Instructie Audiologie v

Transcriptie

1 Instructie Audiologie v ingangsdatum instructie 1 januari 2012 Voor de registratie van Audiologische Producten Deze instructie bevat de regels die gelden voor alle DBC s die geopend zijn vanaf 1 januari 2011 en eventueel doorlopen in 2012 Contactgegevens FENAC: Contactpersoon: Marco Strik Telefoon: adres: info@fenac.nl Bezoekadres: Chr. Krammlaan 2 Fax: info@fenac.nl Internetadres: Contactgegevens: Stichting DBC-Onderhoud Telefoon Helpdesk: Fax: Helpdesk: helpdeskzz@dbconderhoud.nl Internetadres: DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding Een audiologisch product openen en sluiten Een initiële typering openen en sluiten Een vervolg typering openen en sluiten Start registratie Audiologische producten typeren Zorgtype Zorgtype 11 bij een initiële typering Zorgtype 21 bij een vervolg typering Zorgtype 31 Diagnostisch product Zorgproblematiek / diagnose Behandeling Zorgtype 51 Traject interne ondersteuning Bijlage 1 Typeringslijst Audiologie Bijlage 2 Stroomschema openen, typeren en sluiten van een AP Bijlage 3 Openen van een AP Bijlage 4 Sluiten van een AP Bijlage 5 Definities Zorgtypen DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

3 1 Inleiding In deze instructie wordt aangegeven hoe u de DBC s voor Audiologie dient te registreren aan de hand van de typeringslijst Audiologische Producten. Belangrijke gegevens van het Audiologisch Product (AP) zijn: - de openingsdatum; - het zorgtype, de diagnose / zorgproblematiek en behandeling; de inhoudelijke typering aan de hand van de typeringslijst Audiologische Producten; - de sluitingsdatum. Audiologische Producten zijn geen DBC s. Bij Audiologische Producten is wel gekozen om de DBC systematiek te gebruiken (typeringwijze en regels/uitgangspunten). De definitie van het Audiologisch Product luidt: het geheel van activiteiten van een audiologisch centrum (en haar domeinen), voortvloeiend uit de zorgvraag waarmee de patiënt het audiologisch centrum consulteert. Deze instructie dient als leidraad bij het registreren van audiologische producten conform de typeringslijst, die per 1 januari 2008 van toepassing is. Het geeft richtlijnen en voorbeelden inzake het openen en sluiten (hoofdstuk 2) en het typeren van audiologische producten (hoofdstuk 3). Deze instructie is opgesteld in overleg met de branchepartijen (FENAC, NVZ, NFU, OMS, NPCF, ZN). De juridische status van deze instructie ligt verankerd in de Wet marktordening gezondheidszorg (WMG). De typeringslijst (versie 7) is terug te vinden in dit document in Bijlage 1 Typeringslijst Audiologie. De instructie geeft geen nadere toelichting op de wijze (al dan niet geautomatiseerd) waarop de audiologische producten in de verschillende audiologische centra worden geregistreerd. De wijze van uitvoering van het registreren is afhankelijk van de interne afspraken en de mogelijkheden van de DBC-registratiemodule in uw zorginstelling. Daarom wordt er in deze instructie vanuit gegaan dat er specifieke procedures worden vastgelegd voor de manier waarop de feitelijke registratie van de DBC s plaatsvindt. Afspraken hieromtrent worden in veel gevallen beschreven in het handboek AO/IC van de instelling. Elk audiologisch centrum heeft een interne projectleider aangesteld die u hierover informeert. Het registreren van de audiologische producten vergt in het begin enige aandacht en discipline. Het is zeer raadzaam de tijd te nemen om deze instructie te bestuderen. De ervaring leert dat wanneer er enige tijd wordt geregistreerd het vastleggen van gegevens met betrekking tot de audiologische producten niet veel tijd vergt. Om kennis te maken met de algemene spelregels van de DBC-systematiek verwijzen wij u naast deze instructie ook naar de DBC Leergang Somatiek Huidig. Deze leergang geeft u snel een gedegen introductie in het registratie-, validatie- en declaratieproces van het DBC-systeem. U kunt de leergang benaderen via De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) geeft met enige regelmaat beleidsregels, circulaires en nadere regels uit met betrekking tot de declaratie van DBC s. Raadpleeg daarom het DBC-dossier van de NZa op Wanneer u vragen of opmerkingen heeft over deze instructie of over het registreren van DBC s, kunt u terecht bij de projectleider in uw zorginstelling of bij de helpdesk van DBC- Onderhoud, helpdeskzz@dbconderhoud.nl óf DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

