Volgordebepaling bij woonruimteverdeling. 1 Verdelingsystemen in soorten en maten



Vergelijkbare documenten
Woonruimteverdeling opnieuw bekeken

NOTA WOONRUIMTEVERDELING

Effecten voorstel verlengen periode tijdelijk behoud inschrijfduur na verhuizing van twee naar vijf jaar

Weg met de wachtlijst. Anouk Corèl-Platform31 Sanne van der Lelij-Gemeente Amsterdam André Ouwehand-OTB Pieter Schipper-Ymere

bouwstenen voor een nieuwe Huisvestingsverordening

PROVINCIE NOORD-HOLLAND. Van verdelen naar verhuizen De woonruimteverdeling in Noord-Holland belicht

Woonruimteverdeling Woningstichting Putten. Opening Schauwplein

Woonruimteverdeling in Holland Rijnland R E G I O N A L E SAMENWERKING I N D E P R A K T I J K

Toelichting op de verdeling van vrijkomende sociale huurwoningen in Almere met een huurprijs tot 710,68 met ingang van 19 januari 2015

Op zoek naar een woning

Op zoek naar een woning

Voorrang geven, screenen en matchen: sturen op lokaal niveau?

Hier komt tekst Huurdersraad portaal. Utrecht.nl

Presentatie. wonen 25 mei 2011

De woonruimteverdeling op koers

Onderwerp: Pilot Woonruimteverdeling Zuid-Kennemerland- IJmond BBV nr: 2014/31352

Hoe werkt het? Een woning zoeken in regio Haaglanden. Haaglanden WOONNET HAAGLANDEN

MEMO van college aan de commissie R&B

Rapportage woonruimteverdeling Wachttijd voor een huurwoning loopt verder op. Eerste helft 2016

GEMEENTE HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE afdoening:

NAAR EEN NIEUW WOONRUIMTEVERDEELSYSTEEM. Technische sessie 09 oktober 2018

Verslag Podium voor Huurders Nijmegen Woonruimteverdeling

Huisvestingswet Woonruimteverdeling in de regio

regionaal & betrokken Woning zoeken

Zicht op de wachtlijst; woonruimteverdeling in Zaanstreek- Waterland (RIGO, 2017) - De belangrijkste resultaten

Ik zoek een woning. Woonwensen staan voorop

Eenheid in verscheidenheid

6 januari 2015 Huisvestingswet

Meer kansen, keuze en dynamiek?

Loting revisited: recente ervaringen onder de loep

U zoekt een woning? In deze brochure leest u wat u moet doen om een woning van ons te kunnen huren.

Op zoek naar een huurwoning

Een huurwoning zoeken. buitengewoon. Hoe vind ik eenvoudig een woning die bij me past?

Woonruimteverdeling Maastricht. Stadsronde 5 september 2017

Maatwerkafspraken Woonruimteverdeling

regionaal & betrokken Woning zoeken

INFORMATIEBLAD. Huisvestingswet en huisvestingsverordening 2019

Naar een nieuw woonruimteverdeling

Kengetallen woningtoewijzing in de gemeente Utrecht

Huisvestingswet Woonruimteverdeling in de regio

GEEF WONING- ZOEKENDEN DE KEUS

Beleidsregels toewijzen woonwagenstandplaatsen Gouda

Huren bij Viverion. ruimte voor leven

Effecten van woonwaarde

Deze notitie is bedoeld om de schaarste en de verdringing in Gouda aan te tonen, als bijlage bij de Huisvestingsverordening 2019.

Langere verhuisketens? Het kan!

MEMO van college aan de algemene raadscommissie

een woning huren? woonkeus stedendriehoek

Huisvestingswet Woonruimteverdeling in de regio.

