Samenvatting Maatschappijleer Mens en werk (Team)

Transcriptie

1 Samenvatting Maatschappijleer Mens en werk (Team) Samenvatting door een scholier 3235 woorden 7 november ,4 8 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Als je na je middelbare school verder gaat leren moet je een vervolgopleiding kiezen. Je decaan help je met kiezen van een vervolgopleiding. Je moet goed nadenken bij wat je kiest,je moet iets kiezen wat je leuk vind en wat je kan. Maatschappelijke arbeidsverdeling: maatschappelijke arbeidsverdeling: is de verdeling van het werk over mensen met verschillende beroepen,functies en bedrijven. Arbeid: onder arbeid verstaan we alle bezigheden (betaald of onbetaald) waar anderen belangstelling bij hebben. (Bijv. afwassen stofzuigen en de tuin omspitten,collecteren en huiswerk maken) Arbeidssectoren: Om een overzicht van de vele soorten bedrijven te krijgen,kun je een indeling in sectoren maken: Primaire sector:bestaat uit landbouw,veeteelt en visserij. Secundaire sector: bestaat uit ambachtelijke bedrijven en industrie. Tertiaire sector: bestaat uit commerciële dienstverlening,bedrijven die door het leveren van diensten winst proberen te maken. Bijvoorbeeld banken,verzekeringsbedrijven,reisbureaus en fietsenmakers. Quartaire sector: bestaat uit de niet-commerciële dienstverlening,(overheids)instellingen waarbij het niet draait om het maken van winst. Bijvoorbeeld scholen en gemeentehuizen. Redenen om te werken: er zijn vele redenen om te werken: Inkomen: inkomen heb je nodig voor je eerste levensbehoefte en natuurlijk wil je ook nog wel iets leuks doen. Zelfrespect: mensen die werken hebben het gevoel dat ze zich nuttig voor anderen maken. Zelfontplooiing: bij veel beroepen heb je het gevoel dat je je ontwikkeld. Je leert steeds meer en het werk gaat je steeds makkelijker af. Om hogerop te komen moet je je bij veel beroepen verder ontwikkelen. Na school ben je nog niet van het studeren af. Status: bepaalde beroepen worden door anderen al belangrijk en hoog Gezien. Vaak gaat het om beroepen waarbij je of een hoge opleiding nodig hebt. Of bijzondere Pagina 1 van 11

2 capaciteiten moet bezitten. Sociale contacten: als je werkt ontmoet je andere mensen. Vrijwilligerswerk (bron 2) Het wordt steeds zeldzamer dat jongeren zich inzetten als vrijwilliger. Ze lezen liever een boek dan dat ze zich inzetten. Bijbaantjes (bron 4) Steeds meer jongeren hebben een bijbaantje. Dat komt ook onder anderen omdat er op de arbeidsmarkt steeds meer vraag naar is. De spanning op de arbeidsmarkt verleidt jongeren tot meer werk en in sommige gevallen zelfs tot opstappen uit de schoolbanken. Zonder diploma gaan werken en geld verdienen. Met geld ben je iemand vandaag de dag. Kwart van personeel blijft thuis (bron 5) In de toekomst zullen er steeds meer telewerkers komen, steeds meer mensen gaan thuis hun werk doen. Een deel van een werkweek kan je dan je werk thuis doen. Je krijgt dan thuis een werkplek die aan de eisen voldoet. Beter voor de werknemer.. De directie van een verzekeringsmaatschappij ziet een aantal voordelen: nieuwe mogelijkheden om de taken in het gezin beter te verdelen. Je kunt schuiven met de tijden waarop je werkt,ontspant en geeft aandacht aan je gezin. Door medewerkers die vrijheid te geven,voelen ze hun meer betrokken bij hun werk en doen ze hun werk beter. Beter voor de klant.. Ook een voordeel is dat je niet werkt op de ouderwetse kantooruren maar mensen kunnen nu bijvoorbeeld ook s avonds een schademelding