BREAKDOWN EN GEASSOCIEERDE KIND- EN PLAATSINGSGERELATEERDE FACTOREN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BREAKDOWN EN GEASSOCIEERDE KIND- EN PLAATSINGSGERELATEERDE FACTOREN"

Transcriptie

1 TVW, 34e jg, nr 305, februari 2010 PLEEGZORG PLACEMENT BREAKDOWN EN GEASSOCIEERDE KIND- EN PLAATSINGSGERELATEERDE FACTOREN Een kwantitatief exploratief onderzoek naar pleegzorg binnen de Bijzondere Jeugdbijstand in Vlaanderen Stephanie PEETERS 1 Het aantal lopende maatregelen in de Bijzondere Jeugdbijstand (BJB) neemt over de jaren heen sterk toe. Pleegzorg heeft hierin een zeer groot aandeel. In 2003 zijn er lopende maatregelen binnen de diensten voor pleegzorg, wat in 2007 stijgt tot (Heeren, 2009). Ondanks het aandeel van pleegzorg binnen de BJB geeft de Federatie Pleegzorg aan dat er geen grootschalig wetenschappelijk onderzoek gebeurt omtrent pleegzorg in Vlaanderen (Federatie Pleegzorg, s.d. a). Deze bedenking horen wij ook vanuit het werkveld (Wieërs en Helsen, 2007). Naast de toename in het aantal lopende maatregelen binnen pleegzorg valt op dat het aantal stopgezette eerste maatregelen in 2005 binnen pleegzorg hoog ligt ten opzichte van andere hulpverleningsvormen. Dit ver wijst naar het aantal beëindigde pleegplaatsingen bij jongeren die voor het eerst in contact komen met een hulpverlening binnen de BJB. Een goede match tussen pleeggezin en pleegkind is bijgevolg van groot belang om zo de kans op drop-out te verkleinen. Bij matching worden kind- en pleegouderkenmerken naast elkaar geplaatst. Pleegzorg tracht zo te komen tot de meest geschikte pleegplaatsing (Strijker en Zandberg, 2001). De praktijk geeft aan dat informatie vanuit onderzoek hierbij van belang is. Hiernaast zou deze informatie ook nuttig kunnen zijn om preventieve maatregelen te treffen (Wieërs, 2007). De vraag die het werkveld zich hierbij stelt is: Wat zijn risico- en beschermingsfactoren bij een pleegplaatsing? In deze studie gaan wij op zoek naar factoren die bepalend kunnen zijn voor het al dan niet gunstig vroegtijdig beëindigen van een pleegplaatsing. W ij trachten hierbij in eerste instantie een zicht te bieden op de bestaande literatuur. Daarna vullen we dit aan met factoren uit een eigen exploratief onderzoek De auteur is verbonden aan de Onderzoeksgr oep Welzijn en de Verzorgingsstaat van de Universi - teit Antwerpen. Contact: Stephanie.peeters@ua.ac.be.

2 54 Pleegzorg en placement breakdown: definities en begrippen In deze studie bekeken wij pleegzorg van minderjarigen binnen de Bijzon de - re Jeugdbijstand. Naast deze vorm van pleegzorg zijn er nog drie andere vormen die wij hier niet behandelen: pleeg zorg voor personen met een handicap, gezinsondersteunde pleegzorg en gezinsverpleging (Federatie Pleeg - zorg, s.d. b). Pleegzorg is binnen deze studie een residentiële hulpverleningsvorm die aangeboden wordt aan minderjarigen die (tijdelijk) opgevangen worden in een ander gezin dan het gezin van her - komst. Daar het geen adoptie be treft, behouden de biologische ou ders hun ouderlijke macht. De pleeg ouders krijgen een totale of gedeeltelijke op voe - dingsrol. Deze pleegplaatsing kan voor korte of lange termijn zijn, al dan niet onderbroken. Het kind kan in pleeg zorg terechtkomen tussen nul en achttien jaar. De pleegzorg kan, indien het pleegkind dit zelf aanvraagt, verlengd worden tot eenentwintig jaar (T rise - liotis, 2002; Fede ra tie Pleegzorg, s.d. b; Jeugdzorg in Gezin, 2003). We maken een onderscheid tussen het type van pleegzorg volgens het doel van de plaatsing. In het kader van deze studie maken we een onderscheid tussen twee vormen (Jeugd zorg in Gezin, 2003: 5-6). De eerste vorm is de crisisoverbrugging of crisisplaatsing: deze gezinnen zorgen voor opvang van minderjarigen in e en crisissituatie. Deze kortdurende opvang heeft als doel een tijdelijke materiële opvang te voorzien in afwachting van een meer gespecialiseerde hulpverlening. De tweede vorm is de pleegplaatsing voor onbepaalde duur: deze pleeggezinnen bieden de min der jarige opvang voor een lange ter mijn. De pleegplaatsing beoogt een veilige terugkeer naar het gezin van herkomst op lange termijn of het bieden van een (pleeg)gezinscontext tot de meer derjarigheid. Wij hanteren de definitie van V an der Ploeg en Baartman (in Strijker en Zand - berg: 2001) om de term placement breakdown te omschrijven. Zij ma ken een onderscheid tussen een guns tig en ongunstig vroegtijdige beëindiging van de pleegplaatsing. Een pleegkind kan vroeger dan voorzien terugkeren naar het ouderlijke huis omdat de begeleiding van de natuurlijke ouders zeer po - si tieve re sultaten h eeft g eboekt. D it staat haaks tegenover een ongunstig vroegtijdige beëindiging die plaatsvindt wanneer een kind met veel problemen uit het pleeggezin is vertrokken en vaak een residentiële ver volgplaatsing nodig heeft. In deze studie definiëren wij bijgevolg een placement breakdown als een ongunstig vroegtijdige beëindiging van de pleegplaatsing. Naar analogie met deze definiëring werken Sallnäs, V innerljung en W es - ter mark (2004) in hun onderzoek het concept placement breakdown uit aan de hand van verschillende voorbeelden: de pleegouders of hulpverleners beëindigen de pleegplaatsing tegen de wil van het kind of de autoriteitsinstantie in; zij weigeren ver dere hulp te verlenen. De jongere loopt weg en weigert terug te keren; op deze wijze beëindigt de jongere de pleegplaatsing. De biologische ouders beëindigen de (vrijwillige) pleegplaatsing omdat zij het oneens zijn met de autoriteitsinstantie. Bevindingen vanuit wetenschappelijke literatuur Wanneer we kijken naar factoren die van invloed zijn op het al dan niet

3 voorkomen van een placement breakdown in een pleegplaatsing is het van belang een onderscheid te maken tussen kind- en plaatsingsgerelateerde factoren. Kindgerelateerde factoren Er zijn verschillende kindgerelateerde factoren die van invloed zijn op het al dan niet voorkomen van een placementbreakdown. Bij wijze van voorbeeld bespreken we er vier: leeftijd, ge - slacht, etniciteit en problematisch gedrag. Een eerste belangrijke predictor is de leeftijd van het pleegkind. Oosterman e.a. (2007) en Vanderfaellie, Van Holen en Coussens (2007) geven aan dat een oudere leeftijd een risicofactor is voor pla cement breakdown. Volgens Strij ker en Zandberg (2001) is deze oudere leef tijd een risicofactor vanaf tien jaar. Sinclair (2005) geeft aan dat de invloed van oudere leeftijd het grootst is gedurende de eerste zes maan den van de plaatsing. Ten tweede is het geslacht van het pleegkind een voorspellende factor van placement breakdown. Onderzoek van Sallnäs, V innerljung en Westermark (2004) geeft aan dat de factor geslacht het meeste effect heeft in combinatie met leeftijd. Zo hebben oudere meisjes een hoge kans op breakdown. Jonge meisjes, jonge jongens en oudere jongens hebben significant minder kans op een breakdown gedurende de eerste zes maanden van de pleegplaatsing. Etniciteit van het pleegkind is een derde predictor van placement breakdown. Wanneer een pleegkind van een etnische minderheidsgroep geplaatst wordt bij een gezin van een niet-etnische minderheid geeft dit een ver- hoogde kans op breakdown in vergelijking met een pleegplaatsing bij een gezin van een etnische minderheid. Voor jongens ligt deze voorspellende waarde hoger ten opzichte van meisjes van etnische minderheid (Sinclair, 2005). Een vierde kindgerelateerde factor met voorspellende waarde voor breakdown is problematisch gedrag. Kinderen die problematisch of antisociaal gedrag stel len, hebben een hoge kans op break down (Strijker en Zandberg, 2001; Oos ter man ea., 2007; Sallnäs, Vinnerl jung en W estermark, 2004; Sinclair, 2005; Vanderfaellie, Van Holen en Cous sens, 2007). Een betere socialisatie bij het pleegkind is een beschermingsfactor voor placement breakdown (Oosterman ea., 2007). Plaatsingsgerelateerde factoren Er zijn verschillende plaatsingsgerelateerde factoren van invloed op het al dan niet voorkomen van een placement breakdown. Bij wijze van voorbeeld bespreken we hier vier factoren: type van pleeggezin, opvoedingsstijl, eerdere plaatsing en ondersteuning van de pleegouders. Een eerste belangrijke predictor is het type van pleeggezin. De hoogste kans op breakdown wordt gevonden in een ge rekruteerd pleeggezin, de laagste in een ver wantschapspleeggezin. Ge - plaatst w orden b ij e en g rootouder, broer of zus is dus een beschermende fac tor voor placement breakdown (Sall- näs, Vinnerljung en Westermark, 2004; Oosterman ea., 2007). Hier naast is de aanwezigheid van natuurlijke kinderen in het pleeggezin een pre dictor voor breakdown (Sinclair, 2005). Een tweede voorspellende factor voor breakdown is de opvoedingsstijl. 55

