Belangstellingscentrum. Wat vind ik in de speelgoedkoffer?

Vergelijkbare documenten
Activiteit 14. Muziek Pompoenlied. Doelen. Materiaal. Voortaak

Versje met afspraken

Activiteit 1. Waarnemen Ik kijk en ik knuffel. Doelen. Materiaal. Voortaak

Belangstellingscentrum10. Een handje van de sint

Belangstellingscentrum. Ik ga op verkenning in de klas

Activiteit 1. Waarnemen De nieuwe klas verkennen. Doelen. Materiaal. Voortaak

Activiteit 8. Taal Kringgesprek Ik ben bang... Doelen. Materiaal. Voortaak

Belangstellingscentrum. Ik speel in het water en in het zand

Activiteit 7. Poppenspel met pompoenen

BLOK 1 thema 1 Kennismaking

Dag Sinterklaas. Severien Algoet. 13 november 2016

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Activiteit 13. Klein Schrijfoefeningen. Doelen. Materiaal. Voortaak

Clown durft. Luk Depondt Guido Van Genechten GEGEVENS BOEK: KORTE INHOUD: ISBN ,95. Uitgeverij: Bakermat. Suggesties: Emy Geyskens

Volgorde in goede de (In de goede volgorde)

LESMATERIAAL ONDERBOUW. Lespakket CliniClowns Geen kinderachtig effect. Vo or Groep 1-

Appeltje en Eitje Een postpakket uit Spanje

Vormen van een raket Raketten

Scene 1: Rollen: heks. Katrijn

Activiteit 12. (40) (MV 2.1, 2.3) 9 De kleuters kunnen een verhaal spelend uitbeelden. (43) (MV 3.2)

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen.

Fiche voorbereiden van activiteiten

Onder moeders paraplu Door Helga Gehre

8a De 'Los het op!-kaarf

Cijfers en letters. Zelfstandig spelen. Ontmoeten

Hotel Hallo - Thema 1 Hallo

Dit stukje van het verhaal komt uit het prentenboek De ontvoering van de Hoofdpiet. Lees dit heel goed of laat het voorlezen.

Hoe doe je het, Piet?

Poppenkastverhaal kinderboekenweek 2004 thema: MUZIEK

KOKEN IN DE KLAS. hoekenfiche. Algemeen: DOELEN en ASPECTEN

Wij gaan bouwen, wij gaan bouwen, Doe je mee, doe je mee, Pak dan ook je spullen, pak dan ook je spullen Zaag, plank, schroef, zaag, plank, schroef.

akelige doosjes Dag 3 Monsters in Lesdoelen Materialen Voorbereiding Coöperatieve werkvormen in deze les

Lezer: 2 Woeste Willem is een echte brombeer. Hij houdt niet van gezelschap. Iedereen die maar in de buurt van zijn huis komt, jaagt hij weg.

Oversteken in een rechte straat

Piramide 4: muzische vorming

Tuin van Heden 1 Werken met kunst in de kerstperiode

De barmhartige Samaritaan

Een muziekles in aansluiting op het dagproject Een beestenboel op school.

Voorbeeldles VSO/Zorgonderwijs/MG/Blok 3 We zijn aardig voor elkaar Les 9 a+b: Blij!»

- ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens.

Kabouterpad herfst

De wakkere wekker. Benodigdheden: - Een luid tikkende wekker

Ga aan de slag met de hoedjes van Edward de Bono. The 6 thinking heads.

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Tomke.nl TIPS VOOR ACTIVITEITEN

Algemene doelstellingen voor lessenreeks De Tijdmachine

Lesmap de suikerbakkerij HETGEVOLG. de suikerbakkerij. regie: Nelle De Maeyer spel: Osman Aden Hosow & Himat Shinwary foto: Kris Dewitte

Klaskrantje van groep 1.

LESMATERIAAL BOVENBOUW. Lespakket CliniClowns Geen kinderachtig effect. Vo or Groep 5-

Professor Plons en de verdwenen chocoladeletters

- ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens.

