Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Vergelijkbare documenten
Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Addendum bij het Prospectus van Zwitserleven Beleggingsfondsen d.d. 1 december 2015

Nieuwsbericht. 22 januari Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Postbus KA AMSTERDAM.

VOORSTEL EN TOELICHTING TOT WIJZIGING VAN DE VOORWAARDEN VAN DEELNAME VAN

NN First Class Balanced Return Fund

Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Zwitserleven Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Addendum bij prospectus 18 juli Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen

Aan de basis van onze dienstverlening. ligt een transparant en duurzaam beleid. Hoe gaan we met onze klanten om?

Fortis Investments. Fortis Groen Fonds. Kwartaalrapportage

LifeCycle Prestatie Pensioen

Addendum. Prospectus van 1 mei 2018 RZL Beleggingsfondsen N.V.

INFORMATIE BELEGGINGSFONDSEN (NETTO) WERKNEMERS PENSIOEN

Registratiedocument 1 JULI 2014

Algemene informatie 3. Verslag van de beheerder 4. Jaarrekening 6. Balans per 31 december Winst- en verliesrekening over

Zwitserleven Beleggingsfondsen. Halfjaarbericht

BELEGGINGSSTATUUT. Stichting Fonds Oncologie Holland. April Beleggingsstatuut SFOH 30 april 2015, pag. 1

2013 SNS RESPONSIBLE INDEX FUND - EQUITY PACIFIC

Inhoud JAARVERSLAG 2013 SNS BELEGGINGSFONDSEN N.V. 2

Aanwezig: - Wilgenhaege Fondsen Management B.V. vertegenwoordigd door de heer R.G.A. Steenvoorden en de heer R.L. Voskamp.

Jaarvergadering 2018

NN First Class Return Fund

GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE

NN First Class Return Fund

2013 SNS RESPONSIBLE INDEX FUND - EQUITY NORTH AMERICA - A

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Wijziging voorwaarden TCM aandelenfondsen

Persbericht. Triodos beleggingsfondsen houden stand in lastig beleggingsklimaat Geringe daling van 3% in eerste halfjaar 2011

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten

Robeco Life Cycle Funds. Kwartaalbericht Q4 2017

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Tussentijds bericht Staalbankiers Beleggingsfondsen Beheer B.V. per

Informatie over beleggingsbeleid particulier vermogensbeheer. 1) Op welke beleggingsovertuigingen baseert Index People haar dienstverlening?

Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016

Aanvullend prospectus. Achmea paraplu fonds A

Fund Governance. Achmea Investment Management. Versie 3.0, november 2018

2013 SNS RESPONSIBLE INDEX FUND - EQUITY NORTH AMERICA

Halfjaarbericht Bright LifeCycle Fonds

REGISTRATIEDOCUMENT als bedoeld in bijlage D van het Besluit toezicht financiële ondernemingen Wft.

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2017

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

Toelichting Utrecht, 29 november 2013

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Beleggen in het Werknemers Pensioen

2. STrUCTUUr 3. De BeHeerDer Michiel Goris (1956)

Beleggingsstatuut. 1. Algemene Richtlijnen. 2. Richtlijnen inzake het beleggingsbeleid

Beleggingsupdate Allianz Pensioen

2013 SNS RESPONSIBLE INDEX FUND - EQUITY EUROPE

start Beleggen in de Reaal Vermogensverzekering

Inhoud HALFJAARBERICHT 2013 SNS BELEGGINGSFONDSEN N.V. 2

Het beleggingsbeleid, de kosten en de rechten van de bestaande participanten blijven ongewijzigd.

TG Fund Management B.V. Amsterdam

Robeco Life Cycle Funds

Goed moment high yield obligaties te overwegen

Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandelindustrie september 2015

Addendum bij het Prospectus van SNS Beleggingsfondsen N.V. d.d. 14 september 2010

Achmea life cycle beleggingen in beeld

Essentiële Beleggersinformatie

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM. met betrekking tot het voorstel tot wijziging van het prospectus van

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

NN First Class Return Fund

REGISTRATIEDOCUMENT D.D. 1 JULI 2015

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE AMERICAN VALUE FUND

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2015

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE HAVEN EUROPEAN VALUE FUND ASIAN VALUE FUND AMERICAN VALUE FUND FUNDAMENT BOND FUND

Addendum bij prospectus 1 december Zwitserleven Beleggingsfondsen

NN First Class Return Fund

Top speler in Europa. BNP Paribas L1 Equity Best Selection Euro

Jaarverslag verantwoord beleggen 2015

Beleggingsstatuut Stichting Sophia Kinderziekenhuis Fonds Vastgesteld 9 februari 2016

11. Bijlage 2: Beleidsdocument Verantwoord Beleggen

Addendum. Prospectus van 2 mei 2018 ACTIAM Beleggingsfondsen N.V.

REGISTRATIEDOCUMENT als bedoeld in bijlage D van het Besluit toezicht financiële ondernemingen Wft.

TG Fund Management B.V. Amsterdam

Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Jaarverslag

visie op 2018 Vice seminar a.s.r. vermogensbeheer 1 november 2017 Jack Julicher, Chief Investment Officer

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

VOORSTEL EN TOELICHTING WIJZIGING VOORWAARDEN VAN DEELNAME

Evenwichtig beleggen? Ontdek de juiste balans tussen rendement en risico, zonder dat u ervan wakker hoeft te liggen.

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2014 t/m 31 maart Samenvatting: stijgende aandelen

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012

Toelichting beleggingsbeleid Triodos Bank Private Banking

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus JP Eindhoven

Persbericht. Jaarcijfers 2012 Triodos Investment Management. Triodos Beleggingsfondsen groeien met 7% in 2012

De jaarlijkse kosteninhouding voor het beheer van de verzekering Levensloop Aandelen bestaat uit een aantal componenten:

MEESMAN AANDELENFONDSEN WORDEN DUURZAAM EN BELASTINGEFFICIËNT

Addendum bij prospectus 18 juli Zwitserleven Beleggingsfondsen

Risico pariteit Aandelen Wereldwijd Ontwikkelde Markten - MSCI World Index MSCI Daily Net TR World Euro, Aandelen Wereldwijd

Eagle Fund Beheer B.V.

Jaarverslag 2017 van Pensioenfonds Vervoer Maatschappelijk Verantwoord Beleggen. Jaarverslag Maatschappelijk verantwoord beleggen

Addendum bij het Prospectus van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen d.d. 1 januari 2016

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 1. Derde kwartaal 2012

REGISTRATIEDOCUMENT D.D. 1 OKTOBER 2014

Informatie beleggingsfondsen per 31 december 2015

FONDS SLUYTERMAN VAN LOO. Formulering van een verantwoord beleggingsbeleid

Pensioen Laboratorium Een interactief onderzoek voor de leergierige Pensioenspecialist

Positieve flow voor leningen opkomende landen

Transcriptie:

Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen Jaarverslag

ALGEMENE INFORMATIE BEHEERDER SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. Croeselaan 1 Postbus 8444 3503 RK Utrecht website: www.snsbeleggingsfondsenbeheer.nl BEWAARDER Stichting Bewaarder Zwitserleven Beleggingsfondsen Utrechtseweg 31 d 3811 NA Amersfoort ACCOUNTANT KPMG Accountants N.V. Rijnzathe 14 3454 PV De Meern BANKIER EN BETAALKANTOOR KAS BANK N.V. Nieuwe Zijds Voorburgwal 225 1012 RL Amsterdam DEPOTBANK KAS BANK N.V. Nieuwe Zijds Voorburgwal 225 1012 RL Amsterdam ADMINISTRATEUR SNS Asset Management N.V. Croeselaan 1 Postbus 8444 3503 RK Utrecht FISCAAL ADVISEUR SNS REAAL N.V. Afdeling Fiscale Zaken Postbus 8444 3503 RK Utrecht JURIDISCH ADVISEUR SNS REAAL N.V. Afdeling Juridische Zaken Postbus 8444 3503 RK Utrecht JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 2

