Schijnconstructies in het beroepsgoederenvervoer over de weg. Schone schijn!

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Schijnconstructies in het beroepsgoederenvervoer over de weg. Schone schijn!"

Transcriptie

1 Schone schijn! Welke schijnconstructies in het beroepsgoederenvervoer over de weg worden gebruikt om gelijk loon voor gelijk werk te omzeilen en hoe worden deze constructies tegengegaan? Universiteit: Universiteit van Amsterdam Faculteit der rechtsgeleerdheid Vak: Masterscriptie Arbeidsrecht Door: Karin Bikhan Studentnummer: Scriptiebegeleider: Mevrouw mr. B.P. ter Haar Datum: 19 juni 2014

2 Inhoudsopgave AFKORTINGEN Inleiding Het juridisch kader over grensoverschrijdende arbeid Inleiding Het Europees juridisch kader Vormen van grensoverschrijdende arbeidsmobiliteit Vaststelling van het toepasselijk recht Detachering en de Detacheringsrichtlijn Detacheringsrichtlijn Het nationale juridisch kader Wet Arbeidsvoorwaarden Grensoverschrijdend Arbeid Algemeen verbindend verklaarde cao-bepalingen Wet op de Collectieve Arbeidsovereenkomst Cao Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen Wet wegvervoer goederen Deelconclusie De arbeidsconstructies in het beroepsgoederenvervoer Inleiding Een in Nederland gevestigde transportondernemer met werknemers ergens anders uit de EU in loondienst Een in Nederland gevestigde transportondernemer met uitzendkrachten uit een EU-lidstaat Een in Nederland gevestigde transportondernemer met werknemers op detacheerbasis uit een andere EU-lidstaat Charterbepaling Een Nederlandse transportondernemer richt ook een andere BV op in een EU-lidstaat en opereert op de Nederlandse markt met chauffeurs uit de EU Een in Nederland gevestigde transportondernemer maakt gebruik van zelfstandige zonder personeel uit EU-landen Cabotage Deelconclusie Jurisprudentie schijnconstructies Inleiding Schijnconstructie uitzendonderneming Schijnconstructie zelfstandige zonder personeel... 28

3 4.4. Deelconclusie Handhaving Inleiding Handhaving bij werknemers in loondienst en/of detacherings- en uitzendconstructies in het beroepsgoederenvervoer over de weg De handhavende instanties bij schijnzelfstandigheid Handhaving cabotage Speerpunten van het kabinet ter bestrijding van schijnconstructies Deelconclusie Conclusie Literatuurlijst Bijlage 1: bijlage bij brief FNV Bondgenoten Bijlage 2: persbericht `Koning spreekt met vrachtwagenchauffeurs Bijlage 3: Nalevingspolitie transport voert kort geding tegen bemiddelen van schijnzelfstandigen. 46

4 AFKORTINGEN ABU Algemene Bond Uitzendondernemingen AMU Aanpak Malafide Uitzendondernemingen Arbowet Arbeidsomstandighedenwet Art. Artikel AVV Algemeen verbindend verklaring BBA Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945 Benelux België Nederland Luxemburg BGV Beroepsgoederenvervoer BV Besloten vennootschap BW Burgerlijk Wetboek Cao Collectieve Arbeidsovereenkomst Cao BGV Collectieve Arbeidsovereenkomst Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen CNV Christelijk Nationaal Vakverbond EEG Europese Economische Gemeenschap EG Europese Gemeenschap EU Europese Unie EURO Europa EVO Het verdrag van Rome FNV Federatie Nederlandse Vakbeweging HvJ EU Hof van Justitie van de Europese Unie IL&T Inspectie Leefomgeving En Transport JAR Jurisprudentie ArbeidsRecht KLPD Korps Landelijke Politiediensten KNV Koninklijk Nederlands Vervoer Ktr. Kantonrechter KvK Kamer van Koophandel MOE-landen Midden- en Oost Europese landen NEN Nederlandse Normalisatie Instituut NIWO Stichting nationale en internationale wegvervoer organisatie Nr. Nummer OR Ondernemingsraad P. Pagina R.o. Rechtsoverweging RDW Rijksdienst voor het wegverkeer Resp. Respectievelijk ROME I verordening van de Europese gemeenschap nr. 593/2008 SNA Stichting Normering Arbeid SNCU Stichting Naleving cao voor uitzendkrachten SP z.o.o. Spółka z ograniczoną odpowiedzialnością (Besloten Vennootschap Polen) SVB Sociale Verzekeringsbank SZW Sociale Zaken en Werkgelegenheid TLN Transport en Logistiek Nederland

5 VAR VAR- wuo VO. VWEU WAADI WAGA WAVV WCAO WML WWG ZZP Verklaring Arbeidsrelatie verklaring Arbeidsrelatie winst uit onderneming Verordening Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie Wet Allocatie Arbeidskrachten Door Intermediairs Wet Arbeidsvoorwaarden bij Grensoverschrijdend Arbeid Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst Wet Minimumloon en minimum vakantiedagen Wet Wegvervoer Goederen Zelfstandige zonder personeel

6 1. Inleiding Gelijk werk, gelijk loon! 1 Dat is een mooi uitgangspunt en zo hoort het te zijn. Helaas, nog altijd fictie in Nederland. Op 1 maart 2014 telt Nederland transportbedrijven met een vergunning voor het beroepsgoederenvervoer over de weg. 2 Dagelijks rijden vele vrachtwagenchauffeurs uit heel Europa en omliggende landen op Nederlands grondgebied. Ze rijden veelal niet met een Nederlands kenteken. Op zich is hier niets mis mee omdat er open grenzen zijn en er vrijheid is van diensten, personen en verkeer. Maar in de jaren 1986, 2004 en 2007 sloten minder welvarende landen zich aan bij de EU. Het gaat hier vooral om een aantal Zuid-Europese en Midden- en Oost- Europese-landen (MOE- Landen). Het probleem zit hem in het feit dat deze landen economisch ver achter lopen op bijvoorbeeld Nederland. 3 De nationale welvaartverschillen zijn groter, de lonen zijn lager, er is sprake van hoge werkloosheid en deze landen hebben slechtere sociale stelsels. Nederland is daarom het walhalla voor de werkzoekende uit armere lidstaten. De arbeidsmigranten zijn sneller tevreden omdat ze het welvaartsniveau van hun moederland gewend zijn. En omdat ze veelal in levensonderhoud moeten voorzien sneller geneigd om voor minder loon gelijk werk te verrichten. Als dit betekent dat de chauffeurs daardoor weken verwijderd zijn van het thuisfront dan nemen ze dit voor lief. 4 Met mijn scriptie breng ik in kaart waar het mis gaat in het beroepsgoederenvervoer over de weg met betrekking tot gelijk loon voor gelijk werk en wat er aan gedaan wordt om uitbuiting van buitenlandse chauffeurs, schijnconstructies en cabotage-overtredingen te voorkomen. Ik richt mij in deze scriptie volledig op de transportsector en met name het beroepsgoederenvervoer over de weg. Omdat over dit onderwerp nog vrijwel niets is geschreven, wordt dit een inventariserende scriptie met als doel in kaart te brengen wat het juridisch kader eigenlijk is of zou moeten zijn. Voorts is de scriptie verklarend van aard, omdat het tracht te duiden hoe de cao-regeling op dit punt past in het juridisch kader en in hoeverre het daarmee in staat zal zijn om gelijk loon voor gelijke arbeid in deze sector te realiseren. Sociaalzekerheidsrecht en premie/belastingen worden in dit onderzoek buiten beschouwing gelaten. Ik richt mij volledig op het Nederlandse arbeidsrecht. Per hoofdstuk beantwoord ik een deelvraag die uiteindelijk leidt tot een antwoord op de centrale vraag. De centrale vraag luidt: Welke schijnconstructies in het beroepsgoederenvervoer over de weg worden gebruikt om gelijk loon voor gelijk werk te omzeilen en hoe worden deze constructies tegengegaan? In hoofdstuk 2 schets ik het wettelijke kader. Verder geef ik een antwoord op de vraag welke wetten en kaders in acht genomen moeten worden als sprake is van grensoverschrijdend arbeid binnen de EU. Hierdoor wil ik duidelijk krijgen welk recht op de arbeidsovereenkomst van toepassing is en de daaruit voortvloeiende beloningsstelsel. In het daarop volgend hoofdstuk ga ik in op de bestaande (schijn)constructies in het beroepsgoederenvervoer over de weg. In hoofdstuk 4 geef ik aan de hand van jurisprudentie de complexiteit van dit onderwerp weer. Hoofdstuk 5 ziet op hoe de geldende weten regelgeving gehandhaafd worden om schijnconstructies tegen te gaan. Bovendien stipt dit hoofdstuk de speerpunten aan die de overheid en de sociale partners voor ogen staan om schijnconstructies in de toekomst verder de kop in te drukken. In hoofdstuk 6 treft u een algemene conclusie aan. Ten slotte begin ik elk hoofdstuk met een fictieve casus. Deze casus blijft per hoofdstuk hetzelfde maar ziet telkens op een ander vraagstuk. In de deelconclusie van elk hoofdstuk geef ik antwoord op de vragen uit de fictieve casus. 1 Slogan afkomstig van de campagne van FNV Bondgenoten gelijk werk, gelijk loon Janssen 2013, p Janssen

7 2. Het juridisch kader over grensoverschrijdende arbeid 2.1. Inleiding Stelt u zich eens voor. U heeft de Spaanse nationaliteit en woont in Madrid. U wilt graag aan de slag als vrachtwagenchauffeur bij een Nederlands bedrijf gevestigd in Nederland. Kan dit zomaar? Ja! In artikel 45 VWEU is het vrij verkeer van werknemers neergelegd die de nationaliteit van een EUlidstaat bezitten. Dit non-discriminatiegebod houdt in dat werkgevers niet mogen discrimineren op grond van werkgelegenheid, beloning en overige arbeidsvoorwaarden als werknemers de nationaliteit hebben van een van de andere EU-lidstaten. Dit beginsel is ook neergelegd in artikel 7 verordening (EG) nr.492/2011. Maar welk recht is dan op de arbeidsovereenkomst van toepassing? In dit hoofdstuk schets ik het juridisch kader. Aan de hand van een fictieve casus tracht ik de materie in dit hoofdstuk te verduidelijken. In deze casus zal een vraag gesteld worden. Het antwoord is terug te vinden in de deelconclusie. Fictieve casus Dobry Gerek, een werkloze Poolse vrachtwagenchauffeur, woont samen met zijn gezin in Warschau. Zijn kinderen gaan in Warschau naar school. Dobry moet voorzien in het levensonderhoud van zijn gezin want zijn vrouw is belast met de verzorging en opvoeding van de kinderen. Vogelvrijtransport BV, een Nederlandse vervoerder, benadert Dobry om bij hem in dienst te treden. Vogelvrijtransport heeft naast een vestiging in Nederland ook een vestiging in Warschau. Aangezien Dobry momenteel werkloos is twijfelt hij geen moment en treedt gretig in dienst. Op zijn arbeidsovereenkomst is Pools recht van toepassing. Dit is voor beide partijen een logische keuze. Dobry krijgt van Vogelvrijtransport BV een salaris aangeboden van 850,- bruto. Hij is hier heel blij mee want dit bedrag aan loon is hoger dan gebruikelijk in Polen. Hij gaat dan ook met goede moed aan de slag. Al snel blijkt dat Dobry veel van huis is. Hij komt nauwelijks nog in Polen en werkt veelal vanuit en in Nederland. Hij woont daar met 6 Poolse collega s in een appartement. Dobry komt erachter dat zijn Nederlandse collega s voor hetzelfde werk meer verdienen. Zijn Poolse collega Olec Grzegorz, met dezelfde gezinssituatie, verricht ook werkzaamheden voor Vogelvrijtransport BV en heeft met deze vervoerder een overeenkomst van opdracht naar Pools recht. Hij is ZZP er maar heeft geen eigen vrachtauto. Bovendien heeft hij ook geen transportvergunning en rijdt op de vergunningen van Vogelvrijtransport BV. Olec heeft verder geen andere opdrachtgevers en staat niet ingeschreven bij de KvK. Dobry en Olec belanden in een discussie en vragen zich af welk recht van toepassing is op hun arbeidsovereenkomst en hoeveel loon zij behoren te krijgen Het Europees juridisch kader Het is niet vanzelfsprekend dat het recht van het land waar je werkt op jou van toepassing is. Werknemers die grensoverschrijdende arbeid verrichten hebben te maken met bepalingen uit de EVOverordening (EVO). Dit verdrag is inmiddels vervangen door een nieuwe verordening (EG) nr. 592/2008 (Rome I). Omdat Rome I van toepassing is op overeenkomsten gesloten na 17 december 2009 en de rechtspraak grotendeels op het EVO is gebaseerd, behandel ik Rome I en EVO samen. 5 Ook heb ik de bepalingen uit de Detacheringsrichtlijn meegenomen. Deze richtlijn is geïmplementeerd in de WAGA. 6 De Detacheringsrichtlijn en de WAGA komen in hoofdstuk 2.3 aan de orde. 5 Peters & Beltzer 2013, p Wet Arbeidsvoorwaarden bij Grensoverschrijdend Arbeid. 7

