Onteigening in de gemeente Echt-Susteren

Transcriptie

1 VW Onteigening in de gemeente Echt-Susteren Aanleg rijksweg 73-Zuid Besluit van 5 september 2005, houdende aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening ten algemene nutte Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Beschikken bij dit besluit op het verzoek van de Hoofdingenieur-Directeur van de Rijkswaterstaat in de directie Limburg van 27 januari 2005, kenmerk DLB 2005/939, namens de Minister van Verkeer en Waterstaat, tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening ingevolge artikel 72a van de onteigeningswet ten behoeve van de aanleg van het gedeelte van de autosnelweg rijksweg 73-Zuid Venlo Echt, dat de aansluiting vormt tussen de rijksweg 73-zuid en de A2 tussen km 222,940 (A2-kilometrering) en km 6,400 (rijksweg 73-zuid-kilometrering), met bijkomende werken, in de gemeente Echt-Susteren. Onze Minister van Verkeer en Waterstaat heeft de beslissing op het verzoek voorgedragen bij brief van 8 juli 2005, nr. RWSCD BJV 2005/ 3952, Rijkswaterstaat Corporate Dienst, Eenheid Bestuurlijk Juridische Zaken en Vastgoed. Overeenkomstig artikel 3:11, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht hebben de in artikel 63 van de onteigeningswet genoemde stukken in de periode van 21 februari 2005 tot en met 21 maart 2005 op de secretarie van de gemeente Echt-Susteren ter inzage gelegen. Voorafgaand daaraan is de ter inzage legging overeenkomstig artikel 3:12 van de Algemene wet bestuursrecht aangekondigd in de Staatscourant van 18 februari 2005, nummer 35, en in het Dagblad De Limburger van 19 februari In genoemde aankondiging is eenieder op de hoogte gesteld van de mogelijkheid tot het naar keuze schriftelijk of mondeling naar voren brengen van zienswijzen. Van de mogelijkheid tot het naar voren brengen van zienswijzen is gebruik gemaakt door mr. M.C.M.M. van de Ven namens de heer G.J.H. Konings, eigenaar van de onroerende zaken met de grondplannummers 55, 56, 76, 77 en 78. Overwegingen Ingevolge artikel 72a van de onteigeningswet kan, zonder voorafgaande verklaring bij de wet dat het algemeen nut onteigening vordert, onteigening plaatsvinden onder meer ten behoeve van de aanleg en verbetering van wegen. Reclamant geeft aan, dat er onvoldoende met hem is onderhandeld aangezien slechts eenmaal iemand namens de verzoeker om onteigening langs is geweest. Daarbij is slechts een informele aanbieding gedaan die niet eens door de verzoeker om onteigening is uitgebracht en die voorts niet eens ziet op alle percelen waarvoor nu om onteigening wordt verzocht. Reclamant is derhalve van mening dat de administratieve onteigeningsprocedure te snel in gang is gezet. Indien de verzoeker om onteigening de gronden tijdig wenst te verwerven zal deze eerst zijn inspanningsverplichting na moeten komen en serieus in onderhandeling moeten treden