Bijlage 6: Schetsbordverhaal Zacheüs

Coördinatie Rosanne Decraene. Auteurs Lieve Bultereys, Christa Coghe, Pauline Coppens, Mia Vaernewyck, Inge Vanherreweghe, Sofie Van obberghen

Fiche voorbereiden van activiteiten

Peuters - 1K 2K 3K. Basismateriaal. Aanbod peuters 1K indien nodig

DE SCHOOLBUS. en andere korte verhalen. Josée Van Laer. in makkelijke taal

Fiche voorbereiden van activiteiten

Auditieve oefeningen Sinterklaas

Overlegfiche: Onthaal

AAN DE SLAG DIT BEN IK

Peuterspeelzaal Jip en Janneke

Vormen van een raket Raketten

1 Kussen over mijn hoofd

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

inhoud 1. er kan nu friet door hijs het zeil! piet snot ben jij nou een boef! je bent een held!...

NEDERLAND VIERT 100 JAAR DE STIJL DESTIJLUTRECHTAMERSFOORT.NL ONTDEK HET IN UTRECHT & AMERSFOORT! LESSUGGESTIES 100 JAAR DE STIJL GROEP 1 T/M 4

Pak de jas! Werkvorm: Spel. Materiaal: Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes. Verloop:

KIND TOCH! Een bad op straat

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Tuin van Heden 2 Werken met kunst in de kerstperiode

Sint op komst! Lesbrief voor kleuteronderwijzers

juni 2014 vanaf 4 jaar De wieken van de molen tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof

Leerplandoelen: VVKBaO. WO TE 6.6 Kinderen zien in dat producten gemaakt worden volgens bepaalde technische principes

Ruimtelied. œnœ# œ œ œ œbœnœ. œ œnœ# œ œ œbœnœ & # # œ œ œ. œ œ nœ. nœœ œ# œœ J œbj œ nœ œ œ œ œ œ bœ & # A7. œ œ œ Œ Ó œ Œ œ œ œ Œ Œ œ

In de rij. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Introductie: Brom en Bram

LESMAP VINKENSLAG. opdracht: help de vogels op de speelplaats en maak voor hen een voederplaats.

Fiche voorbereiden van activiteiten

MUZO AD 19 Genoegen beleven aan muzisch bezig zijn.

Het vreemde paard van Sinterklaas. door Nellie de Kok

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING

De paashaas schildert eieren

DADA EN POMPIDOM GROEP 1-2

Ik ga een grote uitdaging niet uit de weg. Taken die moeilijk zijn, vind ik veel leuker dan eenvoudige taken.

Wat? Ambers mond valt open. Krijg ik dertigduizend euro? De notaris knikt. Dat klopt. Gefeliciteerd. Liz weet ook niet wat ze hoort.

Kinder- en poppentheater PROPOP Steenweg op Oosthoven Turnhout tel 014/ fax 014/ website

Ahoy, kapitein! Stefanie Dahle GEGEVENS BOEK: KORTE INHOUD: ISBN ,99. Uitgeverij Bakermat. Suggesties: Emy Geyskens.

Hoekenfiche Bouwhoek

Fiche voorbereiden van activiteiten

Sinterklaas. en de. smikkelende Smulpiet

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Ik ben Juul de giraf en ik heb gehoord dat jij je eerste communie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Zwarte Piet heeft zich vergist

1. Samen maken we muziek vandaag

Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind?

WAAROM VOORLEZEN? VOORWOORD WANNEER VOORLEZEN?

Dag 1 Kaders vol kunst!

LEESTIP. Speel- & Leerbrief JULI Marja Baeten. Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar SPELEN MET WATER! JULI 2015.

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

Transcriptie:

6 Belangstellingscentrum Wat vind ik in de speelgoedkoffer? u

d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 Taal Vertellen bij prenten: Naar het eiland Mooiweer Doelen 1 De kleuters kunnen fantasievolle situaties bedenken en spelen. (19) (N 2.10) 2 De kleuters kunnen iets dat ze waargenomen hebben spelend uitbeelden. (43) (N 2.10) 3 De kleuters kunnen tegenstellingen verkennen door te vergelijken (juist/niet juist). (61) (N 2.5) 4 De kleuters kunnen enigszins complexere verhalen begrijpen die een beroep doen op de fantasie, als die verhalen visueel ondersteund worden. (70) (N 1.3) 5 De kleuters kunnen AN gebruiken in concrete situaties en met ondersteuning. (73) (N 2.11) 6 De kleuters kunnen uit een reeks pictogrammen die uitkiezen die in een situatie van toepassing is. (74) (N 3.2) 7 De kleuters kunnen met wat hulp en aanmoediging een inspanning op niveau volhouden. (82) (N 1.4) Materiaal * Bijlage 1 t.e.m. 10 pagina 31 t.e.m. 49 * Praatplaat 66 t.e.m. 73 * Werkblad 1 pagina 26 * Stiften * Fantasievolle verkleedkledij op kapstok Activiteit 4 27

