FORENSISCH PSYCHOLOGISCH ONDERZOEK. xx XX. yy YY

Transcriptie

1 Jeugd/civiel/ouders/psychologie/schrijfwijzer FORENSISCH PSYCHOLOGISCH ONDERZOEK Betreffende: xx XX [voornamen kleine letters/achternaam (+ voorvoegsel) hoofdletters] Geboren Te Wonende : (plaats, land) : (straat, nr, postcode, plaats) en yy YY [voornamen kleine letters/achternaam (+ voorvoegsel) hoofdletters] Geboren Te Wonende : (plaats, land) : (straat, nr, postcode, plaats) (stief-/pleeg-) ouders van zz ZZ Geboren Te Wonende : (plaats, land) : (straat, nr, postcode, plaats) Opdrachtgever Rapporteur Datum : (naam, functie)(instantie, rechtbank/hof) : (naam, psycholoog) Forensisch Psychologisch Onderzoek 1

2 CIVIELRECHTELIJK ONDERZOEK Op verzoek van. kinderrechter in het arrondissement., of.(gedragsdeskundige van) de Raad voor de Kinderbescherming te. of Jeugdzorg.., gezinsvoogdij-instelling, heeft ondergetekende J K Gezondheidszorgpsycholoog, na inzage van de stukken een onderzoek ingesteld omtrent de persoon van en/of naar de opvoedingsvaardigheden van xx XX [voornamen kleine letters/achternaam (+ voorvoegsel) hoofdletters] Geboren te op. Wonende te Nationaliteit. en yy YY Geboren te..op Wonende te Nationaliteit.. (Pleeg-/stief-)ouders van zz ZZ Geboren te.. op. Wonende te Nationaliteit Forensisch Psychologisch Onderzoek 2

3 Probleemanalyse en aanleiding onderzoek Neem hier de probleemanalyse en aanleiding voor het onderzoek over zoals dit door de opdrachtgever is genoemd in de aanvraag. Vraagstelling: Alle vragen van de aanvragende instantie hier noemen in klein lettertype: Beschikbare en geraadpleegde stukken - Onderzoek Raad voor de Kinderbescherming d.d. - (Oude) rapportages, hulpverleningsverslagen van de GVI, correspondentie psychiatrische behandelingen. In de onderhavige zaak werd tevens een onderzoek gedaan door, (kinder- en jeugd-) psychiater. De bevindingen van het onderzoek zijn neergelegd in het onderstaand RAPPORT Forensisch Psychologisch Onderzoek 3

4 1. VERANTWOORDING ONDERZOEK EN ONDERZOEKSOPZET Datum ontvangst schriftelijk verzoek van het NIFP om te rapporteren. Data, plaats en tijdsduur gesprekken en met wie is gesproken. Gebruik informanten. Heeft de onderzochte en/of opdrachtgever verzocht om informanten in het onderzoek te betrekken. Of is op initiatief van de onderzoeker gebruik gemaakt van informanten. Ook kunnen informanten zelf het initiatief hebben genomen contact te zoeken. Zo ja, welke zijn in het onderzoek gebruikt en geef hiervan de motivatie. Vermeld de namen van deze informanten en de toestemming. Gebruikte vragenlijsten Indien van toepassing: Rolverdeling/overleg psychiater/psycholoog Opgevraagde informatie [GGZ, huisarts, etc] Gevoerd overleg [mederapporteur, GGZ, etc.] Verricht aanvullend onderzoek [somatisch/lab./eeg, etc] Kort vermelden of onderzochte/betrokkene meewerkte. Geef aan of er overleg is geweest met de eventuele mederapporteur en opdrachtgever en de aard van dit contact. 2. SAMENVATTING BESCHIKBARE STUKKEN Vermelding van de voor de rapporteur relevante informatie uit de stukken. Geef aan uit welke stukken welke informatie afkomstig is. Gedacht kan worden aan een korte beschrijving van de ontwikkeling van het kind en het gezinssysteem, voorgeschiedenis ouder(s), chronologie belangrijke (feitelijke) gebeurtenissen, eerdere hulpverlening/behandeling/diagnostiek en het effect hiervan, reden aanvragen onderzoek, aanleiding ontstaan problematiek. 3. MEDEWERKING AAN HET ONDERZOEK Indien aan de orde, vermelden van weigering, opgegeven redenen, onderbouwing eventuele pathologische weigering, standpunt onderzoeker en eventuele aanbeveling voor onderzoeksvorm die wel tot een rapportage zal kunnen leiden. Indien aan de orde vermelden evt. bedreiging. 4. ONDERZOEK NAAR HET FUNCTIONEREN Verslag gesprek(ken) betrokkene(n) (waarin aan de orde kan komen) Zelfbeschrijving en eigen ontwikkelingsanamnese Beschrijving kind(eren) en visie op ontwikkeling en problematiek kind(eren) relatie kind(eren) Visie op opvoeding, gebruikte opvoedingsstijlen, oplossingvaardigheden bij onverwachte omstandigheden Forensisch Psychologisch Onderzoek 4

