Kadernotitie Besturen en organiseren Librijn openbaar onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kadernotitie Besturen en organiseren Librijn openbaar onderwijs"

Transcriptie

1 Kadernotitie Besturen en organiseren Librijn openbaar onderwijs Hoe geven we vorm aan complexe taken in een eenvoudige organisatie en niet hoe geven we vorm aan eenvoudige taken in een complexe organisatie Versie: 1.0 definitief Datum: 24 februari 2012

2 Vooraf Inhoudsopgave Vooraf 3 Besturingsfilosofie 5 Kaderstellend 6 Integraal 7 Resultaat verantwoordelijk 7 Transparante verantwoording 8 Het interne organisatiemodel 8 Het bestuur 9 De (cluster)directie 9 De locatiedirecteur 10 Werken in teams 11 Lijn-staf organisatie 11 Bureau Management Ondersteuning (BMO) 11 Directeur financiën en bedrijfsvoering 11 Raad van Toezicht, intern toezicht 12 Sociaal kader 14 Bijlagen 15 Totstandkoming Kadernotitie 15 Managementstatuut 16 Managementmatrix 2

3 Vooraf Vooraf In augustus 2009 is gestart binnen de nieuwe clusterstructuur. Met een nieuwe algemeen directeur, vier nieuw benoemde clusterdirecteuren, vijf directeuren en tien nieuwe locatiedirecteuren. De eerste versie van de kadernotitie is in 2009 geschreven om de noodzakelijke verdere uitwerking te geven aan het ingezette beleid. Eerst op hoofdlijnenniveau, later in de specifieke uitwerking naar regelingen, reglementen etc. Het is breed in de organisatie besproken en is in de afgelopen jaren ontwikkeld naar de definitieve vorm. Vanaf juni 2010 is met name gewerkt aan de uitwerking in taken en bevoegdheden van alle organisatieniveaus. Deze zijn vastgelegd in de bevoegdhedenmatrix en het directiestatuut. De ingezette transitie naar de clusterstructuur is grotendeels voltooid en in augustus 2014 zal de laatste school in een cluster worden ondergebracht. Inmiddels is er een zogenaamd Raad van Toezichtmodel ingevoerd met een betaald directeur/bestuurder in de bestuursrol. Hiermee wordt invulling gegeven aan de wens van Librijn om ook in het kader van het governance denken- te komen tot een professioneel bestuur met een toezichtsorgaan op afstand. Openheid, transparantie en verantwoording zijn belangrijke begrippen die passen bij de openbare identiteit van Librijn. In de gekozen besturingsfilosofie en organisatiestructuur wordt hierin invulling gegeven door de schoollocaties centraal te stellen in de organisatie. Binnen deze locaties vindt het werk plaats en is verantwoordelijkheid voor het primaire proces en de benodigde regelkracht belegd. In de optiek van Librijn is het belangrijk om het primaire proces centraal te stellen en maximaal te faciliteren. In het eerste deel wordt ingegaan op de besturingsfilosofie. In deze besturingsfilosofie zijn de bestuurlijke uitgangspunten voor de organisatie vastgelegd. De besturingsfilosofie bepaalt de wijze waarop de directie de organisatie wil sturen en stelt ook eisen aan de structuurkeuze. Bij het beschrijven van de interne organisatiestructuur is weergegeven welke niveaus er onderscheiden worden en wat de verantwoordelijkheden en bevoegdheden hiervan zijn. Deze beschrijvingen vormen de uiteindelijke basis voor de taakomschrijvingen, protocollen, inrichting van de medezeggenschap enz. We hebben de tijd genomen om al werkend, evaluerend en bijsturend tot de huidige werkwijze te komen. Het adagium van het Rijnlands denken is hier van toepassing; If you wanna go fast, go slow. Wij hebben inmiddels een werkwijze gevonden die de basis vormt van onze organisatie. Een werkwijze die verder verfijnd zal moeten worden en nooit helemaal klaar is. Maar juist in deze wijze van denken en organiseren menen wij de flexibiliteit te vinden die nodig is in het hedendaagse primair onderwijs. Met deze vastgestelde kadernotitie is het voor ogen staande organisatie model verder topdown verankerd. Het wordingsproces maakt dat het op de verschillende directieniveaus 3

4 Vooraf onderschreven wordt en deze groep ook drager is van het concept. We trekken samen op vanuit het perspectief dat Librijn Openbaar Onderwijs zo sterk is als haar zwakste schakel en vanuit de ambitie dat elke schakel werkt aan zijn eigen kracht en daar ook de verantwoordelijkheid voor voelt en heeft. Bij de fasering van organisatieveranderingen worden vaak de volgende fases onderscheiden. Belichten, Richten, Inrichten en Verrichten. Schematisch zien deze fase er als volgt uit Belichten Richten Inrichten Verrichten Vergroten inzicht Onderzoeken Knelpunten Verandermogelijkheid Veranderbereidheid Vaststellen strategische doelen Visie op toekomstige org. Ontwikkelen Uitdragen van de visie Projectfasering bespreken Projectorganisatie bespreken en opzetten Vaststellen toekomstige org in hoofdlijnen Hiërarchische opbouw Staf-lijn structuur overlegstructuur invoeringsplan maken opleiden volgen en evalueren detailleren en invoeren ZST B E R I C H T E N & O N D E R R I C H T E N Dit model 1 is bedoeld als denkmodel. In de praktijk verloopt dit proces minder gestructureerd en zal er ongetwijfeld ook sprake zijn van elkaar overlappende fases. Vanuit dit model redenerend bevindt Librijn zich nu in de fase van verrichten. Ik wil iedereen bedanken voor de bijdrage die geleverd is tot de totstandkoming van deze kadernotitie. Bert Klompmaker Directeur/bestuurder 1 Fasemodel: Amelsvoort: 2001: 64 4

5 Besturingsfilosofie Besturingsfilosofie Een besturingsfilosofie staat niet op zich zelf maar heeft een visie en een missie nodig. Uitgangspunten voor bestuur moeten gekoppeld zijn aan door de organisatie geformuleerde ambities. Visie en missie stellen ook weer eisen aan de te formuleren besturingsfilosofie en daarvan afgeleide bedrijfsvoering. Als de besturingsfilosofie vorm gegeven moet worden staat een aantal vragen centraal: 2 Vanuit het perspectief van de leiding kan gestuurd worden op middelen, op proces en op resultaat. Vraag hierbij is hoe deze zich tot elkaar moeten verhouden in de nieuw te vormen directiestructuur? In welke mate worden verantwoordelijkheden gedecentraliseerd? Hoe is de relatie tussen de verschillende hiërarchische lagen, welke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden heeft elke leidinggevende laag? Welke indelingsvorm wordt primair gekozen voor de organisatie (gericht op product, markt, geografisch of functioneel) en welke compensaties in de vorm van coördinatie is dan noodzakelijk? Onze missie is: "Stimulerend onderwijs". Wij willen dat mensen zich kunnen ontwikkelen met alle talenten die ze hebben. Elke school levert een hoogwaardig en stimulerend onderwijsproduct, dat wordt gekenmerkt door een herkenbare en kwaliteitsgerichte onderwijsaanpak gericht op het leren van kinderen en het bereiken van het optimale niveau van het kind. Met als motto beter onderwijs op de beste scholen Librijn opereert vanuit de visie op openbaar onderwijs, een visie waarbij elk kind welkom is en waardevol. Met en van elkaar leren zonder te veroordelen en met respect voor de eigenheid en overtuigingen van elk individu. De visie van Librijn is dat iedere Librijnschool anders is. De kracht van Librijn ligt in deze verscheidenheid. Deze wordt vooral zichtbaar in het onderwijsconcept en het onderwijsklimaat van de individuele school. Iedere school staat in de eigen context en bevindt zich in de dynamiek van de eigen ontwikkeling. Daarmee wordt de nadruk gelegd op de invulling van de leiding op de locatie. Vanuit de rol van de locatiedirectie bestaat de behoefte en noodzaak direct aanwezig te zijn op de eigen locatie en daar de dagelijkse gang van zaken in goede banen te leiden. Het leiden van een school vergt echter ook activiteiten die sterk extern georiënteerd zijn en soms ook een hoge mate van meer specialistische kennis vereisen. Beide aspecten zorgen er vaak voor dat het functioneren van de locatiedirecteur onder druk komt te staan als gevolg van het dilemma te moeten kiezen tussen externe klussen of de nadruk te willen blijven leggen op het interne bedrijfsproces. Het daarbij behorende ondersteunen en faciliteren van de teams die zich bezig houden met de utvoering van het primaire proces speelt een centrale rol. 2 Afgeleid van operationele excelence realiseren ; Martijn Jansen; 5

6 Besturingsfilosofie In algemene zin wordt in het veld erkend dat er spanning is tussen de activiteiten van de directie in de school enerzijds en boven of rond de school anderzijds. De nodige aandacht voor de locatie gaat vaak ten koste van de activiteiten die een directeur noodzakelijkerwijs moet besteden aan externe relaties, vergaderen, bovenschoolse zaken, financiën, personeelsformatie, overleg over veiligheid, Brede School, jeugdzorg, welzijnszaken, enz. enz. Vandaar de roep naar solide directievoering op de scholen voor de dagelijkse organisatie door een herkenbare leider (de locatiedirecteur) en daarnaast iemand die voor meerdere scholen verantwoordelijk is voor 'bovenschoolse' zaken (de clusterdirecteur) Uitgangspunt voor de besturingsfilosofie is het subsidiariteitsbeginsel 3. Dit houdt in dat bij de inrichting van de organisatie taken en bevoegdheden daar worden gelegd waar optimaal invloed kan worden uitgeoefend op het uitvoeringsproces en op het resultaat daarvan. Arbeidssatisfactie wordt niet alleen bereikt door beter leidinggeven, samenwerking en sociale kadervorming 4. Als een individu of team geen regelvermogen krijgt passen zij zich uiterlijk aan, aan de situatie en verzetten ze zich tegelijkertijd innerlijk. Wanneer regelbehoefte en regelvermogen niet met elkaar in balans zijn ontstaat vervreemding, ongenoegen en stress in de organisatie. Door goed toegepaste Sociotechniek 5 wordt de flexibiliteit van de organisatie gerealiseerd onder meer door het toe te passen bij de vormgeving van de zelfverantwoordelijke teams De besturingsfilosofie van Librijn kent voor de vormgeving van de directiestructuur drie kernbegrippen: 1. kaderstellend; 2. integraal; 3. resultaatverantwoordelijk. Kaderstellend Het principe van kaderstellend management houdt in dat een hoger niveau in de organisatie kaders vaststelt voor lagere niveaus. Deze kaders dienen zo te zijn geformuleerd dat de directielaag die deze kaders nader inhoud moet geven, voldoende ruimte ervaart om de uitwerking en implementatie op een professionele manier ter hand te kunnen nemen. Deze vorm van management heeft elementen van een top-down benadering. Voor de operationele gang van zaken binnen de organisatie is dit onvermijdelijk. Om de directiestructuur te laten passen bij visie en missie van Librijn is het in vormgevingsfase van deze structuur van groot belang een helder geformuleerd uitgangspunt te hebben dat als 3 subsidiariteitsbeginsel is opvatting volgens welke dat wat een lager orgaan kan doen, niet door een hoger behoort te worden verricht 4 In deze kader notitie is onder de kop sociaal kader een aantal kenmerken beschreven van het sociale kader van Librijn 5 Sociotechniek: Stelt verband arbeidsverdeling enerzijds en productiviteit van de organisatie en kwaliteit van het werk van de mensen anderzijds centraal. Bij problemen op het tweede aspect ligt oplossing bij het eerste aspect. Amelsvoort: 2001: 12 6

