Een heleboel voorwerpen Groep / niveau Groep 4/ 5 Leerstofaspecten Gebruik van meetinstrumenten, meten met standaardmaten Benodigdheden

Vergelijkbare documenten
Inhoudsopgave. Omtrek is lengte eromheen 3

centimeter decimeter meter decameter

(Eerlijk) verdelen, breuken (taal), meetkunde, meten

1 Uit de map: Probleemoplossen in interactie

Je legt nu de twee stukken weer tegen elkaar zodat je een figuur krijgt: Je plakt het figuurtje op het A3-papier. Maak op deze manier vijf figuren.

Bespreking Vraag de groepjes te vertellen hoe zij de wanten hebben vergeleken.

Genoeg ruimte? In de methodes

1 Inleiding 2 Lengte en zijn eenheden 3 Omtrek 4 Oppervlakte 5 Inhoud. Meten is weten. Joke Braaksma. November 2010

Tellen Meten Meetkunde

Schatten en meten (spel)

Titel Een vlakvulling maken (optioneel) Voorbereiding Een basisfiguur voor een vlakvulling

Instructie voor Docenten. Hoofdstuk 13 OMTREK EN OPPERVLAKTE

maken de kinderen een lijst om hun schilderij. De focus ligt daarbij op het passen en meten.

Tijdens de try-out gingen de groepjes verschillend aan het werk. Soms werd het werk verdeeld: één leerling had alle

Lengte, omtrek en oppervlakte

Voorwaardelijke Nauwkeurig knippen en plakken

2 BBL. Oppervlakte. 5.1 Eenheden van oppervlakte

Het Metriek Stelsel. Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud

Vier verdeelproblemen

Leerstofaspecten Breuken(taal), eerlijk verdelen, vergelijken, meetkunde

Doelenlijst 9: METEN onderdeel LENGTE, INHOUD, GEWICHT en OPPERVLAKTE

Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen

Opdrachten Oppervlakte

Lessenserie Oppervlakte

Strategieën bedenken om ongestructureerde hoeveelheden te schatten. liniaal, potlood kopieerblad Olifanten 1970 en 1989

Een Meet- en Ontdekpad gemaakt door Maaike Kuijer. Pabo De Eekhorst Assen.

Gebruiken en begrijpen van de formele breuknotatie.

Deze les bestaat uit twee delen. Het eerste deel kunnen de leerlingen zelfstandig in groepjes uitvoeren en het tweede gedeelte doe je klassikaal.

De leerling: weet dat de aarde groter is dan de maan ontdekt dat iets kleiner lijkt als het verder weg staat. aarde en de maan

De waddendijk. Kringgesprek werkblad meten

Voorwaardelijke vaardigheden. Lesactiviteit

LES: Groepjes maken 2

Rekentaalkaart - toelichting

Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen. Per tweetal een groot blad papier Vouwblaadjes Kopieën van Werkblad 8 en 9, één per leerling

klas "Eenheden"

Op weg naar een leerlijn rekenen.

Het metriek stelsel. Grootheden en eenheden.

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 5

Schattend rekenen Maatkennis over gewichten Gebruik van referentiematen. Per tweetal: kopieerblad Lift een groot vel papier

Lesopbouw: instructie. Start. Instructie. Blok 4

BLAD 21: AAN DE OPPERVLAKTE

Foutenberekeningen. Inhoudsopgave

Cursus rekenen gevorderden. ROC Nijmegen vierde bijeenkomst 4 oktober 2011

Gebruik van een breuk als deel van een aantal. In groepjes met een klassikale bespreking


Plattegrond van de school Groep 5 rekenen 1

Meten. Kirsten Nederpel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Biljarten op een ellips. Lab kist voor 3-4 vwo

Eén zijde van de rand om het schaakbord is 0,80 m langer dan het schaakbord zelf.

Werkblad bij lesvoorbereiding Breuken. 1. Vereenvoudig de volgende breuken: 2. Maak de volgende sommen: Schrijf de berekening erbij!

2.9 Stelling van Pythagoras

21. Lichaamslengte, deel 2: in een grafiek

Uitdager van de maand. Rekenen Wiskunde, Groep 8. Algemeen. Titel. Roosterveelhoeken. Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen

Instructie voor Docenten. Hoofdstuk B2 WERKEN MET GETALLEN

Potloden, doppen en papier

De vraag is nu: hoe oud is Nina geworden?

