Meerjarenplan Energiebesparing voor de industriële Natwasserijen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Meerjarenplan Energiebesparing voor de industriële Natwasserijen"

Transcriptie

1 Meerjarenplan Energiebesparing voor de industriële Natwasserijen Technologisch Kenniscentrum Textielverzorging Postbus GA Ophemert Opgesteld door: TKT, dr. ir. Stefan van der Burgh In opdracht van FTN 1

2 1. Inleiding Achtergronden Huidige situatie Omgeving en actoren Ontwikkelingen en kansen relevant voor energiebesparing Omvang van energieverbruik Potentieel kansrijke opties op basis van aggregatie van EEP s en inventarisatie studies Proces Efficiency Duurzame Energie Keten Efficiency Beoogde activiteiten en resultaten Geplande acties m.b.t. zekere maatregelen Energiezorg Benchmarking/Energieprijs Geplande acties m.b.t. invulling voorwaardelijke en onzekere opties Ketenonderzoek Geplande overige acties Specifieke Voorwaarden Taakverdeling Tijdschema projecten Cycle Energiebalans Energiezuinig Produceren Procesverbetering Natwas Thuis I Thuis II - OPL Refunctionaliseren Anti Bac Monitoring Wijze van vaststellen procesefficiency Wijze van vaststellen duurzame energie index Wijze van vaststellen ketenefficiency Berekening Totale energie efficiency EEI procedure Samenvatting doelstellingen (periode ) Doelen Procesefficiency Doelen Duurzame Energie Doelen Ketenefficiency Totale besparingsambitie Uitkijk naar

3 1. Inleiding Het Meerjarenplan Energiebesparing (MJP) vloeit voort uit artikel 7 lid 1 van de Meerjarenafspraak Energie-Efficiency (MJA2) dat het bestuur Milieu & Techniek (vroeger RVT) met het ministerie van Economische Zaken op 6 december 2001 heeft ondertekend. Het bestuur Milieu & Techniek (toen nog RVT) is op onderdeel geworden van de Federatie Textielverzorging Nederland. In de periode is door de deelnemende bedrijven een verbetering van de Energie Efficiency index gerealiseerd van 24,4% t.o.v De branche ligt met een jaargemiddelde van 2,44% dus ruim boven de doelstelling van 2% per jaar en is daarmee goed op weg om de beoogde MJA3 doelstellingen te halen. Speciale vermelding verdient dat in het jaar 2008 een besparing van 3,5% gerealiseerd is, ondanks dat de tweede helft van dit jaar reeds in het teken stond van de kredietcrisis. Uit de monitoring is gebleken dat deze besparingen bijna volledig gerealiseerd zijn door verbetering van procesefficiency, good-housekeeping en energiezorg. In het MJV was de volgende tabel gepresenteerd: Tabel 1 Besparingsambitie uit MJV Som EBP s bedrijven (%) Zekere maatregelen 5,62% (waarvan 1,0% energiezorg) Extra ambitie branche procesefficiency (%) Extra ambitie branche verbredingsthema s (%) Totaal (%) Onzekere maatregelen 5,62* 0,5 0,65 6,77 Voorwaardelijke 3,03 3,03 maatregelen Totaal ambitie 8,65 0,5 0,65 10,15 Totaal besparingspotentieel 14,27 0,5 0,65 15,42 *Mede gebaseerd op brancheprojecten De totale besparingsambitie gebaseerd op zekere en voorwaardelijke maatregelen bedroeg 8,65%. Aangevuld met brancheprojecten en onzekere maatregelen is een totaal besparingspotentieel van 15,42% vastgesteld. Het huidige Meerjarenplan bevat de kwantitatieve doelstelling voor energieefficiencyverbetering voor de aan MJA3 deelnemende ondernemingen die bij de brancheorganisatie FTN (Milieu & Techniek) zijn aangesloten voor de periode Het Meerjarenplan bevat de kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen voor de verbetering van de procesefficiency, duurzame energie en ketenefficiency. Het Meerjarenplan geeft een overzicht van de wijze waarop de brancheorganisatie invulling beoogt te geven aan haar verplichtingen zoals bedoeld in artikel 11 van de MJA3. De belangrijkste thema s en activiteiten voor de branche zijn het verder verhogen van de procesefficiency en ketenefficiency. Ook zal onderzocht worden wat de mogelijkheden zijn met betrekking tot de inzet van duurzame energie. 5,62 3

4 De aanpak van energiebesparing ligt in de eerste plaats bij de ondernemingen zelf. De brancheorganisatie heeft een voorlichtende, aanmoedigende taak. Voor de meer strategische projecten en de ketenefficiency heeft de brancheorganisatie een aanjagende taak waarbij het bundelen van kennis, het delen van ervaringen en het bevorderen van overleg binnen de keten de prioriteit hebben. Het Technologisch Kenniscentrum Textielverzorging (TKT) levert een belangrijke bijdrage in de kennisuitwisseling. TKT is een initiatief van FTN samen met de Nederlandse vereniging van Textielreinigers (NETEX) om technologische kennis te vergaren, op maat aan de branche ter beschikking te stellen en om toepassing ervan te beoordelen. Ook speelt de branchevereniging Vematex een belangrijke rol. Vematex is een brancheorganisatie van toeleveranciers van producten en diensten binnen de textielverzorgingsbranche. De procesbegeleiding en uitvoering binnen dit MJP is door het bestuur van FTN Milieu & Techniek neergelegd bij de Commissie Milieu & Energie, die ook de jaarlijkse monitoring en uitvoering van onderzoeken begeleidt. Het bestuur van FTN Milieu & Techniek stelt dit plan vast, ziet toe op uitwerking van de deelvoorstellen en zal de opvolging bewaken. Het bestuur stelt eveneens het voorlichtingsbeleid vast en geeft de formele opdracht tot het doen van onderzoek. Ondersteuning en facilitering door de Rijksoverheid en Agentschap NL is voorwaarde. Het gaat hierbij in de eerste plaats om een ondersteuning bij de nadere uitwerking en concretisering van de ketenefficiency en om strategische projecten op het gebied van procesefficiency. Maar ook daarnaast zal een blijvende ondersteuning vanuit de overheid noodzakelijk zijn voor het bereiken van de doelstellingen. Verder heeft Agentschap NL een makelende en schakelende rol naar overleg met derden. 4

5 2. Achtergronden 2.1 Huidige situatie De branche heeft deelgenomen aan MJA1 en MJA2. In 2008 is het convenant opengebroken en is een nieuwe MJA3-afspraak gemaakt. De branche neemt deel aan MJA3. Over de periode is er een besparing gerealiseerd van 24,4%. Er kan dus gesteld worden dat de branche een zeer goede trackrecord heeft wat betreft energiebesparing en het realiseren van MJA-doelstellingen. Dit ondanks het feit dat de industriële natwasserijen een sector is die een lage rentabiliteit kent. De branche neemt deel aan MJA3, dat als doelstelling heeft om in de periode een energie-efficiencyverbetering te realiseren van 30%. Met genoemde besparing is de branche hier dus reeds zeer goed op weg. De besparingsambitie voor de periode zoals beschreven in het MJP was 15,42%. De resultaten van de afgelopen jaren zijn tot stand gekomen door een combinatie van zogenaamd laaghangend fruit; vooral good housekeeping, verbeteringen die autonoom tot stand zijn gekomen, inspanningen van toeleveranciers en door spinoffs van resultaten van eerder uitgevoerde projecten. Voor grotere besparingen op de lange termijn zijn naast procesefficiency fundamenteel nieuwe ontwikkelingen nodig op het gebied van materiaaltechnologie, maar ook businessprocessen en logistieke dienstverlening. Dit zal ertoe leiden dat de textielservice bedrijven meer gaan acteren op processen bij hoofd- en eindgebruikers. Onze verwachting is dat op de lange termijn de besparingen vooral het karakter van ketenefficiency zullen hebben. Om deze veranderingen mogelijk te maken zijn nieuwe projecten nodig. Voor de periode is een besparingsambitie van 11,4 % vastgesteld, zie tabel 6 op pagina 13 voor de zekere en voorwaardelijke maatregelen. De extra ambitie van de branche om onzekere maatregelen te realiseren levert een bijdrage van 0,52% waardoor het totale besparingspotentieel op 12% komt. Gezien de economische crisis die veel klanten van de industriële natwasserijen raakt, zoals in het horeca segment, bedrijfskleding van autofabrikanten, de metaalverwerkende industrie, de grafische industrie, de bouw, etc., is gekozen voor een gematigder prognose dan die van het vorige MJP. De ambitie is gebaseerd op reële programma s en maatregelen die een solide onderbouwing geven aan de ambitie. 2.2 Omgeving en actoren De sector natwasserij wordt ook wel aangeduid als textielverzorgers. Het wassen van textiel kan samen gaan met inkoop en verhuur/leasen van textiel. De sector levert vooral aan de zorgsector, industriële en dienstverlenende bedrijven, horeca. Dynamiek in de marktsectoren zoals kostenefficiency in de zorg, behoefte aan diverse functionele eigenschappen van de textielmaterialen bij industriële afnemers 5

6 zal een steeds grotere weerslag krijgen op de rol van de textielverzorgingsbedrijven en de processen bij de textielverzoringsbedrijven. Belangrijke toeleveranciers zijn leveranciers van textiel, detergenten, machines en systemen. 2.3 Ontwikkelingen en kansen relevant voor energiebesparing Alhoewel er in het verleden zeer goede resultaten behaald zijn, zijn er zeker mogelijkheden voor verdere verbetering van de energie-efficiency. Zowel voor procesefficiency en ketenefficiency heeft FTN een breed scala aan activiteiten geïnitieerd, die op de middellange en lange termijn aan energie-efficiency bij zullen dragen. Voor verbetering van de procesefficiency zullen in 2010 de projecten Cycle, Balans en Procesverbetering Natwas gestart worden. Voor verbetering van de ketenefficiency zullen in 2010 de projecten Thuis I, Thuis II OPL en Refunctionaliseren gestart. Deze projecten zullen op de (middel)lange termijn hun weerslag hebben. In hoofdstuk 5 worden deze projecten nader toegelicht. Voor resultaten op korte termijn is eind 2008 de maatregelenlijst uitgebreid en geactualiseerd. Ook zullen de mogelijkheden voor het inzetten van duurzame energie binnen de branche onderzocht worden. Verder kan gesteld worden dat als gevolg van de jarenlange aandacht voor en inspanningen met betrekking tot energiebesparing er een goede infrastructuur tot stand is gekomen binnen de branche middels nieuwsbrieven, voorlichting, overleg en kennisuitwisseling, hetgeen een belangrijke randvoorwaarde is om over de volle breedte van de branche tot resultaten te komen. De investeringsruimte wordt mede bepaald door de rendementen en de vermogensposities van ondernemingen. Deze staan beide onder druk door de huidige recessie. Een secundair effect van de recessie, welke gevolgen kan hebben voor de energieefficiency, is een afname van de hoeveelheid wasgoed die het textielverzorgingsbedrijf te verwerken krijgt als gevolg van een afnemende omzet bij de klanten, zoals teruglopend restaurant- of hotelbezoek. Indien dit ten koste gaat van de optimale belading van de machines kan dit gevolgen hebben voor de energieefficiency. 6

