Bijlagen. bij de hoofdstukken van Concept van de Update richtlijn Schizofrenie maart 2010

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijlagen. bij de hoofdstukken van Concept van de Update richtlijn Schizofrenie maart 2010"

Transcriptie

1 Bijlagen bij de hoofdstukken van Concept van de Update richtlijn Schizofrenie maart

2 Bijlage Hoofdstuk 1 3 Bijlage Hoofdstuk 2 Algemene aspecten van schizofrenie 4 Bijlage Hoofdstuk 3 Diagnostiek 3.1 Criteria voor diagnose schizofrenie De belangrijkste risicofactoren voor schizofrenie Aanvullend diagnostisch onderzoek Diagnostiek van suïcidaliteit Onderscheiden psychotische stoornis door cannabis van schizofrenie Routine Outcome Monitoring Diagnostiek Ultra hoog risicogroep Bijlage Hoofdstuk Psychosociale interventies Cognitieve gedragstherapie Counseling en steunende psychotherapie Psychodynamische en psychoanalytische therapie Copingstrategieën bij hallucinaties Cognitieve remediatie en revalidatie Gezinstherapie Psychoeducatie Adherence therapie Vaktherapie Ergotherapie Vaardigheidstraining Lotgenotencontacten Bijlage Hoofdstuk 6 Zorg, begeleiding en ervaringsdeskundigheid Verpleegkundige zorg Verpleegkundige interventies Inzet van ervaringsdeskundigen Bijlage Hoofdstuk 7 Maatschappelijke participatie en rehabilitatie Brede rehabilitatiebenaderingen Wonen Werken Leren Sociale Contacten: effect interventie op aantal sociale contacten Stigma Bijlage Hoofdstuk 8 Zorgorganisatie Het effect van assertive community treatment (ACT) Het effect van dagbehandeling Het effect van dagactiviteitencentra De huisarts en de zorg voor mensen met schizofrenie Somatische screening Familiebeleid en triadekaart Bijlage hoofdstuk 9 Implementatie 97 4 Literatuur Deel I - Implementatie algemeen Literatuur Deel II - Interventiespecifieke aanbevelingen BIJLAGEN bij Concept 26 maart 2

3 Bijlage Hoofdstuk 1 Literatuur: Turner EH, Matthews AM, Linardatos E, Tell RA, Rosenthal R. (08). Selective publication of antidepressant trials and its influence on apparent efficacy. New England Journal of Medicine, 38(3), Ryan, N.D. (0). Treatment of depression in child and adolescents. Lancet, 366, BIJLAGEN bij Concept 26 maart 3

4 Bijlage Hoofdstuk 2 Algemene aspecten van schizofrenie Literatuur Hengeveld M. e.a. () Leerboek psychiatrie. 2e druk. Uitgeverij de Tijdstroom, Hirsch SR & Weinberger D (03). Schizophrenia, 2nd Edition. Oxford, Blackwell. McGrath J, Saha S, Welham J et al. (04) A systematic review of the incidence of schizophrenia: the distribution of rates and the influence of sex, urbanicity, migrant status, and methodology. BMC Med, 2; 13. Tiihonen J, Lonnqvist J, Wahlbeck K et al. (09). 11-year follow-up of mortality in patients with schizophrenia: a population-based cohort study (FIN11 study). Lancet, 374, Palmer BA, Pankratz VS, Bostwick JM (0). The lifetime risk of suicide in schizophrenia: a re-examination. Arch Gen Psychiatry, 62, BIJLAGEN bij Concept 26 maart 4

5 Bijlage Hoofdstuk 3 Diagnostiek 3.1 Criteria voor diagnose schizofrenie Wetenschappelijk bewijs De American Psychiatric Association (APA) en de World Health Organization (WHO) hebben criteria geformuleerd voor de diagnose schizofrenie, die bekend staan als respectievelijk de DSM-IV-criteria (1994) en de ICD- criteria (1992). Beide classificaties berusten op consensus van deskundigen en zijn daarom enigszins arbitrair. Schizofrenie kent geen pathognomonische symptomen. Dit betekent dat er geen symptomen zijn die alleen bij schizofrenie voorkomen en niet bij andere psychiatrische aandoeningen. De DSM-IV kent behalve de categorie schizofrenie ook de categorieën schizofreniforme stoornis (29.) en schizo-affectieve stoornis (29.70). Het belangrijkste verschil tussen schizofrenie en de schizofreniforme stoornis is gelegen in de duur van de symptomen. Voor de diagnose schizofreniforme stoornis moeten de symptomen ten minste 1 maand aanwezig zijn geweest, bij schizofrenie 6 maanden. Het voornaamste verschil tussen de schizo-affectieve stoornis en schizofrenie is de aanwezigheid van een belangrijke stoornis in de stemming bij de schizo-affectieve stoornis. 2 3 Om te voldoen aan de ICD--criteria voor schizofrenie hoeven de kenmerkende symptomen maar 1 maand aanwezig te zijn geweest. De ICD- kent daarom geen schizofreniforme stoornis, omdat patiënten die aan de DSM-IV-criteria voor schizofreniforme stoornis voldoen, vrijwel altijd voldoen aan de ICD--criteria voor schizofrenie. De ICD- kent wel de schizo-affectieve stoornis, maar de criteria hiervoor verschillen duidelijk van de DSM-IV-criteria. De diagnose schizo-affectieve stoornis volgens de ICD- wordt gesteld als de stemmingsstoornis zich eerder manifesteert dan de eerste psychotische symptomen. Bij de DSM-IV daarentegen gaat het om de duur van de stemmingsstoornis in verhouding tot de duur van de psychotische stoornis. Als de stemmingsstoornis van korte duur is, krijgt de patiënt een DSM-IV-diagnose schizofrenie, ook als de stemmingsstoornis voorafgaat aan de psychotische stoornis. Verder kent de ICD- de categorie schizophrenia simplex. Deze stoornis wordt gekenmerkt door een geleidelijk ontstaan van negatieve symptomen zonder dat er ooit psychotische symptomen zijn geweest. 4 Men heeft getracht de veelheid aan symptomen van schizofrenie te reduceren met behulp van factoranalyse. Hoewel men nog geen overeenstemming heeft kunnen bereiken over een definitieve indeling, onderscheidt men inmiddels wel drie dimensies of groepen van symptomen: positieve symptomen (o.m. wanen en hallucinaties), negatieve symptomen (o.m. vlak affect, spraakarmoede, initiatiefverlies en sociale teruggetrokkenheid) en symptomen van desorganisatie (o.m. formele denkstoornissen, chaotisch gedrag) (Smith e.a., 1998). Er zijn aanwijzingen dat ook stoornissen in de stemming (depressie, opwinding, manie) een aparte dimensie vormen (Van Os & Verdoux, 03). BIJLAGEN bij Concept 26 maart

6 De negatieve symptomen domineren vaak het klinische beeld wanneer de psychose geweken is en bepalen in belangrijke mate de prognose. Soms zijn negatieve symptomen reeds gedurende de psychotische fase duidelijk aanwezig, maar vaak vallen ze dan in het niet bij de positieve symptomen. In de hedendaagse literatuur wordt een onderscheid gemaakt tussen primaire en secundaire negatieve symptomen, waarbij de primaire of idiopathische negatieve symptomen toegeschreven worden aan de aandoening zelf en de secundaire aan bekende oorzaken van verminderd functioneren. De diagnose primair negatief symptoom wordt dus bij uitsluiting gesteld. Secundaire negatieve symptomen kunnen het gevolg zijn van positieve symptomen (sociale teruggetrokkenheid op basis van paranoïdie is immers heel wat anders dan geen behoefte aan contact). Ze kunnen ook optreden in het kader van een depressief syndroom of een rouwproces, langdurige hospitalisatie en sociale angst. Bovendien kunnen klassieke antipsychotica, maar ook nieuwe antipsychotica in hogere doseringen, extrapiramidale bijwerkingen veroorzaken, waaronder motorische vertraging, vervlakking van de psychomotoriek en stijfheid, die sprekend kunnen lijken op een negatief syndroom. 2 Negatieve symptomen kunnen ook het gevolg zijn van een conditieverzwakkende lichamelijke aandoening. Verder kan men secundaire negatieve symptomen bij veel patiënten interpreteren als zelfbeschermend gedrag, omdat te veel stimulatie bij hen een psychose zou provoceren. Ten slotte kan verergering van de negatieve symptomatologie een voorbode zijn van een naderend recidief. Soms gaat dat gepaard met voor de patiënt min of meer typische prodromi. Het mag duidelijk zijn dat de aanwezigheid van negatieve symptomen om differentiële diagnostiek vraagt, omdat primaire en secundaire negatieve symptomen om verschillende interventies vragen. 3.4 De belangrijkste risicofactoren voor schizofrenie Wetenschappelijk bewijs Genetische risicofactoren 3 Het bewijs voor de invloed van genetische factoren is onomstreden. De tabel in paragraaf 2.4 toont de risico s voor eerste-, tweede- en derdegraadsverwanten van patiënten met schizofrenie (Gottesman, 1991). Men moet zich echter realiseren dat de meeste patiënten geen eerste- of tweedegraadsverwanten met de stoornis hebben (Gottesman, 1991). Er zijn op dit moment sterke aanwijzingen dat variatie in de genen voor neuregulin en dysbindine het risico van schizofrenie beïnvloeden. Het gaat hierbij om een klein, maar statistisch significant effect (Kennedy e.a., 03). 22q11-deletiesyndroom 4 Een geheel aparte risicofactor voor schizofrenie is het 22q11-deletiesyndroom (22q11DS), dat ook wel bekend staat als het velocardiofaciale syndroom of als het DiGeorge-syndroom. Personen met deze aandoening hebben een microdeletie op de lange arm van chromosoom 22 en het risico van schizofrenie bedraagt voor hen ongeveer 2% (Murphy e.a., 1999; Murphy & Owen, 01). Het 22q11DS komt in de BIJLAGEN bij Concept 26 maart 6