Inhoud 1 Profiel 4 1.1 Inleiding 5 1.2 Onze beleggingsfilosofie in het kort 5 1.3 Maatschappelijk bewust vermogensbeheer 5 1.4 Risicomanagement 6 1.5 Juridische structuur 6 1.6 Fund Governance 7 1.7 Verklaring omtrent de bedrijfsvoering 7 1.8 Verslaglegging en overige informatie 7 2 Algemeen 10 2.1 Bericht van de Raad van Toezicht 11 2.2 Verslag van de beheerder 12 2.2.1 Kerncijfers 12 2.2.2 Beheerontwikkelingen in de verslagperiode 13 2.2.3 Marktontwikkelingen en vooruitzichten 13 2.2.4 Maatschappelijk bewust vermogensbeheer 15 2.3 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 21 2.4 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 23 2.5 Zwitserleven Medium Duration Fonds 25 2.6 Zwitserleven Long Duration Fonds 27 2.7 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds 29 3 Jaarcijfers 2013 Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen 31 3.1 Toelichting 33 3.1.1 Balans 40 3.1.2 Winst- en verliesrekening 42 3.1.3 Overige toelichtingen 45 4 Jaarrekening 2013 Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen 46 4.1 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 47 4.2 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 53 4.3 Zwitserleven Medium Duration Fonds 63 4.4 Zwitserleven Long Duration Fonds 70 4.5 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds 77 5 Overige gegevens 84 5.1 Belangen Directie en Raad van Toezicht 85 5.2 Statutaire winstbestemmingsregeling 85 5.3 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 86 JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 3

1 PROFIEL JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 4

1.1 INLEIDING Beleggen in Zwitserleven Beleggingsfondsen levert veel voordelen op. Naast gespreid beleggen, op een eenvoudige en overzichtelijke manier, profiteert de belegger van de expertise van de fondsbeheerder. Wij bieden een selectie van goed renderende beleggingen met een gematigd risicoprofiel en lage kosten. Maatschappelijk bewust vermogensbeheer is ons uitgangspunt. In deze profielschets leest u hoe wij werken, hoe we het vermogensbeheer hebben ingericht en met welke partijen wij samenwerken om ervoor te zorgen dat uw belegging in goede handen is. 1.2 ONZE BELEGGINGSFILOSOFIE IN HET KORT Het grootste deel van onze beleggingsfondsen wordt actief beheerd, op basis van een gematigd risicoprofiel en door best in class vermogensbeheerders. Daarnaast zijn er fondsen met (gedeeltelijk) een passieve beheerstijl. Zowel bij de actief als passief beheerde fondsen is sprake van maatschappelijk bewust vermogensbeheer, lage kosten en transparantie. MAATSCHAPPELIJK BEWUST VERMOGENSBEHEER Wij vinden het voor onze klanten van groot belang om maatschappelijk bewust te beleggen. Wij houden ons daarom aan ESG-criteria. ESG staat voor Environment, Social en Governance, die gebaseerd zijn op onze Fundamentele Beleggingsbeginselen. Deze beginselen zijn verankerd in ons beleggingsproces. Traditionele financiële en niet-financiële criteria worden samen gewogen om tot een goed renderende portefeuille te komen. Tegelijk letten we nadrukkelijk op duurzame beleidsaspecten op het gebied van milieu, sociaal verantwoord ondernemen en goed ondernemingsbestuur. Hiervoor werken we samen met twee partijen, het ESG-researchteam van SNS Asset Management (SNS AM) en het Zweedse GES Investment Services (GES). Vrijwel alle Zwitserleven Beleggingsfondsen beleggen uitsluitend in ondernemingen en (overheids)instellingen die voldoen aan onze beleggingsbeginselen voor maatschappelijk bewust vermogensbeheer. BEST IN CLASS VERMOGENSBEHEERDERS De ons toevertrouwde gelden worden op een professionele en verantwoorde manier beheerd. Daarvoor is specialistische beleggingsexpertise noodzakelijk. Het kiezen van de beste vermogensbeheerders is dan ook een belangrijk onderdeel van ons beleggingsbeleid. Wij werken nauw samen met SNS AM, de vermogensbeheerder van SNS REAAL en voortrekker op het gebied van verantwoord vermogensbeheer. Voor specifieke beleggingen selecteren wij indien nodig een externe vermogensbeheerder. Wij zijn verantwoordelijk voor die keuze en voor de bewaking ervan. De geselecteerde partij krijgt een set kwantitatieve maatstaven en spelregels mee om daarbinnen een zo goed mogelijk resultaat te behalen. Tabel 1 (pagina 9) geeft een overzicht van de Zwitserleven Beleggingsfondsen, de beleggingsstrategie en de vermogensbeheerder. Tabel 2 (pagina 9) bevat de namen van de fondsmanager(s) die verantwoordelijk zijn voor het beleggingsbeleid. ACTIEF BEHEER MET GEMATIGD RISICOPROFIEL SNS Beleggingsfondsen Beheer (SBB) gelooft dat actief beheer in combinatie met lage kosten voor beleggers waarde kan toevoegen. Door gedegen onderzoek en analyse zoeken we naar een optimale risico-rendementsafweging. Ons beleid is gericht op stabiele resultaten voor onze klanten. Daarbij willen we beter presteren dan de benchmarks en andere, vergelijkbare fondsen. Voor elk beleggingsfonds is het beleggingsbeleid helder geformuleerd, inclusief restricties, richtlijnen en (risico)limieten. Onze fondsmanagers volgen en monitoren dit continu. Het risicoprofiel van de Zwitserleven Beleggingsfondsen is gematigd; onze fondsen zijn gericht op het behalen van rendement op langere termijn. Voor beleggers in actief beheerde fondsen kan het fondsrendement achterblijven bij de benchmark (index). Beleggers die dit risico willen vermijden en accepteren dat zij dan ook niet langer kans maken op een hoger rendement dan de benchmark, kunnen kiezen voor passief beheerde fondsen. 1.3 MAATSCHAPPELIJK BEWUST VERMOGENSBEHEER Ons maatschappelijk bewust vermogensbeheer is gebaseerd op drie pijlers: Fundamentele Beleggingsbeginselen (uitmondend in uitsluitingscriteria), dialoog tussen vermogensbeheerder en de onderneming ( engagement ), en uitoefening van stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen. De Fundamentele Beleggingsbeginselen vormen de basis van het ESG-beleid. Deze beginselen zijn geen subjectieve voorkeuren, maar komen voort uit internationale verdragen, richtlijnen en codes. Doel van het beleid is dat niet wordt belegd in ondernemingen of (overheids) instellingen die onze beleggingsbeginselen voor maatschappelijk bewust vermogensbeheer schenden. UITSLUITINGSCRITERIA Voorafgaand aan de portefeuillesamenstelling worden ondernemingen en (overheids)instellingen die deel uitmaken van de benchmark beoordeeld op de Fundamentele Beleggingsbeginselen. De uitvoering van het uitsluitingenbeleid is, met uitzondering van Zwitserleven Vastgoedfonds, uitbesteed aan SNS AM. Een team van analisten voert de beoordeling uit en rapporteert hierover aan een selectiecomité. JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 5

