2Modelexamen 2. Modelexamen 2



Vergelijkbare documenten
1Modelexamen 1. Modelexamen 1

PRINCE2 Foundation proef examen Multiple-choice oefening

P componenten en technieken

Oefenvragen PRINCE2 Foundation 200 multiple choice

EXIN Projectmanagement Foundation

Secretaris op maat! PRINCE2

Project Management: Introductie tot Prince2

PROJECT INITIATION DOCUMENT

PRINCE2 Foundation Kandidaatsyllabus

Combineren PRINCE2 met PMW en Projectmatig Creëren

EXIN Projectmanagement Foundation

Lagant Management Consultants B.V. Presentatie NGI 26 augustus 2003

Uitwerkingen van de opdrachten bij Projectmanagement volgens Prince2 tweede editie Peter Janssen Pearson Education Benelux ISBN

Doelen Managementproducten

Hoofdstuk 9 Plannen. 9.1 Doel. 9.2 Definitie plannen

PRINCE2 -proefexamens

3Processen, componenten en technieken

1. Thema: Plannen. Definities en Kernbegrippen. Inhoud

PRINCE Een introductie. Algemene informatie voor medewerkers van SYSQA B.V.

Prince2 audit. Kwaliteitsmaatregel met rendement

afsluitende fase. Binnen deze fasen worden zeven hoofdprocessen onderkend (bezien vanuit de stuurgroep en de projectmanager). Het proces plannen uit

is maatwerk Afstemming op specifieke organisatie laat vaak te wensen over

PRINCE2 Practitioner Kandidaatsyllabus

Uitwerkingen van de opdrachten bij Projectmanagement volgens Prince2 tweede editie Peter Janssen Pearson Education Benelux ISBN

De brug tussen PRINCE2 en TMap

PRINCE2 -proefexamens

Interactieve Discussieavond. Testen en PRINCE TestNet interactieve discussieavond Testen en Prince2 1

E.1. Opstarten van een Project (OP)

Rollen en verantwoordelijkheden

Projectmanagement: De basisprincipes? Het nut?

332 Bijlage F: Vertaallijst F.4.2 Thema s Thema's Organisatie Kwaliteit nen Risico Wijziging Themes Organization Quality s Risk Change F.4.3 Processen

Projectmanagement update

De kleine Prince 2. Gids voor projectmanagement. Mark van Onna Ans Koning. Zesde herziene druk. Review: Arthur Coppens

BPUG-bijeenkomst 3 juli 2013 PRINCE2 en IPMA bij leveranciersorganisaties

is maatwerk Afstemming op specifieke organisatie laat vaak te wensen over

PRINCE2 in duizend woorden

DEEL I 5.5 PRINCE Definitie project Kern van PRINCE Historie Scope Uitgangspunten

PRINCE2 in duizend woorden. Andy Murray, hoofdauteur van PRINCE2 (2009) en Directeur van Outperform UK Ltd. AXELOS.com. The Stationery Office 2011

Projectmanagement De rol van een stuurgroep

PRINCE2 Symposium: Zin en Onzin van een Methode. PRINCE 2 versus CMMI; raakvlakken, overlap en aanvullingen SYSQA B.V.

PRINCE2 -proefexamens

PRINCE 2: Projects IN Controlled Environments 1

Het Foundation examen

Bram de Vuyst, Ron Seegers

Prince User Group Nederland

Prince User Group Nederland

9642 LL VEENDAM

Copyright protected. Use is for Single Users only via a VHP Appr For information and printed versions please see

Project Voorstel. Plaats Datum Auteur Functie Status Versie

PRINCE 2 versus CMMI; raakvlakken, overlap en aanvullingen

EXIN Projectmanagement Foundation

OS turingsinstrumenten

PLANET AGILE 17E BPUG SEMINAR

PRINCE2 -proefexamens

PROJECT INITIATIE DOCUMENT

Thema-avond. Testen en PRINCE2. 20 oktober Introductie en Hot Issues PRINCE2 (Rik Marselis, LogicaCMG en Rob Baarda, Sogeti)

Risk & Requirements Based Test Management naast Prince2 project management

voorbeeldexamen I-Tracks Project Participation Foundation (PPF) voorbeeldexamen PPF uitgave oktober 2007

