1.1 Over arbeidsverhoudingen en belangen, over politiek en praktijk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "1.1 Over arbeidsverhoudingen en belangen, over politiek en praktijk"

Transcriptie

1 1 Inleiding 1.1 Over arbeidsverhoudingen en belangen, over politiek en praktijk Eind 2003 verraste minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vriend en vijand met zijn ideeën voor een vereenvoudiging van de Arbeidstijdenwet (ATW). Begin dat jaar had de Sociaal-Economische Raad (SER) de minister nog geadviseerd over aanpassingen in de wet naar aanleiding van de in 2001 uitgevoerde evaluatie van de in 1996 in werking getreden ATW. Met een beperkte aanpassing van de systematiek van de wet zou meer ruimte ontstaan voor de dialoog tussen sociale partners over de werktijden. Wel diende er oog te blijven voor kleine knelpunten rond bepaalde normen in de wet, die via aparte regels in het Arbeidstijdenbesluit (ATB) konden worden opgelost. Met zijn vereenvoudigingsvoorstellen ging minister De Geus echter veel verder dan die aanpassingen. De systematiek van de ATW werd niet aangepast, maar afgeschaft. Tevens werden de verschillende normen uit de wet verregaand vereenvoudigd c.q. verruimd. Voor minister De Geus paste dat allemaal in zijn Actieplan vereenvoudiging SZW-regelgeving. Minder regels en meer verantwoordelijkheid voor burgers en bedrijven was daarbij het uitgangspunt. Met de vereenvoudiging van de ATW zou meer ruimte ontstaan voor het individu om zelf met zijn werkgever afspraken te maken over de werktijden, terwijl tegelijkertijd dichter wordt aangesloten bij de Europese regels over arbeids- en rusttijden. Zo is tien jaar nadat de nieuwe ATW in werking trad diezelfde wet al weer ingrijpend gewijzigd. En dan te bedenken dat die nieuwe ATW toentertijd het product was van jarenlang overleg en debat tussen sociale partners, overheid en politiek ter vervanging van een Arbeidswet die al sinds 1919 de regels rond

2 8 1 INLEIDING arbeids- en rusttijden bepaalde. En in binnen- en buitenland werd die nieuwe ATW als zeer vooruitstrevend bestempeld. Zowel vanwege de vernieuwing die er in besloten lag rond ergonomische normen als voor de wijze waarop met een zogenoemde dubbele normstelling werd aangesloten bij de wijze waarop de arbeidsverhoudingen in Nederland zijn gestructureerd. Bovendien was de nieuwe ATW in 1996 in vergelijking met de Arbeidswet 1919 die ze verving, een voorbeeld van verregaande deregulering. De wet legde de verantwoordelijkheid voor het vormgeven aan werk- en rusttijden grotendeels bij de sociale partners. Voorbij was de tijd van de sturende en bedilzuchtige overheid die als een Big Brother waakt over de samenleving. Voorbij was de tijd van de zwakke, afhankelijke werknemer die een beschermende arm hard nodig had. Werknemers waren geëmancipeerd en mondig geworden en, anders dan in het begin van de twintigste eeuw, zeer wel in staat om voor hun rechten op te komen. Waar het individu onvoldoende macht had, kon hij een beroep doen op het collectief van de vakbond. De overheid kon dus best een forse stap terugzetten. Dat was toen althans de mening van diezelfde overheid en dat was de filosofie die aan de toenmalige nieuwe wet ten grondslag heeft gelegen. En toch blijkt dit alles tien jaar later niet goed genoeg. Volgens de overheid hebben de betrokken partijen nog meer ruimte nodig. Bedrijven hebben die ruimte nodig om hun arbeids- en bedrijfstijden zo in te richten dat ze de strijd met de internationale concurrentie aankunnen. Werknemers hebben die ruimte nodig om hun werktijden tot op zekere hoogte af te stemmen op hun persoonlijke voorkeuren en omstandigheden. De actuele maatschappelijke ontwikkelingen ten aanzien van flexibilisering en individualisering noopten tot een vereenvoudigde ATW, met nog minder regels dan in Dit boek is bedoeld om bedrijven en instellingen wegwijs te maken in de vereenvoudigde ATW: wat zijn de beperkingen en wat de mogelijkheden? Dat geldt zowel voor het management als voor de werknemers en hun vertegenwoordigers in medezeggenschapsorganen. Op 1 april 2007 is, met een overgangstermijn tot 1 april 2008, de vereenvoudigde ATW in werking getreden. Die vereenvoudiging is uiteindelijk een product geworden van de oorspronkelijke voorstellen van minister De Geus en het over zijn vereenvoudigingsplannen begin 2005 uitgebrachte unanieme SER-advies. In de volgende paragrafen worden kort de historie van deze vereenvoudigingsoperatie geschetst en de rollen die diverse partijen daarin successievelijk hebben gespeeld. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 de vereenvoudigde wet besproken. Ondanks alle vereenvoudiging is dat nog steeds een ingewikkeld verhaal. In de daaropvol-

3 1 INLEIDING 9 gende hoofdstukken wordt aangegeven op welke wijze met de wet in de praktijk kan worden omgegaan. In hoofdstuk 3 wordt stilgestaan bij de organisatie van de werktijd; verschillende soorten werktijdregelingen worden besproken, waardoor zichtbaar wordt waar de wet ruimte biedt c.q. wat met roosters onder het regime van de wet allemaal gedaan kan worden. In hoofdstuk 4 wordt het besluitvormingsproces aan de orde gesteld: hoe kan de besluitvorming over werk- en rusttijden binnen organisaties verlopen? Welke rol kunnen alle partijen daarin spelen? 1.2 Een korte historische schets De oorspronkelijke vereenvoudigingsvoorstellen Op 18 december 2003 bood minister De Geus het kabinetsstandpunt Vereenvoudiging ATW aan de Tweede Kamer aan. Twee uitgangspunten werden daarin gehanteerd: 1. De wet moet meer ruimte bieden om op individueel niveau tussen werkgever en werknemer afspraken te maken over arbeids- en rusttijden. 2. De wet mag niet meer beperkingen opleggen dan strikt genomen voor de veiligheid en gezondheid van de werknemer noodzakelijk is. Het eerste uitgangspunt leidde ertoe dat de bestaande systematiek in de ATW, namelijk de dubbele normstelling in een standaard- en een overlegregeling, wordt afgeschaft. Deze wordt vervangen door een enkelvoudige normstelling. Was het in de oude wet nog noodzakelijk om via collectief overleg, d.w.z. via een cao of een afspraak met het medezeggenschapsorgaan, van de ruimste (overleg)norm gebruik te maken, in de vereenvoudigde wet is dat ook op individueel niveau mogelijk geworden. Een cao kan nog wel de ruimte op individueel niveau beperken, maar is niet langer het verplichte tussenstation dat gebruikt moet worden om die ruimte te vergroten (van standaardnorm naar overlegnorm). De wettelijke norm wordt daardoor voor zowel de individuele als de collectieve arbeidsverhouding gelijk. Met name voor organisaties die niet onder de werkingssfeer van een cao vallen of waar geen medezeggenschapsorganen zijn (midden- en kleinbedrijf) biedt deze constructie meer ruimte dan de systematiek van de oude wet. Met het tweede uitgangspunt wilde het kabinet bereiken dat de normering van arbeids- en rusttijden beter aansluit op wat internationaal als basisbescherming voor werknemers is afgesproken. Men wilde de internationale arbeidsmarktpositie van Nederland verstevigen door de Nederlandse regels in lijn te bren-

