Veld, Vaart & Vecht. CBS Rheezerveen. Het Schoolondersteuningsprofiel Afdeling Hardenberg. Schoolondersteuningsprofiel van: CBS Rheezerveen

Transcriptie

1 Het Schoolondersteuningsprofiel Afdeling Hardenberg Veld, Vaart & Vecht Schoolondersteuningsprofiel van: CBS Rheezerveen 20 Oktober 2014 Pagina 1 van 17

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Algemene gegevens 3. Basisondersteuning 4. Etra ondersteuning 5. Grenzen aan onderwijs 6. Conclusies en ambities 7. Actualisatie SOP Pagina 2 van 17

3 1. Inleiding In dit ondersteuningsprofiel proberen we op kernachtige wijze weer te geven hoe we zorg bieden aan leerlingen binnen onze school. We beschrijven in dit profiel de eigen kwaliteiten, de ideeën die de school heeft over de eigen ontwikkeling en wat er in het verleden al aan zorg geboden is binnen de school. Het geeft ook aan welke zorg wij denken te kunnen bieden, m.a.w. hoe ver onze mogelijkheden tot zorg verlenen reiken. Pagina 3 van 17

4 2. Algemene gegevens. Contactgegevens Naam : Christelijke Basisschool Rheezerveen Adres : Bouwmansweg 3 Postcode : 7779 HM Plaats : Rheezerveen Brinnummer : 08AL Tel. : Directie : Kees Bakker info@cbsrheezerveen.nl Web-site : Onderwijsvisie / schoolconcept In het SWV Rondom de prof. Waterinkschool hebben we de typologie van scholen van Jan Hooiveld als uitgangspunt gekozen voor de beschrijving van het schoolconcept van de scholen in ons SWV. Bij deze typologie van scholen worden globaal vier prototypes onderscheiden: de Neo-klassikale school,de geïndividualiseerde school, de gemeenschapsschool en de ontwikkelingsschool. Bij dat onderscheid van schooltypes wordt gelet op: a) Het denken van de school over het curriculum: lineair (stap voor stap leren) of concentrisch ( leren door herhaalde confrontatie). b) Het denken van de school over de organisatie: de groep als uitgangspunt versus het individu als uitgangspunt. c) Het denken over opvoeding: conformistisch (normen en regels als leidraad) versus nonconformistisch (gericht op individuele ontplooiing en groei. We beschrijven hieronder kort de kenmerken van de Neo-klassikale school omdat we in dit type het meest van het onderwijsconcept van CBS Rheezerveen herkennen. Neo-klassikale scholen zijn gebaseerd op een lineair curriculum en zijn klassikaal georganiseerd. Het standaard aanbod is bepalend en de differentiatie is vooral van het type basisstof -etrastofverrijkingsstof. Hooiveld noemt dit type school de neo-klassikale school omdat hierin het oorspronkelijke leerstof jaarklassensysteem herkenbaar is, maar tegelijkertijd binnen dit type scholen in Nederland de afgelopen jaren veel afstemming van het onderwijs op individuele verschillen (onderwijsbehoeften) is gerealiseerd. Ook onze school is volop in ontwikkeling gericht op afstemming. De centrale vragen als het om afstemming gaat binnen onze school zijn: Wat heeft deze leerling nodig om te profiteren van het onderwijsaanbod in deze klas? Wat heeft de leerling nodig om de gestelde onderwijsdoelen te halen? In het schema op blz. 15 is met een kruisje aangegeven op welke onderdelen ons schoolteam de afgelopen jaren mede vanuit deze vraagstelling de grenzen van het systeem heeft opgerekt. 1.Missie en visie CBS Rheezerveen Onze school heeft bewust gekozen voor het leerstofjaarklassensysteem, waarin het klassikale onderwijs een belangrijke plaats inneemt. We nemen kinderen mee in hetzelfde tempo en dat is min of meer afgestemd op de gemiddelde leerling. Het kind moet zich dus aanpassen aan het systeem in plaats van het feit dat de school zich aanpast aan de eigen ontwikkeling van het kind. We hebben het hier dan vooral over het tempo van die ontwikkeling. Pedagogisch Klimaat Wij willen een schoolgemeenschap vormen waarin leerkrachten en kinderen oog hebben voor elkaar en waar ieder zich veilig en gewaardeerd voelt. Wij willen het onderwijs zo inrichten dat kinderen met Pagina 4 van 17