Dit comité besluit welke instellingen van belegging zijn uitgesloten, respectievelijk welke ondernemingen in aanmerking komen voor engagement. ENGAGEMENT Wanneer er twijfel bestaat of een onderneming wel verantwoord onderneemt, wordt een engagementproces gestart. De vermogensbeheerder gaat hierbij actief in gesprek met het management van de onderneming over waar en hoe de duurzaamheidprestatie kan worden verbeterd. Binnen engagement onderscheiden wij twee vormen: responsief en proactief engagement. Bij responsief engagement wordt de dialoog aangegaan met ondernemingen die op één of meer Fundamentele Beleggingsbeginselen slecht scoren en het risico lopen van belegging te worden uitgesloten, maar waarbij op korte termijn verbetering mogelijk is. Doel is dat het ESG-beleid en de ESG-prestaties voldoen aan onze beleggingsbeginselen. Ondernemingen die geen of onvoldoende vooruitgang laten zien, kunnen van belegging worden uitgesloten. Proactief engagement richt zich op de natuurlijke hulpbronnenindustrie met de focus op ondernemingen in de volgende sectoren: nolie & gas; nmijnbouw; npapier & bosbouw; nvoeding, drank & tabak en nutsbedrijven. Met deze ondernemingen wordt, zonder concrete aanleiding, besproken hoe zij het beleid en de prestaties op ESG-gebied kunnen versterken. De namen van bedrijven waarmee een actieve dialoog wordt gevoerd, maken wij niet bekend. In lijn met onze engagementstrategie kiezen wij voor een positieve benadering door te investeren in een goede relatie, uiteraard met als doel om aanpassingen in het ESG-beleid te zien. UITOEFENING STEMRECHT OP AANDEELHOUDERSVERGADERINGEN Op aandeelhoudersvergaderingen stemmen wij nadrukkelijk op duurzame beleidsaspecten. Ons stembeleid is gebaseerd op onze Fundamentele Beleggingsbeginselen en op erkende internationale best practice richtlijnen voor corporate governance en verantwoord beleggen. De uitvoering van het stembeleid is uitbesteed aan SNS AM. Zij maakt daarbij gebruik van de diensten van een externe adviseur die is gespecialiseerd in het beoordelen van de corporate governance van ondernemingen. 1.4 RISICOMANAGEMENT SBB bewaakt voortdurend dat de beleggingsfondsen en de beleggingsportefeuilles blijven voldoen aan de randvoorwaarden zoals die in het prospectus zijn vastgelegd, aan de wettelijke kaders en aan de interne uitvoeringsrichtlijnen. Deze richtlijnen betreffen onder meer de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmee zaken worden gedaan en de liquiditeit van de beleggingen. In het directieverslag wordt in de paragraaf Marktontwikkelingen en vooruitzichten inzicht gegeven in het risicomanagementbeleid en het gebruik van financiële instrumenten ten aanzien van het koersrisico, het renterisico, het kredietrisico en het valutarisico. 1.5 JURIDISCHE STRUCTUUR In de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen zijn gelden uit beleggingsverzekeringen ondergebracht. Zwitserleven is een handelsnaam van SRLEV N.V. SRLEV N.V. (hierna: Zwitserleven ), is een gekwalificeerde belegger die participant is in de beleggingsfondsen. Op 31 december 2013 waren Zwitserleven en KAS BANK N.V. de enige participanten. De Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen vallen onder het vrijwillig toezichtregime van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen heeft een zogenaamde paraplustructuur. Dit houdt in dat het fondsvermogen verdeeld wordt in verschillende series participaties (gezamenlijk de subfondsen of fondsen en elk afzonderlijk een subfonds of fonds ). Voor de paraplustructuur is gekozen omdat dit leidt tot schaalvergroting als gevolg waarvan efficiencyvoordelen kunnen worden behaald. Bovendien kunnen nieuwe fondsen op betrekkelijk eenvoudige wijze worden geïntroduceerd en in een bestaande structuur worden ondergebracht. Hierdoor kan sneller en efficiënter op veranderende marktsituaties worden ingespeeld. Beleggingsbeleid, risicoprofiel en kostenstructuur kunnen per subfonds verschillen. Voorafgaand aan de introductie van een subfonds stellen de beheerder en bewaarder van de beleggingsfondsen, met inbreng van Zwitserleven, de subfondsspecificaties vast. Vanaf de introductie van een subfonds gelden de subfondsspecificaties zoals opgenomen in het betreffende aanvullende prospectus. Het prospectus van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen inclusief de Voorwaarden van Beheer en Bewaring en de specificaties van de subfondsen zijn kosteloos op te vragen bij de beheerder of op de internetpagina www.zwitserleven.nl in te zien. Diagram Juridische Structuur Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Medium Duration Fonds Zwitserleven Long Duration Fonds Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 6

Per 31 december 2013 bestaan de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen uit Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds, Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds, Zwitserleven Medium Long Duration Fonds, Zwitserleven Long Duration Fonds en Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds. DOELSTELLING Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen zijn bedoeld voor institutionele relaties. De beleggingsfondsen hebben tot doel het per subfonds afzonderlijk beleggen van vermogen in effecten, afgeleide producten en andere vermogenswaarden, ten behoeve van de participanten. BELEGGING IN DE BELEGGINGSFONDSEN Het aan elk subfonds toe te rekenen vermogen wordt afzonderlijk belegd in de specifieke beleggingsportefeuille van het betreffende subfonds. Naast de algemene beleggingsdoelstellingen en het beleggingsbeleid heeft elk subfonds een eigen beleggingsbeleid en risicoprofiel. De subfondsen onderscheiden zich primair door het in de aanvullende prospectussen geformuleerde beleggingsbeleid. Voor elk subfonds wordt een aparte administratie gevoerd, zodat alle aan een subfonds toe te rekenen opbrengsten en kosten per subfonds worden verantwoord en geadministreerd op een daartoe per subfonds aangehouden rekening. Zowel de positieve als de negatieve waardeveranderingen in de beleggingsportefeuille van een subfonds komen ten gunste respectievelijk ten laste van de participanten in het betreffende subfonds. 1.6 FUND GOVERNANCE Als beheerder hanteert SBB de gedragscode Fund Governance. Deze gedragscode is gebaseerd op de door de Dutch Fund and Asset Management Association (DUFAS) geformuleerde Principles of Fund Governance, die tot doel hebben waarborgen te scheppen voor een integere bedrijfsvoering en een zorgvuldige dienstverlening conform de Wet op het financieel toezicht (Wft). De gedragscode van DUFAS is afgestemd met het Ministerie van Financiën en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). De gedragscode Fund Governance van SBB kunt u downloaden op www.snsbeleggingsfondsenbeheer.nl U kunt ook een exemplaar aanvragen bij de beheerder. 1.7 VERKLARING OMTRENT DE BEDRIJFSVOERING Wij beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wet op het financieel toezicht en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo). Wij hebben gedurende de verslagperiode verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan wij zouden moeten concluderen dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wet op het financieel toezicht en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als beheerder te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering zoals bedoeld in artikel 121 Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo. Ook hebben wij geconstateerd dat de bedrijfsvoering effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. 1.8 VERSLAGLEGGING EN OVERIGE INFORMATIE JAARVERSLAG EN HALFJAARBERICHT Binnen vier maanden na afloop van elk boekjaar verschijnt het jaarverslag van Zwitserleven Beleggingsfondsen. Binnen negen weken na afloop van het eerste halfjaar van elk boekjaar wordt een halfjaarbericht gepubliceerd. INFORMATIE OVER DE SUBFONDSEN Informatie per subfonds is vermeld in het prospectus en eventueel addendum behorend bij het prospectus, in de jaarverslagen en halfjaarberichten en in de Essentiële Beleggersinformatie (EBi). Deze documenten liggen ter inzage ten kantore van de beheerder en zijn te downloaden van de website www.zwitserleven.nl/fondsen. Participanten worden geadviseerd hiervan kennis te nemen. SNS BELEGGINGSFONDSEN BEHEER B.V. SBB is statutair gevestigd en houdt kantoor in Utrecht. SBB is een 100% deelneming van SNS REAAL N.V. te Utrecht. De aandelen SNS REAAL N.V. zijn na de nationalisatie volledig in het bezit gekomen van de Nederlandse Staat. SBB voert directie over en is beheerder van SNS Beleggingsfondsen N.V., Zwitserleven Beleggingsfondsen Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen en Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Per 1 januari 2013 is SBB ook de beheerder van de institutionele beleggingsfondsen die tot ultimo 2012 door SNS Asset Management N.V. werden beheerd. Het gaat om zes fondsen; SNS Responsible Index Fund - Equity Europe, SNS Responsible Index Fund - Equity Europe A, SNS Responsible Index Fund - Equity North America, SNS Responsible Index Fund - Equity North America-A, SNS Responsible Index Fund - Equity North America-B en SNS Responsible Index Fund - Equity Pacific. Deze fondsen zijn onder beheer van SBB gekomen vooruitlopend op aanpassing van wet- en regelgeving ( Alternative Investment Fund Managers Directive, kortweg AIFMD), waardoor een vergunning voor het beheer van deze fondsen vereist zal zijn. Daarnaast bestaat de wens tot centralisering van expertise op het gebied JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 7