4 10 1 INLEIDING gen met die van de EG-richtlijnen. Meest opmerkelijke consequentie voor de normering in de ATW was het opheffen van het onderscheid tussen arbeidstijd exclusief en arbeidstijd inclusief overwerk. Waar beide normen nu nog een dubbele normering kennen, wordt dat na de vereenvoudiging één enkele norm voor de maximumarbeidstijd. De daaruit voortvloeiende maximumnormen van 12 uren per dienst en 60 uren per week hebben voluit de publiciteit gehaald. Deze normen zijn echter niet anders dan de oude normen voor de maximumarbeidstijd inclusief overwerk, terwijl de oude overlegnorm voor de maximumarbeidstijd exclusief overwerk zelfs geen weekgrens kende, waardoor zonder overwerk in de zin van de wet werkweken van meer dan 70 uur mogelijk waren! Op hoofdlijnen zouden de vereenvoudigingsvoorstellen van minister De Geus tot ruimere grenzen leiden waarbinnen werkgevers en werknemers op zowel collectief als individueel niveau afspraken kunnen maken over de arbeids- en rusttijden. Om te garanderen dat werknemers daarbij voldoende zeggenschap over hun werktijden houden, stelde de minister tevens voor om in situaties waar op zondag of s nachts gewerkt wordt of waarin sprake is van bijzondere diensten (consignatie of aanwezigheidsdiensten), arbeid alleen toe te staan als dat bij cao of individuele arbeidsovereenkomst is overeengekomen. Als randvoorwaarde geldt daarbij tevens dat die arbeid dan vanuit de aard van de arbeid of de bedrijfsomstandigheden noodzakelijk is. Met name voor nachtarbeid betekent dit een forse verandering van de oude voorschriften. Waar enerzijds de concrete normeringen rond nachtarbeid grotendeels worden geschrapt of vereenvoudigd, wordt anderzijds het toepassen van nachtarbeid aan zwaardere procedurele regels gebonden. Voor zondagarbeid, nachtarbeid en bijzondere diensten wordt de werkgever dus afhankelijk van de instemming van werknem er(sorganisatie)s. Tegenover ruimere normen staan daardoor ook beperkingen. Overigens moet vermeld worden dat niet alle normen door de voorgestelde vereenvoudiging ruimer werden. Minister De Geus trok in zijn voorstellen op onderdelen ook de touwtjes aan (wekelijkse rust, consignatie). Minister De Geus verwachtte dat met de vereenvoudiging het aantal regels in het ATB fors zal afnemen. Wel blijft het besluit de mogelijkheid bieden om voor arbeid in bepaalde sectoren of arbeid in bepaalde omstandigheden afzonderlijke regels op te stellen. De effecten van de vereenvoudiging op het ATB vervoer zullen echter miniem zijn, hoewel ook daar eventuele standaardnormen komen te vervallen. Veel van de overlegnormen in dit besluit kwamen al overeen met de Europese normen.

5 1 INLEIDING Het overleg met de Tweede Kamer Voordat hij de SER om advies ging vragen, wilde minister De Geus de opvattingen van de Tweede Kamer over de vereenvoudigingsvoorstellen horen. Op 15 april 2004 vond daartoe een algemeen overleg plaats met de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Vanuit alle politieke geledingen werd daarbij naar voren gebracht dat de bestaande ATW best eenvoudiger zou mogen zijn. Moeilijke regels belemmeren immers de toepassing ervan. Over hoe die regels er dan uit zouden moeten zien, verschilden de partijen echter sterk van mening. Waar de oppositiepartijen de voorstellen van minister De Geus vooral als een afbraak van de rechtspositie van werknemers zagen die ten koste gaat van hun veiligheid, gezondheid en welzijn, zagen de regeringspartijen in de voorstellen een goede aanzet voor verdere deregulering van wetgeving. Twee van de drie regeringspartijen zetten echter wel hun vraagtekens bij het voorstel dat arbeid op bijzondere dagen of tijdstippen of bij bijzondere diensten alleen mogelijk is als daarover bij cao of individuele overeenkomst afspraken bestaan. Hoewel minister De Geus erkende dat deze constructie zwaarder is dan het geldende regime, gaf hij ook aan dat het op dit punt zijn wens is om zo veel mogelijk voor afwijkingen van het normale arbeidspatroon (dag- en avondarbeid van maandag t/m zaterdag?) met één en hetzelfde systeem te werken. Hij gaf aan op dit punt echter ook het advies van de SER te willen afwachten. In het overleg met de Tweede Kamer benadrukte minister De Geus nog eens dat het kabinet een vereenvoudiging en flexibilisering noodzakelijk achtte vanwege de bestaande werkgelegenheidssituatie in Nederland. Die situatie heeft het kabinet tot de strategische keuze gebracht om het vestigingsklimaat en de werkgelegenheid zwaarder te laten wegen dan het evenwicht tussen de beide doelstellingen van de wet, veiligheid en gezondheid aan de ene kant en de combinatie van arbeid en zorg aan de andere kant. Daarbij was hij overigens van mening dat de voorstellen een betere combinatie van arbeid en privé niet belemmeren. De rol van de wetgever is vooral die van het vaststellen van de randvoorwaarden en niet die van het inperken van de arbeidstijden. Het uiteindelijke doel van de minister was een sterk Europa met een flexibel arbeidsmarktbeleid, gericht op behoud van werkgelegenheid. Hij wenste daarbij geen inflexibiliteit te laten bestaan die Europa mondiaal gezien in een achterstandssituatie plaatst. Over de concrete voorstellen van de minister met betrekking tot de normen voor arbeids- en rusttijden werd weinig gesproken. Meest concreet ging het nog over de referentieperiode voor de maximumarbeidstijd. Waar de minister de referentieperiode in de voorstellen op 13 weken had staan, pleitte een deel van de Kamer voor verlenging naar de Europese norm (4 maanden, mogelij-

6 12 1 INLEIDING kerwijs in de toekomst 12 maanden). Ook werd door een aantal partijen aangegeven dat men geen verruiming van de zondagarbeid wilde zien. Wel werd veel gesproken over de effecten van uitspraken van het Europese Hof van Justitie inzake aanwezigheidsdiensten voor de Nederlandse wetgeving. Deze zijn echter minder relevant in het kader van de vereenvoudiging van de ATW De adviesaanvraag aan de SER Op 2 juli 2004 stuurde minister De Geus zijn adviesaanvraag over de vereenvoudiging van de ATW naar de SER. Daarbij verwees hij naar het kabinetsstandpunt dat eerder aan de Tweede Kamer was voorgelegd. De minister wil graag de opvattingen van de raad over een viertal punten: 1. de uitgangspunten en overwegingen bij de vereenvoudiging; 2. de voorstellen voor de normeringen van arbeids- en rusttijden; 3. maatwerk en bescherming binnen het systeem van arbeidsverhoudingen; 4. administratieve lasten. Bij de adviesaanvraag ging een notitie van het kabinet, die dezelfde opbouw had als het eerder aan de Tweede Kamer aangeboden kabinetsstandpunt, maar die daar ook op een aantal belangrijke onderdelen van afweek. De belangrijkste afwijking was het vervallen van de verplichting dat de werkgever in geval van zondagarbeid, nachtarbeid of arbeid in bijzondere diensten altijd vooraf de instemming van cao-partijen of de individuele werknemer moet verkrijgen. Toegevoegd was een verhandeling over het Nederlandse systeem van arbeidsverhoudingen, met als conclusie dat dit systeem samen met de voorgestelde vereenvoudigingen van de ATW voldoende bescherming biedt aan werknemers. Het zwaartepunt wat betreft de arbeids- en rusttijden komt wat minister De Geus betreft te liggen bij de individuele afspraken die in het kader van de individuele arbeidsovereenkomst worden gemaakt. Die individualisering creëert meer ruimte voor maatwerk. Via het instrument van de cao kunnen hier afspraken aan worden toegevoegd, die dan automatisch doorwerken in de individuele arbeidsverhouding. Wel werd daarbij gewezen op de trend in veel bedrijfstak-cao s om afspraken te decentraliseren naar medezeggenschapsorganen. Ook hierdoor is voor arbeids- en rusttijden maatwerk op ondernemingsniveau mogelijk. Naast schriftelijke afspraken op ondernemingsniveau tussen werkgever en medezeggenschapsorgaan geldt op dat niveau ook nog het instemmingsrecht op grond van de Wet op de ondernemingsraden. Wat op ondernemingsniveau gebeurt, werkt echter niet automatisch door in de individuele arbeidsverhouding. Hierin kan worden voorzien door een zogenoemd eenzijdig wijzigingsbeding in de individuele arbeidsovereenkomst, dat

