Verduidelijking registratie en declaratie bij overloop-dbc's. Versie 2.0

Transcriptie

1 Verduidelijking registratie en declaratie bij overloop-dbc's Versie

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding Algemene regels overgangsperiode DBC s en subtrajecten in één zorgtraject Openingsdatum is leidend Aanwezigheid onderliggend traject Parallelliteit Uitvoerdatum leidend bij zorgactiviteiten registreren Sluiten van zorg- en subtrajecten Scenario s Scenario 1: DBC in 2011 gevolgd door subtraject in Scenario 2: Chronische zorg Scenario 3: Parallelliteit Scenario 4: IC-opname van bekende patiënt Scenario 5: Verblijf van niet bekende patiënt op de IC eind december Scenario 6: Verblijf van niet bekende patiënt op IC eind 2011 wordt vervolgd in de kliniek Scenario 7: Toediening van dure en weesgeneesmiddelen Scenario 8: WBMV-zorg Scenario 9: Aanspraak Scenario 10: Limitatieve lijst Scenario 11: ICC Scenario 12: Terugwerkende kracht DBC-Onderhoud 2 11

3 1 Inleiding Voor u ligt het document Verduidelijking registratie en declaratie bij overloop-dbc s. Dit document licht de registratie en declaratie van zogenoemde overloop-dbc s toe. Overloop-DBC s zijn DBC s die in 2011 zijn geopend en in 2012 (in de nieuwe DBC-systematiek) doorlopen. De registratie en declaratie van deze overloop-dbc s wordt toegelicht aan de hand van scenario s die in de praktijk kunnen voorkomen. DBC-Onderhoud 3 11

4 2 Algemene regels overgangsperiode In dit hoofdstuk zijn de algemene regels voor de overgangsperiode DBC s in 2011 en subtrajecten 2012 weergegeven. DBC s die geopend zijn in 2011 en doorlopen in 2012 worden Overloop-DBC s genoemd. 2.1 DBC s en subtrajecten in één zorgtraject Tijdens de overgangsperiode kunnen DBC s die geopend zijn in 2011 en nog doorlopen in 2012 alleen worden afgesloten als aan de sluitingsregels is voldaan. De afsluitregels vindt u in de instructies van het desbetreffend specialisme. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling alle lopende DBC s af te sluiten op Als een DBC gesloten wordt in 2012, wordt op de daarop volgende dag een subtraject geopend. Deze subtrajecten worden geregistreerd binnen hetzelfde zorgtraject als waar de DBC in geregistreerd was. Deze subtrajecten krijgen het zorgtype Openingsdatum is leidend De openingsdatum van een DBC en/of subtraject is bepalend voor de regels en tabellen die van toepassing zijn. Voor DBC s geopend in 2011, en eventueel doorlopen in 2012 gelden de instructies per specialisme. Voor zorgvragen waarvoor met ingang van subtrajecten worden geopend, gelden de registratieregels. N.B. Bij het bepalen van de zorgactiviteitcode die geregistreerd moet worden, is de uitvoerdatum van de activiteit leidend. Zie ook paragraaf Aanwezigheid onderliggend traject Indien er aan een in 2011 geopende DBC een onderliggend traject gekoppeld wordt (een ZT51- traject), dan gelden voor het onderliggende traject de regels zoals die van toepassing waren in Ook als dit een traject betreft dat pas in 2012 geopend wordt. Dit wordt verduidelijkt in scenario Parallelliteit Een parallel traject mag alleen onder bepaalde voorwaarden worden geopend. Indien een overloop- DBC geopend is in 2011 en in 2012 mogelijk een parallel traject geopend mag worden, dan is het alleen toegestaan een parallel traject te openen als er sprake is van een nieuwe zorgvraag; een andere zorgvraag dan waar de patiënt al voor in behandeling is. (Voor parallelliteit bij dubbelzijdigheid zijn een aantal aanvullende criteria opgenomen, zie hiervoor het document Registratieregels). Daarbij geldt dat aan beide onderstaande voorwaarden moet worden voldaan: het parallelle zorgtraject dient een zorgprofiel te hebben met eigen zorgactiviteiten waarvan er minimaal één uit Zorgprofielklasse 1, 2 of 3 komt of minimaal een zorgactiviteit uit de groep Operatieve verrichtingen. DBC-Onderhoud 4 11