d e n k o n t w i k k e l i n g Vooraf 1 Introductie 2 Kern Bijlage 1 t.e.m. 10 pagina 31 t.e.m. 49 Praatplaat 66 t.e.m. 73 Alle kleuters vinden het leuk om zich te verkleden. Kleren van uitgesproken personages kunnen leiden tot een ander en heel fantasierijk spel. Dit verhaal kan nieuwe impulsen geven. De kleuters vertellen vrijuit en spontaan over een verkleedkoffer of over verkleedspullen. Ze reageren op elkaar en vullen elkaar aan. Stel eventueel ook enkele vragen: - Welke verkleedkledij heb je? - Waarin zit je verkleedkledij? - Wat speel je als jij je verkleedt? - Speel je het liefst alleen of met een vriendje met de verkleedkoffer? - Waarom? 2.1 Organisatie Stel de kleuters zo op in de kring dat ze jou en de prenten goed kunnen zien. Ze luisteren en kijken naar de prenten. 2.2 Het verhaal Vertel het verhaal rustig maar toch enthousiast. Geef de kleuters voldoende tijd om de prenten te bekijken. 2.3 Het verwerken van het verhaal Werkblad 1 pagina 26 Verdeel de kleuters over het hoekenwerk. Enkele kleuters spelen met de verkleedkoffer met fantasievolle kleding. Zes kleuters maken het werkblad aan de werktafel. De opdracht is: kleur het hokje bij de tekening zoals het in het verhaal ging. Je bekijkt en bespreekt de prenten samen met de kleuters. Daarna kleuren ze het juiste hokje. 28 Activiteit 4

d e n k o n t w i k k e l i n g 3 Evaluatie en reflectie 3.1 De kleuter blikt terug Proces IK zeg De kleuter denkt - Vond je het een leuk verhaal? - Vond ik het een leuk verhaal? Product IK zeg De kleuter denkt - Kon je het juiste prentje aanduiden - Kon ik het juiste prentje aanduiden? zoals het in het verhaal gelopen is? 3.2 Ik blik terug Proces - Konden de kleuters het verhaal goed volgen aan de hand van de prenten? Product - Hebben de kleuters het verhaal begrepen? 3.3 Ik kijk naar de kleuters Ik kijk in het bijzonder naar Doel 4. De kleuters kunnen enigszins complexere verhalen begrijpen die een beroep doen op de fantasie, als die verhalen visueel ondersteund worden. Dit doel vind je in de observatielijst bij Taalontwikkeling 70 auditieve boodschappen interpreteren en er gepast op reageren eenvoudige verhalen (niet te lang, weinig personages, over dagelijkse situaties) begrijpen, als die visueel ondersteund worden enigszins complexere verhalen begrijpen die een beroep doen op de fantasie, als die verhalen visueel ondersteund worden verhalen begrijpen zonder (veel) visuele ondersteuning P 1K 2K 3K 1K / X 2K / X 3K X Activiteit 4 29

d e n k o n t w i k k e l i n g 4 Tips Ik observeer - Een kleuter is snel afgeleid en zit rondom zich te kijken. - Een kleuter kan het werkblad niet correct invullen, omdat hij niet meer weet wat er gebeurde. Ik remedieer - Ik zet deze kleuter dicht bij mij tijdens het verhaal en laat hem af en toe iets aanwijzen op de prenten. - Ik stel enkele heel concrete vragen en ik laat deze kleuter iets aanduiden of benoemen. Vraag de kleuters hun eigen verkleedkledij mee te brengen. 30 Activiteit 4