van het beheer van beleggingsfondsen binnen SNS REAAL N.V. Ultimo 2013 was de omvang van het door SBB beheerde vermogen 12,6 miljard (ultimo 2012: 10,2 miljard). WET- EN REGELGEVING AIFMD Op 22 juli 2013 is AIFMD geïmplementeerd in de Wet op het financieel toezicht (Wft). Nederlandse beleggingsinstellingen kwalificeren vanaf 22 juli 2013 in beginsel als alternatieve beleggingsinstelling ( abi ) of als instelling voor collectieve belegging in effecten ( icbe ). Hierbij geldt voor abi-beheerders, zoals SBB, een overgangsregime tot (uiterlijk) 22 juli 2014. Tijdens het overgangsregime gelden de vereisten van de Wft zoals die van kracht waren op 21 juli 2013. Met ingang van 22 juli 2014 zal de huidige Wft-vergunning van SBB van rechtswege overgaan in een AIFMD-vergunning. Vanaf deze datum dient SBB als abi-beheerder te voldoen aan alle vereisten die gelden voor een abi-beheerder. Het adres waar de vennootschap kantoor houdt is: SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. Croeselaan 1 3521 BJ Utrecht Het postadres is: Postbus 8444 3503 RK Utrecht Telefoon: 030-291 55 44 E-mailadres: snsbeleggingsfondsen@snsreaal.nl Website: snsbeleggingsfondsenbeheer.nl JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 8

Tabel 1: Beleggingsfonds, strategie en vermogensbeheerder BELEGGINGSFONDS STRATEGIE VERMOGENSBEHEERDER Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds Euro obligaties van ondernemingen met een hoge kredietwaardigheid SNS Asset Management Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds Euro staatsobligaties SNS Asset Management Zwitserleven Long Duration Fonds Euro obligaties, rentederivaten en geldmarktinstrumenten SNS Asset Management Zwitserleven Medium Duration Fonds Euro obligaties, rentederivaten en geldmarktinstrumenten SNS Asset Management Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds Euro obligaties, rentederivaten en geldmarktinstrumenten SNS Asset Management Binnen de afgegeven bandbreedtes binnen het mandaat wordt de asset allocatie van deze strategieën gedaan door SNS Asset Management. Een beschrijving van de beleggingsstrategieën vindt u op http://www.snsreaal.nl/snsbeleggingsfondsen/fonds-en-fondsstrategie/zwitserleven-fondsen.html. Tabel 2: Overzicht fondsmanagers BELEGGINGSFONDS FONDSMANAGER(S) VERANTWOORDELIJK VOOR FONDS SINDS BIJ HUIDIGE ASSET MANAGER SINDS IN ASSET MANAGEMENT INDUSTRIE SINDS Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 Johan Idema 2010 2005 1 1999 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 Johan Idema 2010 2005 1 1999 Zwitserleven Long Duration Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 Johan Idema 2012 2005 1 1999 Zwitserleven Medium Duration Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 Johan Idema 2012 2005 1 1999 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 1) In diensttreding bij rechtsvoorgangers van SNS REAAL Johan Idema 2012 2005 1 1999 Een verkorte CV met relevante opleiding en werkervaring van de fondsmanagers vindt u op http://www.snsreaal.nl/snsbeleggingsfondsen/overzicht-fondsmanagers/zwitserleven-fondsen.html. Kies het Zwitserleven Beleggingsfonds om het CV te bekijken. JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 9

2 ALGEMEEN JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 10

2.1 BERICHT VAN DE RAAD VAN TOEZICHT De Raad van Toezicht ( RvT ) heeft als taak toezicht te houden op het gevoerde beleid van de Beheerder en op de algemene gang van zaken bij SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. (de Beheerder ). Uitgangspunt hierbij is dat de Raad van Toezicht een goed overzicht heeft op de handelswijze van de (directie van de) Beheerder. SAMENSTELLING Over het verslagjaar 2013 is de samenstelling van de RvT ongewijzigd gebleven. De RvT bestaat uit de heren R.G.J. Langezaal (voorzitter), W. Horstmann en B. Janknegt. VERGADERINGEN De RvT heeft in het verslagjaar viermaal regulier vergaderd met de directie van SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. ( SBB ). SBB is de beheerder van de Zwitserleven Beleggingsfondsen. Geen enkel lid van de RvT is herhaaldelijk bij deze vergaderingen afwezig geweest. Tijdens de vergaderingen is een groot aantal terugkerende onderwerpen aan de orde gekomen die betrekking hebben op het beleid, de gang van zaken en de toekomst van de Zwitserleven Beleggingsfondsen. In iedere reguliere vergadering wordt door de directie van SBB ook verslag gedaan van de prestaties van de subfondsen van de Zwitserleven Beleggingsfondsen en van eventuele correspondentie en andere contacten met toezichthouders. Daarnaast is tweemaal vergaderd waarbij de accountant onder meer mondelinge toelichting heeft gegeven bij de accountantsverklaring bij het jaarverslag 2012. REALISATIE VAN DE DOELSTELLINGEN VAN DE VENNOOTSCHAP De afzonderlijke subfondsen van de Zwitserleven Beleggingsfondsen kennen, uitgaande van een gematigd risico- en kostenprofiel, hoofdzakelijk een prestatie gedreven doelstelling (beleggingsrendement). De directie van SBB geeft ieder overleg aan welk rendement gerealiseerd is met betrekking tot de betreffende subfondsen en hoe dat rendement zich verhoudt tot het rendement van de benchmark van de betreffende subfondsen. Op basis van deze informatie kan de RvT vaststellen in welke mate de betreffende doelstellingen gerealiseerd worden. WIJZIGING VOORWAARDEN Wanneer SBB voornemens is de voorwaarden van de Zwitserleven Beleggingsfondsen te wijzigen, wordt de voorgenomen wijziging voorgelegd aan de RvT. De RvT toetst in hoeverre met het doorvoeren van de betreffende aanpassing het belang van aandeelhouders wordt gediend. De RvT heeft alle in het verslagjaar voorgenomen wijzigingen in (beleggings-) beleid goedgekeurd. De betreffende wijzigingen staan beschreven in het verslag van de beheerder vanaf pagina 13. STRATEGIE, RISICO S EN INTERNE BEHEERSINGSSYSTEEM Strategie In 2013 is met name overleg gevoerd over de te volgen strategie van de beheerder in relatie tot de marktomstandigheden waarin beleggingsfondsen zich bevinden. Daarbij is tevens rekening gehouden met het feit dat verschillende beleggingsfondsen onderdeel kunnen uitmaken van (verzekerings)producten. Daarnaast zijn in de verslagperiode met de directie van SBB tevens andere onderwerpen besproken. Zo is gesproken over de gevolgen van het met ingang van 2014 geldende provisieverbod voor beleggingsondernemingen. Ook is overleg gevoerd over implicaties en implementatie van andere wijzigingen van toepasselijke wet- en regelgeving, bijvoorbeeld ten aanzien van de consequenties van de invoering van de AIFM-richtlijn en de wijze waarop deze regelgeving door de beheerder wordt doorgevoerd. Risicomanagement Met betrekking tot de opzet en werking van de interne risicomanagement systemen heeft de RvT kunnen vaststellen dat de directie van de Vennootschap iedere reguliere vergadering verslag heeft gedaan en heeft gerapporteerd over de uitkomsten. De rapportagestructuur over het risicobeheersingssysteem is naar de mening van de RvT adequaat opgezet en heeft in het verslagjaar naar behoren gefunctioneerd. Samenstelling directie Zoals in het directieverslag is vermeld heeft Volkert de Klerk zijn functie van statutair directeur van SBB met ingang van 1 augustus 2013 neergelegd. De RvT dankt de heer De Klerk voor zijn inzet ten behoeve van de verdere professionalisering van het fondsenbeheer. In maart 2014 heeft de RvT in een bijeenkomst met SBB en in aanwezigheid van KPMG, overleg gevoerd over het jaarverslag van 2013. Tevens is het accountantsverslag besproken, evenals de kwaliteit van de interne risicomanagement en beheersingssystemen. De RvT is van mening dat de jaarrekening en het directieverslag een getrouw beeld geven van de positie van de Zwitserleven Beleggingsfondsen. De RvT stelt voor dat de participanten de jaarrekening 2013 vaststellen en SBB als bestuurder décharge verlenen voor het gevoerde beleid en de RvT voor het in 2013 uitgeoefende toezicht. De RvT steunt het dividendvoorstel zoals is opgenomen op pagina 13 in het jaarverslag. JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 11