5 de combinatie van de (typerende) diagnoses van beide parallelle trajecten komt niet voor in de Diagnosecombinatietabel (voor dubbelzijdige aandoeningen of aandoeningen die op meer locaties kunnen voorkomen zijn een aantal combinaties van identieke diagnosen opgenomen). Dit wordt verder verduidelijkt in scenario 3. N.B. Indien een DBC is geopend in 2011 (en doorloopt in 2012) en nog in 2011 lijkt eventueel sprake te zijn van parallelliteit, dan dient voldaan te worden aan de parallelliteitregels zoals die golden in 2011 en die omschreven zijn in de instructies Uitvoerdatum leidend bij zorgactiviteiten registreren De uitvoerdatum van een zorgactiviteit is bepalend bij het selecteren van de juiste code. Op het moment dat een zorgactiviteit uitgevoerd wordt in 2011, wordt de code geselecteerd die geldig was in Wanneer een zorgactiviteit uitgevoerd wordt in 2012, wordt de code geselecteerd die in 2012 geldig is. Ook als de zorgactiviteit uitgevoerd wordt binnen een overloop-dbc. De Afleiding Behandelas Tabel (ABA) is aangepast zodat bij DBC s geopend 2011 zorgactiviteiten uit zowel 2011 als uit 2012 geregistreerd kunnen worden. Een neurochirurg heeft op 21 december 2011 een DBC geopend met als typering 1515 Epilepsie, epilepsiechirurgie en corticale motorstimulatie. Op 27 december plaatst hij een nervus vagus stimulator. Daarbij registreert hij de zorgactiviteitcode Plaatsing nervus vagus stimulator. Als de situatie identiek zou zijn, maar de plaatsing van de nervus vagus stimulator pas op 2 januari plaatsvindt, registreert de chirurg de code die vervangt, namelijk zorgactiviteitcode Implantatie nervus vagus stimulator. De ABA leidt in beide gevallen correct af op behandelas 35, ondanks dat er verschillende zorgactiviteitcodes zijn geregistreerd. 2.3 Sluiten van zorg- en subtrajecten Een DBC die geopend is in 2011 moet bij het afsluiten aan de afsluitregels voldoen zoals vermeld in de instructies per specialisme. Indien een subtraject geopend is in 2012 dan mag dit traject pas afgesloten worden als aan de sluitregels voldaan kan worden zoals die omschreven zijn in de Registratieregels, de Algemene Toelichting op de Registratieregels en de Specialismespecifieke Toelichting. DBC-Onderhoud 5 11

6 3 Scenario s Alle zorg die geregistreerd en gedeclareerd wordt in lijn met de DBC-systematiek zoals die geldt in 2011 wordt niet aangeboden aan een grouper. Deze DBC s worden gevalideerd en gedeclareerd volgens de DBC-systematiek zoals die gold in In dit hoofdstuk wordt aan de hand van twaalf, in de praktijk vaak voorkomende scenario s, aangegeven hoe u de verleende zorg moet registreren en of u de verleende zorg nu wel of niet aan een grouper moet aanleveren. 3.1 Scenario 1: DBC in 2011 gevolgd door subtraject in 2012 Indien er voor een patiënt een DBC geopend is in 2011 dan blijft deze DBC openstaan totdat de DBC volgens de afsluitregels mag worden afgesloten. U vindt deze afsluitregels in de instructies per specialisme. Deze DBC kan dus nog in 2012 doorlopen. Wanneer de behandeling vervolgd wordt in 2012, wordt één dag na het sluiten van de DBC een subtraject geopend. Dit subtraject wordt geregistreerd binnen hetzelfde zorgtraject als waar de DBC in geregistreerd is. Dit subtraject krijgt het zorgtype 21 en dient na afsluiten aan een grouper te worden aangeboden. Automatisch aansluitend openen van een subtraject Wanneer een overloop-dbc wordt afgesloten in 2012 omdat de patiënt uitbehandeld is, dient er niet automatisch een ZT21-subtraject geopend te worden. Alleen wanneer de patiënt nog in behandeling/controle blijft wordt aansluitende een zorgtype 21 subtraject geopend. 3.2 Scenario 2: Chronische zorg Het declaratiemoment van de DBC of het subtraject voor chronische zorg is in 2011 en 2012 gelijk. Voor DBC s voor chronische beademing die geopend zijn in 2011 geldt dat deze na 30 dagen afgesloten en gedeclareerd mogen worden. Alle subtrajecten die geopend zijn in de nieuwe DBCsystematiek (DOT) mogen ook na 30 dagen afgesloten en gedeclareerd worden. De overgang van DBC s naar subtrajecten resulteert niet in wijzigingen. De registratie en declaratie van overloop-dbc s verloopt dus op dezelfde wijze als DBC s die geopend en gesloten werden in Een patiënt met COPD krijgt al jaren beademing. Vanwege deze vorm van behandeling wordt daarvoor bijvoorbeeld de volgende chronische DBC van longgeneeskunde geregistreerd: Deze DBC mag volgens de regelgeving van de DBC-systematiek die in 2011 gold, elke 30 dagen gedeclareerd worden. Volgens de regels mag de DBC die geopend is op 21 december 2011 op 19 januari 2012 afgesloten en gedeclareerd worden. Op 20 januari wordt dan een (vervolg) subtraject geopend. Indien de beademing wordt voortgezet blijft ook dit subtraject 30 dagen open staan (de declaratiebepaling is gelijk gebleven op dit gebied). Het subtraject geopend op 20 januari wordt aangeboden aan een grouper, evenals de volgende subtrajecten. N.B. Voor de chronische dialyse zorg is de situatie identiek als hierboven beschreven. Het enige verschil is dat de chronische dialyse DBC s en subtrajecten een looptijd van 7 dagen hebben. DBC-Onderhoud 6 11