4 56 Wan neer er sprake is van een geringe vertrouwensrelatie tussen de pleegouders is de kans op breakdown aanzienlijk groter. Bovendien is de er varing van opvoedingsbelasting bij de pleegouders een predictor van placement breakdown (Strijker en Zand - berg, 2001; Sinclair, 2005). Hiernaast be perken warme, kindgeoriënteerde en gemotiveerde pleegouders de kans op breakdown (Ooster man ea., 2007). Pleeggezinnen die té sterk be - trokken zijn, hebben dan weer een grote kans op placement breakdown. Deze kans neemt nogmaals toe indien het gaat om pleegkinderen met problematisch gedrag (Strijker en Zand - berg, 2001; Sinclair, 2005). De derde predictor is de er varing van een eerdere plaatsing. Zowel de eerdere plaatsing in residentiële zorg als in pleegzorg is een voorspellende factor voor placement breakdown (Sinclair, 2005; Oosterman ea., 2007; Sallnäs, Vinnerljung en Westermark, 2004). De laatste plaatsingsgerelateerde predictor is de ondersteuning van de pleeg ouders. Het gebrek aan ondersteuning heeft een nefaste impact op het verder doorzetten van pleegzorg. Dit leidt met andere woorden vaak tot een breakdown (Sinclair, 2005; Sallnäs, Vinnerljung en Westermark, 2004). Lacunes in de kennis omtrent pleegzorg en placement breakdown Eén van de meest belangrijke aan - dachts punten is het gegeven dat er nood is aan verder onderzoek omtrent pleegzorg en placement breakdown (Vanderfaellie, Van Holen en Coussens, 2007; Oosterman ea., 2007; Sallnäs, Vinnerljung en Westermark, 2004). Dit is onder andere van belang om de hoge per centages van breakdown in pleegzorg te kunnen tegengaan. Tevens kan dit er op zijn beurt voor zorgen dat dit fenomeen geen schade zal toebrengen aan pleegzorg als hulpverleningsvorm (W ieërs en Helsen: 2007; Vanderfaellie, Van Holen en Coussens, 2007). Het tekort aan onderbouwde li - tera tuur over deze thematiek in Vlaanderen wordt eveneens aangekaart door de Federatie Pleegzorg als een groot gemis (Federatie Pleegzorg, s.d. a). De begeleidende sociale diensten zijn hierin eveneens vragende partij. Zowel wetenschappelijke literatuur als het werkveld geven aan dat onderzoek belangrijke informatie kan opleveren voor het proces van matching tussen pleegkind en pleeggezin. Hiernaast valt het eveneens op dat in onderzoek vaak de focus ligt op problematisch gedrag van het pleegkind en de invloed hier van op placement breakdown. Er is echter weinig wetenschappelijke informatie omtrent de hulpverleningsgeschiedenis van het kind en of deze van invloed is op de pleegplaatsing. Deze hulpverleningsgeschiedenis houdt onder meer in met welke hulpverleningsorganisaties het kind voor de eigenlijke pleegplaatsing reeds in contact kwam. Kan een minder gunstige voorgeschiedenis bepalend zijn voor de er varing van een placement breakdown? Stroomt een pleegkind steeds in vanuit een minder ingrijpende hulpverleningsvorm? Indien pleegzorg geen succesvolle resultaten boekt, stroomt een pleegkind dan steeds door naar een meer ingrijpende zorg? Onderzoeksprobleem De hulpverleningsgeschiedenis van het pleegkind komt in onderzoek weinig aan bod. Daarom leggen wij in dit

5 onderzoek hier de nadruk op. Vanuit de veldprobleemstelling en de literatuurstudie komt volgende onderzoeksvraag dan ook naar voor: Is er een verband tussen de hulpverleningsgeschiedenis van het pleegkind en de ervaring van een placement breakdown? We vertrekken hierbij vanuit het idee dat een minderjarige binnen de hulpverlening steeds doorstroomt vanuit een minder naar een meer ingrijpende hulp verleningsvorm. Met andere woor den: men tracht het kind of de jongere steeds eerst te ondersteunen via ambulante dienstverlening. Indien deze onder steuning niet voldoende blijkt, kan men overschakelen naar een begeleiding of opname in residentiële zorg (Gevaert, 2005). Een belangrijke vraag die wij ons hierbij kunnen stellen, luidt als volgt: Stromen minderjarigen bin nen pleegzorg steeds in vanuit een minder ingrijpende dienstverlening? Op deze wijze komen wij tot volgende hy pothese: Bij minderjarigen met een re si dentiële instellingsgeschiedenis komt een placement breakdown vaker voor dan bij minderjarigen met geen of slechts een ambulante hulpverleningsgeschiedenis. Zoals hierboven reeds aangegeven, is het in deze studie van belang rekening te houden met twee types van pleegplaatsingen, nl. crisisplaatsing en pleeg plaatsing voor onbepaalde duur. We kunnen ons afvragen of het type van plaatsing een invloed heeft op het al dan niet voorkomen van een placement breakdown en of aan een pleegplaatsing voor onbepaalde duur meer verwachtingen gekoppeld zijn dan aan een crisisplaatsing. Dit leidt tot volgende hypothese: Minderjari gen hebben binnen een pleegplaatsing voor onbepaalde duur meer kans op een placement breakdown. Zoals aangegeven gaan we uit van een doorstromingsprincipe van de minst naar meest ingrijpende hulpverlening. We kunnen ons hierbij afvragen of minderjarigen waarbij een breakdown in de pleegplaatsing voorkomt, doorstromen naar een meer ingrijpende hulpverleningsvorm. D e h ypothese l uidt dan: Minderjarigen waarbij de beëindigde pleegplaatsing als placement breakdown wordt beoordeeld, stromen door naar een meer ingrijpende hulpverleningsvorm. Een kwantitatief onderzoek aan de hand van secundaire bronnenanalyse en record linkage Om deze exploratieve studie te realiseren, maakten we gebruik van dossiergegevens van een bereidwillig centrum voor pleegzorg. W ij opteren hierbij voor een retrospectieve analyse. De be - trokken pleegkinderen worden ge - volgd doorheen de volledige periode van plaatsing. W ij bekijken alle pleegplaatsingen die beëindigd zijn in het jaar Concreet zijn er dat 143. Binnen dit onderzoek gaan we deze dossiers beoordelen naargelang bo - ven staande definitie van een (vroeg - tijdig) gunstig of ongunstig beëindigde pleegplaatsing (Van der Ploeg en Baartman in Strijker en Zandberg: 2001). Bij deze beoordeling baseren wij ons op datgene wat de gezinsbegeleiders aangeven in de zesmaandelijkse evolutie- en eindverslaggeving. Hierin geven zij aan of het einde van een pleegplaatsing al dan niet gunstig is voor het kind. W anneer deze eindverslaggeving niet voldoende informatie biedt, contacteren wij de betrokken gezinsbegeleider voor verdere toelichting. 57

