Persoonlijke ontwikkeling

Transcriptie

1 Persoonlijke ontwikkeling GEDRAG Je houdt je aan regels en afspraken Je kunt je beurt afwachten Het omgaan met teleurstelling lukt Je komt er altijd eerlijk voor uit als er iets fout is gegaan OMGAAN MET ANDERE KINDEREN Je zoekt contact met andere kinderen Andere kinderen zoeken contact met jou Je bent behulpzaam Je houdt rekening met andere kinderen Je kunt goed voor jezelf opkomen Je kunt op een goede manier problemen oplossen Je kunt op een leuke manier een compliment geven Je kunt een ander op een prettige manier corrigeren OMGAAN MET DE LEERKRACHT Je hebt een goed contact Je vraagt op een positieve manier aandacht De leerkracht moet je vaak waarschuwen Ook bij andere leerkrachten gedraag je je goed WERKHOUDING Je neemt instructies goed op Je zet instructies goed in handelen om Je werkt goed door Je blijft doorzetten bij moeilijk werk SAMENWERKING Je kunt met alle kinderen samenwerken Je kunt anderen helpen zonder voor te zeggen Je kunt hulp vragen aan een ander kind Je kunt met andere kinderen een probleem oplossen Je kunt positief meewerken aan een groepsopdracht 1

2 Persoonlijke ontwikkeling ZELFSTANDIGHEID Je bedenkt eerst wat je gaat doen Daarna ga je je werk goed plannen Je zorgt er voor dat je alle spullen hebt Bij problemen probeer je eerst zelf een goede oplossing te zoeken Je kunt je hulpvraag goed onder woorden brengen Je kunt je probleem uitstellen en verder gaan met ander werk VERANTWOORDELIJKHEID Je kijkt kritisch naar je eigen werk Je werk ziet er netjes uit Je kunt je werk zelf nakijken op de afgesproken manier Je verbetert je werk op de juiste manier Je registreert je werk op de juiste manier Je levert je werk op tijd in Je kunt goed omgaan met keuzewerk Je zorgt goed voor je schoolspullen Je denkt zelf aan je klassentaak Toelichting Toelichting... 2

3 Leerstof TECHNISCH LEZEN Je volgt het programma van de klas Je beheerst AVI-niveau Je doet actief mee met BAVI lezen Je doet gemotiveerd mee aan het tutorlezen Je vindt lezen leuk / Gedeeltelijk / Gedeeltelijk / Gedeeltelijk / Gedeeltelijk / Gedeeltelijk / Gedeeltelijk BEGRIJPEND LEZEN Je volgt het programma van de klas Je kunt de hoofdgedachte van een tekst vinden Je kunt verschillende soorten tekst onderscheiden Je kunt vragen over een tekst beantwoorden SPELLING Je volgt het programma van de klas Je schrijft correct over Je kent de behandelde spellingregels Je past de spellingregels toe in eigen teksten De resultaten van je leerdictees zijn STELLEN Je zinsbouw is Je kunt zelf een verhaaltje bedenken De opbouw van je verhalen is Je gebruikt hoofdletters SPREKEN EN LUISTEREN Je kunt iets goed onder woorden brengen Je formuleert je zinnen Je luistert geïnteresseerd naar anderen Je onthoudt wat er wordt verteld Je hebt een uitgebreide woordenschat 3

4 Leerstof REKENEN Je volgt het programma van de klas Je kunt met de getallenlijn werken Je hebt de sommen geautomatiseerd Je kunt optellen t/m 20 Je kunt aftrekken t/m 20 Je kent de getallen t/m 100 en hun structuur Je kunt optellen t/m 100 Je kunt aftrekken t/m 100 Je kunt uit het hoofdrekenen Je kunt rekenstrategieën toepassen Je kent de tafels van Je kunt klokkijken Je verwerkt nieuwe stof / Gedeeltelijk / Gedeeltelijk 1, 2, 3, 4, 5, 6, 10 1, 2, 3, 4, 5, 6, 10 / Gedeeltelijk / Gedeeltelijk SCHRIJVEN Je volgt het programma van de klas Je beheerst het schrijven van de hoofdletters Je schrijft duidelijk Je schrijftempo is PROJECTEN Je toont belangstelling voor de thema s Je doet goed mee aan de themalessen Je toont inzet tijdens het (groeps)werk Je kunt een presentatie geven Je onthoudt de aangeboden stof Toelichting Toelichting... 4

5 BEELDENDE VORMING Leerstof ( TEKENEN, HANDVAARDIGEHEID ) Je zet je goed in Je beheerst de behandelde basisvaardigheden Je hebt veel eigen ideeën Je kunt je eigen ideeën goed omzetten in werkstukjes Je werkstukjes zien er verzorgd uit EXPRESSIEVE VORMING ( MUZIEK, DRAMA ) Je zet je goed in je zingt graag Je durft je te uiten bij drama Toelichting Toelichting... 5

6 Leerstof LICHAMELIJKE OEFENING Je motoriek is Je spelvaardigheden zijn Je kunt tijdens de gymles samenwerken Je luistert tijdens de gymles naar de uitleg en aanwijzingen Je houdt je tijdens de gymles aan de regels Je toont tijdens de gymles inzet Je kunt tijdens de gymles omgaan met kritiek, teleurstelling en verlies Je toont tijdens de gymles initiatief Toelichting Toelichting... 6

7 Rapport over mijzelf DIT BEN IK EN DIT ZIJN MIJN VRIENDEN DIT VIND IK LEUK OP SCHOOL 7

8 Rapport over mijzelf DIT VIND IK MOEILIJK OP SCHOOL WAT IK LATER WORDEN WIL 8

9 Rapport over mijzelf SAMENWERKEN ZELFSTANDIGHEID VERANTWOORDELIJKHEID 9

10 Rapport over mijzelf WELKE DINGEN KAN IK VERBETEREN? HEB JE EEN TIP VOOR DE MEESTER OF DE JUF? HANDTEKENINGEN Datum Directeur Leerkracht Ouders/verzorgers Handtekening van mijzelf Opmerkingen van de leerkracht OVERGANG: IS WEL / NIET OVER NAAR DE VOLGENDE GROEP 10