7 1 INLEIDING 13 erin voorziet dat bij een zwaarwegend belang van de werkgever de arbeidsvoorwaarden van de werknemer wijzigen. Of het belang voldoende zwaarwegend is, kan dan mede worden afgeleid van een bereikte overeenstemming tussen de werkgever en het medezeggenschapsorgaan, aldus de minister. Met deze wijziging op zijn eerdere voorstellen had hij dus de kritiek van twee regeringspartijen op dit onderdeel ter harte genomen, en vroeg hij de SER uitsluitend nog om een oordeel over dit systeem van arbeidsverhoudingen in het licht van de totstandkoming van arbeids- en rusttijden binnen die arbeidsverhoudingen. Verder waren in de adviesaanvraag aan de SER in vergelijking met de oorspronkelijke voorstellen een aantal normeringen aangepast. Zo was aan de wekelijkse rust een inkortingsmogelijkheid voor die rust toegevoegd. Tevens was de referentieperiode voor de maximumarbeidstijd van 13 weken naar 4 maanden verlengd, mogelijk ook naar aanleiding van het overleg in de Tweede Kamer. Deze verlenging van de referentieperiode werd onderbouwd vanuit een vergelijking met negen andere Europese landen, waaruit blijkt dat in vijf van die landen de referentieperiode ook op 4 maanden is gesteld. Verder werd in de adviesaanvraag exacter omschreven wanneer de voorgestelde regels voor nachtarbeid op de werknemer van toepassing zijn. Dit was in de oorspronkelijke voorstellen slechts vaag omschreven. Ook voor de consignatie werden de eerste concrete voorstellen voor een nieuwe normering gedaan, maar tevens werd de SER gevraagd hoe oproepen tijdens de rusttijd van de werknemer kunnen worden gecompenseerd zonder dat daarvoor gedetailleerde en ingewikkelde voorschriften nodig zijn. Wat bleef was een algemeen beeld van verruiming van de meeste normen, terwijl een enkele norm gelijk blijft of strakker wordt gesteld Het advies van de SER In de Commissie Arbeid, Onderneming en Medezeggenschap van de SER is vervolgens het SER-advies voorbereid. De raad heeft het advies, dat unaniem is, vastgesteld in zijn vergadering van 18 februari De SER was evenals het kabinet voorstander van vereenvoudiging van de ATW. Bescherming en flexibiliteit bij arbeids- en rusttijden waren voor de raad zowel een werknemers- als een werkgeversbelang. In dat verband werd ook verwezen naar de nota Op weg naar een meer productieve economie van de Stichting van de Arbeid. Daarin wordt het proces van decentralisatie van arbeidsvoorwaardenvorming genoemd, waarbij beslissingen bewust naar lagere niveaus worden verplaatst om maatwerk te kunnen leveren. Ook wordt in die nota het instrument van arbeidstijdmanagement aangehaald, waarmee werkaanbod en personele beschikbaarheid beter op elkaar kunnen worden afgestemd. Dat

8 14 1 INLEIDING levert adequate roosters op die passen bij de dynamiek van het arbeidsproces en die tegelijkertijd rekening houden met door werknemers gewenste werktijden. Wat betreft de internationale context was de raad het met het kabinet eens dat de regelgeving over arbeids- en rusttijden niet mag leiden tot een verslechtering van het vestigingsklimaat en de werkgelegenheid. Het in opdracht van de minister uitgevoerde onderzoek naar de regelgeving in negen Europese landen laat echter ook zien dat de verschillen in nationale stelsels de onderlinge vergelijking van arbeids- en rusttijdnormen belemmeren. Ieder land heeft de EGrichtlijnen op een eigen manier ingevuld, waardoor ook de regelgeving in andere landen complex is. Wel wordt terecht in het onderzoeksrapport gemeld dat de betekenis van normen pas goed kan worden beoordeeld in hun onderlinge samenhang. Vanwege de gewenste vereenvoudiging en transparantie van de regelgeving was de SER met het kabinet voorstander van enkelvoudige normen en dus afschaffing van het systeem van standaard- en overlegregeling in de oude wet. De door het kabinet geschetste structuur van de arbeidsverhoudingen en de daarvoor geldende juridische grondslagen voor vaststelling van arbeids- en rusttijden (cao, individuele arbeidsovereenkomst, afspraken met het medezeggenschapsorgaan, instructierecht werkgever) blijft daarbij in stand. Voor specifieke situaties en bepaalde sectoren zal flexibiliteit en maatwerk volgens de raad echter alleen te realiseren zijn via afwijkende normstellingen in het ATB. Afwijkingen van daarvoor in aanmerking komende normen vereist dan een collectieve afspraak, wat zowel een afspraak op cao-niveau als een (schriftelijke) afspraak tussen de werkgever en het medezeggenschapsorgaan kan zijn. In het laatste geval mag deze niet strijdig zijn met de eventueel van toepassing zijnde cao. Daarmee pleitte de SER in zekere zin voor het handhaven van een overlegregeling, maar nu alleen nog voor afwijkende normen in het ATB. Bij de advisering over de inhoudelijke normen heeft de SER tegenover de tamelijk los van elkaar staande normen in de vereenvoudigingsvoorstellen van de minister een meer samenhangend stelsel van normen voor arbeids- en rusttijden gezet, dat op veel onderdelen ook verder is uitgewerkt. Voor een deel zijn de normen eenvoudiger, flexibeler of minder beperkend dan in de voorstellen van het kabinet (wekelijkse rust, consignatie), maar voor een ander deel juist weer meer beschermend (vrije zondagen, nachtarbeid). In de toelichting op de voorstellen benadrukt de raad nog eens dat de normen onderling nauw samenhangen. De betekenis van een bepaalde norm wordt immers mede bepaald door de inhoud van andere normen. Het pakket van voorstellen vormde volgens de raad dan ook een uitgebalanceerd en integraal geheel. De boodschap aan de minister was daarmee duidelijk: neem dit advies integraal over! Met dit

9 1 INLEIDING 15 in vergelijking met het kabinetsvoorstel wat bredere normenstelsel wordt desondanks een substantiële vereenvoudiging en reductie van regelgeving bereikt. Vooral in het ATB vervallen meer regels dan in de vereenvoudigingsvoorstellen van minister De Geus (diens voorstellen laten ook regels vervallen, maar maken tegelijkertijd ook weer veel nieuwe regels in dat besluit noodzakelijk). Ook deed de SER voorstellen over de wijze van handhaving van de normen. Een deel van de normen kan net als in het verleden bestuursrechtelijk worden gehandhaafd, maar voor een ander deel kan civielrechtelijke handhaving volstaan (pauze, zondagarbeid). Daardoor kan mogelijkerwijs ook een vereenvoudiging van de registratie en controle plaats gaan vinden. Tot slot is de SER in haar advies ingegaan op de werkingssfeer van de ATW. De raad adviseerde om deze enigszins te verruimen, waardoor voortaan ook leidinggevenden die driemaal het minimumloon verdienen (vroeger tweemaal het minimumloon) onder de toepasselijkheid van de wet zullen vallen. Anders dan in het verleden wil men daarbij dat in geval van deeltijdarbeid deze loongrens naar rato wordt toegepast. Hierdoor zal een deel van de deeltijders in de categorie hoger en leidinggevend personeel dat vroeger onder de wet viel straks niet langer aan de normstellingen van de wet gebonden zijn. Op 23 mei 2005 liet minister De Geus aan de Tweede Kamer weten dat het kabinet grote waarde hecht aan het unanieme SER-advies. Volgens hem verkeren werkgevers en werknemers bij uitstek in de positie om te beoordelen in hoeverre wettelijke normeringen voor arbeids- en rusttijden in de praktijk werkbaar zijn en noodzakelijk om de benodigde bescherming van werknemers te handhaven. Het kabinet gaf dan ook aan dat men vanuit een positieve grondhouding de voorstellen van de SER zou gaan betrekken bij het op te stellen wetsvoorstel Vereenvoudiging Arbeidstijdenwet Het wetsvoorstel in het parlement Het wetsvoorstel Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet werd op 21 april 2006 door de Koningin aan de Tweede Kamer aangeboden. Het wetsvoorstel volgde bijna integraal het eerder uitgebrachte SER-advies. Belangrijkste afwijking ten aanzien van het SER-advies was de handhaving van de normstelling rond nachtarbeid. Waar de SER adviseerde om het maximumaantal nachtdiensten te begrenzen in een wettelijke standaardnorm met daarbovenop een generiek toepasbare overlegnorm in het ATB, die dan beide door de overheid bestuursrechtelijk gehandhaafd worden, zette minister De Geus deze beide normen direct als een soort standaard- en overlegregeling in de wet, waarbij de overheid uitsluitend de uiterste overlegnorm zal