6 58 Wij willen hierbij duiden op het gegeven dat het hier niet gaat om een representatieve steekproef. De onderzoeksresultaten zijn hierdoor niet generaliseerbaar naar een populatie. Aangezien dit een verkennend onderzoek is, brengt dit niet veel problemen met zich mee, maar het is wel belangrijk dit in het achterhoofd te houden. Wij raden aan hiermee rekening te houden bij verder onderzoek (De Pelsmacker en V an Kenhove, 2002). Ook raden we aan in verder onderzoek de dossiergegevens aan te vullen met meer genuanceerde da ta. Het bevragen van het pleegkind en de pleegouders kan gebeuren via aanvullende onderzoekstechnieken en zal een meerwaarde bieden. Resultaten en implicaties voor de praktijk en verder onderzoek Binnen deze studie wordt één derde van d e b eëindigde p laatsingen i n 2006 beoordeeld als een placement breakdown. Wanneer wij deze bevinding trachten te nuanceren aan de hand van de samenhang met kind- en plaatsingsgerelateerde factoren, ko - men wij tot volgende conclusies. Type van pleegplaatsing Het proberen te voorkomen van placement b reakdown b etekent a andacht hebben voor belangrijke risicofactoren. Wij kunnen dan ook besluiten dat het van belang is rekening te houden met het type plaatsing. Er zijn significant meer ongunstig beëindigde plaatsingen voor onbepaalde duur in 2006 dan ongunstig beëindigde crisisplaatsingen. Placement breakdown komt bij één op acht van de crisisplaatsingen voor en maar liefst bij één op twee van de pleegplaatsingen voor onbepaalde duur. We kunnen ons hierbij afvragen wat de reden hier voor is. W orden crisisplaatsingen sneller als geslaagd be - oor deeld door de hulpverlener? In deze situaties primeert vaak de veiligheid van het kind: men tracht het kind in een materieel veilige omgeving op te vangen tot meer gespecialiseerde hulpverlening kan aangeboden worden (Jeugdzorg in Gezin, 2003). Deze verwachtingen en doelen zijn duidelijk verschillend van een pleegplaatsing voor onbepaalde termijn. Hier - naast kunnen wij ons afvragen of de impact van de risicofactoren wel groot genoeg is om binnen de korte periode van crisisoverbrugging te kunnen leiden tot een placement break down. Het onderscheid tussen bei de types is dus niet onbelangrijk. Het proberen te voorkomen van placement breakdowns betekent aandacht hebben voor belangrijke risicofactoren. Zoals Sinclair (2005) aangeeft is het van belang bij crisisoverbruggingen aandacht te hebben voor alle betrokken zorgverleners. Wanneer wij terugkijken naar de resultaten uit deze studie lijkt het ons belangrijk extra aandacht te hebben voor ondersteuning i n p leegplaatsingen v oor onbepaalde duur. Onderzoek zou zich in de toekomst kunnen richten naar het effect van ondersteunende hulpverlening. We willen hierbij eveneens duiden op het belang van het onderscheid tussen crisisplaatsingen en pleegplaatsingen voor onbepaalde duur. Een duidelijke afbakening van beide begrippen, leidt tot genuanceerdere conclusies. Verder en meer specifiek onder-

7 zoek naar beide vormen van pleegzorg lijkt ons dan ook zeer interessant. Doorstroom van pleegkinderen na pleegzorgplaatsing Er bestaat een significante samenhang tussen de hulpverleningsvorm waar de pleegkinderen van de beëindigde plaatsingen in 2006 naar doorstromen en het al of niet voorkomen van een placement breakdown. Belangrijk hierbij op te merken is dat de kinderen die vanuit pleegzorg doorstromen naar een residentiële instelling voor 2/3 als gunstig beëindigd worden beoordeeld. Dit resultaat komt overeen met het doorstromingsprincipe van minder naar meer ingrijpende hulpverlening. W anneer we kijken naar het absolute aantal pleegkinderen dat bij het beëindigen van hun pleegplaatsing doorstroomt naar een residentiële setting, valt het op dat dit aantal aanzienlijk hoog ligt. We kunnen ons afvragen wat de reden hier voor is. Is pleegzorg niet steeds een goede oplossing voor de minderjarigen? Zijn kinderen soms beter geholpen in een instellingscon - text en dus niet in een gezinscontext? We moeten dit echter nuanceren met volgend resultaat. De tweede grootste groep van de beëindigde plaatsingen zijn kinderen die terugkeren naar het gezin van herkomst of familie. Hiervan is tweederde gunstig beoordeeld. Ondanks ruimte voor verdere verbetering is dit reeds een mooi resultaat. We kunnen ons echter afvragen wat de richting van het verband is. Is de uitkomst van doorstroming van invloed op de beoordeling van een pleegplaatsing of is de waardering van de beëindigde plaatsing van invloed op de doorstroming van de pleegkinderen? Het is belangrijk dat pleeggezinbegeleiders zich hier bewust van zijn. Enkel dan kunnen zij zo goed mogelijk oordelen over de afgelopen pleegplaatsing. W ordt een pleegplaatsing als gunstig beëindigd beoordeeld omdat een minderjarige past in het doorstromingsprincipe binnen de BJB of zijn er andere redenen waarom de gezinsbegeleider een pleegplaatsing al dan niet als placement breakdown beoordeelt? Verder onderzoek naar de richting van dit verband is dan ook aangewezen. Instellingsgeschiedenis van pleegkinderen Wanneer wij tot slot de vooropgestelde onderzoeksvraag toetsen, blijkt dit verband niet statistisch significant. Er is met andere woorden geen verband gevonden tussen de hulpverleningsgeschiedenis en het al dan niet voorkomen van een placement breakdown bij de beëindigde plaatsingen in Wij kunnen ons afvragen wat de reden is. Bestaat er werkelijk geen verband tussen beide variabelen? Of is deze studie te beperkt om dit verband te kunnen aantonen? Wanneer wij deze associatie controleren voor de door verwijzende instantie, is er wel een significant verband voor de beëindigde plaatsingen die doorverwezen werden via het Comité Bijzondere Jeugdbijstand (CBJ): deze verdeling varieert naargelang de verschillen in de hulpverleningsgeschiedenis. V rijwillig beëindigde plaatsingen die geen hulpverleningsgeschiedenis kennen, zijn het sterkst vertegenwoordigd. Tweederde van deze groep is als gunstig beoordeeld. Dit is een zeer mooi resultaat, zeker wanneer we weten dat het werd bereikt binnen een vrijwillig kader. 59

8 60 De tweede grootste groep is de vrijwillig beëindigde plaatsingen met een residentiële instellingsgeschiedenis. Vanuit het doorstromingsprincipe binnen de BJB hebben zij de grootste kans op een placement breakdown. Zij stromen namelijk niet door van minder naar meer ingrijpende zorg (Gevaert, 2005). Uit de onderzoeksgegevens blijkt echter dat 52% van de beëindigde pleegplaatsingen hier als gunstig worden beoordeeld. Dit is we der om een mooi resultaat. W el heeft deze bevinding nood aan verder onderzoek aangezien het niet strookt met het doorstromingsprincipe en het verschil in waardering slechts te me - ten is aan de hand van de variatie in zeer lage aantallen. Verder heeft slechts een klein aantal vrijwillig beëindigde plaatsingen een ambulante h ulpverleningsgeschiedenis. Hier van is geen enkele beoordeeld als gunstig beëindigd. Dit staat haaks op het doorstromingsprincipe van minder naar meer ingrijpende hulpverlening. Ook hier hebben we echter te maken met zulke lage aantallen, wat de resultaten moeilijk interpreteerbaar maken. Het lijkt ons, ondanks het niet statistisch significant gevonden verband, interessant om deze onderzoeksvraag uitgebreider en op grotere schaal te bestuderen. In dit onderzoek is enkel rekening gehouden met de voorziening waarbij het pleegkind hulp verkreeg tot voor de huidige pleegplaatsing. In een meer geavanceerd onderzoek kan men gewicht geven aan het aantal eerder doorlopen hulpverleningsprogramma s. V erdere toetsing van het doorstromingsprincipe binnen de BJB van minder naar meer ingrijpende zorg is zeer wenselijk. Tot slot geven wij nog mee dat de meerwaarde van deze studie ligt in het toetsen van een weinig onderzochte materie. Op deze manier wordt de aandacht gevestigd op het belang van de - ze factoren binnen pleegzorg. Hopelijk zet deze verkennende studie anderen aan tot verder onderzoek om trent het onderwerp placement breakdown bin - nen pleegzorg. Literatuurlijst De Pelsm acker, P. en V an Kenho ve, P. (2002), Marktonderzoek: methoden en toepassingen, Antwerpen-Apeldoorn: Garant, 836 p. Federatie Pleegzorg (s.d. a), Foster care: In - for mation on foster care for children in Flan - ders, (on line), gelezen op Federatie Pleegzorg (s.d. b), De vragen die pleegouders (en zij die het willen worden) het meest stellen over pleegzorg, (on line), be, gelezen op Gevaert, K. (2005), Een traject door een integrale jeugdhulp in Alert, 31, 2: Heeren, V., (2009), Perspectief! Evaluatie van het Globaal Plan Jeugdzorg: visie op en toekomstperspectieven voor welzijn van kinderen en jongeren: 107 Jeugdzorg In Gezin (2003), Infosessie: infobrochure Jeugdzorg in Gezin, sin loco, 21p Sallnäs, M., Vinnerljung, B. en W estermark, P.K. (2004), Breakdown of teenage placements in Swedish foster and residential care in Child and Family Social Work, 2004, 9: Sinclair, I. (2005), Fostering now: messages from resear ch, London: Jessica Kingsley Publishers, 174 p. Strijker, J. en Zandberg, T. (2001), Matching in de pleegzorg: hulpvraag versus pedagogisch aanbod, Amsterdam: SWP, 95

