NOTA GRONDBELEID. Gemeente Castricum. Gemeente Castricum

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NOTA GRONDBELEID. Gemeente Castricum. Gemeente Castricum"

Transcriptie

1 NOTA GRONDBELEID Gemeente Castricum Gemeente Castricum Vastgesteld

2

3 NOTA GRONDBELEID Gemeente Castricum Vastgesteld op 6 december 2012 Nota van : Gemeente Castricum Postbus BH Castricum Opsteldatum/ versie : 6 december 2012 definitief

4

5 Inhoudsopgave Inleiding.. 3 Leeswijzer.. 5 Managementsamenvatting beslispunten 1. Positie(s) gemeente bij locatieontwikkeling Inleiding Wensen gemeente om te sturen Sturingsmogelijkheden Relevante beleidskaders Rijk Provincie Gemeente Vormen van grondbeleid en grondbeleidsinstrumenten Algemeen Actief grondbeleid Faciliterend (passief) grondbeleid Publiekprivate samenwerking (PPS) Uitgiftevormen Algemeen Verkoop van grond Erfpacht Recht van opstal Pacht Verhuur en in gebruik geven van grond.., Erfdienstbaarheid Kwalitatieve verplichtingen Grondbeleid en planning en control Algemeen Het grondbeleid in de gemeente Planning & control Risicomanagement Verliezen in de grondexploitatie Organisatie Rolverdeling tussen raad en college Projectmatig werken Fasering project Nota grondprijzen 34 Pagina 2

6 Inleiding Aanleiding voor nota grondbeleid Voor u ligt de herziene Nota grondbeleid. Op 11 september 2008 heeft de gemeenteraad van de gemeente Castricum de Nota grondbeleid geformuleerd en vastgesteld voor een periode van vier jaren. Nu is het tijd om opnieuw grondbeleid vast te stellen. Ten tijde van het vaststellen van de Nota grondbeleid (2008) kon men niet voorzien dat het economisch klimaat in Nederland zo snel zou veranderen. We zaten nog in een periode waarin ontwikkelaars zich met grote regelmaat aandienden voor een nieuwe locatieontwikkeling en men (grote) winsten verwachtte op gebiedsontwikkeling. De bankencrisis diende zich slechts enkele weken na het vaststellen van de Nota grondbeleid 2008 aan en luidde een heel ander tijdperk in. Tegenwoordig is het moeilijk om gebiedsontwikkeling kostendekkend te laten plaatsvinden en inmiddels hebben veel ontwikkelaars en bouwondernemingen zich (noodgedwongen) teruggetrokken. Er worden grotere financiële risico s gelopen en het behalen van de gewenste doelstellingen op gebiedsontwikkeling is voor ontwikkelaars, bouwondernemingen en gemeenten niet meer vanzelfsprekend. Dit vraagt een hele andere wijze van handelen van de zijde van de gemeente. Waar een hoger ambitieniveau gewenst is, vergt dit een andere inzet van (grondbeleids)instrumenten en een goede wijze van onderhandelen en samenwerken. Ondanks dat de Nota grondbeleid (2008) in een andere tijd is geschreven, is zij in de vier jaar die daarop volgde goed toepasbaar gebleken. Met name omdat voor iedere locatieontwikkeling een expliciete keuze wordt gemaakt voor een actieve of faciliterende grondhouding met de daarbij behorende instrumenten. De Nota grondbeleid (2012) zoals deze voor u ligt wijkt ook niet veel af van deze oude Nota grondbeleid. Herziening nota grondbeleid 2012 De inhoudelijke wijzigingen ten opzichte van de Nota Grondbeleid 2008 zijn: - In 2008 werd als beleidsuitgangspunt geformuleerd dat voor majeure projecten een actief grondbeleid zou worden gevoerd om zodoende zoveel mogelijk invloed te hebben op de invulling van ruimtelijke projecten en de geformuleerde ruimtelijke ambities en doelstellingen te kunnen verwezenlijken. Het huidige economische klimaat vraagt een andere manier van handelen. Daarnaast geeft de in 2008 ingevoerde Grondexploitatiewet (als onderdeel van de Wet ruimtelijke ontwikkeling) meer mogelijkheden om met het voeren van een faciliterend grondbeleid het gewenste ambitieniveau te behalen. Het beleidsuitgangspunt is zodanig gewijzigd dat er over het algemeen een faciliterend grondbeleid wordt gevoerd, tenzij de specifieke omstandigheden van het project vragen om een actief grondbeleid. - In de nota 2008 wordt ingegaan op de Grondexploitatiewet die veel gevolgen heeft gehad voor de mogelijkheden en verplichtingen voor een gemeente bij gebiedsontwikkeling. In de Nota Grondbeleid 2008 wordt op sommige punten uitvoerig ingegaan op de verschillen en de toepassing van deze Grondexploitatiewet. In de nieuwe Nota grondbeleid is dit aanzienlijk gereduceerd tot hetgeen relevant is voor het beleid. - In de Nota grondbeleid wordt gesproken over PPS-constructies. Sinds 22 juni 2011 is een PPS-constructie aangegaan voor de ontwikkeling van de Zandzoom. Hierop wordt nader ingegaan. - Het hoofdstuk Uitgiftevormen is aangevuld met een algemeen deel over verkoop van gronden, verhuur van gronden en het in gebruik geven van gronden. Tevens is de tekst met betrekking tot pacht aangepast op gewijzigde wetgeving omtrent dit onderwerp. Pagina 3

7 - Het hoofdstuk Aanbesteden en Staatssteun is vervallen. Binnen de gemeente Castricum is een apart inkoopbeleid vastgesteld waarin de beleidsrichtlijnen omtrent aanbestedingen en staatssteun zijn vastgesteld. Daarnaast geeft De Reiswijzer Gebiedsontwikkeling (een uitgave van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) een heldere uitleg over de wet- en regelgeving omtrent aanbestedingen en staatssteun. Onderdeel van totaal vastgoedbeleid Het grondbeleid is onderdeel van het totaal vastgoedbeleid. Dit vastgoedbeleid betreft alle gronden en panden die in eigendom zijn van de gemeente. Bijv. accommodatiebeleid, beleid omtrent sportvoorzieningen, openbare ruimten. De nota grondbeleid heeft met name betrekking op gronden met een strategische waarde. Grondbeleid geen doel op zich Grond is verbonden met emotie. Grond is - afhankelijk van de bestemming - een schaars goed wat een bepaalde economische waarde vertegenwoordigt. Tegelijkertijd is het gebruik van grond van groot belang voor de realisatie van publieke doelen. Op de grondmarkt wordt grond gekocht, geëxploiteerd en verkocht. Om de grondmarkt efficiënt en rechtvaardig te laten verlopen en om daarbij publieke doelen te realiseren, voert de overheid een grondbeleid. Grondbeleid en grondbezit is geen doel op zich. Het is dienstbaar aan het ruimtelijk beleid, sectoraal beleid voor wonen, werken en recreëren en maatschappelijk beleid. Definitie grondbeleid Grondbeleid in de brede zin van het woord kan worden gedefinieerd als: Het beleid dat zich richt op een efficiënt en rechtvaardig verloop van activiteiten op de grondmarkt, met het oog op het realiseren van publieke doelstellingen (inclusief het genereren van geld als doel op zich om te kunnen inzetten voor de publieke doelstelling), het bevorderen van het maatschappelijk gewenst ruimtegebruik, het bevorderen van een rechtvaardige verdeling van kosten en opbrengsten bij locatieontwikkelingen en het verhogen van de kwaliteit van het ruimtegebruik, de zeggenschap voor de burger en de marktwerking op de grondmarkt. In de Nota zijn, naast het beschrijven van het beleid, beslispunten opgenomen. Doelstellingen grondbeleid Meer concreet kunnen de hoofddoelstellingen van het grondbeleid voor de gemeente als volgt worden omschreven: 1. Het benoemen van de (mogelijke) gemeentelijke strategie ten aanzien van haar grondbeleid bij locatieontwikkeling; 2. Transparantie in het gemeentelijk handelen bij locatieontwikkelingen, zowel naar de interne organisatie als naar externen; 3. Het binnen gestelde doelen van ruimtelijke ordening en beleidssectoren (met inzet van juridische en financiële instrumenten) realiseren van het door de gemeente geformuleerde ruimtelijke beleid; 4. Vastleggen van de strategische visie van het huidige en het toekomstige grondbeleid van de gemeente; 5. Het genereren van financiële middelen door middel van gronduitgifte en kostenverhaal ter dekking van de kosten en investeringen bij ruimtelijke ontwikkelingsprojecten en maatschappelijke doeleinden. Dynamisch grondbeleid De Nota grondbeleid wordt vastgesteld voor onbepaalde tijd. Telkens na vier jaren wordt geëvalueerd om te bekijken of het gehele beleid nog als zodanig kan worden toegepast. Mocht blijken dat het noodzakelijk wordt geacht om deze nota (op onderdelen) aan te passen, dan zullen deze aanpassingen eerder aan de gemeenteraad ter besluitvorming worden voorgelegd. Pagina 4

8 Leeswijzer In deze nota zal verder worden ingegaan op: Managementsamenvatting In dit hoofdstuk vindt u een recapitulatie van de beslispunten in deze nota. 1. Positie(s) gemeente bij locatieontwikkeling Centraal in dit hoofdstuk staat welke positie de gemeente bij locatieontwikkeling kan innemen. 2. Rijks, provinciaal en gemeentelijk beleid (relevante beleidskaders grondbeleid) In dit hoofdstuk wordt het rijks en provinciaal beleid, welke van invloed is op het gemeentelijk grondbeleid, opgesomd. Tevens komen de relevante regionale- en gemeentelijke beleidskaders aan de orde, zoals de regionale woonvisie Noord- Kennemerland en de Structuurvisie Buiten Gewoon Castricum 2030, Lokale woonvisie, Masterplan inbreidingen en de Stellingname sociale woningbouw. 3. Vormen van grondbeleid en grondbeleidsinstrumenten In dit hoofdstuk wordt in gegaan op de verschillende vormen van het grondbeleid. De vooren nadelen van zowel actief als faciliterend grondbeleid worden toegelicht. Ook worden de publiekrechtelijke en de privaatrechtelijke grondbeleidsinstrumenten in dit hoofdstuk omschreven. Verder wordt het gemeentelijke verwervingsbeleid, de verwervingsinstrumenten en het huidige beleid ten aanzien van de strategische aankopen en de publiekprivate samenwerking behandeld. 4. Uitgiftevormen In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de door de gemeente gehanteerde uitgiftevormen. Het huidige beleid verkoop openbaar groen wordt in dit hoofdstuk behandeld en tevens worden de afwegingscriteria voor verkoop en verhuur van openbaar groen benoemd. 5. Grondbeleid en planning en control In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de verantwoording van het grondbeleid in de planning & control cyclus, het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten 2004 (BBV). Ingegaan wordt op de verplichtingen die uit het BBV voortvloeien en de relatie van grondbeleid en het weerstandsvermogen op de gemeentelijke begroting en jaarrekening. 6. Organisatie Sinds de invoering van de dualisering in het gemeentebestuur is een nadere afbakening van taken en bevoegdheden doorgevoerd. In grote lijnen houdt de dualisering in dat de gemeenteraad de hoofdlijnen van het beleid vaststelt, de uitvoering van het beleid door het College van burgemeester en wethouders geschiedt en de gemeenteraad het college controleert. Tevens wordt in dit hoofdstuk ingegaan op projectmatig werken. 7. Nota grondprijzen In dit hoofdstuk wordt een toelichting gegeven op het grondprijsbeleid opgenomen in een separate Nota Grondprijzen. Pagina 5