7 algemene bevolking bij ongeveer 1 op de 00 personen voor en men schat dat ongeveer 1-2% van de patiënten met schizofrenie een 22q11DS heeft (Bassett & Chow, e.a., 1999). Een speciale paragraaf in deze richtlijn is daarom gewijd aan de herkenning van dit syndroom (zie 3.). Geslacht en leeftijd Uit een meta-analyse is gebleken dat de kans op een klinisch herkende vorm van schizofrenie bij mannen ongeveer -0% hoger is dan bij vrouwen (Aleman e.a., 03). Hoewel de eerste psychotische symptomen op elke leeftijd kunnen ontstaan, gebeurt dit meestal tijdens de adolescentie of de jongvolwassenheid, bij mannen gemiddeld jaar eerder dan bij vrouwen. Bij mannen stijgt de kans op het ontwikkelen van schizofrenie met de leeftijd naar een hoge piek in de leeftijdscategorie -2 jaar, waarna het risico steeds kleiner wordt, maar nooit helemaal verdwijnt. Bij vrouwen stijgt het risico langzamer dan bij mannen naar een lagere en latere piek en daalt het risico daarna langzamer (Häfner e.a., 1993). Dus tot ongeveer -jarige leeftijd is het risico voor mannen hoger dan voor vrouwen, en daarna is het omgekeerde het geval. Sociaal-economische status van de ouders 2 De sociaal-economische status van de ouders heeft geen belangrijke invloed op het ontstaan van schizofrenie (Dohrenwend e.a., 1992; Wiersma e.a. 1983). Intelligentie Een laag IQ is een risicofactor voor het ontstaan van schizofrenie. In een Zweeds onderzoek onder mannelijke rekruten is gevonden dat het latere risico voor personen met een IQ van bijvoorbeeld 90-9 ongeveer 3 keer zo hoog is als voor personen met een IQ van meer dan 126 (David e.a., 1997). Urbanisatiegraad 3 Geboren worden en opgroeien in een stedelijke omgeving is een risicofactor (Mortensen e.a., 1999). Zo is in Nederland het risico voor personen geboren in de randstad ongeveer 0% hoger dan voor personen geboren daarbuiten (Marcelis e.a., 1998). Nader onderzoek in Denemarken heeft aannemelijk gemaakt dat het hier niet gaat om de plaats van geboorte, maar op de plaats van opgroeien (Pedersen & Mortensen, 01). Prenatale en perinatale risicofactoren 4 Er zijn geen onomstreden prenatale risicofactoren voor schizofrenie. Er zijn aanwijzingen dat bepaalde aandoeningen of gebeurtenissen tijdens de zwangerschap (zoals diabetes, rubella, toxicose, resusantagonisme, bloedverlies, ernstige ondervoeding, psychosociale stress van de moeder) de kans op schizofrenie vergroten, maar zeker is dit niet (Brown e.a., 01; Cannon e.a., 02; Hollister e.a., 1996; Van BIJLAGEN bij Concept 26 maart 7

8 Os & Selten, 1999; Selten e.a., 1999b; Susser e.a. 1999). Griep van de zwangere moeder is waarschijnlijk geen risicofactor (Selten e.a., 1999a). Twee meta-analysen vonden een significant verband tussen diverse obstetrische complicaties en de kans op schizofrenie, maar het relatief risico is doorgaans niet hoger dan 2 en een causaal verband is onzeker (Geddes & Lawrie, 199; Geddes e.a. 1999). Men heeft geopperd dat zuurstoftekort een gemeenschappelijke noemer van deze obstetrische complicaties is. Een risicofactor die men met de huidige kennis niet kan indelen als een pre-, peri- of postnataal, is het jaargetijde van de geboorte. Op het noordelijk halfrond is geboorte in winter of lente geassocieerd met een -8% verhoogd risico, terwijl het risico in de zomermaanden verlaagd is (Torrey e.a., 1997). Zo is in Nederland het risico voor personen geboren in de maanden mei en juni ongeveer 14% hoger dan voor personen geboren in de maanden augustus en september (Selten e.a., 00). Overige risicofactoren 2 Het gebruik van cannabis (Andreasson e.a., 1987; Zammit e.a., 03) is geassocieerd met een verhoogd risico op schizofrenie. Het latere risico voor Zweedse rekruten die vóór de militaire keuring meer dan 0 joints hadden gebruikt, was ongeveer 6 keer hoger dan dat voor niet-gebruikers. Een causale relatie is echter omstreden, omdat het gebruik van cannabis en het ontstaan van schizofrenie beide het gevolg kunnen zijn van andere factoren. In West-Europa is een relatie gevonden tussen schizofrenie en een voorgeschiedenis van migratie. In Nederland zijn verhoogde risico s gevonden bij eerste- en tweedegeneratie-surinamers, bij eerste-generatie-antillianen, bij eerste- en tweede-generatie Marokkaanse mannen en bij migranten uit andere niet-westerse landen (Selten, 02; Selten e.a., 01; Sharpley e.a., 01). De relatieve risico s ten opzichte van autochtonen varieerden van 2 tot 8 en de verklaring is onzeker. Literatuur 3 Aleman, A., Kahn, R.S., & Selten, J.P. (03). Sex differences in risk of schizophrenia. Evidence from meta-analysis. Archives of General Psychiatry, 60, American Psychiatric Association. (1994). Diagnostic and statistical manual of mental disorders, 4th edition. Washington, DC: American Psychiatric Association. Andreasen, N.C., Flaum, M., & Arndt, S. (1992). The comprehensive assessment of symptoms and history (CASH): an instrument for assessing diagnosis and psychopathology. Archives of General Psychiatry, 49, Anthony, J.C., Folstein, M., Romanoski, A.J., e.a. (198). Comparison of the lay Diagnostic Interview Schedule and a standardized psychiatric diagnosis. Archives of General Psychiatry, 42, BIJLAGEN bij Concept 26 maart 8

9 Bassett, A.S., & Chow, E.W.C. (1999). 22q11 Deletion syndrome: A genetic subtype of schizophrenia. Biological Psychiatry, 46, Brown, A.S., Cohen, P., Harkavy-Friedman, J., e.a. (01). Prenatal rubella, premorbid abnormalities, and adult schizophrenia. Biological Psychiatry, 49, Cannon, M., Jones, P.B., & Murray, R.M. (02). Obstetric complications and schizophrenia: historical and meta-analytic review. American Journal of Psychiatry, 9, Castle, D.J., & Murray, R.M. (1993). The epidemiology of late-onset schizophrenia. Schizophrenia Bulletin, 19, David, A.S., Malmberg, A., Brandt, L., e.a. (1997). IQ and risk for schizophrenia: a population-based cohort study. Psychological Medicine, 27, Dohrenwend, B.P., Levav, I., Shrout, P.E., e.a. (1992). Socio-economic status and psychiatric disorders: the causation selection issue. Science, 2, Geddes, J.R., & Lawrie, M. (199). Obstetric complications and schizophrenia: a metaanalysis. British Journal ofpsychiatry, 167, Geddes, J.R., Verdoux, H., Takei, N., e.a. (1999). Schizophrenia and complications of pregnancy and labor: an individual patient data meta-analysis. Schziphrenia Bulletin, 2, Gottesman, I. (1991). Schizophrenia genesis. The origins of madness. New York: Freeman & Co. Haasen, C., Yagdiran, O., Mass, R., e.a. (00). Potential for misdiagnosis among Turkish migrants with psychotic disorders: a clinical controlled study in Germany. Acta Psychiatrica Scandinavica, 1, Häfner, H., Maurer, K., Löffler, W., e.a. (1993). The influence of age and sex on the onset and early course of schizophrenia. British Journal of Psychiatry, 162, Hollister, J.M., Laing, P., & Mednick, S.A. (1996). Rhesus incompatibility as a risk factor for schizophrenia in male adults. Archives of General Psychiatry, 3, Howard, R., Almeida, O., & Levy, R. (1994). Phenomenology, demography and diagnosis in late paraphrenia. Psychological Medicine, 24, Kennedy J.L., Farrer L.A., Andreasen N.C., e.a. (03) The genetics of adult-onset neuropsychiatric disease: complexities and conundra? Science, 2, Leung, A., & Chue, P. (00). Sex differences in schizophrenia, a review of the literature. Acta Psychiatrica Scandinavica, 1, BIJLAGEN bij Concept 26 maart 9

10 Lewine, R.R. (1988). Gender and schizophrenia. In H.A. Nasrallah (Red.), Handbook of schizophrenia, Volume 3 (pp ). Amsterdam: Elsevier. Lieberman, J., & Murray R.M. (01). Comprehensive care of schizophrenia. A textbook of clinical management. London/New York: Taylor & Francis. Marcelis, M., Navarro-Mateu, F., Murray, R., e.a. (1998). Urbanization and psychosis: a study of birth cohorts in The Netherlands. Psychological Medicine, 28, McEvoy, J.P., Schooler, N.C., & Wilson, W.H. (1991). Predictors of therapeutic response to haloperidol in acute schizophrenia. Psychopharmacology Bulletin, 27, McKenna, K., Gordon, Ch.T., Lenane, M., e.a. (1994). Looking for childhood-onset schizophrenia: the first 71 cases screened. Journal of the American Academy of Child and Adolescent Psychiatry, 33, Mortensen, P.B., Pedersen, C.B., Westergaard, T., e.a. (1999). Effects of family history and place and season of birth on the risk of schizophrenia. New England Journal of Medicine, 3, Murphy, K.C., & Owen, M.J. (01). Velo-cardio-facial syndrome: a model for understanding the genetics and pathogenesis of schizophrenia. British Journal of Psychiatry, 179, Murphy, K.C., Jones, L.A., & Owen, M.J. (1999). High rates of schizophrenia in adults with velo-cardio-facial syndrome. Archives of General Psychiatry, 6, Nurnberger, J.I., Jr., Blehar, M.C., Kaufmann, C.A., e.a. (1994). Diagnostic interview for genetic studies. Rationale, unique features, and training. NIMH Genetics Initiative. Archives of General Psychiatry, 1, Os, J. van, & Selten, J.P. (1998). Prenatal exposure to maternal stress and subsequent schizophrenia. British Journal of Psychiatry, 172, Os, J. van, & Verdoux, H. (03). Diagnosis and classification of schizophrenia: categories versus dimensions, distributions versus disease. In R.M. Murray, P.B. Jones, E.S. Susser e.a. (Red.). The epidemiology of schizophrenia (pp ). Cambridge: Cambridge University Press. Pedersen, C., & Mortensen, P.B. (01). Dose-response relationship between urbanicity during upbringing and schizophrenia risk. Archives of General Psychiatry, 8, Schwartz, J.E., Fennig, S., Wanenberg-Karant, M., e.a. (00). Congruence of diagnoses 2 years after a first-admission diagnosis of psychosis. Archives of General Psychiatry, 7, BIJLAGEN bij Concept 26 maart

