12 december 2017 4.6 X
.
Verzuimprotocol Gemeente Nijmegen 2017 Rollen in het verzuimproces: ONZE VISIE: Medewerker: Leidinggevende: P&O-adviseur Verzuimcoördinator Bedrijfsarts: Grip op verzuim vinden wij een gezamenlijke verantwoordelijkheid die wij uitdrukken met de term volwassen arbeidsrelaties. Medewerker en werken samen om een passen antwoord te vinden bij inzetbaarheidsvragen van de medewerker. Sturing op gedrag is daarbij uitgangspunt. Met andere woorden: Over verzuim ool als gevolg van verzuim - wordt altijd overlegd. Volwassen arbeidsrelaties zijn te herkennen als werkrelaties waarin alle zaken die invloed hebben op het werk, open, transparant, concreet en met respect voor ieders eigenheid, in een tweerichtingsverkeer besproken kunnen worden. is verantwoordelijk voor zijn 1 eigen proces. Dit betekent dat hij zijn verzuim meldt bij zijn en actief meedenkt in zijn hervattingsproces en bereid is daarover afspraken te maken. Hij houdt zijn actief op de hoogte van het hervattingsproces. Ook spant de medewerker zich in om hervatting van- en terugkeer in het arbeidsproces te bevorderen. De formele afspraken over rechten en plichten zijn vastgelegd in hoofdstuk 7 van de AGN Aanspraken bij ongeschiktheid wegens ziekte of gebrek De afspraken hieronder genoemd zijn ook van toepassing op medewerkers met een tijdelijk dienstverband. Medewerkers hebben te allen tijde toegang tot het arbeidsomstandig-hedenspreekuur. heeft de regie in het verzuimproces. Dit betekent dat hij aandacht heeft voor de medewerkers, hen stimuleert, vertrouwen en gericht feedback geeft en zorgt voor goede arbeidsomstandigheden. In het verzuimproces is hij actief en bevraagt de medewerker naar zijn mogelijkheden om (nog) te werken. Hij probeert zich zo ook een beeld te vormen of de verzuimmelding met het werk te maken heeft. Hij neemt de verantwoordelijkheid voor het verzuimtraject en bewaakt de afspraken die hij daarin met de medewerker maakt ook in het kader van de Wet Verbetering Poortwachter. Hij onderhoudt regelmatig contact met de medewerker en is betrokken bij zijn proces. Hij kan daarin ook aanschuiven voor een drie- of viergesprek met de bedrijfsarts en/of een van de andere interventionisten. 2 is procesbewaker in het kader van de WVP. Hij heeft een ondersteunende en adviserende rol naar zowel als medewerker en geeft mede richting aan het verzuimproces. Dit betekent dat hij een inhoudelijke bijdrage kan leveren aangaande de te ondernemen stappen en het zoeken van reïntegratiemogelijkheden in zijn rol van P&O-adviseur. Hij is procesvolger en ziet erop toe dat de afspraken in procedures in het kader van Wet Verbetering Poortwachter (WVP) worden nagekomen en draagt bij naar het zoeken van oplossingen om het verzuimproces te verkorten. In zijn rol als adviserend P&Oadviseur kan hij aanschuiven bij het drie- of viergesprek (bedrijfsarts, medewerker, + P&O-adviseur) verzorgt voor de verschillende interventionisten het inplannen van afspraken binnen de Verzuimmanager (RVM). wordt ingeschakeld op verzoek van de en adviseert deze ook. Hij denkt mee bij het zetten van stappen tot verkorting van het verzuimporces van de betrokken medewerker. Zijn rol is gericht op het bevorderen van het herstelproces en het geven van inzetbaarheidsadviezen (ook preventief). Ook beoordeelt hij de arbeidsrelevantie van de klachten en adviseert de hieraangaande. 1 Daar waar in dit protocol gesproken wordt over hij en zijn, wordt ook nadrukken zij en haar bedoeld. 2 Als interventionisten kennen we psychologen, bedrijfsmaatschappelijk werk er, bedrijfsfysiotherapeuten en preventiemedewerkers voor werkplekadviezen. verzuimprotocol 2017 (2) 1
