IJsseldelta-Zuid, perceel Reevesluiscomplex Actualisatie MER bij Projectplan Waterwet

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "IJsseldelta-Zuid, perceel Reevesluiscomplex Actualisatie MER bij Projectplan Waterwet"

Transcriptie

1 IJsseldelta-Zuid, perceel Reevesluiscomplex Actualisatie MER bij Projectplan Waterwet Provincie Overijssel 30 mei 2017

2 Project Opdrachtgever IJsseldelta-Zuid, perceel Reevesluiscomplex Provincie Overijssel Document Actualisatie MER bij Projectplan Waterwet Status Definitief Datum 30 mei 2017 ZL / Referentie Projectcode Projectleider Projectdirecteur ZL B.A.J. Meeuwissen MSc ing. A.J.P. Helder Auteur(s) Gecontroleerd door Goedgekeurd door B.A.J. Meeuwissen MSc ir. J.K. Muntinga B.A.J. Meeuwissen MSc Paraaf Adres Witteveen+Bos Raadgevende ingenieurs B.V. Van Twickelostraat 2 Postbus AE Deventer +31 (0) KvK Het kwaliteitsmanagementsysteem van Witteveen+Bos is gecertificeerd op basis van ISO Witteveen+Bos Niets uit dit document mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt in enige vorm zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Witteveen+Bos Raadgevende ingenieurs B.V. noch mag het zonder dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd, behoudens schriftelijk anders overeengekomen. Witteveen+Bos aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enigerlei schade die voortvloeit uit of verband houdt met het wijzigen van de inhoud van het door Witteveen+Bos geleverde document.

3 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 1 2 ACTUALISATIE MER 3 3 WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN MER Wijzigingen scope Wijzigingen in ontwerp en fasering Wijzigingen in autonome ontwikkeling, wet- en regelgeving Invulling van eerdere leemten in kennis Aanvullend inzicht in wijze van aanleg 7 4 ACTUALISATIE VAN OPTREDENDE EFFECTEN Rivierkundige en morfologische effecten Effecten op hydrologie en waterkwaliteit Effecten waterkwaliteit Effecten hydrologie Effecten op bodemkwaliteit Ecologische effecten Effecten op landschap en cultuurhistorie Effecten op gebruik en recreatie 12 5 CONCLUSIES 13 6 LITERATUUR 14 Laatste pagina 14 Bijlage(n) Aantal pagina's I Lijst met vaktermen 2

4

5 1 INLEIDING Voor het project Ruimte voor de Rivier IJsseldelta is in 2013 de planstudie IJsseldelta-Zuid afgerond. Deze was gericht op het in twee fasen doorvoeren van een omvangrijke ruimtelijke ontwikkeling, waarbij een extra hoogwatergeul aan de IJssel wordt gekoppeld, die uitmondt in de randmeren. Tegelijk was daarbij de ontwikkeling voorzien van een nieuwe woonwijk en natuurgebieden. Op grond van de planstudie zijn onder meer de bestemmingsplannen voor het totale project vastgesteld en de vergunningen in het kader van de Natuurbeschermingswet voor fase 1 verleend. Onderdeel van de planstudie was de opstelling van een Milieueffectrapport (MER 1 ), omdat IJsseldelta-Zuid een aantal m.e.r.-plichtige en m.e.r.-beoordelingplichtige onderdelen kent. Dit MER bestaat uit het MER uit 2009, opgesteld ten behoeve van de alternatiefkeuze voor het hele project en de aanvulling Deelrapport 19, aanvulling MER planstudie IJsseldelta-zuid uit 2013, met diverse onderliggende bijlagerapporten 2. Het MER 2013 had de volgende functies: planmer bij de planologische procedures voor de beide fasen en besluitmer voor de vergunningen in fase 1. Om de haalbaarheid en vergunbaarheid te borgen van de besluiten die over beide fasen gaan, is in het MER 2013 een analyse uitgevoerd naar de effecten van fase 2. Voor deze analyse waren globale ontwerpen en een fasering beschikbaar. Door de Minister van Infrastructuur & Milieu is besloten de tweede fase van het project IJsseldelta-Zuid te versnellen: terwijl uitvoering van fase 2 in het MER 2013 tussen was voorzien, is deze nu voorzien tussen Fase 2 bestaat uit 4 afgebakende percelen waarvan de respectievelijke eindbeheerders ook de uitvoering voorbereiden en coördineren. Als eerste is besluitvorming over het perceel Reevesluiscomplex aan de orde: deze bestaat uit de aanleg van een schutsluis in combinatie met een spuisluis in de Reevedam, zie afbeelding In dit rapport wordt afwisselend de afkorting MER en m.e.r. gebruikt. De afkorting m.e.r. staat daarbij voor het proces en de procedure van milieueffectrapportage, de afkorting MER voor het eindproduct, het milieueffectrapport. In dit rapport zal dit MER, inclusief het deel uit 2009 en alle deelrapporten verder worden aangeduid als MER Witteveen+Bos ZL / Definitief

6 Afbeelding 1.1 Kaartbeeld van de ligging van het Reevesluiscomplex In de oorspronkelijke fasering was in fase 1 de bouw van twee keersluizen voorzien, die in fase 2 zouden worden omgebouwd tot een complex met een schutsluis en een spuisluis. De bouw van de keersluizen is in fase 1 volledig vergund, maar kort na de start van de werkzaamheden stilgelegd. In het besluit tot versnelling is vastgelegd, dat in de Reevedam direct de schutsluis en spuisluis worden gebouwd. De bouw van de schutsluis kan gebruik maken van de eerste onderdelen van de keersluis die reeds zijn gerealiseerd. Omdat op voorhand duidelijk was dat voor alle vier de percelen effecten op natuur van groot belang zijn voor de vergunbaarheid, is een integrale Passende beoordeling uitgevoerd [Visser en Bruinsma, 2017]. In deze integrale Passende beoordeling zijn de natuureffecten van de gewijzigde uitvoering van alle percelen in fase 2 samenhangend inzichtelijk gemaakt en beoordeeld. Voor Reevesluiscomplex waren de conclusies uit de integrale Passende Beoordeling aanleiding om een separate ADC-toets op te stellen als onderbouwing van het Projectplan Waterwet (verder: PPW) en de vergunningaanvraag ex Wet natuurbescherming (verder: wet Nb) [Reimerink, 2017]. Voor de bouw van het complex met schut- en spuisluis is een PPW noodzakelijk en (onder meer) een vergunning wet Nb ). Voorliggend rapport bevat de actualisering en detaillering van de milieu-informatie voor deze besluiten in aanvulling op en ter actualisering van de analyse die in het MER 2013 is uitgevoerd. Met de informatie in deze actualisatie, de integrale Passende beoordeling, de ADC-toets 1 en de overige recent uitgevoerde onderzoeken, krijgt het milieu een volwaardige rol bij de besluitvorming over het PPW en de vergunning wet Nb. 1 Zie begrippenlijst Witteveen+Bos ZL / Definitief

7 2 ACTUALISATIE MER Een besluit over een PPW voor de aanpassing van een waterweg voor schepen met een laadvermogen van 900 ton of meer is m.e.r.-plichtig of m.e.r.-beoordelingplichtig conform categorie C3.1/D3.1 in de bijlage bij het Besluit m.e.r. De vaarweg door de Randmeren kan worden bevaren door schepen met een laadvermogen tot 2040 ton en de omvang van de aanpassing voldoet niet aan de minimale vereisten voor een directe m.e.r.-plicht. De aanpassing van een waterkering is m.e.r.-beoordelingplichtig conform categorie D3.2 in de bijlage. Deze twee aspecten maken het PPW IJsseldelta Zuid, aanleg Reevesluiscomplex m.e.r.-beoordelingplichtig. Bij de beoordeling van de m.e.r.-plichtigheid is van belang dat het Reevesluiscomplex in het Natura 2000-gebied Veluwemeer ligt, dus in gevoelig gebied. Voor het hele project IJsseldelta-Zuid, zowel fase 1 als 2 (waar het Reevesluiscomplex onderdeel van was) is het MER 2013 opgesteld. Dit MER biedt een goede basis voor het inzicht in de milieueffecten van de aanleg en het gebruik van het sluiscomplex conform het PPW. Om milieuaspecten volwaardig in de besluitvorming mee te kunnen nemen, is een verfijning en actualisatie van de toenmalige beoordeling nodig op de volgende punten: - opgetreden aanpassingen en detailleringen in het ontwerp (waarbij de hoofdkeuzes in tact zijn gebleven); - de gevolgen van de gewijzigde fasering; - veranderingen in de autonome situatie en wet- en regelgeving; - leemten in kennis; - aanlegeffecten, om aan te sluiten bij de informatie die daarvoor nu in het PPW beschikbaar is Witteveen+Bos ZL / Definitief

8 3 WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN MER Wijzigingen scope Wijzigingen in ontwerp en fasering In de hoofdstukken 1 tot en met 3 van het MER 2013 [Witteveen+Bos e.a., 2013] worden de aanleiding, doelstelling en inrichting van het totale project geschetst. Deze paragraaf richt zich op de ontwerp- en scopewijzigingen ten opzichte van die beschrijving in het MER Ook veranderingen als gevolg van de gewijzigde fasering zijn opgenomen. In onderstaande tabel is het verschil in scope weergegeven tussen de aannames die voor het MER 2013 zijn gedaan en de huidige invulling van de schutsluis en spuisluis via het schetsontwerp en de huidige fasering gebaseerd op [Witteveen+Bos e.a., 2013; Rijkswaterstaat, 2017; RHDHV, 2016; Isala Delta, 2017a; Isala Delta 2017b; Visser en Bruinsma, 2017]. Tabel 3.1 Scopeaanpassingen voor het Reevesluiscomplex Onderdeel Ontwerpuitgangspunten in MER 2013 Huidige uitgangspunten 1 eerst bouw twee keersluizen, circa vijf jaar later ombouw van de keersluizen naar een schutsluis en spuisluis 2 eerst wordt de keersluis gebouwd, daarna wordt de aansluiting van de bypass met het Drontermeer gemaakt 3 aanleg auto-afzetplaats ten zuiden van de sluis aan de Drontermeerdijk 4 omvangrijk bedieningsgebouw; geen uitspraak over landschappelijke inpassing van de sluis 5 aanvulling van de schut- en spuisluis met een (niet gedetailleerde) migratievoorziening de keersluis is zeer gedeeltelijk gebouwd, de bouw van schut- en spuisluis wordt 4 jaar naar voren gehaald, waardoor direct de eindsituatie wordt gerealiseerd geen periode met keersluis, de verbinding van de bypass met het Drontermeer wordt gemaakt voordat de schutsluis gereed is geen auto-afzetplaats buiten het sluisterrein kleiner bedieningsgebouw en minder prominente inpassing van gehele sluis nadere invulling in ontwerp, geen open, maar een gesloten leiding als migratievoorziening 6 ruimtereservering gemaal ruimtereservering wordt niet ingevuld, blijft wel gehandhaafd 7 een vast gedefinieerd aantal wachtplaatsen het eerder genoemde aantal wachtplaatsen wordt verminderd 8 toepassing normering hoogwaterbescherming die vigeerde in 2013 toepassing normering hoogwaterbescherming vigerend in 2013, ondanks het beschikbaar komen van de normering Sluisontwerp wordt niet gewijzigd 4 14 Witteveen+Bos ZL / Definitief