doorgeven. Volgens de verzekeringsmaatschappij kun je nu niet meer spreken van een 36-urige of 32-urige werkweek. Telewerkers veroorzaakt meer stress (bron 6) Telewerken is slechter voor de gezondheid dan werken op kantoor. Het veroorzaakt schuldgevoelend een meer stress. Concentratie en slaapproblemen zijn het gevolg. Dan is de conclusie van een onderzoek van de Britse Psychologenvereniging. Mannen hebben er het meest onder te lijden. Zij voelen zich geïsoleerd en missen de emotionele steun een kameraadschap van kantoor en ook de technische hulp wanneer er iets mis gaat. Beloning en waardering voor arbeid: De hoogte van een inkomen wordt bepaald door de opleiding,de zwaarte van de baan en of er genoeg vraag naar het beroep is. De vraag naar chirurgen is groot maar het aanbod is klein. Dat komt door me zware moeilijke medische opleiding. Bij beroepen in de industrie speelt automatiseren een grote rol, wanneer meer werk door machines wordt gedaan wordt de vraag naar fabrieksarbeiders minder. Hou minder de vraag hoe hoger het aanbod,hoe lager het inkomen. Bij een beroep is de hoogte van het inkomen en de status van dat beroep afhankelijk van: Pagina 2 van 11

3 1 vraag en aanbod 2 opleiding 3 mogelijkheid tot ontplooiing 4 verantwoordelijkheid 5 capaciteiten 6 de hoeveelheid macht die je binnen het beroep hebt 7 afwisseling Status en sociale ongelijkheid: Door het waarderen en belonen van arbeid nemen mensen in de maatschappij verschillende posities in. Sociale status: de plaats die een persoon op de maatschappelijke ladder inneemt. Mensen met een hoog inkomen hebben veel macht en een hoge status waardoor je meer makkelijker toegang hebt tot allerlei instanties hebt zoals: ziekenhuizen,artsen enz. dergelijke verschillen noemen we sociale verschillen. Sociale ongelijkheid is het gevolg van verschillen in inkomen,macht en status. Het ene bedrijf is het andere niet, Binnen elk bedrijf gelden bepaalde normen en waarden. Er is ook een bedrijfscultuur. De cultuur van een bedrijf kan je aan het volgende herkennen: Omgangsvormen van het personeel. - hoe wordt de chef aangesproken met jij of met u? - op welk manier gaat men met verjaardagen en jubilea om? - Gaan de personeelsleden afstandelijk of vriendschappelijk met elkaar om? Bedrijfsregels Bedrijfsregels zijn vaak opgenomen in de arbeidsovereenkomsten van de werknemers. Bijvoorbeeld regels over kleding,ziekmelden en koffiepauzes. Voor verplegend personeel gelden andere kledingvoorschriften dan voor verkopers in een winkel. Formele en informele houdingen binnen het bedrijf. Formele verhoudingen: taken en functies. Op papier staat precies beschreven wat iedereen wel en niet mag doen. Informele verhoudingen:hierbij zijn 2 vragen centraal: - hebben de personeelsleden respect en vertrouwen in elkaar? - Hou wordt er over het bedrijf gedacht? Manieren van leidinggeven. Iedereen heeft een bepaalde rol. De rol die speelt is afhankelijk van de positie die je binnen een groep inneemt. Formele rol: bepaald de taak,functie en salaris. Informele rol: wordt bepaald door te kijken naar hoe iemand als persoon functioneert in een bedrijf. In een werksituatie moet altijd iemand de leiding hebben. Die zorgt ervoor dat de taken goed worden Pagina 3 van 11