8 Vormen van grensoverschrijdende arbeidsmobiliteit Arbeidsmobiliteit, ook wel bekend als arbeidsmigratie, kent verschillende vormen. De verschillende vormen zijn terug te vinden in de preambule van Verordening (EG) nr.1612/68 (en VO.492/2011). 7 Die preambule benoemt één vorm niet. Deze vorm is juist voor het beroepsgoederenvervoer over de weg zeer belangrijk. Het gaat om de vorm van permanente arbeidsmobiliteit. 8 In het beroepsgoederenvervoer over de weg is het gebruikelijk dat werknemers een vaste standplaats hebben. Vanuit hun standplaats starten zij hun opgedragen werkzaamheden. Doordat zij veel internationale werkzaamheden verrichten is daarmee sprake van grensoverschrijdende arbeid en dus permanente arbeidsmobiliteit. Het is belangrijk hier aandacht aan te besteden. In veel van deze gevallen gaat het namelijk verkeerd bij de toepassing van de juiste (inter)nationale rechtsregels. Bijvoorbeeld het niet toekennen van de basisarbeidsvoorwaarden. Hier kom ik verder in dit hoofdstuk uitgebreid op terug. De preambule noemt wel de categorie werknemers die arbeid in dienstverlening verrichten. Deze categorie werknemers komen in hoofdstuk 2.3 aan bod. Andere vormen van arbeidsmigratie zijn: grensarbeiders, seizoenarbeiders en permanente werknemers. Deze laatste categorie werknemers laat ik in het kader van deze scriptie buiten beschouwing omdat bij deze groep geen sprake is van grensoverschrijdende elementen in de arbeidsovereenkomst Vaststelling van het toepasselijk recht Zoals eerder opgemerkt moeten werkgevers bij grensoverschrijdende situaties het EVO/Rome I of de bepalingen uit de Detacheringsrichtlijn toepassen. Deze richtlijn is in Nederland geïmplementeerd in de WAGA. Bij EVO/Rome I gaat het om niet-tijdelijke situaties terwijl het bij de richtlijn juist wel gaat om tijdelijke situaties. De hoofdregel van het toepasselijk recht is neergelegd in artikel 3 EVO/Rome I: een overeenkomst wordt beheerst door het recht dat de partijen hebben gekozen. Bij hun keuze kunnen partijen het toepasselijke recht aanwijzen of een onderdeel daarvan. Maar art. 6 lid 1 EVO/art. 8 lid 1 Rome I vult hierop aan: de keuze die partijen hebben gemaakt mag er niet toe leiden dat zij de bescherming verliezen welke zij genieten op grond van de bepalingen waarvan niet van overeenkomst kan worden afgeweken. Dit gaat om de dwingendrechtelijke bepalingen en die kunnen niet uitgeschakeld worden doordat werkgever en werknemer een rechtskeuze hebben gemaakt voor het recht van een andere lidstaat. Het gunstigheidsprincipe is op deze dwingendrechtelijke bepalingen van toepassing. Wanneer het gekozen recht gunstiger is voor de werknemer dan blijft dit van kracht maar wanneer het objectief toepasselijke recht gunstiger is dan prevaleert dit boven het gekozen recht. 9 Als partijen geen rechtskeuze hebben gemaakt dan moeten zij het objectief toepasselijk recht hanteren. Art. 6 lid 2 EVO en art. 8 lid 2-4 Rome I hanteren een getrapt systeem. 10 Dit houdt in dat gekeken moet worden naar het tweede lid van dit artikel waar het recht van het gewoonlijk werkland van toepassing is. Is er geen aanknoping? Dan dient aansluiting gezocht te worden bij het recht van het land waar de vestiging zich bevindt die de werknemer in dienst heeft genomen. Mochten voorgaande opties niet het gewenste resultaat opleveren dan is een laatste optie opgenomen in lid 4: het recht van het land waarmee de overeenkomst een kennelijk nauwere band heeft. Is sprake van tijdelijke grensoverschrijdende tewerkstelling en zijn hier drie partijen bij betrokken? Dan is de Detacheringsrichtlijn van toepassing. Welke regels dan gelden, behandel ik in paragraaf Peters & Beltzer 2013, p Peters & Beltzer 2013, p Peters & Beltzer 2013, p Peters & Beltzer 2013, p

9 Het gewoonlijk werkland In het beroepsgoederenvervoer over de weg wordt meestal arbeid verricht in meerdere EU-lidstaten. Hierdoor is het gewoonlijk werkland niet eenvoudig aan te wijzen. Bij de uitleg van gewoonlijk werkland gaat het niet om de partijbedoeling maar om de feitelijke uitvoering van de overeenkomst. 11 In de rechtspraak is een ruime interpretatie te vinden van de definitie gewoonlijk werkland. Het Hof van Justitie oordeelde in zijn arrest Heiko Koelzsch het volgende: Vanwege de aard van de arbeid in de sector van het internationale transport moet de nationale rechter hiertoe rekening houden met alle elementen die de werkzaamheid van de werknemer kenmerken. Hij moet met name vaststellen in welke staat de plaats ligt van waaruit de werknemer zijn transportopdrachten verricht, instructies voor zijn opdrachten ontvangt en zijn werk organiseert, alsmede de plaats waar zich de arbeidsinstrumenten bevinden. Hij moet tevens nagaan in welke plaatsen het vervoer hoofdzakelijk wordt verricht, in welke plaatsen de goederen worden gelost en naar welke plaats de werknemer na zijn opdrachten terugkeert (r.o 48-49). 12 Hieruit valt op te maken dat bijna altijd wel een land aangewezen kan worden waar feitelijk het grootste gedeelte aan werkzaamheden verricht wordt. 13 Door de ruime uitleg in dit arrest, gebaseerd op de bepalingen uit het EVO, kan men stellen dat in de internationale transportsector het land waaruit gewoonlijk de arbeid wordt verricht bepalend is. Met andere woorden: het land waar het zakencentrum, de centrale standplaats, zich bevindt. 14 Ook onder Rome 1 bepaalt het Hof van Justitie min of meer hetzelfde in zijn arrest Voogsgeerd 15 : Wanneer uit deze vaststellingen blijkt dat de plaats van waaruit de werknemer zijn transportopdrachten verricht en waar hij ook de instructies voor zijn opdrachten ontvangt, steeds dezelfde is, moet die plaats worden beschouwd als de plaats waar hij gewoonlijk zijn arbeid verricht in de zin van artikel 6, lid 2, sub a. Zoals in punt 32 van het onderhavige arrest is gezegd, moet het criterium van de plaats waar de werknemer gewoonlijk zijn arbeid verricht, immers eerst worden toegepast (r.o.39). Gelet op bovenstaande jurisprudentie dient opgemerkt te worden dat de bepalingen van toepasselijk recht afhankelijk zijn van de omstandigheden van het individuele geval. Daardoor kan dit voornamelijk aan het einde van het dienstverband definitief vastgesteld worden. 16 Wanneer geen gewoonlijk werkland aan te wijzen is krachtens artikel 6 lid 2 EVO/ artikel 8 lid 2 Rome I, beheerst het recht van het land waar zich de vestiging bevindt die de werknemer in dienst heeft genomen de overeenkomst. 17 Echter, wanneer blijkt dat de overeenkomst een nauwere band heeft met een ander land, dan is het recht van dat andere land van toepassing Bijzonder dwingende bepalingen Ongeacht de rechtskeuze, blijven de dwingendrechtelijke bepalingen van het recht van het vestigingsland of het land waarmee de overeenkomst kennelijk een nauwere band heeft van toepassing. Deze voorrangsregels zijn terug te vinden in art. 7 EVO/ art. 9 Rome I. Volgens art. 9 Rome I is de definitie van bijzonder dwingend recht als volgt: Bepalingen van bijzonder dwingend recht zijn bepalingen aan de inachtneming waarvan een land zoveel belang hecht voor de handhaving van zijn openbare belangen zoals zijn politieke, sociale of economische organisatie, dat zij moet 11 Peters & Beltzer 2013, p HvJ EU 15 maart 2011, nr. C 29/10 (Heiko Koelzsch/ Luxemburg ). 13 Peters & Beltzer 2013, p Douven e.a. 2006, p HvJ EU 15 december 2011, nr. C-384/10 (Voogsgeerd). 16 Peters & Beltzer 2013, p Art. 6 lid 2 onder b EVO/ art. 8 lid 3 Rome I. 18 Art. 6 lid 2 onder b EVO/ art. 8 lid 4 Rome I. 9