Woonruimteverdeling. Een woning huren van St. Joseph

Naar een nieuwe regionale huisvestingsverordening

Woonruimtebemiddeling: samen leven met minder regels

gelet op de artikelen 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 13, 18, 19 en 20 van de Huisvestingswet 2014 en de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 24 mei 2016 Wachttijden sociale huurwoningen

KANSEN OP DE SOCIALE HUURMARKT IN SCHIEDAM

Evaluatie Woonruimteverdeling Noord-Kennemerland

Handboek. d.cornelissen

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 maart 2015, nr. B ;

Woonruimteverdeling Holland Rijnland

Discussienotitie herziening woonruimteverdeling Concept 10 januari 2012 Yvonne Grooten en Sanne van der Lel ij

Actualisatie Woonruimteverdeling 2012

Op zoek naar een woning

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Toewijzingsbeleid huurwoningen toegelaten instelling Woningstichting Woensdrecht

Woningbehoefte onderzoek

Verdelen van sociale huurwoningen:

In deze bijlage zijn een aantal terugkerende en veelgestelde vragen in willekeurige volgorde opgenomen.

VOORBEELD. Woonruimteverdeling volgens de Huisvestingswet Nieuwe regels voor het verdelen van woonruimte

Huisvesting spoedzoekers

Bemiddelingsysteem. Woningen te huur

EEN HUURWONING ZOEKEN

Een woning huren in Brummen

ALTERNATIEVE NOTA STANDPUNT WOONRUIMTEVERDELING

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. XXXXXX 2015, nr. XXXXXX;

M EMO 1. HET NIEUWE REGIONALE VERDEELSYSTEEM

In de Herzieningswet en het Besluit Toegelaten Instellingen TERUG VAN WEGGEWEEST: PASSEND TOEWIJZEN

Hoe werkt het? Een woning zoeken in regio Haaglanden WOON HAAGLANDEN HAAGLANDEN NET. Haaglanden ONNET WOONNET WOONNET

Monitor Leerdamse woningmarkt 2006

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

[Geef tekst op] Bewoners over het verdelen van sociale huurwoningen. Stadsregio Amsterdam - Tabellenrapportage. Onderzoek, Informatie en Statistiek

Stap voor stap naar een woning van Woningstichting Barneveld

Huishoudens met een inkomen vanaf kunnen niet reageren op woningen met een kale huurprijs tot 699,48.

RESULTATEN WOONONDERZOEK PURMEREND UPDATE MAART 2015

Basisvoorwaarden. uw broodwinning een ander redelijk belang hebt om hier te wonen;

Ik zoek een woning. Hoe kom ik in aanmerking voor een woning van Actium?

Pilot woonregio Velsen en Zuid-Kennemerland eindevaluatie augustus 2011

Uitwerking Woonruimteverdeling Gooi en Vechtstreek: Basisvoorstel inclusief aanvullingen. 1. Inleiding. 2. Proces en werkwijze

Welkom bij WoonService!

Nota Uitwerkingsregels woonwagenbeleid 2017

Agendapunt Onderwerp 7 Huisvestingsverordening gemeente Heerde 2015

Naar een woonvisie voor Waterland

Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer

Zoekt u een huurwoning van Vallei Wonen in Woudenberg?

Woonruimteverdeling. Een wonig huren van St. Joseph

Wooninfo. Nijkerk NIJKERK. Woningstichting. Nijkerk

Evaluatie regionale woonruimteverdeling

Inhoudsopgave. 1. Inleiding 2. Beleidsuitgangspunten 3. Monitoring

TOELICHTING BEHORENDE BIJ HET INSCHRIJFFORMULIER

ONDERWERP Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond: Heemstede 2017

FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015

Transcriptie:

V OLGORDE BEPALING BIJ WOONRUIMTEVERDELING PAGINA 1 Volgordebepaling bij woonruimteverdeling De regels waarmee sociale huurwoningen verdeeld worden zijn volop in discussie. Door de wirwar van aspecten die bij woonruimteverdeling een rol spelen heeft deze discussie veel weg van een Babylonische spraakverwarring. Deze notitie is bedoeld als aanzet om de discussie enigszins te structureren. Onder punt 1 volgt eerst wat algemene informatie over de bouwstenen waaruit woonruimteverdelingsystemen zijn opgebouwd. Van de verschillende soorten regels zijn de regels die de volgorde bepalen verreweg het belangrijkst. Alle andere zou je eventueel af kunnen schaffen, maar deze heb je altijd nodig. Onder punt 2 wordt vervolgens een indeling gepresenteerd van verschillende manieren om de volgorde op de wachtlijst te bepalen. Er liggen veel en spannende mogelijkheden om de volgordebepaling op een meer marktconforme manier in te richten. Op dat front is nog een wereld te winnen. 1 Verdelingsystemen in soorten en maten Verdelingsystemen zijn opgebouwd uit tal van regels en werkwijzen, die zowel op beleidsvragen als uitvoeringszaken betrekking hebben. Daarom kun je de verschillende systemen niet gemakkelijk met elkaar vergelijken. Het schema op de volgende pagina geeft de voornaamste elementen van verdelingssystemen weer. We lopen ze kort langs. Aan de uitvoeringskant zijn er eigenlijk maar twee hoofdmodellen: het aanbodmodel en het optiemodel. * In het aanbodmodel wordt het vrijkomende woningaanbod door de verhuurder(s) gepubliceerd, en vervolgens zoeken en reageren de woningzoekenden zelf. Dit model is sinds haar start begin jaren negentig in verreweg de meeste gemeenten gemeengoed geworden. - Het optiemodel werkt andersom. Hier maakt de woningzoekende eerst op complexniveau zijn of haar woonwensen bekend, en als er een woning vrijkomt die daaraan voldoet worden vraag en aanbod gekoppeld. Eigenlijk is het de moderne opvolger van het distributiemodel. Systemen die werken volgens hetzelfde model kunnen in de uitwerking nog aanzienlijk van elkaar verschillen. Soms moet de woningzoekende zich bijvoorbeeld ieder jaar opnieuw inschrijven, inclusief inschrijfkosten. Er zijn ook systemen waarbij dat geen vereiste is. Die inschrijving kan soms met een paar drukken op de knop via Internet, soms moet je ter plekke langskomen. Ook de wijze waarop het woningaanbod wordt gepresenteerd kan verschillen. Dat gebeurt soms op Internet, soms per krant, al dan niet via een betaald abonnement. Al deze kenmerken hebben een zekere selecterende invloed, telkens met zowel voor- als nadelen. De meest opvallende ontwikkeling aan het front van de modellen is dat er veel experimenten plaatsvinden: voortdurende vernieuwing.

V OLGORDE BEPALING BIJ WOONRUIMTEVERDELING PAGINA 2 Figuur 1 Elementen van woonruimteverdelingsystemen TOELATING BELEID TOEWIJZING UITVOERING Modellen: Toegangsvereisten Passendheidscriteria Volgordebepaling Voorrangscriteria * aanbodmodel * optiemodel TOEGANKELIJK Wie mag meedoen? * Sociale of economische bindingseisen * Regionaal, soms lokaal * Vrijstelling voor o.a. gepensioneerden, invaliden en werklozen * Maximale inkomensgrenzen Wie mag in welke woning? * Verhouding huur / inkomen * Huishoudens- / woninggrootte * Labelling van woningen, voor bijv. senioren of jongeren Wie is het eerst aan de beurt? * Volgorde o.b.v. woonduur, leeftijd, zoekduur enz. * Verschillende regels voor doorstromers, starters, vestigers * Doorstromers vóór starters (vóór vestigers) Wie krijgt absolute voorrang? * Urgenten * Statushouders * Herhuisvesting * Indicatiestelling * directe bemiddeling Presentatie aanbod: * krant, internet, woonwinkel enz. * reikwijdte verspreiding, kwaliteit informatie Reactie op aanbod: * via het web of langskomen * aantal reactiemogelijkheden enz. * spelregels, kosten TRANSPARANT EERLIJK EN RECHTVAARDIG Aan de beleidskant zien we de (publiekrechtelijke) regels die bepalen wie wanneer in welke woning komt. Ze vinden hun basis in verordening of convenant en uiteindelijk de Huisvestingswet. Er zijn vier categorieën in te onderscheiden: 1. De toegangsregels, die bepalen of je überhaupt in aanmerking komt. Het duidelijkste voorbeeld hiervan zijn de bindingseisen, die soms nog lokaal en veelvuldig op regionaal worden toegepast. Ze houden (kortweg) in dat je maatschappelijk of economisch aan de betreffende gemeente of regio moet zijn gebonden: geen binding = geen woning. We zien hier twee uiteenlopende bewegingen. Al een aantal jaren wordt er vanuit Den Haag naar gestreefd deze bindingseisen zoveel mogelijk terug te dringen. Vrije vestiging is het credo, dat zelfs vanuit Brussel te horen is. Op lokaal niveau maar het pleidooi daarvandaan vindt landelijk steeds meer gehoor wordt het belang van lokaal maatwerk onder verschillende benamingen benadrukt. 2. De passendheidscriteria bepalen voor welke woning een woningzoekende in aanmerking kan komen. Voorbeelden hiervan zijn woningbezettingsnormen en huur/inkomensnormen. Ook de labelling van woningen valt onder deze categorie: op een woning wordt een etiketje geplakt dat er voor zorgt dat je er wel of juist niet voor in aanmerking komt. De algemene tendens is dat de passendheidscriteria steeds verder worden afgezwakt of zelfs afgeschaft. Woningzoekenden weten immers zelf het beste hoe ze willen wonen: keuzevrijheid. Wat betreft de

