De stapsgewijze uitbouw van een zorgcircuit middelenmisbruik: ervaringen vanuit de provincie Oost-Vlaanderen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De stapsgewijze uitbouw van een zorgcircuit middelenmisbruik: ervaringen vanuit de provincie Oost-Vlaanderen"

Transcriptie

1 De stapsgewijze uitbouw van een zorgcircuit middelenmisbruik: ervaringen vanuit de provincie Oost-Vlaanderen Wouter Vanderplasschen Universiteit Gent Vakgroep Orthopedagogiek H. Dunantlaan Gent Tel. 09/ Wouter.Vanderplasschen@ugent.be Deze tekst werd gepresenteerd en achteraf gepubliceerd in het congresboek "Drugbeleid 2000" naar aanleiding van het congres in Charleroi (19-20 februari 2003). Een uitgebreide en aangepaste versie van deze tekst werd aanvaard voor publicatie in het "Tijdschrift voor Geneeskunde" (21 augustus 2003). 1. INLEIDING De toekomstige organisatie van de geestelijke gezondheidszorg werd voor het eerst geschetst in een advies van de permanente werkgroep "psychiatrie" van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen (NRZV) uit 1997 (Knapen & Van Holsbeke, 1997; NRZV, 1997). De cliënt en zijn zorgvraag en de kenmerken van het psychisch "ziek zijn" (bv. psychosociale problemen, betrokkenheid van de omgeving, wisselende zorgbehoeften, multi-causaliteit, ) worden hierin beschreven als uitgangspunten van deze hervorming. Men stelt voor het zorgaanbod voortaan uit te bouwen onder de vorm van regionale zorgcircuits voor bepaalde doelgroepen. Naast de beleidsdoelgroepen (kinderen en jongeren; volwassenen; ouderen) worden tevens een aantal specifieke subgroepen onderscheiden zoals forensische patiënten, verslaafden en verstandelijk gehandicapten (Knapen & Van Holsbeke, 1997). Dit voorstel werd intussen bekrachtigd in de respectieve beleidsnota s over "geestelijke gezondheidszorg" (Aelvoet & Vandenbroucke, 2001) en "drugs" (Federale regering, 2001), die onder meer het belang benadrukken van samenwerkingsverbanden en meer geïndividualiseerde zorg. Daarnaast werden de begrippen "zorgcircuit" en "netwerk" officieel gedefinieerd in de nieuwe ziekenhuiswet van 14 januari 2002 (Wet, 2002). Een zorgcircuit wordt daarin omschreven als "het geheel van zorgprogramma's die worden georganiseerd door middel van een netwerk van zorgvoorzieningen, die de bedoelde doelgroep of subdoelgroep achtereenvolgens kan doorlopen". Een netwerk is het geheel van zorgaanbieders die voor een bepaalde doelgroep en binnen een omschreven werkingsgebied één of meerdere zorgcircuits organiseren in het kader van een instellingsoverschrijdende juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst. Het recente advies van de NRZV inzake de opvang van verslaafden (juni 2002) bevestigt de nood aan circuitvorming en aansluitend het belang van case management in de verslavingszorg (NRZV, 2002). Men stapt echter wel af van de idee van afzonderlijke zorgcircuits voor specifieke subgroepen, omdat deze de stigmatisering binnen de gezondheidszorg in de hand zouden werken. De meest recente evolutie (februari 2003) betreft de aanstelling van één of meer zorgcoördinatoren binnen de overlegplatforms geestelijke gezondheidszorg met de bedoeling het overleg met betrekking tot de uitbouw van een zorgcircuit voor personen met middelengerelateerde problemen te stimuleren. Deze veranderingen sluiten aan bij een internationale tendens naar meer samenwerking en netwerkvorming, zoals blijkt uit de reorganisatie van de verslavingszorg in de Verenigde Staten, Nederland, Duitsland en Scandinavië (Galanter et al., 2000; Broekaert & Vanderplasschen, 2003). Ook voor andere doelgroepen binnen de (geestelijke) gezondheidszorg wordt het zorgaanbod momenteel gereorganiseerd, zoals voor chronisch psychiatrische patiënten, jongeren met psychische stoornissen en ouder wordende psychiatrische patiënten (Claeys & Lievens, 2003). De toenemende aandacht voor integrale jeugdhulpverlening en trajectbegeleiding wijst op gelijkaardige evoluties in de jeugdzorg en het welzijnswerk. Uiteindelijk heeft de introductie van het functiegerichte denken en de organisatie van de hulpverlening onder de vorm van zorgcircuits de bedoeling om via een betere afstemming en samenwerking de groeiende diversiteit aan zorgvragen te beantwoorden en zorg op maat en zorgcontinuïteit te garanderen (Bachrach, 1981; De Meulemeester et al., 1998; Nassen, 1999). 1

2 Ondanks de hierboven vermelde evoluties en talloze publicaties, ontbreekt het voorlopig aan duidelijke en concrete richtlijnen voor de uitbouw van een zorgcircuit (Claeys & Lievens, 2003; Vanderplasschen et al., 2003). We kunnen enkel terugvallen op het stappenplan dat Nassen (2001) ontwikkelde in functie van de concretisering van modules en trajecten. De beperkte focus (operationaliseren van modules) en geringe praktische toepasbaarheid en bruikbaarheid van dit stappenplan voor specifieke doelgroepen zoals drugverslaafden, verplichten ons tot een verdere en meer gerichte operationalisering van het concept "zorgcircuit". De bedoeling van deze tekst is om systematisch de verschillende stappen te beschrijven, die volgens ons genomen moeten worden bij de uitbouw van een zorgcircuit. We doen dit op basis van onze ervaringen en werkwijze in de provincie Oost-Vlaanderen, waar sinds 2000 een werkgroep van praktijkwerkers, directieleden, beleidsmensen en onderzoekers betrokken is bij de voorbereiding en begeleiding van de implementatie van een zorgcircuit middelenmisbruik. Dit implementatieproces vergt heel wat tijd en hierin kunnen minstens 5 stappen onderscheiden worden (Vanderplasschen et al., 2003): 1. het ontwikkelen van een gemeenschappelijke visie en begrippenkader; 2. het uitwerken van een theoretisch organisatiemodel; 3. het in kaart brengen van het hulpverleningsaanbod en het opstellen van een actieplan; 4. het toepassen en implementeren van het ontwikkelde model; 5. het toetsen en evalueren van het geïmplementeerde model. Onze praktijk- en onderzoeksbevindingen hebben vooral betrekking op de eerste 3 stappen in dit proces en worden uitvoerig belicht in deze tekst. Wat de laatste 2 stappen betreft, is onze ervaring eerder beperkt maar we hebben wel reeds een duidelijke visie en een plan hoe dit concreet gerealiseerd kan worden. Gezien ook andere Belgische provincies voor de uitdaging staan dergelijke netwerk- en circuitvorming te realiseren, hopen we dat de expertise die we de afgelopen jaren opdeden een bron van inspiratie kan zijn voor andere regio's. Voordat we overgaan tot de beschrijving van dit stappenplan, staan we echter stil bij een aantal motieven die aan de basis liggen van de uitbouw van een zorgcircuit middelenmisbruik. 2. DE AANLEIDING VOOR DE UITBOUW VAN EEN ZORGCIRCUIT MIDDELENMISBRUIK Circuitvorming is een vorm van zorgvernieuwing die tegemoet kan komen aan de complexe en meervoudige problematiek van bepaalde doelgroepen en aan de versnippering van en het gebrek aan afstemming en coördinatie binnen het zorgaanbod (Vanderplasschen et al., 2001c). Bovendien kan dergelijke organisatievorm bijdragen tot een betere zorgkwaliteit (toegankelijkheid, continuïteit, zorg op maat, efficiëntie, effectiviteit, ) (de Weert-van Oene & Schrijvers, 1992) De doelgroep Middelenafhankelijkheid wordt in de DSM-IV omschreven als een onaangepast patroon van middelengebruik dat leidt tot significante beperkingen in het functioneren zoals onder meer blijkt uit de aanwezigheid van tolerantie, ontwenningsverschijnselen, vaak meer of langer gebruiken dan bedoeld, (APA, 1996). Afhankelijkheid is dikwijls een meervoudige, complexe en langdurige problematiek, die gepaard gaat met lichamelijke en psychische klachten, werkloosheid, sociale uitsluiting, relationele en financiële problemen,. Uit het screeningonderzoek in een aantal categoriale voorzieningen (n=14) dat voorafging aan het opstarten van het proefproject case management bleek dat de registrerende hulpverleners schatten dat ruim 85% van alle geregistreerde cliënten problemen had op 3 of meer leefgebieden, met name op de gebieden "drugs" (91%), "familie en sociale relaties" (79%) en "lichamelijke gezondheid" (56%) (Vanderplasschen et al., 2001b). Ook op het vlak van "arbeid, opleiding en inkomen" (45%), "justitie en politie" (46%) en "psychische en emotionele klachten" (40%) werden vrij veel problemen gerapporteerd. Gebruik en afhankelijkheid van verschillende producten (polidruggebruik) is veeleer regel dan uitzondering (Yates, 1999). Uit het meest recente registratie-onderzoek in de Oost-Vlaamse verslavingszorg blijkt dat hulpverleners bij ruim een kwart van de cliënten (27%) "meerdere producten" aangeven als belangrijkste drug, wat ongeveer evenveel is als het aantal cliënten waarbij men opiaten (27.2%) als belangrijkste product registreert (De Clercq, 2003). In dit laatste geval is bovendien dikwijls sprake van gebruik en afhankelijkheid van allerlei andere producten. Drugverslaafden staan vaak afkerig tegenover behandeling en hun motivatie voor verandering is dikwijls beperkt. Een niet te onderschatten aantal van deze personen slaagt erin zijn problemen zonder professionele hulp op te lossen (Tucker, 1999). Het is niet bekend hoeveel procent van alle drugverslaafden een beroep doet op de verslavingszorg, maar in Nederland schat men dat ongeveer 80% van alle problematische druggebruikers door de hulpverlening bereikt wordt (van den Brink, 2002). Voor ons land en de meeste andere Europese landen ontbreekt dergelijke informatie. De enige 2