10 worden toegepast op elk geval dat onder de werkingssfeer ervan valt, ongeacht welk recht overeenkomstig deze verordening overigens van toepassing is op de overeenkomst. Het moet gaan om bepalingen waaraan een land veel waarde hecht voor de handhaving van zijn openbare belangen. 19 Het gaat bij de dwingendrechtelijke bepalingen vooral om voorrangsregels met een publiekrechtelijk karakter. De dwingendrechtelijke bepalingen in Nederland zijn onder andere: 1) algemeen verbindend verklaarde cao-bepalingen, 2), artikel 6 BBA 20 3) minimumregeling doorbetaling tijdens ziekte, 4) Rij- en rusttijdenwet, 5) Arbowet 21, 6) Wet Minimumloon en minimum vakantie. 22 Het Hof van Justitie oordeelde in zijn arrest van 23 november dat betrokken cao-bepalingen voldoende nauwkeurig en toegankelijk moeten zijn zodat het voor werkgevers niet overdreven of onnodig moeilijk is te weten welke verplichtingen hij moet nakomen. 2.3 Detachering en de Detacheringsrichtlijn Vandaag de dag is het heel gebruikelijk dat detacheerders in opdracht van werkgevers over de landsgrenzen heen personeel werven. Het gaat dan om tijdelijke klussen en het liefst met zo goedkoop mogelijk personeel. In de transportsector gebeurt dit aan de lopende band. Mede hierdoor ontstaan constructies die veelal bedoeld zijn om de wetgeving van het werkland te omzeilen met concurrentievervalsing en sociale dumping als gevolg. 24 Ondanks dat een ondernemer zijn rechten ontleent aan art. 56 VWEU en dus vrij is zijn diensten aan te bieden over de grenzen van de EUlidstaten en werknemers te laten werken in andere EU- lidstaten, moet hij zich wel aan wetten en regelgeving houden. Art. 6 EVO resp. art. 8 Rome I bepalen dat het land waar de arbeid gewoonlijk wordt verricht of van waaruit wordt verricht niet wijzigt wanneer de werknemer zijn arbeid tijdelijk in een ander land verricht. Dit houdt in: een buitenlandse chauffeur gaat tijdelijk werken in Nederland en op zijn arbeidsovereenkomst is het recht van het land waar hij gewoonlijk werkt van toepassing. Logisch, zou men denken. Maar toch is dit niet helemaal waar. Deze werknemer kan een beroep doen op de dwingendrechtelijke basisvoorwaarden van het Nederlands arbeidsrecht. Dit is alleen zo als deze basisvoorwaarden gunstiger zijn voor deze buitenlandse werknemer. 25 Is dat niet zo, dan blijven de basisvoorwaarden uit het bestaande arbeidsovereenkomst van toepassing. Dit blijkt uit de artikelen 8 en 9 Rome I en bovendien uit artikel 3 lid 10 van de Detacheringsrichtlijn. Volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie kan de vrijheid van diensten alleen maar beperkt worden en gerechtvaardigd zijn als het aan een aantal voorwaarden voldoet: toepassing zonder discriminatie gerechtvaardigd door dwingende redenen van algemeen belang geschikt om het nagestreefde doel te bereiken 19 Peters & Beltzer 2013, p Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen Arbeidsomstandighedenwet. 22 Bouwens, Houwerzijl & Roozendaal 2011, p. 420 e.v. 23 HvJ EG 23 november 1999, nr. C (Arblade). 24 Team Beroepsgoederenvervoer 2006, p Franssen 2012, p. 4. Zie ook overweging 23 jo. 35 preambule bij EVO en HvJ EG 18 december 1997, nr. C (Laval). 10

11 niet verdergaand dan noodzakelijk. 26 Het vrij verkeer van diensten is wat de werknemersbescherming betreft, nader ingevuld door de Detacheringsrichtlijn Detacheringsrichtlijn De Detacheringsrichtlijn is in Nederland geïmplementeerd en nader uitgewerkt in de Wet Arbeidsvoorwaarden bij Grensoverschrijdend Arbeid (WAGA). In art. 1 van de richtlijn is het toepassingsgebied uiteengezet. De richtlijn is van toepassing op in een lidstaat gevestigde ondernemingen die in het kader van transnationale dienstverrichtingen, overeenkomstig lid 3, werknemers ter beschikking stellen op het grondgebied van een lidstaat. Art. 1 lid 3 Detacheringsrichtlijn: deze richtlijn is van toepassing voor zover de ondernemingen gebruik maken van een van de volgende transnationale maatregelen indien het gaat om ter beschikkingstellen van arbeid ten behoeve van tijdelijk werk in een ander land: verrichten van een opdracht/ aanneming van werk ter beschikking stellen binnen concernverband oftewel collegiale inleen uitzendbasis. Voor toepassing van de richtlijn spreekt voor zich dat er sprake is van grensoverschrijdende arbeid en het tijdelijk werken in een ander land dan waar je normaal werkt. In het kader van deze richtlijn is het nodig dat drie partijen betrokken zijn: werknemer, werkgever en opdrachtgever. Deze richtlijn is een Lex Specialis ten opzichte van EVO/Rome I en heeft tot doel eerlijke mededinging en gelijke behandeling. Belangrijk aan deze richtlijn is dat hierin een harde kern van arbeidsvoorwaarden en omstandigheden besloten ligt. Deze zogenoemde harde kern is altijd van toepassing op de gedetacheerde buitenlandse werknemer tenzij zijn eigen harde kern gunstiger is. De Detacheringsrichtlijn kan je dan ook opvatten als een concretisering, of nadere uitwerking van de bijzonder dwingende bepalingen (de kernbepalingen van openbare orde in het arbeidsrecht). 28 De harde kern bestaat voornamelijk uit basisarbeidsvoorwaarden waar Nederland veel waarde aan hecht. Deze zijn veelal vastgelegd in cao s die algemeen verbindend zijn verklaard door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid of vastgelegd in wettelijke bepalingen. Het gaat om de navolgende bepalingen: maximale werk- en minimale rustperioden minimumaantal betaalde vakantiedagen minimumlonen, inclusief vergoedingen voor overwerk met uitsluiting van aanvullende bedrijfspensioenregelingen voorwaarden voor het ter beschikking stellen van werknemers, voornamelijk door uitzendbedrijven gezondheid, veiligheid en hygiëne op het werk 26 Peters & Beltzer 2013, p. 137, dit blijkt uit de rule of reason rechtspraak. Zie onder andere: HvJ EG 30 november 1995, nr. C-55/94 (Gebhard) en HvJ EG 23 november 1999, nr. C-369/96 (Arblade). 27 Peters & Beltzer 2013, p Greebe & Bosch 2005, p

12 beschermende maatregelen over de arbeidsvoorwaarden en omstandigheden van zwangere of pas bevallen vrouwen, kinderen en jongeren gelijke behandeling van mannen en vrouwen, en andere bepalingen over non-discriminatie Het nationale juridisch kader Hierboven is het Europese juridisch kader geschetst maar op nationaal niveau zijn er ook belangrijke wettelijke kaders om het concurrentievoorwaardenstelsel en de openbare orde te beschermen. Een belangrijke nationale wet is dan ook de WAGA waarin de Detacheringsrichtlijn geïmplementeerd is. Niet onbelangrijk is de Wet wegvervoer Goederen. Bovendien hebben we te maken met Handhaving Cabotageverbod, enkele bepalingen uit de toepasselijke Cao Beroepsgoederenvervoer over de weg en verhuur van mobiele kranen (hierna Cao BGV), art. 6 BBA, de WAVV en WML Wet Arbeidsvoorwaarden Grensoverschrijdend Arbeid Bij grensoverschrijdend arbeid in Nederland dienen we de WAGA te raadplegen. De al eerder besproken richtlijn is hierin geïmplementeerd en geldt als nationaal recht. Dit is van belang voor werknemers om een rechtstreeks beroep te kunnen doen op de bepalingen uit deze richtlijn. Nederland heeft de harde kern van de basisarbeidsvoorwaarden opgenomen in deze wet. In artikel 1 WAGA is vastgelegd dat de artikelen 7: , , 658 en artikel 670 lid 2 BW onverkort gelden voor werknemers die tijdelijk arbeid in Nederland verrichten, waarvan hun arbeidsovereenkomst beheerst wordt door buitenlands recht. De artikelen zien toe op de volgende onderwerpen: minimum aantal betaalde vakantiedagen gelijke behandeling gezondheid, veiligheid en hygiëne op het werk opzegverbod bij zwangerschap. De overige harde kern-bepalingen uit de richtlijn liggen niet besloten in de WAGA maar zijn door art. 7 EVO/ 9 Rome I rechtstreeks van toepassing door het dwingendrechtelijk karakter van dit artikel. Ze beschermen de publiekrechtelijke belangen. Polak is van mening dat deze te herkennen zijn aan het feit dat deze regels een internationale reikwijdte hebben. 30 De overige harde kernbepalingen zijn in verschillende wetten te vinden: de maximale werktijden, minimale rusttijden zijn geregeld in de Arbeidstijdenwet en Arbeidsomstandighedenwet het minimumloon is terug te vinden in de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag voorwaarden voor het ter beschikking stellen van werknemers liggen besloten in de WAADI. 31 Uit de parlementaire behandeling van de WAGA blijkt dat de bepalingen uit deze wet ook alleen van toepassing zijn op overeenkomsten waarbij drie partijen betrokken zijn Art. 3 lid 1 sub a t/m G Detacheringsrichtlijn. 30 Polak 1988, p Wet Allocatie Arbeidskrachten Door Intermediairs. 32 Kamerstukken II 1998/99, , nr.6, p

13 Algemeen verbindend verklaarde cao-bepalingen De Cao Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen (Cao BGV) wordt regelmatig algemeen verbind verklaard (AVV). Dit is nodig om oneerlijke concurrentie tegen te gaan. De sector kent meerdere cao s maar de Cao BGV heeft het grootste toepassingsbereik en wordt daardoor ook algemeen verbindend verklaard. Door de AVV vallen ongeorganiseerde werkgevers en werknemers uit de transportsector onder deze cao. In art. 2 lid 6 WAVV vindt men de harde kernbepalingen uit de Detacheringsrichtlijn terug. Ter beschikking gestelde werknemers met een arbeidsovereenkomst naar buitenlands recht kunnen een beroep doen op dit artikel. Deze groep werknemers kan alleen bij hun eigen werkgever een beroep op deze bepaling doen als de werkgever onder de werkingssfeer van de cao valt. 33 In de zaak Nico Mooy 34 oordeelde de kantonrechter anders. In hoofdstuk 4 komt dit uitvoerig aan bod Wet op de Collectieve Arbeidsovereenkomst Als de cao niet AVV is dan biedt art. 2 lid 6 WAVV geen oplossing. Aansluiting dient gevonden te worden in de artikelen 9 en 14 WCAO. Art. 9 WCAO ziet toe op de situatie waarin werkgever en werknemer georganiseerd zijn. Wanneer het alleen gaat over een georganiseerde werkgever dan is deze werkgever krachtens art. 14 WCAO verplicht de cao aan zijn ongeorganiseerde werknemers aan te bieden. In het geval dat een rechtskeuze is gemaakt voor buitenlands recht wat prevaleert dan? Franssen vraagt zich af of art. 9 en art. 14 WCAO dwingende bepalingen van Nederlands recht zijn die moeten worden toegepast ongeacht de rechtskeuze voor buitenlands recht? 35 Bloemarts is van mening dat dit kan en Franssen deelt deze mening. Volgens Bloemarts zou het ongerijmd zijn als de werkgever zich aan zijn verplichtingen uit de cao, waaraan hij is gebonden, zou kunnen onttrekken door jegens zijn werknemers toepasselijkheid van een ander recht te bedingen. 36 Volgens Franssen is de ratio van art. 14 WCAO dat cao-partijen beschermd worden tegen zogenaamde onderkruipers. En dat de bepaling in die zin gekwalificeerd kan worden als een bepaling aan de inachtneming waaraan een land hecht ter bescherming van zijn sociale organisatie. Daarmee zou art. 14 WCAO onder de reikwijdte van art. 9 EVO kunnen vallen. 37 Tijdens een AVV-loze periode zijn de artikelen 7 en 15 van de WML van toepassing. Deze artikelen zien toe op het wettelijk minimumloon en de vakantiebijslag en zijn dwingendrechtelijk van aard waardoor ze onder art. 9 EVO vallen Cao Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen In de sector beroepsgoederenvervoer zijn er meerdere cao s die van toepassing kunnen zijn. Degene die in het kader van deze scriptie van belang is, is die van Transport en Logistiek Nederland (TLN). De onderhandelende partij aan werkgeverszijde is TLN terwijl FNV Bondgenoten de cao voor de werknemers afsluit. De Cao BGV wordt constant algemeen verbindend verklaard. Wanneer zich in Nederland het zakencentrum 38 bevindt dan zijn alle (normatieve) bepalingen van de algemeen verbindend verklaarde Cao BGV van toepassing. Verder kent de sector nog de Cao Goederenvervoer Nederland (KNV). De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dispenseert de KNV-cao als de Cao BGV algemeen verbindend is. 33 Franssen 2012, p Ktr. Venlo 10 augustus 2011, JAR 2011/ Franssen 2012, p Bloemarts 2004, p Franssen 2012, p HvJ EU 15 maart 2011, nr. C 29/10 (Heiko Koelzsch/ Luxemburg). 13

