Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs 06.556482 Oktober 2006
Inhoudsopgave Inleiding De normjaartaak Normjaartaak: werktijd voor OOP Spaarverlof Verzilveren van compensatieverlof Uren in mindering op normjaartaak Aanstelling en werktijdfactor Werktijdfactor en te werken uren en lesuren Bepalen werktijdfactor OOP zonder les- en behandeltaken OOP met les- of behandeltaken Normjaartaak compensatieverlof/vrije dagen en vakantie Al het OOP OOP met les- of behandeltaken Leeftijds- en schaaluren OOP zonder les- of behandeltaken BAPO, schaal- en leeftijdsuren Afkortingen Meer informatie
Inleiding Per 1 augustus 1998 is de normjaartaak van het personeel in het primair onderwijs aangepast. Vanaf dat moment geldt een normjaartaak van 1659 uur. De normjaartaak hoeft niet overeen te komen met de bedrijfstijd van een school. Met ingang van 1 augustus 2006 is flexibilisering van de schooltijden wettelijk mogelijk gemaakt en hebben schoolbesturen keuzevrijheid gekregen bij de inrichting van de onderwijstijd. Vanaf 1 augustus 2006 wordt onderscheid gemaakt tussen instellingen die verschillende lestijden in de leerjaren hanteren met instellingen die in acht leerjaren 940 lesuren hanteren. Het verschil tussen de bedrijfstijd en de normjaartaak dient te worden gecompenseerd met compensatieverlof. Op scholen waar verschillende lestijden in de leerjaren wordt gehanteerd heeft een werknemer recht jaarlijks maximaal 131 uren boven de algemene arbeidsduur van 1659 uren te worden ingeroosterd, tenzij het dienstbelang zich hiertegen verzet en/of dit recht leidt tot verdringing van werkgelegenheid. De extra ingeroosterde uren worden binnen hetzelfde schooljaar gecompenseerd in verlof of op grond van de regeling spaarverlof later dan in het desbetreffende schooljaar opgenomen. Eveneens kunnen de meer gewerkte uren worden gecompenseerd in salaris tenzij dienstbelang zich hiertegen verzet of leidt tot verdringing van werkgelegenheid. Overigens is de AOb vanwege de hoge werkdruk geen voorstander van verzilvering. Deze Info beschrijft de regelingen in hoofdlijnen. Voor deeltijders gelden de regelingen pro rato. Deze Info behandelt de verschillende aspecten van de normjaartaak voor onderwijs ondersteunend personeel (OOP) werkzaam in het primair onderwijs. Ook het personeel dat nog werkzaam is in IDbanen valt onder het OOP. Voor de inzet van OOP wordt onderscheid gemaakt tussen: OOP zonder lesgebonden taken of behandeltaken, met name: - administratief medewerkers; - conciërges; - maatschappelijk deskundigen; - technici. OOP met lesgebonden taken of behandeltaken, met name: - klassenassistenten, onderwijsassistenten en leraarondersteuners - psychologische assistenten; - spel-, creatieve, fysio- en ergotherapeuten; - logopedist /akoepedist;
- orthopedagoog/psycholoog. De normjaartaak Normjaartaak: werktijd voor OOP Iedere OOP-er met een volledig dienstverband moet in een schooljaar 1659 uur werken (= normbetrekking). Voor 1659 uur wordt 100% salaris uitbetaald. Voor het OOP met lesgebonden of behandeltaken geldt daarbij dat van de 1659 uur: (1) 10% van de normjaartaak (166 uur) besteed wordt aan deskundigheidsbevordering, (2) er maximaal 930 lesuren zijn en (3) in de resterende minimaal 563 uur andere taken kunnen worden opgedragen. Voor wat betreft de invulling van de normjaartaak en vakantieregeling geldt voor het OOP met lesgebonden en/of behandeltaken dezelfde regeling als die van het OP. Dit personeel wordt dienaangaande tevens verwezen naar de brochure normjaartaak onderwijzend personeel (OP) primair onderwijs. Spaarverlof: Op instellingen waar de bedrijfstijd meer bedraagt dan de normjaartaak