9 Managementsamenvatting In de gemeente worden veel ruimtelijke projecten gerealiseerd. Om het gewenste ambitieniveau te behalen en een adequate ruimtelijke, juridische en financiële ontwikkeling te realiseren, is een grondbeleidsinsturmentarium onontbeerlijk. Deze Nota grondbeleid fungeert voor de gemeente als basis voor locatieontwikkelingen. In de nota wordt beschreven op welke wijze met welk instrumentarium op adequate en efficiënte wijze tot activiteiten bij locatieontwikkeling kan worden overgegaan. Hiermee wordt de Nota grondbeleid bij de voorbereiding van iedere locatieontwikkeling, en bij tussentijdse evaluatie van locatieontwikkelingen, een belangrijk richtinggevend gemeentelijk beleidsinstrument. Naast deze Nota grondbeleid bestaat er tevens een Nota grondprijzen. In de Nota grondprijzen wordt uitsluitend ingegaan op de berekeningsmethoden en grondprijzen die gehanteerd worden bij uitgifte van gronden. In deze nota zijn de beleidsuitgangspunten die door de gemeente worden gehanteerd opgenomen en worden er tevens een aantal beslispunten aan u voorgelegd. De beslispunten worden hieronder omschreven. BESLISPUNTEN 1. Bepalen grondhouding De gemeenteraad bepaalt bij iedere ruimtelijke ontwikkeling vooraf haar grondhouding. Deze grondhouding is onder andere afhankelijk van de gemeentelijk (grond)posities, doelstellingen en ambities. 2. Strategisch aankopen Het college mag strategische aankopen verrichten binnen de gestelde kaders door de gemeenteraad. Dit betekent dat enerzijds los van enig gemeentelijk plan gronden en ander vastgoed worden aangekocht in het belang van verder in de toekomst gelegen ontwikkelingen en in het belang van natuur en ecologische ontwikkelingen en ter verkrijging van compensatie objecten. Anderzijds zullen gronden en ander vastgoed worden aangekocht ten einde de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen van de gemeente daadwerkelijk te realiseren. 3. Faciliterend grondbeleid Het gemeentelijk uitgangspunt is om de kosten voor de ruimtelijke ontwikkeling bij de ontwikkelaars/ eigenaren maximaal te verhalen. De gemeente streeft er naar om voorafgaand aan het vast te stellen bestemmingsplan - door middel van een anterieure overeenkomst met ontwikkelaars/ eigenaren afspraken te maken over (onder andere) kostenverhaal. Het kostenverhaal wordt middels deze overeenkomst verzekerd. Als het de gemeente niet lukt een anterieure overeenkomst te sluiten met ontwikkelaars/ eigenaren, dan kan de gemeente kiezen om, tegelijkertijd met de vaststelling van het bestemmingsplan, een exploitatieplan vast te stellen. Dit exploitatieplan vormt de basis voor de financiële voorwaarden aan de omgevingsvergunning, waarmee het kostenverhaal via deze weg verzekerd is. Pagina 6

10 4. Nota grondprijzen Na een periode van vier jaar zal de gehele Nota grondprijzen door de raad worden geëvalueerd, eventueel aangepast en, indien van toepassing, opnieuw worden vastgesteld. De grondprijzen worden door het college jaarlijks aangepast aan de marktontwikkelingen (geïndexeerd). Mocht blijken dat het noodzakelijk wordt geacht om deze nota (op onderdelen) aan te passen, dan zal dit eerder aan de gemeenteraad ter besluitvorming worden voorgelegd. Pagina 7

11 1. Positie(s) gemeente bij locatieontwikkeling 1.1. Inleiding In het verleden was het min of meer vanzelfsprekend dat de gemeenten landbouwgrond kochten en daar bouwrijpe grond van maakten. De laatste jaren is de positie van de gemeenten aan het wijzigen. Er treedt een duidelijke (min of meer gedwongen) verschuiving voor de gemeente op van actief naar faciliterend/ passief grondbeleid. In de periode 1990 tot 2008 kwamen er meer spelers op de markt met een actieve houding. Na 2008 zijn er bepaalde spelers uit de markt gestapt wegen het economisch veranderde klimaat en nemen spelers weer een meer passievere houding aan. In juli 2008 is de Grondexploitatiewet als onderdeel van de Wet ruimtelijke ordening ingevoerd, waardoor gemeenten een andere rol kregen. De wet zorgt ervoor dat de gemeente een belangrijke positie voor sectorale doelstellingen kan innemen en zich niet hoeft te beperken tot het faciliteren van plannen van ontwikkelaars. Ruimtelijke ordening en grondbeleid zijn geen afzonderlijke beleidsvelden meer, maar lopen gelijk op. De wetgeving vraagt om ondernemerschap en een daarop passende organisatie. De gemeente moet regisseren, onderhandelen, overeenkomsten sluiten en aanbesteden. De Grondexploitatiewet vraagt om professionaliteit en vaardigheden van het ambtelijk apparaat en de gemeente moet zich laten zien als projectorganisatie die als bedrijf opereert. Bij iedere ruimtelijke ontwikkeling dient de gemeente vooraf te bepalen welke rol zij inneemt. Wil zij sturend zijn in het gehele proces of wenst zij meer een faciliterend rol in te nemen. De basisinstelling van waaruit de gemeente handelt en al dan niet stuurt in het proces van ruimtelijke ontwikkelingen wordt ook wel de grondhouding genoemd. Grondhouding De keuze die gemaakt wordt voor het bepalen van een gemeentelijke grondhouding is van meerdere factoren afhankelijk. De bepalende factoren hebben te maken met de wensen van de gemeente om een ruimtelijke ontwikkeling te sturen en de mogelijkheden die de gemeente daadwerkelijk heeft om dit proces te sturen Wensen gemeente om te sturen De wensen die de gemeente heeft om een sturende rol aan te nemen bij een ruimtelijke ontwikkeling is afhankelijk van de ambities van de gemeente. De gemeentelijke ambities zijn onder andere opgenomen in beleidsdocumenten zoals de Structuurvisie Buiten Gewoon Castricum 2030, de Economische Visie, het Masterplan inbreidingen en de Lokale woonvisie. De gemeente acht het wenselijk om bij bepaalde ontwikkelingen die genoemd staan in de bovengenoemde visies een actief sturende rol in te nemen. Zonder een actieve houding van de gemeente kunnen de gemeentelijk ambities niet (of slechts beperkt) worden gehaald. Voor andere projecten ligt het ambitieniveau minder hoog en wil de gemeente alleen randvoorwaarden scheppen om de ontwikkeling mogelijk te maken. Actieve grondhouding Als de gemeente het wenselijk vindt om bijvoorbeeld een hoge stedenbouwkundige, architectonische kwaliteit en een hoge kwaliteit van de openbare ruimte na te streven kan zij ervoor kiezen om een actief sturende houding aan te nemen. De gemeente kan dan invloed uitoefenen op de opdrachtverlening, begeleiding, aansturing en supervisie van ontwerpers, woningbouwprogramma etc. Tevens kan het voor de gemeente wenselijk zijn om invloed te hebben op de financiële middelen in het plan. Bijvoorbeeld door winstgevende projecten te verevenen met minder rendabele projecten. Pagina 8

12 Bij ruimtelijke ontwikkelingen met een lange looptijd, versnipperde grondposities en maatschappelijke belangen zal de gemeente het wenselijk vinden om in deze ontwikkeling te sturen. Passieve grondhouding Het kan ook zijn dat de gemeente weinig wensen heeft om bij te dragen aan een ruimtelijke ontwikkeling. De gemeente zal zich dan beperken tot het stellen van uitsluitend de stedenbouwkundige randvoorwaarden. De verdere invulling van het plan zal zij dan geheel aan de marktpartij overlaten. De gemeente kan vanuit het oogpunt van risicobeheersing wensen om weinig in de ontwikkeling te sturen en zelfs risico s af te stoten. De gemeente zal dan als uitgangspunt een kostenneutrale ontwikkeling hanteren, waarbij de gemaakte kosten door middel van kostenverhaal bij de marktpartij worden verhaald. Bij ruimtelijke ontwikkelingen met korte / overzichtelijke looptijd en beperkte complexiteit, waarbij maatschappelijke belangen geen of een beperkte rol spelen zal de gemeente het niet wenselijk achten om een actief sturende rol te hebben, tenzij de gemeente op een betreffende locatie geld kan verdienen voor maatschappelijke doeleinden. 1.3 Sturingsmogelijkheden Mede bepalend voor de keuze van een gemeentelijke grondhouding zijn de sturingsmogelijkheden. De gemeente kan namelijk meer sturing geven als de gemeente een strategische positie in het gebied heeft verworven of kan investeren in strategische aankopen. Tevens is het bepalend of de gemeente juridische instrumenten moet inzetten voor de totstandkoming van ontwikkeling, of dat de toekomstige ontwikkeling past binnen het vigerende bestemmingsplan. Indien de toekomstige ontwikkeling past in het vigerende bestemmingsplan zijn de sturingsmogelijkheden voor de gemeente veel beperkter dan wanneer dit niet het geval is. Ook is het van belang of de gemeente de mogelijkheid heeft en in staat is om door middel van communicatie, zoals het geven van voorlichting, het opstellen van een visie en het voeren van onderhandelingen te sturen. Gemeentelijke grondhoudingen Vanuit de invalshoeken wensen en mogelijkheden om te sturen kunnen vier type gemeentelijke grondhoudingen onderscheiden worden: 1. Ontwikkelgerichte grondhouding 2. Visionaire grondhouding 3. Facilitaire grondhouding 4. Uitvoeringsgerichte grondhouding Ad 1 Ontwikkelingsgerichte grondhouding Bij een ontwikkelingsgerichte grondhouding heeft de gemeente wensen en mogelijkheden om op een ruimtelijke ontwikkeling te sturen. Veelal door sterke gemeentelijke posities. De gemeente heeft een grote mate van vrijheid om de gemeentelijke ambities en doelstellingen te realiseren binnen de eigen spelregels. Sturing door middel van grondposities en privaatrecht is hierbij leidend. De gemeente heeft geheel of gedeeltelijke zeggenschap over de gronden. Vanuit deze machtspositie zijn sterke mogelijkheden om te sturen. Hierdoor is de gemeente een niet te omzeilen partner. Ad 2 Visionaire grondhouding Bij een visionaire grondhouding heeft de gemeente wensen om de ruimtelijke ontwikkeling te sturen, maar ontbreekt het aan de mogelijkheden. Veelal door het ontbreken van gemeentelijke posities. De gemeente zal toch haar invloed willen uitoefenen en zal bereid zijn om bepaalde compromissen te accepteren en zodoende zelfs gedeeltelijk concessies te doen aan haar ambities en doelen. Pagina 9