5 plezier naar school gaan. Dit willen we realiseren door veel aandacht te besteden aan sociaal emotionele ontwikkeling en te zorgen voor: *een uitdagende leeromgeving. *betekenisvolle activiteiten. *een lesaanbod waarmee kinderen succeservaringen kunnen opdoen. Didactisch handelen en leerstofaanbod Wij werken met een leerstofjaarklassensysteem. Wij maken gebruik van methoden en houden in ons onderwijs steeds meer rekening met de individuele mogelijkheden van het kind. We streven ernaar dat elk kind een ononderbroken ontwikkeling kan doormaken. De taal/leesontwikkeling is daarbij een belangrijk aandachtspunt. In onze combinatieklassen leren we de kinderen zelfstandig te werken en samen te leren. We spreken kinderen aan op hun verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces. Leerlingenzorg Wij volgen de ontwikkeling van de kinderen op de voet door observaties en toetsen, maar ook door goede communicatie met de ouders. Indien dat nodig is, bieden we kinderen binnen de groep etra zorg. We maken daarbij gebruik van de deskundigheid van een gediplomeerd Intern Begeleider (IB-er) Daarnaast hebben we een remedial teacher die de kinderen buiten de eigen groep etra aandacht geeft. Indien nodig schakelen we zo nodig in overleg met de ouders, deskundigen van buiten de school in. Hieronder geeft u een korte toelichting op die onderdelen die met een kruisje (eerste kolom) zijn aangemerkt: In de laatste drie kolommen wordt u verzocht om aan te geven in welke mate het betreffende onderdeel daadwerkelijk is ingevoerd. U kunt dit vervolgens ook kort toelichten. (daarbij kan verder worden verwezen naar het schoolplan of naar een hoofdstuk in dit ondersteuningsprofiel, bijv. wanneer het om a) HGW gaat, naar hoofdstuk 3 basisondersteuning of b) de inzet van overgangsmaatregel rugzakgelden gaat, naar hoofdstuk 4 etra-ondersteuning.) > 10% > 50% > 80% 1. Scherp en tijdig gebruik maken van data-feedback: Opbrengstgericht werken. 2. Preventieve en contetgerichte aanpak van pedagogisch klimaat 3. Bewustzijn van onderwijsbehoeften en beter /tijdiger observeren 4. Leerlingen betrekken bij het feit dat iedereen anders is en bij helpen van elkaar 5. Vergroten van mogelijkheden van leerkrachten tot didactische differentiatie en klassenmanagement (werken met groepsplannen) 6 Vergroten van teamleren, IB-er doet meer aan leerkrachtcoaching 7 Rugzakgelden specifieker inzetten voor zorgleerlingen i.p.v. algemene voorzieningen zoals kleinere groep of assistentie 8 Eterne eperts meer bij je school betrekken (schoolmaatschappelijk werk integreren, schoolspecifieke aanpak zorgteam e.d.) 9 Aandacht voor de kwaliteit van handelingsplanning en handelingsgericht werken. 10 Verwijzing binnen de school: plusklas, hulpklas van grote kwaliteit 11 Ambulante begeleiding clusteren, afstemmen op aard van de school en interne organisatie 12 Verbeteren van etra aanbod en activiteiten voor meerbegaafden 13 Taal- lees- en rekeneperts, gedragsdeskundigen in het team inbouwen 14 Invoeren tweede leerwegen, werken met individuele ontwikkelingsperspectieven. Pagina 5 van 17