14 Bij tijdelijk, grensoverschrijdende arbeid zijn alleen de basisarbeidsvoorwaarden van de algemeen verbindend verklaarde Cao BGV van toepassing. 39 Op de arbeidsvoorwaarden van de chauffeur in dienst van een buitenlandse werkgever die voor een KNV transportonderneming werkt, is de KNVcao niet van toepassing. Hier gelden namelijk de Nederlandse basisarbeidsvoorwaarden van de algemeen verbindend verklaarde Cao BGV. Daarom richt ik mij zoals reeds eerder opgemerkt op de Cao BGV en laat de overige bedrijfscao s buiten beschouwing. De artikelen uit de Cao BGV die toezien op het toepassen van de basisarbeidsvoorwaarden zijn: - Art. 3 lid 2 : hierin wordt de definitie van een werknemer gegeven. - Art. 3 lid 17 : uiteenzetting van de basisarbeidsvoorwaarden waardoor aan het kenbaarheidsvereiste wordt voldaan. - Art. 9 en 9a : bepalingen over uitzend- en inleenkrachten. De basisarbeidsvoorwaarden uit de Cao BGV zijn van toepassing op inleenkrachten uit het buitenland. Transportonderneming moet bedingen dat buitenlandse werkgever de basisarbeidsvoorwaarden uit de Cao BGV toepast. Werkgever is verplicht de arbeidskrachten te informeren over de basisarbeidsvoorwaarden uit Cao BGV die op hen van toepassing zijn. - Art. 73 : bepaling over charter (onderaannemers). De basisarbeidsvoorwaarden van de Cao BGV zijn ook van toepassing op buitenlandse charters. Transportonderneming moet bedingen dat buitenlands charterbedrijf de basisarbeidsvoorwaarden uit de Cao BGV moet toepassen. Werkgever is verplicht de desbetreffende werknemers te informeren over de basisarbeidsvoorwaarden die voor hun gelden. Op grond van het Toetsingskader AVV komen de cao-bepalingen over charters en uitzend- en inleenkrachten niet in aanmerking voor een AVV. De reden hiervoor is dat ze niet toezien op de arbeidsvoorwaarden tussen werkgever en werknemer maar op de verhouding met een derde Wet wegvervoer goederen Sinds 1 mei 2009 vervangt de Wet wegvervoer goederen (WWG) de daarvoor geldende Wet goederenvervoer over de weg. Deze wet heeft als doelstelling het voorkomen van onder andere oneerlijke concurrentie en cao-ontduiking. 40 Wil een ondernemer goederen vervoeren met een vrachtwagen voor zichzelf of in het beroepsgoederenvervoer 41 voor derden, dan moet hij rekening houden met wettelijke eisen. Wanneer de transportondernemer goederen wil vervoeren voor derden (beroepsgoederenvervoer) dan moet hij beschikken over een vergunning. Volgens de WWG moet zo n vergunning voldoen aan eisen van vakbekwaamheid, betrouwbaarheid en kredietwaardigheid. De Eurovergunning of binnenlandse vergunning zijn verplicht voor transportondernemers in het beroepsgoederenvervoer. De Eurovergunning is noodzakelijk wanneer een transportonderneming grensoverschrijdend vervoer over de weg voor derden verricht. Een binnenland vergunning is 39 Art. 2 lid 6 WAVV. 40 Greebe & Bosch 2005, p Art. 1.1 Wet wegvervoer goederen. 14

15 vanzelfsprekend voor vervoer in het binnenland. Wanneer de transportonderneming alleen eigen vervoer heeft en daarmee niet voor derden rijdt, zijn deze vergunningen niet verplicht. Uit de WWG blijkt dat de vergunningen kunnen worden ingetrokken wanneer de transportonderneming zich niet aan de eisen van een vergunning houdt. Ook kan de vergunning worden ingetrokken wanneer er sprake is van ernstige en herhaaldelijke overtredingen van de in de lidstaat geldende arbeidsvoorwaarden of rijtijdenwetgeving. Bovendien is de vergunninghouder volgens deze wet verplicht om zijn vervoerwerkzaamheden te verrichten met chauffeurs die bij hem in dienst zijn. Om dit aan te tonen moeten zij beschikken over een verklaring, de zogenaamde eis van dienstbetrekking. Deze verklaring houdt in dat de werknemer bij de transportonderneming in dienst is, de transportonderneming hierdoor werkgever is en deze verantwoordelijk is voor het vervoer. Tot slot ziet deze wet ook op cabotage. Dit is aan de orde wanneer er binnenlands vervoer wordt verricht tussen twee of meer adressen in een andere lidstaat dan waar de ondernemer gevestigd is. In Nederland is dit toegestaan als het maximaal drie ritten per week zijn. Daarna moet de buitenlandse chauffeur weer de grens overgaan. De cabotageregels worden veelvuldig overtreden en zijn sinds 1 juli 2013 aangemerkt als economisch delict en daardoor strafbaar gesteld. Deze beperking geldt niet voor de Benelux-landen. Een voorbeeld: een transporteur uit Luxemburg mag dus onbeperkt cabotageritten maken in Nederland en België. Handhaving van de cabotageregels is overgedragen aan de Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) Deelconclusie In dit hoofdstuk is de vraag beantwoord met welke wet- en regelgeving wij te maken hebben als sprake is van grensoverschrijdend arbeid. De vraag is beantwoord door onderscheid te maken in weten regelgeving op nationaal en Europees niveau. Concluderend, in Europa hebben wij te maken met vrijheid van werknemers en vrijheid van diensten. Dit houdt in dat elke beperking hiervan in beginsel ongeoorloofd is. Volgens rechtspraak kunnen deze vrijheden beperkt worden mits het gerechtvaardigd is en aan een aantal voorwaarden voldoet. Door deze vrijheden is binnen de EU sprake van arbeidsmigratie en deze migratie kent verschillende vormen. De voor deze scriptie belangrijkste vorm van arbeidsmigratie is niet genoemd in de preambule van Verordening (EG) nr.1612/68 (en VO.492/2011). Het gaat om de permanente arbeidsmobiliteit welke in het beroepsgoederenvervoer over de weg regelmatig voor komt. Omdat er sprake is van grensoverschrijdende arbeid zijn de regels van het EVO/Rome I en de Detacheringsrichtlijn van toepassing. De hoofdregel in zowel EVO als ROME I is dat partijen een rechtskeuze kunnen maken voor toepasselijk recht. Echter, de dwingendrechtelijke bepalingen van de desbetreffende lidstaat gaan altijd voor de rechtskeuze. Als het recht waarvoor gekozen is gunstiger blijkt dan de dwingendrechtelijke bepalingen prevaleert het gekozen recht. EVO/ Rome I kent een getrapt systeem als het gaat om het van toepassing verklaren van een rechtstelsel op de arbeidsovereenkomst. Olec en Dobry hebben een keuze gemaakt voor Pools recht. Maar deze keuze mag volgens EVO/ROME I er niet toe leiden dat zij de bescherming verliezen van de dwingendrechtelijke bepalingen die bij overeenkomst niet uitgesloten kunnen worden. Wanneer de rechtskeuze niet is gemaakt gaat het objectief toepasselijk recht voor. Uit de systematiek van EVO/ Rome I blijkt een rangorde. Eerst moet aansluiting gevonden worden bij het gewoonlijk werkland. Dit begrip is in de rechtspraak ruim geïnterpreteerd. Wanneer het gewoonlijk werkland geen oplossing biedt kan het recht van het van land waar de werkgever gevestigd is of het 15

16 recht waar de overeenkomst een nauwere band mee heeft, van toepassing zijn. Als deze systematiek op Olec en Dobry wordt toegepast dan houdt dit in dat wanneer geen rechtskeuze gemaakt zou zijn volgens deze rangorde Nederlands recht van toepassing is. Dit komt dan voort uit het feit dat Nederland het gewoonlijk werkland is. Het zakencentrum waar het Hof van Justitie in zijn arrest Heiko Koelzsch naar verwijst is dan ook Nederland. Wanneer geen aansluiting gevonden kan worden bij het gewoonlijk werkland dient volgens de rangorde gekeken te worden naar de vestiging van de werkgever. Dit is in de fictieve casus Polen. Dus dan zou Pools recht van toepassing zijn. Mocht dit geen uitkomst bieden dan is het van belang om vast te stellen welk recht nauwer met de arbeidsovereenkomst verbonden is. Voor Olec en Dobry zal dit naar alle waarschijnlijkheid Pools recht zijn. Hun gezin is en blijft in Polen, op de overeenkomst is Pools recht van toepassing, de uitbetaling geschiedt volgens Poolse maatstaven, het bedrijf voor wie zij werken is gevestigd in Polen en bovendien zijn Olec en Dobry nog in Polen verzekerd voor de sociale premies. Voor toepassing van de Detacheringsrichtlijn spreekt voor zich dat sprake is van grensoverschrijdende arbeid. Bovendien moet een werknemer tijdelijk werken in een andere EUlidstaat. In het kader van deze richtlijn is het nodig dat drie partijen betrokken zijn: werknemer, werkgever en opdrachtgever. De richtlijn is in Nederland geïmplementeerd en nader uitgewerkt in de WAGA en bevat de dwingendrechtelijke basisarbeidsvoorwaarden. De sector beroepsgoederenvervoer over de weg kent meerdere cao s. De cao met het grootste toepassingsbereik is de Cao BGV. Deze cao wordt met regelmaat algemeen verbindend verklaard. De dwingendrechtelijke basisarbeidsvoorwaarden in deze cao gelden daarom voor alle werkgevers en werknemers in de sector. Ongeacht of het een (on)georganiseerde werknemer/werkgever betreft. Voorwaarde is wel dat ze onder de werkingssfeer van de cao vallen. Voor Olec en Dobry moet duidelijk zijn welk recht van toepassing is. Ingeval dit het Poolse recht is dan zijn alleen de basisarbeidsvoorwaarden uit de algemeen verbindend verklaarde cao van toepassing. Wanneer het Nederlands recht betreft dan zijn alle normatieve bepalingen van deze AVV cao van toepassing. Volgens de WWG heb je als Nederlandse werkgever voor binnen- en buitenlandse transportwerkzaamheden een vergunning nodig. Voor eigen vervoer (niet zijnde in opdracht van een derde) is deze vergunning niet nodig. Aan toekenning van deze vergunning zijn eisen verbonden. Bij niet meer voldoen aan de eisen kan de vergunning worden ingetrokken. Gezien het feit Olec stelt ZZP er te zijn kan geconcludeerd worden dat dit onjuist is. Olec voldoet niet aan de vergunningvereisten. Hij rijdt immers op vergunningen van zijn werkgever. In de WWG zijn de regels over cabotage neergelegd. Overtreding van de cabotageregels komt regelmatig voor. De IL&T is belast met de handhaving van de cabotageregels. Hiermee is nog niet de vraag van Olec en Dobry beantwoord met betrekking tot loon. Indien Pools recht van toepassing is door rechtskeuze of door toepassing van de EVO/Rome I regels dan gelden altijd de dwingendrechtelijke bepalingen van Nederland indien de werkzaamheden in Nederland uitgevoerd worden. Dit houdt voor het looncomponent in dat zij recht hebben op het Nederlandse minimumloon en minimumvakantiebijslag. Dit volgt uit de WML. Bovendien zijn de basisarbeidsvoorwaarden uit de Cao BGV ingeval van een AVV ook van toepassing. Vogelvrijtransport Polen is geen Nederlandse transportonderneming en daarom zijn deze bepalingen alleen van toepassing als de werkzaamheden in Nederland worden verricht. Indien dit wel een Nederlands bedrijf zou zijn dan is het Nederlandse (cao) loon te allen tijde van toepassing. Voor de volledigheid: het cao loon is alleen van toepassing als de toepasselijke cao AVV is of als het een georganiseerde werkgever betreft. 16