4 2 Een audiologisch product openen en sluiten In dit hoofdstuk worden de regels voor het openen en sluiten van DBC s beschreven. Met het oog op de overgangsfase van DBC s naar DOT wordt als eerste hier aandacht aan besteedt. Overgangsperiode DBC-DOT 2012 De openingsdatum van een DBC respectievelijk de openingsdatum van een subtraject is bepalend voor welke (registratie)regels en tabellen van toepassing zijn. Met ingang van 1 januari 2012 doet zich gedurende een jaar de situatie voor dat er zowel DBC s als subtrajecten geregistreerd zijn: DBC s geopend voor 1 januari 2012 kunnen doorlopen in 2012 en; m.i.v. 1 januari 2012 worden subtrajecten geopend. DBC s geopend in 2011 en doorlopend in 2012 zijn de zogenoemde overloop-dbc s. Hiervoor gelden de Instructies per specialisme en de tabellen van de oude DBCsystematiek. Voor zorgvragen waarvoor met ingang van subtrajecten geopend worden, gelden de Registratieregels en de tabellen met een ingangsdatum van Gedurende de overgangsperiode is het nadrukkelijk niet de bedoeling om de DBC s die voor geopend zijn standaard per te beëindigen en een nieuw zorgc.q. subtraject per te openen. In deze overgangsperiode worden bestaande zorgtrajecten niet afgesloten: waar eerder in een zorgtraject DBC s geopend werden, worden dat m.i.v subtrajecten. Met andere woorden, een zorgtraject geopend voor 2012 blijft in 2012 gewoon open staan. Wanneer een lopende DBC in 2012 gesloten wordt, wordt vervolgens in hetzelfde zorgtraject aansluitend een subtraject geopend. Schematische weergave overgangssituatie Zorgtraject [ ][ ][ ][ ] DBC zorgtype 11 DBC zorgtype 21 subtraject zorgtype 21 subtraject zorgtype 21 geopend voor 2012 geopend voor 2012 geopend in 2012 geopend in 2012 Registratie/validatie/declaratie Registratie/declaratie volgens instructies en de tabellen volgens Registratieregels en de tabellen van de oude DBC-systematiek met ingangsdatum Omdat met ingang van 1 januari 2012 DOT wordt ingevoerd, worden in de instructies per specialisme geen wijzigingen meer doorgevoerd. Vanaf dat moment gelden de documenten en tabellen met een ingangsdatum van Alleen op het gebied van de zorgactiviteiten zijn de instructies wel aangepast. De Afleiding Behandelas tabel is zodanig opgezet, dat de overloop-dbc s gevalideerd kunnen worden met zowel de oude zorgactiviteiten alsook de nieuwe zorgactiviteiten per Voor de geldigheid van de zorgactiviteiten wordt namelijk gekeken naar de datum waarop de zorgactiviteit wordt uitgevoerd. Alleen zorgactiviteiten geldig op het moment van uitvoering kunnen worden geregistreerd. In de periode t/m (de DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

