De prestatie van mensen met autisme op de Rey-Osterrieth Complex Figure met gebruik van de Boston Qualitative Scoring System

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De prestatie van mensen met autisme op de Rey-Osterrieth Complex Figure met gebruik van de Boston Qualitative Scoring System"

Transcriptie

1 De prestatie van mensen met autisme op de Rey-Osterrieth Complex Figure met gebruik van de Boston Qualitative Scoring System Lidia Fernandes Pinto Universiteit van Tilburg, Nederland Dr. R. E. Mark Universiteit van Tilburg, Nederland Dr. A. A. Spek Geestelijke Gezondheidzorg Eindhoven en De Kempen

2 Samenvatting Doelstelling: In deze studie werd de prestatie van mensen met een autisme spectrum stoornis op de Rey-Osterrieth Complex Figure (ROCF) onderzocht aan de hand van het Boston Qualitative Scoring System (BQSS) om eventuele verschillen met een gezonde controlegroep in kaart te brengen. Methode: De onderzoeksgroep bestaat uit 24 volwassenen met een autisme spectrum stoornis en de controlegroep uit 24 gezonde volwassenen. Participanten uit beide groepen werden gematcht op totaal IQ, performaal IQ en leeftijd. Om de scores van beide groepen op de BQSS op alle drie de condities van de ROCF (namelijk copy, immediate recall en delayed recall ) te analyseren werd er gebruik gemaakt van een variantieanalyse (ANOVA). Resultaten: Er zijn significante verschillen gevonden tussen beide groepen op de scores van de BQSS. Tegen verwachting in hebben participanten uit de controlegroep een meer gefragmenteerde en een meer verticaal vervormde tekening laten zien op de immediate recall conditie dan participanten uit de onderzoeksgroep. Op de delayed recall conditie hebben participanten uit de controlegroep een meer horizontaal vervormde tekening laten zien dan participanten uit de onderzoeksgroep. Bij de copy conditie zijn er geen significante verschillen gevonden. Conclusies: De ROCF met het gebruik van de BQSS kan mensen met een autisme spectrum stoornis en een gezonde controlegroep niet goed differentiëren. De scores op de BQSS lijken geen goed meetinstrument te zijn om problemen in het executieve functioneren en problemen met centrale coherentie van volwassenen met autisme in kaart te brengen. Kernwoorden: ROCF, BQSS, autisme spectrum stoornis, centrale coherentie, executieve functies. 2

3 Inleiding Autisme Spectrum stoornis Een autisme spectrum stoornis wordt gekenmerkt door een omvangrijk continuüm van geassocieerde cognitieve stoornissen en gedragsstoornissen. Om te kunnen spreken van autisme moeten er drie specifieke kenmerken aanwezig zijn die als de kern van autisme beschouwd worden, namelijk: kwalitatieve beperkingen in de sociale interactie, kwalitatieve beperkingen in de verbale en non-verbale communicatie en beperkte en zich herhalende stereotiepe patronen van gedrag (American Psychiatry Association, 1994). Naast deze drie kern kenmerken is er ook sprake van cognitieve problemen in het executieve functioneren (Ozonoff, South, & Provencal, 2005), een zwakke centrale coherentie (Happé & Frith, 2006), en problemen met de Theory of Mind. (Baron-Cohen, 2000). Theory of mind is het vermogen om te begrijpen dat iemand anders op een andere manier kan voelen, denken of ervaren dan de persoon zelf. Hierbij is het nodig dat men zich kan verplaatsen in een ander, zodat men het gedrag van de ander kan verklaren en voorspellen (Baron-Cohen, 2001). Centrale coherentie is het vermogen om informatie te integreren tot een betekenisvol geheel waarbij de omgeving meegewogen wordt (Happé, 2005). Volgens de zwakke centrale coherentie hypothese zouden mensen met autisme de wereld in stukjes waarnemen, daar ze zich eerder op de details focussen dan op het geheel. Dit betekent dat mensen met autisme problemen zouden hebben met het integreren van informatie binnen een bepaalde context (Happé, 2005). Executieve functies zijn processen die helpen om effectieve oplossingsstrategieën toe te passen door eigen inadequaat gedrag te stoppen en adequaat gedrag te initiëren. Hierbij gaat het ook om zelfcontrole door middel van feedback en cognitieve flexibiliteit om van strategie te veranderen van de ene situatie naar de andere (Hill, 2004). Bij mensen met autisme uit het tekort in het executieve functioneren zich onder andere in problemen met: het plannen en organiseren van de toekomst, het wisselen naar nieuwe cognitieve sets, het verwerken van informatie in een nieuwe, onvoorspelbare omgeving en het generaliseren van informatie die eerder geleerd is in nieuwe situaties (Hill, 2004; Williams, Minshew, & Goldstein, 2006; Lopez, Lincon, Ozonoff, & Lai, 2005). Verder komen er bij mensen met een autisme spectrum stoornis tevens sensorische, perceptuele en cognitieve tekorten voor. De mate waarin dit voorkomt 3

4 verschilt per persoon (Mash & Wolfe, 2002). De cognitieve tekorten kunnen in twee groepen verdeeld worden, namelijk: specifieke cognitieve tekorten in het verwerken van sociale, emotionele informatie en een meer algemeen cognitieve tekorten in de informatieverwerking (Mash & Wolfe, 2002). Daarnaast is er een groot verschil te zien wat betreft het intellectuele functioneren van individuen met autisme. Autisme is geassocieerd met verstandelijke beperkingen (totaal IQ < 70), maar ook met de zogenaamde hoog functionerende mensen met autisme (HFA). De term HFA verwijst naar mensen met autisme zonder een verstandelijke beperking (totaal IQ > 70). Ongeveer 25% tot 30% van mensen met autisme vallen in de categorie HFA (Minshew, Goldstein & Siegel, 1995). De Rey-Osterrieth Complex Figure (ROCF) In 1941 heeft Andre Rey een complexe figuur gepubliceerd om de perceptuele organisatie en het visuele episodische geheugen te onderzoeken bij mensen met hersenletsel. Drie jaar later heeft Paul Osterrieth een scoringssysteem ontwikkeld om Rey s procedure te standaardiseren waarbij hij de data heeft genormeerd. Sindsdien heet de test de Rey-Osterrieth Complex Figure test (Lezak, Howieson, Lorin & Hannay, 2004). De administratie van de ROCF bestaat uit drie condities, namelijk een copy conditie, een immediate recall conditie en een delayed conditie. Bij de copy conditie wordt men geïnstrueerd om de ROCF te kopiëren. Onmiddellijk na het kopiëren van de figuur wordt er gevraagd om de ROCF nogmaals te tekenen, maar nu vanuit het geheugen. Na twintig tot dertig minuten wordt wederom gevraagd om de ROCF vanuit het geheugen te tekenen. Men wordt niet van tevoren gewaarschuwd dat gevraagd zal worden om de figuur nogmaals vanuit het geheugen na te tekenen. Verschillende scoringsmethoden zijn ontwikkeld om de ROCF bij volwassenen te evalueren. De meest gebruikte methoden om de ROCF te evalueren, zoals de Osterrieth s 36 punten methode en het systeem van Meyers en Meyers (1995), leveren enkel een kwantitatieve score op, welke gebaseerd is op de aanwezigheid en accuraatheid van de 18 elementen in het figuur. Bij deze methoden wordt er niet gekeken naar de planning, strategie en organisationele benadering tijdens het tekenen van het figuur. Echter, door de complexiteit van het figuur kan de ROCF cognitieve processen weergeven zoals strategiegebruik op het moment dat het figuur gekopieerd wordt (Knight, 2004). 4

5 De ROCF is al eerder gebruikt bij onderzoek naar de centrale coherentie van hoog functionerende mensen met autisme (Jolliffe & Baron-Cohen, 1997; Ropar & Mitchell, 2001; Mottron, Belleville & Ménard, 1999). Bij onderzoek naar centrale coherentie gaat het om het proces van het tekenen en niet om het eindresultaat. Een zwakke centrale coherentie zou in een gefragmenteerde tekening resulteren. Om de centrale coherentie te onderzoeken hebben de auteurs van deze studies ieder een eigen methode gecreëerd om dat te doen. De resultaten van deze onderzoeken verschillen van elkaar. Het nadeel van zelfbedachte methoden is dat het vergelijken met resultaten uit andere studies heel moeilijk is, omdat ze verschillen van elkaar en niet genormeerd en gestandaardiseerd zijn. Het Boston Qualitative Scoring System (BQSS) (Stern, Javorsky, Singer, Singer, Somerville, Duke, Thompson & Kaplan 1999) is een scoringssysteem voor volwassenen voor de ROCF dat een set van zeventien kwalitatieve scores en een set van zes kwantitatieve scores oplevert. De kwalitatieve scores gaan over het proces van het tekenen van de figuur en de kwantitatieve scores gaan over het eindproduct. De voordelen van de BQSS omvatten een brede standaardisatiegroep en een steeds groeiende literatuur over de BQSS scores in verschillende klinische groepen, zoals hersenletsel, ziekte van Alzheimer, ziekte van Parkinson, vasculair dementie, HIV, alcohol misbruik en ADHD (Boone, 2000). Een onderzoek met volwassenen heeft een significante correlatie laten zien tussen de BQSS scores en de scores van andere executieve functietests (Stern et al, 1999). Een zwakke organisationele strategie kan resulteren in een gefragmenteerde benadering, decentralisatie van het figuur op het vel papier, verkeerde positionering van de elementen in het figuur en een onlogische volgorde van het tekenen van de elementen in het figuur. De BQSS bevat ook een score voor het herhalen van elementen in het figuur, welke perseveratieve neigingen aangeeft (Stern & Prohaska, 1996). De validiteit van deze executieve scores van de BQSS werd aangetoond in verschillende onderzoeken. Uit het onderzoek van Mahurin, Eckert, Velligan, Hazelton en Miller (1997) komt naar voren dat er een significante associatie bestaat tussen de scores uit de BQSS en de scores van de functionele capaciteit en cognitieve executieve competenties van schizofrenie patiënten. Uit het onderzoek van Schreiber, Javorsky, Robinson en Stern (1999) blijkt dat de Neatness, Planning en Perseveration scores, patiënten met ADHD en een gematchte controlegroep goed 5