17 3. De arbeidsconstructies in het beroepsgoederenvervoer 3.1. Inleiding Verdringing en sociale dumping zijn geen onbekende angsten meer voor de Nederlandse vrachtwagenchauffeur. Zij hebben het gevoel dat ze machteloos naast de zijlijn staan te kijken hoe hun banen worden weg geroofd door werknemers uit de MOE-landen. Werkgevers bedenken de meest creatieve manieren om loonkosten laag te houden door schijnconstructies. Zij huren goedkope krachten in afkomstig uit onder andere de MOE-landen waardoor de chauffeurs bang zijn voor loondumping. 42 Is dit een terechte angst? Want in Nederland is toch altijd de WML van toepassing wanneer de arbeid in Nederland wordt verricht? Dit is juist. De WML is zelfs van toepassing wanneer de arbeid niet in Nederland wordt verricht en het wel een Nederlandse werkgever betreft. De WML moet ook geëerbiedigd worden wanneer het een buitenlandse werkgever betreft met een vaste inrichting of vaste vertegenwoordiging in Nederland. 43 Omdat dit niet altijd gebeurt heeft FNV Bondgenoten in 2005 al onderzoek laten verrichten naar de diverse constructies die in het beroepsgoederenvervoer over de weg gehanteerd worden. 44 Aan de hand van deze constructies die onder andere de WML proberen te ontduiken wil ik de misstanden in het beroepsgoederenvervoer in kaart brengen. Daarnaast komt ook in dit hoofdstuk de fictieve casus aan de orde. De Poolse werknemers in deze casus vragen zich af welke constructie hun werkgever gebruikt heeft om bewust de regels te overtreden. De verschillende constructies uit het onderzoek van FNV Bondgenoten die ik in de navolgende paragrafen behandel zijn: een in Nederland gevestigde transportondernemer met werknemers ergens anders uit de EU in loondienst, paragraaf 3.2; een in Nederland gevestigde transportondernemer met uitzendkrachten uit een andere EUlidstaat, paragraaf 3.3; een in Nederland gevestigde transportondernemer met werknemers op detacheerbasis uit een andere EU-lidstaat, paragraaf 3.4; een Nederlandse transportondernemer richt ook een andere BV op in een EU-lidstaat en opereert op de Nederlandse markt met chauffeurs uit de EU, paragraaf 3.5; een in Nederland gevestigde transportondernemer maakt gebruik van zelfstandige zonder personeel uit EU landen, paragraaf 3.6. Fictieve casus Olec en Dobry zijn inmiddels op de hoogte van het feit dat zij te weinig uitbetaald hebben gekregen. Zij hebben geklaagd bij Vogelvrijtransport in Nederland maar werden doorverwezen naar Vogelvrijtransport in Polen. Dat is immers hun werkgever. Eenmaal in Polen aangekomen wenden de mannen zich tot het kantoor in Polen. Tot hun verbazing zit het kantoor midden in de stad. De vrachtwagen kunnen zij daar niet parkeren. Wanneer zij aanbellen om het pand te betreden blijkt dat niemand aanwezig is. Het telefoonnummer waarmee zij bellen staat doorgeschakeld naar de administratieafdeling van Vogelvrijtransport Nederland. Zij weten inmiddels waar ze recht op hebben maar vragen zich af welke constructie Vogelvrijtransport heeft gehanteerd om de regels te omzeilen. Het antwoord op deze vraag is terug te vinden in de deelconclusie Van der Grinten 2011, p Greebe & Bosch 2005, p

18 3.2. Een in Nederland gevestigde transportondernemer met werknemers ergens anders uit de EU in loondienst In het vorige hoofdstuk is het wettelijke kader geschetst over regelgeving. Daaruit kunnen we opmaken wat toegestaan is. Een Nederlandse transportondernemer die werknemers uit bijvoorbeeld Polen in dienst neemt handelt niet per definitie onrechtmatig. Zolang partijen maar binnen de Europese- en nationale regelgeving blijven en deze toepassen is de constructie toegestaan. Transportbedrijven mogen in beginsel alleen gebruik maken van chauffeurs die bij hen in loondienst zijn. Dit is de zogenoemde eis van dienstbetrekking. De WWG laat een uitzondering toe. Namelijk, het inhuren van uitzendkrachten via erkende uitzendbureaus. 45 Werknemer uit andere EU-lidstaat emigreert naar Nederland Als de werknemer zijn land verlaat en komt wonen in Nederland, daar waar de werkgever ook gevestigd is, is het Nederlands recht van toepassing. Werknemers kunnen lid worden van vakbonden en werkgevers kunnen al lid van een vakbond zijn. In dit geval is dan de toepasselijke cao op de overeenkomst van kracht art. 9 jo. 12 WCAO. Mocht de werknemer ongeorganiseerd zijn en de werkgever georganiseerd dan moet hij deze cao aanbieden aan zijn werknemers volgens art. 14 WCAO. Ingeval een cao AVV is en beide partijen zijn ongeorganiseerd dan is de cao van toepassing op de arbeidsovereenkomst door art. 2 WAVV. Bovendien gelden de bepalingen uit het burgerlijk wetboek en vooral boek 7 titel 10 voor deze overeenkomst. Gezien het feit het om de transportsector gaat moeten de bepalingen uit het WWG ook geëerbiedigd worden Een in Nederland gevestigde transportondernemer met uitzendkrachten uit een EU-lidstaat Sinds de toetreding van de MOE-landen is de arbeidsmigratie toegenomen. 46 Een veel gebruikte manier om deze arbeidsmigratie vorm te geven is de uitzendconstructie. Veel uitzendbureaus die hiervoor worden gebruikt zijn malafide. Deze uitzendbureaus betalen arbeidsmigranten regelmatig onder en houden zich niet aan de geldende wet- en regelgeving. Soms is er zelfs sprake van uitbuiting. 47 Het bestaan van malafide uitzendbureaus is niet nieuw. Het is echter wel een hardnekkig probleem. 48 De betekenis van malafide is in dit kader wanneer een uitzendbureau systematisch en moedwillig de wet overtreedt. 49 In deze paragraaf zet ik uiteen waar een arbeidsmigrant recht op heeft en waar de schoen wringt. Rechten werknemer Op grond van art. 8 lid 1 WAADI heeft een uitzendkracht recht op hetzelfde loon en overige vergoedingen die de inlener aan zijn eigen werknemers betaalt. De uitlener oftewel de werkgever is verplicht dit te betalen. Als de cao BGV of de toepasselijke cao in de uitzendbranche AVV is dan prevaleren deze. De rechtbank in Den Haag oordeelde in 1996 dat wanneer deze twee cao s botsen, de meest gunstigste regeling voor de werknemer zou prevaleren. 50 Bovendien heeft een buitenlandse uitzendkracht volgens het EVO recht op alle kernbepalingen die gelden in het Nederlands arbeidsrecht. Ongeacht het land van vestiging van de uitzendorganisatie of de rechtskeuze. 51 Voorwaarde is dat de werkzaamheden in Nederland plaatsvinden. Is dit niet het geval? Dan is de 45 Art lid 4 en 5 Wet wegvervoer goederen. 46 Kamerstukken II 2011/12, , nr. 4 11, p Kamerstukken II 2011/12, , nr. 4 11, p Kamerstukken II 2011/12, , nr. 419, p Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Aanpak malafide uitzendbureaus en zelfregulering, 12 mei 2014, p Rb. s Gravenhage 31 januari 1996, JAR 1996/ Greebe & Bosch 2005, p

19 WAADI niet van toepassing. Volgens art. 7:692 BW kan de werknemer zowel de werkgever als de inlener hoofdelijk aansprakelijk stellen voor de voldoening van het toepasselijke minimumloon en minimumvakantiebijslag. Dit is de zogenoemde inlenersaansprakelijkheid die sinds 1 januari 2010 van toepassing is en toeziet op de artikelen 7 en 15 van de WML. Volgens Houwerzijl en Peters is dit artikel geen paardenmiddel maar slechts een extra prikkel in de strijd tegen malafide uitzendbureaus. 52 Rechten/plichten uitzendbureau-inlener In de WWG staat dat wanneer uitzendbureaus niet het stempel malafide willen krijgen zij erkend oftewel goedgekeurd moeten zijn door de minister van Verkeer en Waterstaat. Bovendien moet het uitzendbureau beschikken over een NEN4400/1 en of 4400/2 certificaat en moet het ingeschreven staan in het register van de Stichting Normering Arbeid (SNA). Dit is vastgelegd in art. 9 lid 1 Cao BGV. Het NEN-certificaat bestaat sinds 2007 en is een keurmerk. Als een uitzendbureau in het bezit is van een NEN-certificaat dan maakt het duidelijk dat het aan de wettelijke vereisten heeft voldaan. 53 Het tweede lid van dit artikel stelt dat het uitzendbureau de Nederlandse basisarbeidsvoorwaarden verschuldigd is aan de uitzendkracht. Sinds 1 juli 2012 geldt een registratieplicht voor uitzendbureaus bij de Kamer van Koophandel (KvK). Uit deze registratie moet blijken dat de intermediair arbeidskrachten ter beschikking stelt. 54 Voldoet een uitzendbureau aan alle vereisten voor het keurmerk dan mag hij zich een gecertificeerd uitzendbureau noemen. Een inlener is verplicht om met een gecertificeerd uitzendbureau in zee te gaan die juist geregistreerd is. Doet de inlener dit niet dan riskeert hij een boete. 55 Volgens art. 9 lid 3 Cao BGV is de inlener verplicht in de overeenkomst met het uitzendbureau te bedingen dat zij aan uitzendkrachten de basisarbeidsvoorwaarden toekennen, die werknemers in gelijke functies in dienst van de werkgever ook ontvangen. Gaat een inlener niet in zee met een gecertificeerde uitzendonderneming dan is de inlener ook hoofdelijk aansprakelijk voor de toekenning van het minimumloon en de toepasselijke minimumvakantiebijslag. 56 Een inlener mag geen vervoerswerkzaamheden laten verrichten door werknemers die niet bij hem in dienst zijn. Dit is de eis van dienstbetrekking. Een uitzondering is van toepassing op uitzendkrachten van erkende uitzendbureaus 57. De werknemer krijgt van het uitzendbureau (zijn werkgever) een Verklaring ter Beschikkingstelling. 58 Het lijkt een veilige methode maar helaas lekt het aan alle kanten. Er bestaat bijvoorbeeld een Cyprus-route die louter het doel heeft de regels te omzeilen. Een uitzendbureau, AMFB, gevestigd in Cyprus adverteert met het volgende: Dreigt u ook om te vallen door te hoge loonkosten? Ze beloven op hun website serieuze lastenverlichting met loonkosten die richting de Oost Europese chauffeurs gaan. Bovendien stellen zij dat deze constructie is toegestaan. Wat is de populaire Cyprusroute eigenlijk? Een werkgever brengt zijn werknemers onder bij dit uitzendbureau in Cyprus terwijl ze voor de Nederlandse firma blijven werken. De werknemers merken in eerste instantie niets van deze constructie omdat zij volgens de toepasselijke cao beloond worden. Wanneer je de arbeidsovereenkomst tegen het licht houdt kom je erachter dat de constructie niet deugt. Een voorbeeld: een werknemer wordt ziek en valt normaal gesproken terug op het Nederlandse vangnetstelsel. Maar in deze constructie is dit niet het geval omdat zij niet in dienst zijn van een 52 Houwerzijl & Peters 2010, p %20De%20rol%20van%20de%20werkgever_tcm pdf 54 Kamerstukken II 2011/12, , nr. 419, p Kamerstukken II 2011/12, , nr. 419, p Art. 7:692 lid 1 en 2 BW. 57 Kamerstukken II 2013/14, , nr. 447, p