7 3. Omvang van energieverbruik De FTN is voor de branche industriële natwasserijen een MJA2 aangegaan voor de periode dat in 2008 werd opengebroken en overging in MJA3. De branche vertegenwoordigt een energiegebruik van meer dan 1 PJ/jaar. In totaal hebben 55* bedrijven zich aangesloten bij het MJA en een Energie Efficiency Plan (EEP) voor de periode ingeleverd bij Agentschap NL. Deze bedrijven vertegenwoordigen in 2008 een energiegebruik van 1,5 PJ/Jaar. Dit energiegebruik is ongeveer 85% van het energiegebruik in de branche. *3 bedrijven hebben uitstel gekregen. De EEP s van deze bedrijven worden in het tweede kwartaal van 2010 verwacht. 7

8 4. Potentieel kansrijke opties op basis van aggregatie van EEP s en inventarisatie studies 4.1 Proces Efficiency De bedrijven stellen in de EEP s gezamenlijk een groot aantal maatregelen voor op het gebied van procesefficiency, good housekeeping en energiezorg. Hierop ligt dan ook de nadruk in de EEP s. De FTN zal haar activiteiten met name toespitsen op de ondersteuning van ondernemingen in deze inspanningen middels het meten van resultaten, bevorderen van best-practices, delen van ervaringen en aanreiken van kennis om de procesefficiency te verbeteren. Dit heeft geleid tot actualisatie en uitbreiding van de maatregelenlijst eind Ook profiteren we nu van afgeronde projecten uit het (recente) verleden. Het scala aan projectactiviteiten dat door FTN samen met TKT geïnitieerd wordt in 2010, zal door na-ijl effecten niet eerder dan aan het eind van de periode tot daadwerkelijke energiebesparing leiden en de voedingsbodem leggen voor verdere besparingen na Projecten waarvan de resultaten uitwijzen dat er met toepassing van de technologische innovaties in de praktijk energiebesparing mogelijk is hebben altijd een zekere implementatietijd nodig. Om deze implementatietijd zo kort mogelijk te maken en om bij de deelnemende bedrijven de juiste adviezen te geven, afhankelijk van hun machinepark, wasproces, klantenbestand en kwaliteitseisen, wordt het project Energiezuinig Produceren (EZP) opgestart. Dit project heeft als doel voor alle deelnemende MJA-bedrijven een energiebesparingsadvies op maat op te stellen, gecombineerd met een bedrijfsbezoek. 4.2 Duurzame Energie Duurzame energie kan worden onderscheiden in: Inkoop duurzame energie (groene stroom) Inkoop duurzame energie wordt door een aantal bedrijven reeds toegepast, zoals ook blijkt uit de EEP s. Er zal door de FTN verder onderzocht worden of bredere doorvoering binnen de branche mogelijk is en welke consequenties dit heeft. Aangezien het totale elektriciteitsverbruik van de deelnemende bedrijven 381 TJ, oftewel 42,3 giga watt uur bedraagt, is hier nog veel besparingspotentieel. FTN koopt via de gezamenlijke energie-inkoop voor ruim 70% van de MJA-deelnemers binnen de branche energie in. Hierdoor zijn er met betrekking tot duurzame energie goede mogelijkheden voor de branche om zich breed te oriënteren op duurzame energie. FTN zal vanuit de commissie Milieu & Energie en het bestuur Milieu & Techniek een haalbaarheidsonderzoek uitvoeren om te bepalen of een bredere inzet van duurzame energie haalbaar is. De resultaten zullen aan het bestuur van FTN voorgelegd worden. 8

9 Opwekking van duurzame energie binnen de onderneming Geen van de MJA-deelnemers wekt duurzame energie op binnen de onderneming. De FTN zal onder haar leden inventariseren of behoefte bestaat dit nader te onderzoeken 4.3 Keten Efficiency Voor het kernthema ketenefficiency vinden er activiteiten plaats vanuit FTN die hun uitwerking zullen hebben op middellange en lange termijn. Voor resultaten op de middellange termijn zijn de projecten Thuis I en Thuis II OPL in het leven geroepen. Deze worden in paragraaf 5.2 besproken. Een project ter verbetering van de ketenefficiency dat begin 2010 is afgerond, is Lifetime. Dit project heeft de relatie tussen levensduur, investeringskosten en wasproces van een aantal textiele materialen onderzocht. In paragraaf 5.2 worden de resultaten hiervan kort besproken. Voor de lange termijn is het project refunctionaliseren opgestart. Dit project richt zich op (het herstel van) de functionele eigenschappen van textiel als belangrijke toevoeging aan de huidige functie van de industriële natwasserij. De huidige behandelingen die het textiel in de natwasserij ondergaat om het weer geschikt te maken voor gebruik zijn: Vuil- en vlekverwijdering Desinfectie Vormherstel en kreukverwijdering Indien het textiel in kwestie bedrijfskleding betreft, is reparatie/onderhoud van het textiel ook een belangrijke handeling van de natwasserij. Voor vele textieltoepassingen zijn functionele eigenschappen zeer wezenlijk. Hierbij valt te denken aan brandwerendheid, vuil- en waterafstotend, antimicrobieel, etc. In de huidige stand der techniek worden deze eigenschappen door de textielfabrikant aangebracht. Gedurende het gebruik en reiniging zullen deze eigenschappen langzaam verdwijnen. Indien de functionaliteit onder een bepaald niveau komt, zal het textiel afgekeurd worden voor hergebruik, vaak (lang) voordat de textiele eigenschappen van het materiaal versleten zijn. Het gevolg hiervan is dat functionele eigenschappen voor bijvoorbeeld slechts 50 wasbeurten gegarandeerd worden en dat het textiel daarna uit de roulatie wordt genomen. Het doel van het project refunctionaliseren is om tijdens het wasproces vast te stellen wat het niveau van de functionaliteit is en indien gewenst in het wasproces deze functionaliteit aan te vullen naar het gewenste niveau, zodat het materiaal pas afgedankt hoeft te worden als de textiele eigenschappen volledig opgebruikt zijn. Hiermee kunnen kosten en milieubelasting in de textiele keten aanzienlijk verlaagd worden. Er is tevens de laatste jaren een sterke groei te zien van nieuwe functionaliteiten. Te verwachten is, dat deze trend door zal zetten, ondersteund door ontwikkelingen op technologisch gebied in de textielindustrie. Dit maakt het besparingspotentieel in de textielketen dat met het project Refunctionaliseren bereikt kan worden zeer groot. Dit project maakt gebruik van het internationale netwerk dat TKT en FTN hebben opgebouwd. Het project zal middels een intensieve samenwerking met TKT en 9

10 stichting EFSM (Engineering of Fibrous and Smart Materials) en Universiteit Twente uitgevoerd worden. Er valt te verwachten dat in de wat verdere toekomst, ketenefficiency bepalend zal worden voor de overall energie-efficiency van industriële natwasserijen. In hoofdstuk 11 vindt u een uitkijk naar 2030 waar mogelijke invulling hiervan nader wordt toegelicht. 10

11 5. Beoogde activiteiten en resultaten In dit hoofdstuk worden de geplande activiteiten en de mogelijke resultaten besproken. Veelal zijn de besparingen moeilijk per actie in te schatten, aangezien iedere actie en daarmee ook iedere besparing onderdeel is van een groter geheel. Zelfs na implementatie zal het erg lastig zijn om te beoordelen wat de besparing per actie is geweest. De besparing moet men zien in het geheel van acties en zijn derhalve geen optelsom van de afzonderlijke besparingen. Beoogde resultaten: Tabel 2 - Samenvatting doelstellingen op basis van aggregatie van EEP s (TJ) Zeker(TJ) Voorwaardelijk (TJ) Onzeker (TJ) Totaal (TJ) PE 86,59 (TJ) 27,54 (TJ) 6,47 (TJ) 120,60 (TJ) KE 8,08 (TJ) 0,10 (TJ) 0,00 (TJ) 8,18 (TJ) DE 41,31 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) 41,31 (TJ) Totaal 170,09 (TJ) Gerekend volgens de nieuwe monitoringssystematiek, waarbij de onzekere maatregelen niet meetellen voor de besparingsambitie, levert dat de volgende tabel op: Tabel 3 - Besparingspercentage op basis van tabel 2 Categorie Besparing (TJ) MJA prestatie (%) PE 114,13 (TJ) 7,62 (%) KE productie 5,46 (TJ) 0,36 (%) KE product 2,72 (TJ) 0,16 (%) DE 41,31 (TJ) 2,76 (%) MJA prestatie 10,92 (%) PE betreft ProcesEfficiency terwijl DE staat voor Duurzame Energie. De afkorting KE betekent KetenEfficiency. KE productie heeft betrekking op de productiefase van het product en KE product slaat op de gebruiksfase er van. De gerealiseerde besparing vindt buiten de inrichting maar wel in de keten plaats. Zie ook de toelichtingen in de tabellen op de volgende pagina. In onderstaande tabel worden de besparingscategorieën weergegeven waarmee de doelstellingen tot stand zijn gekomen (1000 GJ = 1 TJ): 11