Project Initiation Document Project VVE-Beheer. Project Initiation Document. Project: VVE-Beheer

PRINCE Glossary of Terms Dutch

De essentie van projectmatigwerken

PROJECT: ONTWIKKELOMGEVINGEN VIRTUELE TESTOMGEVINGEN

PROJECT INITIATIE DOCUMENT. Project: Outfit. Project Initiation Document. Opdrachtgever: Bestandsnaam: Dick Heinhuis & Marco Duinkerken

Een duivelse samenwerking (Projectmanagement vs. Testmanagement) Albrie Beemer & Erik Bits 18 april 2012

Geef de titel van het wijzigingsverzoek zo kort mogelijk weer.

PRINCE2 Foundation. 1264,- excl. BTW per deelnemer Duur: Kosten: 3 dagen Max Deelnemers: 12

Projectplan. Informatie arrangementen als app. s-hertogenbosch, 6 december 2011

PROJECT INITIATIE DOCUMENT. Project: Outfit. Project Initiation Document. Opdrachtgever: Bestandsnaam: Dick Heinhuis & Marco Duinkerken

Product-based Planning Gewoon Doen! Transformatie van PINO naar simpel, toepasbaar PRINCE2

Project Plan van Aanpak. Naam project:

Managementrapportage [datum]

PRINCE2 Basics Inleiding in PRINCE2

PRINCE is overzichtelijker

Problematiek in projecten

Brochure PRINCE2 Practitioner

Bijlage 14 voor de Europees openbare aanbesteding van. Datamigratie. Dienst Uitvoering Onderwijs. Beschrijving Transitieplan

Plan van Aanpak. Project Vorming Districtelijke Organisatie Brandweer Land van Cuijk. Uitgave: Definitef. Datum: 6 februari 2007.

De project support office(r) als projectnavigator

Hoe wendbaar zijn we?

Het Practitioner Examen

INVOEREN PRINCE 2 BIJ BEELD EN GELUID

Managing Quality and Business Risks in Programmes. Mario van Os

EXIN Projectmanagement Foundation

Practitioner s Certificate in IT Service Management: Release & Control (based on ITIL )

DE WENDBARE ORGANISATIE

Brochure PRINCE2 Practitioner Online

PRINCE2 PRACTITIONER-EXAMEN / RICHTLIJNEN VOOR DE KANDIDAAT

Is grip op de beheersing en besturing van tijd, geld en scope een utopie? Eric Zonneveld, Project Controller 28 september 2012

Projectsabotage. Het verschijnsel dat projecten bewust worden ondermijnd. Deel 1 Ngi

PROJECTMANAGEMENT VOLGENS BAUHAUS SAMENVATTING STANDAARDS PROJECTMANAGEMENT

Agenda. Introductie. Doelstellingen van het Spel. Methode van training. PRINCEOPOLY spelen. Spelverloop. Spelevaluatie

OPI-PMO - PROJECT MANAGER VERANTWOORDELIJKHEDEN I.V.M. INFORMATIEBEVEILIGING EN VERANTWOORD SPEL

Brochure PRINCE2 Foundation

Van Risicoanalyse tot Teststrategie

Project- vs Organisatiestructuur. Lars Hegemann

PRINCE2 VOOR PROFESSIONELE PROJECTEN

PROJECT INITIATIE DOCUMENT. Project GetConnected Verhuisdieren. Project: GetConnected VHD Versie: 2.0

Inhoud. Copyright protected. Use is for Single Users only via a VHP Approved License. For information and printed versions please see

WHITE PAPER PRINCE2 EN ARCHITECTUUR

Transcriptie:

2Modelexamen 2 Het examen PRINCE2 Foundation wordt in Nederland afgenomen door Stichting EXIN. Om u voor te bereiden op het examen is er een representatief modelexamen bijgevoegd. Het examen bestaat uit 75 meerkeuzevragen die binnen 60 minuten moeten worden beantwoord. Bij een score van 38 of meer juist beantwoorde vragen bent u geslaagd voor het examen. 1. Welke van de onderstaande alternatieven is géén PRINCE2- component? A. Business case B. Wijzigingsbeheer C. Productgerichte planning D. Configuratiebeheer 2. Wat staat niet in de beschrijving van de business case? A. De aannames ten aanzien van beschikbaarheid, tarieven en uitgangspunten B. De kwantitatieve opbrengst van de op te leveren producten C. De terugverdientijd van het project D. Een kwalitatief oordeel over de organisatiedoelstellingen, los van het project 3. Welke rol/functie is niet verplicht in een PRINCE2-project? A. Business Executive B. Senior User C. Projectmanager D. Teammanager 4. Wie is ervoor verantwoordelijk dat de opgeleverde producten aan de eisen voldoen? A. Project Board B. Projectmanager C. Project Assurance D. Business Executive 5. In welk PRINCE2-proces worden de taken en verantwoordelijkheden voor kwaliteit bepaald? A. Quality Review B. Starting up a poject C. Initiating a project D. Controlling a Stage 6. Wat is de taak van de Change Manager? A. Hij controleert wijzigingen en wijzigingsvoorstellen op consistentie B. Hij mag over (sommige) wijzigingsaanvragen (RfC s) beslissen C. Hij adviseert de projectmanager over RfC s D. Hij doet de projectborging m.b.t. de RfC s 1

7. Wat is geen kenmerk van een PRINCE2-project? A. Het moet producten opleveren B. Het hanteert gespecificeerde technieken C. Het is een managementomgeving D. Het maakt gebruik van een beperkte hoeveelheid hulpmiddelen 8. Wanneer spreken we in een fase van een Afwijking? A. Als de projecttoleranties overschreden dreigen te worden B. Als het verloop van de fase afwijkt van de planning C. Als een Request for Change of een Off-Specification is binnengekomen D. Als men verwacht dat de fase niet afgerond wordt binnen de tolerantiegrenzen 9. Het verzoek om een acceptatiecriterium aan te passen geschiedt m.b.v. een A. Exception Report B. Off-Specification C. Request for Change D. Product Description 10. Hoe heet het principe waardoor bepaald wordt dat de stuurgroep niet volgens een vaste frequentie, maar alleen als het nodig is bij elkaar komt? A. Fase-eindbeoordeling B. Tussentijdse fasebeoordeling C. Management by Exception D. Toleranties 11. De kwaliteitsbeoordeling is (vooral) geschikt voor toepassing op A. Alle soorten producten B. Vooral documenten C. Specialistische producten D. Eindproducten 12. Bij Project afbouwen (AP1) worden de projectfiles gearchiveerd A. Om toekomstige audits mogelijk te maken B. Omdat hier nog Lessons Learned uit kunnen volgen C. Omdat deze nodig zijn bij exploitatie en beheer D. Omdat de projectmanager mogelijk vertrekt na afloop van het project 13. Hoe noemen we een mogelijke afwijking van een plan die niet meteen aan de stuurgroep gerapporteerd wordt? A. Afwijking B. Uitwijk C. Concession D. Tolerantie 14. Een Product Flow Diagram wordt niet opgesteld om duidelijkheid te verschaffen over A. De totale hoeveelheid werk/producten die opgeleverd moeten worden B. De opbouw en onderverdeling van de producten C. De afhankelijkheden tussen de verschillende producten D. De volgorde van ontwikkeling van de producten 15. Wat kan niet het resultaat van DP4 (Ad hoc sturing geven) zijn? A. Extra budget of tolerance B. Voortijdige beëindiging van het project C. Teruggaan naar de vorige fase D. Toestemming voor de volgende fase 16. Hoe heet het werk dat de teammanager uitvoert voor de projectmanager? A. Teamplan B. Productbeschrijving C. Werkpakket D. Eindproduct 2