6 kunnen discrimineren. Uit het onderzoek van Somerville, Tremont and Stern (2000) blijkt dat de BQSS executieve scores significant correleren met traditionele executieve tests, zoals de Wisconsin Card Sorting Test en Trial Making Test. Verder bleek uit dit onderzoek dat de score organization onderscheid kan maken tussen geen executieve disfunctie, een milde of een ernstige executieve disfunctie. Doel van het onderzoek De BQSS is nog niet onderzocht bij mensen met autisme. De scores van de BQSS blijken constructen te meten waarin mensen met autisme tekorten hebben, zoals executieve functies en centrale coherentie. Onderzoek naar de BQSS zou mogelijk meer duidelijkheid kunnen geven omtrent de bruikbaarheid van deze scoringsmethode om de centrale coherentie en executieve functies bij volwassenen met autisme in kaart te brengen. Daarom kan het interessant zijn voor het klinische gebruik om disfuncties te onderzoeken bij mensen met autisme. De doelstelling van dit onderzoek is onderzoeken of de scores uit de BQSS kunnen differentiëren tussen mensen met autisme en een gezonde controlegroep. De onderzoeksvraag is: Is er een verschil tussen de BQSS scores van mensen met autisme en de scores van een gezonde controle groep? In overeenstemming met de literatuur wordt er verwacht dat mensen met autisme lager zullen scoren op de scores fragmentation, planning, neatness en perseveration in vergelijking met een gezonde controlegroep. Methode Proefpersonen Twee groepen proefpersonen werden geselecteerd uit een lopend onderzoek bij de Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven en de Kempen (GGzE): een autisme spectrum stoornis groep en een gezonde controlegroep. Er waren 24 controle personen en 24 mensen met autisme beschikbaar voor dit onderzoek (zie tabel B1 voor de kenmerken van de proefpersonen). De onderzoeksgroep werd gediagnosticeerd volgens de criteria op DSM-IV (American Psychiatric Association, 1994). Dit gebeurde door het afnemen van twee semi-gestructureerde interviews door verschillende daarin getrainde psychologen die volgens dezelfde richtlijnen werken. Het eerste semi-gestructureerde interview is een vragenlijst gebaseerd op de criteria 6

7 van DSM-IV welke bij de patiënt zelf afgenomen werd. Het tweede interview is de Autism Diagnostic Interview Revised (ADI-R) (Lord, Rutter & LeCoucteur, 1994), wat werd afgenomen bij een familielid (liefst één van de ouders) van de patiënt of iemand die de patiënt goed kent. De gezonde controlegroep werd geselecteerd door advertenties op Internet. Bij de controle groep werden er alleen mensen in het onderzoek opgenomen die geen psychische stoornissen hadden en waarbij geen autisme voorkwam in de familie. Dit werd aan de participanten gevraagd bij aanvang van het onderzoek. De proefpersonen werden gematcht op geslacht, leeftijd, totaal IQ en performaal IQ scores, gemeten met de Wechsler Intelligence Scale for Adults Third Edition (WAIS-III) (Wechsler, 2000) (zie appendix A bijlage 1 voor informatie over de WAIS-III). Er werden geen significante verschillen gevonden tussen de groepen (zie tabel B1). Er werd gekozen om te matchen op totaal IQ (TIQ) en performaal IQ (PIQ). Alleen mensen met een gemiddeld of hoger TIQ (94-130) werden geselecteerd, aangezien dit onderzoek is gericht op het onderzoeken van de problemen die mensen met autisme kunnen hebben op de BQSS en niet op eventuele problemen die voortvloeien uit een lagere intelligentie. Metingen Zowel de WAIS-III als de ROCF maken deel uit van een uitgebreid protocol en werden niet op dezelfde dag afgenomen. The Boston Qualitative Scoring System (BQSS) De BQSS verdeelt de ROCF in drie sets van elementen, namelijk configural elements, clusters, en details. Hierdoor kan men bij het beoordelen van de figuur goed nagaan of er onderdelen ontbreken, misplaatst of vervormd zijn. Deze elementen hebben een hiërarchie met betrekking tot de waarde van het element in de structuur van het figuur. Er zijn zes configural elements die fundamenteel zijn voor de structuur van het figuur. Daarnaast zijn er negen clusters en zes details. De configural elements worden beoordeeld op aanwezigheid, accuraatheid en fragmentatie. De clusters worden beoordeeld op aanwezigheid, accuraatheid en plaatsing (alleen cluster één op fragmentatie) en de details worden beoordeeld op aanwezigheid en plaatsing (zie appendix A bijlage 2 voor de beschrijving van deze metingen). Deze scores worden berekend aan de hand van een aantal criteria die men 7

8 doorloopt op een scoringsboekje. De scores worden per beoordelingscriterium bij elkaar opgeteld, zodat er uiteindelijk zestien totaalscores voor de drie condities ontstaan. Deze scores lopen van 0 tot en met 4. Net zoals bij deze scores worden ook planning, neatness, perseveration en confabulation op een vijfpuntsschaal beoordeeld. Bijvoorbeeld, een score 4 op fragmentation betekent geen fragmentatie van de tekening en een score 0 betekent dat de tekening erg gefragmenteerd getekend werd. Een score 4 op planning geeft een goede strategie aan bij het proces van tekenen en een score 0 geeft een slechte planning aan. Een score 4 op perseveration betekent dat er geen herhaling van elementen in de tekening voorkomt en een score 0 geeft een ernstige perseveratie aan. Al deze scores geven kwalitatieve dimensies van de ROCF weer. De summary scores vormen de kwantitatieve scores van de BQSS. Als eerste worden de aanwezigheid en accuraatheid van configural elements en clusters en de aanwezigheid van details per conditie bij elkaar opgeteld. Voor de copy conditie representeert dit een globale maat voor accurate visuele perceptie en het vermogen tot visuele constructie. Voor de herinneringscondities representeren deze scores de aanwezigheid en accuraatheid van de herinnerende informatie. Daarnaast zijn er samengevatte scores voor het herinneringsvermogen op de onmiddellijke herinneringstaak en op de uitgestelde herinneringstaak. Dit zijn maten voor de hoeveelheid herinnerde informatie van kopieerconditie naar onmiddellijke herinneringsconditie en van onmiddellijke herinneringsconditie naar uitgestelde herinneringsconditie. Tenslotte is er de samengevatte score voor organisatie (zie appendix A bijlage 3 voor de beschrijving van deze metingen en hoe ze worden berekend). De BQSS is de enige scoringsmethode die op dit moment beschikbaar is die een uitgebreide set kwalitatieve scores naast een set kwantitatieve score presenteert voor volwassenen voor de ROCF en die eveneens goed gestandaardiseerd is (Knight, 2004). Voor achtergrondinformatie van de BQSS zie appendix A bijlage 4. Daarnaast zorgt het feit dat er niet één score uit komt maar 23 ervoor dat deze methode beter genuanceerd is dan de andere beschikbare methoden. In het huidige onderzoek zullen alle zestien kwalitatieve scores gebruikt worden bij de analyses. De score op de variabele asymmetry wordt niet meegenomen in deze onderzoek. Deze score wordt namelijk niet in een vijfpuntschaal beoordeeld, maar geeft weer of er wel of geen sprake is van asymmetrie van de 8

9 tekening. Aangezien de summary scores berekend worden aan de hand van de kwalitatieve scores, worden deze alleen in de analyse opgenomen als er een significant verschil is tussen de groepen bij de kwalitatieve scores waarmee de summary scores berekend worden. Materiaal en procedure Het testmateriaal bestaat uit een reproductie van de ROCF, A4 papier en een registratievel waarin de complexe figuur afgebeeld is zodat de testleider de volgorde van de tekening van de proefpersonen bij kan houden. De volgorde waarin de proefpersoon tekent, werd geregistreerd door de testleider op een registratievel met de ROCF erop weergegeven. Dat gebeurt door aan de lijnen die getekend worden, cijfers toe te kennen in dezelfde volgorde waarin de proefpersoon de lijnen tekent. Deze methode is de beste manier om de volgorde van het tekenen bij te houden (Lezak, 2004). De proefpersonen kregen de in het Nederlands vertaalde instructie voor de ROFC test, zoals is beschreven in de handleiding van de BQSS (Stern et al., 1999) (Zie appendix A- bijlage 5 voor de instructie van de BQSS). Een reproductie van de ROCF werd horizontaal aan de proefpersoon voorgelegd. De proefpersoon kreeg een leeg vel papier en er werd aan de proefpersoon gevraagd om het figuur zo correct en nauwkeurig mogelijk na te tekenen. Dit is de copy conditie. Toen de proefpersoon klaar was met het tekenen werd de reproductie van de ROCF weggehaald. De proefpersoon kreeg een nieuw leeg vel papier en werd gevraagd om het figuur zo correct en nauwkeurig mogelijk te tekenen vanuit het geheugen. Dit is de immediate recall conditie. Na een pauze van minimaal 20 en maximaal 30 minuten werd er opnieuw aan de proefpersoon gevraagd om het figuur vanuit het geheugen te tekenen. Dat is de delayed recall conditie. Gedurende de pauze werden er geen tests afgenomen; de proefpersonen gingen in een wachtkamer zitten. Mensen werden niet van tevoren gewaarschuwd dat ze de tekening vanuit hun geheugen nogmaals zouden moeten tekenen. De ROCF werd gescoord volgens de handleiding van de BQSS. Statistische Analyses De scores op de BQSS van ieder participant werd afzonderlijk gescoord door twee onderzoekers werkend bij de GGzE om de interbeoordelaarbetrouwbaarheid 9