7 3.3 Scenario 3: Parallelliteit Het zal regelmatig voorkomen dat er voor een patiënt een DBC loopt die geopend is in 2011 en doorloopt in 2012, waarbij tijdens de looptijd in 2012 sprake blijkt te zijn van een extra zorgvraag. Om dan een parallel zorgtraject te mogen registreren moet aan de volgende eisen voldaan worden: het parallelle zorgtraject dient een zorgprofiel te hebben met eigen zorgactiviteiten waarvan er minimaal één uit Zorgprofielklasse 1, 2 of 3 komt of minimaal een één zorgactiviteit uit de groep Operatieve verrichtingen. 1 de combinatie van de (typerende) diagnoses van beide parallelle subtrajecten komt niet voor in de Diagnosecombinatie tabel. 2 Om te beoordelen of de combinatie van diagnoses van beide parallelle trajecten (diagnose van de DBC geopend in 2011 en de diagnose van het subtraject geopend in 2012) voorkomt op de Diagnosecombinatie-tabel, dient de meest recente versie van de Diagnosecombinatie-tabel gehanteerd te worden. De meest recente versie is de Diagnosecombinatie-tabel (v ). Als de parallelliteitregels van toepassing zijn, worden de DBC en het subtraject parallel gedeclareerd. Echter, alleen het subtraject dat geopend is in 2012 wordt aan een grouper aangeboden. De DBC wordt gedeclareerd op de wijze zoals die in 2011 gangbaar was. van parallelliteit Vanwege eczeem, constitutioneel (diagnose 05 bij dermatologie) is een patiënt in 2011 onder behandeling. Er is op een vervolg-dbc geopend voor de behandeling. Naar verwachting zal dit bij het sluiten van de DBC in 2012 resulteren in een DBC met behandelas 81 UV-behandeling poliklinisch. Op 5 april 2012 komt de patiënt bij de dermatoloog op de poli voor spataderen. Naar aanleiding van dit gesprek wordt de diagnose 24 Varices gesteld. Hiervoor zal de dermatoloog sclerotherapie uitvoeren. Diagnose 24 Varices komt op de Diagnosecombinatie-tabel niet voor in combinatie met diagnose 05 Eczeem, constitutioneel. Daarnaast heeft het traject voor de behandeling van de varices een eigen zorgprofiel wat blijkt uit de zorgactiviteit voor de sclerotherapie. Daarom mag er voor de varices een parallel subtraject geopend worden naast de lopende DBC uit 2011 voor het eczeem. geen parallelliteit Voor een patiënte die onder behandeling is bij gynaecologie staat een DBC open (geopend op ). Deze DBC heeft als typering ZT11, diagnose G11 Cyclusstoornis (benigne- of geen afwijking, inclusief PM-bloedverlies). Vanwege de verrichtingen die hebben plaatsgevonden zal er in de loop van 2012 naar verwachting afgeleid worden op behandelas 503 Operatief groep 1 met klinische episode(n). Op 20 januari, terwijl de DBC met diagnose G11 nog openstaat, komt de patiënte bij de gynaecoloog in het kader van diagnose G25 Incontinentie/prolaps. Voor de Incontinentie/prolaps mag echter geen parallel subtraject geopend worden. Diagnose G25 komt op de Diagnosecombinatietabel namelijk voor in combinatie met diagnose G11. Alle zorg die geleverd wordt voor de Incontinentie/prolaps, dient binnen de lopende DBC met diagnose G11 geregistreerd te worden. 1 Zie voor ZPK1, 2 of 3 de zorgactiviteitentabel. Zie voor de groep operatieve verrichtingen het Registratieaddendum 2 De Diagnosecombinatietabel bevat een lijst van combinaties van diagnoses die niet als parallelle subtrajecten bij één patiënt mogen voorkomen. DBC-Onderhoud 7 11