10 16 1 INLEIDING handhaven. Deze wijziging ten opzichte van het SER-advies was voor de vakbeweging aanleiding om de Tweede Kamer te bewegen hier een andere weg in te slaan. Zij waren van mening dat de bescherming van de veiligheid en gezondheid van werknemers hiermee niet gediend is. Werkgeversorganisaties op hun beurt spraken hun zorg uit over het introduceren van de voorwaarde indien de aard van de arbeid of de bedrijfsomstandigheden dit met zich brengen bij verschillende normstellingen in de wet. In hun ogen leidde dit tot een onnodige complicering van de wet, die bovendien ook nog eens als beperkend ten opzichte van de bestaande praktijk kan worden uitgelegd. De vaste commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de Tweede Kamer bracht op 29 mei 2006 verslag over het wetsvoorstel uit. Opnieuw stonden bijna alle fracties positief ten opzichte van de vereenvoudigingsoperatie. Aan de op- en aanmerkingen van sociale partners over het wetsvoorstel werd veel aandacht besteed, maar de hoofdlijn van het wetsvoorstel het door de SER geadviseerde normenstelsel werd amper besproken. Op een enkel onderdeel wilde men wel van de minister een nadere toelichting op de normen c.q. overwegingen van de minister om van het SER-advies af te wijken. Tevens vroeg men uitdrukkelijk naar de internationaal rechtelijke context van het wetsvoorstel. Minister De Geus bracht op 13 juni 2006 zijn nota naar aanleiding van het verslag uit. Uitvoerig ging hij daarbij in op de internationale context en de diverse op- en aanmerkingen. Op één punt paste hij het wetsvoorstel aan, en dat betrof de overgangsregeling bij invoering van de vereenvoudigde wet. Waar de oorspronkelijke overgangsregeling alleen voorzag in een overgangstermijn voor collectieve arbeidsovereenkomsten, liet hij nu ook andere collectieve regelingen tussen werkgever(sorganisaties) en vakbonden onder die regeling vallen. Zijn doel was duidelijk: op 1 januari 2007 invoering van een vereenvoudigde ATW. Op 6 en 21 september vond in de Tweede Kamer de algemene beraadslaging over het wetsvoorstel plaats. Belangrijkste onderwerpen waren de normen rond nachtarbeid en zondagarbeid. Bij nachtarbeid wilde een deel van de Kamer graag dat ook de standaardnorm voor het maximumaantal nachtdiensten door de overheid zou worden gehandhaafd c.q. dat de overlegnorm naar het ATB zou worden overgeheveld en daar dan voor nader aan te geven sectoren en omstandigheden toepasbaar zou kunnen zijn. De minister hield op dit punt echter vast aan zijn wetsvoorstel. Verder werd rond deze norm nog gesproken over de werknemers die van oudsher, dus al voor de inwerkingtreding van de ATW, permanent s nachts werken. Bij de invoering van de ATW was voor deze categorie werknemers een overgangsregime van tien jaar van kracht geworden, wat echter bij de vereenvoudiging van de ATW afgelopen zou zijn. Daardoor zou deze

11 1 INLEIDING 17 groep ook het aantal keren dat men s nachts werkt moeten beperken conform de normen in de wet. Hoewel de minister niet voor permanente nachtarbeid was, liet hij op dit punt het oordeel aan de Kamer over. In een motie van CDA en PvdA werd vervolgens aan de regering gevraagd om voor de werknemers in dit overgangsregime de oude regelingen te handhaven. De meeste discussie in de Kamer betrof de zondagarbeid. Conform het SERadvies stelde minister De Geus voor dat bij collectieve regeling kon worden afgeweken van de verplichting dat een werknemer die op zondag arbeid verricht ten minste dertien vrije zondagen per 52 weken moet hebben. Hierdoor zou het bijvoorbeeld voor sportjournalisten mogelijk zijn om op alle zondagen te werken. Voor met name de christelijke partijen ging dit voorstel echter te ver. Zij ervoeren dit als een aantasting van de bijzondere rustdag die de zondag in de Nederlandse samenleving is. Meerdere amendementen op dit onderdeel van het wetsvoorstel culmineerden uiteindelijk in een gezamenlijk amendement van SGP, CDA, CU, GL en PvdA waarin zij het wetsvoorstel zodanig wijzigen dat indien bij collectieve regeling het recht van dertien vrije zondagen zou worden beperkt, de individuele werknemer slechts op 40 of meer zondagen per 52 weken arbeid hoeft te verrichten als hij daar persoonlijk mee instemt. Het wetsvoorstel werd daardoor, zoals de minister aangaf, niet direct eenvoudiger, maar de minister wilde gehoord het debat de motie ook niet ontraden. Op 3 oktober 2006 vonden de stemmingen in de Tweede Kamer over het wetsvoorstel en de daarop ingediende amendementen en moties plaats. Daarbij werd het hiervoor genoemde amendement over de zondagarbeid aangenomen, waarna ook het daardoor gewijzigde wetsvoorstel met grote meerderheid door de Tweede Kamer werd aangenomen. SGP, CU en SP stemden tegen. De motie om het overgangsregime voor permanente nachtarbeid door te zetten werd wel met algemene stemmen aangenomen. Op 24 november 2006 liet minister De Geus de Kamer weten dat hij de motie zou uitvoeren door de bestaande overgangsregeling in het ATB een permanente status te geven. In de Eerste Kamer verliep de behandeling vervolgens vlot. Na een snelle en korte schriftelijke uitwisseling van vragen en antwoorden werd op 28 november 2006 het wetsvoorstel Wijziging van de ATW in verband met vereenvoudiging van die wet zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen De Arbeidstijdenbesluiten In het najaar van 2006 werd door de ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Verkeer en Waterstaat ook hard gewerkt aan de aanpassingen in het ATB en het ATB vervoer die uit de vereenvoudiging van de ATW

12 18 1 INLEIDING voortvloeiden. Vanwege de vele sectorale en bijzondere regelingen in het ATB werden sociale partners daarbij regelmatig geconsulteerd. Minister De Geus confronteerde hen daarbij met het gegeven dat hij een aantal voetnoten uit het SER-advies definitief in het ATB wilde afhandelen. Het betrof permanente nachtarbeid voor ambachtelijke bakkerijen en de nachthoreca, alsmede de verlenging van de referentieperiode voor de maximumarbeidstijd. Hoewel de vakbonden voor de permanente nachtarbeid eigenlijk eerst nog nader onderzoek wilden laten verrichten door de Arbeidsinspectie, gingen zij hier toch schoorvoetend mee akkoord. Over het verlengen van de referentieperiode voor de maximumarbeidstijd ontstond echter een felle discussie. In de wet is die referentieperiode zestien weken, met daaraan gebonden een maximumarbeidstijd van gemiddeld 48 uur per week. Indien sprake is van regelmatige arbeid in nachtdienst in die zestien weken, bedraagt de gemiddelde arbeidstijd maximaal 40 uur per week. Voorstel van de minister was om in het ATB een aparte bepaling op te nemen waarbij het mogelijk was om bij collectieve regeling die referentieperiode te verlengen tot maximaal 52 weken, dit in lijn met de Europese regels. Voor de vakbeweging was dit echter een brug te ver. De gemiddeld 48- urige werkweek gemeten over zestien weken was al zwaar, laat staan over een nog langere periode (met dus in die langere periode de mogelijkheid om in zestien weken nog boven de gemiddeld 48 uur per week uit te komen). Verlenging van de referentieperiode bij nachtarbeid stuitte niet op veel bezwaar, omdat dit ook in het oude ATB al het geval was. In de discussie die volgde ging het uiteindelijk om het begrip collectieve regeling. Een collectieve regeling kan namelijk zowel een overeenkomst tussen werkgever en vakbond als tussen werkgever en medezeggenschapsorgaan zijn. Voor de vakbeweging was het ondenkbaar dat medezeggenschapsorganen buiten hen om met de werkgever zouden afspreken dat de gemiddeld 48-urige werkweek over een langere periode dan zestien weken zou mogen worden gerealiseerd. Werkgevers echter hechten zeer aan die route, mede omdat op veel plaatsen niet met vakbonden maar met ondernemingsraden over arbeidsvoorwaarden wordt gesproken. Uiteindelijk heeft minister De Geus besloten de verlenging van de referentieperiode in geval van de gemiddeld 48-urige werkweek voor te behouden aan cao-partijen. Indien er echter geen cao is, mag die verlenging ook via een schriftelijke overeenkomst tussen de werkgever en het medezeggenschapsorgaan tot stand komen. Voor de verlenging van de referentieperiode in geval van de gemiddeld 40-urige werkweek bij regelmatige arbeid in nachtdienst is wel elke vorm van collectieve regeling toegestaan.