11 Selten, J.P. (02). Epidemiologie van schizofrenie bij migranten in Nederland. Tijdschrift voor Psychiatrie, 44, Selten, J.P., Brown, A.S., Moons, K.G.M., e.a. (1999a). Prenatal exposure to the 197 influenza pandemic and non-affective psychosis in the Netherlands. Schizophrenia Research, 38, Selten, J.P., van der Graaf, Y., Dijkgraaf, M., e.a. (00). Seasonality of schizophrenia and stillbirths in The Netherlands. Schizophrenia Research, 44, Selten, J.P., van der Graaf, Y., van Duursen, R., e.a. (1999b). Psychotic illness after prenatal exposure to the 193 Dutch Flood Disaster. Schizophrenia Research, 3, Selten, J.P., Veen, N.D., Feller, W.G., e.a. (01). Incidence of psychotic disorders in immigrant groups to the Netherlands. British Journal of Psychiatry, 178, Sharpley, M., Hutchinson, G., McKenzie, K., e.a. (01). Understanding the excess of psychosis among the African-Caribbean population in England. Review of current hypotheses. British Journal of Psychiatry(Suppl. ), S60-S68. 2 Smith, D.A., Mar, C.M., & Turoff, B.K. (1998). The structure of schizophrenia symptoms: a meta-analytic confirmatory factor analysis. Schizophrenia Research, 31, Spitzer, R.L., Williams, J.B., Gibbon, M., e.a. (1992). The structured clinical interview for DSM-III-R (SCID). History, rationale and description. Archives of General Psychiatry, 49, Susser, E., Neugebauer, R., Hoek, H.W., e.a. (1996). Schizophrenia after prenatal famine. Further evidence. Archives of General Psychiatry, 3, Torrey, E.F., Miller, J., Rawlings, R., e.a. (1997). Seasonality of births in schizophrenia and bipolar disorder: a review of the literature. Schizophrenia Research, 28, Wiersma, D., Giel, R., de Jong, A., e.a. (1983). Social class and schizophrenia in a Dutch cohort. Psychological Medicine, 13, Wing, J.K., Cooper, J.E., & Sartorius, N. (1974). The measurement and classification of psychiatric symptoms. Cambridge: Cambridge University Press. 4 Wing, J.K., Sartorius, N., & Ustun, T.B. (1998). Diagnosis and clinical measurement in psychiatry. A reference manual for SCAN/PSE-. Cambridge: Cambridge University Press. World Health Organization. (1992). The ICD- classification of mental and behavioural disorders: clinical descriptions and diagnostic guidelines. Geneva: World Health Organization. BIJLAGEN bij Concept 26 maart 11

12 Wynn Owen, P.A., & Castle, D.J. (1999). Late-onset schizophrenia, epidemiology, diagnosis, management and outcomes. Drugs & Aging,, Zammit, S., Allebeck, P., Andreasson, S., e.a. (02). Self-reported cannabis use as a risk factor for schizophrenia in Swedish conscripts of 1969: historical cohort study. BMJ, 32, Boonstra N., Wunderink L, Sytema S., Wiersma D., Detection of psychosis by mental health care services; a naturalistic cohort study. Clinical Practice and Epidemiology in Mental Health. 08, 4:29 Boonstra N, Wunderink L, Sytema S, Wiersma D, Improving detection of first episode psychosis by mental health-care services using a self-report questionnaire. Early Intervention in Psychiatry. December 09, 3; Brunet K, Birchwood M, Lester H, Thornhill K, Delays in mental health services and duration of untreated psychosis. Psychiatric Bulletin. 07, 31, 8-4. Marshall M, Lewis S, Lockwood A, Drake R, Jones P, Croudace T. Association between duration of untreated psychosis and outcome in cohorts of first-episode patients: a systematic review. Arch Gen Psychiatry. 0 Sep;62(9): Perkins DO, Gu H, Boteva K, Lieberman JA. Relationship between duration of untreated psychosis and outcome in first-episode schizophrenia: a critical review and metaanalysis. Am J Psychiatry. 0 Oct;162(): Aanvullend diagnostisch onderzoek Wetenschappelijk bewijs 3 Bij patiënten met schizofrenie vindt niet zelden een psychologisch onderzoek plaats. Het kan daarbij gaan om onderzoek naar persoonlijkheidskenmerken, overige psychopathologie, capaciteiten, vaardigheden en interesses, of om cognitieve functiestoornissen in het kader van een neuropsychologisch onderzoek. Een aanzienlijk deel van de patiënten met schizofrenie naar schatting rond de 0% lijdt aan neuropsychologische stoornissen, waarbij functies als concentratie, geheugen, planning, abstract redeneren, conceptformatie, impulsregulatie, besluitvormingsvermogen en vigilantie kunnen zijn aangetast (Aleman e.a., 1999; Nieuwenstein e.a., 01). Deze functiestoornissen kunnen grote invloed hebben op het persoonlijke, het praktische en het sociale functioneren van de patiënt. De ernst van de stoornissen is medebepalend voor de mate waarin de patiënt in staat is te profiteren van de aangeboden behandeling, in het bijzonder vaardigheids- en rehabilitatietrainingen (Wiedl 1999; Wiedl & Wienobst, 1999). Er zijn aanwijzingen dat de prestaties van de patiënt op verbale geheugentaken en kaartsorteertaken een relatief hoge predictieve waarde hebben met betrekking tot het vermogen om effectief te participeren in psychosociale interventieprogramma s (Van der Gaag & Van Os, 02). Er zijn aanwijzingen dat BIJLAGEN bij Concept 26 maart 12

13 neuropsychologische functiestoornissen een belangrijke determinant zijn van de sociaalmaatschappelijke uitkomst (Green, 1998). Bij het samenstellen van de update heeft de werkgroep literatuur gezocht over de kwaliteit van recent ontwikkelde instrumenten. Een veelbelovende ontwikkeling in de periode 0-09 betreft de ontwikkeling van MATRICS (Measurement and Treatment Research to Improve Cognition in Schizophrenia) en van CMINDS (Computerized Multiphasic Interactive Neurocognitive Dual Display System), testbatterijen om het cognitief functioneren te meten in het kader van wetenschappelijk onderzoek (Nuechterlein et al., 08; O Halloran et al., 09). Deze testbatterijen zijn echter nog niet vertaald en de bruikbaarheid in het Nederlandse taalgebied is nog niet onderzocht Diagnostiek zorgvragen en zorgbehoeften Wetenschappelijk bewijs 2 Het systeem van gezondheidspatronen is in het midden van de jaren zeventig ontwikkeld op basis van reeds bestaande assessment-instrumenten in de verpleegkunde. Validering van de lijst van Gordon heeft plaatsgevonden op basis van experts-opinions en op basis van systematische toetsing van dit instrument in de verpleegkundige praktijk (Gordon, 1994). Psychometrisch onderzoek in de stricte zin van het woord heeft niet plaatsgevonden. Het betreft hier immers geen instrument in de klassieke betekenis (met kwantitatieve metingen), maar een assessment-instrument dat leidt tot kwalitieve beschrijvingen van de zorgvragen en zorgbehoeften van patiënten. De Camberwell Assessment of Need is in de negentiger jaren gevalideerd op basis van de meningen van experts en op basis van een survey naar zorgbehoeften onder patiënten met ernstige psychiatrische stoornissen (Phelan e.a., 199). Het gaat hier dus om face-validity en inhoudsvaliditeit. De betrouwbaarheid van het instrument bleek ruim voldoende. De CAN is later in vijf Europese landen (waaronder Nederland) op betrouwbaarheid onderzocht met eveneens bevredigende testresultaten (McCrone e.a., 00). 3 Onderzoeken waarin wordt aangetoond dat het gebruik van de functionele gezondheidspatronen volgens de lijst van Gordon of de CAN tot een beter resultaat leidt van de behandeling van patiënten met schizofrenie heeft de werkgroep niet gevonden. Literatuur Aleman, A., Hijman, R., de Haan, E.H., e.a. (1999). Memory impairment in schizophrenia: a meta-analysis. American Journal of Psychiatry, 6, Gaag, M. van der, & van Os, J. (02). De invloed van cognitieve functiestoornissen op de sociaal-maatschappelijke uitkomst van schizofrenie. Tijdschrift voor Psychiatrie, 44, Gordon, M. (1994). Nursing Diagnosis. Process and Application. St. Louis: Mosby. BIJLAGEN bij Concept 26 maart 13

14 Green MF. (1998). Schizophrenia from a Neurocognitive Perspective: Probing the Impenetrable Darkness. Boston: Allyn and Bacon, McCrone, P., Leese, M., Thornicroft, G., e.a. (00). Reliability of the Camberwell Assessment of Need European Version. British Journal of Psychiatry, 177(Suppl. 39), S34-S. Nieuwenstein, M.R., Aleman, A., & de Haan, E.H. (01). Relationship between symptom dimensions and neurocognitive functioning in schizophrenia: a meta-analysis of WCST and CPT studies. Journal of Psychiatric Research, 3, Nuechterlein KH, Green MF, Kern RS et al. (08). The MATRICS Consensus Cognitive Battery, part 1. Test selection, reliability and validity. American Journal of Psychiatry, 16, O Halloran JP, Kemp AS, Gooch KN et al. (09). Psychometric comparison of computerized and standard administration of the neurocognitive assessment instruments selected by the CATIE and MATRICS consortia among patients with schizophrenia. Schizophrenia Research, 6, Phelan, M., Slade, M., Thornicroft, G., e.a. (199). The Camberwell Assessment of Need: the validity and reliability of an instrument to assess the needs of people with severe mental illness. British Journal of Psychiatry, 167, Wiedl, K.H. (1999). Rehab rounds: cognitive modifiability as a measure of readiness for rehabilitation. Psychiatric Services, 0, Wiedl, K.H., & Wienobst, J. (1999). Interindividual differences in cognitive remediation research with schizophrenic patients indicators of rehabilitation potential? International Journal of Rehabilitation Research, 22, Diagnostiek van suïcidaliteit Literatuur Caldwell, C.B., & Gottesman, I.I. (1990). Schizophrenics Kill Themselves Too: A Review of Risk Factors for Suicide. Schizophrenia Bulletin, 16, Fenton, W.S. (00). Depression, suicide, and suicide prevention in schizophrenia. Suicide and Life-Threatening Behavior,, Meltzer, H.Y. (02). Suicidality in schizophrenia: a review of the evidence for risk factors ans treatment options. Current Psychiatry Reports, 4, BIJLAGEN bij Concept 26 maart 14

