oefenbundel voor het tweede leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd

Transcriptie

1 oefenbundel voor het tweede leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd leerinhoud aard bron de helft en het dubbel hoofdrekenen: aftrekken TE-E de tafels van 2, 3,, 5, 10 de tafels van 2, 3,, 5, 10 dagen, maanden, datum remediëren Rekensprong Plus 2 Map van Wibbel, remediëren en verrijken inoefenen Rekensprong Plus 2 Map van Wibbel, inoefenen, automatiseren en toepassingen inoefenen Arithmos tafels 2 automatiseren Rekensprong Plus 2 Map van Wibbel, inoefenen, automatiseren en toepassingen verrijken Rekensprong Plus 2 Map van Wibbel, remediëren en verrijken vormen verrijken Sterk Rekenwerk 2 het 100-veld hoekenwerk Hoekenbox wiskunde 2 Vind meer informatie over deze uitgaven op

2 SPRONG 7 Naam:... Nr HET DUBBEL, DE HELFT, EEN KWART (EEN VIERDE) a Kleur. Kleur telkens de helft. Kleur telkens een kwart (een vierde). b Kleur. Kleur het dubbel. Kleur het dubbel. Kleur telkens een kwart. Kleur telkens de helft c Teken de helft, een vierde of het dubbel. Halveer. (g : 2) Neem een vierde. (g : ) Verdubbel. (g x 2) d Vul in. De helft van 10 is Een vierde van 8 is Verdubbel 6. Je hebt dan Het dubbel van 0 is Het dubbel van 12 is De helft van 50 is Halveer 22. Je hebt dan De helft van 0 is 90 Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel, Sprong 7. Van In.

3 60 AFTREKKEN TOT 100 MET BRUG: TE E nnb 12 Naam:... Nr Je krijgt nog een beetje hulp. 9 7 = 31 6 = 65 8 = 51 2 = 73 9 = 5 5 = 81 3 = 83 8 = 2 Je doet het nu helemaal zelf. 7 6 = 3 5 = 91 3 = 86 9 = 53 7 = 88 9 = 3 7 = 72 5 = 9 5 = 63 6 = 32 5 = 8 5 = 75 8 = 83 9 = 55 8 = 3 Vul het rooster in Kun je dit ook? Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel. Van In.

4 Wat is evenveel? Geef de vakjes die samenhoren dezelfde kleur. x5 7x0 5x8 8x 6x 8x3 10x2 10x 10x0 20x1 x6 2x10 x8 0x2 5x x10 3x8 8x5 Iets moeilijker nu. 2x5 0:10 5x2 72:8 18:2 20:5 9x1 1x 16: 0x 5:5 2x2 9 36: 10 x0 x1 VanIn arithmos 2

5 77 DE TAFELS VAN 2, 3,, 5 EN 10 nnb 17 Naam:... Nr Schrijf in elke hele steen een andere deeltafel die erbij past. Maak geen fouten of de muur valt om. : = : 5 = = : = : 5 : = : 5 = = : = : 5 : = : 5 = = : = : 5 : = : 5 = = : = : 5 tafel van tafel van 5 2 Schiet de pijlen naar het juiste doel. Gebruik je meetlat. 2 x 2 5 x 2 1 x : 8 : 2 20 : 15 : 3 12 : 15 : : : 5 25 : 5 20 : 5 3 Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel. Van In. 87

6 SPRONG 8 Naam:... Nr Zet de volgende gegevens om in een grafiek. maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 16 C 1 C 19 C 25 C 22 C 20 C 18 C 30 C 25 C 20 C 15 C 10 C 5 C 0 C maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag Op welke dag kun je het best naar de binnenspeeltuin gaan?... Op welke dag kun je het best een uitstap naar zee maken?... Wat hoort bij elkaar? Hang het aan elkaar = ô ô koortsthermometer ô ô = = ô ô dagen in februari ô ô = = ô ô % op het rapport ô ô = 8 80 = ô ô vriespunt ô ô = 6 x 0 = ô ô kleuterleeftijd ô ô = 112 Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel, Sprong 8. Van In.

7 A B C D E F G H I J K L M N O R S T U V X Y Z Ä Ö

8 wiskunde F METEND REKENEN GETALLENKENNIS E 3 BEWERKINGEN MEETKUNDE TOEPASSINGEN De lln. lezen en schrijven getallen tot 100 (T E). Spring tot 1001x 1 Wat moet je doen? 3 Doe het zo! 2 Gooi tientallen en eenheden met de. Wie springt het snelst of het dichtst tot bij 100? Materiaal e Een 100-veld per speler e Een e Een met T en E per speler 1 Neem elk een 100-veld. 2 Zet je op vakje 1. 3 Wie begint? Gooi met de. Zet je 1 tiental of 1 eenheid verder of terug. Kijk naar de voorbeelden: en. Zeg luidop wat je doet. Lukt het niet? (Bv. Ik sta op 9. Ik moet 1T terug.) Sla dan een beurt over. 5 Controleer de zet van je medespelers. 6 De volgende speler is aan de beurt. Corrigeer je werk e Controleer je medespelers. Klaar? e Ruim alles netjes op. + 1T = E = 12 Deze fiche hoort bij de Hoekenbox 2de leerjaar wiskunde VAN IN 2009