5 maximale looptijd van een DBC is 365 dagen, 2012 is een schrikkeljaar) kunnen bij de overloop-dbc s dus zowel oude zorgactiviteiten als nieuwe zorgactiviteiten worden gebruikt (bepalend hierbij is de uitvoeringsdatum van de zorgactiviteit). Alle wijzigingen die doorgevoerd worden per (o.a. op diagnose- en zorgactiviteitcode gebied) zijn te vinden in de desbetreffende documenten, tabellen en de toelichtingen daarop. Deze kunt u downloaden via de website van DBC-Onderhoud. Een audiologisch product openen en sluiten In Bijlage 2 Stroomschema openen, typeren en sluiten van een AP is een schematische voorstelling te vinden van dit proces. 2.1 Een initiële typering openen en sluiten Wanneer een patiënt een bepaald audiologisch centrum (dit kan ook binnen een Academisch Ziekenhuis zijn) voor de eerste maal consulteert wordt een audiologisch product geopend. Dit openen vindt plaats door de openingsdatum en een initieel zorgtype vast te leggen. De eerste consultatie van een patiënt kan plaatsvinden op het centrum, op school of thuis in het kader van de diagnosestelling en behandeling van een klacht. In Bijlage 3 Openen van een AP wordt nader omschreven in welke situaties er wel en niet een Audiologisch Product dient te worden geopend, hetzij met een initieel zorgtype, hetzij met het zorgtype vervolg. Kijk voor de overgangssituatie met betrekking tot bekende patiënten in paragraaf 2.3. Voor een patiënt kunnen eventueel meerdere audiologische producten worden geopend. Een ander, nieuw audiologisch product wordt geopend wanneer er sprake is van een andere zorgproblematiek waarvoor een andere diagnose wordt geregistreerd en waarbij activiteiten meer dan alleen screenend van aard zijn. Een parallelle taal-ap bij een gehoor AP ontstaat dus op het moment dat het taalelement meer behelst dan alleen screening, dit ter beoordeling van het Audiologisch Centrum (zie ook de voorbeelden bij paragraaf 3.2 ). N.B. Een initiële typering wordt pas afgesloten na 365 dagen, of zodra de diagnosestelling en behandeling (inclusief eventueel controletraject) volgens de behandelend arts/ audioloog is afgerond. Hierbij dient voorkomen te worden dat een AP voortijdig wordt afgesloten en de patiënt in het kader van dezelfde zorgvraag binnen 365 dagen na openingsdatum van de afgesloten AP terugkomt, waardoor de inmiddels afgesloten AP heropend (en eventueel facturatie herzien) moet worden. Deze regel is minder strikt dan in de vorige instructie werd beschreven waar te allen tijde een sluitingstermijn van 1 jaar werd gehanteerd. Laat bovenstaande regel van toepassing zijn op alle nog openstaande en nog te openen AP s. Het sluiten van het audiologisch product vindt plaats door het registreren van de sluitingsdatum. Dit kan desgewenst geautomatiseerd gebeuren. Er kan alleen sprake zijn van een vervolg typering wanneer de zorg wordt voortgezet met een controletraject na 365 dagen of wanneer een initiële typering langer open staat dan 365 dagen (zie ook paragraaf 2.2). In Bijlage 4 Sluiten van een AP is nader omschreven in welke situaties er wel en niet een audiologisch product dient te worden afgesloten. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

6 2.2 Een vervolg typering openen en sluiten Zoals hierboven aangegeven wordt er een vervolg typering geopend wanneer een typering langer dan 365 dagen open staat terwijl de behandeling nog niet is afgerond. Een vervolg audiologisch product wordt afgesloten na 365 dagen. Wanneer het vervolg traject langer dan 365 dagen duurt dan wordt deze code van het audiologisch product afgerond en wordt een (zelfde) typering opnieuw geopend. Het afsluiten na 365 dagen kan worden ondersteund door het geautomatiseerde systeem. 2.3 Start registratie Bij aanvang van de nieuwe registratie en declaratieregels voor Audiologie per 1 januari 2007 zullen er patiënten zijn die al bij het Audiologisch Centrum onder behandeling of controle zijn. Voor reeds bekende patiënten die per 1 januari 2007 een nog geldige jaarkaart hebben is afgesproken dat de jaarkaart voor de volledige periode geldig blijft. Na afloop van die geldigheidsdatum opent u eventueel een AP indien dat van toepassing is. Voor nieuwe patiënten die op of na 1 januari 2007 komen opent u een AP volgens de daarvoor geldende regels. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