eerste dag verantwoordelijke actie 1. verzuimmelding medewerker De medewerker meldt zich vóór 9.00 uur telefonisch bij zijn voor overleg over al dan niet verzuimen.. Medewerker houdt vanaf de eerste datum verzuimmelding aantekening bij van hetgeen is afgesproken en met wie hij die afspraken heeft gemaakt. eerste dag verantwoordelijke actie N.B.: De eerste verzuimdag is de eerste werkdag tijdens de verzuim. Werkdag is een dag waarop je normaal gesproken werkt, en dus recht op bezoldiging hebt. Het weekend telt dus niet mee, evenmin als de vaste vrije dag voor een deeltijder. Op een verlofdag (vakantiedag of compensatiedag) heb je recht op bezoldiging zodat verzuim op deze dag wel wordt doorgegeven. De compensatiedag vervalt bij verzuim, verlof krijg je bij verzuim terug. 2. medewerker bespreken: de verwachte duur (indien mogelijk); wat is er aan de hand; ligt er evt. een relatie met het werk; 3 De medewerker, hoeft, als hij dat niet wil, niet aan zijn werkgever te zeggen wat de precieze klachten zijn. waar is de medewerker tijdens zijn verzuim te bereiken; welke taken kunnen er nog wel gedaan worden; mogelijke afspraken die moeten worden afgezegd en of er werkoverdracht dient plaats te vinden en afspraak over het volgend contact. (zie voor uitgebreide info het verzuimscript) Als de niet bereikbaar is op moment van verzuimmelding, neemt hij dezelfde dag nog contact op met de verzuimende medewerker. De verzuimende medewerker dient aan de werkgever te melden welke werkzaamheden hij nog kan verrichten. Is dat bij de werkgever bekend dan kan hij immers beoordelen of en zo ja welke actie nodig is om werk aan te bieden, zodat aan de wettelijke verplichtingen op het gebied van verzuimbegeleiding en werkhervatting kan worden voldaan.. Ook kan de in voorkomende gevallen de medewerker attenderen op de mogelijkheden die het pakket van BedrijfsGezondheidsZorg (psycholoog, bedrijfs maatschappelijk werk, bedrijfsfysiotherapeut en werkplekadvies door arbocoördinator ) in het kader preventie kan bieden. https://insite.nijmegen.nl/project/arbogezondwerken/wiki/b2hb9gvuake0otorag9aew eerste dag verantwoordelijke actie Indien de situatie daartoe aanleiding geeft kan de afspreken dat hij in de loop van de dag nog eens contact opneemt om de situatie te bespreken. 3 Zie verzuimscript in de bijlage. verzuimprotocol 2017 (2) 2
De geeft aan de verzuimcoördinator door als de medewerker op een ander adres dan zijn huisadres bereikbaar is (denk ook aan telefonische bereikbaarheid) 3. Als de dat - om redenen - een spoedcontrole wenselijk vindt, dan kan hij deze zelf vormgeven door middel van een extra telefoontje of een bezoek aan huis. 4. Meldt dat medewerker verzuimt Houdt vanaf eerste datum verzuimmelding een logboek bij van hetgeen is afgesproken met de medewerker. https://insite.nijmegen.nl/content/castmanage/files/9792 5. Melding UWV Voor verzuimmeldingen ten aanzien van medewerkers die een Ziektewet uitkering geldt dat de verzuimmelding uiterlijk op de vierde verzuimdag automatisch wordt doorgegeven aan de UWV. 6. herstelmelding medewerker De medewerker meldt zich op de 1e hersteldag voor 9.00 uur beter bij zijn. Indien de betermelding plaatsvindt in het weekend dan meldt de medewerker zich met terugwerkende kracht beter. Ook als deze hersteldag op een niet reguliere werkdag valt (bij parttimers) en ook als de medewerker nog niet volledig hersteld is. Hij geeft dan door voor hoeveel uur hij het werk kan hervatten. Deze werkwijze geldt ook als de herstelmelding later dan de 1e week plaatsvindt. 7. Meldt medewerker geheel of gedeeltelijk hersteld Als de herstelmelding gedeeltelijk is, maakt hiervan aanteking van in het verzuimlogboek. 