Routeformulier college en raad

Transcriptie

1 Routeformulier college en raad Onderwerp: Belastingverordeningen 2015 NIET INVULLEN Documentnummer: B Paraaf secretaris: Algemeen Datum: 10 november 2014 Opsteller: F. Wind Telefoon: Domein Bestuur & Organisatie Afdelingshoofd Cees Klaassen Tekst voorstel openbaar: Eventuele uitzonderingen: Indien niet openbaar, redenen: ja Is het voorstel inhoudelijk besproken met de portefeuillehouder: Met wie is overleg gepleegd en wat is het resultaat: ja College Portefeuillehouder: Is het een besluit ingevolge de WKPB: Begrotingswijziging: Op lijst ingekomen stukken: Wijziging productraming: Vindt er communicatie over het besluit plaats? Zo ja, hoe? persbericht bijgevoegd Wethouder De Jong Persbericht in krant Raad Gewenste datum in commissie: n.v.t. Naam commissie: Gewenste datum in raad: 18 december 2014

2 Voorstel aan college en raad Nummer: B Datum: 10 november 2014 Opsteller: F. Wind Portefeuillehouder: Wethouder De Jong Onderwerp: Belastingverordeningen 2015 Het college van B&W besluit: De raad voor te stellen om voor het belastingjaar 2015 de volgende verordeningen gewijzigd vast te stellen. 1. Forensenbelasting; 2. Havengelden; 3. Begraafplaatsrechten; 4. Hondenbelasting; 5. Marktgelden; 6. Legesverordening; 7. Ongediertebestrijding 8. Onroerende- zaakbelastingen; 9. Parkeerbelastingen; 10. Precariobelastingen; 11. Reclamebelastingen; 12. Reinigingsheffingen; 13. Rioolheffingen 14. Toeristenbelasting. Inleiding Verwerking tarievenbesluit. De belastingtarieven zijn in overeenstemming met de paragraaf lokale heffingen in de vastgestelde themabegroting Deze paragraaf is opgenomen op pagina 63 t/m 67. Volledigheidshalve worden de beleidsuitgangspunten kort herhaald: - Kostendekkende tarieven in principe 100%; - Beheersing van de collectieve lastendruk, waarbij de lokale lasten jaarlijks worden geïndexeerd met de inflatie (trendmatige aanpassing); - Geen boven trendmatige verhogingen, tenzij de meerwaarde voor de burgers een dergelijke verhoging kan motiveren. In het tarievenvoorstel zoals opgenomen in de themabegroting worden de belastingtarieven overeenkomstig dit beleid trendmatig verhoogd met 1,25%. Dit percentage is conform bestaand beleid gebaseerd op de gegevens van het centraal Planbureau (Macro Economische Verkenning 2014) van mei. Toelichting per verordening 1. Forensenbelasting en 14. Toeristenbelasting De tarieven voor de forensen- en toeristenbelasting 2015 zijn met het trendpercentage van 1,25% verhoogd. 2. Havengelden De tarieven voor de havengelden zijn in principe 100% kostendekkend op begrotingsbasis. De tarieven van deze belasting is met het trendpercentage van 1,25% verhoogd