Bijlage 1 d e n k o n t w i k k e l i n g NAAR HET EILAND MOOIWEER (Joris Denoo) Op een mooie zonnige dag komt de postbode binnen in de bakkerij. Dag mevrouw de postbode. Wat een mooie kepie heeft u daar op uw hoofd. Dag bakker Bliksem, dag bakkerin Fleur. Ook een goeiemorgen. En jullie dragen ook mooie mutsen, vind ik. Is uw tas met brieven niet te zwaar?, vraagt bakker Bliksem. Nee hoor, zegt de postbode. En hebt u goed nieuws mee voor ons, postbode? De postbode zoekt even in haar tas. Er steken kaarten en kranten en brieven in. Dan haalt ze een gele enveloppe uit. Ja, bakker. Hier, een brief. In een mooie gele enveloppe. Nog een goede dag! O, is het goed nieuws, postbode? Dat weet ik niet, hé. Maar dat zal wel, zo n mooi kleurtje! Ja, het is de kleur van de zon, knikt bakkerin Fleur. Dag postbode! De winkelbel rinkelt en de postbode vertrekt weer. Bakker Bliksem scheurt de enveloppe open. Samen met de bakkerin leest hij de brief. O! Wat leuk! We mogen met vakantie. Eindelijk!, roept de bakker blij uit. En waar gaat de reis naartoe?, vraagt bakkerin Fleur nieuwsgierig. Er is nog plaats op het eiland Mooiweer! Hoera!, juicht Fleur. Kom, zegt Bliksem, we sluiten de bakkerij. Laten we vlug vertrekken. De bakker en de bakkerin maken de rekken leeg en sluiten alles af. Ze hangen een bord aan de deur: GESLOTEN. Dan pakken ze zo vlug als ze kunnen hun reiskoffers. Even later zijn ze op weg. Ze stappen naar de haven. Dag meneer de politieagent. Kunt u ons de weg tonen naar het eiland Mooiweer? Het is de eerste keer dat we op reis kunnen. We kennen de weg niet zo goed. Ja hoor, beste bakker en bakkerin. Dat doe ik met veel plezier. Want jullie taartjes en donuts zijn altijd heel erg lekker. Is het ver, agent?, vraagt bakkerin Fleur. Mijn koffer begint te wegen, hoor. Nee, schudt de agent. Luister: altijd rechtdoor, volg je neus, even rechtsaf aan de brandweer, het plein met de bomen over, dan zie je water en een schip, steek met dat schip een stuk van de zee over, en dan kom je op het eiland Mooiweer. Is het lang varen?, wil bakker Bliksem weten. O, de tocht duurt ongeveer tot de zon aan de andere kant van de wereld staat, zegt de agent. Dank u wel, meneer de politieagent. Doe mijn groeten aan de kapitein, zegt de agent. Dat is een oude vriend van mij. Zullen we doen!, zeggen bakker Bliksem en bakkerin Fleur samen. O! Daar vliegt een duif door het rode licht. Dat mag niet! Even vlug fluiten! De agent fluit hard en gebaart naar de duif dat ze moet stoppen. De bakker en de bakkerin haasten zich nu verder. Af en toe vegen ze het zweet van hun gezicht. Af en toe ook blazen ze even uit. Is het nog ver, Bliksem?, zucht Fleur. Activiteit 4 31