13 Sturing door middel van gemeentelijke gedragingen en publiekrecht is leidend. Met name het gedrag van de gemeente is bij deze grondhouding een belangrijke factor. Hoewel de gemeente in essentie weinig mogelijkheden heeft om het proces te sturen (vaak door het ontbreken van essentiële grondposities) probeert de gemeente toch mogelijkheden hiertoe te creëren. Initiatief nemen, pro-actief zijn en strategisch onderhandelen vormen belangrijke onderdelen van het gemeentelijke gedrag in deze grondhouding. Facilitaire grondhouding Bij een facilitaire grondhouding heeft de gemeente weinig wensen en weinig mogelijkheden om op een ruimtelijke ontwikkeling te sturen. De gemeente heeft bij deze grondhouding een kaderstellende en toetsende rol op de inhoud van de ontwikkeling. Sturing door middel van publiekrecht is hier leidend. In de plandefinitiefase heeft de gemeente een bepalende rol om de gewenste randvoorwaarden te stellen en deze te toetsen. Het type gedrag van de gemeente is van minder belang in deze grondhouding. Uitvoeringsgerichte grondhouding Bij een uitvoeringsgerichte grondhouding heeft de gemeente weinig wensen, maar wel mogelijkheden om de ruimtelijke ontwikkeling te sturen. Dit komt door de gemeentelijke posities of veel mogelijkheden tot gemeentelijke investeringen. Het in een vroege fase overdragen van een ontwikkeling middels privaatrechtelijke afspraken/ overeenkomsten is hier leidend. Beslispunt 1: Bepalen grondhouding De gemeenteraad bepaalt bij iedere ruimtelijke ontwikkeling vooraf haar grondhouding. Deze grondhouding is onder andere afhankelijk van de gemeentelijk (grond)posities, doelstellingen en ambities. Pagina 10

14 2. Relevante beleidskaders 2.1 Rijk Op rijksniveau is De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte op 13 maart 2012 vastgesteld. Deze vervangt (o.a.) de Nota Ruimte, welke voor lange tijd het ruimtelijk beleid op rijksniveau aangaf. In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte streeft de centrale overheid naar beleidsvrijheid op decentraal niveau. Op rijksniveau wordt op 13 nationale belangen ingezet. Deze nationale belangen hebben geen raakvlakken met het grondbeleid voor de gemeente Castricum. Verder wil de centrale overheid werken naar eenvoudige en verdere integratie op het gebied van ruimtelijke regelgeving. 2.2 Provincie In het Streekplan Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland, dat op 25 oktober 2004 door de Provincie Noord-Holland is vastgesteld, is bepaald dat de gemeenten meer vrijheid krijgen bij het bepalen van de omvang en de locaties van de woningbouw, mits er sprake is van een goede regionale afstemming. Om dit te waarborgen hebben gemeenten de Regionale Woonvisie (2005) opgesteld. De totale regionale bouwopgave voor Noord-Kennemerland in de periode is in het Ontwikkelingsbeeld bepaald op woningen, waarvan 40% binnen bestaand gebied gerealiseerd moet worden. Uitgegaan is van de eigen woningbehoefte van de regio. Tussen de gemeenten en in samenwerking met de corporaties en andere betrokkenen kunnen afspraken gemaakt worden over de verdeling van de bouwopgaven. 2.3 Gemeente Structuurvisie Buiten Gewoon Castricum 2030 De Structuurvisie Buiten Gewoon Castricum is op 7 oktober 2010 vastgesteld en geeft een visie op items als bevolking, wonen, verkeer, werken of recreatie in de toekomst. De visie vormt het referentiekader voor nieuw gemeentelijk beleid. De structuurvisie beslaat het gehele grondgebied van de gemeente, inclusief de kernen Akersloot, Bakkum, Castricum, Limmen en de Woude. De structuurvisie bestaat uit twee delen. Het eerste deel betreft de visie waarin de beleidsontwikkelingen en de kerndoelen van de gemeente Castricum voor de komende jaren zijn verwoord. Het tweede deel van de visie, betreft de Uitvoerbaarheid. Deel 1: Beleid en wensbeelden Het eerste deel van de structuurvisie is tot stand gekomen in overleg met maatschappelijke organisaties. In de structuurvisie staat een viertal wensbeelden, waarmee een vergezicht wordt gegeven voor de gemeente Castricum over twintig jaar. De wensbeelden hebben betrekking op het versterken van de centra van de kernen, het verbeteren van de openbare ruimte, het afronden van de kernen en tenslotte het creëren van een gemeentelijke life cycle balance. Hiermee wordt bedoeld een duurzame kringloop van voorzieningen, woningen, openbare ruimte en energie die ook in de toekomst voor alle bewoners toegankelijk zijn. Deel 2: Uitvoerbaarheid In het tweede deel van de structuurvisie komt de economische uitvoerbaarheid aan de orde. Hierbij worden niet alleen de opbrengstlocaties genoemd, met name de woningbouwplannen, maar ook de kostendragers, de investeringen. Reeds bij de vaststelling in 2010 is aangekondigd dat dit laatste deel een dynamisch onderdeel blijft: er komen nieuwe woningbouwplannen bij, andere zullen daadwerkelijk worden gerealiseerd of zijn afgevallen. Ditzelfde geld voor de kostenlocaties er worden voorzieningen gerealiseerd en soms zijn er nieuwe voorzieningen noodzakelijk. De Uitvoeringsparagraaf wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld. Pagina 11

15 Nota Bovenwijks Behalve dat de structuurvisie op hoofdlijnen het beleid van de gemeente weergeeft, wordt in de visie ook aandacht besteed aan het kostenverhaal van ruimtelijke ontwikkelingen. In de geactualiseerde uitvoeringsparagraaf van de structuurvisie worden de kostendragers en kostenlocaties alleen op hoofdlijnen genoemd. In de aparte nota Bovenwijks wordt dit technisch uitgewerkt. In de nota is aangegeven welke thans lopende projecten aan elkaar gekoppeld zijn. De nota Bovenwijks wordt bij iedere locatieontwikkeling toegepast. Regionale Woonvisie Noord-Kennemerland In 2005 heeft de Gemeenteraad de regionale woonvisie vastgesteld. Deze visie bevat een uitvoeringsprogramma op hoofdlijnen, dat in een lokale woonvisie kan worden uitgewerkt. Lokale Woonvisie Bij de vaststelling van de Strategische visie Buiten Gewoon Castricum (2005) is eveneens bepaald dat een lokale woonvisie moet worden opgesteld. Ook de Regionale Woonvisie (2006) schrijft uitwerking op lokaal niveau voor. Op 3 december 2009 is de lokale woonvisie Castricum door de gemeenteraad vastgesteld. Masterplan inbreidingen Naast de lokale woonvisie is het Masterplan inbreidingen op 19 november 2009 vastgesteld. Het Masterplan inbreidingen is vooral gericht op het volkshuisvestingsbelang. Gezien het grote aantal (nog onbekende) inbreidingslocaties of herontwikkelingslocaties is een nadere oriëntatie op en onderbouwing van de geschiktheid per woning typologie per locatie noodzakelijk. Hiermee kan beter de gewenste mix aan koop/huur, goedkoop en duur worden aangegeven. Stellingname sociale woningbouw De notitie Stellingname sociale woningbouw uit 2006 geeft de visie van de gemeente Castricum op sociale woningbouw weer. Daarbij zijn in dit document de uitgangspunten geformuleerd op basis waarvan afspraken worden gemaakt met woningcorporaties. De grootste woningcorporatie in de gemeente Castricum is Kennemer Wonen. Met deze woningcorporatie heeft de gemeente op 15 november 2011 een overeenkomst ondertekend waarin onderlinge prestatieafspraken zijn vastgelegd. In de periode zullen deze prestatieafspraken en uitgangspunten worden geëvalueerd en waar nodig herzien. De basis voor de prestatieafspraken zijn de volgende documenten: Stellingname Sociale Woningbouw, de lokale Woonvisie , de Regionale Woonvisie Noord- Kennemerland en het Masterplan Inbreidingen. Pagina 12

16 3. Vormen van grondbeleid en grondbeleidsinstrumenten 3.1 Algemeen Er zijn verschillende vormen van grondbeleid waarmee in meer of mindere mate de geformuleerde doelstellingen van het gemeentelijk grondbeleid gerealiseerd kunnen worden. De meest bekende vormen zijn actief en faciliterend (passief) grondbeleid. Het voeren van een actieve of faciliterende (passieve) grondpolitiek De gemeente kan sturen in de wijze waarop zij zelf risico wil en kan nemen in projecten. Bij de afweging of risico kan worden genomen, zullen risico s en de mate waarin (maatschappelijke) doelstellingen behaald kunnen worden, moeten worden afgewogen. Ook kan het zo zijn dat de gemeente meer sturing wil geven in projecten. Voordat de gemeente een besluit neemt is het noodzakelijk dat er een analyse wordt gemaakt waarbij enerzijds het belang van sturing in de kwaliteit en programmering van het project wordt overwogen en anderzijds wordt bezien wat de financiële consequenties van een mogelijk besluit zijn. De gemeente zal een keuze moeten maken over het te voeren grondbeleid. Dit kan een faciliterend of actief grondbeleid zijn, of een mix van een afwisselend soms actievere of passievere rol. De keuze kan per project of deelproject worden overwogen. Beleidsuitgangspunt 1: Faciliterend grondbeleid De gemeente voert over het algemeen een faciliterend grondbeleid. Afhankelijk van de omstandigheden van het specifieke project kan zij, om moverende redenen, een keuze maken om een actief grondbeleid te voeren. Hierbij zijn de volgende omstandigheden van belang: de grondpositie, gemeentelijke ambities, sturingsmogelijkheden en -wens, locatie, bijzondere omstandigheden van het specifieke project. 3.2 Actief grondbeleid Bij het voeren van een actief grondbeleid verwerft de gemeente zelf de gronden, doet de grondexploitatie en verkoopt uiteindelijk de bouwkavels. Door middel van een actief grondbeleid streeft de gemeente naar een maximaal sturende rol in zowel de productie als de exploitatie van locatieontwikkelingen. In het geval van een actief grondbeleid gedraagt de gemeente zich als marktpartij door zelf grond te verwerven, te ontwikkelen en te verkopen. Dit heeft als voordelen dat de gemeente de realisatie van publieke doelen in eigen hand kan houden en alle kosten kunnen worden doorgerekend in de uitgifteprijs. De grondexploitatie heeft zij zelf in de hand waardoor zij zelf grip houdt op de prijs. Als nadelen kunnen worden genoemd het risico van renteverliezen bij een (grote) grondvoorraad en het feit dat de waarde van de grond afhankelijk is van economische omstandigheden. Vooral de rentelasten als gevolg van verwervingen, investeringen sloop en sanering, investeringen bouw- en woonrijpmaken brengen grote, financiële risico s met zich mee. Daarnaast vereist een actief grondbeleid doorgaans grote inspanningen van het ambtelijk apparaat. De gemeente moet dit in kwalitatief en/of kwantitatief opzicht wel aankunnen. Pagina 13