Namens de Raad van Toezicht, R.G.J. Langezaal, voorzitter W. Horstmann B. Janknegt Utrecht, 14 april 2014 2.2 VERSLAG VAN DE BEHEERDER SAMENSTELLING DIRECTIE SBB Het beheer over Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen wordt gevoerd door SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. (SBB). De directie van SBB bestaat uit twee leden. De samenstelling van de directie van SBB is in 2013 gewijzigd. Per 1 augustus 2013 heeft Volkert de Klerk zijn functie van statutair directeur van SBB neergelegd. Hij zet zijn loopbaan buiten SNS REAAL voort. Volkert de Klerk is ruim vier jaar bij SBB werkzaam geweest. In die periode heeft hij leiding gegeven aan een verdere professionalisering van het fondsenbeheer. Door zijn vertrek is een vacature ontstaan, die per 1 augustus 2013 is vervuld door de aanstelling van Bernard Lind als directielid. Bernard Lind vormt samen met Ben Blocq de directie van SBB. 2.2.1 KERNCIJFERS ONTWIKKELING ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN IN 2013 In 2013 is het fondsvermogen van de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen met 97,9 miljoen toegenomen tot 2.391 miljoen, een stijging van 4,3% ten opzichte van 31 december 2012. Tabel 3: Fondsvermogen per 31 december 2013 31-12-2013 31-12-2012 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 135.317 159.603 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 50.453 49.700 Zwitserleven Medium Duration Fonds 541.519 449.900 Zwitserleven Long Duration Fonds 910.578 886.165 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds 752.680 747.288 Tabel 4: Rendement 2013 2.390.547 2.292.656 Op basis van intrinsieke waarde FONDS 2013 1 BENCHMARK 2013 2 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 2,24% 2,24% Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds -3,01% -2,72% Zwitserleven Medium Duration Fonds -1,80% N/A Zwitserleven Long Duration Fonds -9,31% N/A Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds -12,31% N/A 1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van in 2012 uitgekeerd dividend. 2) De benchmark van het fonds kan worden teruggevonden in het prospectus van Zwitserleven Inst. Beleggingsfondsen. Tabel 5: Rendement 1 en 3 jaar per 31-12-2013 Op basis van intrinsieke waarde en meetkundig gemiddelde 1 JAAR 3 JAAR FONDS 1 BENCHMARK 2 FONDS 1 BENCHMARK 2 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 2,24% 2,24% 5,85% 5,71% Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds -3,01% -2,72% 5,53% 6,02% Zwitserleven Medium Duration Fonds -1,80% -- -- -- Zwitserleven Long Duration Fonds -9,31% -- -- -- Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds -12,31% -- -- -- 1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van uitgekeerd dividend. 2) De benchmark van het fonds kan worden teruggevonden in het prospectus van Zwitserleven Inst. Beleggingsfondsen. JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 12

DIVIDENDVOORSTEL OVER HET BOEKJAAR 2013 In tabel 6 worden de dividendvoorstellen weergegeven per participatie. Tabel 6: Dividendvoorstellen per participatie. In per participatie 2013 2012 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 0,41 0,48 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 0,31 0,35 Zowel de datum ex-dividend als betaalbaarstelling is donderdag 8 mei 2014. 2.2.2 BEHEERONTWIKKELINGEN IN DE VERSLAGPERIODE In de verslagperiode is een aantal wijzigingen aangekondigd en doorgevoerd bij de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Deze zaken worden hieronder puntsgewijs besproken. WIJZIGING BELEGGINGSBELEID EN BENCHMARK ZWITSERLEVEN INSTITUTIONEEL GOVERNMENT BONDS 10+ FONDS Op 1 april 2013 is het beleggingsbeleid van Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds gewijzigd. Vanaf deze datum heeft minimaal 75% van de portefeuille een resterende looptijd van meer dan 7 jaar. In het oude beleggingsbeleid stond dat minimaal 75% van de portefeuille een resterende looptijd had van meer dan 10 jaar. Ook de benchmark van het fonds is gewijzigd: de iboxx EUR Sovereign 10+ is vervangen door de iboxx Eur Sovereign 7+ AAA/AA/A Total Return Index. Door deze twee wijzigingen is de gewogen gemiddelde looptijd van het fonds gewijzigd van ongeveer 12,5 jaar naar ongeveer 11 jaar. Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds is vooral bedoeld om in te beleggen in de fase kort voorafgaand aan de pensioendatum. Met deze wijzigingen sluit het beleggingsbeleid hier beter op aan. WIJZIGING BELEGGINGSBELEID ZWITSERLEVEN INSTITUTIONEEL CREDITS FONDS Om het fonds in staat te stellen het universum van bedrijfsobligaties na te bootsen is per 1 augustus 2013 de gemiddelde rating gewijzigd naar minimaal Baa1/BBB+/BBB+. Bedrijfsobligaties hebben de afgelopen jaren te maken gehad met verlaging van ratings. De gemiddelde rating bedroeg Baa1/BBB+/BBB+. De gemiddelde rating van de portefeuille van de fondsen moet echter minimaal A3/A-/A-(Moody s/ Standard & Poors/Fitch) zijn. Door de verschillen in voornoemde ratings was het fonds niet in staat een evenwichtige portefeuille samen te stellen. Voor beleggers is tevens van belang dat in het lagere ratingsegment meer mogelijkheden worden gezien in lijn met het beleggingsbeleid van de fondsen. 2.2.3 MARKTONTWIKKELINGEN EN VOORUITZICHTEN ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN Het geleidelijke herstel van de wereldeconomie zette zich in 2013 voort na de eerdere tussentijdse dip. Daarbij was de leidende rol weggelegd voor de Verenigde Staten. Die economie werd in het eerste gedeelte van het jaar nog geremd door het aflopen van stimuleringsmaatregelen en de stopzetting van een aantal overheidsuitgaven, maar kon later in het jaar geholpen door het aanhoudende stimuleringsbeleid van het stelsel van centrale banken, de Federal Reserve (Fed) weer aan vaart winnen. Een belangrijke aandrijver voor de economie vormde de woningbouw, die ondanks een stijging van de hypoheekrente sterk opveerde. In de eurozone keerde de groei na anderhalf jaar recessie terug in het tweede kwartaal. Binnen de zone bleven de groeiverschillen groot. Duitsland stak gunstig af, hoewel het land minder dan voorheen kon profiteren van vraag uit opkomende markten en dan met name uit China. De aantrekkende werkgelegenheidsgroei stimuleerde de binnenlandse vraag. De uitstraling hiervan naar de rest van de eurozone was beperkt. Vooral de Franse en Italiaanse economieën konden door achterblijvende concurrentiekracht onvoldoende profiteren. De Spaanse economie had het ook zwaar te verduren, maar leek zich wel sneller aan te passen, resulterend in een duidelijk herstel van de export. Voor Nederland kwamen er in de zomer indicaties van een stabiliserende huizenmarkt. In het derde kwartaal hervatte de groei van de economie. De Japanse economie kwam flink op gang door forse fiscale en monetaire stimulansen. Dit hield niet alleen de rentes laag, maar zorgde ook voor een bijzonder sterke daling van de yen. Japanse bedrijven kwamen hierdoor in een gunstige positie ten opzichte van buitenlandse concurrenten. De groeivertraging in China zette in de eerste helft van het jaar door. Daarna volgde een stabilisatie door een gerichte investeringsimpuls die de overheid in de zomer toediende. Toch blijft het een feit dat de Chinese regering ernaar streeft de investeringsafhankelijkheid van de groei terug te dringen vanwege de risicovolle neveneffecten en het accent te verleggen naar een meer duurzame groei. Veel andere opkomende markten verloren gedurende het jaar aan dynamiek, onder andere door onder druk staande grondstofprijzen en oplopende kosten van levensonderhoud door stijgende invoerprijzen. JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 13