12 Tabel 4 Onderverdeling besparingensambities naar categorie Totale besparing door alle maatregelen GJ PE Energiebesparingsprojecten in het proces Energiebesparingsprojecten in utilities en gebouwen Energiezorg en good houskeeping maatregelen 8.78 Strategische projecten 1.57 subtotaal PE DE Ingekochte duurzame energie subtotaalde KE Materiaalbesparing 5.37 Optimalisatie van distributie 93 Optimalisatie van levensduur 2.62 Vermindering van energiegebruik tijdens productgebruik 99 subtotaal KE 8.18 Totaal De in tabel 4 genoemde onder KE genoemde maatregelen vallen als volgt onder productie- of productketen: Subcategorieën ketenprojecten Materiaalbesparing Samenwerking op locatie Optimalisatie distributie Vermindering energiegebruik tijdens productgebruik Optimalisatie functievervulling Optimalisatie levensduur Optimalisatie productafdanking en herverwerking Productieketen of Productketen Productieketen Productieketen Productieketen Productketen Productketen Productketen Productieketen De branche heeft diverse activiteiten geïnitieerd voor de korte en middellange termijn, waarvan een bijdrage verwacht wordt aan de energie-efficiency. Dit levert de volgende totale besparingsambitie op: Tabel 5 - Totale besparingsambitie (TJ) Zeker(TJ) Voorwaardelijk (TJ) Onzeker (TJ) Extra branche ambitie (TJ) PE 86,59 (TJ) 27,54 (TJ) 6,47 (TJ) 15,01 (TJ) KE 8,08 (TJ) 0,10 (TJ) 0,00 (TJ) 7,51 (TJ) DE 41,31 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) Totaal Totaal (TJ) 135,61 (TJ) 15,69 (TJ) 41,31 (TJ) 192,61 (TJ) Gerekend volgens de nieuwe monitoringssystematiek, levert dat de volgende tabel op voor de periode : Tabel 6 Besparing naar nieuwe monitoringssystematiek (excl. Onzekere maatregelen) 12

13 Categorie Besparing (TJ) MJA prestatie (%) PE 117,89 (TJ) 7,87 (%) KE 11,94 (TJ) 0,80 (%) DE 41,31 (TJ) 2,76 (%) MJA prestatie 11,42 (%) Het totale besparingspotentieel uit ambitie en aggregatie van de zekere en voorwaardelijke maatregelen uit de EEP s betreft 171,14 TJ. Dit stemt overeen met een procentueel besparingspotentieel van 11,4%. Hieronder worden de categorieën procesefficiency, duurzame energie en ketenefficiency toegelicht. Inclusief onzekere maatregelen bedraagt het besparingspotentieel 12%. In de volgende paragrafen worden de activiteiten toegelicht die tot de extra besparing moeten leiden. 5.1 Geplande acties m.b.t. zekere maatregelen Energiezorg In de periode zijn er vooral voor de wat kleinere bedrijven maatwerkoplossingen ontwikkeld door gerichte ondersteuning vanuit FTN. De komende jaren verwachten wij niet dat energiezorg een punt van bijzondere aandacht zal zijn als het systeem blijft zoals het nu is. Ontwikkelingen hieromtrent zullen uiteraard op de voet gevolgd worden. Termijn uitvoering: Termijn resultaten: Knelpunten en vraagpunten: Kritische actoren: Randvoorwaarden: Ondersteuning: Beleidsinstrumenten: Kort Continue Toepassing branchegericht systeem voor alle bedrijven Branche, certificerende instituten, Agentschap NL Facilitering door Agenstchap NL Financiële ondersteuning Energiezorg Benchmarking/Energieprijs De FTN voorziet in een jaarlijkse benchmarking. Het doel is hiermee voor elke onderneming in kaart te brengen op welk niveau de resultaten zijn, afgezet naar de gehele branche als naar soortgelijke ondernemingen binnen de MJA-deelnemers die bij FTN zijn aangesloten. Daarmee is de benchmarking bedoeld als input voor beleidsvorming binnen de bedrijven. Ook worden met de benchmarking best practices zichtbaar gemaakt, hetgeen van belang is voor voorlichting en educatieactiviteiten. De benchmarking is gebaseerd op de jaarlijkse verplichte externe monitoring uitgevoerd door Agentschap NL. De benchmarking wordt tevens gebruikt voor voortzetting van de jaarlijkse FTNenergieprijs. Deze prijs wordt uitgereikt aan het bedrijf met kwalitatief en kwantitatief de meest aansprekende resultaten. De uitreiking vindt jaarlijks plaats op het FTN- 13

14 branchesymposium en is bedoeld als extra stimulans voor bedrijven in de branche om hun energie-efficiency te verbeteren. Termijn uitvoering: Termijn resultaten: Knelpunten en vraagpunten: Kritische actoren: Randvoorwaarden: Ondersteuning: Beleidsinstrumenten: Kort Continue Vergelijkbaarheid en toegankelijkheid ondernemingen Facilitering door Agenstchap NL, modelontwikkeling Financiële ondersteuning Benchmarking 5.2 Geplande acties m.b.t. invulling voorwaardelijke en onzekere opties Strategische projecten nieuw Er is een aantal strategische onderzoeksprojecten gepland. Namelijk de projecten Balans, Procesverbetering Natwas en Cycle. Het project Balans heeft als doel de energiehuishouding in kaart te brengen bij een aantal voor de branche representatieve bedrijven wat betreft kledingpakket, machinepark en wasprocessen. In dit project zullen vooral de samenhang en wisselwerking tussen de diverse energiegebruikende deelprocessen extra aandacht krijgen. Door het inzichtelijk maken van samenhang tussen deelprocessen wordt de samenhang tussen maatregelen die betrekking hebben op deelprocessen inzichtelijk gemaakt. Hiermee wordt in kaart gebracht of er voor het invoeren van strategische projecten op deelprocesniveau elders in het productieproces belemmeringen bestaan, danwel mogelijkheden voor toegevoegde waarde. Balans Termijn uitvoering: Termijn resultaten: Knelpunten en vraagpunten: Kritische actoren: Randvoorwaarden: Ondersteuning: Beleidsinstrumenten: Kort, middellang Lange termijn Relevantie voor gehele branche, grote diversiteit in bedrijven Branche, TKT, TNO Facilitering door Agenstchap NL Financiële ondersteuning Onderzoek Dit project heeft een grote strategische waarde, omdat het voor de lange termijn kansen, aandachtspunten en knelpunten van procesefficiency in kaart brengt. Het project Procesverbetering Natwas heeft als doel te onderzoeken of bedrijven binnen het kader van Certex (certificering) de mogelijkheid hebben het wasproces energiezuiniger in te richten met behoud van de vereiste hygiëne prestatie en zonder aan klanttevredenheid te verliezen. Deze hygiëne-eisen worden voor ziekenhuistextiel opgelegd door de WIP (werkgroep infectie preventie) en vallen daarmee buiten de invloedssfeer van de branche. Om aan deze hygiëne-eisen te voldoen, dient het wasproces zo ingericht te worden dat chemicaliën(detergenten), warmte en tijd in de juiste combinatie toegepast worden. Voor certificering worden 14

15 deze parameters nu vrij dwingend voorgeschreven, met name de temperatuur, waarbij monitoring van de detergenten zo goed als achterwege kan blijven. Doel is om te onderzoeken of bij deze parameters meer ruimte mogelijk is met betere monitoring, zonder aan hygiëneprestaties in te boeten. Indien dit mogelijk blijkt, zal dit mogelijk een aanzienlijk besparingspotentieel opleveren in water- en energiegebruik. Procesverbetering Natwas Termijn uitvoering: Termijn resultaten: Knelpunten en vraagpunten: Kritische actoren: Randvoorwaarden: Ondersteuning: Beleidsinstrumenten: Kort Lange termijn Technische mogelijkheden monitoring van proces Branche, TKT, afnemende sectoren Facilitering door Agenstchap NL Financiële ondersteuning Onderzoek Het project Cycle heeft als doel te onderzoeken of de warmwaterkringloop gesloten kan worden in de industriële natwasserijen. Indien dit mogelijk blijkt, zal dit mogelijk een aanzienlijk besparingspotentieel opleveren in energie- en waterverbruik. Cycle Termijn uitvoering: Termijn resultaten: Knelpunten en vraagpunten: Kritische actoren: Randvoorwaarden: Ondersteuning: Beleidsinstrumenten: Middellang Lange termijn Beschikbaarheid van technologie Branche, TKT, KWR Facilitering door Provincie Noord Brabant Financiële ondersteuning Onderzoek 5.3 Ketenonderzoek Ketenprojecten nieuw Er worden 3 nieuwe ketenprojecten gestart in 2010, te weten Thuiswas I, Thuiswas II OPL en Refunctionaliseren. Het doel van Thuis I is het in kaart brengen van de verschillen in energie- en waterverbruik tussen thuiswassen en industrieel wassen. Aanleiding hiervoor is de vaststelling dat veel personeel van bijvoorbeeld ziekenhuizen hun bedrijfskleding thuis wast ondanks dat het wassen van de bedrijfskleding onderdeel is van de afspraken tussen industriële natwasserij en het bedrijf. Thuiswassen is aanzienlijk minder efficiënt in het gebruik van water en energie en is ook niet toegerust op het behoud van functionaliteit van kleding, danwel de vereiste hygiëne zoals die voor ziekenhuistextiel voorgeschreven wordt. Doel van het project is dat de wasserijen hun klanten de voordelen van het industriële wassen benadrukken, hetgeen tot een toename van bedrijfskleding in het waspakket moet leiden. Een besparingspotentieel op landelijk niveau zal niet vastgesteld worden. Wel zal een genormaliseerd besparingspotentieel per kg wasgoed vastgesteld worden. Het doel van Thuis II is het in kaart brengen van de verschillen in energie- en waterverbruik tussen OPL (On Premis Laundry) en industrieel wassen. Aanleiding 15