9 Triseliotis, J. (2002), Long-term foster care or adoption? The evidence examined in Child and Family Social Work, 2002, 7: Oosterman, M., Schuengel, C., Slot, N.W., Bullens, R.A.R. en Doreleijers, T.A.H. (2007), Disruption in foster care: a review and meta-analysis in Children and Youth Services Review, 2007, 29: Vanderfaellie, J., Van Holen, F. en Coussens, S. (2007), W aarom mislukken pleegzorg- plaatsingen? Een onderzoek naar de factoren die het ongunstig voortijdig beëindigen van een pleegzorgplaatsing in Vlaanderen beïnvloeden. in Tijdschrift voor Orthopeda - go giek, 2007, 46: Wieërs, M. en Helsen, N., mondelinge bron: interview met directrice en gezinsbegeleidster van Jeugdzorg in Gezin, gesproken op 22 oktober

met een breakdown. Hierbij is het onderzoek specifiek gericht op langdurige pleegzorgplaatsingen van adolescente pleegkinderen. Naast de continuïteit

met een breakdown. Hierbij is het onderzoek specifiek gericht op langdurige pleegzorgplaatsingen van adolescente pleegkinderen. Naast de continuïteit Het doel van een pleegzorgplaatsing is doorgaans gericht op het zo snel mogelijk herstellen van de oorspronkelijke opvoedingssituatie of het op korte termijn verkrijgen van duidelijkheid omtrent de haalbaarheid

Nadere informatie

De moeizame zoektocht naar hulpverlening op maat in de Bijzondere Jeugdbijstand:

De moeizame zoektocht naar hulpverlening op maat in de Bijzondere Jeugdbijstand: De moeizame zoektocht naar hulpverlening op maat in de Bijzondere Jeugdbijstand: Onderzoek naar onevenwichten tussen vraag en aanbod in de provincie Antwerpen. Stephanie Peeters, Thérèse Jacobs en Kristel

Nadere informatie

Hoe gaat het met pleegkinderen in Nederland?

Hoe gaat het met pleegkinderen in Nederland? Hoe gaat het met pleegkinderen in Nederland? Pleegzorgsymposium 19 juni 2014 Em. prof. dr. Jo Hermanns, dr. F.B. van Rooij, M. Arntz MSc, drs. A.M. Maaskant (spreker) Introductie In Nederland ruim 20.000

Nadere informatie

Pleeggrootouders maken het verschil

Pleeggrootouders maken het verschil Pleeggrootouders maken het verschil Indeling presentatie Kader onderzoek Opzet en verloop onderzoek Resultaten Conclusies Discussie Onderzoeksvraag Wat zijn de ervaringen van grootouders wanneer zij als

Nadere informatie

Werkbladen. Wat werkt in de pleegzorg?

Werkbladen.  Wat werkt in de pleegzorg? Werkbladen www.nji.nl/watwerkt Wat werkt in de pleegzorg? Wat werkt in de pleegzorg? Het Nederlands Jeugdinstituut beschrijft in de publicatie Wat werkt in de pleegzorg? wat er uit wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

FACTSHEET PLEEGZORG 2012

FACTSHEET PLEEGZORG 2012 FACTSHEET PLEEGZORG 2012 In Nederland worden veel kinderen door familieleden of bekenden opgevoed wanneer dat door omstandigheden in de thuissituatie niet mogelijk is. Bij deze informele zorg is geen jeugdzorg-

Nadere informatie

Werken met het beste bewijs

Werken met het beste bewijs Pleegzorg in 2020 Werken met het beste bewijs Jeugd-in-Onderzoek 13 maart 2017 Carolien Konijn en Ellen Schulze (Spirit te Amsterdam) Inhoud workshop 1. Meta-analyse risicofactoren instabiliteit in pleegzorgplaatsingen

Nadere informatie

INFORMATIE VOOR ASPIRANT PLEEGOUDERS. Pleegzorg bij De Rading

INFORMATIE VOOR ASPIRANT PLEEGOUDERS. Pleegzorg bij De Rading INFORMATIE VOOR ASPIRANT PLEEGOUDERS Pleegzorg bij De Rading Ieder kind heeft het recht om op te groeien in een gezin. Soms zijn de problemen thuis zo groot, dat het beter is als een kind tijdelijk of

Nadere informatie

Standpunt: Vlaamse kermis enig reddingsmiddel voor de bijzondere jeugdzorg [1]

Standpunt: Vlaamse kermis enig reddingsmiddel voor de bijzondere jeugdzorg [1] Standpunt: Vlaamse kermis enig reddingsmiddel voor de bijzondere jeugdzorg [1] Bijzondere jeugdzorg op zoek naar 2 euro per kind per dag. Vlaamse Kermis noodzakelijk om putten werking jeugdzorg te dempen!

Nadere informatie

Pleeggrootouders, het begin van een zoektocht naar een onderbelichte groep

Pleeggrootouders, het begin van een zoektocht naar een onderbelichte groep Pleeggrootouders, het begin van een zoektocht naar een onderbelichte groep Auteur Henk van Oosteren Rudolphstichting & Gezinshuis.com De Glind, juni 2012 1 Inleiding 2 Literatuur over pleeggrootouders

Nadere informatie

Samenvatting Het draait om het kind

Samenvatting Het draait om het kind Samenvatting Het draait om het kind Visie op monitoring in de opvoedingsvariant van pleegzorg Inleiding Aangezien de pleegzorg een onvoldoende geobjectiveerd overzicht heeft van hoe het met de jeugdige

Nadere informatie

Verbetering rechtspositie pleegouders

Verbetering rechtspositie pleegouders Verbetering rechtspositie pleegouders advies 14 mei 2009 1 2 Inhoudsopgave Samenvatting 5 Conclusies en aanbevelingen 7 1. Inleiding 9 2. Inhoudelijke opmerkingen bij het conceptwetsvoorstel 11 2.1 Apart

Nadere informatie

Een kind als geen ander!

Een kind als geen ander! Een kind als geen ander! Themafiche: Pleegkinderen in 2017! Een pleegkind is een minderjarige die in een pleeggezin woont. Het zijn gewone kinderen met het enige verschil dat ze een tijdje in een ander

Nadere informatie

Voorstel vergoeding bijzondere kosten pleegzorg

Voorstel vergoeding bijzondere kosten pleegzorg Voorstel vergoeding bijzondere kosten pleegzorg Inleiding Met de invoering van de Jeugdwet zijn gemeenten per 1 januari 2015 verantwoordelijk geworden voor de pleegzorg. Pleegouders die met de pleegzorgaanbieder

Nadere informatie

Telkens graag opgesplitst naar werkzoekenden die een infosessie volgden bij de vakbonden respectievelijk bij VDAB.