om te komen tot een goede regeling. Verder merkt reclamant op, dat hij enige van de benodigde gronden verpacht heeft aan zijn zoon en dat de verzoeker om onteigening met hem geen gesprekken heeft gevoerd. Opgemerkt wordt, dat de onteigening moet worden gezien als een ultimum remedium waarbij de eis geldt dat ten opzichte van de burger eerst naar het middel van de administratieve onteigeningsprocedure mag en kan worden gegrepen, indien langs minnelijke weg redelijkerwijs niet of niet in de gewenste vorm overeenstemming kan worden bereikt. De zorgvuldigheid vereist dat in ieder geval voor de terinzagelegging van de onteigeningsstukken een aanvang met het minnelijk overleg is gemaakt. Dit overleg dient tot op een redelijke punt te worden voortgezet alvorens, nagebleken noodzaak daartoe, de administratieve procedure kan worden ingezet. Daarbij is het wenselijk doch niet noodzakelijk, dat ten tijde van de tervisielegging van de stukken reeds een formeel bod is uitgebracht. Voldoende is dat sprake is geweest van een redelijke doch vruchteloos poging om hetgeen onteigend moet worden langs minnelijke weg te verwerven. Ook zonder dat een formeel bod is uitgebracht kan zo genoegzaam komen vast te staan dat verwerving langs minnelijke weg vooralsnog niet tot de mogelijkheden behoort. Gebleken is, dat de eerste informatieve gesprekken tussen partijen hebben plaatsgevonden in de zomer van Reclamant gaf op dat moment te kennen dat hij alleen met de gemeente Echt wil onderhandelen omdat deze in de directe omgeving eigen projecten wil realiseren (aanleg bedrijventerrein) en daarvoor ook gronden van hem nodig heeft. Opgemerkt wordt, dat de verzoeker om onteigening gehouden is om in geval van een verzoek om coördinatie van een belanghebbende die zich geconfronteerd weet met meerdere grondbehoeften ten behoeve van verschillende projecten te onderzoeken of, en zo ja, op welke wijze tegemoet gekomen kan worden aan een dergelijk verzoek. Alhoewel dergelijke zienswijzen in de onderhavige administratieve onteigeningsprocedure niet zelfstandig beoordeeld worden, komen zij in de onderhavige procedure wel in het kader van de toetsing van het minnelijke overleg aan de orde. De noodzaak van de onteigening is immers mede afhankelijk van de wijze waarop dat minnelijk overleg is en zal verlopen. De verzoeker om onteigening heeft op 22 december 2003 een bod uitgebracht op de gronden van reclamant die betrokken zijn in de onderhavige administratieve onteigeningsprocedure ten behoeve van de aanleg van rijksweg 73-Zuid in de gemeente Echt- Susteren. Aanvang 2004 hebben de gemeente Echt en de verzoeker om onteigening afgesproken de aankoop van de gronden in de gemeente te coördineren. Dit kwam voort uit de verdergaande samenwerking tussen de gemeente en de verzoeker om onteigening in het Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 1