FINANCIËLE MARKTEN Aandelenmarkten De aandelenmarkten van de ontwikkelde landen lieten een zeer goede performance zien. Onder aanvoering van de Verenigde Staten gingen de koersen omhoog. Monetaire stimuleringsmaatregelen legden een basis onder de stijging. Al snel echter gingen ook betere economische cijfers een rol spelen. De vrees voor een minder ruimhartig beleid van de Fed leidde vanaf mei af en toe tot terugslagen. Per saldo bleven de gevolgen echter beperkt, temeer omdat de monetaire beleidsmakers al snel aangaven uitermate behoedzaam te werk te zullen gaan. De uiteindelijke aankondiging van afbouw in december had een positief effect op de beurs. Het verminderde namelijk de onzekerheid over de afbouwoperatie. Bovendien onderstreepte de Fed dat de korte rente nog lang laag blijft. De Europese beurzen presteerden in de eerste helft van het jaar minder dan die van de Verenigde Staten. De economische cijfers bleven aanvankelijk zwak en vooral de Spaanse en Italiaanse beurzen hadden last van de crisis rond Cyprus. De indrukwekkendste stijging deed zich voor in Japan, waar de Bank of Japan de economie sterker stimuleerde dan in enig ander ontwikkeld land. De Nikkei boekte een winst van niet minder dan 57%. De prestaties van veel beurzen in opkomende landen waren teleurstellend. Het aanhouden van minder gunstige economische signalen deed de gedachte postvatten dat de groeiterugval een structureel karakter had en dat trok een wissel op de beurskoersen. Ook renteverhogingen die een aantal centrale banken om uiteenlopende redenen doorvoerden, hielpen niet. Over het gehele jaar steeg de MSCI USA gemeten in euro s met 26%. De Europese beurzen stegen wat minder, maar nog altijd fors. De MSCI Europe won 20%. De MSCI Pacific werd gedrukt door de waardedaling van de yen en klom met 13%. De MSCI Emerging Markets stak ongunstig bij bovengenoemde indices af, met een daling van 7%. Vastrentende markten Het jaar 2013 stond vooral in het teken van een mogelijke afbouw van het steunbeleid van de Fed. Iedere maand koopt het stelsel van centrale banken ter waarde van 85 miljard dollar aan Amerikaanse staatsleningen en hypotheekleningen. Het doel hiervan is de rente laag te houden om zo de economie te stimuleren. Dit beleid heeft zijn vruchten afgeworpen. De Amerikaanse economie laat al enige tijd bestendige groei zien en ook de werkgelegenheid is flink toegenomen. Deze sterke cijfers gaven medio december de Fed voldoende vertrouwen dat er met de afbouw van het steunbeleid, de zogeheten tapering, begonnen kan worden zonder schade aan de economie toe te brengen. In januari 2014 zijn de aankopen met 10 miljard dollar verminderd. In de aanloop hiervan is de rente in de Verenigde Staten fors opgelopen. De Europese Centrale Bank (ECB) verlaagde in twee stappen van 0,25% haar belangrijkste rentetarief, de herfinancieringsrente (REFIrente), naar 0,25%. De sterke daling van de inflatie in de eurozone maakte dit mogelijk. Bovendien hoopt de ECB door de verlaging van de REFI-rente het economisch herstel een extra steun in de rug te geven. De Duitse 10-jaarsrente steeg (van 1,32% naar 1,93%) tot vrijwel het hoogste niveau van het jaar. Dit als gevolg van goede macro-economische data en het meeliften op een hogere rente in de Verenigde Staten. De stijging van de Duitse rente werd niet volledig gevolgd door andere landen in de eurozone. De rentes in bijvoorbeeld Italië (van 4,50% naar 4,08%) en Spanje (van 5,26% naar 4,13%) daalden dit jaar zelfs. De spread tussen deze landen en Duitsland is hard afgenomen, wat aangeeft dat de financiële markten vertrouwen hebben in de eurozone. De spreads van bedrijfsobligaties daalden eveneens. Het toevoegen van risico door beleggers en door de bank genomen goede bedrijfscijfers en positieve macro-economische vooruitzichten waren drijfveren voor lagere risicovergoedingen. Vooral de spreads op de meest offensieve obligaties en leningen van financiële dienstverleners namen flink af. Tabel 7: Rendementen in euro s MSCI Europe 19,82% MSCI USA 26,10% MSCI Pacific 13,16% MSCI Emerging Markets -6,81% MSCI World 21,20% Vastgoed Europa 6,02% 2013 Tabel 8: Geld- en kapitaalmarktrente DEC 2012 DEC 2013 Duitsland 10-jaarsrente 1,32% 1,93% Nederland 10-jaarsrente 1,50% 2,23% Italië 10-jaarsrente 4,50% 4,08% Spanje 10-jaarsrente 5,26% 4,13% VOORUITZICHTEN Verenigde Staten De wereldeconomie wint onder leiding van de Verenigde Staten aan kracht. Daar zorgt de aanhoudende banengroei voor een versnelling van de loonstijging, waardoor de consumptie de economische activiteit blijft aandrijven en zo een positieve cyclus in gang zet. De investeringen JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 14