10 (IBB) te onderzoeken. De IBB van de scores op de BQSS werd vastgesteld met behulp van Cohen's Kappa en vervolgens geïnterpreteerd aan de hand van Landis en Koch (1977). Deze lopen van substantieel tot perfect ( ) (Zie tabel B5). De scores van alle zestien geschaalde kwalitatieve scores op de BQSS van de copy, immediate recall en delayed recall zijn in een SPSS 15.0 bestand ingevuld. Tevens werden het geslacht, de leeftijd en diagnose (wel of geen autisme) van de proefpersonen ingevuld. Van de WAIS-III werden het TIQ en PIQ gebruikt. Om de kwalitatieve scores van de onderzoeksgroep te vergelijken met de scores van de controlegroep zijn er drie aparte variantieanalyses (ANOVA) toegepast op de variabelen, één voor iedere conditie van de ROCF. De onafhankelijke variabele was groep, dat wil zeggen, wel of geen autisme. De afhankelijke variabelen waren alle zestien kwalitatieve BQSS scores op iedere conditie (copy, immediate recall en delayed recall). Een significantieniveau van p 0.05 is gebruikt om te onderzoeken of er significante verschillen zijn. Volgens de hypotheses zouden mensen met autisme een significante lagere score hebben in vergelijking met de controlegroep op de volgende scores: fragmentation, planning, neatness en perseveration. Op de andere scores worden er geen significante verschillen verwacht. Resultaten Om te onderzoeken of er een verschil is tussen de scores van de ASS groep en de controlegroep op de BQSS wordt er gebruik gemaakt van drie variantieanalyses (ANOVA), één analyse voor iedere conditie van de ROCF, namelijk copy, immediate recall en delayed recall. De gemiddelden en standaarddeviaties van de BQSS variabelen bij alle drie condities worden weergegeven in tabellen B2, B3 en B4. Er werd geen significante verschil gevonden tussen de autisme groep en de controlegroep bij de copy conditie (zie tabel B2). Bij de immediate recall conditie werd er een significant verschil gevonden tussen de groepen bij de variabelen fragmentation (F (1,47) = 4.6, p < 0.05) en vertical expansion (F (1,47) = 5.5, p < 0.05) (zie tabel B3). 10

11 Bij de delayed recall conditie werd een significant verschil geconstateerd tussen de groepen bij de variabele horizontal expansion (F (1,47) = 4.9, p < 0.05) (zie tabel B4). Discussie In het huidige onderzoek is de prestatie van volwassenen met autisme op The Boston Qualitative Scoring System in kaart gebracht. Hierbij zijn hun prestaties vergeleken met die van een gezonde controlegroep volwassenen. De data zijn geanalyseerd op alle variabelen van alle drie de condities, namelijk copy, immediate recall en delayed recall. In deze discussie zullen de resultaten besproken worden. De hypothese was dat de onderzoeksgroep slechter zouden presteren op de variabelen fragmentation, planning, neatness en perseveration dan de controlegroep. Het onderhavige onderzoek laat echter geen verschil zien tussen volwassenen met een autisme spectrum stoornis en een controlegroep op alle variabelen op de BQSS, behalve op de variabele fragmentation en vertical expansion van de immediate recall conditie en op de variabelen horizontal expansion van de delayed recall conditie. Hierbij is het opvallend dat de controlegroep een meer gefragmenteerde tekening lieten zien op de immediate recall conditie dan de ASS groep. Dit komt niet overeen met wat er aan de hand van de literatuur verwacht werd. De uitkomsten van de huidige studie, die tegengesteld zijn aan wat op basis van voorgaande literatuur verwacht was, kunnen op verschillende wijzen verklaard worden. Bijvoorbeeld zou de hypothese gesteld kunnen worden dat de BQSS geen goede methode is om centrale coherentie en problemen in het executieve functioneren in kaart te brengen. Hierbij is het belangrijk om op te merken dat de ROCF niet ontwikkeld is om centrale coherentie en executive functies te meten. De ROCF is namelijk ontwikkeld om de perceptuele organisatie en het visuele episodische geheugen te onderzoeken bij mensen met hersenletsel. In het algemeen is het de vraag of de prestatie op cognitieve testen overeenkomen met beperkingen die zich uiten in het dagelijks leven. Dit wordt ook wel ecologische validiteit genoemd (Chaytor, Schimitter-Edgecombe, & Burr, 2006). Uit onderzoek blijkt dat neurologische testen in het algemeen slechts zeer beperkt in staat zijn om beperkingen zoals deze 11

12 voorkomen in het dagelijks leven in kaart te brengen. (Chaytor et al. 2006; Kenworthy, Yerys, Gutermuth, & Wallace, 2008). Ondanks we dit niet expliciet hebben onderzocht, vermoeden we op basis van de resultaten van het huidige onderzoek dat de BQSS geen ecologisch valide representatie kan geven van de beperkingen die kenmerkend zijn voor autismespectrumstoornissen. Verder moet er ook rekening gehouden worden met het feit dat mensen met een autismespectrumstoornis veel zaken leren te compenseren en dat sommige mensen met autisme, met name intelligente volwassenen, zichzelf hebben kunnen aanleren om tevens het grote geheel te zien. Het zou dus kunnen zijn dat mensen met een autismespectrumstoornis details sneller zien dan andere mensen, maar dat ze tevens door leerervaringen het geheel kunnen zien, overigens wel vanuit de details en op een manier die beschreven kan worden als bottom-up : vanuit de details naar het geheel. Het is dus ook mogelijk dat de BQSS op zichzelf een indicatie kan geven van central coherentie en executieve functies en dus ook een goede ecologische validiteit heeft, behalve wanneer het gaat om hoog functionerende volwassenen met autisme. Deze groep heeft misschien leren compenseren voor hun beperkingen, waardoor deze niet zichtbaar worden op de BQSS. Een andere mogelijk verklaring voor de gevonden resultaten is dat een gedetailleerde informatie verwerking niet een tekort is maar een cognitieve stijl die niet alleen voorkomt bij mensen met een autisme spectrum stoornis, maar ook bij de gewone populatie (Spek, Scholte, & van Berckelaer-Onnes, 2011). In dat geval kan dus niet goed gedifferentieerd worden tussen autisme en een gewone populatie op basis van detailgerichtheid in informatie verwerking. Een gedetailleerde manier van informatie verwerken is dan ook niet benoemd in de criteria van autisme spectrum stoornissen. De hierboven genoemde verklaringen voor de bevindingen van het onderhavige onderzoek zouden nader getoetst moeten worden om uitsluitsel te kunnen geven. Dit ontstijgt het huidige scriptie-onderzoek. Conclusie In het huidige onderzoek is er gekeken naar de prestatie van mensen met een autisme spectrum stoornis op de ROCF met gebruik van de BQSS in vergelijking met een controlegroep. In dit onderzoek is er op het merendeel van de schalen geen 12

13 significant verschil gevonden tussen de scores van de onderzoeksgroep en de controlegroep op de BQSS. Uit de schalen die wel verschillen blijkt dat de participanten uit de controlegroep een meer gefragmenteerde tekening laten zien op de immediate recall conditie dan de participanten uit de onderzoeksgroep. De BQSS lijkt geen goede meetinstrument te zijn om problemen in het executieve functioneren en problemen met centrale coherentie in kaart te brengen bij hoog functionerende volwassenen met een autismespectrumstoornis. Mogelijke beperkingen van deze studie en implicaties voor toekomstig onderzoek Deze studie heeft verschillende beperkingen. Ten eerste is er een klein aantal participanten onderzocht op een groot aanval variabelen. Het is daarom mogelijk dat de gevonden resultaten eerder een toevallige bevindingen zijn dan een werkelijk verschil. Verder onderzoek met een grotere aantal deelnemers zou wellicht andere resultaten laten zien. Ten tweede werd er aan de participanten van de controlegroep mondeling gevraagd of er spraken was van (co-morbide) psychische stoornis. Ze werden daarop niet daadwerkelijk onderzocht. Eventuele co-morbide stoornissen kunnen van invloed zijn geweest op de prestatie op de ROCF. Ten derde is de intelligentie van de participanten van een gemiddeld tot hoog begaafd niveau. Waarschijnlijk is dit een reden waarom er geen verschil gevonden werd tussen de groepen. Daarom kunnen de resultaten van deze studie niet generaliseerd kunnen worden naar alle mensen met een autismespectrumstoornis. Het zou waardevol zijn om in de toekomst verder onderzoek te doen naar andere instrumenten die, op een ecologisch valide wijze, de centrale coherentie en de executieve functies in kaart kunnen brengen bij mensen met een autismespectrumstoornis. Nader onderzoek naar de ecologische validiteit van de figuur van de ROCF en de BQSS bij andere psychiatrische populaties lijkt ook wenselijk om de klinische bruikbaarheid van dit instrument verder in kaart te brengen. 13

14 Referentielijst American Psychiatric Association (1994). Diagnostic and statistical manual of mental disorders (4 th ed). Washington, DC: American Psychiatric Association. Baron-Cohen, S. (2000) Theory of mind and autism: A fifteen year review. In S. Baron-Cohen, H. Tager-Flusberg, & D. J. Cohen (Eds.), Understanding other minds. Perspectives from developmental cognitive neuroscience (pp. 3-21). Oxford: University Press. Baron-Cohen, S, (2001) Theory of mind and autism: a review. International Review of Mental Retardation, 23, Berry, D. T. R., Allen, R.S., & Schmitt, R. A. (1991). Rey-Osterrieth Figure: Psychometric characteristics in an geriatric sample. The Clinical Neuropsychologist, 5, Boone, K.B. (2000). The Boston Qualitative Scoring System for the Rey-Osterrieth Complex Figure. Journal of Clinical and Experimental Neuropsychology, 3, Chaytor, N., Schimtter-Edgecombe, M., & Burr, R. (2006). Improving the ecological validity of executieve functioning assessment. Archives of Clinical Neuropsychology, 21, Happé, F. (2005). The Weak Central Coherence Account of Autism. In F.R. Volkmar, P. Rhea, A. Klin & D. Cohen (Eds.), Handbook of Autism and Pervasive Developmental Disorders (pp ). New Jersey: John Wiley & Sons. Happé, F., & Frith, U. (2006). The weak coherence account: Detail-focused cognitive style in autism spectrum disorders. Journal of Autism and Developmental Disorders, 36,