d e n k o n t w i k k e l i n g We zijn er zo, Fleur. Nog even volhouden. In onze bakkerij is het ook altijd warm, hé? Ja, je hebt gelijk. Oef, eindelijk: we hebben het gevonden. Wat een mooi schip!, roept bakkerin Fleur uit. De kapitein staat al te wuiven naar de reizigers. Hartelijk welkom op mijn boot, zegt hij. Dank u wel, kapitein Nooitthuis. De matroos neemt jullie koffers wel, zegt de kapitein. Dank u wel, matroos, zegt Fleur. De matroos neemt de reiskoffers mee. Bliksem en Fleur stappen voorzichtig op de boot. Zo, daar gaan we. Nee, wat zeg ik: daar varen we!, lacht de kapitein. O! Kijk!, wijst Fleur plotseling. Wat een leuke clown daar! Hij trekt gekke bekken naar ons. Dat mag hij doen, hoor. Dat maakt de lange reis veel leuker, zegt Bliksem. Soms toont hij kunstjes in de touwen van het schip. Hij wordt zeker nooit zeeziek?, vraagt Fleur aan de kapitein. Nee. Hij moet de mensen weer vrolijk maken die zelf zeeziek geworden zijn. Haha! En o! Kijk daar: een prinses!, wijst Fleur weer. Zou die ook naar het eiland Mooiweer reizen?, vraagt bakker Bliksem. Prinsessen nemen ook vakantie, hoor, zegt Fleur. Toch even vragen. Dag prinses. Hoe maakt u het? Goed, lieve man, dank u wel, antwoordt de prinses. Vaart u misschien ook naar het eiland Mooiweer?, vraagt de bakker. Ja, knikt de prinses, want daar wacht de prins op mij. Dat is spannend, zeg!, roept Bliksem. Net een sprookje!, juicht Fleur. Om te trouwen? Ga je op het eiland trouwen met je prins?, vraagt Fleur. Ja hoor. Goed geraden. Er komt een groot trouwfeest. Met een clown, en veel Kijk: daar vaart nog een boot, onderbreekt de kapitein. Hij wijst in de verte. O, wat een grote stoomboot!, zegt de prinses. Maar Zie ik dat goed? Is dat? Is dat?, roept bakkerin Fleur. Ja! Ja! Ik zie iets zwarts!, roept ook de bakker. En iets wits, zegt de prinses. Het is Sinterklaas! En Zwarte Piet!, juicht Fleur. Joehoe! Hallo! Dag Sinterklaas! Dag Zwarte Piet!, roept ze zo hard als ze kan. De kapitein, de bakker en de prinses wuiven. Dag bakker! Dag bakkerin!, groet de Sint. Dag prinses! Heb je weer veel meegebracht, Sint?, wil bakker Bliksem weten. Ben je nu al op weg? Ja hoor! En wacht maar tot jullie terug in de bakkerij zijn! Ja hoor! Dan zien jullie wat ik allemaal meeheb. Ik breng weer veel lekkers mee uit Spanje. Dank u Sinterklaasje! En heeft de prinses goed gegeten vandaag? En is ze niet zeeziek?, wil de goede man nog weten. Ja hoor, Sint. Nee hoor, Sint, zegt de kapitein. En de clown houdt ons allemaal vrolijk. Hij gaat ook mee naar het eiland. 32 Activiteit 4

Bijlage 2 d e n k o n t w i k k e l i n g Hier, Piet, zegt Sinterklaas, gooi nog wat pepernoten naar het schip. En chocoladeletters. Neem maar alle letters die in MOOIWEER staan. Dat is voor onderweg. Piet gooit noten en letters naar de mensen in de boot. Dat kan hij heel goed, want hij doet dit al zijn hele leven. Dank u wel, Sint en Piet! Goede reis!, wuift de Sint. De kapitein kijkt door zijn verrekijker. Weer wijst hij naar de verte. Kijk, daar ligt het eiland Mooiweer. We zijn er bijna. Ik roep de matroos van de koffers weer. De bakkerin en de bakker maken verrekijkers met hun duimen en wijsvingers. Plotseling zijn ze heel verrast. O! O! De prins staat al te wuiven! De kapitein neemt zijn verrekijker weer. Maar het is een zwarte prins!, roept hij uit. Een zwarte prins! Prinses, ben je niet bang voor een zwarte prins?, vraagt bakker Bliksem. Nee hoor! Jullie kennen hem allemaal. Mijn prins heet Zorro! O!, gilt bakkerin Fleur. (Allen) Oooo Zorro!! Activiteit 4 33