3 cijfergegevens die hierover in België beschikbaar zijn, betreffen een schatting op basis van gegevens uit 1996 waarbij men aanneemt dat ongeveer 35% van alle intraveneuze druggebruikers een substitutiebehandeling volgt (EMCDDA, 2001). Verandering is een langdurig en cyclisch proces dat verschillende stadia omvat met stabilisatie als ideaal eindpunt, maar niet zelden gevolgd door een teruggang naar een vroeger stadium (Prochaska et al., 1992). Uit verschillende onderzoeken blijkt dat vroegtijdige drop-out en herval (zelfs na een langdurige behandeling) hoog liggen bij drugverslaafden, al wijkt dit niet zo veel af van de therapietrouw en drop-out bij de behandeling van andere chronische aandoeningen zoals diabetes en hypertensie (McLellan, 2002). Heel wat drugverslaafden hebben bijgevolg een lange behandelingsgeschiedenis en sommigen onder hen staan bekend als "draaideurcliënten" (Kinnunen & Nilson, 1999). Onderzoek naar een aantal van deze karakteristieken bij cliënten in de Oost-Vlaamse verslavingszorg maakt duidelijk dat slechts een kwart van alle vragen naar behandeling cliënten betreft die nooit eerder in contact kwamen met de hulpverlening (De Clercq, 2003). Anderzijds is ongeveer de helft van alle geregistreerde cliënten reeds aan zijn derde behandeling omwille van drugproblemen toe en ongeveer 20% heeft om die reden reeds 5 of meer behandelingen gevolgd. Het aantal zogenaamde "draaideurcliënten" (cliënten die op korte tijd in verschillende voorzieningen een vraag stellen naar behandeling) worden op basis van deze en vroegere onderzoeksgegevens op minder dan 5% van het totale aantal geregistreerde cliënten geschat (Vanderplasschen et al., 2001a; De Clercq, 2003). Wel blijkt dat 14% van alle intakegesprekken gevoerd wordt met deze kleine groep cliënten (Vanderplasschen et al., 2001a), waaruit men kan afleiden dat heel veel tijd en middelen geïnvesteerd worden in deze draaideurcliënten. Tenslotte blijkt uit de analyse van de uitstroom in de Oost-Vlaamse verslavingszorg dat ruim 45% van alle personen die tussen december 2001 en mei 2002 in behandeling waren deze behandeling vroegtijdig hebben afgebroken. Anderzijds wordt duidelijk dat in 28% van de gevallen de behandeling wel met advies werd afgerond en ongeveer 25% van de geregistreerde cliënten bleek 6 maanden later nog steeds een behandeling te volgen in dezelfde voorziening (De Clercq, 2003). Deze korte probleemschets maakt duidelijk dat de hulpverlening aan drugverslaafden zelden beperkt zal blijven tot één enkele interventie (Willenbring, 1996). Het hulpverleningsproces zal eerder bestaan uit een aaneenschakeling en integratie van verschillende interventies, gekenmerkt door zorg op maat en zorgcontinuïteit (Graham et al., 1995) Het werkveld Voor de hierboven beschreven doelgroep bestaat een uitgebreid en gedifferentieerd hulpverleningsaanbod dat zowel de gespecialiseerde drughulpverlening als initiatieven uit de (geestelijke) gezondheidszorg en welzijnszorg omvat (Vanderplasschen et al., 2002). Het betreft verschillende ambulante en residentiële diensten, die verschillen qua doelgroep, doelstellingen, focus van de zorg, behandelingsduur en toegankelijkheid (Vanderplasschen et al., 2001c). Hierbij kan onder meer een onderscheid gemaakt worden tussen drugvrije behandelingen (bv. langdurig groepsprogramma in een therapeutische gemeenschap), medisch-psychiatrische behandelingen (bv. ontwenning in een psychiatrisch ziekenhuis), substitutietherapieën (bv. methadononderhoudsbehandeling in een dagcentrum) en schadebeperkende maatregelen (bv. spuitenruil in een medischsociaal opvangcentrum) (Broekaert & Vanderplasschen, 2003). Het afgelopen decennium heeft het éénzijdig abstinentiegericht denken plaatsgemaakt voor een meer pragmatische visie en een normalisatiepolitiek, die eveneens ruimte laat voor substitutiebehandeling en andere harm reductionstrategieën. De groeiende aandacht voor evaluatie-onderzoek in de verslavingszorg heeft voor gevolg dat het belang van zorgkwaliteit meer en meer benadrukt wordt. Kwaliteit wordt in deze sector onder meer in verband gebracht met de coördinatie, continuïteit, effectiviteit en efficiëntie van de hulpverlening (de Weert-van Oene & Schrijvers, 1992). Coördinatie verwijst naar de functionele samenhang van de hulpverlening (afstemming, communicatie, samenwerking, ), terwijl continuïteit verband houdt met het longitudinaal karakter van de zorg. Effectiviteit betreft het realiseren van vooropgestelde doelstellingen, terwijl efficiëntie verwijst naar de verhouding tussen ingezette middelen en resultaten (Vanderplasschen et al., 2002). De complexe problematiek van de doelgroep en het gedifferentieerde hulpverleningsaanbod maken dat goede samenwerking en afspraken tussen alle betrokken instanties nodig zijn om kwaliteitszorg te garanderen. Evaluatie-onderzoek naar de coördinatie en continuïteit in de Oost-Vlaamse verslavingszorg toonde aan dat het dikwijls ontbreekt aan cliëntopvolging en aan samenwerking en communicatie tussen diensten en dat de intakeprocedures en registratiesystemen sterk verschillen tussen werksoorten en zelfs tussen gelijkaardige diensten (Vanderplasschen et al., 1999). Ook andere auteurs wezen vergelijkbare problemen aan (Raes et al., 1995; Maertens, 1997; De Ruyver & 3

4 Casselman, 2000). Het gebrek aan continuïteit wordt onder meer toegeschreven aan het feit dat bestaande diensten niet over de vereiste middelen beschikken om druggebruikers op te volgen op het moment dat een behandeling (met of tegen advies) wordt stopgezet. De samenwerking tussen diensten blijft dikwijls beperkt doordat de muren tussen voorzieningen (te) hoog blijken, waardoor er dikwijls slechts beperkt contact is tussen hulpverleners van verschillende diensten, bv. in functie van een verwijzing. Ook het niet opvolgen van bepaalde afspraken door cliënten kan de samenwerking compliceren. Het toenemend aantal gemeenschappelijke cliënten heeft er voor gezorgd dat er de laatste jaren meer samenwerking is tussen hulpverleners van verschillende voorzieningen. De tegenstellingen tussen verschillende behandelingsvormen zijn hierdoor vervaagd en maken meer en meer plaats voor (inter- )sectorale samenwerkingsverbanden en netwerkvorming, waarmee een belangrijke stap gezet wordt in de richting van de uitbouw van regionale zorgcircuits middelenmisbruik. 3. EEN STAPPENPLAN VOOR DE UITBOUW VAN EEN ZORGCIRCUIT 3.1. Het ontwikkelen van een gemeenschappelijke visie en een begrippenkader Een gemeenschappelijke visie Aan de basis van de uitbouw van een zorgcircuit ligt een gemeenschappelijke visie van het netwerk van zorgeenheden over de structurele en inhoudelijke organisatie van de zorg. De krachtlijnen en basisvoorwaarden die vanuit het beleid werden geformuleerd, dienen verder gedifferentieerd te worden per beleidsdoelgroep. Zo werd door de Vlaamse koepelorganisatie inzake alcohol- en andere drugproblemen (VAD) een visietekst ontwikkeld over de uitbouw van zorgcircuits voor problematische druggebruikers (VAD, 2001). De visie op zorg die vanuit de Oost-Vlaamse werkgroep werd ontwikkeld, sluit hier nauw bij aan en omvat onder meer volgende kernelementen: zorg op maat, participatie en inspraak, toegankelijkheid, continuïteit, recht op zorg, keuzevrijheid, subsidiariteit, gedeelde verantwoordelijkheid, vermaatschappelijking van de zorg, (Vanderplasschen et al., 2001c). Het expliciteren en formeel onderschrijven van dergelijke gemeenschappelijke visie op zorg door alle partners onder de vorm van een netwerkovereenkomst is een eerste belangrijke stap in de uitbouw van een zorgcircuit Een gemeenschappelijke taal Om op een eenduidige manier over het bestaande zorgaanbod te kunnen communiceren, is een gemeenschappelijke taal vereist. Hiervoor kan men onder meer teruggevallen op het nieuw begrippenkader geestelijke gezondheidszorg (Nassen et al., 1999) en op de definitie van de begrippen "zorgcircuit" en "netwerk" in de nieuwe ziekenhuiswet ( ). Modules zijn de belangrijkste bouwstenen van een zorgcircuit en worden omschreven als een geglobaliseerd aanbod van zorg, dat bestaat uit de combinatie van één of meer zorgfuncties die op een bepaalde manier worden aangeboden (modus) en gericht zijn op een welbepaald doel. In functie van eenduidige communicatie over het zorgaanbod is het noodzakelijk om met name de dimensies "doelgroep" en "module" verder uit te werken aan de hand van subdimensies en daaraan gerelateerde indicatoren. Om de doelgroep te beschrijven wordt gebruik gemaakt van volgende subdimensies: leeftijd (bv. jongeren, volwassenen, ouderen), ernst van de problematiek (bv. gebruik, misbruik, afhankelijkheid), middel (bv. alcohol, cocaïne, opioïden) en specifieke doelgroep (bv. vrouwen, ouders, allochtonen, psychiatrische patiënten). Voor een adequate beschrijving van de inhoud en concrete organisatie van modules wordt teruggevallen op een set van 32 modules (bv. gezondheidsvoorlichting, oriëntatie, crisisinterventie, individuele behandeling, nazorg, maatschappelijk herstel), waarover binnen de werkgroep een consensus bereikt werd tussen alle betrokkenen. Deze modules kunnen verder gedifferentieerd worden aan de hand van de "hoofdzorgfunctie" (bv. indicatiestelling, verzorging, psycho-educatie), "modus" (bv. locatie, totale duur, intensiteit), "focus" (bv. lichamelijke gezondheid, drugs, familie en sociale relaties) en "doelstellingen" (bv. basiszorg, veranderingsbereidheid, herstel) van de betreffende module (Vanderplasschen et al., 2001c) Het beschrijven van een theoretisch organisatiemodel Het beantwoorden van de vraag hoe de regionale uitbouw en coördinatie van een zorgcircuit moet gebeuren, vormt een tweede belangrijke stap. Een gebiedsgerichte aanpak op maat van en in wisselwerking met het lokale en provinciale niveau lijkt het meest aangewezen om in te spelen op de specifieke vragen en behoeften binnen een bepaalde regio (Vanderplasschen et al., 2001c). Hierbij 4