9 Toelichting op de scopewijzigingen Ad 1 In de oorspronkelijke fasering zouden gedurende vijf jaar de keersluizen in de Reevedam in situaties met storm of afvoer van IJsselwater via de bypass worden gesloten, om beïnvloeding van de waterkwaliteit in het Drontermeer ten zuiden van de Reevedam te voorkomen. Dit is van belang vanwege het verschil in waterkwaliteit tussen het Drontermeer enerzijds en de bypass en de IJssel anderzijds. Door de versnelling van fase 2 vervalt die situatie geheel. In de oorspronkelijke fasering, zou de vaargeul tijdens de bouw van de schutsluis worden verlegd van de westelijke naar de oostelijke keersluis. In de nieuwe fasering is zo n verlegging niet aan de orde, de vaarbewegingen blijven binnen de vergunde vaargeul voor de bouw van de keersluizen. Ad 2. De keersluis wordt niet afgebouwd, maar de kering tussen de bypass en het meer ten noorden van de Reevedam (verder te noemen: Verlengde Vossemeer) wordt verwijderd voordat de schutsluis en spuisluis gereed zijn. Er is dus een periode van maximaal twee jaar, waarin er geen harde belemmering is voor waterstroming vanaf de bypass naar het Drontermeer. Dit is van belang vanwege het verschil in waterkwaliteit tussen het Drontermeer enerzijds en de bypass en de IJssel anderzijds. Ad 3. De spreiding van autoafzetplaatsen wordt niet beïnvloed door het project. Bij de huidige sluis (Roggebotsluis) is geen autoafzetplaats aanwezig en dus ook niet bij de nieuwe sluis (Reevesluis). Het aantal schutbewegingen beroepsvaart ligt veel lager dan , orde grootte Ad 4. In het MER 2013 zijn vanuit de landschappelijke inpassing geen richtlijnen gegeven voor de vormgeving van de sluis, wel is in het bestemmingsplan de bouwhoogte beperkt. In het schetsontwerp wordt nu uitgegaan van een zo compact mogelijk bedieningsgebouw en een landschappelijk ondergeschikte inpassing van de sluis. Ad 5. Er is een migratievoorziening nodig om uitwisseling van fauna tussen het Drontermeer en het verlengde Vossemeer te verzorgen. In het MER 2013 is deze als vismigratievoorziening aangeduid. In de integrale Passende beoordeling [Visser en Bruinsma, 2017] is dit gespecificeerd tot: vis, met uitzondering van volwassen bodemwoelende vissen. Ad 6. In het project is op de Reevedam ruimte gereserveerd voor een gemaal, als vrij spuien van het Drontermeer door de Reevedam uitstroom onvoldoende mogelijk is, bijvoorbeeld door peilstijgingen in het IJsselmeer waarmee het meer ten noorden van de Reevedam in open verbinding gaat staan. De invulling daarvan is geen onderdeel van het huidige PPW en blijft dus buiten beschouwing. Ad 7. In het globaal ontwerp bij het MER 2013 was uitgegaan van 2 x 220 m recreatiesteiger, maar daar bleken negatieve effecten door op te treden, omdat mensen vanaf het de steiger aan land konden terwijl dat ter plaatse ongewenst was. Nu wordt de ruimte voor wachtplaatsen verminderd tot 2 x 180 m. Daarmee is een balans gezocht tussen minimalisatie van het aantal wachtplaatsen en de wijze van invulling enerzijds en het risico op schepen die vrij voor de sluis blijven liggen wachten en de daaraan gekoppelde consequenties anderzijds. Ad. 8 Dit onderwerp wordt toegelicht bij Witteveen+Bos ZL / Definitief

10 3.2 Wijzigingen in autonome ontwikkeling, wet- en regelgeving Wijzigingen in autonome ontwikkeling Ten opzichte van 2013 is de referentiesituatie in 2030 nagenoeg niet gewijzigd. De belangrijkste autonome ontwikkeling voor het project IJsseldelta-Zuid als geheel is de verkorte zomerbedverlaging in de IJssel; deze is inmiddels uitgevoerd conform de verwachtingen zoals verwoord in het MER 2013, zodat dit geen invloed heeft op de referentie. Ook de aanleg van fase 1 van het project IJsseldelta-Zuid is conform de planning uit 2013 in uitvoering. De ontwikkeling van natuurwaarden is niet helemaal conform de aannames in het MER 2013, hetgeen wel invloed heeft op de referentie. De laatste jaren zijn de trends negatief voor een aantal kwalificerende habitatsoorten die leven in het Drontermeer (het plangebied van het sluiscomplex), terwijl in het MER 2013 daarop geen beoordeling heeft plaatsgevonden. Het betreft: roerdomp en grote karekiet 1, fuut, grote zaagbek, tafeleend, krakeend, krooneend en smient. Dit betekent, dat de autonome situatie voor deze soorten kritischer is dan in het MER 2013 beschreven. Voor het Reevesluiscomplex is alleen grote karekiet relevant, omdat andere soorten niet in de directe omgeving van het complex voorkomen [Tauw, 2016]. Uit het veldonderzoek naar aanwezig natuurwaarden in 2016 [Tauw, 2016] zijn geen andere beschermde soorten aangetroffen. Hier zijn ook geen nesten aangetroffen welke geschikt zijn voor jaarrond beschermde vogels. De bomen binnen de onderzoekbegrenzing zijn ongeschikt bevonden voor verblijfplaatsen van vleermuizen of boommarter. Op andere milieuthema s zijn er geen nieuwe autonome ontwikkelingen. Wijzigingen beleid en wetgeving De hoofdlijnen van beleid zijn ongewijzigd ten opzichte van 2013: nog steeds is realisatie van het project IJsseldelta-Zuid conform fase 2 het beleid op landelijk, provinciaal en lokaal niveau. De regiopartijen verkennen momenteel, hoe de ontwikkeling van IJsseldelta Zuid conform de uitwerking in 2013 gestalte kan krijgen, ondanks de vernietiging van het gedeelte voor het woongebied uit het bestemmingsplan. Op het gebied van waterkering is sinds 1 januari 2017 het nieuwe toetsingskader Waterwet van toepassing. In de Veiligheidsanalyse Reevesluiscomplex IJsseldelta conform WBI2017, versie 1.0 d.d. 1 maart 2017 is hier nader naar gekeken. De conclusie van de veiligheidsanalyse is dat het sluisontwerp geen specifieke aanpassingen behoeft als gevolg van de normering zoals deze geldt per 1 januari 2017 en de daaraan gekoppelde ontwerp- en beoordelingssystematiek Een definitieve controle vindt plaats bij het definitieve ontwerp van het Reevesluiscomplex. Er wordt niet verwacht dat dit leidt tot aanpassingen. In 2017 is tevens de Wet natuurbescherming van kracht geworden. Deze wordt nu als toetsingskader gehanteerd bij de effectbepaling natuur. 3.3 Invulling van eerdere leemten in kennis In het MER 2013 zijn vier leemten in kennis geconstateerd, waarvan er twee voor het Reevesluiscomplex relevant zijn: 1 Met betrekking tot archeologie bleek in 2013 onvoldoende informatie beschikbaar om tot definitieve uitspraken te komen. Bij de voorbereiding van de aanleg van de keersluizen heeft aanvullend archeologisch onderzoek plaatsgevonden om deze leemte in te vullen [Huizer, 2015]. Daarmee is deze leemte ingevuld. 1 Naar roerdomp en grote karekiet is in het kader van de vergunning Natuurbeschermingswet voor de aanleg van de keersluizen wel onderzoek uitgevoerd Witteveen+Bos ZL / Definitief

11 2 Met betrekking tot de waterkwaliteit in de bypass, het Drontermeer en het Vossemeer was niet te zeggen bij welke nutriëntbelasting vertroebeling van het systeem zal ontstaan. Daarop zou een monitoring worden ingezet. De aanpassing van de fasering leidt tot een kortere periode, waarin water vanuit de bypass naar het Drontermeer kan stromen. Daarmee draagt de versnelling bij aan het beperken van de kans op vertroebeling door de toestroom van eutroof water. Wel blijven tijdelijke effecten een aandachtspunt, zie paragraaf 4.2. Om inzicht te krijgen in de trofiëring van het Drontermeer zal monitoring naar de waterkwaliteit worden opgezet. Daarmee is deze leemte ingevuld. 3.4 Aanvullend inzicht in wijze van aanleg In het MER 2013 zijn zeer globaal aanlegeffecten beschreven. Hoewel er (uiteraard) nog geen definitief werkplan van de aannemer bekend is, wordt in de uitvoeringsparagraaf van het PPW de wijze van aanleg nauwkeuriger beschreven. Samengevat ziet de uitvoering er als volgt uit [ projectteam d.d. 30 september 2016; RHDHV, 2016; Rijkswaterstaat, 2017]: - bouw van het noordelijke sluishoofd in den natte vanuit de bestaande damwandconstructie die was bedoeld voor de keersluis; - aanbrengen bodemverbetering in den natte en aanleg werkeiland, dat later tot definitief sluiseiland tussen de schutsluis en spuisluis wordt afgebouwd; - bouw sluiskolk inclusief zuidelijke sluishoofd in den droge; - bouw spuisluis en vismigratievoorziening; - bouw bedieningsruimte en afwerking sluiseiland Witteveen+Bos ZL / Definitief