Telkens graag opgesplitst naar werkzoekenden die een infosessie volgden bij de vakbonden respectievelijk bij VDAB. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 462 van EMMILY TALPE datum: 15 april 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Oudere werkzoekenden - Activering door VDAB en vakbonden In

Nadere informatie

Parlan heeft verschillende vormen van jeugdzorg, van licht tot zwaar:

Parlan heeft verschillende vormen van jeugdzorg, van licht tot zwaar: Pleegzorg bij Parlan Parlan is een organisatie voor Jeugd en opvoedhulp in Noord-Holland. Het werkgebied van Parlan omvat drie regio s, de regio Kop van Noord-Holland, de regio West-Friesland en de regio

Nadere informatie

de Bijzondere Jeugdzorg in een internationale ti context

de Bijzondere Jeugdzorg in een internationale ti context Doelstellingen Vlaamse hulpverleningstrajecten l t in de Bijzondere Jeugdzorg in een internationale ti context t Studiedag SWVG Leuven, 2 december 2010 Ad hoc project SWVG Onderzoekers: Kiran Vanbinst,

Nadere informatie

Marja Cozijn MSc o.l.v. Dr. Peter van den Bergh Universiteit Leiden In opdracht van Pleegzorg Advies Nederland

Marja Cozijn MSc o.l.v. Dr. Peter van den Bergh Universiteit Leiden In opdracht van Pleegzorg Advies Nederland Een presentatie van kwalitatief onderzoek Sy m p o s i u m P l e e g z o r g 2 0 1 4 t e E d e Marja Cozijn MSc o.l.v. Dr. Peter van den Bergh Universiteit Leiden In opdracht van Pleegzorg Advies Nederland

Nadere informatie

Uithuisplaatsing van een kind zou nooit in het vrijwillig kader moeten plaatsvinden. TRENDS en ONTWIKKELINGEN in de PLEEGZORG

Uithuisplaatsing van een kind zou nooit in het vrijwillig kader moeten plaatsvinden. TRENDS en ONTWIKKELINGEN in de PLEEGZORG Inhoud presentatie TRENDS en ONTWIKKELINGEN in de PLEEGZORG Verworvenheden en knelpunten Dr. Peter M. van den Bergh 1. Uithuisplaatsing 2. Dilemma s in de pleegzorg 3. Terugplaatsing 4. Internationale

Nadere informatie

Gasten verrassen! Themafiche: Pleeggasten in 2017!

Gasten verrassen! Themafiche: Pleeggasten in 2017! Gasten verrassen! Themafiche: Pleeggasten in 201! 1 Pleegzorg West-Vlaanderen verzorgt de begeleiding voor volwassenen met een handicap en/of een psychiatrische problematiek die in een gastgezin verblijven.

Nadere informatie

Samen de schouders eronder

Samen de schouders eronder LECTORAAT JEUGD - KENNISCENTRUM GEZONDHEID & WELZIJN Samen de schouders eronder Visie Rapportage Handreiking Toolkit Visie rapportage handreiking toolkit Windesheim zet kennis in werking Samen de schouders

Nadere informatie

Welkom. Even voorstellen... Nieuwsbrief 1, Februari I N D I T N U M M E R : 1 Welkom 1 Even voorstellen 2 Ervaringen tijdens de testfase

Welkom. Even voorstellen... Nieuwsbrief 1, Februari I N D I T N U M M E R : 1 Welkom 1 Even voorstellen 2 Ervaringen tijdens de testfase Nieuwsbrief 1, Februari 2011 I N D I T N U M M E R : 1 Welkom 1 Even voorstellen 2 Ervaringen tijdens de testfase 3 Overzicht instroom 4 Vrije aanmeldingen nu mogelijk 5 Varia 6 Onze contactgegevens Nu

Nadere informatie

Vraag 10: Grenzen in pleegzorg

Vraag 10: Grenzen in pleegzorg VRAAG 10 DATUM: 5 april 2011 RESULTATEN info@pleegzorgpanel.nl Vraag 10: Grenzen in pleegzorg Pleegzorg krijgt vorm door de inzet van de vele betrokkenen. Deze inzet heeft vanzelfsprekend zijn beperkingen

Nadere informatie

Verzoekschrift over de pleegzorg van kinderen met een handicap

Verzoekschrift over de pleegzorg van kinderen met een handicap Advies Verzoekschrift over de pleegzorg van kinderen met een handicap Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gelijke kansen. Verzoekschrift van 19 december 2003 over de pleegzorg van kinderen met een

Nadere informatie

Deel 3: JEZ11 residentiële voorziening 1bis Capaciteit 10 meisjes

Deel 3: JEZ11 residentiële voorziening 1bis Capaciteit 10 meisjes Deel 3: JEZ residentiële voorziening bis Capaciteit 0 meisjes 3.. Organigram van JEZ 3.2. Statistische gegevens JEZ 59 3.. Organigram van JEZ 60 3.2. Statistische gegevens JEZ 3.2.. Bezettingsgraad Tabel

Nadere informatie

7,4. Spreekbeurt door een scholier 2552 woorden 16 december keer beoordeeld. Nederlands

7,4. Spreekbeurt door een scholier 2552 woorden 16 december keer beoordeeld. Nederlands Spreekbeurt door een scholier 2552 woorden 16 december 2002 7,4 383 keer beoordeeld Vak Nederlands Inleiding: Ik doe mijn spreekbeurt over pleegzorg om 2 redenen. De eerste is dat ik zelf een pleegbroer

Nadere informatie

Aanbod Bijzondere Jeugdbijstand (BJB)

Aanbod Bijzondere Jeugdbijstand (BJB) Aanbod Bijzondere Jeugdbijstand (BJB) Té-jongeren : intersectorale zoektocht, 27 november 2012 Vooraf Werking BJB wordt bepaald door het decreet van 7 maart 2008 inzake bijzondere jeugdbijstand Typisch

Nadere informatie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Wouter Pinxten (contact: Wouter.Pinxten@UGent.be) Prof. Dr. John Lievens Achtergrond

Nadere informatie

Welkom. Testfase. Nieuwsbrief 2, Mei 2011

Welkom. Testfase. Nieuwsbrief 2, Mei 2011 Nieuwsbrief 2, Mei 2011 I N D I T N U M M E R : 1 Welkom 1 Testfase 2 Stand van zaken screening 4 Stand van zaken instroom 6 Varia 6 Onze contactgegevens Eerste resultaten zijn positief! Welkom De testfase

Nadere informatie

1 Inleiding. 1.1 Pleegzorg in Nederland

1 Inleiding. 1.1 Pleegzorg in Nederland 1 Inleiding 1.1 Pleegzorg in Nederland Pleegzorg is een vorm van jeugdhulpverlening waarbij een jeugdige wordt geplaatst in een ander gezin dan het gezin van herkomst (Tilanus, 1997) en heeft tot doel

Nadere informatie

Perceelbeschrijving 1 Gespecialiseerde ambulante hulp

Perceelbeschrijving 1 Gespecialiseerde ambulante hulp Perceelbeschrijving 1 Gespecialiseerde ambulante hulp Samenwerkende gemeenten Friesland Achtkarspelen Ameland het Bildt Dantumadiel Dongeradeel Ferwerderadiel Franekeradeel De Friese Meren Harlingen Heerenveen

Nadere informatie

Samenwerking Ondersteunen in Pleegzorg (SOP)

Samenwerking Ondersteunen in Pleegzorg (SOP) Samenwerking Ondersteunen in Pleegzorg (SOP) Studiedag Pleegzorg anno 2014 drs. Marijke Robberechts Prof. dr. Johan Vanderfaeillie 5-12-2013 pag. 1 Inhoudstafel Inleiding: samenwerking in pleegzorg Project

Nadere informatie

Risico- indicatoren Maart 2014

Risico- indicatoren Maart 2014 Risicoindicatoren Maart 2014 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Risico-indicatoren ambulante jeugdhulp 5 1.1 Risico-indicatoren 5 1.2 Toelichting op de risico-indicatoren 5 2. Risico-indicatoren bureaus jeugdzorg

Nadere informatie

Goed voorbeeld doet volgen. Martine Noordegraaf 6-3-2015

Goed voorbeeld doet volgen. Martine Noordegraaf 6-3-2015 Goed voorbeeld doet volgen Martine Noordegraaf 6-3-2015 Welk type ouderschap ziet u het meest in de gehandicaptensector? Adequaat ouderschap Verstoord ouderschap Problematisch ouderschap Overvraagd ouderschap

Nadere informatie

Het verhaal van pleegzorg

Het verhaal van pleegzorg Het verhaal van pleegzorg Welke variatie in pleegzorg is er? Wat is pleegzorg en wat betekent het voor kinderen, ouders, pleegouders en gemeenten? Wat is pleegzorg? Pleegzorg betekent dat een kind gaat