6 1. We zijn bezig met het maken van groepsplannen, waarbij we gebruik maken van de foutenanalyses van de methodetoetsen. 2. We hebben klassenregels en pleinregels. Voor Rheezerveen vinden wij dat voldoende. 3. Voor leerlingen met een specifiek probleem zijn de onderwijsbehoeften bekend. Deze worden ook vermeld in het handelingsplan en op het groepsoverzicht. 5. Er wordt gewerkt met het direct instructie model en verlengde instructie. 6. Het gebeurt wel, het effect is niet zichtbaar. 7. De rugzakgelden komen ten goede van de rugzak leerling. (huidige/ oude situatie) 8. We hebben een zorgteam dat goed functioneert, waar schoolmaatschappelijk werk en de GGD verpleegkundige en de orthopedagoog van de IJsselgroep in meedraaien. Er is een goede afstemming met de logopedie. Voor een dyslectische leerling wordt er hulp op school geboden door een dysleiespecialist. 9. De handelingsplannen worden door 67% van de leerkrachten smart geformuleerd en uitgevoerd zoals afgesproken. 10. N.v.t. 11. N.v.t. 12. Er is een protocol voor meer begaafden dat wordt toegepast en uitgevoerd. 13. Er is een rekenspecialist. 14. Voor vier leerlingen is er een ontwikkelingsperspectief opgesteld. Pagina 6 van 17

7 Kengetallen leerlingpopulatie over huidig schooljaar (telling 1 oktober 2014): Telgegevens Teldatum: 1 oktober 2014 Totaal aantal leerlingen: 43 Leerlingen met een gewicht 0.3: 5 Leerlingen gewicht 1.2: 0 Leerlingen met indicatie en/of specifieke onderwijsbehoefte over huidig schooljaar : Gp 1 Gp 2 Gp 3 Gp 4 Gp 5 Gp 6 Gp 7 Gp 8 Totaal Aantal leerlingen Geïndiceerd: Cluster 1 Cluster 2 Cluster 3 Cluster 4 Arrangement 1 CAT Niet geïndiceerd, maar met individueel ontwikkelingsperspectief i.v.m.: leervordering gedrag anders Toelichting: Eerste rij aantal leerlingen: Invullen het totaal aantal leerlingen dat in deze groep zit. De laatste kolom levert dus het totaal aantal leerlingen van de school op. Onder geïndiceerd worden de leerlingen per cluster aangegeven waarop de overgangsmaatregel rugzakjes van toepassing is. Graag per cluster en per groep aangeven hoeveel leerlingen per 1 okt. voor deze overgangsmaatregel in aanmerking komen Onder niet-geïndiceerd geeft u (onderverdeeld naar leervordering, gedrag en anders) aan voor welke leerlingen geen etra ondersteuning op basis van een individueel arrangement wordt ontvangen, maar waarvoor wel een individueel ontwikkelingsperspectief in overleg met de ouders is opgesteld. Pagina 7 van 17

8 Kengetallen leerlingpopulatie en verwijzing over laatste 4 schooljaren (steeds op basis oktober-telling): Schooljaar Aantal 1 ( vanaf feb 1 1 zittenblijvers is er een ll. teruggeplaatst vanuit het vo) Verwijzingen 1 sbo Verwijzingen cl 1 Verwijzingen cl 2 Verwijzingen cl 3 Verwijzingen cl 4 (Met betrekking tot deze kengetallen kunnen hier opmerkingen over de populatie van de school gemaakt worden bijvoorbeeld: relatief veel leerlingen met een gewicht (zie als referentiekader) en/of een bepaald jaar waarin er veel leerlingen verwezen zijn. Een tekstblokje waarin meer in algemene termen de populatie wordt beschreven en met name ook de rol die de school in het dorp / de wijk vervult: bijvoorbeeld dat jouw school meer dan de andere scholen in de wijk zorgleerlingen aantrekt) kunnen hier beschreven worden. Mogelijk ook dat bepaalde gegevens de aanleiding vormden voor een gewenste schoolontwikkeling als eerder genoemd) CBS Rheezerveen is een echte dorpsschool. Dat wil zeggen dat bijna alle kinderen van het dorp, uitgezonderd de Gereformeerd Vrijgemaakte kinderen, naar onze school komen. Ervaring heeft geleerd dat kinderen ook zolang mogelijk bij ons op school blijven, ook wanneer een overstap naar het SBO wenselijk zou zijn. Naast de motivatie voor passend onderwijs is er voor de school een etra prikkel om alle kinderen, indien dit maar enigszins mogelijk is, op onze school toe te laten. Dit heeft natuurlijk alles te maken met het dalende leerlingenaantal. In het verleden is het ook regelmatig voorgekomen dat kinderen om sociaal emotionele redenen van andere scholen hierheen kwamen. Meestal werden ze gepest en hoopten ouders dat het kind op onze kleine school daar van gevrijwaard zou zijn. Doorgaans is dat ook zo. 1 Inclusief de zittenblijvers in de kleutergroepen Pagina 8 van 17