12 4 ACTUALISATIE VAN OPTREDENDE EFFECTEN In dit hoofdstuk is de actualisatie van de effectbeschrijving opgenomen. De indeling van dit hoofdstuk volgt grotendeels de hoofdstukindeling van het MER Effectthema s van het totale project, die voor het Reevesluiscomplex niet relevant zijn, ontbreken zoals: verkeer en landbouw. Daarbij wordt zowel aandacht aan effecten tijdens de aanleg, als tijdens de gebruiksfase besteed. 4.1 Rivierkundige en morfologische effecten De versnelde bouw van het Reevesluiscomplex heeft geen wijzigingen van de rivierkundige en morfologische effecten ten opzichte van het MER 2013 tot gevolg. De aanleg heeft geen belangrijke gevolgen voor deze thema s, de aanpassingen in het ontwerp leiden niet tot andere effecten dan beschreven in het MER Effecten op hydrologie en waterkwaliteit Effecten waterkwaliteit De wijziging in de fasering leidt tot twee wijzigende effecten [Visser en Bruinsma, 2017]: - verkorting van de tijdsduur met mogelijke uitwisseling van water tijdens de periode tussen de beide fasen in een situatie met open keersluizen; - tijdelijke open verbinding tussen bypass en zuidelijk Drontermeer tijdens de werkzaamheden. Daarnaast komen effecten door de aanleg en in de gebruiksfase in deze paragraaf aan de orde. Verkorting periode met keersluizen De periode wordt korter, dat er een situatie is met keersluizen, zoals voorzien in de oorspronkelijke fasering. De keersluizen zouden bij storm en afvoer van IJsselwater door de bypass, zorgen voor een afsluiting tussen het Drontermeer en de bypass. Doordat de periode tussen beide fasen wordt verkort, wordt ook de periode korter, dat buiten deze momenten alsnog uitwisseling van water plaatsvindt tussen het Drontermeer en de bypass. In de reguliere situatie is de stroomrichting vanaf het Drontermeer in hoofdzaak gericht naar het verlengde Vossemeer ten noorden van de Reevedam, maar er is een risico, dat tijdelijk omkering van de stroomrichting mogelijk is en er kleinere hoeveelheden water uit het verlengde Vossemeer naar het Drontermeer stromen. Dat is ongewenst, omdat in de bypass water van slechtere kwaliteit aanwezig is: zowel het lokale water, als het IJsselwater is voedselrijker dan het water in het Drontermeer. Het verkorten van de uitwisselperiode is een positief effect van de aangepaste planning voor fase 2. Tijdelijke open verbinding Tijdens de bouw van de schutsluis is de Reevedam open. Volgens de huidige planning voor de bouwperiode wordt de kering tussen het Reevediep en het Drontermeer (zogenaamde C-kering) ten noorden van de Reevedam tijdens de bouw van het Reevesluiscomplex verwijderd. Door opwaaiing kan er dan water uit het Reevediep naar het Drontermeer stromen, omdat feitelijk sprake is van een tijdelijke open verbinding.. Water uit het Reevediep is van slechtere kwaliteit, dan het water in het zuidelijk Drontermeer. Het Reevediep is nog wel afgesloten bij de IJssel, maar de kwaliteit wordt beïnvloed door het (voormalige) 8 14 Witteveen+Bos ZL / Definitief

13 landbouwkundige gebruik in het plangebied en in gebieden die daarop afwateren. Het risico op uitwisseling van Reevediepwater naar het deel van het Drontermeer ten zuiden van de Reevedam is zeer klein, omdat de hoofdstroomrichting noordelijk is [TAUW, 2017a]. De kans dat dat zich voordoet is beperkt in de tijd namelijk gedurende een maand (maart 2019). Om de kans op beïnvloeding van de waterkwaliteit te minimaliseren, is de omvang van de opening in de C-kering minimaal gedimensioneerd. Ook wordt gemonitord op stroomrichtingen en naar aanleiding daarvan op de kwaliteitsontwikkeling. Bij mogelijk optredende significante beïnvloeding tijdens de werkzaamheden kunnen aanvullende maatregelen worden genomen. Deze maatregelen worden voor maart 2019 door opdrachtgever in een protocol vastgelegd. Tijdelijke effecten door de aanleg Niet alleen eutrofiering ten gevolge van de tijdelijke open verbinding kan de waterkwaliteit in het Drontermeer negatief beïnvloeden, ook het uitvoeren van grondwerk in het water door opdrachtnemer kan het huidige heldere watersysteem door vertroebeling negatief beïnvloeden. Tijdens de realisatie wordt dit voorkomen door de uitvoering van maatregelen die worden uitgewerkt in het nog op te stellen ecologisch werkprotocol. Effecten in gebruiksfase De effecten die in MER 2013 zijn beschreven voor de periode na het gereed komen van het sluiscomplex zijn nog actueel Effecten hydrologie Uit nader hydrologisch onderzoek op basis van de werkbeschrijving bij het schetsontwerp [RHDHV, 2017] is geconcludeerd dat de aanleg van de sluis geen significante effecten heeft op het watersysteem. De beschrijving in het MER 2013 van de hydrologische effecten tijdens de gebruiksfase is nog actueel. 4.3 Effecten op bodemkwaliteit Het grondverzet voor de bouw van de schutsluis en spuisluis past binnen het plan dat in het MER 2013 opgesteld en in de toelichtingen op de vergunningen voor de keersluizen is verfijnd: - er wordt een brede vaargeul gemaakt, die deels over de locatie van de oostelijke keersluis valt en tijdens de bouw als tijdelijke vaargeul dienst doet; - de huidige bodem ter hoogte van de schutsluis en het werkeiland wordt verwijderd en vervangen door zand; - er wordt een werkeiland aangelegd, dat later het definitieve sluiseiland wordt. In het grondstromenplan bij het MER 2013 zijn hoeveelheden en kwaliteit van vrijkomende en aan te voeren grondstromen in beeld gebracht. Sinds 2013 zijn op en rond het Reevesluiscomplex aanvullende onderzoeken uitgevoerd naar de fysische en chemische bodemkwaliteit [Tauw, 2013; ATKB, 2015a; ATKB, 2015b, ATKB 2015c; Fugro, 2016]. Deze laten geen aanzienlijke afwijkingen zien ten aanzien van de fysische kwaliteit en ook geen chemische verontreinigingen. Het in de MER 2013 geschetste beeld is in zoverre nog steeds actueel. Wel zijn op twee plaatsen voor de uitvoering van IJsseldelta fase 1 werkzaamheden uitgevoerd die tot gevolg hebben dat de situatie is gewijzigd: - de vaargeul is in oostelijke richting verlegd waardoor daar ter plaatse de onderzochte bodem geheel of gedeeltelijk is verwijderd; - het slib ter plaatse van het deel van de schutsluis waar voor fase 1 een keersluis was gepland (het noordelijk deel van de schutsluis) is al verwijderd. Voor zover in het grondstromenplan hoeveelheden worden genoemd moet er rekening mee worden gehouden dat deze voor wat betreft bovengenoemde 2 delen reeds (deels) zijn uitgevoerd Witteveen+Bos ZL / Definitief

14 In het projectgebied is ook sprake van droger oevergebied. Dit gebied is historisch onderzocht en maakt deel uit van de Bodemkwaliteitskaart Dronten, deelgebied Buitengebied zand [Grontmij 2013]. Uit deze gegevens blijkt dat er vermoedelijk sprake is van een onbelaste omgeving waarbij de te verwachten bodemkwaliteit schoon is. Daarmee blijven de conclusies uit het MER 2013 ten aanzien van effecten op bodem in stand. 4.4 Ecologische effecten De uitwerking in deze paragraaf is een samenvatting van de onderdelen voor het perceel Reevesluiscomplex in de rapporten: Natuurinventarisatie, integrale Passende beoordeling en de ADC-toets [Tauw, 2016; Visser en Bruinsma, 2017; Reimerink, 2017]. Bij de beschrijving hieronder is onderscheid gemaakt tussen verandering van effecten door: - de versnelling in de fasering; - aanpassingen in het ontwerp en/of veranderingen in de veldsituatie; - nieuwe inzichten in de wijze van aanleg. Effecten versnelling De versnelling van de fasering heeft een positief effect voor natuur: - de situatie met een keersluis en het bijbehorende risico van beïnvloeding van waterkwaliteit buiten perioden met hoog water of storm, gaat korter duren; - in totaal worden minder lang werkzaamheden uitgevoerd in het gebied, zodat verstoring door werkzaamheden, licht en geluid korter duurt; - er komt sneller extra dynamiek in verlengde Vossemeer, doordat de Roggebotsluis eerder verwijderd kan worden (de aanwezigheid van het Reevesluiscomplex is hiervoor randvoorwaardelijk); - er is sneller een bruikbare droge migratieroute beschikbaar over de sluis in het verlengde van de ruigtestroken onderaan de Reevedam. Onder waterkwaliteit (paragraaf 4.2.1) is reeds het risico besproken van omslag naar een troebel systeem door eutrofiëring via toestroom van water uit de bypass en vertroebeling via opwerveling van bodemmateriaal tijdens de werkzaamheden. Deze risico s zijn vooral van belang, omdat dit effect kan hebben op de beschermde habitattypen kranswierwateren en meren met krabbescheer en fonteinkruiden. De ombouw naar de schutsluis en spuisluis in fase 2 was niet afhankelijk van natuurontwikkeling elders in het project, zodat op dat punt geen aanpassing van effecten optreedt. Doordat het aantal scheepvaartbewegingen niet toeneemt als gevolg van de versnelling, wijzigen ook de effecten voor natuur in de gebruiksfase niet. Een mogelijke verbetermaatregel ten opzichte van 2013 is de toepassing van vleermuisvriendelijke verlichting op het sluiseiland. Effecten aanpassing ontwerp en veranderde veldsituatie Hieronder vallen zowel effecten door aanpassingen in het ontwerp ten opzichte van de schetsmatige ontwerpen uit 2013, als effecten als gevolg van veranderingen in natuurwaarden die sinds 2013 zijn opgetreden. Beide leiden namelijk tot een ander inzicht over het effect van het huidig ontwerp ten opzichte van de huidige referentie. Volgens actuele verspreidingsdata heeft de grote karekiet recent in de buurt van het Reevesluiscomplex gebroed [Tauw, 2016]. Daarmee moet de conclusie uit de Passende beoordeling uit 2013 worden herzien, dat deze rietkraag ongeschikt is als habitat voor de grote karekiet in verband met de marginale kwaliteit van het riet. Het verwijderen van het riet door het afgraven van de oever voor de aanleg van het sluiscomplex inclusief de wachtplaatsen betekent nu, dat in potentie geschikt broedbiotoop van de grote karekiet verloren gaat Witteveen+Bos ZL / Definitief

