Introductie gesprek nieuw lid.

Transcriptie

1 Introductie gesprek nieuw lid. 1

2 Etiquette: Het vertellen van de volgende regeltjes die in de Judo sport gelden. 1) Het groeten. Het groeten bij Judo is een lichte buiging in de heupen, waarbij de armen over de bovenbenen schuiven. Het is een uiting van respect voor de partner waarmee we afspreken elkaar niet zullen blesseren. Dit groeten vindt plaats voor en aan het eind van iedere les en voor en na het oefenen met een partner. Het groeten kunnen we staand of knielend doen. 2) De hygiëne. Judo is een contactsport daarom is een goede lichaamsverzorging een eerste vereiste. Voornamelijk nagels van handen, voeten zijn goed verzorgd (niet lang en schoon) tevens zijn de handen en voeten schoon. Tijdens de les worden geen sieraden gedragen. (ringen, kettingen, oorbellen) Lange haren zijn samengebonden en het judopak is voor elke les schoon. De dames dragen een T shirt onder hun pak. En er mag geen make-up gebruikt worden tijdens de les. Personen onder invloed van drugs en drank wordt de toegang van de zaal verboden. 3) De Judozaal (Dojo). De zaal mag niet met buiten schoenen betreden worden ook wordt er niet gegeten in de zaal. Als je naar de mat loopt heb je of slippers of sokken aan die je naast de mat uittrekt. 4) Uitleg over: het afkloppen bij pijn en, afslaan tijdens een val, gebogen knie tijdens oefenen op de grond. De technieken van het judo: Tijdens het judoën worden de volgende technieken je aangeleerd. Grondtechnieken Valbreken Houdgrepen Keer en kantel technieken Armklemmen Wurgingen Controletechnieken Stoeien op de grond Staande technieken Worpen Overnames en combinaties Stoeien staand De graduaties: Bij het judo kent men de volgende graduaties. Witte band 6 e Kyu Gele band 5 e Kyu Oranje band 4 e Kyu Groene band 3 e Kyu Blauwe band 2 e Kyu Bruine band 1 e Kyu Zwarte band 1 e Dan 2

3 3

4 Valbreken: Alle valtechnieken worden links en rechts uitgevoerd. 1) Zijwaartse val. * Eerst oefenen van uit hurkzit,daarna steeds wat hoger gaan. LET OP!!! Dat ze niet op hun elleboog vallen en de kin in het kuiltje zit (Kin op de borst). Dat ze bij de oefenvormen elkaar op de juiste manier vasthouden. Dat Uke afslaat met zijn vrije arm, hand. Diversen oefenvormen: - Beide judoka s zitten tegenover elkaar op hun knieën. Nu elkaar links en rechts omtrekken. - Tori staat Uke op zijn knieën nu verder als hierboven. - Beide judoka s staan. Uke hurkt in, Tori trekt Uke links en rechts om. Verder als voorgaand. 2) Koprol voorover (judorol). * Eerst oefenen vanuit stand. * Daarna langzaam wandelen. * Tijdens de val blijven liggen. LET OP!!! Dat je goed en correct afslaat. Dat je niet over je hoofd rolt (wegdraaien). Dat je over je schouder rolt. Diversen oefenvormen: - Over een bokje heen. - Tijdens een tik spel. 3) Achterwaartse val. * Eerst oefenen vanuit hurkzit. * Daarna vanuit stand. * Als laatste achteruit lopen. LET OP!!! Dat het hoofd tijdens het achterover vallen niet de mat raakt. Dat je correct afslaat (armen gestrekt langs het lichaam) Dat de kin in het kuiltje zit (kin op de borst) Diversen oefenvormen: - Snel achteruit lopen en doorrollen. - Achteruit lopen en over een bokje heen. Combinatie van de drie technieken voorover achterover zijwaartse val. 4