9 3. Basisondersteuning (In dit hoofdstuk beschrijft de school de basisondersteuning. In onze afdeling rekenen we ook de werkwijze m.b.t. licht curatieve interventies in het kader van aanpak dysleie (protocol) en HBG (protocol) daartoe. Het hoofdstuk kan dus de volgende indeling krijgen:) Basiskwaliteit NB: strikt genomen gaat het hier om de minimale onderwijskwaliteit zoals gemeten wordt door de inspectie. Uitgangspunt voor het schoolondersteuningsplan: scholen die onder basistoezicht van de inspectie van het onderwijs vallen, hebben hun basiskwaliteit op orde en kunnen dus volstaan met een verwijzing naar het inspectierapport. Scholen die niet onder het basistoezicht vallen kunnen dat hier vermelden. (Eventueel kunt u aanvullend verwijzen naar of knippen plakken vanuit schoolplan, veel scholen kunnen hier gebruik maken van bijv. kwaliteitskaarten). Onze school heeft een basisarrangement (zie bijlage inspectierapport) Aanpak dysleie (zie bijlage 3) HBG In 2010 heeft onze school Levelboen aangeschaft. De leerkrachten vullen voor hun groep het Sidi-R protocol in. Als daaruit blijkt dat een kind (vermoedelijk) meerbegaafd is, mag het gaan werken met de levelboen. De leerkracht neemt/krijgt tijd om één keer in de week met het kind apart te gaan zitten om te evalueren en het werk voor de komende week te plannen. De reguliere lesstof wordt aangeboden d.m.v. compacten en verrijken. Dit aanbod is beschikbaar voor alle kinderen die d.m.v. het Sidi R protocol zijn gediagnosticeerd. Het samenwerkingsverband heeft ook nog het aanbod van Manifesto, maar dit is slechts bestemd voor een beperkt aantal kinderen en kan dus slechts als aanvullends worden beschouwd. (zie ook bijlage 2 'deelzorgplan ecellent leren en meer- begaafdheid'.) Preventieve en licht curatieve interventies De scholen in ons SWV rekenen de volgende maatregelen t.b.v. afstemming tot basisondersteuning: a. De maatregelen t.b.v. leerlingen met dysleie zoals beschreven in het protocol dysleie (in overleg met de IB-ers zal hier een verwijzing komen naar een bijlage met het betreffende document) b. De maatregelen t.b.v. leerlingen die meerbegaafd zijn en de signalering van hoogbegaafde leerlingen zoals beschreven in bijlage 2 protocol hoogbegaafdheid. NB: t.b.v. hoogbegaafde leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte is de afdeling Hardenberg een groepsaanbod voor etra-ondersteuning: Manifesto. c. De aanpak voor het voorkomen van gedragsproblemen (moet nog overeengekomen worden).. Ondersteuningsstructuur (beschrijving zoals bijvoorbeeld is beschreven in zorgparagraaf van schoolplan. Deze zorgparagraaf van het schoolplan werd in het verleden ook opgestuurd naar SWV) Een kader voor de 'afstemming' van het onderwijs op leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte in de school Op het niveau van het samenwerkingsverband is een gemeenschappelijk referentiekader overeengekomen dat,bij de onderlinge schoolbezoeken, de beslismomenten in de schoolinterne en Pagina 9 van 17