werden tot voor kort geremd door de sluiting van de overheid van afgelopen oktober en een dreigende nieuwe sluiting begin 2014, maar door het gesloten begrotingsakkoord is deze bron van onzekerheid weggevallen. Meer in het algemeen wordt in 2014 het remmende effect van het overheidsbeleid op de economie fors minder. Europa De groei in Europa houdt aan. Veel harde indicatoren laten nog te wensen over, maar het vertrouwen onder ondernemers veert op en ook consumenten worden minder somber. De Duitse economie levert de beste prestaties. De sterke groei van de export naar landen buiten de eurozone resulteert al langere tijd in meer werkgelegenheid en recent ook in een hogere loongroei. In combinatie met stijgende huizenprijzen legt dat de basis voor hogere binnenlandse bestedingen. Daarmee wordt Duitsland in toenemende mate een trekker voor andere eurolanden, waarbij Frankrijk voorlopig onvoldoende profiteert. In de perifere economieën zoals Italië en Spanje nemen de herstelkansen toe, met duidelijk oplopende vertrouwensindicatoren. Japan Dankzij de inzet van monetaire en fiscale stimuleringsmiddelen is de Japanse economie goed op gang gekomen. Dit blijkt onder andere uit een (voorzichtige) stijging van de werkgelegenheid. De inflatie is inmiddels niet meer negatief en dat is belangrijk, omdat daarmee de spiraal van lagere prijzen - uitstel van consumptie - wordt doorbroken. De consumentenbestedingen zitten duidelijk in de lift. Cruciaal is wel dat bedrijven ook de lonen verhogen, want een hogere inflatie tast alleen de koopkracht aan en remt de bestedingen. Bovendien krijgen consumenten vanaf april 2014 sowieso al met koopkrachtaantasting te maken door de 3%-punt verhoging van de btw. Een positief signaal is dat ook bedrijven meer investeren. Afgaande op de ontwikkeling van de binnenlandse machineorders mag voor de komende tijd op verdere investeringsgroei worden gerekend. Zekerheid over de uiteindelijke richting van de Japanse economie is er niet, maar voorlopig is het oordeel positief. China en andere opkomende landen In de economieën van de opkomende landen neemt de economische groei af. In China gaat de terugval in een zeer gematigd tempo, wat in overeenstemming lijkt met het streven van beleidsmakers naar een meer houdbare groei. In Zuid-Amerika koelt de Braziliaanse economie af, met zelfs een kwartaal-op-kwartaal krimp van het bruto binnenlands product in het derde kwartaal. De vooruitzichten zijn niet goed. Het hoge rentetarief van de centrale bank (ter bestrijding van de inflatie) remt de groei. Ook is er door de verslechterde overheidsfinanciën geen ruimte voor een bestedingsimpuls. 2.2.4 MAATSCHAPPELIJK BEWUST VERMOGENSBEHEER BELANGRIJKE ENGAGEMENTSONTWIKKELINGEN Engagement is een langdurig proces, dat inzet op veranderingen in beleid, prestaties en strategie bij ondernemingen. Beleggers zijn als mede-eigenaar in een positie om duurzaamheidthema s met ondernemingen te bespreken. MEER TRANSPARANTIE IN DE NATUURLIJKE HULPBRONNENINDUSTRIE De Europese Unie heeft bijna twee jaar lang gewerkt aan nieuwe wetgeving die olie-, gas- en mijnbouwbedrijven die in het buitenland actief zijn verplicht tot meer transparantie en verantwoording. In juni 2013 werden de voorgestelde veranderingen definitief. Grote olie-, gas- en mijnbouwbedrijven moeten vanaf nu openbaar maken hoeveel ze precies aan landen betalen. Al vroeg in het derde kwartaal werd deze vooruitgang door een Amerikaanse rechtbank weer ongedaan gemaakt. Corruptie is een wereldwijd probleem en vraagt om een wereldwijde oplossing. Een groep van meer dan dertig vooraanstaande internationale beleggingsinstellingen met een gezamenlijk vermogen van bijna $6 biljoen liet zich winnen voor dit idee en heeft - als collectief - een open brief gestuurd aan de Amerikaanse beurswaakhond Securities and Exchange Commission (SEC) en het Canadese ministerie voor de grondstoffensector. In deze brief wordt aangedrongen op een strenge nieuwe rapportageplicht voor olie-, gas- en mijnbouwbedrijven in Canada. De Canadese overheid gaf aan dat de brief een belangrijke steun in de rug is bij het vormgeven van passende wetgeving. RECHTEN VAN INHEEMSE VOLKEREN BESCHERMEN De internationale aandacht voor de kwetsbaarheid van inheemse volkeren en de druk van verantwoorde beleggers dwingen ondernemingen ertoe goed na te denken op welke wijze ze het best met deze gemeenschappen kunnen samenwerken. BANGLADESH: LEREN VAN RAMP IN TEXTIELFABRIEK Op 24 april 2013 stortte in Dhaka, de hoofdstad van Bangladesh, een textielfabriek van acht verdiepingen in. Meer dan 1.100 mensen vonden de dood en nog veel meer mensen raakten gewond. In één klap werd duidelijk hoe slecht de werkomstandigheden in het land zijn. De internationale modemerken die hun kleding in Bangladesh laten maken, moeten nu in actie komen en ervoor zorgen dat textielfabrikanten zich daadwerkelijk gaan houden aan regels voor veiligheid, gezondheid en werkomstandigheden. In de verslagperiode is met zevenentwintig ondernemingen engagement gestart of gevoerd: zeventien Europese ondernemingen, zes ondernemingen uit de Verenigde Staten en Canada en met vier uit ontwikkelde Aziatische landen. Vier nieuwe ondernemingen werden JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 15

geselecteerd voor engagement. Bij twee ondernemingen gaat het om positieve selectie en met de twee andere ondernemingen is responsief engagement opgestart. Met twee ondernemingen werd het engagement afgesloten omdat nu aan de meeste doelstellingen wordt voldaan. Tabel 9: Overzicht actieve engagements EUROPA NOORD-AMERIKA PACIFIC TOTAAL Responsief engagement 6 1 2 9 Proactief engagement 8 5 2 15 Positieve selectie 3 0 0 3 Totaal 17 6 4 27 Het succes van engagementinspanningen wordt o.a. beoordeeld op de kwaliteit van de relatie met het bedrijf: stelt het zich voldoende open op en is het bereid om in gesprek te gaan met aandeelhouders. Tijdens een engagement worden de volgende fases doorlopen: Fase 0 Nieuw engagement Fase 1 Eerste contact gelegd en bevestigd door het bedrijf Fase 2 Doelstellingen in detail besproken met het bedrijf Fase 3 Bedrijf reageert met relevante engagement informatie of committeert zich aan het intern vaststellen van actiepunten Fase 4 Bedrijf ontwikkelt en openbaart (rechtstreeks of publiekelijk) een geloofwaardige strategie of stelt duidelijke doelen om actiepunten af te handelen Fase 5 Bedrijf toont aan dat de strategie wordt geïmplementeerd of dat de doelstellingen zijn gerealiseerd Engagement afgesloten Bedrijf wordt regulier gemonitord op voortgang en voldoet aan richtlijnen Voortgang engagements naar sector Kwaliteit engagement 8 5 1 2 4 7 Start engagement Milestone 1 Milestone 2 Milestone 3 Milestone 4 Milestone 5 60% 20% 20% Slecht Gemiddeld Goed VOORTGANG ENGAGEMENTS Het aanhoudende gevecht tegen corruptie Engagementinspanningen met regeringen zijn gericht op het voorkomen van corruptie. Bij bedrijven die al zijn beschuldigd van corruptie, wordt als basis voor engagement een reeks van best practices gebruikt, gericht op anticorruptie. Daaronder vallen bijvoorbeeld een antiomkopingsbeleid en een klokkenluidersprogramma. Het Japanse bedrijf Olympus heeft zijn beleid en procedures aangescherpt om corruptie tegen te gaan. Zoals het aanstellen van een externe klokkenluider om de onafhankelijkheid te garanderen, het in het duurzaamheidsverslag rapporteren van het aantal keren dat de klokkenluider een melding heeft gedaan en het creëren van een speciale commissie met een onafhankelijke bestuurder als voorzitter. Het Canadese bedrijf SNC Lavalin heeft zich tot op het hoogste managementniveau opengesteld om bezorgdheid over corruptie te bespreken. Sinds de start van het engagement heeft het bedrijf zijn klokkenluiderbeleid beschikbaar gesteld in de talen van de landen waarin het actief is. Daarnaast zijn nieuwe regionale anticorruptie-officieren aangesteld en is een nieuwe anticorruptie-handleiding voor medewerkers opgesteld. Ook is een amnestieprogramma uitgerold om medewerkers te stimuleren ethische schendingen te rapporteren, zodat deze kunnen worden aangepakt. Water: bron van het leven Water is van levensbelang voor iedereen, dagelijks wordt per persoon 130 liter leidingwater gebruikt. De op het oog overvloedige beschikbaarheid in Nederland maskeert een sluipende crisis. In andere delen van de wereld toont de watercrisis zich al door ernstig vervuild drinkwater, de woestijn die steeds meer terrein wint en zelfs door oorlogen die gevochten worden om toegang tot water. In de mijnbouwsector is waterbeheer een belangrijk onderwerp. Het water is na gebruik door afvalstoffen vervuild. Wat als reststof overblijft, is vaak te giftig. Mijnbouwbedrijven gebruiken zulke grote hoeveelheden water dat hergebruik noodzakelijk is. Het Canadese Goldcorp kan van al haar mijnen volgen waar mogelijk waterlekken ontstaan. Goldcorp rapporteert nu beter over het gebruik van water en probeert op deze manier te voorkomen dat de activiteiten nadelige gevolgen hebben voor de omgeving. JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 16

Aan één van de grootste producenten van aardgas in de Verenigde Staten, Chesapeake Energy, is gevraagd meer inzicht te geven in het waterverbruik en in de verwerking van afvalwater. Namens een internationale groep beleggers zal in 2014 een dialoog gevoerd worden met diverse bedrijven, waaronder Chesapeake Energy. Betere rapportages over het kraken bij winning van schaliegas en de gevolgen daarvan voor de kwaliteit en beschikbaarheid van water staan daarbij hoog op de agenda. UITSLUITINGEN EN TOELATINGEN Ondernemingen die geen of onvoldoende vooruitgang laten zien in engagement, kunnen van belegging worden uitgesloten. Uitsluitingen Sinds 1 januari 2013 is het wettelijk verboden om te investeren in ondernemingen die direct of indirect betrokken zijn bij de productie, verkoop of distributie van clustermunitie. Op basis van deze wet heeft de AFM een indicatieve lijst opgesteld van ondernemingen waarop het investeringsverbod van toepassing is. Alle ondernemingen die binnen het beleggingsuniversum vallen, staan al op onze uitsluitingenlijst. Om compleet te zijn en fouten in de toekomst te vermijden, zijn ook de ondernemingen die buiten het universum vallen per 31 maart 2013 formeel uitgesloten. Goodrich Corporation is verwijderd van de uitsluitingenlijst, omdat de onderneming is overgenomen door United Technologies. Deze laatste onderneming was al uitgesloten. Op 30 september 2013 is Wal-Mart Stores, Inc. (Walmart) uitgesloten. Deze Amerikaanse supermarktketen handelt in strijd met de fundamentele arbeidsrechten. Walmart heeft al jaren een slechte reputatie door het negeren van het recht op vakbondsvrijheid en collectieve onderhandeling van zijn werknemers, vooral in de Verenigde Staten. Daarnaast kwam het bedrijf in opspraak wegens een corruptiezaak in Mexico. Lange tijd is actief geprobeerd om met de directie van Walmart in gesprek te gaan over vakbondsvrijheid en corruptie. Het bedrijf reageerde in eerste instantie positief, maar gaf vervolgens geen gehoor aan herhaaldelijke verzoeken om ook echt een afspraak te plannen. Hieruit is afgeleid dat Walmart niet bereid is om het beleid en de prestaties op fundamentele arbeidsrechten te verbeteren. Dit heeft de doorslag gegeven om het bedrijf uit te sluiten. Toelatingen In het tweede kwartaal is aangekondigd dat Daimler AG, een eerder uitgesloten onderneming, met ingang van 28 augustus 2013 opnieuw wordt opgenomen in het beleggingsuniversum. Daimler AG is bekend van het automerk Mercedes. In 2012 werd de onderneming uitgesloten van belegging omdat Daimler mede-eigenaar was van defensiebedrijf EADS en daardoor ook betrokken raakte bij de productie van kernwapens. Dit jaar zijn er twee belangrijke ontwikkelingen geweest, waardoor besloten is om Daimler weer te accepteren voor belegging. Ten eerste is het sinds 1 januari 2013 wettelijk verboden om in ondernemingen te beleggen die betrokken zijn bij de productie van clustermunitie. Dit investeringsverbod was reden voor reflectie en hernieuwde afweging. De vraag is hoe om te gaan met een onderneming zoals Daimler, die een klein belang heeft in EADS. Besloten is dat alle ondernemingen die meer dan 10% aandelen hebben in een dergelijke wapenfabrikant nog steeds worden uitgesloten. Daimler is voor minder dan 10% eigenaar van EADS, dus wordt de onderneming niet meer uitgesloten. De tweede ontwikkeling is de toezegging van Daimler om het eigendom in EADS in de loop van dit jaar verder te verkopen en de aandacht volledig te richten op het maken van auto s. Per 31 december 2013 zijn in totaal 41 ondernemingen uitgesloten. Twintig Noord-Amerikaanse ondernemingen, vijftien Europese ondernemingen en zes ondernemingen uit ontwikkelde Aziatische landen staan op de uitsluitingenlijst. De lijst van uitgesloten ondernemingen en uitgesloten landen per 31 december 2013 is opgenomen in tabel 11, zie pagina 19. MARKTIMPACT UITGESLOTEN ONDERNEMINGEN Op basis van de Fundamentele Beleggingsbeginselen worden ondernemingen uitgesloten van belegging en daarmee lijken de beleggingsmogelijkheden te worden beperkt. De marktkapitalisatie van uitgesloten bedrijven uitgedrukt in percentage van de benchmark bedraagt gemiddeld circa 3%. Voor de MSCI Europe Net TR Index is dit 2,4%, voor de S&P 500 Net TR Index 4,5% en voor MSCI AC Asia Pacific TR Index 0,9%. Uitsluitingen op basis van de Fundamentele Beleggingsbeginselen hebben dus een beperkte impact op de beleggingsmogelijkheden. Er blijven meer dan voldoende mogelijkheden over. UITVOERING STEMRECHT OP AANDEELHOUDERSVERGADERINGEN Veel ondernemingen in onze beleggingsportefeuille houden hun jaarlijkse algemene aandeelhoudersvergadering (AVA) tussen maart en mei. Tijdens de AVA stemmen aandeelhouders over bestuursvoorstellen en aandeelhoudersvoorstellen. OVERZICHT UITGEBRACHTE STEMMEN EN TOELICHTING THEMA S In de verslagperiode zijn 162 aandeelhoudersvergaderingen bijgewoond. In 51% van de gevallen is in lijn met het bestuur gestemd en in 49% van de gevallen is op ten minste één voorstel tegen het bestuur gestemd. In totaal zijn 2.298 voorstellen bekeken, waarvan 2.272 bestuursvoorstellen en 26 aandeelhoudersvoorstellen. JAARVERSLAG 2013 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 17