15 Hill, E.L. (2004). Evaluating the theory of executive dysfunction in autism. Developmental Review, 24, Jolliffe, T., & Baron-Cohen, S. (1997). Are people with autism and asperger syndrome faster than normal on the embedded figures test? Journal of Child Psychology and Psychiatry, 38, Kenworthy, L., Yerys, B. E., Gutermuth, A. L., & Wallace, G. L. (2008). Understanding executive control in autism spectrum disorder in the lab and in the real world. Neuropsychology Review, 128, Knight, J. A. (2004). ROCF Administration Procedures and Scoring Systems. In Knight, J. A. & Kaplan, E. (eds), The handbook of Rey-Osterrieth Complex Figure usage: Clinical and research applications (pp ). Odessa, FL: Psychological Assessment Resources. Landis, J.R.; & Koch, G.G. (1977). The measurement of observer agreement for categorical data. Biometrics, 33, Lezak, M.D., Howieson, D.B., Loring, D.W., & Hannay, H.J. (2004). Neuropsychological Assessment (4 rd ed.). New York: Oxford University Press. Lopez, B.R., Lincon, A.J., Ozonoff, S., & Lai, Z. (2005). Examining the Relationship between Executive Functions and Restricted, Repetitive Symptoms of Autistic Disorder. Journal of Autism and Developmental Disorder, 35, Lord, C., Rotter, M., & LeCoucteur, A. (1994). Autism Diagnostic Interview Revised: A revised version of a diagnostic interview for caregivers of individuals with possible pervasieve developmental disorders. Journal of Autism and Development Disroders, 24,

16 Mahurin, R., Eckert, S., Velligan, D., Hazelton, B., & Miller. (1997). Rey figure as a prediction of everyday functional ability in Schizofrenia (abstract). Journal of Neuropsychiatry and Clinical Neurosciences, 9, Mash, E.J., & Wolfe, D.A. (2002). Abnormal Child Psychology. Belmont: Wadsworth. Meyers, J.E., & Meyers, K.R. (1995). Rey Complex Figure Test and Recognition Trial. Odessa, FL: Psychological Assessment Resources. Minshew, N.J., Goldstein, G., & Siegel, D.J. (1995). Speech and language in high-functioning autistic individuals. Neuropsychology, 9, Mottron, L., Belleville, S., & Ménard, E. (1999). Local Bias in Autistic Subjects as Evidence by Graphic Tasks: Perceptual Hierarchization or Working Memory Deficit? Journal of Child Psychology and Psychiatry, 40, Ozonoff, S., South, M., & Provencal, S. (2005). Executive functions. In. F. R. Volkmar, R. Paul, A. Klin, & D. Cohen (Eds.), Handbook of autism and pervasive developmental disorders (pp ). New Jersey: John Wiley and Sons. Ropar, D., & Mitchell, P. (2001). Susceptibility to Illusions and Performance on Visuospatial Task in Individuals with Autism. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 42, Schreiber, H.E., Javorsky, D.J., Robinson, J.E., & Stern, R.A. (1999). Rey-Osterrieth Complex Figure performance in adults with attention deficit hyperactivity disorder: a validation study of the Boston Qualitative Scoring System. The Clinical Neuropsychologist, 13, Somerville, J., Tremont, G., & Stern, R.A. (2000). The Boston Qualitative Scoring System as a Measure of Executive Functioning in Rey-Osterrieth Complex Figure Performance. Journal of Clinical and Experimental Neuropsychology, 22,

17 Spek, A.A., Scholte, E.M., & van Berckelaer-Onnes, I.A. (2011). Local information processing in adults with high functioning autism and asperger syndrome: The usefulness of neuropsychological tests and self-reports. Journal of Autism and Developmental Disorders, 41, Stern, R.A., Singer, E.A., Duke, L.M., Singer, N.G., Morey, C.E., Daughtrey, E.W., & Kaplan, E. (1994). The Boston Qualitative Scoring System for the Rey-Osterrieth Complex Figure: Description and interrater reliability. The Clinical Neuropsychologist, 8, Stern, R.A., & Prohaska, M.L. (1996). Neuropsychological evaluation of executive functions. In Dickstein L.L., Riba, M.B., Oldham, J.M. (Eds.), Review of Psychiatry, 15, Stern, R.A., Javorsky, D.J., Singer, E.A., Singer, N.A., Somerville, J.A., Duke, L.M, Thompson, J., & Kaplan, E. (1999). The Boston Qualitative Scoring System for the Rey-Osterrieth Complex Figure. Odessa, FL: Psychological Assessment Resources. Wechsler, D. (2000). WAIS-III, Nederlandstalige bewerking: Afname en Scoringshandleiding. Lisse, Swets Test Publishers. Williams, D.L., Goldstein, G., & Minshew, N.J. (2006). Neuropsychologic functioning in children with autism: further evidence for disordered complex information-processing. Child Neuropsychology, 12,

18 Appendix A Bijlage 1 - Wechsler Intelligence Scale for Adults Third Edition (WAIS-III) (Wechsler, 2000). De Nederlandse versie van de WAIS-III is een intelligentietest die veertien subtests bevat. Deze subtests meten verschillende aspecten van intelligentie. De scores van deze subtests zijn geschaald naar leeftijd. Aan de hand van de geschaalde scores worden het Verbale IQ (VIQ), het Performale IQ (PIQ) en de totale intelligentie (TIQ) berekend. 18

19 Bijlage 2 kwalitatieve scores van het BQSS Kwalitatieve scores Presence Configural presence Cluster presence Detail presence Accuracy Configural accuracy Cluster accuracy Placement Cluster placement Detail placement Fragmentation Planning Neatness Vertical expansion Horizontal distortion Reduction Rotation Perseveration Beschrijving meet het vermogen om specifieke elementen te verwerken bij de copy en de recall condities. algemene meting van visuoconstructionele en visuoperceptionele vermogen bij de copy conditie en visuele geheugen bij beide recall condities. meet het spatiële functioneren, beoordelen van hoeken en spatiële oriëntatie. meet de integratie van informatie, dat wil zeggen, of de elementen in het figuur getekend worden als een geheel. meet de algehele planningscapaciteit gebaseerd op de volgorde van het tekenen van de elementen in het figuur, de positionering van de tekening op het vel papier, de positionering van de elementen in het figuur en de integriteit van de reproductie van het figuur. meet hoe keurig het figuur getekend wordt door te kijken naar het aantal gegolfde lijnen, onderbrekingen en lijnen die buiten de begrenzingen van het figuur doorlopen. meet de graad van de verticale vervorming van de tekening door een mal erop te plaatsen meet de graad van de horizontale vervorming van de tekening door een mal erop te plaatsen. meet de graad van de verkleining van de tekening door een mal erop te plaatsen. meet de oriëntatie van de tekening op het vel papier door een mal erop te plaatsen. meet de inadequaat herhalingen in de tekening; het kan twee vormen aannemen: 19

20 herhalingen van lijnen binnen een cluster of herhalingen van elementen van het figuur. Confabulation Asymmetry (Stern at al., 1999). meet de toevoeging van elementen in de tekening die niet tot het figuur behoren. categorische meting; het vergelijkt de vervormingen en/of een gebrek aan details op het rechter en linker gedeelte van de tekening. 20

21 Bijlage 3 Summary scores van het BQSS Summary scores Presence and Accuracy Copy Immediate Delayed Organization Immediate retention Delayed retention (Stern et al., 1999). Beschrijving meet de visuoperceptieonele accuraatheid en visuoconstructionele kwaliteit van de copy conditie; voor de recall condities geeft het de hoeveelheid en accuraatheid aan van informatie die vastgehouden wordt. is een samengestelde score uit fragmentation en planning en geeft een meting aan van organisationele vaardigheden. geeft de hoeveelheid informatie aan die verloren of vastgehouden wordt tijdens de immediate recall in vergelijking met de copy. geeft de hoeveelheid informatie aan die verloren of vastgehouden wordt tijdens de delayed recall in vergelijking met de immediate retention. Berekening van de summary scores Copy presence and accuracy (CPA) copy configural + copy configural + copy cluster + copy cluster + copy detail presence accuracy presence accuracy presence Immediate presence and accuracy (IPA) imm. configural + imm. configural + imm. cluster + imm. cluster + imm. detail presence accuracy presence accuracy presence Delayed presence and accuracy (DPA) del. configural + del. configural + del. cluster + del. cluster + del. detail presence accuracy presence accuracy presence Immediate retention [( IPA CPA)] : CPA x 100 Delayed retention [( DPA IPA)] : IPA x 100 Organization copy fragmentation + copy planning 21