10 schooleterne keuzes (m.b.t. afstemming en inzet van middelen) transparant maakt en kan verduidelijken. Het is beleid van het SWV om de deelnemende scholen niet te verplichten tot de invoering van een uniforme 'zorgstructuur'. Daarvoor is ook de schoolontwikkeling m.b.t. afstemming te veel een groeimodel. Op CBS Rheezerveen In eerste aanleg werken we in groep 3 t/m 8 preventief. Dat wil zeggen dat de methodegebonden toetsen leidend zijn voor de zorg. Dat gaat als volgt: *Signaleren van toetsonderdelen die lager scoren dan 80% goed *Resultaten worden opgenomen in het groepsplan *Diagnosticeren a.d.h.v. etra (weer-) lessen en direct etra zorg bieden *Evaluatie/toetsing etra zorg *Etra aandacht in (het) volgende lesblok(ken) d.m.v. verlengde instructie en aanvullend materiaal *Deze aanpak gedurende enkele blokken voortzetten *Na overleg met IB-er overgaan tot de volgende stap Deze schematische weergave nader uitgewerkt: Signalering De groepsleerkracht volgt de ontwikkeling van het kind door te observeren en te toetsen. De observaties en de resultaten van de methodegebonden toetsen en de toetsen van het leerlingvolgsysteem worden verwerkt in groepsplannen en deze worden bewaard in een klassenmap en in het administratieprogramma Parnassys. Diagnosticeren Bij de methodetoetsen maken we een foutenanalyse van alle onderdelen met minder dan 80% goed. Zo weten we welke leerlingen nog moeite hebben met (bepaalde onderdelen van) de leerstof. We oefenen etra met dit kind, maar nodigen het kind ook bij de volgende lessen/blokken over dit onderdeel uit aan de instructietafel. Zo nodig houdt men een diagnostisch gesprek. Als blijkt dat er verder terug op de leerlijn problemen zijn ontstaan, krijgt het kind etra ondersteuning aangeboden, zo veel mogelijk tijdens de reguliere lestijd. We differentiëren in de klas in leertijd, oefenmateriaal en oefentijd; we passen de didactiek aan aan de onderwijsbehoeften van de kinderen. Kinderen die gedurende enkele blokken (op onderdelen) onvoldoende blijven scoren, worden nader onderzocht. Hiervoor gebruiken we diagnostische toetsen, of de leerkracht houdt een diagnostisch gesprek. Indien nodig wordt a.d.h.v. de resultaten een handelingsplan opgesteld. Leerlingen met een handelingsplan Voor deze leerlingenzorg volgen we het model van planmatig handelen: *signaleren van risicoleerlingen *diagnosticeren/doen van nader onderzoek *remediëren/sociale begeleiding *evaluatie van de effecten van die speciale begeleiding Bij sociaal emotionele problemen gebruiken we Zien (van Parnassys). Dit programma geeft ook handelingssuggesties. Bij een vermoeden van hoog- of meerbegaafdheid gebruiken we het Sidi-R protocol van Cedin. Het handelingsplan wordt opgesteld door de groepsleerkracht, zo nodig met ondersteuning van de IBer. Het plan wordt besproken met de ouders. Een schriftelijk verslag hiervan gaat naar de IB-er. Aan een handelingsplan wordt 8 weken gewerkt. Aan de handelingsplannen voor de soc. em. ontwikkeling werken we gedurende 6 maanden. Evaluatie. Pagina 10 van 17

11 In de groepsbespreking wordt de groep door de leerkracht besproken met de IB-er. De leerlingen met handelingsplannen krijgen tijdens dit overleg etra aandacht. In dit gesprek wordt gekeken of de speciale begeleiding effect heeft gehad en/of voortzetting er van wenselijk is. Kinderen met hardnekkige problemen worden zo nodig besproken in een teamvergadering voor de zorg. We kunnen dan besluiten om een leerling in te brengen voor consultatie. We kijken dan met de leerkracht de orthopedagoge naar mogelijke aanpassingen, onderwijsbehoeften en etra zorg voor de leerling. Daaruit kan een onderzoek voortvloeien. We kunnen daarnaast de leerling ook inbrengen in het zorgadviesteam. Dan speelt er vaak een probleem dat ook op sociaal emotioneel gebied aandacht vraagt. Tijdens de groepsbespreking worden ook de resultaten van de groep besproken; presteren ze zoals we mogen verwachten? Hoe presteren ze ten opzichte van vorige jaren? Wat heeft de groep nodig? Als bovenstaande maatregelen onverhoopt niet helpen, wordt overwogen om de kinderen een leerjaar over te laten doen. Daarbij wordt goed gekeken wat het aanbod in dat leerjaar zou moeten zijn, om de ontwikkeling van het kind te stimuleren en niet te belemmeren. Hiervoor wordt een doublureplan opgesteld. Planmatig werken (zie hiervoor bijvoorbeeld planmatig werken schema zoals dat is opgenomen in het zorgplan Scholen die de 1-zorgroute hebben ingevoerd kunnen de beschrijving daarvan hier opnemen) Pagina 11 van 17

