Betreft: Kendoe, Oranjebonnen & het morele niks van ambtelijk Rotterdam

Transcriptie

1 Aan: Van: Provinciale Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland. Betreft: Kendoe, Oranjebonnen & het morele niks van ambtelijk Rotterdam Hoek van Holland, 28 november 2016 Geachte statenleden, Bijgevoegd treft u de brief aan zoals deze is verzonden naar de Gedeputeerde Groen van de Provincie Zuid-Holland. Inmiddels wordt steeds meer duidelijk over de bedenkelijke cultuur bij de gemeente Rotterdam. Krampachtig wordt er geprobeerd het e.e.a. te camoufleren, maar de feiten liegen niet. Deze cultuur heeft ook een funeste invloed gehad op het integrale gebiedsontwikkelingsproces in onze polders. De Rekenkamer Rotterdam heeft in haar onderzoek naar het gemodder in de polder dit eufemistisch aangeduid als gebrek aan prioriteit. De feiten laten zien hoe vooral de ambtelijke gunfactor bepalend is geweest welke ontwikkelingen werden gefaciliteerd en welke werden gefrustreerd. Ook door niets te doen werden negatieve en destructieve ontwikkelingen mogelijk en daar was men zich ambtelijk volledig van bewust. Het is volstrekt onduidelijk welk publiek belang werd gediend met het honoreren van de uitputtings- en ontmoedigingsstrategie van de vastgoedspeculanten in onze polders. Er is ambtelijk veel werk verzet om met behulp van een spindoctor en wat communicatiemedewerkers deze feiten te verhullen. Het volledige dossier is echter duidelijk. Het ontbrak op cruciale momenten in het integrale gebiedsontwikkelingsproces niet aan bestuurlijke instrumenten en financiële middelen; het ontbrak aan normbesef bij de verantwoordelijke ambtenaren en bestuurders. Deze bestuurders zijn inmiddels allemaal op andere posities terechtgekomen; de verantwoordelijke ambtenaren daarentegen spelen nog steeds een rol bij deze lokale overheid. De samenleving dient tegen deze ambtenaren beschermd te worden. Het ondermijnt ons vertrouwen in de democratie. Het is belangrijk dat er een gezonde, goede en frisse werkcultuur is bij de overheid. Met cynisme en calculerend gedrag organiseert men verzet en wantrouwen. Het schaadt de reputatie van de overheid. Het vraagt dus van democratisch gekozen bestuurders moreel overwicht en intellectueel overzicht om alert te zijn op ambtelijk wangedrag en zich niet als marionet van het ambtelijk apparaat te laten gebruiken. Het maatschappelijke ongenoegen over het functioneren van de overheid wordt niet weggenomen door blind te zijn voor de wijze waarop er ambtenaren kunnen zijn die misbruik maken van hun positie. Het Kendoe-programma stelt dat ook dat we elkaar moeten aanspreken op asociaal gedrag. De wijze waarop er een aantal ambtenaren van de gemeente Rotterdam werkzaam zijn bij het huidige project Oranjebonnen laat zich niet rijmen met de elementaire beginselen van goed fatsoen en duidt op een gebrek aan innerlijke beschaving. met bezorgde groet, ing. L.W. Vreugdenhil Bijlage: - brief aan mr. H. Weber, Gedeputeerde Groen van de Provincie Zuid-Holland

