkt wordt nog aan de opstelling van het baggerplan. Dit plan zal begin 2014 zijn afgerond

152 Gebouwen De gemeentelijke gebouwen en een aantal bouwkundige objecten zijn opgenomen in een meer jaren onderhoudsprogramma (MJOP). Om de 5 jaar vindt een financiële evaluatie plaats. Het systeem heeft een zogenaamd voortschrijdende meerjarenplanning. Aan het eind van elk jaar wordt de stand opgemaakt en geactualiseerd. Vanuit deze actualisatie wordt de planning weer bijgesteld en wordt een nieuw jaarplan opgesteld, waarbij het totale budget taakstellend is. In 2010/2011 is het totale gegevensbestand in het meer jaren onderhoudsprogramma met behulp van een externe adviseur geheel geactualiseerd en up to date gebracht. Dit was noodzakelijk omdat al geruime tijd gewerkt werd met verouderde software. Samen met Bedum en De Marne is er voor gekozen om het software matige werk binnen het meer jaren onderhoudsprogramma buiten de deur te zetten en hierbij gebruik te blijven maken van het al door Winsum gebruikte software programma Planon. Op termijn kan door deze gekozen constructie samen opgetrokken worden en kunnen kosten bespaard worden. Tenzij er aanleiding is om dit eerder te doen zal er zoals gebruikelijk om de 5 jaar een financiële evaluatie plaats vinden. Kwaliteitsniveaus: Het meer jaren onderhoudsprogramma (MJOP) maakt onderscheid in een tweetal kwaliteitsniveaus: Kwaliteitsniveau 1: In dit kwaliteitsniveau zijn gebouwen ingedeeld, die op een normaal onderhoudsniveau worden onderhouden, waarbij het buitenschilderwerk, de dakbedekking en de technische installaties de drie speerpunten zijn. Kwaliteitsniveau 2: Dit zijn de gebouwen c.q. objecten die alleen op klachtenniveau worden onderhouden. Jaarlijks wordt het gemiddelde onderhoudsbedrag per gebouw c.q. object in de begroting opgenomen. In de jaarrekening worden de werkelijke onderhoudslasten vergeleken met de geraamde onderhoudslasten. Afwijkingen tussen beiden worden geëgaliseerd middels de onderhoudsvoorziening gemeentelijke gebouwen. In het meer jaren onderhoudsprogramma (MJOP) is geen budget opgenomen voor uitbreidingen aan de gebouwen, onderhoud van de terreinen rondom de gebouwen, functionele aanpassingen en mogelijke aanpassingen in het kader van wettelijke verplichtingen. Voorbeelden zijn; aanpassingen in het kader van de legionellapreventie, voorzieningen in het kader van brandveiligheidseisen en aanpassingen ten gevolge van de Arbo wetgeving. Indien deze aanpassingen/voorzieningen zich voordoen zullen hiervoor aparte kredieten aangevraagd worden. Legionella preventie: In 2013 is de inventarisatie van de leidingwaterinstallaties in 20 gemeentelijke gebouwen en 11 niet-gemeentelijke gebouwen met betrekking tot aanvullende legionella voorzieningen afgerond. Uit deze inventarisatie blijkt dat er flink wat aanpassingen plaats moeten vinden om aan de huidige geldende wet- en regelgeving te voldoen. Bij een aantal geselecteerde installatiebedrijven wordt offerte gevraagd voor de daadwerkelijke aanpassingen. De uitvoering van de werkzaamheden steekt nauw. Indien de werkzaamheden niet volledig en zorgvuldige worden uitgevoerd blijft er grote kans ontstaan op besmetting door de legionella bacterie. Het borgen van het beheer en onderhoud van de installatie speelt een minstens zo belangrijke rol in het gehele proces. Dit zal vertaald worden in het MJOP. Bij de 11 niet-gemeentelijke gebouwen zijn alleen de inventarisatiekosten voor rekening van de gemeente. De daadwerkelijke aanpassingen aan de leidingwaterinstallaties zijn voor rekening van de desbetreffende gebouweigenaren. De uitvoeringstijd van het project loopt over meerdere jaren

153 Verkoop/afstoten gemeentelijke gebouwen: Op dit moment zijn er diverse ontwikkelingen waarbij het eventueel afstoten van een aantal gemeentelijke gebouwen aan de orde is. Zolang er geen zekerheid is of deze plannen definitief doorgaan wordt het huidige onderhoudsniveau voortgezet. Er zal bij deze gebouwen kritisch afgewogen worden of uitstel van grote onderhoudswerkzaamheden mogelijk is. Hierbij is het van belang, dat een goed onderhouden gebouw bij mogelijke verkoop meer op zal brengen dan een slecht onderhouden gebouw. Onderhoud aan het interieur wordt vooreerst uitgesteld. De oude gemeentewerkplaats in Ezinge staat momenteel te koop. De doelstelling is dat de verkoop medio 2014 is afgerond. Daarmee verdwijnt het gebouw uit het meerjaren onderhoudsprogramma. Over mogelijke verkoop van het pand Hoofdstraat W4 te Winsum (VVV/Kinderboekmuseum) en het mortuarium aan het Kerkpad te Winsum vinden gesprekken plaats. De verkoop van de toren te Baflo is afgerond als ook de overdracht van de muziekkoepel te Winsum verkeren inmiddels in een afrondende fase. Overige ontwikkelingen: Het semi permanente gebouw waarin de peuterspeelzaal te Sauwerd is gehuisvest verkeert in slechte staat. Aangeraden wordt om binnen niet al te lange tijd (max. 2 jaar) dit gebouw te vervangen of te slopen en mogelijk ander onderdak te zoeken voor de peuters. De komende tijd zal kritisch gekeken worden hoe de onderhoudssituatie zich ontwikkelt. De nieuwe kleedaccommodaties bij het kunstgrasveld en bij de V.V. Hunsingo zijn inmiddels in gebruik. De desbetreffende verenigingen zijn trots op hun nieuwe onderkomen. Het huidige gebouw van de hockeyclub en het gebouw in gebruik door de korfbalclub worden eind 2013 gesloopt. De locaties worden hiermee vrijgespeeld voor mogelijke andere invullingen. Overwogen wordt om een budget beschikbaar te stellen voor een 0-meting van de gemeentelijke gebouwen i.v.m. mogelijke schade t.g.v. aardbevingen. Een asbestinventarisatie in gemeentelijke gebouwen (gebouwd voor 1994) wordt wel aangeraden door het ministerie van Infrastructuur en Milieu, maar is (nog) niet wettelijk verplicht gesteld. Alhoewel niet getwijfeld wordt aan de nut van een asbestinventarisatie gemeentelijke gebouwen wordt vooreerst gewacht op wettelijke verplichte regelgeving. De eventuele risico s worden in het huidige uitvoeringstraject voldoende geborgd. In 2013 wordt de centrale balie in de hal van het gemeentehuis omgezet in een Klanten Contact Centrum (KCC).De voorbereidende werkzaamheden zijn in volle gang. Na goedkeuring wordt overgegaan tot het plaatsen van zonnecollectoren op het dak van het gemeentehuis, de werkplaats aan de Schouwerzijlsterweg en het museum Wierdenland. in het kader van de bestuursopdracht sport zoals de Raad deze heeft vastgesteld is door adviesbureau Grontmij, medio 2013 een kwaliteit(nul)meting sportaccommodaties Winsum uitgevoerd. De resultaten van dit onderzoek zijn in een adviesnotitie: Sportnota verwoord. Eventuele beleidswijzigingen die mogelijkerwijs invloed hebben op het onderhoud van de sportaccommodaties zullen na de definitieve vaststelling in het MJOP verwerkt worden. De financiële consequenties van eventuele bezuinigingen, dan wel toevoegingen van gebouwen worden dan over meerdere jaren in kaart gebracht. Om beter inzicht te krijgen in het jaarlijkse en toekomstig onderhoud van de tunnel bij het station te Winsum wordt deze na de reconstructie en upgrading opgenomen in het meerjarig onderhoudsprogramma (MJOP). Zoals het er nu naar uitziet zal de nieuwe brandweerkazerne te Winsum bij de regionalisering van de brandweerorganisatie overgedragen worden aan de nieuwe brandweerorganisatie. Financiële consequenties Op de volgende pagina staat een overzicht van het budgettaire beslag van het onderhoud, gerubriceerd naar de programma's

154 Programma Deelprogramma Lasten onderhoud kapitaalgoederen: Omschrijving Kwaliteit van de Woon en leefomgeving 1.1 Brandweer Gebouw Volkshuisvesting Gebouw Verkeer en vervoer Gebouw Wegen Bermen Kunstwerken Milieu Gebouw TOTAAL PROGRAMMA Sociale voorzieningen en maatsch. dienstverlening 2.1 Cultuur Gebouw Onderwijs Gebouw Volksgezondheid Gebouw Groen Welzijn Gebouw Sport Gebouw Groen TOTAAL PROGRAMMA Dorps- en plattelandseconomie 3.1 Economie Gebouw Toerisme Gebouw TOTAAL PROGRAMMA Ruimtelijke structuur 4.2 Natuur- en groenbeheer Groen TOTAAL PROGRAMMA Recap Gebouw Recap Wegen Recap Bermen Recap Kunstwerken Recap Groen GENERAAL TOTAAL:

155

156 PARAGRAAF D FINANCIERING Inleiding De gemeente Winsum onderkent het belang van een verantwoord en adequaat beheer van haar financiële middelen. Mede als gevolg van de Wet Fido wenst zij haar activiteiten op het gebied van treasury op een zo transparant en beheersbaar mogelijke wijze in te richten. In het treasurystatuut is de beleidsmatige infrastructuur van de treasuryfunctie vastgelegd in de vorm van uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten. Het statuut maakt een objectieve en transparante verantwoording vooraf en achteraf mogelijk. De gemeente is wettelijk verplicht jaarlijks een treasuryparagraaf op te nemen in zowel de begroting als in de jaarrekening. Eind oktober 2013 komt de VNG met een nieuw model financiële verordening. Wijzigingen in de Wet Fido (schatkistbankieren) en de Wet markt en overheid zorgen voor de belangrijkste wijzigingen in het nieuwe model. Elke gemeente moet op grond van artikel 212 Gemeentewet de financiële verordening vaststellen. Met de verordening regelt de raad op hoofdlijnen de spelregels voor het financieel beleid, het financieel beheer en de financiële organisatie. De ministeriële regeling RUDDO (Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden) is een aanvulling op de Wet FIDO, die de overheden nog wat meer beperkingen oplegt in het kader van de financieringsfunctie. Naar aanleiding van de kredietcrisis is een aantal nadere voorwaarden gesteld, nl. een landencriterium en een ratingcriterium. Het landengebied om gelden aan te trekken c.q. uit te zetten wordt beperkt tot de Europese Economische Ruimte (EER) met een minimaal vereiste Aa rating van het land. Tevens moeten de ratings van landen en financiële instellingen door minimaal twee van de drie gerenommeerde ratingbureaus zijn afgegeven (Standard & Poor's, Moody s en Fitch). Deze nieuwe voorwaarden moeten wij overigens nog invoegen in ons financiële statuut. Ontwikkeling van de treasuryfunctie De treasury functie in de gemeente Winsum wordt in 2014 voortgezet op dezelfde pragmatische en risicomijdende wijze als voorheen. Deze werkwijze wordt in het treasurystatuut geformaliseerd. De functie omvat het aantrekken van langlopende leningen, voornamelijk ter vervanging van afgelopen langlopende leningen, en het dagelijks beheer van kasgelden. De aandelenportefeuille bevat aandelen BNG, Enexis, N.V. Waterbedrijf en Oikocredit, deelnemingen vanuit de publieke taak van de gemeente. Renteontwikkeling De economische groei trekt iets aan. Dit lijkt echter geen grote schommelingen in de rentestand te veroorzaken, mede doordat de rijksoverheid, de werkgevers- en werknemersorganisaties en het Europese bestuursniveau doordrongen zijn van de noodzaak tot een inflatie remmend beleid. Indien de economische groei doorzet behoort een lichte stijging van de rente tot de mogelijkheden. De afgelopen jaren hebben we een rekenrente in onze administratie aangehouden van 5% voor zowel op te nemen als uit te zetten geld. Als rekenrente voor het financieringstekort werd 4% aangehouden. In de begrotingscirculaire van de provincie Groningen in het kader van het financieel toezicht staat dat op het gebied van de grondexploitaties een maximaal te hanteren rentepercentage van 4% wordt geaccepteerd. Op grond hiervan evenals op het al jaren stabiel zijnde lage rentepercentage voor langlopende geldleningen hebben wij in de gehele begroting 2014 de rekenrente verlaagd naar 4%. Het gaat hierbij overigens om een rekenrente. Voor het merendeel betreft het slechts een administratieve exercitie. Wel is het zo dat de rentelasten van onze geactiveerde kapitaaluitgaven dalen, maar ook dat onze zogenaamde bespaarde rente (fictieve renteopbrengst van de eigen financieringsmiddelen) wordt verlaagd. Het komt er op neer dat onze werkelijke rente (3,85% = gemiddeld rentepercentage van de opgenomen geldleningen) nu meer in de buurt komt van de rekenrente en dat hierdoor het saldo op de kostenverdeelstaat kapitaallasten (saldo wordt geboekt op functie Saldo financieringsfunctie) fors afneemt

157 Risicobeheer De gemeente Winsum kent een beperkte treasuryfunctie waarbij risicomijding voorop staat. Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten: - financieringen worden enkel aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak; - financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) te gebruiken teneinde het renteresultaat te optimaliseren; - toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn onderhandse leningen; - de gemeente vraagt offertes op bij minimaal drie instellingen alvorens een financiering wordt aangetrokken. Jaarlijks wordt door het ministerie aangegeven, welk bedrag een gemeente mag financieren met kortlopende geldleningen: de kasgeldlimiet. Het betreft een percentage (dit jaar 8,5%) van het totaal van de begroting. Indien deze kasgeldlimiet structureel wordt overschreden dient de kortlopende schuld omgezet te worden in een langlopende schuld. De kasgeldlimiet voor onze gemeente bedraagt 8,5% van = Om ongewenste financiële gevolgen van rentewijzigingen te beperken wordt door het ministerie ook jaarlijks een renterisiconorm aangegeven. Dit is een percentage (20%) van de totale vaste schuld van de gemeente. De uitkomst hiervan mag bij herfinanciering niet overschreden worden, zodat er een spreiding ontstaat van de opgenomen leningen, looptijden en rente-aanpassingsdata, en eventueel hieruit voortvloeiende rentewijzigingen. Berekening (bedragen x 1.000) Onderdeel Renterisico a Renteherziening vaste schuld o/g b Renteherziening vaste schuld u/g Betaalde aflossingen Renterisico (1a-1b+2) Renterisiconorm a Ruimte onder risiconorm (5a)=(4>3) b Overschrijding risiconorm (5b)=(3>4) Berekening Renterisiconorm 4a Begrotingstotaal huidig jaar b Percentage regeling 8,5% 8,5% 8,5% 8,5% 4 Renterisiconorm (4)=(4a x 4b) Garanties worden alleen afgegeven in het kader van een publieke taak, met name die van het volkshuisvestingsbeleid, waarvan de kredietwaardigheid gewaarborgd is. Ook deelnemingen worden alleen genomen in het kader van de overheidstaak. De financiering van de gemeente wordt bepaald bij de begroting en in de loop van het begrotingsjaar naar aanleiding van de renteontwikkeling, de investeringsplanning en de dagelijkse beoordeling van de liquiditeitspositie. Relatiebeheer De gemeente Winsum beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten: - bankrelaties en hun bancaire condities worden ten minste ééns in de vijf jaar beoordeeld; - financiële instellingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) dienen onder Nederlands of anderszins EU-toezicht te

158 vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer (onze bankrelaties zijn op dit moment: de Bank Nederlandse Gemeenten, de ABN AMRO-bank en de Postbank; deze voldoen allen aan de voorwaarden); - Tussenpersonen dienen geregistreerd te staan bij de Stichting Toezicht Effectenverkeer (STE) en daarvan een vergunning als makelaar te hebben ontvangen (in voorkomende gevallen treden op als tussenpersonen: Prebon Yamane Nederland BV, Jonker c.a., ABN AMRO en Rabo). Financieringsstructuur Het financieringstekort in 2014 bedraagt De rekening courantrente is in de begroting becijferd op 4% van = Dit bedrag is, samen de rente van de opgenomen geldleningen, geraamd als onze te verwachten rentekosten. De totale rentekosten in onze begroting 2014 bedragen in De gemiddelde rente bedraagt 3,85%. Op dit moment liggen de rentepercentages voor langlopende geldleningen op een lager niveau dan 3,85%. Zou de rente in de toekomst gaan stijgen, en zouden we extra externe financieringsmiddelen moeten aantrekken, dan heeft dit gevolgen voor onze begrotingspositie. Gelet op onze huidige verhouding tussen externe en interne financieringsmiddelen zal deze invloed gematigd zijn. Onderdeel 1-jan dec-14 Mutatie Op lange termijn vastgelegde middelen: - Materiele vaste activa Immateriële vaste activa Financiële vaste activa Vlottende activa Totaal vastgelegde middelen Beschikbare middelen op lange termijn: - Reserves en voorzieningen Opgenomen langlopende geldleningen Uitzettingen Investeringsachterstand Totaal beschikbare middelen Financieringstekort Leningen 2014 Leningen Omvang Gemiddelde Rente Stand per 1 januari ,85% Nieuwe lening 0 Gewone aflossing Vervroegde aflossing 0 Stand per 31 december Kasbeheer Teneinde de kosten van het geldstromenbeheer te beperken wordt: het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op gemeenteniveau op elkaar en de liquiditeitenplanning af te stemmen; hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig kunnen worden nagekomen; het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank; hiervoor wordt gebruik gemaakt van de diensten van de NV Bank Nederlandse Gemeenten