5 moet rekening gehouden worden met de ongelijke regionale spreiding van het aanbod, verschillen in vertrouwdheid met het concept en ongelijke snelheden, zodat circuitvorming de bestaande ongelijkheden niet bevestigt of zelfs versterkt. Uiteindelijk is het de bedoeling om binnen een afgebakend gebied (bv. de provincie) tot één gecoördineerd zorgcircuit middelenmisbruik te komen, met daarin drie niveaus: lokale aansluiting, regionale uitbouw en provinciale overkoepeling en coördinatie (Vanderplasschen et al., 2003). Vervolgens moet een plan uitgewerkt worden waarin beschreven wordt welke modules en trajecten op papier aanwezig moeten zijn op de verschillende niveaus van het zorgcircuit. Het betreft een ideaaltypische beschrijving van wat in een bepaald gebied aan zorg nodig is. Dit vereist de inbreng van zoveel mogelijk betrokkenen, gezien hierover momenteel slecht beperkt informatie beschikbaar is vanuit registratie- of behoefte- en tevredenheidsonderzoek (cf. Vanderplasschen et al., 2001a; De Wilde et al., 2002). Tevens moet nagedacht worden over de manier waarop de in-, uit- en doorstroom in het zorgcircuit georganiseerd zal worden (bv. het gedeeltelijk centraliseren van de instroom). Ook het traject dat bepaalde cliënten binnen het circuit afleggen, zal opgevolgd en gecoördineerd moeten worden. Hiervoor is case management een aangewezen methodiek (Vanderplasschen et al., 2001b). Tenslotte zal het nodig zijn het werkingsgebied, de bevoegdheden en doelstellingen (inclusief toetsbare indicatoren) af te bakenen (Claeys & Lievens, 2003) Het in kaart brengen van het hulpverleningsaanbod, nagaan van lacunes en overlappingen en het opstellen van een actieplan Vervolgens dient per regio gekeken te worden welk zorgaanbod voorhanden is en hoe dit zich verhoudt tot het theoretisch organisatiemodel dat in stap 2 werd uitgewerkt. In functie van de inventarisatie van het regionale zorgaanbod dient elke betrokken zorgeenheid onafhankelijk van andere zorgeenheden alle modules die ze aanbiedt te beschrijven aan de hand van de gemeenschappelijke taal die in stap 1 werd uitgewerkt (cf. tabel 1). De subjectieve invulling van deze modules door de betrokken zorgeenheden zal verder geobjectiveerd moeten worden. Dit kan onder meer door een vergelijking met registratiegegevens over de betrokken regio, de zorgeenheden en hun zorgaanbod (cf. Vanderplasschen et al., 2001a). Omdat hierover slechts beperkt informatie beschikbaar is, kan het gegevensmateriaal verder geobjectiveerd worden aan de hand van een kritische bespreking en analyse van de geïnventariseerde modules door een aantal onafhankelijke experts en vertegenwoordigers van de betrokken zorgeenheden tijdens zogenaamde "focusgroepen". De kritieken en aanbevelingen die hieruit naar voor komen, leiden tot het herformuleren van het zorgaanbod in nauwere overeenstemming met de overige zorgeenheden. Voor het in kaart brengen en doorzoeken van het zorgaanbod en voor het opsporen van eventuele overlappingen en hiaten hierin wordt gebruik gemaakt van een aangepaste versie van de Spillerdatabank. Spiller werd ontwikkeld vanuit het Limburgs overlegplatform geestelijke gezondheidszorg (SPIL) in samenwerking met het Limburgs Universitair Centrum en de Provincie Limburg en is gebaseerd op het nieuw begrippenkader geestelijke gezondheidszorg (Nassen et al., 1999). Deze zoekmachine laat toe om het zorgaanbod van alle geïnventariseerde zorgeenheden te doorzoeken aan de hand van (een combinatie van) de verschillende hiervoor vernoemde (sub)dimensies en indicatoren. Teneinde overlappingen en lacunes in het huidig zorgaanbod te kunnen opsporen, moet deze inventarisatie getoetst worden aan het theoretisch organisatiemodel en beschikbare onderzoeksgegevens over het zorgaanbod (Vanderplasschen et al., 2003). De vaststelling van hiaten en overlappingen in het aanbod dient te resulteren in het opstellen van een actieplan waarin aangegeven wordt of bepaalde modules bijkomend uitgebouwd of eerder afgebouwd moeten worden ofwel of men hiervoor beter samenwerkt met een ander (niveau binnen het) zorgcircuit Het toepassen en implementeren van het model In stap 4 wordt overgegaan tot de praktische toepassing van het uitgewerkte model. Het vooropgestelde plan moet echter soepel gehanteerd worden, want in de praktijk zullen bepaalde stappen gedeeltelijk overlappen of zal men soms op zijn stappen moeten terugkeren (Claeys & Lievens, 2003). Niet alles kan immers op voorhand ingeschat worden en soms zullen de regels nog gewijzigd of vastgelegd moeten worden terwijl men reeds bezig is. Het trajectmatig uitbouwen van een zorgcircuit is allicht de meest haalbare strategie, waarbij best van start wordt gegaan met een aantal duidelijk afgebakende en prioritaire modules, die op relatief korte termijn geïmplementeerd en op middellange termijn geëvalueerd kunnen worden. Concreet wordt in Oost-Vlaanderen onder meer gestart met de uitbouw van een traject spoed- en crisisopvang en dubbele diagnose. Hoewel een zorgcircuit van onder uit moet kunnen groeien, lijkt het ons aangewezen dat de overheid hiervoor de krijtlijnen uittekent en de nodige openheid creëert (Vanderplasschen et al., 2003). Gezien 5

6 deze veranderingen heel wat inspanningen en geld kosten, kan de overheid anticipatie vanuit het werkveld bekrachtigen door bijvoorbeeld middelen te voorzien voor coördinatie- en frictiekosten. Ook het "poolen" van mensen en middelen kan helpen om een aantal vernieuwingen te realiseren. Daar het succes van dergelijke kanteloperatie niet gegarandeerd is, wordt circuitvorming best uitgetest tijdens pilootexperimenten met een minimale looptijd van 3 jaar (Claeys & Lievens, 2003). Evaluatie van deze projecten aan de hand van toetsbare indicatoren zal noodzakelijk zijn om na te gaan of de vooropgestelde doelstellingen daadwerkelijk gerealiseerd worden. Indien dit het geval is, kan de circuitvorming uitgebreid worden naar andere regio's. Indien dit niet zo is, kan het project bijgestuurd worden of dient men de moed te hebben om dit experiment eventueel stop te zetten. De implementatie wordt best voorafgegaan door het vrijwillig ondertekenen van een formele samenwerkingsovereenkomst door alle partners (Claeys & Lievens, 2003). Om het implementatieproces te ondersteunen en te bewaken is het aangewezen een coördinator aan te stellen, die ook bemiddelt bij eventuele problemen, toeziet op de gegevensverzameling en informatieuitwisseling en overlegt met andere sectoren en zorgcircuits. Uiteindelijk dient de zorgcoördinator de kwaliteit van het globale zorgaanbod te bewaken. Circuitvorming mag immers niet leiden tot een verschraling of beperktere toegankelijkheid (bv. wachtlijsten) van de zorg, wat gezien ervaringen in de Verenigde Staten en Nederland niet denkbeeldig is (Galanter et al., 2000) Het toetsen en evalueren van het geïmplementeerde model Als laatste stap in dit proces dient geëvalueerd te worden of het geïmplementeerde model een meerwaarde biedt en toelaat de vooropgestelde doelstellingen te realiseren. Het bijhouden van monitoringgegevens geeft een indicatie in welke mate gebruik gemaakt wordt van de onderscheiden modules, welke de meest gestelde zorgvragen zijn, welke evoluties men kan vaststellen in het functioneren van cliënten, (Vanderplasschen et al., 2001c). Het ontwikkelen van een gemeenschappelijk en geïnformatiseerd registratiesysteem gebaseerd op de geïnformeerde toestemming van de cliënt moet toelaten om op een snelle en accurate manier dergelijke gegevens te verwerken. Naast kwantitatieve gegevens over het zorgaanbod dienen ook kwalitatieve onderzoeksgegevens verzameld te worden, zodat men kan nagaan hoe zorgverstrekkers, -financiers en -gebruikers deze omschakeling ervaren, hoe tevreden men is over de verstrekte zorg, (Vanderplasschen et al., 2003). Dergelijke opvolging en evaluatie moet regelmatig herhaald worden, omdat op die manier nagegaan kan worden of het zorgaanbod afgestemd blijft op de zorgvraag en of de geleverde zorg binnen het zorgcircuit kwaliteitsvol is. Dit kan eventueel leiden tot het bijsturen van het zorgprogramma of de zorgorganisatie. Vanuit die optiek valt te begrijpen dat een zorgcircuit middelenmisbruik nooit af zal zijn, omdat men blijvend dient in te spelen op de veranderende noden en behoeften van de doelgroep. 4. CONCLUSIE Sinds de vooropgestelde reorganisatie van de geestelijke gezondheidszorg werd bekendgemaakt, verschenen verschillende adviezen en weinig concrete richtlijnen over hoe een zorgcircuit in de praktijk gerealiseerd kan worden. Vanuit onze beperkte ervaringen met de uitbouw van een zorgcircuit middelenmisbruik in de provincie Oost-Vlaanderen onderscheiden we minstens 5 belangrijke stappen in dit proces. Het ontwikkelen van een gemeenschappelijke visie en taal vormt de eerste stap, gevolgd door het uitwerken van een theoretisch organisatiemodel als tweede stap. Een derde stap vormt de inventarisatie van het huidig zorgaanbod op basis van het ontwikkelde begrippenkader, gekoppeld aan het nagaan van eventuele overlappingen en lacunes in dit aanbod en het uitwerken van een aangepast actieplan. Na deze opeenvolgende theoretische stappen wordt in een vierde stap overgegaan tot de trajectmatige implementatie van het voorgestelde model. Toetsing en evaluatie van de doelstellingen en eventuele bijsturing maken tenslotte deel uit van de vijfde en laatste stap. We beseffen dat de uitbouw van een zorgcircuit een werk van lange adem is, dat heel wat vragen en bedenkingen oproept en in het beste geval slechts over een aantal jaar gerealiseerd kan worden. Tijdens dit proces stuit men op verschillende moeilijkheden en knelpunten, zoals de huidige aanbodgerichte organisatie van de zorg, het reducerend karakter van elke inventarisatie, de moeilijkheid om zorgbehoeften en tevredenheid over de geleverde zorg te meten, het mogelijk stigmatiserend karakter van een zorgcircuit voor specifieke doelgroepen en weerstand tegen verandering op de werkvloer. Dit alles maakt dat de reorganisatie van de zorg onder de vorm van zorgcircuits geen evidentie is, vandaar ook ons pleidooi voor het opzetten van een aantal pilootexperimenten waarin de haalbaarheid van circuitvorming voor verschillende doelgroepen wordt getest. We hopen met het hiervoor beschreven stappenplan en onze bevindingen op basis van de praktijk en het onderzoek in de Oost-Vlaamse verslavingszorg, een aantal inzichten bijgebracht te 6