12 4. Etra-ondersteuning (In dit hoofdstuk worden de arrangementen beschreven die mogelijk zijn gebleken voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte in de school). In het algemeen hebben we in ons SWV alle leerlingen met een individueel ontwikkelingsprofiel aangemerkt als leerlingen die op etra-ondersteuning zijn aangewezen. Voor de toewijzing van aanvullende etra-ondersteuning vanuit de afdeling in de vorm van een arrangement kan de school een ondersteuningsvraag indienen bij de CAT. Leerlingen die daarvoor in aanmerking komen, kan de school aanmelden voor een SOVA-training die vanuit het SWV wordt georganiseerd. Op termijn wordt hier samenwerking met de gemeente (CJG) gezocht (werkgroep verzorgt hier voor invoering passend onderwijs korte omschrijving van arrangement ). Leerlingen die daarvoor in aanmerking komen, kan de school aanmelden voor een groepsaanbod HBG: Manifesto. Lopende arrangementen voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte in onze school: In onze school is ten behoeve van leerlingen ( NB dit aantal is dus hetzelfde als opgegeven in de tabel: leerlingen met indicatie en/of specifieke onderwijsbehoefte ) in nauw overleg met de betreffende ouders etra-ondersteuning (dat wil zeggen met een individueel ontwikkelingsperspectief) gerealiseerd om het onderwijs in de school af te stemmen op hun onderwijsbehoeften. In is hiervoor het format voor een individueel OPP binnen de afdeling (zie site afdeling Hardenberg) vastgesteld. Het overzicht hieronder geeft de inhoudelijke aandachtspunten van het team bij onze etraondersteuning weer (zie bijlage actualisering SOP): Aard van de etra onderwijsbehoefte of aard van de beperking Wijze waarop het team betrokken is bij keuze voor een arrangement Betrokkenheid ouders Deskundigheid team Aandacht en tijd ( handen in de klas ) Aan autisme verwante stoornissen, leerlingen, meerbegaafde leerlingen, dyslectische leerlingen Voornemen, is nog niet aan de orde geweest De grenzen leer je kennen in samenspraak met ouders De ouders worden betrokken bij het begeleidingsplan, het jaarplan en de tussentijdse plannen en de evaluatie daarvan. Syndroom van Down, Leerlingen met een ernstige taal-spraakstoornis. (ESM) Aan autisme verwante stoornissen bv. NLD, of ASS. Scholing door amb. begeleiders, het bijwonen van netwerken, een cursus volgen bij de Ambelt voor het maken van een plan van aanpak. Een workshop bijwonen van Kidskills door Ben Furman. Een lezing bijwonen van Geef me de vijf Deelnemen aan het Netwerk van de Boslustschool Triple P niveau 2 Onze groepen zijn nooit groter dan 12 ll. Er heerst een kindvriendelijk klimaat Er is Pagina 12 van 17