159 Saldo- en liquiditeitenbeheer Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen: de gemeente streeft naar concentratie van de overtollige liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities; met de Bank Nederlandse Gemeenten zijn deze zaken via een raamovereenkomst geregeld; indien er een liquiditeitsbehoefte ontstaat kan de gemeente kortlopende middelen aantrekken; hierbij wordt de kasgeldlimiet niet overschreden; toegestane instrumenten bij het aantrekken van kortlopende middelen zijn daggeld, kasgeldleningen en kredietlimiet op rekening courant; toegestane instrumenten bij het uitzetten van gelden voor een periode korter dan één jaar zijn rekening-courant, daggeld, spaarrekeningen en deposito s; via de genoemde raamovereenkomst wordt het creditsaldo voor onze gemeente beheerd. Binnenkort zal de Wet op het schatkistbankieren in werking treden. Dan wordt ons eventueel creditsaldo dagelijks aan het einde van de dag worden afgeroomd en aan het begin van de volgende dag weer worden teruggestort

160 PARAGRAAF E BEDRIJFSVOERING Deze paragraaf beschrijft de stand van zaken en beleidsvoornemens ten aanzien van de bedrijfsvoering. Algemeen Wat willen we bereiken? In het collegeprogramma is aangegeven, dat de kwaliteit van de dienstverlening de hoogste prioriteit dient te hebben. Van de gemeente mag een facilitaire houding verwacht mag worden. De gemeentelijke organisatie is goed toegankelijk voor burgers: ruime openingstijden en goed telefonisch bereikbaar, meer mogelijkheden via elektronische dienstverlening. De dienstverlening van de gemeente zal op basis van kennis en service naar buiten gericht moeten zijn. Voor de verschillende diensten en producten die de gemeente levert, moet een actief frontoffice functioneren. Er dient één loket te komen waar inwoners en ondernemers met hun vragen terecht kunnen. De verschillende maatregelen om het bovenstaande te bereiken zijn hieronder nader uitgewerkt. Personeel De personele formatie is als volgt. Per 1 januari 2014 bestaat de begrote personele formatie uit 94,64 fte. De afname is met name het gevolg van de overgang van het brandweerpersoneel naar de Veiligheidsregio en het invullen van vacatures bij Sociale Zaken door personeel in dienst van Bedum. Formatie Begrote formatie Begrote formatie Griffie 1,11 1,37 BMO 6,89 5,11 Middelen 18,77 18,94 Samenleving 29,34 27,94 Ruimte (CCT & VROM) 23,28 23,28 Beheer & Onderhoud 18,00 18,00 Totaal 97,39 94,

161 Formatieopbouw in leeftijdsgroepen Loonkosten huidig personeel Loonkosten huidig personeel Begroting Begroting Werkelijk Salarissen Sociale lasten Overige personeelskosten Totaal Kosten inhuur van derden In de begroting 2013 is een budget van (primaire begroting 2012: ) opgenomen voor de inhuur van derden (ingehuurd personeel en uitbesteed werk). De toename wordt met name verklaard door een budget van welke vanuit de vrijvallende salarislasten (niet ingevulde vacatures) nu beschikbaar is voor de BMW samenwerking op P&O gebied. Huisvestingskosten secretarie Huisvestingskosten Begroting 2013 Begroting 2014 Salarissen en sociale lasten Personeel van derden Energie Overige aankopen / uitbestedingen Betaalde belastingen Aankopen niet duurzame goederen Kapitaallasten Doorberekende uren Totaal

162 Informatisering en automatisering Wat willen we bereiken? Vanuit de wens de dienstverlening aan de klant verder te professionaliseren speelt informatisering en automatisering een belangrijke rol. Na de samenvoeging van de I&A-organisatieonderdelen in BMW-verband en de vernieuwing van de automatisering beschikken de drie gemeenten over een solide basis om I&A op een adequate wijze uit te kunnen voeren. Wat gaan we daarvoor doen? Afhankelijk van de keuzes die gemaakt worden voor de invulling van een Klantencontactcentrum zal de elektronische dienstverlening verder vormgegeven worden. Automatiseringskosten Begroting 2013 Begroting 2014 Overige aankopen / uitbestedingen Aankopen niet duurzame goederen Kapitaallasten Doorberekende uren Totaal Communicatie Wat willen we bereiken? In ons streven om op een professionele wijze met communicatie om te gaan hebben we een behoorlijke slag gemaakt. De uitdaging waar we nu voor staan is om onze burgers meer bij de ontwikkeling en uitvoering van het beleid te betrekken. Wat gaan we daarvoor doen? Verwezen wordt naar het deelprogramma Communicatie. Financieel beheer; Administratieve Organisatie en Interne Control (AO/IC) Wat willen we bereiken? Een adequaat ingerichte organisatie en controlestelsel waarbij aan de minimale vereisten op het gebied van de AO/IC wordt voldaan. Verder zal aandacht besteed worden aan de rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid en uitvoering. Wat gaan we daarvoor doen? In het kader van de beoogde doorontwikkeling van de ambtelijke organisatie (Contourennota) willen we in 2014 risico- en kwaliteitsmanagement introduceren. Verder wordt het jaarlijkse doelmatigheidsonderzoek uitgevoerd en zal tijdens de reguliere planning en control zoveel mogelijk aandacht aan rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid besteed worden. Facilitaire dienstverlening Wat willen we bereiken? Een optimale ondersteuning van bestuur en organisatie. Wat gaan we daarvoor doen? In 2013 hebben we ons gericht op de (digitale) documentaire informatievoorziening. Daarbij is in BMW-verband digitaal werken verkend en een document managementsysteem (DMS) zal worden aangeschaft. In 2014 zetten we de introductie van digitaal werken in de organisatie voort

163 Administratiekosten Begroting 2013 Begroting 2014 Overige aankopen / uitbestedingen Aankopen niet duurzame goederen Kapitaallasten Doorberekende uren Totaal Interne processen a. Resultaten doelmatigheid/doeltreffendheidonderzoeken In 2013 is een (extern) onderzoek uitgevoerd naar de opzet, inrichting en positie van interne controle binnen de gemeente Winsum. In de eerste helft 2014 zullen wij een onderzoeksplan voor het doelmatigheidsonderzoek van 2014 opstellen. b. Organisatieontwikkeling Ten aanzien van de ambtelijke organisatie geldt thans de volgende visie: De gemeente Winsum is een organisatie die klant- en omgevingsgericht is, die met de omgeving mee verandert en de communicatie met haar inwoners belangrijk vindt. De gemeente is nuchter in zijn ambities en is daarbij doel- en resultaatgericht. De gemeente Winsum komt haar afspraken na en is goed bereikbaar. De gemeente investeert in haar medewerkers en doet dat in een cultuur die zich kenmerkt door betrokkenheid en de wil om samen te werken. De gemeentelijke organisatie doet dit alles in een passende organisatorische vorm. In ons streven om een klantgerichte organisatie te zijn, zijn we toe aan een volgende doorontwikkeling. Het klantcontactcentrum dient een prominente rol en plaats in onze organisatie te krijgen. Ook de constatering dat we steeds meer een onderdeel zijn van een netwerksamenleving, vraagt om een flexibele organisatie die deels zelf de taken uitvoert en deels regie voert op de uitvoering. Het streven daarbij is naar zo min mogelijk leidinggevende lagen. De organisatiestructuur zal daarom om deze redenen worden aangepast. Niet alleen de structuur wordt aangepast, ook voor de cultuur is aandacht. Enkele jaren geleden in is Opleiding, Training en Vorming (OTV) van de medewerkers en management geïnvesteerd. De doorontwikkeling vraagt om een nieuwe impuls op het gebied van OTV. Hiervoor zullen nog aanvullende middelen vrijgemaakt moeten worden. Een voorstel in dat verband zullen wij in 2014 aan u voorleggen. De voorstellen voor de doorontwikkeling worden dit najaar (2013) met de medewerkers en de Ondernemingsraad besproken. Externe processen Samenwerking Wat willen we bereiken? Wij spelen in op veranderende wensen en eisen op sub regionaal en regionaal niveau. Hierbij werken we samen met de gemeenten De Marne en Bedum. Daarbij leggen wij eerst, in afstemming met de raad, gezamenlijk vast wat wij willen bereiken en kiezen daarvoor de meest passende samenwerkingsvorm. Wat betreft intergemeentelijke samenwerking zijn onze uitgangspunten de volgende: er moeten legitieme redenen zijn om samen te werken (de samenwerking moet meerwaarde hebben); de schaal en wijze van samenwerking is afhankelijk van de aard en schaal van de problematiek op dat moment; er moet sprake zijn van een samenhangende benadering van een bepaald probleem op één bestuursniveau

164 Wat gaan we daarvoor doen? De BMW-gemeenten worden op I&A-gebied vanuit het gemeentehuis van De Marne bediend. De P&O-ondersteuning aan de BMW-gemeenten zal vanuit het gemeentehuis van Bedum plaatsvinden. Winsum is de thuisbasis voor SoZaWe van de BMW-gemeenten. Vraaggerichte dienstverlening Wat willen we bereiken? Bij het bepalen van het aanbod van onze diensten en producten laten wij ons leiden door de vraag van de klant (inwoners, bedrijven en instellingen) en samenwerkingspartners. Zo denken wij van buiten naar binnen bij het bepalen van de gewenste resultaten. Dat noemen wij vraaggerichtheid. Vraaggericht en vraaggestuurd werken komt tot uiting in het beleid en de uitvoering ervan. De raad bepaalt de mate van vraaggerichtheid en vraaggestuurdheid door het vaststellen van de gewenste kwaliteit van dienstverlening in de programma s. Wat gaan we daarvoor doen? In 2014 zullen we nieuwe voorstellen doen voor de verdere (door)ontwikkeling van het dienstverleningsconcept voor een KCC (groeimodel). Relatie met uitvoering programma s De bovengenoemde beleidsvoornemens en uitvoeringsmaatregelen hebben een relatie met de deelprogramma s 5.1 Communicatie, 5.2 Publieke dienstverlening, 5.3 openbaar bestuur en 6.2 Financiën. Verdeling kosten bedrijfsvoering De kosten van de secretarie en B&O worden door middel van kostenverdeelstaten over de deelprogramma s verdeeld. De kosten van de secretarie bestaan uit: personeelskosten, huisvestingskosten, administratiekosten en automatiseringskosten. Voor B&O bestaan de kosten uit: personeelskosten, huisvestingskosten, kosten van tractie, gereedschappen en hulpmiddelen. Deze kosten worden verdeeld over de deelprogramma s op basis van het aantal productieve uren per deelprogramma. Bij diverse deelprogramma s wordt bij toelichting op de financiële afwijkingen 2014 ten opzichte van 2013, onderdeel Overige verrekeningen van kostenplaatsen verwezen naar de paragraaf Bedrijfsvoering. Om herhaling van de toelichting bij ieder deelprogramma te voorkomen wordt de afwijking in deze paragraaf toegelicht. De oorsprong van deze afwijkingen is namelijk terug te vinden in de bedrijfsvoering. Er wordt gewerkt met twee uurtarieven; een voor de secretarie en een voor B&O. Door de kosten per onderdeel te delen door het aantal productieve uren ontstaat een intern uurtarief. Per deelprogramma worden de productieve uren tegen dit tarief doorbelast. Op deze manier worden alle kosten van de secretarie verdeeld over de deelprogramma s. Deze lastenverdeling staat per deelprogramma onder de kostensoortgroep Overige verrekeningen van kostenplaatsen. Het onderdeel toelichting afwijkingen 2014 ten opzichte van 2013 laat per deelprogramma de afwijking zien in de doorbelasting ten opzichte van de primaire begroting Aanpassing systeem kostenverdeling in 2013 Bij het opstellen van de begroting 2013 hebben we een ander systeem gehanteerd dan voorgaande jaren. Eerder werd een urenbegroting gemaakt van de aanwezige formatie. Op grond van deze urenbegroting werden de kosten van de kostenverdeelstaten B&O en Secretarie over de deelprogramma s verdeeld. Op rekeningbasis werden de kosten verdeeld op basis van de werkelijke geschreven uren. Dit systeem had tot gevolg dat jaarlijks in de jaarrekening sprake was van behoorlijke afwijkingen. Hierom is afgesproken om over te stappen op een eenvoudiger systeem. Bij het opstellen van de begroting is de verhouding in de verdeling van de uren in 2012 als basis gebruikt voor de verdeling van de kosten Er is geen urenbegroting meer gemaakt. Dat hebben we voor 2014 wel gedaan. Dit bijv. om het vertrek van de medewerkers van de

165 brandweer goed in beeld te krijgen. Hiermee hebben we de gehele urenstaat doorgenomen en ook overige aanpassingen (formatie-aanpassingen c.q. verschuivingen) meegenomen. Hiermee hebben we weer een actueel beeld van onze formatie en de inzet van de mensen over de deelprogramma s. Het interne uurtarief voor 2014 voor de secretarie is gestegen ten opzichte van het uurtarief van 2013 (van 91,85 in 2013 naar 100,57 in 2014). Enerzijds wordt dit veroorzaakt door hogere kosten die verdeeld moeten worden, anderzijds zijn er minder productieve uren waarover de kosten verdeeld kunnen worden. Er is dus zowel sprake van een teller- als een noemereffect die beide een hoger uurtarief tot gevolg hebben. Hogere kosten en minder productieve uren. De kosten van de secretarie zijn per saldo hoger dan in de primaire begroting De mutaties zijn onder te verdelen in: Regionalisering brandweer Naar veiligheidsregio Boventallig welzijn Stijging werkgeverslasten Dekking stelpost prijsstijgingen 2014 Tijdelijke inhuur welzijn i.v.m. decentralisaties Dekking Algemene reserve Invoering Jeugdzorg Dekking Algemene uitkering Onderhoudsronde functiewaardering Niet geraamde werkgeverslasten Betreft wijziging systeem Zorgverzekeringswet (ook in 2013) De daling voor het aantal productieve uren (totaal -/ uren) wordt met name veroorzaakt door de overgang van de brandweer naar de Veiligheidsregio (-/ uur). Daarnaast is sprake van een verschuiving van uren naar meer indirect productieve uren ten koste van een afname van uren op het gebied van bouw en woningtoezicht, bouwgrond exploitaties en ambtelijke ondersteuning B&W ten opzichte van Het uurtarief van B&O bedraagt 51,29 (2013: 45,30) hetgeen wordt veroorzaakt door afname van het aantal productieve uren. Deze afname wordt veroorzaakt doordat 2 vacatures niet zijn ingevuld en de hieraan verbonden budgetten zijn overgeheveld naar het deelprogramma openbaar groen. Dit was in 2013 ook al het geval, maar qua kostenverdeling was hiermee in de begroting 2013 geen rekening mee gehouden. Voor 2014 is in de kostenverdeling met deze urenvermindering wel rekening gehouden. Let wel, bij zowel de secretarie als bij B&O hebben we het over kostenverdeling. Er is geen sprake van hogere of lagere budgetten. Stijging van de uurtarieven heeft, met een gelijke personele inzet (urentoerekening), een hogere doorbelasting naar de deelprogramma s tot gevolg

166 PARAGRAAF F VERBONDEN PARTIJEN Inleiding Verbonden partijen zijn derde rechtspersonen, waarmee de gemeente een bestuurlijke èn een financiële band heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van stemrecht. Met een financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt is in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. De gemeente Winsum heeft bestuurlijke en financiële belangen in verschillende verbonden partijen, waaronder gemeenschappelijke regelingen, deelnemingen en stichtingen. De verbonden partijen worden hieronder beschreven, waarbij de volgende zaken aan de orde komen: - de doelstelling van de verbonden partij; - eventuele te verwachten beleidsveranderingen van de verbonden partij; - omvang financieel belang; - deelnemende gemeenten. Gemeenschappelijke regelingen Het gemeentebestuur van twee of meer gemeenten kunnen afzonderlijk of tezamen een gemeenschappelijke regeling treffen ter behartiging van een of meer belangen van die gemeenten. De gemeente Winsum heeft financiële en bestuurlijke belangen in de volgende gemeenschappelijke regelingen: A.1. Veiligheids- en Gezondheidsregio Groningen De gemeenschappelijke regeling Veiligheids- en Gezondheidsregio Groningen omvat twee programma s; Veiligheid en Gezondheid. Alle Groningse gemeenten zijn deelnemer van de gemeenschappelijke regeling V&GR. Doel van de gemeenschappelijke regeling V&GR, programma Veiligheid, is het bewerkstelligen van een zo doelmatig mogelijk georganiseerde en gecoördineerde brandweerzorg en gespecialiseerde hulpverlening. Het programma Veiligheid omvat 4 deelprogramma s: - Brandweerzorg inclusief meldkamerfunctie; - Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de regio (GHOR); - Rampenbestrijding en Crisisbeheersing; - Gemeentelijke kolom. Doel van de gemeenschappelijke regeling V&GR, programma Gezondheid, is het bevorderen van de gezondheidstoestand van de bevolking. Het programma gezondheid wordt uitgevoerd door de GGD en omvat de onderdelen: - Lokaal gerichte zorg en jeugd (LGZ&J); - Specialistische zorg en veiligheid (SZ&V); - GGD algemeen. De bijdrage voor het Programma Gezondheid (GGD) bedraagt 13,65 per inwoner. Het tarief van 2014 bevat de gebruikelijke indexeringen voor loon- en prijsstijgingen (1,15% in 2014). Vanaf 2014 is brandweerzorg conform wettelijke eisen- geregionaliseerd en maken ook de (voorheen) gemeentelijke korpsen deel uit van de veiligheidsregio Groningen. Dit heeft grote impact op de organisatie en de begroting van het programma Veiligheid van de V&GR. De bijdragen aan de GHOR, crisisbeheersing en de gemeentelijke kolom worden bepaald aan de hand van het aantal inwoners. De bijdrage aan de brandweer gaat in vijf jaar tijd van een verdeelsleutel op basis van het aantal inwoners en historische kosten (incl. harmoniseren en been bijtrekken) naar een verdeelsleutel op basis van het aandeel voor brandweerzorg in het gemeentefonds. Voor Winsum zullen de kosten voor het onderdeel brandweer dalen van in 2014 naar in 2017 ( exclusief indexatie)