8. registratie UWV Ten aanzien van medewerkers die een Ziektewetuitkering genieten geldt dat de herstelmelding uiterlijk op de tweede dag automatisch wordt doorgegeven aan de UWV. 9. 2 e contact Tijdens de eerste week van het verzuim heeft de de 2e of 3e dag opnieuw contact met de medewerker en overlegt of de medewerker instaat is om op korte termijn zijn werkzaamheden te hervatten. 10. begeleiding bij (gedeeltelijk) herstel 2 e t/m 8 e week verantwoordelijke actie 11. contact en medewerker De begeleidt (gedeeltelijk) herstelde werknemer bijvoorbeeld bij veranderingen in het werk, andere taken of ander werkritme. Gedurende de eerste 8 weken van het verzuim heeft de wekelijks contact met de medewerker. Dit contact moet leiden tot een inschatting van het verzuim. Vragen die dan beantwoord moeten kunnen worden zijn: Zal de duur van het verzuim van dien aard zijn dat een probleemanalyse noodzakelijk is; Is een interventie noodzakelijk, dan wel gewenst. (zie BedrijfsGezondheidsZorg) Ziet de medewerker mogelijkheden om (deels) zijn werkzaamheden te hervatten dan wel aangepaste taken te verrichten. verzuimprotocol 2017 (2) 3
2 e t/m 8 e week verantwoordelijke Actie (vervolg) P&O-adviseur RVM [rol procesbewaker] 12. Inschatting vervolgaktie 13. Uitnodiging bedrijfsarts 14. contact medewerker en bedrijfsarts 15. contact Bedrijfsarts en 16. probleemanalys e en -advies 17. plan van aanpak Verzuimcoördinator Bedrijfsarts Medewerker Bedrijfsarts bedrijfsarts P&O-adviseur Krijgt na 2 weken seintje en onderneemt actie richting. Leidinggevende en P&O-adviseur beoordelen noodzaak probleemanalyse. Er moet altijd een probleemanalyse worden gemaakt als iemand langer dan 6 weken verzuimt.. Indien sprake is van het opmaken van een probleemanalyse dient de een afspraak in te plannen voor de medewerker bij de bedrijfsarts. Zorgt inplannen afspraak in spreekuur en voor uitnodiging aan medewerker op aangeven van. Het verzoek om een afspraak gebeurt middels een adviesaanvraag. De adviesaanvraag handelt over de reintegratie van de medewerker en bevat geen medische informatie. In een aantal gevallen (zie punt 12) zal dit contact leiden tot een probleemanalyse. Tijdens dit contact worden zaken besproken als behandeladvies, wanneer de medewerker naar verwachting weer aan het werk kan, is het nodig werkplek, werktijden en werkinhoud aan te passen? De medewerker geeft alle relevante informatie omtrent zijn beperkingen aan de bedrijfsarts. Deze zal deze informatie nodig hebben om te kunnen adviseren aan de. Indien de medewerker het niet eens is met het advies van de bedrijfsarts kan deze vragen om een second opinion. De organisatie van de bedrijfsarts dient dit via het protocol in gang te zetten. De Bedrijfsarts informeert de over de uitkomst van dit contact. Hiervoor nodigt de bedrijfsarts (in gesprek met de medewerker) de uit om in het laatste kwartier aan te schuiven. Belangrijk daarbij is de vraag welke mogelijkheden de betrokkene heeft om werk te verrichten en welke (tijdelijke) aanpassingen in het werk daar eventueel voor nodig zijn. Het gaat hierbij niet om het verstrekken van medische informatie. De medewerker dient bij de uitnodiging voor het gesprek hiervan in kennis gesteld te worden én dit gezamenlijke gesprek over re-integratiemogelijkheden kan doorgang vinden indien de medewerker hier geen bezwaar tegen heeft. Binnen zes weken na de eerste verzuimdag, of zoveel eerder als nodig is, stelt de bedrijfsarts een probleemanalyse op en/of brengt hij advies uit aan de medewerker en. Indien pas na 6 weken blijkt dat het verzuim aanhoudt, dient de Bedrijfsarts alsnog