5 Gezinssamenstelling, partner, verloop huwelijksleven, gedeeld ouderschap Sociale situatie, baan, financiën, huisvesting Mogelijkheid steun uit omgeving, relaties met anderen Psychopathologie Somatische klachten Vrije tijd en belangstellingen Middelengebruik Hulpverleningsvoorgeschiedenis, visie op en samenwerking met hulpverlening Toekomstverwachting Verslag interactieobservatie (indien van toepassing) Informatie anderen (Allen apart vermelden.) Evt. werkgever, evt. therapeut, gezinsvoogd Informatie huisarts Inclusief mening huisarts over gezin van herkomst. 5. PSYCHOLOGISCH ONDERZOEK IN ENGERE ZIN klinisch psychologische indrukken en bevindingen - eerste indrukken - houding t.a.v. onderzoek - verloop van onderzoek - functionele screening (bewustzijn, concentratie, geheugen, oriëntatie, waarneming, denken, stemming, affect) - contactkenmerken - (tegen-)overdrachtskenmerken - objectrelaties, gehechtheid, antisociale identificaties en idealen, gewetensontwikkeling, (seksuele) identiteit, gevoel van eigenwaarde, afweermechanismen, coping testpsychologisch onderzoek - eerder onderzoek (voor zover bekend en relevant) - houding t.a.v. dit onderzoeksonderdeel capaciteitenonderzoek - intelligentieonderzoek - organiciteitsonderzoek (indien nodig) persoonlijkheidsonderzoek Forensisch Psychologisch Onderzoek 5

6 - gestandaardiseerde middelen - projectieve technieken 6. ONDERZOEK NAAR HUIDIGE PROBLEEMSTELLING Wat meldt betrokkene over de aanloop tot, de totstandkoming van en het verdere beloop rond de probleemstelling of aanleiding tot het onderzoek. Hier dienen de elementen verzameld en beschreven te worden die van belang zijn voor de forensische beschouwing. Denk bijvoorbeeld aan: wat vertelt onderzochte over de feitelijke gebeurtenissen (aanloop tot, totstandkoming van en beloop)? Hoe verklaart hij of zij eventuele afwijkingen van het huidige verhaal met de stukken of dat van anderen? Wat is de verklaring en houding over de probleemstelling en hoe en wat is de relatie met anderen/naasten? Hoe wordt de huidige situatie ervaren? Wat zijn de opvattingen van betrokkene over de toekomst en beslissing rechtbank. Had het anders kunnen lopen? Hoe is het in toekomst te voorkomen (alternatief scenario)? 7. DIAGNOSTISCHE OVERWEGINGEN Wat is er met onderzochte aan de hand? Beschrijvende diagnose en differentiaal diagnostische overwegingen. Beschouwing over eventueel aan- of afwezige psychiatrische problematiek met etiologische overwegingen en de effecten van deze pathologie op de opvoedingscapaciteiten van de ouders. Beschouw eventuele reactieve aspecten. Systeemdiagnose en partnerrelatiediagnose vermelden indien dit relevant is voor het onderzoek. Beperking van onderzoek vermelden. (DSM-IV classificatie vermelden in voetnoot of klein:) Classificatie DSM-IV (Classificatiesysteem psychische stoornissen) 8. FORENSISCH PSYCHOLOGISCHE BESCHOUWING Beschrijf de samenhang tussen eventuele pathologie van de ouders en hun opvoedingsvaardigheden ten opzichte van de eventuele pathologie van het kind. Ga hierbij ook in op eventuele gezinspathologie, partnerrelatieproblematiek, transgenerationele pathologie voor zover hier duidelijkheid of sprake van is. Schets hier het eventuele dilemma waarvoor de ouders Classificatie DSM-IV (Classificatiesysteem psychische stoornissen) As I (Klinische stoornissen of reden van zorg): As II (Persoonlijkheidsstoornissen): As III (Somatische aandoeningen): As IV (Psychosociale en omgevingsproblemen): As V (Algehele beoordeling van het functioneren): Huidig: Hoogst afgelopen jaar: Forensisch Psychologisch Onderzoek 6

7 en hulpverlening staan en het effect hiervan op het kind en/of de ouders. Schets de keuzemogelijkheden en de verwachte effecten hiervan op de ontwikkeling van het kind en de leden van het gezinssysteem. Schenk naast risicofactoren aandacht aan beschermende factoren. Vermeld hier geen nieuwe feitelijke informatie. 9. BEANTWOORDING VAN DE VRAAGSTELLING Herhaling vragen opdrachtgever, waarbij in de beantwoording kort wordt ingegaan op diagnostiek en beschouwing. Verwijs naar voorgaande indien dit te lang wordt, aangezien herhalingen zoveel mogelijk vermeden dienen te worden. De beantwoording dient wel volledig te zijn, dit is de crux van het rapport. N.B. Van belang bij de beantwoording van vragen over interventies is of de praktische haalbaarheid van de aanbevelingen getoetst zijn (wat is wenselijk, maar ook wat is mogelijk), dan wel wie nog meer uitsluitsel over de haalbaarheid zal kunnen geven en de verwachte effecten van de geadviseerde interventies. 10. OVERLEG MEDERAPPORTEUR Beschrijf hier overeenstemming of verschillen. Licht toe. 11. OVERLEG GEZINSVOOGDIJ/RAAD VD KINDERBESCHERMING/BEHANDELAAR Beschrijf hier indien de onderzochte toestemming heeft gegeven tot overleg- wat het overleg heeft opgeleverd en meld wat de haalbaarheid en wat de voorwaarden zijn voor begeleiding of behandeling. Zorg voor afstemming. Noteer namen en afspraken. Indien een instelling de opdrachtgever is kan geen contact worden opgenomen. 12. BESPREKING MET BETROKKENE(N) EN REACTIE OP DE RAPPORTAGE De rapportage moet aan de betrokkene(n) ter lezing worden aangeboden. Vermeld hier wat betrokkene(n) vinden van de bevindingen en wat de reacties zijn op de conclusie en het advies. Vermeld op welke manier de bespreking heeft plaats gevonden. Dagtekening (plaats,datum) Naam, discipline en handtekening deskundige Forensisch Psychologisch Onderzoek 7