V OLGORDE BEPALING BIJ WOONRUIMTEVERDELING PAGINA 3 huur/inkomensnormen lijkt een golfbeweging zichtbaar. Onder Heerma was een uit financieel oogpunt passende woonruimteverdeling speerpunt van beleid: de dure en goedkope scheefheid. Dit beleid werd eind jaren negentig verlaten, vooral vanwege het belang van een gevarieerde wijkopbouw zonder segregatie naar inkomen. Recent wordt de term scheefheid steeds vaker weer gehoord. Er is (de huursubsidieregeling uitgezonderd) echter geen objectieve meetlat om vast te stellen of iemand te duur of te goedkoop woont. Je kunt het zowel een groot probleem als een groot goed vinden. 3. De volgordecriteria bepalen wie er als eerste aan de beurt is, als er meerdere belangstellenden voor een woning zijn. Voorbeelden hiervan zijn woonduur en inschrijfduur, maar ook verloting komt voor. De wijze van volgordebepaling is eigenlijk het belangrijkste van het hele rijtje. Ook al schaf je alle andere regels af, dan heb je nog steeds behoefte aan een manier om te bepalen wie de woning krijgt als er meer dan één gegadigde is. Bovendien bepalen ze of doorstromers voor starters gaan, en beïnvloeden ze zodoende de lengte van de verhuisketens. De trend lijkt hier echter dat volgorderegels die doorstromers bevoordelen steeds vaker worden afgeschaft, onder verwijzing naar de lage kansen van starters. 4. De voorrangscriteria bepalen welke woningzoekenden een bijzonder geval zijn, en vanuit die hoedanigheid voorrang krijgen op de reguliere zoekenden. De urgentiecriteria vormen hiervan het duidelijkste voorbeeld. Vaak worden ze door een onafhankelijke indicatiecommissie toegepast, vaak is tegelijk sprake van een afwijkende verdeelsystematiek (zoals directe bemiddeling). Een onderwerp van debat is de vraag hoe hoog het aandeel aan deze bijzondere woningzoekenden ten opzichte van de reguliere zoekenden zou mogen zijn. In de praktijk kan het aantal urgenten dat wordt gehuisvest, en de criteria op basis waarvan, flink uiteenlopen ook als we gemeenten binnen eenzelfde regio vergelijken. 2 Volgordebepaling In alle woonruimteverdelingsystemen geldt: er moet een regel zijn die bepaalt wie als eerste aan de beurt is, een criterium dat de volgorde bepaalt. Ook al worden alle andere regels afgeschaft, dan heb je nog steeds hier een regel voor nodig. (Tenzij er zich slechts één belangstellende meldt, maar dat zal zelden het geval zijn.) De volgorderegels zijn vermoedelijk de belangrijkste van het hele stel, omdat ze de woningzoekende heel direct raken. Er zijn maar weinig dingen zo vervelend als ergens op een wachtlijst staan, terwijl je het gevoel hebt geen meter op te schieten, terwijl anderen om onduidelijke redenen voorgaan. Veel woningzoekenden weten liever bij voorbaat zeker dat ze nog drie jaar moeten wachten, dan in onzekerheid te verkeren: je kunt over een maand aan de beurt zijn maar het kan ook nog wel vier jaar duren. De volgorderegels beïnvloeden ook heel direct het gevoel van eerlijkheid bij woningzoekenden. Een algemene stelregel kan de volgende zijn. De wijze van volgordebepaling functioneert beter naarmate:

V OLGORDE BEPALING BIJ WOONRUIMTEVERDELING PAGINA 4 Woningzoekenden beter in staat zijn hun kansen in te schatten ( ik weet dat ik met deze woonwensen zeker nog een jaar moet zoeken ); Woningzoekenden in staat zijn om hun kansen te beïnvloeden ( als ik mijn wensen zus en zo bijstel heb ik binnen een half jaar een woning ). Er zijn meerdere manieren om de volgorde te bepalen; we kunnen ze indelen in drie categorieën: beleidsvrij, beleidsmatig, marktconform. 2.1 Beleidsvrije volgordebepaling In deze categorie vallen de manieren van volgordebepaling die eenvoudigweg teruggrijpen op wat veel mensen eerlijk vinden. a) Die het eerst komt, die het eerste maalt. Ofwel: degene die zich als eerste meldt, krijgt de woning. Dit volgordecriterium wordt in de huursector niet zo vaak toegepast, hoewel er in specifieke marktsegmenten (jongerenhuisvesting) en onder de vlag van het toonbankmodel voorbeelden van te vinden zijn. De gedachte is eenvoudig: presenteer het aanbod dat beschikbaar komt, en de eerste die zich meldt (en aan de eventuele criteria voldoet) is de gelukkige. b) Wie het langst wacht, is het eerst aan de beurt. Dit is de volgordebepaler die het meest wordt toegepast, ook bij de bakker en de slager, en door de meeste mensen ook eerlijk wordt gevonden. Er zijn vele manieren om deze grondslag te operationaliseren: inschrijfduur en zoekduur zijn daar voorbeelden van. De achterliggende gedachte is steeds dezelfde. c) Het lot beschikt. Een geheel andere manier om de volgorde te bepalen is om geen volgorde bepalen, maar eenvoudig te loten onder de belangstellenden. Ook dat kan eerlijk gevonden worden: als er meerdere belangstellenden voor een woning zijn, laat het lot dan maar beschikken wie de gelukkige is. 2.2 Beleidsmatige volgordebepaling De meeste manieren om de volgorde op de wachtlijst te bepalen zijn niet beleidsvrij, maar proberen juist beleidsdoelstellingen te realiseren. Drie voorbeelden daarvan. a) Doorstromers gaan voor starters. Achter deze wijze van volgordebepaling zit een op zichzelf valide theorie. Samengevat komt die erop neer dat het vanuit een volkshuisvestelijke optiek wenselijk is om doorstromers voor te laten gaan op starters, omdat zodoende langere verhuisketens en meer verhuisbewegingen ontstaan. Vaak wordt hieraan invulling gegeven door de plaats op de ranglijst te ontlenen aan de woonduur. Dat criterium heeft een aantal voordelen. Zo leidt het bijvoorbeeld bij senioren, die immers doorgaans een lange woonduur hebben, tot hoge slaagkansen. Er kunnen ook nadelen aan zitten. Steeds vaker wordt gewezen op het mogelijke strategisch effect van het woonduurcriterium. Als je eenmaal verhuisd bent, start je met een woonduur van nul jaar en dan kan het erg lang duren voor je weer een keer aan de