onverwijld een oordeel over het verzuimgeval te geven. Een probleemanalyse en advies zijn eerder nodig zodra verzuim langer dreigt te gaan of zodra werkhervatting onder aangepaste omstandigheden mogelijk lijkt. Het advies gaat in op de beperkingen en de medisch verantwoorde mogelijkheden om te werken. De probleemanalyse bevat geen privacygevoelige informatie, dus ook geen diagnose en/of medische informatie. De ontvangt de probleemanalyse die hij nodig heeft om een plan van aanpak voor reïntegratie te kunnen maken. De werknemer krijgt altijd een exemplaar van de bedrijfsarts mee ook voor zijn probleemanalyse. Bij dreigend langdurig verzuim stellen - uiterlijk in week 8 - de en de medewerker met hulp van P&O een plan van aanpak op nadat ze de probleemanalyse hebben ontvangen. De nodigt verzuimprotocol 2017 (2) 4
medewerker hiervoor de medewerker uit. Doel van het plan is te bezien of het mogelijk is : terug te keren in de eigen functie; te gaan werken in een andere functie bij dezelfde werkgever te gaan werken bij een andere werkgever; tijdelijk (een aangepaste) functie te vervullen; een periode af te spreken ( proefperiode of permanent) verzuimprotocol 2017 (2) 5
17a. 2 e t/m 8 e week verantwoordelijke Actie (vervolg) Plan van aanpak (vervolg) P&O-adviseur medewerker In het plan van aanpak komen de volgende zaken aan de orde: acties van de om terugkeer te bespoedigen (bijvoorbeeld aanpassen werkplek), werkinhoud, zoeken naar herplaatsingsmogelijkheden). Tijdens de eerste 2 jaren van verzuim is er sprake van plaatsing op tijdelijke werkzaamheden. Pas na de twee jaar kan herplaatsing op andere functie plaatsvinden. De medewerker is dan arbeidsongeschikt voor zijn functie. En de arbeidsongeschiktheid voor de functie is vastgesteld door de bedrijfsarts of het UWV. acties van de medewerker om terugkeer te bespoedigen (bijvoorbeeld een uurtje in de week op de werkplek zijn, therapeutisch aan de slag, bezoek aan interventiespecialist zoals bedrijfsmaatschappelijk werk, fysiotherapeut of psycholoog.). afspraken over dat de medewerker zich laat behandelen.. bij herplaatsing elders: afspraken over inzet reïntegratiebedrijf. Als reïntegratie bij een andere werkgever wordt beoogd, dan is inschakeling van een reïntegratiebedrijf verplicht (dat kunnen ook interne herplaatsingsadviseurs zijn). Afspraken hierover (welk reïntegratiebedrijf, het aanvragen van een persoonsgebonden reïntegtratiebudget, het beoogde resultaat) worden in het plan van aanpak opgenomen. de termijn die voor de overeengekomen acties worden afgesproken; het moment waarop de afgesproken acties worden geëvalueerd. Het Plan van Aanpak wordt door zowel de als de medewerker ondertekend. De procesbewaker verstrekt een afschrift van het plan van aanpak aan zowel de medewerker als de arbodienst. plan van aanpak toelichting Acht-weken-termijn: het plan van aanpak is gereed binnen twee weken na het oordeel van de bedrijfsarts (de probleemanalyse). Dat zal in de regel binnen acht weken na de eerste verzuimdag zijn. Het plan van aanpak vindt zijn basis in de probleemanalyse en het advies van de bedrijfsarts. Voldoet de werknemer niet aan zijn plicht tot medewerking dan gelden de sancties uit hoofdstuk 7 van de AGN. https://www.rechtspositie.info/gemeente%20nijmegen/medewerker/gemeente_car_uwo/arbeidsvoorwaa rden_356215# 2e t/m 8e week verantwoordelijke Actie 18. contact bedrijfsarts en organisatie Iedere heeft de mogelijkheid tot om te overleggen met de bedrijfsarts inzake casuïstiek. Dit kan telefonisch of hiervoor kan een afspraak worden ingepland.. Dit kan ook is zelfs aan te bevelen in een drie- of viergesprek met de medewerker, zodat gezamenlijk gesproken kan worden over het hersteltraject. De medewerker dient hiermee wel akkoord te zijn. verzuimprotocol 2017 (2) 6