3 3. Begraafplaatsrechten Voor de tarieven van begraafplaatsrechten 2015 zijn verhoogd met de trendmatige aanpassing van 1,25%. 4. Hondenbelasting Het tarief voor de hondenbelasting 2015 is met het trendpercentage van 1,25% verhoogd. 5. Marktgelden Bij raadsbesluit van 8 november 2012 is besloten om de tarieven, met ingang van 2013, gedurende een periode van 3 jaar met 3,33% te verhogen (exclusief de trendmatige verhoging ), teneinde per 2015 uit te komen op 100% kostendekking. Conform deze uitgangspunten is het voorstel om de marktgelden alleen trendmatig aan te passen met 1,25%. De kosten van het elektriciteitsgebruik is in 2014 onderzocht. Nu blijkt dat de daadwerkelijke kosten van het elektriciteitsgebruik 7.000,- zijn in plaats van de 1.700,- Ongeacht het verbruik is er op dit moment één tarief voor het elektraverbruik. Er wordt voorgesteld om de kosten voor het gebruik van elektra op te splitsten in twee tarieven, namelijk een tarief voor laag en hoog verbruik. Hierdoor ontstaat een realistischere verdeling tussen kosten en gebruiker. Het voorstel is om het tarief voor het gebruik van elektriciteit te verhogen naar een kostendekkend tarief van 3,00 (klein verbruik) en 6,00 (groot verbruik) (2014: 4,01). 6. legesverordening Op een aantal onderdelen van de verordening gaan we onderstaand nader in. Algemeen De tarieven voor 2015 zijn met het trendpercentage van 1,25% verhoogd. Bouwleges De opbrengsten uit bouwleges blijven sinds 2010 onder invloed van de economische ontwikkelingen aanzienlijk achter bij de ramingen. Een tweetal aspecten spelen hierin een duidelijke rol. In de eerste plaats is het aantal aanvragen om een vergunning gedaald door een afnemende bouwproductie. Daarnaast is een verschuiving opgetreden van grote naar kleine bouwprojecten. Er worden diverse scenario s uitgewerkt om de geschetste problematiek inzichtelijk te maken en met structurele dekkingsmaatregelen te komen. Rijbewijzen De tarieven voor de rijbewijzen worden jaarlijks wettelijk vastgesteld inclusief de door de gemeente in rekening te brengen gemeentelijke leges. Inclusief de rijkostencomponent en afdracht vergoeding aan de Rijksdienst voor het wegverkeer zijn de tarieven voor 2015 in de verordening opgenomen. 7. Ongediertebestrijding Het tarief is aangepast met de trendmatige verhoging van 1,25% en aangepast naar de daadwerkelijke kosten. 8. Onroerende- zaakbelasting De opbrengst van de onroerende zaakbelasting van alle gemeenten samen mag niet meer stijgen dan de zogeheten macronorm. De macronorm, als instrument om de lokale lasten beheersbaar te houden, is niet in wetgeving vastgelegd. Het is een bestuurlijke afspraak tussen het Rijk en de VNG. De afspraak is dat bij overschrijding van de macronorm het volume van het Gemeentefonds kan worden verlaagd. Tot nu toe is deze maatregel nog niet toegepast. Nadere informatie over de macronorm 2015 wordt opgenomen in de Septembercirculaire Gemeentefonds De hoogte van de macronorm 2014 bedraagt nu 2,45%. Het Ministerie van BZK heeft eind mei