7 Besturingsfilosofie basis dient bij het beantwoorden van de vraag welke verantwoordelijkheden en bevoegdheden we waar beleggen is. Dit uitgangspunt luidt voor Librijn als volgt: We brengen alleen verantwoordelijkheden en bevoegdheden naar een bovengelegen laag als de meerwaarde hiervan opweegt tegen de mogelijke extra coördinatie die er voor nodig is. Integraal In de scholen zal worden gewerkt op basis van integraal management, in beginsel op alle directieniveaus van de organisatie. Daartoe is het noodzakelijk dat aan organisatorische eenheden op zodanige wijze bevoegdheden en middelen worden toebedeeld, dat deze eenheden hun taakstelling naar behoren kunnen uitvoeren. De drie directielagen die onderscheiden worden zijn: Directeur/bestuurder, Clusterdirecteur en Locatiedirecteur. De term integraal verwijst naar het op elkaar afstemmen van onderwijs, personeel en financiën. Door de juiste afstemming blijft men binnen de afgesproken kaders en worden de gewenste resultaten bereikt. Bij integraal management is naast deze resultaatverantwoordelijkheid ook sprake van de verantwoordelijkheid voor de concurrentiekracht. Concurrentiekracht is de mate waarin de eigen organisatorische eenheid beter is dan haar concurrent voor wat betreft de factoren die het overleven in de toekomst bepalen. Dit zijn de zogenaamde sleutelfactoren voor succes (SvS) 6. Welke dit zijn kan per locatie verschillen. Binnen een model van integraal management is het van groot belang dat iedere organisatorische eenheid zijn eigen SvS formuleert. Door het formuleren van de SvSen per organisatorische eenheid ontstaat een goed beeld van de organisatie als geheel en de beslissingen die binnen deze eenheden genomen worden zijn voor buitenstaanders beter navolgbaar en te toetsen op wenselijkheid er van. Dit laatste is van belang omdat vooral tijdens de realisatiefase van een begrotings- c.q. beleidsjaar de autonomie die het gevolg is van de gekozen weg van integraal management, het grootst is. Het principe van integraliteit stelt ook eisen aan de omvang van een locatie. Voor het hebben van integrale verantwoordelijkheid is het noodzakelijk een bepaalde kritische massa te hebbenlibrijn heeft hiervoor richtlijnen vastgesteld en heeft de definitie van locatie vastgelegd. Resultaat verantwoordelijk Met behulp van managementcontracten en een systeem voor interne kwaliteitszorg zal inhoud gegeven gaan worden aan resultaatverantwoordelijk management. Na te streven doelen zullen voor een periode van twee jaar worden vastgelegd in managementcontracten. Informatiesystemen zijn nodig om adequaat zicht te kunnen hebben en houden op gang van zaken op het gebied van personeel, financiën en de opbrengsten van de eigen locatie. De directie kan alleen op een geloofwaardige manier inhoud geven aan de resultaatgerichte taakstelling als de kaders duidelijk zijn en men over mensen en middelen kan beschikken om de organisatie ook 6 Wissema: 2001:119 7

8 Transparante verantwoording daadwerkelijk aan te sturen. Bij het stellen van de kaders en na te streven resultaten is de beleidscyclus uitgangspunt: doelen stellen -> uitvoeren -> evalueren -> bijsturen. Als duidelijk overeen gekomen is over welke middelen beschikt kan worden, worden de afspraken en doelstellingen definitief vastgelegd. Toekenning en ambities worden in balans met elkaar gebracht. Het principe van resultaatverantwoordelijk management is dat tot op zekere hoogte de organisatorische eenheden zelf verantwoordelijk zijn voor eigen winst en verlies. Dit laat onverlet dat er op Librijn niveau ook sprake moet zijn van gemeenschappelijk opgebouwde weerstandsreserve en centraal gelokaliseerde strategische middelen. Het vormgeven en realiseren van een passend informatiesysteem is bij uitstek de verantwoordelijkheid van de directeur financiën en bedrijfsvoering, BMO,Directeur/bestuurder en Clusterdirectie en is een essentiële randvoorwaarde bij het succesvol kunnen realiseren van integraliteit en resultaat verantwoordelijkheid. Transparante verantwoording Op alle niveaus in de organisatie wordt verantwoording afgelegd. Openheid en transparantie zijn hierbij kernbegrippen. Librijn heeft een systeem ontwikkeld waarbinnen verantwoording wordt afgelegd op basis van de afgesloten managementcontracten en afspraken over de onderwijsopbrengsten. Dit systeem zal regelmatig worden bijgesteld zodat blijvend aan de basiseis van een transparante verantwoordingssystematiek beantwoord wordt. Het interne organisatiemodel Bij het herinrichten van de directievoering van Librijn zijn de volgende twee uitgangspunten als vertrekpunt genomen. 1. De traditionele vorm van besturing in het Primair onderwijs met een schooldirecteur en een vrijwilligersbestuur / gemeentebestuur, is aan het verdwijnen. Dit heeft te maken met de nieuwe inzichten rond besturen en verantwoorden waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen besturen en intern toezicht. In dit kader kan het besluit om binnen Librijn bestuurlijk te komen naar een zogenaamd Raad van Toezicht model, gezien worden als een concretisering hiervan. In dit model wordt er een professioneel bestuurder benoemd en is de Raad van Toezicht voornamelijk belast met het intern toezicht. 2. Regelmogelijkheden voor het zo goed mogelijk realiseren van de gezamenlijke ambitie "Stimulerend onderwijs" te verzorgen moeten zo dicht mogelijk op het primaire proces liggen. Taken en bevoegdheden worden gelegd daar waar optimaal invloed kan worden uitgeoefend op het uitvoeringsproces en op het resultaat er van. 8

9 Het interne organisatiemodel Vanuit de rol van de locatiedirectie bestaat de behoefte en noodzaak direct aanwezig te zijn op de eigen locatie en daar de dagelijkse gang van zaken in goede banen te leiden. Het managen van een school vergt echter ook activiteiten die sterk extern georiënteerd zijn en soms ook een hoge mate van meer specialistische kennis vereisen. Beide aspecten zorgen er vaak voor dat het functioneren van de locatiedirecteur onder druk komt te staan als gevolg van het dilemma te moeten kiezen tussen externe klussen of de nadruk te willen blijven leggen op het interne bedrijfsproces. Het daarbij behorende ondersteunen en faciliteren van de teams die zich bezig houden met de utvoering van het primaire proces speelt een centrale rol. De directeur/bestuurder wil de samenhang tussen de scholen waarborgen en heeft daarvoor een directielaag nodig die over de locaties heen kan handelen en een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid draagt voor het algemene beleid en de kwaliteit van Librijn. Op basis van bovenstaande wensen is binnen Librijn gekozen voor het creëren van een laag met clusterdirecteuren. De clusterdirecteur vertaalt strategie naar operatie en is eindverantwoordelijk voor de uitvoering en resultaten van het primaire proces op de scholen. Een belangrijke rol van deze directielaag is de samenhang en de samenwerking tussen de scholen te vergroten, de kwaliteit te bewaken, te komen tot een efficiënte overlegstructuur en het voor de scholen/locaties uitvoeren van beleidsmatige en specialistische taken waarvoor op dat niveau kennis en tijd ontbreekt. Hier onder volgt nu een globale beschrijving van rollen en taken van de diverse onderscheiden organisatielagen: Het bestuur De directeur/bestuurder bestuurt en geeft leiding aan de (cluster)directeuren en de directeur financiën en bedrijfsvoering die het Bureau Management Ondersteuning (BMO) aanstuurt. In zijn rol van strategisch bestuurder laat hij zich adviseren door de (cluster)directeuren, de directeur financiën en bedrijfsvoering en het BMO. De directeur/bestuurder legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht. Strategisch beleid, kaderstellend Sturing aan clusterdirecteuren en directeur financiën en bedrijfsvoering Personeel en financieel eindverantwoordelijk Rechtspositionele maatregelen personeel Beroepsmogelijkheid Extern bestuurlijk overleg Intern Toezicht Opstellen verantwoordingsdocument op Librijnniveau Overleg GMR De (cluster)directie De (cluster)directeuren zijn verantwoordelijk voor het vertalen van strategie naar operatie. Daartoe bepalen (cluster)directeuren de kaders waarbinnen de onderwijsteams en medewerkers opereren. Zij zijn resultaat (eind)verantwoordelijk voor onderwijskwaliteit, financiën en Personeel. Verder geven zij direct leiding aan de locatiedirecteuren waarbij zij een essentiële rol 9

10 Het interne organisatiemodel spelen bij het ondersteunen van de locatiedirecteuren in de vormgeving en uitvoering van het onderwijsproces, het ontwikkelen van de taakvolwassenheid van teams en het monitoren van de teamprestaties. Zij spelen situationeel in op leiderschapsvragen om het beste resultaat uit mensen en teams te verkrijgen. Zij adviseren de directeur/bestuurder aangaande strategische kwesties die nu en in de toekomst van belang kunnen zijn en leveren een bijdrage aan de beleidsontwikkeling. Zij vormen samen met de directeur/bestuurder het MT van Librijn. Ten aanzien van besluitvorming binnen dit MT geldt het collegiaal model 7. Op Librijn niveau heeft ieder clusterdirecteur één of meerdere beleidsportefeuilles waarvoor hij/zij de verantwoordelijkheid heeft zorg te dragen voor actuele informatie en voor het feit dat noodzakelijk besluitvorming op tijd en adequaat plaats vindt. Sturing Locatiedirecteuren Eindverantwoordelijk resultaat (Financieel/Personeel) en kwaliteit clusterscholen Aanspreekpunt / beroepsmogelijkheid voor leerkrachten/ouders Schorsing van leerlingen Kaderstellend Toekenning middelen P & M aan locaties Overleg MR Deelname aan (externe) stuurgroepen Interne Projectleiding toezicht op kwaliteit onderwijs van clusterscholen Portefeuillehouder op Librijn niveau van beleidsthema s De locatiedirecteur De locatiedirecteuren zijn verantwoordelijk voor de operationele uitvoering op een school en de onderwijskundige kwaliteit. Ze geven leiding aan een team en onderhouden de contacten met ouders. Zij spelen een essentiële rol bij het ontwikkelen van de taakvolwassenheid van teams, de kwaliteit van het onderwijs en het (laten) monitoren van de prestaties. Zij spelen situationeel in op de leiderschapsvragen die zich in hun team voordoen. Zij formuleren ieder voor hun eigen locatie om de twee jaar de sleutel factoren voor succes Onderwijskundig leiding Sturing van leerkrachten, functioneren en beoordelen resultaat en kwaliteit van de locatie Beheer P en M budget van de locatie Contacten met ouders / ouderraad Overleg MR / deelraad MR Voordracht voor schorsing leerlingen 7 Met collegiale model wordt hier bedoeld dat een eenmaal genomen besluit binnen het MT als gemeenschappelijk besluit gecommuniceerd wordt en een ieder dit besluit als zodanig ook naar buiten toe kan verdedigen en uitleggen. 10