13 Voorzieningen Gebouw Samenwerking met partners veel aandacht voor de kinderen, door de kleine groepen. De leerkracht heeft hulp van de AB-er en de IB-er. Dat kan bestaan uit consultatie, hulp bij het maken van het plan, leerlingondersteuning of het volgen van een cursus, die aansluit bij en/of voorbereidt op de komst van een kind. Lap-tops. Ipads en andere materialen. Methodieken die hiervoor zijn aangeschaft zijn: Maatwerk geel, rood, groen, blauw. (ook digitaal) Een 'Doos vol gevoelens', Babbelspel, Het Eurowinkelspel, Technisch lego, het Kwaliteitenspel, Handleiding voor jezelf. Het gebouw is rolstoel toegankelijk gemaakt. Er zijn nog geen voorzieningen wat betreft het sanitair. AB-dienst, inzet vanuit jeugdzorg. CJG Afstemming met ouders en jeugdzorg/ CJG om tot een plan te komen. Maatschappelijk werk, logopedie, dysleie/ dyscalculie coach. IJsselgroep 5. Grenzen aan het onderwijs Het schoolconcept In hoofdstuk 2 hebben we het schoolconcept van CBS Rheezerveen beschreven als een neoklassikale school aan de hand van de typologie van Jan Hooiveld. In de neo-klassikale school is een leerstofverdeling over de onderscheiden leerjaren een basisprincipe. In hoofdstuk 3 (basisondersteuning) hebben we de ondersteuning beschreven die de school kan bieden voor leerlingen die om de leerdoelen voor hun klas te bereiken zijn aangewezen op etra instructie en of begeleiding (sociaal-emotioneel) en eventueel ook andere instructie en verwerking. Het accent ligt daarbij vooral op het hoe. De leerdoelen zelf blijven zoveel mogelijk ongemoeid. De grenzen van het klassikale uitgangspunt zijn in onze school weliswaar opgerekt (zie schoolontwikkeling) maar worden in de praktijk van alledag vooral ervaren in de groep. Om de noodzakelijke afstemming te realiseren zijn voldoende handen in de klas noodzakelijk (zie ook handen in de klas : groepsgrootte). Een belangrijke grens aan de afstemming van het onderwijs is met de verdeling van leerdoelen over de jaarklassen eveneens een gegeven: leerlingen die de eindtermen van het basisonderwijs niet zullen bereiken zijn aangewezen op speciale maatregelen. Deze maatregelen hebben niet alleen betrekking op het hoe maar ook op het wat (de leerdoelen). In hoofdstuk 4 (etra-ondersteuning) hebben we beschreven hoe de school daarin zijn weg zoekt o.a. door het met partners realiseren van speciale arrangementen op basis van een individueel ontwikkelingsperspectief. Epertise en draagvlak bij team (Hier beschrijven op welke wijze het draagvlak bij het team verworven is en hoe het huidige team denkt over passend onderwijs: bijvoorbeeld stellingen discussie zoals we die in de workshop op de onderwijsdag hebben gedaan kan hier weergegeven worden. Ook kan volstaan worden met sobere weergave waartoe het team zich op dit moment wel / niet toe in staat acht). Ten behoeve van het overkoepelend rapport van het SWV graag het volgende overzicht invullen: Pagina 13 van 17

14 Epertise en draagvlak bij team We hebben in het verleden een paar keer te maken gehad of een leerling wel of niet bij ons op school geplaatst zou worden. We gaan er vanuit dat ieder kind in principe welkom is. Daarnaast stellen we binnen het team de vraag of we in staat zijn de leerling adequaat te kunnen begeleiden. Wat hebben we als team nodig om deze leerling te begeleiden? Wat heeft de betreffende leerkracht nodig? Wat heeft de leerling nodig? Kunnen we aan de onderwijsbehoeften van de leerling voldoen? Hebben we de leerkrachtvaardigheden, of kunnen we die versterken? Wat heeft de groep nodig, zodat deze leerling geplaatst kan worden? Is de samenstelling van de groep zodanig dat de leerling zich er thuis voelt, wat is daarvoor nodig? Is ons gebouw geschikt? Zijn er aanpassingen nodig? De beschikbaarheid van epertise (gecertificeerd) op specifieke gebieden is binnen onze school als volgt: Aard epertise 2 teamniveau 3 Individuele teamleden 4 bereidheid tot inzet voor SWV 5 RT. opleiding 1 Triple P niveau 2 1 HGPD 1 Leraar spec. onderwijs 1 IB-er Leraar spec. onderwijs Master SEN 1 Handen in de klas (Zie ook grenzen in schoolconcept: handen in de klas is belangrijke voorwaarde. Als SWV reiken we hierbij enkele richtlijnen aan gerelateerd aan het schoolconcept): Binnen de afdeling van ons samenwerkingsverband vormen de volgende uitgangspunten het voorlopige kader voor wat we m.b.t. handen in de klas gerelateerd aan ons onderwijsconcept onder basisondersteuning rekenen: Uitgangspunt voor groep van 26 leerlingen: De leerkracht kan dan drie instructiegroepen hanteren. (bijvoorbeeld: (ver)korte instructie / basisinstructie / verlengde instructie). Ten behoeve van de begeleiding van leerlingen met een individueel ontwikkelingsprofiel is bij deze groepsgrootte etra ondersteuning van de groepsleerkracht nodig. In het overzicht hieronder is de groepsindeling van de school weergegeven met daarbij hoe voor het cursusjaar de inzet van etra handen in de klas is gerealiseerd: Groepsindeling en inzet van etra handen in de klas (buiten de handen van de aanwezige groepsleerkracht) 6 2 Hieronder kan de school aangegeven t.a.v. welke onderwijsbehoeften, werkwijzen, stoornissen e.d. de school in haar team over veel epertise kan beschikken. 3 Wanneer 80% van de teamleden over de betreffende epertise beschikt (bijv. naar aanleiding van teamscholing) in deze kolom een kruisje plaatsen. 4 Hier alleen wanneer in de vorige kolom geen kruisje is geplaatst aangeven hoeveel teamleden over de betreffende epertise beschikken. 5 Met kruisje aangeven of het SWV (denk aan verzorgen workshops e.d.) of vanuit andere scholen van het SWV (denk aan advisering) een beroep op deze epertise gedaan kan / mag worden. Pagina 14 van 17