Nadere informatie

6,4. Werkstuk door een scholier 3137 woorden 4 maart keer beoordeeld. Nederlands. Inhoudsopgave. Inleiding

6,4. Werkstuk door een scholier 3137 woorden 4 maart keer beoordeeld. Nederlands. Inhoudsopgave. Inleiding Werkstuk door een scholier 3137 woorden 4 maart 2007 6,4 82 keer beoordeeld Vak Nederlands Inhoudsopgave Inleiding 1. Wat houdt pleegzorg in? 1. 1 Wat is pleegzorg precies? 1. 2 Om wat voor kinderen gaat

Nadere informatie

PLEEGZORG PLEEGZORGPROCES WERKKAART 1

PLEEGZORG PLEEGZORGPROCES WERKKAART 1 PROCES WERKKAART 1 Deze kaart geeft een overzicht van de stappen in het pleegzorgproces. 1. VOORBEREIDING OP PLAATSING Screen pleegouders. Zorg voor een zorgvuldige match tussen pleegkind en ouders en

Nadere informatie

Antwerpen telt evenveel ja-stemmers als neen-stemmers voor de Lange Wapper brug. Volksraadpleging Lange Wapper mobiliseert vooral neen stemmers.

Antwerpen telt evenveel ja-stemmers als neen-stemmers voor de Lange Wapper brug. Volksraadpleging Lange Wapper mobiliseert vooral neen stemmers. PERSBERICHT Antwerpen telt evenveel ja-stemmers als neen-stemmers voor de Lange Wapper brug. Volksraadpleging Lange Wapper mobiliseert vooral neen stemmers. Leuven, 7 oktober 2009. Rogil, een onafhankelijk

Nadere informatie

Centra voor Leerlingenbegeleiding sterke partners in de integrale jeugdhulpverlening

Centra voor Leerlingenbegeleiding sterke partners in de integrale jeugdhulpverlening Centra voor Leerlingenbegeleiding sterke partners in de integrale jeugdhulpverlening Vandaag werd het jaarverslag jeugdhulp voorgesteld. Tot onze spijt werd er in de samenvatting geen aandacht besteed

Nadere informatie

Perceelbeschrijving 3 Pleegzorg

Perceelbeschrijving 3 Pleegzorg Perceelbeschrijving 3 Pleegzorg Samenwerkende gemeenten Friesland Achtkarspelen Ameland het Bildt Dantumadiel Dongeradeel Ferwerderadiel Franekeradeel De Friese Meren Harlingen Heerenveen Kollumerland

Nadere informatie

Wennen in een pleeggezin

Wennen in een pleeggezin Vraag 15 RESULTATEN DATUM: info@pleegzorgpanel.nl Wennen in een pleeggezin In 2010 hebben 24.150 kinderen voor korte of langere tijd in een pleeggezin gewoond. Sommige kinderen woonden toen al in een pleeggezin,

Nadere informatie

Perceelbeschrijving Pleegzorg

Perceelbeschrijving Pleegzorg Perceelbeschrijving Pleegzorg Samenwerkende gemeenten Regio West Friesland Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Stede Broec Inhoud 1. Pleegzorg... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Wat

Nadere informatie

Pleegzorg Kompaan en De Bocht

Pleegzorg Kompaan en De Bocht Pleegzorg Kompaan en De Bocht Informatie voor mensen die mogelijk pleegouder willen worden Pleegzorg Kompaan en De Bocht (2012) 3 april 2012 Pleegzorg Kompaan en De Bocht (2012) 2 Inhoud 1. Wat is pleegzorg?

Nadere informatie

Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming Pleegzorg en meer

Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming Pleegzorg en meer Stichting Overijsselse Pleegouders, Nijverdal 10 november 2016 Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming Pleegzorg en meer Mariska de Baat Adviseur Pleegzorg, Nederlands Jeugdinstituut Kennismaken Pleegouders?

Nadere informatie

Integrale Jeugdhulpverlening: een nieuw plan in de maak

Integrale Jeugdhulpverlening: een nieuw plan in de maak Integrale Jeugdhulpverlening: een nieuw plan in de maak Document opgesteld door: vzw de Keeting vzw Recht-Op Kroonstraat 64/66 Lange Lobroekstraat 34 2800 Mechelen 2060 Antwerpen email: info@dekeeting.be

Nadere informatie

Kwaliteitskader Verantwoorde zorg Caribisch Nederland

Kwaliteitskader Verantwoorde zorg Caribisch Nederland Kwaliteitskader Verantwoorde zorg Caribisch Nederland 1 Inspectie Jeugdzorg Utrecht, oktober 2015 Motto Naar zichtbare kwaliteit in de jeugdhulp! Missie De Inspectie Jeugdzorg, de Inspectie voor de Gezondheidszorg

Nadere informatie

PERS MAP. Jongerenwelzijn

PERS MAP. Jongerenwelzijn PERS MAP Jongerenwelzijn INHOUD PERSMAP Jongerenwelzijn begeleidt jongeren in een problematische opvoedingssituatie (POS) en jongeren die een als misdrijf omschreven feit (MOF) hebben gepleegd. WAT IS

Nadere informatie

Perspectief in Pleegzorg:

Perspectief in Pleegzorg: Perspectief in Pleegzorg: hoe lang zoekend en hoe snel biedend? Peter van den Bergh Pleegzorg Laatste 20 jaar populair Verdubbeling van het aantal plaatsingen Weinig onderzoek naar effectiviteit Veel retrospectief

Nadere informatie

Pleegzorg: een evidente keuze?

Pleegzorg: een evidente keuze? Pleegzorg: een evidente keuze? Prof. Dr. J. Vanderfaeillie Faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen Vakgroep Klinische en Levenslooppsychologie 22-11-2013 pag. 1 Inhoud Aanleiding van de spreekbeurt

Nadere informatie

Bijzondere Jeugdbijstand Op verwijzing van CBJ en JRB. Kind en Gezin Gezinsondersteunende pleegzorg

Bijzondere Jeugdbijstand Op verwijzing van CBJ en JRB. Kind en Gezin Gezinsondersteunende pleegzorg Opvang Kinderdienst Bijzondere Jeugdbijstand Op verwijzing van CBJ en JRB Kind en Gezin Gezinsondersteunende pleegzorg Gezinnen raken tijdelijk uit hun evenwicht : een onverwachte ziekte, mentale of fysieke

Nadere informatie

Pleegzorg Modulering in pleegzorg Vanaf 2014

Pleegzorg Modulering in pleegzorg Vanaf 2014 Pleegzorg Modulering in pleegzorg Vanaf 2014 November 2013 Benedikte Van den Bruel H0 Inhoud H1 Achtergrond H2 Vormen van pleegzorg & bijhorende typemodules H3 Combinaties met hulp buiten de pleegzorg

Nadere informatie

Perceelbeschrijving Pleegzorg 2016

Perceelbeschrijving Pleegzorg 2016 Perceelbeschrijving Pleegzorg 2016 Samenwerkende gemeenten regio West-Friesland Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Stede Broec Perceelbeschrijving Pleegzorg Pagina 1 van 6 Inhoud

Nadere informatie

Perceelbeschrijving. VERBLIJF Perceel moet nog aanpast worden met residentieel en crisisopvang. Samenwerkende gemeenten Holland Rijnland:

Perceelbeschrijving. VERBLIJF Perceel moet nog aanpast worden met residentieel en crisisopvang. Samenwerkende gemeenten Holland Rijnland: Perceelbeschrijving VERBLIJF Perceel moet nog aanpast worden met residentieel en crisisopvang Samenwerkende gemeenten Holland Rijnland: Alphen aan den Rijn Hillegom Kaag en Braassem Katwijk Leiden Leiderdorp

Nadere informatie

Informatie over adoptie en pleegzorg. Zorgen voor een. Chapeau voorzijde _Adoptie.indd :00

Informatie over adoptie en pleegzorg. Zorgen voor een. Chapeau voorzijde _Adoptie.indd :00 Informatie over adoptie en pleegzorg Zorgen voor een Chapeau voorzijde Kop kind voorzijde van een ander 305788_Adoptie.indd 1 10-06-13 15:00 Pleegzorg of adoptie U denkt erover om voor een kind van een

Nadere informatie

Pleegzorg doe je samen

Pleegzorg doe je samen Kinderen mogen opgroeien in een gezin Pleegzorg doe je samen Informatie voor professionals Kinderen horen thuis, en als dat niet kan: zo thuis mogelijk. Met dit motto geven we bij Lindenhout vorm aan de

Nadere informatie

Hulpverlener-leidinggevende alliantie: Werkzame factor voor goede jeugdhulp?