4 volbracht. Stijlen van leiding geven (bron 10) Autoritaire stijl: de arbeidsproductiviteit van werknemers staat centraal. Men gaat hierbij vanuit dat mensen door drang moeten worden aangezet tot werk. De leidinggevende geeft opdrachten en duld geen tegenspraak,ergens over discussiëren of overleggen is niet mogelijk. Vaak wordt deze stijl toegepast wanneer het niet goed gaat met het bedrijf en in een korte tijd de resultaten verbeterd moeten worden. Minder autoritaire stijl: deze stijl houd al iets meer rekening met de werknemer. Men kijkt waardoor de werknemer gemotiveerd kan worden. Dot kan bijvoorbeeld door een goede werksfeer,kans op promotie en duidelijke ideeën over het werk. Bij deze stijl kijkt men ook wel naar de arbeidsprestaties van de werknemers maar er wordt ook gezorgd voor voorzieningen waardoor het werken plezieriger voor hen wordt. Maar van echte inspraak is nog steeds geen sprake. Raadplegende stijl: werknemers worden geraadpleegd voordat er een beslissing wordt genomen. De leidinggevenden nemen nog wel de uiteindelijke beslissing maar stellen meningen van werknemers op prijs. Voor deze stijl wordt vaak gekozen omdat ondergeschikten beter werken als zij zich mede-eigenaar voelen van de oplossing van een probleem. Democratische stijl: bij deze stijl nemen de leidinggevenden en werknemers samen de beslissingen. De reden hiervoor is dat werknemers die volledig betrokken zijn bij de besluitvorming van het bedrijf meer gemotiveerder zijn en dus beter benut worden. Medezeggenschap In het kader van democratisering heeft de overheid regels opgesteld over de inspraak in een bedrijf. Medezeggenschap van de werknemer is geregeld in de wet op ondernemingsraden: kleine bedrijven zijn verplicht om personeelsvergaderingen te houden. Personeelsvergadering: bijeenkomst waarin de directie en het personeel allerlei zaken bespreken die voor het bedrijf en werknemers van belang zijn. Bedrijven met meer dan 35 mensen:ondernemingsraad(or): gekozen vertegewoordigers uit het personeel van het bedrijf. vertegenwoordigen de belangen van het werknemers,overleg met werkgever over beleid en functioneren van het bedrijf. de OR heeft bevoegdheid mee te beslissen over bijvoorbeeld: werktijden,vakanties en opleidingen. Ze mogen ook advies uitbrengen over zaken als automatisering en reorganisatie van het bedrijf. Vakbonden: hierbij kunnen werknemers terecht over looneisen. Medezeggenschapraad(MR) (bron 13) Elke school heeft een MR waarin ouders en personeel alle belangrijke aangelegenheden van de school bespreken. Het bestuur vind een goed functionerende raad erg belangrijk omdat je dan een grote ondersteunende groep hebt voor alle besluiten die het bestuur en de school moet nemen. In het reglement van het MR staan: de bevoegdheden,werkwijze en de verkiezing vermeld. De MR heeft ook als taak:zorgen dat er niet gediscrimineerd wordt en kan zij gevraagd en ongevraagd het bevoegd gezag adviseren. In de MR zitten vier gekozen vertegenwoordigers van het team en vier gekozen vertegenwoordigers door de ouders. De MR wordt voor een periode van 2 jaar gekozen. De leden kunnen zich in die periode Pagina 4 van 11

5 herkiesbaar stellen. De verzorgingstaat Je ouders ontvangen via de overheid kinderbijslag voor jou. In geval van ziekte of werkeloosheid krijgen mensen een uitkering. Medische voorzieningen zijn voor iedereen beschikbaar. Als je ouder bent dan 65 krijg je AOW. Deze vorm van overheidszorg heet verzorgingstaat. Verzorgingsstaat: de overheid heeft als taak om de bevolking bestaanszekerheid te bieden. Door sociale wetten krijgen mensen die niet kunnen werken een inkomen. De overheid biedt ook welzijnsvoorzieningen zoals: onderwijs,gezondheid, huisvesting, bibliotheken en musea. Artikel 19 uit de grondwet (Bron 15) 1. bevordering van voldoende werkgelegenheid is voorwerp van zorg der overheid. 