17 Beleidsuitgangspunt 2: Huidig grondbeleid Uitgangspunt is dat grondexploitatie naar verwachting minimaal kostendekkend moet zijn en wordt de grondwaarde bij voorkeur residueel 1 bepaald. Dit uitgangspunt wordt ook gehanteerd bij zelfrealisatie door particulieren. Voordelen actief grondbeleid: Voldoende sturing op doelstellingen en planontwikkeling mogelijk; (gedacht kan worden aan ambitieniveau bijvoorbeeld duurzaam bouwen, energie/ emissie, maar ook aan kwaliteit, programma en kostenverhaal) Goede markt- en onderhandelingspositie; Mogelijkheid om ongewenste (ruimtelijke) ontwikkelingen tegen te gaan c.q. tijdig te kanaliseren; Mogelijkheid om winst te generen. Nadelen actief grondbeleid Financiële ruimte nodig; Ontwikkelrisico ligt bij gemeente; Veel kennis, kunde en capaciteit vereist. Om ervoor te zorgen dat de gemeente minder risico s loopt kan zij ervoor kiezen om gronden te verwerven die onderdeel uitmaken van een (toekomstige) ruimtelijke ontwikkeling. Deze verwerving kan aan de hand van een door het college vastgesteld verwervingsplan met bijbehorende grondexploitatie worden onderbouwd. Instrumenten bij een actief grondbeleid Het al dan niet hebben van eigendomsposities en andere belangen en onderhandelingsposities zijn van invloed op de te kiezen strategie. Ook beïnvloeden ze de manier waarop partijen (bijvoorbeeld gemeenten en marktpartijen) elkaar benaderen en bejegenen. Heeft de gemeente (veel) grond in een geval van een beoogde locatieontwikkeling, dan zal de onderhandelingspositie van de gemeente sterker zijn dan wanneer de gemeente geen of relatief weinig grond bezit. Grondbezit verschaft de gemeenten een sterkere positie en de gemeente zal in de regel in die rol ook een meer sturende positie kunnen innemen. Indien de gemeente een zwakke of geen grondpositie heeft zal de gemeente meestal proberen via het privaatrecht haar doelen zoveel mogelijk te doen realiseren. Een andere manier om een actieve grondpolitiek te voeren is op basis van een publiekprivate samenwerking. In hoofdstuk 3.4 wordt verder ingegaan op publiek- private samenwerking. Het gemeentelijke verwervingsbeleid Voor een actief grondbeleid is een anticiperend gestructureerd verwervingsbeleid, waarbij tijdig over de benodigde gronden voor de gronduitgifte kan worden beschikt, essentieel. Bij de verwerving van onroerende zaken kan in grote lijnen een onderscheid gemaakt worden in verwervingen voor toekomstige exploitatiegebieden en verwervingen ten behoeve van compensatiedoeleinden. Dit laatste is ter ondersteuning van het actief grondbeleid. Een verwerving kan op twee manieren plaatsvinden, te weten op basis van een minnelijke verwerving of onteigening. Daarnaast kan ook, als instrument, de Wet voorkeursrecht gemeenten worden gevestigd. Aankoop van de grond is dan alleen mogelijk als de eigenaar van de grond ook daadwerkelijk wil verkopen. 1 Residuele grondwaardeberekening: De residuele grondwaarde wordt berekend door de investeringskosten (bouw- en ontwikkelingskosten) in mindering te brengen op de commerciële waarde (VON-prijs exclusief btw) Pagina 14

18 Minnelijke verwerving Minnelijke verwerving betekent dat de gemeente op eigen initiatief met de eigenaar een overeenkomst sluit. Tevens is het komen tot minnelijke verwerving het eerste (verplichte) onderdeel van een onteigeningstraject. Beleidsuitgangspunt 3: Minnelijke verwerving/ onteigening Indien de gemeente heeft besloten om gronden of opstallen te verwerven zal afhankelijk van omvang van de aankoop de gemeente in gesprek gaan met de eigenaar of diens adviseur. De gemeente tracht er naar om de gronden op een minnelijke wijze te verwerven. Mocht zij hierin niet slagen, dan zal de gemeente als uiterste middel, een onteigeningprocedure kunnen starten. Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) De Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) is bedoeld om gemeenten een betere uitgangspositie te verschaffen op de grondmarkt. Hierdoor wordt de regierol van gemeenten bij de uitvoering van ruimtelijk beleid versterkt, de inzichtelijkheid van de grondmarkt vergroot en kan prijsopdrijving door speculatie worden voorkomen. Een voorkeursrecht is een grondbeleidinstrument voor de verwerving van gronden en opstallen door de gemeente. Door het vestigen van een voorkeursrecht wordt de gemeente in staat gesteld bij voorrang de eigendom te verwerven van gronden en opstallen in een gebied waar nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen gepland worden. Onteigening Voor bepaalde nieuwbouwprojecten of de aanleg van wegen heeft de gemeente grond nodig. Die grond is vaak in handen van particulieren of bedrijven. Soms kan de gemeente de grond gewoon kopen, soms lukt dat niet. Als de eigenaar van de grond en de gemeente het niet eens worden, kan de gemeente een onteigeningsprocedure inzetten. Onteigening is alleen mogelijk in het algemeen belang, onder bepaalde voorwaarden en in overeenstemming met nationaal en internationale recht. Als grond wordt onteigend, wordt alles wat daar vast op staat eigendom van de gemeente. Onteigening kan alleen plaatsvinden wanneer het algemeen belang daarmee aantoonbaar gediend is. De Onteigeningswet stelt een traject van minnelijke verwerving verplicht voordat gemeente over kan gaat tot onteigening. Wanneer kan de gemeente grond onteigenen? Dat kan in verschillende situaties. De meest voorkomende zijn: voor de aanleg van infrastructurele werken als wegen, bruggen, spoorwegen en waterwegen en voor ruimtelijke ontwikkeling en volkshuisvesting. Met ruimtelijke ontwikkeling en volkshuisvesting worden nieuwe woningen, kantoren en openbare voorzieningen bedoeld. Beheer en exploitatie gemeentelijke objecten binnen een exploitatiegebied Het (tijdelijk) beheren van onroerende zaken maakt onderdeel uit van het actief grondbeleid. De gemeente treedt hierbij op als beheerder van onroerend goed gelegen in (toekomstige) exploitatiegebieden. De wijze van beheer wordt afgestemd op de planning van het gehele exploitatiegebied. Strategische aankopen Bij een strategisch verwervingsbeleid vindt de verwerving van gronden en opstallen plaats voorafgaand aan ruimtelijke ontwikkelingsprocessen. De ruimtelijke kaders zijn bij een strategisch verwervingsbeleid nog niet vastgesteld. Verwerving wordt een primaire activiteit van het gemeentelijk grondbeleid, dienstbaar aan diverse sectorale doelen. De verwerving kan zoals eerder gesteld hierdoor een breed gebied bestrijken. Pagina 15

19 Voorwaarde voor een slagvaardig strategisch verwervingsbeleid, is dus het feit, dat de verwerving al in een vroegtijdig stadium moet aanvangen, terwijl nog geen directe (ruimtelijke) plannen zijn voorbereid. Dit kan dus betekenen, dat vastgoed wordt verworven dat achteraf bij de (ruimtelijke) besluitvorming niet geheel of soms geheel niet benut wordt voor realisatie. Dit risico wordt meegenomen bij de afweging om over te gaan tot strategische verwerving. Strategische aankopen maken onderdeel uit van het voeren van een actief grondbeleid. Vooruitlopend op toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen dienen gronden soms in een vroeg stadium te worden aangekocht. Ten aanzien van strategische aankopen kan de gemeente gronden aankopen die op de markt worden aangeboden. Een te vroegtijdige verwerving kan leiden tot hoge rentelasten. Een te late verwerving kan ertoe leiden dat te duur wordt aangekocht of dat een externe partij de gronden al heeft verworven. Het is belangrijk om op het juiste moment gronden te verwerven. Dat betekent dat de gemeente alert moet zijn als er percelen te koop worden aangeboden die betrokken kunnen worden in of onderdeel uitmaken van een ruimtelijke ontwikkeling of die mogelijk bruikbaar kunnen zijn voor verplaatsing van functies in het gebied waar de ruimtelijke ontwikkeling wordt beoogd. Beslispunt 2: Strategisch aankopen Het college mag strategische aankopen verrichten binnen de gestelde kaders door de gemeenteraad. Dit betekent dat enerzijds los van enig gemeentelijk plan gronden en ander vastgoed worden aangekocht in het belang van verder in de toekomst gelegen ontwikkelingen en in het belang van natuur en ecologische ontwikkelingen en ter verkrijging van compensatie objecten. Anderzijds zullen gronden en ander vastgoed worden aangekocht ten einde de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen van de gemeente daadwerkelijk te realiseren. Huidig beleid Strategische aankopen Het huidige beleid Strategische aankopen sluit direct aan op de ontwikkelingstaakstelling zoals vastgesteld in de Strategische visie Buiten Gewoon Castricum. Doelstelling van het verwervingsbeleid is om daar waar nodig een strategische grondpositie in te nemen. Het beleid is niet zozeer gericht op volledige verwerving van al het benodigde (gedachte) vastgoed, simpelweg omdat een dergelijke doelstelling, gezien de vele belanghebbenden op de vastgoedmarkt, niet realistisch is. In de praktijk blijkt echter dat de regiefunctie van de gemeente aanmerkelijk wordt versterkt naarmate de gemeente over strategisch vastgoed / grondposities beschikt. Bij een strategische aankoop kunnen drie (doel) aspecten een rol spelen: 1. Het verwerven van een grondpositie ten opzichte van ontwikkelaars; 2. Het nastreven van een kwalitatief hoogwaardiger ruimtelijke inrichting; 3. Invulling geven aan behoeften van het gemeentelijke volkshuisvestingsbeleid en ander sectoraal beleid. Indien sprake is van een of meerdere van bovengenoemde aspecten, kunnen ten behoeve van de realisatie van de doelstellingen, de volgende algemene situaties zich aandienen: Maagdelijke percelen te verwerven met de bestemming woningbouw; Percelen te verwerven die mogelijk in aanmerking kunnen komen voor een toekomstige bestemming woningbouw; Percelen te verwerven waarop minder gewenste ontwikkelingen plaatsvinden, waarbij overlast leidt tot een minder woongenot; Mee te werken aan mogelijke aankoop / verplaatsing van bedrijven gelegen binnen een woonmilieu; Versterken van het woonmilieu op daarvoor in aanmerking komende plekken. Pagina 16

20 Naast de te formuleren doelstelling(en) dient een afweging te worden gemaakt en globaal vooronderzoek te worden gedaan om inzicht te verkrijgen naar de (economische, politieke, maatschappelijke) haalbaarheid van een voorgenomen ontwikkeling. Welke afwegingen gelden bij strategische aankoop? 1. De strategische aankoop moet passen in het, voor dat project bepaalde, grondhouding van de gemeente Castricum; 2. De verwerving moet in beginsel een budgettair neutrale/ positieve exploitatie kunnen verlopen (economische voorwaarde); 3. De ontwikkeling / herontwikkeling moet binnen een periode van 5 jaar te overzien zijn (economisch, risicomanagement); 4. Afhankelijk van de ontwikkeling van de verwervingskosten (basis investering) wordt de eventuele categorie (klasse goedkoop, middel, duur) van de voorgenomen voorbestemming bepaald c.q. aangepast. (economische afweging); 5. Strategische aankopen kunnen financieel bijdragen in het te voeren volkshuisvestingsbeleid. Dit betekent dat de ontwikkeling van woningen in duurdere prijsklassen kunnen bijdragen aan ontwikkelingen waar woningen gebouwd worden in goedkopere prijsklassen.(volkshuisvesting, politiek beleid); 6. De ontwikkeling moet stedenbouwkundig passend zijn binnen de directe omgeving (ruimtelijk beleid/ wenselijkheid). Beleidsuitgangspunt 4: Strategisch aankopen De gemeenteraad heeft het college, bij besluit van 6 december 2012, gemachtigd tot het voeren van een (strategisch) grondbeleid. Ter uitvoering van het (strategisch) grondbeleid is het college gemachtigd om aankopen te doen tot een bedrag van 1 miljoen euro. De raad wordt na het verlijden van de notariële akte via de reguliere bestuursrapportage of mogelijk eerder, geïnformeerd over de financiële consequenties van de aankopen. Nadat de financiele verantwoording heeft plaatsgevonden, wordt het gemachtigde verwervingsbudget vervolgens weer aangevuld tot het oorspronkelijke bedrag Faciliterend (passief) grondbeleid De in juli 2008 ingevoerde Grondexploitatiewet geeft een grondslag voor kostenverhaal en bovendien kunnen locatie-eisen worden gesteld voor openbare voorzieningen en voor bepaalde woningbouwcategorieën. Het uitgangspunt van de wet is: wordt privaatrechtelijk niet tot overeenstemming gekomen, dan kan het publiekrechtelijke instrumentarium worden ingezet. Verder is er een grondslag om via een overeenkomst bijdragen te vragen in ruimtelijke ontwikkelingen elders in de gemeente, dit is de bijdrage in de bovenwijkse voorzieningen. Dat kan alleen als de gemeente een structuurvisie heeft vastgesteld. Gemeente Castricum heeft dit vastgelegd in de Structuurvisie Buiten Gewoon Castricum en de daarbij behorende Nota Bovenwijks. Om een bijdrage te vragen voor een bovenwijkse voorziening moet er worden voldaan aan de eisen van profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit. Instrumenten bij facilitair grondbeleid Indien het kostenverhaal vooraf (anterieur) niet verzekerd is, verplicht de Grondexploitatiewet tot het vaststellen van een exploitatieplan. Dit is een apart plan dat samen met het bestemmingsplan wordt vastgesteld. Op basis van het exploitatieplan vindt kostenverhaal plaats met eigenaren/ ontwikkelaars die geen (anterieure) overeenkomst hebben gesloten met de gemeente. Iedere aanvrager van een omgevingsvergunning voor een locatie binnen het gebied zal een bijdrage moeten leveren aan de kosten. De wet voorkomt hiermee zogenaamde freeriders binnen een ontwikkelgebied. Alleen de kosten die op de kostensoortenlijst in de Grondexploitatiewet (en het besluit) zijn opgenomen kunnen door middel van het exploitatieplan worden verhaald. Het exploitatieplan dient ieder jaar te worden herzien. Pagina 17