7 3 Audiologische producten typeren De inhoudelijke typering voor audiologische producten bestaat uit de volgende componenten: - zorgtype; - diagnose (zorgproblematiek); - behandeling. In de volgende paragrafen wordt een toelichting gegeven op het gebruik van deze componenten. Voor de registratie van een AP dienen de volgende gegevens vastgelegd te worden: - de openingsdatum; - het zorgtype; - de sluitingsdatum (dit kan veelal geautomatiseerd plaatsvinden). De diagnose / zorgproblematiek en behandeling, waarmee het audiologisch product inhoudelijk wordt getypeerd aan de hand van de typeringslijst Audiologische Producten zal uit de overig vastgelegde behandelgegevens worden afgeleid. Indien gewenst kan de diagnose wel zelf worden geregistreerd. Algemene regel is dat een AP na 365 dagen wordt gesloten, tenzij de behandelend arts/ audioloog beoordeeld dat de patiënt niet meer wordt terugverwacht. 3.1 Zorgtype Het zorgtype betreft een standaard onderdeel van de typering en is voor alle specialismen uniform gedefinieerd. Met het zorgtype worden de meer procesmatige aspecten van het audiologisch product vastgelegd. In Bijlage 5 Definities Zorgtypen vindt u de definities van de zorgtypen Zorgtype 11 bij een initiële typering Wanneer er een initieel AP wordt geopend dient het zorgtype te worden geregistreerd. In de meeste gevallen gaat het om het zorgtype 11 reguliere zorg. Om die reden kan de ICT-leverancier door het audiologische centrum worden verzocht in het geautomatiseerde systeem standaard reguliere zorg in te vullen. Hierdoor hoeven alleen de uitzonderingen op dit zorgtype specifiek te worden getypeerd en kan de registratie van audiologische producten worden vereenvoudigd Zorgtype 21 bij een vervolg typering Een initieel AP wordt doorgaans pas na 365 dagen afgesloten (zie paragraaf 2.1). Voor de zorg die wordt gecontinueerd is het volgende zorgtype 21 vervolg van toepassing. Het gaat hierbij om langdurig periodieke controle. Hiervoor geldt de sluitingsregel: afsluiten na 365 dagen. Voor het zorgtype 21 vervolg geldt dat deze op het eerste contact na afronding van het initiële traject geopend wordt. Wanneer het vervolgtraject is afgerond wordt de typering door de audioloog / ST-deskundige 365 dagen na opening afgesloten. Dit kan eventueel door het registratiesysteem ondersteund worden. Wanneer het vervolgtraject langer dan 365 dagen doorloopt dan wordt de betreffende vervolg typering na 365 dagen afgesloten en dient automatisch een nieuwe typering te worden geopend. Zorgtype 21 vervolg kan ook als initiële AP worden gebruikt, maar alleen bij overname van een patiënt onder controle bij een ander audiologisch centrum. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

8 3.1.3 Zorgtype 31 Diagnostisch product Met dit zorgtype kunnen diagnostische producten worden geregistreerd. Audiologische centra worden hiermee in staat gesteld onderzoeken voor derden (arbodiensten, medisch specialisten, ziekenhuizen etc.) vast te leggen. N.B. Het zorgtype 31 Diagnostisch product is uniek voor audiologie en komt bij geen enkel ander specialisme voor. Voor diagnostisch product komt alleen de volgende behandeling in aanmerking: - code 41 buitengewoon product 3.2 Zorgproblematiek / diagnose De tweede kolom in de typeringslijst heeft betrekking op de vraag naar diagnostiek en eventueel revalidatie van (verwachte) problematiek op het gebied van het gehoor, (spraak)taal en overig. Om aan te sluiten bij de systematiek is in de typeringslijst zorgproblematiek aangegeven als diagnose. Ook in deze instructie wordt het begrip diagnose gebruikt. Daar waar het begrip zorgproblematiek meer duidelijkheid geeft wordt dit begrip (ook) gebruikt. De typering is af te leiden uit de vraag waarmee de verwijzer de patiënt naar het Audiologisch Centrum verwijst. Mocht tijdens het zorgtraject of bij het sluiten van het audiologische product blijken dat het om een andere zorgproblematiek / diagnose gaat of het behandeltraject meer uitgebreid is, dan kan de typering alsnog gewijzigd worden. Aanwijzingen: - tinnitus en hyperacusis vallen onder 'gehoor'; - linguïstisch onderzoek valt onder 'taal'; - psychologisch onderzoek en maatschappelijk werk vallen onder gehoor of taal, afhankelijk van de vraagstelling; - vestibulair onderzoek valt onder 'overig'. Voorbeelden Spraak / taal kind Een vermoed spraak / taal kind krijgt diagnose code 12 Taal. Binnen deze code kan gehooronderzoek plaatsvinden ter uitsluiting van een gehoorverlies. Als uitgebreider gehooronderzoek uitgevoerd moet worden vanwege gehoorproblemen, ontstaat een tweede audiologisch product met een andere diagnose (zorgproblematiek). Omgekeerd geldt dit ook. In het geval dat een patiënt komt voor gehoorproblemen en er wordt een spraak-taalprobleem vermoed, dan mag binnen de hoorproblematiek een korte logopedische screening worden uitgevoerd. Is daadwerkelijk sprake van spraaktaalproblemen dan is een tweede AP gerechtvaardigd. In dat geval vinden meer dan alleen screenende activiteiten plaats ten behoeve van het spraak-taalprobleem. Deze AP s kunnen tegelijkertijd open staan. Bijvoorbeeld wanneer voor de eerste keer een kind met wat geleidingsverlies wordt gezien met daarbij typische spraak-taalproblemen. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