2. de wet stelt regels omtrent de rechtspositie van hen die arbeid verrichten en omtrent hun bescherming darbij,aksmede omtrent en medezeggenschap. Artikel 20 uit de grondwet (Bron 16) 1. de bestaanszekerheid der bevolking en spreiding van welvaart zijn voorwerp van zorg der overheid. 2. de wet stelt regels omtrent de aanspraken op sociale zekerheid. 3. Nederlanders hier te lande,die niet in het bestaan kunnen voorzien,hebben bij de wet te regelen recht op bijstand van overheidswege. Sociale verzekeringen en sociale voorzieningen Sociale zekerheidswetten: in te delen in sociale verzekeringen en sociale voorzieningen. Sociale verzekeringen: betalen werkgevers en/of werknemers een premie. Sociale verzekeringen zijn in te delen in volksverzekeringen en werknemersverzekeringen. Volksverzekeringen: gelden voor de gehele bevolking van ons land. Ze beginnen allemaal met een A van Algemene. Werknemersverzekeringen: gelden alleen voor mensen zie in loondienst zijn. Naast sociale verzekeringen hebben we ook: Sociale voorzieningen: mensen die geen recht op sociale verzekeringen hebben,nier voldoende geld hebben om in hun levensonderhoud te voorzien kunnen hier een beroep op doen. Ze worden vaak gezien als laatste redmiddel. Het geld hiervoor komen uit de belastingen. Voorbeeld van een sociale voorziening is de Algemene Bijstandswet (ABW), ook wel genoemd bijstand. Voorbeelden van sociale verzekeringen (Bron 19) AOW (Algemene OuderdomsWet): op deze uitkering heb je recht als je in Nederland woont en de leeftijd van 65 jaar bereikt hebt. AKW(Algemene KinderbijslagWet): mensen met kinderen hebben recht op kinderbijslag. WULBZ(Wet Uitbreiding Loondoorbetalingplicht Bij Ziekte): een werkgever is verplicht een werknemer bij langdurige ziekte minimaal 70% van het laatstverdiende salaris door te betalen gedurende een jaar. ZFW(ZiekenFondsWet): bijdrage in de kosten van geneeskundige hulp en ziekenhuisopname. Mensen met een hoger inkomen en mensen met een eigen bedrijf zijn niet verzekerd volgens de ZFW. Zij moeten zich Pagina 5 van 11

6 particulier verzekeren. WW(WerkeloosheidsWet): wanneer je in loondienst werkt en werkeloos wordt buiten je schuld, dan heb je recht op een WW-uitkering. Je moet je dan wel in laten schrijven bij het Arbeidsbureau. De uitkering die je krijgt,bedraagt 70% van je laatstverdiende loon. De duur is afhankelijk van hoe lang je gewerkt hebt. Problemen van de verzorgingsstaat Hoge kosten: werkeloosheid,arbeidsongeschiktheid en vergrijzing zorgen ervoor dat er veel geld moet komen om de verzorgingsstaat te financieren. Afhankelijkheid: er ontstaat een grote groep mensen die afhankelijk is van uitkeringen zoals bijstand. Daardoor is er volgens politieke en maatschappelijke instanties en armoedeproblemen ontstaan, zeker wanneer een persoon langdurig van een uitkering afhankelijk is. Uitblijvend initiatief: mensen met een uitkering zouden het initiatief verliezen om opnieuw werk te gaan zoeken. De prikkel tot het zoeken naar werk verdwijnt. Onoverzichtelijke regelgeving: veel mensen begrijpen de ingewikkelde regels niet. Wanneer heb je recht op een bepaalde uitkering en wanneer niet? Heb ik nog recht op huursubsidie? Fraudegevoeligheid: er zijn mensen die een uitkering ontvangen omdat ze arbeidsongeschikt zouden zijn,terwijl ze stiekem zwart werken. Daarnaast zijn er mensen die sjoemelen met de premies