9 wiskunde METEND REKENEN GETALLENKENNIS E 3 BEWERKINGEN MEETKUNDE TOEPASSINGEN De lln. lezen en schrijven getallen tot 100 (T E). Spring tot Doel(en) e De leerlingen kunnen inzicht verwerven in de tientalligheid en het plaatswaardesysteem van ons talstelsel (H T E). e Ze kunnen getallen tot en met 100 correct lezen en schrijven. e Ze kunnen verder tellen met sprongen van 1 of van 10 en deze getallen aanduiden op het 100-veld. 1x Overzichtsblad Leerinhouden wiskunde nrs. 9 en 10. Materiaal e Een 100-veld per speler: kopieerkaart 15 (de eerste keer maal kopiëren en lamineren) e Een pion per speler e Een TE-dobbelsteen: kopieerkaart 16 (de eerste keer maken of zie tips onderaan) Differentiatie e Je kunt de oefeningen per twee laten uitvoeren (*). e Je kunt een tweede, normale dobbelsteen gebruiken om aan te geven hoeveel tientallen of hoeveel eenheden ze verder mogen springen (***). F Hulpkaart Wiskunde Getallen lezen Aanpak Controle en verbetering Zie Doe het zo! op keerzijde. Ga eens langs om te kijken of de leerlingen het spel begrepen hebben. Tips Je kunt een gewone dobbelsteen gebruiken en er een sticker opplakken met + 1T, + 1E, - 1T en - 1E. Deze fiche hoort bij de Hoekenbox 2de leerjaar wiskunde VAN IN 2009

10 100-veld kopieerkaart 15 werkblad wiskunde 2de leerjaar getallen 3

11 Spring tot kopieerkaart 16 werkblad 1T 1 E 1 E 1 E 1 E 1 T wiskunde 2de leerjaar getallen 3

12 oefenbundel voor het tweede leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd correctiesleutel

13 SPRONG 7 Naam:... Nr HET DUBBEL, DE HELFT, EEN KWART (EEN VIERDE) a Kleur. Kleur telkens de helft. Kleur telkens een kwart (een vierde). meerdere oplossingen mogelijk b Kleur. Kleur het dubbel. Kleur het dubbel. Kleur telkens een kwart. Kleur telkens de helft meerdere oplossingen mogelijk c Teken de helft, een vierde of het dubbel. Halveer. (g : 2) Neem een vierde. (g : ) Verdubbel. (g x 2) d Vul in. De helft van 10 is 5 Het dubbel van 12 is 2 Een vierde van 8 is 2 De helft van 50 is 25 Verdubbel 6. Je hebt dan 12 Halveer 22. Je hebt dan 11 Het dubbel van 0 is 80 De helft van 0 is Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel, Sprong 7. Van In.

14 60 AFTREKKEN TOT 100 MET BRUG: TE E nnb 12 Naam:... Nr Je krijgt nog een beetje hulp. 9 7 = = = = = = = = Je doet het nu helemaal zelf. 7 6 = = = = = = = = = = = = = = = 7 3 Vul het rooster in Kun je dit ook? Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel. Van In.

15 Wat is evenveel? Geef de vakjes die samenhoren dezelfde kleur. x5 7x0 5x8 8x 6x 8x3 10x2 10x 10x0 20x1 x6 2x10 x8 0x2 5x x10 3x8 8x5 Iets moeilijker nu. 2x5 0:10 5x2 72:8 18:2 20:5 9x1 1x 16: 0x 5:5 2x2 9 36: 10 x0 x1 VanIn arithmos 2

16 77 DE TAFELS VAN 2, 3,, 5 EN 10 nnb 17 Naam:... Nr Schrijf in elke hele steen een andere deeltafel die erbij past. Maak geen fouten of de muur valt om. meerdere oplossingen mogelijk : = : 5 = = : = : 5 : = : 5 = = : = : 5 : = : 5 = = : = : 5 : = : 5 = = : = : 5 tafel van tafel van 5 2 Schiet de pijlen naar het juiste doel. Gebruik je meetlat. 2 x 2 5 x 2 1 x 3 0 : 8 : 2 20 : 15 : 3 12 : 15 : 5 0 : : 5 25 : 5 20 : Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel. Van In. 87

17 SPRONG 8 Naam:... Nr Zet de volgende gegevens om in een grafiek. maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 16 C 1 C 19 C 25 C 22 C 20 C 18 C 30 C 25 C 20 C 15 C 10 C 5 C 0 C maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag Op welke dag kun je het best naar de binnenspeeltuin gaan?... dinsdag Op welke dag kun je het best een uitstap naar zee maken?... donderdag Wat hoort bij elkaar? Hang het aan elkaar = 80 ô ô koortsthermometer ô ô = = 28 ô ô dagen in februari ô ô = = 37 ô ô % op het rapport ô ô = 8 80 = ô ô vriespunt ô ô = 0 6 x 0 = 0 ô ô kleuterleeftijd ô ô = Dit kopieerblad hoort bij Rekensprong Plus 2, Map van Wibbel, Sprong 8. Van In.

18 Zoek de fi guur die bij de omschrijving past. Schrijf de letter in het vakje. 1. Er zijn lijnen. 5. Het is niet zwart of wit. Het is niet rond. Er is geen zwart bolletje. Er zijn minder dan 5 zijden. Er zijn drie hoeken. Het is niet vierkant. Er zijn geen strepen. R X 2. Het is niet zwart. 6. Er zijn geen vierkantjes of strepen. Het is niet wit. Er zijn meer dan vier zijden. Er zijn geen vierkanten of strepen. Het is geen zeshoek. Er zijn geen hoeken. Er is een zwart bolletje. G 3. Het is wit. 7. Het is geen driehoek of vierkant. Er zijn meer dan drie zijden. Het is niet zwart of wit. Er zijn meer dan vijf hoeken. Het heeft geen hoeken. Het is niet zwart. Er zijn geen strepen en geen zwart bolletje. E I Y. Er zijn geen vierkanten of strepen. Er is geen zwart bolletje. Er zijn geen hoeken. Het is niet zwart. B A B C D E F G H I J K L M N O R S T U V X Y Z Ä Ö 67