16 hiervoor is dat er geconstateerd is dat in bijvoorbeeld zorginstellingen en kleinschalige hotels een deel van het wasgoed laten wassen door een industriële natwasserij en dat een deel ter plekke wordt gewassen, hetgeen niet altijd even oordeelkundig gebeurt mbt energie- en waterverbruik. Ook hier is het doel de voordelen van het industriële wassen te benadrukken en een verschuiving van waspakketten te realiseren. Een besparingspotentieel op landelijk niveau zal niet vastgesteld worden. Wel zal een genormaliseerd besparingspotentieel per kg wasgoed vastgesteld worden. Beide projecten sluiten aan bij de duurzame inkoopspecificaties zoals die voor overheidsinstellingen worden voorgeschreven. Thuis I en Thuis II OPL Termijn uitvoering: Termijn resultaten: Knelpunten en vraagpunten: Kritische actoren: Randvoorwaarden: Ondersteuning: Beleidsinstrumenten: Kort Middellange en lange termijn Bewustzijn van (personeel) van klanten van wasserijen Branche, TKT, klanten van branche, overheid(voorlichting) Facilitering door Agenstchap NL Financiële ondersteuning Onderzoek, voorlichting Het project Refunctionaliseren luidt een nieuwe fase in voor de natwasserijen. Dit project heeft als doel om te onderzoeken of het mogelijk is om monitoring en opnieuw aanbrengen van functionaliteit van textiel (anti-bacteriologisch, reflecterend, vlamwerend, etc ) in het wasproces mogelijk te maken. Het doel hiervan is om extra toegevoegde functionele eigenschappen van het textiel te behouden totdat het textiel vanwege textiele slijtage afgedankt moet worden. In de huidige situatie is het nog zo dat de extra aangebrachte functionaliteit voor bijvoorbeeld 50 wasbeurten gegarandeerd is en dan het textiel daarna uit de roulatie wordt genomen, ondanks dat de textiele eigenschappen nog niet versleten zijn. Door de functionele eigenschappen gedurende het wassen te monitoren en indien nodig te verbeteren, kan de levensduur van het textiel verlengd worden hetgeen in de keten een aanzienlijke besparing op kan leveren. Refunctionaliseren Termijn uitvoering: Termijn resultaten: Knelpunten en vraagpunten: Kritische actoren: Randvoorwaarden: Ondersteuning: Beleidsinstrumenten: Middellang Lange termijn Beschikbaarheid van technologie Branche, TKT, EFSM Facilitering door Agenstchap NL Financiële ondersteuning Onderzoek Ketenprojecten afgerond Recentelijk is het eindrapport van Lifetime verschenen, dit project heeft zich gericht op de levensduur van het textiel als functie van wasproces en kwaliteit van het 16

17 ingekochte materiaal. Gebleken is dat bij wassen bij een lagere temperatuur (60 graden celsius ipv 70 graden celsius) en bij inkopen van een hogere kwaliteit katoen de levensduur van het textiel verlengd kan worden, hetgeen in specifieke gevallen ook tegen de kosten van het duurdere katoen op kan wegen. In dit onderzoek is niet gekeken naar de vlekverwijdering bij lagere temperatuur, maar alleen naar slijtage. Indien de resultaten van dit project volledig overgenomen kunnen worden, levert dit een ketenenergiebesparing op van 66 TJ, bestaande uit 29 TJ ketenefficiency vanwege de verlengde levensduur en 37 TJ procesefficiency vanwege de lagere wastemperatuur. Samen is dit 4,4% van het energieverbruik van de aan MJA deelnemende bedrijven. De procesefficiency baseert zich op een referentiewasproces dat bij 70 graden plaatsvindt, hetgeen uiteraard niet in de gehele branche het geval is. Veel bedrijven passen reeds een wasproces toe van 60 graden of lager. Ook moeten de onderzochte resultaten van de verlengde levensduur toepasbaar zijn op de artikelen die gewassen worden, dit zal niet overal het geval zijn. Aannemende dat de resultaten relevantie hebben voor 10% van de branche, zou implementatie hiervan een besparing van 0,44% op kunnen leveren op lange termijn. 5.4 Geplande overige acties De brancheorganisatie voert al sinds MJA1 een actief voorlichtingsbeleid. De aanpak is in de jaren verbreed en inhoudelijk verdiept met andere elementen uit het MJP. De verbreding is met name gericht op het betrekken van het middenmanagement bij voorlichtingsactiviteiten. De voorlichtingsactiviteiten zullen bestaan uit de volgende elementen: 1. Nieuwsbrieven. De FTN (Milieu en Techniek) informeert in haar nieuwsbrieven leden over ontwikkelingen en bijdragen van deelnemende leden. De nieuwsbrieven geven ook de aanzet tot het doen van verslag van voorlichtingsbijeenkomsten en publicaties. In toenemende mate zijn deze uitgebreid met wekelijkse publicaties en nieuwsartikelen op de website. Hiernaast wordt er door FTN ieder jaar een milieunieuwsbrief voor gemeenten verspreid. 2. Van alle projecten wordt een Kennis in de Praktijk gemaakt. Dit geeft een samenvatting van de relevante conclusies. 3. FTN Rapporten voorzien leden van diepgaandere informatie over energievraagstukken. Het werkprogramma voor de rapporten sluit aan bij de inhoudelijke prioriteiten van het MJP en wordt in samenwerking met Agentschap NL en TKT ontwikkeld. Facilitering en ondersteuning van Agentschap NL zal worden gevraagd. 4. Lezingen, in de vorm van thema-avonden (OEB), tweemaal per jaar. Hierin worden de belangwekkende ontwikkelingen vanuit dit MJP voorgelegd en draagvlak voor vervolgprojecten gezocht. 5. FTN heeft via TKT een permanente vraagbaak voor bedrijven. 17

18 6. Alle voorgaande activiteiten worden ook elektronisch gerapporteerd en beschikbaar gesteld op de website. 7. Uitreiking van de jaarlijkse FTN-energieprijs. De FTN-energieprijs is bedoeld als extra stimulans voor bedrijven in de branche om de energie-efficiency te verbeteren. Uitgangspunt voor de FTN-energieprijs is de jaarlijkse monitoring. 8. Gewenst is om in 2010 te beginnen met EZP (Energiezuinig Produceren). Het doel van het project is om de bedrijven die aan MJA deelnemen te ondersteunen bij het implementeren van resultaten van de TKT projecten. Dit zal gebeuren aan de hand van het opgestelde EEP en vervolgens een individueel terugkoppelend advies op maat. In dit advies zal, aan de hand van het bedrijfsprofiel van het desbetreffende bedrijf gekeken worden hoe de resultaten van lopende, afgeronde en nieuwe projecten van TKT zo optimaal mogelijk toegepast kunnen worden. 6 Specifieke Voorwaarden De te behalen doelstellingen zijn sterk afhankelijk van voldoende facilitering en cofinanciering door Agentschap NL en het ministerie van Economische Zaken. Afhankelijk van de uitkomsten (zowel technisch als bedrijfseconomisch) van de onderzoeksprojecten op het gebied van procesefficiency en ketenefficiency kan de doelstelling daadwerkelijk worden gerealiseerd. Tevens hecht de branche groot belang aan een goede weergave van gerealiseerde ketenefficiency in de monitoring. Dit zou recht doen aan de inspanningen van de branche en vormt tevens een stimulans voor de bedrijven om in ketenefficiency te investeren. 18

19 7 Taakverdeling De commissie Milieu & Energie van de FTN volgt namens het bestuur van FTN Milieu & Techniek de voortgang van MJA3. In de commissie zitten vertegenwoordigers van aangesloten bedrijven, toeleveranciers en is Agentschap NL aanwezig als toehoorder. De Commissie is betrokken bij de samenstelling van het MJP en beoordeelt de voortgang van de uitvoering van het MJP. De commissie stelt tevens de projecten samen die uitvoering geven aan het MJP en beoordeelt deze. De voorzitter en secretaris van de FTN module Milieu & Techniek zijn lid van de OGE. In het kader van de MJA3 is de OGE (Overleggroep Energiebesparing) ingesteld met vertegenwoordigers van de partijen die de MJA3 hebben ondertekend. Op dit moment, maart 2010, is de Overleggroep (OGE) als volgt samengesteld. Leo Mastenbroek FTN Milieu en Techniek en voorzitter Commissie Milieu en Eenergie Veronique Dessing FTN Milieu en Techniek Marc Nieuwland Voorzitter FTN Milieu en Techniek Onno Kruitwagen Agentschap NL Peter Wennekes FTN Milieu en Techniek Marc Streefkerk Ministerie van Economische Zaken Eén van de taken van de Overleggroep is het jaarlijks vaststellen van de vorderingen van de MJA op het gebied van energie-efficiencyverbetering. Daarnaast stelt de OGE het MJP vast. De FTN leden die deelnemen aan MJA3 worden zowel schriftelijk als elektronisch geïnformeerd en uitgenodigd voor activiteiten. De FTN zal een belangrijke rol hebben in aanjagen van procesefficiency op grond van benchmarking. De dagelijkse opvolging van de activiteiten wordt gedaan door het secretariaat van de FTN. Het secretariaat is in het bijzonder belast met de coördinatie van de activiteiten en de informatievoorziening aan aangesloten ondernemingen. Het secretariaat wordt daarbij ondersteund door het Technologisch Kenniscentrum Textielverzorging (TKT). Dit centrum levert kennisondersteuning aan de branche en aan individuele ondernemingen en zal een taak hebben als vraagbaak en als aanjager van projecten die ondersteunend zijn bij de uitvoering van het MJP. 19

20 8 Tijdschema projecten 8.1 Cycle Looptijd Energiebalans Fase I Inventarisatie Looptijd Fase II Uitvoering Looptijd Energiezuinig Produceren Looptijd Procesverbetering Natwas Looptijd Thuis I Looptijd Thuis II - OPL Looptijd Refunctionaliseren Anti Bac Looptijd

21 9 Monitoring 9.1 Wijze van vaststellen procesefficiency De berekening zal plaatsvinden conform de handreiking monitoring. De basis daartoe is de maatregelenlijst zoals opgesteld ten behoeve van de EEP s nader aangevuld met de maatregelen die voortkomen uit bedrijfsspecifieke omstandigheden. 9.2 Wijze van vaststellen duurzame energie index De berekening zal plaatsvinden conform de handreiking monitoring 9.3 Wijze van vaststellen ketenefficiency De berekening zal plaatsvinden conform de handreiking monitoring 9.4 Berekening Totale energie efficiency EEI De berekening zal plaatsvinden conform de handreiking monitoring 9.5 procedure De monitoring wordt uitgevoerd door Agentschap NL. De jaarlijkse rapprotage zal tot stand komen op basis van de informatie die door de afzonderlijke ondernemingen binnen de branche aan Agentschap NL ter beschikking is gesteld. De ondernemingen leveren middels de bedrijfsmonitoring per inrichting de gewenste gevens aan aan de hand van de checklist die hiervoor ontwikkeld is. De controle op de monitoring wordt gedaan confirm de handreiking monitoring. De voorbereiding en coördinatie van de monitoring wordt gedaan vanuit FTN. Rapportages en resultaten uit de monitoring worden door Agentschap NL alleen met het secretariaatsbureau van FTN gecommuniceerd. FTN brengt betrokken ondernemingen op de hoogte. FTN is de partij die bewaakt wat er met de verkregen informatie gebeurt. 21