15 Daarnaast zullen de wachtplaatsen in de gebruiksfase zorgen voor extra verstoring, waardoor het riet in de omgeving niet meer als broedplaats voor de grote karekiet kan fungeren. De geprojecteerde kano oversteekplaats zorgt niet voor een extra effect dan al plaatsvindt door het gebruik van de wachtplaatsen. Door de aanleg en het gebruik van het Reevesluiscomplex kan daarom een negatief effect op het instandhoudingsdoel voor de grote karekiet niet worden uitgesloten. Vanwege de slechte staat van instandhouding en negatieve trend is dit effect mogelijk significant negatief. Ondanks het toepassen van mitigerende maatregelen voorafgaande aan de aanleg, resteert mogelijk nog steeds een significant negatief effect. Daarom is voor dit aspect een ADC-toets uitgevoerd [Reimerink, 2017]. Daarin zijn via de ADCafweging compensatiemaatregelen uitgewerkt in de vorm van een nieuw te creëren rietkraag ten noorden van de Reevedam. Ter invulling van deze maatregelen zijn op plaatsen ten noorden van de Reevedam die buiten het projectgebied van de sluis liggen, rietplaggen aangebracht, zodat zich daar snel een nieuwe rietkraag kan ontwikkelen. Dit leidt tot een toename van geschikt areaal buiten het projectgebied, zodat per saldo niet langer relevant rietareaal verloren gaat. Onderdeel van het plan uit 2013 was het toevoegen van een autoafzetplaats circa 300 m ten zuiden van de sluis aan de Flevozijde van het Drontermeer. In dit gebied zijn vergelijkbare rietkragen aanwezig als in de directe omgeving van het sluiscomplex. Deze autoafzetplaats wordt niet meer gerealiseerd, zodat dit negatieve effect wordt voorkomen. Ook het inkorten van de wachtsteigers leidt tot minder verstoring. Deze ontwerpaanpassingen leiden daarom tot een positievere eindsituatie. De omvang van de genomen compenserende maatregelen voldoet om ontwerpoptimalisaties tijdens de verdere uitwerking van het schetsontwerp op te kunnen vangen. De nadere detaillering van de vismigratievoorziening zorgt voor de eerder beoogde uitwisselingsmogelijkheden, maar voorkomt de toegang van bodemwoelende vissen in het Drontermeer. Daarmee worden eerder geconstateerde risico s van de voorziening voorkomen. Effecten van de bouw/aanleg Voor visetende en waterplant etende niet broedvogels heeft de start van de (vergunde) werkzaamheden voor de keersluizen het habitat reeds beïnvloed. Er wordt geen relevante aanvullend effect verwacht van de noodzakelijke werkzaamheden voor het sluiscomplex. Voor mosseletende niet broedvogels is het gebied rond het sluiscomplex minder interessant, omdat er lage dichtheden aan mosselen vorkomen. De start van de werkzaamheden heeft de geschiktheid tijdelijk verder verminderd, zodat geen aanvullende effecten worden verwacht. Voor de bescherming van het leefgebied en de populatie van rivierdonderpad en grote modderkruiper zijn de werkzaamheden niet relevant: er treedt slechts zeer lokaal enige verstoring op door onderwatergeluid tijdens het heien. Als werkzaamheden aan het sluiscomplex alleen overdag uitgevoerd worden, zijn er ook geen aanvullende effecten op het foerageren van de beschermde meervleermuis te verwachten. In de integrale Passende beoordeling is aangegeven, dat de werkzaamheden leiden tot een extra stikstofdepositie in het Natura 2000 gebied Rijntakken van 0,29 mol/ha/jaar [Tauw, 2017b]. Dit valt binnen de ruimte die het project IJsseldelta-Zuid heeft toegewezen gekregen als prioritair project binnen de PASregeling. Doordat de totale uitvoeringstermijn wordt verkort, is de belasting op dit gebied kleiner dan conform de fasering van Dit is een positief effect. 4.5 Effecten op landschap en cultuurhistorie In het MER 2013 is niet ingegaan op de effecten van fase 2 voor het Reevesluiscomplex op landschap of cultuurhistorie. Bij de landschappelijke uitwerking van het Reevesluiscomplex is aangesloten bij de landschappelijke beleving op het Drontermeer, zowel ten noorden van de Reevedam, als ten zuiden. Varend vanuit het noorden naar het zuiden kom je van Ketelmeer naar Vossemeer en (nadat de Roggebotsluis is verwijderd) het verlengde Vossemeer. Daarbij wordt het beeld steeds meer besloten, met de Reevedam als Witteveen+Bos ZL / Definitief

16 eindbeeld. Vanuit het zuiden (Drontermeer) naar noord richting Reevedam is er een de beleving van weidsheid en openheid. Passend daarbij is, dat de schutsluis met het noordelijke sluishoofd ín de Reevedam ligt en ook het bedieningsgebouw vrij noordelijk langs de sluiskolk ligt. De sluis zelf krijgt weinig nadruk in het landschap, om zo de openheid vanuit het zuiden en de natuurlijke beëindiging van de meerarm te benadrukken. Het bedieningsgebouw blijft beperkt qua hoogte, aangezien deze is vastgesteld in het bestemmingsplan voor het totale project. De nu uitgewerkte inpassing is passend bij het herkenbaar houden van het landschapstype, en sluis aan bij huidige landschapstypen. Er zijn geen cultuurhistorische waarden in het geding. Ten aanzien van archeologie is ter voorbereiding op de aanleg van de keersluis aanvullend onderzoek uitgevoerd [Huizer, 2015]. Daaruit is naar voren gekomen, dat er geen archeologische waarden in het plangebied voor het sluiscomplex worden verwacht. RCE deelt deze conclusie. Voor het aspect landschap zijn er geen aanlegeffecten. Over het geheel genomen krijgt de inpassing van het complex een positief oordeel. 4.6 Effecten op gebruik en recreatie Algemeen De versnelde bouw van het Reevesluiscomplex heeft een positief effect op de gebruiksmogelijkheden van het complex: in plaats van twee perioden met werkzaamheden, is er nu één werkperiode met overlast, met name voor de beroeps- en recreatievaart. Daarnaast is er geen situatie meer met een gesloten keersluis, door gedurende enkele dagen geen scheepvaart mogelijk is. Voor recreatie veranderen de effecten tijdens de uiteindelijke gebruiksfase niet ten opzichte van het MER Scheepvaart De versnelling van de fasen heeft voor de scheepvaart geen verandering van effecten tot gevolg in de gebruiksfase ten opzichte van de beschrijving in het MER Zo wordt het aantal vaarbewegingen niet beïnvloed door de versnelde aanleg. De hinder die ontstaat, doordat tijdelijk de Reevesluis en de Roggebotsluis in bedrijf zijn, is qua aard en tijdsduur vergelijkbaar met de situatie in de oorspronkelijke fasering. Tijdens de bouw van de schutsluis is de opening in de Reevedam ter hoogte van de oostelijke keer / spuisluis nog open. Deze opening valt binnen de contouren van de vergunde vaargeul in het Drontermeer. Daardoor blijft scheepvaartverkeer door de Reevedam mogelijk, al wordt de dimensie teruggebracht tot een enkelstrookse vaargeul. Voor de scheepvaart veranderen de effecten tijdens de gebruiksfase niet ten opzichte van het MER Aanlegeffecten (exclusief natuur) Voor de aanleg van de sluis is relatief weinig transport noodzakelijk. Het aanleggen van het werkeiland kan vanaf het water, overige bouwmaterialen zullen via de weg worden aangevoerd. Dat kan via de N306, die bij de Roggebotsluis aansluit op de N307, de hoofdontsluiting van de polder richting Kampen. Daarmee blijft de hinder door bouwverkeer beperkt. Doordat vanaf het werkeiland wordt geopereerd, zijn geen tijdelijke werkterreinen noodzakelijk. In de omgeving van het sluiscomplex liggen geen gevoelige bestemmingen. Overlast van bouwlawaai en - licht is dus niet aan de orde Witteveen+Bos ZL / Definitief

17 5 CONCLUSIES Effecten door wijziging fasering De milieueffecten van het versnellen van fase 2 voor het Reevesluiscomplex blijken op meerdere onderdelen positief: zo is er is minder overlast door aanlegwerkzaamheden en een kortere periode met risico s voor de waterkwaliteit in het Drontermeer. Effecten door wijziging ontwerp Het wegvallen van de autoafzetplaats uit het project voorkomt een negatief effect op de grote karekiet, aangezien de rietkraag langs de westelijke oever van het Drontermeer, die potentieel geschikt broedgebied is, niet wordt aangetast. De overige ontwerpwijzigingen leiden niet tot veranderingen in effecten ten opzichte van de beschrijving in het MER Effecten door wijziging huidige situatie en autonome ontwikkeling Geconstateerd is dat in de rietkraag langs de westelijke oever van het Drontermeer de afgelopen jaren broedgevallen van de grote karkiet zijn voorgekomen. In afwijking van het MER 2013 wordt deze rietkraag daarom in zijn geheel gezien als potentieel geschikt broedgebied voor de grote karekiet. Omdat voor de aanleg van de sluis delen van deze rietkraag moeten worden vernietigd en er verstoring plaatsvindt, kan een significant negatief effect niet worden uitgesloten. Daarom is een ADC-toets opgesteld, waarin via de ADCafweging compensatiemaatregelen zijn uitgewerkt in de vorm van een nieuw te creëren rietkraag ten noorden van de Reevedam. Deze maatregelen zijn inmiddels getroffen, zodat de aanleg van de sluis per saldo geen negatief effect heeft voor de instandhoudingsdoelen voor de grote karekiet. De actualisatie van de overige effecten leidt niet tot andere inzichten dan de effecten, zoals beschreven in het MER Effecten vanwege de aanleg Het risico voor vertroebeling van het Drontermeer tijdens de aanleg van de sluis blijft een aandachtspunt. Daarvoor zal monitoring worden opgezet en worden er beheersmaatregelen gedefinieerd mocht de monitoring uitwijzen, dat het risico gaat optreden. De verdere detaillering van de aanleg leidt niet tot veranderingen in effecten ten opzichte van de beschrijving in het MER Leemten in kennis en monitoring De eerder geconstateerde leemten in kennis zijn via nader onderzoek ingevuld. Er zijn geen leemten meer, die relevant zijn voor de besluitvorming. Er is geen aanleiding geconstateerd om het monitoringprogramma uit het MER 2013 voor blijvende effecten aan te passen. Tijdens de aanleg van het sluiscomplex zal wel toegesneden monitoring worden uitgevoerd om het risico op stroming van bypass water naar het Zuidelijke Drontermeer nauwkeurig te kunnen volgen Witteveen+Bos ZL / Definitief