die ze moeten afdragen. De prijs van de gezondheidszorg (Bron 20) Er lijkt een einde te komen in de gezondheidszorg waarin het niet belangrijk was wat de behoefte van de consument was maar het antwoord op de vraag wat de overheid er voor over heeft. Sinds de jaren 70 hebben we een vast bedrag dat we betalen. De prijs die iedereen betaald, en iedereen recht heeft op hetzelfde pakket voorzieningen. De minister van Volksgezondheid werkte daar in de vorige kabinetsperiode nog aan mee. Ze wou op bepaalde voorzieningen bezuinigen. Pas dit jaar stemt ze ermee in het aantal opleidingsplaatsen voor huisartsen uit te breiden. Mogelijke oplossingen Problemen zijn er om opgelost te worden,maar hoe? De verzorgingsstaat in stand houden is duur. De overheid kan geld besparen door te privatiseren. Hoe minder werkelozen -> hoe minder uitkeringen. Aan de andere kant: hoe meer mensen werken -> meer belastingen (premies) de overheid kan ook bezuinigen op het sociale zekerheidsstelsel. Een aantal jaar geleden is de wet Arbeidsongeschiktheid aangepakt. Mensen worden minder snel arbeidsongeschikt verklaard. En een uitkering is lager. De burger kan zich nu zelf extra laten bijverzekeren. Privatiseren: de overheid stopt geheel of gedeeltelijk met bepaalde taken en laat die taken over aan zelfstandige bedrijven. Dit heeft onder andere plaatsgevonden bij Nederlandse Spoorwegen. Visies op de rol van de overheid sociaal democratische visie (Bron 22) De sociaal-democratische visie vindt dat de overheid een belangrijke rol heeft in het beschermen van de zwakkeren in de samenleving. Ook willen ze een eerlijke verdeling van inkomens en zeggenschap. Pagina 6 van 11

7 Liberale visie(bron 23) De liberale visie vindt dat er geen beperking van de economische vrijheid en vrije concurrentie mag zijn. De overheid moet zich zo weinig mogelijk met het economische leven bemoeien. Confessionele visie (Bron 24) De confessionele visie vindt dat werknemers, werkgevers en de overheid samen verantwoordelijk zijn voor het sociaal-economische leven. Ecologische visie(bron 25) De ecologische visie wordt naar voren gebracht door onder andere groenlinks en verschillende milieuorganisaties. Volgens deze organisaties moet de overheid en het particuliere bedrijfsleven veel aandacht schenken aan milieubelangen en duurzame ontwikkeling. Arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden Arbeid is voor de overheid heel erg belangrijk. Arbeidsvoorwaarden: zaken die gaan over aantal vakantiedagen en vrije dagen,werktijden en lonen. Arbeidsomstandigheden: hebben te maken met de veiligheid en plezier op de werkvloer. Emancipatiebeleid:de regels die de overheid maakt om de positie van groepen met een achterstand op de arbeidsmarkt te verbeteren. Het gaat vooral om vrouwen en nieuwkomers. De Arbo-wet geld voor alle vormen van werk, Behalve over je gezondheid en veiligheid, gaat de Arbo-wet ook over je welzijn. Arbeiders verenigd u! Vakbond:een vereniging van werknemers die werken bij een zelfde soort bedrijf, of die een zelfde soort beroep uitoefenen. Werknemers- en werkgeversorganisaties Vakbonden komen op voor de belangen van werknemers. De verschillende vakbonden werken samen weer in een vakcentrale. Vakcentrale kun je zien als een supervakbond die alle gewone vakbonden onder zich heeft. In Nederland zijn drie grote vakcentrales De federatie Nederlandse vakbeweging (FNV) Het christelijk nationale vakverbond (CNV) De vakcentrale middelbaar en hoger personeel (MHP) Ook werkgevers hebben belangen: winst maken,de lonen moeten daarbij niet teveel stijgen en niet teveel belasting hoeven te betalen. De grootste werkgeversorganisatie is het VNO-NCW Wederzijdse afhankelijkheid Wederzijdse afhankelijkheid : de belangen en wensen van werknemers en werkgevers sterk hebben een sterk verschil. Werknemers willen hoge lonen,maar hoge lonen betekenen voor werkgevers hogere kosten. En dus minder Pagina 7 van 11