Bijlage 3 d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 35

Bijlage 4 d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 37

Bijlage 5 d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 39

Bijlage 6 d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 41

Bijlage 7 d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 43

Bijlage 8 d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 45

Bijlage 9 d e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 47

Kopieerblad Bijlage 10 d10 e n k o n t w i k k e l i n g Activiteit 4 49

e x p r e s s i e Activiteit 6 Beeld Zelf speelgoed maken Doelen 1 De kleuters kunnen materialen combineren om tot eigen constructies te komen op een meer planmatige wijze. (41) (MV 1.4) 2 De kleuters kunnen vooraf zeggen wat ze zullen maken en dat ook doen. (62) (N 2.4) 3 De kleuters kunnen gericht de stukken vinden die ze nodig hebben voor hun constructie. (63) (MV 1.4) 4 De kleuters kunnen de eigenschappen van hun gekozen materialen handelend ervaren tijdens hun constructiewerk. (64) (MV 1.2) 5 De kleuters kunnen met de hulp van de leid(st)er materialenkennis en kennis van constructieprincipes gebruiken bij het uitvoeren van hun constructie. (64) (WO 2.4) 6 De kleuters kunnen een eenvoudig stappenplan volgen aan de hand van pictogrammen. (80) (WO 5.4) 7 De kleuters kunnen tot afwerking komen van een zelfgekozen opdracht. (82) (LO 1.34) 8 De kleuters kunnen met de hulp van de leid(st)er op zoek gaan naar de reden van lukken en mislukken. (83) (LO 1.35) Materiaal * Stappenplannen (Bijlage 1 t.e.m. 4 pagina 59 t.e.m. 65) * Houten blokken en latjes van verschillende grootte * Ringen * Houten of kartonnen rollen * Hechtingen: lijm, touw, velcro, plakband Voortaak Verzamel allerlei vindmateriaal: resten van hout, latjes van verschillende dikte en lengte, kurken, ringen, houten, kartonnen of plastic buizen. Kopieer en lamineer de aangeboden stappenplannen (bijlage 1 t.e.m. 4). 54 Activiteit 6

e x p r e s s i e Vooraf 1 Introductie 2 Kern Stappenplannen Bijlage 1 t.e.m. 4 pagina 59 t.e.m. 65 Zorg voor een zeer eenvoudig stappenplan met weinig materiaalbenodigdheden zodat het goed overzichtelijk is voor de kleuters. Verzamel de kleuters in de kring. Leg wat vindmateriaal voor je uit en doe alsof je iets wilt maken. Vertel dat jij allerlei materialen gezocht hebt waarmee de kleuters een stuk speelgoed kunnen maken. De kleuters verwoorden vrijuit wat ze willen maken. Je kunt ten slotte enkele ideeën voorstellen waarvan jij een stappenplan klaar hebt. 2.1 Organisatie Vier kleuters komen aan de werktafel terwijl de overige kleuters een keuze maken uit het hoekenwerk. Het vindmateriaal ligt ter beschikking op de tafel. De kleuters experimenteren om iets te maken. Ze zien ook de verschillende stappenplannen om een stuk speelgoed te maken. Samen bespreek je elk stappenplan. De kleuters verwoorden wat het resultaat ervan is. De kleuters krijgen de tijd om een keuze te maken uit het aanbod. 2.2 Assembleren van een stuk speelgoed De kleuters leggen hun gekozen stappenplan voor zich en zoeken de nodige stukken bijeen om hun constructie te maken. Blijf in de omgeving zodat je een handje kunt helpen waar nodig. Materiaal: 2 rechthoekige plankjes, 2 platte latten, enkele dunne latjes of friscostokjes, hechtmateriaal: houtlijm Stappenplan 1: een houten poppenbed Materiaal: houten plankje, 4 ringen, touw, houtlijm Stappenplan 2: een houten trekkar Activiteit 6 55

e x p r e s s i e Materiaal: Rechthoekig plankje, lange blok, lange lat, touwtjes + 2 potjes, houtlijm Stappenplan 3: een houten weegschaal Materiaal: 2 ringen, 2 lange latten, 2 korte latten, 1 kort latje Stappenplan 4: een houten step 2.3 Opruimen en drogen 3 Evaluatie en reflectie De kleuters plaatsen de constructies op een veilige plaats waar ze kunnen drogen. Ze bewonderen ook de realisaties van hun vriendjes. Ze ordenen het overblijvend materiaal en wassen de handen. 3.1 De kleuter blikt terug Proces IK zeg De kleuter denkt - Konden jullie het nodige vinden - Kon ik vinden wat ik nodig had om om een constructie te maken? een constructie te maken? Product IK zeg De kleuter denkt - Lukte het om een stuk speelgoed - Kon ik een stuk speelgoed maken? te maken? 3.2 Ik blik terug Proces - Liet ik de kleuters zo veel mogelijk zelf de stukken zoeken die ze nodig hadden? Product - Hebben de kleuters een zelfgekozen stuk speelgoed kunnen maken aan de hand van het stappenplan? 56 Activiteit 6