18 6 LITERATUUR ATKB, 2015a. Waterbodemonderzoek Wachtplaatsen vaarverkeer ter plaatse van toekomstige keersluizen Drontermeer-Vossemeer. Geldermalsen. ATKB, 2015b. Waterbodemonderzoek Toekomstige keersluis Drontermeer. Geldermalsen. ATKB, 2015c. Waterbodemonderzoek bypass vaargeul keersluizen Drontermeer. Geldermalsen. Fugro, Rapportage geotechnisch terrein en laboratorium onderzoek betreffende schutsluis en spuivoorziening Drontermeer-Vossemeer. Leidschendam. Huizer, J., Verkennend booronderzoek. ADC. Isala Delta, 2017a. SO Ontwerpnota Reevesluiscomplex, Project: Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Zaaknummer: , Documentnummer: IJD-RSC-RAP Kampen. Isala Delta, 2017b. Memo mogelijkheden realisatie vismigratie, inclusief SO. Kampen. Reimerink, J., Addendum ADC-toets Reevesluiscomplex.. Deventer, Tauw. RHDHV, Kostenrapportage IJsseldelta fase 2, Definitief, hoofdstuk2. Amersfoort. RHDHV, 2017 Reevesluiscomplex, effecten op grondwater. Amersfoort. Rijkswaterstaat, Projectplan IJsseldelta Zuid, aanleg Reevesluiscomplex. Den Haag, Ministerie van IenM. Tauw, Verkennend waterbodemonderzoek Reevedam te Kampen. Deventer. Tauw, Natuur inventarisatie IJsseldelta-Zuid fase 2. Deventer. Tauw, 2017a. Beoordeling op actualiteit van de Waterkwaliteitstoets voor IJsseldelta-Zuid. Deventer. Tauw, 2017b. PAS-/Aerius-berekening Reevesluiscomplex. Deventer. Visser, E en L. Bruinsma, Integrale Passende beoordeling fase 2 IJsseldelte Zuid. Deventer, Tauw. Witteveen+Bos, Tauw, Royal Haskoning, Deelrapport 19: aanvulling MER planstudie IJsseldelta-Zuid. Deventer Witteveen+Bos ZL / Definitief

19 Bijlage(n) Witteveen+Bos ZL / Bijlage I Definitief

20 I BIJLAGE: LIJST MET VAKTERMEN Witteveen+Bos ZL / Bijlage I Definitief

21 Tabel I.1 Term ADC-toets Beschermd Natuurmonument waarden (BNwaarden) CEMT-klasse Depositie Ecologische Hoofdstructuur (EHS), sinds kort aangeduid als NNN Betekenis Toets die is uit te voeren om te onderbouwen of schade aan Natura 2000-gebieden via compensatie ongedaan gemaakt kan en mag worden. Deze toets bestaat uit driedelen: 1). Beoordeling of er alternatieven zijn voor het project die geen invloed hebben op Natura 2000-gebieden; 2). Toets of er dwingende redenen zijn van openbaar belang om het project uit te voeren; 3. Toets of er toereikende compenserende maatregelen mogelijk zijn. Beschermde waarden voor specifieke Beschermde Natuurmonumenten (veelal in oudere aanwijzingsbesluiten vastgelegd). De binnen- of rivierscheepvaart is in Europa opgedeeld in CEMT-klasses op basis van scheepstypen en afmetingen. De klasse-indeling is bepaald door de Conférence Européenne des Ministres de Transport (CEMT). Hoeveelheid (van een stof) die neerslaat per tijdseenheid of per oppervlakte-eenheid. Netwerk van natuurgebieden in Nederland die een planologische bescherming genieten. Bij de laatste hervorming is de EHS omgedoopt tot Natuur Netwerk Nederland (NNN). Flora- en faunawet (Ffw) De Flora- en faunawet (Nederlandse wetgeving), die per 1 januari 2017 is opgegaan in de Wet natuurbescherming. (Freatische) grondwaterstand Groepsrisico (GR) Habitat Habitatrichtlijn (HR) Hydrodynamica Infiltratie Inundatie Interventiewaarde Kwel KRW MHW MER m.e.r. Morfologie Natura 2000 Het vlak waaronder de bodem geheel verzadigd is met water en waar de druk van het water gelijk is aan de atmosferische druk. Dit is dus het niveau van het bovenste grondwater dat als eerste wordt aangetroffen na het graven van een gat in de grond. Het groepsrisico geeft aan wat de kans is op een ongeval met tien of meer slachtoffers in de omgeving van de beschouwde activiteit. Het groepsrisico wordt weergegeven in een zogenaamde fn-curve. Op de verticale as staat de cumulatieve kans per jaar (f) op een ongeval met N of meer slachtoffers en op de horizontale as het aantal slachtoffers. Typische woon- of verblijfplaats van een planten- of diersoort. De Habitatrichtlijn (Europese wetgeving over de bescherming van natuur die Europees waardevol is). Waterbeweging. Een neerwaartse stroming van grondwater als gevolg van een stijghoogteverschil of als gevolg van een neerslagoverschot. Onderwaterzetting. De bij regeling vastgestelde generieke waarde die aangeeft dat bij overschrijding sprake is van potentiële ernstige vermindering van de functionele eigenschappen van de bodem voor mens, plant of dier. Een opwaartse stroming van grondwater als gevolg van een stijghoogteverschil over een slechtdoorlatende laag of een waterbodem. Kader Richtlijn Water, de Europese regeling voor de borging van de waterkwaliteit Maatgevend hoogwater. Milieueffectrapport (product). Milieueffectrapportage (procedure). Bodemverandering ten gevolge van transport van sediment door waterbeweging. Het netwerk van natuurgebieden binnen de landen van de Europese Witteveen+Bos ZL / Bijlage I Definitief

22 Term Betekenis Unie, dat tot stand moet komen door het aanwijzen van speciale beschermingszones. Natura 2000-gebieden Nb-wet Oppervlaktewater Plaatsgebonden risico (PR) Gebieden die op grond van de Vogelrichtlijn en/of Habitatrichtlijn zijn aangewezen/aangemeld als speciale beschermingszone en als zodanig onderdeel zijn van het netwerk Natura Natuurbeschermingswet, per 1 januari 2017 omgevormd tot Wet natuurbescherming.. Het stelsel van sloten, tochten, kanalen en rivieren waarmee water in een gebied afgevoerd of aangevoerd kan worden. Het plaatsgebonden risico is de kans per jaar dat een persoon, die zich continu en onbeschermd op een bepaalde plaats in de omgeving van een transportroute bevindt, overlijdt door een ongeval met het transport van gevaarlijke stoffen op die route. Plaatsen met een gelijk risico kunnen door zogenaamde risicocontouren op een kaart worden weergegeven. RVW2011 Richtlijn Vaarwegen Stijghoogte SVIR Verhoogde concentratie VKA Vogelrichtlijn (VR) Watervoerend pakket Het niveau van het grondwater in een peilbuis die is aangebracht in een watervoerend pakket als maat voor de druk van het grondwater. Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Gehalte dat hoger is dan de achtergrondwaarde (grond) of streefwaarde. Voorkeursalternatief. De Vogelrichtlijn (Europese wetgeving). Een eenheid van goed doorlatende afzettingen waarin met name horizontale grondwaterstroming kan plaatsvinden. Witteveen+Bos ZL / Bijlage I Definitief

23

24

Ri jkswa terstaa t Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Ri jkswa terstaa t Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ri jkswa terstaa t Ministerie van Infrastructuur en Milieu Retouradres Postbus 2232 3500 GE Utrecht Ministerie van Economische Zaken de heer T. van Hattum Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG Griffioenlaa n

Nadere informatie

Bijlage VIII - Land- en tuinbouw Provincie Noord-Brabant

Bijlage VIII - Land- en tuinbouw Provincie Noord-Brabant Westelijke Langstraat Bijlage VIII - Land- en tuinbouw Provincie Noord-Brabant 11 maart 2019 Project Opdrachtgever Westelijke Langstraat Provincie Noord-Brabant Document Bijlage VIII - Land- en tuinbouw

Nadere informatie

Verschilanalyse Milieu Provincie Overijssel

Verschilanalyse Milieu Provincie Overijssel Versnelling fase 2 IJsseldelta-Zuid Verschilanalyse Milieu Provincie Overijssel 5 mei 2017 Project Opdrachtgever Versnelling fase 2 IJsseldelta-Zuid Provincie Overijssel Document Verschilanalyse Milieu

Nadere informatie

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Betreft Actualisatie locatieonderzoek natuurwaarden 1 Aanleiding In 2007 is door Grontmij het Locatieonderzoek natuurwaarden Projectlocatiegebied

Nadere informatie

BIJLAGE 1: EXPERT JUDGEMENT OVER EFFECT WIJZIGING OP MILIEUEFFECTEN EN PROCEDURES

BIJLAGE 1: EXPERT JUDGEMENT OVER EFFECT WIJZIGING OP MILIEUEFFECTEN EN PROCEDURES BIJLAGE 1: EXPERT JUDGEMENT OVER EFFECT WIJZIGING OP MILIEUEFFECTEN EN PROCEDURES INHOUD 1 Beschrijving van de wijziging... 1 2 Vraagstelling... 1 3 Beschrijving effecten aanvullend op Passende Beoordeling...