167 De begroting van de geregionaliseerde brandweer (samenvoeging van de 23 gemeenten en het regionaal bureau) is aan de hand van een uitvoerig proces tot stand gekomen; nulmeting, been bijtrekken, harmonisatie. Hierbij zijn de huisvestingskosten buiten de begroting gehouden. Hierover gaat de brandweer in gesprek met de individuele gemeenten om het standpunt met betrekking tot de eigendomssituatie in beeld te brengen en op basis hiervan te komen tot een koop- of huurovereenkomst. Waarbij het voor de veiligheidsregio financieel aantrekkelijk (geen terugbetaling btw van de bouw) is om kazernes gebouwd na 1 januari 2004 voor 1 januari 2014 over te nemen. Specificatie Begroting V&GR Inwoner bijdrage 2013 Inwoner bijdrage 2014 Bijdrage 2014 Aantal inwoners Winsum begroting V&GR Programma Gezondheid - lokaal gerichte zorg en jeugd (LGZ&J) 6,94 7, specialistische zorg en veiligheid (SZ&V) 4,73 4, GGD algemeen 1,92 1, ,59 13, Programma Veiligheid - brandweer (incl. meldkamer, excl. huisvestingskosten) rampenbestrijding - crisismanagement 0,71 0, rampenbestrijding - GHOR 0,99 1, gemeentelijke kolom 1,24 1, ,94 3, A.2. Ability Doel van de gemeenschappelijke regeling Ability is het voorzien in een doelmatige uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening voor de deelnemende gemeenten Bedum, Eemsmond, de Marne en Winsum. De Wet Sociale Werkvoorziening is een eigen gemeentelijke verantwoordelijkheid. De uitvoering daarvan gebeurd vaak door middel van een intergemeentelijk samenwerkingsverband in een zogenaamde Wet Gezamenlijke Regeling-organisatie; voor Winsum is dat het WSW-bedrijf Ability. De wetswijziging voor modernisering van de Wet sociale werkvoorziening is per 1 januari 2008 in werking getreden. Belangrijk doel van de wetswijziging was het realiseren van arbeidsplaatsen die aansluiten bij de capaciteiten en mogelijkheden van de individuele Wsw-geïndiceerden in een zo regulier mogelijke omgeving. Daarnaast wordt aansluiting gezocht bij het stelsel van sociale zekerheid en zorg; de WWB, de Wet Wia en de Wmo. De vorig jaar aangekondigde invoering van de Wet werken naar vermogen (WWNV) gaat niet door. Wel is besloten met de hervormingen op gebied van Werk & Inkomen en Zorg door te gaan en samen met de vier gemeenten en Ability, daar waar het kan, zo veel mogelijk samen te werken. De basis hiervoor is gelegd in het door de vier gemeenteraden in april 2012 vastgelegde visiedocument 'Werk aan de winkel. A.3. Gemeenschappelijke regeling Vuilverwerkingsbedrijf Noord-Groningen Doel van de gemeenschappelijke regeling Vuilverwerkingsbedrijf Noord-Groningen is het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten op het gebied van het op een doelmatige en milieu-hygiënisch verantwoorde wijze verwijderen van afvalstoffen. De gemeenten De Marne, Eemsmond, Loppersum en Winsum maken deel uit van de gemeenschappelijke regeling vuilverwerking

168 Vanaf 1 januari 2010 zijn de exploitatie-activiteiten van het Vuilverwerkingsbedrijf overgedragen aan Afvalbeheer Noord Groningen BV, waarin het Vuilverwerkingsbedrijf voor 50% participeert. De activiteiten met betrekking tot de eindafwerking van het stortlichaam blijven uitgevoerd worden door het Vuilverwerkingsbedrijf, net als activiteiten die te maken hebben met de milieuvergunning. Reden hiervoor is dat de reserves die zijn opgebouwd ten behoeve van de eindafwerking onder beheer blijven van het Vuilverwerkingsbedrijf. A.4. Sociale Zaken en Werk Bedum, De Marne en Winsum Op 1 juli 2005 is de gemeenschappelijke regeling Sociale Zaken en Werk De Marne en Winsum opgericht. Er is gekozen voor een lichte gemeenschappelijke regeling, ook wel geheten een regeling "zonder meer". Dit houdt in dat de gemeentebesturen van De Marne en Winsum gemeenschappelijk verantwoordelijk zijn voor het geheel van de uitvoering van de regeling en toch hun specifieke verantwoordelijkheden behouden voor dat deel dat gemeenten specifiek aangaat. Doel van de samenwerking is een efficiënte, effectieve en zorgvuldige uitvoering van de gemeentelijke taken van de deelnemers op het terrein van werk en inkomen. De indirecte uitvoeringskosten (personeel, huisvesting, administratie etc.) worden aan de deelnemers op basis van het voortschrijdend cliëntenaandeel doorberekend. Met ingang van 2012 maakt ook de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Bedum deel uit van deze regeling. Deelnemingen Vanuit het oogpunt van het behartigen van het publieke belang, is de gemeente in het bezit van een deel van de aandelen van een aantal vennootschappen (deelnemingen). De gemeente Winsum heeft bestuurlijke (hetzij beperkt) en financiële belangen in de vorm van aandelen in de volgende vennootschappen: B.1. Enexis, Attero en PBE Vanuit het eerdere aandeelhouderschap van Essent is de gemeente nu aandeelhouder geworden van een aantal rechtsopvolgers. Een aantal bedrijfsonderdelen van het voormalige Essent is niet mee verkocht aan RWE, maar zijn als zelfstandige bedrijven verder gegaan. Dit geldt voor het netwerkbedrijf (Enexis), de vuilstort VAM te Wijster (Attero) en de kerncentrale te Borssele (PBE). Vanuit deze bedrijven wordt dividend op onze aandelen ontvangen. In de voorliggende begroting is een opbrengst geraamd die is gebaseerd op de gerealiseerde dividendopbrengsten in de afgelopen jaren danwel de afgegeven dividendprognose voor het komende jaar. B.2. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) De gemeente is aandeelhouder van de Bank Nederlandse Gemeenten. De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen die het maatschappelijk belang dienen. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Het eigenaarschap van gemeenten, provincies en de Staat, alsmede het door de statuten beperkte werkterrein van de bank, bieden financiers het vertrouwen dat het risico van kredietverlening aan dit instituut zeer beperkt is. De BNG bundelt de uiteenlopende vraag van klanten tot een beroep op de financiële markten dat aansluit op de behoefte van beleggers wat betreft volume, liquiditeit en looptijd. Door de combinatie van bovenstaande heeft de bank een uitstekende toegang tot financieringsmiddelen tegen zeer scherpe prijzen, die weer worden doorgegeven aan de decentrale overheden en aan de instellingen voor het maatschappelijk belang. Dat leidt voor de burger tot lagere kosten voor tal van voorzieningen. Omvang deelneming bedraagt ( aandelen met een nominale waarde van 1,78 per aandeel). B.3. Waterbedrijf Groningen De gemeente is aandeelhouder van het waterbedrijf Groningen. Deze vennootschap heeft als doel de uitoefening van een publiek waterbedrijf. Omvang van de deelneming is gering ( 1.815). B.4. Oikocredit Fonds Nederland De gemeente is aandeelhouder van Oikocredit Fonds Nederland (OFN). Het beleggingsfonds OFN verstrekt leningen, garanties en andere vormen van financiële ondersteuning aan projecten die

169 werk en inkomen bieden aan groepen mensen in achterstandsposities, in met name ontwikkelingslanden. Oikocredit financiert vooral coöperaties en microkredietinstellingen, maar ook midden- en kleinbedrijven. Voorwaarde voor ondersteuning door Oikocredit is dat de projecten in financieel opzicht levensvatbaar zijn, een goed management hebben en voldoen aan normen met betrekking tot rechten van werknemers. Voorts hebben projecten waarin vrouwen betrokken zijn bij beleid en/of uitvoering de voorkeur en worden milieueffecten en het welzijn van dieren zwaar meegewogen. Omvang van de deelneming is gering ( 2.400)

170 PARAGRAAF G GRONDBELEID Inleiding In deze begrotingsparagraaf zijn de inhoud, de koers en de voornemens van het gemeentebestuur aangaande het grondbeleid verwoord. Onderstaande paragraaf omschrijft de kaders en de reikwijdte van een adequaat grondbeleid in onze gemeente en geeft inzicht in de verwachtingen voor de korte termijn wat betreft risico s en voortgang van de uitgifte van bouwgrond. Ook gaan we kort in op het instrumentarium voor grondbeleid in Winsum, anticiperend op de uitvoering van de onlangs gepresenteerde visies op de ruimtelijke structuur, economische zaken, het wonen, sport en de infrastructuur in de gemeente. Bovenstaande leidt aan het slot van de paragraaf tot conclusies omtrent dat de aanvaardbaarheid van risico s versus beschikbare financiële middelen en het in te zetten controle-instrumentarium. Definitie grondbeleid en grondexploitatie Het gemeentelijk grondbeleid betreft de voorgenomen wijze van acteren door de gemeente op de grondmarkt en de wijze van uitvoeren of doen uitvoeren van grondexploitaties ter ondersteuning van ruimtelijke voornemens, ontwikkelingen en/of activiteiten in de breedste zin van het woord. De Raad is bevoegd grondexploitaties vast te stellen. De volgende activiteiten vallen onder de term grondexploitatie: gronden verwerven en beheren, gronden bouw- en woonrijp maken en gronden verkopen t.b.v. bouw van opstallen door derden. Daarnaast alle activiteiten die hiervoor nodig zijn zoals onderzoek, externe en interne planbegeleiding en organisatie, eventuele sloopwerkzaamheden, saneringen enzovoort. De bouw van de opstallen zelf en de eventuele verkoop van deze opstallen vallen buiten het kader van de grondexploitatie en liggen bij de kopers van de bouwrijpe grond (de opstalontwikkelaars of particuliere kavelkopers). Kader grondbeleid Bij de keuzes voor het gemeentelijk grondbeleid en de uitvoering hiervan gelden de volgende kaders: Wetgeving BBV: Op grond van het besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) dient de paragraaf grondbeleid tenminste het volgende te bevatten: o Een aanduiding van de wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert; o Een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie; o Een visie op het grondbeleid in relatie tot de realisatie van de doelstellingen van de programma s die zijn opgenomen in de begroting; o Een onderbouwing van de geraamde winstneming; o De beleidsuitgangspunten over de reserves voor grondzaken in relatie tot de risico s van de grondzaken. Wet ruimtelijke ordening onderdeel grondexploitatiewet : Bij kostenverhaal op particuliere ontwikkelaars geldt zowel het privaatrechtelijke kader (bij het sluiten van vrijwillige overeenkomsten) als het publiekrechtelijke kader (bij het opstellen van een zogenaamd exploitatieplan waarmee kosten dwingend kunnen worden verhaald). Administratieve organisatie grondbeleid gemeente Winsum: Momenteel wordt de beschrijving van de administratieve organisatie voor het grondbeleid opgesteld. In het onderstaande wordt eerst in beschrijvende zin ingegaan op mogelijke keuzes in het grondbeleid. Daarna worden de verschillende elementen uit het besluit begroten en verantwoorden toegelicht

171 Keuzemogelijkheden grondbeleid De gemeente kan in algemene zin kiezen uit de volgende hoofdvormen van grondbeleid, ter ondersteuning van het bereiken van haar ruimtelijke doelen: Actief grondbeleid: de gemeente verwerft zelf grond, ontwikkelt deze en verkoopt de bouwrijpe grond. De gemeente voert hierbij de grondexploitatie en loopt hierbij het volledige grondexploitatie-risico, maar heeft ook de volledige regie en zeggenschap. Dit is aan de orde in Winsum Oost en bij het Boogplein. Ook voor de locatie van de voormalige school De Klief in Ezinge, waar de gemeente al grondeigenaar is, is dit tot op heden het voornemen. Faciliterend grondbeleid: de gemeente stelt de kaders voor ontwikkelingen door derden. De gemeente loopt hierbij geen of weinig grondexploitatie-risico, maar heeft minder regie en zeggenschap. Eventuele (beperkte)kostenposten voor de gemeente worden verhaald op de initiatiefnemer. In onze gemeente zijn dit (augustus 2013) de volgende plannen: Oosterhuisen Baflo; De voorgenomen ontwikkeling van woningen op Lombok door projectontwikkelaar Credo; De voorgenomen ontwikkeling van woningen aan de Onderdendamsterweg door Brummelhuis; De bouwplannen bij de kerk aan de Nieuwestreek in Ezinge; De voorgenomen nieuwbouw van de 12 Hoven; De voorgenomen bouw van een aantal appartementen aan de Kerkstraat in Winsum. Ook in geval van herstructurering is er sprake van faciliterend grondbeleid. Vanwege het behalen van volkshuisvestelijke doelstellingen en afhankelijk van afspraken met de initiatiefnemer, in ons geval veelal Wierden en Borgen, is er sprake van een financiële bijdrage van de gemeente aan de ontwikkeling. In onze gemeente betreft dit op dit moment de plannen Ezinge Schoolstraat en Baflo Wilhelminalaan. Publiek-private samenwerking (PPS): de gemeente werkt samen in een vorm die tussen actief en faciliterend grondbeleid valt of meer naar één van beide vormen neigt. De risico s, winsten en verliezen, regie en zeggenschap worden bij deze vorm gedeeld tussen markt en gemeente. Dit is in onze gemeente het plan Sauwerd de Groenlanden zuid. Na het opstellen van de lopende beleidsactualisaties en de verwerking hiervan in de paragraaf grondbeleid, wordt voor de afzonderlijke achterliggende documenten beoordeeld welke voor actualisatie in aanmerking komen. Het grondbeleid en ruimtelijke ontwikkeling Als gezegd is het vanaf 2014 zaak de uitvoering van beleidsvoornemens op diverse terreinen ter hand te nemen. Met de structuurvisie als paraplu en de sectorale beleidsstukken als uitwerking. Zo geeft de woonvisie input voor de concretisering van het sociale programma voor woningbouw. De nieuwe doelstellingen voor sociale woningbouw vloeien voort uit het beleid dat nu wordt voorbereid. Onder meer in de structuurvisie en de woonvisie worden voorstellen gedaan over de inzet van instrumenten waarmee sociale woningbouw ook in de toekomst kan worden bevorderd. De structuurvisie strekt zich uit van abstracte ambities op de zeer lange termijn tot concreet realiseerbare doelen op korte termijn. Bedoeling van de visie is om tegelijkertijd richting (toetssteen) en vrijheid (inspiratiebron) te geven. De uitvoeringparagraaf is daarom flexibel en op hoofdlijnen, maar dient ook als basis voor grondbeleid, kostenverhaal en ander grondexploitatieinstrumentarium. Om dynamisch te plannen en rapporteren zullen in 2014 voorstellen volgen voor het toevoegen van een begrotingsparagraaf Ruimtelijke Investeringen, zijnde de financiële uitwerking en verantwoording van het actieplan bij de structuurvisie. De mate waarin in de uitvoering bovenplans danwel bovenwijks een kostenverevening kan worden gerealiseerd, is afhankelijk van factoren als verdiencapaciteit (economie), het profijtbeginsel, of er sprake is van passief danwel actief grondbeleid e.d

172 Voorstellen voor (dynamische) keuzes in deze systematiek leggen wij eveneens in 2014 aan u voor en deze krijgen hun beslag in onderhavige paragraaf. De exploitaties van bestaande plannen zijn verderop in deze paragraaf dit verslag geactualiseerd. De uitvoering van het grondbeleid in 2014 en verder Wij streven een gedifferentieerd grondbeleid na en houden hierbij gezien de huidige markt het voorzichtigheidsprincipe hoog in het vaandel. Waar mogelijk en passend binnen een acceptabel risicoprofiel én passend in een gedegen grondexploitatie-opzet willen wij ook dit jaar ingaan op grondaanbiedingen in Winsum Oost (actief grondbeleid vanuit gevestigd voorkeursrecht). Gezien de marktsituatie en de regionale woningbouwafspraken verwachten wij op de korte termijn geen nieuwe grondaankopen voor uitbreidingsplannen, afgezien van Winsum Oost. Binnendorps is beperkte aankoop ten behoeve van infrastructurele wensen of het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit niet bij voorbaat uit te sluiten. Daarnaast willen wij ook private initiatieven faciliteren wanneer deze passen binnen het ruimtelijke beleid, de beschikbare nieuwbouwruimte en de ambtelijke capaciteit. (Faciliterend grondbeleid). Indien zich nieuwe initiatieven voordoen willen wij deze benaderen in het licht van het bovenomschreven beleid. Prognose lopende exploitaties voor 2014 en verder Wat willen we doen en bereiken t.a.v. onze grondexploitaties in 2014? Algemeen Woningen staan lang te koop en mogelijke kopers zijn zeer terughoudend en voorzichtig. Met de verminderde afzetmogelijkheden houden we in gemeentelijke grondexploitaties rekening. De regionale woningbouwafspraken worden jaarlijks geactualiseerd en bijgesteld aan de marktontwikkeling. Deze afspraken zijn leidend in de planvorming en uitvoering. Het betreft voornamelijk het plan in Winsum Oost en deze is dan ook flexibel opgezet. De gemeente Winsum kent na het besluit van de gemeenteraad tot afsluiting van de grondexploitatie Boogplein nog 2 grondexploitaties welke in exploitatie zijn genomen (Sauwerd Groenlanden-Zuid en Winsum Oost Fase Twee) en 1 grondexploitatie welke nog niet in exploitatie is genomen (Boogplein). De grondexploitatie-opzetten worden integraal opnieuw doorgerekend elk jaar bij de jaarafsluiting. De werkelijk gemaakte kosten en opbrengsten van het voorgaande jaar worden dan verwerkt. Daarnaast wordt bij de begroting met name naar de toekomst gekeken. De belangrijke ontwikkelingen welke invloed hebben op het resultaat zijn doorgerekend en hieronder toegelicht. 1. Winsum Oost Voor de toekomstige woningbouw in Winsum Oost hebben wij de ambitie de gronden zelf te verwerven, te ontwikkelen en te verkopen aan particuliere bouwers of aan projectontwikkelaars. Deze ontwikkeling wordt in meerdere stedenbouwkundig afgeronde eenheden gedaan, om zo door een gefaseerde aanpak te kunnen bepalen in hoeverre een volgende fase binnen het totaal kan worden opgepakt. In het kader van de realiteit van de ramingen beoordeelt de provincie de door de gemeente gehanteerde rentepercentages. De provincie geeft aan dat de reële (langlopende) rente al enige tijd rond de 3-3,5% ligt. Deze percentages dienen ook doorberekend te worden aan de grondexploitatie. Daarnaast bevordert volgens de provincie het toerekenen van een reële rente aan de grondexploitatie het resultaat van de grondexploitatie in positieve zin. Voorgesteld wordt om in lijn met de begrotingscirculaire van de provincie vanaf nu naar de in exploitatie genomen grondexploitaties een rente toe te rekenen van 3,5% zowel indien een project een positieve als een negatieve boekwaarde kent. Dit percentage ligt tussen de reële rente bij nieuwe geldleningen (2,7%) en de gemeentelijke rekenrente (4%)