15 Palmer BA, Pankratz VS, Bostwick JM (0). The lifetime risk of suicide in schizophrenia: a re-examination. Arch Gen Psychiatry, 62, Pinikahana, J., & Happell, B. (03). Suicide and schizophrenia: A review of the literature for the decade ( ) and implications for mental health nursing. Issues in Mental Health Nursing, 24, Reid, S. (1998). Suicide in schizophrenia. A review of the literature. Journal of Mental Health, 7, Siris, S. G. (01). Suicide and schizophrenia. Journal of Psychopharmacology,, US Preventive Services Task Force. (1998). Screening for suicide risk. Guide to Clinical Preventive Services (2de druk), pp Onderscheiden psychotische stoornis door cannabis van schizofrenie Literatuur American Psychiatric Association (1994), Diagnostic and Statistic Manual of Mental Disorders, Fourth edition. Washington DC, Pagina Arendt, M. et al. Cannabis-induced psychosis and subsequent schizophrenia-spectrum disorders: follow-up study of 3 incident cases. Br J Psychiatry 187, (0). Morrison P.D. et al. The acute effects of synthetic intravenous Delta-9- tetrahydrocannabinol on psychosis, mood and cognitive functioning. Psychological Medicine, 39, 1607 (09). André C et al. Delirium following ingestion of marijuana present in chocolate cookies. CNS Spectr, 11, 262, Favrat et al. Two cases of cannabis acute psychosis following the administration of oral cannabis. BMC Psychiatry,, Routine Outcome Monitoring Wetenschappelijk bewijs 4 Er is nog maar weinig onderzoek gedaan naar de effecten van Routine Outcome Monitoring (ROM). Marschall e.a. (04) onderzochten de effecten van het systematisch meten van zorgbehoeften bij patiënten met een ernstige psychiatrische stoornis plus feedback daarover naar de zorgcoördinator. In de controleconditie kregen patiënten standaard zorg, zonder systematisch meten van zorgbehoeften en feedback daarover. Na een jaar follow-up kon niet aangetoond worden dat de interventie het aantal BIJLAGEN bij Concept 26 maart

16 zorgbehoeften meer reduceerde dan de informele en ongestructureerde standaard zorg van de zorgcoördinator (OR 1.28, 9%BI , p=0.2). Tevens kon geen effect van de interventie aangetoond worden op symptomatologie, sociaal functioneren of op de kwaliteit van leven, maar er was wel een (klein) positief effect zichtbaar voor de tevredenheid van de patiënt. De tweede RCT (Slade e.a., 06) betrof een studie naar de effecten van gebruikelijke zorg plus maandelijks ROM met 3-maandelijkse feedback over de uitkomsten aan zowel patiënt als behandelstaf, vergeleken met gebruikelijke zorg alleen. Deze evaluatie bij 160 patiënten, met een follow-up van 7 maanden, kon niet aantonen dat ROM met feedback significant effectiever was in het reduceren van zorgbehoeften (MD 0., 9%BI -1.2, 1.; p=0.83). Er werd geen bewijs gevonden dat de interventie de kwaliteit van leven verbeterde (MD , 9%BI 0.44, 0.31;p=0.72). Evenmin kon een significant verschil in uitkomst tussen interventie- en controlegroep aangetoond worden op diverse secundaire uitkomstmaten zoals de ernst van de geestelijke gezondheidsproblemen, symptomatologie, het sociaal functioneren, de therapeutische alliantie en ontvangen zorg anders dan ziekenhuisopnames. Er kon wel een significante reductie in psychiatrische opnames aangetoond worden (gemiddeld 0.13 vs 0.33 opnames, 9%BI -0.46,-0.04) en de opnames waren bovendien van significant kortere duur (gemiddeld 3. vs.0 dagen, 9%BI -16.4,1.). De kosten van de interventie werden ruimschoots terugverdiend door de reductie in het aantal opnamen. Literatuur 2 Marschall M, Lockwood A, Green G, et al. (04). Systematic assessments of need and care planning in severe mental illness. British Journal of Psychiatry, 18, Slade M, Kuipers E, Leese M et al. (06). Use of standardized outcome measures in adult mental health services. Randomised controlled trial. British Journal of Psychiatry, 189, Diagnostiek Ultra hoog risicogroep Wetenschappelijk bewijs De zoekactie heeft 4 artikelen opgeleverd, waarvan 3 van dezelfde auteur (Cannon e.a., 08; Yung e.a., 0; Yung e.a., 06, Yung e.a., 08). 4 CAARMS Yung e.a. hebben de Comprehensive Assessment of At-Risk Mental States (CAARMS) ontwikkeld, een interview met een goede interbeoordelaarbetrouwbaarheid. BIJLAGEN bij Concept 26 maart 16

17 De positief voorspellende waarde was echter laag en erg afhankelijk van de groep waarin dit meetinstrument werd gebruikt. Als de groep al een voorselectie was van personen met een risico voor psychoses, dan was de voorspellende waarde beter dan bij mensen die alleen hulp zochten, maar geen psychotische klachten hadden. Dit betekent dat het instrument niet is in te zetten in de algemene bevolking vanwege het hoge aantal valspositieven, d.w.z. personen die ten onrechte worden aangemerkt met een verhoogd risico op een psychotische stoornis. In de hoogrisico groep bleken de negatieve symptomen gemeten door de CAARMS voorspellend voor het ontwikkelen van een psychose, maar de positieve symptomen niet. De auteurs hebben daar nog geen verklaring voor (Yung e.a., 0). 2 In een vervolgstudie is gekeken naar de voorspellende waarde voor het ontwikkelen van een psychotische stoornis van de status 'ultra-hoog-risico' (UHR) zoals vastgesteld door de CAARMS of door een combinatie van genetische belasting en verslechterd functioneren, zoals vastgesteld door het Family Interview for Genetic Studies (FIGS) en de Global Assessment of Functioning (GAF). Een follow-up na 6 en 12 maanden toonde dat het grootste risico om een psychose te ontwikkelen in de 6 maanden ligt na het vaststellen van de UHR-status. Van de personen aangemerkt waren als UHR ontwikkelde slechts 16% een psychose binnen 2 jaar. Daarom raden de auteurs aan om bij deze personen niet al meteen met medicatie te beginnen. Het vaststellen van een UHR door de onderzoekers met deze instrumenten werd vergeleken met het vaststellen van UHR door clinici, die daar geen gestructureerd interview voor gebruikte. De voorspellende waarde van het gestructureerde interview, waarbij o.a. de CAARMS werd gebruikt had een grotere voorspellende waarde (Yung e.a., 06; Yung e.a., 08). Naast 'false positives' was er ook sprake van 'false negatives'. Een enkeling die niet was aangeduid als hoog risico ontwikkelde toch een psychose (Yung e.a., 0). Dus de CAARMS kan niet uitsluiten dat iemand een psychose ontwikkelt. SIPS 3 4 Cannon e.a. (08) onderzochten de voorspellende waarde van het Structured Interview for Prodromal Symptoms (SIPS) in een hoog-risico groep. Zij trachtten de voorspellende waarde van dit instrument te vergroten door andere variabelen dan prodromale symptomen in de analyse te betrekken. De duur van de follow-up duur was 2 ½ jaar. Van de personen met een positieve score op de SIPS ontwikkelde 3,% een psychotische stoornis. Net als in de studie van Yung e.a. trad conversie van ultra-hoogrisico naar een psychotische stoornis het meest op in de eerste maanden. Andere predictoren dan de SIPs-score bleken: genetisch risico voor schizofrenie met recente vermindering van het functioneren, een hoge score voor ongebruikelijke gedachten, hoge score voor achterdocht, grote sociale belemmeringen en middelenmisbruik in het verleden. Toevoeging van één of meer van deze predictoren vergrootte de voorspellende waarde. Algoritmes die 2 of 3 van deze variabelen combineerden verhoogden de voorspellende waarde naar 68 tot 80%. De auteurs stelden wel dat hun bevindingen bevestigd moesten worden door andere studies. BIJLAGEN bij Concept 26 maart 17

18 Literatuur Cannon TD, Cadenhead K, Cornblatt B e.a. (08). Prediction of psychosis in youth at high clinical risk: a multisite longitudinal study in North America. Archives of General Psychiatry, 6, Yung AR, Yuen HP, McGorry P e.a. (0). Mapping the onset of psychosis: the Comprehensive Assessment of At-Risk Mental States (CAARMS). Austr N Z J Psychiatry, 39, Yung AR, Stanford C, Cosgrave E e.a. (06). Testing the ultra-high risk (prodromal) criteria for the prediction of psychosis in a clinical sample of young people. Schizophr Res, 84, Yung AR, Nelson B, Stanford C e.a. (08). Validation of prodromal criteria to detect individuals at ultra high risk of psychosis: 2 year follow-up. Schizophr Res,, -17. BIJLAGEN bij Concept 26 maart 18