4 laten weten, dat de eerdere overschrijdingen van de macronorm in 2012 en 2013 nog niet volledig zijn verwerkt in de rekentarieven OZB. Op 1 januari 2015 begint een nieuw waarde-tijdvak voor de WOZ met als peildatum 1 januari De herwaardering van de objecten is naar de situatie van augustus 2014 in volle gang. Macro is de marktontwikkeling tussen 1 januari 2014 en 1 januari 2015 op basis van informatie van de Waarderingskamer berekend op -3% voor woningen en voor niet-woningen op -3,5%. De ontwikkeling van WOZ-waardes volgt met enige vertraging de huizenprijzen. Informatie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) van begin september leert, dat de gemiddelde WOZ-waarde in Nederland inmiddels is gedaald tot onder het niveau van Net als in voorgaande jaren worden in ieder geval de macromarktontwikkelingen verrekend in onze tarieven (verbeterd volumebeleid). Zoals bekend houdt dit principe in, dat de opbrengst van de OZB jaarlijks gelijk blijft en de tarieven mee-ademen met de marktontwikkelingen. Daalt de waarde van het onroerend goed, dan stijgt het tarief. Omgekeerd, bij een stijgende WOZ-waarde daalt het tarief. Wij stellen voor het tarief, naast de trendmatige aanpassing van 1,25%, aan te passen met de macromarktontwikkelingen en daarmee het verbeterd volumebeleid van de afgelopen jaren te volgen. Ook stellen wij voor het tarief extra te verhogen met 4,5%. 9. Parkeerbelasting Voorgesteld wordt de parkeertarieven 2015 vooralsnog gelijk te houden aan de parkeertarieven Momenteel wordt zowel ambtelijk als door de klankbordgroep Parkeren Binnenstad een parkeerscenario ontwikkeld voor 2015 en opvolgende jaren. Het parkeerscenario is een uitwerking van de parkeerproef die in het collegeakkoord/- programma is opgenomen en betrekking heeft op het parkeren van consumenten, toeristen en vergunninghouders in de binnenstad. In het voorjaar 2015 worden beide bovengenoemde parkeerscenario s voorgelegd aan de raad voor vaststelling van één scenario. Als uitgangspunt van het parkeerscenario is het waarborgen van de parkeeropbrengsten zoals deze in de themabegroting is opgenomen. De parkeerscenario s worden op hun financiële merites doorgerekend en voorzien van financiële risico s. Naast aanpassing van de parkeerregulering, behoren ook aanpassingen van de parkeertarieven 2015 tot de opties. Voor een naheffingsaanslag parkeerbelastingen geldt een maximum bedrag dat in rekening kan worden gebracht. Dit bedrag wordt jaarlijks door het Rijk vastgesteld en gepubliceerd in de Staatscourant. Per 1 januari 2015 is het maximumbedrag dat voor een naheffingsaanslag parkeerbelastingen in rekening kan worden gebracht bepaald op 59,- (in 2014 bedraagt dit 58,-). 10. precariobelasting Het tarief is aangepast met de trendmatige verhoging van 1,25% 11. reclamebelasting Voor de tarieven van deze belasting is uitgegaan van een trendmatige aanpassing van 1,25%. De afdracht aan de stichting Centrummanagement Harderwijk in 2015 zal ook met 1,25% verhoogd worden. 12. Reinigingsheffingen Voor de afvalstoffenheffing wordt een kostendekkend tarief gehanteerd. De afvalstoffenheffing wordt voor een belangrijk deel bepaald door de kosten van afvalinzameling en verwerking van restafval en GFT. Daarnaast speelt de opbrengst van oud papier en plastic een belangrijke rol. Dit heeft in combinatie met een gematigde ontwikkeling van de lasten een gunstig effect voor de afvalstoffenheffing. De kosten van afvalinzameling worden voor 2015 geraamd op in totaal 4,1 miljoen. Hierbij is in de lastenstructuur op basis van eerdere besluitvorming o.a. rekening gehouden met de kapitaallasten van de ondergrondse containers (investering 2006). Uitgaande van 100% kostendekking kan voor 2015 het tarief naar beneden worden aangepast. Hoofdzakelijk een gevolg van een nieuw en gunstiger contract met de - 4 -

5 vuilverbrander (lagere verwerkingskosten) in combinatie met het minder aanbieden van afval (lagere volumes). 13. Rioolheffing Met de rioolheffing worden de kosten van beheer en onderhoud én het nakomen van de zorgplicht voor afval-, hemel- en grondwater afgedekt. Deze kosten zijn verbonden aan de inzameling en transport van afvalwater en het inzamelen, opvangen en afvoeren van regen- en/of grondwater ter voorkoming van overlast. Basis voor het huidig beleid wordt gevormd door het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) uit 2005, de Module Verbreed GRP uit 2009 en de Module Evaluatie VGRP 2011 gemeente Harderwijk. In 2015 wordt er samen met Ermelo, Putten en Harderwijk een ZAP (Zuivering Afvalwaterketen Plan) vast gesteld welke het GRP gaat vervangen. De rioolheffing is op begrotingsbasis 100% kostendekkend. Voorgesteld wordt het tarief te verhogen met de trendmatige aanpassing van 1,25%