22 Bijlage 4 BQSS achtergrond informatie Voor de standaardisering van de BQSS zijn 433 volwassenen getest, in de leeftijd van 18 tot en met 94 jaar (Stern et al., 1999). Het instrument is genormeerd op leeftijd en geslacht. De BQSS levert een set van zestien kwantitatieve scores om daarmee kwalitatieve dimensies van de ROCF te meten. Deze scores zijn gebaseerd op de aanwezigheid en accuraatheid van de achttien elementen in het figuur en het proces van het tekenen. Door de combinatie van deze kwalitatieve scores worden er zes kwantitatieve Summary Scores berekend (Stern et al., 1999). Met de norm tabellen (verdeeld naar leeftijd en geslacht) is het mogelijk om de BQSS kwalitatieve scores te vertalen naar cumulatieve percentages en de BQSS summary scores naar T-scores en percentielen. Onderzoek naar de BQSS heeft een goede validiteit en betrouwbaarheid aangetoond (voor alle summary scores boven de 0.90) (Stern, Singer, Duke, Singer, Mrey, Daughtrey & Kaplan, 1994; Stern et al., 1999). De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de BQSS is onderzocht voor de copy conditie (Stern et al.,1999). Voor de 16 totaalscores is deze redelijk tot perfect ( ). Voor de summary scores is de interbeoordelaarsbetrouwbaarheid goed ( ). De test-hertestbetrouwbaarheid is onderzocht door Berry, Allen en Schmitt (1991). Deze blijkt matig voor de kopieerconditie en redelijk voor de herinneringscondities ( ). In een ander onderzoek van Stern et al. (1996) variëren de scores van 0.50 tot 0.68 voor aanwezigheid en accuraatheid op de drie condities. Meer test-hertestgegevens zijn niet berekend omdat deze eigenlijk niet valide zijn voor een taak als de ROCF (de tekening is dan immers niet meer nieuw). De discriminante validiteit van de BQSS is onderzocht door na te gaan in hoeverre het systeem kan discrimineren tussen klinische groepen en gezonde controlegroepen en tussen verschillende klinische groepen. De BQSS scoort op sensitiviteit en specificiteit overwegend hoger dan een vergelijkbaar 36- puntsscoringssysteem (Stern et al., 1999). Somerville, Tremont en Stern (2000) hebben in onderzoek gevonden dat vier scores van de BQSS (fragmentatie, planning, perseveratie en organisatie) significant correleren met andere instrumenten die executief functioneren meten. Dit pleit voor de convergente validiteit van de BQSS met betrekking tot executief functioneren. De correlaties zijn echter niet hoog (r = tot 0.49). De correlaties tussen BQSS-scores en niet-executieve taken zijn niet bekend. Aangezien de studies naar betrouwbaarheid en validiteit nagenoeg uitsluitend 22

23 zijn uitgevoerd door de auteurs van het scoringssysteem, is voorzichtigheid vooralsnog geboden bij het interpreteren van de scores. 23

24 Bijlage 5 instructies BQSS Leg een blanco vel papier voor de proefpersoon en het figuur hierboven. Leg een potlood zonder gum naast het vel papier (horizontaal) en zeg het volgende: Zou u deze figuur voor mij willen natekenen? Probeer hem zo zorgvuldig en zo correct mogelijk na te tekenen. Er is geen tijdslimiet dus neem zoveel tijd als nodig. U kunt nu beginnen. Neem de tijd op. U vult bij alle drie de aanbiedingen de volgorde van het tekenen in, achter op het scoreformulierboekje. U doet dit door de verschillende lijnen te nummeren. Als de proefpersoon klaar is neem u de door de proefpersoon gemaakte tekening weg, evenals het voorbeeld. U legt een vel wit papier (horizontaal) voor de proefpersoon en zegt het volgende: Nu wil ik u vragen om hetzelfde figuur nogmaals te tekenen, vanuit uw geheugen. Neem weer zoveel tijd als u nodig heeft om het figuur zo zorgvuldig en correct mogelijk te tekenen. U kunt nu beginnen. Neem weer de tijd op. Stop de tijd als de proefpersoon aangeeft klaar te zijn (als u denkt dat de proefpersoon klaar is, vraag dit na). Na deze taak volgt een pauze van minimaal 20 minuten en maximaal 30 minuten. Na deze pauze volgt de delayed recall taak. U legt opnieuw een blanco vel papier (horizontaal) voor de proefpersoon neer en zegt het volgende: Zonet heb ik u gevraagd om een figuur na te tekenen. Nu wil ik u vragen om deze figuur opnieuw te tekenen, vanuit uw geheugen. Neem weer zoveel tijd als u nodig heeft om het figuur zo zorgvuldig en correct mogelijk te tekenen. U kunt nu beginnen. 24

25 Appendix B Tabel 1 Proefpersonen en Matching kenmerken Autisme groep Controlegroep t-test p-waarde N (M:V) 24 (19:5) 24 (20:4) M leeftijd (SD) 35.2 (11.5) 38.1 (11.6) t(46)= TIQ (SD) (10.1) (9.9) t(46)= PIQ (SD) (12.5) 111 (11.1) t(46)= *Geen significante verschillen met α =.05 25

26 Table 2 Variantieanalyse Copy Conditie BQSS BQSS scores ASD Control p-value Configural presence (SD) 4 (.0) 4 (.0) Configural accuracy (SD) 3.4 (.7) 3.3 (.8).839 Cluster presence (SD) 4 (.0) 3.9 (.2).323 Cluster accuracy (SD) 3.4 (.5) 3.5 (.5).397 Cluster placement (SD) 3.8 (.4) 3.6 (.7).181 Detail presence (SD) 3.8 (.4) 3.9 (.3).690 Detail placement (SD) 4 (.0) 3.9 (.3).155 Fragmentation (SD) 3.1 (.9) 3.3 (.2).313 Planning (SD) 3.1 (.9) 3 (.9).763 Neatness (SD) 3.2 (1) 3.4 (.7).313 Vertical expansion (SD) 3.9 (.4) 3.8 (.7).433 Horizontal expansion (SD) 3.7 (.5) 3.7 (.6).601 Reduction (SD) 3.7 (.6) 3.7 (.6).820 Rotation (SD) 4 (.0) 4 (.0) Perseveration (SD) 3.9 (.3) 3.9 (.2).561 Confabulation (SD) 4 (.0) 3.9 (.2)

27 Table 3 Variantieanalyse Immediate Recall Conditie BQSS BQSS scores ASD Control p-value Configural presence (SD) 3.7 (.6) 3.9 (.3).143 Configural accuracy (SD) 3.1 (.8) 3.1 (.8) Cluster presence (SD) 3.3 (.8) 3.5 (.6).312 Cluster accuracy (SD) 3 (1) 2.9 (.7).630 Cluster placement (SD) 3.3 (.7) 3.2 (.6).394 Detail presence (SD) 1.9 (.9) 2 (.6).460 Detail placement (SD) 3.1 (1.3) 3.3 (.7).492 Fragmentation (SD) 3.6 (.5) 3.2 (.9).036 Planning (SD) 3.1 (.9) 3 (.9).751 Neatness (SD) 3.1 (.8) 3.3 (.6).229 Vertical expansion (SD) 3.9 (.2) 3.4 (1).023 Horizontal expansion (SD) 3.7 (.5) 3.5 (.9).241 Reduction (SD) 3.5 (.7) 3.5 (.7).842 Rotation (SD) 4 (.0) 4 (.0) Perseveration (SD) 3.7 (.6) 3.5 (.6).217 Confabulation (SD) 3.8 (.4) 3.9 (.3)

28 Table 4 Variantieanalyse Delayed Recall Conditie BQSS BQSS scores ASD Control p-value Configural presence (SD) 3.8 (.6) 3.9 (.3).353 Configural accuracy (SD) 3.1 (.7) 3 (.9).586 Cluster presence (SD) 3.4 (.7) 3.5 (.6).381 Cluster accuracy (SD) 2.5 (1.2) 2.6 (.9).782 Cluster placement (SD) 3.3 (.7) 3.3 (.5) Detail presence (SD) 2 (1) 2 (.5).851 Detail placement (SD) 3.1 (1.3) 3.2 (.7).788 Fragmentation (SD) 3.5 (.5) 3.5 (.6) Planning (SD) 3.3 (.9) 3.2 (.8).734 Neatness (SD) 3.1 (.8) 3.1 (.7) Vertical expansion (SD) 3.9 (.3) 3.5 (1.1).074 Horizontal expansion (SD) 3.8 (.4) 3.2 (1.3).031 Reduction (SD) 3.5 (.7) 3.6 (.8).565 Rotation (SD) 4 (.0) 4 (.0) Perseveration (SD) 3.6 (.6) 3.5 (.6).355 Confabulation (SD) 3.6 (.6) 3.8 (.4)

29 Table 5 Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid (2 beoordelaars) BQSS scores IBB Score Configural presence (SD) 1.00 perfect Configural accuracy (SD) 0.96 bijna perfect Cluster presence (SD) 1.00 perfect Cluster accuracy (SD) 0.92 bijna perfect Cluster placement (SD) 0.92 bijna perfect Detail presence (SD) 1.00 perfect Detail placement (SD) 0.95 bijna perfect Fragmentation (SD) 0.89 bijna perfect Planning (SD) 0.84 bijna perfect Neatness (SD) 0.73 substantieel Vertical expansion (SD) 1.00 perfect Horizontal expansion (SD) 1.00 perfect Reduction (SD) 1.00 perfect Rotation (SD) 1.00 perfect Perseveration (SD) 0.98 bijna perfect Confabulation (SD) 1.00 perfect 29

30 30

7 Nederlandstalige Samenvatting

7 Nederlandstalige Samenvatting 7 Nederlandstalige Samenvatting Autisme is een ontwikkelingsstoornis, waarvan de symptomen zich in de kindertijd voor het eerst manifesteren en gedurende het gehele leven in verschillende vormen aanwezig

Nadere informatie

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen:

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Kritische bespreking en klinische implicaties Lien Van Eylen VCKJPP 22 september 2011 Overzicht Neuropsychologische taken o Betrouwbaarheid

Nadere informatie

Cognitieve profielen van volwassenen met HFA en het syndroom van Asperger

Cognitieve profielen van volwassenen met HFA en het syndroom van Asperger 90 Cognitieve profielen van volwassenen met HFA en het syndroom van Asperger Dit artikel behelst de belangrijkste bevindingen vanuit het proefschrift Cognitive profiles of adults with high functioning

Nadere informatie

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken)

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) 101 102 Hoofdstuk 1. Algemene introductie Het belangrijkste doel van dit proefschrift was het ontwikkelen van de Interactieve Tekentest (IDT), een nieuwe test