173 Om aan te sluiten op de regio-afspraken en het hierop gebaseerde concept van de Woonvisie wordt de fasering in Winsum-Oost nog aanvullend aangepast. De eventuele locatieontwikkeling ten oosten van de Potmaar is volledig na 2030 verschoven en de locatieontwikkeling aan de westzijde van de Potmaar vindt nog meer gefaseerd in deelplannen plaats tot en met De totale aanpassing in de fasering kost op het resultaat op contante waarde: ,-. Het rentevoordeel vangt het nadeel in fasering nagenoeg op. Het nieuwe resultaat op eindwaarde (het bedrag dat daadwerkelijk in de boekhouding kan terechtkomen) is na deze aanpassingen berekend op ruim positief (was ). Dit resultaat kan uitgedrukt worden op contante waarde door deze eindwaarde met het rentepercentage terug te rekenen naar Dit komt dan neer op een contante waarde van ruim positief. Gefaseerde aanpak Om flexibel in te kunnen spelen op woningmarkt- en behoefteontwikkelingen, streven wij per deelplan naar: gedegen marktonderzoek dat in het stedenbouwkundig plan voor de eerste deellocatie richting geeft aan de uitwerking. Uit dit onderzoek moet tevens het aantal belangstellenden en mogelijke kopers blijken. Deze informatie beïnvloedt de omvang van het eerste deelplan. een flexibel stedenbouwkundig plan, op te stellen in overleg met interne en externe betrokkenen en expertise, zoals makelaars, mogelijke bewoners, Wierden & Borgen enz. de grondexploitatie te actualiseren en door te rekenen op dit stedenbouwkundig plan met een detaillering op het eerste deelplan. binnen het stedenbouwkundig plan en de grondexploitatie de mogelijkheid inbouwen het bouwrijp maken te vertragen of te versnellen in antwoord op de ontwikkelingen in de markt. 2. Boogplein De gemeenteraad heeft besloten tot afsluiting van de grondexploitatie Boogplein en momenteel wordt gewerkt aan de voorbereiding van een nieuwe grondexploitatie voor Boogplein om vervolgens de verbetering van de winkelstructuur en de verbreding van het woningaanbod daadwerkelijk ter hand te nemen. Over de nieuwe exploitatie adviseren wij u afzonderlijk. 3. Sauwerd Groenlanden-Zuid Het plan de Groenlanden in Sauwerd is ontworpen als een dorpse uitbreiding met een attractief en gevarieerd woonmilieu. Het plangebied is gelegen aan de rand van Sauwerd op steenworp afstand van het treinstation. Rust en ruimte worden hier gecombineerd met alle voorzieningen binnen handbereik. Medio 2013 waren 8 van de 12 kavels verkocht. Van de acht projectwoningen van Plegt Vos in Sauwerd Groenlanden zijn er inmiddels zes verkocht. De rente is ook in deze grondexploitatie bijgesteld naar 3,5%. Zie de bovenstaande toelichting. Voor de gehele projectduur heeft de aanpassing een beperkt voordeel op het resultaat op contante waarde van 5.111,-. Het geraamde resultaat neemt toe van naar op contante waarde per Overige grondeigendommen De gemeente heeft gronden in eigendom. Deze worden veelal verhuurd of verpacht ten behoeve van (agrarisch) gebruik of als volkstuin. Overhoekjes gemeentelijk groen worden verkocht aan aanpalende eigenaren. Dit vindt plaats conform het beleid dat hiervoor in 2006 is vastgesteld. Het betreft tevens gronden die de gemeente in het verleden verworven heeft ten behoeve van de realisatie van beleidsdoelstellingen in de (verre) toekomst. Daarbij gaat het globaal om de volgende gronden: 2,25 ha ten noorden van de wethouder Kruijerlaan in Adorp ( rente/jr.) 4,6 ha Winsum-West ten westen van de sportvelden in Winsum ( rente/jr.) 5,5 ha ten westen van het trainingsveld van cvv Viboa aan de Schouwerzijlsterweg in Winsum ( rente/jr.)

174 Deze gronden zijn destijds tegen reële grondprijzen verworven en zonder dat er een exploitatie onder gelegd is. Dit leidt tot de conclusie dat het bezit van deze gronden geen grote risico s kent en de boekwaarde niet aangepast behoeft te worden. Fondsen en reserves Vanuit de diverse vormen van grondexploitatie genereert de gemeente fondsen en/of reserves. In Winsum betreft dit de reserves herstructurering ( 2,50/m2 ), bovenwijkse voorzieningen ( 5/m2), regiovisie ( 2,50/m2) en bij projectmatige nieuwbouw dubo ( 5,00/m2; terug te verdienen door ontwikkelende partij als extra voorzieningen worden getroffen). Genoemde bedragen worden niet alleen in rekening gebracht indien de gemeente grond verkoopt, maar ook bij planologische medewerking aan initiatieven voor particuliere nieuwbouw op eigen grond. Dit gebeurt op basis van anterieure overeenkomsten. Voor het opvangen van eventueel te nemen verliezen in de grondexploitatie is van belang de reserve grondexploitatie. In de nota reserves en voorzieningen is onlangs bepaald of de hoogte hiervan voldoende is om voorziene risico s en afdrachten te dekken. Dit is het geval. De reserve grondexploitatie heeft in de nota reserves en voorzieningen een verwacht saldo per van circa ,00 (berap 2012). Risico s Algemeen. Met diverse beheersmaatregelen zijn de risico s van grondexploitaties aangepakt. Bij de her calculatie van grondexploitaties bij de jaarrekening en de begroting wordt stil gestaan bij de risico s. Dan wordt ook gekeken naar de actuele ontwikkelingen en de mogelijke effecten hiervan op de risico s voor Winsum Oost en Sauwerd Groenlanden-Zuid. In het licht van de actuele ontwikkelen worden dan de reeds getroffen beheersmaatregelen beoordeeld. We beoordelen dan of de beheersmaatregelen nog steeds in voldoende mate de risico s opvangen. Indien nodig worden dan voorstellen gedaan voor eventuele aanvullende beheersmaatregelen. Als belangrijke risico s bij de gemeentelijke grondexploitatie kunnen ook voor 2014 genoemd worden: een woningmarkt met lage afzet van kavels en stagnerende of dalende grondprijzen stijgende inflatie en renteparameters, hoge planschadekosten, vertraging of stagnatie in procedures. Voor Winsum Oost zijn de risico s beperkt door uit te gaan van een organische en gefaseerde ontwikkeling en tevens door zeer voorzichtige uitgangspunten. Zo is bijvoorbeeld bij het vaststellen van de grondexploitatie in 2011 reeds uitgegaan van een verlaagde grondprijs als reactie op ook toen al veranderde marktomstandigheden. Bij het eventueel werkelijkheid worden van slechtweer-scenario s kan na inzet van het positieve saldo van de exploitatie zelf vervolgens tot inzet van de ruimte in de posten onvoorzien overgaan worden. Vervolgens tot het schrappen in de geplande voedingen aan reserves die ten laste van de exploitaties Sauwerd Groenlanden- Zuid en Winsum Oost Fase Twee zijn geraamd. Tenslotte resteert de Reserve Grondexploitatie als weerstandsvermogen voor het afdekken van risico s. In het hoofdstuk over weerstandsvermogen in deze begroting is tot slot een bedrag genoemd teneinde zeer grote onverwachte tegenvallers op te vangen (1 tot 2 miljoen). In de rekening over 2013 zullen wij aan de hand van een nieuwe exploitatiedoorrekening de toereikendheid van dit bedrag beoordelen door een relatie te leggen met de boekwaardes ervan. Risico s lopende grondexploitaties Teneinde het risico van de slechte markt voor Sauwerd de Groenlanden inzichtelijk te maken hebben wij een slecht weer scenario voor dit plan laten doorrekenen. Dit slechtweerscenario ging uit van een verlaging van de prijs van nog te verkopen kavels met 25% en verkoop in 2020, sluit de exploitatie nog met euro positief en blijven de fondsvoedingen in stand. Om in te spelen op de veranderde omstandigheden is de grondprijs voor Sauwerd de Groenlanden verlaagd met gemiddeld circa 12 %

175 Voor wat betreft het plan Winsum Oost is bij het raadsbesluit over de grondexploitatie al met erg voorzichtige scenario s rekening gehouden

176 PARAGRAAF H MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING De paragraaf Maatschappelijke ondersteuning geeft informatie over de beleidsvoornemens in de periode De Wmo De eerste beleidsperiode (2007 tot en met 2010) van de Wmo is afgesloten. In 2011 heeft de raad het Wmo-beleidsplan vastgesteld. 2. Prestatievelden en doelstellingen De Wmo kent negen prestatievelden: 1. Sociale samenhang en leefbaarheid; 2. Preventieve ondersteuning van jeugdigen en hun ouders; 3. Informatie, advies en cliëntondersteuning; 4. Ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers; 5. Bevorderen deelname maatschappelijk verkeer en zelfstandig functioneren van mensen met een beperking, een chronisch psychisch of een psychosociaal probleem; 6. Verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking, een chronisch psychisch of psychosociaal probleem; 7. Maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang; 8. Openbare geestelijke gezondheidszorg; 9. Verslavingsbeleid. Deze negen prestatievelden worden in het Wmo-beleidsplan integraal benaderd en geordend naar thema s. Per thema is beschreven wat we de komende vier jaar willen bereiken. In het Uitvoeringsprogramma Wmo-beleidsplan zijn die onderwerpen verder uitgewerkt en weggezet in tijd. 3. Uitgangspunten beleidsplan In het beleidsplan staat omschreven wat de gemeente Winsum in de periode gaat doen aan maatschappelijke ondersteuning. De uitgangspunten van de Kanteling staan hierbij centraal: - behoud van regie over het eigen leven en - zelfredzaamheid van burgers. Daarnaast kiezen we voor de volgende uitgangspunten: - Alle inwoners van gemeente Winsum doen mee. We willen bevorderen dat alle inwoners deelnemen aan de samenleving en dat alle inwoners zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. - We richten ons hierbij primair op de kwetsbare (groepen) inwoners die extra ondersteuning nodig hebben. We gaan actief te werk en zoeken inwoners op die zich niet uit zichzelf melden of waarvan niet direct zichtbaar is dat zij extra ondersteuning nodig hebben. - Vraagstukken worden integraal benaderd. We brengen samenhang aan tussen de prestatievelden van de Wmo. - De nadruk komt meer te liggen op de eigen verantwoordelijkheid van de burger. - We gaan vraaggericht te werk. De vraag van de inwoner staat centraal, niet het bestaande aanbod. Deze manier van werken vragen we ook aan de instellingen met wie we samenwerken. 4. Financiën In onderstaand overzicht zijn de prestatievelden opgenomen met de bijbehorende begrotingsbedragen. De komende jaren is de uitdaging om met minder financiële middelen meer te bereiken op het gebied van maatschappelijke ondersteuning. De samenwerking met buurgemeenten wordt steeds meer gezocht om beperkte financiële middelen te bundelen en gezamenlijk activiteiten uit te voeren

177 WMO - Begroting 2014 Lasten Baten Saldo Dlpr Product Prestatie 1 Sociale samenhang en leefbaarheid Bibliotheekwerk gemeente Winsum Subsidies cluster incid. activiteiten Sport - algemeen Buitensportaccommodaties Binnensportaccommodaties Zwembad De Hoge Vier te Winsum Groene sportvelden en terreinen Speeltuinen Kunst- en cultuurbeleid en -bevordering Dorps- en wijkcentra Dorpsverenigingen Samenlevingsopbouwwerk (SWW) Prestatie 2 Preventieve ondersteuning jeugd Voorschoolse voorzieningen Netwerk sluitende aanpak Ambulant jeugd- en jongerenwerk Jeugdgezondheidszorg, uniform deel Jeugdgezondheidszorg, maatwerkdeel Jeugd- en veiligheid Gemeent. onderwijs achterstandenbeleid Prestatie 3 Informatie, advies en clientonderst WMO zorgloket Prestatie 4 Ondersteuning mantelzorgers/vrijwilligers Vrijwilligerswerk Mantelzorg Prestatie 5 Deelname Maatschappelijk verkeer Gemeentelijk ouderenbeleid Bejaardensoos "de Boog" Winsum Maatschappelijk werk Stimuleringsregeling Prestatie 6 Deeln.Maatsch.verkeer: psych/fys.beperking Administratie- en advieskosten HV Huishoudelijke verzorging Indiv. voorz., adm.- en adv.kosten Vervoersvoorzieningen Rolstoelvoorzieningen Woonvoorzieningen Dure woningaanpassingen Prestatie 7 Maatschappelijke opvang Slachtofferhulp TOTAAL WMO

178 PARAGRAAF I Interbestuurlijk Toezicht In de Nota Interbestuurlijk Toezicht (hierna: IBT) 2013-I heeft het college voor het eerst overeenkomstig de Wet revitalisering generiek toezicht verantwoording afgelegd over de uitvoering van wettelijke taken. In deze paragraaf in de begroting 2014 vindt de tweede verantwoording plaats (2013-II). Wettelijk kader Het college verantwoordt zich aan de raad op grond van artikel 169 van de Gemeentewet en aan de toezichthouder op grond van artikel 124 van de Gemeentewet. De toezichthouder kan de verantwoordelijk minister zijn of gedeputeerde staten (hierna: GS). De wijze van verantwoorden is in overleg met de provincie Groningen tot stand gekomen voor zover GS toezichthouder zijn. Reactie GS op Nota IBT 2013-I Op het moment van opstellen van deze paragraaf was nog geen reactie van GS op de Nota IBT 2013-I ontvangen. Indien GS opmerkingen hebben over de verantwoording, worden die opmerkingen, mits tijdig gemaakt, in de volgende verantwoording (2014-I) meegenomen. Opzet van de verantwoording IBT 2013-II Op onderdelen verschilt de opzet van de verantwoording met die van 2013-I. In de eerste plaats vindt de verantwoording niet afzonderlijk plaats, maar als onderdeel van (het tekstdeel van) de begroting. In de tweede plaats worden die domeinen waarover geen nieuwe toezichtinformatie voor handen is wel benoemd maar niet nader op ingegaan. Als de toezichtinformatie sinds de verantwoording I niet is gewijzigd, wordt niet nogmaals over dezelfde informatie verantwoording afgelegd. In de gevallen dat de uitvoering van de wettelijke taken in de Nota IBT 2013-I als matig is gewaardeerd, zullen wij aangeven welke maatregelen wij hebben ondernomen of zullen ondernemen. Hieronder treft u een overzicht aan van de domeinen waarover in de Nota IBT 2013-I verantwoording is afgelegd, wat het resultaat was en de domeinen waarover in deze paragraaf verantwoording plaatsvindt. Domein Toezichthouder Resultaat IBT 2013-I Nieuwe toezichtinformatie? Verantwoording 2013-II Archiefwet GS Matig Nee Nee Financiën GS Goed Ja Ja Huisvestingswet GS Goed Ja Ja Monumenten en archeologie GS Geen beoordelingscriteria vastgesteld. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht GS Goed Nee Nee Wet ruimtelijke ordening GS Matig Ja Deels Wet basisregistraties adressen en gebouwen Minister Niet volledig voldaan aan kwaliteitseisen Nee Nee

179 Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens Minister Voldaan aan verplichting Nee nee Wet kinderopvang Minister n.v.t. Ja Ja Omdat de verantwoording plaatsvindt in de begroting, en er daarbij vooruit wordt gekeken, zullen wij per domein aangeven op welke wijze de verantwoording gevolgen heeft voor de begroting Het gaat daarbij alleen om de financiële gevolgen van deze verantwoording. Beschikbaar stellen toezichtinformatie De toezichtinformatie is beschikbaar gesteld op onze website, Politiek & Organisatie, Toezichtinformatie. Verantwoording domeinen waar GS toezichthouder zijn 1. Archiefwet Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit het jaarverslag, door ons vastgesteld op 14 mei Op grond van artikel 8 van de Archiefverordening doen wij tenminste éénmaal per twee jaar verslag over de uitvoering van de Archiefwet. De archiefwetgeving is bedoeld om overheidsinformatie betrouwbaar, authentiek en toegankelijk te bewaren en beschikbaar te hebben. De VNG heeft de wettelijke verplichtingen samengevat in Kritische Prestatie Indicatoren (hierna: KPI s). De KPI s bestaan uit 10 hoofdvragen met deelvragen. De beantwoording maakt duidelijk of we voldoen aan wettelijke verplichtingen. De KPI s zijn het kader voor het verslag. Op basis van risicoanalyse hebben GS uit de KPI s vier thema s geselecteerd als focus voor het toezicht. Verantwoording De verantwoording heeft plaatsgevonden in de Nota IBT 2013-I. Wij kwamen tot de conclusie dat de taak matig is uitgevoerd. Op basis van het verslag hebben wij een verbeterplan vastgesteld. Dit verbeterplan is beschikbaar gesteld op onze site. In 2014 zullen wij opnieuw op basis van de KPI s een verslag opstellen en verantwoording afleggen. Dat betreft het jaar 2013 en zal naar verwachting opnieuw tot de conclusie leiden dat de taak matig is uitgevoerd. Het effect van de verbeteringen is dan immers nog niet merkbaar. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties. 2. Financiën Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit de begroting Financiën valt niet onder de werking van de Wet revitalisering generiek toezicht, maar GS oefenen het toezicht wel in de geest van die wet uit. In twee fasen wordt de begroting beoordeeld. Verantwoording De begroting 2014 laat zien dat de geraamde structurele uitgaven en inkomsten in evenwicht zijn. Uit de meerjarenraming wordt aannemelijk dat dit evenwicht de komende jaren wordt

