GEBRUIKSAANWIJZING. Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen ERAP110MBYNN ERAP150MBYNN ERAP170MBYNN

Transcriptie

1 GEBRUIKSAANWIJZING ERAP110MBYNN ERAP150MBYNN ERAP170MBYNN

2 ERAP110MBYNN ERAP150MBYNN ERAP170MBYNN INHOUD Paina Inleidin... 1 Tecnisce specificaties... 1 Elektrisce specificaties... 1 Bescrijvin... 2 Functie van de oofdonderdelen... 3 Beveiliinen... 3 Interne bedradin - tabel met onderdelen... 4 Voor et opstarten... 4 Controle voor et opstarten... 4 Voedinsaansluitin en carterverwarmin... 5 Alemene aanbevelinen... 5 Werkin... 5 Diitale besturin... 5 Bedienin van de unit... 6 Geavanceerde eienscappen van de diitale besturin... 8 Storinsopsporin Onderoud Wat te doen bij onderoud Voorwaarden voor verwijderin INLEIDING LEES AANDACHTIG DEZE HANDLEIDING VOORALEER DE UNIT OP TE STARTEN. GOOI DEZE HANDLEIDING NIET WEG MAAR BEWAAR DEZE IN UW ARCHIEF VOOR LATERE RAADPLEGING. Deze ebruiksaanwijzin eeft betrekkin op Daikin ERAP-MBYNN luctekoelde ijswaterkoelroepen. Deze units zijn ontworpen voor buitenmontae en om te koelen. Deze andleidin is samenesteld om een juiste werkin en onderoud van de unit te verzekeren. U vindt er informatie in over et optimaal ebruik van de unit en over de procedure bij eventuele problemen. Deze unit is uiterust met beveiliinen maar deze zullen niet noodzakelijk alle problemen als evol van verkeerd ebruik of slect onderoud voorkomen. Raadplee uw Daikin-verdeler indien u et probleem niet zelf kunt oplossen. Vooraleer u de unit voor et eerst opstart moet u er zeker van zijn dat deze correct is emonteerd. Daarom is et noodzakelijk om eerst de montaeandleidin zorvuldi door te nemen die is meeeleverd met de unit, evenals de aanbevelinen opesomd onder et punt "Controle voor et opstarten" op paina 4. Tecnisce specificaties (1) Alemeen ERAP Afmetinen HxBxD (mm) 2160x2340x2238 Macineewict (k) Aansluitinen vloeistofleidin (inc) 7/8" OD aanzuileidin (inc) 2 1/8" OD uitlaat veilieidsklep (inc) FNPT 1" Compressor Type Aantalxtype Elektrisce specificaties (1) semi-ermetisc type met enkelscroef 1x ZHC3LTGUYE 1x ZHC3WLGUYE 1x ZHC5LMGUYE Sneleid (rpm) 2880 Olietype FVC 68D Olievullin (l) 5,5 5,5 7,5 Condensor Nominale luctoeveeleid (m 3 /min) 4x 240 4x 240 4x 240 Aantal motorenx afeeven vermoen (kw) 4x 0,55 4x 1,02 4x 1,02 Model ERAP Voedin Fase 3~ Freuentie (Hz) 50 Spannin (V) 400 Spanninsafwijkin (%) ±10 Unit Nominaal openomen amperae Maximaal openomen amperae Aanbevolen zekerinen overeenkomsti IEC Compressor (A) (A) (A)(L) 3x 125 3x 160 3x 160 Fase 3~ Freuentie (Hz) 50 Spannin (V) 400 Nominaal openomen amperae (A) Control and fan motor Fase 3~ Freuentie (Hz) 50 Spannin (V) 400 Nominaal openomen amperae (A) 7,6 12,4 12,4 (1) Raadplee Enineerin Data voor een volledie lijst van specificaties. 1

3 BESCHRIJVING De luctekoelde ERAP-waterkoelers zijn verkrijbaar in 3 standaardrootten Afbeeldin - Hoofdonderdelen 1 Condensor 9 Voedinsinlaat 2 Compressor (M1C) 10 Noodstop (S5E) 3 Gasafsluiter 11 Scakelkast 4 Vloeistofafsluiter 12 Besturinssysteem met diitaal scerm 5 Aanzuiafsluiter 13 Transportbalk 6 Aanzuileidin 14 Sensor voor omevinstemperatuur (R5T) 7 Vloeistofleidin 15 Lokale bedradinsinlaat 8 Droer+vulafsluiter 16 Hoofdnetsceidinsscakelaar (in optie - S13S) Benodide vrije ruimte rond de unit voor onderoud en luctinlaat 2

4 Functie van de oofdonderdelen S1PH S14PH Y11S B1P M1C 6 Y15S Y16S A 5 (*) S3T B2P B 5 5 M11F M12F M13F M14F R5T Afbeeldin - Functioneel scema 1 Condensor 6 Aanzuiafsluiter 2 Droer 7 Filter 3 Vulafsluiter A Standaard 4 Vloeistofafsluiter B Tweedruksveilieidsklep (OP03) 5 Veilieidsklep (*) Standaard (zie A) of tweedruksveilieidsklep (zie B) Naarmate et koelmiddel door de unit circuleert treden er wijziinen op in de toestand of conditie. Deze wijziinen worden veroorzaakt door de volende oofdonderdelen: Compressor De compressor (M*C) werkt als een pomp en doet et koelmiddel circuleren in et koelmiddelcircuit. Het comprimeert et koelmiddelas dat uit de verdamper komt teen een drukniveau dat de verdictin in de condensor oed moelijk maakt. Condensor De condensor zet et koelmiddel om van een as in een vloeistof. De warmte verkreen door et as in de verdamper wordt door de condensor uiteblazen in de omevinsluct en de damp wordt omezet in vloeistof. Filter/Droer De filter acter de condensor verwijdert kleine partikels uit et koelmiddel om blokkae van de slanen te voorkomen. De droer verwijdert water uit et systeem. Beveiliinen De unit is uiterust met twee soorten beveiliinen: 1 Alemene beveiliinen Alemene beveiliinen scakelen alle circuits en de ele unit uit. Daarom moet u nadat een alemene beveiliin werd eactiveerd de unit opnieuw manueel inscakelen. 2 Beveiliinen van de onderdelen Beveiliinen van onderdelen scakelen et onderdeel dat zij beveilien uit. Hieronder volt een overzict van alle beveiliinen. Overstroomrelais De overstroomrelais (K*S) bevinden zic in de scakelkasten van de unit en beveilien de compressormotoren in eval van overbelastin, fasestorin of te lae spannin. De instellin van de relais ebeurt in de fabriek en ma niet worden ewijzid. Als ze in werkin treden moeten ze manueel worden teruesteld, waarna ook de besturin dient te worden teruesteld. Termisce beveiliinen van de compressor De compressormotoren zijn uiterust met termisce beveiliinen (Q*M). Deze beveiliinen worden in werkin esteld als de temperatuur van de compressormotor te oo wordt. Als de temperatuur weer aar normale niveau eeft bereikt zullen de beveiliinen automatisc worden teruesteld. U dient de besturin van et circuit ecter manueel teru te stellen. Termisce beveiliin van de ventilatormotor De ventilatormotoren van de condensor zijn uiterust met beveiliinen (Q*F). Deze beveiliinen worden in werkin esteld als de temperatuur van de ventilatormotor te oo wordt. Als de temperatuur weer aar normale niveau eeft bereikt zullen de beveiliinen automatisc worden teruesteld. Termisce beveiliinen van de uitlaat De unit is uiterust met termisce beveiliinen voor de uitlaat (S*T). Deze beveiliinen worden in werkin esteld als de temperatuur van et koelmiddel dat de compressor verlaat te oo wordt. Wanneer de temperatuur weer normaal eworden is, keert de beveiliin teru naar de beintoestand en moet de besturin manueel teruesteld worden. Lae-drukbeveiliin Als de aanzuidruk van een circuit te laa wordt, zal de besturin van et circuit et circuit uitscakelen. Als de druk weer zijn normale niveau eeft bereikt, kan de beveiliin via de besturin van et circuit worden teruesteld. Drukontlastveilieidsklep De veilieidsklep wordt in werkin esteld als de druk in et koelcircuit te oo wordt. Als dit ebeurt dient u de unit uit te scakelen en uw plaatselijke verdeler te raadpleen. 3

5 Hoe drukscakelaar Elk circuit is beveilid door twee oe drukscakelaars (S*PH) die de condensordruk (druk aan de compressoruitlaat) meten. Ze bevinden zic in de compressoromkastin van et circuit. Als de druk te oo wordt worden de drukscakelaars in werkin esteld en et circuit uitescakeld. De instellin van de scakelaars ebeurt in de fabriek en ma niet worden ewijzid. Bij in werkinstellin moeten ze worden teruesteld met beulp van een scroevendraaier. De besturin moet ook no worden teruesteld. Fasebeveiliin De fasebeveiliinen (R*P) voorkomen dat de scroefcompressoren in de omekeerde rictin zouden draaien. Als de compressoren niet starten dient u twee fasen van de voedin om te keren. Interne bedradin - tabel met onderdelen Raadplee et intern elektrisc scema dat met de unit is meeeleverd. De ebruikte afkortinen ebben de volende betekenis: A1...**... Stroomtransformator/Ampèremeter A1P... Printkaart besturin B1P... Laedruktransmitter B2P... Hoedruktransmitter C1~C3... Condensator E1HC... Krukaskastverwarmer compressor E3H... Verdamperverwarmer F1U~F3U...#... Hoofdzekerinen F4U,F5U...#... Zekerinen van de verdamperverwarmer F6B... Zekerin voor primaire spannin van TR1 F7B... Zekerin voor secundaire spannin van TR1 F8U... Scommelinsvrije zekerin voor A1P F9B... Zekerin voor secundaire spannin van TR2 F12B... Zekerin voor ventilatormotoren H1P...*... Controlelamp voor alemene werkin H2P...*... Controlelamp voor alarm H3P...*... Werkinslampje voor compressor H5P...*... Veranderlijke output J1... Voedin J11... RS485-aansluitin J2,J3,J6... Analoe input J5,J7,J8... Diitale input J12~J18... Diitale output K1M... Lijncontactscakelaar K2M... Drieoeksaansluitinen K3M... Steraansluitinen K7F~K9F... Ventilatoraansluitinen K17S... Overstroomrelais K1A... Hulprelais voor beveiliinen K2A... Hulprelais voor de termisce compressorbeveiliin K3A... Hulprelais voor de termisce afvoerbeveiliin K7A... Hulprelais voor beveiliin van oe druk L1,L2,L3... Netstroomaansluitinen M11F-M14F... Ventilatormotoren M1C... Compressormotor M1S... Traploze capaciteitsreelin voor compressor PE... Hoofdaardklem Q11F~Q14F...Termisce beveiliinen van de ventilatormotoren Q1M...Termisce beveiliin van de compressormotor R1...Hulpweerstand voor feedback R1F...Feedbackweerstand R1P...Fasebeveiliin R4T...Sensor voor termostaat R5T...Omevinstemperatuursensor S1PH...Hoedrukscakelaar S3T...Termisce beveiliin van de afvoer S5E...Noodstopdrukknop S6S... *...Veranderlijke scakelaar voor afstandswerkin (bijv. starten/stoppen op afstand) S8L...Debietscakelaar S9L... #...Contact dat sluit als de ventilator/pomp in werkin is S10S... *...Veranderlijke scakelaar voor afstandswerkin (bijv. dubbel instelpunt) S11S... *...Veranderlijke scakelaar voor afstandswerkin (bijv. capaciteitsbeperkin 1 activeren/ desactiveren) S12S... *...Veranderlijke scakelaar voor afstandswerkin (bijv. capaciteitsbeperkin 2 activeren/ desactiveren) S13S... ##...Hoofdnetsceidinsscakelaar S14PH...Hoedrukscakelaar TC01,TC02... Optocoupler (analoo-naar-diitaal sinaal) TR1...Transfo controle circuit TR2...Voedinsbesturin van de transformator + diitale inanen V1...Voltmeter Y11S...12%-capaciteitstrap voor compressor Y15S...Vloeistofinjectieklep van de compressor Y16S...Maneetklep van de vloeistoflijn Niet eleverd bij standaardunit Niet moelijk als optie Moelijk als optie Verplict # ## Niet verplict * ** VOOR HET OPSTARTEN Controle voor et opstarten Zor ervoor dat de oofdscakelaar op et voedinspaneel van de unit is uitescakeld. Controleer na de montae van de unit de volende punten vooraleer de oofdscakelaar in te scakelen: 1 Lokale bedradin Zor ervoor dat de lokale bedradin tussen et voedinspaneel en de unit is uitevoerd overeenkomsti de instructies vermeld in de montaeandleidin, de elektrisce scema's en de eldende Europese en nationale relementerinen. 2 Extra rendelcontact Er is een extra rendelcontact (S*L) nodi (bvb. een debietscakelaar, contact van scakelaar voor de pompmotor). Monteer et tussen de epaste klemmen (raadplee et bij de unit eleverde bedradinsscema). Dit moeten normaal open contacten zijn. 4

6 3 Zekerinen of beveiliinen Controleer of et type en de rootte van de zekerinen of de lokaal emonteerde beveiliinen overeenstemmen met de vereisten vermeld in de montaeandleidin. Zor ervoor dat er een zekerin of beveiliin is overeslaen. 4 Aardin Zor ervoor dat de aardkabels correct zijn aanesloten en de aardklemmen stevi zijn vastemaakt. 5 Interne bedradin Controleer op et zict of er een losse aansluitinen of bescadide elektrisce componenten in de scakelkast steken. 6 Montae Controleer of de unit correct is emonteerd om abnormale eluiden en trillinen te voorkomen bij et opstarten van de unit. 7 Bescadide onderdelen Controleer de binnenkant van de unit op bescadide onderdelen of verwronen leidinen. 8 Koelmiddellek Controleer aan de binnenkant of er een koelmiddellek voorkomt. Raadplee uw verdeler van producten moct dit et eval zijn. 9 Olielek Controleer de compressor op eventuele olielekken. Raadplee uw verdeler van producten moct er een lek voorkomen. 10 Afsluiters Open volledi de vloeistof-, as- en aanzuiafsluiters (indien deze zijn voorzien). 11 Luctinlaat/-uitlaat Controleer of de luctinlaat en -uitlaat van de unit niet belemmerd is door papier, karton of iets anders. 12 Spannin Controleer de voedinsspannin op et lokale voedinspaneel. De spannin moet overeenkomen met de spannin op et identificatieplaatje van de unit. Voedinsaansluitin en carterverwarmin Om bescadiin van de compressor te voorkomen dient u de carterverwarmin ten minste 8 uur voor et opstarten van de compressor in te scakelen als de unit edurende een lane periode niet eeft efunctioneerd. Alemene aanbevelinen Neem de onderstaande aanbevelinen door vooraleer u de unit inscakelt: 1 Sluit alle voorpanelen van de unit als de volledie montae en de nodie instellinen zijn ebeurd. 2 Het onderoudspaneel van de scakelkast ma enkel worden eopend in eval van onderoud door een erkend elektricien. 3 Om scade aan et LCD-scerm van de diitale controller te voorkomen, ma tijdens de winter de stroomvoorzienin nooit worden uitescakeld. WERKING De ERAP-units zijn uiterust met een diitale besturin die een ebruikersvriendelijke instellin, ebruik en onderoud van de unit toelaat. Dit edeelte van de andleidin eeft een praktijkericte, modulaire structuur. Bealve et eerste onderdeel, dat een kort overzict biedt van de besturin zelf, beandelt elk onderdeel of subonderdeel een specifieke instellin die u met de unit kunt uitvoeren. Diitale besturin Gebruikersinterface De diitale besturin bestaat uit een alfanumeriek scerm, emerkte toetsen die u kunt indrukken, en een aantal controlelampjes. Diitale inebouwde besturin Afbeeldin - Diitale inebouwde besturin f o p -toets, om et oofdmenu te selecteren. -toets, om de unit in en uit te scakelen. -toets, om et beveiliinsmenu te selecteren of et alarm teru te stellen. -toetsen, om de menulijst te doorlopen (alleen als W, X of C verscijnt) of een instellin te veroen, respectievelijk te verlaen. -toets, om een selectie of instellin te bevestien. Diitale afstandsbedienin (afzonderlijk te bestellen) Procedure voor et inscakelen van de carterverwarmin: 1 Scakel de oofdscakelaar in op et lokaal voedinspaneel. Zor ervoor dat de unit in "OFF"-stand staat. 2 De carterverwarmin wordt automatisc inescakeld. 3 Controleer de voedinsspannin op de voedinsklemmen L1, L2 en L3 met beulp van een voltmeter. De spannin moet overeenkomen met de spannin op et identificatieplaatje van de unit. Als de voltmeter een spannin afleest die niet lit binnen et bereik vermeld in de tecnisce eevens, dient u de lokale bedradin te controleren en indien nodi de voedinskabels te vervanen. Afbeeldin - Diitale afstandsbedienin 4 Controleer et controlelampje op de fasebeveiliinen. Als et oplict is de volorde van de fasen correct. Lict et niet op dan dient u de oofdscakelaar uit te scakelen en een erkend elektricien te raadpleen om de draden van de voedinskabel in de juiste volorde aan te sluiten. 5 Controleer of de carterverwarmin opwarmt. Na 8 uur is de unit klaar voor ebruik. 5

7 o p k u s z e r t y a d i -toets, om de unit in en uit te scakelen. -toets, om et beveiliinsmenu te selecteren of een alarm teru te stellen. -toets, om de menulijst te doorlopen (alleen als W, X of C verscijnt) of een instellin te veroen, respectievelijk te verlaen. Toean krijen tot een menu Diitale inebouwde besturin Scroll door et oofdmenu met beulp van de - en -toetsen om et -teken voor et ewenste menu te plaatsen. Druk op de -toets om naar et eselecteerde menu te aan. Diitale afstandsbedienin Druk op de overeenkomstie menutoets zoals bescreven in "Gebruikersinterface", pararaaf "Diitale afstandsbedienin" op paina 5. Een diitale besturin op afstand aansluiten op de unit Voor een diitale besturin op afstand is een kabellente van max. 600 m tussen de diitale controller en de unit toelaatbaar. Dit biedt de moelijkeid om de unit vanop een aanzienlijke afstand te besturen. Raadplee "Kabel van de diitale besturin op afstand" in de montaeandleidin voor de kabelspecificaties. -toets, om een selectie of instellin te bevestien. -toets, om et afleesmenu te selecteren. -toets, om et instelmenu te selecteren. -toets, om et ebruikersinstelmenu te selecteren. -toets, om et timermenu te selecteren. -toets, om et arciefmenu te selecteren. -toets, om et infomenu te selecteren. -toets, om et input/output-statusmenu te selecteren. -toets, om et ebruikerspaswoordmenu te selecteren. -toets, eeft een functie bij de ERAP-units. -toets, eeft een functie bij de ERAP-units. Afwijkin bij et aflezen van de temperatuur: ±1 C. Het alfanumeriek scerm kan door direct zonlict minder leesbaar worden. Wanneer u een diitale besturin op afstand aansluit op een individuele unit, dient u et adres van de diitale besturin op afstand op 2 in te stellen door middel van de DIP-scakelaars acteraan de diitale besturin op afstand. Raadplee de montaeandleidin "Instellen van de adressen op de diitale besturin op afstand" voor informatie over et instellen van et adres. Bedienin van de unit Dit oofdstuk biedt informatie voor et alledaas ebruik van de unit. Hier vindt u informatie over routineandelinen zoals: "Instellen van de taal" op paina 6 "Inscakelen van de unit" op paina 6 "Raadpleen van uidie werkinsinformatie" op paina 6 "Terustellen van de unit" op paina 7 Instellen van de taal Indien ewenst, kunt u een van de volende talen als werkinstaal instellen: Enels, Duits, Frans, Spaans of Italiaans. 1 Ga naar et ebruikersinstelmenu. Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6. 2 Selecteer et overeenkomstie veld met beulp van de -toets. 3 Druk op tot de ewenste taal actief is om de werkinstaal te veranderen. Inscakelen van de unit 1 Druk op de J-toets van de besturin. Naarelan een AAN/UIT-besturin vanop afstand al of niet werd econfiureerd (raadplee de montaeandleidin), kunnen de volende situaties zic voordoen. Als een AAN/UIT-besturin vanop afstand is econfiureerd, zal et controlelampje van de J-toets oplicten en aat de opstartcyclus van start. Als alle timers et nulpunt ebben bereikt start de unit. Wanneer een AAN/UIT-besturin vanop afstand is econfiureerd, is de volende tabel van toepassin: Lokale toets 2 Raadplee "Storinsopsporin" op paina 13 als de condensorunit na een paar minuten niet opstart. Uitscakelen van de unit Als een AAN/UIT-besturin vanop afstand werd econfiureerd: Druk op de o-toets van de besturin. Het controlelampje in de o-toets dooft. Als een AAN/UIT-besturin vanop afstand werd econfiureerd: Druk op de o-toets van de besturin of scakel de unit uit met beulp van de aan/uit-afstandsscakelaar. Het controlelampje in de o-toets dooft in et eerste eval en beint te knipperen in et tweede eval. Afstandsscakelaar Unit o LED AAN AAN AAN AAN AAN UIT UIT Knippert UIT AAN UIT UIT UIT UIT UIT UIT Scakel in noodevallen de unit uit door de noodstoptoets in te drukken. Raadplee tevens "Bepalen van de capaciteitsbeperkin" op paina 10 en "Instellinen op maat in et onderoudsmenu", oofdstuk "Instellen van de veranderlijke inputs en outputs" in de montaeandleidin. Raadpleen van uidie werkinsinformatie 1 Ga naar et afleesmenu. Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6. De besturin eeft automatisc et eerste scerm weer van et afleesmenu, met de volende informatie: of : werkin in manuele/ automatisce modus. Als de automatisce controlemodus werd ekozen, zal de besturin et actieve temperatuurinstelpunt weereven. Afankelijk van de status van et afstandscontact, zal instelpunt 1 of instelpunt 2 actief zijn. : actuele temperatuur van sensortermostaat R4T. 6

8 2 Druk op de -toets in om et volende scerm van et afleesmenu te selecteren. Het scerm van et afleesmenu eeft informatie over de status van de verscillende circuits. : uidie status van circuit. Als een circuit is inescakeld kan de volende statusinformatie verscijnen: : 40% - dit percentae verwijst naar et werkzame capaciteitsventiel van dit bepaalde circuit. Wanneer een circuit zic bevindt in een terukeerfase weens oe druk, dan zal de capaciteitsaanduidin knipperen. Een terukeerfase weens oe druk voorkomt een opladin of een edwonen ontladin veroorzaakt door een te oe druk. Als een circuit is uitescakeld kan de volende statusinformatie verscijnen: : een van de veilieidsvoorzieninen van et circuit is werkzaam (zie et oofdstuk "Storinsopsporin" op paina 13). : et circuit is beperkt door een afstandscontact. : de uidie waarde van een van de softwaretimers bedraat niet nul (raadplee "Timermenu" op paina 8). et circuit is klaar om te starten als een extra koelbelastin nodi is. De vooraande OFF-meldinen verscijnen in orde van belanrijkeid. Indien één van de timers "busy" is, en één van de veilieidsvoorzieninen "active", dan vermeldt de statusinformatie. De wordt vermeld onderin et scerm. Het percentae is de werkelijk benutte koelcapaciteit van de unit. 3 Druk op de -toets om et volende scerm van et afleesmenu te selecteren. Het scerm van et afleesmenu eeft informatie over de drukken in et circuit. : oe druk van de koelvloeistof in circuit. Het eerste etal eeft de druk weer in bar, et tweede de verzadiinstemperatuur van et borrelpunt in raden Celsius. : lae druk van de koelvloeistof in circuit. Het eerste etal eeft de druk weer in bar, et tweede de verzadiinstemperatuur van et dauwpunt in raden Celsius. 4 Druk op de -toets om et volende scerm van et afleesmenu te selecteren. Dit menu is bescikbaar als spannins- en stroomtransmitters eïnstalleerd zijn. Dit uitleesmenu eeft informatie over de spannin en de stroomsterkte van de compressor. 5 Druk op de -toets om et volende scerm van et afleesmenu te selecteren. Voor et inkijken van de actuele werkinsinformatie betreffende de omevinstemperatuur en et totale aantal uren werkin van de compressor. 6 Druk op de -toets om teru te keren naar de andere afleesmenu's. Temperatuurinstelpunt reelen De unit maakt bepalin en keuze van twee onafankelijke temperatuurinstelpunten moelijk. : instelpunt 1, : instelpunt 2, De keuze tussen instellin 1 en 2 ebeurt met beulp van een afstandsscakelaar voor tweevoudie instellin (door de klant te monteren). De uidie instellin kan worden afelezen in et afleesmenu. Raadplee tevens "Instellinen op maat in et onderoudsmenu", oofdstuk "Instellen van de veranderlijke inputs en outputs" in de montaeandleidin. Als u manuele besturin selecteert (raadplee "Gebruikersinstelmenu" op paina 8), zal een enkele van de ierboven vermelde instellinen actief zijn. Om een instellin aan te passen, aat u als volt te werk: 1 Ga naar et instelmenu. Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6. Als et ebruikerspaswoord niet van toepassin is om de instellinen te wijzien (raadplee "Gebruikersinstelmenu" op paina 8) zal de besturin meteen et instelmenu selecteren. Als et ebruikerspaswoord wel van toepassin is om instellinen te wijzien dient u de correcte code in te even met ebruik van de - en -toetsen (raadplee "Gebruikerspaswoordmenu" op paina 9). Druk op om et paswoord te bevestien en et instelmenu te selecteren. 2 Selecteer de te wijzien instellin met beulp van de -toets. Een instellin is eselecteerd als de cursor knippert acter de naam van de instellin. Het " " teken eeft de uidie temperatuurinstellin weer. 3 Druk op de - en -toetsen om de temperatuurinstellin te wijzien. De fabrieks-, rens- en trapwaarden voor de instellin van de koeltemperatuur zijn: standaardwaarde limietwaarden (a) --> traprootte (a) U kunt de benedenrens van et koeltemperatuurinstelpunt aanpassen door de minimale bedrijfstemperatuur in et servicemenu te wijzien (raadplee de montaeandleidin). De volende waarden zijn van toepassin: : 2 C, 0 C, -5 C, -10 C 4 Druk op de -toets om et aanepaste temperatuurinstelpunt op te slaan. Als de instellin bevestid is zal de cursor naar de volende instellin versprinen. 5 Om andere instellinen te wijzien dient u dezelfde procedure vanaf punt 2 te eralen. Raadplee tevens "Bepalen van de instellinen voor et vlottend instelpunt" op paina 11. Terustellen van de unit Wanneer een unitbeveiliin wordt eactiveerd, wordt één compressor uitescakeld. Het menu "safeties" (veilieden) zal aaneven welke veilieidsvoorzienin werkzaam is. Het -scerm van et afleesmenu zal aanduiden. Het rode controlelampje in de p-toets lict op en de zoemer binnenin de besturin wordt in werkin esteld. Als de unit uitvalt door een voedinsonderbrekin zal zij automatisc worden teruesteld en erstarten als de voedin wordt ersteld. Om de unit teru te stellen, dient u als volt te werk te aan: 1 Druk op de p-toets om et alarm te bevestien. De zoemer wordt buiten werkin esteld. De besturin scakelt automatisc over naar et desbetreffende scerm van et beveiliinsmenu: unit-beveiliin of circuitbeveiliin of netwerkbeveiliin. De klant ma ook een instelpunt definiëren in functie van een analoe input. 7

9 2 Zoek de oorzaak van de uitval en verelp et. Raadplee "Opsommin van in werkin estelde beveiliinen en controle van de unitstatus" op paina 11 en "Storinsopsporin" op paina 13. Als een beveiliin kan worden teruesteld zal et controlelampje onder de p-toets beinnen te knipperen. 3 Druk op de p-toets om de beveiliinen teru te stellen die niet laner actief zijn. Voer indien nodi et of et in. (Zie de montaeandleidin "Wactwoord instellen voor resetten van beveiliin".) Eenmaal alle beveiliinen buiten werkin en teruesteld zal et controlelampje onder de p-toets doven. Als een van de beveiliinen no actief is zal et controlelampje onder de p- toets opnieuw oplicten. In dit eval dient u teru te aan naar punt 2. Als de ebruiker de voedin afsluit om een beveiliin te erstellen zal de beveiliin automatisc worden teruesteld bij et erstellen van de voedin. Instelmenu Al naarelan van de instellinen in et ebruikersinstelmenu kunt u rectstreeks et "instelmenu" selecteren of met beulp van et ebruikerspaswoord. Gebruikersinstelmenu Het ebruikersinstelmenu, beveilid door een ebruikerspaswoord, biedt een volledie instellin op maat van de units. Voor et bepalen van de temperatuurinstelpunten. Om de manuele instellinen te bepalen en de manuele besturin in of buiten werkin te stellen. Om de termostaatinstellinen te bepalen. De arciefinformatie, of et aantal keren dat een beveiliin van de unit of et circuit in werkin is esteld en de unitstatus op et moment van de uitval, kunt u controleren met beulp van et arciefmenu. Om de capaciteitsbeperkinen te bepalen. (eerste scerm) Geavanceerde eienscappen van de diitale besturin Dit oofdstuk biedt een overzict en een korte functiebescrijvin van de scermen in de verscillende menu's. In et volende oofdstuk wordt u eleerd oe de unit op te zetten en te confiureren met beulp van de verscillende menufuncties. Alle menu's zijn rectstreeks toeankelijk met beulp van de overeenkomstie toets op de diitale besturin of via et oofdmenu (raadplee "Toean krijen tot een menu" op paina 6). De pijl naar beneden X op et scerm eeft aan dat u naar et volende scerm van et uidie menu kunt overscakelen met beulp van de - toets. De pijl naar boven W op et scerm eeft aan dat u naar et vorie scerm van et uidie menu kunt overscakelen met beulp van de -toets. Als C verscijnt kunt u zowel naar et vorie als naar et volende scerm overscakelen. Afleesmenu Om de actuele werkinsinformatie van de bedieninsmodus te controleren. Om de capaciteitsbeperkinen te bepalen. (tweede scerm) De ventilator- of pompinstellinen definiëren. Om de weektimer te bepalen. Naar elan van de instellinen van en zijn de volende scermen al of niet bescikbaar. Om de dubbele verdamperpomp te bepalen. Voor et inkijken van informatie betreffende de status van de unit. Voor et inkijken van informatie betreffende de drukken. Om de scerminstellinen te bepalen (eerste scerm). Om de scerminstellinen te bepalen (tweede scerm). Voor et raadpleen van de actuele werkinsinformatie betreffende de omevinstemperatuur, et totaal aantal bedrijfsuren van de compressor en et aantal keren dat de compressor is opestart. Om te bepalen of er al dan niet een wactwoord vereist is om toean te krijen tot et instelpuntenmenu. Om naar et onderoudsmenu te aan (alleen een erkend installateur ma toean krijen tot dit menu). Timermenu De uidie waarde van de alemene softwaretimer controleren. 8

10 Beveiliinsmenu De uidie waarde van de compressortimer controleren. (eerste scerm) De actuele waarde van de compressortimer controleren. (tweede scerm) Voor et raadpleen van de actuele waarde van de compressor-opstarttimer en de stoptimer. Infomenu Om informatie op te vraen over tijd en datum. Om bijkomende informatie op te vraen over de unit zoals et unittype en et ebruikte koelmiddel. Om informatie op te vraen over de software-versie van de besturin. Het beveiliinsmenu biedt nuttie informatie voor storinsopsporin. De volende scermen even basisinformatie. Om informatie te raadpleen over de unitbeveiliin die eeft eleid tot de uitval. Input/outputmenu Om informatie op te vraen over de printkaart. Om informatie te raadpleen over de circuitbeveiliin die eeft eleid tot de uitval. Om informatie te raadpleen over de netwerkbeveiliin die eeft eleid tot de uitval. Om informatie te raadpleen over de dubbele pomp die eeft eleid tot de uitval. Samen met de basisinformatie kunnen meer edetailleerde informatiescermen inekeken worden, zolan et veilieidsmenu actief is. Druk op de -toets. Scermen, verelijkbaar met de volende, zullen dan verscijnen. Om te controleren wat et tijdstip en de besturin waren op et moment van de uitval van de unit. Om te controleren wat de sensortemperatuur was. Het "input/output" menu eeft de status weer van alle diitale inputs en de relais-outputs van de unit. Om te controleren of et noodstopsysteem al dan niet actief is en of er water stroomt naar de verdamper. De status van de oedrukscakelaar en de beveiliin teen omekeerde polariteit controleren. Om de status van de termisce beveiliin van de uitlaat en de termisce beveiliin van de compressor te controleren. Om de status te controleren van de veranderlijke diitale inputs. Om de status te controleren van et stroomrelais. Arciefmenu Om te controleren wat de status van de compressors op et moment van de uitval waren. Om te controleren welke de drukken waren in et circuit op et oenblik van de uitval. Om te controleren wat et totaal aantal werkinsuren van de compressor en de omevinstemperatuur op et moment van de uitval was. Om de capaciteitsinstellin te controleren. Om de status te controleren van de relais voor de ventilatorsneleid. Om de status te controleren van et luct- en waterdoor-strominscontacten en et alarmcontact. Om de status te controleren van de veranderlijke relaisuitan. Het arciefmenu bevat alle informatie over de recentste uitvallen. De structuur van deze menu's is identiek aan de structuur van et beveiliinsmenu. Telkens wanneer een defect wordt verolpen, en de operator et systeem terustelt, worden alle betrokken eevens uit et veilieidsmenu ekopieerd naar et arciefmenu. Bovendien kan et aantal veilieidsonderbrekinen dat reeds is voorekomen afelezen worden op de eerste reel van de arciefscermen. Gebruikerspaswoordmenu Om et ebruikerspaswoord te wijzien. 9

11 Functies van et ebruikersinstelmenu Selecteren van et ebruikersinstelmenu Het ebruikersinstelmenu is bescermd door een ebruikerspaswoord, een etal van vier cijfers tussen en. 1 Ga naar et (Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6). De besturin zal om een paswoord vraen. 2 Voer et correcte paswoord in met beulp van de - en -toetsen. 3 Druk op de -toets om et paswoord te bevestien en et ebruikersinstelmenu te selecteren. De besturin selecteert automatisc et eerste scerm van et ebruikersinstelmenu. Instellinen van een aanepaste functie bepalen: 1 Ga naar et overeenkomstie scerm van et et ebruikersinstelmenu met beulp van de - en -toetsen. 2 Plaats met beulp van de -toets de cursor acter de parameter die u wenst te wijzien. 3 Selecteer de ewenste instellin met beulp van de - en -toetsen. 4 Druk op de -toets om de keuze te bevestien. Als de selectie bevestid is, sprint de cursor naar de volende parameter die nu ook kan worden ewijzid. 5 Heraal de stappen vanaf punt 2 om de andere parameters te wijzien. Bepalen en inscakelen van de besturin De unit is uiterust met een termostaat die de capaciteit van de unit reelt. Er zijn twee verscillende besturinsmoelijkeden voorzien: Manuele besturinsmodus: de operator stuurt zelf de capaciteit - (luctstroom in manuele modus): uit, laa, midden of oo. (capaciteitsstap in manuele modus): 0%, 30%~100%. Termostaatmodus: maakt ebruik van de termostaatreelin voor et reelen van de capaciteit van de unit - Om de manuele besturin in te stellen dient u te selecteren als uidie werkin. Om manuele besturin op te effen dient u te selecteren als uidie werkin. Termostaatinstellinen bepalen Wanneer de automatisce reelmodus is eselecteerd, ebruikt de unit een termostaat om de koelcapaciteit te reelen. De termostaatparameters lien ecter niet vast en kunnen worden ewijzid met beulp van et -scerm van et ebruikersinstelmenu. Bepalen van de capaciteitsbeperkin Een capaciteitsbeperkin kan worden eactiveerd: : raadplee "Bepalen van de weektimer" op paina 10. wanneer een veranderlijke input als capaciteitsbeperkin wordt econfiureerd. : capaciteitsbeperkin 1 activeren. : de capaciteitsbeperkin is niet actief. : capaciteitsbeperkin van circuit 1 in et eval van capaciteitsbeperkin 1/2/3/4. De debietreelin instellen Het scerm van et ebruikersinstelmenu laat de ebruiker toe om de leadtime en latime van de pomp te bepalen. : iermee kan worden inesteld oe lan de ventilator of pompmotor moet werken voordat de unit ma worden estart. : iermee kan worden inesteld oe lan de ventilator of pompmotor moet blijven werken nadat de unit is estopt. Bepalen van de weektimer Om de scermen van de weektimer of de vakantieperiode op te roepen, dient u ze eerst te activeren door de instellin in et overeenkomstie scerm op in te stellen. Om de weektimer of vakantieperiode te deactiveren, dient u de instellin teru te stellen op. (Raadplee "Gebruikersinstelmenu" op paina 8.) Het scerm van et ebruikerinstelmenu laat de ebruiker toe om de instellinen van de weektimer te bepalen. Iedere da van de week kan aan een roep worden toeewezen. De acties bepaald in een roep worden uitevoerd op iedere da die deel uitmaakt van die roep.,,,,, and : voor et bepalen tot welke roep iedere da van de week beoort ( / / / / ). Voor ieder van de vier roepen kunt u tot neen acties instellen, elk met een eien timin. Deze acties omvatten o.m.: de unit in-/ uitscakelen en de capaciteitsberenzin instellen. Bealve deze vier roepen is er ook een vakantieroep, die u op dezelfde manier als de andere roepen kunt instellen. U kunt tot 12 vakantieperioden in et scerm invoeren. In deze periodes zal de weektimer werken met de instellinen van de vakantieroep. Raadplee "Instellinen op maat in et onderoudsmenu", oofdstuk "Instellen van de veranderlijke diitale inputs en outputs" in de montaeandleidin. In "Bijlae II" op paina 16 vindt u een functioneel scema met de werkin van de weektimer. De standaard-, rens- en trapwaarden van de termostaatparameters worden weereeven in "Bijlae I" op paina 16. Bij wijziin op een van de units in een DICNconfiuratie eldt deze instellin voor alle andere units in et netwerk. In "Bijlae I" op paina 16 vindt u een functioneel scema met de termostaatparameters. De unit werkt altijd met de "laatste opdract". Dit betekent dat de laatst eeven opdract, etzij manueel inevoerd door de ebruiker, etzij door weektimer, altijd wordt uitevoerd. Voorbeelden van moelijke opdracten zijn de unit in-/ uitscakelen of een instelpunt wijzien. 10

12 Bepalen van de besturin van de dubbele verdamperventilator/-pomp Via et scerm van et ebruikerinstelmenu kan de ebruiker de besturin van 2 verdamperventilatoren/-pompen bepalen (iervoor moet een veranderlijke diitale uitan voor een tweede verdamperventilator/-pomp econfiureerd zijn in et onderoudsmenu). Raadplee de montaeandleidin. : voor et bepalen van et type van besturin dat wordt ebruikt voor de twee verdamperpompen. Bij automatisce rotatie moet u tevens et verscil in uren werkin invoeren. : pomp 1 en pomp 2 wisselen af volens et verscil in RH. : pomp 1 zal altijd eerst opstarten. : pomp 2 zal altijd eerst opstarten. : voor et bepalen van et verscil in uren werkin tussen de twee pompen. Om over te scakelen tussen pompen bij automatisce rotatie. Bepalen van de instellinen voor et vlottend instelpunt Het -scerm van et ebruikersinstelmenu laat de ebruiker toe et actieve instelpunt te wijzien op basis van de omevinstemperatuur. De bron en de instellinen van et vlottend instelpunt kan door de ebruiker worden econfiureerd. : voor et bepalen van de modus van et vlottend instelpunt. : vlottend instelpunt is niet eactiveerd. : vlottend instelpunt is ewijzid op basis van de omevinstemperatuur. : voor et bepalen van de maximumwaarde die aan et actieve instelpunt kan worden toeevoed. : voor et bepalen van de omevin (bron) waarop de waarde van et vlottend instelpunt elijk is aan nul. : ebruikt om de toename te bepalen van de waarde van et vlottend instelpunt voor een dalin van 10 C in de omevinstemperatuur. In "Bijlae III" op paina 16 vindt u een functioneel scema met de werkin van et vlottend instelpunt. Bepalen van de scerminstellinen In et scerm van et ebruikerinstelmenu kan de ebruiker de taalkeuze, tijd en datum bepalen. : voor et bepalen van de taal voor de informatie weereeven op de besturin (op et eerste scerm). (Druk meermaals op de -toets om de werkinstaal te veranderen). : voor et bepalen van et actuele uur (op et tweede scerm). : voor et bepalen van de actuele datum (op et tweede scerm). BMS-besturin bepalen laat de ebruiker toe om de unit te besturen met een controlesysteem. U dient de BMS-parameters in te stellen via et scerm en scerm van et onderoudsmenu. Raadplee "Bepalen van de BMS-instellinen" in de montaeandleidin. Functies van et timermenu Controleren van de eienlijke waarde van de software-timers De software van de besturin is uiterust met meerdere afteltimers om de unit te beveilien en een oede werkin te verzekeren: LOADUP ( raadplee de parameters van de termostaat): beint te tellen als de termostaattrap is ewijzid. Tijdens et aftellen kan de unit niet in een oere termostaattrap komen te staan. LOADDOWN ( raadplee de parameters van de termostaat): beint te tellen als de termostaattrap is ewijzid. Tijdens et aftellen kan de unit niet in een laere termostaattrap komen te staan. FLOWSTART ( 15 sec.): telt af bij een continu waterstroom door de verdamper en als de unit in standby-positie staat. Tijdens et aftellen kan de unit niet opstarten. FLOWLEAD ( zie de debietreelinsinstellinen): beint te tellen als de unit is inescakeld. Tijdens et aftellen kan de unit niet opstarten. FLOWLAG ( zie de debietreelinsinstellinen): beint te tellen als de unit is uitescakeld. Tijdens et aftellen blijven de ventilatormotor of de pompmotor functioneren. STARTTIMER ( 10 sec): beint te tellen als een compressor opstart. Tijdens et aftellen kan er een andere compressor opstarten. GUARDTIMER ( 60 sec): beint te tellen als de compressor is uitescakeld. Tijdens et aftellen kan de compressor niet worden eropestart. ANTIRECYCLING ( 600 sec): beint te tellen als de compressor is opestart. Tijdens et aftellen kan de compressor niet worden eropestart. STARTUPTIMER ( 180 sec): beint te tellen als de compressor is opestart. Gedurende et aftellen is et vermoen van de compressor berensd tot 30% van zijn capaciteit. Controleer de actuele waarde van de software-timers als volt: 1 Ga naar et. (Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6.) De besturin eeft de uidie waarde weer van de : oplaadtimer, ontlaadtimer, stroomstarttimer, stroomstoptimer (als de unit is inescakeld en de stroomstarttimer de nulwaarde eeft bereikt), pomplead-timer en de pompla-timer. 2 Druk op de -toets om de compressortimers te controleren. De besturin toont de actuele waarde van de : de beveiliinstimers (een per circuit) en de antipendeltimers (een per circuit). 3 Druk op de -toets om de overie timers te controleren. De besturin toont de actuele waarde van de. Functies van et beveiliinsmenu Opsommin van in werkin estelde beveiliinen en controle van de unitstatus Als de alarmzoemer in werkin is etreden en de ebruiker op de p- toets drukt, zal de besturin automatisc et beveiliinsmenu selecteren. De besturin zal et scerm selecteren van et beveiliinsmenu als een beveiliin van de unit de oorzaak was van de uitval. Wanneer er een beveiliin van et circuit is eactiveerd, wordt op de besturin et scerm van et beveiliinsmenu eactiveerd. 11

13 1 Druk op de p-toets als de alarmzoemer in werkin is etreden. Het bijbeorende veilieidsscerm met basisinformatie verscijnt. Druk op de -toets om de edetailleerde informatie in te kijken. 2 Indien meer dan één type veilieidsvoorzienin in werkin etreden is (aaneduid door W, X of C), ebruik de - en -toetsen om ze in te kijken. Functies van et arciefmenu Controleren van de beveiliinsinformatie en de unitstatus na een terustellin De informatie die bescikbaar is in et beveiliinsmenu is ook opeslaen in et arciefmenu. Daar wordt et opeslaen nadat de unit of et circuit is teruesteld. Op die manier biedt et arciefmenu de moelijkeid om de unitstatus te controleren op et moment van de meest recente storinen. Ga als volt te werk om de beveiliinsinformatie en unitstatus te controleren: 1 Ga naar et. (Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6.) De controller opent et scerm, dat de volende informatie bevat: et aantal uitscakelinen, de veilieidsvoorzienin van de unit die de meest recente uitscakelin eeft veroorzaakt en de basisinformatie op et oenblik van et uitscakelen. 2 Druk op de - en -toetsen om de, of scermen te raadpleen. 3 Druk op de -toets om de edetailleerde informatie in te kijken. Functies van et infomenu Raadpleen van bijkomende informatie over de unit 1 Selecteer et via et oofdmenu. (Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6). De besturin selecteert et scerm, dat de volende informatie eeft: tijd en datum. 2 Druk op om et eerste scerm te raadpleen. Dit scerm biedt informatie over de unitnaam en et ebruikte koelmiddel. 3 Druk op om et volende scerm te raadpleen. Dit scerm eeft informatie over de software-versie van de besturin. 4 Druk op om et scerm te raadpleen. Dit scerm biedt informatie over de printkaart. Functies van et input/outputmenu Controleren van de status van de inputs en outputs Het input/outputmenu biedt de moelijkeid om de status te controleren van de diitale inputs en van de relais outputs. De vaste diitale inputs zijn: : eeft aan of de noodstopknop werd inedrukt. : toont de status van et luct- of waterdoorstrominscontact: eactiveerd of edeactiveerd. : eeft de actuele status aan van deze veilieidsvoorzienin. : eeft de actuele status aan van deze veilieidsvoorzienin. : eeft de actuele status aan van deze veilieidsvoorzienin. : eeft de actuele status aan van deze veilieidsvoorzienin. : eeft de actuele status aan van deze veilieidsvoorzienin. De veranderlijke diitale inputs zijn: : duidt de positie aan van de scakelaars voor et "inscakelen/uitscakelen van de capaciteitsbeperkin". : eeft de stand aan van de afstandsscakelaar aan/uit. : eeft de stand van de aanesloten scakelaar aan. De vaste relais-outputs zijn: : eeft aan of et circuit aan of uit is. : eeft aan of et circuit zic wel of niet in de stermodus bevindt. : eeft aan of et circuit zic wel of niet in de deltamodus bevindt. : eeft aan of de klep voor 12% capaciteit van et circuit is eactiveerd. : eeft aan of de van de capaciteitsreelmotor van et circuit is eactiveerd. : eeft aan of de van de capaciteitsreelmotor van et circuit is eactiveerd. : eeft de van de potentiometer van et circuit (Ω) aan. : eeft aan of de ventilators in ventilatorstap 1 voor et circuit wel of niet aan zijn. : eeft aan of de ventilators in ventilatorstap 2 voor et circuit wel of niet aan zijn. : eeft aan of de ventilators in ventilatorstap 3 voor et circuit wel of niet aan zijn. : toont de status van dit voltaevrije contact. Het wordt eactiveerd als de ventilatormotor of pompmotor AAN moet zijn. : eeft de status aan van dit spanninsvrij contact. Het wordt aanesproken van zodra er een alarmsituatie is in de unit. De veranderlijke relais-outputs zijn: : eeft de status aan van de tweede verdamperpomp. : eeft aan wanneer de unit op 100% werkt. : eeft de esloten status van de veranderlijke diitale output aan. De veranderlijke analoe inputs zijn: : eeft de status aan van de analoe input : eeft de status aan van de analoe input : eeft de status aan van de analoe input Ga als volt te werk om de inputs en outputs te controleren: 1 Ga naar et. (Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6.) De besturin selecteert et eerste scerm. 2 Raadplee de andere scermen van et input/outputmenu met beulp van de - en -toetsen. 12

14 Functies van et ebruikerspaswoordmenu Wijzien van et ebruikerspaswoord De toean tot et ebruikersinstelmenu en et instelmenu is bescermd door een ebruikerspaswoord (een etal met vier cijfers tussen en ). Het standaard ebruikerswactwoord is. Ga als volt tewerk om et ebruikerspaswoord te wijzien: 1 Ga naar et (Raadplee et oofdstuk "Toean krijen tot een menu" op paina 6). De besturin zal om een paswoord vraen. 2 Voer et correcte paswoord in met beulp van de - en -toetsen. 3 Druk op de -toets om et paswoord te bevestien en et paswoordmenu te selecteren. De besturin vraat om et nieuwe paswoord. 4 Druk op de -toets om de wijziin in te voeren. De cursor bevindt zic na. 5 Voer et nieuwe paswoord in met beulp van de - en - toetsen. 6 Druk op om et nieuwe paswoord te bevestien. Als et nieuwe paswoord bevestid is zal de besturin vraen om et nieuwe paswoord een tweede keer in te voeren (om veilieidsredenen). De cursor bevindt zic na. 7 Voer et nieuwe paswoord opnieuw in met beulp van de - en -toetsen. 8 Druk op om et nieuwe paswoord te bevestien. Het bestaande paswoord zal enkel worden ewijzid als et nieuwe paswoord en et bevestide paswoord dezelfde waarde ebben. STORINGSOPSPORING In dit onderdeel wordt nuttie informatie eeven over et opsporen en oplossen van bepaalde storinen die in de unit kunnen voorkomen. Voer altijd eerst een rondie visuele controle uit van de unit en zoek naar voor de and liende storinen zoals losse aansluitinen of foute bedradin vooraleer de procedure voor storinsopsporin aan te vanen. Neem dit oofdstuk zorvuldi door vooraleer uw verdeler te raadpleen. Het zal u tijd en eld besparen. Scakel steeds de oofdscakelaar van de unit uit vooraleer u et voedinspaneel of de scakelkast controleert. Overzict van beveiliinsbericten Berict beveiliinsmenu Fenomeen Als een beveiliin in werkin is etreden dient u de unit uit te scakelen en na te aan waarom de beveiliin in werkin is etreden vooraleer deze teru te stellen. De beveiliinen moen onder een bedin worden overbrud of op een andere waarde worden inesteld dan deze van de fabrieksinstellin. Raadplee uw verdeler als u de oorzaak van de storin niet kunt vinden. Fenomeen 1: De unit start niet terwijl et werkinslampje oplict Alle termostaatcontacten zijn open. De stroomstarttimer loopt no. Het circuit kan niet worden opestart. De unit is inesteld op manuele besturin (beide compressors op 0%). Storin in de voedin. Doorebrande zekerin of onderbrekin van een beveiliin. Losse aansluitinen. Kortesloten of ebroken draden. Controleer de termostaatcontacten. De unit zal na oneveer 15 seconden opstarten. Controleer of de koelbron over of door de verdamper stroomt. Raadplee Fenomeen 4: Het circuit start niet. Controleer de besturin. Controleer de spannin op et voedinspaneel. Controleer de zekerinen en beveiliinen. Vervan deze door zekerinen van dezelfde rootte en etzelfde type (raadplee "Elektrisce specificaties" op paina 1). Controleer de aansluitinen van de lokale bedradin en de interne bedradin van de unit. Maak alle losse aansluitinen vast. Controleer de circuits met beulp van een testapparaat en repareer deze indien nodi. 13

15 Fenomeen 2: De unit start niet terwijl et werkinslampje knippert De aan/uit-input vanop afstand is inescakeld en de afstandsscakelaar is uitescakeld. Fenomeen 3: De unit start niet terwijl et werkinslampje niet oplict Fenomeen 4: Het circuit start niet 3 De unit bevindt zic in de storinsmodus. Eén van de volende beveiliinen is in werkin etreden: Luct- of waterdoorstrominscontact (S9L) Noodstop Het werkinslampje is stuk. Eén van de volende beveiliinen is in werkin etreden: Termisce beveiliin van de compressor (Q*M) Overstroomrelais (K*S) Termisce beveiliin van de afvoer (S*T) Lae-drukscakelaar Hoe-drukscakelaar (S*PH) Fasebeveiliin (R*P) De antipendeltimer loopt no. De bewakinstimer loopt no. Het circuit is berensd. Fenomeen 5: Eén van de volende beveiliinen is in werkin etreden 5.1 Fenomeen 5.1: Overstroomrelais van de compressor Storin in één van de fasen. De spannin is te laa. De motor is overbelast. 5.2 TERUGSTELLEN Fenomeen 5.2: Lae-drukscakelaar Luct- of waterdoorstromin naar warmtewisselaar te laa. Er is te weini koelmiddel. De unit functioneert buiten et werkinsbereik. TERUGSTELLEN Scakel de afstandsscakelaar in of scakel de aan/uit-input uit. Raadplee Fenomeen 5: Eén van de volende beveiliinen is in werkin etreden. Raadplee Fenomeen 5: Eén van de volende beveiliinen is in werkin etreden. Raadplee uw plaatselijke verdeler. Controleer de besturin en raadplee Fenomeen 5: Eén van de volende beveiliinen is in werkin etreden. Het circuit kan pas na oneveer 10 minuten opstarten. Het circuit kan pas na na oneveer 1 minuut opstarten. Controleer et afstandscontact voor et inscakelen/uitscakelen van de capaciteitsbeperkin. Controleer de zekerinen op et voedinspaneel of meet de spanninstoevoer. Meet de spanninstoevoer. Stel deze teru. Raadplee uw verdeler als dit niet elpt. Druk de blauwe toets in op et overstroomrelais in de scakelkast en stel de besturin teru. Veroo de luct- of waterdoorstromin. Controleer de unit op lekken en vul indien nodi koelmiddel bij. Controleer de werkinscondities van de unit. Na een drukstijin wordt deze veilieidsvoorzienin automatisc teruesteld, maar de besturin zelf moet no teruesteld worden. 5.3 Fenomeen 5.3: Hoe-drukscakelaar De condensorventilator functioneert niet naar beoren. De condensor is smeri of deels belemmerd. De luctinlaattemperatuur van de condensor is te oo. De ventilator draait in de omekeerde rictin TERUGSTELLEN Controleer of de ventilatoren onbelemmerd draaien. Reini deze indien nodi. Verwijder eventuele obstakels en reini et condensorblok met beulp van een borstel en een ventilator. De lucttemperatuur emeten aan de inlaat van de condensor ma niet oer zijn dan 43 C. Verwissel twee fasen van de voedin op de ventilatormotor (enkel door een erkend elektricien). Na een drukdalin drukt u op de knop van de oe-drukscakelaar en stelt u de besturin teru. Fenomeen 5.4: Termisce beveiliin van de ventilator is inescakeld Er eeft zic een mecanisce storin vooredaan (de ventilator is belemmerd). Er is te weini luctstroom in de unit of de buitentemperatuur is te oo. TERUGSTELLEN Fenomeen 5.5: Fasebeveiliin is inescakeld Twee fasen van de voedin zijn verkeerd aanesloten. Eén fase is niet oed aanesloten. TERUGSTELLEN Controleer of de ventilator onbelemmerd draait. Reini rondi de luct warmtewisselaar. Na een temperatuurdalin wordt de termisce beveiliin automatisc teruesteld. Vervan de motor of raadplee uw plaatselijke verdeler als de beveiliin reelmati in werkin treedt. Verwissel twee fasen van de voedin (enkel door een erkend elektricien). Controleer de aansluitin van alle fasen. Na et verwisselen van twee fasen of stevi bevestien van de voedinskabels wordt de beveiliin automatisc teruesteld maar moet de besturin no worden teruesteld. Fenomeen 5.6: Termisce beveiliin van de uitlaat is inescakeld De unit functioneert buiten et werkinsbereik. TERUGSTELLEN Fenomeen 5.7: Vlotterscakelaar is inescakeld Geen luct- of waterdoorstromin over of door de verdamper. TERUGSTELLEN Controleer de werkinscondities van de unit. Na een temperatuurdalin wordt de termisce beveiliin automatisc teruesteld maar moet de besturin no worden teruesteld. Controleer de ventilator of waterpomp. Nadat u de oorzaak van de storin eeft evonden wordt de vlotterscakelaar automatisc teruesteld maar moet de besturin no worden teruesteld. Fenomeen 5.8: Termisce beveiliin van de compressor is inescakeld De temperatuur in et motorblok van de compressor is te oo. TERUGSTELLEN Het koelmiddel koelt de compressor niet voldoende af. Na een temperatuurdalin wordt de termisce beveiliin automatisc teruesteld maar moet de circuitbesturin no worden teruesteld. Raadplee uw verdeler als de beveiliin reelmati in werkin treedt. 14