2 gebied en voorts uit de wens zoveel mogelijk te voorkomen dat grondeigenaren met verschillende overheden moeten onderhandelen over hun gronden. Na nog enkele gesprekken met reclamant zijn de verzoeker om onteigening en de gemeente overeengekomen dat laatstgenoemde de onderhandelingen met reclamant namens beide partijen voortzet. De gemeente heeft vervolgens een paar gesprekken gehad met reclamant, waarin onder andere de mogelijkheden van compensatiegronden zijn bekeken. In deze gesprekken is eveneens de situatie van de pachter aan de orde geweest. Hierbij wordt opgemerkt, dat in de onderhavige administratieve onteigeningsprocedure ten behoeve van de aanleg van rijksweg 73-Zuid in de gemeente Echt-Susteren geen gronden van reclamant benodigd zijn waarop pachtrechten rusten. Met de zoon van reclamant, de heer G.G.H.M. Konings zijnde eigenaar van enige gronden die benodigd zijn voor andere tracégedeelten van rijksweg 73-Zuid alsmede gebruiker van de gronden met de grondplannummers 55, 56, 76, 77 en 78 wordt eveneens minnelijk overleg gevoerd. De onderhavige gronden van reclamant worden derhalve als vrij van pacht beschouwd en de uitgebrachte aanbiedingen zijn op dit uitgangspunt gebaseerd. Vervolgens is reclamant een aanbieding gedaan op 13 oktober 2004 en recent op 19 april 2005 en 23 juni Bovenstaande in ogenschouw nemende, kon in redelijkheid met de administratieve onteigeningsprocedure een aanvang worden genomen, nu is gebleken dat de verzoeker om onteigening voldoende doch vruchteloze pogingen heeft ondernomen om met reclamant tot overeenstemming te komen. Het overleg met reclamant gaat door. Dit overleg, danwel het overleg dat ingevolge artikel 17 van de onteigeningswet bij het ontbreken van minnelijke overeenstemming aan de gerechtelijke procedure vooraf zal moeten gaan, zal wellicht tot een voor beide partijen aanvaardbare oplossing kunnen leiden. Overige overwegingen De planologische grondslag voor het te maken werk in de gemeenten Echt- Susteren wordt gevormd door het vigerende bestemmingsplan Rijksweg 73- zuid. De aanleg van rijksweg 73-Zuid is opgenomen in het Tweede Structuurschema Verkeer en Vervoer en is geprojecteerd tussen Venlo en Echt. Vanwege de toenemende problemen in het gebied tussen Venlo en Echt met betrekking tot de leefbaarheid, bereikbaarheid en economische ontwikkeling als gevolg van de bestaande wegenstructuur is rijksweg 73-Zuid hierin als hoofdverbinding tussen Venlo (A67) en Maasbracht (A2) opgenomen. De belangrijkste noordzuid Verbindingen in Noord- en Midden-Limburg zijn op dit moment de N271 en de N273. Deze drukke wegen, die zowel het lokale, als het regionale alsook het doorgaande (vracht)verkeer moet verwerken, doorsnijden de bebouwde kommen van de aangelegen dorpen en steden. Dit veroorzaakt problemen voor de leefbaarheid in deze kommen (geluid, oversteekbaarheid) en belemmert de bereikbaarheid van de kernen onderling alsmede de bereikbaarheid van de regio vanuit de omliggende gebieden. In opdracht van het ministerie van Verkeer en Waterstaat is, op 3 januari 1994 een Projectnota MER gepubliceerd. Op basis hiervan en na raadpleging van de Tweede Kamer heeft de Minister van Verkeer en Waterstaat op 3 maart 1995 besloten tot de aanleg van het zogenaamde D1-alternatief, een autosnelweg tussen Venlo en Maasbracht op de oostoever van de Maas. Het betreft een tracébesluit oude stijl, dat wil zeggen dat het om een globaal tracébesluit gaat, waartegen geen bezwaar en beroep mogelijk is en dat nader dient te worden uitgewerkt in de hierop volgende bestemmingsplannen. In het bestemmingsplan Rijksweg 73-Zuid van de gemeenten Echt-Susteren wordt deze nadere uitwerking van het tracébesluit planologisch geregeld. De door reclamant naar voren gebrachte zienswijzen worden niet van zodanig gewicht geacht dat op grond daarvan het verzoek om een koninklijk besluit ex artikel 72a van de onteigeningswet te bevorderen, moet worden afgewezen. Het moet in het belang van de ontwikkeling van het wegennet en de verkeersveiligheid noodzakelijk worden geacht dat de Staat (Verkeer en Waterstaat) de eigendom verkrijgt van de in dit besluit genoemde onroerende zaken. Beslissing gelet op de onteigeningswet; gehoord de Raad van State, advies van 18 augustus 2005, nr. W /V, en gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 30 augustus 2005, nr. RWSCD BJV 2005/4854, Rijkswaterstaat Corporate Dienst, Eenheid Bestuurlijke Juridische Zaken en Vastgoed. Hebben goedgevonden en verstaan: Ten behoeve van de aanleg van het gedeelte van de autosnelweg rijksweg 73-Zuid Venlo Echt, dat de aansluiting vormt tussen rijksweg 73-zuid en de A2 tussen km 222,940 (A2-kilometrering) en km 6,400 (rijksweg 73-zuidkilometrering), met bijkomende werken, in de gemeente Echt-Susteren zullen ten algemenen nutte en ten behoeve van de Staat (Verkeer en Waterstaat) worden onteigend de onroerende zaken, aangeduid op de grondtekeningen welke ingevolge artikel 63 van de onteigeningswet op de secretarie van de gemeente Echt- Susteren ter inzage hebben gelegen als: Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 2