8 3.4 Scenario 4: IC-opname van bekende patiënt Indien er voor een patiënt een DBC in 2011 is geopend die nog in 2012 doorloopt en de patiënt in 2012 op de IC terechtkomt, dan wordt het zorgtype ZT51 gekoppeld aan de DBC in lijn met de DBCsystematiek zoals die in 2011 gold. Dit ZT51-traject wordt dus niet naar een grouper verstuurd. Een ZT51-traject moet immers altijd in samenhang met het subtraject van waaruit verwezen is aan een grouper worden aangeboden. In dit scenario is nog geen subtraject geopend, maar valt alle zorg binnen de (in 2011) geopende DBC. Voor een patiënt is een DBC geregistreerd bij chirurgie met als openingsdatum Op 2 januari 2012 wordt de patiënt opgenomen op de IC (de DBC van chirurgie staat nog open). Op 2 januari wordt voor het verblijf op de IC een ZT51-traject geopend dat gekoppeld wordt aan de DBC van chirurgie. Registratie en declaratie van het ZT51-traject gaat volgens de wijze zoals die in 2011 gangbaar was. Het ZT51-traject wordt dus niet aangeboden aan een grouper. N.B.1 Indien de situatie identiek was, maar de opname op de IC in 2011 plaatsvond, geldt ook dat registratie en declaratie van het ZT51-traject gaat volgens de wijze zoals die in 2011 gangbaar was. Het ZT51-traject wordt ook nu niet aangeboden aan een grouper. N.B.2. Wanneer een ZT51-traject gebruikt wordt om de inzet van ondersteuners inzichtelijk te maken dan geldt ook de bovengenoemde registratie- en declaratiewijze. 3.5 Scenario 5: Verblijf van niet bekende patiënt op de IC eind december 2011 Als een patiënt eind december met een zorgvraag op de IC opgenomen wordt, en voor deze patiënt niet een DBC is geopend, opent men een ZT51-traject. Dit ZT51-traject blijft openstaan tot de patiënt van de IC ontslagen wordt. Dit ZT51-traject kan daarmee doorlopen tot in Dit ZT51-traject wordt verwerkt volgens de wijze zoals die gold in Dit ZT51-traject wordt niet naar een grouper gestuurd. 3.6 Scenario 6: Verblijf van niet bekende patiënt op IC eind 2011 wordt vervolgd in de kliniek Bij een patiënt die eind december 2011 wordt opgenomen op de IC, en voor wie eerder nog geen DBC is geopend, wordt een ZT51-traject geopend (volgens de regels van 2011). Als de patiënt vervolgens begin 2012 overgaat van de IC naar de verpleegafdeling van specialisme X, dan opent specialisme X hiervoor met terugwerkende kracht een DBC. De openingsdatum van de DBC is de openingsdatum van het ZT51-traject. Het ZT51-traject wordt niet naar een grouper verstuurd. Op 28 december 2011 wordt een patiënt, voor wie eerder nog geen DBC was geopend, opgenomen op de IC. Er wordt dan een ZT51-traject geopend op de wijze zoals die in 2011 gold. Op 5 januari 2012 wordt de patiënt overgeplaatst van de IC naar de verpleegafdeling van orthopedie. De orthopeed opent dan een ZT11-DBC met terugwerkende kracht, waaraan het ZT51-traject gekoppeld kan worden. De ZT11-DBC krijgt als openingsdatum 28 december Het ZT51-traject wordt gesloten DBC-Onderhoud 8 11