11 Het interne organisatiemodel Werken in teams Onderwijsteams op de locaties vormen de spil van de organisatie. Op alle locaties van de organisatie zijn professionele teams gevormd die samen met de locatiedirecteur onderwijs verzorgen en persoonlijke begeleiding verlenen aan de leerlingen op de locatie. Binnen het team wordt gewerkt volgens de uitgangspunten van de professionele organisatie. Teams bepalen de kwaliteit van het primair proces door hun bijdrage aan en resultaatverantwoordelijkheid op het onderwijsproces, de persoonlijke begeleiding van leerlingen en de personeelsontwikkeling. Uitvoering primaire proces is verantwoordelijkheid van team op locatie Vormgeving en didactiek onderwijs Pedagogische begeleiding en zorg voor leerlingen Organisatie onderwijsproces, aansluiting voor/na zorg Locatie wordt kleinste verantwoordelijke eenheid binnen Librijn Lijn-staf organisatie Naast de diverse directielagen is er op het niveau van Librijn een ondersteunende staforganisatie die wordt aangestuurd door de Directeur financiën en bedrijfsvoering. De staforganisatie wordt naast de hiërarchische lijn gepositioneerd en ondersteunt de diverse directielagen, de directeur/bestuurder en de Raad van toezicht. De directeur Financiën en bedrijfsvoering heeft in het kader van goed bestuur een directe relatie met de Raad van toezicht. Ook vervult hij in voorkomende gevallen de rol van waarnemend bestuurder. Bureau Management Ondersteuning (BMO) Het BMO ondersteunt de directieleden in operationele - en adviserende zin. Het BMO staat onder leiding van de directeur financiën en bedrijfsvoering. Het BMO bezit expertise op de terreinen van Financiën, Personeel, Communicatie, ICT, Huisvesting en facilitaire zaken. Het BMO ondersteunt de directeur/bestuurder en de (cluster)directeuren en levert strategisch advies/kader aan de directeur/bestuurder. Ze zijn verantwoordelijk voor het voeren van de administratie en de totstandkoming van de planningen verantwoordingsdocumenten. de administratieve organisatie en uitvoering Adviseren en ondersteunen managementlagen Horizontale en verticale verantwoordingsdocumenten opstellen Ondersteunen van beleidsvorming Directeur financiën en bedrijfsvoering De directeur financiën en bedrijfsvoering ondersteunt samen met het BMO de directieleden in operationele - en adviserende zin. De directeur Financiën en bedrijfsvoering treedt in voorkomende gevallen op als waarnemend directeur/bestuurder. De directeur financiën en bedrijfsvoering heeft een directe relatie met de Raad van Toezicht en kan hen ondersteunen en van advies voorzien in hun toezichtrol. 11

12 Het interne organisatiemodel Hij draagt bij aan de strategische beleidsvorming. Is verantwoordelijk voor de vertaling van het strategisch beleid in de totstandkoming van de bestuursmeerjarenbegroting, de jaarlijkse -begroting en het- jaarverslag en de consolidatie van schoolbegrotingen en jaarverslagen. Beheert het vermogen van de stichting, bewaakt rentabiliteit, solvabiliteit en liquiditeit en zorgt voor allocatie van de middelen. Formuleert financiële beleidskaders voor de scholen van de stichting. Richt de planning- en controlcyclus, de administratieve organisatie en de interne controle in en ziet toe op het voeren van een juiste financiële administratie, het cashmanagement en liquiditeitsbeheer. Draagt zorg voor effectieve rapportages t.b.v. de directeur/bestuurder en de Raad van toezicht. Toetst voorstellen van (cluster) directeuren voor investeringen, nieuw of gewijzigd onderwijskundig of huisvestingsbeleid aan de financiële beleidskaders en bewaakt de budgeten Vertaalt strategisch beleid naar de (meerjaren)begroting Eindverantwoordelijk voor de administratieve organisatie de interne controle Toetst aan financiële beleidskaders en bewaakt budgetten Afspraken vastleggen in contracten Draagt zorg voor horizontale en verticale verantwoording Management- en controlcyclus invoeren en bewaken Raad van Toezicht, intern toezicht De Raad van toezicht is het interne toezichtorgaan van de stichting Librijn. De Raad van toezicht houdt toezicht op de gang van zaken in de stichting, meer in -het bijzonder ziet de Raad toe op de naleving van de statuten, van de wettelijke verplichtingen en van de governancecode alsmede op de afwijkingen van die code. Voorts ziet de Raad van toezicht toe op de rechtmatige verwerving en de doelmatige en rechtmatige bestemming en aanwending van de middelen van de scholen, verkregen op grond van de wet op het primair onderwijs en andere regelingen.. De Raad van Toezicht fungeert tevens als werkgever van het bestuur (de directeur/bestuurder) en is klankbord en adviseur voor het bestuur van de stichting De Raad van toezicht voert minstens één keer per jaar een gesprek met de personeelsleden en ouders in de GMR. Intern toezicht Vaststellen Begroting en jaarrekening Benoemen accountant Werkgever van de bestuurder Vaststellen van het bestuursreglement Adviseur en klankbord van de bestuurder Wettelijke taken 12

13 Het interne organisatiemodel Organogram van Librijn (eindsituatie) 13

14 Sociaal kader Sociaal kader De gemeenschap die we vormen, heeft een aantal kenmerken. Die kenmerken zijn nodig om onze ambities waar te kunnen maken, maar ze passen ook bij onze kijk op onderwijs en op mensen: Wij vinden samenwerking belangrijk en nodig om tot de beste prestaties te komen. Als onderwijsstichting en scholen staan we voor vele opgaven. Die klussen klaren we samen. Groei hoort bij onderwijs. Groei van leerlingen, maar ook van personeel en organisatie. Samen discussiëren we over manieren om die groei te realiseren. Daarbij besteden we aandacht aan het proces zonder het resultaat uit het oog te verliezen. We staan midden in de maatschappij. We willen daar een actief onderdeel van zijn. Dat betekent dat we onszelf de opdracht geven om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van die maatschappij en de mensen die daarin leven. In het bijzonder gericht op de directe schoolomgeving en de schoolbevolking. Om dit alles te realiseren, is het nodig om een balans te vinden tussen ruimte bieden (aan leerlingen, medewerkers, partners van de school) en richting geven (inclusief een heldere werkorganisatie, duidelijke structuur, afspraken over gewenst gedrag). Een professionele werkcultuur o Gestreefd wordt naar een organisatie met een professionele cultuur van werken waarbij er wordt gestreefd naar persoonlijk en professioneel meesterschap. Er is sprake van een doelmatige en heldere communicatie waarbij het vanzelfsprekend is dat medewerkers zich binnen de organisatie lerend opstellen. o Kenmerken van deze professionele cultuur zijn: een duidelijke werkstructuur, sterke wil om samen te werken, elkaar aanspreken op gedrag, ontwikkelingsgericht handelen, de daad bij het woord voegen, controleren van en aanspreken op afspraken, leren door reflectie, denken in oplossingen en er voor gaan. Continue verantwoording o Naast de verticale verantwoording richting inspectie en ministerie bestaat de horizontale verantwoording richting omgeving en partners (waaronder ouders en leerlingen) van de school. Deze verantwoording dient op alle beleidsterreinen "evidence based" te zijn. 14

15 Bijlagen Bijlagen Totstandkoming Kadernotitie Eerste Bespreking besturing/clustervorming 15 oktober 2009 / Clusterdirecteuren en alg. directeur Eerste toets Bestuur/RvT November 2009 Versie 0.2. Tekstuele uitwerking gesprekken 25 november 2009 / B. Klompmaker en F. Roelofsen Versie 0.21 tekstuele aanpassingen 3 december 2009 / B. Klompmaker Bespreking met Locatiedirecteuren, clusterdirecteuren, directeuren en alg. directeur 15 december 2009 Versie 0.3 Vaststelling MO 14 januari 2010 Versie 0.3 Bespreking in bestuur 18 februari 2010 Versie 0.3 Bespreking in GMR 1 april 2010 Versie 0.31 Voorlopig definitieve versie 21 mei 2010 Besproken op studiedag directeuren (breed) 3 juni 2010 Evaluatie in MO, Directieoverleg breed, GMR Diverse momenten in 2011 Versie 0.4 Besluit en bespreekdocument met verwerking evaluaties 31 januari 2012 / B. Klompmaker Verwerking evaluatieve input in definitieve notitie door MO 9 februari 2012 Versie 0.5 / definitief concept Vaststelling Bestuur en Raad van toezicht 23 februari 2012 Versie 1.0 definitief vastgesteld door bestuur na instemming Raad van toezicht Bespreking in GMR 24 februari 2012 Positief advies GMR 8 maart 2012 Managementmatrix vastgesteld in MO 29 mei

16 Bijlagen Managementstatuut 8 8 Het managementstatuut is uitgewerkt in een managementmatrix waarin taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden per thema zijn aangegeven. 16

17 Managementstatuut Librijn openbaar onderwijs Vastgesteld door het bestuur op 24 februari 2012

18 Managementstatuut Librijn openbaar onderwijs Totstandkoming 9 februari 2012 Concept 0.1 besproken in Managementoverleg 23 februari 2012 Concept 0.2 Positief advies Managementoverleg Librijn 23 februari 2012 Concept 0.2 Instemming van de Raad van Toezicht 24 februari 2012 Versie 1.0 vastgesteld door bestuur, voor advies naar GMR 8 maart 2012 Bespreking en instemming GMR Managementstatuut Librijn 1

19 Inhoudsopgave Totstandkoming... 1 Preambule... 3 Begrippen:... 4 Artikel 1 Managementstatuut... 4 Artikel 2 Het Bestuur, algemene taken en bevoegdheden... 4 Artikel 3 Het Management Overleg (MO)... 5 A. Beleidsvoorbereiding, ontwikkeling en advisering 5 B. Bestuurlijke besluitvorming 5 Artikel 4 De clusterdirecteur/directeur, algemene taken en bevoegdheden... 5 Artikel 5 Managementovereenkomst bestuur (cluster)directeur... 6 Artikel 6 Rapportage en verantwoording... 7 Artikel 7 De locatiedirecteur, algemene taken en bevoegdheden... 7 Artikel 8 Managementovereenkomst clusterdirecteur - locatiedirecteur... 8 Artikel 9 Rapportage en verantwoording... 9 Artikel 10 Bijzondere taken en bevoegdheden... 9 Artikel 10A Belangenbehartiging 9 Artikel 10B Planvorming 9 Artikel 10C Personeel 10 Artikel 10D Financiën en beheer 10 Artikel 10E Onderwijskundig beleid en identiteit 11 Artikel 10F Organisatie en communicatie 12 Artikel 11 Vernietiging en schorsing van besluiten, geschillen Artikel 12 Werkingsduur Artikel 13 Slotbepaling BIJLAGE: Managementmatrix 14 Managementstatuut Librijn 2

20 Preambule De Wet op het Primair Onderwijs (WPO) bepaalt dat scholen onder het bestuur staan van een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid die zich het geven van onderwijs in de zin van de WPO ten doel stelt, zonder daarbij het maken van winst te beogen. De directeur/bestuurder vormt het bestuur en is het bevoegd gezag als bedoeld in de WPO. Het bevoegd gezag kan besluiten dat bepaalde wettelijke taken en bevoegdheden die op grond van de WPO en de statuten aan het bestuur toekomen, in naam van het bestuur door een gemandateerd functionaris kunnen worden uitgeoefend. In dit managementstatuut worden door het Bestuur taken en bevoegdheden aan de clusterdirecteuren en directeuren gemandateerd. Daarmee voldoet dit managementstatuut aan de eis beschreven in artikel 31 van de WPO, om in het managementstatuut ten minste een regeling op te nemen betreffende de bevoegdheden van de (cluster)directeur. Daarnaast regelt dit managementstatuut de werkwijze van het managementoverleg (MO) Het managementstatuut maakt deel uit van een samenhangende reeks van documenten, waarin de besturing van Librijn is geregeld. De verhouding tussen Raad van toezicht en bestuur is geregeld in het bestuursreglement. Het managementstatuut vloeit voort uit de statuten van Librijn openbaar onderwijs; de reeks krijgt een vervolg in de jaarlijks af te sluiten managementovereenkomst tussen bestuur en clusterdirecteur. Verder wordt de reeks doorgezet met regelingen voor het mandateren van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden binnen de stichting (notitie volmacht clusterdirecteuren, procuratieschema etc.). Dit managementstatuut treedt in de plaats van het vorige management en directiestatuut (goedgekeurd door het bestuur d.d. 7 januari 2004) Managementstatuut Librijn 3