na de 8 e verzuimweek verantwoordelijke acties 19. iedere zes weken medewerker Na de 8 e verzuimweek heeft de tenminste 1 x per 6 weken contact met de verzuimende medewerker. Dit contact kan helpen de voornemens uit het plan van aanpak te realiseren en biedt tevens de mogelijkheid om de verzuimende medewerker bij het proces te begeleiden. Ook biedt dit contact de gelegenheid om het plan van aanpak, zo vaak als nodig is, te evalueren en bij te stellen. Voor het bijstellen van het plan van aanpak gelden dezelfde regels als voor het opstellen van het plan van aanpak. De wijze waarop dit contact plaatsvindt kan variëren. Persoonlijk contact past beter in het uitgangspunt: van controle naar begeleiding. Het kan voor een verzuimende medewerker stimulerend werken om uitgenodigd te worden op de werkplek en afhankelijk van de mogelijkheden werkgerelateerd bezig te zijn. Dit kan bijvoorbeeld door het bijwonen van werkoverleg of koffie drinken met collega s. Is de werknemer niet in staat om naar de werkplek te gaan dan kan bezoek aan huis door de overwogen worden. 20. bijstellen plan van aanpak 21. contact bedrijfsarts en medewerker 22. contact en bedrijfsarts bedrijfsarts bedrijfsarts Het plan van aanpak wordt zo vaak als nodig geëvalueerd en bijgesteld. Dit gebeurt tenminste als er wijzigingen zijn in de situatie of omstandigheden van de medewerker en als medewerker niet meer in de eigen organisatie kan terugkeren en een reïntegratiebedrijf moet worden ingeschakeld. De dient dit te bewaken. De bedrijfsarts heeft zo vaak contact met de verzuimende medewerker als naar zijn advies nodig is of wenselijk geacht wordt door de. Dit gebeurt in ieder geval als er wijzigingen zijn in de situatie van de medewerker of de omstandigheden die bijstelling van de probleemanalyse noodzaken. Dit kan ook door een interventiespecialist worden gedaan, mits afspraken zijn gemaakt over de inzet van de interventiespecialist en de communicatie tussen, interventiespecialist en bedrijfsarts zijn gemaakt. Bedrijfsarts en hebben zo vaak contact met elkaar als voor een afstemming en reïntegratie wenselijk is. In ieder geval vindt dit contact plaats bij iedere bijstelling van het plan van aanpak en na ieder contact dat de bedrijfsarts met de medewerker heeft. verzuimprotocol 2017 (2) 7
Week 26 Verantwoordelijke acties Medewerker Verzuimcoördinator 23. melding ivm WAO/WIA verzekering In week 46 52 na 1e verzuimdag 24. eerstejaarsevaluatie Bedrijfsarts medewerker Uiterlijk 82 e Verantwoordelijke verzuimweek 25. het reïntegratieverslag bedrijfsarts medewerker P&O-adviseur 6 P&O-adviseur52 na 1e verzuimdag De medewerker die een aanvullende verzekering WAO/WIA heeft verzekerd, moet zo snel mogelijk na 6 maanden Loyalis op de hoogte brengen van zijn verzuim, anders vervalt zijn aanspraak op de verzekering. Middels een brief wordt de medewerker hierop geattendeerd. De Bedrijfsarts zorgt voor een actueel oordeel De evalueert samen met de verzuimende medewerker de tot nu toe ondernomen reïntegratie-inspanningen in het plan van aanpak. Naar aanleiding van deze evaluatie kan worden besloten of het plan van aanpak bijgesteld moet worden, of er wellicht op een aantal punten aanvullende afspraken nodig zijn of er een intensivering van inspanningen noodzakelijk is. De eerstejaarsevaluatie wordt schriftelijk vastgelegd en ondertekend door zowel werknemer als werkgever. Een kopie van de eerstejaarsevaluatie wordt verstuurd aan de procesbewaker. acties Het reïntegratieverslag is een samenvatting