Nadere informatie

Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/

Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/ Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/6 Afbeelding 2. Impressie plangebied met mogelijk te kappen bomen. 1.2 Wijzigingen toetsingskader Het project wordt uitgevoerd in 2017. Op 1 januari 2017

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied Doetinchem

Bestemmingsplan buitengebied Doetinchem Bestemmingsplan buitengebied Doetinchem Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 10 juni 2013 / rapportnummer 2779 31 1. Oordeel over het milieueffectrapport (MER) De Gemeente Doetinchem wil verschillende

Nadere informatie

Aspect Omschrijving Vindplaats

Aspect Omschrijving Vindplaats Inleiding Voor de ontwikkeling van Brouwerseiland in de Middelplaathaven aan de Brouwersdam vindt een ontgronding waterbodem en de landbodem plaats. Met betrekking tot de ontgronding van land- en waterbodem

Nadere informatie

Memo. Stefan Buskermolen Liandon B.V. Sander van Rijn 2 e lezer Ellen Bults. 13 juli 2012 RLO 476-SOM

Memo. Stefan Buskermolen Liandon B.V. Sander van Rijn 2 e lezer Ellen Bults. 13 juli 2012 RLO 476-SOM Liandon B.V. Aan Stefan Buskermolen Liandon B.V. Van Sander van Rijn 2 e lezer Ellen Bults Memo Contactpersoon drs. Sander van Rijn Telefoon +31 6 21 47 95 82 sander.van.rijn@alliander.com Datum Betreft

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: Oostkanaalweg 44, te Ter Aar Gemeente Nieuwkoop Opdrachtgever : Keijzer Dakbedekking b.v. Projectnummer : PS.2017.714 Datum : 21 augustus 2017 Niets uit

Nadere informatie

Bijlage 3: Conclusies Milieu- en ruimtelijke aspecten Hotel Wormerland

Bijlage 3: Conclusies Milieu- en ruimtelijke aspecten Hotel Wormerland Bijlage 3: Conclusies Milieu- en ruimtelijke aspecten Hotel Wormerland Bodem Op 21 mei 2008 heeft er door Wareco Ingenieurs een verkennend bodemonderzoek plaatsgevonden. Bij het uitgevoerde bodemonderzoek

Nadere informatie

Figuur 1: Links: Luchtfoto plangebied (bron: Google Maps, maart 2016). Rechts: foto plangebied (juni 2014).

Figuur 1: Links: Luchtfoto plangebied (bron: Google Maps, maart 2016). Rechts: foto plangebied (juni 2014). Notitie Referentienummer Kenmerk 349218 Betreft Natuuronderzoek in het kader van Goede Ruimtelijke Onderbouwing voor het realiseren van een hotel-woningen complex aan de Croeselaan 1-3 in Utrecht. 1 Inleiding

Nadere informatie

Quick scan ecologie. Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel

Quick scan ecologie. Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel Quick scan ecologie Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel Samenvatting Inhoud H 01 Aanleiding Voor de Mientweg 5 en Mientweg 29 te Lutjewinkel wordt een ruimtelijke ontwikkeling voorbereidt. Het gaat om de ontwikkeling

Nadere informatie

Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Presentatie 15 april 2013 Klankbordgroep

Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Presentatie 15 april 2013 Klankbordgroep Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Presentatie 15 april 2013 Klankbordgroep Partners Ministerie I&M Ministerie EZ Provincie Overijssel Provincie Flevoland Gemeente Kampen Gemeente Zwolle Gemeente Dronten

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 21 Mei 2014 Rapportnummer 031 Projectnummer 012 opdrachtgever Fam. Ten Dam Kolenbranderweg

Nadere informatie

Milieurapport ophoging Duin Oostvoornse Meer. Presentatie gemeente Westvoorne, 18 mei 2015

Milieurapport ophoging Duin Oostvoornse Meer. Presentatie gemeente Westvoorne, 18 mei 2015 Milieurapport ophoging Duin Oostvoornse Meer Presentatie gemeente Westvoorne, 18 mei 2015 Agenda toelichting milieurapport Context Doel onderzoek (scope) Bevindingen per thema Kansen en nadere onderzoeken

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 3 oktober 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2016-011430 gemeente Apeldoorn Activiteit : plaatsen

Nadere informatie

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017 Directie Natuur en Biodiversiteit 1 Directoraat-Generaal Agro en Natuur Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Natuurbeschermingswet 1998 Het delen, durven, doen festival Directie Natuur en

Nadere informatie

Notitie. 1 Aanleiding

Notitie. 1 Aanleiding Aan Bart van Eck Onderwerp Advies over natuurwetgeving bij de inrichtingsplannen voor de waterberging de Ronde Hoep 1 Aanleiding De polder de Ronde Hoep is aangewezen voor calamiteitenberging in de deelstroomgebiedsvisie

Nadere informatie

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw, Bureauonderzoek ecologie, wijzigingsplan IJsseldijk-West Ecologie Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient onderzocht te worden of de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het

Nadere informatie

Nieuwe bedrijfslocaties

Nieuwe bedrijfslocaties E c o l o g i s c h e i n v e n t a r i s a t i e Om de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan Midwolda-Nieuwlandseweg Arts/Rulo te toetsen, is een ecologische inventarisatie uitgevoerd. Tevens is gekeken

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Midden-Nederland. Lekkanaal/3e kolk Beatrixsluis. voortoets Natuurbeschermingswet 1998

Rijkswaterstaat Midden-Nederland. Lekkanaal/3e kolk Beatrixsluis. voortoets Natuurbeschermingswet 1998 Rijkswaterstaat Midden-Nederland Lekkanaal/3e kolk Beatrixsluis voortoets Natuurbeschermingswet INHOUDSOPGAVE blz. 1. INLEIDING 1 1.1. Leeswijzer 3 2. NATUURBESCHERMINGSWET 5 2.1. Natura 2000-gebieden

Nadere informatie

Memo. Inleiding. Werkzaamheden. Aan. Hilke de Vries Van. Carola van den Tempel CC Datum 9 september 2016 Betreft

Memo. Inleiding. Werkzaamheden. Aan. Hilke de Vries Van. Carola van den Tempel CC Datum 9 september 2016 Betreft Aan Hilke de Vries Van Carola van den Tempel CC Datum 9 september 2016 Betreft Memo Kap en Werkzaamheden Groene Lint Project Activiteiten Quatrebras Inleiding De gemeente Haarlemmermeer, Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Contactpersoon Gosewien van Eck Datum 14 november 2013 Kenmerk N001-1220333GGV-evp-V01-NL Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug 1 Inleiding De gemeente

Nadere informatie

Havenkwartier Zeewolde

Havenkwartier Zeewolde Havenkwartier Zeewolde Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 8 september 2011 / rapportnummer 2459 60 Oordeel over het MER Voor de aanleg van de woonwijk Polderwijk te Zeewolde is in 2003 de procedure

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied gemeente Kampen

Bestemmingsplan buitengebied gemeente Kampen Bestemmingsplan buitengebied gemeente Kampen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 29 november 2013 / rapportnummer 2844 24 1. Oordeel over het milieueffectrapport (MER) De gemeente Kampen wil

Nadere informatie

PROVINCIE. Mededeling FLEVOLAND. Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen

PROVINCIE. Mededeling FLEVOLAND. Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen PROVINCIE FLEVOLAND Mededeling Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen Kern mededeling: Gedeputeerde Staten informeert met regelmaat over de voortgang

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Enschede 2 December 2010 Rapportnummer 0123 Projectnummer

Nadere informatie

Laagraven Investment t.a.v. dhr. W. Toet Datum 27 juli 2017 Projectnummer Flora & fauna Liesbosch Nieuwegein

Laagraven Investment t.a.v. dhr. W. Toet Datum 27 juli 2017 Projectnummer Flora & fauna Liesbosch Nieuwegein Memo Ter attentie van Laagraven Investment t.a.v. dhr. W. Toet Datum 27 juli 2017 Projectnummer 160712 Auteur Ir. T.F. Kroon Onderwerp Flora & fauna Liesbosch Nieuwegein SAMENVATTING ONDERZOEKEN FLORA

Nadere informatie

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Definitief Bouwfonds Ontwikkeling Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 6 april 2009 Verantwoording Titel : Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Subtitel : Projectnummer : 275039 Referentienummer

Nadere informatie

Gemeente Borne. Externe Veiligheid Gemeentelijke Verbindingsweg Borne

Gemeente Borne. Externe Veiligheid Gemeentelijke Verbindingsweg Borne Gemeente Borne Externe Veiligheid Gemeentelijke Verbindingsweg Borne Gemeente Borne Externe veiligheid Gemeentelijke Verbindingsweg Borne referentie projectcode status RIS717-1-P definitief projectleider

Nadere informatie

30 mei 2017 (ontwerp besluit) RWS Ontwerp Projectplan IJsseldelta-Zuid bouw Reevesluiscomplex.

30 mei 2017 (ontwerp besluit) RWS Ontwerp Projectplan IJsseldelta-Zuid bouw Reevesluiscomplex. ONTWERP Datum Kenmerk Omschrijving 30 mei 2017 (ontwerp besluit) RWS00076-3-4359 Ontwerp Projectplan IJsseldelta-Zuid bouw Reevesluiscomplex. Rijkswaterstaat Grote Projecten en Onderhoud Griffioenlaan

Nadere informatie

Welkom! Dijkdenkersbijeenkomst VI Masterclass Besluitvorming & MER

Welkom! Dijkdenkersbijeenkomst VI Masterclass Besluitvorming & MER Welkom! Dijkdenkersbijeenkomst VI Masterclass Besluitvorming & MER Welkom! Programma Welkom en Introductie Doel van de masterclass Korte terugblik Vooruitblik volgende bijeenkomst Masterclass door Patrick

Nadere informatie

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 254564 13 november 2014 254564 Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk 1 Aanleiding en doel De ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor

Nadere informatie

De Bunte Vastgoed Oost BV T.a.v. dhr. W. van den Top Postbus AA Ede. Geldermalsen, 28 oktober Geachte heer Van den Top,

De Bunte Vastgoed Oost BV T.a.v. dhr. W. van den Top Postbus AA Ede. Geldermalsen, 28 oktober Geachte heer Van den Top, De Bunte Vastgoed Oost BV T.a.v. dhr. W. van den Top Postbus 8029 6710 AA Ede Geldermalsen, 28 oktober 2015 betreft: project: referentie: behandeld door: bijlage(n): Toetsing herinrichting aan NNN en Natura-2000

Nadere informatie

HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN. Broedvogels & vleermuizen

HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN. Broedvogels & vleermuizen HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN Broedvogels & vleermuizen Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 14-2-2017 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Gemeente Voorschoten Contactpersoon: R. Pitlo Adres: Leidseweg

Nadere informatie

Middels deze brief ontvangt u de resultaten van het nader ecologisch onderzoek op de projectlocatie Scheveningen Bad.