21 Begrippen: Bestuur De directeur/bestuurder van de stichting, bevoegd gezag van de scholen Cluster - Een specifieke groep van PO scholen Clusterdirecteur - Bestuursgemandateerde ten behoeve van een groep van PO scholen Directeur - Bestuursgemandateerde ten behoeve van een PO school Locatiedirecteur - De functionaris bij wie het bevoegd gezag de integrale verantwoordelijkheid voor een onderwijslocatie heeft neergelegd. Dit houdt in dat deze autonoom kan handelen binnen de door het bestuur vastgestelde kaders. Management Overleg (MO) - Het MO wordt gevormd door de clusterdirecteuren, de directeuren, de directeur bedrijfsvoering en financiën en de directeur/bestuurder. Delftse keuken / Rijswijkse kamer - Platform voor afstemming en kennisdeling t.b.v. de lokale situatie dat gevormd wordt door clusterdirecteuren, directeuren en locatiedirecteuren uit de betreffende gemeente. Artikel 1 Managementstatuut 1. Dit managementstatuut is een reglement als bedoeld in artikel 31 van de WPO 2. In geval van tegenstrijdigheid tussen de bepalingen van het managementstatuut en de Statuten, prevaleren de bepalingen van de Statuten. Artikel 2 Het Bestuur, algemene taken en bevoegdheden 1. Het bestuur is belast met het besturen van de stichting. Hieronder valt in ieder geval de bewaking van de grondslag en de realisatie van de doelen die Librijn openbaar onderwijs zich stelt. Daarnaast stelt het bestuur, onverminderd het bepaalde in artikel 9 van de Statuten, het beleid van de Stichting vast. 2. Het bestuur legt zich toe op de hoofdlijnen van het beleid en houdt toezicht op de uitoefening van taken en bevoegdheden en op het functioneren van het bureau management ondersteuning, de directeur bedrijfsvoering en financiën, de clusterdirecteuren en de directeuren. 3. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs aan de door de stichting in stand gehouden scholen. 4. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor de wijze waarop de (cluster)directeuren bijdragen aan het stichtingsbeleid. 5. Het bestuur geeft leiding aan de (cluster)directeuren en deelt deze taken en bevoegdheden toe op basis van mandatering. 6. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting in beroeps- en bezwarenprocedures. Managementstatuut Librijn 4

22 7. Het bestuur draagt zorg voor de spreiding van de onderwijsvoorzieningen van de stichting. 8. De bijzondere taken en bevoegdheden van het bestuur, staan beschreven in artikel 10 van dit statuut. Artikel 3 Het Management Overleg (MO) A. Beleidsvoorbereiding, ontwikkeling en advisering 1. Binnen het MO wordt het Librijnbeleid, voorbereid, uitgevoerd en bewaakt. Dit beleid is kaderstellend voor het schoolbeleid. Tevens wordt het bestuur door de (cluster)directeuren geïnformeerd over de haalbaarheid en wenselijkheid van beleidsvoornemens op stichting en schoolniveau. 2. Het MO is adviesorgaan voor het bestuur. Advisering vindt in principe plaats op basis van consensus. Alle bevindingen en adviezen worden schriftelijk vastgelegd. 3. Het MO laat zich ondersteunen door het bureau Management ondersteuning (BMO) 4. Het MO vergadert zo vaak als de voorzitter dit nodig acht. 5. De voorzitter van het MO is de directeur/bestuurder en bij diens afwezigheid de directeur Bedrijfsvoering en financiën. B. Bestuurlijke besluitvorming 1. Het MO fungeert als het adviesorgaan aangaande de bestuursbegroting en het bestuursformatieplan. 2. Het MO is binnen de kaders verantwoordelijk voor het opstellen, vaststellen en realiseren van het Personeelsinzetplan, het Librijn scholingsplan en de schoolplannen. 3. Het MO legt de (geconsolideerde) plannen ter formele bekrachtiging voor aan het bestuur. Artikel 4 De clusterdirecteur/directeur 9, algemene taken en bevoegdheden 1. De clusterdirecteur is eindverantwoordelijk voor de scholen binnen zijn/haar cluster. 2. De clusterdirecteur ondersteunt het bestuur bij zijn overige algemeen bestuurlijke taken. 3. De clusterdirecteur kan optreden als vertegenwoordiger van het bestuur en voor lokale partners aangaande zaken die betrekking hebben op de clusters of de beleidsportefeuille. 9 Dit artikel is van toepassing op de functie Directeur, met de beperking tot de eigen school Managementstatuut Librijn 5

23 4. De clusterdirecteur bewaakt namens het bestuur het budget- en formatiebeheer binnen zijn/haar scholen. 5. De clusterdirecteur draagt bij aan de strategische beleidsontwikkeling van Librijn Onderwijs en kan hierbinnen beleidsportefeuilles beheren. 6. De clusterdirecteur is verantwoordelijk voor de uitvoering van het door het bestuur vastgestelde beleid en de overige bestuursbesluiten. Daarnaast is de clusterdirecteur verantwoordelijk voor het functioneren van de locatiedirecteur, kenniskringen en werkgroepen. 7. De clusterdirecteur is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs aan de scholen die binnen zijn/haar cluster vallen. 8. De clusterdirecteur ziet er op toe dat de locatiedirecteuren bijdragen aan het stichtingsbeleid en vervult hierin een stimulerende rol. 9. De clusterdirecteur kan namens het bestuur de stichting vertegenwoordigen in beroepsen bezwarenprocedures aangaande scholen die binnen zijn/haar cluster vallen. 10. De bijzondere taken en bevoegdheden van de clusterdirecteur staan beschreven in artikel 10 van dit statuut. 11. De clusterdirecteur is verantwoording verschuldigd aan het bestuur, onder meer over de uitvoering van de aan de locatiedirecteuren gemandateerde taken en bevoegdheden, beschreven in artikel 10 van dit statuut. 12. Het Bestuur kan schriftelijk taken en bevoegdheden aan individuele clusterdirecteuren opdragen waarbij de betreffende clusterdirecteur Librijn vertegenwoordigt. Dit mandaat kan niet worden overgedragen. 10 Artikel 5 Managementovereenkomst bestuur (cluster)directeur 1. Aan het eind van ieder schooljaar stelt het bestuur na overleg met de (cluster)directeur de managementovereenkomst vast voor het nieuwe schooljaar. 2. De afspraken die gemaakt worden in de managementovereenkomst zijn mede gebaseerd op het strategisch beleidsplan, de schoolplannen, de jaarplannen en de opbrengstkaternen van de scholen. 10 Een mandaat is persoonsgebonden. De persoon kan echter wel doormandateren, waarbij derden delen van diens mandaat onder diens verantwoordelijkheid uitoefenen. Managementstatuut Librijn 6

24 3. Naast de verwachtingen die het bestuur heeft van de (cluster)directeur ten aanzien van de managementovereenkomst worden zo nodig ook afspraken gemaakt met betrekking tot de facilitering van de (cluster)directeur ten behoeve van de uitvoering van diens taak. 4. Het bestuur draagt de in artikel 4 genoemde taken en bevoegdheden voor zover van toepassing op het betreffende cluster van scholen op aan de (cluster)directeur voor zover de WPO zich daar niet tegen verzet. 5. De (cluster)directeur vertegenwoordigt Librijn met betrekking tot de taken en bevoegdheden die hem krachtens dit managementstatuut zijn opgedragen. 6. De (cluster)directeur richt zich bij de uitoefening van de aan hem opgedragen taken en bevoegdheden naar de beleidslijnen zoals deze in een door het bestuur goedgekeurd plan met begroting zijn neergelegd. 7. De (cluster)directeur kan hem door het bestuur opgedragen taken en bevoegdheden onder zijn verantwoordelijkheid in overleg met de leidinggevende (van desbetreffende functionaris) opdragen aan andere functionarissen binnen de organisatie. 8. Het bestuur kan onverlet het gestelde in artikel 4 nadere aanwijzingen en richtlijnen geven voor de wijze waarop de opgedragen taken moeten worden uitgevoerd. 9. Het bestuur kan de overdracht van taken en bevoegdheden ongedaan maken. Artikel 6 Rapportage en verantwoording Informatieverstrekking door de (cluster)directeur aan het bestuur over de gemaakte afspraken in de managementovereenkomst, als genoemd in artikel 5, en alle overige af te spreken punten vindt minimaal halfjaarlijks plaats tijdens een voortgangsgesprek en eenmaal per jaar over de managementovereenkomst en opbrengsten als geheel. Artikel 7 De locatiedirecteur, algemene taken en bevoegdheden 1. Bij de locatiedirecteur berust, onder verantwoordelijkheid van de clusterdirecteur, de integrale verantwoordelijkheid voor de school en de leiding van de school. 2. De locatiedirecteur is belast met de zorg voor de schoolorganisatie en de kwaliteit van het onderwijs op de school. 3. De locatiedirecteur is verantwoordelijk voor de uitvoering van het vastgestelde (bestuurs)beleid en de overige bestuursbesluiten. 4. De locatiedirecteur is in de dagelijkse praktijk belast met het verwerkelijken van de grondslag en doelstelling van zijn school en de stichting. 5. De locatiedirecteur vertegenwoordigt en behartigt de belangen van de school bij de clusterdirecteur, bij de (locatie)directeuren van de andere scholen en bij anderen. Managementstatuut Librijn 7

25 6. De locatiedirecteur is verantwoording verschuldigd aan de clusterdirecteur, onder meer over de in artikel 10 genoemde bijzondere taken en bevoegdheden. 7. Een locatiedirecteur is bevoegd om binnen de vastgestelde begroting een overeenkomst (niet langer dan een jaar) aan te gaan. 8. De clusterdirecteur kan schriftelijk taken of bevoegdheden aan individuele locatiedirecteuren opdragen waarbij de betreffende locatiedirecteur het bestuur vertegenwoordigt. Dit mandaat kan niet worden overgedragen. Artikel 8 Managementovereenkomst clusterdirecteur - locatiedirecteur 1. Aan het begin van ieder schooljaar stelt de clusterdirecteur, aan de hand van de opbrengsten van het managementgesprek tussen locatiedirecteur en clusterdirecteur en de managementovereenkomst clusterdirecteur-bestuur, de managementovereenkomst op. 2. De afspraken die worden gemaakt in de managementovereenkomst zijn mede gebaseerd op het schooljaarplan, de managementovereenkomst CD-Bestuur en het strategisch beleid van Librijn. 3. Naast de verwachtingen die de clusterdirecteur heeft van de locatiedirecteur ten aanzien van de managementovereenkomst worden zonodig afspraken gemaakt met betrekking tot de facilitering van de locatiedirecteur ten behoeve van de uitvoering van diens taak. 4. Het doel van de managementovereenkomst is het scheppen van beleidsruimte voor de integraal verantwoordelijke locatiedirecteuren. In deze overeenkomst is in ieder geval geregeld: a. het scheppen van heldere beleidskaders waarbinnen de locatiedirecteur de verantwoordelijkheden uitoefent; b. het beschrijven van de eigen ambities van de locatiedirecteur ten aan zien van de ontwikkeling van de school. 5. De clusterdirecteur draagt de in artikel 7 genoemde taken en bevoegdheden voor zover van toepassing op de betreffende school op aan de locatiedirecteur voor zover de WPO zich daar niet tegen verzet. 6. De individuele locatiedirecteur vertegenwoordigt het bestuur met betrekking tot de taken en bevoegdheden die hem krachtens dit managementstatuut in de artikelen 7 en 10 zijn opgedragen. 7. De locatiedirecteur richt zich bij de uitoefening van de aan hem opgedragen taken en bevoegdheden naar de beleidslijnen zoals deze voor Librijn zijn vastgesteld. 8. De locatiedirecteur kan door de clusterdirecteur aan hem opgedragen taken en bevoegdheden onder zijn verantwoordelijkheid opdragen aan andere functionarissen binnen de schoolorganisatie. Managementstatuut Librijn 8