2 Aan: Van: mr. H. Weber, Gedeputeerde Groen van de Provincie Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland. Betreft: Kendoe, Oranjebonnen & het morele niks van ambtelijk Rotterdam Hoek van Holland, 23 november 2016 Geachte heer Weber, Het onderzoek naar de gebeurtenissen m.b.t. het pand Boompjeskade heeft veel blootgelegd van een bedenkelijke cultuur binnen een deel van het ambtelijk apparaat van de gemeente Rotterdam. De zienswijze van prof. Dr. Muel Kaptein (Erasmus Universiteit Rotterdam) en dr. Lenny Vulperhorst (Andersson Elffers Felix Utrecht) liegt er niet om. Het betreft hier geen op zichzelf staand incident. Ook de gebeurtenissen in de Oranjebonnen roepen vraagtekens op over de competentie en integriteit van de hierbij betrokken ambtenaren. Prof. Dr. Muel Kaptein en dr. Lenny Vulperhorst pleiten voor een doorlichting van de Dienst Stadsontwikkeling waarbij niet alleen gekeken wordt naar naleving van regels en afspraken, maar ook naar vraagstukken die te maken hebben met de sturing door het management, professionaliteit van medewerkers, werkwijze, cultuur en risicobeheersing (bijlage 1). Het dossier Oranjebonnen laat zien dat men het ambtelijk niet schuwt bestuurders onjuist, onvolledig en niet tijdig te informeren. Daarmee wordt de bestuurlijke besluitvorming gemanoeuvreerd in een richting die men ambtelijk wenselijk acht. Daarmee wordt ook een transparante democratische besluitvorming bedreigd. Allereerst wordt de verantwoordelijke wethouder door zijn ambtenaren in het pak genaaid en vervolgens worden de coalitiepartijen gemaand loyaal te zijn aan de wethouder. Het onderzoek door de Rekenkamer Rotterdam heeft al aangetoond dat het dossier Oranjebonnen bestuurlijk geen prioriteit geniet. Er wonen maar weinig mensen en het is electoraal niet interessant. Ongeacht de samenstelling van de coalitie en de teksten in een coalitieakkoord in de bestuurlijke perioden die achter ons liggen is er geen wethouder geweest die in staat was om het verschil te maken. Mensen kunnen het verschil maken, maar het is belangrijk dat men beschikt over een ideologische leidraad. Het dossier Oranjebonnen laat zich niet kenmerken door christendemocratische principes, liberale idealen, sociaaldemocratische uitgangspunten, socialistische beginselen, fortuynistische standpunten en/of christelijke naastenliefde. De ambtelijke houding welke vooral werd gekenmerkt door een merkwaardige mengeling van onverschilligheid, onnozelheid en onbeschoftheid werd bestuurlijk getoleerd. Inmiddels heeft het onderzoek door de Rekenkamer Rotterdam aangetoond welke resultaten met deze houding behaald zijn. Van oprechte betrokkenheid was geen sprake en de voorgewende deskundigheid heeft geleid tot de verspilling van veel publiek geld, het missen van tal van kansen, het onbenut laten van diverse mogelijkheden, het versterken van de negatieve en destructieve krachten in het gebied en het verder verzwakken van de partijen die zich ooit als partner van de overheid hadden opgesteld. Dit gebeurt al glimlachend, grinnikend en gniffelend. De verantwoordelijke ambtenaren zijn niet op hun wanprestatie aangesproken. Het vereist moreel overwicht en intellectueel overzicht om dit te kunnen doen. Helaas ontbrak het hieraan. Van een daadkrachtig, doortastend en slagvaardig bestuurlijk optreden is geen sprake geweest. Ook de huidige wethouder Buitenruimte laat zich als een marionet van het ambtelijk apparaat gebruiken. Van normen & waarden, respect & fatsoen en betrouwbaarheid & betrokkenheid is geen sprake.