S A M E N V A T T I N G

S A M E N V A T T I N G 5 6 Samenvatting In dit advies doet de Sociaal-Economische Raad voorstellen voor vereenvoudiging van de Arbeidstijdenwet (ATW). De kern van deze wet bestaat uit een stelsel van normen voor arbeids- en

Nadere informatie

2 Arbeidstijdenwet: hoofdlijnen en ontwikkelingen

2 Arbeidstijdenwet: hoofdlijnen en ontwikkelingen 2 Arbeidstijdenwet: hoofdlijnen en ontwikkelingen 2.1 De Arbeidstijdenwet 1996 De Arbeidstijdenwet (ATW) dateert van 1 januari 1996. De wet kwam in de plaats van de Arbeidswet 1919 en een groot aantal

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 30 532 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Nr. 28 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

Vereenvoudiging Arbeidstijdenwet

Vereenvoudiging Arbeidstijdenwet 05 03 Vereenvoudiging Arbeidstijdenwet advies Vereenvoudiging Arbeidstijdenwet Uitgebracht aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Publicatienummer 3, 18 februari 2005 Sociaal- Economische

Nadere informatie

Het Arbeidstijdenbesluit: uitzonderingen op de ATW

Het Arbeidstijdenbesluit: uitzonderingen op de ATW Het Arbeidstijdenbesluit: uitzonderingen op de ATW De regels in de ATW zijn in de meeste gevallen voldoende. Er zijn echter situaties, bepaalde werkzaamheden en beroepsgroepen denkbaar waarbij gezien de

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Huidige wettelijke regeling en kabinetsvoorstellen

Huidige wettelijke regeling en kabinetsvoorstellen Huidige wettelijke regeling en kabinetsvoorstellen Deze bijlage bevat een beschrijving van huidige normen voor arbeids- en rusttijden in de ATW en van de kabinetsvoorstellen. Hierna komen onderwerpsgewijs

Nadere informatie

0 2 JULI De Voorzitter van de Sociaal-Economische Raad Postbus LK Den Haag

0 2 JULI De Voorzitter van de Sociaal-Economische Raad Postbus LK Den Haag Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De Voorzitter van de Sociaal-Economische Raad Postbus 90405 2509 LK Den Haag Postbus 90801 2509 L V Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333

Nadere informatie

Een werknemer mag maximaal 12 uur per dienst werken. Per week mag hij maximaal 60 uur werken.

Een werknemer mag maximaal 12 uur per dienst werken. Per week mag hij maximaal 60 uur werken. DE NIEUWE ARBEIDSTIJDENWET Op 1 april 2007 is de nieuwe arbeidstijdenwet in werking getreden. De regels in de Arbeidstijdenwet zijn vereenvoudigd. Hierdoor krijgen werkgever en werknemer meer mogelijkheden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 532 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING 1. INLEIDING 1.1 Algemeen De

Nadere informatie

Overzicht normen Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit 2007

Overzicht normen Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit 2007 Overzicht normen Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit 2007 De Arbeidstijdenwet (Atw) is van toepassing op alle personen die onder het gezag van de werkgever arbeid verrichten (werknemer, leerlingen,

Nadere informatie

Checklist Arbeidstijdenwet

Checklist Arbeidstijdenwet Checklist Arbeidstijdenwet Overtreding van de arbeidstijdenregels heeft doorgaans een bedrijfseconomisch motief. De I-SZW streeft er daarom na om overtreders in hun portemonnee te raken. U kunt dit voorkomen

Nadere informatie

De Arbeidstijdenwet wordt als volgt gewijzigd:

De Arbeidstijdenwet wordt als volgt gewijzigd: Voorstel van wet tot wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 532 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 Hieronder zijn

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 244 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met de nadere aanduiding van enige begrippen uit deze wet en enige andere wijzigingen Nr. 6

Nadere informatie

Overzicht Normen Arbeidstijdenwet (Atw) en Arbeidstijdenbesluit (Atb)

Overzicht Normen Arbeidstijdenwet (Atw) en Arbeidstijdenbesluit (Atb) Cao Ziekenhuizen 2017-2019 / 83 Bijlage B Overzicht enwet (Atw) en enbesluit (Atb) De enwet (Atw) is van toepassing op alle personen die onder het gezag van de werkgever arbeid verrichten (werknemer, leerlingen,

Nadere informatie

5 Standpunt van de raad

5 Standpunt van de raad 5 Standpunt van de raad 5.1 Doelstelling en structuur van de ATW Enkelvoudige normstelling De wettelijke regeling van arbeidstijden moet volgens de raad ruimte en stimulansen bieden voor werkgevers en

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Landelijke arbeidstijden regeling Politie 2017

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Landelijke arbeidstijden regeling Politie 2017 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 57437 11 oktober 2017 Landelijke arbeidstijden regeling Politie 2017 Een beleidsregel Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 2.

Nadere informatie

1.1 Het initiatiefwetsvoorstel-schaper De toenemende maatschappelijke onrust 17

1.1 Het initiatiefwetsvoorstel-schaper De toenemende maatschappelijke onrust 17 INHOUD 5 INHOUD DEEL 1 ALGEMENE TOELICHTING 13 HOOFDSTUK 1 INLEIDING 15 1.1 Het initiatiefwetsvoorstel-schaper 17 1.2 De toenemende maatschappelijke onrust 17 HOOFDSTUK 2 DE ARBEIDSWET 1919 19 2.1 Inleiding

Nadere informatie

Notitie Arbeidstijden Uitvaartbranche

Notitie Arbeidstijden Uitvaartbranche Notitie Arbeidstijden Uitvaartbranche I Waar is de regelgeving over arbeidstijden te vinden? In de Arbeidstijdenwet (ATW) staan de algemene wettelijke bepalingen (normen) voor werknemers van 18 jaar en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 011 01 4 587 Justitiële Inrichtingen Nr. 437 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Arbeidstijdenbesluit. Arbeidstijdenbesluit Verpleging en verzorging

Arbeidstijdenbesluit. Arbeidstijdenbesluit Verpleging en verzorging Arbeidstijdenbesluit Arbeidstijdenbesluit Verpleging en verzorging stelsel Arbeidstijdenwet (Atw) en Arbeidstijdenbesluit (Atb) Verpleging en Verzorging Rusttijden minimumrusttijden Wekelijkse rust Dagelijkse

Nadere informatie

De brandweervrijwilliger en de Arbeidstijdenwet VNG februari 2010

De brandweervrijwilliger en de Arbeidstijdenwet VNG februari 2010 De brandweervrijwilliger en de Arbeidstijdenwet VNG februari 2010 Inhoud Inleiding 1. De Arbeidstijdenwet en de brandweervrijwilliger 1.1 Hoofdbetrekking en de brandweervrijwilliger 1.2 Uitzonderingen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

WERKT IJD ENR EG ELING

WERKT IJD ENR EG ELING WERKTIJDENREGELING Artikel 1 Algemene bepalingen Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: 1. medewerker: diegene die op basis van een ambtelijke aanstelling of arbeidsovereenkomst in

Nadere informatie

Artikel 54a, onder b: Begrip aangepast aan het begrip zoals opgenomen is in ATW, hierdoor eenduidigheid tussen de Wet en AMAR.