21 Na het vaststellen van een exploitatieplan is het mogelijk om (posterieur) een overeenkomst te sluiten met een ontwikkelaar. Hierin kan de gemeente niet meer verhalen dan via het exploitatieplan mogelijk is. Bij voorkeur worden afspraken vooraf privaatrechtelijk vastgelegd in een anterieure exploitaitatieovereenkomst. Niet alleen heeft de gemeente in deze anterieure fase meer onderhandelingsvrijheid - met name omdat zij zich nog niet heeft vastgelegd door het exploitatieplan maar ook hoeft geen exploitatieplan te worden vastgesteld. Beslispunt 3: Faciliterend grondbeleid Het gemeentelijk uitgangspunt is om de kosten voor de ruimtelijke ontwikkeling bij de ontwikkelaars/ eigenaren maximaal te verhalen. De gemeente streeft er naar om voorafgaand aan het vast te stellen bestemmingsplan door middel van een anterieure overeenkomst- met ontwikkelaars/ eigenaren afspraken te maken over (onder andere) het kostenverhaal. Het kostenverhaal wordt middels deze overeenkomst verzekerd. Als het de gemeente niet lukt een overeenkomst te sluiten met ontwikkelaars/ eigenaren, dan kan de gemeente kiezen om tegelijkertijd met de vaststelling van het bestemmingsplan een exploitatieplan vast te stellen. Dit exploitatieplan vormt de basis voor de financiële voorwaarden aan de omgevingsvergunning, waarmee het kostenverhaal via deze weg verzekerd is. Waar de gemeente vroeger werd gedwongen tot actief grondbeleid kan nu facilitair grondbeleid de voorkeur verdienen omdat kostenverhaal is verzekerd en bovendien locatie-eisen kunnen worden gesteld. Bij de toepassing van faciliterend grondbeleid kan de gemeente minder sturing geven dan bij actief grondbeleid. Ook de keuze om geld te generen uit ruimtelijke ontwikkelingen en deze elders voor bijvoorbeeld maatschappelijke doeleinden in te zetten vervalt. Indien de gemeente een faciliterende rol verkiest, betekent dit dat instrumenten van publiekrechtelijke aard kunnen worden ingezet om de belangen van de gemeente te waarborgen. Er wordt bewust voor gekozen dat de marktpartijen de grondposities verwerven, in eigendom houden en vervolgens van de gemeente randvoorwaarden meekrijgen bij een mogelijke herontwikkeling. Het faciliterend grondbeleid vergt minder belasting dan actief grondbeleid voor het gemeentelijke apparaat. De gemeente faciliteert de (voorgenomen) ontwikkelingen onder andere door: Het hanteren van de ter beschikking staande grondbeleidinstrumenten; Het vaststellen van ruimtelijke, programmatische, kwalitatieve en financiële kaders betreffende locatieontwikkeling. Voordelen faciliterend (passief) grondbeleid: Beperkt ontwikkelrisico Mogelijkheid kostenverhaal Locatie-eisen via Grondexploitatiewet Nadelen faciliterend (passief) grondbeleid: Geen winstmogelijkheden Altijd verantwoordelijkheid voor uitvoerbaarheid Pagina 18

22 Kaders De Wet ruimtelijke ordening stelt een aantal kaders. Deze kaders stellen de gemeente in de gelegenheid om op een goede manier invulling te geven aan de regierol van de Gemeente. Deze kaders zijn vastgelegd in: De Lokale Woonvisie Handboek Kwaliteitseisen openbare ruimten (d.d. 31 augustus 2009) Locatie-eisen die gemeente kan stellen aan bouwkavels; De Nota Bovenwijks (d.d. 4 oktober 2011) 3.4. Publiekprivate samenwerking (PPS) Als de gemeente voor een actieve grondhouding heeft gekozen is het noodzakelijk om, wil zij de haalbaarheid van het plan optimaliseren, daar waar mogelijk is een strategische grondpositie in het plangebied te verwerven. De gemeente kan in dat geval er voor kiezen om met marktpartijen te gaan samenwerken. Bij publiekprivate samenwerking (PPS) worden kennis en kunde van partijen gedeeld en vindt een verdeling plaats van kosten/opbrengsten en risico s van het plan. Het doel van een PPS is het realiseren van meerwaarde en efficiëntiewinst. Dit ligt binnen bereik als gemeente en bedrijfsleven ieder datgene doen waar ze het best in zijn; er ontstaat zo een win-win situatie. Bij een PPS-project werken overheden en bedrijfsleven samen op basis van duidelijke, contractueel vastgelegde afspraken. In het contract wordt vastgelegd wie waarvoor verantwoordelijk is en wie welke kosten en risico s draagt. In een PPS-project worden zowel maatschappelijke als commerciële doelen gerealiseerd. Ook verwachten beide partijen dankzij de samenwerking en de inbreng van ieders specifieke deskundigheid een beter resultaat tegen dezelfde kosten te realiseren (of hetzelfde resultaat tegen geringere kosten) en behoudt elke partij zijn eigen identiteit en verantwoordelijkheid. Het voordeel van PPS voor de gemeente is dus duidelijk: een project kan aan kwaliteit winnen als de gemeente in een vroeg stadium met private partijen overlegt over de beste manier om een bepaald doel te bereiken. Ook kunnen extra financiële middelen beschikbaar komen voor projecten die een maatschappelijk belang dienen. Maar ook de private sector kan belang hebben bij een andere wijze van samenwerken met de gemeente. Wensen en behoeften van de markt kunnen beter worden ingebracht in gemeentelijke projecten door samenwerking in een vroeg stadium. Doordat projecten efficiënter worden uitgevoerd, kunnen de gerealiseerde besparingen worden ingezet voor de uitvoering van andere projecten. En natuurlijk is de verwachte winstgevendheid in de exploitatiefase een sterke motivatie voor deelname aan PPS-projecten. De mate van de intensiteit van samenwerken met de private sector hangt vooral af van de volgende aspecten: Wie heeft de grond in eigendom? Worden er naast de planologische voorschriften nog nader eisen gesteld (architectuur, duurzaam bouwen etc.)? Het belang dat de gemeente heeft bij de realisatie van de bestemming. Bestaat er onzekerheid over de haalbaarheid van het project? De omvang van de financiële consequenties voor de gemeenschap. Pagina 19

Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015

Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015 Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015 Nota Grondbeleid Opbouw presentatie 1 Inleiding 2 Waar gaat het om bij grondbeleid 3 Visie 4 Beheersen instrumenten en risico s 1 Inleiding Wat

Nadere informatie

AGENDAPUNT NO.12. Voorstel tot vaststelling Nota Grondbeleid AAN DE RAAD

AGENDAPUNT NO.12. Voorstel tot vaststelling Nota Grondbeleid AAN DE RAAD Voorstel tot vaststelling Nota Grondbeleid AGENDAPUNT NO.12 AAN DE RAAD Samenvatting/Advies Het gemeentelijk grondbeleid is een beleidsterrein waar omvangrijke uitgaven worden gedaan en waarbij de risico

Nadere informatie

Nota Grondbeleid Gemeente Brummen Februari 2016

Nota Grondbeleid Gemeente Brummen Februari 2016 Nota Grondbeleid 2016-2020 Gemeente Brummen Februari 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Samenvatting...3 Inleiding...4 1 Grondbeleid...5 1.1 Vormen van grondbeleid...5 1.1.1 Passief grondbeleid...5 1.1.2

Nadere informatie

1. Inleiding. De Nota Kostenverhaal bevat ten aanzien van het kostenverhaal het kader voor de wijze waarop de

1. Inleiding. De Nota Kostenverhaal bevat ten aanzien van het kostenverhaal het kader voor de wijze waarop de Nota Kostenverhaal 1. Inleiding Voor u ligt de Nota Kostenverhaal. Deze nota sluit aan op de Structuurvisie Bergen op Zoom 2030. Deze structuurvisie geeft op hoofdlijnen een toekomstbeeld van de gewenste

Nadere informatie

Bijlagen: 1. Nota Grondbeleid

Bijlagen: 1. Nota Grondbeleid NOTA VOOR DE RAAD Datum: 20 maart 2008 Nummer raadsnota: Onderwerp: Nota Grondbeleid 2008-2012 Portefeuillehouder: De Boer Bijlagen: 1. Nota Grondbeleid 2008 2012 Ter inzage: 1. stukken opiniërende raadsvergadering

Nadere informatie

Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt

Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt 6 Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt 31 januari 2017 RV/16/00717 Z12-18101 Voorstel ingebracht door H. Achterberg Portefeuillehouder Begrotingsprogramma H.N. de Ronde 02 Beheerproduct

Nadere informatie

Grondexploitatiewet. Hendrik van Sandick. projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM

Grondexploitatiewet. Hendrik van Sandick. projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM Grondexploitatiewet Hendrik van Sandick projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM Waarover gaat het bij grondexploitatie? Onderwerpen die de gemeente wil regelen bij grondexploitatie van

Nadere informatie

Grondbedrijf. Introductie voor nieuwe raadsleden

Grondbedrijf. Introductie voor nieuwe raadsleden Grondbedrijf Introductie voor nieuwe raadsleden Grondbedrijf Yvonne Verkleij Paul van Die Rik Tuitert Planning & control Juridica (privaatrecht) Planeconomie Agenda Taken Beleid Financiële instrumenten

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018

Raadsvoorstel. Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018 Raadsvoorstel Agendanr: CR2 Kenmerk: 15-0114128 Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018 0.Samenvatting: Conform vastgesteld beleid dient het grondbeleid elke raadsperiode

Nadere informatie

Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden

Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 1 2 Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden Deze Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden is bedoeld als

Nadere informatie

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan maart 2011 Deel B Uitvoeringsprogramma Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan deel B 1 2 deel B Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Inleiding 1. Ambitie