7 hebben over hoe de uitbouw van een zorgcircuit middelenmisbruik aangepakt kan worden en ook waarvoor men zich hierbij dient te hoeden. 5. REFERENTIES Aelvoet, M. & Vandenbroucke, F. (2001). De psyche: mij een zorg?! Geestelijke gezondheidszorg door participatie en overleg (Beleidsnota voor geestelijke gezondheidszorg van Magda Aelvoet, Federaal minister voor Volksgezondheid, Consumentenzaken en Leefmilieu in samenwerking met Frank Vandenbroucke, Federaal Minister voor Sociale Zaken en Pensioenen). Brussel: Ministerie van Volksgezondheid, Consumentenzaken en Leefmilieu. American Psychiatric Association (APA) (1996). DSM-IV: Diagnostic and statistical manual of mental disorders (fourth edition). Washington: American Psychiatric Association. Bachrach, L. (1981). Continuity of care for chronic mental patients: a conceptual analysis. American Journal of Psychiatry, 138(11), Broekaert, E. & Vanderplasschen, W. (2003). Towards the integration of treatment systems for substance abusers. Journal of Psychoactive Drugs, 35(2). Claeys, P. & Lievens, K. (2003). Zorgcircuits st(r)ikken in netwerken: ervaringen en dromen vanuit een overlegplatform geestelijke gezondheidszorg (niet-gepubliceerde tekst). Gent: Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg Oost-Vlaanderen. De Clercq, T. (2003). Hulpverleningsverleden en recent zorgtraject van personen in behandeling omwille van drugproblemen (niet-gepubliceerde licentiaatsverhandeling). Gent: Universiteit Gent, Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen. De Meulemeester, P., Molenberghs, G., Nassen, E. & Bellings, P. (1998). Een pragmatisch en patiëntgericht raamkader voor de geestelijke gezondheidszorg. Acta Hospitalia, 38(3), De Ruyver, B. & Casselman, J. (2000). Het Belgisch drugbeleid anno 2000: een stand van zaken drie jaar na de aanbevelingen van de parlementaire werkgroep drugs. Leuven Gent: Katholieke Universiteit Leuven, Onderzoeksgroep Gerechtelijke Geestelijke Gezondheidszorg Universiteit Gent, Onderzoeksgroep Drugbeleid, Strafrechtelijk Beleid en Internationale Criminaliteit. de Weert-van Oene, G. & Schrijvers, A. (1992). Van lappendeken naar zorgcircuit: circuitvorming in de Utrechtse verslavingszorg. Utrecht: Rijksuniversiteit Utrecht, Vakgroep Algemene gezondheidszorg en epidemiologie. European Monitoring Centre for Drugs and Drug Addiction (EMCDDA) (2001). Annual report on the state of the drugs problem in the European Union. Luxembourg: Office for Official Publications of the European Communities. Federale Regering (2001). Beleidsnota van de federale regering in verband met de drugproblematiek (niet-gepubliceerde beleidsnota). Brussel: Federale regering. FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en leefmilieu (2002). Implementatie van de functie zorgcoördinator binnen de overlegplatforms geestelijke gezondheidszorg met betrekking tot de behandeling van personen met een middelengerelateerde stoornis (niet-gepubliceerde samenwerkingsovereenkomst). Brussel: Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidsvoorzieningen, Dienst Geestelijke Gezondheidszorg, Cel Gezondheidszorg Drugs. Galanter, M., Keller, D., Dermatis, H. & Egelko, S. (2000). The impact of managed care on substance abuse treatment: A report of the American Society of Addiction Medicine. Journal of Addictive Diseases, 19(3), Graham, K., Timney, C., Bois, C. & Wedgerfield, K. (1995). Continuity of care in addictions treatment: the role of advocacy and coordination in case management. American Journal of Drug and Alcohol Abuse 21(4): Kinnunen, A. & Nilsson, M. (1999). Recent trends in drug treatment in Europe. European Addiction Research, 5(3), Knapen, J. & Van Holsbeke, J. (1997). Een masterplan voor de organisatie en inhoudelijke vernieuwing van de geestelijke gezondheidszorg. Situering van en toelichting bij twee adviezen van de nationale raad voor ziekenhuisvoorzieningen. Hospitalia, 41(4), Maertens, J. (1997). Opbouwen van een zorgcircuit toxicomanie - een probleem zo groot als het werkveld? Hospitalia, 41(4), McLellan, A.T. (2002). Have we evaluated addiction treatment correctly? Implications from a chronic care perspective. Addiction, 97(3),

8 Nassen, E. (1999). Nieuwe begrippen voor een nieuwe toekomst van de geestelijke gezondheidszorg. Hospitalia, 43(3), Nassen, E., Theunis, K., Du Laing, L. & Van Holsbeke, J. (1999). Nieuw beschrijvend begrippenkader Geestelijke gezondheidszorg. Brussel: Licap. Nassen, E. (2001). Tien stappen in de concretisering van een nieuw begrippenkader voor de geestelijke gezondheidszorg. Tijdschrift Klinische Psychologie, 31(1), NRZV (1997). Advies (2 de deel) van de permanente werkgroep "psychiatrie" inzake toekomstige organisatie en ontwikkeling van de geestelijke gezondheidszorg. Brussel: Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Bestuur Gezondheidszorg, Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen. NRZV (2002). Advies betreffende de opvang van verslaafden. Brussel: Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Bestuur Gezondheidszorg, Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen. Prochaska, J., DiClemente, C., & Norcross, J. (1992). In search of how people change: applications to addictive behaviors. American Psychologist, 47(9), Raes, V., Lenders, F. & Geirnaert, M. (1995). Drughulpverlening in Vlaanderen: feiten en problemen (niet-gepubliceerd onderzoeksrapport). Brussel: Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen. Tucker, J.A. (1999). Reformulating the addictive behavior change process: Changing addictive behavior: Historical and contemporary perspectives. In: Tucker, J.A., Donovan, D. & Marlatt, A. (Red.). Changing addictive behavior: Bridging clinical and public health strategies. New York: The Guilford Press, VAD (2001). Visietekst Zorgcircuit 'Problematisch middelengebruik'. Brussel: Vereniging voor Alcoholen andere Drugproblemen (VAD). Van den Brink, W. (2002). Addiction treatment, addiction research, paradigms between day to day work and visions (Symposium devoted to the lifetime contributions of Professor Dr. Ambros Uchtenhagen, 6 September 2002). Zurich: Institut for Suchtforschung. Vanderplasschen, W., De Bourdeaudhuij, I. & Van Oost, P. (1999). Eindrapport onderzoeksproject Case management in de Oost-Vlaamse drughulpverlening (niet-gepubliceerd onderzoeksrapport). Gent: Universiteit Gent, Vakgroep Gedragstherapie en Psychologische begeleiding. Vanderplasschen, W., De Bourdeaudhuij, I. & Van Oost, P. (2002). Co-ordination and continuity of care in substance abuse treatment: an evaluation-study in Belgium. European Addiction Research, 8, Vanderplasschen, W., Lievens, K. & Broekaert, E. (2001a). De instroom in de Oost-Vlaamse drughulpverlening: registratie van aanmeldingen en intakes tussen februari 1999 en mei 2000 (Orthopedagogische Reeks Gent Nummer 13). Gent: Universiteit Gent, Vakgroep Orthopedagogiek. Vanderplasschen, W., Lievens, K. & Broekaert, E. (2001b). Implementatie van een methodiek van case management in de drughulpverlening: een proefproject in de provincie Oost-Vlaanderen (Orthopedagogische Reeks Gent Nummer 14). Gent: Universiteit Gent, Vakgroep Orthopedagogiek. Vanderplasschen, W., Lievens, K., Van Bouchaute, J., Mostien, B., Claeys, P. & Broekaert, E. (2003). Zorgcoördinatie in de verslavingszorg: de stapsgewijze uitbouw van een zorgcircuit middelenmisbruik. Tijdschrift voor Geneeskunde (aanvaard voor publicatie). Vanderplasschen, W., Mostien, B., Claeys, P., Raes, V. & Van Bouchaute, J. (2001c). Conceptnota Organisatiemodel Zorgcircuit Middelenmisbruik (Orthopedagogische Reeks Gent Nummer 12). Gent: Universiteit Gent, Vakgroep Orthopedagogiek. Wet houdende maatregelen inzake gezondheidszorg (2002, 14 januari). Belgisch Staatsblad, 22/2/2002. Willenbring, M. (1996). Case management applications in substance use disorders. In: Siegal, H. & Rapp, R. (Red.). Case management and substance abuse treatment: practice and experience. New York: Springer Publishing Company, Yates, R. (1999). Multi-drug use: a new problem or the recognition of how it always was? In: Broekaert, E., Vanderplasschen, W. & Soyez, V. (Eds.). Proceedings of the International Symposium on Substance Abuse Treatment and Special Target Groups. Gent: Universiteit Gent, Department of Orthopedagogics,

9 9

Hulpverlening bij problematisch middelengebruik vanuit een welzijn- en gezondheidsperspectief

Hulpverlening bij problematisch middelengebruik vanuit een welzijn- en gezondheidsperspectief Hulpverlening bij problematisch middelengebruik vanuit een welzijn- en gezondheidsperspectief Is er een probleem? Stadia van motivatie Stadia van verslaving. Experimenteren Gebruiken Misbruiken Verslaving

Nadere informatie

Onderzoek naar de afstemming tussen zorgvraag en aanbod in de Oost-Vlaamse drughulpverlening

Onderzoek naar de afstemming tussen zorgvraag en aanbod in de Oost-Vlaamse drughulpverlening Onderzoek naar de afstemming tussen zorgvraag en aanbod in de Oost-Vlaamse drughulpverlening Delphine Mortier Masterstudent vakgroep Orthopedagogiek, Ugent Promotor: Wouter Vanderplasschen Overzicht Inleiding

Nadere informatie

De Bouw van een Zorgcircuit: Hoe gaan we te werk?