19 Bijlage Hoofdstuk Psychosociale interventies Cognitieve gedragstherapie Wetenschappelijk bewijs De Cochrane Library heeft een meta-analyse gepubliceerd van 19 trials die in publicaties worden beschreven (Jones e.a., 04). Cognitieve gedragstherapie met standaardzorg liet in vergelijking met standaardzorg geen effect zien op relapse en heropnames (4 RCT s, n=37, RR 0.8 9%-BI ), maar had wel een positief effect op opnameduur (1 RCT, n=62, RR 0. 9%-BI , NNT= 4 9% BI 3-). CBT was werkzaam voor de psychische gezondheid op de korte termijn (2 RCT s, n=123, RR 0.7 9% BI , NNT= 4 9%-BI 3-9), maar na 1 jaar was dit verschil niet meer significant (3 RCTs, n=211, RR 0.9 9%-BI ). De Cochrane concludeert dat op psychische gezondheid gemeten met de BDI, BPRS, CPRS, MADRS en PAS geen consistent effect gevonden kon worden. Indien CGT wordt vergeleken met ondersteunende psychotherapie, leidt dit eveneens niet tot het terugdringen van relapses (1 RCT, n=9, RR middellange termijn 0.6 9%- BI 0.2-2; 2 RCT s, n=83, RR lange termijn % BI ). Dit geldt ook voor de uitkomst No clinically meaningful improvements in mental state op de middellange (1 RCT, n=9, RR middellang % BI ; 2 RCT s, n=0, RR lange termijn % BI ). CGT gecombineerd met een psycho-educatieve component heeft ook geen effect op heropnamecijfers in vergelijking met standaardzorg (1 RCT, n=91, RR 0.9 9%-BI ). In de NICE richtlijn (09) zijn in totaal 31 RCT s geïncludeerd (N=3,02), allen gepubliceerd in de periode 1996 tot en met 08. Deze meta-analyse is recent en toont aan dat de gevonden effecten na 04 sterk zijn toegenomen. De NICE richtlijn vindt in tegenstelling tot de Cochrane Library wel consistente effecten op het gebied van psychopathologie en heropnames leidend tot conclusies op niveau 1. Cognitieve gedragstherapie heeft aangetoond effectief te zijn in het verminderen van psychiatrische symptomen tot 18 maanden na de behandeling (PANSS, BPRS en CPRS). Tevens vermindert cognitieve gedragstherapie hallucinaties aan het eind van de behandeling (PSYRATS, 7 RCT s, N=67, SMD -0,24, 9%-BI -0,44- -0,04). De bevindingen bij wanen zijn inconsistent. Het is aannemelijk dat cognitieve therapie bij bevelshallucinaties de aan de stemmen toegeschreven macht vermindert (2 RCT s, N=2, SMD -1,18 9%-BI -1,78- -0,8) en het gehoorzamen aan de stemmen vermindert aan het eind van de behandeling (1 RCT, N=32, SMD -0,97, 9% BI -1,71- -0,23) en bij follow-up. CGT heeft aangetoond effectief te zijn in het verminderen van negatieve symptomen tot 24 maanden na de behandeling (PANSS negatieve symptomen en SANS, 4 RCT s, n=609, SMD -0,29 9%-BI -0,6- -0,01). Dit geldt ook voor depressieve symptomen tot 12 maanden na de behandeling (MADRS, BDI en CDSS) (3 RCT s, N=606, SMD - 0,22, 9%_BI -0,38- -0,0). Effecten op zelfwaardering, sociaal functioneren en ziekte-inzicht zijn tot dusver niet aangetoond of inconsistent. BIJLAGEN bij Concept 26 maart 19

20 Cognitieve therapie is bewezen effectief op het gebied van heropnames bij 18 maanden follow-up ( RCT s, N=9, RR 0.76, 9%-BI 0,61-0,94). De literatuursearch aanvullend op de NICE guideline uitgevoerd, leverde 3 relevante treffers op (Malik, 09; Lysaker, 09; Farhall, 09). De studie van Malik (n=3) richtte zich op het lange termijneffect (24 maanden) van CGT uitgevoerd door verpleegkundigen. Belangrijkste conclusie was dat indien CGT wordt uitgevoerd door verpleegkundigen eveneens een positief effect wordt gevonden op relapse en heropnames in vergelijking met standaardzorg. De studie van Lysaker (n=0) toonde aan het gebruik van CGT een positief effect heeft op arbeidsrehabilitatie (toename aantal mensen aan het werk en toename aantal gewerkte uren). Farhalls studie (n=94) richtte zich heel specifiek op CGTp (waarbij de p staat voor psychosen). Deze studie vond geen significante effecten. Voor het niveau van de conclusies maakt dit geen verschil, aangezien de NICE guideline bij maar liefst 11 RCT s (N=1222, SMD -0,27 9% BI ) een significant resultaat op de totaalscores van de PANSS, BPRS en CPRS vindt aan het eind van de behandeling Literatuur Barrowclough C, Haddock G, Lobban F, Jones S, Siddle R, Roberts C, Gregg L. (06) Group cognitive-behavioural therapy for schizophrenia. Randomised controlled trial.. British Journal of Psychiatry. 189: Bechdolf,A.; Knost,B.; Kuntermann,C.; Schiller,S.; Klosterktter,J.; Hambrecht,M.; Pukrop,R. (04) A randomized comparison of group cognitivebehavioural therapy and group psychoeducation in patients with schizophrenia. Acta Psychiatrica Scandinavica 1: Bechdolf,A.; Kohn,D.; Knost,B.; Pukrop,R.; Klosterkotter,J. (0) A randomized comparison of group cognitive-behavioural therapy and group psychoeducation in acute patients with schizophrenia: outcome at 24 months. Acta Psychiatrica Scandinavica 112(3): Bradshaw, W. (1966). Structured group work for individuals with schizophrenia: a coping skills approach. Research on Social Work Practice, 6, Bradshaw, W. (00). Integrating cognitive-behavioral psychotherapy for persons with schizophrenia into a psychiatric rehabilitation program: results of a three year trial. Community Mental Health Journal, 36, Cather,C.; Penn,D.; Otto,M.W.; Yovel,I.; Mueser,K.T.; Goff,D.C. (0) A pilot study of functional Cognitive Behavioral Therapy (fcbt) for schizophrenia. Schizophrenia Research 74: 1-9. Drury, V., Brichwood, M., Cochrane, R., e.a. (1996). Cognitive therapy and recovery from acute psychosis: a controlled trial. I. Impact on psychotic symptoms. British Journal of Psychiatry, 169, Drury, V., Birchwood, M., Cochrane, R., e.a. (1996). Cognitive therapy and recovery from acute psychosis: a controlled trial. II. Impact on recovery time. British Journal of Psychiatry, 169, Drury, V., Birchwood, M., & Cochrane, R. (00). Cognitive therapy and recovery from acute psychosis: a controlled trial. British Journal of Psychiatry, 177, Durham R C, Guthrie M, Morton R V, Reid D A, Treliving L R, Fowler D, MacDonald R R. Tayside-Fife clinical trial of cognitive-behavioural therapy for medication-resistant psychotic syptoms. British Journal of Psychiatry 03;182: BIJLAGEN bij Concept 26 maart

Bijlagen. bij de hoofdstukken van Concept van de Update richtlijn Schizofrenie maart 2010

Bijlagen. bij de hoofdstukken van Concept van de Update richtlijn Schizofrenie maart 2010 Bijlagen bij de hoofdstukken van Concept van de Update richtlijn Schizofrenie maart 1 Bijlage Hoofdstuk 1 3 Bijlage Hoofdstuk 2 Algemene aspecten van schizofrenie 4 1 2 3 4 Bijlage Hoofdstuk 3 Diagnostiek

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

Pub u l b ic i at a i t e i s

Pub u l b ic i at a i t e i s Internationale publicaties (Peer ( Peer-reviewed reviewed journal articles) Castelein S, Gaag M van der, Bruggeman R, Busschbach JT van, Wiersma, D. Empowerment in People with Psychotic Disorders: A Comparison

Nadere informatie

Behandeling van eerste psychose (waar de richtlijn niet over spreekt) Dr H.J. Gijsman, psychiater Hoofd Zorgprogramma Psychose Pro Persona

Behandeling van eerste psychose (waar de richtlijn niet over spreekt) Dr H.J. Gijsman, psychiater Hoofd Zorgprogramma Psychose Pro Persona Behandeling van eerste psychose (waar de richtlijn niet over spreekt) Dr H.J. Gijsman, psychiater Hoofd Zorgprogramma Psychose Pro Persona Environment Genotype Phenotype Omgeving Gen Psychose Omgeving

Nadere informatie

18/03/2016. inhoud. Zorg voor jongeren met psychiatrische problemen. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie

18/03/2016. inhoud. Zorg voor jongeren met psychiatrische problemen. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie inhoud Zorg voor jongeren met psychiatrische problemen Jongeren als doelgroep Burden of disease in praktijk Slot: New horizont Marijana Cvitan Sutterland psychiater OPZ Geel, Maart, 2016 Juridische grens

Nadere informatie

Op weg naar vermindering van negatieve symptomen/apathie en een betere toekomst in de maatschappij voor mensen met psychosen.

Op weg naar vermindering van negatieve symptomen/apathie en een betere toekomst in de maatschappij voor mensen met psychosen. Op weg naar vermindering van negatieve symptomen/apathie en een betere toekomst in de maatschappij voor mensen met psychosen. Rikus Knegtering 10 September 2015 Lentis, NIC, RGOc, UMCG Abstract: Op weg

Nadere informatie

Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het. Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met. een Psychotische Stoornis.

Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het. Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met. een Psychotische Stoornis. Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met een Psychotische Stoornis. The Effect of Assertive Community Treatment (ACT) on

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

Individuele Rehabilitatiebenadering (IRB) IPS & IRB als voorbeelden van doelmatigheidsonderzoek. Individuele Plaatsing en Steun (IPS)

Individuele Rehabilitatiebenadering (IRB) IPS & IRB als voorbeelden van doelmatigheidsonderzoek. Individuele Plaatsing en Steun (IPS) IPS & IRB als voorbeelden van doelmatigheidsonderzoek Individuele Rehabilitatiebenadering (IRB) Jooske van Busschbach A. Dennis Stant 2 H. Michon 3 M van Vugt 3 W. Swildens 4. RGOc/UMCG, Hogeschool Windesheim

Nadere informatie

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Emerging symptoms on the pathway to psychosis Klaassen, Rianne. Link to publication

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Emerging symptoms on the pathway to psychosis Klaassen, Rianne. Link to publication UvA-DARE (Digital Academic Repository) Emerging symptoms on the pathway to psychosis Klaassen, Rianne Link to publication Citation for published version (APA): Klaassen, M. C. (2013). Emerging symptoms

Nadere informatie

Samenvatting 21580_rietdijk F.indd :09

Samenvatting 21580_rietdijk F.indd :09 Samenvatting 21580_rietdijk F.indd 161 10-02-12 15:09 People at ultra high risk for psychosis Schizofrenie en aanverwante psychotische stoornissen hebben grote negatieve gevolgen voor het sociaal en psychisch

Nadere informatie

Effectiviteit van individuele psychotherapie bij schizofrenie

Effectiviteit van individuele psychotherapie bij schizofrenie overzichtsartikel Effectiviteit van individuele psychotherapie bij schizofrenie Een overzicht van recent onderzoek l. de haan, j.m. bakker doel Overzicht van de recente literatuur betreffende het effect

Nadere informatie

Cannabis & psychosen: alleen risico s of ook kansen?