180 gecontinueerd. Er is voor zover bekend geen sprake van bestuurlijk relevante onderwerpen die de financiële positie substantieel kunnen beïnvloeden. De toezichthouder vraagt wel aandacht voor het regeerakkoord met de daarin opgenomen bezuinigingen en taakdecentralisaties. Deze kunnen van grote invloed zijn op de toekomstige financiële huishouding van de gemeente. Gevraagd wordt om deze gevolgen zo spoedig mogelijk in kaart te brengen. Op basis van bovenstaande gegevens komen wij tot de conclusie dat wij, ten tijde van de toetsing van de begroting 2014, de taak op het gebied van financiën goed uitvoeren. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 Wij verwachten onder repressief toezicht te staan. De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties. 3. Huisvestingswet Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit het verslag over de periode 2013-I (de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2013). Op grond van artikel 60b van de Huisvestingswet krijgen wij halfjaarlijks een taakstelling om verblijfsgerechtigden te huisvesten. Na afloop van elke periode doen wij verslag over de realisatie van de taak. Verantwoording De taakstelling voor de periode 2013-I bedroeg aanvankelijk 3, maar is gedurende de taakstellingsperiode verhoogd naar 4. Wij hebben in deze periode 12 verblijfsgerechtigden gehuisvest. De taakstelling voor de periode 2013-I is gerealiseerd. Wij komen tot de conclusie dat wij deze taak goed hebben uitgevoerd. Omdat het COA de afgelopen jaren structureel onvoldoende kandidaten leverde hebben wij over voorgaande periodes een achterstand opgelopen. Op 1 januari 2013 bedroeg de cumulatieve achterstand 9. In deze taakstellingsperiode is de cumulatieve achterstand teruggebracht tot 1 op 1 juli Vanwege de achterstand is een task force opgericht, samengesteld uit alle betrokken partijen bij de huisvesting. In deze verantwoordingsperiode is de task force weer opgeheven. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties. 4. Monumenten en archeologie Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit het jaarverslag Wabo. Wij moeten voldoen aan eisen voor vergunningverlening, toezicht en handhaving. In een jaarlijks overzicht moeten wij het aantal verleende vergunningen, handhavingsacties en de samenstelling van de gemeentelijke monumentencommissie melden. Verantwoording GS hebben nog geen beoordelingscriteria opgesteld en zullen dat doen op basis van de toegezonden toezichtinformatie. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties

181 5. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit: 1. Het jaarprogramma 2. Het jaarverslag Wij moeten voldoen aan eisen voor vergunningverlening, toezicht en handhaving. Daarvoor moeten wij over actueel beleid en probleem- en risicoanalyse beschikken. In dat beleid wordt aandacht besteedt aan de onderkende Wabo-risico s en prioritaire RO-belangen en is duidelijk wat de specifieke gemeentelijke risico s zijn. Verantwoording De verantwoording heeft plaatsgevonden in de Nota IBT 2013-I. Wij kwamen tot de conclusie dat de taak goed is uitgevoerd. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 Vóór 1 januari verwachten wij het jaarprogramma 2014/2015 vast te stellen. De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties. 6. Wet ruimtelijke ordening Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit: 1. Het jaarprogramma voor toezicht en handhaving 2. Het jaarverslag Voor het gehele grondgebied van de gemeente moeten actuele bestemmingsplannen of beheers verordeningen zijn vastgesteld. In de bestemmingsplannen zijn regels gesteld voor prioritaire belangen. Daarnaast dragen burgemeester en wethouders zorg voor toezicht en handhaving. Verantwoording In Winsum zijn 27 actuele bestemmingsplannen. Voor een deel van het grondgebied geldt echter geen actueel bestemmingsplan. Voor dit deel is het bestemmingsplan in procedure gebracht. Dit bestemmingsplan wordt volgens planning op 19 november 2013 vastgesteld. In de bestemmingsplannen zijn regels gesteld voor prioritaire belangen. De toezichtinformatie voor toezicht en handhaving (jaarprogramma en jaarverslag) is tijdig verstrekt. Op basis van bovenstaande gegevens komen wij tot de conclusie dat wij op het gebied van de Wet ruimtelijke ordening matig scoren. De verwachting is dat dit bij de volgende Paragraaf IBT wijzigt in goed omdat dan volgens de planning voor het hele gebied actuele bestemmingsplannen zijn vastgesteld. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties

182 Verantwoording domeinen waar het rijk toezichthouder is Voor deze domeinen geldt geen vooraf vastgestelde toetsings- en beoordelingscriteria. 7. Wet basisregistratie adressen en gebouwen (Minister van Infrastructuur en Milieu) Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit het inspectieverslag Wij zijn verplicht brongegevens in te schrijven in het adressen- of gebouwenregister en gegevens uit de brongegevens op te nemen in het register. Aan de registratie zijn wettelijke kwaliteitseisen gesteld. Op basis van artikel 42 van de wet moeten wij eens in de drie jaar de uitvoering van de regelgeving laten controleren. Verantwoording In de Nota IBT 2013-I hebben wij aangegeven dat uit de inspectie blijkt dat wij niet volledig voldoen aan de kwaliteitseisen en dat voor die onderdelen in 2013 een her inspectie zal plaatsvinden. De her inspectie is gepland op 26 november. Ondertussen is er een nieuw proceshandboek opgesteld dat maatwerk biedt voor de situatie in onze gemeente. Het proceshandboek is in de praktijk succesvol en wordt inmiddels ook door andere gemeenten gebruikt. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties. 8. Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen (Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) Toezichtinformatie De toezichtinformatie bestaat uit het jaarverslag kinderopvang De overheid stelt kwaliteitseisen aan kindercentra. Het college registreert kindercentra en is verantwoordelijk voor het toezicht en de handhaving op de geleverde kwaliteit. De GGD inspecteert in opdracht van het college en beoordeelt of kindercentra aan de eisen voldoen. Indien nodig adviseert de GGD het college om maatregelen te nemen. De VNG en het Rijk hebben afgesproken dat met ingang van de verslagperiode 2012 de gemeenten de toezichtinformatie op plaatsen overeenkomstig een door het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING) ontwikkelt model. Daarnaast hebben wij het jaarverslag op de site geplaatst. Verantwoording Risico-gestuurd toezicht Alle verplichte inspecties zijn uitgevoerd in het jaar Dit jaar is er gestart met risico-gestuurd toezicht: intensiever toezicht waar dat nodig is, en minder toezicht waar dat mogelijk is. Om dit te kunnen doen, heeft GGD Nederland, in opdracht van het ministerie van SZW, een nieuw model risico-gestuurd toezicht ontwikkeld. Hier is in 2012 een start mee gemaakt. In verband met dit risico-gestuurd toezicht is er in het jaar 2012 voor het eerst gestart met onaangekondigde inspecties. Dit heeft er toe geleid dat er bij de meeste kinderopvangcentra tekortkomingen zijn geconstateerd. Dit betreffen relatief ernstige en minder ernstige overtredingen. Er is maar één buitenschoolse opvang waar geen overtredingen zijn geconstateerd. Bij de geïnspecteerde gastouders zijn geen overtredingen geconstateerd. De risicoprofielen worden niet openbaar gemaakt, conform landelijke regelgeving. De uitkomsten van deze risicoprofielen worden benut voor het bepalen van vorm en mate van een volgend inspectie

183 onderzoek. Het risicoprofiel dient daarmee expliciet als hulpmiddel om het toezicht zo adequaat mogelijk in te zetten. Het risicoprofiel is geen inspectierapport dat een oordeel weergeeft over de kwaliteit van de opvang. Dat is de reden waarom deze niet openbaar gemaakt worden. De uitkomst van de risicoprofielen zijn daarom leidend voor de aard van het toezicht in Handhaving Op alle locaties waar overtredingen zijn geconstateerd zijn op de overtredingen handhavingstrajecten gestart. Op een aantal locaties is geconstateerd dat de overtredingen reeds zijn beëindigd. Bij een ander deel zal dat nog uit her inspecties moeten blijken. Deze her inspecties zijn reeds gepland en worden in het jaar 2013 uitgevoerd. In 2012 ligt het aantal overtredingen gezien het aantal kindercentra tamelijk hoog. Bij één kindercentrum, bestaande uit een kinderdagverblijf en een buitenschoolse opvang bleek dat er veel zaken niet op orde waren. Hierop is een handhavingstraject gestart. In het begin van het jaar 2013 zijn de meeste overtredingen beëindigd, maar dit telt niet meer mee voor het verslagjaar Hierdoor ontstaat er in het verslag een beeld dat er nog veel overtredingen zijn. Op dit moment ligt het aantal overtredingen lager en hebben de ingezette handhavingsacties hun vruchten afgeworpen. Voor de zaken die nog niet op orde zijn, wordt de handhaving voortgezet. Er is een verschil tussen het aantal overtredingen waarop handhaving is ingezet (vraag 18) en het aantal overtredingen die beëindigd zijn (vraag 20A). Het aantal overtredingen die beëindigd zijn ligt hoger dan het aantal waarop handhaving is ingezet. Bij het aantal overtredingen die beëindigd zijn, zijn ook overtredingen meegeteld die in 2011 waren begonnen en in 2012 beëindigd. Ook zijn er in 2012 nadere onderzoeken geweest waarin overtredingen zijn geconstateerd. Deze worden niet meegeteld bij vraag 18. De overtredingen uit deze nadere onderzoeken die beëindigd zijn in 2012, worden wel meegeteld bij vraag 20A. In het verslag kunt u lezen dat er op alle kindercentra waar een handhavingstraject is gestart nog handhaving loopt. Dit betekent niet dat er op alle kindercentra ook nog overtredingen zijn. Einde van de overtreding betekent niet altijd dat het handhavingstraject onmiddellijk wordt beëindigd. Om bij recidive snel tot een vervolgactie te kunnen overgaan, blijven de handhavingstrajecten (zoals de aanwijzing) in stand. Een handhavingstraject wordt pas beëindigd wanneer gebleken is dat de overtreding duurzaam is beëindigd. Gevolg verantwoording voor de begroting 2014 De verantwoording heeft in de begroting 2014 geen financiële consequenties

184 Nee Interventie of IDPT* ja/nee Overzicht van informatie- en verantwoordingsvormen en samenvatting Domein Informatievorm Wanneer Vindplaats# Wanneer verantwoording in Nota IBT Verantwoording Beoordeling Reactie raad ja/nee Toezichthouder: GS Archiefwet Verslaglegging Eénmaal per 2 jaar; verder niet bepaald. Website Bij jaarrekening (Vóór 15 juli) en begroting (vóór 15 november ) 2013-I Matig Nee Financiën Begroting Vóór 15 november door raad vastgesteld en beschikbaar voor GS. Monumenten en archeologie Overzicht Jaarlijks; verder niet bepaald. Website, vergaderstukken raad Onderdeel van het Wabo-jaarverslag Bij jaarrekening (Vóór 15 juli) en begroting (vóór 15 november ) Bij jaarrekening (Vóór 15 juli) en begroting (vóór 15 november ) 2013-I 2013-II Goed Goed Nog niet Nvt Nee Nee Nee Huisvestingswet Verslag Vóór 1 februari en vóór 1 augustus door college vastgesteld en beschikbaar voor GS. Website Bij jaarrekening (Vóór 15 juli) en begroting (vóór 15 november ) 2013-I 2013-II Goed Goed Wabo Beleid, probleemen risico-analyse Jaarprogramma Vóór 1 januari door college vastgesteld. Website Bij jaarrekening (Vóór 15 juli) en begroting (vóór 15 november ) 2013-I Goed Nee

185 Nee Jaarverslag Vóór 1 april of gelijktijdig met jaarrekening door college vastgesteld Wro Bestemmingsplann en, beheersverordenin gen GS Jaarprogramma toezicht en handhaving Binnen 10 jaar Vóór 1 januari door college vastgesteld -- Website Bij jaarrekening (Vóór 15 juli) en begroting (vóór 15 november ) 2013-I 2013-II (deels) Matig Matig Toezichthouder: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Wet algemene bepalingen burgerservicenummer Onderzoek Op initiatief/verzoek van de Minister Nog niet. Alleen als daar aanleiding voor is. Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens Evaluatieverslag Jaarlijks door beveiligingsbeheerder gba Controleresultaten: website Eens in het jaar bij jaarrekening (Vóór 15 juli) of begroting (vóór 15 november ) 2013-I Voldaan aan verplichting Nee Kieswet Proces-verbaal (gemeentelijke verkiezingen), uitslag (landelijke verkiezingen) Na verkiezingen zenden aan Ministerie. Nog niet. Alleen na verkiezingen bij jaarrekening (Vóór 15 juli) of begroting (vóór 15 november ) Toezichthouder: Ministerie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid

186 Nee Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Jaarverslag Vóór 1 juli zenden aan Inspectie Onderwijs Website en waarstaatjegemeente.nl Bij jaarrekening (Vóór 15 juli) of begroting (vóór 15 november ) 2013-II Voldaan aan verplichting. Toezichthouder: Minister van Infrastructuur en Milieu Wet basisregistratie adressen en gebouwen Auditverslag Eens in de drie jaar Website Eens in de drie jaar bij jaarrekening (Vóór 15 juli) of begroting (vóór 15 november ) 2013-I Niet volledig voldaan aan kwaliteitseisen * IDTP = indeplaatstreding # Tenzij anders vermeld is informatie op de website vindbaar onder Politiek & Organisatie, Toezichtinformatie

187

188 II. FINANCIËLE BEGROTING

189 Recapitulatie Begroting 2014, lasten en baten per deelprogramma Omschrijving (deel-)programma's: Bestaand beleid Lasten Baten Nieuw beleid Totaal Bestaand Nieuw beleid Totaal beleid P1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding P1.2 Openbare orde en veiligheid P1.3 Volkshuisvesting P1.4 Verkeer en vervoer P1.5 Milieu P1 Kwaliteit v/d Woon- en Leefomgeving P2.1 Cultuur P2.2 Onderwijs P2.3 Volksgezondheid P2.4 Sociale voorzieningen P2.5 Welzijn P2.6 Sport P2 Soc.voorzieningen en maatsch.dienstverlening P3.1 Economie P3.2 Toerisme P3 Dorps- en plattelandseconomie P4.1 Grondbeleid P4.2 Natuur- en groenbeheer P4.3 Ruimtelijke ordening en inrichting P4 Ruimtelijke structuur P5.1 Communicatie P5.2 Publieke dienstverlening P5.3 Openbaar bestuur P5 Kwaliteit van bestuur en organisatie P6.1 Belastingen P6.2 Financiën P6 Financiële kaderstelling/bedrijfsvoering Subtotaal deelprogramma's Saldo

190 Recapitulatie Begroting 2014, lasten en baten per deelprogramma Omschrijving (deel-)programma's: Omschrijving algemene dekkingsmiddelen: Bestaand beleid Lasten Baten Nieuw beleid Totaal Bestaand Nieuw beleid Totaal beleid Lokale heffingen Algemene uitkeringen Dividend Saldo financieringsfunctie Saldo compensabele BTW en uitkering BTW-comp.fonds Subtotaal algemene dekkingsmiddelen Onvoorzien Resultaat voor bestemming Toevoeging/onttrekking aan reserves: P1.3 Volkshuisvesting P1.4 Verkeer en vervoer P1.5 Milieu P2.1 Cultuur P2.2 Onderwijs P2.3 Volksgezondheid P2.4 Sociale voorzieningen P2.5 Welzijn P2.6 Sport P3.1 Economie P3.2 Toerisme P4.1 Grondbeleid P4.2 Natuur- en groenbeheer P4.3 Ruimtelijke ordening en inrichting P5.2 Publieke dienstverlening P5.3 Openbaar bestuur P6.2 Financiën Subtotaal mutaties reserves Totaaltellingen Resultaat na bestemming Saldo

191 TOTAAL PROGRAMMA 1 S Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 2.1 Cultuur L B S Onderwijs L B S Programma Deelprogramma Omschrijving Lasten / Baten / Saldo 1 Kwaliteit van de Woon en leefomgeving 1.1 Brandweer L B S Openbare orde L B S Volkshuisvesting L B S Verkeer en vervoer L B S Milieu L B S

192 TOTAAL PROGRAMMA Dorps- en plattelandseconomie 3.1 Economie L B S Toerisme L B S TOTAAL PROGRAMMA Programma Deelprogramma Omschrijving Lasten / Baten / Saldo 2.3 Volksgezondheid L B S Sociale voorzieningen L B S Welzijn L B S Sport L B S

193 5 Kwaliteit van Bestuur en organisatie 5.1 Communicatie L B S Publieke dienstverlening L B S Openbaar bestuur L B S TOTAAL PROGRAMMA Programma Deelprogramma Omschrijving Lasten / Baten / Saldo 4 Ruimtelijke structuur 4.1 Grondbeleid L B S Natuur- en groenbeheer L B S Ruimtelijke ordening en inrichting L B S TOTAAL PROGRAMMA

194 TOTAAL OVERIGE MUTATIES Resultaat voor bestemming Reservemutaties L B S RESERVEMUTATIES Resultaat na bestemming Programma Deelprogramma Omschrijving Lasten / Baten / Saldo 6 Financiële kaderstelling 6.1 Belastingen L B S Financiën L B S TOTAAL PROGRAMMA OVERIGE MUTATIES Algemene dekkingsmiddelen L B S