5 Worpen: * Let op dat ze elkaar goed vasthouden tijdens de val!!! * De werptechniek in de beginfase aanleren zonder weerstand en later in beweging. * Liever langzaam en goed dan snel en slordig. 1) DE-ASHI-BARAI voetveeg 2 e beenworp 2) O-SOTO-GARI grote buitenwaartse maaiworp 1 e beenworp 3) HIZA -GURUMA knierad 3e beenworp 4) UKI-GOSHI slinger worp 1e heupworp 5) O-GOSHI grote heupworp 11 e heupworp 6) IPPON-SEOI-NAGE een punt over de rug werpen 1 e schouderworp DE-ASHI-BARAI: Balansverstoring Positie TORI Aandachtspunten O-SOTO-GARI: Balansverstoring Positie TORI Aandachtspunten HIZA-GURUMA: Balansverstoring Positie TORI Aandachtspunten UKI-GOSHI: Balansverstoring Positie TORI Aandachtspunten : In zijwaartse richting. : Op het moment dat UKE met zijn rechterbeen schuin naar voren stapt, veegt TORI met de onderkant van zijn linkervoet het naar voren komende been weg. Gelijktijdig verstoort hij UKE zijn balans door hem me t de linkerhand naar beneden te trekken. - Veeg met de onderkant van je voet. - Veeg op het moment dat UKE zijn voet wil neerzetten. - Stuur met je linkerhand naar beneden. - Maak zo nodig wat ruimte om goed te kunnen vegen. : In schuin achterwaartse richting. : Stap met je linker been naast UKE. : Linkerarm trekt Uke uit balans in horizontale richting. : Rechterarm van Tori duwt UKE tegen de borst. : Met je rechterbeen maai je UKE s standbeen onderuit. - Stapt naast UKE s standbeen - Pink van de linkerhand van TORI draait naar buiten. - Zorg voor goed contact (heup naar voren brengen) - Been goed doorzwaaien (in de knieholte van UKE) - Breng tijdens het uitvoeren van de worp je neus naar je linker knie. : Grote cirkelende beweging in voorwaartse richting. : Stap met je rechterbeen naast UKE s linkerbeen zodat je met een gestrekt linkerbeen UKE s rechterknie kan blokkeren. - Plaats de onderkant van je linkervoet ter hoogte van UKE s rechterknie. - Laat UKE om je heen cirkelen waarbij jij het middelpunt bent. - Draai de pink van je linkerhand naar buiten in het horizontale vlak. : In voorwaartse richting : Stap met je rechtervoet schuin naar voren tussen UKE s benen in. Draai 180 graden om zo dat je met je linkerheup tegen UKE s linkerheup staat. Maak een draaiende beweging naar links. - TORI s rechterbeen staat tussen UKE s benen in en zijn linkerbeen staat buiten achter UKE s linkerbeen. - Maak met je romp een draaiende beweging naar links en houd de linker arm horizontaal. 5

6 O-GOSHI: Balansverstoring Positie TORI Aandachtspunten IPPON-SEOI-NAGE: Balansverstoring Positie TORI Voorbereiding Aandachtspunten : In voorwaartse richting. : Stap met je rechtervoet schuin naar voren en draai je 180 graden om. Plaats je rug tegen de buik van UKE. Zak gelijktijdig rechtstandig zo diep mogelijk door je knieën en sla je arm om het middel van UKE. Door met je romp voorover te buigen en je benen te strekken maak je de worp. - Voeten iets breder dan heupbreedte, tenen wijzen naar voren. - Voeten plat op de grond. - Heup goed indraaien. - Tijdens het werpen omkijken over je linker schouder. : In voorwaartse richting. : Als bij O-GOSHI. : Als bij O-GOSHI. Alleen steek je je rechterarm onder de rechterarm Van UKE door. - Als bij O-GOSHI. - De rechterarm van UKE goed insluiten in je elleboogholte (dus niet op je schouder). - De rechterarm horizontaal door trekken (niet naar beneden). Hikomi-waza techniek. Een techniek om naar de grond te gaan. U staat met zijn rechterbeen voor. Tori gaat op zijn linker knie zitten en draait tussen de benen van Uke door. Daarna tilt hij het been van Uke op, draait eronderdoor op zijn buik. 6