Cannabis & psychosen: alleen risico s of ook kansen? Universitair Docent Hersencentrum Rudolf Magnus Afdeling Psychiatrie Universitair Medisch Centrum Utrecht Cannabis & psychosen: alleen risico s of ook kansen? Matthijs Bossong Overzicht Psychotische stoornis

Nadere informatie

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,

Nadere informatie

van medicatieresistente paranoïde schizofrenie

van medicatieresistente paranoïde schizofrenie 08/03-70-Vreeswijk 30-10-2003 09:39 Pagina 709 gevalsbeschrijving Cognitieve gedragstherapie bij een patiënt met medicatieresistente paranoïde schizofrenie m.f. van vreeswijk, w.j.j.m. arts, k.h. kho,

Nadere informatie

Ketenzorg voor suïcidaliteit

Ketenzorg voor suïcidaliteit Ketenzorg voor suïcidaliteit Marie Van Broeckhoven Suïcidepreventiewerking DAGG Lommel marie.vanbroeckhoven@dagg-cgg.be Meer onderzoek nodig Sterke evidentie Acties gezondheidszorg Beperking toegang tot

Nadere informatie

De opzet en management van een vroegdetectie- en behandelcentrum. Hoe eerder, hoe beter 30 mei 2013, Den Haag Mark van der Gaag

De opzet en management van een vroegdetectie- en behandelcentrum. Hoe eerder, hoe beter 30 mei 2013, Den Haag Mark van der Gaag De opzet en management van een vroegdetectie- en behandelcentrum Hoe eerder, hoe beter 30 mei 2013, Den Haag Mark van der Gaag 1 VROEGDETECTIE EN BEHANDELING SCREENING DIAGNOSE BEHANDELING 2 3 SCREENING

Nadere informatie

Disclosure belangen Dyllis van Dijk

Disclosure belangen Dyllis van Dijk Disclosure belangen Dyllis van Dijk (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding

Nadere informatie

Stadiëring en interepisodisch functioneren bij Bipolaire Stoornissen

Stadiëring en interepisodisch functioneren bij Bipolaire Stoornissen Stadiëring en interepisodisch functioneren bij Bipolaire Stoornissen Ralph Kupka hoogleraar Bipolaire Stoornissen VU Medisch Centrum Academische Zorglijn Bipolair, GGZinGeest Altrecht Bipolair Stabiel

Nadere informatie

Screening van gedragsproblemen en consequenties hiervan op effect van interventies. Walter Matthys

Screening van gedragsproblemen en consequenties hiervan op effect van interventies. Walter Matthys Screening van gedragsproblemen en consequenties hiervan op effect van interventies Walter Matthys Preventie en behandeling Wezenlijk verschillend? Voorbeeld: Coping Power (Minder boos en opstandig) bij

Nadere informatie

transistiepsychiatrie Dr. R. Klaassen Kinder- en jeugdpsychiater Bascule Projectleider headspace

transistiepsychiatrie Dr. R. Klaassen Kinder- en jeugdpsychiater Bascule Projectleider headspace transistiepsychiatrie Dr. R. Klaassen Kinder- en jeugdpsychiater Bascule r.klaassen@debascule.com Projectleider headspace transitiepsychiatrie -> psychiatrie Transitional Psychiatry Child & Adolescent

Nadere informatie

Korte bijdrage Life events bij patiënten in de acute dienst van achttien RIAGG s

Korte bijdrage Life events bij patiënten in de acute dienst van achttien RIAGG s Korte bijdrage Life events bij patiënten in de acute dienst van achttien RIAGG s door B. van der Goot, R.A. van der Pol en V.M. Vladár Rivero Samenvatting In mei 1990 vond een onderzoek plaats naar de

Nadere informatie

Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie?

Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Rob Kok, psychiater, epidemioloog Parnassia Bavo Groep Den Haag Waarom rehabilitatie? Eerherstel van wie? Over welke ouderen hebben we het

Nadere informatie

Inhoud. predictie predictie afasie predictiemodel ontwikkeling predictiemodel afasie predictiemodel afasie conclusies aanbeveling

Inhoud. predictie predictie afasie predictiemodel ontwikkeling predictiemodel afasie predictiemodel afasie conclusies aanbeveling VOORSPELLEN VAN VERBAAL COMMUNICATIEVE VAARDIGHEID VAN AFASIEPATIËNTEN NA KLINISCHE REVALIDATIE AfasieNet Netwerkdag 31.10.2014 Marieke Blom-Smink Inhoud predictie predictie afasie predictiemodel ontwikkeling

Nadere informatie

Psychiatrie & Psychologie bij 22q11DS

Psychiatrie & Psychologie bij 22q11DS Studiedag Stichting 22Q11 19 november 2017 A.M. Fiksinski a.m.fiksinski@umcutrecht.nl Psycholoog & onderzoeker (PhD kandidaat) Department of Psychiatry, Rudolf Magnus Institute of Neuroscience, University

Nadere informatie

Cognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial

Cognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial Cognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial dr. T. Verbeek arts-epidemioloog Afd. Huisartsgeneeskunde en Epidemiologie 22 januari

Nadere informatie

De psychopathologische gevolgen van pijnklachten. Eric de Heer

De psychopathologische gevolgen van pijnklachten. Eric de Heer De psychopathologische gevolgen van pijnklachten Eric de Heer Psycholoog i.o. tot GZ-psycholoog Senior onderzoeker VIP (Vroege Interventie Psychose) Tilburg GGz Breburg Pijn! pijn is een stressvolle ervaring

Nadere informatie

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI 10.1007/978-90-368-1003-6, 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media 50 neem de regie over je depressie Bijlage 1 Beloopstabel

Nadere informatie

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Online screening Online behandeling - Effectiviteit

Nadere informatie

RELEVANTIE VROEGHERKENNING: AT RISK MENTAL STATE (ARMS)

RELEVANTIE VROEGHERKENNING: AT RISK MENTAL STATE (ARMS) THE COMPREHENSIVE ASSESSMENT OF AT-RISK MENTAL STATE CAARMS - TRAINING J e n n y v a n d e r W e r f P A R N A S S I A, D E N H A A G J u d i t h R i e t d i j k D I J K E N D U I N, Z A A N D A M No financial

Nadere informatie

Begeleiding van psychische klachten bij revalidatie. dr. Bianca Buijck Coördinator Rotterdam Stroke Service 17 maart 2015

Begeleiding van psychische klachten bij revalidatie. dr. Bianca Buijck Coördinator Rotterdam Stroke Service 17 maart 2015 Begeleiding van psychische klachten bij revalidatie dr. Bianca Buijck Coördinator Rotterdam Stroke Service 17 maart 2015 Even voorstellen Psychische klachten: neuropsychiatrische symptomen (NPS) De laatste

Nadere informatie

NEUROLOGISCHE MUZIEKTHERAPIE BIJ SCHIZOFRENIE

NEUROLOGISCHE MUZIEKTHERAPIE BIJ SCHIZOFRENIE NEUROLOGISCHE MUZIEKTHERAPIE BIJ SCHIZOFRENIE Gerben Roefs Zuyd Hogeschool Master of Arts Therapies 19 juni 2015 Opbouw Presentatie VOLGT PROCES VAN WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK DOEN START MET EEN IDEE -

Nadere informatie

Comorbiditeitspatronen bij OCD. Resultaten van de NOCDA studie

Comorbiditeitspatronen bij OCD. Resultaten van de NOCDA studie Comorbiditeitspatronen bij OCD Resultaten van de NOCDA studie Patricia van Oppen, Harold J. van Megen, Neeltje M. Batelaan, Danielle C. Cath, Nic J.A. van der Wee, Brenda W. Penninx Marcel A. van den Hout,

Nadere informatie

Mindfulness - de 8-weekse training in vogelvlucht

Mindfulness - de 8-weekse training in vogelvlucht Mindfulness - de 8-weekse training in vogelvlucht Flip Kolthoff, psychiater Radboud Universitair Centrum voor Mindfulness, GGZ Noord-Holland-Noord Flip Kolthoff, VUmc, 20-01-2012 1 Inleiding Flip Kolthoff,

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Castelein, S. (2009). Guided peer support groups for psychosis: A randomized controlled trial s.n.

Citation for published version (APA): Castelein, S. (2009). Guided peer support groups for psychosis: A randomized controlled trial s.n. University of Groningen Guided peer support groups for psychosis Castelein, Stynke IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please

Nadere informatie

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor.

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor. Zoekstrategieën JGZ-richtlijn Taalontwikkeling oekstrategie Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken tot beantwoordbare vragen zijn deze eerst omgewerkt tot PICO uitgangsvragen.

Nadere informatie

ROM in de ouderenpsychiatrie

ROM in de ouderenpsychiatrie Improving Mental Health by Sharing Knowledge ROM in de ouderenpsychiatrie Marjolein Veerbeek Richard Oude Voshaar, Anne Margriet Pot Financier: Ministerie van VWS 2 Routine Outcome Monitoring Definitie

Nadere informatie

Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten

Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten Marij Zuidersma Promotoren: Peter de Jonge, Johan Ormel, Henk Jan Conradi Interdisciplinary center for psychiatric epidemiology University

Nadere informatie

Academische Werkplaats Ernstige Psychotische Aandoeningen

Academische Werkplaats Ernstige Psychotische Aandoeningen Academische Werkplaats Ernstige Psychotische Aandoeningen 1 Inhoud 1. a. Missie en b. Geschiedenis 2. Wie zijn wij? 3. Wat gaan wij doen? a. Stadia en profiel b. Interventie onderzoek c. Onderwijs en opleiding

Nadere informatie

Mindfulness binnen de (psycho) oncologie. Else Bisseling, 16 mei 2014

Mindfulness binnen de (psycho) oncologie. Else Bisseling, 16 mei 2014 Mindfulness binnen de (psycho) oncologie Else Bisseling, 16 mei 2014 (Online) Mindfulness-Based Cognitieve Therapie voor kankerpatiënten. (Cost)effectiveness of Mindfulness-Based Cognitive Therapy (MBCT)

Nadere informatie

Cognitieve gedragstherapie bij schizofrenie

Cognitieve gedragstherapie bij schizofrenie o v e r z i c h t s a r t i k e l Cognitieve gedragstherapie bij schizofrenie c. t. s m i t s, m. v a n d e r g a a g achtergrond Met de publicatie van de Multidisciplinaire richtlijn Schizofrenie in 2005

Nadere informatie

Korte bijdrage Het belang van subklinische depressies

Korte bijdrage Het belang van subklinische depressies Korte bijdrage Het belang van subklinische depressies door P. Cuijpers Samenvatting Subklinische depressies zijn depressieve beelden waarbij sprake is van depressieve klachten zonder dat voldaan is aan

Nadere informatie

THE COMPREHENSIVE ASSESSMENT OF AT-RISK MENTAL STATE CAARMS - TRAINING. No financial disclosure.