van 1659 uur kunnen medewerkers de vrije uren ook doorwerken en deze uren sparen. Later krijgt u de meer gewerkte tijd dan in tijd terug. Als spaarder krijgt u daarom geen extra salaris of hogere werktijdfactor. U moet minimaal 5 jaar sparen, voordat het spaarverlof kan worden opgenomen. Als u het spaarverlof wilt opnemen, kan dat alleen als er minimaal voor 2 maanden spaarverlof is gespaard. U kunt jaarlijks maximaal 131 uur extra werken bovenop de normjaartaak. Verzilveren van het compensatieverlof: Indien een werknemer geen gebruik maakt van het recht op compensatieverlof heeft de werknemer het recht jaarlijks maximaal 131 uren boven de algemene arbeidsduur van 1659 uur te werken, tenzij het dienstbelang zich hiertegen verzet en/of dit recht leidt tot verdringing van werkgelegenheid. Deze meer gewerkte uren worden gecompenseerd in salaris. De werktijdfactor wordt evenredig aan de meer gewerkte uren verhoogd. Uren in mindering op normjaartaak:
Voor OOP dat voltijd werkt, geldt een normjaartaak van 1659 uur. De werktijd van het OOP van 1659 uur dient eventueel te worden verlaagd met: Tabel 2: Verlofuren Schaaluren gelijk aan of hoger dan het maximum van schaal 8 8 uur Tabel 3: Leeftijdsuren Leeftijdsuren 18 jaar (en jonger) 24 uur 19 jaar 16 uur 20 jaar 8 uur Van 30 tot en met 39 jaar 8 uur Van 40 tot en met 44 jaar 16 uur Van 45 tot en met 49 jaar 24 uur Van 50 tot en met 54 jaar 32 uur Van 55 tot en met 59 jaar 40 uur 60 jaar en ouder 48 uur De verlaging voor 60-plussers (alleen voltijders) 112,5 uur (45 x 5 x 0,5) De verlofuren in bovenstaande tabel gelden alleen voor het OOP, waardoor de werktijd voor het OOP vaak lager is dan voor het onderwijspersoneel met dezelfde werktijdfactor. De formule 1659 minus (de schaal- en/of de leeftijds- en/of de 60-plus uren en/of evt. BAPO-uren) levert de nettojaartaak in uren op. Voor deeltijders geldt dit naar rato (behoudens de 60-plusuren). Aanstelling en werktijdfactor Werktijdfactor en te werken aantal uren en lesuren
Een OOP er met een volledige aanstelling heeft een werktijdfactor van 1,0000. Dat betekent dat hij of zij: - 100% salaris krijgt; - 1659 uur (of minder bij leeftijdsuren, schaaluren, 60-plus-uren of evt. BAPO-uren) moet werken, waarvan maximaal 930 lesuren/behandeluren voor OOP met les- of behandeltaken. Als een OOP-er een deeltijdaanstelling heeft, is het aantal uren dat gewerkt moet worden te bepalen middels de formule: werktijdfactor x 1659 uren, waarvan maximaal werktijdfactor x 930 lesuren. Bijvoorbeeld: klassenassistent van 25 jaar met werktijdfactor 0,3333 Werktijd per jaar = 0,3333 x 1659 = 553 uren, waarvan: - 0,333 x 166 = 55 uren deskundigheidsbevordering (10%), waarvan maximaal 50% kan worden ingezet voor persoonlijke scholing en ontwikkeling; - 0,333 x 930 = maximaal 310 lesuren; - 0,3333 x 563 = minimaal 188 uren voor andere taken in de school. Als een OOP-er niet heeft gekozen voor verzilvering of sparen van het compensatieverlof en door of namens de werkgever opgedragen arbeid verricht buiten de voor de werknemer geldende werktijdenregeling kan sprake zijn van overwerk voor zover de normale dagelijkse vastgestelde werktijd met een half uur of meer wordt overschreden. Indien er wel gekozen is voor sparen en/of verzilvering geldt de bedrijfstijd als grens voor het bepalen van overwerk. Bepalen werktijdfactor In het geval van een vacature moet de werktijdfactor worden bepaald. De werktijdfactor kan worden bepaald door het aantal te werken weken of lesweken te vermenigvuldigen met het aantal uren of lesgebonden/behandeluren per week en de uitkomst hiervan te delen door het getal 1659 en/of 930 (omvang maximaal aantal uren en lesuren volledige aanstelling). In formule: Aantal weken * aantal uren/week 1659 Aantal weken * aantal lesuren/week 930