26 9. De clusterdirecteur kan onverlet het gestelde in artikel 7 nadere aanwijzingen en richtlijnen geven voor de wijze waarop de opgedragen taken moeten worden uitgevoerd. 10. De clusterdirecteur kan de opdracht van taken en bevoegdheden aan de locatiedirecteur ongedaan maken. Artikel 9 Rapportage en verantwoording Informatieverstrekking door de locatiedirecteur aan de clusterdirecteur over de realisering van de gemaakte afspraken in de managementovereenkomst als genoemd in artikel 8 en alle overige af te spreken punten vindt in ieder geval halfjaarlijks plaats. Artikel 10 Bijzondere taken en bevoegdheden Artikel 10A Belangenbehartiging 1. Het bestuur voert het overleg over aangelegenheden van algemeen belang voor de bijzondere rechtstoestand van het personeel met de daarvoor in aanmerking komende personeelscentrales cq met de personeelsgeleding van de GMR. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting in externe contacten die het primair onderwijs betreffen en die niet tot de gemandateerde bevoegdheid van de clusterdirecteur of locatiedirecteur behoren. Het bestuur voert het overleg met de GMR. 2. De clusterdirecteur kan het bestuur vertegenwoordigen c.q. namens het bestuur optreden in interne en externe gremia zoals beschreven in lid 1, binnen de reikwijdte van de volmacht. 3. De locatiedirecteur vertegenwoordigt de school bij externe aangelegenheden, onderhoudt schoolspecifieke contacten met andere instanties op onderwijsgebied (waaronder de scholen die leerlingen toeleveren en het vervolgonderwijs) en behartigt de belangen van de school, rekening houdend met de beleidskaders van Librijn. De locatiedirecteur onderhoudt de contacten en voert het overleg met de (deel)medezeggenschapsraad van de school terzake van de aan hem gemandateerde bevoegdheden. Artikel 10B Planvorming 1. Het bestuur stelt een strategisch beleidsplan vast voor de stichting en draagt zorg voor de uitvoering van dit plan. Het bestuur stelt onder andere ter uitvoering van het strategisch beleidsplan, kaderregelingen vast. 2. De (cluster)directeur draagt het schoolplan ter vaststelling voor aan het bestuur. In het schoolplan staat in ieder geval beschreven op welke (deel)terreinen schoolontwikkeling moet plaatsvinden. De (cluster)directeur bewaakt de verbinding met het strategisch stichtingsbeleid. 3. De (cluster)directeur stelt een schoolplan met relevante onderdelen op binnen de kaders van het strategisch beleidsplan en volgens de richtlijnen van Librijn en de inspectie. De Managementstatuut Librijn 9

27 (cluster)directeur draagt zorg voor de vertaling en vaststelling van de schoolplannen in jaarplannen. Artikel 10C Personeel 1. Het bestuur benoemt, schorst en ontslaat de (cluster)directeur en de directeur bedrijfsvoering en financiën, e.e.a. met inachtneming van een daartoe door het bestuur vastgestelde procedure. Het bestuur stelt de arbeidsvoorwaarden van het personeel vast voor zover deze niet geregeld worden in de op de stichting van toepassing zijnde CAO dan wel in de personeelsbeleidsplannen waarvan de vaststelling aan de school wordt overgelaten. Het bestuur initieert en evalueert (meerjarig) het bestuursformatieplan inzake personeel. 2. De clusterdirecteur benoemt, schorst en ontslaat de locatiedirecteur indien er sprake is van ontslag op eigen verzoek van de locatiedirecteur, e.e.a. met inachtneming van een daartoe door het bestuur vastgestelde procedure. Indien er sprake is van ontslag van de directeur anders dan op eigen verzoek (disciplinaire maatregel), ontslaat het bestuur op voordracht van de clusterdirecteur. De clusterdirecteur legt het reorganisatieplan van de school, waaraan personele consequenties verbonden zijn, ter vaststelling voor aan het bestuur. De (cluster)directeur bewaakt in MO-verband de afstemming tussen het personeelsbeleid op schoolniveau en het bovenschoolse personeelsbeleid. 3. a. De (locatie)directeur benoemt, schorst en ontslaat, indien er sprake is van ontslag op eigen verzoek, het personeel van de school, volgens de vastgestelde procedure werving en selectie. In geval van schorsing, overlegt de locatiedirecteur met de clusterdirecteur en de directeur met het bestuur. Indien er sprake is van ontslag anders dan op eigen verzoek (disciplinaire maatregel), ontslaat het bestuur op voordracht van de directeur c.q. op gezamenlijke voordracht van de locatiedirecteur en de clusterdirecteur. b. De (locatie)directeur draagt zorg voor de opstelling en uitvoering van het personeelsbeleid op de school binnen de kaders van het voor de stichting vastgestelde integraal personeelsbeleid. Het omvat in elk geval de hoofdlijnen van het integraal personeelsbeleid. c. De (locatie)directeur stelt jaarlijks het formatieplan/pip op binnen de geldende afspraken formatieplanning en gaat daarbij uit van het beschikbare budget en van de door het bestuur vastgestelde begroting. e. De (locatie)directeur is gemachtigd tot het uitoefenen van bestuursbevoegdheden die tot het dagelijkse personeelsbeleid van de school gerekend kunnen worden. Artikel 10D Financiën en beheer 1. a. Het bestuur draagt zorg voor het vermogensbeheer van de stichting. b. Het bestuur stelt de begroting en jaarrekening van de stichting op. Managementstatuut Librijn 10

28 c. Het bestuur stelt een financieel beleidskader op voor de stichting, waarbinnen de scholen hun financieel beleid kunnen voeren. d. Het bestuur stelt stichtingsbrede afspraken over centrale inkoop vast. e. Het bestuur stelt een meerjarig huisvestingsplan van de scholen vast; f. Het bestuur besluit over de investeringen inzake nieuwbouw, verbouwing, renovatie, ingrijpend onderhoud van een school, op voordacht van het MO. g. Het bestuur is verantwoordelijk voor de financiële administratie van de stichting. 2. a. De (cluster)directeur geeft advies over een voorgesteld bestuursbesluit voor het overschrijden van de schoolbegroting. b. De clusterdirecteur is verantwoordelijk voor het verantwoord financieel beheer op de scholen vallende binnen zijn/haar cluster. 3. a. De directeur is belast met het zorgdragen voor een verantwoord financieel beheer binnen zijn school. b. De (cluster)directeur is samen met de directeur bedrijfsvoering en financiën belast met het jaarlijks opstellen van de (meerjaren)begroting van de scholen. Deze maakt onderdeel uit van de Librijn begroting en wordt vervolgens ter advisering voorgelegd aan het MO (vaststelling door het bestuur en bekrachtiging door de Raad van toezicht). c. De (cluster)directeur kan verplichtingen aangaan binnen de (door het bestuur) goedgekeurde begroting, behoudens de afspraken die stichtingsbreed in het kader van de centrale inkoop gemaakt zijn. De (cluster)directeur kan de interne budgettering binnen de school vaststellen. d. De (cluster)directeur kan een verzoek tot een bestuursbesluit indienen voor het overschrijden van de schoolbegroting. e. De (cluster)directeur draagt zorg voor een doelmatig en verantwoord beheer van de goederen van de school, waaronder mede begrepen het onderhoud van gebouwen en (sport) terreinen. f. De (cluster)directeur doet voorstellen t.a.v. nieuwbouw, verbouwing, renovatie, ingrijpend onderhoud van de school en maakt hierbij gebruik van de kennis en expertise van het bureau management ondersteuning. Artikel 10E Onderwijskundig beleid en identiteit 1. Het bestuur stimuleert de ontwikkeling en de implementatie van beleid inzake kwaliteitszorg op de scholen. Het bestuur stimuleert onderwijsvernieuwing op en tussen de scholen. Het bestuur bevordert de onderwijskundige samenwerking tussen scholen van de Managementstatuut Librijn 11

Managementstatuut PO Lucas Onderwijs

Managementstatuut PO Lucas Onderwijs Lucas Onderwijs Preambule De Wet op het Primair Onderwijs (WPO) bepaalt dat bijzondere scholen onder het bestuur staan van een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid die zich het geven van onderwijs

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT STICHTING OPENBARE SCHOLENGROEP VLAARDINGEN SCHIEDAM

MANAGEMENTSTATUUT STICHTING OPENBARE SCHOLENGROEP VLAARDINGEN SCHIEDAM MANAGEMENTSTATUUT STICHTING OPENBARE SCHOLENGROEP VLAARDINGEN SCHIEDAM Versie 27 september 2012 Opnieuw vastgesteld op 8 december 2016 1 PREAMBULE In dit managementstatuut worden door het bestuur van de

Nadere informatie

Managementstatuut. Esprit Scholen

Managementstatuut. Esprit Scholen Managementstatuut Esprit Scholen Amsterdam, Opnieuw vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht, door het College van Bestuur d.d. 6 december 2013 Managementstatuut van Onderwijsstichting Esprit,

Nadere informatie

Managementstatuut VO Stichting Lucas Onderwijs

Managementstatuut VO Stichting Lucas Onderwijs Stichting Lucas Onderwijs Vastgesteld op 9 juni 2016 Inwerkingtreding 1 augustus 2016 1/15 Oplegnotitie 1 Aanleiding 1.1 Stichting Lucas Onderwijs ("Lucas") houdt onder meer scholen voor voortgezet onderwijs

Nadere informatie

Directiestatuut CSG. Artikel 1. Taakverdeling en structuur

Directiestatuut CSG. Artikel 1. Taakverdeling en structuur Directiestatuut CSG Artikel 1. Taakverdeling en structuur 1. De directeur-bestuurder oefent in de rol van bestuur van de stichting de hem bij of krachtens wettelijk voorschrift, statuten of het Reglement

Nadere informatie

Versie 0.3 Datum: 4 maart Managementstatuut

Versie 0.3 Datum: 4 maart Managementstatuut Versie 0.3 Datum: 4 maart 2013 Managementstatuut Begripsbepalingen Artikel 1 In dit managementstatuut statuut wordt verstaan onder: Stichting : CBO Meilân, Stichting voor Christelijk Primair Onderwijs

Nadere informatie

Managementstatuut. Stichting Invitare Openbaar Onderwijs. Managementstatuut. Zoals vastgesteld. Geldig tot uiterlijk:

Managementstatuut. Stichting Invitare Openbaar Onderwijs. Managementstatuut. Zoals vastgesteld. Geldig tot uiterlijk: Managementstatuut Zoals vastgesteld Geldig tot uiterlijk: 01-01-2017 Managementstatuut Stichting Invitare Openbaar Onderwijs Zoals: - 26 januari 2016 goedgekeurd door de Raad van Toezicht. - 23 maart 2016

Nadere informatie

STICHTING VOORTGEZET ONDERWIJS KENNEMERLAND. Managementstatuut

STICHTING VOORTGEZET ONDERWIJS KENNEMERLAND. Managementstatuut STICHTING VOORTGEZET ONDERWIJS KENNEMERLAND Managementstatuut Dit managementstatuut bevat wijzigingen op het per 2008 vastgestelde statuut. De wijzigingen zijn op 6 december 2011 besproken in het CMT,

Nadere informatie

Managementstatuut Stichting Openbaar Onderwijs Amsterdam Noord

Managementstatuut Stichting Openbaar Onderwijs Amsterdam Noord Managementstatuut Stichting Openbaar Onderwijs Amsterdam Noord Inleiding Dit managementstatuut beschrijft de verhouding tussen de bestuurder en de directies van de scholen van de stichting Openbaar Onderwijs

Nadere informatie

5.5 Managementstatuut

5.5 Managementstatuut 5.5 Managementstatuut Directie Overleg 24-04-14 en 27-05-14 Goedkeuring van RvT 23-04-14 en 04-06-14 Advies GMR 18-06-14 Vastgesteld door CvB Versie 1.0 Begripsbepalingen Artikel 1 In dit managementstatuut

Nadere informatie

Bestuurs- en managementstatuut

Bestuurs- en managementstatuut PCPOW Bestuurs- en managementstatuut 140201 (Website) 1 PCPOW Bestuurs- en managementstatuut 1. Inleiding 1. Dit bestuurs- en managementstatuut beschrijft de formele verhoudingen binnen Stichting PCPO

Nadere informatie

van de vereniging voor PC onderwijs te Ureterp Managementstatuut CBS De Opdracht

van de vereniging voor PC onderwijs te Ureterp Managementstatuut CBS De Opdracht Managementstatuut van de vereniging voor PC onderwijs te Ureterp Managementstatuut CBS De Opdracht Wijziging managementstatuut Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs te Ureterp Vastgesteld d.d.