7 Houdgrepen: (osae-komi-waza) 1) KESA-GATAME 2) YOKO-SHIHO-GATAME 3) KAMI-SHIHO-GATAME 4) TATE-SHIHO-GATAME KESA-GATAME: - Benen Rechts recht Links gebogen. - Rechterarm om de nek (niet knellen). - Linkerarm controleert UKE s rechterarm. - TOTI zit goed tegen UKE aan (niet onderuitgezakt). YOKO-SHIHO-GATAME: KAMI-SHIHO-GATAME: - Benen gespreid uit elkaar tenen in de mat. - TORI ligt haaks op UKE - Linkerarm kan naar de kraag van UKE. - Rechterarm kan; tussen de benen, tegen de linkerzij van UKE, enz. - Tori niet te ver naar voren leunen. - Benen zijn ingetrokken en de knieën zover mogelijk uit elkaar. - Tori heeft beide armen van UKE ingesloten en pakt hem op de rug bij de band vast. - Let op het hoofd van UKE. TATE-SHIHO-GATAME: - TORI zit op zijn knieën over UKE heen. - Met zijn hoofd en armen sluit TORI UKE s armen op. - TORI controleert UKE s bewegingen met zijn armen en benen. Worpen combineren met een houdgreep: DE-ASHI-BARAI met YOKO-SHIHO-GATAME. O-SOTO-GARI met GESA-GATAME. HIZA-GURUMA met KAMI-SHIHO-GATAME. UKI-GOSHI met KUZURE-KAMI-SHIHO-GATAME. 7

8 Bevrijdingen uit een houdgreep: 5 uit KESA-GATAME. KESA-GATAME: 1) Naar links wegdraaien en gaan zitten. 2) Er na toe draaien en been pakken. 3) Er na toe draaien armen om UKE heen en wegdraaien. 4) Tori maakt een koprol achterover en bevrijd zich. 5) Tori brengt allebei zijn benen omhoog. De linker arm van Tori gaat achter zijn linkerbeen door naar de kraag van Uke. Hij pakt de kraag vast van Uke en probeer te gaan zitten. 8

9 Keer en kanteltechnieken: UKE (ZIT OF LIGT). 1) OP HANDEN EN KNIEEN 2) TUSSEN DE BENEN 3) OP DE BUIK Kanteltechnieken op handen en knieën: Variatie: TORI pakt UKE zo laag mogelijk vast (bij de ellebogen). Tijdens het wegtrekken van de armen duwt TORI UKE om en zorgt voor een goede controletechniek. Rechterarm TORI om de benen. Kanteltechniek UKE voor TORI op handen en knieën: Variatie: TORI zit voor UKE met zijn rechterbeen omhoog om zo goed te kunnen duwen en voor een goede Balans. Met zijn linkerhand pakt hij de band vast van UKE en zijn rechterarm gaat onder de linkerarm door naar zijn eigen linker pols. TORI trekt zijn linkerdijbeen tegen de linkerschouder van UKE (controle). TORI duwt UKE op zijn rechterzij en maakt een houdgreep. UKE strekt zijn rechterarm om te voorkomen dat hij omgeduwd wordt. Het begin is als bij de bovenstaande techniek alleen, als TORI met zijn rechterhand onder UKE linkerarm gaat pakt TORI met zijn rechterhand de band van UKE vast. De linkerhand van TORI gaat naar de rechterpols van UKE en trekt deze naar zich toe. Kanteltechniek TORI op zijn rug: UKE linkerbeen gebogen. Tori tilt met zijn rechterbeen het gebogen been van Uke op. (hijskraantje) Tevens trekt TORI aan UKE rechter mouw en duwt met zijn rechterarm. Daarna beweegt zijn linkerbeen naar rechts. TORI maakt daarna een goede controletechniek. 9