9 3.3 Behandeling In de kolom behandeling staat een aantal behandelvormen aangegeven. In onderstaande tabel zijn de verschillende mogelijkheden weergegeven. De volgende definities zijn hierin belangrijk: - Kind: tot 16 jaar (gemeten ten tijde van de opening van het AP); - Volwassene: 16 jaar en ouder (gemeten ten tijde van de opening van het AP). Patiëntcontacttijd: De tijd die medewerkers voor de onderzoeken en zorgactiviteiten in contact zijn met de patiënt. Wanneer twee medewerkers samen één onderzoek uitvoeren telt de duur van het onderzoek dus dubbel. Reistijd: De reistijd van medewerkers (heen en terug) kan meegeteld worden in de berekening van de bestede tijd. Wanneer meerdere patiënten extern onderzocht of gezien worden dient de reistijd door het aantal patiënten te worden gedeeld. Domeinen: Het domein is het vakgebied waarop het uitgevoerde onderzoek betrekking heeft, dus niet het vakgebied waar de onderzoeker feitelijk toe behoort. Dit betekent dat wanneer een logopediste een audiologisch onderzoek uitvoert, dit onderzoek behoort tot het domein audiologie (ook als hij / zij de eigen logopedie- antenne heeft uitstaan telt dat niet als een extra domein). Wanneer een logopediste expliciet de opdracht heeft tot uitvoering van logopedische handelingen is sprake van een (tweede) ander domein. In een audiologisch centrum worden de volgende domeinen onderscheiden: - audiologie; - logopedie / linguïstiek / spraak-taal pathologie; - psychologie; - maatschappelijk werk. Code Behandeling Toelichting 11 Eenvoudig onderzoek kind Het principe van de vier enen : - eenmalig, (geen controle en geen vervolg) en; 12 Eenvoudig onderzoek volwassene - uitgevoerd door 1 domein en; - uitgevoerd op 1 dag en; - met een maximale patiëntcontacttijd van 1 keer 60 min. 21 Basis kind Basis als: - en / of uitgevoerd door maximaal 2 domeinen 22 Basis volwassene - en / of een totale patiëntcontacttijd tussen 60 en 180 minuten 23 Uitgebreid kind Uitgebreid als: - en / of uitgevoerd door maximaal 3 domeinen 24 Uitgebreid volwassene en / of een totale patiëntcontacttijd tussen 3 en 8 uur 25 Zeer uitgebreid kind Zeer uitgebreid als: - en / of uitgevoerd door meer dan 3 domeinen 26 Zeer uitgebreid volwassene - en / of een totale patiëntcontacttijd langer dan 8 uur 41 Buitengewoon product Op zichzelf staand onderzoek uitgevoerd op aanvraag van een andere instelling of specialisme. Voorbeelden: - evenwichtsonderzoek; - electro-fysiologisch onderzoek, anders dan brainstemonderzoek (bijv. Ecoch, meten van event-related potentials); - bij logopedische onderzoek de zeer arbeidsintensieve en specialistische onderzoeken zoals STAP-analyse, FAN-analyse); - dyslexieonderzoek in het kader van een spraak en taalproblematiek; - uitgebreid centraal auditief functieonderzoek. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