17. Welk PRINCE2-proces zorgt ervoor dat twee specialisten onafhankelijk van elkaar aan hetzelfde product kunnen werken? A. Change Control B. Configuration Management C. Managing Product Delivery D. Project Support 18. Bij het samenstellen van een hoofdpuntenrapport wordt gebruik gemaakt van A. Aandachtspuntenlijst B. Leerpuntenrapport C. Projectvoorstel D. Stuurgroep 19. Wanneer wordt een fase gedetailleerd gepland? A. Aan het begin van de betreffende fase B. Aan het einde van de voorgaande fase C. Als het projectplan wordt opgesteld D. Als de stuurgroep hier opdracht voor geeft 20. Welke van de onderstaande stellingen met betrekking tot projectborging is niet juist? A. Projectborging is niet verplicht bij een PRINCE2-project B. Stuurgroepleden kunnen projectborgingstaken delegeren C. Projectborging toetst voortgang en kwaliteit van het project D. Projectborging moet onafhankelijk zijn van de projectmanager 22. In welke fase wordt een afwijkingsrapport besproken door de stuurgroep? A. Fase- of afwijkingsplan autoriseren (DP1) B. Aandachtspunten aan de orde stellen (BF8) C. Projectaandachtspunten beoordelen (BF4) D. Ad hoc sturing geven (DP4) 23. Welke van de onderstaande beweringen met betrekking tot de stuurgroep is juist? A. Hoe groter het project, hoe groter de stuurgroep B. De stuurgroep bestaat uit minimaal 3 leden C. Een lijnfunctionaris kan geen deel uitmaken van de stuurgroep D. De stuurgroepvergaderingen worden bijgewoond door de projectmanager 24. Een project waarin 2 miljoen euro is geïnvesteerd, blijkt de business case niet meer te kunnen waarmaken. Welke beslissing moet de stuurgroep in dit geval nemen? A. Het project moet onmiddellijk worden stopgezet B. Meer geld toezeggen, zodat de business case te halen is C. Beslissen om genoegen te nemen met een mindere kwaliteit D. Een van de variabelen tijd, geld en/of kwaliteit aanpassen 21. Wie is de eigenaar van de business case? A. Businessmanager B. Stuurgroep C. Projectmanager D. Projectbureau 3

25. Op welke periode heeft een afwijkingsrapport betrekking? A. Vanaf de melding van het aandachtspunt tot het einde van de rapportageperiode B. Vanaf de melding van het aandachtspunt tot het einde van de fase C. Vanaf de melding van het aandachtspunt tot aan het volgende hoofdpuntenrapport D. Vanaf de melding van het aandachtspunt totdat het project weer binnen de toleranties valt 26. Wat voor soort product is een hoofdpuntenrapport? A. Kwaliteitsproduct B. Specialistisch product C. Technisch product D. Managementproduct 27. Het projectplan is gebaseerd op het projectvoorstel, het projectkwaliteitsplan en A. Projectaanpak B. Aandachtspuntenlijst C. Risicologboek D. Projectinitiatiedocument 28. Wat is de relatie tussen de product lifecycle en de project lifecycle? A. Een product lifecycle maakt deel uit van de project lifecycle B. Een project lifecycle maakt deel uit van een product lifecycle C. Een project lifecycle valt samen met een product lifecycle D. Een project lifecycle is onafhankelijk van een product lifecycle 30. Wie moet ervoor zorgen dat er toleranties voor het project bepaald worden? A. Business Executive B. Stuurgroep C. Senior User D. Projectmanager 31. Welk gedeelte van het budget uit een faseplan is niet zonder meer beschikbaar voor de projectmanager? A. De baseline B. Alles behalve de baseline C. De toleranties D. Het change budget 32. Wie is er binnen een project verantwoordelijk voor dat de producten voldoen aan de eisen van de gebruikers? A. Business Executive B. Stuurgroep C. Projectmanager D. Senior User 33. Hoe noemen we een afwijking van de specificatie die door de stuurgroep wordt geaccepteerd zonder de opdracht om het product aan te passen? A. Afwijkingsrapport B. Change Contingency C. Concession D. Projectaandachtspunt 34. Wie is verantwoordelijk voor het opstellen van het projectvoorstel? A. Programmamanagement B. Stuurgroep C. Projectmanager D. Projectbureau 29. Wat voor soort product is de aandachtspuntenlijst? A. Specialistisch product B. Managementproduct C. Kwaliteitsproduct D. Geen van alle 4