Nadere informatie

Running head: COGNITIEVE STIJLKENMERKEN BIJ AUTISME

Running head: COGNITIEVE STIJLKENMERKEN BIJ AUTISME Running head: COGNITIEVE STIJLKENMERKEN BIJ AUTISME De Thematische Apperceptie Test: Onderzoek naar validiteit om cognitieve kenmerken te meten bij autisme Carolien Wijker Universiteit van Tilburg, Nederland

Nadere informatie

Cognitieve kenmerken van volwassenen met de autistische stoornis en de stoornis van Asperger aan de hand van WAIS-III-profielen

Cognitieve kenmerken van volwassenen met de autistische stoornis en de stoornis van Asperger aan de hand van WAIS-III-profielen Cognitieve kenmerken van volwassenen met de autistische stoornis en de stoornis van Asperger aan de hand van WAIS-III-profielen A.A. Spek, prof. dr. E.M. Scholte en prof. dr. I.A. van Berckelaer-Onnes

Nadere informatie

Sociale Interpretatie Test en Lees de Ogen Test bij hoog functionerende volwassenen met ASS

Sociale Interpretatie Test en Lees de Ogen Test bij hoog functionerende volwassenen met ASS Sociale Interpretatie Test en Lees de Ogen Test bij hoog functionerende volwassenen met ASS C.C. Kan, B. Hochstenbach, C. Tesink, J. Pijnacker, J.K. Buitelaar SIT en LdO bij hoog functionerende volwassenen

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,

Nadere informatie

Executive functioning bij kinderen met een ontwikkelings- of gedragsstoornis

Executive functioning bij kinderen met een ontwikkelings- of gedragsstoornis Executive functioning bij kinderen met een ontwikkelings- of gedragsstoornis Sylvie Verté INLEIDING Reeds geruime tijd worden pogingen ondernomen om te bepalen welke aspecten van diverse ontwikkelings-

Nadere informatie

The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys

The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys Een reactie door Hilde M. Geurts Lezing Begeer, Keysar et al., 2010: Advanced ToM 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0 Autisme (n=34) Controle

Nadere informatie

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Online screening Online behandeling - Effectiviteit

Nadere informatie

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Onderzoek met het Virtuele Lab Social Cognition in Psychologically Healthy Adults Research with the Virtual Laboratory Anja I. Rebber Studentnummer: 838902147

Nadere informatie

MEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1. Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie

MEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1. Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie MEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1 Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie (Memantine Add-On Therapy to Clozapine in Refractory Schizophrenia) David M.H. Buyle David M.H. Buyle

Nadere informatie

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Executive and social cognitive functioning of mentally

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

De MMSE bij geriatrische patiënten

De MMSE bij geriatrische patiënten De MMSE bij geriatrische patiënten Een kritische blik en guidelines bij een der meest gekende, maar mogelijks ook een der meest verkeerd gebruikte screeningstesten Drs. Michael Portzky UZ Gent/ PC St Jan

Nadere informatie

Dynamisch testen. Bruikbaar voor het inschatten van leerbaarheid? Hileen Boosman, Anne Visser-Meily, Caroline van Heugten

Dynamisch testen. Bruikbaar voor het inschatten van leerbaarheid? Hileen Boosman, Anne Visser-Meily, Caroline van Heugten Dynamisch testen. Bruikbaar voor het inschatten van leerbaarheid? Hileen Boosman, Anne Visser-Meily, Caroline van Heugten Leerbaarheid Leerbaarheid is de mate waarin iemand profijt heeft van leerervaringen.

Nadere informatie

Kwaliteiten en beperkingen van (jong)volwassenen met ASS. Een reflectie Linda Cuppen

Kwaliteiten en beperkingen van (jong)volwassenen met ASS. Een reflectie Linda Cuppen Kwaliteiten en beperkingen van (jong)volwassenen met ASS Een reflectie Linda Cuppen Reflectie - Asperger/autistische stoornis en DSM-V - DSM-V: diagnostische niveaus - Diagnostische niveaus: neuropsychologische

Nadere informatie

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB)

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Zwakzinnigheid (DSM-IV-TR) Code Omschrijving IQ-range Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Xavier Moonen Orthopedagoog/GZ-Psycholoog Onderzoeker Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG)

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Bowman, L. (2006) "Validation of a New Symptom Impact Questionnaire for Mild to Moderate Cognitive Impairment." Meetinstrument Patient-reported

Nadere informatie

ADHD en autisme: Zijn er verschillen?

ADHD en autisme: Zijn er verschillen? ADHD en autisme: Zijn er verschillen? ADHD en autisme: Zijn er verschillen? Terecht zullen velen die deze vraag lezen hier een bevestigend antwoord op geven. Niettemin zijn deze ontwikkelingsstoornissen

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

DSM IV interview. Semi-gestructureerd anamnestisch interview ter beoordeling of er sprake is van een autismespectrumstoornis.

DSM IV interview. Semi-gestructureerd anamnestisch interview ter beoordeling of er sprake is van een autismespectrumstoornis. DSM IV interview Semi-gestructureerd anamnestisch interview ter beoordeling of er sprake is van een autismespectrumstoornis. A.A. Spek Klinisch psycholoog Centrum Autisme Volwassenen GGZ Eindhoven Wanneer

Nadere informatie

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners van Somatische en Psychogeriatrische Afdelingen Validation of the Depression List (DL) and the Geriatric

Nadere informatie

Les cinq mots (5W) Meetinstrument Les cinq mots Afkorting. Beoordeling van de cognitieve functies

Les cinq mots (5W) Meetinstrument Les cinq mots Afkorting. Beoordeling van de cognitieve functies Les cinq mots (5W) Dubois, B., Touchon, J., Portet, F., Ousset, P. J., Vellas, B., and Michel, B. 9-11- (2002) "["The 5 Words": a Simple and Sensitive Test for the Diagnosis of Alzheimer's Disease]." Meetinstrument

Nadere informatie

Executieve functies in vogelvlucht (met autisme als voorbeeld)

Executieve functies in vogelvlucht (met autisme als voorbeeld) Executieve functies in vogelvlucht (met autisme als voorbeeld) Hilde M. Geurts Universiteit van Amsterdam Dr. Leo Kannerhuis Boodschap 1. Bij mensen met verschillende diagnoses zien we meer EF problemen

Nadere informatie

mensen met autisme zijn eigenlijk best flexibel?

mensen met autisme zijn eigenlijk best flexibel? Dus mensen met autisme zijn eigenlijk best flexibel? Een reflectie op het onderzoek van Edita Poljac Jan-Pieter Teunisse Discussion: Different from our expectations: 1. adolescents with autism seem to

Nadere informatie

Zwakke centrale coherentie en de Van Hiele niveaus

Zwakke centrale coherentie en de Van Hiele niveaus Zwakke centrale coherentie en de Van Hiele niveaus Michiel Klaren 2015-04-22 Inhoud Autisme Spectrum Stoornissen Zwakke centrale coherentie Niveautheorie van Van Hiele Onderzoeksvraag Bevindingen Conclusie

Nadere informatie

OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1. Samenvatting

OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1. Samenvatting OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1 Samenvatting Door middel van optimale ondersteuning door de leerkracht (scaffolding), aangepast aan het niveau van de leerling kunnen kinderen

Nadere informatie

Repeatable Battery for the Assessment of Neuropsychological Status (RBANS)

Repeatable Battery for the Assessment of Neuropsychological Status (RBANS) Repeatable Battery for the Assessment of Neuropsychological Status (RBANS) Randolph C. (1998) Randolph, C., Tierney, M. C., Mohr, E., and Chase, T. N. 1998. "The Repeatable Battery for the Assessment of

Nadere informatie

College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS

College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS Inleiding in de Methoden & Technieken 2013 2014 Hemmo Smit Overzicht van dit college Kwaliteit van een meetinstrument Inleiding SPSS Hiervoor lezen:

Nadere informatie

Theory of Mind en Autisme

Theory of Mind en Autisme Theory of Mind en Autisme Antonietta Spallicci Bachelorthese Universiteit van Amsterdam: Psychologie 5829194 A. Ploeger 18 juni 2012 Verslag: 4177 woorden (exclusief samenvatting) 1 Inhoudsopgave Samenvatting

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

Screening van cognitieve stoornissen in de verslavingszorg

Screening van cognitieve stoornissen in de verslavingszorg Screening van cognitieve stoornissen in de verslavingszorg aan de hand van de Montreal Cognitive Assessment (MoCA-D) Carolien J. W. H. Bruijnen, MSc Promovendus Vincent van Gogh cbruijnen@vvgi.nl www.nispa.nl

Nadere informatie

Spitzer quality of life index

Spitzer quality of life index Spitzer Quality of life index Spitzer, W. O., Dobson, A. J., Hall, J., Chesterman, E., Levi, J., Shepherd, R. et al. (1981). Measuring the quality of life of cancer patients: a concise QL index for use

Nadere informatie

Antwoordsleutel vraag 2 t/m 9 IOF al la carte Pediatric Balance Scale

Antwoordsleutel vraag 2 t/m 9 IOF al la carte Pediatric Balance Scale Antwoordsleutel vraag 2 t/m 9 IOF al la carte Pediatric Balance Scale Hieronder staan de antwoorden beschreven voor de vragen die jullie beantwoord hebben tijdens de IOF bijeenkomst. Mochten jullie naar

Nadere informatie

faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB

faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB Datum 22-06-2015 1 Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB Opzet en eerste resultaten Linda Visser Annette van der Putten Gertruud Schalen Bieuwe van der Meulen

Nadere informatie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie MAJOR DEPRESSION INVENTORY (MDI) Bech, P., Rasmussen, N.A., Olsen, R., Noerholm, V., & Abildgaard, W. (2001). The sensitivity and specificity of the Major Depression Inventory, using the Present State

Nadere informatie

Autisme bij Ouderen: Een vergeten differentiaal diagnose bij verdenking op dementie.!