Artikel 54a, onder b: Begrip aangepast aan het begrip zoals opgenomen is in ATW, hierdoor eenduidigheid tussen de Wet en AMAR. NOTA VAN TOELICHTING OP AMAR HOOFDSTUK 7 Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD) verzonden 27-2-2014 briefnummer AFR/14.00110_ bijlage 2 zaaknummer ZD.018.3 status x Behandel Informatie Pieptermijn

Nadere informatie

Groente- en fruitsector is gebaat bij toekomstgerichte cao. Cao met eerlijke arbeidsvoorwaarden trekt nieuw talent aan

Groente- en fruitsector is gebaat bij toekomstgerichte cao. Cao met eerlijke arbeidsvoorwaarden trekt nieuw talent aan Groente- en fruitsector is gebaat bij toekomstgerichte cao Cao met eerlijke arbeidsvoorwaarden trekt nieuw talent aan Inleiding De groente- en fruitsector biedt werkgelegenheid aan ongeveer 20.000 medewerkers.

Nadere informatie

Reacties op de Beleidsverkenning modernisering regelingen verlof en arbeidstijden

Reacties op de Beleidsverkenning modernisering regelingen verlof en arbeidstijden Reacties op de Beleidsverkenning modernisering regelingen verlof en arbeidstijden Op de Beleidsverkenning modernisering regelingen verlof en arbeidstijden hebben de volgende organisaties - op verzoek of

Nadere informatie

Bekijk de nieuwe rij- en rusttijden voor taxichauffeurs

Bekijk de nieuwe rij- en rusttijden voor taxichauffeurs Bekijk de nieuwe rij- en rusttijden voor taxichauffeurs Gepubliceerd op 02-01-2015 om 09:29 De overheid heeft nieuwe rij- en rusttijden bepaald voor Nederlandse taxichauffeurs. De definitieve nieuwe regeling

Nadere informatie

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden:

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden: HOOFDSTUK 3 ARBEIDSDUUR EN ARBEIDSTIJDEN ARTIKEL 8 ARBEIDSDUUR, WERKTIJDEN EN COMPENSATIE-UREN Arbeidsduur 1 Op kalenderjaarbasis bedraagt de arbeidsduur van een voltijdwerknemer gemiddeld 36 uur per week.

Nadere informatie

Flexibiliteit binnen grenzen. Platformstudiedag 2017

Flexibiliteit binnen grenzen. Platformstudiedag 2017 Flexibiliteit binnen grenzen Platformstudiedag 2017 Achtergrond informatie Regeerakkoord 2017 Arbeidsrecht en flexibiliteit Arbeidstijdenwet Wet op de ondernemingsraad Cao-bibliotheken ARBO-catalogus Wet

Nadere informatie

Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten

Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten Werken kost energie, zowel fysiek als mentaal. Als het te lang duurt kan het leiden tot oververmoeidheid en verminderde alertheid. Dit is niet goed

Nadere informatie

OR & Arbeidsvoorwaarden. Actueel. Actueel. mr. Bruno van Els 12 december 2017

OR & Arbeidsvoorwaarden. Actueel. Actueel. mr. Bruno van Els 12 december 2017 OR & Arbeidsvoorwaarden mr. Bruno van Els 12 december 2017 Actueel Koppen uit (sociale) media: OR.net april 2017: Jumbo stopt cao en regelt arbeidsvoorwaarden met COR OR.net 2016: Ondernemingsraden gaan

Nadere informatie

DE ARBEIDSTIJDENWET. in 2003

DE ARBEIDSTIJDENWET. in 2003 Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling CAO-onderzoek en Beleidsinformatie DE ARBEIDSTIJDENWET in 2003 Een onderzoek naar de Arbeidstijdenwet en het Arbeidstijdenbesluit in CAO s

Nadere informatie

1 Inleiding. 1.1 Adviesaanvraag

1 Inleiding. 1.1 Adviesaanvraag 1 Inleiding In dit advies behandelt de Sociaal-Economische Raad (hierna: de raad) enkele kabinetsvoorstellen met betrekking tot de Werkloosheidswet (WW), in reactie op de adviesaanvraag van 19 november

Nadere informatie

Ontwerpbesluit tot wijziging van het Arbeidstijdenbesluit (mijnbouw) en het Arbeidstijdenbesluit vervoer

Ontwerpbesluit tot wijziging van het Arbeidstijdenbesluit (mijnbouw) en het Arbeidstijdenbesluit vervoer Besluit van Ontwerpbesluit tot wijziging van het Arbeidstijdenbesluit (mijnbouw) en het Arbeidstijdenbesluit vervoer Op voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van..... 2005,

Nadere informatie

Werk en rusttijden. Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? CNV Vakcentrale

Werk en rusttijden. Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? CNV Vakcentrale Werk en rusttijden Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? Sonja Baljeu Eur. Erg. Beleidsadviseur CNV Vakcentrale Drs. A. Mellema Bestuurder Zorg Wat regelt

Nadere informatie

Wijzigingsvoorstellen NVZ

Wijzigingsvoorstellen NVZ Wijzigingsvoorstellen NVZ Cao Ziekenhuizen 2014 tot expiratiedatum 1. Looptijd De NVZ stelt voor te komen tot een meerjarige cao. 2. Persoonlijk Levensfase Budget (PLB) Het in 2009 ingevoerde Persoonlijk

Nadere informatie

VERANDERENDE ARBEIDSTIJDEN? Evaluatie van de Arbeidstijdenwet 2007

VERANDERENDE ARBEIDSTIJDEN? Evaluatie van de Arbeidstijdenwet 2007 VERANDERENDE ARBEIDSTIJDEN? Evaluatie van de Arbeidstijdenwet 2007 VERANDERENDE ARBEIDSTIJDEN? Evaluatie van de Arbeidstijdenwet 2007 - eindrapport - drs. G.E. Kruis dr. C. van Rij drs. S. Saalbrink Amsterdam,

Nadere informatie

Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD) email 02-12-2009 briefnummer AFR/09.00711 zaaknummer ZD.931.1 status X Behandel Informatie Pieptermijn

Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD) email 02-12-2009 briefnummer AFR/09.00711 zaaknummer ZD.931.1 status X Behandel Informatie Pieptermijn Aan d.t.v. Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD) email 02-12-2009 briefnummer AFR/09.00711 zaaknummer ZD.931.1 status X Behandel Informatie Pieptermijn De leden van de werkgroep Algemene Rechtspositie

Nadere informatie

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband.

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. Artikel 3.3 Binnendienst Tot de categorie Binnendienst behoren de werknemers die uitsluitend

Nadere informatie

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 INLEIDING De bonden ontvangen vanuit hun achterban signalen over werkdruk in relatie tot

Nadere informatie

Kader wet- en regelgeving

Kader wet- en regelgeving Kader wet- en regelgeving De inzet van medewerkers in consignatie dient binnen de grenzen van de Arbeidstijdenwet en bepalingen uit de cao plaats te vinden. In dit instrument wordt de relevante regelgeving

Nadere informatie

Jaarurensystematiek CAO-Sport

Jaarurensystematiek CAO-Sport Jaarurensystematiek CAO-Sport Werkgeversorganisatie in de Sport Arnhem, november 2007 Jaarurensystematiek CAO-Sport 1 Werkgeversorganisatie in de Sport Postbus 185 6800 AD Arnhem Papendallaan 50 T: 0264834450

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 279 Besluit van 17 juni 2009, houdende wijziging van het Arbeidstijdenbesluit in verband met personenchauffeurs Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 570 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 74c 27 224 Voorstel van wet van de leden Bussemaker en Van Dijke tot wijziging van de Arbeidstijdenwet en het Burgerlijk Wetboek ter verruiming

Nadere informatie

Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet. NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen

Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet. NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 30 532 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Nr. NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 1. INLEIDING De regering heeft met belangstelling kennisgenomen van

Nadere informatie

MATRANS hanteert in het kader van de Arbeidstijdenwet de overlegregeling. 4.2 Overzicht normen Arbeidstijdenwet voor werknemers 18 jaar