195

196 Programma Deelprogramma Product Omschrijving Investerings-bedrag Investerings-jaar Afschrijvingstermijn Investeringen 2014 Onderstaand is een tabel opgenomen met daarin de voor 2014 voorziene investeringen. De indeling is, conform de voorschriften, ingedeeld naar investeringen met een economisch nut en in investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Dit onderscheid is namelijk van belang. Investeringen met een economisch nut worden geactiveerd. Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of indien ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen worden geactiveerd. Het verdient echter de voorkeur activa met een maatschappelijk nut niet te activeren. Bij investeringen met een economisch nut is er dus geen keuze mogelijk. Bijdragen vanuit reserves mogen niet in mindering worden gebracht op de investering. Wel is het mogelijk om via de resultaatbestemming eventueel onttrekkingen aan reserves te plegen. Bijdragen van derden die in directe relatie staan tot de investering mogen hierop wel in mindering worden gebracht. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut mogen dus worden geactiveerd. Het gaat om die activa die geen economisch nut (o.a. verhandelbaarheid) hebben, maar uitsluitend een maatschappelijk nut. Voorbeelden van dergelijke activa zijn wegen en pleinen. Wegen, evenals andere activa in de openbare ruimte, zoals bruggen en openbaar groen, dienen duidelijk een maatschappelijk nut, maar ze genereren geen middelen en er is geen markt voor. De uitzonderingspositie voor deze investeringen in de openbare ruimte is toegelaten, omdat gemeenten anders niet in staat zouden zijn bepaalde investeringen in de openbare ruimte te doen (omdat deze bedragen niet via de exploitatie kunnen worden gedekt). Bij deze investeringen mogen bijdragen vanuit reserves en van derden wel in mindering worden gebracht. In onderstaande tabel wordt voorgesteld om de investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut te activeren en daarop lineair af te schrijven. Per investering wordt aangegeven in hoeveel jaar het activum wordt afgeschreven Vervangen bruggen in Ripperda Openbare verlichting HVP 2010: Openbaar onderwijs HVP 2010: Bijzonder onderwijs Vervanging speeltoestellen Invoering GBT - omvorming naar objectgericht Invoering GBT - verrijken kaart met info Totaal investeringsbedrag Vervangen bruggen in Ripperda HVP 2010: Openbaar onderwijs HVP 2010: Bijzonder onderwijs Totaal investeringsbedrag Eindtotaal

197 Voor 2016 en 2017 zijn (nog) geen investeringen geraamd. In totaal wordt er volgens bovenstaande investeringsstaat dus een bedrag van geïnvesteerd in de komende jaren. De lasten die zullen voortvloeien uit het nieuwe onderwijshuisvestingsplan zijn hier indicatief opgenomen. Naar verwachting zullen deze investeringsbedragen nog muteren. Evenals vorig jaar doen wij u ook dit het jaar het voorstel om bij de vaststelling van de begroting 2014 tevens een aantal investeringsbedragen direct beschikbaar te stellen, zodat deze onderwerpen direct door ons college uitgevoerd kunnen worden. Per investering is door ons via 2 kolommen aangegeven of de investering middels dit besluit beschikbaar wordt gesteld (kolom Beschikbaar stellen ) of dat er in het jaar 2014 een raadsvoorstel wordt opgesteld voor het beschikbaar stellen van een krediet (kolom Afzonderlijk raadsvoorstel ). E = econ.nut M = maat.nut Omschrijving Investeringsbedrag Beschikbaar stellen Afzonderlijk raadsvoorstel E HVP 2010: Openbaar onderwijs x E HVP 2010: Bijzonder onderwijs x E Vervanging speeltoestellen x Totaal E Investeringen met economisch nut M Vervangen bruggen in Ripperda x M Openbare verlichting x Invoering GBT - omvorming naar M objectgericht x M Invoering GBT - verrijken kaart met info x Totaal M Investeringen met maatschappelijk nut Eindtotaal Ons voorstel is vooral ingegeven op het gegeven om kredieten ten behoeve van onderwerpen, waarvoor door uw raad nog geen beleid/ kaders is/zijn vastgesteld, afzonderlijk aan uw raad voor te leggen. Concreet stellen wij u voor een bedrag van beschikbaar te stellen ten behoeve van de in de kolom Beschikbaar stellen met een kruisje aangegeven investeringen

198

199 BEGROTING 2014 : Staat van Reserves en Voorzieningen Reserves en Voorzieningen Saldo 1/1 Vermeer rente ov. vermeer ov. vermind Saldo 31/12 Besp. rente Algemene Reserve Opbr.verkoop aandelen Essent Lopende verplichtingen * Algemene Reserve Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve huisvesting onderwijs Reserve dorpshuizen Reserve leefbaarheid Reserve bijzondere bijstand Reserve bosaanleg Netlaan Reserve grondexploitatie Reserve herstructurering woningvoorraad Reserve onderhoud water De Brake Reserve vervanging inventaris sportzalen Reserve onderhoud bruggen Reserve verkiezingen Reserve FunctieWaardering Reserve uitvoering Sportnota Reserve Regiovisie Reserve Cofinancieringen Reserve Inkomensdeel WWB Reserve museum Wierdenland Reserve WMO Reserve ICT/Het Nieuwe Werken * Bestemmingsreserve, bestemming niet vast Reserve afkoopsommen onderhoud graven * Bestemmingsreserve, middelen van derden Egalisatiereserve Vuilverwerking Egalisatiereserve rioolrechten Egalisatiereserve BTW-Comp.Fonds Egalisatiereserve onderhoud wegen Egalisatiereserve Openbare verlichting * Egalisatiereserve, geen schommelingen ** Reserves

200 Voorziening vervanging riolering Voorziening onderh. gemeent.gebouwen * Egalisatievoorziening,geen schommelingen Voorz., tekort Grex Boogplein Voorz., wachtgeldverplichtingen * Voorziening, voorzienbare verplichtingen Voorz., bijdr DUBO De Brake Voorz., bijdr DUBO Oosterhuisen Voorz., bijdr DUBO Groenlanden-Zuid Voorz. onderwijsachterstandsgeld Voorziening overschot werkdeel WWB * Voorzieningen, van derden ontvangen ** Voorzieningen *** Reserves en Voorzieningen BEGROTING 2014 : Staat van Reserves en Voorzieningen

201 Nummer Omschrijving Omschrijving Ten gunste van functie Algemene Reserve Saldo per Algemene Reserve Vermeerderingen Algemene Reserve Verminderingen Algemene Reserve Rente ,0% Algemene Reserve Saldo per Opbr.verkoop aandelen Essent Saldo per Opbr.verkoop aandelen Essent Vermeerderingen Opbr.verkoop aandelen Essent Verminderingen Opbr.verkoop aandelen Essent Rente ,0% Opbr.verkoop aandelen Essent Saldo per Lopende verplichtingen Saldo per Lopende verplichtingen Vermeerderingen Lopende verplichtingen Verminderingen Lopende verplichtingen Rente ,0% Lopende verplichtingen Saldo per Reserve huisvesting onderwijs Saldo per Reserve huisvesting onderwijs Vermeerderingen Reserve huisvesting onderwijs Verminderingen Reserve huisvesting onderwijs Rente ,0% Reserve huisvesting onderwijs Saldo per Reserve dorpshuizen Saldo per Reserve dorpshuizen Vermeerderingen Reserve dorpshuizen Verminderingen Reserve dorpshuizen Rente ,0% Reserve dorpshuizen Saldo per Reserve leefbaarheid/ruop Saldo per Reserve leefbaarheid/ruop Vermeerderingen Reserve leefbaarheid/ruop Verminderingen Reserve leefbaarheid/ruop Rente ,0% Reserve leefbaarheid/ruop Saldo per Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen Reserve bovenwijkse voorzieningen Saldo per Reserve bovenwijkse voorzieningen Vermeerderingen Reserve bovenwijkse voorzieningen Verminderingen Reserve bovenwijkse voorzieningen Rente ,0% Reserve bovenwijkse voorzieningen Saldo per

202 Nummer Omschrijving Omschrijving Ten gunste van functie Reserve bijzondere bijstand Saldo per Reserve bijzondere bijstand Vermeerderingen Reserve bijzondere bijstand Verminderingen Reserve bijzondere bijstand Rente ,0% Reserve bijzondere bijstand Saldo per Reserve bosaanleg Netlaan Saldo per Reserve bosaanleg Netlaan Vermeerderingen Reserve bosaanleg Netlaan Verminderingen Reserve bosaanleg Netlaan Rente ,0% Reserve bosaanleg Netlaan Saldo per Reserve grondexploitatie Saldo per Reserve grondexploitatie Vermeerderingen Reserve grondexploitatie Verminderingen Reserve grondexploitatie Rente ,0% Reserve grondexploitatie Saldo per Reserve onderhoud water De Brake Saldo per Reserve onderhoud water De Brake Vermeerderingen Reserve onderhoud water De Brake Verminderingen Reserve onderhoud water De Brake Rente ,0% Reserve onderhoud water De Brake Saldo per Reserve verv.inventaris sportzalen Saldo per Reserve verv.inventaris sportzalen Vermeerderingen Reserve verv.inventaris sportzalen Verminderingen Reserve verv.inventaris sportzalen Rente ,0% Reserve verv.inventaris sportzalen Saldo per Reserve onderhoud bruggen Saldo per Reserve onderhoud bruggen Vermeerderingen Reserve onderhoud bruggen Verminderingen Reserve onderhoud bruggen Rente ,0% Reserve onderhoud bruggen Saldo per Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen Reserve herstructurering Saldo per Reserve herstructurering Vermeerderingen Reserve herstructurering Verminderingen Reserve herstructurering Rente ,0% Reserve herstructurering Saldo per

203 Nummer Omschrijving Omschrijving Ten gunste van functie Reserve verkiezingen/referenda Saldo per Reserve verkiezingen/referenda Vermeerderingen Reserve verkiezingen/referenda Verminderingen Reserve verkiezingen/referenda Rente ,0% Reserve verkiezingen/referenda Saldo per Reserve Functiewaardering Saldo per Reserve Functiewaardering Vermeerderingen Reserve Functiewaardering Verminderingen Reserve Functiewaardering Rente ,0% Reserve Functiewaardering Saldo per Reserve uitvoering Sportnota Saldo per Reserve uitvoering Sportnota Vermeerderingen Reserve uitvoering Sportnota Verminderingen Reserve uitvoering Sportnota Rente ,0% Reserve uitvoering Sportnota Saldo per Reserve bijdr. Cofinanciering Saldo per Reserve bijdr. Cofinanciering Vermeerderingen Reserve bijdr. Cofinanciering Verminderingen Reserve bijdr. Cofinanciering Rente ,0% Reserve bijdr. Cofinanciering Saldo per Reserve inkomensdeel WWB Saldo per Reserve inkomensdeel WWB Vermeerderingen Reserve inkomensdeel WWB Verminderingen Reserve inkomensdeel WWB Rente ,0% Reserve inkomensdeel WWB Saldo per Reserve museum Wierdenland Saldo per Reserve museum Wierdenland Vermeerderingen Reserve museum Wierdenland Verminderingen Reserve museum Wierdenland Rente ,0% Reserve museum Wierdenland Saldo per Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen Reserve Regiovisie Saldo per Reserve Regiovisie Vermeerderingen Reserve Regiovisie Verminderingen Reserve Regiovisie Rente ,0% Reserve Regiovisie Saldo per

204 Nummer Omschrijving Omschrijving Ten gunste van functie Reserve WMO Saldo per Reserve WMO Vermeerderingen Reserve WMO Verminderingen Reserve WMO Rente ,0% Reserve WMO Saldo per Res.ICT/Het Nieuwe Werken Saldo per Res.ICT/Het Nieuwe Werken Vermeerderingen Res.ICT/Het Nieuwe Werken Verminderingen Res.ICT/Het Nieuwe Werken Rente ,0% Res.ICT/Het Nieuwe Werken Saldo per Reserve afkoopsommen onderhoud gravesaldo per Reserve afkoopsommen onderhoud gravevermeerderingen Reserve afkoopsommen onderhoud graveverminderingen Reserve afkoopsommen onderhoud graverente ,0% Reserve afkoopsommen onderhoud gravesaldo per Egalisatiereserve rioolrechten Saldo per Egalisatiereserve rioolrechten Vermeerderingen Egalisatiereserve rioolrechten Verminderingen Egalisatiereserve rioolrechten Rente ,0% Egalisatiereserve rioolrechten Saldo per Egalisatiereserve BCF Saldo per Egalisatiereserve BCF Vermeerderingen Egalisatiereserve BCF Verminderingen Egalisatiereserve BCF Rente ,0% Egalisatiereserve BCF Saldo per Egalisatieres. Onderhoud wegen Saldo per Egalisatieres. Onderhoud wegen Vermeerderingen Egalisatieres. Onderhoud wegen Verminderingen Egalisatieres. Onderhoud wegen Rente ,0% Egalisatieres. Onderhoud wegen Saldo per Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen Egalisatiereserve vuilverwerking Saldo per Egalisatiereserve vuilverwerking Vermeerderingen Egalisatiereserve vuilverwerking Verminderingen Egalisatiereserve vuilverwerking Rente ,0% Egalisatiereserve vuilverwerking Saldo per

205 Nummer Omschrijving Omschrijving Ten gunste van functie Egalisatieres. Openbare verlichting Saldo per Egalisatieres. Openbare verlichting Vermeerderingen Egalisatieres. Openbare verlichting Verminderingen Egalisatieres. Openbare verlichting Rente ,0% Egalisatieres. Openbare verlichting Saldo per Reserve zwembad De Hoge Vier Saldo per Reserve zwembad De Hoge Vier Vermeerderingen Reserve zwembad De Hoge Vier Verminderingen Reserve zwembad De Hoge Vier Rente ,0% Reserve zwembad De Hoge Vier Saldo per Voorziening vervanging rioleringen Saldo per Voorziening vervanging rioleringen Vermeerderingen Voorziening vervanging rioleringen Verminderingen Voorziening vervanging rioleringen Rente ,0% Voorziening vervanging rioleringen Saldo per Voorz., tekort Grex Boogplein Saldo per Voorz., tekort Grex Boogplein Vermeerderingen Voorz., tekort Grex Boogplein Verminderingen Voorz., tekort Grex Boogplein Rente ,0% Voorz., tekort Grex Boogplein Saldo per Voorz., wachtgeldverplichtingen Saldo per Voorz., wachtgeldverplichtingen Vermeerderingen Voorz., wachtgeldverplichtingen Verminderingen Voorz., wachtgeldverplichtingen Rente ,0% Voorz., wachtgeldverplichtingen Saldo per Voorz.bijdr. DuBo De Brake 2 Saldo per Voorz.bijdr. DuBo De Brake 2 Vermeerderingen Voorz.bijdr. DuBo De Brake 2 Verminderingen Voorz.bijdr. DuBo De Brake 2 Rente ,0% Voorz.bijdr. DuBo De Brake 2 Saldo per Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen Voorziening onderhoud gem. gebouwen Saldo per Voorziening onderhoud gem. gebouwen Vermeerderingen Voorziening onderhoud gem. gebouwen Verminderingen Voorziening onderhoud gem. gebouwen Rente ,0% Voorziening onderhoud gem. gebouwen Saldo per

206 Nummer Omschrijving Omschrijving Ten gunste van functie Voorz.bijdr. DuBo Oosterhuisen Saldo per Voorz.bijdr. DuBo Oosterhuisen Vermeerderingen Voorz.bijdr. DuBo Oosterhuisen Verminderingen Voorz.bijdr. DuBo Oosterhuisen Rente ,0% Voorz.bijdr. DuBo Oosterhuisen Saldo per Voorz.bijdr. DuBo Groenlanden-Zuid Saldo per Voorz.bijdr. DuBo Groenlanden-Zuid Vermeerderingen Voorz.bijdr. DuBo Groenlanden-Zuid Verminderingen Voorz.bijdr. DuBo Groenlanden-Zuid Rente ,0% Voorz.bijdr. DuBo Groenlanden-Zuid Saldo per Voorz. onderwijsachterstandsgelden Saldo per Voorz. onderwijsachterstandsgelden Vermeerderingen Voorz. onderwijsachterstandsgelden Verminderingen Voorz. onderwijsachterstandsgelden Rente ,0% Voorz. onderwijsachterstandsgelden Saldo per Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen Voorz. Overschot werkdeel WWB Saldo per Voorz. Overschot werkdeel WWB Vermeerderingen Voorz. Overschot werkdeel WWB Verminderingen Voorz. Overschot werkdeel WWB Rente ,0% Voorz. Overschot werkdeel WWB Saldo per

207 Nummer Omschrijving Omschrijving Totaal Algemene reserves Saldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Algemene reserves Saldo per Totaal Bestemmingsreserves, vrij Saldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Bestemmingsreserves, vrij Saldo per Totaal Bestemmingsreserves, derden Saldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Bestemmingsreserves, derden Saldo per TOTAAL RESERVES Saldo per Vermeerderingen Verminderingen TOTAAL RESERVES Saldo per Ten gunste van functie Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen Totaal Egal.reserves, geen schommelingesaldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Egal.reserves, geen schommelingesaldo per Totaal Egal.reserves, investeringsbijdragesaldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Egal.reserves, investeringsbijdragesaldo per

208 Nummer Omschrijving Omschrijving Totaal Egal.voorzieningen Saldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Egal.voorzieningen Saldo per Totaal Voorzieningen, verpl./risico Saldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Voorzieningen, verpl./risico Saldo per Totaal Voorzieningen, derden Saldo per Vermeerderingen Verminderingen Totaal Voorzieningen, derden Saldo per Ten gunste van functie Specificatie Bespaarde rente: Lening EDON 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, Mus.Wierdenland , , , , , , Afvalstoffen , , , , , , Riolering , , , , , , Lijkbezorging 404,55 404,55 404,55 404,55 404,55 404, Interne financ. alg , , , , , , TOTAAL , , , , , ,60 Rente % Meerjarenraming Reserves en Voorzieningen TOTAAL VOORZIENINGEN Saldo per Vermeerderingen Verminderingen TOTAAL VOORZIENINGEN Saldo per GENERAAL TOTAAL Saldo per Vermeerderingen Verminderingen Rente GENERAAL TOTAAL Saldo per