e x p r e s s i e 3.3 Ik kijk naar de kleuters Ik kijk in het bijzonder naar Doel 6. De kleuters kunnen een eenvoudig stappenplan volgen aan de hand van pictogrammen. 4 Tips Dit doel vind je in de observatielijst bij Ontwikkeling van de zelfsturing 80 plannen maken P 1K 2K 3K een eenvoudig stappenplan volgen aan de hand van pictogrammen de stappen van een stappenplan zelf tekenen en in de juiste volgorde leggen Ik observeer - Sommige kleuters hebben moeite om het stappenplan af te lezen. 2K / X 3K Ik remedieer - Ik start voor deze kleuters met een eenvoudiger stappenplan waarbij ze bijvoorbeeld maximum drie stukken nodig hebben. - Ik geef de opdracht om de nodige materialen eerst onder elk pictogram te leggen zodat ze kunnen zien of ze alles hebben. - Het is niet noodzakelijk dat de kleuters driedimensionaal werken. Kleuters met minder ruimtelijk inzicht kunnen tweedimensionaal te werk gaan. - Eventueel kunnen de kleuters hun zelfgemaakt speelgoed beschilderen. X Activiteit 6 57

Bijlage 1 e x p r e s s i e 2 plankjes 1 plat latje 2e plat latje enkele dunne latjes of ijscostokjes Activiteit 6 59

Bijlage 2 e x p r e s s i e lijm lijm houten plank - 2 ringen of schijfjes - houtlijm - 2 ringen of schijfjes - houtlijm touw Activiteit 6 61

Bijlage 3 e x p r e s s i e een rechthoekig plankje een lange blok een lange lat touwtjes en potjes Activiteit 6 63

Bijlage 4 e x p r e s s i e 2 ringen 2 lange latten 2 korte latten 1 kort latje Activiteit 6 65

e x p r e s s i e Activiteit 12 Muziek Liedje Mijn speelgoedkoffer Doelen 1 De kleuters beleven plezier aan het zingen en meezingen met de leid(st)er. (40) (MV 2.5) 2 De kleuters leren de uitdrukkingsmogelijkheden van muziek kennen en gebruiken. (40) (MV 2.3) 3 De kleuters kunnen vragen omtrent het lied beantwoorden. (71) (N 2.6) 4 De kleuters kunnen genuanceerde gevoelens als nieuwsgierigheid en spanning beleven. (15) (WO 3.1) 5 De kleuters kunnen en durven actief meezingen met het lied. (73) (MV 2.4) 6 De kleuters kunnen een eenvoudig ritme of een eenvoudige melodie herkennen. (40) (MV 2.2) Materiaal * Prenten bij het lied (bijlage 1 t.e.m. 8 pagina 103 t.e.m. 117) * Werkblad 2 pagina 27 * Koffer * Knuffelbeer * Brandweerslang * Speelgoedradio * Drakenstaart (twee lange stroken gekleurd papier) * Cd-speler Voortaak Verzamel het nodige materiaal. Zoek een stuk tuinslang met een sproeier. Maak zelf een drakenstaart. Knip hiervoor twee lange stroken papier van breed naar smal. Vouw er een muizentrap van. Je krijgt nu een staart die versmalt naar het einde toe. Kleef bovenop enkele driehoekige punten. Activiteit 12 99