20 Nederlandse onderneming. De Nederlandse onderneming maakt zich schuldig aan premie-ontduiking en daarom heeft de Sociale verzekeringsbank (SVB) hier een einde aan gemaakt. AMFB heeft in een brief 59 aan FNV Bondgenoten laten weten dat zij geen Nederlandse werknemers meer in dienst nemen maar de constructie voortzetten met Roemeense, Bulgaarse, Poolse en Tsjechische werknemers. Bovendien gaan zij tegen de beslissing van het SVB in beroep. Minister Asscher laat in een reactie op deze brief 60 aan FNV Bondgenoten weten dat deze nieuwe constructie ook illegaal lijkt maar nader bekeken dient te worden. Op dit moment is hierover namelijk te weinig informatie beschikbaar en het is onduidelijk hoe deze constructie verder ingekleed wordt. 61 Maar stel dat dit Cypriotisch uitzendbureau hiermee verder gaat. Dan hebben de Oost-Europese chauffeurs die werkzaam zijn via dit bureau voor Nederlandse georganiseerde transportbedrijven recht op de basisarbeidsvoorwaarden uit de Cao BGV. Dit blijkt uit de artikelen 9 en 9a van deze cao. Ook als het om een ongeorganiseerde werkgever gaat ten tijde van een algemeen verbindend verklaarde cao dan zijn deze artikelen van toepassing. Dit blijkt uit art. 2 lid 6 WAVV. Mocht geen sprake zijn van een AVV of een georganiseerde werkgever dan dient deze werkgever ten minste de bijzonder dwingende regels toe te passen op werknemers die werkzaamheden op hun grondgebied verrichten. Dit blijkt uit artikel 9 Rome 1. In de uitzendconstructie gaat het vooral mis omdat het inlenen niet via erkende uitzendbureaus gebeurt waardoor zij de regels gemakkelijk kunnen omzeilen Een in Nederland gevestigde transportondernemer met werknemers op detacheerbasis uit een andere EU-lidstaat Bij deze constructie gaat het om tijdelijke inzet van chauffeurs in dienst van een transportonderneming uit een EU-lidstaat. De klassieke methode van detachering is dat een werknemer in dienst blijft van zijn werkgever en voor een bepaalde periode uitgeleend wordt aan een ander bedrijf. 62 Volgens de WWG heeft de transportondernemer die het werk uit laat voeren de plicht dit te laten doen door werknemers die bij hem in dienst zijn, De eis van dienstbetrekking. Als het gaat om collegiale inleen 63 staat de wet een uitzondering hierop toe als het gaat om incidentele basis. Art. 9a cao BGV schrijft voor dat een in het buitenland gevestigd bedrijf de ter beschikking gestelde werknemers volgens de Detacheringsrichtlijn de basisarbeidsvoorwaarden moet toekennen. Het gaat om dezelfde arbeidsvoorwaarden die een werknemer in dienst van deze werkgever krijgt in een gelijkwaardige functie. Wanneer de cao niet AVV is dan zijn de wettelijke minimumbepalingen van toepassing. Ook moet de werkgever de arbeidskrachten informeren over de basisarbeidsvoorwaarden die op hen van toepassing zijn. Wanneer wordt deze constructie illegaal? Dit gebeurt als werkgevers kiezen de wet- en regelgeving hierover te omzeilen. Dit komt op grote schaal voor door werknemers uit MOE-landen te detacheren en deze tegen bijvoorbeeld lager loon te werk te stellen. De werknemers uit de MOE-landen zullen hier niet over klagen omdat zij nog altijd meer verdienen in Nederland dan in hun land van herkomst. Maar dit is feitelijk onjuist. De chauffeurs rijden op Nederlandse vrachtwagens, aansturing vindt plaats vanuit Nederland en de chauffeur voert werkzaamheden uit voor de Nederlands transportonderneming. Een andere vorm onder deze constructie is als volgt: een Nederlandse transportonderneming richt in bijvoorbeeld een MOE-land een onderneming op en neemt veel werknemers in dienst. Maar heeft in dat land minder vrachtauto s 59 Zie bijlage 1, bijlage bij brief FNV Bondgenoten, 15 januari Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Brief aan FNV Bondgenoten Antwoordbrief FNV Cyprusroute, 10 februari Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Brief aan FNV Bondgenoten Antwoordbrief FNV Cyprusroute, 10 februari 2014, p Manshanden, 2012, p Dit houdt in: het tijdelijk gebruik maken van een chauffeur van een andere transportonderneming. 20

Plan van aanpak. Verdringing van Henk? 10-12-13. Code Oranje voor vrij werkverkeer binnen EU-transportsector?

Plan van aanpak. Verdringing van Henk? 10-12-13. Code Oranje voor vrij werkverkeer binnen EU-transportsector? Code Oranje voor vrij werkverkeer binnen EU-transportsector? Context sinds 2004: hoge en lage lonen lidstaten 271 2008 GDP per inhabitant Index where the average of the 27 EU-countries is 100 137 135 123

Nadere informatie

Werknemersmobiliteit in de EU:

Werknemersmobiliteit in de EU: Mijke Houwerzijl 23 september 2010 Werknemersmobiliteit in de EU: via vrij verkeer van werknemers en/of diensten? Vrij verkeer EU-burgers in the spotlights Parijs 9 sept 2010: Betoging tegen uitzetting

Nadere informatie

CAO-commissie MKB-Nederland 14 juni 2011

CAO-commissie MKB-Nederland 14 juni 2011 Internationaal werkgeverschap CAO-commissie MKB-Nederland 14 juni 2011 Mr. R.A.M. Blaakman/AWVN Senior adviseur internationaal Juridische Zaken 14-6-2011 #479440 1 Hebben jullie in de sector te maken met

Nadere informatie

Wet Aanpak Schijnconstructies: antwoord sociale dumping in het wegvervoer? Journée Schadee mr P. Ruyter. 13 april 2017

Wet Aanpak Schijnconstructies: antwoord sociale dumping in het wegvervoer? Journée Schadee mr P. Ruyter. 13 april 2017 Wet Aanpak Schijnconstructies: antwoord sociale dumping in het wegvervoer? Journée Schadee 2017 mr P. Ruyter 13 april 2017 Wet Aanpak Schijnconstructie (WAS) 1 juli 2015 Doel van de wet : Werknemers beter

Nadere informatie

Nederlandse arbeidsvoorwaarden toepassen in internationale situaties?

Nederlandse arbeidsvoorwaarden toepassen in internationale situaties? Nederlandse arbeidsvoorwaarden toepassen in internationale situaties? Auteur: Ruud Blaakman (AWVN) De kantonrechter in Roermond heeft op 10 augustus 2011 uitspraak gedaan over toepassing van de cao Beroepsgoederenvervoer

Nadere informatie

Intra-EU werkverkeer en het arbeidsrecht. Prof. mr. Mijke Houwerzijl 16 februari 2015

Intra-EU werkverkeer en het arbeidsrecht. Prof. mr. Mijke Houwerzijl 16 februari 2015 Intra-EU werkverkeer en het arbeidsrecht Prof. mr. Mijke Houwerzijl 16 februari 2015 AGENDA setting the scene wettelijk kader intra-eu - migrerende werknemers - gedetacheerde werknemers toepasselijk recht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 524 Uitvoering van de Richtlijn 96/71/EG van het Europees parlement en van de Raad van de Europese Unie van 16 december 1996 betreffende de

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

In- of uitlenen van arbeidskrachten

In- of uitlenen van arbeidskrachten In- of uitlenen van arbeidskrachten Stelt u arbeidskrachten ter beschikking oftewel; leent u personeel uit tegen betaling? Dan moet u dat sinds 1 juli 2012 vermelden in het Handelsregister. Dit is het

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord / 9. Inleiding / 11

Inhoudsopgave. Voorwoord / 9. Inleiding / 11 Inhoudsopgave Voorwoord / 9 Inleiding / 11 1 Het toepasselijke recht op de internationale arbeidsovereenkomst / 13 1.1 Inleiding / 13 1.2 Rome I-Verordening en het EVO-Verdrag / 13 1.3 Arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

De detacheringsrichtlijn en de wet arbeidsvoorwaarden grensoverschrijdende arbeid (waga)

De detacheringsrichtlijn en de wet arbeidsvoorwaarden grensoverschrijdende arbeid (waga) De detacheringsrichtlijn en de wet arbeidsvoorwaarden grensoverschrijdende arbeid (waga) 1 Inleiding Elke werkgever die een werknemer in het buitenland tewerkstelt, moet zich afvragen wat voor juridische

Nadere informatie

Fact sheet avv-loze periode ABU-cao

Fact sheet avv-loze periode ABU-cao Fact sheet avv-loze periode ABU-cao INLEIDING De CAO voor Uitzendkrachten (hierna nader te noemen de ABU-CAO ) is op dit moment niet algemeen verbindend verklaard. Dit wordt ook wel de avv-loze periode

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau?

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Vanaf 1 april 2012 is er sprake van een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

Wet Aanpak Schijnconstructies

Wet Aanpak Schijnconstructies COTAD Wet Aanpak Schijnconstructies Monica Wirtz AWVN 4-6-2015 WAS Wet Aanpak Schijnconstructies Aanleiding Schijnconstructie? Hoofdlijnen Verbetering toepassing en naleving cao Uitbreiding ketenaansprakelijkheid

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid De Wit (SP) over concurrentie tussen Poolse en Nederlandse chauffeurs in de vervoerssector.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid De Wit (SP) over concurrentie tussen Poolse en Nederlandse chauffeurs in de vervoerssector. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon

Nadere informatie

CBRB en IVR organiseert

CBRB en IVR organiseert WWW.PELLICAAN.NL CBRB en IVR organiseert DUITSE WET OP HET MINIMUMLOON EN DE ARBEIDSRECHTELIJKE GEVOLGEN VOOR NIET-DUITSE WERKGEVERS UIT DE BINNENVAART 29 JANUARI 2015 Achtergrond van de minimumloondiscussie

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau?

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Vanaf 1 april 2012 is er sprake van een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de CAO voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

ABU leden Een uitzendbureau dat lid is van de ABU ondervindt per 5 november 2017 geen veranderingen als

ABU leden Een uitzendbureau dat lid is van de ABU ondervindt per 5 november 2017 geen veranderingen als Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Vanaf 5 november 2017 is er sprake van een onderbreking van de algemeen verbindendverklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht?

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Vanaf 1 april 2012 is er sprake van een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de CAO voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau?

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten kan grote gevolgen hebben voor uitzendbureaus die niet

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor jou als uitzendkracht? Is jouw uitzendbureau lid van brancheorganisatie ABU of de NBBU?

Wat betekent de AVV loze periode voor jou als uitzendkracht? Is jouw uitzendbureau lid van brancheorganisatie ABU of de NBBU? Wat betekent de AVV loze periode voor jou als uitzendkracht? Einde van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten kan grote gevolgen hebben voor uitzendkrachten die werken

Nadere informatie

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT Europees Parlement 2014-2019 Commissie juridische zaken 19.5.2016 GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT Betreft: Gemotiveerd advies van de Poolse Sejm inzake het voorstel

Nadere informatie

Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de EU

Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de EU Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de EU Op 18 juni 2016 is de Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie (WagwEU) ingegaan. Kort gezegd houdt deze wet in dat een

Nadere informatie

De arbeidsrechtelijke positie van buitenlandse chauffeurs

De arbeidsrechtelijke positie van buitenlandse chauffeurs De arbeidsrechtelijke positie van buitenlandse chauffeurs Welke inlvoed hebben de (schijn)contructies op de arbeidsrechtelijke positie van buitenlandse chauffeurs in Nederland en hoe kan de positie van

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht?