35. Welke van de onderstaande levenscycli wordt door PRINCE2 afgedekt? A. De productlevenscyclus B. De projectlevenscyclus C. De projectlevenscyclus en enige projectvoorbereiding D. De volledige projectlevenscyclus en productlevenscyclus 36. Waarover moeten stuurgroep en projectmanager volgens PRINCE2 toleranties afspreken? A. Bereik en kwaliteit B. Geld en kwaliteit C. Tijd en bereik D. Tijd en geld 37. Wat staat niet in een PRINCE2-plan? A. Afhankelijkheden tussen activiteiten B. Voor kwaliteit benodigde activiteiten C. Producten D. Contractafspraken 38. In welk (sub)proces wordt het risicologboek aangemaakt? A. Projectvoorstel opstellen (OP4) B. Projectbeheersing opzetten (IP4) C. Projectdossier aanleggen (IP5) D. Projectaanpak definiëren (OP5) 39. Welk ander proces wordt aangestuurd door Beheersen van een fase (BF)? A. Plannen maken B. Managen Faseovergangen C. Managen Productoplevering D. Afsluiten van een project 40. PRINCE2 onderscheidt zich op een aantal punten van andere gangbare projectmanagement methoden. Wat is het verschil tussen PRINCE2 en de andere methoden? A. Business case en procesgerichte aanpak B. Fasering en structurering C. Risicomanagement D. Change Management 41. Tijdens welk proces wordt het projectdossier opgezet? A. Initiëren van een project (IP) B. Managen productoplevering (MP) C. Managen faseovergangen (MF) D. Opstarten van een project (OP) 42. Wie is de eigenaar van een risico? A. Degene in de stuurgroep die deze taak heeft B. Degene die een risico signaleert C. Degene die last zal ondervinden van het risico D. Degene die het risico in de gaten houdt 43. Welke rol zal in een klantleverancieromgeving niet voorkomen in de stuurgroep van de leverancier? A. Senior Supplier B. Senior User C. Account Manager D. Business Executive 44. Wat is de juiste volgorde van de risicoanalyseactiviteiten? A. Identificatie, impact, maatregelen B. Impact, maatregelen, identificatie C. Maatregelen, identificatie, impact D. Impact, identificatie, maatregelen 5

45. Wat maakt geen onderdeel uit van een productbeschrijving? A. Kwaliteitscriteria B. Planningsgegevens C. Samenstelling van het product D. Toegewezen aan 46. Wat is geen projectaandachtspunt? A. Afwijkingsrapport B. Request For Change (RfC) C. Vraag van een projectmedewerker D. Opmerking van een teamlid 47. Wat kan helpen bij PL4, Schatting maken? A. Productdecompositiestructuur B. Planning C. Productbeschrijving D. Risicoanalyse 48. Wat kan in een projectplan niet voorkomen? A. Grafische representatie B. Planning C. Productstroomdiagram D. Begroting van de baten 49. Wanneer rapporteert een teammanager over status en voortgang van een werkpakket aan de projectmanager? A. Wekelijks B. Dagelijks C. Zo vaak als beschreven in het werkpakket D. Ad hoc 50. Welke Prince 2-component wordt beschreven met: alle producten, dus ook projectdocumentatie, moeten worden beheerd om efficiënt te kunnen werken? A. Business case B. Configuratiebeheer C. Kwaliteitsbeheer D. Wijzigingsbeheer 51. In welk proces worden beslissingen genomen over afwijkingen? A. MF Managen faseovergangen B. DP Dirigeren van een project C. MP Managen productoplevering D. BF Beheersen van een fase 52. Wie is verantwoordelijk voor het proces Managen productoplevering (MP)? A. Projectmanager B. Senior Supplier C. Stage Manager D. Teammanager 53. Binnen welk proces vindt kwaliteitscontrole en goedkeuring van opgeleverde producten plaats? A. DP Dirigeren van een project B. AP Afsluiten van een project C. BF Beheersen van een fase D. MP Managen productoplevering 54. In welk proces wordt de samenstelling van het projectmanagementteam gereviewd? A. MF1 Faseplan opstellen B. MF5 Faseafsluiting rapporteren C. MF2 Projectplan actualiseren D. BF5 Status van een fase beoordelen 55. Welke aanbeveling doet PRINCE2 voor het minimum aantal fasen van een project? A. Een B. Twee C. Drie D. Geen aanbeveling voor een minimum aantal 6