Nadere informatie

Oplegnotitie gemeenteraad Gouda

Oplegnotitie gemeenteraad Gouda Oplegnotitie gemeenteraad Gouda Onderwerp: nota Grondbeleid 2011 en grondprijzenbrief Raadsvoorstel nr: Programma: Status: Vertrouwelijkheid: 706117 Bereikbaarheid, parkeren en RO b Openbaar Collegelid:

Nadere informatie

Adviesnota voor het college. Burg. Weth L. Weth Z. Weth B. Weth P. Secr. Vertrouwelijkheid: Niet openbaar

Adviesnota voor het college. Burg. Weth L. Weth Z. Weth B. Weth P. Secr. Vertrouwelijkheid: Niet openbaar Adviesnota voor het college Primaat team: Vastgoed Steller: Franca Diels Portefeuillehouder: G. van Leeuwen Mede-adviseur: Ingekomen d.d. Nr. poststuk Nr. BBV 402632 Conf. Bespr. Aantekeningen Burg Weth

Nadere informatie

OUD vs NIEUW beleid. Toelichting op de Kadernota Grond: deel I Grondbeleid

OUD vs NIEUW beleid. Toelichting op de Kadernota Grond: deel I Grondbeleid OUD vs NIEUW beleid Toelichting op de Kadernota Grond: deel I Grondbeleid Beleidsregel was wordt Grondpolitiek Besluit start project Besluit openen Waar toereikend passief grondbeleid, daar waar nodig

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR423471_1

CVDR. Nr. CVDR423471_1 CVDR Officiële uitgave van Brummen. Nr. CVDR423471_1 17 oktober 2017 Nota Grondbeleid 2016-2020 De raad van de gemeente Brummen; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen

Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen 2017 1 Inhoudsopgave Inleiding 1. Aanleiding voor de actualisatie van het globaal exploitatieplan 2. Plangebied en ruimtegebruik 3. Kosten exploitatiegebied

Nadere informatie

Joost Loeffen raad januari 2010

Joost Loeffen raad januari 2010 7 Joost Loeffen 040-2083405 jlo@valkenswaard.nl Wet voorkeursrecht gemeenten Venbergseweg e.o. 09raad00862 28 januari 2010 Gronden, in de omgeving van de Venbergseweg welke in de toekomst benodigd zijn

Nadere informatie

Raadsstuk. Nummer 2018/ Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 4.3 Grondexploitaties Afdeling

Raadsstuk. Nummer 2018/ Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 4.3 Grondexploitaties Afdeling Raadsstuk Onderwerp Nota Grondbeleid 2018 e.v. Nummer 2018/753507 Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 4.3 Grondexploitaties Afdeling BE Auteur S. Metselaar Telefoonnummer 023-5113992

Nadere informatie

AAN DE GEMEENTERAAD. Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 : Vestiging voorkeursrecht ex artikel 8 Wvg 'Vroonlandseweg en Goessestraatweg'

AAN DE GEMEENTERAAD. Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 : Vestiging voorkeursrecht ex artikel 8 Wvg 'Vroonlandseweg en Goessestraatweg' Voorbereidende raadsvergadering: 16 oktober 2007 Besluitvormende raadsvergadering: 13 november 2007 Portefeuillehouder: J.H. Herselman AAN DE GEMEENTERAAD Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 Onderwerp

Nadere informatie

Actualisering Nota Grondbeleid Gemeente Hof van Twente 2011-2015

Actualisering Nota Grondbeleid Gemeente Hof van Twente 2011-2015 Actualisering 2011-2015 1 INHOUD Conclusies en samenvatting... 4 1... 8 1.1 Aanleiding... 8 1.2 Doel... 9 1.3 Leeswijzer... 10 2 Vormen van grondbeleid... 11 2.1 Inleiding... 11 2.2 Actief grondbeleid...

Nadere informatie

Kadernota integraal grondbeleid Gemeente Sint Anthonis 2014

Kadernota integraal grondbeleid Gemeente Sint Anthonis 2014 Kadernota integraal grondbeleid Gemeente Sint Anthonis 2014 1 Inhoudsopgave kadernota integraal grondbeleid Aanleiding kadernota pag. 3 Visie op grondbeleid pag. 4 Doelen pag. 5 Principes/kader pag. 6

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

De gemeente hanteert marktconforme prijzen. De gemeente mag winst maken ten bate van de gemeenschap en de ontwikkeling van kostbare voorzieningen.

De gemeente hanteert marktconforme prijzen. De gemeente mag winst maken ten bate van de gemeenschap en de ontwikkeling van kostbare voorzieningen. De gemeente maakt gebruik van de instrumenten verwerven, Wet voorkeursrecht gemeenten en onteigening. Vanuit de positie van actief grondbeleid richt de gemeente zich, indien nodig, op samenwerking met

Nadere informatie

Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015

Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015 Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015 Gemeente Rijswijk Afdeling Stad en Samenleving, Vastgesteld door de gemeenteraad op: Sectie Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling 20 maart 2012 Nota Grondbeleid

Nadere informatie

Bijlage 3: toelichting overige projecten op hoofdlijnen

Bijlage 3: toelichting overige projecten op hoofdlijnen Bijlage 3: toelichting overige projecten op hoofdlijnen Algemeen De grote grondexploitaties zijn toegelicht in de Toelichting bouwgrondexploitatie 2015. Voor de overige projecten schetsen we in deze bijlage

Nadere informatie

: Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden

: Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden Raadsvoorstel Datum : 24-5-2018 Kenmerk Portefeuillehouder Nee Onderwerp : Z101697/Raad-00343 : A.A.L.M. Spekschoor : Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden Geachte leden van de gemeenteraad, Voorstel

Nadere informatie

Registratienummer: ID Behorende bij: - raadsvoorstel RVO d.d. 29 maart raadsbesluit nr. RB d.d.

Registratienummer: ID Behorende bij: - raadsvoorstel RVO d.d. 29 maart raadsbesluit nr. RB d.d. N A - Registratienummer: ID 11.01795 Behorende bij: - raadsvoorstel RVO 11.0107 d.d. 29 maart 2011 - raadsbesluit nr. RB 11.0088 d.d. 16 N A 011- Inhoud I. Inleiding... 3 II. Huidige portefeuille... 5

Nadere informatie

Ontwikkelingen rond het grondbeleid

Ontwikkelingen rond het grondbeleid Ontwikkelingen rond het grondbeleid Inleiding voor wooncongres 3 november 2015 Herman de Wolff (H.W.deWolff@tudelft.nl) Delft University of Technology Challenge the future Opzet Grondbeleid: waarom ook

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID Nota Grondbeleid

NOTA GRONDBELEID Nota Grondbeleid NOTA GRONDBELEID Nota Grondbeleid Kenmerk : BR11.0025/HPe Versiedatum : Auteur/Afdeling : Hanneke Peters, afdeling Ruimte Vastgesteld : in de vergadering van de gemeenteraad van 15 december 2011 bij besluit

Nadere informatie

Nota Kostenverhaal. Gemeente Hardinxveld-Giessendam

Nota Kostenverhaal. Gemeente Hardinxveld-Giessendam gemeente Hardinxveld-Giessendam Nota Kostenverhaal Gemeente Hardinxveld-Giessendam November 2014 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doel van de nota 1.3 Leeswijzer 2 Theoretisch

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID 2013 (Gewijzigd)

NOTA GRONDBELEID 2013 (Gewijzigd) NOTA GRONDBELEID 2013 (Gewijzigd) Vastgesteld door de gemeenteraad van Stichtse Vecht op: 29 januari 2013 1 Inleiding De nota Grondbeleid geeft de beleidsuitgangspunten weer die het grondbeleid van de

Nadere informatie

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013 Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen Gebiedsontwikkeling in tijden van crisis: nieuwe strategieën en instrumenten als de oplossing? PROF. DR. ERWIN VANDERKRABBEN Nederland: Vinex-wijken Gebiedsontwikkeling

Nadere informatie

RWO/ grondzaken Ter inzage gelegde stukken / bijlagen: Behandelend ambtenaar. W. van Bemmel

RWO/ grondzaken Ter inzage gelegde stukken / bijlagen: Behandelend ambtenaar. W. van Bemmel gemeente Den Helder Registratienummer: BI08.00854 Portefeuillehouder: Raadsvoorstel H. Boskeljon / B. Fritzsche Van afdeling: RWO/ grondzaken Ter inzage gelegde stukken / bijlagen: Behandelend ambtenaar.

Nadere informatie

BIJLAGEN: Nota Grondbeleid

BIJLAGEN: Nota Grondbeleid Aan de raad van de gemeente Olst-Wijhe. Raadsvergadering d.d. 16 juli 2018 Agendapunt 14 Opiniërend besproken d.d. 28 mei 2018 Portefeuillehouder wethouder M. Blind Zaaknummer 3763-2018 Datum B&W-besluit

Nadere informatie

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt Nota Kostenverhaal 2016-2020 Gemeente Drimmelen 1. Inleiding Aanleiding Met de komst van de Wro (1 juli 2008) hebben gemeenten meer mogelijkheden gekregen om te sturen op de ontwikkeling van ruimtelijke

Nadere informatie

Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie

Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie Actualiteiten Grondexploitatiewet 2011 VNG Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie mr. Jan Frans de Groot & mr. Arjen de Snoo 1 Indeling Aanleiding Verordening m.b.t. de grondexploitatie

Nadere informatie

Raadsvoorstel: Nummer: Onderwerp: Nota Grondbeleid Gorinchem

Raadsvoorstel: Nummer: Onderwerp: Nota Grondbeleid Gorinchem Raadsvoorstel: Nummer: 2011-655 Onderwerp: Nota Grondbeleid Gorinchem 2011-2014 Datum: 2 mei 2011 Portefeuillehouder: B.J.P. van der Torren Raadsbijeenkomst: 31 mei 2011 Raadsvergadering: 16 juni 2011

Nadere informatie

Opinieronde / peiling

Opinieronde / peiling Aan de Raad OPINIE Made, 30 oktober 2015 Regnr.: 15int04492 Aan de commissie: Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Datum vergadering: Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Agendapunt :

Nadere informatie

Onderwerp Ontwikkeling Peize Zuid: vestiging voorkeursrecht in de zin van de Wet voorkeursrecht gemeenten

Onderwerp Ontwikkeling Peize Zuid: vestiging voorkeursrecht in de zin van de Wet voorkeursrecht gemeenten Aan de gemeenteraad Agendapunt: Documentnr.: RV17.0043 Roden, 14 maart 2017 Onderwerp Ontwikkeling Peize Zuid: vestiging voorkeursrecht in de zin van de Wet voorkeursrecht gemeenten Onderdeel programmabegroting:

Nadere informatie

Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen

Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen 1 november 2009 M. Roobol / P. Bakker Openbare Werken en Ruimtelijke Zaken 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Inleidend 3 1.2 Aanleiding 3 1.2 Leeswijzer 4 2 Huidige

Nadere informatie

De nieuwe Wro. Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening

De nieuwe Wro. Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening De nieuwe Wro Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening Inhoud van deze presentatie WRO Wro: de uitgangspunten De grootste veranderingen eruit gelicht WRO vs. Wro: een overzicht Wat betekent

Nadere informatie

Wijziging op de Nota Grondbeleid Lisse Aanleiding/Inleiding

Wijziging op de Nota Grondbeleid Lisse Aanleiding/Inleiding Lisse Aanv ulling nota gro ndbeleid Lisse 2016-2020 26 novembe r 2018 Wijziging op de Nota Grondbeleid Lisse 2016-2020 Aanleiding/Inleiding Gemeente Lisse Heereweg 254 Postbus 200 2160 AE Lisse T 14 0252

Nadere informatie

Besluit Raad Nr. Datum2 6 JAN 2015

Besluit Raad Nr. Datum2 6 JAN 2015 Nt g emeenle Montfoort Besluit Raad Nr. Datum2 6 JAN 2015 RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering Datum Raadsvergadering Portefeuillehouder Verantwoordelijk MT-lid : 12 januari

Nadere informatie

Nota vereveningsfonds sociale woningbouw

Nota vereveningsfonds sociale woningbouw Nota vereveningsfonds sociale woningbouw 1. Samenvatting Op basis van de Structuurvisie Ruimte voor wensen Leidschendam-Voorburg 2040 (herijking 2012) kan de gemeente een vereveningsfonds voor sociale

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID Gemeente Leusden

NOTA GRONDBELEID Gemeente Leusden NOTA GRONDBELEID 2013-2017, Grondbedrijf Oktober 2012, reg.nr. 193874 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding... 3 1.2 Leeswijzer... 4 2. GRONDBELEID... 5 2.1 Actief en faciliterend grondbeleid...