Middels deze brief ontvangt u de resultaten van het nader ecologisch onderzoek op de projectlocatie Scheveningen Bad. Gemeente Den Haag Dienst Stedelijke Ontwikkeling T.a.v. de heer W. Dekker Postbus 12655 2500 DP DEN HAAG Geldermalsen, 6 oktober betreft: nader ecologisch onderzoek project: uitbreiding vastgoed Hommerson

Nadere informatie

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis 3 april 2014 Zoon ecologie Colofon Titel Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 3 april

Nadere informatie

Reactienota bouw Reevesluiscomplex. 5 september 2017

Reactienota bouw Reevesluiscomplex. 5 september 2017 Reactienota bouw Reevesluiscomplex 5 september 2017 Inhoudsopgave I. Onderwerp... 3 II. Toelichting... 3 III. Zienswijzen en beantwoording... 4 2 I. Onderwerp De Minister van Infrastructuur en Milieu en

Nadere informatie

Beoordeling externe veiligheid plangebied. De Wolder te Maastricht

Beoordeling externe veiligheid plangebied. De Wolder te Maastricht Beoordeling externe veiligheid plangebied De Wolder te Maastricht Beoordeling Externe veiligheid plangebied Castermans I & II te Wolder, Maastricht CSO Adviesbureau voor Milieu-Onderzoek B.V. Postbus 1323

Nadere informatie

Aanvulling op de effectbeoordeling Regelwerk Pannerden [R SIH-evp-V03-NL] ten behoeve van de beoordeling voor een NB-wet vergunning

Aanvulling op de effectbeoordeling Regelwerk Pannerden [R SIH-evp-V03-NL] ten behoeve van de beoordeling voor een NB-wet vergunning Notitie Contactpersoon Hanneke Oudega (telefoon: +31 65 46 80 79 5 / email: hanneke.oudega@tauw.nl) Datum 21 februari 2012 Kenmerk N002-4798963OJT-evp-V03-NL Aanvulling op de effectbeoordeling Regelwerk

Nadere informatie

Wijzigingsbesluit. Natura 2000-gebied # 76. Veluwerandmeren

Wijzigingsbesluit. Natura 2000-gebied # 76. Veluwerandmeren Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied # 76 Veluwerandmeren Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Veluwerandmeren De Staatssecretaris van Economische Zaken Gelet op artikel 2.1, lid 7 van de Wet natuurbescherming;

Nadere informatie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie 1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking

Nadere informatie

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f 26 juni 2013 1 1 Projectbeschrijving 1.1 Wat wordt aangelegd of gewijzigd? Zowel binnen als buiten het natuurgebied Empese

Nadere informatie

Integrale Passende Beoordeling IJsseldelta fase 2

Integrale Passende Beoordeling IJsseldelta fase 2 Integrale Passende Beoordeling IJsseldelta fase 2 5 mei 2017 Integrale Passende Beoordeling IJsseldelta fase 2 Verantwoording Titel Integrale Passende Beoordeling IJsseldelta fase 2 Opdrachtgever Project

Nadere informatie

Notitie actualiteit MER en Landschapsplan A27/A12 Ring Utrecht. Datum Juni 2018 Status Definitief

Notitie actualiteit MER en Landschapsplan A27/A12 Ring Utrecht. Datum Juni 2018 Status Definitief Notitie actualiteit MER en Landschapsplan A27/A12 Ring Utrecht Datum Juni 2018 Status Definitief Colofon Uitgegeven door Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Rijkswaterstaat Midden Nederland Postbus

Nadere informatie

Bijlage VII - Wateroverlast Provincie Noord-Brabant

Bijlage VII - Wateroverlast Provincie Noord-Brabant Westelijke Langstraat Bijlage VII - Wateroverlast Provincie Noord-Brabant 11 maart 2019 Project Opdrachtgever Westelijke Langstraat Provincie Noord-Brabant Document Bijlage VII - Wateroverlast Status Definitief

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 16 december 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-008636 - gemeenten Harderwijk, Nunspeet en

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verantwoording Titel : Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Subtitel : Projectnummer : Referentienummer : Revisie : C1 Datum : 30-10-2012 Auteur(s) :

Nadere informatie

Cl) Mededeling. Datum. Onderwerp Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot-Kampen. Registratienummer

Cl) Mededeling. Datum. Onderwerp Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot-Kampen. Registratienummer PROVINCIE FLEVOLAND Mededeling Onderwerp Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot-Kampen Kern mededeling: Gedeputeerde Staten informeert met regelmaat over de voortgang van de grote

Nadere informatie

Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten

Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten Ruimtelijke onderbouwing Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten Ruimtelijke onderbouwing voor de aanleg van een paardenbak Het Zuid 34 te Drachten 1 Ruimtelijke onderbouwing voor de aanleg van een paardenbak

Nadere informatie

Projectplan. Aanvullende werken verbetering watersysteem polder 't Hoekje. A.I.L. Rennings september Watersystemen.

Projectplan. Aanvullende werken verbetering watersysteem polder 't Hoekje. A.I.L. Rennings september Watersystemen. Projectplan Aanvullende werken verbetering watersysteem polder 't Hoekje Auteur A.I.L. Rennings Registratienummer 14.46624 Afdeling Watersystemen 2 3 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Huidige situatie 5 3

Nadere informatie

Bomen in water, gemeente Heerde

Bomen in water, gemeente Heerde Behoort bij het ontwerpbesluit van burgemeester en wethouders van Heerde van 22-03-2017 Bomen in water, gemeente Heerde Ruimtelijke onderbouwing Concept, 30 januari 2017 Bomen in water, gemeente Heerde

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Conclusie Geconcludeerd wordt dat voor de beoogde functieveranderingen geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet vereist is. Hierbij dient wel gewerkt te worden

Nadere informatie

memo INLEIDING GEBIEDSBESCHERMING ZAND/ZON/ c.c.: datum: 22 augustus 2013 Achterweg 48, Lisse

memo INLEIDING GEBIEDSBESCHERMING ZAND/ZON/ c.c.: datum: 22 augustus 2013 Achterweg 48, Lisse memo aan: van: OG ZAND/ZON/130372 c.c.: datum: 22 augustus 2013 betreft: Achterweg 48, Lisse INLEIDING Bij alle ruimtelijke ingrepen moet rekening gehouden worden met de aanwezige natuurwaarden in en om

Nadere informatie

Busbaan langs de Kruisvaart

Busbaan langs de Kruisvaart Busbaan langs de Kruisvaart Onderzoek Flora en Fauna Opdrachtgever ITC Utrecht B.V. De heer P. van Sterkenburg Ondertekenaar Movares Nederland B.V. ir. W.J. Arnold Kenmerk D83-WAR-KA-1200532 v1.0 - Versie

Nadere informatie

Opdrachtgever Bouwfonds Ontwikkeling BV, Regio Midden De Brand 30 Amersfoort Contactpersoon Dhr. B. Evers

Opdrachtgever Bouwfonds Ontwikkeling BV, Regio Midden De Brand 30 Amersfoort Contactpersoon Dhr. B. Evers Opdrachtgever Bouwfonds Ontwikkeling BV, Regio Midden De Brand 30 Amersfoort Contactpersoon Dhr. B. Evers CSO Adviesbureau Contactpersonen Dhr. E, Schurink drs. A.M.M. (Wiet) Baggen Quick Scan externe

Nadere informatie

: KRW Bentinckswelle : Aanvulling op aanvraag watervergunning LW-AF20122221

: KRW Bentinckswelle : Aanvulling op aanvraag watervergunning LW-AF20122221 HaskoningDHV Nederland B.V. Logo MEMO Aan : Waterschap Vallei en Veluwe Van : Esther van den Akker Kopie : Dossier : BA7927-101-100 Project : KRW Bentinckswelle Betreft : Aanvulling op aanvraag watervergunning

Nadere informatie

Notitie flora en fauna

Notitie flora en fauna Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.

Nadere informatie

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10 Quickscan natuuronderzoek ivm bestemmingsplan en ontwikkelingen Bellersweg 13 Hengelo Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 9 juli 2013 Rapportnummer 0128 Projectnummer 018 Opdrachtgever

Nadere informatie

Ons kenmerk OMGM-BRIF BEA-Vergunningaanvraag Tranche 3 Stroomlijn Voorst Datum 29 februari 2016

Ons kenmerk OMGM-BRIF BEA-Vergunningaanvraag Tranche 3 Stroomlijn Voorst Datum 29 februari 2016 Behoort bij ontwerpbesluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente VOORST COURANT Nr. Z-HZ_WABO-2016-0210 Handelskade 37 Postbus 133 Mij bekend, 7400 De AC Secretaris Deventer Postbus 133, 7400

Nadere informatie

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7 TOELICHTING INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Bestaande situatie 3 2.1 Plangebied 3 2.2 Vigerende bestemmingsplan 3 2.3 bestaande situatie 4 3. Gewenste ontwikkeling 4 4. Milieu 4 5. Planbeschrijving 6 6.

Nadere informatie

Bevi toets koelinstallatie Bevi toets koelinstallatie lijn 3

Bevi toets koelinstallatie Bevi toets koelinstallatie lijn 3 Bevi toets koelinstallatie Bevi toets koelinstallatie lijn 3 Aviko Lomm 8 juli 2016 Project Bevi toets koelinstallatie Document Bevi toets koelinstallatie lijn 3 Status Definitief Datum 8 juli 2016 LOMM1-1/16-012.098

Nadere informatie

Aanvraag milieuneutrale verandering Aviko. Milieuneutrale wijziging weeg- en verdeelruimte Aviko fabriek Steenderen 5. Aviko B.V.