3 Het dossier Oranjebonnen laat zien hoe mensen die niet beschikken over een ambtelijke gunfactor systematisch worden genegeerd, gefrustreerd en geschoffeerd. Met een dubbele moraal, selectieve betrokkenheid en argumentatieve willekeur wordt hier met behulp van wat communicatiemedewerkers en juristen een motivatie voor gevonden. Deze overheidsfunctionarissen denken de overheid te dienen, maar in werkelijkheid brengt men de overheid vooral veel schade toe. Met een dergelijke houding investeert men immers niet in constructieve relatie met publieke en private partijen, maar organiseert men juist wantrouwen en verzet. De reputatie van dit deel van het ambtelijk apparaat van de gemeente Rotterdam is al uiterst slecht in agrarisch Nederland. Niet voor niets spreekt men over de ratten van Rotterdam om de bedenkelijke moraal van sommige ambtenaren van deze gemeentelijke dienst aan te duiden. Vertrouwen komt te voet, maar gaat te paard. De gebeurtenissen in de Oranjebuitenpolder en de Bonnenpolders hebben ervoor gezorgd dat het vertrouwen in de overheid in galop is vertrokken. Er wordt - ondanks de aanbeveling van het rekenkamerrapport (bijlage 2) - geen moeite gedaan dit vertrouwen te herstellen. Op deze wijze gaat het gemodder in de polder gewoon door. Op 20 november 2003 werd er unaniem een motie (bijlage 3) aangenomen door de raad van de toenmalige deelgemeente Hoek van Holland waarin de problematiek van de Bonnen werd erkend en er werd opgedragen om binnen een duidelijk afgesproken termijn een integrale gebiedsvisie te leveren. Deze termijn werd niet gehaald. Op 21 december 2005 werd er unaniem een scenario vastgesteld (bijlage 4) waarbij er vooral aandacht was voor de positie van de grootgrondbezitters in het gebied. Uiteindelijk heeft men het spel van misleiding en bedrog door de Erven van Rijckevorsel beloond en is het autonome scenario alsnog werkelijkheid geworden. De positie van de agrarische ondernemers met een langdurig pachtcontract is in de afgelopen 10 jaar gemarginaliseerd. De in het Ambitiedocument Oranjebonnen geformuleerde doelstellingen (bijlage 5) vertonen aanzienlijke overeenkomsten met het door de Stichting de Bonnen in het najaar van 2005 voorgestelde ontwikkelingsscenario (bijlage 6). De wijze waarop de meest betrokken bewoners en ondernemers nu werden uitgesloten van participatie is dit in strijd met de Behoorlijkheidswijzer (bijlage 7), de formele beginselen van behoorlijk bestuur (bijlage 8) en de materiële beginselen van behoorlijk bestuur (bijlage 9). Het kenmerkt een stuitend gebrek aan normbesef van de verantwoordelijke overheidsfunctionarissen. Het kenmerkt een gebrek aan innerlijke beschaving om op deze wijze een medemens weg te zetten. Er wordt bestuurlijke zwakte gedemonstreerd door dit acceptabel te vinden. Men kan een mensenleven met fysiek geweld in een fractie van een seconde een dramatische wending geven; het kan echter ook over een reeks van jaren met financieel-juridisch en bureaucratisch geweld gebeuren. Iedere afzonderlijke gebeurtenis zal daarbij door de bestuurlijk verantwoordelijken als een incident worden beschouwd, maar een reeks van incidenten kan in een stil en sluipend proces alsnog tot dit verwerpelijke resultaat leiden. Dit werd in het jaar 2000 reeds voorspeld op de website van de Stichting de Bonnen (bijlage 10). De huidige wethouder Buitenruimte is lid van een partij die een voedingsbodem vindt in het heersende maatschappelijke ongenoegen over het functioneren van de overheid, maar hij is helaas niet in staat het verschil te maken in onze polders. Van een open en transparante houding (bijlage 11) is geen sprake. Kendoe is niet van toepassing verklaard op de Bonnen- en Oranjebuitenpolder (bijlage 12). Als je luistert naar lieden die gerekend kunnen worden tot het morele niks van ambtelijk Rotterdam grijpt het maatschappelijk vuil zijn kans. De actuele situatie in onze polders laat zien waartoe dit kan leiden. De ooit geconstateerde verpaupering, verrommeling en verloedering is vooral erger geworden. Er is bij deze gemeente een groot bestuurlijk onvermogen om dit te beëindigen. Met populisme en opportunisme door het gebrek aan een moreel kompas wint men niet aan vertrouwen. Het onderzoek door de Rekenkamer Rotterdam naar het gemodder in de polder heeft impliciet duidelijk gemaakt dat aan de functionerings- en beoordelingsgesprekken welke zijn gevoerd met de verantwoordelijke ambtenaren geen waarde kan worden toegekend. Men is ambtelijk fors in gebreke gebleven.