8 winst. Werkgevers willen dus te lonen niet te hoog laten stijgen. Werknemersbelangen (Bron 28) - Werkgelegenheid - Goede arbeidsvoorwaarden als loon,vakantiedagen en gunstige werktijden. - Goede arbeidsomstandigheden als gezondheid en veilig werk,aangenaam werk. - mogelijkheden om vooruit te komen(promotie) - opleiding en cursus mogelijkheden - inspraak en medezeggenschap - rechten bij ontslag,ziekte,arbeidsongeschiktheid of werkeloosheid. Werkgeversbelangen (Bron 29) - lage kosten voor bijvoorbeeld goedkope grondstoffen arbeid en kapitaal - werkwillige en bekwame werknemers - geen stakingen of andere arbeidsonrust - winst maken - zo weinig mogelijk beperkende overheidsregels - lage belastingen en premies voor sociale verzekeringen Individuele en collectieve arbeidsovereenkomsten Als je ergens gaat werken sluit je een individuele arbeidsovereenkomst af. In deze overeenkomst staan afspraken die alleen tussen jou en de baas gelden. Collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO) CAO: een afspraak tussen vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers van gelijksoortige bedrijven over arbeidsvoorwaarden. Middelen werknemers (Bron 30) Middelen van vakbonden om voor de belangen van werknemers op te komen zijn: - overleg met directies op bedrijfsniveau - contacten met belangrijke politici (lobbyen) - weglopen bij onderhandelingen over bijvoorbeeld CAO s - prikacties - stakingen - bedrijfsbezettingen - naar de rechter stappen als bedrijven zich niet aan de CAO houden. Middelen werkgevers (Bron 31) De middelen die de werkgeversorganisaties hebben om voor hun belangen op te komen zijn: - lobbyen - weglopen bij onderhandelen over CAO s - (dreigen met) ontslagen - bedrijven verplaatsen naar landen met lage lonen Pagina 8 van 11

9 - naar de rechter stappen om bijvoorbeeld stakingen te verbieden Conflictsituaties CAO s worden meestal 1x per jaar gesloten. Tijdens de onderhandelingen komen zowel vakbonden als vertegenwoordigers van de werkgevers met een eispakket. Oorzaken van werkeloosheid Werkeloosheid kan verschillende oorzaken hebben. Werkloosheid kun je verklaren door de volgende soorten te onderscheiden: Conjuncturele werkloosheid: ontstaat door dat het tijdelijk wat slechter met de economie gaat. Structurele werkloosheid: betekent dat banen definitief verdwijnen dat kan komen door - toenemende mechanisering, automatisering en informatisering. - Verzadigde markten. Er is geen vraag meer naar bepaalde producten. - Internationale concurrentie. Bijvoorbeeld bedrijven in landen waar de (loon)kosten veel lager zijn, kunnen goedkoper produceren - Werknemers beheersen niet de kennis en vaardigheden waar werkgevers om vragen. Seizoenswerkloosheid: heeft als oorzaak dat sommige werkzaamheden aan bepaalde seizoenen zijn gebonden. Frictiewerkloosheid: is de tijdelijke werkloosheid die ontstaat als mensen van baan veranderen of net van school komen en nog bezig zijn een baan te zoeken. Mechanisering, automatisering en informatiesering Arbeidsprocessen worden steeds vaker gemoderniseerd. Dit is het