3 Gemeente Echt wegen R 163 GEMEENTE ECHT-SUSTEREN, Echt wegen R wegen R A wegen R B wegen M wegen M terrein (akkerbouw) M wegen S wegen S A wegen S 58 48B C wegen S wegen AD terrein (nieuwbouw M 2128 Als grondplannummer 1: bedrijvigheid) gedeel- Zakelijk recht als bedoeld telijk in van perceel: N V. D.S.M., Heerlen wegen S 86 Als grondplannummer 1: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEKTRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht 81A wegen AD 967 Als grondplannummer 1: 81B van perceel: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEKTRICITEIT EN GAS LIM- BURG, Maastricht terrein (akkerbouw) R 130 KONINGS, George Gerard Herman Marie, b.e.g.v.g. g/m INDEMANS, Elisabeth Hubertina Maria, Echt terrein (akkerbouw) R 158 KLEIWARENFABRIEK ECHT B.V., Echt terrein (akkerbouw) R 710 GRAUS, Joseph Jan Gerard, Echt terrein (akkerbouw) R wonen erf-tuin R 711 Als grondplannummer 4: van perceel: N.V. MAAT- SCHAPPIJ VOOR ELEKTRICI- TEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 3

4 terrein (akkerbouw) R 118 1/7 eigendom: GRAUS, Elisabeth Johanna Theresia, g/m MEUWISSEN, Jacobus, Sint Joost 1/7 eigendom: GRAUS, Henricus Joannes Gerardus, g/m SCHROEDER, Catharina Josephina Marie, Echt 1/7 eigendom: GRAUS, Joseph Jan Gerard, Echt 1/7 eigendom: GRAUS, Margariet Marie Wilhelmine, g/m VAN WESEL, Johannes Cornelius Catharina, Echt 1/7 eigendom: GRAUS, Maria Johanna Gerarda, g/m KEU- LEN, Jan J, Guttecoven 1/7 eigendom: GRAUS, Theresia Elisa Hubertina, weduwe van THEUNISSEN, Emile Cornelis Goedhardus, Echt 1/7 eigendom: GRAUS, Willem Jan Gerard, g/m MEIJERS, Gertrudis Petronella, Posterholt grond M 2128 GEURTS, Roge Theodorus gedeel- Hubertina, Maaseik (BelgiÎ) telijk van perceel: N V. D.S.M., Heerlen bedrijvigheid (agrarisch) M 2128 EXPLOITATIEMAATSCHAPgedeel- PIJ LAERHOEVE BV, telijk Eindhoven van perceel: N V. D.S.M., Heerlen wonen terrein (akkerbouw) S 584 HOEIJMAKERS, Johannes Joseph Marie, i.a.g.v.g. g/m BECKERS, Anna Maria Gerarda Hubertina, Echt terrein (akkerbouw) S 585 Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 4

5 21A terrein (akkerbouw) S 34 1/3 eigendom: 21B HOEIJMAKERS, Jacques Hubert Jan Marie, weduwnaar van ROYAKKERS, Maria Odilia Hubertina Gerarda, Echt 1/3 eigendom: HOEIJMAKERS, Johannes Joseph Marie, i.a.g.v.g. g/m BECKERS, Anna Maria Gerarda Hubertina, Echt 1/3 eigendom: HOEIJMAKERS, Wilhelmus Bernardus Marie, i.a.g.v.g. g/m GOOSSENS, Anna Maria Hubertina, Echt terrein (akkerbouw) M 2247 CUIJPERS, Catharina Margaretha Johanna, i.a.g.v.g. g/m PEULEN, Gerardus Joseph Marie, Ohe en Laak terrein (akkerbouw) M terrein (akkerbouw) M terrein (akkerbouw) M 408 MAESSEN, Albertus Henricus, i.a.g.v.g. g/m SANGERS, Henrica Theodora Maria, Echt terrein (akkerbouw) M 409 FRANCOT, Michel Peter Anna, Echt terrein (akkerbouw) S 588 FRANCOT, Michel (geschat) gedeel- Peter Anna, Echt telijk terrein (akkerbouw) S 588 GERRITS, Maria (geschat) gedeel- Hendrika Paula, i.a.g.v.g. telijk g/m FRANCOT, Gerardus Johannes Elisabeth, Echt terrein (akkerbouw) S 72 XELLA KALKZANDSTEENFA- BRIEK DE HAZELAAR B.V., Koningsbosch terrein (akkerbouw) S 52 KERK VAN DE R.K. PAROCHIE VAN DEN HEILIGEN LANDRI- CUS, Echt Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 5

6 terrein (akkerbouw) S terrein (akkerbouw) S 89 Als grondplannummer 60: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEKTRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: NV MAATSCHAPPIJ VOOR ELEK- TRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht terrein (akkerbouw) S 90 Als grondplannummer 60: terrein (akkerbouw) S 391 eigendom belast met VOS, Marie Louise Jacqueline, Maasbracht DELSING, Maria Louise Hendrica, weduwe van VOS, Jan Marie, Echt terrein (akkerbouw) S 44 EVERTS, Maria Martina, o.h.v. g/m DINGS, Franciscus Wilhelmus Cornelus, Echt terrein (akkerbouw) S 45 3/4 eigendom: EVERTS, Peter Antonius, in leven g/m MOLS, Maria Cornelia Grada, Echt 1/4 eigendom: EVERTS, Maria Martina, o.h.v. g/m DINGS, Franciscus Wilhelmus Cornelus, Echt 51 geheel terrein (akkerbouw) S 46 GERRITS, Johanna Hubertina, weduwe van SCHULPEN, Matheus Gerardus, Echt terrein (grasland) S 70 STAATSBOSBEHEER, Driebergen-Rijssenburg terrein (grasland) S terrein (akkerbouw) S 75 KONINGS, Georges Joannes Hubertus, i.a.g.v.g. g/m VAN MONTFORT, Agatha Agnes Hubertina, Echt Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 6