van het bijgehouden dossier. Het bestaat uit drie delen, te weten: De werkgeversbijdrage. Deze bijdrage bevat het plan van aanpak en gegevens met betrekking tot de uitvoering daarvan. Het medisch deel, dat wordt geleverd door de bedrijfsarts (alleen bestemd voor medewerker en arts UWV) De werknemersbijdrage. Deze bijdrage bevat het oordeel van de medewerker over gehele traject (inspanningen van medewerker, werkgever en arbodienst). De werknemer dient het reïntegratieverslag in bij de UWV, tegelijk met de WIA-aanvraag. Het reïntegratieverslag komt tot stand in overleg met werknemer. Het dient dus tijdig, bijvoorbeeld twee weken vóór aanvraag WIA, met de werknemer besproken te worden. Bij die gelegenheid kan de bijdrage van de werknemer worden besproken en opgetekend. De werknemer mag weigeren zijn bijdrage aan werkgever te laten zien. Dat kan het geval zijn bij een arbeidsconflict of als hij niet in wil gaan op de medische gegevens. De werkgever en de bedrijfsarts verstrekken een afschrift van hun bijdragen aan de werknemer. Het reïntegratieverslag wordt door de werknemer zelf of via de P&O-adviseur uiterlijk de 91 e week naar de UWV gestuurd. Rond de 78 e week ontvangt de medewerker bericht van het UWV met de formulieren waarin hem dit bekend wordt gemaakt. LET OP: mocht de medewerker het formulier niet ontvangen, daarmee vervalt NIET de verplichting om het verslag tijdig in te zenden verzuimprotocol 2017 (2) 8
Uiterlijk 82 e verzuimweek reïntegratieverslag (vervolg) Verantwoordelijke bedrijfsarts medewerker P&O-adviseur acties Het opstellen van het reïntegratieverslag is een verantwoordelijkheid van de werkgever ten opzichte van de UWV en dient als verantwoording achteraf voor verrichte reïntegratie-inspanningen. Voldoet de werkgever niet aan de wettelijke verplichtingen dan kan de UWV sancties opleggen en wordt geen WIA toegekend. Voldoet de werknemer niet aan zijn plicht tot medewerking dan gelden de sancties uit hoofdstuk 7 van het AGN. antwoordelijke acties Uiterlijk 91 e Verantwoordelijke verzuimweek 26. Aanvraag WIA Medewerker de medewerker dient de WIA aanvraag samen met het reïntegratieverslag uiterlijk in bij het UWV. Overige aspecten verzuimverzuim omstandigheid verantwoordelijke acties 1. tijdens vakantie medewerker De eerste verzuimdag kan tijdens de vakantie van een medewerker vallen. Verzuim moet in principe gemeld worden vanaf het vakantieadres. Dit geldt ook voor verlofdagen. De verplichtingen bij verzuim gelden voor zover mogelijk ook tijdens de vakantie. Op grond van de AGN kan de door verzuim niet genoten vakantie alsnog verleend worden. 1.a. vakantie en verzuim medewerker Een verzuimende medewerker moet toestemming vragen aan zijn om op vakantie te gaan. 1.b. advies vakantie De vraagt voor het vakantieverzoek zo nodig advies aan de bedrijfsarts en overlegt met P&O over de registratie er van.. 1.c. Verzuim en bezoldiging medewerker De medewerker heeft bij ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van verzuim of gebrek vanaf de eerste dag van die ongeschiktheid gedurende de eerste zes maanden recht op doorbetaling van zijn volledige bezoldiging. Bij voortduring van deze ongeschiktheid gedurende de zevende tot en met de twaalfde maand recht op doorbetaling van 90% van zijn bezoldiging. Na 12 maanden gedurende de dertiende tot en met de vierentwintigste maand recht op doorbetaling van 75% van zijn bezoldiging. Na 24 maanden tot het einde van zijn dienstverband recht op doorbetaling van 70% van zijn bezoldiging. Deze maatregel is van toepassing in zoverre de medewerker ziek is. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder verzuim ook gebreken verstaan. verzuimprotocol 2017 (2) 9