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten kan grote gevolgen hebben voor uitzendkrachten

Nadere informatie

Casus 3 Het zal je werk maar zijn

Casus 3 Het zal je werk maar zijn Casus 3 Het zal je werk maar zijn Het CAO-recht is lastig. Veel partijen zijn namelijk bij een CAO betrokken: vakbonden, werkgevers(organisaties), werknemers die lid zijn van een vakbond die aan de CAO

Nadere informatie

Branchemodel voorovereenkomst beroepsgoederenvervoer

Branchemodel voorovereenkomst beroepsgoederenvervoer Branchemodel voorovereenkomst beroepsgoederenvervoer de ondergetekenden: de eenmanszaak / VOF / maatschap / coöperatie / vereniging / stichting / de besloten vennootschap , gevestigd

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Flexibel personeel evenement & veiligheid. Van 2.0 naar 3.0 Risico s beperken

Flexibel personeel evenement & veiligheid. Van 2.0 naar 3.0 Risico s beperken Flexibel personeel evenement & veiligheid Van 2.0 naar 3.0 Risico s beperken Soorten Flexibel personeel Eigen medewerkers met een tijdelijk contract Vaste uren Variabele uren Oproepcontract MET en ZONDER

Nadere informatie

Convenant Naleving cao en arbeidswet- en regelgeving op bouwprojecten van de gemeente Rotterdam

Convenant Naleving cao en arbeidswet- en regelgeving op bouwprojecten van de gemeente Rotterdam Convenant Naleving cao en arbeidswet- en regelgeving op bouwprojecten van de gemeente Rotterdam 24 februari 2014 De ondergetekenden: 1. De gemeente Rotterdam, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de Wethouder

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 108 Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten ter verbetering van

Nadere informatie

De Detacheringsrichtlijn

De Detacheringsrichtlijn M.S. Houwerzijl De Detacheringsrichtlijn Over de achtergrond, inhoud en implementatie van Richtlijn 96/7l/EG KLUWER Deventer - 2005 Voorwoord Lijst van afkortingen V XIII 1 Introductie 1 1.1 Inleiding

Nadere informatie

Artikel I. Wijziging van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs

Artikel I. Wijziging van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs Voorstel van wet [[ ]] tot Wijziging van de Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2018/957 van het Europees Parlement en

Nadere informatie

Detachering binnen de EU: het toepasselijk arbeids- en socialezekerheidsrecht

Detachering binnen de EU: het toepasselijk arbeids- en socialezekerheidsrecht Detachering binnen de EU: het toepasselijk arbeids- en socialezekerheidsrecht Prof. dr. Herwig VERSCHUEREN Universiteit Antwerpen Vrije Universiteit Brussel Vleva, 16 oktober 2014 Overzicht Toepasselijk

Nadere informatie

Wet aanpak schijnconstructies. Een nadere toelichting op de ketenaansprakelijkheid. mr. R.A. Scherpenisse

Wet aanpak schijnconstructies. Een nadere toelichting op de ketenaansprakelijkheid. mr. R.A. Scherpenisse Wet aanpak schijnconstructies Een nadere toelichting op de ketenaansprakelijkheid mr. R.A. Scherpenisse 1 Eén van de maatregelen tegen schijnconstructies is: ketenaansprakelijkheid Sinds 1 juli 2015: Civielrechtelijke

Nadere informatie

Bijlage: Transponeringstabel. Omschrijving beleidsruimte

Bijlage: Transponeringstabel. Omschrijving beleidsruimte Bijlage: Transponeringstabel Artikel Richtlijn 14/67/EU Bepaling in implementatieregeling of in bestaande regelgeving en toelichting indien niet geïmplementeerd of uit zijn aard geen implementatie behoeft

Nadere informatie

Jaap van Slooten. Welke bescherming heeft een ZZP er eigenlijk wèl? 9 juni 2017

Jaap van Slooten. Welke bescherming heeft een ZZP er eigenlijk wèl? 9 juni 2017 Jaap van Slooten Welke bescherming heeft een ZZP er eigenlijk wèl? 9 juni 2017 Welke bescherming heeft een ZZP er eigenlijk wèl? Inleiding Arbeidsrechtelijke bescherming Algemeen vermogensrechtelijke bescherming

Nadere informatie

Workshop Wet Aanpak Schijnconstructies. Jaap van de Burgt

Workshop Wet Aanpak Schijnconstructies. Jaap van de Burgt Workshop Wet Aanpak Schijnconstructies Jaap van de Burgt Even voorstellen! Wie zijn we? Wat willen we weten? Agenda WAS: Algemene uitleg WML, AMvB en SNF Ketenaansprakelijkheid loon WAS: Wat heeft het

Nadere informatie

Jurisprudentie arbeidsrecht: intra- EU werkverkeer. Prof. mr. Mijke Houwerzijl 16 februari 2015

Jurisprudentie arbeidsrecht: intra- EU werkverkeer. Prof. mr. Mijke Houwerzijl 16 februari 2015 Jurisprudentie arbeidsrecht: intra- EU werkverkeer Prof. mr. Mijke Houwerzijl 16 februari 2015 AGENDA Hof Amsterdam, 6 mei 2014, ECLI:NL:GHAMS: 2014:1635 toestemming vereist voor opzegging internationale

Nadere informatie

De inzet van Europese werknemers: waar moet u als werkgever rekening mee houden? Mr. J.J.M. van den Hof

De inzet van Europese werknemers: waar moet u als werkgever rekening mee houden? Mr. J.J.M. van den Hof De inzet van Europese werknemers: waar moet u als werkgever rekening mee houden? Mr. J.J.M. van den Hof 2 VOORWOORD Grensoverschrijdende detachering Detachering van buitenlandse werknemers naar Nederland

Nadere informatie

Advocaten en notarissen

Advocaten en notarissen Advocaten en notarissen De Wet aanpak schijnconstructies NVRD 18 februari 2016 Onderwerpen presentatie 1. Aanleiding voor en inhoud van de WAS 2. Aansprakelijkheid voor loon door opdrachtgevers keten 3.

Nadere informatie

Wat is de rechtspositie van de Europese arbeidsmigrant in ons rechtssysteem en wat is het niveau van bescherming?

Wat is de rechtspositie van de Europese arbeidsmigrant in ons rechtssysteem en wat is het niveau van bescherming? Arbeidsmigratie en uitbuiting in de Europese Unie Wat is de rechtspositie van de Europese arbeidsmigrant in ons rechtssysteem en wat is het niveau van bescherming? Michelle van den Beemt 11281634 Mastertrack:

Nadere informatie

Schaken met de WWZ. Wet Aanpak Schijnconstructies en andere wetenswaardigheden in de WWZ. 2 juni 2015 mr. Mareine Callemijn

Schaken met de WWZ. Wet Aanpak Schijnconstructies en andere wetenswaardigheden in de WWZ. 2 juni 2015 mr. Mareine Callemijn Schaken met de WWZ Wet Aanpak Schijnconstructies en andere wetenswaardigheden in de WWZ 2 juni 2015 mr. Mareine Callemijn 1 Volkskrant 23 maart 2015 2 Schijnconstructies Constructies, al dan niet grensoverschrijdend,

Nadere informatie

1. In het eerste lid wordt of van aanneming van werk vervangen door: of een overeenkomst van aanneming van werk.

1. In het eerste lid wordt of van aanneming van werk vervangen door: of een overeenkomst van aanneming van werk. Voorstel van wet tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de uitbreiding van de aansprakelijkheid voor de voldoening van het verschuldigde loon aan de werknemer die arbeid verricht

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 26 februari 2016

No.W /III 's-gravenhage, 26 februari 2016 ... No.W12.16.0011/III 's-gravenhage, 26 februari 2016 Bij Kabinetsmissive van 22 januari 2016, no.2016000100, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mede

Nadere informatie

Bijlage: Transponeringstabel. Omschrijving beleidsruimte

Bijlage: Transponeringstabel. Omschrijving beleidsruimte Bijlage: Transponeringstabel Artikel Richtlijn 14/67/EU Bepaling in implementatieregeling of in bestaande regelgeving en toelichting indien niet geïmplementeerd of uit zijn aard geen implementatie behoeft

Nadere informatie

Publicatieblad Nr. L 018 van 21/01/1997 blz

Publicatieblad Nr. L 018 van 21/01/1997 blz Richtlijn 96/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten Publicatieblad Nr. L 018 van

Nadere informatie

Personeel inlenen. Zorg dat u de zaken goed geregeld heeft! whitepaper

Personeel inlenen. Zorg dat u de zaken goed geregeld heeft! whitepaper 23.03.16 Personeel inlenen Zorg dat u de zaken goed geregeld heeft! whitepaper In dit whitepaper: Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 461 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de uitbreiding van de aansprakelijkheid voor de voldoening van het verschuldigde

Nadere informatie

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Wijziging van titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het Burgerlijk Wetboek in verband met de totstandbrenging van een inlenersaansprakelijkheid met betrekking tot de voldoening van het toepasselijke minimumloon

Nadere informatie

Belangrijke informatie voor werkgevers die personeel inhuren of uitlenen

Belangrijke informatie voor werkgevers die personeel inhuren of uitlenen Belangrijke informatie voor werkgevers die personeel inhuren of uitlenen Inleiding Sinds 1 juli 2012 is de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (hierna Waadi) gewijzigd. Deze wetswijziging

Nadere informatie

Wet DBA en grensoverschrijdende arbeid

Wet DBA en grensoverschrijdende arbeid Wet DBA en grensoverschrijdende arbeid Sprekers Peter Hoogstraten - Van VAR naar Wet DBA Landelijk vaktechnisch coördinator loonheffingen Anela Kovacevic - Internationale afspraken/ Voorlichter Team GWO

Nadere informatie

Actualiteitenseminar Loonheffingen & Arbeidsrecht 2011

Actualiteitenseminar Loonheffingen & Arbeidsrecht 2011 Actualiteitenseminar Loonheffingen & Arbeidsrecht 2011 Actualiteiten Arbeidsrecht Inhoudsopgave Loonsanctie UWV bij onvoldoende re-integratie Wetsvoorstel aanpassing vakantiewetgeving Aanscherping Wet

Nadere informatie

Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU

Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU Achtergrond Vanaf het najaar 2005 vindt door de SNCU in de uitzendbranche controle plaats op de naleving van de CAO voor Uitzendkrachten en sinds 2009

Nadere informatie

(Besluiten waarvan de publikatie voorwaarde is voor de toepassing)

(Besluiten waarvan de publikatie voorwaarde is voor de toepassing) 21. 1. 97 NL [ Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 18/ 1 I (Besluiten waarvan de publikatie voorwaarde is voor de toepassing) RICHTLIJN 96/71/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van

Nadere informatie

Algemene beschouwing

Algemene beschouwing Algemene beschouwing Arbeidsmigratiebeleid begint bij Nederlands arbeidsmarktbeleid Voor de Nederlandse economie en dus voor bedrijven en werknemers is het van belang om de juiste mensen op de juiste arbeidsplek

Nadere informatie

Wet aanpak schijnconstructies Papieren tijger of oplossing onderbetaling?