209 Gemeente: Winsum Opgave: Begroting Aantallen Kadernota 2013 Mc-2013 Circulaire: meicirculaire 2013 ( ) dd 31 mei 2013 Jaar: 2014, 2015, 2016, 2017, 2018 Uitkeringsfactor: Constante prijzen 2014: 1,5160 / 2015: 1,4630 / 2016: 1,4500 / 2017: 1,4360 / 2018: 1,4220 maatstafnummers: 6a, 6b, 6c, 15d, 20, 24a, 27a, 27b, 27c, 28, 29, 30, 39a, 40, 41, 42, 43, 44, 45, 53, 53a, 55, 59, 64, 72, 73, 74, 77, 78, 79, 81, 83, 86, 87, 88, 92, 93, 100, 101, 102, 103, 104, 106, 109, 112, 114, 115, 116, 117, 118, 124, 128, 129, 130, 132, 133, 135, 138, 141, 143, 144, 145, 146, 147, 148, 151, 153, 154, 155, 156, 157, 158, 159, 160, 161, 162, 163, 164 Uitgezette maatstaven: Datum afgerond: Eigen toelichting: Datum rapport: :28 Onderdeel A - Inkomstenmaatstaven Maatstaf c Waarde niet-woningen eigenaren , , , , ,00 1f Waarde niet-woningen gebruikers (onder aftrek amendement De Pater) , , , , ,11 1a Waarde woningen eigenaren , , , , , Subtotaal , , , , ,11 Onderdeel B - Uitgavenmaatstaven waarop de uitkeringsfactor van toepassing is Maatstaf e OZB waarde niet-woningen , , , , ,40 10a WWB schaalnadeel , , , , ,81 10b WWB schaalvoordeel , , , , ,77 8 Bijstandsontvangers , , , , ,50 3a Eén-ouder-huishoudens , , , , ,64 2 Inwoners , , , , ,40 4 Inwoners: jongeren < 20 jaar , , , , ,50 5 Inwoners: ouderen > 64 jaar , , , , ,20 5a Inwoners: ouderen > 74 en < 85 jaar , , , , ,75 7 Lage inkomens , , , , ,70 7a Lage inkomens (drempel) , , , , ,95 12 Minderheden , , , , ,70 11 Uitkeringsontvangers , , , , ,08 15b Extra groei leerlingen VO , , , , ,50 15c Extra groei jongeren Klantenpotentieel lokaal , , , , ,00 14 Klantenpotentieel regionaal , , , , ,00 pagina 1 van 3

Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5

Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 Programmaplan 7 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding 9 1.2 Openbare orde en veiligheid 13 1.3 Volkshuisvesting

Nadere informatie

Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5

Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 Programmaplan 7 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding 9 1.2 Openbare orde en veiligheid 13 1.3 Volkshuisvesting

Nadere informatie

I. BELEIDSBEGROTING 5

I. BELEIDSBEGROTING 5 INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 Programmaplan 7 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding 9 1.2 Openbare orde en veiligheid 15 1.3 Volkshuisvesting

Nadere informatie

Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding

Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR54284_1 1 juni 2016 Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding De raad van de gemeente Leek; gelet op: - artikel 1, tweede lid, artikel 12

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3

INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 JAARVERSLAG Jaarverslag deelprogramma s Programma 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving Deelprogramma 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding 5 Deelprogramma 1.2 Openbare orde

Nadere informatie

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W²

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² Raadsvergadering 29 januari 2018 Nr.: 11 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² 2018-2022. Portefeuillehouder: Wethouder P. Prins. Ter inzage liggende stukken: Collegebesluit

Nadere informatie

Programmabegroting

Programmabegroting Programmabegroting 215-218 3.5 Ruimtelijke ontwikkeling Gouda heeft bijna 71. inwoners en is een stad waar het prettig is om te wonen. Een stad met een mooie historische binnenstad en waar inwoners betrokken

Nadere informatie

Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek Veiligheid kent geen grenzen.

Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek Veiligheid kent geen grenzen. Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek 2015 2018 Veiligheid kent geen grenzen. Vergaderdatum 4 december 2014 Gemeenteblad 2014 / 77 Agendapunt 10 Aan de Raad Voorstel De gemeenteraad

Nadere informatie

I. BELEIDSBEGROTING 5

I. BELEIDSBEGROTING 5 INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 Programmaplan 7 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding 9 1.2 Openbare orde en veiligheid 13 1.3 Volkshuisvesting

Nadere informatie

QUICK SCAN PROGRAMMABEGROTING 2008 LEIDSCHENDAM-VOORBURG EN RIJSWIJK

QUICK SCAN PROGRAMMABEGROTING 2008 LEIDSCHENDAM-VOORBURG EN RIJSWIJK 1 (2007/28317) QUICK SCAN PROGRAMMABEGROTING 2008 LEIDSCHENDAM-VOORBURG EN RIJSWIJK 1. ONDERZOEKSVRAGEN 1. Kan de raad met de programmabegroting beoordelen of de voorgenomen beleidsmaatregelen doeltreffend

Nadere informatie

I. BELEIDSBEGROTING 5

I. BELEIDSBEGROTING 5 INHOUDSOPGAVE Leeswijzer 3 I. BELEIDSBEGROTING 5 Programmaplan 7 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding 9 1.2 Openbare orde en veiligheid 13 1.3 Volkshuisvesting

Nadere informatie

Kostendekkingsplan Water & Riolering

Kostendekkingsplan Water & Riolering Kostendekkend en Lastenverlagend Ede, 4 Juli 2012 Kenmerk 715676 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...4 1.1. Aanleiding...4 1.2. Waarom dit document...4 2. Bijstelling product Water...5 3. Bijstelling product

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W en verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater in gemeente Delfzijl

Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W en verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater in gemeente Delfzijl Vergadering gemeenteraad d.d. 21 december 2017 Agenda nummer 8 Portefeuillehouder: wethouder de heer IJ.J. Rijzebol Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W 2 2018-2022 en verordening op de afvoer van

Nadere informatie

Taak en invloed gemeenteraad op de. Integrale veiligheid

Taak en invloed gemeenteraad op de. Integrale veiligheid Taak en invloed gemeenteraad op de Integrale veiligheid 1 Definitie veiligheid Veiligheid is de mate van afwezigheid van potentiële oorzaken van een gevaarlijke situatie of de mate van aanwezigheid van

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951

Raadsstuk. Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951 Raadsstuk Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951 1. Inleiding De huidige woonvisie loopt in 2012 af. In het coalitieakkoord 2010-2014 kiezen de

Nadere informatie

Voorbeeld Startnotitie Behorend bij Kernbeleid Veiligheid 3.0 d.d. september 2010

Voorbeeld Startnotitie Behorend bij Kernbeleid Veiligheid 3.0 d.d. september 2010 Voorbeeld Startnotitie Behorend bij Kernbeleid Veiligheid 3.0 d.d. september 2010 Ter toelichting: Deze startnotitie vormde het statschot voor integraal veiligheidsbeleid voor de periode 2011-2014 1 Startnotitie

Nadere informatie

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018 ONDERWERP Prestatieafspraken 2019 SAMENVATTING Gemeente, de Heemsteedse woningcorporaties Elan Wonen en Pre Wonen en hun huurdersorganisaties Bewonersraad Elan Wonen en Bewonerskern Pre streven een gemeenschappelijk

Nadere informatie

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen AGENDAPUNT 2 Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen Vergadering 12 december 2014 Strategische Agenda Crisisbeheersing In Veiligheidsregio Groningen werken wij met acht crisispartners (Brandweer, Politie,

Nadere informatie

Integrale veiligheid. Uitvoeringsplan 2013 / 2014

Integrale veiligheid. Uitvoeringsplan 2013 / 2014 Integrale veiligheid Uitvoeringsplan 2013 / 2014 Inleiding In het integraal veiligheidsbeleid is vastgelegd dat er tweejaarlijks een operationeel integraal veiligheidsprogramma wordt opgesteld. Daar is

Nadere informatie

THEMABIJEENKOMST WONEN. 29 juni 2015

THEMABIJEENKOMST WONEN. 29 juni 2015 THEMABIJEENKOMST WONEN 29 juni 2015 1. Opzet van de bijeenkomst Na een korte introductie van de voorzitter (wethouder Wolff) houdt woningcorporatie ZO Wonen een korte presentatie op hun visie en functie

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Gemeentelijk rioleringsplan Registratienummer: 00538296 Op voorstel B&W d.d.: 31 maart 2015 Datum vergadering: 26 mei 2015 Portefeuillehouder: Helm Verhees Rol gemeenteraad:

Nadere informatie

Voorstel voor de Raad

Voorstel voor de Raad Voorstel voor de Raad Datum raadsvergadering : 26 november 2015 Agendapuntnummer : XV, punt 5 Besluitnummer : 1952 Portefeuillehouder : Wethouder Jan van 't Zand Aan de gemeenteraad Onderwerp: Watertakenplan

Nadere informatie

Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek

Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek 2015-2018 Gemeentebladnr: 2014/75 Verseon nr: 129454 Vergaderdatum: 18 december 2014 Agendapunt: Portefeuillehouder: Dhr. B. Link Steller: G. Salemink

Nadere informatie

Concept raadsprogramma Gemeente Muiden 2002 2006 - dd. 16 april 2002

Concept raadsprogramma Gemeente Muiden 2002 2006 - dd. 16 april 2002 Concept raadsprogramma Gemeente Muiden 2002 2006 - dd. 16 april 2002 Intergemeentelijke samenwerking Samenwerken of samenvoeging met andere gemeenten Het uitvoeren van een onderzoek naar de 2002 2003 -

Nadere informatie

Voortgang en resultaat regionale uitwerking Bestuursakkoord Water, onderdeel afvalwaterketen

Voortgang en resultaat regionale uitwerking Bestuursakkoord Water, onderdeel afvalwaterketen Voortgang en resultaat regionale uitwerking Bestuursakkoord Water, onderdeel afvalwaterketen Stand van zaken voorjaar 2015 In het Bestuursakkoord Water (BAW) van mei 2011 zijn afspraken gemaakt over onder

Nadere informatie

Programmabegroting 2014 Bijlagenboek

Programmabegroting 2014 Bijlagenboek 20 november 2013 Programmabegroting 2014 Bijlagenboek na amendementen Tel. 14 036 www.almere.nl hebt u vragen? meer informatie? Gemeente Almere INHOUDSOPGAVE 1 BEGROTING VAN LASTEN EN BATEN... 1 1.1 Begroting

Nadere informatie

MOED brandweer VNOG T.b.v. de 22 gemeenteraden

MOED brandweer VNOG T.b.v. de 22 gemeenteraden MOED brandweer VNOG T.b.v. de 22 gemeenteraden ü Aanleiding MOED ü Algemene informatie brandweer in de veiligheidsregio ü Inhoud MOED ü Samenvatting uitspraken algemeen bestuur 1. Aanleiding MOED De wereld

Nadere informatie

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Uden gastvrij voor water Kenmerk: 11-10044-JV 14 september 2011 Ingenieursbureau Moons 1 Inhoudsopgave 1 SAMENHANG... 3 2 SAMENVATTING... 4 2.1 KOERSWIJZIGINGEN...

Nadere informatie

Onderwerp: Woonvisie Brielle en het onderzoek ontwikkeling woningvoorraad Brielle

Onderwerp: Woonvisie Brielle en het onderzoek ontwikkeling woningvoorraad Brielle Sector/stafafdeling: Portefeuillehouder: Grondgebied/RO Wethouder Schoon Ter behandeling in de vergadering van: de commissie grondgebied d.d. 31 oktober 2017 de Raad d.d. 21 november 2017 Onderwerp: Woonvisie

Nadere informatie

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Voorstelnr. : R 6837 Onderwerp : Gemeentelijk Rioleringsplan 2010-2015 Stadskanaal, 1 juni 2011 Beslispunten 1. Het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015

Nadere informatie

Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van de Verordening brandveiligheid

Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van de Verordening brandveiligheid gemeente Eindhoven Dienst Brandweer en Rampenbestrijding Raadsbijlage nummer xa Inboeknummer oxroox64r Beslisdatum Blkw 22 januari 2002 Dossiernummer 204.104 Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van

Nadere informatie

Brandweer Haaglanden Bestuurlijke aansturing en Contouren brandweerorganisatie

Brandweer Haaglanden Bestuurlijke aansturing en Contouren brandweerorganisatie C O N C E P T R A A D S V O O R S T E L Veiligheidregio Haaglanden Brandweer Haaglanden Bijlage 5.3 C O N C E P T R A A D S V O O R S T E L Brandweer Haaglanden Bestuurlijke aansturing en Contouren brandweerorganisatie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling informatie voor derden wordt als volgt gewijzigd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling informatie voor derden wordt als volgt gewijzigd: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 32461 13 november 2014 Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 12 november 2014, nr.

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 489473 Datum : 10 oktober 2017 Programma : Alle Blad : 1 van 6 Commissie : Bestuur Portefeuillehouder: mr. P.J.M. van Domburg

Nadere informatie

De nieuwe Brandweer Hollands Midden

De nieuwe Brandweer Hollands Midden De nieuwe Brandweer Hollands Midden Bijeenkomst gemeentebesturen (Leiden, 8 oktober 2010) Henk Meijer Regionaal Commandant Korte terugblik Discussie over regionalisering brandweer ruim 5 jaar geleden gestart

Nadere informatie

Woonvisie. Gemeente Nuth Raadsbijeenkomst 12 april 2016

Woonvisie. Gemeente Nuth Raadsbijeenkomst 12 april 2016 Woonvisie Gemeente Nuth Raadsbijeenkomst 12 april 2016 Aanleiding Verschuiving van de volkshuisvestelijke opgave Sociale huur: Woningwet 2015 redelijke bijdrage Langer zelfstandig wonen Lokaal beleid 2

Nadere informatie

Programma 1 Dienstverlening en informatie

Programma 1 Dienstverlening en informatie Programma 1 Dienstverlening en informatie Programmaonderdeel 1.1 Dienstverlening 004 Begraafplaatsen en crematoria 7.472 7.472 0 008 Dienstverlening overig 86 0 86 012 Klantcontactkanalen 21.205 0 21.205

Nadere informatie

Programma 1 Dienstverlening en informatie

Programma 1 Dienstverlening en informatie Programma 1 Dienstverlening en informatie Programmaonderdeel 1.1 Dienstverlening 004 Begraafplaatsen en crematoria 7.472 7.472 0 008 Dienstverlening overig 86 0 86 012 Klantcontactkanalen 21.205 0 21.205

Nadere informatie

Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Kosten

Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Kosten Algemene doelstelling Utrecht Vernieuwt - Krachtwijken Verbetering van de woon- en leefsituatie van een aantal buurten in Utrecht, de Krachtwijken in het bijzonder: Kanaleneiland, Overvecht, Ondiep, Zuilen-Oost

Nadere informatie

Voortgang en resultaat regionale uitwerking Bestuursakkoord Water, onderdeel waterketen

Voortgang en resultaat regionale uitwerking Bestuursakkoord Water, onderdeel waterketen Voortgang en resultaat regionale uitwerking Bestuursakkoord Water, onderdeel waterketen Stand van zaken voorjaar 2016 In het Bestuursakkoord Water (BAW) van mei 2011 zijn afspraken gemaakt over onder andere

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar A. Venema, (t.a.v. AA. Venema)

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar A. Venema, (t.a.v. AA. Venema) Vergadering: Agendanummer: 9 Status: Opiniërend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar A. Venema, 0595 447724 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. AA. Venema) Aan de gemeenteraad, Onderwerp:

Nadere informatie

: 14 april 2014 : 12 mei : dhr. G.H.J. Weierink : Onderwerp: Synchronisatieproces Planning- & controlcyclus Montfoort en IJsselstein

: 14 april 2014 : 12 mei : dhr. G.H.J. Weierink : Onderwerp: Synchronisatieproces Planning- & controlcyclus Montfoort en IJsselstein RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering Datum Raadsvergadering Portefeuillehouder Verantwoordelijk MT-lid : 14 april 2014 : 12 mei 2014 : dhr. G.H.J. Weierink : Zaaknummer :

Nadere informatie

Samenwerken aan Brandveiligheid

Samenwerken aan Brandveiligheid Gemeente Leiderdorp Gemeente Leiderdorp Wie zijn wij als Brandweer Hollands Midden? Wat mag u van ons verwachten en hoe zijn we aan elkaar verbonden? Samenwerken aan Brandveiligheid Missie Brandweer Hollands

Nadere informatie

Wij stellen de volgende data voor de oplevering van de planning en controlproducten 2010:

Wij stellen de volgende data voor de oplevering van de planning en controlproducten 2010: Planning en controlcyclus 2010 Samenvatting In dit voorstel is de planning opgenomen van de planning- en controlproducten 2010: de jaarrekening 2009, de voorjaarsnota 2010, de kadernota 2011, de programmabegroting

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Leeswijzer 3

INHOUDSOPGAVE. Leeswijzer 3 INHOUDSOPGAVE BLZ. Leeswijzer 3 JAARVERSLAG Jaarverslag deelprogramma s Programma 1 Kwaliteit van de woon- en leefomgeving Deelprogramma 1.1 Brandweerzorg en rampenbestrijding 5 Deelprogramma 1.2 Openbare

Nadere informatie

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998 Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Coevorden Officiële naam regeling Verordening brandveiligheid

Nadere informatie

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten: Portefeuillehouder Datum raadsvergadering drs A.J. Ditewig 18 februari 2010 Datum voorstel 05 januari 2010 Agendapunt Onderwerp Gemeentelijke watertaken De raad wordt voorgesteld te besluiten: het bijgaande