56. Wat is directe input voor het project kwaliteitsplan? A. ISO 9001 Quality Management System B. Kwaliteitsmeting C. Kwaliteitsborging D. De kwaliteitsverwachtingen van de klant 57. Wat is volgens PRINCE2 het derde projectbelang, naast User en Supplier? A. Technical B. Management C. Business D. Quality 58. Wat staat niet in het projectvoorstel? A. Acceptatiecriteria B. Initiële Business case C. Projectdefinitie D. Bekende risico s 59. Wat wordt binnen PRINCE2 beschouwd als de drijvende kracht voor het project? A. Risicomanagement B. Projectinitiatiedocument (PID) C. Projectvoorstel D. Business case E. Projectmandaat 60. Welk item wordt niet in een Product Description beschreven? A. Beheersingsmechanismen B. Kwaliteitscriteria C. Methode voor kwaliteitsmeting D. Samenstelling 61. Waarom is de business case in PRINCE2 zo belangrijk? A. Omdat hiermee de acceptatiecriteria vanuit de gebruikers helder worden B. Omdat het project hierdoor beter gepland en begroot kan worden C. Omdat de bestaansreden voor het project hiermee duidelijk wordt D. Omdat de projectdoelstellingen hierdoor duidelijk worden 62. Wat is het doel van het proces Opstarten van een project (OP)? A. Het inplannen van de inhoudelijke projectactiviteiten en het hieraan toewijzen van resources en middelen B. Het onderzoeken van de levensvatbaarheid van de business case van het voorgestelde project C. Het opzetten van de projectbeheersingsmechanisme n D. Het verkrijgen van acceptatie van de stuurgroep om te werken volgens de product- en projectplanning die de projectmanager heeft gemaakt 63. Wat komt het eerst in PRINCE2? A. Projectvoorstel B. Projectplan C. Acceptatiecriteria D. Projectmandaat 64. Wat is niet een specifiek doel van de fase-eindbeoordeling? A. Toetsing of de noodzaak voor het project veranderd is B. Beoordeling volgend faseplan in samenhang met het projectplan C. Verspreiden van leerpunten D. Beoordeling van de toleranties voor de volgende fase 7

65. Welke uitspraak met betrekking tot een fase is niet waar? A. Het is de hoeveelheid werk die gedefinieerd is in een werkpakket B. Het zijn onderdelen van het project met beslispunten C. Het zijn delen of subsets van het project D. Het is de hoeveelheden werk die de projectmanager als een blok uitvoert in opdracht van de stuurgroep 66. Wie ontvangt een product mogelijk eerder dan de Projectmanager? A. Configuratiemanager B. Gebruiker C. Projectborging D. Niemand 67. Binnen welk proces wordt het faseplan voor de projectinitiatie opgezet? A. Initiëren van een project (IP) B. Managen faseovergangen (MF) C. Plannen maken (PL) D. Opstarten van een project (OP) 68. Welke uitspraak is niet correct? A. Een PRINCE2-project heeft een eindige doorlooptijd B. Een PRINCE2-project gebruikt een gedefinieerde hoeveelheid resources C. Een PRINCE2-project heeft een organisatiestructuur met gedefinieerde verantwoordelijkheden D. Een PRINCE2-project kan best activiteiten hebben zonder producten 69. Welk product kan beschouwd worden als het contract tussen programmamanagement en de projectgroep? A. Projectmandaat B. Projectvoorstel C. Projectinitiatiedocument D. Projectplan 70. Wanneer worden de risico s minimaal geactualiseerd? A. Bij BF4, Projectaandachtspunten beoordelen B. Bij BF5, Status fase beoordelen C. Bij MF, Managen Faseovergangen D. Volgens een frequentie die vermeld is in de PID 71. Wanneer worden de beoordelaars voor de kwaliteitsbeoordeling bepaald? A. Bij de projectplanning B. Bij de faseplanning C. Bij de planning van de kwaliteitsbeoordeling D. Zo vroeg als mogelijk in het project 72. Waar worden de baten (benefits) van het project gemeten? A. Aankondiging projecteinde B. Projecteindrapport C. Post-projectbeoordeling D. Bij elke faseovergang 73. Welke fase moet volgens PRINCE2 altijd plaatsvinden? A. Implementatie B. Opstarten C. Initiatie D. Overdracht 74. Wat is onderdeel van elk PRINCE2- plan? A. Projectorganisatie B. Leerpuntenrapport C. Risicoanalyse D. Acties voor voortgangsmeting en bijsturing (monitoring en control) 75. Wat staat niet in het PID? A. Dossierstructuur B. Wijzigingsbeheerprocedures C. Plan voor de volgende fase D. Achtergrond 8