De Bouw van een Zorgcircuit: Hoe gaan we te werk? De Bouw van een Zorgcircuit: Hoe gaan we te werk? Dr. Jef Willems UZ Gent 12 Mei 2015 De bouw van een zorgcircuit Situering Zorgprogramma pediatrie Over netwerken en zorgcircuits Definities relaties Stap

Nadere informatie

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs FEDERAAL WETENSCHAPSBELEID Wetenschapsstraat 8 B-1000 BRUSSEL Tel. 02 238 34 11 Fax 02 230 59 12 www.belspo.be Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs Projectformulier ten behoeve van

Nadere informatie

CONCEPTNOTA ORGANISATIEMODEL ZORGCIRCUIT MIDDELENMISBRUIK

CONCEPTNOTA ORGANISATIEMODEL ZORGCIRCUIT MIDDELENMISBRUIK Vakgroep Orthopedagogiek CONCEPTNOTA ORGANISATIEMODEL ZORGCIRCUIT MIDDELENMISBRUIK Wouter Vanderplasschen (Universiteit Gent) Bert Mostien (Provincie Oost-Vlaanderen) Patrick Claeys (PopovGGZ) Veerle Raes

Nadere informatie

ADVIES BETREFFENDE DE TOEKOMSTIGE ONTWIKKELING VAN DE PSYCHIATRISCHE ZORG IN DE THUISSITUATIE IN DE SECTOR VAN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

ADVIES BETREFFENDE DE TOEKOMSTIGE ONTWIKKELING VAN DE PSYCHIATRISCHE ZORG IN DE THUISSITUATIE IN DE SECTOR VAN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU Directoraat-generaal Organisatie gezondheidszorgvoorzieningen NATIONALE RAAD VOOR ZIEKEN- HUISVOORZIENINGEN. BRUSSEL, 08/07/2004 Afdeling

Nadere informatie

Permanente vorming European Studies in Substance Misuse Academiejaar 2005-2006

Permanente vorming European Studies in Substance Misuse Academiejaar 2005-2006 Permanente vorming European Studies in Substance Misuse Academiejaar 2005-2006 1. Achtergrond en motivering Drugmisbruik is een wereldwijd probleem dat geen enkele maatschappij of land onaangetast laat.

Nadere informatie

Naar een verdere uitbouwing en duurzame verankering van de drughulpverlening in het drugsbeleid

Naar een verdere uitbouwing en duurzame verankering van de drughulpverlening in het drugsbeleid Naar een verdere uitbouwing en duurzame verankering van de drughulpverlening in het drugsbeleid Prof. dr. Brice De Ruyver Studiedag De Kiem 29 maart 2012, Gent 1 Structuur 1. De bevraging van de noden

Nadere informatie

STUDIEDAG. Evidence-based werken in de verslavingszorg

STUDIEDAG. Evidence-based werken in de verslavingszorg STUDIEDAG Evidence-based werken in de verslavingszorg Brussel, dinsdag 27 maart 2007 Evidence-based werken in de verslavingszorg De laatste jaren wordt de term evidence-based steeds vaker in de mond genomen

Nadere informatie

Dubbele Diagnose: Mentale handicap en Psychische problematiek

Dubbele Diagnose: Mentale handicap en Psychische problematiek 1 1 Dubbele Diagnose: Mentale handicap en Psychische problematiek Paul De Bock Adviseur-generaal FOD Volksgezondheid Dienst Psychosociale Gezondheidszorg Een nieuw concept voor de organisatie van de geestelijke

Nadere informatie

STUDIEVOORMIDDAG. Polydruggebruik en psychische problemen bij alcohol- en druggebruikers in behandeling

STUDIEVOORMIDDAG. Polydruggebruik en psychische problemen bij alcohol- en druggebruikers in behandeling STUDIEVOORMIDDAG Polydruggebruik en psychische problemen bij alcohol- en druggebruikers in behandeling 18 JUNI 2012 INLEIDENDE TEKST Zowel in Europa als in de Verenigde Staten stelt men vast dat polydruggebruik

Nadere informatie

Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg

Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg Info avond SEL Waasland 24 mei 2012 Sint-Niklaas Stefaan Baeten Directeur psychiatrisch centrum Sint-Hiëronymus Historische context

Nadere informatie

Trajectbegeleiding van jongeren in kwetsbare situaties: enkele reflecties op basis van onderzoek en recente ontwikkelingen

Trajectbegeleiding van jongeren in kwetsbare situaties: enkele reflecties op basis van onderzoek en recente ontwikkelingen Trajectbegeleiding van jongeren in kwetsbare situaties: enkele reflecties op basis van onderzoek en recente ontwikkelingen Prof. Dr. W. Vanderplasschen UGent, Vakgroep Orthopedagogiek Wouter.Vanderplasschen@UGent.be

Nadere informatie

Prioriteiten voor een lokaal harm reductionbeleid: vertrekken vanuit de lokale professionelen en druggebruikers

Prioriteiten voor een lokaal harm reductionbeleid: vertrekken vanuit de lokale professionelen en druggebruikers Prioriteiten voor een lokaal harm reductionbeleid: vertrekken vanuit de lokale professionelen en druggebruikers Freya Vander Laenen FADO, Utrecht, 12/11/2015 Achtergrond 2 Stad Gent Drugbeleidsplan (2013-2018)

Nadere informatie

ADVIES VAN DE NRZV AANZET TOT EEN VERNIEUWDE MINIMALE REGISTRATIE IN DE GGZ-VOORZIENINGEN

ADVIES VAN DE NRZV AANZET TOT EEN VERNIEUWDE MINIMALE REGISTRATIE IN DE GGZ-VOORZIENINGEN FOD VOLKSGEZONDHEID BRUSSEL 8 november 2012 VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU DIRECTORAAT- GENERAAL ORGANISATIE VAN DE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUISVOORZIENINGEN

Nadere informatie

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam Kwadraat staat voor. kwaliteit, want kwaliteitsvolle zorg vermenigvuldigt als je ze deelt.. het bundelen van de krachten om mensen met een psychische

Nadere informatie

Ambulante hulpverlening bij personen met een dubbel diagnose Het outreachproject Vlaams- Brabant: stand van zaken drie jaar na de opstart

Ambulante hulpverlening bij personen met een dubbel diagnose Het outreachproject Vlaams- Brabant: stand van zaken drie jaar na de opstart Ambulante hulpverlening bij personen met een dubbel diagnose Het outreachproject Vlaams- Brabant: stand van zaken drie jaar na de opstart Isabel Piot Sean Vandevoort Eddy Weyts Overzicht presentatie Een

Nadere informatie

ADVIES INZAKE HET ONTWERP VAN SAMENWERKINGSAKKOORD MET BETREKKING TOT JONGEREN MET EEN PSYCHIATRISCHE PROBLEMATIEK DIE EEN DELICT HEBBEN GEPLEEGD

ADVIES INZAKE HET ONTWERP VAN SAMENWERKINGSAKKOORD MET BETREKKING TOT JONGEREN MET EEN PSYCHIATRISCHE PROBLEMATIEK DIE EEN DELICT HEBBEN GEPLEEGD FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU Directoraat-generaal Organisatie gezondheidszorgvoorzieningen NATIONALE RAAD VOOR ZIEKEN- HUISVOORZIENINGEN. BRUSSEL, 12/10/2006 Afdeling

Nadere informatie

BEVRAGING WERKVELD ERGOTHERAPIE IN DE PSYCHIATRIE

BEVRAGING WERKVELD ERGOTHERAPIE IN DE PSYCHIATRIE BEVRAGING WERKVELD ERGOTHERAPIE IN DE PSYCHIATRIE Geachte, Beste, Voor u ligt een bevraging m.b.t. uw werk als ergotherapie in de psychiatrie. Met deze bevraging willen wij graag meer zicht krijgen op

Nadere informatie

DE VOORZITTER, getekend. Prof. Dr. J. PEERS BRUSSEL, 16/05/2002

DE VOORZITTER, getekend. Prof. Dr. J. PEERS BRUSSEL, 16/05/2002 MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMI- LIEU. Bestuur van de Gezondheidszorgen Bestuursdirectie Gezondheidszorgbeleid. NATIONALE RAAD VOOR ZIEKEN- HUISVOORZIENINGEN. BRUSSEL, 16/05/2002

Nadere informatie

Inleiding. Johan Van der Heyden

Inleiding. Johan Van der Heyden Inleiding Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

Integrale Jeugdhulpverlening: een nieuw plan in de maak

Integrale Jeugdhulpverlening: een nieuw plan in de maak Integrale Jeugdhulpverlening: een nieuw plan in de maak Document opgesteld door: vzw de Keeting vzw Recht-Op Kroonstraat 64/66 Lange Lobroekstraat 34 2800 Mechelen 2060 Antwerpen email: info@dekeeting.be

Nadere informatie

NAAR EEN VLAAMS REVALIDATIEBELEID Dr. Dirk Dewolf - administrateur-generaal Zorg en Gezondheid

NAAR EEN VLAAMS REVALIDATIEBELEID Dr. Dirk Dewolf - administrateur-generaal Zorg en Gezondheid NAAR EEN VLAAMS REVALIDATIEBELEID Dr. Dirk Dewolf - administrateur-generaal Zorg en Gezondheid VLAAMS AGENTSCHAP ZORG EN GEZONDHEID 14.03.16 Agentschap Zorg en Gezondheid 2 CONTACTPERSONEN Teamverantwoordelijke

Nadere informatie

INHOUD. Woord vooraf 11. Inleiding 15. Hoofdstuk 1: Orthopedagogische werkvelden in beweging: nieuwe uitdagingen vragen aangepaste antwoorden