Aanvraag milieuneutrale verandering Aviko. Milieuneutrale wijziging weeg- en verdeelruimte Aviko fabriek Steenderen 5. Aviko B.V. Aanvraag milieuneutrale verandering Aviko Milieuneutrale wijziging weeg- en verdeelruimte Aviko fabriek Steenderen 5 Aviko B.V. 25 april 2016 Project Aanvraag milieuneutrale verandering Aviko Document

Nadere informatie

Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F

Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F Heijmans Vastgoed b.v. Maart 2012 Concept Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F dossier : BA8595 registratienummer

Nadere informatie

Wijzigingsplan Waterfront-Zuid Boulevard-West - Strandeiland V A S T G E S T E L D

Wijzigingsplan Waterfront-Zuid Boulevard-West - Strandeiland V A S T G E S T E L D Wijzigingsplan Waterfront-Zuid Boulevard-West - Strandeiland V A S T G E S T E L D Wijzigingsplan Waterfront-Zuid Boulevard-West - Strandeiland V A S T G E S T E L D Inhoud Toelichting Regels Verbeelding

Nadere informatie

Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie

Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie Provincie Gelderland 10 december 2010 Definitief Documenttitel Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie Verkorte documenttitel Verkenning N345 Voorst Status

Nadere informatie

Blad 2. Beoordeling verzoek

Blad 2. Beoordeling verzoek Ruimtelijke onderbouwing voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van het dempen van een kadesloot en verbreden van watergangen in de Wergeastermarpolder Door het Wetterskip Fryslân is een

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied Etten-Leur

Bestemmingsplan buitengebied Etten-Leur Bestemmingsplan buitengebied Etten-Leur Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 31 mei 2012 / rapportnummer 2529 60 1. Oordeel over het MER De gemeente Etten-Leur wil het bestemmingsplan voor haar

Nadere informatie

Notitie Reikwijdte en Detailniveau

Notitie Reikwijdte en Detailniveau Notitie Reikwijdte en Detailniveau Opdrachtgever: Gemeente Horst aan de Maas projectnummer: 934.00.00.01.00.00 Datum: 17-04-2015 A a n l e i d i n g n i e u w b e s t e m m i n g s p l a n Voor het buitengebied

Nadere informatie

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Ruimtelijke Onderbouwing Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Gemeente Tynaarlo September 2012 NL.IMRO.1730.ABYdermade3depunt-0301 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied,

Nadere informatie

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden N. Hemmers Bureau Buitenweg 13.143

Nadere informatie

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele Butersdijk nabij nummer 21, Lettele Datum: 12-3-2014 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: 6546 Aanleiding en doel Aan de Butersdijk, nabij

Nadere informatie

Nieuwe grote zeesluis IJmuiden

Nieuwe grote zeesluis IJmuiden Nieuwe grote zeesluis IJmuiden Fasering binnen het project Convenant 2009 beslismoment Fase 0 Verkenning Fase 1 Fase 2 Fase 3 Fase 4 Realisatie MER/PIP DBFM Planstudie Planstudie Realisatie Beheerfase

Nadere informatie

Stappenplan vergunningaanvraag

Stappenplan vergunningaanvraag Stappenplan vergunningaanvraag Op grond van de natuurbeschermingswet 1998 1 De Natuurbeschermingswet 1998 regelt de bescherming van gebieden, die als Natura 2000-gebied zijn aangewezen. Een belangrijk

Nadere informatie

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet. Aan Rob Knijn Van C. van den Tempel CC M. Witteveldt Datum 12 januari 2017 Betreft Flora- en faunagegevens Middenweg Zuid Project Herontwikkeling Middenweg Zuid Geachte heer Knijn, Beste Rob, In 2014 en

Nadere informatie

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt CONCEPT Omgevingsdienst Regio Utrecht juli 2012 kenmerk/ opgesteld door beoordeeld door Ronald Jansen Dagmar Storm INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...

Nadere informatie

Bestemmingsplannen en PAS

Bestemmingsplannen en PAS Bestemmingsplannen en PAS Dr. F.L.H. Vanweert PAGINA 0 Bestemmingsplannen en PAS 3 NOVEMBER 2015 Overzicht PAS; Natuurbeschermingswet en Bestemmingsplannen; PAS en Bestemmingsplannen; Voortoets en Passende

Nadere informatie

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING, BEHOREND BIJ DE AANGEVRAAGDE VERGUNNING OMG-12-181 Voor de inrichting en het gebruik van een evenemententerrein in deelgebied De Druppels, tegenover Wagenweg 22/24 te Oudkarspel

Nadere informatie

Vestiging intensieve veehouderij Beemte-Vaassen

Vestiging intensieve veehouderij Beemte-Vaassen Vestiging intensieve veehouderij Beemte-Vaassen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 5 maart 2015 / rapportnummer 2988 22 1. Oordeel over het milieueffectrapport (MER) De provincie Gelderland

Nadere informatie

WERKOMSCHRIJVING BRUGGEN BOVENKERKERPOLDER

WERKOMSCHRIJVING BRUGGEN BOVENKERKERPOLDER WERKOMSCHRIJVING BRUGGEN BOVENKERKERPOLDER Behorend bij: DO en bestek recreatief fietspad Bovenkerkerpolder Voor: Provincie Noord-Holland Directie B&U, unit bodem en groen Mw. ir. G.E. Nap Uitgebracht

Nadere informatie

Toelichting locatiekeuze nieuwe sluis

Toelichting locatiekeuze nieuwe sluis Bijlage 2 Toelichting locatiekeuze nieuwe sluis Bijlage 2 : Toelichting locatiekeuze nieuwe sluis Locatieafweging tweede Sluis Eefde Uitgangspunten en werkwijze Een extra sluiskolk kan op verschillende

Nadere informatie

Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011

Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011 Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied Wageningen

Bestemmingsplan buitengebied Wageningen Bestemmingsplan buitengebied Wageningen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 12 augustus 2013 / rapportnummer 2755 40 1. Oordeel over het MER De gemeente Wageningen wil haar bestemmingsplan voor

Nadere informatie

Natuurwetgeving & Windenergie op land. Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen

Natuurwetgeving & Windenergie op land. Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen Windenergie en natuur; kansen en bedreigingen 1. Aandachtspunten gebiedsbescherming (Natura 2000) Marieke Kaajan ENVIR Advocaten

Nadere informatie

Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten

Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden N. Hemmers Bureau Buitenweg 13.128 - definitief

Nadere informatie

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Verordening vastgesteld: 26-06-2003 In werking getreden: 15-09-2003 COMPENSATIEVERPLICHTING Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

Quickscan natuur terrein aan de Bosruiter in Zeewolde

Quickscan natuur terrein aan de Bosruiter in Zeewolde Quickscan natuur terrein aan de Bosruiter in Zeewolde 22 december 2011 Zoon buro voor ecologie Colofon Project: Quickscan natuur terrein aan de Bosruiter in Zeewolde Opdrachtgever: mro Uitvoerder Zoon

Nadere informatie

Natuurwetgeving bij project Afsluitdijk. Sophie Lauwaars, 22 januari 2015

Natuurwetgeving bij project Afsluitdijk. Sophie Lauwaars, 22 januari 2015 Natuurwetgeving bij project Afsluitdijk Sophie Lauwaars, 22 januari 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Werkwijze 3. Passende beoordeling 3.1 Verstoring 3.2 Ontgraven tijdelijke toegangsgeulen 3.3 Stikstofdepositie

Nadere informatie

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Asserstraat 31 Vries

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Asserstraat 31 Vries (ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Asserstraat 31 Vries Gemeente Tynaarlo November 2011 Projectgebied Inhoudsopgave 1. Inleiding... 4 2. Huidige en beoogde situatie... 5 2.1 Beschrijving van

Nadere informatie

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijzigingsplan Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep 16 te Nieuweroord. Vastgesteld

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijzigingsplan Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep 16 te Nieuweroord. Vastgesteld GEMEENTE HOOGEVEEN Wijzigingsplan Noorderhoofddiep 16 te Nieuweroord Vastgesteld 18 Mei 2010 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Bestaande situatie 3 2.1 Plangebied 3 2.2 Vigerende bestemmingsplan 3 2.3 Toelichting

Nadere informatie

PROVINCIE FLEVOLAND. Mededeling. Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen

PROVINCIE FLEVOLAND. Mededeling. Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen PROVINCIE FLEVOLAND Mededeling Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen Kern mededeling: Gedeputeerde Staten informeert met regelmaat over de voortgang

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg

Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg 101 te Dalfsen Onderzoek naar het voorkomen van beschermde soorten en gebieden Datum: 09-10-2012 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer:

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet Datum: 10 februari 2016 Kenmerk: 201600150 Onderwerp: ontwerp-projectplan voor de realisatie van maatregelen ten behoeve van het nieuwe peilgebied Nieuw-Lekkerland

Nadere informatie

Evaluatieprogramma MER Ellerveld Pagina 1 van 6

Evaluatieprogramma MER Ellerveld Pagina 1 van 6 Evaluatieprogramma MER Ellerveld 1-12-2009 Pagina 1 van 6 Evaluatieprogramma MER Ellerveld Gemeente Dronten, november 2009 1. Inleiding Ten behoeve van de realisatie van een evenemententerrein, een recreatiebungalowpark

Nadere informatie

Rapport behorende bij meetresultaten Gemeente Haarlem

Rapport behorende bij meetresultaten Gemeente Haarlem Verkeersmeting Houtplein Rapport behorende bij meetresultaten Gemeente Haarlem 25 september 2018 Project Opdrachtgever Verkeersmeting Houtplein Gemeente Haarlem Document Rapport behorende bij meetresultaten

Nadere informatie

Hydraulische beoordeling nieuwe waterkering Alexander, Roermond. WAQUA-simulaties ten behoeve van Waterwetaanvraag

Hydraulische beoordeling nieuwe waterkering Alexander, Roermond. WAQUA-simulaties ten behoeve van Waterwetaanvraag nieuwe waterkering Alexander, Roermond WAQUA-simulaties ten behoeve van Waterwetaanvraag i Datum 17 maart 2014 Status Concept, versie 0.2 Project P0056.9 Naam Paraaf Datum Auteur Drs. R.C. Agtersloot 17-03-2014

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode)

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 20 mei 2014 Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) 1 Inleiding 1.1 Kader van het onderzoek Projecten of handelingen dienen te worden getoetst aan de wet- en

Nadere informatie