gevolg van mechanisering en automatisering: mensen in het arbeidsproces worden vervangen door machines,robots en computers. Informatie en informatietechnologie zijn ook een grote rol gaan spelen in het arbeidsproces. Deze vorm van automatisering van informatie heet informatisering. Flexibele arbeidskrachten: werknemers die op verschillende locaties en of tijden willen werken. Gevolgen van werkeloosheid Persoonlijke gevolgen kunnen zijn: -In plaats van loon of salaris ontvang je een uitkering -Verlies van sociale contacten met collega s -Veel werklozen missen de snelle ontwikkelingen en modernisering van apparaten en machines en raken daardoor achterop met de kennis van hun vak -Mensen zonder baan voelen zich vaak nutteloos. -Verlies van status Maatschappelijke gevolgen kunnen zijn: -Hoge kosten van de sociale zekerheid. -Stijgende criminaliteit. Uit bepaalde onderzoeken blijkt dat er een verband bestaat tussen werkloos en criminaliteit Pagina 9 van 11

10 Zwakkeren groepen op de arbeidsmarkt zijn vrouwen, laaggeschoolden, allochtonen en gehandicapten Vrouwen: - vrouwen doen vaak het huishoudelijke werk en hebben de zorg van de kinderen. Daardoor hebben zij een voorkeur voor deeltijd werk of tijdelijk werk en hebben dus minder uitzicht/kans op vast, hoog gewaardeerd en aangenaam werk. - Vrouwen, met name oudere,hebben gemiddeld een lagere opleiding dan mannen. - Vrouwen onderbreken hun loopbaan als ze kinderen krijgen. - Kansen van vrouwen op de arbeidsmarkt zijn niet gelijk aan die van mannen omdat vrouwen vaker vakken en opleidingen kiezen die minder kans geven op een baan. - Werkgevers geven de voorkeur aan mannen. Laaggeschoolden: - laaggeschoold werk is onder invloed van nieuwe technologieën schaarser geworden. - Laaggeschoolden kunnen verdrongen worden door hoger geschoolden. Allochtonen: - vooroordelen en discriminatie geven allochtonen een verminderde kans bij openstaande vacatures. - Niet elke allochtoon beheerst de Nederlandse taal voldoende. - Allochtonen hebben baker een laag opleidingsniveau. Gehandicapten: - werkgevers geven voorkeur aan werknemers zonder handicap vanwege hogere verzekeringskosten en angst voor grondig ziekteverzuim. - Angst voor lagere productie van gehandicapten - Sommige functies zijn niet of moeilijk te vervullen door gehandicapten. Minimaal mbo voor een baan (Bron 36) De vraag naar laaggeschoold personeel neemt sterk af. Bij steeds meer banen is minimaal een MBO diploma erg belangrijk. Wie dat niet heeft dreigt werkeloos te worden. Wat doet de overheid? Om het mogelijk te maken dat zorgtaken meer gelijk verdeeld worden over mannen en vrouwen of dat mensen een baan en gezinstaken kunnen combineren heeft de overheid verschillende maatregelen genomen:bevorderen van werken in deeltijd, stimuleren van kinderopvang en instellen van ouderschapsverlof. Niet alleen voor vrouwen heeft de overheid maatregelen genomen,ook voor allochtonen,gehandicapten,laaggeschoolden en jongeren bestaan er diverse maatregelen: - (her)scholingsprogramma s - Arbeidservaringplaatsen,banenpools voor langdurig werklozen. - bij gebleken gelijkwaardig bij sollicitaties krijgen mensen uit een groep met een achterstand positie de voorkeur (positieve actie); - verplichting voor bedrijven om het aantal allochtonen werknemers te registreren Pagina 10 van 11

11 - het goedkoper maken van laag opgeleide arbeidskrachten voor de werkgevers bijvoorbeeld door afschaffing of verlaging van het wettelijk minimumloon. Pagina 11 van 11