V OLGORDE BEPALING BIJ WOONRUIMTEVERDELING PAGINA 5 beurt bent. Dat zou mensen kunnen weerhouden van een verhuizing, of tot afwachtend gedrag: we verhuiszen alleen maar als we de echte ideale woning tegenkomen, anders kost het teveel (woonduur). b) Ouderen gaan voor jongeren. Regelmatig wordt de leeftijd van de woningzoekende als het volgordebepalend criterium gehanteerd. Dat is praktisch gezien een handige methode, maar met een normatieve lading: wie ouder is, verdient het eerder aan de beurt te komen. c) Dichtbij gaat voor veraf. Soms weegt de verhuisafstand mee in de volgordebepaling. Bijvoorbeeld door aan woningzoekenden die binnen de eigen woongemeente willen verhuizen extra punten toe te kennen, of door voor vestigers van buiten de inschrijfduur te tellen en voor verhuizers binnen gemeente of regio de woonduur. Ook hier zit een normatieve lading achter: het is eerlijk om iemand die in de buurt verhuist eerder aan de beurt te laten zijn dan iemand die van ver komt. 2.3 Marktconforme volgordebepaling Er wordt volop nagedacht over alternatieve manieren om de volgorde op de rangslijst te bepalen. Erg interessant zijn de gedachten om daar meer marktwerking in aan te brengen. In de koopsector is dat heel gebruikelijk: bij meerdere belangstellenden gaat de woning naar degene die het hoogste bod doet. Ofwel: degene die er het meest voor over heeft, uitgedrukt in geld. Zo n handelwijze is in de huursector niet denkbaar en ook niet wenselijk, maar de achterliggende gedachten zijn dat wel. Twee voorbeelden van denkrichtingen op dat punt. a) Wie het meest er voor over heeft. De gedachte dat de woningzoekende die veel over heeft voor een andere woning eerder aan de beurt zou moeten zijn dan iemand die slechts afwacht, komt in sommige verdeelsystemen al terug. Als de volgorde bijvoorbeeld uitsluitend wordt bepaald door de wachttijd, dan loont het om je in te schrijven en vervolgens jarenlang niets te doen totdat je een goede kans maakt. Vandaar dat in sommige verdeelsystemen actief zoekgedrag wordt beloond, bijvoorbeeld met extra punten. Immers: waarom zou iemand die een jaar lang wacht eerder aan de beurt moeten zijn dan iemand die een half jaar zoekt? Er zijn alternatieven in ontwikkeling die gedachte van beprijzen verder afwandelen. Bijzonder interessant zijn de gedachten die in Amsterdam onder de naam woonduurstrippenkaart schuilgaan. De gedachte is even simpel als aansprekend: waarom zou je de vergaarde woonduur niet deelbaar, combineerbaar en individueel inzetbaar maken? Die gedachte sluit onder meer aan op de kritiek die op het criterium woonduur wordt gehoord: het zou de verhuislust kunnen afremmen, want je bent na verhuizing al je woonduur kwijt. Voorstelbaar is dat de woningzoekende zélf mag bepalen hoeveel van de vergaarde woonduur hij of zij inzet. Dan wordt het mogelijk om af te wegen hoeveel woonduur de verhuisbeweging je waard is. Of neem twee alleenstaanden die samen willen gaan wonen. Zouden ze hun beider woonduur of wachttijd bij elkaar op kunnen tellen, dan stijgt hun kans om

V OLGORDE BEPALING BIJ WOONRUIMTEVERDELING PAGINA 6 snel een andere woning te vinden. Daar zit qua woningmarktwerking ook logica achter: als gevolg van deze samenwoning start er immers een extra verhuisketen en dat is veel waard. b) Wie het meest waardevolle achterlaat. Over een andere variant om marktwerking te introduceren in de volgordebepaling zijn in Leiden gedachten ontwikkeld. Ze komen er in de kern op neer dat aan de achter te laten woning een waarde wordt toegekend, die de bewoner kan inzetten bij een verhuizing. Daartoe zou van de achter te laten woning de gewildheid, de verhuiswaarde, moeten worden vastgesteld, bijvoorbeeld aan de hand van het aantal reacties dat op dergelijk woningen binnenkomt. Als de achter te laten woning erg gewild en dus veel waard is, zou die waarde door de bewoner benut moeten kunnen worden bij het maken van een volgende stap in de wooncarrière. Zo kan de bewoner van een ruime, aantrekkelijke eengezinswoning (een oudere alleenstaande bijvoorbeeld) sneller voor een andere woning in aanmerking komen dan iemand die een klein appartement achterlaat. Met meer marktconforme methoden van volgordebepaling is hoegenaamd nog geen praktijkervaring opgedaan. Toch zou hier best eens de toekomst kunnen liggen. Woonruimteverdeling gaat immers om het afstemmen van een veelsoortige vraag en een veelsoortig aanbod. Bij gebrek aan geld als middel om die afstemming te realiseren zoeken we het tot nog toe in opdeling van zowel vraag als aanbod in hokjes en vakjes, die met behulp van regels aan elkaar gekoppeld worden: marktsimulatie. Eigenlijk zou ook in de verdeling in de huursector de markt meer zelf haar werk moeten doen, maar dan hebben we behoefte aan een nieuw betaalmiddel! Arjen Zandstra, vennoot RIGO Research en Advies Voor meer informatie over onze diensten op het gebied van woonruimteverdeling, kijk op onze website www.rigo.nl