22 10 Samenvatting doelstellingen (periode ) Het totale besparingspotentieel uit ambitie en aggregatie van de zekere en voorwaarde maatregelen uit de EEP s betreft 171,14 TJ. Dit stemt overeen met een procentueel besparingspotentieel van 11,4%. Hieronder worden de categorieën procesefficiency, duurzame energie en ketenefficiency toegelicht Doelen Procesefficiency De doelstellingen voor procesefficiency gebaseerd op aggregatie van zekere en voorwaardelijke maatregelen uit de EEP s zijn 114,13 TJ voor de periode De branche-ambitie is om hier 3,75 TJ aan toe te voegen, voortvloeiend uit strategische projecten. Hiermee komt de totale besparingsambitie (excl. onzeker) op 117,89 TJ. Tabel 7: Samenvattingdoelstellingen op basis van aggregatie EEP's (TJ) Zeker Voorwaardelijk Onzeker Totaal PE 86,59 (TJ) 27,54 (TJ) 6,47 (TJ) 120,60 (TJ) Extra ambitie branche (TJ) PE 0,00 (TJ) 3,75 (TJ) 11,26 (TJ) 15,01 (TJ) Totaal 86,59 (TJ) 31,30 (TJ) 17,73 (TJ) 135,61 (TJ) 10.2 Doelen Duurzame Energie De ambitie van de branche is op basis van aggregatie van EEP s een verbetering van de duurzame energie van 41,31 TJ. Hier wordt geen extra besparingsambitie aan toegevoegd. Tabel 8: Samenvattingdoelstellingen op basis van aggregatie EEP's (TJ) Zeker Voorwaardelijk Onzeker Totaal DE 41,31 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) 41,31 (TJ) Extra ambitie branche (TJ) DE 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) Totaal 41,31 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) 41,31 (TJ) 10.3 Doelen Ketenefficiency De ambitie van de branche is op basis van aggregatie van EEP s een verbetering van de ketenefficiency met 8,18 TJ. Hier aan toegevoegd wordt de ambitie van de branche van 3,75 TJ zodat de totale besparingsambitie (excl. onzeker) uitkomt op 11,93 TJ. Tabel 9: Samenvattingdoelstellingen op basis van aggregatie EEP's (TJ) Zeker Voorwaardelijk Onzeker Totaal KE 8,08 (TJ) 0,10 (TJ) 0,00 (TJ) 8,18 (TJ) Extra ambitie branche (TJ) KE 0,00 (TJ) 3,75 (TJ) 3,75 (TJ) 7,51 (TJ) Totaal 8,08 (TJ) 3,86 (TJ) 3,75 (TJ) 15,69 (TJ) 22

23 10.4 Totale besparingsambitie De doelstellingen voor procesefficiency, ketenefficiency en duurzame energie gebaseerd op aggregatie van zekere en voorwaardelijke maatregelen uit de EEP s zijn in totaal 163,62 TJ, overeenkomend met een verbetering van de efficiency met 10,9% gerekend volgens de nieuwe monitoringssystematiek. Tabel 10 Categorie Besparing (TJ) MJA prestatie (%) PE 114,13 (TJ) 7,62 (%) KE productie 5,46 (TJ) 0,36 (%) KE product 2,72 (TJ) 0,18 (%) DE 41,31 (TJ) 2,76 (%) MJA prestatie 10,92 (%) De optelsom van geaggregeerde EEP s en extra besparingsambitie van de branche levert een totale besparingsambitie op van 171,14 TJ. Dit komt overeen met een totale efficiencyverbetering van 11,4%, gerekend volgens de nieuwe monitoringssystematiek. De branche heeft de ambitie om voorwaardelijke en onzekere maatregelen uit te voeren. Deze extra ambitie om onzekere maatregelen uit te voeren levert aanvullend 0,52% op waardoor de totale besparingsambitie op 12% uitkomt. Tabel 11: Totale besparingsambitie (TJ) Zeker Voorwaardelijk Onzeker PE 86,59 (TJ) 31,30 (TJ) 17,73 (TJ) DE 41,31 (TJ) 0,00 (TJ) 0,00 (TJ) KE 8,08 (TJ) 3,86 (TJ) 3,75 (TJ) Totaal 135,98 (TJ) 35,15 (TJ) 21,48 (TJ) 192,61 (TJ) Tabel 12 Categorie Besparing (TJ) MJA prestatie (%) PE 117,89 (TJ) 7,87 (%) KE 11,94 (TJ) 0,80 (%) DE 41,31 (TJ) 2,76 (%) MJA prestatie 11,42 (%) 11 Uitkijk naar 2030 In dit hoofdstuk wordt de uitkijk naar 2030 gegeven, gebaseerd op de te verwachten ontwikkelingen uit de Voorstudie, die door de FTN is uitgevoerd. Onderwerpen waarop de uitkijk gebaseerd is, zijn verwachtingen voor 2030 op het gebied van materialen, werkprocessen en organisatie alsmede businessconcepten en logistieke dienstverlening. Als we de uitkijk naar 2030 opstellen, heeft de FTN als doel dat de industriële natwasserijen meer gaan acteren op processen bij hoofd- en eindgebruikers van de 23

24 textiele producten. Alleen op deze wijze is het mogelijk om het grote besparingspotentieel in de totale textiele keten daadwerkelijk (maximaal) te benutten. Dit betekent dat de oplossingen, diensten en services van de industriële natwasserijen bij zullen dragen aan besparingen bij eindgebruikers in hotels, ziekenhuizen en industrie. Concreet zal dit zich uiten in nieuwe innovatieve textiele materialen waarvan de optelsom qua duurzaamheid van productie, wasbaarheid, functionaliteit en recyclebaarheid aanzienlijk gunstiger zal zijn dan de huidige stand der techniek. Dit zal tot stand komen door het creëren van oplossingen die functionele eigenschappen meegeven aan materialen die een rol spelen in processen bij eindgebruikers. Het zal mogelijk worden deze gespecialiseerd te definiëren en te realiseren voor de diverse eindverbruikers, alsmede deze te behouden gedurende de textiele levensduur van de materialen. Dit zal tot een sterke verbetering van de energie-efficiency leiden. Ook verwacht FTN in de toekomst meer dynamiek en flexibiliteit in processen en organisatie van processen bij eindgebruikers. De textielverzorgingsbedrijven zullen een leidende rol spelen bij het realiseren van deze veranderingen. De kernpeilers van de nieuwe ontwikkelingen zijn functionaliteit van de producten, de dienstverlening en de businessconcepten. Parallel aan deze ontwikkelingen zal de focus op procesefficiency zeker doorgaan omdat te verwachten valt dat de nieuwe materialen ook andere, zuiniger, processen zullen vragen. De branche blijft op de hoogte van fundamentele ontwikkelingen om ons heen via het uitgebreide internationale technologische kennisnetwerk met spelers die relevant zijn voor de totale textiele keten. In dit netwerk waar FTN samen met TKT deel van uitmaakt bevinden zich met universiteiten, onderzoeksinstituten, textielproducenten, leveranciers van wasserijmachines, verenigd in de branchevereniging Vematex, leveranciers van wasmiddelen voor de industrie etc. Vakgebieden die hier een grote rol spelen zijn onder andere chemie, nanotechnologie, fibre-engineering, polymeertechnologie, micro-elektronica en productietechnologie. FTN blijft via het technologische kennisnetwerk op de hoogte van veranderingen op deze expertisegebieden en welke daarvan voor de bovengenoemde ontwikkelingen van betekenis zijn in zo breed mogelijke zin. Omdat FTN reeds vele jaren actief bezig is met MJA, leeft het thema energiebesparing zeer sterk binnen de branche. De branche is zeer proactief met als gevolg dat er een goede infrastructuur voorhanden is waarbinnen kennisuitwisseling en onderzoekstrajecten succesvol plaats vinden. Deze voorgeschiedenis maakt het mogelijk om de kansen die ontstaan als gevolg van nieuw design van materialen met voordelen zowel op het gebied van procesefficiency alsook ketenefficiency de komende 20 jaar gestalte te geven en hierbij de gehele textielketen te beïnvloeden. 24

Meerjarenplan Energiebesparing voor de industriële Natwasserijen

Meerjarenplan Energiebesparing voor de industriële Natwasserijen Meerjarenplan Energiebesparing voor de industriële Natwasserijen 2013-2016 521304010 Federatie Textielbeheer Nederland Postbus 10 4060 GA Ophemert Opgesteld door: FTN 1 1. Inleiding Het Meerjarenplan Energiebesparing

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Textielservicebedrijven

MJA-Sectorrapport 2012 Textielservicebedrijven MJA-Sectorrapport 2012 Textielservicebedrijven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Textielservicebedrijven Datum: 5 juni 2013 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/PVDB/AB/156012 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

Meerjarenplan Energie-efficiency Nederlandse Universiteiten 2013-2016. Samenvatting van de universitaire Energie Efficiency Planne n

Meerjarenplan Energie-efficiency Nederlandse Universiteiten 2013-2016. Samenvatting van de universitaire Energie Efficiency Planne n Meerjarenplan Energie-efficiency Nederlandse Universiteiten 2013-2016 Samenvatting van de universitaire Energie Efficiency Planne n Context Vanaf 1992 heeft de overheid in het kader van het energiebesparingsbeleid

Nadere informatie

MEE CONVENANT. Protocol Monitoring, procedure

MEE CONVENANT. Protocol Monitoring, procedure MEE CONVENANT Protocol Monitoring, procedure Inhoud 1 Protocol Monitoring, procedure... 3 1.1 Inleiding... 3 1.1.1 Algemeen... 3 1.1.2 Inhoud van het protocol... 3 1.2 Artikelen... 4 1.2.1 Bedrijfsmonitoring...