Hulpverlener-leidinggevende alliantie: Werkzame factor voor goede jeugdhulp? Hulpverlener-leidinggevende alliantie: Werkzame factor voor goede jeugdhulp? Jeugd in Onderzoek, 24 mei 2018 Marieke de Greef Lectoraat Werkzame Factoren in de Jeugd- en Opvoedhulp Hogeschool van Arnhem

Nadere informatie

Algemene informatie over Parlan en pleegzorg

Algemene informatie over Parlan en pleegzorg Algemene informatie over Parlan en pleegzorg Parlan is een organisatie voor Jeugd en opvoedhulp in Noord-Holland. Het werkgebied van Parlan omvat drie regio s, de regio Kop van Noord-Holland, de regio

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting

Samenvatting Samenvatting Samenvatting Jaarlijks doen vele jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking In Nederland een beroep op de hulpverlening. Een aanmerkelijk aantal van hen krijgt deze hulp van een LVG-instituut.

Nadere informatie

Continuïteit van pleegzorg Mariska Zoon

Continuïteit van pleegzorg Mariska Zoon Continuïteit van pleegzorg Mariska Zoon Colofon Heeft u vragen naar aanleiding van deze publicatie? Neem dan gerust contact met ons op. Nederlands Jeugdinstituut Postbus 19221, 3501 DE Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

Verslag sessie 3: seksueel grensoverschrijdend gedrag

Verslag sessie 3: seksueel grensoverschrijdend gedrag Verslag sessie 3: seksueel grensoverschrijdend gedrag a. Reactie discuttant (Erika Frans) De resultaten van Sexpert zijn gelijklopend met eerder onderzoek: o Meer vrouwen dan mannen zijn het slachtoffer

Nadere informatie

Pleegzorg. Informatie voor ouders/verzorgers

Pleegzorg. Informatie voor ouders/verzorgers Pleegzorg Informatie voor ouders/verzorgers Voor wie is pleegzorg bedoeld? Pleegzorg is een vervangende opvoedingssituatie voor kinderen van 0 tot 18 jaar in een gezin. Uw kind woont tijdelijk in een pleeggezin,

Nadere informatie

Anouk Goemans THE DEVELOPMENT OF CHILDREN IN FOSTER CARE

Anouk Goemans THE DEVELOPMENT OF CHILDREN IN FOSTER CARE Anouk Goemans THE DEVELOPMENT OF CHILDREN IN FOSTER CARE Samenvatting SAMENVATTING 10 Chapter 10 SAMENVATTING Pleegzorg is een unieke vorm van jeugdhulpverlening waarbij kinderen die, al dan niet tijdelijk,

Nadere informatie

Verslag dialoogmoment verontrusting en maatschappelijke noodzaak: 15/03/2016 in VOT in Ieper

Verslag dialoogmoment verontrusting en maatschappelijke noodzaak: 15/03/2016 in VOT in Ieper Verslag dialoogmoment verontrusting en maatschappelijke noodzaak: 15/03/2016 in VOT in Ieper Dit verslag is een synthese van de drie de groepen tijdens het dialoogmoment in Ieper. Casus 1 Er is verwaarlozing

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Wat beantwoordt. De Pleegouder Pleegkind Interventie. (Over stress en reactie) Door H.W.H. van Andel; GGZ Dimence

Wat beantwoordt. De Pleegouder Pleegkind Interventie. (Over stress en reactie) Door H.W.H. van Andel; GGZ Dimence Wat beantwoordt De Pleegouder Pleegkind Interventie (Over stress en reactie) Door H.W.H. van Andel; GGZ Dimence Symposium Pleegzorg 12-06-2012 1 Risico s voor jonge kinderen die in pleegzorg komen Life

Nadere informatie

Doelgroepanalyse Centrum voor Trauma en Gezin

Doelgroepanalyse Centrum voor Trauma en Gezin Doelgroepanalyse Centrum voor en Gezin Efua Campbell & Inez Berends December 2013 PI Research is gevraagd om voor het Centrum voor en Gezin van de Bascule een doelgroepanalyse uit te voeren. Aan de hand

Nadere informatie

De inzet van familienetwerkberaden in de jeugdzorg:

De inzet van familienetwerkberaden in de jeugdzorg: De inzet van familienetwerkberaden in de jeugdzorg: Een systematische review en meta-analyse van de uitkomsten van studies naar de effectiviteit van familienetwerkberaden Universiteit van Amsterdam, Forensische

Nadere informatie

Reactie op advies Platform Samenleving IJsselstein op ceo Jeugd over zaaknummer augustus 2018 blad 1 van D.A.

Reactie op advies Platform Samenleving IJsselstein op ceo Jeugd over zaaknummer augustus 2018 blad 1 van D.A. Gemeente IJsselstein postadres Postbus 26, 3400 AA IJsselstein bezoekadres Overtoom 1 3401 BK IJsselstein Platform Samenleving IJsselstein t 14 030 f 030 6884350 e info@ijsselstein.nl betreft uw kenmerk

Nadere informatie

- workshop 1 juni pleegzorg

- workshop 1 juni pleegzorg - workshop 1 juni 2016 - pleegzorg wie wij zijn: voorbereiding, selectie en matching: miriam ruis & leon franssen waakzame pleegzorg - nieuwe autoriteit: irène potten factsheet pleegzorg.nl situatie in

Nadere informatie

Breakdown bij Horizon Pleegzorg

Breakdown bij Horizon Pleegzorg Breakdown bij Horizon Pleegzorg Bij jongeren tussen 12 en 18 jaar in de opvoedingsvariant. Onderzoek op verzoek van de jongerenraad Van Horizon Pleegzorg Nita Peetoom Hogeschool Leiden Afd. Toegepaste

Nadere informatie

Evaluatie Time-outprojecten Bijzondere jeugdbijstand. Samenvatting

Evaluatie Time-outprojecten Bijzondere jeugdbijstand. Samenvatting Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Evaluatie Time-outprojecten Bijzondere jeugdbijstand Samenvatting Vanderfaeillie, J. Mommaerts, S. Grietens, H., 24 november 2008 Evaluatie time-outprojecten

Nadere informatie

Factsheet PLEEGZORG 2017

Factsheet PLEEGZORG 2017 Factsheet PLEEGZORG 2017 Juli 2018 Soms kunnen kinderen (tijdelijk) niet bij hun ouders wonen, omdat het opgroeien of opvoeden daar niet goed gaat. Als ouders vrijwillig hulp vragen of de kinderrechter

Nadere informatie

Auteurs Caroline Timmerman, epidemioloog Petra Boluijt, epidemioloog

Auteurs Caroline Timmerman, epidemioloog Petra Boluijt, epidemioloog Risicokinderen in de gemeente Oude IJsselstreek Auteurs Caroline Timmerman, epidemioloog Petra Boluijt, epidemioloog GGD Noord- en Oost-Gelderland, 1 mei 2015 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Methode... 3

Nadere informatie

Uw kind gaat naar een pleeggezin. Pleegzorg Parlan

Uw kind gaat naar een pleeggezin. Pleegzorg Parlan Uw kind gaat naar een pleeggezin Pleegzorg Parlan Voor u en uw zoon of dochter is een plaatsing in een pleeggezin een ingrijpende gebeurtenis. U zit waarschijnlijk vol met vragen en gevoelens en uw kind

Nadere informatie

Helping infants and toddlers in Foster family care van Andel, Hans

Helping infants and toddlers in Foster family care van Andel, Hans Helping infants and toddlers in Foster family care van Andel, Hans IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document

Nadere informatie

vooruitkomen + Hulp na seksueel misbruik

vooruitkomen + Hulp na seksueel misbruik > vooruitkomen + Hulp na seksueel misbruik OUDERS & OPVOEDERS Als er binnen uw gezin sprake is van seksueel misbruik, heeft dat grote invloed. Er is veel verdriet, boosheid, wantrouwen en schuldgevoel.