INHOUD. Woord vooraf 11. Inleiding 15. Hoofdstuk 1: Orthopedagogische werkvelden in beweging: nieuwe uitdagingen vragen aangepaste antwoorden Woord vooraf 11 Inleiding 15 Hoofdstuk 1: Orthopedagogische werkvelden in beweging: nieuwe uitdagingen vragen aangepaste antwoorden 19 1. Inleiding 19 2. De organisatie van de zorg onder vuur 21 3. Het

Nadere informatie

De Sociale plattegrond

De Sociale plattegrond De Sociale plattegrond Sector: Geestelijke Gezondheidszorg (ambulant en thuis) Spreker: Kurt Lievens (PopovGGZ) Missie De geestelijke gezondheidszorg (GGZ) biedt behandeling en begeleiding aan mensen met

Nadere informatie

Decreet betreffende de organisatie en ondersteuning van het geestelijk gezondheidsaanbod

Decreet betreffende de organisatie en ondersteuning van het geestelijk gezondheidsaanbod Decreet betreffende de organisatie en ondersteuning van het geestelijk gezondheidsaanbod Voorbereidende documenten > Conceptnota Verslavingszorg > Conclusies Gezondheidsconferentie Preventie 2016 > Conclusies

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID

DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID Functie 1 Activiteiten op het vlak van preventie; geestelijke gezondheidszorgpromotie; vroegdetectie, -interventie en -diagnosestelling

Nadere informatie

Naar een betere geestelijke gezondheidszorg. door de realisatie van zorgcircuits en netwerken

Naar een betere geestelijke gezondheidszorg. door de realisatie van zorgcircuits en netwerken Naar een betere geestelijke gezondheidszorg door de realisatie van zorgcircuits en netwerken vermaatschappelijking en wonen. 7/06/2019 Vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg There is

Nadere informatie

Organisatie van de chronische zorg: een nieuwe aanpak nodig? Ontwikkeling van een position paper. Presenter : K. Van Week denvpk Heede 18 Maart 2013

Organisatie van de chronische zorg: een nieuwe aanpak nodig? Ontwikkeling van een position paper. Presenter : K. Van Week denvpk Heede 18 Maart 2013 Organisatie van de chronische zorg: een nieuwe aanpak nodig? Ontwikkeling van een position paper Editors: D. Paulus, K. Van den Heede, R. Mertens Presenter : K. Van Week denvpk Heede 18 Maart 2013 Position

Nadere informatie

from Clinical Experience to an Evidence Based Guideline Frieda Matthys, MD PhD 20 november 2014

from Clinical Experience to an Evidence Based Guideline Frieda Matthys, MD PhD 20 november 2014 ADHD and SUD from Clinical Experience to an Evidence Based Guideline Frieda Matthys, MD PhD 20 november 2014 Overzicht Waarom een richtlijn Het proces, het netwerk en de experten Onderzoeksopzet Risico

Nadere informatie

5. Recente ontwikkelingen en evoluties Next2next-programma Herstel online De Skuul: vernieuwende werkwijzen

5. Recente ontwikkelingen en evoluties Next2next-programma Herstel online De Skuul: vernieuwende werkwijzen Inhoudsopgave Woord vooraf... Intro... Inhoudsopgave... Inleiding... 1 Hoofdstuk 1: Verslaving en afhankelijkheid in de 21 ste eeuw: actuele visies en theorievorming... 9 1. Inleiding... 10 2. Waarom gebruiken

Nadere informatie

Dr. Jessica De Maeyer, UGent - HoGent Prof. Dr. Wouter Vanderplasschen, UGent Vakgroep orthopedagogiek

Dr. Jessica De Maeyer, UGent - HoGent Prof. Dr. Wouter Vanderplasschen, UGent Vakgroep orthopedagogiek Dr. Jessica De Maeyer, UGent - HoGent Prof. Dr. Wouter Vanderplasschen, UGent Vakgroep orthopedagogiek Afhankelijkheid: langdurig (chronisch?), complex en meervoudig probleem: polydruggebruik relationele

Nadere informatie

Club 107. voor een vernieuwde GGZ in de regio Mechelen Rupelstreek. een initiatief van GGALIMERO

Club 107. voor een vernieuwde GGZ in de regio Mechelen Rupelstreek. een initiatief van GGALIMERO Club 107 voor een vernieuwde GGZ in de regio Mechelen Rupelstreek een initiatief van GGALIMERO PC Duffel woensdag 23 mei 2012 1. Welkom 2. GGALIMERO 3. GGZ-vernieuwing 4. Experimenten 5. En onze regio?

Nadere informatie

Eén gezin één plan. Meer capaciteit en samenwerking in de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp

Eén gezin één plan. Meer capaciteit en samenwerking in de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp Eén gezin één plan Meer capaciteit en samenwerking in de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp Inhoud De oproep Context en beleidskeuzes Finaliteit van de oproep: één gezin, één plan Samenstelling en uitbouw

Nadere informatie

6/11/2012. Wat is case management? Case management. Case management en ontslagmanagement in algemene en psychiatrische ziekenhuizen

6/11/2012. Wat is case management? Case management. Case management en ontslagmanagement in algemene en psychiatrische ziekenhuizen Case management en ontslagmanagement in algemene en psychiatrische ziekenhuizen Prof. Dr. Philip Moons Eva Goossens Centrum voor Ziekenhuis- en Verplegingswetenschap KU Leuven Wat is case management? Management:

Nadere informatie

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs FEDERAAL WETENSCHAPSBELEID Wetenschapsstraat 8 B-1000 BRUSSEL Tel. 02 238 34 11 Fax 02 230 59 12 www.belspo.be Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs Projectformulier ten behoeve van

Nadere informatie

RESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW -

RESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW - RESULTATEN VIP² GGZ 2017 - CGG PRISMA VZW - VISIE & AANPAK KWALITEIT TE MONITOREN EN TE VERBETEREN Kwaliteitszorg is een belangrijk thema binnen de werking van ons centrum. Het verbeteren van de kwaliteit

Nadere informatie

UITDAGINGEN EN ONTWIKKELINGEN IN DE UITKERINGSVERZEKERING. Jo DE COCK Administrateur-generaal RIZIV Seminarie voor verzekeringsartsen 12 oktober 2011

UITDAGINGEN EN ONTWIKKELINGEN IN DE UITKERINGSVERZEKERING. Jo DE COCK Administrateur-generaal RIZIV Seminarie voor verzekeringsartsen 12 oktober 2011 UITDAGINGEN EN ONTWIKKELINGEN IN DE UITKERINGSVERZEKERING Jo DE COCK Administrateur-generaal RIZIV Seminarie voor verzekeringsartsen Evolutie aantallen en uitgaven uitkeringen arbeidsongeschiktheid (algemene

Nadere informatie

Klinische netwerken: uitdagingen, verantwoordelijkheden en middelen van een ziekenhuismutatie

Klinische netwerken: uitdagingen, verantwoordelijkheden en middelen van een ziekenhuismutatie Klinische netwerken: uitdagingen, verantwoordelijkheden en middelen van een ziekenhuismutatie Jean-Noël Godin, deskundige adviseur voor volksgezondheid VBS-GBS Symposium Het gewijzigde ziekenhuislandschap

Nadere informatie

Congres ziekenhuispsychiatrie

Congres ziekenhuispsychiatrie Congres ziekenhuispsychiatrie Het belang van integrale zorg psychiatrie & somatiek belicht vanuit de visie van de zorgverzekeraar 7 november 2013 Anouk Mateijsen Regio manager, Achmea Divisie Zorg & Gezondheid

Nadere informatie

25 APRIL Koninklijk besluit houdende. vaststelling van de normen. waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen

25 APRIL Koninklijk besluit houdende. vaststelling van de normen. waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen 25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen om te worden erkend en erkend te blijven BS 08/08/2014 HOOFDSTUK 1. - Algemene

Nadere informatie

Garanties voor hulpcontinuïteit in de overgang naar meerderjarigheid

Garanties voor hulpcontinuïteit in de overgang naar meerderjarigheid Garanties voor hulpcontinuïteit in de overgang naar meerderjarigheid Trefdag Jong en zonder (t)huis 2 juni 2017 David Debrouwere Afdelingshoofd Voorzieningenbeleid Jongerenwelzijn Inhoud Actieplan jongvolwassenen

Nadere informatie

Implementatie van een methodiek van case management in de drughulpverlening: een proefproject in de provincie Oost-Vlaanderen.

Implementatie van een methodiek van case management in de drughulpverlening: een proefproject in de provincie Oost-Vlaanderen. Vakgroep Orthopedagogiek Implementatie van een methodiek van case management in de drughulpverlening: een proefproject in de provincie Oost-Vlaanderen Wouter Vanderplasschen Kurt Lievens Eric Broekaert

Nadere informatie

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel

Nadere informatie

De Oost-Vlaamse drughulpverlening in cijfers: kenmerken, zorggebruik en uitstroom van personen in behandeling

De Oost-Vlaamse drughulpverlening in cijfers: kenmerken, zorggebruik en uitstroom van personen in behandeling Vakgroep Orthopedagogiek De Oost-Vlaamse drughulpverlening in cijfers: kenmerken, zorggebruik en uitstroom van personen in behandeling Wouter Vanderplasschen Kathy Colpaert Kurt Lievens Eric Broekaert

Nadere informatie

Overzicht van de voorstelling

Overzicht van de voorstelling Voorstelling Zorgtraject Persoonlijkheidsstoornissen Noord-West-Vlaanderen Q&A werkgroep Brussel, 19 maart 2015 Dumarey Fanny Psycholoog Gedragstherapeut Coördinator Zorgtraject Persoonlijkheidsstoornissen

Nadere informatie

Beter geïntegreerd! Wat zeggen de richtlijnen?