OOP zonder les- en behandeltaken Berekend moet worden hoeveel uur per jaar iemand moet werken. Hiervoor is van belang te weten hoeveel werkweken iemand per jaar werkt en hoeveel uur per week iemand werkt. Het gaat hier alleen om feitelijke uren, die gerelateerd moeten worden aan 1659 (100% salaris / werktijdfactor 1,0000) Voorbeeld: - een conciërge van 45 jaar moet 40 schoolweken werken en heeft verder vrij - in die 40 weken werkt hij 2 dagen, te weten op maandag en dinsdag van 8.00 tot 12.00 en van 13.00 tot 17.00 uur (8 uur op een dag). De school gaat uit van een 40-urige werkweek: 5 dagen van 8 uur. - in een jaar is dat dan 40 weken * 2 dagen * 8 uur = 640 uur werken - zijn aanstellingsomvang/werktijdfactor is 640 /1659 = 0,3858 - hij heeft geen recht op compensatieverlof op maandag of dinsdag, omdat uitgegaan is van 1659 uur. - hij heeft recht op 24 leeftijdsuren bij een volledige aanstelling bij 0,3858 aanstelling krijgt hij 0,3858 * 24 = 9 leeftijdsuren (een dikke dag in een jaar) OOP met les- of behandeltaken Om het aantal te werken les- of behandeluren per week te berekenen geldt dan de formule: aantal lesgebonden uren / behandeluren per week * het aantal schoolweken per jaar Voorbeeld - een klassenassistent van 25 jaar werkt - op maandag en dinsdag 5,5 uur lesgebonden Berekeningen: - het aantal lesgebonden uren per jaar = 40 weken * 2 dagen * 5,5 lesgebonden uren = 440 lesgebonden uren - de werktijdfactor wordt dan 440/930 = 0,4731 - de klassenassistent moet per jaar werken: 0,4731 * 1659 = 785 gewone uren, waarvan 0,4731 * 166 = 79 uren deskundigheidsbevordering
0,4731 * 930 = maximaal 440 lesuren Minimaal 785 79-440 = 266 uren voor overige schooltaken - de klassenassistent kan per jaar worden ingeroosterd volgens het jaarrooster voor 785 79 = 706 uren, waarvan 440 lesuren en 266 schooltaakuren. - in elke schoolweek kan hij/zij worden ingeroosterd voor 706 : 40 = 17,5 uren, waarvan 11 lesuren Dat kan op verschillende manieren: 2 van de vele mogelijkheden als voorbeeld: 1. op elke maandag en dinsdag in totaal 11 uur les (5,5 lesuur per dag) en op die dagen ook nog 3,25 uur andere taken verrichten. Het aantal te werken uren op die dagen wordt dan veel (8,75 uur + een half uur pauze is dan 9,25 uur in totaal: bijv. van 7.45 tot 17.00 uur met een half uur pauze). 2. op de maandag en dinsdag wordt naast de lessen nog 2,5 uur gewerkt aan schooltaken (8 uur op maandag en dinsdag) en de resterende 1,5 uur per week wordt gebundeld, waardoor één keer per 3 weken op een woensdagochtend van 4,5 uur aan schooltaken gewerkt wordt. - de klassenassistent heeft dan geen compensatieverlof, omdat uitgegaan is van 1659 uur / 930 lesuren. Normjaartaak compensatieverlof/vrije dagen en vakantie Al het OOP Met de invoering van de normbetrekking en de normjaartaak is de vakantieregeling drastisch veranderd. In de normbetrekking van 1659 uur is het vakantieverlof al verwerkt. Voor het OOP met lesgebonden en/of behandeltaken geldt dat vakantieverlof met behoud van salaris wordt genoten gedurende de schoolvakanties dan wel de periode waarin de instelling geen onderwijs verzorgt of examens afneemt. Het vakantieverlof voor het overige OOP wordt bij voorkeur verleend in de schoolvakanties. Het vakantieverlof is echter afhankelijk van de wijze waarop de werknemer de werkweek wenst in te vullen. De werknemer kan kiezen voor één van de volgende mogelijkheden: - een werkweek van 40 uur - een werkweek van 38 uur - een werkweek van 36 uur - een werkweek van 36,86 uur.