Nadere informatie

MEE CONVENANT. Methodiek energie efficiëntie

MEE CONVENANT. Methodiek energie efficiëntie MEE CONVENANT Methodiek energie efficiëntie Inhoud 1 Methodiek energie efficiëntie... 3 1.1 Samenvatting nieuwe methodiek... 3 1.2 Inleiding... 4 1.3 Probleembeschrijving huidige methodiek... 4 1.4 Voorstel

Nadere informatie

MEE CONVENANT. Protocol Monitoring, procedure

MEE CONVENANT. Protocol Monitoring, procedure MEE CONVENANT Protocol Monitoring, procedure Inhoud 1 Protocol Monitoring, procedure... 3 1.1 Inleiding... 3 1.1.1 Algemeen... 3 1.1.2 Inhoud van het protocol... 3 1.2 Artikelen... 4 1.2.1 Bedrijfsmonitoring...

Nadere informatie

Meerjarenplan Energiebesparing

Meerjarenplan Energiebesparing Meerjarenplan Energiebesparing 2013-2016 Vereniging van onafhankelijke tankopslagbedrijven (VOTOB) Juni 2013 Pagina 1 van 1 1 INHOUD 2 Inleiding...3 2.1 Dekkingsgraad sector...3 3 Terugblik 2009-2012...4

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2013 Cacao-industrie MJA-Sectorrapport 2013 Cacao-industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Cacao-industrie Datum: 15 mei 2014 Status: definitief Kenmerk: 1235678/223/RHA/AB/158001 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2011 METALLURGISCHE INDUSTRIE. Datum: 24 augustus 2012

MEE-Sectorrapport 2011 METALLURGISCHE INDUSTRIE. Datum: 24 augustus 2012 MEE-Sectorrapport 2011 METALLURGISCHE INDUSTRIE Datum: 24 augustus 2012 Status: definitief Colofon Projectnaam: Locatie: Contactpersoon: Kenmerk: MEE-monitoring Metallurgische Industrie Utrecht Jobert

Nadere informatie

MJA Sectorrapport 2011 Frisdranken, Waters en Sappen

MJA Sectorrapport 2011 Frisdranken, Waters en Sappen MJA Sectorrapport 2011 Frisdranken, Waters en Sappen Pagina 1 van 1 Colofon Projectnaam Locatie Contactpersoon Dit rapport is tot stand gekomen in samenwerking met: Sectorrapport Frisdranken, Waters en

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Wetenschappelijk onderwijs

MJA-Sectorrapport 2012 Wetenschappelijk onderwijs MJA-Sectorrapport 2012 Wetenschappelijk onderwijs Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Wetenschappelijk onderwijs Datum: 16 mei 2013 Status: Eindversie Kenmerk: 1235678/223/BHW/AB/157005 Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Textielservicebedrijven

MJA-Sectorrapport 2014 Textielservicebedrijven MJA-Sectorrapport 2014 Textielservicebedrijven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Textielservicebedrijven Datum: 11-6-2015 Status: Definitief Kenmerk: LH/PB/156012 Locatie: Roermond Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

MJA-Sectorrapport 2012 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie MJA-Sectorrapport 2012 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Datum: 5 juni 2013 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/BW/AB/156009

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2011 Bierbrouwerijen

MEE-Sectorrapport 2011 Bierbrouwerijen MEE-Sectorrapport 2011 Bierbrouwerijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Bierbrouwerijen Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke Hakkens Ondersteunend Adviesbureau: - Datum: 18 juni 2012 Status: definitief

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie

MEE-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie MEE-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring 2014 Sector: Metallurgische industrie Datum: 4 juni 2015 Status: Versie6 definitief Kenmerk: MLI/TG/156013 MEE Locatie:

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2013 Bierbrouwerijen

MEE-Sectorrapport 2013 Bierbrouwerijen MEE-Sectorrapport 2013 Bierbrouwerijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Bierbrouwerijen Datum: 2 juni 2014 Status: definitief Kenmerk: 1235678/223/RHA/AB/158011 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2014 Cacao-industrie MJA-Sectorrapport 2014 Cacao-industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Cacao-industrie Datum: 22 juni 2015 Status: definitief Kenmerk: 1235678/RHA/158001 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA3-Bedrijfsrapport 2012 Railsector

MJA3-Bedrijfsrapport 2012 Railsector MJA3-Bedrijfsrapport Railsector Opgesteld door Agentschap NL (MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring) ProRail T.a.v. Gerald Olde Monnikhof Moreelsepark 3 3511EP Utrecht gerald.oldemonnikhof@prorail.nl

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2015 Cacao-industrie MJA-Sectorrapport 2015 Cacao-industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Cacao-industrie Datum: 01-08-2016 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/JRI/158001 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs

MJA-Sectorrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs MJA-Sectorrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Wetenschappelijk onderwijs Datum: 24 juni 2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/U&W/WJW/MS/157005 Locatie: Utrecht

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie MJA-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Metallurgische industrie Datum: 13 05 31 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/JR/CC/156013 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2013 Metallurgische industrie

MEE-Sectorrapport 2013 Metallurgische industrie MEE-Sectorrapport 2013 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Metallurgische industrie Datum: 16 juni 2014 Status: Definitief (V12b) Kenmerk: TG/MLI/156013 MEE Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

Textielverzorging in 2030

Textielverzorging in 2030 Textielverzorging in 2030 Voorstudie ihkv meerjarenafspraken energie De Meern, 5 november 2009 drs B.P.R. (Bas) Grol 1 Inhoud MeerJarenAfspraak-3 Voorstudie en routekaart Kernthema s Scenario s Robuuste

Nadere informatie

MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Railsector

MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Railsector Energieverbruik [TJ primair] MJA3-Bedrijfsrapport Railsector Opgesteld door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) - MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring ProRail T.a.v. Gerald Olde Monnikhof

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Tapijtindustrie

MJA-Sectorrapport 2014 Tapijtindustrie MJA-Sectorrapport 2014 Tapijtindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Tapijtindustrie Datum: 4-6-2015 Status: Definitief Kenmerk: LH/PB/156019 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Li Hua

Nadere informatie

Hoofdstuk 3A Protocol Monitoring, procedure

Hoofdstuk 3A Protocol Monitoring, procedure Bijlage MJA3 Hoofdstuk 3A Protocol Monitoring, procedure 1 3A.1 INLEIDING 3A.1.1 Algemeen Dit protocol bevat de uitwerking van de afspraken inzake de voortgangsbewaking van de uitvoering van het energie-efficiëntieplan

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie

MEE-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie MEE-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring 2015 Sector: Metallurgische industrie Datum: 20 juli 2016 Status: Definitief Kenmerk: MLI/TG/156013 Locatie: Utrecht

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 Wetenschappelijk onderwijs. Beste energiebesparingsproject 2015 Gebouw Helix, TU Eindhoven

MJA-Sectorrapport 2015 Wetenschappelijk onderwijs. Beste energiebesparingsproject 2015 Gebouw Helix, TU Eindhoven MJA-Sectorrapport 2015 Wetenschappelijk onderwijs Beste energiebesparingsproject 2015 Gebouw Helix, TU Eindhoven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Wetenschappelijk onderwijs Datum: 26-09-2016

Nadere informatie

MJA3-Bedrijfsrapport 2014 Railsector

MJA3-Bedrijfsrapport 2014 Railsector MJA3-Bedrijfsrapport Railsector Opgesteld door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) - MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring ProRail T.a.v Gerald Olde Monnikhof Moreelsepark 3 3511EP Utrecht

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Universitair Medische Centra

MJA-Sectorrapport 2012 Universitair Medische Centra MJA-Sectorrapport 2012 Universitair Medische Centra Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Universitair Medische Centra Datum: 14 mei 2013 Status: Eindversie Kenmerk: 1235678/223/BHW/AB/157007 Contactpersoon:

Nadere informatie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. MEE-Sectorrapport 2014 Nederlandse Glasindustrie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. MEE-Sectorrapport 2014 Nederlandse Glasindustrie Rijksdienst voor Ondernemend Nederland MEE-Sectorrapport 2014 Nederlandse Glasindustrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Glasindustrie Datum: 26 juni 2015 Status: Definitief Kenmerk: 223/GG/CC/156026

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Universitair Medische Centra

MJA-Sectorrapport 2014 Universitair Medische Centra MJA-Sectorrapport 2014 Universitair Medische Centra Het AMC had in 2014 de grootste bijdrage aan de energiebesparing bij procesefficiency maatregelen in de sector. Colofon Projectnaam: MJA-monitoring

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Meelfabrikanten

MJA-Sectorrapport 2012 Meelfabrikanten MJA-Sectorrapport 2012 Meelfabrikanten Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Meelfabrikanten Datum: 8 juli 2013 Status: definitief Kenmerk: 1235678/223/RHA/AB/158008 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke

Nadere informatie

REKENVOORBEELDEN KETENEFFICIENCY MAATREGELEN VOOR DE SECTOR TEXTIELSERVICEBEDRIJVEN

REKENVOORBEELDEN KETENEFFICIENCY MAATREGELEN VOOR DE SECTOR TEXTIELSERVICEBEDRIJVEN REKENVOORBEELDEN KETENEFFICIENCY MAATREGELEN VOOR DE SECTOR TEXTIELSERVICEBEDRIJVEN VERSIE september 2011 Betrokkenen: Peter Verhoef - TKT/FTN Frerik van der Pas- AGENTSCHAP NL Diana de Graaf - BECO Groep

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer MJA-Sectorrapport 2015 Afvalwaterzuiveringsbeheer Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Afvalwaterzuiveringsbeheer Datum: 161017 Status: Kenmerk: Locatie: Contactpersoon: Definitief HVDK/156024

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 30 196 Duurzame ontwikkeling en beleid Nr. 568 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

MJA- Sectorrapport 2013 ICT

MJA- Sectorrapport 2013 ICT MJA- Sectorrapport 2013 ICT Colofon Projectnaam: MJA-monitoring ICT Datum: 140717 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/HVDK/CC/156011 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Ir. J.M. van der Knaap Ondersteunend

Nadere informatie

Datum 20 december 2017 Betreft Resultaten 2016 Meerjarenafspraken Energie-efficiëntie MJA3 en MEE

Datum 20 december 2017 Betreft Resultaten 2016 Meerjarenafspraken Energie-efficiëntie MJA3 en MEE > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie

MEE-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie MEE-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Metallurgische industrie Datum: 17-06-2013 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/JR/CC/156013 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

MJA-Sectorrapport 2014 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie MJA-Sectorrapport 2014 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Datum: 11 juni 2015 Status: definitief Kenmerk: 1235678/BW/156009

Nadere informatie

Bijlage E: samenvatting convenanten energie efficiency

Bijlage E: samenvatting convenanten energie efficiency Bijlage E: samenvatting convenanten energie efficiency 1. Het Convenant Benchmarking energie efficiency Op 6 juli 1999 sloot de Nederlandse overheid met de industrie het Convenant Benchmarking energieefficiency.