MATRANS hanteert in het kader van de Arbeidstijdenwet de overlegregeling. 4.2 Overzicht normen Arbeidstijdenwet voor werknemers 18 jaar Arbeidstijden HOOFDSTUK 4 Arbeidstijden 4.1 Overlegregeling MATRANS hanteert in het kader van de Arbeidstijdenwet de overlegregeling. Toepassing overlegregeling in relatie tot overwerk Binnen de grenzen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 364 Wijziging van de Wet op de ondernemingsraden ter uitvoering van richtlijn nr. 2002/14/EG Nr. 5 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen

Nadere informatie

De Arbeidstijdenwet De werking van de vernieuwde arbeidstijdenwet 2007

De Arbeidstijdenwet De werking van de vernieuwde arbeidstijdenwet 2007 De Arbeidstijdenwet De werking van de vernieuwde arbeidstijdenwet 2007 0 Inhoudsopgave Inleiding 1. Een nieuwe ATW 1. Verantwoorde grenzen 2. Waar is de wet op gericht 3. Belangrijkste verschillen tussen

Nadere informatie

JUS. Jaarurensystematiek. een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg. JaarUrenSystematiek (JUS)

JUS. Jaarurensystematiek. een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg. JaarUrenSystematiek (JUS) JUS Jaarurensystematiek een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg JaarUrenSystematiek (JUS) Inleiding In de CAO Gehandicaptenzorg 2007-2008 (CAO) is opgenomen dat per 1 januari

Nadere informatie

Voor de hierboven genoemde overtredingen wordt een boeterapport opgemaakt.

Voor de hierboven genoemde overtredingen wordt een boeterapport opgemaakt. onafgebroken rusttijd heeft van ten minste 8 uren. Dit is een overtreding van artikel 5.3, 2e lid van de Arbeidstijdenwet; negen maal niet voor gezorgd dat bij de werknemer van 18 jaar of ouder de onafgebroken

Nadere informatie

Optimalisering verlof na geboorte kind

Optimalisering verlof na geboorte kind ADVIES 18/01 Februari 2018 Optimalisering verlof na geboorte kind SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Briefadvies Nadere bevindingen optimalisering verlof na geboorte kind Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Mitsubishi Elevator Europe Toolbox 2008-XX (alle afdelingen) XX-X Toolbox-meeting De nieuwe Arbeidstijdenwet

Mitsubishi Elevator Europe Toolbox 2008-XX (alle afdelingen) XX-X Toolbox-meeting De nieuwe Arbeidstijdenwet Mitsubishi Elevator Europe Toolbox 2008-XX (alle afdelingen) XX-X-2008 Toolbox-meeting De nieuwe Arbeidstijdenwet Mitsubishi Elevator Europe Toolbox 2008-XX (alle afdelingen) XX-X-2008 Inleiding Werken

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 VAN 2 JUNI 1987 BETREF- FENDE DE INVOERING VAN NIEUWE ARBEIDSREGELINGEN IN DE

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 VAN 2 JUNI 1987 BETREF- FENDE DE INVOERING VAN NIEUWE ARBEIDSREGELINGEN IN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 VAN 2 JUNI 1987 BETREF- FENDE DE INVOERING VAN NIEUWE ARBEIDSREGELINGEN IN DE ONDERNEMINGEN, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 BIS VAN 10 NOVEMBER

Nadere informatie

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, pagina: 1 Bijlage 1 Conceptbesluit tot wijziging van het Besluit aanmelding van CAO s en het aanvragen van AVV Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van, directie Arbeidsverhoudingen,

Nadere informatie

Hoe hou je Werk en Privé in Balans?

Hoe hou je Werk en Privé in Balans? Hoe hou je Werk en Privé in Balans? Sandra Stalmeier (LAD) Wouter van Wijhe 28 oktober 2016 Programma Deel A: Werktijden voor aios en medisch specialist Deel B: Ouderschapsverlof Parttime werken Folder

Nadere informatie

KINDERARBEID > KINDEREN IN VOORSTELLINGEN

KINDERARBEID > KINDEREN IN VOORSTELLINGEN KINDERARBEID > KINDEREN IN VOORSTELLINGEN INHOUD I. Kinderarbeid II. Arbeidstijden (standaardregeling - kinderen) III. Kunstkinderen IV. Mogen kinderen tot 13 jaar meewerken aan uitvoeringen? V. Regels

Nadere informatie

Overzicht van besprekingspunten en de verschillen daarin tussen werkgever en vakbonden bij Feenstra Verwarming per 14-10-2014

Overzicht van besprekingspunten en de verschillen daarin tussen werkgever en vakbonden bij Feenstra Verwarming per 14-10-2014 Overzicht van besprekingspunten en de verschillen daarin tussen werkgever en bij Feenstra Verwarming per 14-10-2014 Huidige regeling volgens De ATW rooster overeenkomst is tussen directie, en OR afgesproken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 532 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

S A M E N V A T T I N G

S A M E N V A T T I N G 5 6 Samenvatting Adviesaanvraag, opvattingen kabinet In dit advies reageert de SER op een drietal voorgenomen maatregelen van het kabinet om de toetredingsvoorwaarden van de WW aan te scherpen. Het betreffen:

Nadere informatie

2 Arbeidsomstandighedenwet: totstandkoming, wijzigingen en evaluatie

2 Arbeidsomstandighedenwet: totstandkoming, wijzigingen en evaluatie 2 Arbeidsomstandighedenwet: totstandkoming, wijzigingen en evaluatie 2.1 Totstandkoming Arbeidsomstandighedenwet De Arbeidsomstandighedenwet is in 1980 tot stand gekomen ter vervanging van de Veiligheidswet

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken PE v01-00

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken PE v01-00 EUROPEES PARLEMENT 2004 ««««««««««««2009 Commissie werkgelegenheid en sociale zaken 5.4.2005 PE 357.512v01-00 COMPROMISAMENDEMENTEN A-G Ontwerpverslag (PE 353.651v01-00) Alejandro Cercas Voorstel voor

Nadere informatie

Aangenomen en overgenomen amendementen

Aangenomen en overgenomen amendementen Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid datum 19 juni 2015 Betreffende wetsvoorstel: 34117

Nadere informatie

De Lichtenvoorde Werktijdenregeling Nieuwe Stijl 2015

De Lichtenvoorde Werktijdenregeling Nieuwe Stijl 2015 De Lichtenvoorde Werktijdenregeling Nieuwe Stijl 2015 1 Status Beleidsnotitie Notitie: werktijdenregeling nieuwe stijl Auteur(s) J.E.M. Abbink Datum Juni 2015 Datum bespreking MT Juli 2015 Datum vaststelling

Nadere informatie

Notitie. Nieuwe vakantiewetgeving per 1 januari 2012

Notitie. Nieuwe vakantiewetgeving per 1 januari 2012 Aan Bestuurders Van Marian Mons, Adviseur Juridische Zaken, Adviesgroep Adviesgroep T 0900 9690 (lokaal tarief) F 030 66 30 000 www.fnvbondgenoten.nl Datum Doorkiesnummer 1 juni 2011 0302738730 Onderwerp

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 532 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Nr. 6 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 13 juni

Nadere informatie

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Stafdirectoraat Personeelszaken/ARBO Datum: november 2010 1 Handleiding roosteren van arbeidstijden van artsassistenten azm De regels over hoe lang een werknemer

Nadere informatie

Looptijd De al verlopen cao wordt met 3 jaar verlengd en loopt van 1 juli 2013 tot en met 30 juni 2016.