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT. Stichting Talent Westerveld Drift 1A 7991 AA DWINGELOO Tel

MANAGEMENTSTATUUT. Stichting Talent Westerveld Drift 1A 7991 AA DWINGELOO Tel Stichting Talent Westerveld Drift 1A 7991 AA DWINGELOO Tel. 0521 59 49 44 Email: info@talentwesterveld.nl Website: www.talentwesterveld.nl MANAGEMENTSTATUUT Werkveld: Organisatie Beleidslijn: Managementstatuut

Nadere informatie

Managementstatuut van Onderwijsstichting Esprit Esprit Scholen

Managementstatuut van Onderwijsstichting Esprit Esprit Scholen Managementstatuut van Onderwijsstichting Esprit Esprit Scholen Opnieuw vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht, door het College van Bestuur op d.d. 10 april 2018. Managementstatuut van Onderwijsstichting

Nadere informatie

Managementstatuut. de Passie, stichting voor Evangelisch Bijbelgetrouw Onderwijs. 1 juni 2012 Vastgesteld door bestuurder na positief advies GMR

Managementstatuut. de Passie, stichting voor Evangelisch Bijbelgetrouw Onderwijs. 1 juni 2012 Vastgesteld door bestuurder na positief advies GMR Managementstatuut de Passie, stichting voor Evangelisch Bijbelgetrouw Onderwijs 1 juni 2012 Vastgesteld door bestuurder na positief advies GMR Preambule De Passie, stichting voor Evangelisch Bijbelgetrouw

Nadere informatie

Managementstatuut (AB-DB model)

Managementstatuut (AB-DB model) Managementstatuut (AB-DB model) INHOUD Vaststelling... 3 Artikel 1 Definitiebepaling... 4 Artikel 2 Vaststelling en wijziging van het managementstatuut... 4 Artikel 3 Taken en bevoegdheden van het bestuur...

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT STICHTING SAMEN TUSSEN AMSTEL EN IJ.

MANAGEMENTSTATUUT STICHTING SAMEN TUSSEN AMSTEL EN IJ. MANAGEMENTSTATUUT STICHTING SAMEN TUSSEN AMSTEL EN IJ. Preambule De wettelijke opdracht om te komen tot een scheiding van de functies van bestuur en intern toezicht is binnen de Stichting Samen Tussen

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN 2012-2014

MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN 2012-2014 MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN 2012-2014 Artikel 1 Definitiebepaling In dit managementstatuut wordt verstaan onder Bevoegd gezag: Bestuur Stichting Facetscholen, voor openbaar primair onderwijs

Nadere informatie

4. Managementstatuut Stichting Openbaar Primair Onderwijs Alblasserwaard/Vijfheerenlanden

4. Managementstatuut Stichting Openbaar Primair Onderwijs Alblasserwaard/Vijfheerenlanden 4. Managementstatuut Stichting Openbaar Primair Onderwijs Alblasserwaard/Vijfheerenlanden Bij de invoering van het model met een Raad van Toezicht is een aanpassing van het managementstatuut noodzakelijk.

Nadere informatie

Managementstatuut VO - PO

Managementstatuut VO - PO Managementstatuut VO - PO Versie 10-10-2017 1 Basis Wet en regelgeving Statuten art. 6 lid 3 WVO art. 32c / WPO art. 31 CAO-VO / CAO-PO Archief CvB CA 1.0 Van toepassing op/voor Gehele scholengroep Over-

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT p. 1

MANAGEMENTSTATUUT p. 1 MANAGEMENTSTATUUT p. 1 Preambule Dit managementstatuut regelt zowel de verhouding tussen Stichtingsbestuur en management alsook de verhouding tussen het management onderling. Het Stichtingsbestuur ziet

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT Vastgesteld in de bestuursvergadering van 27 juni 2006

MANAGEMENTSTATUUT Vastgesteld in de bestuursvergadering van 27 juni 2006 MANAGEMENTSTATUUT Vastgesteld in de bestuursvergadering van 27 juni 2006 BEGRIPSBEPALING Bestuur Het bestuur van Stichting Cambium Algemeen directeur Schooldirecteur Directeurenberaad Managementcontract

Nadere informatie

Bestuurs- en directiestatuut Stichting Fluenta

Bestuurs- en directiestatuut Stichting Fluenta Bestuurs- en directiestatuut Stichting Fluenta Vastgesteld in 2004 door de vier rechtsvoorgangers van de Stichting Fluenta in het fusierapport; de formele inwerkingtreding van dit statuut is 1 augustus

Nadere informatie

Managementsstatuut 22.09 6.5

Managementsstatuut 22.09 6.5 Managementsstatuut 22.09 6.5 Artikel 1. In dit statuut wordt verstaan onder: a. managementstatuut: een reglement met taken en bevoegdheden van het college van bestuur en de van bestuurswege gemandateerde

Nadere informatie

Managementstatuut MEI 2016 VASTGESTELD DOOR CVB PIETER ZANDT SCHOLENGEMEENSCHAP

Managementstatuut MEI 2016 VASTGESTELD DOOR CVB PIETER ZANDT SCHOLENGEMEENSCHAP 2016 Managementstatuut MEI 2016 VASTGESTELD DOOR CVB PIETER ZANDT SCHOLENGEMEENSCHAP Inleiding De Pieter Zandt scholengemeenschap gaat uit van de Stichting voor Christelijk (Speciaal) Voortgezet Onderwijs

Nadere informatie

Managementstatuut. t Baken De Horn De Werkschuit De Toermalijn Piet de Springer. www.obswijk.nl

Managementstatuut. t Baken De Horn De Werkschuit De Toermalijn Piet de Springer. www.obswijk.nl t Baken De Horn De Werkschuit De Toermalijn Piet de Springer www.obswijk.nl Inhoudsopgave Preambule 3 Artikel 1. Definities 3 Artikel 2. Vaststelling en wijziging van het managementstatuut 4 Artikel 3.

Nadere informatie

Managementstatuut van Stichting Lijn 83 primair onderwijs

Managementstatuut van Stichting Lijn 83 primair onderwijs Managementstatuut van Stichting Lijn 83 primair onderwijs Dit managementstatuut is gebaseerd op artikel 31 van de Wet op het primair onderwijs. ALGEMEEN Artikel 1: BEGRIPSBEPALINGEN Stichting: Stichting

Nadere informatie

De scholen die onder de bestuurlijke verantwoordelijkheid van het stichtingsbestuur staan

De scholen die onder de bestuurlijke verantwoordelijkheid van het stichtingsbestuur staan Een gezam nlijke uitgave van VOS/ABB en de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) MANAGEMENTSTATUUT Tekst wettelijke bepaling managementstatuut 3 Inhoud Artikel 1. Een definitiebepaling; Artikel 2. Vaststelling

Nadere informatie

Managementstatuut. Vergaderstuk Begripsbepalingen:

Managementstatuut. Vergaderstuk Begripsbepalingen: Vergaderstuk 11.03.28.07.01 Managementstatuut Begripsbepalingen: De Stichting Raad van Toezicht College van Bestuur Schooldirectie Directieoverleg Managementstatuut Bestuurscontract Managementcontract

Nadere informatie

Bestuursen. Managementstatuut

Bestuursen. Managementstatuut Bestuursen Managementstatuut Vastgesteld, bestuur 29-01-2008 1 Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs in de gemeente Dalfsen Preambule Dit statuut regelt de mandatering van taken en bevoegdheden

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT. VCO Midden- en Oost-Groningen.

MANAGEMENTSTATUUT. VCO Midden- en Oost-Groningen. MANAGEMENTSTATUUT VCO Midden- en Oost-Groningen. INHOUDSOPGAVE pagina Besturingsmodel 3 Begripsbepalingen 4 De artikelen 6 Taakverdeling 6 Het bestuur 6 Raad van beheer 6 Het directeurenoverleg 7 De directeur

Nadere informatie

Managementstatuut Versie 07-06-2012

Managementstatuut  Versie 07-06-2012 Managementstatuut Versie 07-06-2012 1 Basis Wet en regelgeving WVO art. 32c / Statuten art. 6 lid 3 Archief CvB CA 1.0 Van toepassing op/voor Gehele scholengroep Over- en Midden-Betuwe Status Data Opmerkingen

Nadere informatie

Hoofdstuk 24: Managementstatuut Onderwijsgroep Galilei

Hoofdstuk 24: Managementstatuut Onderwijsgroep Galilei Hoofdstuk 24: Managementstatuut Onderwijsgroep Galilei Pre-ambule Het uitgangspunt voor het bevoegd gezag van de Stichting Onderwijsgroep Galilei, openbaar voortgezet onderwijs Voorne-Putten is het besturen

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT TABIJN

MANAGEMENTSTATUUT TABIJN MANAGEMENTSTATUUT TABIJN APRIL 2011 Preambule Artikel 31 van de Wet op het Primair Onderwijs geeft aan dat het bevoegd gezag een managementstatuut dient vast te stellen. In dat statuut staat aangegeven

Nadere informatie

DIRECTIESTATUUT (versie september 2016)

DIRECTIESTATUUT (versie september 2016) DIRECTIESTATUUT (versie september 2016) Artikel 1. In dit statuut wordt verstaan onder a. directiestatuut: een reglement met taken en bevoegdheden van het College van Bestuur en de van bestuurswege gemandateerde

Nadere informatie

Besturingsfilosofie en managementstatuut

Besturingsfilosofie en managementstatuut 8 december 2016.................................................................. Besturingsfilosofie en managementstatuut Naam notitie/procedure/afspraak Eigenaar/portefeuillehouder Besturingsfilosofie

Nadere informatie

Managementstatuut Stichting PRIMO-Opsterland Openbaar primair onderwijs in Opsterland.