THE COMPREHENSIVE ASSESSMENT OF AT-RISK MENTAL STATE CAARMS - TRAINING. No financial disclosure. THE COMPREHENSIVE ASSESSMENT OF AT-RISK MENTAL STATE CAARMS - TRAINING drs. Helga Ising PARNASSIA, DEN HAAG dr. Judith Rietdijk DIJK EN DUIN, ZAANDAM No financial disclosure. RELEVANTIE VROEGHERKENNING:

Nadere informatie

DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014

DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014 DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014 Inhoud DSM IV -> DSM 5 DSM IV: Schizofrenie als kernsyndroom Even stilstaan bij SCHIZOFRENIE Kritiek op DSM IV Overzicht DSM 5 Schizofrenie (1) Epidemiologie:

Nadere informatie

Hechting en Psychose: Attachment and Psychosis:

Hechting en Psychose: Attachment and Psychosis: Hechting en Psychose: Bieden Hechtingskenmerken een Verklaring voor het Optreden van Psychotische Symptomen? Attachment and Psychosis: Can Attachment Characteristics Account for the Presence of Psychotic

Nadere informatie

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende

Nadere informatie

Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth

Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth Manon krabbenborg, Sandra Boersma, Marielle Beijersbergen & Judith Wolf s.boersma@elg.umcn.nl Homeless youth in the Netherlands Latest estimate:

Nadere informatie

Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen. Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema

Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen. Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema Ernstige Psychische Aandoeningen (EPA) Definitie consensus groep EPA¹ - Sprake van psychische stoornis

Nadere informatie

Een patiënt met een langdurig onbehandelde psychose

Een patiënt met een langdurig onbehandelde psychose gevalsbeschrijving Een patiënt met een langdurig onbehandelde psychose a. neven, m.c. klaassen samenvatting Een 30-jarige man werd behandeld met antipsychotische depotmedicatie vanwege psychotische verschijnselen

Nadere informatie

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla

Nadere informatie

Jongeren, Cannabisgebruik & Psychose

Jongeren, Cannabisgebruik & Psychose Jongeren, Cannabisgebruik & Psychose Cécile Henquet Maastricht University, Psychiatry and Neuropsychology, PsyQ Heerlen, The Netherlands c.henquet@heerlen.psyq.nl Nu Voor Later, Groningen 15 november 2011

Nadere informatie

Triage Risk Screening Tool (TRST)

Triage Risk Screening Tool (TRST) Triage Risk Screening Tool (TRST) Meldon (2003) Meetinstrument Triage Risk Screening Tool Afkorting TRST Auteur Meldon Onderwerp Functionele, mentale, psychosociale beoordeling Doelstellingen Meten van

Nadere informatie

100% ONLINE CGT GOOI HET KIND NIET MET HET BADWATER WEG! DR. JEROEN RUWAARD

100% ONLINE CGT GOOI HET KIND NIET MET HET BADWATER WEG! DR. JEROEN RUWAARD 100% ONLINE CGT GOOI HET KIND NIET MET HET BADWATER WEG! DR. JEROEN RUWAARD ONLINE COGNITIEVE GEDRAGSTHERAPIE 2 100% Online CGT E-BOOMING? 3 100% Online CGT MIND THE GAP! 4 100% Online CGT EFFECTEN ONLINE

Nadere informatie

DE RELATIE TUSSEN TRAUMA EN PSYCHOSE. Tamar Kraan Psycholoog & PhD Student

DE RELATIE TUSSEN TRAUMA EN PSYCHOSE. Tamar Kraan Psycholoog & PhD Student DE RELATIE TUSSEN TRAUMA EN PSYCHOSE Tamar Kraan Psycholoog & PhD Student Definitie trauma in de kindertijd Emotioneel misbruik Emotionele verwaarlozing Fysiek misbruik Fysieke verwaarlozing Seksueel misbruik

Nadere informatie

Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic Play Group Therapy for Children. with Internalizing Problems.

Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic Play Group Therapy for Children. with Internalizing Problems. Spelgroepbehandeling voor kinderen met internaliserende problemen De Effectiviteit van een Psychodynamische Spelgroepbehandeling bij Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic

Nadere informatie

Multidisciplinaire richtlijn schizofrenie

Multidisciplinaire richtlijn schizofrenie Multidisciplinaire richtlijn schizofrenie C. van Alphen, M. Ammeraal, C. Blanke, N. Boonstra, H. Boumans, R. Bruggeman, S. Castelein, F.L. Dekker, D. van Duin, W.M. van Ewijk, M. van der Gaag, R. van Gool,

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

Studie type Populatie Patiënten kenmerken Interventie Controle Dataverzameling

Studie type Populatie Patiënten kenmerken Interventie Controle Dataverzameling Evidence tabel bij ADHD in kinderen en adolescenten (studies naar adolescenten met ADHD en ) Auteurs, Gray et al., 2011 Thurstone et al., 2010 Mate van bewijs A2 A2 Studie type Populatie Patiënten kenmerken

Nadere informatie

Nonrespons en ernstige klachten bij OCD: richtlijnen herzien? Else de Haan PhD Lidewij Wolters PhD Amsterdam, the Netherlands

Nonrespons en ernstige klachten bij OCD: richtlijnen herzien? Else de Haan PhD Lidewij Wolters PhD Amsterdam, the Netherlands Nonrespons en ernstige klachten bij OCD: richtlijnen herzien? Else de Haan PhD Lidewij Wolters PhD Amsterdam, the Netherlands Behandeling OCS bij kinderen Cognitieve gedragstherapie (CGT) Combinatie CGT

Nadere informatie

PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID. ONDERZOEK NAAR DE EFFECTIVITEIT VAN

PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID. ONDERZOEK NAAR DE EFFECTIVITEIT VAN PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID. ONDERZOEK NAAR DE EFFECTIVITEIT VAN BEHANDELINGSPROGRAMMA'S, SPECIFIEK VOOR PATIËNTEN MET EN DUBBELE DIAGNOSE. Promotor: Prof. Dr. B. Sabbe

Nadere informatie

Running head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1. De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op

Running head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1. De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op Running head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1 De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op Contingente Zelfwaardering en Depressieve Klachten. Tammasine Netteb Open

Nadere informatie

Onderzoek naar werkzaamheid schematherapie bij borderline persoonlijkheidsstoornis en alcoholafhankelijkheid

Onderzoek naar werkzaamheid schematherapie bij borderline persoonlijkheidsstoornis en alcoholafhankelijkheid Onderzoek naar werkzaamheid schematherapie bij borderline persoonlijkheidsstoornis en alcoholafhankelijkheid presentatie ESPRi Symposium 26-11-2015 Michiel Boog, klinisch psycholoog, psychotherapeut Titel:

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.

Nadere informatie

Onder de tafel of op de (keuken) tafel?

Onder de tafel of op de (keuken) tafel? Onder de tafel of op de (keuken) tafel? 3 e PHAMOUS symposium 30 mei 2017 Thalia Herder Psychiater in opleiding (UCP/UMCG) Arts/seksuoloog NVVS in opleiding (UMCG) Potentiële) belangenverstrengeling Voor

Nadere informatie

VCgP Tussen de Regels en Buiten de Lijntjes

VCgP Tussen de Regels en Buiten de Lijntjes Impact van de Zorgcontext VCgP Tussen de Regels en Buiten de Lijntjes Jim van Os, Universiteit Maastricht Nienke van Sambeek, Evelien Tonkens & Christian Bröer, 2011 Moderatoren onder verandering Analyse

Nadere informatie

Science

Science Science Fiction ? No Mijlpalen in de behandeling van psychose Lieuwe de Haan, Zorglijn Vroege Psychose Uitvoeren wat we al weten Bron en disclaimer Waar kunnen we de meeste winst halen? I. Hoop II. Zelfvertrouwen

Nadere informatie

Geriatrische screening / CGA binnen de zorg voor oudere kankerpatiënten: stand van zaken. Cindy Kenis. Geriatrisch Oncologisch Verpleegkundige

Geriatrische screening / CGA binnen de zorg voor oudere kankerpatiënten: stand van zaken. Cindy Kenis. Geriatrisch Oncologisch Verpleegkundige Cindy Kenis Geriatrisch Oncologisch Verpleegkundige UZ Leuven, België Geriatrische screening / CGA binnen de zorg voor oudere kankerpatiënten: stand van zaken Introductie (1) Definitie Comprehensive Geriatric

Nadere informatie

Rob Heerdink Universitair Hoofddocent Klinische Farmacoepidemiologie Universiteit Utrecht

Rob Heerdink Universitair Hoofddocent Klinische Farmacoepidemiologie Universiteit Utrecht Hoe vertaal ik resultaten uit de medische literatuur en richtlijnen naar de dagelijkse praktijk? Interpretatie van resultaten van geneesmiddelenonderzoek Rob Heerdink Universitair Hoofddocent Klinische

Nadere informatie

Lezing, 10 december 2004

Lezing, 10 december 2004 Lezing, 10 december 2004 Contextuele invloeden op het ontstaan van psychiatrische ziekten Prof. dr. Jim van Os Hoogleraar psychiatrie en werkzaam in het samenwerkingsverband van de GGZ instellingen in

Nadere informatie

Begeleiding van HIV-patiënten

Begeleiding van HIV-patiënten Symposium Up-to-Date in Infectieziekten Zaterdag 11 februari 2012 Begeleiding van HIV-patiënten Anneleen Lijnen Nurse physician assistant Dienst Infectieziekten 1) Voorstelling Verpleegkundige Ondersteuning

Nadere informatie

Inhoud. Hoofdstuk 4 Screening en diagnostiek bij volwassenen 71 1 Inleiding 71 2 Screening bij volwassenen 72 3 Diagnostiek bij volwassenen 74