7 terrein (akkerbouw) S 76 Als grondplannummer 55: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEKTRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht 76 geheel terrein (akkerbouw) S 107 Als grondplannummer 56: terrein (akkerbouw) S terrein (akkerbouw) S 591 Als grondplannummer 55: terrein (akkerbouw) S 589 SANGERS, Joseph Leonard Peter Marie, Maasbracht terrein (akkerbouw) S 59 LINSSEN, Antonius Josephus Maria, g/m NIJSKENS, Anna Petronella Theresia Antonia, Maasbracht terrein (akkerbouw) S 103 MEUWISSEN, Maria Theresia Henrica Mathilda, in leven gehuwd met GEURTS, Joannes Hubertus Amandus Josephus, Echt 68 geheel terrein (akkerbouw) S 102 Als grondplannummer 67: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEKTRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEK- TRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 7

8 terrein (akkerbouw) S 101 Als grondplannummer 67: terrein (akkerbouw) S 590 1/2 eigendom: JONGEN, Petra Johanna Leonarda Hubertina, Maria Hoop 1/2 eigendom: JONGEN, Thijs Wilhelmus Jozefina Jakobus, Sint Joost 72 geheel terrein (akkerbouw) S 111 Als grondplannummer 70: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEKTRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht 74 geheel terrein (akkerbouw) S 109 Als grondplannummer 72: 75 geheel terrein (akkerbouw) S 108 Als grondplannummer 70: terrein (akkerbouw) AD 882 1/3 eigendom: HENDRICKX, Maria Paula Johanna, i.a.g.v.g. g/m CABOOTER, Arnoldus Gerardus Elisabeth, Venlo 1/3 eigendom: HENDRICKX, Augusta Antoinetta Johanna, Reuver 1/3 eigendom: HENDRICKX, Antoine Joseph Marie Bernhard, Echt Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 8

9 wonen terrein (akkerbouw) AD 968 HILKENS, Peter Hubertus, b.e.g.v.g. g/m SLANGEN, Maria Anna Catharina, Sint Joost van perceel: N.V. D.S.M., Heerlen van perceel: N.V. WATERLEI- DING MAATSCHAPPIJ LIM- BURG, Maastricht Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: N.V. MAATSCHAPPIJ VOOR ELEK- TRICITEIT EN GAS LIMBURG, Maastricht terrein (grasland) AD 863 HENDRICKX, Henricus Gerardus Pierre Antoine Marie, g/m ZWEEGERS, Marie-Louise Adriana, Echt Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag. 12 9

10 terrein (akkerbouw) AD 857 1/2 eigendom: JOOSTEN, Aloysia Hendrika Philomena, Roermond 1/10 eigendom belast met OMLOO, Marie Louise Jose, g/m VAN KEMPEN, Louis Henri Joseph, Velp Gld 1/10 eigendom belast met OMLOO, Petrus Alphonsus Antonius, Heemskerk 1/10 eigendom belast met OMLOO, Cornelia Johanna Maria, weduwe van FILIPPINI, Wilhelmus Theodorus Franciscus, s-gravenhage 1/10 eigendom belast met OMLOO, Johanna Albertina Maria Alphonsa, weduwe van JANSEN, Antonius Jacobus, Roermond 1/10 eigendom belast met OMLOO, Wilhelmus Josephus Gerardus, g/m COVERS, Johanna Maria Theresia, Nieuwegein 1/2 JOOSTEN, Aloysia Hendrika Philomena, Roermond Onze Minister van Verkeer en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift aan de Raad van State zal worden gezonden. s-gravenhage, 5 september Beatrix. De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs. Publicatie ex artikel 9 van de Wet openbaarheid van bestuur. Op het advies van de Raad van State is van toepassing artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State. Uit: Staatscourant 20 februari 2006, nr. 36 / pag