9 op 5 januari. Dit ZT51-traject wordt net als de DBC van de orthopeed - niet naar een grouper verstuurd. 3.7 Scenario 7: Toediening van dure en weesgeneesmiddelen De datum van toediening van een duur of weesgeneesmiddel is leidend voor de bepaling van de regelgeving. Als er sprake is van een overloop-dbc waarbij in 2012 een duur of weesgeneesmiddel wordt toegediend, dan registreert men dit dure of weesgeneesmiddel in de openstaande DBC. De dure en weesgeneesmiddelen worden daarom dus ook niet aangeboden aan een grouper (er is immers geen subtrajectnummer dat daaraan meegegeven kan worden). Als het geneesmiddel in 2012 is toegediend en voldoet aan de NZa-beleidsregel Dure en weesgeneesmiddelen zoals opgesteld per 2012, dan komt het in aanmerking voor de speciale vergoedingsregel. Het dure of weesgeneesmiddel wordt dus wel als add-on aangemerkt zonder dat er een subtraject voor bestaat (zolang er maar wel een DBC bij bestaat). Echter, de add-on wordt niet aangeleverd aan een grouper. Meer informatie over de beleidsregel Dure en weesgeneesmiddelen is te vinden op de website van de NZa ( Op 10 oktober 2011 is een DBC geopend. Deze DBC loopt door in Tijdens de looptijd van de DBC wordt op 15 januari 2012 het dure geneesmiddel Botulinetoxine toegediend. Indien Botulinetoxine op basis van de regelgeving uit 2012 aan de beleidsregel voldoet, komt het in aanmerking voor de speciale vergoedingsregeling. De Botulinetoxine wordt alleen niet aangeboden aan de grouper. De declaratie van de Botulinetoxine vindt plaats in lijn met de regelgeving zoals die geldt in Scenario 8: WBMV-zorg In de DBC-systematiek zoals die fungeerde in 2011 is WBMV gelabeld op DBC-niveau. Per is WBMV-zorg op zorgactiviteitniveau vastgesteld (het Ministerie van VWS verleent de vergunningen en stelt de WBMV-indicatie vast). Bij een DBC die geopend is in 2011 wordt op basis van DBC-niveau nog aangegeven of het gaat om WBMV-zorg waarvoor een vergunning vereist is. De Eindklassetabel kan gebruikt worden om na te gaan of er aan de betreffende DBC een WBMV-vergunning gekoppeld is. Deze regel blijft gelden, ook als er bijvoorbeeld (bij een DBC die geopend is in 2011) in 2012 een zorgactiviteit geregistreerd wordt waarvoor een WBMV-vergunning nodig is. Deze DBC wordt niet aan een grouper aangeboden. Een DBC is geopend op 10 december Er worden verschillende zorgactiviteiten geregistreerd. Een van de zorgactiviteiten wordt geregistreerd op 5 januari Deze zorgactiviteit beschikt over een WBMV-code. De DBC wordt afgesloten op 20 januari De DBC die afgeleid is op basis van alle geregistreerde zorgactiviteiten heeft volgens de Eindklassetabel geen WBMV-code. Ondanks de verrichting die geregistreerd is op 5 januari, is geen WBMV-vergunning vereist bij declaratie. N.B. In het verleden werden de WBMV vergunningen opgenomen in de Eindklassetabel. Er is echter besloten geen onderhoud meer te plegen op de bestaande structuur wat onder andere inhoudt dat er geen wijzigingen in de WBMV-status van DBC s doorgevoerd zullen worden. Het ministerie van VWS DBC-Onderhoud 9 11