Autisme bij Ouderen: Een vergeten differentiaal diagnose bij verdenking op dementie.! Autisme bij Ouderen: Een vergeten differentiaal diagnose bij verdenking op dementie.! 1) Dr. Amir Ahmed, klinisch geriater klinisch farmacoloog 2) Drs. Frédérique Geven, GZ-psycholoog en cognitief gedragstherapeut

Nadere informatie

Clock Drawing Test. Afkorting. Doelstelling/ beschrijving. Doelgroep. Soort meetinstrument. Afname CDT

Clock Drawing Test. Afkorting. Doelstelling/ beschrijving. Doelgroep. Soort meetinstrument. Afname CDT Clock Drawing Test Afkorting CDT Doelstelling/ beschrijving Deze test was ontwikkeld om de visueel constructieve capaciteiten te beoordelen. Later werd de test uitgebreid naar het onderzoeken van het cognitief

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd / hals Overige, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd / hals Overige, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument ComVoor Voorlopers in communicatie 31 oktober 2011 Review M. Jungen Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende

Nadere informatie

De plaats van neuropsychologisch onderzoek binnen het diagnostisch proces

De plaats van neuropsychologisch onderzoek binnen het diagnostisch proces De plaats van neuropsychologisch onderzoek binnen het diagnostisch proces Werkgroep: Audrey Mol, Ilse Noens, Annelies Spek, Cathelijne Tesink, Jan-Pieter Teunisse Inhoud NPO en differentiaal diagnostiek

Nadere informatie

Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen (VISK)

Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen (VISK) Instrument Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen (VISK) De VISK is ontwikkeld om sociaal probleemgedrag van kinderen met (mildere) varianten van pervasieve ontwikkelingsstoornissen

Nadere informatie

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme Deel VI Inleiding Wat zijn de mogelijkheden van EMDR voor cliënten met een verstandelijke beperking en voor cliënten met een autismespectrumstoornis (ASS)? De combinatie van deze twee in een en hetzelfde

Nadere informatie

Developmental Test of Visual Perception (DTVP-2) 2 th Edition

Developmental Test of Visual Perception (DTVP-2) 2 th Edition Een kijk op het oog (update 2012) DTVP-2 1 Developmental Test of Visual Perception (DTVP-2) 2 th Edition Omschrijving van de test Doel Doelgroep auteurs: D.D. Hammil, N.A. Pearson, & J.K. Voress uitgever:

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

"Recognition of Alzheimer's Disease: the 7 Minute Screen."

Recognition of Alzheimer's Disease: the 7 Minute Screen. Seven Minute Screen (7MS) Solomon, P. R. and Pendlebury, W. W. (1998) "Recognition of Alzheimer's Disease: the 7 Minute Screen." Meetinstrument Afkorting Auteur Onderwerp Doelstelling Populatie Gebruikers

Nadere informatie

Publications. Publications

Publications. Publications Publications Publications Publications De Bildt, A., Mulder, E.J., Scheers, T., Minderaa, R.B., Tobi, H. (2006) PDD, behavior problems and psychotropic drug use in children and adolescents with MR, Pediatrics

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Utrechtse Coping Lijst (UCL) November 2012 Review: 1. A. Lueb 2. M. Jungen Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

In het geval van Carl ziet u op pagina 4 bij de factoranalyses direct: *Laag bij P-IQ Motivatie niveau *Hoog bij P-IQ Non-verbaal redeneren

In het geval van Carl ziet u op pagina 4 bij de factoranalyses direct: *Laag bij P-IQ Motivatie niveau *Hoog bij P-IQ Non-verbaal redeneren Voorbeeld WAIS-III Analyse-rapport Fijn dat u de tijd neemt om echt inhoudelijk kennis te maken met het resultaat van een analyse uit ons kennissysteem. Een kennissysteem dat ik in de afgelopen 25 jaar

Nadere informatie

Depressie bij jeugd: Ook een dip in het IQ?

Depressie bij jeugd: Ook een dip in het IQ? Depressie bij jeugd: Ook een dip in het IQ? Samenvatting t.b.v. Karakter Nijmegen Dorith Merkx d.merkx@karakter.com Probleem Depressie bij kinderen gaat vaak samen met leerproblemen waarbij de depressie

Nadere informatie

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan Overzicht Klinische lessen Dominique Selviyan Voorwoord Geachte lezer, Dit is het overzicht van de studiestof voor Klinische Lessen. Het betreft een overzicht van de literatuur gegeven bij de hoorcolleges.

Nadere informatie

Deze test werd ontwikkeld en aangewend om het medicatiemanagement en de verschillende aspecten hiervan te evalueren in de ambulante zorg.

Deze test werd ontwikkeld en aangewend om het medicatiemanagement en de verschillende aspecten hiervan te evalueren in de ambulante zorg. Drug Regimen Unassisted Grading Scale (DRUGS) Edelberg HK, Shallenberger E, Wei JY (1999) Medication management capacity in highly functioning community living older adults: detection of early deficits.

Nadere informatie

Overige (Overig, ongespecificeerd)

Overige (Overig, ongespecificeerd) Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Voice Related Quality of Life Measure (V-RQOL) 21 oktober 2011 Review 1: T. Dassen, K. v Nes, N. v Wersch Review 2: M. Jungen Invoer: E. Van Engelen 1 Algemene

Nadere informatie

Sensorische waarneming

Sensorische waarneming Sensorische waarneming Met dit onderzoek hebben de onderzoekers getracht een aanzet te geven tot een instrument waarmee gedragsmatige responses op sensorische waarneming valide en betrouwbaar vastgesteld

Nadere informatie

Bijlage 25: Autismespectrumstoornis in DSM-5 (voorlopige Nederlandse vertaling) 1

Bijlage 25: Autismespectrumstoornis in DSM-5 (voorlopige Nederlandse vertaling) 1 Bijlage 25: Autismespectrumstoornis in DSM-5 (voorlopige Nederlandse vertaling) 1 Moet voldoen aan de criteria A, B, C en D A. Aanhoudende tekorten in sociale communicatie en sociale interactie in meerdere

Nadere informatie

De Relatie tussen het Adaptief en Cognitief Functioneren van Dak- en Thuisloze Jongeren en het Wel of Niet Hebben van een Psychiatrische Diagnose

De Relatie tussen het Adaptief en Cognitief Functioneren van Dak- en Thuisloze Jongeren en het Wel of Niet Hebben van een Psychiatrische Diagnose De Relatie tussen het Adaptief en Cognitief Functioneren van Dak- en Thuisloze Jongeren en het Wel of Niet Hebben van een Psychiatrische Diagnose The Relationship between Adaptive and Cognitive Functioning

Nadere informatie

Executief Functioneren en Agressie. bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag. Executive Functioning and Aggression

Executief Functioneren en Agressie. bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag. Executive Functioning and Aggression Executief Functioneren en Agressie bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag Executive Functioning and Aggression in a Forensic Psychiatric Population in PPC The Hague Sara Helmink 1 e begeleider:

Nadere informatie

Neurofeedback: een geschikte behandeling voor autisme?

Neurofeedback: een geschikte behandeling voor autisme? Neurofeedback: een geschikte behandeling voor autisme? Mirjam Kouijzer, MSc Radboud Universiteit Nijmegen Het programma Controversiële behandelingen Wat is biofeedback? Mijn onderzoek naar de effecten

Nadere informatie

Oral Health Assessment Tool

Oral Health Assessment Tool Oral Health Assessment Tool (OHAT) Chalmers JM., King PL., Spencer AJ., Wright FAC., Carter KD. (2005) The Oral Health Assessment Tool Validity and Reliability Meetinstrument Afkorting Auteur Onderwerp

Nadere informatie

COMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS

COMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS COMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS NATIONALE DYSLEXIECONFERENTIE 3 APRIL 2013 Wilma Jongejan w.jongejan@vu.nl Onderwijscentrum VU (OCVU) DYSLEXIE: GEEN GEÏSOLEERD PROBLEEM Secundaire

Nadere informatie

s. m. j. h e i j n e n - k o h l, s. p. j. v a n a l p h e n autismespectrumstoornissen, diagnostiek, ouderen definiëring

s. m. j. h e i j n e n - k o h l, s. p. j. v a n a l p h e n autismespectrumstoornissen, diagnostiek, ouderen definiëring k o r t e b i j d r a g e Diagnostiek van autismespectrumstoornissen bij ouderen s. m. j. h e i j n e n - k o h l, s. p. j. v a n a l p h e n samenvatting Autismespectrumstoornissen worden bij ouderen

Nadere informatie

Problemen met executieve functies bij kinderen met DCD: een literatuuroverzicht

Problemen met executieve functies bij kinderen met DCD: een literatuuroverzicht 1 Problemen met executieve functies bij kinderen met DCD: een literatuuroverzicht Marina Schoemaker, Merel Timmer, Marleen van der Wees, Heleen Reinders Messelink, Chiel Volman, Jolien van den Houten Wat

Nadere informatie

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies.

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies. Geachte, Pearson start een onderzoek naar Innerview. Innerview is een beslissingsondersteunend instrument (BOI) voor doorverwijzing in de geestelijke gezondheidszorg en is uniek in zijn soort als het gaat

Nadere informatie

Technisch Rapport. www.pearson-nl.com. 2012, Pearson Assessment & information BV

Technisch Rapport. www.pearson-nl.com. 2012, Pearson Assessment & information BV Technisch Rapport WAIS-IV-NL Technisch Rapport www.pearson-nl.com 2012, Pearson Assessment & information BV WAIS-IV-NL Technisch rapport Drs. A.P. Kooij Uitgever, Pearson Assessment and Information B.V.