e x p r e s s i e Vooraf 1 Introductie 2 Kern Koffer Knuffelbeer Brandweerslang Speelgoedradio Drakenstaart Dit lied is uitermate geschikt om bij de kleuters nieuwsgierigheid en spanning op te wekken. Het past dan ook zeer goed in het BC dat voorafgaat aan Sinterklaas. Wek de nieuwsgierigheid van de kleuters door de koffer in de kring te plaatsen. Vertel dat deze koffer in een hoekje van je kamer staat. Bouw hier echt de spanning op. 2.1 Verkennen van het lied Laat het lied horen tot je mag raden, je mag gissen. Verduidelijk even de betekenis van het woord gissen. Geef de kleuters de kans om te raden wat er in de koffer zit. Raden ze fout dan antwoord je met een handgebaar naar beneden: mis, mis, mis. Raden ze juist dan antwoord je: yes, yes, yes. Je steekt hierbij je hand driemaal in de lucht. De kleuters luisteren opnieuw naar het lied, nu tot yes, yes, yes. Ze doen de bewegingen bij mis en yes mee. Stel enkele vragen: - Waar staat de koffer? - Wie weet wat er in zit? - Je mag niet kijken. Wat mag je wel doen? De kleuters mogen het lied een derde maal beluisteren, ditmaal volledig. Je stelt opnieuw enkele vragen: Bv. Wie weet wat er nu echt in de koffer zit? De kleuters mogen benoemen, jij herhaalt met de correcte woorden uit het lied. De kleuters halen de dingen uit de koffer. Hou hierbij ook de spanning hoog en open de koffer slechts zo ver dat de kleuters die er iets uit mogen halen, er alleen met hun arm in kunnen. 2.2 Aanleren van het lied Bijlage 1 t.e.m. 8 pagina 103 t.e.m. 117 Beluister samen met de kleuters nog eens het lied en toon ondertussen de passende prenten. Bespreek de prenten met de kleuters en gebruik daarbij de zinnen van het lied. Zet deze prenten goed zichtbaar voor alle kleuters. Wanneer je het lied nog eens laat horen, kun je een kleuter de passende prenten laten aanwijzen. Wanneer het geheel een eerste keer is verkend en aangeleerd, las je in de loop van het BC dagelijks een oefenbeurt in. Je kunt afwisselen met het concrete materiaal en de prenten. 100 Activiteit 12

e x p r e s s i e 3 Evaluatie en reflectie 3.1 De kleuter blikt terug Proces IK zeg De kleuter denkt - Waren jullie nieuwsgierig naar wat er - Was ik nieuwsgierig? in de koffer stak? Product IK zeg De kleuter denkt - Konden jullie iets raden van wat er - Kon ik iets raden? in de koffer stak? 3.2 Ik blik terug Proces - Beleefden de kleuters plezier aan het niet weten of weten? Product - Konden de kleuters ritmisch meebewegen met de handen? - Kunnen de kleuters de melodie herkennen en meezingen? 3.3 Ik kijk naar de kleuters Ik kijk in het bijzonder naar Doel 6. De kleuters kunnen een eenvoudig ritme of een eenvoudige melodie herkennen. Dit doel vind je in de observatielijst bij Muzische ontwikkeling 40 muzisch omgaan met geluiden en muziek P 1K 2K 3K een eenvoudig ritme of een eenvoudige melodie herkennen vertrouwd worden met samenklank, dynamiek, klankkleur, structuur en vorm Ik observeer - Sommige kleuters kunnen het liedje nog niet helemaal volgen. 1K 2K 3K / X Ik remedieer - Ik laat deze kleuters enkel die stukjes meezingen waarbij ze de voorwerpen of de prenten als geheugensteun kunnen gebruiken. X Activiteit 12 101

Bijlage 1 e x p r e s s i e Activiteit 12 103

Bijlage 2 e x p r e s s i e Activiteit 12 105

Bijlage 3 e x p r e s s i e Activiteit 12 107

Bijlage 4 e x p r e s s i e Activiteit 12 109

Bijlage 5 e x p r e s s i e Activiteit 12 111

Bijlage 6 e x p r e s s i e Activiteit 12 113

Bijlage 7 e x p r e s s i e Activiteit 12 115

Bijlage 8 e x p r e s s i e Mijn speelgoedkoffer Tekst en muziek: Steef Coorevits C Em F G C Am D G In een hoek - je van mijn ka - mer staat een kof - fer, o zo groot. 3 C Am F C Em G C C Em F G Nie- mand weet wat ik daar in steek, neen niet kij-ken sap-per-loot. Je mag ra-den, je mag gis-sen: 6 C Am D G C Am F C Em G C boe-ken, kle-ren, mis, mis, mis. In die kist zit-ten mijn schat-ten. Al mijn speel-goed yes, yes, yes. 9 F C G C F C D G F C beer-tje Brom laat zich ho-ren. Daar een sis-sen-de brand-weer-slang. Pop-mu-ziek klinkt 14 G C F C G C oor - ver - do - vend. Kijk mijn dra - ken-staart maakt je bang. Activiteit 12 117