Adviesnota Bestuur datum: 31 oktober 2014

Transcriptie

1 Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslân Adviesnota Bestuur datum: 31 oktober 2014 Adviesnota voor: Algemeen Bestuur (AB) Dagelijks Bestuur (DB) Reg.nr.: Onderwerp: Uitvoering geven aan de Wet Koopkrachttegemoetkoming Advies: 1. Inhoud (wat willen wij bereiken en/of wat gaan wij doen in maximaal 2 zinnen?) - Uitvoering geven aan de wettelijke taak om de koopkrachttegemoetkoming aan de doelgroep te verstrekken en hiervoor via een begrotingswijziging het budget beschikbaar te stellen.. - Vaststellen beleidsregels op de volgende zaken: 1. Ambtshalve en/of op aanvraag 2. Uiterste datum aanvraag 3. Uiterste datum uitbetaling 4. Voorlichting. 2. Nettokosten (wat mag/gaat het kosten?) (inclusief ca uitvoeringskosten) 3. Dekking (ten laste van welk budget?) Het kabinet heeft een bedrag van 70 miljoen beschikbaar gesteld voor de verstrekking van een eenmalige koopkrachttegemoetkoming voor de laagste inkomensgroepen in het jaar Binnen het beschikbare budget van 70 miljoen is 60 miljoen voorzien voor de uitkeringslasten en 10 miljoen voor de uitvoeringskosten. Voor de uitvoering van de koopkrachttegemoetkoming is een bedrag van 66 miljoen beschikbaar voor de gemeenten. Het betreft een (ongedeeld) bedrag voor zowel de te verstrekken koopkrachttegemoetkomingen als de uitvoeringskosten. Besluit Dagelijks Bestuur (ter voorbereiding op behandeling Algemeen Bestuur) Datum: Besluit: Paraaf secretaris: Besluit Algemeen Bestuur Datum: Besluit: Paraaf secretaris:

2 Besluit Dagelijks Bestuur Datum: Besluit: Paraaf secretaris: Paraaf Afdeling: Team: Administratie&Ondersteun. Hoofdredacteur: Sije Dijkstra Afdelingshoofd: Directeur: M. Jellema Portefeuillehouder: Nader advies ingewonnen bij: Naam: Datum: Paraaf: Planning & Control 27 oktober 2014 Behandeld in MT Ja Zo ja, wanneer: 21 oktober 2014 Afgestemd met Planning & Control Ja Zo ja, wanneer: 7 oktober 2014 Afgestemd met Applicatiebeheer Ja Zo ja, wanneer: 15 oktober 2014 Afgestemd met Communicatie Ja Zo ja, wanneer: 7 oktober 2014 Planning: Voorbereiding in DB Algemeen Bestuur: Dagelijks Bestuur: Ter inzage legging: a. Aanleiding en centrale vraag Op 18 oktober 2014 zijn de Wet koopkrachttegemoetkoming lage inkomens (Stb. 364, 2014) en het Besluit koopkrachttegemoetkoming lage inkomens (Stb. 365, 2014) in werking getreden. Op grond van de wet hebben personen met een inkomen van ten hoogste 110 procent van de van toepassing zijnde bijstandsnorm recht op een koopkrachttegemoetkoming in het jaar Het gaat daarbij om een bedrag van 100 euro voor gehuwden, 90 euro voor een alleenstaande ouder en 70 euro voor een alleenstaande. Gemeenten hebben de taak om de koopkrachttegemoetkoming in het jaar 2014 te verstrekken.

3 b. Afbakening, aansluiting bij eerder vastgesteld beleid N.v.t. c. Advies 1. De Wet Koopkrachttegemoetkoming door de Dienst laten uitvoeren en dus per saldo het budget hiervoor ter beschikking te stellen. 2. In te stemmen met de volgende vier gemaakte beleidskeuzes: 1. Verstrekken tegemoetkoming zowel ambtshalve (voor degene die op 1 september jl. recht hadden op een periodieke Wwb- of een IOAW-uitkering) als op aanvraag (overige minima). 2. Uiterste datum van ontvangst aanvraag bepalen op 31 december Uiterste datum van betaling regeling vaststellen op 5 januari 2015 (verantwoording onder boekjaar 2014). 4. Voorlichting Dienst via websites deelnemende gemeenten, huis-aan-huis-bladen deelnemende gemeenten en website Dienst. d. Argumenten Uitvoering van een wettelijke taak. NB. Vanaf 10 november 2014 wordt er door de Dienst reeds uitvoering gegeven aan deze Wet! e. Kanttekeningen en risico s e1. Bestuurlijk, financieel, juridisch of maatschappelijk risico: In beginsel is het aan de gemeente toegekende budget toereikend, waarbij ervan wordt uitgegaan dat circa 30% van de personen die de koopkrachttegemoetkoming moeten aanvragen, geen gebruik zal maken van de regeling. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat personen met een WWB-, IOAW- of IOAZ-uitkering de koopkrachttegemoetkoming niet hoeven aan te vragen, maar ambtshalve krijgen uitgekeerd (0% niet-gebruik). e2. Maatregel om risico te minimaliseren: N.v.t. f. Financiële consequenties f1. Totale kosten van de investering of uitgaaf Hoeveel bedraagt het voor onze gemeente beschikbare budget? Totaal (inclusief uitvoeringskosten. Verdeling: Vlieland 8.294, Terschelling , Leeuwarderadeel , Ferwerderadiel , Menameradiel , Het Bildt , Franekeradeel , Harlingen f2. Bijdrage van derden N.v.t. f3. Incidentele of structurele kosten Incidentele. f4. Financiële consequentie is wel of niet binnen de begroting te verantwoorden

4 f5. Dekking vanuit budget Het voor gemeenten in 2014 beschikbare budget van totaal 323,476 wordt door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegen toegevoegd aan het gemeentefonds. g. Procedures, uitvoering en planning g1. Afstemming met eventuele leverancier g2. Automatisering g3. Administratie h. Communicatie h1. Voorlichting intern h2. Voorlichting extern i. Bijlagen Uitvoerige informatie over de Wet Koopkrachttegemoetkoming.

5 Invulinstructie voor nieuwe format a. Aanleiding en centrale vraag Beschrijf de relevante context: wat speelt er, zowel beleidsmatig als praktisch? Vermeld de concrete aanleiding: waarom nu dit voorstel? Vermeld op welke vraag het voorstel antwoord geeft: wat is het doel van het voorstel? Bijvoorbeeld: We leggen u de vier verordeningen voor. Of: We doen een voorstel hoe dit bedrag te besteden. Houd de inleiding kort. Vermeld lange achtergrondverhalen in een bijlage. b. Afbakening, aansluiting bij eerder vastgesteld beleid Vermeld wat de reikwijdte is van het advies. Vermeld puntsgewijs binnen welke bestuurlijke kaders dit voorstel valt en hoe de relatie daarmee is. Denk daarbij aan eerder vastgesteld beleid, collegeprogramma s, wet- en regelgeving, enzovoort. Vermeld waar deze stukken kunnen worden geraadpleegd: extranet, internet of ter inzage. c. Advies Nummer de verschillende onderdelen van het voorstel en zet ze onder elkaar. Gebruik als vorm het hele werkwoord. Noem eerst de inhoudelijke punten, dan de financiële, daarna de procedurele. Formuleer de onderdelen zo dat meteen duidelijk is wat het voorstel inhoudt (ook voor iemand die niet verder leest). d. Argumenten Vat de kern van elk argument samen in de vorm van een statement. Geef daaronder de toelichting. Nummer de argumenten en laat de nummering aansluiten op de nummering van de voorstellen (1.1, 2.1 enzovoort). Laat de argumenten logisch aansluiten op de voorstellen. Zorg dat je voorstel en argumenten kunt koppelen met want of omdat. Zorg voor een integraal advies door verschillende argumenten te geven. Bijvoorbeeld juridisch, financieel, bouwkundig, milieutechnisch, moreel, infrastructureel, veiligheid, maatschappelijk. Geef geen oneigenlijke of nietszeggende argumenten. e. Kanttekeningen en risico s Geef aan wat de ongewenste neveneffecten of risico s van het voorstel zijn. Denk aan bestuurlijke of financiële risico s, juridische procedures of maatschappelijke onrust. Het gaat om zaken die bekend moeten zijn om een complete afweging te kunnen maken. Vermeld de kanttekeningen als kop. Geef daaronder een toelichting. Laat de kanttekeningen logisch aansluiten op de voorstellen: We besluiten dit, maar Noem alleen die kanttekeningen (risico s) die daadwerkelijk met het voorgesteld besluit te maken hebben. Vermeld hoe je ervoor kunt zorgen dat de mogelijke schade als gevolg van de risico s beperkt blijft. Als de rubriek kanttekeningen langer wordt dan de rubriek argumenten, dan zou je het voorstel nog eens kritisch moeten bekijken. Bespreek dit in het ambtelijk vooroverleg.

6 f. Financiële consequenties Vermeld de totale kosten van de investering of uitgaaf. Vermeld de bijdrage van derden. Vermeld of de kosten incidenteel of structureel zijn. Vermeld of de financiële consequentie binnen de begroting zijn te verantwoorden. Vermeld vanuit welk budget het bedrag kan worden gedekt. Verwar de financiële toelichting niet met de financiële argumenten. Dit voorstel is goedkoper dan de alternatieven. g. Procedures, uitvoering en planning Vermeld de prestaties die geleverd moet worden om het voorstel te kunnen uitvoeren. Geef waar mogelijk SMART aan hoe je de prestaties kunt meten of controleren. Zet elke actie concreet uit in de tijd. Vermeld dus de datum waarop iets gerealiseerd moet zijn. Vermeld op welke momenten de voortgang wordt gerapporteerd. Vermeld via welk medium deze voortgang wordt gerapporteerd. h. Communicatie Vermeld of, en zo ja in welke vorm, er inspraak is geweest (denk aan de Cliëntenraad of Wmokoepel). Vermeld het resultaat van die inspraak. Geef aan hoe je het besluit achteraf communiceert. Overleg met de communicatieadviseur over je aanpak als het een uitgebreider communicatietraject gaat worden. Bijlagen Geef een genummerde opsomming van de bijgevoegde stukken (titel en datum document).