Nadere informatie

PROGRAMMA 8: OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID

PROGRAMMA 8: OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID PROGRAMMA 8: OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID Portefeuillehouder: J.J.H. Colijn-de Raat Programmacoördinator: V.J.M. van Arkel 8.1 Missie Het programma Openbare Orde en Veiligheid richt zich op een veilig Scherpenzeel

Nadere informatie

Programma 8. Grien en beheer

Programma 8. Grien en beheer Trojka: Programmahouder : G. Wiersma Donormanager : R. Heeringa Programmaregisseur : P. Westra 8.1 Hoofddoelstelling Samen met de burgers zorgen voor een kwalitatief goede fysieke leefomgeving (bodem,

Nadere informatie

Kennismaking organisatie Borsele Programma

Kennismaking organisatie Borsele Programma Kennismaking organisatie Borsele Programma Organisatie structuur Jack Jansen Afd. Ruimtelijke Ontwikkeling Jack Jansen Afd. Grond & Economie Bas v.dendries Afd. Samenleving Yvonne Otte Afd. Woonomgeving

Nadere informatie

GEME. VeiligheidsRegio 2 0 NOV Zeeland. AfdeHng(e Afdoen/advies Kennisnemsr»;i «, r t h. Ontwerp- 4 e begrotingswijziging 2013

GEME. VeiligheidsRegio 2 0 NOV Zeeland. AfdeHng(e Afdoen/advies Kennisnemsr»;i «, r t h. Ontwerp- 4 e begrotingswijziging 2013 GEME 2013.15824 2 0 NOV. 2013 VeiligheidsRegio Zeeland AfdeHng(e Afdoen/advies Kennisnemsr»;i «, r t h. Ontwerp 4 e begrotingswijziging 2013 Inleiding Onlangs heeft u de 3 e begrotingswijziging 2013, met

Nadere informatie

Programma 1 Dienstverlening en informatie

Programma 1 Dienstverlening en informatie Programma 1 Dienstverlening en informatie Totaal Programmaonderdeel 1.1 Dienstverlening 004 Begraafplaatsen en crematoria 7.629 7.629 0 008 Dienstverlening overig 86 0 86 012 Klantcontactkanalen 27.271

Nadere informatie

7 Volksgezondheid en milieu

7 Volksgezondheid en milieu 7 Volksgezondheid en milieu Wat willen we bereiken? Binnen Volksgezondheid en milieu vallen de volgende doelstellingen die reeds vertaald zijn in bestaand beleid: Voormalig programma Stimulerend 2.7 Het

Nadere informatie

- het wenselijk is de voorzieningen voor brandveiligheid en hulpverlening in samenhang te treffen,

- het wenselijk is de voorzieningen voor brandveiligheid en hulpverlening in samenhang te treffen, VERORDENING BRANDVEILIGHEID EN HULPVERLENING BRANDWEER PARKSTAD LIMBURG 2005 Het Algemeen Bestuur van Brandweer Parkstad Limburg, gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur van Brandweer Parkstad Limburg,

Nadere informatie

Ve1llghe1dsreg10 IJsselland Brandweer I GHOR I Poli!ie I Gemeenten

Ve1llghe1dsreg10 IJsselland Brandweer I GHOR I Poli!ie I Gemeenten , Ve1llghe1dsreg10 Brandweer I GHOR I Poli!ie I Gemeenten datum Dinsdag 27 maart 2018 Aan de raden van de deelnemende gemeenten in Veiligheidsregio i.a.a. burgemeesters, gemeentesecretarissen, financieel

Nadere informatie

Beslisdocument college van Peel en Maas

Beslisdocument college van Peel en Maas 298634 Beslisdocument college van Peel en Maas Document openbaar: Ja Besluitnummer: 43 5b Onderwerp: Opstellen beleid Nota integraal toezichts- en handhavingsbeleid fysieke leefomgeving Advies: 1. Vast

Nadere informatie

Visie Beheer Openbare Ruimte

Visie Beheer Openbare Ruimte Visie Beheer Openbare Ruimte De openbare ruimte bestaat uit de ondergrondse en bovengrondse voorzieningen die in beheer zijn de gemeenten en bestaat uit riolering, plantsoenen, bomen, wegen, straten, pleinen,

Nadere informatie

Bijlage A Taken op het gebied van de brandveiligheid en hulpverlening

Bijlage A Taken op het gebied van de brandveiligheid en hulpverlening Bijlage A Taken op het gebied van de brandveiligheid en hulpverlening (Behorende bij bestuursafspraken gemeente Beverwijk met de Veiligheidsregio Kennemerland i.o.*) * De Veiligheidsregio Kennemerland

Nadere informatie

Analyse begrotingsscan 2016

Analyse begrotingsscan 2016 23 juni 2016 1 Analyse begrotingsscan 2016 Inleiding In het voorjaar van 2015 is er door het ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties, in samenwerking met de provincie Fryslân en de gemeente

Nadere informatie

Brandweerzorg in samenhang en Regionaal Dekkingsplan Veiligheidsregio Groningen / advies zienswijze

Brandweerzorg in samenhang en Regionaal Dekkingsplan Veiligheidsregio Groningen / advies zienswijze Onderwerp Brandweerzorg in samenhang en Regionaal Dekkingsplan Veiligheidsregio Groningen 2016-2020/ advies zienswijze Steller J. de Vegt De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Telefoon

Nadere informatie

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004 No: 5.4/260204 Onderwerp: Verordening brandveiligheid en hulpverlening De Raad van de gemeente Noordenveld; - gelet op artikel 1, tweede lid, en artikel 12 van de brandweerwet 1985 - gelet op artikel 8,

Nadere informatie

Programmabegroting

Programmabegroting Programmabegroting 2016-2019 3.2 Zorg (Wmo) 20 Programmabegroting 2016-2019 3.2.1 Wat wil Gouda bereiken? De implementatie van de nieuwe taken en verantwoordelijkheden tengevolge van de decentralisaties

Nadere informatie

Verordening brandveiligheid en hulpverlening

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Verordening brandveiligheid en hulpverlening Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de

Nadere informatie

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan.

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. Veiligheidszorg geeft invulling aan de HOE-vraag en is

Nadere informatie

12.1.1 Kwaliteit van de leefomgeving behouden en op punten verbeteren

12.1.1 Kwaliteit van de leefomgeving behouden en op punten verbeteren Programma 12 Milieu 12.1 Wat hebben we bereikt? 12.1.1 Kwaliteit van de leefomgeving behouden en op punten verbeteren Ruimtelijke ontwikkeling o Milieu aspecten worden vroegtijdig betrokken bij projecten/gebiedsontwikkelingen

Nadere informatie

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting svoorstel Onderwerp: Vaststellen Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015 Portefeuillehouder: J. Kuper Dienst Gebied Inrichting en beheer J. Vos, telefoon (0591-68 52 82) Aan de gemeenteraad Voorgesteld

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/000619

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/000619 RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/000619 Onderwerp: Toekomstvisie brandweerzorg, 1e wijziging begroting VRBZO 2015 en Dekkingsplan 2014 Bijlage(n): Vergadering van: Agendanummer: p.h.: div. 3 maart

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 april 2007, bijlage nr. : 24-2007;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 april 2007, bijlage nr. : 24-2007; 07.0003314 De raad van de gemeente Son en Breugel; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 april 2007, bijlage nr. : 24-2007; gelet op artikel 1, tweede lid, en artikel

Nadere informatie

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding E E R H U CB O W A A Raadsvergadering: Besluit: Voorstelnummfif R D 2 5UOV2008 ^ T^ \Q5 S Agendanr. Voorstelnr. Onderwerp Aan de Raad, 2008-105 Formulering beleid voor zorgplichten hemel- en grondwater,

Nadere informatie

IJsselstein. Raadsvoorstel. agendapunt. Aan de raad van de gemeente IJsselstein. Datum: 1 mei 2018 Blad : 1 van 5

IJsselstein. Raadsvoorstel. agendapunt. Aan de raad van de gemeente IJsselstein. Datum: 1 mei 2018 Blad : 1 van 5 Raadsvoorstel Gemeente IJsselstein agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 549215 Programma : Wonen & Ruimte Commissie : Ruimte Portefeuillehouder: Wethouder mr. N.P.L.M. Doesburg

Nadere informatie

Betreft : RAADSVOORSTEL - vaststelling jaarrekening 2006

Betreft : RAADSVOORSTEL - vaststelling jaarrekening 2006 Betreft : RAADSVOORSTEL - vaststelling jaarrekening 2006 Datum voorstel : 5 juni 2007 Raadsvergadering d.d. : 5 juli 2007 Volgnummer : 2007R0031, agendanummer 6 Taakveld : Financiën Portefeuillehouder

Nadere informatie

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2 Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2 Normenkader, toets van de begroting aan de formele eisen Inhoudsopgave 1 Normenkader 2 1.1 Besluit Begroting en Verantwoording 2 1.2 Verordening

Nadere informatie

Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Kosten

Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Kosten Algemene doelstelling Accommodatiebeleid Maatschappelijk Vastgoed In stand houden en ontwikkelen van maatschappelijk vastgoed die de sociale infrastructuur versterkt, gekoppeld aan een optimale spreiding

Nadere informatie

Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen

Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen gaat in op de duurzame instandhouding van de gemeentelijke fysieke infrastructuur. De opzet is volgens de eisen uit het Besluit

Nadere informatie

Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011

Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011 Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011 Status Informerend Voorstel Kennis te nemen van de bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10 Ag nr. : Onderwerp Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Status besluitvormend Voorstel 1. Vast te stellen de Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater; 2. De kosten van het

Nadere informatie

BIEO Begroting in één oogopslag

BIEO Begroting in één oogopslag BIEO 2017 Begroting in één oogopslag INLEIDING Voor u ligt de begroting in één oogopslag (BIEO) 2017 van de gemeente Wierden. Naast het begrotingsjaar 2017 wordt er aandacht geschonken aan de ontwikkeling

Nadere informatie

ZIENSWIJZENNOTA GVVP WINSUM

ZIENSWIJZENNOTA GVVP WINSUM ZIENSWIJZENNOTA GVVP WINSUM Nr. Vragen/opmerkingen (gebundeld) 1 Er is vanuit nut en noodzaak, geluidsoverlast, benodigde investeringen en mogelijke route Ranum - Tinallinge - Onderdendam bezwaar tegen

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen

Raadsvoorstel. Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen Raadsvoorstel Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen 2014-2017 Datum raadsvergadering 06-02-2014 Portefeuillehouder(s) R.G. te Beest W.E. Westerman Registratienummer Rs13.00783 Ambtenaar K. Bruijns Datum

Nadere informatie

Vervolgblad Informatienotitie Pagina 1. Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders Veiligheidsbeleid

Vervolgblad Informatienotitie Pagina 1. Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders Veiligheidsbeleid Pagina 1 Informatienotitie AAN VAN ONDERWERP Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders Veiligheidsbeleid DATUM 9 september 2009 KOPIE AAN BIJLAGE REGISTRATIENUMMER 0906730 3 (methodiek kernbeleid

Nadere informatie

Overzicht vastgestelde beleidsnota s gemeente Dronten

Overzicht vastgestelde beleidsnota s gemeente Dronten Overzicht vastgestelde beleidsnota s gemeente Dronten Wilt u over één van de plannen meer informatie, dan kunt u contact opnemen met de gemeente Dronten. Algemeen Bestuur Financiële verordening 2016 Verordening

Nadere informatie

Onderwerp : Upgrade brandweerkazernes Usquert en Uithuizermeeden; Voorbereiding brandweerzorg Eemshaven

Onderwerp : Upgrade brandweerkazernes Usquert en Uithuizermeeden; Voorbereiding brandweerzorg Eemshaven Nummer : 09-04.2014 Onderwerp : Upgrade brandweerkazernes Usquert en Uithuizermeeden; Voorbereiding brandweerzorg Eemshaven Korte inhoud : De brandweerkazernes in Uithuizermeeden en Usquert voldoen al

Nadere informatie

agendanummer afdeling Simpelveld VI- onderwerp Kadernotitie Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Simpelveld

agendanummer afdeling Simpelveld VI- onderwerp Kadernotitie Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Simpelveld Aan de raad agendanummer afdeling Simpelveld VI- onderwerp Kadernotitie Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Simpelveld 2012-2015 Inleiding De huidige nota integrale veiligheid gemeente Simpelveld is toe

Nadere informatie

3.4 Programma Veiligheid en Handhaving

3.4 Programma Veiligheid en Handhaving 3.4 Programma Veiligheid en Aandeel Veiligheid en op totale lasten Verkeersveiligheid Veiligheid en 6% Fysieke veiligheid 3% Geweld en criminaliteit In het programma Veiligheid willen we de objectieve

Nadere informatie

Aangenomen en overgenomen amendementen

Aangenomen en overgenomen amendementen Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie Datum 14 februari 2012 Betreffende wetsvoorstel: 32841 Wijziging

Nadere informatie

FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA

FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA 2019-2022 BIJLAGE BIJ DE KADERNOTA 2019-2022 1 Inhoudsopgave COALITIEAKKOORD... 3 MAARTCIRCULAIRE EN MEICIRCULAIRE 2018... 4 INTERNE REKENRENTE... 4 LOON-/PRIJSBIJSTELLING...

Nadere informatie

1.1. vaststellen van de programmabegroting 2016 VR BN 2.1. zienswijze kenbaar maken over de jaarrekening 2014 en de verdeling van het resultaat.

1.1. vaststellen van de programmabegroting 2016 VR BN 2.1. zienswijze kenbaar maken over de jaarrekening 2014 en de verdeling van het resultaat. Datum: Onderwerp Zienswijze van de raad op de programmabegroting 2016 en het jaarverslag 2014 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord (lees: VR BN) Status Oordeelvormend Voorstel

Nadere informatie

WGDO: Good practice controle taakvelden BBV

WGDO: Good practice controle taakvelden BBV WGDO: Good practice controle taakvelden BBV Datum: 10-jan-2018 Betreft: Taakvelden (van/voor WGDO) 1. Inleiding Met ingang van het begrotingsjaar 2017 dient de gemeente of provincie in de financiële begroting

Nadere informatie

Raadsvoorstel Gebied en Wijkzaken A. de Neef P.J. Möhlmann. Veiligheid. Handhaving

Raadsvoorstel Gebied en Wijkzaken A. de Neef P.J. Möhlmann. Veiligheid. Handhaving Titel Activiteitenplan handhaving 2012 Nummer 12/32 Datum 23 april 2012 Programma Fase Onderwerp Veiligheid Handhaving Gemeentehuis Bezoekadres Kerkbuurt 4, 1511 BD Oostzaan Postadres Postbus 20, 1530

Nadere informatie

Bijlagen en meerjarenramingen

Bijlagen en meerjarenramingen Begroting 2016 provincie Overijssel Bijlagen en meerjarenramingen 2016-2019 Verbinden, versterken en vernieuwen Inhoudsopgave Productenraming 2016 2 Recapitulatie meerjarenramingen exploitatie 2016-2019

Nadere informatie

Afvalwaterbeleidsplan BMWE/NZV

Afvalwaterbeleidsplan BMWE/NZV Afvalwaterbeleidsplan BMWE/NZV Afvalwaterteam BMWE/NZV, 27 november 2013 Inhoud Aanleiding Ketenbenadering Maatregelen Kosten en Baten Specificatie Bedum Organisatie Aanleiding BMWE samenwerking Vier nieuwe

Nadere informatie

: 9 mei 2011 : 23 mei : H.T.J. van Beers : J.C. Teeuwen

: 9 mei 2011 : 23 mei : H.T.J. van Beers : J.C. Teeuwen RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering Datum Raad vergadering : 9 mei 2011 : 23 mei 2011 Documentnr. Zaaknummer : 593 : PR-09-10271 Portefeuillehouder Verantwoordelijk MT-lid

Nadere informatie

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014 Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014 Inleiding In de fusieraad van 30 juni 2014 is gesproken over een consolidatie van de drie begrotingen en om inzicht te krijgen in

Nadere informatie

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal Meerjarenbegroting 2019-2022 1 Belangrijke data: 25 september 2018 vastgesteld in college 11 oktober 2018 informatiebijeenkomst (beeldvormend - technisch) 16, 17 en 18 oktober 2018 commissiebehandeling

Nadere informatie

Portefeuillehouder: P.E. Broeksma Behandelend ambtenaar C.F.M. Veltman, (t.a.v. C.F.M. Veltman)

Portefeuillehouder: P.E. Broeksma Behandelend ambtenaar C.F.M. Veltman, (t.a.v. C.F.M. Veltman) Vergadering: 6 november 2012 Agendanummer: 6b Status: Opiniërend Portefeuillehouder: P.E. Broeksma Behandelend ambtenaar C.F.M. Veltman, 0595 447729 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. C.F.M. Veltman) Aan

Nadere informatie

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen Communicatie 2016 #Samenwaw Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen KNW 25 januari 2018 Gert Dekker De Omgevingswet De Omgevingswet, kerninstrumenten Doelen Maatregelen Regels Waterbeheerprogramma

Nadere informatie

Ontwikkelingen, Prestaties (wat gaan we doen) en financiële consequenties per product

Ontwikkelingen, Prestaties (wat gaan we doen) en financiële consequenties per product Programma 3 Veiligheid Burgemeester W.J.F.M. van Beek Ontwikkelingen, Prestaties (wat gaan we doen) en financiële consequenties per product Product 3.01 Integrale veiligheid & Handhaving Objectieve en

Nadere informatie

Normenkader voor de rechtmatigheidscontrole bij gemeente Leeuwarderadeel

Normenkader voor de rechtmatigheidscontrole bij gemeente Leeuwarderadeel Nr. 2015/1 Normenkader voor de rechtmatigheidscontrole bij gemeente Leeuwarderadeel In het navolgende overzicht is een inventarisatie gegeven van de in het kader van de rechtmatigheidscontrole bij gemeenten

Nadere informatie

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Ooststellingwerf. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Ooststellingwerf. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Ooststellingwerf Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Goed en betaalbaar wonen in Ooststellingwerf Onze bijdrage 2018 aan uw woonvisie Gewoon

Nadere informatie