10 reguleert de WBMV-wetegeving en beheert de meest recente lijst met WBMV-erkenningen. Hierdoor kan discrepantie ontstaan tussen de WBMV-status op DBC-niveau zoals die is aangeven in de Eindklassetabel en de actuele WBMV-wetgeving. In die gevallen kunnen de verschillende Ministeriele regelingen uitsluitsel geven over het al dan niet vergunningplichtig zijn van de geleverde zorg. Deze regelingen vindt u via de website Indien een subtraject in 2012 geopend is, wordt op basis van de geregistreerde zorgactiviteit bepaald of een WBMV-vergunning vereist is. Als een subtraject geopend is op dan moet de instelling over de juiste vergunning beschikken als zij op 20 februari 2012 bijvoorbeeld zorgactiviteit Leucotomie à vue met WBMV-code 2925 wil uitvoeren. 3.9 Scenario 9: Aanspraak Een DBC is geopend in De DBC loopt nog door in Tijdens de looptijd van de DBC wordt in 2012 een zorgactiviteit uitgevoerd die een aanspraakcode heeft. In de DBC-systematiek zoals die gold in 2011 is aanspraak bepaald op DBC-niveau. Per is aanspraak op zorgactiviteitniveau vastgesteld (het College voor Zorgverzekeringen stelt de aanspraak-indicatie vast). Bij een DBC die geopend is in 2011, wordt op DBC-niveau weergegeven of er (onder voorwaarden) aanspraak gemaakt kan worden op vergoeding uit het basispakket. De Eindklassetabel kan gebruikt worden om na te gaan of er aan de betreffende DBC een aanspraakbeperking gekoppeld is. Deze regel blijft gelden, ook als er bijvoorbeeld (bij de DBC die geopend is in 2011) in 2012 een zorgactiviteit geregistreerd wordt met een aanspraakcode eraan. Deze DBC wordt niet aan een grouper aangeboden. Een DBC is geopend op 13 december Daarbij worden verschillende zorgactiviteiten geregistreerd. Een van de zorgactiviteiten wordt geregistreerd op 11 januari Deze zorgactiviteit beschikt met ingang van over een aanspraakcode. De DBC wordt afgesloten op 29 januari De DBC die afgeleid is op basis van alle geregistreerde zorgactiviteiten heeft volgens de Eindklassetabel geen aanspraakcode. Ondanks de verrichting die geregistreerd is op 11 januari, hoeft in principe 3 niet aan de aanspraakeis voldaan te worden bij declaratie. Indien een subtraject in 2012 geopend is, wordt op basis van de geregistreerde zorgactiviteit bepaald of aanspraak aan de orde is. Als een subtraject geopend is op dan moet aan de aanspraakeis voldaan kunnen worden als een instelling op 5 mei 2012 bijvoorbeeld zorgactiviteit Levator plastiek met aanspraakcode 2704 wil uitvoeren Scenario 10: Limitatieve lijst Voor een deel van de zorg waarvoor een aanspraakbeperking geldt, dient de medisch specialist vóór de uitvoering van de behandeling een machtiging aan te vragen bij de zorgverzekeraar. De ingangsdatum van de DBC of het subtraject is leidend voor de beoordeling of een machtiging aangevraagd moet worden bij de zorgverzekeraar. Voor DBC s geopend in 2011 geldt de Limitatieve 3 Let op! Het feit dat en DBC geen aanspraakcode heeft betekent niet dat de DBC altijd ten laste van de basisverzekering komt. Voor meer informatie kunt u het beste contact opnemen met het College voor Zorgverzekeringen ( DBC-Onderhoud 10 11

11 Lijst DBC s die door ZN opgeleverd is (zie Voor subtrajecten geopend in 2012 geldt de Limitatieve Lijst Machtigingen die door DBC-Onderhoud opgeleverd is Scenario 11: ICC Wanneer een medisch specialist van specialisme X in consult geroepen wordt tijdens een klinische opname in 2012, door specialisme Y voor een in 2011 geopende DBC, dan geldt dat een zorg- en subtraject ICC geopend dient worden door specialisme X (ZT13). Dit ICC-traject wordt aangeboden aan een grouper. Een internist heeft een DBC geopend voor een patiënt op 2 december Op 27 december 2011 wordt de patiënt bij interne geneeskunde opgenomen. Terwijl de patiënt nog opgenomen ligt, roept de internist op 3 januari de chirurg in consult vanwege het vermoeden van een gebroken pols. Op 3 januari wordt een ICC-subtraject geopend door de chirurg. Dit ICC-traject is een zelfstandig zorg/subtraject en wordt aangeboden aan een grouper Scenario 12: Terugwerkende kracht De situatie kan zich voordoen dat een DBC eind 2011 afgesloten is. Tijdens een controle wordt begin 2012 ontdekt dat er nog een zorgactiviteit uitgevoerd is in 2012 die hoorde bij de reeds afgesloten DBC. In die situatie wordt de DBC gecrediteerd in lijn met hoe dat in 2011 en eerder de werkwijze was. In deze situatie wordt dus geen subtraject geopend. DBC-Onderhoud 11 11