10 Kanteltechniek UKE op de buik: Variatie: TORI pakt de rechterbroekspijp van UKE en zijn rechterbovenarm. TORI heeft zijn rechterbeen opgetrokken zodat hij UKE goed kan aantrekken. TORI trekt UKE nu naar zich toe en zet zijn rechtervoet iets achteruit. Als UKE gedraaid is plaats TORI zijn rechterknie op UKE zijn heup zodat hij niet me er kan terug rollen. TORI maakt vervolgens een goede controletechniek. TORI tussen de benen van UKE. Kanteltechniek UKE op de buik: TORI tilt met zijn rechterarm UKE s linkerbeen op. De linkerarm van TORI is bij de schouder van UKE. TORI plaatst zijn rechterbeen tussen de benen van UKE. Daarna duwt TORI met zijn rechter knie TORI op zijn zij en maakt een houdgreep. (TATE-SHIHO-GATAME) Kanteltechniek UKE op de buik: Tori gaat op Uke zitten met een been omhoog. Hij gaat met allebei zijn handen onder de oksels Door naar de rever s van Uke en pakt die stevig vast. Hij plaatst zijn gebogen been terug over Uke heen en trekt Uke op zijn rug. Tori maakt hierna: (KAMI-SHIHO-GATAME) Kanteltechniek UKE op de buik: Tori zit naast Uke en gaat met zijn rechter arm onder de Linkeroksel van Uke door. De linker hand van Tori pakt de rechterpols van Uke vast. Tori trekt (maakt een soort cirkel) met zijn linkerhand, en duwt met zijn rechterhand. Daarna maakt hij kesa-gatame. Passeer techniek: Met de linkerhand pakt TORI de broek van UKE net boven de knie. Hij duwt het rechterbeen richting de mat. Het rechterbeen van TORI schuift nu over het naar beneden gedrukte been. Hij zet zijn rechterknie op de mat en plaatst zijn rechterarm om het hoofd van UKE. Zijn rechterarm pakt vervolgens de rechterarm van UKE. Hierna gaat hij verder en maakt KESA-GATAME. 10

11 Armklemmen: (kansetsu-waza) 1) JUJI-GATAME gestrekte armklem. 2) UDE-GARAMI gevlochten armklem. JUJI-GATAME: Voor 12 jaar en ouder. Variatie: TORI pakt met zijn linkerarm UKE s rechtermouw vast en laat deze niet meer los. TORI trekt UKE op zijn linkerzij en brengt zijn rechtervoet onder UKE s schouderblad. Vervolgens laat TORI zicht achterover zakken en zet rustig de armklem aan. (let op de duim UKE omhoog) TORI pakt vast als hierboven, hij komt omhoog en plaatst Zijn linkervoet over UKE s hoofd. Daarna trekt hij UKE op zijn linkerzij en plaatst zijn rechtervoet over UKE heen. En laat zich achteruit zakken. En zet de armklem rustig aan. UDE-GARAMI: TORI maakt yoko-shiho-gatame en brengt UKE linkerarm recht omhoog om hem vervolgens te buigen. TORI gaat met zijn rechterarm onder de oksel van UKE door en pakt zijn linkerarm vast. Daarna maakt hij een draaibeweging met zijn linkerarm. Variatie: Tori pakt op de zelfde manier vast als hierboven alleen net andersom. Als TORI te ver naar beneden ligt maakt er dan een variatie op door met hem mee te gaan en zijn arm op de rug van UKE te brengen. Uke ligt te ver naar achteren en Tori gaat zitten. Zorg dat je UKE goed onder controle blijft houden (geen ruimte geven en laag blijven). 11

12 1) NAMI-JUJI-JIME Normaal gekruist verwurgen. 2) GYAKU-JUJI-JIME Omgekeerd gekruist verwurgen. VERWURGINGEN: (SHIME-WAZA) NAMI-JUJI-JIME: TORI brengt zijn duimen in de kraag van UKE. TORI heeft een been gebogen en brengt zijn lichaam omlaag als hij de verwurging aanzet. Als TORI omlaag gaat zit hij op 2 knieën. Als je aanzet maak je een soort schaar beweging met je handen. TORI ligt op de rug en UKE zit er bovenop. TORI brengt zijn linkerduim aan de linkerkant in de kraag bij UKE. Vervolgens pakt hij met zijn rechterhand de UKE s judojas vast op de rechterschouder. Daarna trekt hij UKE naar zich toe en zet de wurging aan. GYAKU-JUJI-JIME: TORI brengt zijn vingers in de kraag van UKE. Als je deze wurging aanzet draai je je pink richting de nek van UKE. TORI ligt op de rug en UKE zit erbovenop. Alleen nu brengt TORI zijn vingers in de kraag van UKE s judojas. En ook aan de rechterkant van UKE s kraag brengt TORI zijn vingers erin. Zorg dat je UKE goed onder controle blijft houden (geen ruimte geven en laag blijven). 12