Nadere informatie

MJA MEERJARENPLAN RUBBER- EN KUNSTSTOFINDUSTRIE (1062/2013) Opgesteld door de NRK. Auteurs: Jolanda Neeft Erik de Ruijter INHOUDSOPGAVE

MJA MEERJARENPLAN RUBBER- EN KUNSTSTOFINDUSTRIE (1062/2013) Opgesteld door de NRK. Auteurs: Jolanda Neeft Erik de Ruijter INHOUDSOPGAVE NEDERLANDSE RUBBER- EN KUNSTSTOFINDUSTRIE Postbus 420 2260 AK Leidschendam Synthesium gebouw C Loire 150, 2491 AK Den Haag Telefoon (070) 444 06 60 Fax (070) 444 06 61 E-mail info@nrk.nl www.nrk.nl MJA

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie MEE-Sectorrapport 2012 Papier- en kartonindustrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Papier- en kartonindustrie Datum: 13 05 30 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/HVDK/CC/156028 Locatie: Utrecht

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2015 Raffinaderijen

MEE-Sectorrapport 2015 Raffinaderijen MEE-Sectorrapport 2015 Raffinaderijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring 2015 Sector: Raffinaderijen Datum: 7 juli 2016 Status: Definitief Kenmerk: FVDP/156029 Locatie: Roermond Contactpersoon: Frank

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2011 Fijnkeramische industrie

MJA-Sectorrapport 2011 Fijnkeramische industrie MJA-Sectorrapport 2011 Fijnkeramische industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Fijnkeramische industrie Datum: 11 juni 2012 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/BW/SR/156005 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

Learnshop. EN16001: Het kader voor uw energiemanagementsysteem? Nimaris b.v. Paul van Wezel Hertog van Brabantweg 15 5175 EA Loon op Zand

Learnshop. EN16001: Het kader voor uw energiemanagementsysteem? Nimaris b.v. Paul van Wezel Hertog van Brabantweg 15 5175 EA Loon op Zand Learnshop EN16001: Het kader voor uw energiemanagementsysteem? Nimaris b.v. Paul van Wezel Hertog van Brabantweg 15 5175 EA Loon op Zand tel: 0416-543060 Fax: 0416-543098 email: Web: paul.van.wezel@nimaris.nl

Nadere informatie

MEERJARENPLAN NEKOVRI 2013-2016

MEERJARENPLAN NEKOVRI 2013-2016 MEERJARENPLAN NEKOVRI 2013-2016 1 mei 2013 Nekovri [1] INTRODUCTIE Voor u ligt het Meerjarenplan van Nekovri, de Vereniging van Nederlandse Koel- en Vrieshuizen. Nekovri neemt al sinds 1998 deel aan de

Nadere informatie

Managementsamenvatting. Routekaart UMC s

Managementsamenvatting. Routekaart UMC s Managementsamenvatting Routekaart UMC s Colofon Opdrachtgever: Agentschap NL Projectleider: TNO Procesbegeleiding: KplusV organisatieadvies Branche-organisatie: NFU 1. Aanleiding en ambitie De Nederlandse

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 Frisdranken, Waters en Sappen

MJA-Sectorrapport 2015 Frisdranken, Waters en Sappen MJA-Sectorrapport 2015 Frisdranken, Waters en Sappen Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Frisdranken, Waters en Sappen Datum: 30 juni 2016 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/RHA/158002 Locatie:

Nadere informatie

1. De FTN textielservice routekaart 2030 als uitgangspunt voor innovaties

1. De FTN textielservice routekaart 2030 als uitgangspunt voor innovaties Routekaart 2030 - FTN Textielservicebedrijven Samenvatting 1. De FTN textielservice routekaart 2030 als uitgangspunt voor innovaties 1.1. Inleiding Op 1 juli 2008 is de derde Meerjarenafspraak energie-efficiency

Nadere informatie

Vereenvoudigde aanpak MJA

Vereenvoudigde aanpak MJA Vereenvoudigde aanpak MJA Nekovri congres 10-11-2015 Jac van Trijp Inhoud Introductie MJA Resultaten uit het verleden Vereenvoudiging van de aanpak Vooruitblik EEP-ronde 2017-2020 Introductie MJA Meerjarenafspraken

Nadere informatie

MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs

MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs Opgesteld door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) - MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring Universiteit van Tilburg T.a.v E.G.H. Thomassen

Nadere informatie

e Sectorrapport 2015 Universitair Medische Centra

e Sectorrapport 2015 Universitair Medische Centra e Sectorrapport 2015 Universitair Medische Centra UMCG had in 2015 het beste procesefficiency besparingsproject. Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Universitair Medische Centra Datum: 1

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2013 Raffinaderijen

MEE-Sectorrapport 2013 Raffinaderijen MEE-Sectorrapport 2013 Raffinaderijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Raffinaderijen Datum: 25 juni 2014 Status: Definitief Locatie: Roermond Contactpersoon: Frank van der Pas Inhoud Hoofdstuk 1.

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Railsector

MJA-Sectorrapport 2013 Railsector MJA-Sectorrapport 2013 Railsector Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Railsector Datum: 11 juni 2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/nnb/TDL/nnb/ - Locatie: Utrecht Contactpersoon: Tobias de Ligt

Nadere informatie

Bijlage bij brief De maatregel wordt hier nader uitgewerkt.

Bijlage bij brief De maatregel wordt hier nader uitgewerkt. Bijlage bij brief 17.10.304 De maatregel wordt hier nader uitgewerkt. 1. In het Energieakkoord is afgesproken dat de energie-intensieve industrie in aanvulling op de afspraken in het MEE-convenant maatregelen

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie MJA-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Metallurgische industrie Datum: 4 juni 2015 Status: Versie 6 definitief Kenmerk: TG/MLI/156013 MJA Locatie:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Gieterijen

MJA-Sectorrapport 2013 Gieterijen MJA-Sectorrapport 2013 Gieterijen Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Gieterijen Datum: 7 juli 2014 Status: definitief 2 Kenmerk: TG/156008 Locatie: Utrecht Contactpersoon: T.W.A. Goossens Ondersteunend

Nadere informatie

Meerjarenplan Frisdranken, Waters, Sappen, Siropen

Meerjarenplan Frisdranken, Waters, Sappen, Siropen Meerjarenplan Frisdranken, Waters, Sappen, Siropen 2013 2016 Datum: 20 mei 2013 Revisie: 1.0 Inhoudsopgave: 1. Inleiding 3 1.1 Doel 3 1.2 Verplichting vanuit MJA3 3 1.3 Draagvlak 4 2. Branche 5 2.1 Marktsituatie

Nadere informatie

MJA Sectorrapport 2011 Aardappelverwerkende industrie

MJA Sectorrapport 2011 Aardappelverwerkende industrie MJA Sectorrapport 2011 Aardappelverwerkende industrie Pagina 1 van 1 Colofon Projectnaam Locatie Contactpersoon Dit rapport is tot stand gekomen in samenwerking met Versienummer Datum Status Kenmerk Sectorrapport

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport 2014 Raffinaderijen

MEE-Sectorrapport 2014 Raffinaderijen MEE-Sectorrapport 2014 Raffinaderijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring 2014 Sector: Raffinaderijen Datum: 8 juni 2015 Status: Definitief Locatie: Roermond Contactpersoon: Frank van der Pas Inhoud

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 30 196 Duurzame ontwikkeling en beleid Nr. 364 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 ICT

MJA-Sectorrapport 2012 ICT MJA-Sectorrapport 2012 ICT Colofon Projectnaam: MJA-monitoring ICT Datum: 13 06 13 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/HVDK/CC/156011 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Hans van der Knaap Ondersteunend

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie MJA-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Metallurgische industrie Datum: 20 juli 2016 Status: Definitief Kenmerk: TG/MLI/156013 MJA Locatie: Utrecht

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Textielindustrie

MJA-Sectorrapport 2014 Textielindustrie MJA-Sectorrapport 2014 Textielindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Textielindustrie Datum: 4 Juni 2015 Status: Definitief Kenmerk: LH/PB/156020 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Li

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport Overige industrie

MEE-Sectorrapport Overige industrie MEE-Sectorrapport 2015 Overige industrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring 2015 Sector: Overige industrie Datum: 160711 Status: Definitief Kenmerk: HVDK/156030 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Ir J.M.