Wet aanpak schijnconstructies Papieren tijger of oplossing onderbetaling? Wet aanpak schijnconstructies Papieren tijger of oplossing onderbetaling? 24 september 2015 Seminar Nétive drs. M.C. (Marco) Dijkshoorn Adviesgroep Loon- & Premieheffing Achtergrond WAS Arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

1. Inleiding 2513AA22XA

1. Inleiding 2513AA22XA > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Detachering en de territoriale toepassing van het nationale arbeidsrecht

Detachering en de territoriale toepassing van het nationale arbeidsrecht Detachering en de territoriale toepassing van het nationale arbeidsrecht Prof. dr. Herwig VERSCHUEREN Overzicht Historisch en juridisch kader Detachering: op verschillende snijpunten Welke uitdagingen?

Nadere informatie

1. De arbeidsovereenkomst 1.1. Inleiding De arbeidsovereenkomst is de overeenkomst teneinde de positie van de werknemer te beschermen.

1. De arbeidsovereenkomst 1.1. Inleiding De arbeidsovereenkomst is de overeenkomst teneinde de positie van de werknemer te beschermen. Arbeidsrecht in de praktijk Hoofdstuk 1: de arbeidsovereenkomst In dit hoofdstuk wordt de arbeidsovereenkomst besproken, en de verschillen met soortgelijke overeenkomsten, zoals de aanneming van werk en

Nadere informatie

a arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer b overeenkomsten van opdracht c aannemingen van werk d overeenkomsten van bemiddeling

a arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer b overeenkomsten van opdracht c aannemingen van werk d overeenkomsten van bemiddeling Arbeidsrecht en Cao toepassing Correctiemodel Vraag 1 Toetsterm A.1 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 2 Wat kan worden verstaan onder collectieve arbeidsovereenkomst vanuit de wet op de collectieve

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/07/2017

Datum van inontvangstneming : 07/07/2017 Datum van inontvangstneming : 07/07/2017 Vertaling C-322/17-1 Zaak C-322/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 mei 2017 Verwijzende rechter: High Court (Ierland) Datum van de

Nadere informatie

Wet Aanpak Schijnconstructies. Dik van Leeuwerden Portfolio Product Owner Wet- & Regelgeving ADP Nederland B.V.

Wet Aanpak Schijnconstructies. Dik van Leeuwerden Portfolio Product Owner Wet- & Regelgeving ADP Nederland B.V. Wet Aanpak Schijnconstructies Dik van Leeuwerden Portfolio Product Owner Wet- & Regelgeving ADP Nederland B.V. Waarschuwing Aan Salarisadministratie WAS Doelstelling en realisatie Voorkomen van oneerlijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 17 050 Misbruik en oneigenlijk gebruik op het gebied van belastingen, sociale zekerheid en subsidies Nr. 529 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE

Nadere informatie

Casus 4 Een dagje ouder

Casus 4 Een dagje ouder Casus 4 Een dagje ouder CAO s zijn overeenkomsten en hebben daardoor een bepaalde looptijd. Houdt hun werking op als de tijd verstreken is en CAOpartijen (nog) geen nieuwe CAO hebben kunnen afsluiten?

Nadere informatie

Deze examenopgaven bestaan uit 7 pagina s, inclusief het voorblad.

Deze examenopgaven bestaan uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Arbeidsrecht en Cao toepassing Examenopgaven voorbeeldexamen Belangrijke informatie Deze examenopgaven bestaan uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit de volgende documenten: examenopgaven

Nadere informatie

2. WAS - Civiele ketenaansprakelijkheid (loonbetaling)

2. WAS - Civiele ketenaansprakelijkheid (loonbetaling) 2. WAS - Civiele ketenaansprakelijkheid (loonbetaling) Niet-verwijtbaarheid Niet limitatief: inspanningsverplichting Maatregelen vooraf: certificaat of keurmerk contractuele voorwaarden uitvoeringsbepalingen

Nadere informatie

Foederer. Advieswijzer Personeel inlenen in 2016

Foederer. Advieswijzer Personeel inlenen in 2016 Advieswijzer Personeel inlenen in 2016 Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw als u de zaken niet goed geregeld

Nadere informatie

I. van Marrewijk en R.X. Lenstra Hoboken Advocaten

I. van Marrewijk en R.X. Lenstra Hoboken Advocaten 196 verstrekt aan een (potentieel) nieuwe werkgever. Het uit eigen beweging verstrekken van (negatieve) informatie is, net zoals uit de onderhavige uitspraak blijkt, in beginsel niet verstandig. Kortom,

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 17 050 Misbruik en oneigenlijk gebruik op het gebied van belastingen, sociale zekerheid en subsidies 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 575 BRIEF VAN

Nadere informatie

Datum 16 maart 2017 Betreft Kamervragen van het lid Klein over het artikel 'Niet iedereen blij met baan plus bijstand'

Datum 16 maart 2017 Betreft Kamervragen van het lid Klein over het artikel 'Niet iedereen blij met baan plus bijstand' > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Datum 10 december 2018 Betreft Kamervragen van de leden Van Weyenberg (D66) en Pieter Heerma (CDA)

Datum 10 december 2018 Betreft Kamervragen van de leden Van Weyenberg (D66) en Pieter Heerma (CDA) > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis en het tussenvonnis van 26 januari 2011.

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis en het tussenvonnis van 26 januari 2011. LJ N: CA1457, Gerechtshof 's-hertogenbosch, HD 200.097.530 Datum uitspraak: 28-05-2013 Datum publicatie: Rechtsgebied: 30-05-2013 Civiel overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Toepasselijkheid

Nadere informatie

[ Vakman ] Weet je dat? CNV Hout en Bouw

[ Vakman ] Weet je dat? CNV Hout en Bouw [ Vakman ] Weet je dat? CNV Hout en Bouw Sta sterk! [ Werk In Nederland ] Er zijn verschillende manieren waarop je in Nederland kan werken. Je kunt tijdelijk in Nederland werken voor een Poolse werkgever.

Nadere informatie

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (Tekst geldend op: 26-08-2014) Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

De wet aanpak schijnconstructies: ketenaansprakelijkheid. Law Alert Praktijkgroep Arbeidsrecht

De wet aanpak schijnconstructies: ketenaansprakelijkheid. Law Alert Praktijkgroep Arbeidsrecht De wet aanpak schijnconstructies: ketenaansprakelijkheid Law Alert Praktijkgroep Arbeidsrecht Juli 2015 Inleiding Door de economische crisis en de toename van arbeidskrachten uit andere landen van de EU,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 734 EU-voorstellen: EU-mobiliteitspakket Nr. 16 VERSLAG VAN EEN POLITIEKE DIALOOG Vastgesteld 14 november 2017 De vaste commissie voor Infrastructuur

Nadere informatie

Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS)

Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS) 1 Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS) Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS) Opdrachtgever aansprakelijk voor betaling werknemers van opdrachtnemer! Op 2 juni 2015 hebben alle partijen in de Eerste Kamer

Nadere informatie

VOORBEELD MODELOVEREENKOMST ALGEMEEN BEMIDDELING Beoordeling Belastingdienst nr. 9051625886 21 03 2016

VOORBEELD MODELOVEREENKOMST ALGEMEEN BEMIDDELING Beoordeling Belastingdienst nr. 9051625886 21 03 2016 De Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU) heeft aan de Belastingdienst een model bemiddelingsovereenkomst voorgelegd, met het verzoek te beoordelen of er voor de bij deze overeenkomst

Nadere informatie

CAO voorlichting en handhaving in de uitzendbranche

CAO voorlichting en handhaving in de uitzendbranche CAO-vragen? Neem contact op met de SNCU! SNCU Postbus 9438 3007 AK Rotterdam Telefoon algemeen: 0180-642-530 Fax: 0180-642-539 E-mail: info@sncu.nl Helpdesk: 0800-7008 (gratis) www.sncu.nl www.meldenhelpt.nl

Nadere informatie

markt (Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie)

markt (Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie) Voorstel van wet Regeling van de arbeidsvoorwaarden van gedetacheerde werknemers in verband met de implementatie van Richtlijn 2014/67/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake de

Nadere informatie

A. Arbeidsovereenkomst

A. Arbeidsovereenkomst Toetstermen STIBEX Praktijkdiploma Loonadministratie ---- Arbeidsrecht K= kennisvraag, de kandidaat moet één of meerdere begrippen beschrijven, noemen of herkennen, en/of kenmerken, voorbeelden, verschillen

Nadere informatie

2 Arbeidsmigratie, definities en juridische aspecten

2 Arbeidsmigratie, definities en juridische aspecten ARBEIDSMIGRATIE, DEFINITIES EN JURIDISCHE ASPECTEN 2 Arbeidsmigratie, definities en juridische aspecten 2.1 Inleiding Arbeidsmigratie staat sterk in de belangstelling, zowel van het publiek als van de

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 23 juni 2011

No.W /III 's-gravenhage, 23 juni 2011 ... No.W12.11.0130/III 's-gravenhage, 23 juni 2011 Bij Kabinetsmissive van 21 april 2011, no.11.000992, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mede namens

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Fraude en illegaliteit in de uitzendbranche

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Fraude en illegaliteit in de uitzendbranche De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Toetreding tot de arbeidsmarkt bij detachering naar een andere EU-lidstaat

Toetreding tot de arbeidsmarkt bij detachering naar een andere EU-lidstaat Toetreding tot de arbeidsmarkt bij detachering naar een andere EU-lidstaat E.J.H.M. Wehrens Universiteit van Amsterdam Juni 2015 Scriptie Master Arbeidsrecht Begeleid door mw. mr. dr. E.J.A. Franssen Inhoudsopgave

Nadere informatie

2513 AA1. De Voorziter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513 AA1. De Voorziter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorziter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513 AA1 Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333 44

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Algemene voorwaarden detachering

Algemene voorwaarden detachering Algemene voorwaarden detachering HOOFDSTUK 1: INLEIDENDE BEPALINGEN Artikel 1. Werkingssfeer algemene voorwaarden 1. De onderhavige algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle detacheringsovereenkomsten

Nadere informatie

Advieswijzer Personeel inlenen in 2018

Advieswijzer Personeel inlenen in 2018 Advieswijzer Personeel inlenen in 2018 Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw als u de zaken niet goed geregeld

Nadere informatie

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer aan de volgende drie voorwaarden is voldaan:

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer aan de volgende drie voorwaarden is voldaan: Arbeidsovereenkomst Na het arbeidsvoorwaardengesprek stelt een werkgever meestal een arbeidsovereenkomst op. Klakkeloos ondertekenen is niet verstandig. Wat houdt een arbeidsovereenkomst in en wat hoort

Nadere informatie

BIJLAGE brief vertrek werknemersorganisaties uit de Stichting SNA

BIJLAGE brief vertrek werknemersorganisaties uit de Stichting SNA BIJLAGE brief vertrek werknemersorganisaties uit de Stichting SNA 1. Zelfregulering: waar staan we nu? Uitzendarbeid Uitzendarbeid levert een belangrijke bijdrage aan de flexibiliteit op de arbeidsmarkt.

Nadere informatie

Toepasselijkheid leverings-, dienstverlenings en betalingsvoorwaarden WML

Toepasselijkheid leverings-, dienstverlenings en betalingsvoorwaarden WML VOORWAARDEN TER ZAKE DE DETACHERING VAN WERKNEMERS VAN DE DIVISIE INDUSTRIE VAN DE DIENST WERKBEDRIJF VOOR GESUBSIDIEERDE ARBEID, ACTI- VERING EN TRAJECTEN MIDDEN-LANGSTRAAT (WML) (te citeren als: DETACHE-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:5319

ECLI:NL:RBBRE:2011:5319 ECLI:NL:RBBRE:2011:5319 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 06-12-2011 Datum publicatie 22-05-2017 Zaaknummer AWB- 11_1954 Formele relaties Hoger beroep: ECLI:NL:CRVB:2013:BZ2178, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

Advieswijzer Personeel inlenen

Advieswijzer Personeel inlenen Advieswijzer Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw als u de

Nadere informatie