4 Deze ambtenaren zijn niet aangesproken op hun falen. De beleidsadviseur Wim Reijnierse (bijlage 13) mag nog steeds de wethouder Buitenruimte adviseren. De projectleider Maarten de Gaaij (bijlage 14) is nog steeds in dienst van de gemeente Rotterdam. De samenleving dient beschermd te worden tegen dit overheidsfunctionarissen waarbij het duidelijk ontbreekt aan voldoende competentie en integriteit, maar dat is niet het geval. Het dossier Oranjebonnen laat zien hoe de gemeenteraad van Rotterdam en de wethouder Buitenruimte op het verkeerde been wordt gezet met de ambtelijk verstrekte informatie. De schriftelijke vragen die zijn gesteld over onderwerpen die betrekking hebben op het totale dossier Oranjebonnen zijn systematisch ontwijkend, onvolledig en zelfs onjuist beantwoord. Dit patroon zet zich voort met de huidige projectleider Oranjebonnen Evert-Jan van den Akker (bijlage 15). Daarmee is duidelijk dat deze ambtelijke attitude niet kan worden teruggebracht tot het falen van één persoon, maar dat er structureel iets mis is in het ambtelijk apparaat van de gemeente Rotterdam. Het is uiterst kwetsend voor iedere betrokken burger en/of ondernemer om met dit ambtelijke niveau te worden geconfronteerd. Men matigt zich ambtelijk een mening zonder kennis van zaken aan over het landelijk gebied tussen Hoek van Holland en Maassluis en door de positie die men inneemt als ambtenaar van de gemeente Rotterdam wordt er door de verantwoordelijke wethouder wél naar geluisterd. De echte gebiedsdeskundigen worden gepasseerd of zelfs als niet belanghebbend weggezet. Daarbij rijst de vraag welk belang deze ambtenaren hebben bij het verstrekken van adviezen die vooral hebben geleid tot veel maatschappelijke -, zakelijke en persoonlijke schade. Van een publiek belang was geen sprake. Momenteel wordt er een poging verricht om de financiële waarde van de agrarische gronden in de Bonnenpolders te verdubbelen door een transformatie naar een natuurbegraafplaats. Daarmee zal de strategie van de Erven van Rijckevorsel worden beloond. De ooit gestelde publieke doelen m.b.t. het conserveren van het landschappelijke en natuurwetenschappelijke karakter van onze polders zal worden opgeofferd. Er zal weinig meer overblijven van het eeuwenoude cultuurhistorische landschap. Er zal geen toekomst meer zijn voor een duurzame en verbrede (stads)landbouw in dit deel van de provincie Zuid-Holland. Wij hebben ons ooit als partner van de overheid opgesteld, maar zijn als prooi uitgeleverd aan de vastgoedspeculanten in het gebied. De betrouwbaarheid van de overheid is in het geding. Het zal dus op prijs worden gesteld als u alert wilt zijn op de (kwaliteit en zuiverheid van) de informatie over het dossier Oranjebonnen welke u bereikt vanuit de gemeente Rotterdam. met bezorgde groet, ing. L.W. Vreugdenhil Bijlagen: 1. Conclusie & aanbeveling zienswijze prof. Dr. M. Kaptein en dr. L. Vulperhorst; 2. Conclusie & aanbeveling rekenkamerrapport Gemodder in de polder ; 3. Motie Gebiedsvisie de Bonnen, 20 november 2003; 4. Bestuurlijk besluit ontwikkelingsscenario de Bonnen, 21 december 2005; 5. Uit Ambitiedocument Oranjebonnen & De Stadswerker ; 6. Voorstel Stichting de Bonnen ontwikkeling Bonnenpolders; 7. Behoorlijkheidswijzer; 8. Formele beginselen van behoorlijk bestuur; 9. Materiële beginselen van behoorlijk bestuur; 10. Van de website van de Stichting de Bonnen; 11. Krantenartikel open houding cruciaal ; 12. Kendoe, 13. Foto Wim Reijnierse, beleidsadviseur van de wethouder Buitenruimte; 14. Foto Maarten de Gaaij, vml projectleider Oranjebuitenpolder en Oranjebonnen; 15. Foto Evert-Jan van den Akker, huidige projectleider Oranjebonnen.