verzuimprotocol 2017 (2) 10
omstandigheid verantwoordelijke acties 2. second opinion werkgever medewerker Als er een verschil van mening bestaat tussen werkgever en medewerker, kan de UWV verzocht worden een deskundigenoordeel te geven. In eerste instantie adviseert de bedrijfsarts over het verschil van mening. Kan werkgever of werknemer zich niet vinden in het advies van de bedrijfsarts dan kan de UWV om een second opinion worden gevraagd. Het oordeel van de UWV is niet bindend en heeft geen opschortende werking. 3. frequent verzuim Veelvuldig korter durend verzuim is reden voor de werkgever om te onderzoeken wat er aan de hand is. De voert een verzuimgesprek met de werknemer. In dit verzuimgesprek kan de bij medische onduidelijkheid de bedrijfsarts om advies vragen. Van frequent verzuim is bijvoorbeeld sprake bij driemaal of meer ziekmelden per 12 maanden. 4. verzuimoverzichten Stafmedewerker PSA Er zijn 2 soorten verzuimoverzichten: 1. Verzuimcijfers per afdeling 2. Verzuimcijfers per medewerker Deze overzichten worden indien daarvoor geautoriseerd verstrekt aan de.. Tenminste één maal per jaar worden de cijfers voorzien van een analyse door de bedrijfsartsen. 5. privacyaspecten interventionisten De medische dossiers binnen RVM zijn zó ingeregeld dat alleen de betreffende interventionist bij de medische gegevens kan. Voor de uitwisseling van gegevens tussen interventionisten is afgesproken dat ze deze versturen in een worddocument en dat na verzending de gegevens van het openbare deel van het netwerk wordt verwijderd en alleen bewaard worden in het afgeschermde gedeelte van RVM. De bedrijfsartsen verwerken de medische gegevens en spreekuurgegevens in het systeem van ArboUnie waar het veilig wordt bewaard. De gegevens worden volgens de wettelijke normen bewaard en mogen alleen worden overgedragen na schrifelijk akkoord van de medewerker. Medische gegevens tbv WIA aanvraag worden alleen aan de medewerker verstrekt. De organisatie ontvangt geen medische informatie van haar medewerkers. Procesinformatie wordt verstrekt aan n zodat deze de informatie kan gebruiken bij de begeleiding van de medewerker. Indien de werkgever (in casu de ) zijn verplichtingen niet nakomt kunnen er sancties of boetes worden opgelegd door het UWV of Autoriteit Persoonsgegevens (AP). verzuimprotocol 2017 (2) 11
Bijlage 1 Script - verzuimgesprek Onderstaand een vragenlijst die n en medewerkers kunnen gebruiken voor een gesprek naar aanleiding van een verzuimmelding. Dit kan voor het eerste contact maar ook voor een vervolggesprek zijn. De vragen kunnen fungeren als handleiding voor zowel een telefonisch als een mondeling gesprek. Uiteraard sluiten de vragen aan bij de verantwoordelijkheden van medewerker en zoals opgenomen in het verzuimbeleid. Wat is er aan de hand? Hoe voel je je? (deze openingsvraag heeft niet als bedoeling om de medische achtergrond te achterhalen of te beoordelen) Is dit al eerder gebeurd? Wanneer? (is afhankelijk van bekendheid met de medewerker)? Heb je daarbij ondersteuning nodig? (denk ook aan bijv. aan het pakket BedrijfsGezondheidsZorg) Heeft je verzuimmelding iets met je werk te maken? Wanneer denk je weer te kunnen beginnen? Welke taken zou je eventueel wel kunnen doen? Kun je dan eventueel al eerder beginnen? Is aangepast of ander werk mogelijk? (over de mogelijkheden, met name van ander werk, moet van tevoren wel nagedacht zijn) Is er overdracht van je werk nodig of moeten er afspraken afgezegd en verzet worden? Zou je dit zelf kunnen doen? Wat zal ik aan het team vertellen? Wanneer hebben we weer contact? verzuimprotocol 2017 (2) 12