Het vakantieverlof bij een werkweek van 40 uur bedraagt 427 uur verlof per jaar. Bij een werkweek van 38 uur 322 uur verlof per jaar. Bij een werkweek van 36 uur 218 uur verlof per jaar en bij een werkweek van 36,86 uur 263 uur verlof per jaar. Het vakantieverlof wordt vermeerderd met schaal- of leeftijdsdagen. OOP met les- of behandeltaken Voor deze OOP ers met les- of behandeltaken geldt - wat de vrije tijd / compensatieverlof betreft dezelfde regeling als die voor leraren. Zij worden dienaangaande verwezen naar de brochure normjaartaak onderwijzend personeel (OP) primair onderwijs. Leeftijds-/schaaluren Deze uren gaan af van de normjaartaak van 1659 en leiden dan ook via de verhouding 1659/930 tot vermindering van de lesgebonden uren/behandeltaken. OOP zonder les- of behandeltaken Voor deze OOP ers geldt alleen de normjaartaak van 1659 uur minus de leeftijds, schaal en 60-plus uren. Voor hen is van belang dat bepaald wordt of ze in de schoolweken alle uren moeten/kunnen maken of dat deels ook in de schoolvakanties moet/kan. Hoewel het uitgangspunt is dat men bij voorkeur niet werkt tijdens de schoolvakanties kan hiervan in bepaalde mate worden afgeweken. Mogelijkheden: - Weekmodel Het aantal te werken weken per schooljaarweek is afhankelijk van het aantal uren per werkweek dat men werkt. Normjaartaak Aantal uren per werkweek Aantal weken per schooljaar 1659 40 41,5 1659 38 43,7 1659 36 46,1 1659 36,86 45
Als een voltijd OOP er zonder leeftijdsdagen ongeveer 36 uur per week wil werken (een middag per week vrij), dan moet hij/zij 6 weken in de vakanties van de kinderen werken. - Dagmodel Deze benadering gaat uit van het aantal te werken dagen per jaar. Als er uitgegaan wordt van 5 dagen van 8 uur, betekent dat een OOP er zonder leeftijdsdagen etc. 1659 uur moet werken. Dat zijn in een jaar: 1659 : 8 = 207 werkdagen van 8 uur. BAPO, schaal- en leeftijdsuren Ouderen hebben recht op BAPO (Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen). BAPO-uren, waarvan voor de OOP-ers met lesgebonden en/of behandeltaken een deel vertaald is in BAPOlesuren, worden in mindering gebracht op de normjaartaak. Per jaar krijgt u een bepaald aantal BAPO-uren die u mag opnemen. De BAPO-uren moeten door het bestuur aan u gegeven worden in hele of halve dagen. Het aantal BAPO-uren dat u maximaal per jaar krijgt wordt ontleend aan onderstaande tabel. Leeftijd Uren Lesuren 52-55 170 104 56 plus 340 208 Over de werkelijk opgenomen BAPO-uren in een jaar moet een eigen bijdrage betaald worden van - 25% voor personeel met schaal 1 tot en met 8, en van; - 35% voor personeel met een schaal hoger dan schaal 8. Het verlof bij toepassing van de BAPO wordt afgetrokken van de normjaartaak. Afgesproken is dat mensen met BAPO niet versnipperd kunnen worden ingeroosterd. Men dient in elk geval op halve dan wel hele dagen vrij te hebben.
De BAPO uren kunnen worden opgenomen naast de schaaluren, leeftijdsuren en uren voor 60- plussers. De omvang van het BAPO-verlof wordt hierdoor echter wel beïnvloed De eigen bijdrage aan de BAPO wordt in gelijke mate verminderd. Tussen OOP-ers met of zonder lesgebonden/ behandeltaken is er verschil in berekeningswijze van het BAPO-verlof. OOP zonder lesgebonden/behandeltaken Het BAPO-verlof wordt als volgt berekend: ((1659-(a+b)/1659 )* L = U a = leeftijds/schaaluren b = 60 plusuren voor voltijd 60-plussers : 112,5 L = BAPO-verlof behorende bij de leeftijd Voorbeeld: Leeftijd : 61 jaar Normjaartaak: 1659 Leeftijdsuren 48 60 plusuren 112,5 Aantal uren BAPO: ( 1659 (48 + 112,5) /1659) * 340 = 307 uur OOP met lesgebonden/behandeltaken Het BAPO-verlof wordt als volgt berekend: U * M/ L U = BAPO-verlof cfr formule bij OOP zonder lesgebonden uren/behandeltaken L = BAPO-verlof behorende bij de leeftijd M= lesgebonden BAPO-uren, behorende bij de leeftijd. Voorbeeld Uitgaand van bovenstaand voorbeeld: 307 * 208 / 340 = 188,5 uur. Afkortingen BAPO ID-banen Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen In- en doorstroombanen
OOP OP Onderwijsondersteunend personeel Onderwijzend personeel Meer informatie Heeft u een vraag over uw rechtspositie? Wilt u weten welke cursussen u kunt volgen bij de AOb? Heeft u een algemene vraag of wilt u informatie ontvangen over het AOb lidmaatschap? Een brochure opvragen? Voor al uw vragen kunt u terecht bij het Informatie en Adviescentrum van de Algemene Onderwijsbond. Bereikbaar tijdens kantooruren op 0900 463 62 62 ofwel 0900- Info AOb (5 cpm) en 24 uur per dag via info@aob.nl. U kunt ook faxen naar 030 298 98 62. Meer informatie vindt u ook op www.aob.nl.