Looptijd De al verlopen cao wordt met 3 jaar verlengd en loopt van 1 juli 2013 tot en met 30 juni 2016. Bunnik, 15 december 2014 Op 5 december jl. heeft de werkgeversonderhandelingsdelegatie van de werkgeversvereniging Agrarische Bedrijfsverzorgingsdiensten (WAB) een finaal, integraal en samenhangend eindbod

Nadere informatie

Aldus vastgesteld op 24 januari 2014

Aldus vastgesteld op 24 januari 2014 Advies inzake een geschil tussen de werkgeversdelegatie en de werknemersdelegatie van de commissie voor georganiseerd overleg van de gemeente Haarlemmermeer Bij brief van 1 november 2013 heeft de werkgeversdelegatie

Nadere informatie

In onderstaande tabel is de jaarlijkse arbeidsduur van een reeks jaren weergegeven:

In onderstaande tabel is de jaarlijkse arbeidsduur van een reeks jaren weergegeven: BIJLAGE IX VORMGEVING 36-URIGE WERKWEEK 1 Inleiding: In artikel 8 is de arbeidstijd gedefinieerd. Per week werkt een werknemer met een fulltime contract gemiddeld 36 uur. Er zijn diverse mogelijkheden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 31 127 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met aanpassing van de groep met recht op bijstand bij langer verblijf buiten Nederland

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 532 Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet Nr. 5 VERSLAG Vastgesteld 29 mei 2006 De vaste commissie voor

Nadere informatie

Arbeidstijdenwet gee1 flexibilisering Werkgever, vakbonden en or

Arbeidstijdenwet gee1 flexibilisering Werkgever, vakbonden en or Arbeidstijdenwet gee1 flexibilisering Werkgever, vakbonden en or elkaar aangewezen Vorige maand heeft de Eerste Kamer de nieuwe Arbeidstijdenwet goedgekeurd. De wet treedt, samen met het bijbehorende Arbeidstijdenbesluit,

Nadere informatie

Organisatiewijziging. Wat betekent dit voor uw personeel? 22 november 2018 / Dymphy Schuurman & Sylvia Witkamp

Organisatiewijziging. Wat betekent dit voor uw personeel? 22 november 2018 / Dymphy Schuurman & Sylvia Witkamp Organisatiewijziging Wat betekent dit voor uw personeel? 22 november 2018 / Dymphy Schuurman & Sylvia Witkamp Programma Organisatiewijziging: - rol van de ondernemingsraad - rol van de vakorganisaties

Nadere informatie

16. Werktijden in het voortgezet onderwijs

16. Werktijden in het voortgezet onderwijs 16. Werktijden in het voortgezet onderwijs Inhoudsopgave Inleiding De arbeidstijdenwet Pauzes Rust Nachtdiensten Zondag Zwanger Weektaak van onderwijsondersteunend personeel Vakantieverlof voor onderwijsondersteunend

Nadere informatie

Het wetsvoorstel is op 20 december 2016 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

Het wetsvoorstel is op 20 december 2016 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid datum 20 december 2016 Betreffende wetsvoorstel:

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 33 327 Wijziging van verschillende wetten in verband met de vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Nadere informatie

Gids arbeidstijden en gladheidbestrijding

Gids arbeidstijden en gladheidbestrijding Gids arbeidstijden en gladheidbestrijding Chauffeurs die in de winterperiode worden ingezet om te strooien, kunnen dit niet zomaar doen. Zij moeten rekening houden met wet- en regelgeving, zoals de zogenoemde

Nadere informatie

Nieuwsbrief juli 2013

Nieuwsbrief juli 2013 Nieuwsbrief juli 2013 Inhoud: Concurrentiebeding: geldigheid en uitleg Finale kwijting en fraude: valt het er wel of niet onder? Loonbetaling: wijzigen en stopzetten Oproepkrachten Wijziging Wet op de

Nadere informatie

Denk mee over flexibel roosteren

Denk mee over flexibel roosteren Denk mee over flexibel roosteren Op het programma De context van flexibel roosteren Rol OR rechten en mogelijkheden, moeilijke kwesties Stappen in de besluitvorming Nicole Pikkemaat, trainer / adviseur

Nadere informatie

Reactie op het voorontwerp van Wet versterking bestuur pensioenfondsen

Reactie op het voorontwerp van Wet versterking bestuur pensioenfondsen N 7855 Bst/AR/HS/16 augustus 2011 Reactie op het voorontwerp van Wet versterking bestuur pensioenfondsen Algemeen De minister van SZW heeft op 1 juli 2011 het voorontwerp van Wet versterking bestuur pensioenfondsen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 073 Wet houdende een nieuwe regeling voor verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds (Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 18.9.2008 COM(2008) 568 definitief 2004/0209 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 832 Wijziging van de Wet privatisering ABP in verband met de wijziging van de aanwijzingsvoorwaarden voor deelneming in het ABP Nr. 3 Het advies

Nadere informatie

Provinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008

Provinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008 Provinciaal blad 2007 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland van 1 november 2007, nr. 2007-64538, tot afkondiging van hun besluit inzake de vaststelling van de Algemene werktijdenregeling provincie

Nadere informatie

CAO- inzet voor sector CAO Ambulancezorg 2015. Geachte werkgevers,

CAO- inzet voor sector CAO Ambulancezorg 2015. Geachte werkgevers, CAO- inzet voor sector CAO Ambulancezorg 2015 Geachte werkgevers, De beide werknemersorganisaties Abvakabo FNV en CNV Publieke Zaak hebben zich de afgelopen periode met haar leden zorgvuldig beraden om

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 13 november

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 13 november A D V I E S Nr. 1.448 ----------------------------- Zitting van donderdag 13 november 2003 ------------------------------------------------------- Vereenvoudiging en modernisering van de sociale administratie

Nadere informatie

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT Europees Parlement 2014-2019 Commissie juridische zaken 19.5.2016 GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT Betreft: Gemotiveerd advies van de Poolse Sejm inzake het voorstel

Nadere informatie

Goede medezeggenschap en samenwerking OR en vakbonden

Goede medezeggenschap en samenwerking OR en vakbonden Goede medezeggenschap en samenwerking OR en vakbonden Versterking samenwerking OR en vakbonden Om de dialoog en samenwerking tussen vakbonden, vak- en beroepsorganisaties en OR en te versterken komen FNV,

Nadere informatie

ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS

ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS 2 inhoud BELANGRIJKE DEFINITIES 4 ARBEIDS- EN RUSTTIJDEN OVERZICHT 6 CAO S 8 CAO GGZ 14 SLOTWOORD 19 Per 1 augustus 2011 is het Arbeidstijdenbesluit gewijzigd. De wijziging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 074 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs, de Wet financiering sociale verzekeringen

Nadere informatie

Regeling arbeidsduur en werktijden gemeente Waddinxveen 2014

Regeling arbeidsduur en werktijden gemeente Waddinxveen 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Waddinxveen. Nr. 23928 30 april 2014 Burgemeester en wethouders van Waddinxveen; gelet op hoofdstuk 3 en 4 CAR-UWO; gelet op het instemmende advies van de Ondernemingsraad

Nadere informatie

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Stafdirectoraat Personeelszaken/ARBO Versie: 2 definitief Datum: januari 2015 Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm jan 2015 Handleiding roosteren

Nadere informatie

Veranderingen per 1 januari 2016 op arbeidsrechtelijk vlak

Veranderingen per 1 januari 2016 op arbeidsrechtelijk vlak Jasper Croonen Advocaat Mediator Veranderingen per 1 januari 2016 op arbeidsrechtelijk vlak Arbeidsrecht & Medezeggenschap 14 december 2015 Inleidend De gewijzigde regels uit de WWZ zijn nog niet volledig

Nadere informatie

CONCEPT SOCIAAL PLAN (onderhandelaar akkoord )

CONCEPT SOCIAAL PLAN (onderhandelaar akkoord ) CONCEPT SOCIAAL PLAN (onderhandelaar akkoord 1-12-2008) De ondergetekenden, 1. Stichting Cordaad, gevestigd te Utrecht 2. Stichting Tussenvoorziening, gevestigd te Utrecht enerzijds en de Vereniging ABVAKABO

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 februari 2004 (27.02) (OR. en) 6548/1/04 REV 1 SOC 83 SAN 34 TRANS 82 MAR 24

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 februari 2004 (27.02) (OR. en) 6548/1/04 REV 1 SOC 83 SAN 34 TRANS 82 MAR 24 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 februari 2004 (27.02) (OR. en) 6548/1/04 REV 1 SOC 83 SAN 34 TRANS 82 MAR 24 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel)

Nadere informatie

SAMENVATTING Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO

SAMENVATTING Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO SAMENVATTING 105154 - Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO Het taakbelastingsbeleid van de opleiding is van toepassing op de personeelsleden en heeft gevolgen voor

Nadere informatie

CAO & Arbeidsvoorwaardenreglement. Twee soorten cao s

CAO & Arbeidsvoorwaardenreglement. Twee soorten cao s CAO & Arbeidsvoorwaardenreglement Een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) is een schriftelijke overeenkomst waarin afspraken over arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd, bijvoorbeeld over loon, betaling

Nadere informatie