Inhoud. Hoofdstuk 4 Screening en diagnostiek bij volwassenen 71 1 Inleiding 71 2 Screening bij volwassenen 72 3 Diagnostiek bij volwassenen 74 Inhoud Hoofdstuk 1 Algemene inleiding 11 1 Kenmerken en classificatiecriteria van bipolaire stoornissen 11 2 Epidemiologie 12 3 Differentiële diagnostiek 13 4 Comorbiditeit 13 5 Beloop 16 6 Diagnostiek

Nadere informatie

Angst en de ziekte van Parkinson. te veel of te weinig controle. Annelien Duits Harriët Smeding. www.smedingneuropsychologie.nl

Angst en de ziekte van Parkinson. te veel of te weinig controle. Annelien Duits Harriët Smeding. www.smedingneuropsychologie.nl Angst en de ziekte van Parkinson te veel of te weinig controle Annelien Duits Harriët Smeding www.smedingneuropsychologie.nl Wat moet deze workshop brengen, zodat je zegt: dat was de moeite waard? Smeding

Nadere informatie

HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE

HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Vrije Universiteit Brussel UMC St Radboud, Nijmegen NPi, Amersfoort 1 NVMT 4e LUSTRUM VAN HARTE PROFICIAT 2 WAAROM

Nadere informatie

Disclosure belangen Dyllis van Dijk

Disclosure belangen Dyllis van Dijk Disclosure belangen Dyllis van Dijk (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Geen Geen Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële)

Nadere informatie

EVIDENCE-BASED ALLIED HEALTH CARE. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

EVIDENCE-BASED ALLIED HEALTH CARE. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp EVIDENCE-BASED ALLIED HEALTH CARE Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Nederlands Paramedisch Instituut UMC St Radboud Hogeschool van Arnhem en Nijmegen NVLF 1 ORIËNTATIE op LOGOPEDIE NVLF Visie 2000-2005 NVLF

Nadere informatie

Gebrek aan ziekteinzicht..en dus compliance

Gebrek aan ziekteinzicht..en dus compliance In Gesprek met Psychose Verbindende Gesprekstechniek om in gesprek te komen en blijven met mensen met een psychose Wie? Rehabteam van Mentrum/Arkin Meer dan 12 jaar klinische ervaring psychose Dienstenbureau

Nadere informatie

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module

Nadere informatie

Partnerschap van de familie in de behandeling. Het investeren in de kracht van naastbetrokkenen René Keet

Partnerschap van de familie in de behandeling. Het investeren in de kracht van naastbetrokkenen René Keet Partnerschap van de familie in de behandeling Het investeren in de kracht van naastbetrokkenen René Keet Interventie doelen EPA (parallelle zorg) persoonlijk herstel nastreven psychiatrische symptomen

Nadere informatie

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module

Nadere informatie

Preventieve psychotherapie

Preventieve psychotherapie Preventieve psychotherapie Dr. Dorien Nieman, klinisch psycholoog en cognitief gedragstherapeut Academisch Medisch Centrum, Afd. Psychiatrie, Amsterdam d.h.nieman@amc.nl Overzicht Belang van vroegdetectie

Nadere informatie

Stop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap.

Stop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap. Stop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap. Promovendi: Drs. Nina Molenaar, arts, Erasmus MC Marlies Brouwer, MSc, psycholoog, UU Projectleaders:

Nadere informatie

Dia 1. SPEEDPRESENTATIES Deel 3. Dia 2 MARIELLE BRENNINKMEIJER. Ik heb zo n zin in een biertje. Dia 3

Dia 1. SPEEDPRESENTATIES Deel 3. Dia 2 MARIELLE BRENNINKMEIJER. Ik heb zo n zin in een biertje. Dia 3 Dia 1 SPEEDPRESENTATIES Deel 3 Dia 2 MARIELLE BRENNINKMEIJER Ik heb zo n zin in een biertje Dia 3 Dia 4 Ik heb zo n zin in een biertje! Real time zelf gerapporteerde craving naar alcohol tijdens de ambulante

Nadere informatie

Angst en Netwerken. Angst en psychosen. Angst om. Angst om. Angst en psychose. Deel 1 Angst bij vroegdetectie, psychose en als drempel naar herstel.

Angst en Netwerken. Angst en psychosen. Angst om. Angst om. Angst en psychose. Deel 1 Angst bij vroegdetectie, psychose en als drempel naar herstel. Disclosure belangen spreker Angst en Netwerken (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële)

Nadere informatie

Online CGT voor Adolescenten?

Online CGT voor Adolescenten? Online CGT voor Adolescenten? Prima te doen, maar houd uw hoofd erbij! Dr Jeroen Ruwaard (Amsterdam UMC / GGz InGeest) studiedag ZNA UKJA, 'e-psy 2.0 digitalisering in de zorg #adolescenten, 21 september

Nadere informatie

op het latere leven Anja Huizink Vrij Universiteit Amsterdam Radboud Universiteit Nijmegen

op het latere leven Anja Huizink Vrij Universiteit Amsterdam Radboud Universiteit Nijmegen De gevolgen van prenatale stress op het latere leven Anja Huizink Vrij Universiteit Amsterdam Radboud Universiteit Nijmegen De ontwikkeling begint prenataal Dierstudies: prenatale stress Programmerend

Nadere informatie

LECTORAAT ZORG & INNOVATIE IN PSYCHIATRIE. Risicofactoren, leefstijl en de mondzorg bij jong volwassenen na vroege psychose

LECTORAAT ZORG & INNOVATIE IN PSYCHIATRIE. Risicofactoren, leefstijl en de mondzorg bij jong volwassenen na vroege psychose LECTORAAT ZORG & INNOVATIE IN PSYCHIATRIE Risicofactoren, leefstijl en de mondzorg bij jong volwassenen na vroege psychose Symposium onderzoeksresultaten 2017 Sonja Kuipers, MSc MSW RN PhD-Student Zonder

Nadere informatie

Preventie van een psychotische aandoening

Preventie van een psychotische aandoening Klinische les Preventie van een psychotische aandoening Rijp voor klinische toepassing? Lieuwe de Haan, Eva Velthorst, Dorien H. Nieman, Hiske E. Becker, Marian A. de Lange en Mark van der Gaag Dames en

Nadere informatie

Terugvalpreventie bij anorexia nervosa

Terugvalpreventie bij anorexia nervosa Terugvalpreventie bij anorexia nervosa Tamara Berends, Verpleegkundig Specialist GGZ Altrecht Eetstoornissen Rintveld Lectoraat Zorg & Innovatie in de Psychiatrie Utrecht Research Group Eating disorders

Nadere informatie

15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater

15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater 5:40 6:00 uur Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR Ouderenpsychiater % psychiatrische problemen bij Alzheimer 60 50 40 30 20 0 0 Zhao et al, J Affect Disord 205 Wanneer spreken van van een depressie?

Nadere informatie

Eliane Duvekot. Eliane Duvekot

Eliane Duvekot. Eliane Duvekot Eliane Duvekot Eliane Duvekot Gezinsinterventies Het belang van een focus René Keet, psychiater GGZ Noord Holland Noord AMC Inhoud presentatie Psychosociale interventies bij schizofrenie Gezinsinterventies

Nadere informatie

Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran

Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran Marcus Huibers, Latif Moradveisi, Fritz Renner, Modabber Arasteh & Arnoud Arntz Department of Clinical Psychological

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting De levensverwachting van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) is gemiddeld 13-30 jaar korter dan die van de algemene bevolking. Onnatuurlijke doodsoorzaken zoals

Nadere informatie

25% DSM5 & Zorgvraagzwaarte. 3.5% in ggz. Creëer markt 3.5% 20.5% 3.5% Explosie in ggz. 2004: Wachtlijstenproblematiek. 2004: Wachtlijstenproblematiek

25% DSM5 & Zorgvraagzwaarte. 3.5% in ggz. Creëer markt 3.5% 20.5% 3.5% Explosie in ggz. 2004: Wachtlijstenproblematiek. 2004: Wachtlijstenproblematiek Systeemwereld van de zorg DSM & I Zorgvraagzwaarte NVGZP, --0 Risicomanagement Belangenbehartiging Organisatie GGZ Professionele taal / concepten Zorgbehoeften patiënt 00: Wachtlijstenproblematiek Gezondheid:

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING Hoofdstuk 1 is de algemene introductie over de inhoud van dit proefschrift. Depressie en angststoornissen zijn de meest voorkomende psychische stoornissen en brengen een grote

Nadere informatie

Stress en Psychose 59 Noord. Stress and Psychosis 59 North. A.N.M. Busch

Stress en Psychose 59 Noord. Stress and Psychosis 59 North. A.N.M. Busch Stress en Psychose 59 Noord Stress and Psychosis 59 North A.N.M. Busch Prevalentie van Subklinische Psychotische Symptomen en de Associatie Met Stress en Sekse bij Noorse Psychologie Studenten Prevalence

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Diagnose en classificatie in de psychiatrie

Diagnose en classificatie in de psychiatrie Diagnose en classificatie in de psychiatrie Klinische Validiteit Research Betrouwbaarheid Prof dr Bert van Hemert psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd psychiatrie DBC Kosten-baten 2 Diagnosen in de

Nadere informatie

Wat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg

Wat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg Wat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg Prof. Dr. Brenda Penninx Vakgroep psychiatrie / GGZ ingeest Neuroscience Campus Amsterdam Mental Health EMGO+ Institute for Health and Care Research b.penninx@vumc.nl

Nadere informatie

De multidisciplinaire richtlijn schizofrenie - Wat kunnen we met de recente update?-

De multidisciplinaire richtlijn schizofrenie - Wat kunnen we met de recente update?- De multidisciplinaire richtlijn schizofrenie - Wat kunnen we met de recente update?- Dr. Berno van Meijel Lector GGZ-verpleegkunde Hogeschool INHolland / Amsterdam www.ggzverpleegkunde.nl De richtlijn

Nadere informatie

Master Thesis. Early Career Burnout Among Dutch Nurses: Comparing Theoretical Models. Using an Item Response Approach.

Master Thesis. Early Career Burnout Among Dutch Nurses: Comparing Theoretical Models. Using an Item Response Approach. 1 Master Thesis Early Career Burnout Among Dutch Nurses: Comparing Theoretical Models Using an Item Response Approach. Burnout onder Beginnende Nederlandse Verpleegkundigen: een Vergelijking van Theoretische

Nadere informatie