Nadere informatie

Doordacht energie-efficiencyplan leidraad voor MJA3

Doordacht energie-efficiencyplan leidraad voor MJA3 Doordacht energie-efficiencyplan leidraad voor MJA3 Deze folder bevat informatie over nut en noodzaak van een doordacht energie-efficiencyplan (EEP). Bovendien staat er in welke hulpmiddelen beschikbaar

Nadere informatie

MJA: verleden, heden en toekomst

MJA: verleden, heden en toekomst MJA: verleden, heden en toekomst Oppervlaktebehandelende industrie Jac van Trijp Achtergronden MJA Meerjarenafspraken Energie-efficiency - Overheid en bedrijfsleven maken afspraken over verbeteringen in

Nadere informatie

Datum 9 oktober 2015 Betreft Resultaten 2014 Meerjarenafspraken Energie-efficiëntie MJA3 en MEE

Datum 9 oktober 2015 Betreft Resultaten 2014 Meerjarenafspraken Energie-efficiëntie MJA3 en MEE > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA 's-gravenhage Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus

Nadere informatie

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie MEE-Sectorrapport 2014 Papier- en kartonindustrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring 2014 Sector: Papier- en kartonindustrie Datum: 150626 Status: Definitief Kenmerk: HVDK/156028 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2011 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

MJA-Sectorrapport 2011 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie MJA-Sectorrapport 2011 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Datum: 14 juni 2012 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/BW/SR/156009

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie

MJA-Sectorrapport 2015 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie MJA-Sectorrapport 2015 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Datum: 13-06-2016 Status: Definitief

Nadere informatie

VOORTGANGSRAPPORTAGE ONTWIKKELING ENERGIE-EFFICIENTIE IN DE SUPERMARKTSECTOR OVER HET JAAR 2012

VOORTGANGSRAPPORTAGE ONTWIKKELING ENERGIE-EFFICIENTIE IN DE SUPERMARKTSECTOR OVER HET JAAR 2012 Energy Services Verhoef BV VOORTGANGSRAPPORTAGE ONTWIKKELING ENERGIE-EFFICIENTIE IN DE SUPERMARKTSECTOR OVER HET JAAR 2012 Concept, 21 mei 2013 Opgesteld door Energy Services Verhoef BV in opdracht van

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie MJA-Sectorrapport 2012 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Datum: 29 mei 2013 Status: Definitief Kenmerk:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Aardappelverwerkende industrie

MJA-Sectorrapport 2013 Aardappelverwerkende industrie MJA-Sectorrapport 2013 Aardappelverwerkende industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Aardappelverwerkende industrie Datum: 13 juni 2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/nnb/TDL/nnb/158010 Locatie:

Nadere informatie

FTN Energieprijs 2015

FTN Energieprijs 2015 Nationaal Symposium Textielbeheer 2015 FTN Energieprijs 2015 Dhr. Marc Nieuwland Voorzitter Platform M&T NST 2015, 19 november, Koudekerk a/d Rijn Nationaal Symposium Textielbeheer 2015 De genomineerden

Nadere informatie

Sectorrapport Metallurgische industrie 2011 (MJA-3)

Sectorrapport Metallurgische industrie 2011 (MJA-3) Sectorrapport Metallurgische industrie 2011 (MJA-3) Datum 27 augustus 2012 Status Definitief Pagina 1 van 16 VERTROUWELIJK Sectorrapport Metallurgische Industrie 2011 Colofon Projectnaam Locatie Projectleider

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Tankopslag en -overslagbedrijven

MJA-Sectorrapport 2014 Tankopslag en -overslagbedrijven MJA-Sectorrapport 2014 Tankopslag en -overslagbedrijven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Tankopslag en -overslagbedrijven Datum: 01 juni 2015 Status: Definitief Kenmerk: FVDP/156022 Locatie:

Nadere informatie

Meerjaren afspraak Energie-Efficiëntie MJA3. Resultaten 2009

Meerjaren afspraak Energie-Efficiëntie MJA3. Resultaten 2009 Meerjaren afspraak Energie-Efficiëntie MJA3 Resultaten 2009 Meerjaren afspraak Energie-Efficiëntie MJA3 Resultaten 2009 Inhoudsopgave 2 mja3: relatief goed resultaat voor moeilijk jaar 5 Resultaten mja3

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 Tankopslag en -overslagbedrijven

MJA-Sectorrapport 2015 Tankopslag en -overslagbedrijven MJA-Sectorrapport 2015 Tankopslag en -overslagbedrijven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Tankopslag en -overslagbedrijven Datum: 7 juli 2016 Status: Definitief Kenmerk: FVDP/156022 Locatie:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Textielindustrie

MJA-Sectorrapport 2013 Textielindustrie MJA-Sectorrapport 2013 Textielindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Textielindustrie Datum: 23 mei 2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/PB/LH/156020 Locatie: Roermond Contactpersoon: Li Hua

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Frisdranken, Waters en Sappen

MJA-Sectorrapport 2013 Frisdranken, Waters en Sappen MJA-Sectorrapport 2013 Frisdranken, Waters en Sappen Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Frisdranken, Waters en Sappen Datum: 13 juni 2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/nnb/TDL/nnb/158002 Locatie:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Gieterijen

MJA-Sectorrapport 2014 Gieterijen MJA-Sectorrapport 2014 Gieterijen Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Gieterijen Datum: 4 juni mei 2015 Status: Versie 6 definitief Kenmerk: TG/GTR/156008 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Wetenschappelijk onderwijs. Wageningenur was in 2014 de beste binnen de universiteiten op het gebied van proces efficiency

MJA-Sectorrapport 2014 Wetenschappelijk onderwijs. Wageningenur was in 2014 de beste binnen de universiteiten op het gebied van proces efficiency MJA-Sectorrapport 2014 Wetenschappelijk onderwijs Wageningenur was in 2014 de beste binnen de universiteiten op het gebied van proces efficiency besparing. Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2011 Railsector

MJA-Sectorrapport 2011 Railsector MJA-Sectorrapport 2011 Railsector Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Railsector Datum: 18 juni 2012 Status: Definitief, versie 1.3 Kenmerk: 1235678/223/TdL/SR/HC Locatie: Utrecht Contactpersoon: Tobias

Nadere informatie

ICT-sector. Inhoud. Interviews. Algemeen. MEE-sectoren. MJA Industrie MJA VGI. MJA Diensten. MJA Vervoer. Begrippenlijst.

ICT-sector. Inhoud. Interviews. Algemeen. MEE-sectoren. MJA Industrie MJA VGI. MJA Diensten. MJA Vervoer. Begrippenlijst. ICT-sector Deelnemende bedrijven: 38 Beschouwde bedrijven in dit rapport: 38 Toetreders: 5 Uittreders: 0 Energiegebruik 2013: 16.164 TJ Procesefficiëntieverbetering 2013 t.o.v. 2012: 5% (17% t.o.v. basisjaar

Nadere informatie

Toelichting ISO Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018

Toelichting ISO Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018 Toelichting ISO 14001 Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018 SCCM heeft een instrument ontwikkeld waarmee u goed inzicht krijgt in de milieuprestaties van uw organisatie, de ISO 14001 Milieuprestatiemeting.

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer MJA-Sectorrapport 2013 Afvalwaterzuiveringsbeheer Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Afvalwaterzuiveringsbeheer Datum: 140617 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/HVDK/cc/156024 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

EEP-ronde Inhoud. - Belangrijke aandachtspunten - Nieuwe onderdelen in het EEP - Instrumenten en hulpmiddelen - Indiening via het e-mjv

EEP-ronde Inhoud. - Belangrijke aandachtspunten - Nieuwe onderdelen in het EEP - Instrumenten en hulpmiddelen - Indiening via het e-mjv EEP-ronde 2017-2020 Inhoud - Belangrijke aandachtspunten - Nieuwe onderdelen in het EEP - Instrumenten en hulpmiddelen - Indiening via het e-mjv Belangrijke aandachtspunten Striktere beoordeling - O.a

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2011 Koffiebranderijen

MJA-Sectorrapport 2011 Koffiebranderijen MJA-Sectorrapport 2011 Koffiebranderijen Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Koffiebranderijen over 2011 Locatie: Agentschap NL Utrecht Contactpersoon: Rineke Hakkens Ondersteunend Adviesbureau: KWA Bedrijfsadviseurs

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2013 Hoger beroepsonderwijs

MJA-Sectorrapport 2013 Hoger beroepsonderwijs MJA-Sectorrapport 2013 Hoger beroepsonderwijs Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Hoger beroepsonderwijs Datum: 26-6-2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/U&W/WJW/MS/157002 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

Helmonds Energieconvenant

Helmonds Energieconvenant Helmonds Energieconvenant Helmondse bedrijven slaan de handen ineen voor een duurzame en betrouwbare energievoorziening. Waarom een energieconvenant? Energie is de drijvende kracht Energie is de drijvende

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer MJA-Sectorrapport 2014 Afvalwaterzuiveringsbeheer Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Afvalwaterzuiveringsbeheer Datum: 150625 Status: definitief Kenmerk: 1235678/156024/HVDK Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2012 Tankopslag en -overslagbedrijven

MJA-Sectorrapport 2012 Tankopslag en -overslagbedrijven MJA-Sectorrapport 2012 Tankopslag en -overslagbedrijven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Tankopslag en -overslagbedrijven Datum: 6 juni 2013 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/LM/NWK/156022 Locatie:

Nadere informatie

Datum 4 december 2018 Betreft Resultaten 2017 Meerjarenafspraken energie-efficiëntie MJA3 en MEE

Datum 4 december 2018 Betreft Resultaten 2017 Meerjarenafspraken energie-efficiëntie MJA3 en MEE > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 ICT

MJA-Sectorrapport 2015 ICT MJA-Sectorrapport 2015 ICT Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: ICT Datum: 161130 Status: Definitief Kenmerk: YC / HVDK/156011 Locatie: Utrecht Contactpersoon: ( Yolanda Clemens-Meerhoff )

Nadere informatie

Projectplan Duurzaam Inkopen

Projectplan Duurzaam Inkopen Projectplan Duurzaam Inkopen Gemeente Franekeradeel, afdeling Bouwen en Milieu Minke Lotens - Eichhorn Augustus 2010 status: Definitief Inhoudsopgave Inleiding 3 Doelstellingen projectplan 4 Overige resultaten

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2014 Aardappelverwerkende industrie

MJA-Sectorrapport 2014 Aardappelverwerkende industrie MJA-Sectorrapport 2014 Aardappelverwerkende industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Aardappelverwerkende industrie Datum: 18 juni 2015 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/TDL/158010

Nadere informatie

Energiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015. Versie 2.0 (summary)

Energiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015. Versie 2.0 (summary) Energiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015 Versie 2.0 (summary) Auteurs: Van Dorp Dienstencentrum Datum: Februari 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Energiebeleid... 3 2.1 Continue verbetering...

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport 2015 Koffiebranderijen

MJA-Sectorrapport 2015 Koffiebranderijen MJA-Sectorrapport 2015 Koffiebranderijen Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Koffiebranderijen Datum: 22 augustus 2016 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/JRI/158004 Locatie: Utrecht Contactpersoon:

Nadere informatie