Nadere informatie

VERORDENING GRONDBANK GEMEENTE GRONINGEN 2018

VERORDENING GRONDBANK GEMEENTE GRONINGEN 2018 VERORDENING GRONDBANK GEMEENTE GRONINGEN 2018 Begripsomschrijving Artikel 1 1. Onder Grondbank I en II wordt verstaan een financieringsbron, waarmee aankopen in onroerende zaken en roerende opstallen worden

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID 2015-2018 GEMEENTE HATTEM

NOTA GRONDBELEID 2015-2018 GEMEENTE HATTEM NOTA GRONDBELEID 2015-2018 GEMEENTE HATTEM NOVEMBER 2014 Nota Grondbeleid 2015-2018 Gemeente Hattem 1 Inhoudsopgave Pagina 1 Inleiding... 3 1.1 Aanleiding... 3 1.2 Leeswijzer... 3 2 Grondbeleid... 4 2.1

Nadere informatie

Notitie bezwaren vestiging voorkeursrecht Centrum Boekel.

Notitie bezwaren vestiging voorkeursrecht Centrum Boekel. Notitie bezwaren vestiging voorkeursrecht Centrum Boekel. Inleiding Op 13 juli 2017 hebben burgemeester en wethouders het voorkeursrecht gevestigd op basis van de Wvg op het plangebied Centrum Boekel.

Nadere informatie

Nota grondprijsbeleid gemeente Dirksland

Nota grondprijsbeleid gemeente Dirksland Nota grondprijsbeleid gemeente Dirksland Concept Opdrachtgever: Gemeente Dirksland NEXT Vastgoed BV Nico Harkes / Erik Lamfers Rotterdam, 31 augustus 2009 NEXT Vastgoed BV WTC Rotterdam, Beursplein 37

Nadere informatie

Nota Kostenverhaal gemeente Dalfsen Deel 1

Nota Kostenverhaal gemeente Dalfsen Deel 1 Nota Kostenverhaal gemeente Dalfsen Deel 1 Maart 2013 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Doel van de nota 3 1.3 Grondbeleid gemeente Dalfsen 3 1.4 Opbouw van de nota 4 1.5

Nadere informatie

Grondbank RZG Zuidplas. Bijstelling AANKOOP STRATEGIEKADER

Grondbank RZG Zuidplas. Bijstelling AANKOOP STRATEGIEKADER Grondbank RZG Zuidplas Bijstelling AANKOOP STRATEGIEKADER 2008-2011 0 Inleiding Bij de vaststelling van het ASK op 18 juni 2007 door het Algemeen Bestuur van de Grondbank RZG Zuidplas is besloten tot een

Nadere informatie

VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN

VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN 1 INLEIDING 1.1 Algemeen Aangeven met welk doel het exploitatieplan wordt gemaakt: om onderhandelingen met één of meerdere grondeigenaren te starten, met als doel

Nadere informatie

c. De gemeente voert een efficiënt beheer van gebouwen. Hierbij wordt gezocht naar optimalisaties en wordt verkoop versus huur afgewogen.

c. De gemeente voert een efficiënt beheer van gebouwen. Hierbij wordt gezocht naar optimalisaties en wordt verkoop versus huur afgewogen. Raadsvoorstel: Nummer: 2013-1047 Onderwerp: Visie op Vastgoed gemeente Gorinchem 2013-2018 Datum: 24 juli 2013 Portefeuillehouder: M. Doodkorte Raadsbijeenkomst: 10 september 2013 Raadsvergadering: 26

Nadere informatie

Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist

Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist Presentatie Marleen Sanders 2009 Adviesgroep Planeconomie & Grondstrategie inhoud presentatie Doelen van de veranderingen Wat is er veranderd?

Nadere informatie

B en W-voorstel. R. König 2. Wonen en woonomgeving. 28 september 2010 3. ter kennisneming in oriënterende raad

B en W-voorstel. R. König 2. Wonen en woonomgeving. 28 september 2010 3. ter kennisneming in oriënterende raad B en W-voorstel portefeuillehouder begrotingsprogramma R. König 2. Wonen en woonomgeving b en w-vergadering agendapunt bijlage(n) 28 september 2010 3 rol raad ter kennisneming in oriënterende raad onderwerp

Nadere informatie

Nota Grondbeleid Gemeente Leidschendam-Voorburg 2011

Nota Grondbeleid Gemeente Leidschendam-Voorburg 2011 Nota Grondbeleid Gemeente Leidschendam-Voorburg 2011 Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding... 5 1.1 Doel van de nota grondbeleid... 5 1.2 Aanleiding voor een nieuwe Nota Grondbeleid... 6 1.3 Samenvatting Nota Grondbeleid

Nadere informatie

Beleidsnotitie grondbeleid en vastgoedbeleid

Beleidsnotitie grondbeleid en vastgoedbeleid Behoort bij raadsbesluit d.d. 22 februari 2018 tot vaststelling van aanvullend grondbeleid en vastgoedbeleid. Beleidsnotitie grondbeleid en vastgoedbeleid GEMEENTE DE BILT, BILTHOVEN, JANUARI 2018 Inhoud

Nadere informatie

Startnotitie. Grondbeleid provincie Noord Brabant. 1 Inleiding. 1.1 Grondbeleid

Startnotitie. Grondbeleid provincie Noord Brabant. 1 Inleiding. 1.1 Grondbeleid Startnotitie Grondbeleid provincie Noord Brabant 1 Inleiding 1.1 Grondbeleid Voor de realisatie van bepaalde publieke doelen door overheden is (het gebruik van) grond van essentieel belang. Op provinciaal

Nadere informatie

Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds

Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds 1 Inleiding Deze notitie, in de vorm van een uitvoeringsparagraaf van de Structuurvisie, bestaat uit twee onderdelen; namelijk

Nadere informatie

GEMEENTE HILVERSUM NOTA GRONDBELEID PASSEND GRONDBELEID IN EEN DYNAMISCHE OMGEVING

GEMEENTE HILVERSUM NOTA GRONDBELEID PASSEND GRONDBELEID IN EEN DYNAMISCHE OMGEVING GEMEENTE HILVERSUM NOTA GRONDBELEID PASSEND GRONDBELEID IN EEN DYNAMISCHE OMGEVING 27 NOVEMBER 2009 SAMENVATTING... 3 1. AANLEIDING VOOR DE NOTA GRONDBELEID... 7 2. DOEL NOTA GRONDBELEID... 8 3. GEMEENTELIJKE

Nadere informatie

Criteria privatisering gemeentelijke gebouwen

Criteria privatisering gemeentelijke gebouwen Criteria privatisering gemeentelijke gebouwen 1. Inleiding Op basis van de nota Kaderstelling beleid gemeentelijke eigendommen heeft de gemeenteraad in zijn vergadering van 23 september 2008 expliciet

Nadere informatie

gfedcb Besluitenlijst d.d. d.d. adj.secr. gem.secr. gfedcb (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen

gfedcb Besluitenlijst d.d. d.d. adj.secr. gem.secr. gfedcb (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen Nota voor burgemeester en wethouders Onderwerp Eenheid/Cluster/Team SO/PS Procesregie opstellen nota grondbeleid 1- Notagegevens Notanummer 2007.42328 Datum 12-12-2007 Portefeuillehouder Weth. Van den

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Woord vooraf

Inhoudsopgave. Woord vooraf Inhoudsopgave Woord vooraf v INLEIDING 1 1. Onderwerp van het onderzoek 1 2. Aanleiding voor en doelstelling van het onderzoek 1 3. Rol van het zelfrealisatierecht in wetgeving 3 3.1 Rol van het zelfrealisatierecht

Nadere informatie

1.2.2 Materiële wet- en regelgeving 1.2.3 Historie kaders grondbeleid gemeente Coevorden. 9 9 9 10 2.2 Grondbeleid in de gemeente Coevorden

1.2.2 Materiële wet- en regelgeving 1.2.3 Historie kaders grondbeleid gemeente Coevorden. 9 9 9 10 2.2 Grondbeleid in de gemeente Coevorden Nota Grondbeleid 1 2 Inhoud 1 Visie en kaders 5 1.1 1.2 Visie en doelstellingen Kaders en criteria 6 6 1.2.1 Formele wetgeving 6 1.2.2 Materiële wet- en regelgeving 6 1.2.3 Historie kaders grondbeleid

Nadere informatie

Argumenten 1.1 Wooninc. realiseert een gedifferentieerd aanbod van huurwoningen, waaronder een aantal met een maximale huursom van 450,- per maand.

Argumenten 1.1 Wooninc. realiseert een gedifferentieerd aanbod van huurwoningen, waaronder een aantal met een maximale huursom van 450,- per maand. Raadsvoorstel Vergadering Gemeenteraad Oirschot Vergaderdatum: 21 februari 2017 Registratienummer: 2017/05 Agendapunt nummer: 7 Onderwerp Woningbouwproject Barcelona Voorstel 1. Een krediet beschikbaar

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer) Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der

Nadere informatie

Kadernota Ontwikkeling

Kadernota Ontwikkeling GRONDBELEID Kadernota Ontwikkeling Gemeente Velsen Beheer & Ontwikkeling Afdeling Gebiedsontwikkeling Vastgesteld door de gemeenteraad op xx (versie 14-05-2012) Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 1.1 Aanleiding...

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID WADDINXVEEN 2012

NOTA GRONDBELEID WADDINXVEEN 2012 NOTA GRONDBELEID WADDINXVEEN 2012 Afdeling SBO Vastgesteld door de raad op 19 december 2012 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 1. Inleiding... 4 2. Relevante beleidskaders voor Grondbeleid... 5 2.1 Rijksbeleid...

Nadere informatie

Nota Grondbeleid gemeente Buren

Nota Grondbeleid gemeente Buren Nota Grondbeleid gemeente Buren 2017-2020 Raad 31 januari 2017 1 Begripsbepalingen Anterieure overeenkomst Compensatieobjecten en ruilobjecten Exploitatieovereenkomst Exploitatieplan Grondbeleid Grondbedrijf

Nadere informatie

Grond voor betaalbaar wonen

Grond voor betaalbaar wonen Grond voor betaalbaar wonen De positie van de gemeente Naam, Afdeling Willem Korthals Altes 07/01/2009 Gemeentelijke positie De basics: positie, vormen grondbeleid De crisis: enkele cijfers Nota s grondbeleid

Nadere informatie

Grondbeleid en behoud van het goedkope marktsegment. Willem Korthals Altes

Grondbeleid en behoud van het goedkope marktsegment. Willem Korthals Altes Grondbeleid en behoud van het goedkope marktsegment Willem Korthals Altes 1 Introductie Wat is grondbeleid? Doelen goedkope marktsegment Grondeconomie Grondbeleidsinstrumenten Conclusies 2 Wat is grondbeleid

Nadere informatie

De huidige nota Grondbeleid is vijf jaar oud. Aan de hand van de opgedane ervaringen is op onderdelen actualisatie nodig.