Managementstatuut Stichting PRIMO-Opsterland Openbaar primair onderwijs in Opsterland. Managementstatuut Stichting PRIMO-Opsterland Openbaar primair onderwijs in Opsterland. 1 Inhoudsopgave Art. 1. Definitiebepaling Art. 2. Vaststelling en wijziging van het managementstatuut Art. 3. Taken

Nadere informatie

Organisatie: Samenwerkingsverband Stichting Samenwerkingsverband RiBA ( Ridderkerk, Barendrecht, Albrandswaard)

Organisatie: Samenwerkingsverband Stichting Samenwerkingsverband RiBA ( Ridderkerk, Barendrecht, Albrandswaard) Functie-informatie Functienaam: Directeur samenwerkingsverband Organisatie: Samenwerkingsverband 28.05 Stichting Samenwerkingsverband RiBA ( Ridderkerk, Barendrecht, Albrandswaard) Werkterrein: Management

Nadere informatie

Bijlage 4. Voorbeeld reglement onderdeel bestuur. en organisatie

Bijlage 4. Voorbeeld reglement onderdeel bestuur. en organisatie Bijlage 4 Voorbeeld reglement onderdeel bestuur 21 22 en organisatie Artikel 1 Begripsbepaling In dit reglement onderdeel bestuur en organisatie wordt verstaan onder: code goed bestuur: Code Goed Bestuur

Nadere informatie

Directiestatuut. Preambule. Begripsbepaling

Directiestatuut. Preambule. Begripsbepaling Directiestatuut aanpassing n.a.v. nieuwe statuten september 2013 Preambule Op basis van artikel 15 van de statuten mandateert het bestuur van de Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Zuid-Holland West,

Nadere informatie

Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid

Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid Binnen O2A5 staat een belangrijke verandering voor de deur, namelijk de invoering van zgn. onderwijsteams. Voor een succesvolle implementatie van deze organisatieverandering

Nadere informatie

Managementstatuut SWV Oost Achterhoek 25.02

Managementstatuut SWV Oost Achterhoek 25.02 Managementstatuut SWV Oost Achterhoek 25.02 Versie 43.0 INHOUD Algemene bepalingen voor het managementstatuut Vaststellingsdatum managementstatuut 1 Artikel 1 Definitiebepaling 2 Artikel 2 Vaststelling

Nadere informatie

De organisatie en gezagstructuur van stichting Prisma Almere

De organisatie en gezagstructuur van stichting Prisma Almere De organisatie en gezagstructuur van stichting Prisma Almere Datum 29 november 2011 Versiebeheer Versie definitief Status Vastgesteld RvT 29 november 2011 29 november 2011 Versie def pagina 1 van 8 Inhoudsopgave

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT VAN. VERENIGING voor GEREFORMEERD PRIMAIR ONDERWIJS NOORDOOST - NEDERLAND. December 2012

MANAGEMENTSTATUUT VAN. VERENIGING voor GEREFORMEERD PRIMAIR ONDERWIJS NOORDOOST - NEDERLAND. December 2012 MANAGEMENTSTATUUT VAN VERENIGING voor GEREFORMEERD PRIMAIR ONDERWIJS NOORDOOST - NEDERLAND December 2012 1 Preambule Dit managementstatuut is op te vatten als het managementstatuut ex artikel 31 van de

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN

MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN 2015-2017 Artikel 1 Definitiebepaling In dit managementstatuut wordt verstaan onder Raad van Toezicht: De Raad van Toezicht (RvT) houdt toezicht op het college

Nadere informatie

Stichting Atrium. Managementstatuut Stichting Atrium

Stichting Atrium. Managementstatuut Stichting Atrium Stichting Atrium Managementstatuut Stichting Atrium Juni 2012 MANAGEMENTSTATUUT STICHTING ATRIUM VOOR KATHOLIEK PRIMAIR ONDERWIJS IN LANGEDIJK EN OMSTREKEN Elke onderwijsinstelling moet beschikken over

Nadere informatie

BESTURINGSFILOSOFIE VAN DE STICHTING HSK. Katwijk aan Zee. Over een nieuwe taakverdeling tussen bestuur, algemeen directeur, locatiedirecteuren

BESTURINGSFILOSOFIE VAN DE STICHTING HSK. Katwijk aan Zee. Over een nieuwe taakverdeling tussen bestuur, algemeen directeur, locatiedirecteuren BESTURINGSFILOSOFIE VAN DE STICHTING HSK Katwijk aan Zee Over een nieuwe taakverdeling tussen bestuur, algemeen directeur, locatiedirecteuren Concepttekst 17 maart 2006 t.b.v. GMR Inleiding Het bestuur

Nadere informatie

Reglement van de Raad van Toezicht

Reglement van de Raad van Toezicht Van de besluit gelet op richtlijn 23 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 en artikel 11 lid 4 van de statuten van de stichting tot vaststelling van het onderstaande Reglement van de Raad

Nadere informatie

Reglement raad van bestuur SKVOH

Reglement raad van bestuur SKVOH Reglement raad van bestuur SKVOH Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Heerhugowaard Dit Reglement raad van bestuur is opgesteld conform de statuten en maakt deel uit van een samenhangende reeks van

Nadere informatie

Door middel van het voorliggende managementstatuut wordt door het bestuur alsnog uitvoering gegeven aan de wettelijke en statutaire verplichtingen.

Door middel van het voorliggende managementstatuut wordt door het bestuur alsnog uitvoering gegeven aan de wettelijke en statutaire verplichtingen. MANAGEMENTSTATUUT 1 PREAMBULE Artikel 32c van de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO) geeft aan schoolbesturen de verplichting om een managementstatuut vast te stellen waarin tenminste een regeling is

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING EN -WAARDERING. Stichting Talent Adjunct-algemeen directeur

FUNCTIEBESCHRIJVING EN -WAARDERING. Stichting Talent Adjunct-algemeen directeur FUNCTIEBESCHRIJVING EN -WAARDERING Adjunct-algemeen directeur januari 2013 Opdrachtgever Nieuwstraat 23 A 1621 EA Hoorn Auteur P.P.J.G. Janssen Project 5POBA4560 1 FUNCTIE INFORMATIE Functienaam Adjunct-algemeen

Nadere informatie

Besturingsmodel en managementstatuut voor primair en voortgezet onderwijs

Besturingsmodel en managementstatuut voor primair en voortgezet onderwijs Besturen op hoofdlijnen Besturingsmodel en managementstatuut voor primair en voortgezet onderwijs De bestuurlijke organisatie van het primair en het voortgezet onderwijs is aan het veranderen. Veel besturen

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 4 december 2015, door het College van Bestuur in haar vergadering van 7 december

Nadere informatie

a. bestuur: het bestuur van de Stichting Evangelische Hogeschool (EH)

a. bestuur: het bestuur van de Stichting Evangelische Hogeschool (EH) Directiestatuut Begripsbepaling In dit statuut wordt verstaan onder: a. bestuur: het bestuur van de Stichting Evangelische Hogeschool (EH) b. directeur: persoon die, namens het bestuur, belast is met de

Nadere informatie

Vaststellingsdatum bestuurs- en managementstatuut 1. Artikel 1 Definitiebepaling 2

Vaststellingsdatum bestuurs- en managementstatuut 1. Artikel 1 Definitiebepaling 2 Bestuurs- en Managementstatuut SWV Utrecht PO INHOUD I. Algemene bepalingen voor het bestuurs- en managementstatuut Vaststellingsdatum bestuurs- en managementstatuut 1 Artikel 1 Definitiebepaling 2 Artikel

Nadere informatie

Directiestatuut. m.i.v. 1 januari 2011. Christelijk Lyceum Veenendaal

Directiestatuut. m.i.v. 1 januari 2011. Christelijk Lyceum Veenendaal Directiestatuut m.i.v. 1 januari 2011 Christelijk Lyceum Veenendaal Inhoudsopgave 1 Bestuurlijke organisatie en ontwikkelingen... 3 1.1 Uitgangspunten voor de besturing... 3 1.2 De organisatorische opzet...

Nadere informatie

E. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1

E. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 E. (Edward) Moolenburgh Directeur VBS, september 2018 VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 INHOUD VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 2 1. Het bevoegd gezag draagt zorg voor een scheiding

Nadere informatie

REGLEMENT COLLEGE VAN BESTUUR

REGLEMENT COLLEGE VAN BESTUUR Stichting Talent Westerveld Drift 1A 7991 AA DWINGELOO Tel. 0521 59 49 44 Email: info@talentwesterveld.nl Website: www.talentwesterveld.nl REGLEMENT COLLEGE VAN BESTUUR Werkveld: Organisatie Beleidslijn:

Nadere informatie

Managementstatuut van de Stichting Het Baarnsch Lyceum, Scholengemeenschap voor vwo en havo

Managementstatuut van de Stichting Het Baarnsch Lyceum, Scholengemeenschap voor vwo en havo Managementstatuut van de Stichting Het Baarnsch Lyceum, Scholengemeenschap voor vwo en havo Begripsbepalingen Artikel 1. In dit managementstatuut wordt verstaan onder: 1. Stichting: De stichting Het Baarnsch

Nadere informatie

Managementstatuut MOVARE

Managementstatuut MOVARE Managementstatuut MOVARE 1. Inleiding Verschillende ontwikkelingen binnen het onderwijs hebben de aanzet gegeven tot veranderingen in de bestuurlijke verhoudingen. Zo hebben schaalvergroting, deregulering,

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 17 maart 2017, door het College van Bestuur in haar vergadering van 20 maart

Nadere informatie

Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid

Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid Binnen O2A5 staat een belangrijke verandering voor de deur, namelijk de invoering van zgn. onderwijsteams. Voor een succesvolle implementatie van deze organisatieverandering

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT HERVORMDE SCHOOLVERENIGING TE NIJKERK

MANAGEMENTSTATUUT HERVORMDE SCHOOLVERENIGING TE NIJKERK MANAGEMENTSTATUUT HERVORMDE SCHOOLVERENIGING TE NIJKERK 1 Inhoudsopgave Besturingsmodel... 3 Begripsbepalingen... 4 De artikelen... 6 Taakverdeling... 6 Het bestuur... 6 De Algemeen Directeur... 7 Het

Nadere informatie

Bestuursreglement ex artikel 14 lid 2 statuten Stichting Klas op Wielen

Bestuursreglement ex artikel 14 lid 2 statuten Stichting Klas op Wielen Bestuursreglement ex artikel 14 lid 2 statuten Stichting Klas op Wielen Vastgesteld te Alkmaar, d.d. 15 juni 2011, gewijzigd d.d. 8 februari 2013 1 Definities Artikel 1 1. De Raad van Toezicht: de Raad

Nadere informatie

Managementstatuut SKOM

Managementstatuut SKOM Managementstatuut SKOM Het managementstatuut regelt de verantwoordelijkheden en bevoegdheden tussen enerzijds het bestuur en anderzijds de algemeen directeur en tussen de algemeen directeur en de schoolleiders.

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT SAMENWERKINGSVERBAND PO SWV 30.06

MANAGEMENTSTATUUT SAMENWERKINGSVERBAND PO SWV 30.06 MANAGEMENTSTATUUT SAMENWERKINGSVERBAND PO SWV 30.06 Artikel 1 - Definitiebepaling In dit managementstatuut wordt verstaan onder: Vereniging: de Vereniging Samenwerkingsverband PO 30.06; Algemene vergadering:

Nadere informatie

Scheiding intern toezicht bestuur en het managementstatuut

Scheiding intern toezicht bestuur en het managementstatuut Scheiding intern toezicht bestuur en het managementstatuut 1. Inleiding Als uitvloeisel van de Wet goed onderwijs, goed bestuur is het bevoegd gezag op grond van artikel 17b, tweede lid van de Wet op het

Nadere informatie

Managementstatuut swv Passend Primair Onderwijs Noord- Kennemerland

Managementstatuut swv Passend Primair Onderwijs Noord- Kennemerland Managementstatuut swv Passend Primair Onderwijs Noord- Kennemerland Artikel 1 Definitiebepaling In dit managementstatuut wordt verstaan onder: Bestuur het bestuur van het samenwerkingsverband Passend Primair

Nadere informatie

Code Goed Bestuur. in het Primair Onderwijs

Code Goed Bestuur. in het Primair Onderwijs Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs Contactgegevens Stichting Hervormde Scholen De Drieslag Jacob Catsstraat 82 3771 GM Barneveld tel. 0342 478243 www.dedrieslag.nl Dhr. A. van den Berkt Algemeen

Nadere informatie

Managementstatuut Voortgezet Onderwijs SCOPE scholengroep

Managementstatuut Voortgezet Onderwijs SCOPE scholengroep Managementstatuut Voortgezet Onderwijs SCOPE scholengroep Begripsbepalingen Artikel 1 College van Bestuur Sectordirecteur Vestigingsdirecteur Directeur Personeel SCOPE VO-directie Unitleider Locatieleider