10 4. Zorgtype 51 Traject interne ondersteuning N.B. Het traject interne ondersteuning (zorgtype 51) wordt per 1 april 2008 officieel ingevoerd, maar heeft in de DBC tabellen de startdatum 1 januari Uw softwareleverancier heeft hiermee de mogelijkheid dit traject al per 1 januari 2008 operationeel te maken. Na overleg met de NVZ en de NFU is besloten zorgtype 51 per 1 april 2008 alléén voor IC zorgtrajecten in te voeren. Omdat het traject interne ondersteuning in de toekomst wellicht ook andere toepassingen zal krijgen is zorgtype 51 bij alle specialismen op de typeringslijst toegevoegd. Onderstaande (tot nu toe enige) toepassing met betrekking tot IC zorgtrajecten is voor audiologie waarschijnlijk niet van toepassing, maar wordt volledigheidshalve wel gepresenteerd in deze instructie. In 2006 zijn er voor de Intensive care (IC) aparte zorgactiviteiten in de DBC Zorgactiviteiten Tabel (ZA) opgenomen. Deze zorgactiviteiten worden per categorie IC geregistreerd en gedeclareerd (zie instructies Intensive care v ). De genoemde zorgactiviteiten worden los, zonder onderlinge samenhang en zonder samenhang met een DBC geregistreerd en gedeclareerd. Bovendien kunnen de ondersteunende zorgactiviteiten die ten behoeve van de patiënt op de IC worden uitgevoerd niet worden gekoppeld. Per 1 april 2008 is het mogelijk een traject met zorgtype 51 te openen, waaraan de verschillende IC-zorgactiviteiten en overige zorgactiviteiten die ten behoeve van de patiënt op de IC zijn uitgevoerd gekoppeld moeten worden. Koppelgegevens Bij elk traject zorgtype 51 voor de IC zal aangegeven moeten worden bij welke DBC het traject hoort. Daartoe is het noodzakelijk een verwijzing te maken naar het zorgtrajectnummer van het verwijzende specialisme. De registratie van dit zorgtraject kent een default typering met nullen en kan volledig door het automatiseringssysteem worden afgehandeld. Het traject met zorgtype 51 wordt niet zelfstandig declarabel. De IC zorgactiviteiten (zie Intensive Care instructies) blijven onverminderd de declarabele prestatie. Hieronder wordt een aantal registratieregels voor IC-trajecten weergegeven: Openen van het IC traject Het IC-traject met zorgtype 51 wordt geopend bij de opname van de patiënt op de IC. Dit kan op twee manieren: 1. met een directe verwijzing van buiten het ziekenhuis (externe verwijzing) óf 2. op basis van doorverwijzing door een poortspecialisme (interne verwijzing). Het IC-zorgtraject kan op geautomatiseerde wijze worden aangemaakt bij opname op de IC. Bij interne verwijzing dient het IC-zorgtraject gerelateerd te worden aan het zorgtraject van de DBC van het intern verwijzende specialisme conform de eerder beschreven procedure. Voor patiënten die direct naar de IC verwezen worden, worden de externe verwijsgegevens vastgelegd. Sluiten van het IC traject Het vertrek van de patiënt van de IC is de bepalend voor het beëindigen van het ICtraject. Het sluiten kan dan ook op basis daarvan worden geautomatiseerd. Meerdere IC-opnames bij een opname Indien de patiënt meerdere malen tijdens een opname op de IC wordt opgenomen, worden even zoveel IC-zorgtrajecten aangemaakt. Er kan echter nooit sprake zijn van parallelle IC-zorgtrajecten. Als de patiënt op de dag van ontslag van de IC weer op de IC wordt opgenomen, wordt er geen nieuw IC-zorgtraject geopend, het vorige dient te worden heropend. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

11 Bijlage 1 Typeringslijst Audiologie DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

12 Bijlage 2 Stroomschema openen, typeren en sluiten van een AP In onderstaande afbeelding worden de regels inzake het openen, sluiten en typeren van audiologische producten zoals beschreven in hoofdstuk 2 en 3 nog eens schematisch weergegeven. Patiëntencontact Openen AP Typeren AP Sluiten AP Nieuwe patient? Nee Nieuwe AP openen / Nieuwe klacht? datum 1 e contact vastleggen Nee >365 dagen open? Welk zorgtype? Reguliere zorg Vervolg Diagnostisch product Zorgtype bepalen Diagnose bepalen Behandeli ng bepalen Diagn. product? AP sluiten einde Nee Behandeling en controle voltooid? Sluiten na 365 dagen. Eerder afsluiten is evt. mogelijk mits patiënt niet meer wordt terugverwacht. Nee Zie 1 e blok Openen AP Nee Bij open AP registreren DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