15 Groep Aantal leerlingen Etra handen 7 uit eigen budget 1/2 9 Aantal uren per week 3/5 17 6/7/ leerkrachthanden 3 en 11 Gebouw (Beschrijving van mogelijkheden / beperking ruimtelijke omgevingen gebouw. Kan bijvoorbeeld in schema: X Rolstoeltoegankelijk Time-out ruimte Etra grote lokalen, gangen Etra kwaliteit speelplein; we hebben veel ruimte rondom de school, met daarbij een apart voetbalveld. Verzorgingsruimte of ruimte voor fysio- therapie, revalidatie,) Omgeving voor sensorische beleving (snoezelen e.d.) kan gerealiseerd worden Rustruimte (kan gerealiseerd worden) Handenarbeidlokaal / atelier / technieklokaal Speel-/gymlokaal Keuken (voor leerlingen) Schooltuin Dierenverblijf Zwembad Op basis van dit overzicht (met kruisje aangeven wat aanwezig en erachter dan bijvoorbeeld een omschrijving) kan aangegeven worden wat met het oog op specifieke behoeften een wens / grens is. 6 In uren per week vanuit eigen formatie inclusief middelen passend onderwijs: zie bijlage actualiseren SOP. 7 Bijvoorbeeld onderwijsassistent. / remedial teacher / AB-er / stagiaire / leerkracht in opleiding / ouder (dus ook niet-betaalde, maar wel structurele ondersteuning van de leerkracht hier vermelden. Pagina 15 van 17

16 6. Conclusies en ambities (Hieronder op basis van de info conclusies trekken m.b.t. afstemming: wat wel / wat nog niet en bijvoorbeeld waar de school de komende ti d op inzet (conclusies). Dat kunnen dus activiteiten zijn als aangegeven in tabel in hoofdstuk 2 onder onderwijsconcept.) De doorstroom en hoe de ouders daarbij betrokken worden, staat op papier. Protocol verlengde kleuterperiode aanpassen en bespreken. De uitstroom beschrijven. Groepsplan begrijpend lezen evalueren en borgen. Rekenproject Universiteit van Utrecht/Windesheim. Opstellen groepsplannen groep 1,2 Groepsplan rekenen verbeteren en aanpassen. We gaan over op Zien (SEO) en stellen dan streefdoelen. Pagina 16 van 17

17 Actualisatie SOP 0. Basisondersteuning Inzet in fte Man. School: Ondersteuning: Groepen: 3 groepen, fte. Etra Ondersteuning Aantal Bedrag Formatie 1. Rechtstreeks vanuit afdeling per ll. Inzet lln school lln met OPP, zonder arrangement: zie OPP en SOP (zie blz. 7) 2. (Overgangsmaatregel) Rugzakjes cluster 3/ 4 (zie overzicht Hoofdstuk 4) Zie OPP lln en SOP blz (Overgangsmaatregel) Kentalis 4. Arrangement CAT Zie OPP lln en SOP zie blz Deelname HBG-groep 0 6. Deelname Sovatraining 0 6. Deelname SBO (lln. die 1 laatste 5 jaar zijn verwezen): 4000,- per ll. 7. Deelname SO. Laatste 0 nvt 5 jaar verwezen nu nog in natura 8. AWBZ-compensatie 0 nvt Pagina 17 van 17