Nadere informatie

but no statistically significant differences

but no statistically significant differences but no statistically significant differences Astma is een chronische aandoening, die niet te genezen is. Met de passende zorg kunnen symptomen tot een minimum worden gereduceerd en zou een astma patiënt

Nadere informatie

SAMENVATTING. Samenvatting

SAMENVATTING. Samenvatting Samenvatting SAMENVATTING PSYCHOMETRISCHE EIGENSCHAPPEN VAN ADL- EN WERK- GERELATEERDE MEETINSTRUMENTEN VOOR HET METEN VAN BEPERKINGEN BIJ PATIËNTEN MET CHRONISCHE LAGE RUGPIJN. Chronische lage rugpijn

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Op grond van klinische ervaring en wetenschappelijk onderzoek, is bekend dat het gezamenlijk voorkomen van een pervasieve ontwikkelingsstoornis en een verstandelijke beperking tot veel bijkomende

Nadere informatie

Cognitieve Gedragstherapie en Mindfulness Based Stress Reduction Therapie voor Angst en Depressie klachten bij volwassenen met

Cognitieve Gedragstherapie en Mindfulness Based Stress Reduction Therapie voor Angst en Depressie klachten bij volwassenen met Cognitieve Gedragstherapie en Mindfulness Based Stress Reduction Therapie voor Angst en Depressie klachten bij volwassenen met Autismespectrumstoornissen: ADASS Achtergrond ADASS Veelvuldig voorkomen van

Nadere informatie

23 oktober 2013 1. Wat betekent autisme voor jou? Waaraan denk je spontaan? Vroeger hoorde je daar toch niet zoveel over?

23 oktober 2013 1. Wat betekent autisme voor jou? Waaraan denk je spontaan? Vroeger hoorde je daar toch niet zoveel over? Vroeger hoorde je daar toch niet zoveel over? Tegenwoordig heeft iedereen wel een etiketje! Hebben we dat niet allemaal een beetje? Als je niks hebt, is het precies al abnormaal! Mijn kind heeft (net)

Nadere informatie

TECHNISCHE HANDLEIDING IQ TEST

TECHNISCHE HANDLEIDING IQ TEST TECHNISCHE HANDLEIDING IQ TEST 12 December 2011 INHOUDSOPGAVE TESTOVERZICHT Meetpretentie Theoretische achtergrond Kenmerken Samenstelling Toepassingsgebied Voorbeelditems TESTKENMERKEN Vraag die voor

Nadere informatie

Autisme, wat weten we?

Autisme, wat weten we? Autisme, wat weten we? Matt van der Reijden, kinder- en jeugdpsychiater & geneesheer directeur Dr Leo Kannerhuis, Oosterbeek 1 autisme agenda autisme autisme en het brein: wat weten we? een beeld van autisme:

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting S a m e n v a t t i n g 149 Samenvatting 150 S a m e n v a t t i n g Dit proefschrift richt zich op de effectiviteit van een gezinsgerichte benadering (het DMOgespreksprotocol, gebruikt binnen het programma

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING DUTCH SUMMARY

NEDERLANDSE SAMENVATTING DUTCH SUMMARY NEDERLANDSE SAMENVATTING DUTCH SUMMARY Introductie De ziekte van Parkinson werd als eerste beschreven door James Parkinson in 1817. Inmiddels is er veel onderzoek gedaan naar de ziekte van Parkinson, maar

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19052 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Manti, Eirini Title: From Categories to dimensions to evaluations : assessment

Nadere informatie

WPPSI-III-nl analyse Versie: 1.0.0

WPPSI-III-nl analyse Versie: 1.0.0 Persoonsgegevens Naam Geslacht Man Nationaliteit Nederlandse Voorkeurshand Rechtshandig School/Instituut Basisonderwijs Groep/Leerjaar 2 Onderzoeker Paul Vraagstelling (1) ADHD jjjj mm dd Onderzoeks datum

Nadere informatie

Diagnostiek bij (jong)volwassenen met een autismespectrumstoornis

Diagnostiek bij (jong)volwassenen met een autismespectrumstoornis Annelies Spek Diagnostiek bij (jong)volwassenen met een autismespectrumstoornis SAMENVATTING Bij diagnostisch onderzoek op het gebied van autismespectrumstoornissen (ASS) kan onderscheid gemaakt worden

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, overig, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, overig, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument McMaster Health Index Questionnaire (MHIQ) April 2011 Review: Thijs van Meulenbroek Invoer: Eveline van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft

Nadere informatie

Ines Volders 3 de licentie orthopedagogiek 1

Ines Volders 3 de licentie orthopedagogiek 1 AUTISME Autisme is een ontwikkelingsstoornis die gekenmerkt wordt door problemen op het gebied van communicatie, sociale omgang, verbeelding en repetitief gedrag. Ongeveer 70% van de mensen met autisme

Nadere informatie

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Samenvatting The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Als werknemers door ziekte hun werk niet meer kunnen doen betaalt de werkgever

Nadere informatie

Uitgebreide toelichting van het meetinstrument

Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Pediatric Volitional Questionnaire (PVQ) December 2013 Review: 1) G. Hodenius, J. Issel, J. Ohl 2) J.B.Grondal Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens

Nadere informatie

The Functional Autonomy Measurement System (SMAF): Description and Validation of an Instrument for the Measurement of Handicaps."

The Functional Autonomy Measurement System (SMAF): Description and Validation of an Instrument for the Measurement of Handicaps. Système de mesure de l autonomie fonctionnelle (SMAF) Hébert R. (1988) The Functional Autonomy Measurement System (SMAF): Description and Validation of an Instrument for the Measurement of Handicaps."

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Intelligentieprofielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD en de dubbele diagnose: een wezenlijk. verschil?

Intelligentieprofielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD en de dubbele diagnose: een wezenlijk. verschil? IQ-profielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD, dubbele diagnose 1 Intelligentieprofielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD en de dubbele diagnose: een wezenlijk verschil? Liesbeth Timmers 908642 Masterthesis

Nadere informatie

Dysphagia Risk Assessment for the Community-dwelling Elderly

Dysphagia Risk Assessment for the Community-dwelling Elderly DYSPHAGIA RISK ASSESSMENT FOR THE COMMUNITY-DWELLING ELDERLY (DRACE) Miura, H., Kariyasu, M., Yamasaki, K., & Arai, Y. (2007). Evaluation of chewing and swallowing disorders among frail community-dwelling

Nadere informatie

10 VeROudeRINg VAN de TeSTNORMeN 10.1 AANWIJzINgeN VOOR een MINdeR STeRk flynn-effect

10 VeROudeRINg VAN de TeSTNORMeN 10.1 AANWIJzINgeN VOOR een MINdeR STeRk flynn-effect 10 VEROUDERING VAN DE TESTNORMEN Een belangrijk, en voor de diagnostiek uitermate lastig probleem, is de veroudering van testnormen. De prestatie op intelligentietests van personen van dezelfde leeftijd

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur

Nadere informatie

Mental Alternation Test (MAT)

Mental Alternation Test (MAT) Mental Alternation Test (MAT) Jones, B. N., Teng, E. L., Folstein, M. F., and Harrison, K. S. (1993). "A New Bedside Test of Cognition for Patients With HIV Infection." Meetinstrument Mental Alternation

Nadere informatie

Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak

Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak 1 Achtergrond van het onderzoek Bedrijven vertrouwen meer en meer op social media om klanten te betrekken

Nadere informatie

MINDS: Mental Information processing

MINDS: Mental Information processing MINDS: Mental Information processing and Neuropsychological Diagnostic System Geautomatiseerde afname en scoring van psychologische tests en vragenlijsten Rapportage van uitkomsten in tekst en grafische

Nadere informatie

Delirium Symptom Interview (DSI)

Delirium Symptom Interview (DSI) Delirium Symptom Interview (DSI) Albert MS, Levkoff SE, Reilly C, Liptzin B, Pilgrim D, Cleary PD, et al. The delirium symptom interview: an interview for the detection of delirium symptoms in hospitalized

Nadere informatie

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Door: Joshi Verschuren, Universiteit Utrecht Vele basisscholen besteden tegenwoordig aandacht aan de mindset van

Nadere informatie

The Mini-Cog : a cognitive vital signs measure for dementia screening in multilingual

The Mini-Cog : a cognitive vital signs measure for dementia screening in multilingual Mini-COG Borson S, Scanlan J, Brush M, et al. (2000) The Mini-Cog : a cognitive vital signs measure for dementia screening in multilingual elderly. Meetinstrument Afkorting Auteur Onderwerp Doelstelling

Nadere informatie

Confusion State Evaluation (CSE)

Confusion State Evaluation (CSE) Confusion State Evaluation (CSE) Robertsson B, Karlsson I, Styrud E, Gottfries CG. (1997) Confusional State Evaluation (CSE): an instrument for measuring severity of delirium in the elderly. Meetinstrument

Nadere informatie

Neurocognitieve ontwikkeling van kinderen en jongeren met 22q11.2 deletie syndroom

Neurocognitieve ontwikkeling van kinderen en jongeren met 22q11.2 deletie syndroom Neurocognitieve ontwikkeling van kinderen en jongeren met 22q11.2 deletie syndroom Dr. Sasja N. Duijff, GZ-psycholoog io tot IMH specialist Divisie Kinderen: Medische psychologie & Maatschappelijk Werk

Nadere informatie

Oolgaardt lezing 28 November 2006 Ze kunnen het wel, maar ze

Oolgaardt lezing 28 November 2006 Ze kunnen het wel, maar ze Oolgaardt lezing 28 November 2006 Ze kunnen het wel, maar ze doen het niet Sociaal emotionele vermogens van normaal intelligente kinderen met autisme spectrum stoornissen (ASS) Sander Begeer (Vrije Universiteit,

Nadere informatie

Autisme en geluk. Peter Vermeulen

Autisme en geluk. Peter Vermeulen Autisme en geluk Peter Vermeulen Outcome studies Hoe stellen volwassenen met autisme het? Review: Magiati, I., Tay, X. W., & Howlin, P. (2014). Cognitive, language, social and behavioural outcomes in adults

Nadere informatie