Nadere informatie

Uw kind gaat naar een pleeggezin

Uw kind gaat naar een pleeggezin Parlan biedt verschillende soorten hulp aan kinderen en jongeren van 0 tot 18 jaar en hun ouders/verzorgers of pleegouders. Onze hulp bestaat onder andere uit opvoedkundige ondersteuning en behandeling

Nadere informatie

Info avond. Pleegzorg Oost-Vlaanderen Kortrijksepoortstraat 252 B 9000 Gent 0471/91.91.02 www.pleegzorgoostvlaanderen.be

Info avond. Pleegzorg Oost-Vlaanderen Kortrijksepoortstraat 252 B 9000 Gent 0471/91.91.02 www.pleegzorgoostvlaanderen.be Info avond Pleegzorg Oost-Vlaanderen Kortrijksepoortstraat 252 B 9000 Gent 0471/91.91.02 www.pleegzorgoostvlaanderen.be SAMENWERKINGSVERBAND Open Gezin Open Thuis Open Haard Opvang Dienst Gezinsplaatsing

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 mei Antwoord op Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 mei Antwoord op Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EH Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw

Nadere informatie

Een evidence based jeugddelinquentierecht What s in a name?

Een evidence based jeugddelinquentierecht What s in a name? Een evidence based jeugddelinquentierecht What s in a name? Stefaan Pleysier Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) Faculteit Rechtsgeleerdheid, KU Leuven Inhoud Wat voorafging Krachtlijnen van nieuw

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/28630 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Haan, Anna Marte de Title: Ethnic minority youth in youth mental health care :

Nadere informatie

Een statuut voor pleegouders. april 2017

Een statuut voor pleegouders. april 2017 Een statuut voor pleegouders april 2017 Een statuut volgens Europa Europese aanbeveling (87)6 van het Comité van Ministers van de Raad van Europa on foster families 1) de lidstaten dienen een systeem van

Nadere informatie

Presentatie verdiepingssessie inkoop Jeugd-AWBZ. Vrijdag 13 juni 2014

Presentatie verdiepingssessie inkoop Jeugd-AWBZ. Vrijdag 13 juni 2014 Presentatie verdiepingssessie inkoop Jeugd-AWBZ Vrijdag 13 juni 2014 Wie zijn we? Ons Tweede thuis is een organisatie ten dienste van ongeveer 2000 mensen met een verstandelijke, meervoudige of lichamelijke

Nadere informatie

Reactie van de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen ( NVP) op het conceptwetsvoorstel Jeugdwet

Reactie van de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen ( NVP) op het conceptwetsvoorstel Jeugdwet Utrecht, 17 oktober 2012 Betreft: Internetconsultatie Jeugdwet Reactie van de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen ( NVP) op het conceptwetsvoorstel Jeugdwet Algemeen. Positionering pleegouders en

Nadere informatie

Cijfergegevens werkjaar 2009. 1. Korte omschrijving van het project

Cijfergegevens werkjaar 2009. 1. Korte omschrijving van het project Cijfergegevens werkjaar 2009 1. Korte omschrijving van het project Het project heeft tot doel om geadopteerden en biologische verwanten op een verantwoorde en goed voorbereide manier terug dichter bij

Nadere informatie

Begeleiden als bepalende kerntaak

Begeleiden als bepalende kerntaak Begeleiden als bepalende kerntaak Themafiche: Begeleidingen in 2017 Deze themafiche geeft de resultaten van de kernopdracht van Pleegzorg West-Vlaanderen weer: de cijfers over de begeleidingen van pleegkinderen,

Nadere informatie

Informatie voor ouders. voorzijde. uw kind bij

Informatie voor ouders. voorzijde. uw kind bij Informatie voor ouders Chapeau Gaat voorzijde uw kind bij Kop pleegouders voorzijde wonen? Wat is pleegzorg? Als u, om wat voor reden dan ook, tijdelijk niet voor uw kind kan zorgen, dan kan het zijn dat

Nadere informatie

Werksessie Inkoop gezinshuizen 2018

Werksessie Inkoop gezinshuizen 2018 Werksessie Inkoop gezinshuizen 2018 gesprek aanwezig van 22 maart 2017, om 10.00 uur, locatie: Huis van de Stad, Gouda Zorgaanbieders: Aletta van Buren, s Heerenloo Annie van Winkel, Stek John Pappers,

Nadere informatie

Informatie voor ouders, pleegouders en hulpverleners

Informatie voor ouders, pleegouders en hulpverleners Informatie voor ouders, pleegouders en hulpverleners Als ouders een tijdje niet zelf voor hun kinderen kunnen zorgen Het kan dat ouders door omstandigheden in moeilijkheden verkeren, of dreigen te komen,

Nadere informatie

Welkom. Nieuwsbrief 4, December I N D I T N U M M E R : 1 Welkom

Welkom. Nieuwsbrief 4, December I N D I T N U M M E R : 1 Welkom Nieuwsbrief 4, December 2012 I N D I T N U M M E R : 1 Welkom 1 PVO wint eerste Deboutteprijs 2 Stand van zaken onderzoek 2 Hoe moet het nu verder? 3 Wissel modules 3 Screening nieuwe plaatsingen 4 Vrije

Nadere informatie

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum Inspectie jeugdzorg Utrecht, januari 2010 2 Inspectie jeugdzorg p~ãéåî~ííáåö= Naar aanleiding van de uitkomsten van een eerder pleegzorgonderzoek

Nadere informatie

In deze brochure beschrijven we wat video-hometraining inhoudt en welke gezinnen hiervoor in aanmerking komen.

In deze brochure beschrijven we wat video-hometraining inhoudt en welke gezinnen hiervoor in aanmerking komen. Amarilis Thuisbegeleidingsdienst Amarilis biedt video-hometraining aan. Dit is een intensieve methodiek waarbij gebruik gemaakt wordt van video-opnames in het gezin met als doel de contactuele-, relationele-

Nadere informatie

Gezinsplaatsing Sociaal Centrum Opvang Kinderdienst De Mutsaard

Gezinsplaatsing Sociaal Centrum Opvang Kinderdienst De Mutsaard Gezinsplaatsing Sociaal Centrum Opvang Kinderdienst De Mutsaard Bijzondere Jeugdbijstand Op verwijzing van CBJ en JRB Kind en Gezin Gezinsondersteunende pleegzorg Gezinnen raken tijdelijk uit hun evenwicht

Nadere informatie

Pleegzorg onder de loep. Anne Maaskant

Pleegzorg onder de loep. Anne Maaskant Pleegzorg onder de loep Anne Maaskant De Horizon Academieprijs is een initiatief van Horizon te Rotterdam. Horizon is een instituut voor jeugdzorg en speciaal onderwijs. Het doel van de prijs is het stimuleren

Nadere informatie

Intersectorale toegangspoort - Jeugdhulpregie

Intersectorale toegangspoort - Jeugdhulpregie Intersectorale toegangspoort - Jeugdhulpregie Van de 11.828 kinderen en jongeren voor wie in 2017 een indicatiestellingsverslag is afgeleverd, zijn er 11.554 in regie gekomen. Het verschil heeft te maken

Nadere informatie

Kwaliteitshandboek CKG Molenberg

Kwaliteitshandboek CKG Molenberg 3. Kwaliteitssysteem 3.3. Overzicht van de procedures 3.3.1. Het informeren van en maken van afspraken met de gebruikers versie 2010 Doel: Ministerieel besluit: Art. 5 1: Hoe het de gebruikers informeert

Nadere informatie

Inkoophandreiking Pleegzorg

Inkoophandreiking Pleegzorg Inkoophandreiking Pleegzorg Deze inkoophandreiking geeft informatie aan de gemeenten over de inhoud en inkoop van pleegzorg. Naast deze inkoophandreiking is er een modelovereenkomst en een programma van

Nadere informatie

Richtlijn netwerkpleegzorg gemeente - pleegzorgaanbieders

Richtlijn netwerkpleegzorg gemeente - pleegzorgaanbieders Richtlijn netwerkpleegzorg gemeente - s 07-12-2015 Colofon Tekst: Aan de inhoud van deze richtlijn kunnen geen rechten worden ontleend. Ingangsdatum: Beschrijving van de uitgangspunten, samenwerking en

Nadere informatie

INFORMATIE VOOR PLEEGGEZINNEN

INFORMATIE VOOR PLEEGGEZINNEN INFORMATIE VOOR PLEEGGEZINNEN OVER GELD EN ZO... Over geld en zo Praten over geld is belangrijk, ook al is dat niet altijd even vanzelfsprekend. Als pleeggezin van Entrea krijgt u te maken met regelingen

Nadere informatie