Beter geïntegreerd! Wat zeggen de richtlijnen? Beter geïntegreerd! Wat zeggen de richtlijnen? Beter geïntegreerd! Wat zeggen de richtlijnen? Richtlijnen Casus IDDT Richtlijnen, wat zeggen ze niet! Richtlijnen Dubbele Diagnose, Dubbele hulp (2003) British

Nadere informatie

Inhoud. Lijst met afkortingen 13. Voorwoord 15. Inleiding 17

Inhoud. Lijst met afkortingen 13. Voorwoord 15. Inleiding 17 Inhoud Lijst met afkortingen 13 Voorwoord 15 Inleiding 17 DEEL 1 TRENDS IN CIJFERS OVER ILLEGALE DRUGS IN VLAANDEREN/BELGIË 1997-2007 19 HOOFDSTUK 1! ILLEGALE DRUGS. SITUERING EN DEFINIËRING 21 1.1 Wat

Nadere informatie

Zorgstandaard. Problematisch Alcoholgebruik & Alcoholverslaving

Zorgstandaard. Problematisch Alcoholgebruik & Alcoholverslaving Zorgstandaard Problematisch Alcoholgebruik & Alcoholverslaving WORKSHOP - inleiding, dr. Peter Greeven, klinisch-psycholoog, lid werkgroep Zorgstandaarden, bestuurslid NIP - vervolg, Marcella Mulder, teamleider

Nadere informatie

http://www.health.fgov.be/pls/apex/f?p=225:1:1754521204855099.

http://www.health.fgov.be/pls/apex/f?p=225:1:1754521204855099. STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID Het contract coördinatie kwaliteit en patiëntveiligheid 2013 wordt stilzwijgend verlengd voor een periode van 12 maanden

Nadere informatie

nr. 248 van FREYA VAN DEN BOSSCHE datum: 17 januari 2017 aan JO VANDEURZEN Autismespectrum- en gedragsstoornissen - Thuisbegeleidingsdiensten

nr. 248 van FREYA VAN DEN BOSSCHE datum: 17 januari 2017 aan JO VANDEURZEN Autismespectrum- en gedragsstoornissen - Thuisbegeleidingsdiensten SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 248 van FREYA VAN DEN BOSSCHE datum: 17 januari 2017 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Autismespectrum- en gedragsstoornissen - Thuisbegeleidingsdiensten

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit 6 e Directie Dienst 61 Welzijn Provincieraadsbesluit betreft verslaggever ZORG subsidie voor zorgcircuitvorming en specifieke aandachtsgroepen in de geestelijke gezondheidszorg (62/03b07/fm/05003) de heer

Nadere informatie

Advies inzake pilootprojecten voor intensieve behandeling van psychiatrische patiënten met een dubbeldiagnose : psychose en verslaving

Advies inzake pilootprojecten voor intensieve behandeling van psychiatrische patiënten met een dubbeldiagnose : psychose en verslaving FOD VOLKSGEZONDHEID, Brussel, 09/09/2010 VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU DIRECTORAAT-GENERAAL ORGANISATIE VAN DE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUISVOORZIENINGEN --------

Nadere informatie

ADVIES van de permanente werkgroep "psychiatrie" van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoomeningen :

ADVIES van de permanente werkgroep psychiatrie van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoomeningen : Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Brussel, 10 joui 1999 Bestuur van de Gezondheidszorgen Bestuursdirectie Gezondheidszorgbeleid NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUI S V 00 RZIENIN GEN

Nadere informatie

Pilootproject Waasland. Geïntegreerde Zorg voor Chronisch Zieken

Pilootproject Waasland. Geïntegreerde Zorg voor Chronisch Zieken Pilootproject Waasland Geïntegreerde Zorg voor Chronisch Zieken De context Oproep vanuit de overheid voor opzetten van pilootprojecten gezamenlijke inspanning Federale overheid Vlaamse overheid Waalse

Nadere informatie

Pilootproject Waasland Geïntegreerde Zorg voor Chronisch Zieken

Pilootproject Waasland Geïntegreerde Zorg voor Chronisch Zieken Pilootproject Waasland Geïntegreerde Zorg voor Chronisch Zieken De context Oproep vanuit de overheid voor opzetten van pilootprojecten gezamenlijke inspanning Federale overheid Vlaamse overheid Waalse

Nadere informatie

Mechelen PrOS-project

Mechelen PrOS-project www.besafe.be Mechelen PrOS-project Mechelen PrOS-project FOD Binnenlandse Zaken Algemene Directie Veiligheid en Preventie Directie Lokale Integrale Veiligheid 2014 Mechelen PrOS-project I. Projectbeschrijving

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN RESOLUTIE. van mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Roegiers, Carlo Daelman en Koen Helsen

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN RESOLUTIE. van mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Roegiers, Carlo Daelman en Koen Helsen Stuk 2223 (2003-2004) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2003-2004 5 maart 2004 VOORSTEL VAN RESOLUTIE van mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Roegiers, Carlo Daelman en Koen Helsen betreffende een

Nadere informatie

Een nieuw wettelijk kader voor de geestelijke gezondheidszorgberoepen en voor de uitoefening van de psychotherapie

Een nieuw wettelijk kader voor de geestelijke gezondheidszorgberoepen en voor de uitoefening van de psychotherapie Een nieuw wettelijk kader voor de geestelijke gezondheidszorgberoepen en voor de uitoefening van de psychotherapie Impact voor klinisch psychologen en klinisch orthopedagogen in de gezondheidszorg. N.

Nadere informatie

ADVIES M.B.T. DE UITOEFENING VAN DE NIEUWE GEZONDHEIDSZORGBEROEPEN

ADVIES M.B.T. DE UITOEFENING VAN DE NIEUWE GEZONDHEIDSZORGBEROEPEN FOD VOLKSGEZONDHEID, Brussel, 04/12/2008 VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU DIRECTORAAT-GENERAAL ORGANISATIE VAN DE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUISVOORZIENINGEN --------

Nadere informatie

27 APRIL Koninklijk besluit betreffende de kwalitatieve toetsing van de verpleegkundige activiteit in de ziekenhuizen

27 APRIL Koninklijk besluit betreffende de kwalitatieve toetsing van de verpleegkundige activiteit in de ziekenhuizen 27 APRIL 2007. - Koninklijk besluit betreffende de kwalitatieve toetsing van de verpleegkundige activiteit in de ziekenhuizen BS 04/06/2007 gdp 1 / 6 HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Artikel 1. Met het

Nadere informatie

2 Evaluatie door de stuurgroep onderwijs aan gedetineerden

2 Evaluatie door de stuurgroep onderwijs aan gedetineerden Evaluatie van het onderwijsaanbod in de gevangenissen in Vlaanderen en Brussel in functie van de Vlaamse leidraad voor het onderwijsaanbod in de gevangenissen Syntheserapport 22 maart 2017 1 Inleiding

Nadere informatie

Geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg Samenwonen of een LAT-relatie

Geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg Samenwonen of een LAT-relatie Geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg Samenwonen of een LAT-relatie Frieda Matthys, MD, PhD Historiek 19 de eeuw Gezondheids zorg Liefdadigheid Politie Justitie Historiek 20ste eeuw Gezondheids

Nadere informatie

Ontwikkeling van Familiebeleid in Geestelijke Gezondheidszorg Wat? Waarom? Hoe?

Ontwikkeling van Familiebeleid in Geestelijke Gezondheidszorg Wat? Waarom? Hoe? Ontwikkeling van Familiebeleid in Geestelijke Gezondheidszorg Wat? Waarom? Hoe? Inhoud Uitgangspunt vanuit familieperspectief Wat is familiebeleid? Verantwoording en vaststellingen vanuit familieperspectief

Nadere informatie

Achtergronddocument Specifieke groepen binnen de GGZ

Achtergronddocument Specifieke groepen binnen de GGZ Achtergronddocument Specifieke groepen binnen de GGZ Specifieke groepen binnen de GGZ 1 2 Achtergronddocument bij advies Hoogspecialistische GGZ 1 Inleiding In dit achtergronddocument bespreekt de commissie

Nadere informatie

Een evidence based jeugddelinquentierecht What s in a name?

Een evidence based jeugddelinquentierecht What s in a name? Een evidence based jeugddelinquentierecht What s in a name? Stefaan Pleysier Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) Faculteit Rechtsgeleerdheid, KU Leuven Inhoud Wat voorafging Krachtlijnen van nieuw

Nadere informatie

Kwaliteitsvolle vraagverduidelijking

Kwaliteitsvolle vraagverduidelijking Kwaliteitsvolle vraagverduidelijking Prof. Dr. Bea Maes K.U.Leuven Inhoud Wat is vraagverduidelijking? Wat is kwaliteitsvolle vraagverduidelijking? Wat zijn de ervaringen van personen met een handicap

Nadere informatie

over het Besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van het decreet algemeen welzijnswerk

over het Besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van het decreet algemeen welzijnswerk Advies over het Besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van het decreet algemeen welzijnswerk Brussel, 25 april 2013 SARWGG_ADV_20130425_BVR_AWW Strategische Adviesraad Welzijn Gezondheid Gezin

Nadere informatie

12/10/2016. Nieuwe NAH LIGA vzw Vlaams Hersenletselplan Beni Kerkhofs Voorzitter NAH LIGA vzw Directeur zorg Pulderbos vzw

12/10/2016. Nieuwe NAH LIGA vzw Vlaams Hersenletselplan Beni Kerkhofs Voorzitter NAH LIGA vzw Directeur zorg Pulderbos vzw Nieuwe NAH LIGA vzw Beni Kerkhofs Voorzitter NAH LIGA vzw Directeur zorg Pulderbos vzw Nieuwe NAH LIGA vzw Beni Kerkhofs Voorzitter NAH LIGA vzw Directeur zorg Pulderbos vzw 1 Historiek SEN RSWV SIG Rond

Nadere informatie

Visietekst PRAGT Perinataal Regionaal Ambulant GezinsTraject

Visietekst PRAGT Perinataal Regionaal Ambulant GezinsTraject Visietekst PRAGT Perinataal Regionaal Ambulant GezinsTraject Huidige Partners: - Mariaziekenhuis ( gynaecologen-vroedvrouwen-sociale dienst) - Huisartsen regio - CKG/Amberbegeleiding - CIG De Zeshoek -

Nadere informatie

PRIORITEITEN Eisen geestelijke gezondheidszorg aan politieke partijen en volgende regeringen. donderdag 14 maart

PRIORITEITEN Eisen geestelijke gezondheidszorg aan politieke partijen en volgende regeringen. donderdag 14 maart Ingrid Lammerant PRIORITEITEN Eisen geestelijke gezondheidszorg aan politieke partijen en volgende regeringen donderdag 14 maart 2019 9.00 13.00 uur Radisson Blu Hotel Koningin Astridplein 7 2018 Antwerpen

Nadere informatie

Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen. Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema

Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen. Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema Ernstige Psychische Aandoeningen (EPA) Definitie consensus groep EPA¹ - Sprake van psychische stoornis

Nadere informatie

Nieuwe gids GGB K&J 1

Nieuwe gids GGB K&J 1 Nieuwe gids GGB K&J 1 Waarom deze gids Missie en Visie 3 Visie: 7 uitgangspunten A. Het moet duidelijk zijn dat een geestelijk gezondheidsbeleid voor kinderen en jongeren moet uitgaan van een globale aanpak