De huidige nota Grondbeleid is vijf jaar oud. Aan de hand van de opgedane ervaringen is op onderdelen actualisatie nodig. Nota Grondbeleid Son en Breugel 2012-2015 Inleiding Voor u ligt de Nota grondbeleid voor de jaren 2012-2015. In 2006 heeft de gemeenteraad de huidige nota grondbeleid vastgesteld. Door veranderende wetgeving

Nadere informatie

Handleiding exploitatieplan. Regiobijeenkomsten maart 2011 T.J.E.A. van der Heijden, directeur VD2 Advies b.v.

Handleiding exploitatieplan. Regiobijeenkomsten maart 2011 T.J.E.A. van der Heijden, directeur VD2 Advies b.v. Handleiding exploitatieplan Regiobijeenkomsten maart 2011 T.J.E.A. van der Heijden, directeur b.v. Inhoud Exploitatieplan diverse thema s Ervaringen Jurisprudentie th/2008702/110096 2 Exploitatieplan (1):

Nadere informatie

In dit advies wordt uw raad gevraagd om een aantal kaders vast te stellen ten aanzien van het grondbeleid.

In dit advies wordt uw raad gevraagd om een aantal kaders vast te stellen ten aanzien van het grondbeleid. Agendapunt : 6 Voorstelnummer : 01-02 Raadsvergadering : 26 januari 2010 Naam opsteller : V. Pirovano Informatie op te vragen bij : V. Pirovano Portefeuillehouders : J. Stam Onderwerp: Uitwerking nota

Nadere informatie

In opdracht van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Infrastructuur en Milieu

In opdracht van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Infrastructuur en Milieu Onderzoek forfaitaire bijdrage Bovenplanse kosten en Bijdrage ruimtelijke ontwikkelingen In opdracht van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief

Raadsinformatiebrief Raadsinformatiebrief Van: H.P.A. Kerkers Aan: de leden van de Gemeenteraad Onderwerp: Structuurvisie: Nota Kostenverhaal Steller: P.C.J. Verheijen Datum: 15 november 2011 Nr.: RIB-HK-1155 Op 18 oktober

Nadere informatie

Op deze wijze ontstaat een actueel beleidskader grondbeleid voor de periode 2013 2017.

Op deze wijze ontstaat een actueel beleidskader grondbeleid voor de periode 2013 2017. s grondbeleid gemeente Oostzaan 1. INLEIDING Op 17 oktober 2005 zijn door de gemeenteraad de beleidskaders voor de nota grondbeleid vastgesteld. Bij deze beleidskaders wordt ingegaan op de mogelijkheden

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID

NOTA GRONDBELEID NOTA GRONDBELEID 2014-2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Doel 3 1.2 Aanleiding actualisatie Nota Grondbeleid 3 1.3 Leeswijzer 3 2 Relevante beleidskaders en wetgeving 4 2.1 Inleiding 4 2.2 Aanbesteding

Nadere informatie

Aantrekkelijk Culemborg - Structuurvisie Culemborg 2030. Deel C Uitvoeringsparagraaf

Aantrekkelijk Culemborg - Structuurvisie Culemborg 2030. Deel C Uitvoeringsparagraaf Aantrekkelijk Culemborg - Structuurvisie Culemborg 2030 Deel C Uitvoeringsparagraaf COLOFON Structuurvisie Culemborg 2030 Culemborg Deel C Uitvoeringsparagraaf Datum: 2 november 2010 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING

Nadere informatie

Raadsvergadering d.d.: 25 oktober 2010 Agenda nr: Onderwerp: verzoek aan de Kroon de administratieve onteigening te entameren

Raadsvergadering d.d.: 25 oktober 2010 Agenda nr: Onderwerp: verzoek aan de Kroon de administratieve onteigening te entameren Raadsnota Raadsvergadering d.d.: 25 oktober 2010 Agenda nr: Onderwerp: verzoek aan de Kroon de administratieve onteigening te entameren Aan de gemeenteraad, 1. Doel, Samenvatting en Advies van het raadsvoorstel

Nadere informatie

Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken)

Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken) Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken) Wooncongres 11 oktober 2016 Herman de Wolff (TU Delft) en Rogier Titulaer (gemeente Amersfoort) Delft University of Technology Challenge the future

Nadere informatie

NOTA STRATEGISCH VERWERVINGSBELEID - MOTIEVEN, PROCES, FINANCIERING EN BESLUITVORMING -

NOTA STRATEGISCH VERWERVINGSBELEID - MOTIEVEN, PROCES, FINANCIERING EN BESLUITVORMING - NOTA STRATEGISCH VERWERVINGSBELEID - MOTIEVEN, PROCES, FINANCIERING EN BESLUITVORMING - Gemeente Peel en Maas Nota Strategisch verwervingsbeleid Pagina 1 Inhoudsopgave Nota Strategisch verwervingsbeleid

Nadere informatie

Nota Grondbeleid 2012 Gemeente Voorst

Nota Grondbeleid 2012 Gemeente Voorst Nota Grondbeleid 2012 Gemeente Voorst Nota Grondbeleid 2012 Opgesteld door: Arjan Klein, vakgroep Economie en grondzaken Vastgesteld: Raadsvergadering dd. 17 september 2012 Corsa nummer: 2012-16182; versie

Nadere informatie

Verwervingsbeleid spoedaankopen

Verwervingsbeleid spoedaankopen Verwervingsbeleid spoedaankopen Gebleken is dat er behoefte is aan duidelijkheid over de taakverdeling inzake de aankoop van grond en gebouwen (onroerende zaken) door de gemeente. Dit probleem speelt met

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 1 Inleiding Planning en control cyclus Instrumenten Projecten en Financiën... 10

Inhoudsopgave. 1 Inleiding Planning en control cyclus Instrumenten Projecten en Financiën... 10 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 1.1 Aanleiding... 4 1.2 Status eerste uitvoeringsparagraaf... 4 1.3 Samenhang Structuurvisie, uitvoeringsparagraaf c.a... 5 2 Planning en control cyclus... 7 2.1 Inleiding...

Nadere informatie

Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer ]

Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer ] Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer 1410634] 1. Inleiding 1 2. De noodzakelijke investeringen in infrastructuur in het Plateelgebied

Nadere informatie

Bijlagen behorend bij de nota integraal grondbeleid Sint Anthonis

Bijlagen behorend bij de nota integraal grondbeleid Sint Anthonis Bijlagen behorend bij de nota integraal grondbeleid Sint Anthonis 2015-2019 BIJLAGE 1 RELEVANTE WETGEVING GRONDBELEID 1. Europese regelgeving Europa wordt steeds belangrijker. Dit geldt ook voor het lokale

Nadere informatie

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 16 08/486

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 16 08/486 o~~çëîççêëíéä= låçéêïéêéw= beleidsnotitie: mogelijkheden Grondexploitatiewet Portefeuillehouder: G. Evenhuis Dienst Beleid Sociaal Economische Ontwikkeling Margreet Harmsma, telefoon ((0591)68 54 57) =

Nadere informatie

Grondprijzenbrief 2015

Grondprijzenbrief 2015 Grondprijzenbrief 2015 Inleiding De grondprijzenbrief 2015 geeft de door de gemeente Ede te hanteren prijzen weer voor gronden die in Ede door de gemeente worden uitgegeven met verschillende bestemmingen.

Nadere informatie

Actief grondbeleid Faciliterend grondbeleid Samenwerking met marktpartijen Keuzevorm van grondbeleid 9

Actief grondbeleid Faciliterend grondbeleid Samenwerking met marktpartijen Keuzevorm van grondbeleid 9 Nota Grondbeleid Hoofdstuk Blz. 1. Grondbeleid algemeen 1.1 Inleiding grondbeleid 3 1.2 Leeswijzer 3 1.3 Doelstelling 3 1.4 Nota Grondbeleid en dualisme 4 1.5 Vormen van grondbeleid 4 1.6 Keuzevorm van

Nadere informatie

Afwegingskader Strategische Verwervingen, gemeente Zaanstad

Afwegingskader Strategische Verwervingen, gemeente Zaanstad Afwegingskader Strategische, gemeente Zaanstad Adviesgroep Strategische Oktober 2018 Afwegingskader Strategische 2/6 Ontwikkelvisie gemeente Zaanstad. Ook op de lange termijn wil Zaanstad een stad zijn

Nadere informatie

MEMO. Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges

MEMO. Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges Aan : College van B&W Afdeling : Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges Inleiding Binnen de gemeente

Nadere informatie

Startnotitie procedure bestemmingsplan Brediusgronden

Startnotitie procedure bestemmingsplan Brediusgronden Startnotitie procedure bestemmingsplan Brediusgronden Startnotitie procedure bestemmingsplan Brediusgronden 1. Inleiding Het college heeft op 17 juli 2013 besloten om een intentieoverkomst met Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Vragen Inwonersbelangen Montfoort Linschoten.

Vragen Inwonersbelangen Montfoort Linschoten. Vragen Inwonersbelangen Montfoort Linschoten. M.H.J. Bon. 1. Pag. 3 Implementatie strategisch aankoopbeleid. Dit beleidskader zal worden opgenomen in een medio 2010 door de raad vast te stellen beleidsnotitie.

Nadere informatie

Aan Provinciale Staten

Aan Provinciale Staten www.prv-overijssel.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provincie Overijssel Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 425 25 25 Telefax 038 425 26 85 Uw kenmerk Uw brief Ons kenmerk Datum PS/2003/872 d.d.

Nadere informatie

Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Registratienr.: 2012I02088

Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Registratienr.: 2012I02088 Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Afdeling: Beleid Leiderdorp, 3-01-2013 Onderwerp: RVS Transformatie naar wonen Elisabethhof 1 ( Astellas) Aan de raad. Beslispunten 1. Akkoord te gaan met transformatie

Nadere informatie

Grondprijzenbrief 2015 Gemeente Stichtse Vecht

Grondprijzenbrief 2015 Gemeente Stichtse Vecht Grondprijzenbrief 2015 Gemeente Stichtse Vecht 28 mei 2015 Inleiding Deze grondprijzenbrief geeft uitvoering aan de Nota Grondbeleid 2013 waarin het grondbeleid en de te hanteren instrumenten zijn vastgelegd.

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turf Markt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk 35177

Nadere informatie

BELEIDSREGEL SOCIALE WONINGBOUW

BELEIDSREGEL SOCIALE WONINGBOUW BELEIDSREGEL SOCIALE WONINGBOUW Gemeente Zoeterwoude Vastgesteld door college: 28 maart 2017 Vastgesteld door gemeenteraad: Gemeente Zoeterwoude Beleidsregel sociale woningbouw 2 Aanleiding In 2010 heeft

Nadere informatie

Overeenkomst Bouwfonds KVL-terrein fase I

Overeenkomst Bouwfonds KVL-terrein fase I Overeenkomst Bouwfonds KVL-terrein fase I zakelijke weergave (openbaar) Noot: Op 10 oktober 2013 behandelt de gemeenteraad het masterplan voor de ontwikkeling van het KVL-terrein in Oisterwijk. Onderdeel

Nadere informatie