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur

Reglement College van Bestuur Reglement College van Bestuur Meerwegen scholengroep Stichting PCVOE Versie 1.0 Vastgesteld door CvB op: 3 oktober 2011 Goedgekeurd door RvT op: 26 september 2011 1 Preambule Dit Reglement College van

Nadere informatie

Directiestatuut. Directeur bestuurder Samenwerkingsverband VO Zuid Kennemerland

Directiestatuut. Directeur bestuurder Samenwerkingsverband VO Zuid Kennemerland Directiestatuut Directeur bestuurder Samenwerkingsverband VO Zuid Kennemerland Vastgesteld in de ledenraad op 26 maart 2014 PREAMBULE Dit directiestatuut is aanvullend op de in de Verenigingsstatuten verankerde

Nadere informatie

Functiebeschrijving Directeur PO

Functiebeschrijving Directeur PO Functiebeschrijving Directeur PO Functie-informatie: Functienaam Salarisschaal Werkterrein Activiteiten Directeur Conform CAO Management -> Overig management Beleid voorbereiden, ontwikkelen, implementeren

Nadere informatie

Reglement intern toezicht

Reglement intern toezicht Reglement intern toezicht De raad van toezicht van de Stichting Scala College en Coenecoop College besluit gelet op richtlijn 23 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 en artikel 2 lid 1

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT TEN BEHOEVE VAN HET PRIMAIR ONDERWIJS. A. Statuut. Preambule

MANAGEMENTSTATUUT TEN BEHOEVE VAN HET PRIMAIR ONDERWIJS. A. Statuut. Preambule MANAGEMENTSTATUUT TEN BEHOEVE VAN HET PRIMAIR ONDERWIJS A. Statuut Preambule Dit managementstatuut is gebaseerd op het besturingsmodel Besturen op hoofdlijnen, zoals dat door het bestuur van de vereniging

Nadere informatie

Dit directiestatuut is na overleg met de medezeggenschapsraden door het bestuur van Onderwijsgroep Galilei, bevoegd gezag van

Dit directiestatuut is na overleg met de medezeggenschapsraden door het bestuur van Onderwijsgroep Galilei, bevoegd gezag van Directiestatuut Onderwijsgroep Galilei Dit directiestatuut is na overleg met de medezeggenschapsraden door het bestuur van Onderwijsgroep Galilei, bevoegd gezag van OSG de Eilanden te Spijkenisse, OSG

Nadere informatie

Managementstatuut Onderwijsgroep Amersfoort

Managementstatuut Onderwijsgroep Amersfoort Managementstatuut Onderwijsgroep Amersfoort Preambule Dit managementstatuut is een uitwerkingsdocument van het bestuursreglement en regelt de mandatering van bestuurlijke taken, verantwoordelijkheden en

Nadere informatie

Managementstatuut. Stichting Scala College en Coenecoop College

Managementstatuut. Stichting Scala College en Coenecoop College Managementstatuut Stichting Scala College en Coenecoop College Vastgesteld door college van bestuur op 8 november 2018 Advies MR Coenecoop College 28 november 2018 Advies MR Scala College 13 december 2018

Nadere informatie

Managementstatuut Samenwerkingsverband 25.04

Managementstatuut Samenwerkingsverband 25.04 Managementstatuut SWV passend onderwijs V(S)O 25.4 Managementstatuut Samenwerkingsverband 25.04 INHOUD Artikel 1 Definitiebepaling Artikel 2 Vaststelling en wijziging van het managementstatuut Artikel

Nadere informatie

Managementstatuut Stichting CPO Noordkwartier

Managementstatuut Stichting CPO Noordkwartier Managementstatuut Stichting CPO Noordkwartier managementstatuut stichting Noordkwartier d.d. 1 januari 2013 onderwijsbureau meppel/md - pagina 1 INHOUDSOPGAVE Artikel 1. Begripsbepalingen... 3 Artikel

Nadere informatie

Toezichtkader Montessori Vereniging Haarlemmermeer

Toezichtkader Montessori Vereniging Haarlemmermeer Toezichtkader Montessori Vereniging Haarlemmermeer Inhoud Inleiding... 3 Wat houdt het (intern) toezicht in?... 4 Werkwijze toezichthoudende deel van het bestuur/ toezichtkader... 6 1. Openbare identiteit...

Nadere informatie

Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs (versie 2012)

Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs (versie 2012) Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs (versie 2012) I. Algemene bepalingen Artikel 1 - Begripsbepalingen In deze code wordt verstaan onder: a) Wet: de Wet op het Primair Onderwijs dan wel de Wet op

Nadere informatie

Managementstatuut Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Eemland. Artikel 1 Definitiebepaling 2

Managementstatuut Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Eemland. Artikel 1 Definitiebepaling 2 Managementstatuut Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Eemland. Versie 3 d.d. 8 juli 2013 INHOUD Vaststellingsdatum managementstatuut Artikel 1 Definitiebepaling 2 Artikel 2 Vaststelling en wijziging van

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT. November ENMS, Laan van Poot 353 Den Haag

MANAGEMENTSTATUUT. November ENMS, Laan van Poot 353 Den Haag MANAGEMENTSTATUUT November 2010 ENMS, Laan van Poot 353 Den Haag Begripsbepaling In dit statuut wordt verstaan onder: a. bestuur: het bestuur van de Vereniging voor Montessorionderwijs te Den Haag ( de

Nadere informatie

Artikel 2. Vaststelling en wijzigingen van het managementstatuut

Artikel 2. Vaststelling en wijzigingen van het managementstatuut Managementstatuut Stichting R.K. Onderwijs Rijsbergen Artikel 1. Begripsbepalingen In dit managementstatuut wordt verstaan onder: a. stichting de Stichting R.K. Onderwijs Rijsbergen b. statuten de statuten

Nadere informatie

4. Bij voorkeur zal de raad van toezicht van Stichting P60 bij de werving van nieuwe toezichthouders buiten het eigen netwerk zoeken.

4. Bij voorkeur zal de raad van toezicht van Stichting P60 bij de werving van nieuwe toezichthouders buiten het eigen netwerk zoeken. REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT Opgesteld door de voorzitter op 25.03.2013 Vastgesteld door de raad van toezicht op: 27.05.2013 te Amstelveen HOOFDSTUK I. ALGEMEEN Artikel 1. Begrippen en terminologie Dit

Nadere informatie

Dagelijks Bestuurs- en directiestatuut. Stichting Samenwerkingsverband. PO De Kempen

Dagelijks Bestuurs- en directiestatuut. Stichting Samenwerkingsverband. PO De Kempen Dagelijks Bestuurs- en directiestatuut Stichting Samenwerkingsverband PO De Kempen Pagina 1 Artikel 1 Aangeslotene Afgevaardigde Aantal leerlingen Bestuur Dagelijks Bestuur Algemeen Bestuur Bevoegd gezag

Nadere informatie

Directiestatuut Domijn

Directiestatuut Domijn Directiestatuut Domijn 4 mei 2012 Diskisnr.: 1972042 Inhoudsopgave 1. Directiestatuut Domijn 3 1.1. Inleiding 3 1.2. Doel van de functies 3 1.3. Plaats in de organisatie 4 1.4. Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden

Nadere informatie

Vaststellingsdatum managementstatuut 1. Artikel 1 Definitiebepaling 2. Artikel 2 Vaststelling en wijziging van het managementstatuut 2

Vaststellingsdatum managementstatuut 1. Artikel 1 Definitiebepaling 2. Artikel 2 Vaststelling en wijziging van het managementstatuut 2 Managementstatuut SWV VO 30-06 versie 24 maart 2014 INHOUD Vaststellingsdatum managementstatuut 1 Artikel 1 Definitiebepaling 2 Artikel 2 Vaststelling en wijziging van het managementstatuut 2 Artikel 3

Nadere informatie

Directiestatuut. Montessori Vereniging Vreugd en Rust

Directiestatuut. Montessori Vereniging Vreugd en Rust Directiestatuut Montessori Vereniging Vreugd en Rust Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 1.1 Zelfbeheer... 2 1.2 De positie van de directie... 2 1.3 Het managementrapportagesysteem... 2 2. De verhouding tussen

Nadere informatie

Managementreglement Mandatering taken/bevoegdheden/verantwoordelijkheden managementteamleden

Managementreglement Mandatering taken/bevoegdheden/verantwoordelijkheden managementteamleden Managementreglement Mandatering taken/bevoegdheden/verantwoordelijkheden managementteamleden STICHTING VRIJE SCHOOL NOORD EN OOST-Nederland Definitief besluit d.d. 2 mei 2016 Pagina 1 Inleiding Middels

Nadere informatie

Naar een Raad van Toezicht. Vereniging voor Gereformeerd Voortgezet Onderwijs voor Westelijk Nederland

Naar een Raad van Toezicht. Vereniging voor Gereformeerd Voortgezet Onderwijs voor Westelijk Nederland Naar een Raad van Toezicht Vereniging voor Gereformeerd Voortgezet Onderwijs voor Westelijk Nederland April 2011 0 Inhoud Naar een Raad van Toezicht... 0 1. Waarom een Raad van Toezicht- model?... 2 2.

Nadere informatie

Bestuursreglement Stichting Onderwijsgroep Amersfoort

Bestuursreglement Stichting Onderwijsgroep Amersfoort Bestuursreglement Stichting Onderwijsgroep Amersfoort Preambule Het college van bestuur (bestuur) van de Stichting Onderwijsgroep Amersfoort bestuurt volgens het uitgangspunt dat pluriformiteit en eigenheid

Nadere informatie

Reglement Raad van toezicht

Reglement Raad van toezicht Reglement Raad van toezicht Meerwegen scholengroep Stichting PCVOE Versie 1.1 Vastgesteld door de Raad van Toezicht op: 18 december 2017 Preambule Dit Reglement Raad van Toezicht is opgesteld conform de

Nadere informatie

Dit reglement is opgesteld en vastgesteld ingevolge artikel 5.5. van de statuten van Stichting Vocallis.

Dit reglement is opgesteld en vastgesteld ingevolge artikel 5.5. van de statuten van Stichting Vocallis. BESTUURSREGLEMENT Vastgesteld door het bestuur op 6 mei 2015. Hoofdstuk I. Algemeen. Artikel 1. Begrippen en terminologie. Dit reglement is opgesteld en vastgesteld ingevolge artikel 5.5. van de statuten

Nadere informatie

Managementstatuut. Managementstatuut Alliantie VO / pag. 1

Managementstatuut. Managementstatuut Alliantie VO / pag. 1 Managementstatuut Managementstatuut Alliantie VO / pag. 1 Dit statuut is een managementstatuut in de zin van artikel 32c van de wet. Het regelt de verdeling van taken en bevoegdheden tussen het College

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT. Stichting Islamitische School. Amsterdam

MANAGEMENTSTATUUT. Stichting Islamitische School. Amsterdam MANAGEMENTSTATUUT Stichting Islamitische School Amsterdam Preambule Op grond van artikel 31 van de Wet op het primair onderwijs (Wpo) dient het bestuur een managementstatuut vast te stellen. In het managementstatuut

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur IJsselgroep

Reglement College van Bestuur IJsselgroep Reglement College van Bestuur IJsselgroep Vastgesteld door de Raad van Toezicht d.d. 12 maart 2014 0. Inleiding In de statuten d.d. 19 december 2009 van de Stichting IJsselgroep Educatieve Dienstverlening

Nadere informatie

Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit. Onderwijsstichting Esprit

Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit. Onderwijsstichting Esprit Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit Onderwijsstichting Esprit Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit Visie en Toezicht Conform artikel 2 lid 2 van

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur. Esprit Scholen

Reglement College van Bestuur. Esprit Scholen Reglement College van Bestuur Esprit Scholen Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 21 sept. 2007, door het College van Bestuur in haar vergadering van 24 sept. 2007, ingaande

Nadere informatie