Nadere informatie

ADVIES ONTWERPBESLUIT AANPASSINGSPREMIE VOOR WONINGEN

ADVIES ONTWERPBESLUIT AANPASSINGSPREMIE VOOR WONINGEN ADVIES ONTWERPBESLUIT AANPASSINGSPREMIE VOOR WONINGEN Advies 2018-18 / 30.08.2018 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Beknopte inhoud... 3 3 Bespreking... 3 3.1 Algemeen 3 3.2 Modaliteiten

Nadere informatie

1.2 Nederlandstalige functiebeschrijving van ontslagmanagement in de psychiatrische ziekenhuizen 1

1.2 Nederlandstalige functiebeschrijving van ontslagmanagement in de psychiatrische ziekenhuizen 1 1.2 Nederlandstalige functiebeschrijving van ontslagmanagement in de psychiatrische ziekenhuizen 1 Ontslagmanagement omvat de voorbereiding van het ontslag uit het ziekenhuis bij patiënten met een risico

Nadere informatie

Child Safety Now. Towards Effective Case Management for Families in Child Protection and Youth Parole Services I. Busschers

Child Safety Now. Towards Effective Case Management for Families in Child Protection and Youth Parole Services I. Busschers Child Safety Now. Towards Effective Case Management for Families in Child Protection and Youth Parole Services I. Busschers Samenvatting Dit proefschrift gaat over casemanagement van gezinnen binnen jeugdbescherming

Nadere informatie

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder Doel van de functiefamilie Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen omtrent het thema te initiëren, te stimuleren en te bewaken

Nadere informatie

Staten-Generaal Opvang en Vrije tijd van schoolkinderen. Docentendag Pedagogie Jonge Kind 12 september 2014

Staten-Generaal Opvang en Vrije tijd van schoolkinderen. Docentendag Pedagogie Jonge Kind 12 september 2014 Staten-Generaal Opvang en Vrije tijd van schoolkinderen Docentendag Pedagogie Jonge Kind 12 september 2014 Doel en opzet Basisprincipes Voorbereidende werkgroepen Resultaat van de Staten-Generaal Vooraf

Nadere informatie

Pijler 1 - beslissingsondersteuning

Pijler 1 - beslissingsondersteuning praktischer 1 Pijler 1 - beslissingsondersteuning Beschrijving - Aanreiken van evidence-based informatie en richtlijnen; - Informeren van zorgverstrekkers; - Expertisebevordering; - Praktijkondersteuning;

Nadere informatie

SPIJBELEN EN VROEGTIJDIG SCHOOLVERLATEN IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF Maakt het type onderwijssysteem een verschil?

SPIJBELEN EN VROEGTIJDIG SCHOOLVERLATEN IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF Maakt het type onderwijssysteem een verschil? SPIJBELEN EN VROEGTIJDIG SCHOOLVERLATEN IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF Maakt het type onderwijssysteem een verschil? Gil Keppens & Bram Spruyt SPIJBELEN EN VROEGTIJDIG SCHOOLVERLATEN IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF

Nadere informatie

De juridische structuur van netwerken in de gezondheidszorg

De juridische structuur van netwerken in de gezondheidszorg De juridische structuur van netwerken in de gezondheidszorg Filip Dewallens DEWALLENS & PARTNERS Governance van netwerken Waarom netwerken? Welke vorm voor een ziekenhuisnetwerk? Welk vorm voor een zorgnetwerk?

Nadere informatie

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module

Nadere informatie

LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT:

LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT: Op weg naar een Kamer Mondzorg Josef Bruers LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT: Quality for the future 4 oktober 2013 Kamer Mondzorg Werktitel voor een initiatief om in Nederland te komen

Nadere informatie

CD&V SOCIALE VOORUITGANG DOOR ECONOMISCHE GROEI EEN DUIDELIJKE DOELGERICHTE EN DUURZAME VISIE OP ZORG

CD&V SOCIALE VOORUITGANG DOOR ECONOMISCHE GROEI EEN DUIDELIJKE DOELGERICHTE EN DUURZAME VISIE OP ZORG CDV 3 D ZORGPLAN SOCIALE VOORUITGANG DOOR ECONOMISCHE GROEI EEN DUIDELIJKE DOELGERICHTE EN DUURZAME VISIE OP ZORG CDV 3 D ZORGPLAN SOCIALE VOORUITGANG DOOR ECONOMISCHE GROEI MENS CENTRAAL TOTALE ZORG SAMENWERKEN

Nadere informatie

(Net)werking van een PAAZ

(Net)werking van een PAAZ (Net)werking van een PAAZ Frederic Ulburghs (hoofverpleegkundige) en Henrik Palmans (psychiatrisch verpleegkundige) Voorstelling PAAZ Enkele cijfers: +/- 13 FTE verpleegkundigen +/- 3 FTE psychologen +/-

Nadere informatie

EVOLUTIE VAN DE GEZONDHEIDSZORG IN BELGIË

EVOLUTIE VAN DE GEZONDHEIDSZORG IN BELGIË EVOLUTIE VAN DE GEZONDHEIDSZORG IN BELGIË QUO VADIS, GEZONDHEIDSZORG? 1 INHOUDSTAFEL 1. SITUERING BELGISCHE GEZONDHEIDSZORG 2. DE ZIEKENHUIZEN 3. DE AMBULANTE ZORG EN DE THUISZORG 4. DE HUISARTSGENEESKUNDE

Nadere informatie

1. Is de minister van plan deze 56 aanbevelingen ter harte te nemen? Hoe wil hij hiermee aan de slag?

1. Is de minister van plan deze 56 aanbevelingen ter harte te nemen? Hoe wil hij hiermee aan de slag? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 142 van KATHLEEN HELSEN datum: 10 november 2016 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Opvangcentrum voor druggebruikers - Regio Kempen Een onderzoek

Nadere informatie

Volwassenen. Mondriaan. voor geestelijke gezondheid

Volwassenen. Mondriaan. voor geestelijke gezondheid Volwassenen Mondriaan voor geestelijke gezondheid Verslavingszorg Introductie Verslavingszorg verleent hulp aan volwassenen met problematisch gebruik van alcohol, drugs, medicijnen, gameverslaving en met

Nadere informatie

"Naar een betere geestelijke gezondheidszorg door de realisatie van zorgcircuits en zorgnetwerken"

Naar een betere geestelijke gezondheidszorg door de realisatie van zorgcircuits en zorgnetwerken "Naar een betere geestelijke gezondheidszorg door de realisatie van zorgcircuits en zorgnetwerken" Paul De Bock Adviseur-generaal FOD Volksgezondheid Dienst Psychosociale Gezondheidszorg Historiek 1970:

Nadere informatie

Opnameinbloemlezingenenreadersmoedigenwijaan, maarwelgraageerstevenoverleggen. Alerechtenvandeartikelenliggenbij destichtingcognitieenpsychose.

Opnameinbloemlezingenenreadersmoedigenwijaan, maarwelgraageerstevenoverleggen. Alerechtenvandeartikelenliggenbij destichtingcognitieenpsychose. Ukunternatuurlijkuitciteren,graagzelfs,maardanwel metbronvermelding.u magditartikelookruimhartig verspreidenmitshetnietvoorcommerciëledoeleindenis. Indiegevalen pasnaonzeschriftelijketoestemming. Opnameinbloemlezingenenreadersmoedigenwijaan,

Nadere informatie

VISIE VAN DE VLAAMSE OVERHEID OP KWALITEITSMETINGEN IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

VISIE VAN DE VLAAMSE OVERHEID OP KWALITEITSMETINGEN IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG VISIE VAN DE VLAAMSE OVERHEID OP KWALITEITSMETINGEN IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG 8e Vlaams Geestelijke Gezondheidscongres 20 september 2016 Wilrijk - Antwerpen Dirk Dewolf Administrateur-generaal

Nadere informatie

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld 2010-2017 September 2018 Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen 2 INHOUDSTAFEL INLEIDING... 5 1. ARBEIDSZORG IN OOST-VLAANDEREN: ALGEMEEN OVERZICHT...

Nadere informatie

Inleiding in disability (case) management M A R I E D E W I S P E L A E R E U C B O - U G E N T

Inleiding in disability (case) management M A R I E D E W I S P E L A E R E U C B O - U G E N T Inleiding in disability (case) management M A R I E D E W I S P E L A E R E U C B O - U G E N T Even voorstellen Universitair Centrum voor Begeleiding en Opleiding Verbonden aan Universiteit Gent Eén van

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het tijdelijk project Leerlingenvervoer buitengewoon onderwijs

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het tijdelijk project Leerlingenvervoer buitengewoon onderwijs Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het tijdelijk project Leerlingenvervoer buitengewoon onderwijs DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 9 december 2005 betreffende de organisatie van tijdelijke

Nadere informatie

Geestelijke gezondheid in de 21 ste eeuw

Geestelijke gezondheid in de 21 ste eeuw Geestelijke gezondheid in de 21 ste eeuw Stand van zaken en uitdagingen voor de toekomst Prof. Dr. Ronny Bruffaerts Universitair Psychiatrisch Centrum Katholieke Universiteit Leuven Onze GGZ anno 2014

Nadere informatie

Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes

Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes Heb je al gehoord van de 107? Niet 101 of 102 of 105 maar 107? gebaseerd op het nummer van het artikel in het KB over de ziekenhuizen die de

Nadere informatie

Zorgprogramma pediatrie: een kritische blik op het nieuwe KB

Zorgprogramma pediatrie: een kritische blik op het nieuwe KB Symposium Eindelijk kinderarts maar wat nu? Knokke, 5 juni 2016 Zorgprogramma pediatrie: een kritische blik op het nieuwe KB Philippe Alliet Kinderarts, Jessa Ziekenhuis Hasselt Ondervoorzitter VVK Toekomst

Nadere informatie

De Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) De Wet zorg en dwang (Wzd) Ketenconferentie 14 maart 2019

De Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) De Wet zorg en dwang (Wzd) Ketenconferentie 14 maart 2019 De Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) & De Wet zorg en dwang (Wzd) Ketenconferentie 14 maart 2019 Inhoud 1.Waarom twee regelingen? 2.Gemeenschappelijke uitgangspunten 3.Hoofdlijnen 4.Harmonisatie

Nadere informatie