13 Bijlage 3 Openen van een AP Omschrijving situatie Openen? Opmerkingen 1. De patiënt komt op verwijzing van een huisarts op het audiologisch centrum en er start een zorgtraject door een audioloog en/of STdeskundige; er is nog geen AP voor deze zorgvraag geopend en de patiënt is de afgelopen 365 dagen niet voor deze klacht in het audiologisch centrum gezien. Indien de patiënt is uitbehandeld maar binnen 365 dagen na opening van de AP voor dezelfde klacht in het audiologisch centrum terugkomt geldt dat de oorspronkelijke AP nog open staat. In dat geval wordt er dus geen nieuw AP geopend. 2. De behandeling van dezelfde zorgvraag wordt voortgezet door een andere audioloog/stdeskundige binnen hetzelfde audiologisch centrum. 3. De patiënt wordt verwezen uit een andere instelling en er start een zorgtraject door een audioloog/stdeskundige. 4. De patiënt heeft een nieuwe zorgvraag die geen verband houdt met de oorspronkelijke zorgvraag en meer dan alleen screenende activiteiten met zich meebrengt. 5. De oorspronkelijke zorgvraag van de patiënt loopt door in de vorm van een langdurig periodieke controle. Nee Per zorgproblematiek kan maar een AP geopend zijn. Met andere woorden: er mag maar een AP met dezelfde diagnose openstaan. Afhankelijk van het soort verwijzing betreft dit het zorgtype: - reguliere zorg - vervolg (bij overname van patiënt met dergelijk controletraject) Ook indien er nog een AP openstaat in het kader van een andere zorgvraag, wordt een AP geopend. De oorspronkelijke AP wordt afgesloten (doorgaans na 365 dagen). De vervolg AP krijgt het zorgtype vervolg. De AP wordt geopend op de datum van het eerste contact na afsluiting van de initiële AP. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

14 Bijlage 4 Sluiten van een AP Omschrijving situatie Sluiten? Opmerkingen 1. De zorgvraag van de patiënt is afgehandeld., eerder dan 365 mag mits de behandeld arts/ audioloog er vanuit gaat dat patiënt niet meer terug zal keren. De patiënt hoeft niet meer terug te komen, de huisarts wordt geïnformeerd (dit mag direct na het beëindigen van de behandeling gebeuren). 3. Bij een patiënt is de initiële diagnose- en behandelfase in het kader van een bepaalde zorgvraag afgerond. Nee, tenzij 365 dagen verlopen zijn. De AP wordt niet direct na de afronding ervan afgesloten, tenzij het initiële AP 365 dagen heeft open gestaan. In geval de patiënt een (langdurig) controletraject ingaat bij de audioloog/stdeskundige wordt dit geregistreerd bij het initiële traject. Indien de AP 365 dagen open staat en het behandel/controletraject is nog niet afgerond, dan wordt een vervolg AP geopend. 4. De vervolg diagnose en behandelfase, welke een voortgezette behandeling of langdurig periodieke controle betreft, staat 365 dagen open maar is nog niet afgerond 5. De patiënt wordt verwezen naar een andere instelling en de behandeling door het verwijzend audiologisch centrum wordt beëindigd. 6. De patiënt wordt verwezen naar een andere instelling en de behandeling door het verwijzend audiologisch centrum wordt voortgezet. Nee Een AP kan nooit langer dan 365 dagen openstaan. In dat geval wordt na de initiële DBC een nieuwe AP geopend die wordt getypeerd met vervolg. Deze AP wordt geopend op de datum van het eerste contact na afsluiting van het initiële AP (dat in dat geval dus altijd 365 dagen heeft geduurd). DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v

15 Bijlage 5 Definities Zorgtypen Reguliere zorg Het betreft een patiënt met een nieuwe zorgvraag die wordt gezien op basis van: - zelfverwijzing; - verwijzing door huisarts; - verwijzing door een collega uit een andere zorginstelling Opmerking: de bovenstaande uitsplitsing betreft geen afzonderlijke zorgtypen, alle vallen ze onder het zorgtype reguliere zorg. Vervolg Diagnostisch product Langdurig periodieke controle. Een meerjarig zorgtraject waarbij patiënt tenminste eenmaal per jaar ter controle wordt gezien nadat de initiële behandelingsfase is afgerond. Deze AP wordt geopend op de datum van het eerst contact na afsluiting van de initiële AP met dezelfde problematiek. Dit zorgtype biedt het Audiologisch Centrum de mogelijkheid om een diagnostisch product vast te leggen. DBC-Onderhoud Instructies Audiologie v