Naam: Klas:.. Oppervlakte 1/11

Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren

Inhoudsopgave. Werkbladen Van millimeter tot kilometer 25

Resultaat van een eerlijke verdeling in de vorm van deel van een geheel naar deel van een aantal.

Colofon RekenGroen. Rekenen voor vmbo- groen en mbo- groen Extra Rekenmodule Oppervlakte Leerlingtekst Versie 1.0. November 2012 Auteurs: Mieke

Thema: Wat gebeurt er in 2014? Handleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen

Les 4 lengtematen m, dm en cm

12. Leerstof samenvatten

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

Het Metriek Stelsel. Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

Oppervlakte op het schoolplein versie A

Deel C. Breuken. vermenigvuldigen en delen

Examen VMBO-KB 2005 WISKUNDE CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Lesopbouw: instructie. Start. Instructie. Blok 4. Lesinhoud Kommagetallen: vermenigvuldigen met kommagetallen Kommagetallen: delen met kommagetallen

groep 8 blok 7 antwoorden Malmberg s-hertogenbosch

Curriculum Leerroute 4 Rekenen, meten, tijd en geld

LES: Snelle sommen. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Snelle stappen (zie p. 5) potlood, 2 verschillende kleurpotloden, gum AFBEELDING SPELLETJE

Wat betekenen de getallen? Samen bespreken. Kies uit kilometer, meter, decimeter of centimeter.

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.

Leerlijnen groep 4 Wereld in Getallen

Bij het meten van breedte, dikte, diepte, hoogte en afstand bepaal je de lengte. De eenheid van lengte is de meter.

bijlagen groep 7 en 8

Analytische Meetkunde

Bloemlezing uit 36 bladzijden voor een eerste indruk. inzicht in het complete metriek stelsel. Op een eenduidige

Oplossing zoeken kwadratisch verband vmbo-kgt34

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

SMART-finale Ronde 1: 5-keuzevragen

BLAD 1: PLEINTJES, ZAKKEN DROP EN WORST

kilometer hectometer decameter meter decimeter centimeter milimeter km hm dam m dm cm mm

Wie ben jij? HANDLEIDING

Workshop. Timmeren. - de oppervlakte van de plank berekenen, en de oppervlakte van het binnenwerk berekenen: basis x hoogte

1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek.

Meten is weten ANTWOORDENBOEK Meten is weten. Antwoordenboek. = 95 mm 6 cm = 60 mm 10 cm = 100 mm. 1 cm = 15 mm 9 cm

Thema: Omtrek en oppervlakte vmbo-kgt12

Thema: de mosasaurus. Handleiding en opgaven niveau A2. Opgave 1: Samen

Wiskunde: de cirkel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Voorwaardelijke vaardigheden Lesactiviteit

LES: Groepjes maken AFBEELDING SPELLETJE

Antwoorden rekenopdracht OPPERVLAKTE

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A

Foutenberekeningen Allround-laboranten

Oefeningen in verband met tweedegraadsvergelijkingen

LES: Snelle sommen 2. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Snelle stappen (zie p. 5) potlood, 2 verschillende kleurpotloden, gum AFBEELDING SPELLETJE

Transcriptie:

Titel Een heleboel voorwerpen Groep / niveau Groep 4/ 5 Leerstofaspecten Gebruik van meetinstrumenten, meten met standaardmaten Benodigdheden verschillende meetinstrumenten zoals een liniaal, bordliniaal, flexibel meetlint, huishoudcentimeter, rolmaat, klikwiel, e.d. werkbladen Aan de slag 1, 2 en 3, één kopie voor elke leerling Organisatie klassikaal en individueel Lesdoel In deze les passen de leerlingen toe wat ze geleerd hebben over het meten van lengte en omtrek. Voorwaardelijke De leerlingen kennen de begrippen meter en lengte. Ze vaardigheden kunnen de lengte van iets bepalen. Het begrip rechthoek, vierkant. Lesactiviteit Deze les gaan de leerlingen allerlei echte voorwerpen opmeten. Kijk eerst samen naar de verschillende meetinstrumenten. Laat de kinderen een voorwerp of situatie bedenken waarbij ze een bepaald meetinstrument zouden gebruiken. Natuurlijk is de reden daarbij heel belangrijk. Enkele voorbeelden: - liniaal: opmeten van een lijn in je werkboek - bordliniaal: opmeten van een figuur op het bord - flexibel meetlint; als je wilt weten hoe lang een plank in de bouwmarkt is - huishoudcentimeter: om stof af te meten om bijvoorbeeld een rok te maken - rolmaat: bij het afmeten van een plank aan het plafond - klikwiel: om buiten een grote afstand te meten. Kijk daarna samen naar de werkbladen. Steeds is een specifiek meetinstrument nodig. Welk zou jij gebruiken en waarom? Waar moet je ook alweer aan denken als je gaat meten? Dat je bij de 0 op een liniaal begint. Waarom zat er ook al weer een stukje voor de 0? Omdat je de liniaal dan toch kunt gebruiken als hij een stukje versleten is. Wanneer ik de omtrek van een figuur wil berekenen, dan wil ik weten welke lengte touw ik nodig heb als ik een touwtje helemaal om het figuur heen leg. Het antwoord geef ik altijd in eenheden zoals centimeter, decimeter of meter. Soms heeft zo n figuur de vorm van een rechthoek. U kunt er dan voor kiezen om de kinderen de formules die ze de vorige lessen ontdekt hebben, te laten gebruiken. Kijk wat ze zich hiervan herinneren. Bij een rechthoek kun je de omtrek berekenen met de formules: lengte + breedte + lengte + breedte, of 23

lengte + breedte uitrekenen en dan de uitkomst te verdubbelen, of 2 keer de lengte + 2 keer de breedte. Een nóg mooier figuur is het vierkant. Deze heeft vier gelijke zijden. Wanneer je dus de lengte van één zijde weet, dan weet je genoeg om de omtrek te vinden: de omtrek van een vierkant is vier keer de lengte van één zijde. Bespreek na afloop van het maken van het werkblad de bevindingen van de kinderen. Hoe hebben ze het opgelost en welke meetinstrumenten hebben ze gebruikt? Vervolg U kunt de kinderen in tweetallen zelf een werkblad voor de anderen laten maken. Daarbij kunnen ze de volgende onderwerpen gebruiken: - Welk meetinstrument gebruik je bij het opmeten van de lengte of omtrek van het voorwerp? - Hoe lang is het of hoe groot is de omtrek? - Hoe heb je de omtrek uitgerekend? Als de werkbladen klaar zijn kunt u deze voor de anderen kopiëren waarna ze deze in tweetallen gaan maken. De leerlingen doen dan veel ervaring op. 24

Werkbladen Omtrek is lengte eromheen Werkblad 1 Aan de slag Werkblad 2 Aan de slag Werkblad 3 Aan de slag

Werkblad 1 Aan de slag naam:... 1. Meet de lengte van de volgende voorwerpen in het echt op van: een schaar, een nietmachine, een krijtje. Antwoorden Een schaar is. lang. (zijn dit meters, centimeters, millimeters?) Een nietmachine is lang. Het krijtje is..lang. Welk meetinstrument heb je gebruikt?... 2. Ga nu de echte omtrek meten van de volgende voorwerpen: Je tafel, de zitting van je stoel en een toetsenbord. Welk meetinstrument ga je gebruiken? Antwoorden: De omtrek van mijn tafel is Zo heb ik het uitgerekend: (zijn dit meters, centimeters, millimeters?) De omtrek van de zitting van mijn stoel is. Zo heb ik het uitgerekend: De omtrek van het toetsenbord is.. Zo heb ik het uitgerekend:

Werkblad 2 Aan de slag naam:... Bereken met de gegevens de omtrek van de volgende figuren. (De figuren zijn op ware grootte getekend) A. 11 centimeter 7 centimeter Antwoorden De omtrek is:... B. 3 cm 3 cm Antwoorden De omtrek is:...

Werkblad 3 Aan de slag naam:... Nu zijn de figuren niet meer even groot als in het echt. Kijk goed welke maten erbij staan! 9 meter 23 centimeter 5 meter 19 centimeter De omtrek van dit bord is: De omtrek van dit schilderij is:. 1,5 m 120 m 3 m 90 m De omtrek van dit tafelblad is: De omtrek van een voetbalveld is: z.o.z.

de lengte is 7 meter de breedte is 3 meter De omtrek van deze vijver is: 70 cm De omtrek van dit verkeersbord is: